Siemens DOMINO 38 Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

40
é Inhoudsopgave
[nl]Gebruiksaanwijzing
Veiligheidsvoorschriften ......................................................... 40
Oorzaken van schade..................................................................... 41
Milieubescherming .................................................................. 41
Milieuvriendelijk afvoeren ............................................................... 41
Tips om energie te besparen ........................................................41
Het apparaat leren kennen...................................................... 42
Het bedieningspaneel .....................................................................42
De kookzones...................................................................................42
Restwarmte-indicatie .......................................................................42
Kookplaat instellen .................................................................. 43
Kookplaat in- en uitschakelen .......................................................43
Kookzone instellen ..........................................................................43
Kooktabel ..........................................................................................43
Timer ......................................................................................... 45
Een kookzone moet automatisch worden uitgeschakeld ........ 45
Kookwekker ......................................................................................45
Automatische tijdsbegrenzing................................................ 45
Basisinstellingen ..................................................................... 45
Basisinstellingen wijzigen............................................................... 46
Reinigen en onderhouden....................................................... 46
Glaskeramiek....................................................................................46
Omlijsting van de kookplaat .......................................................... 46
Storing opheffen ...................................................................... 47
Servicedienst ........................................................................... 47
Produktinfo
Meer informatie over producten, accessoires, onderdelen en
diensten vindt u op het internet: www.siemens-home.com en in
de online-shop: www.siemens-eshop.com
: Veiligheidsvoorschriften
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig
door. Berg de gebruiksaanwijzing, het
installatievoorschrift en de apparaatpas
goed op voor later gebruik of om ze door te
geven aan volgende eigenaren.
Controleer het apparaat na het uitpakken.
Niet aansluiten in geval van
transportschade.
Alleen een daartoe bevoegd vakman mag
apparaten zonder stekker aansluiten. Bij
schade door een verkeerde aansluiting
maakt u geen aanspraak op garantie.
Dit apparaat is alleen bestemd voor
huishoudelijk gebruik en de huiselijke
omgeving. Gebruik het apparaat uitsluitend
voor het bereiden van gerechten en
dranken. Het kookproces moet regelmatig
worden gecontroleerd. Een kort kookproces
moet continu in de gaten worden
gehouden. Gebruik het apparaat alleen in
gesloten ruimtes.
Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot op
hoogten van maximaal 2.000 meter boven
zeeniveau.
Dek de kookplaat niet af. Dit kan leiden tot
ongevallen, bijv. door oververhitting,
ontbranding of ontploffend materiaal.
Gebruik geen ongeschikte
beveiligingsapparaten of tralies voor de
bescherming van kinderen. Dit kan leiden
tot ongevallen.
Dit toestel kan worden gebruikt door
kinderen vanaf 8 jaar en door personen met
beperkte fysieke, sensorische of geestelijke
vermogens of personen die gebrek aan
kennis of ervaring hebben, wanneer zij
onder toezicht staan van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid of
geleerd hebben het op een veilige manier
te gebruiken en zich bewust zijn van de
risico's die het gebruik van het toestel met
zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat
spelen. Reiniging en onderhoud van het
toestel mogen niet worden uitgevoerd door
kinderen, tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en
onder toezicht staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan
8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of
de aansluitkabel.
Risico van brand!
Hete olie en heet vet vatten snel vlam.
Hete olie en heet vet nooit gebruiken
zonder toezicht. Vuur nooit blussen met
water. Schakel de kookzone uit. Vlammen
voorzichtig met een deksel, smoordeksel
of iets dergelijks verstikken.
Risico van brand!
De kookzones worden erg heet. Nooit
brandbare voorwerpen op de kookplaat
leggen. Geen voorwerpen op de
kookplaat leggen.
Risico van brand!
Het apparaat wordt heet. Nooit brandbare
voorwerpen of spuitbussen bewaren in
laden direct onder de kookplaat.
Risico van brand!
De kookplaat schakelt vanzelf uit en kan
niet meer worden bediend. Hij kan later
per ongeluk worden ingeschakeld.
41
Zekering in de meterkast uitschakelen.
Contact opnemen met de klantenservice.
Risico van verbranding!
De kookzones en met name een
eventueel aanwezige kookplaatomlijsting
worden zeer heet. Raak de hete
oppervlakken nooit aan. Zorg ervoor dat
er geen kinderen in de buurt zijn.
Risico van verbranding!
De kookzone warmt op, maar de indicatie
functioneert niet Zekering in de meterkast
uitschakelen. Contact opnemen met de
klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Ondeskundige reparaties zijn
gevaarlijk.Reparaties mogen uitsluitend
worden uitgevoerd door technici die zijn
geïnstrueerd door de klantenservice.Is het
apparaat defect, haal dan de stekker uit
het stopcontact of schakel de zekering in
de meterkast uit. Contact opnemen met
de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Binnendringend vocht kan een schok
veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of
stoomreiniger gebruiken.
Kans op een elektrische schok!
Een defect toestel kan een schok
veroorzaken. Een defect toestel nooit
inschakelen. De netstekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de
meterkast uitschakelen. Contact opnemen
met de klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
Scheuren of barsten in het glaskeramiek
kunnen schokken veroorzaken. Zekering
in de meterkast uitschakelen. Contact
opnemen met de klantenservice.
Risico van letsel!
Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem
van de pan en de kookzone kunnen
kookpannen plotseling in de hoogte
springen. Zorg ervoor dat de kookzone en
de bodem van de pan altijd droog zijn.
Oorzaken van schade
Attentie!
Door ruwe bodems van pannen ontstaan krassen op het
glaskeramiek.
U dient te voorkomen dat pannen leeg koken. Hierdoor kan
schade ontstaan.
Nooit hete pannen op het bedieningspaneel, het
indicatiegebied of de omlijsting zetten. Hierdoor kan schade
ontstaan.
Wanneer er harde en puntige voorwerpen op de kookplaat
vallen, kan deze beschadigd raken.
Aluminiumfolie of kook- of bakgerei van kunststof smelten op
de hete kookzones. Bakpapier is niet geschikt voor uw
kookplaat.
Overzicht
In de volgende tabel vindt u de meest voorkomende schade:
Milieubescherming
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
Tips om energie te besparen
Sluit de pannen altijd af met een passend deksel. Wanneer u
kookt zonder deksel heeft u duidelijk meer energie nodig.
Met een glazen deksel kunt in de pan kijken zonder dat u het
deksel hoeft op te tillen.
Gebruik pannen met egale bodems. Niet-egale bodems
verhogen het energieverbruik.
De diameter van de bodem van de pan dient overeen te
komen met de grootte van de kookzone. Vooral te kleine
pannen op de kookzone zorgen voor energieverlies. Let op:
de fabrikanten geven vaak de diameter van de bovenkant
van de pan aan. Deze is meestal groter dan de diameter van
de pannenbodem.
Gebruik voor kleine hoeveelheden een kleine pan. Een grote,
slechts weinig gevulde pan heeft veel energie nodig.
Kook met weinig water. Dit bespaart energie. Bij groente
blijven vitamines en mineralen behouden.
Schade Oorzaak Maatregel
Vlekken Overgelopen etenswaar Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.
Ongeschikte reinigingsmiddelen Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor glaskeramiek.
Krassen Zout, suiker en zand Gebruik de kookplaat niet als plaats om iets neer te zetten of als werkvlak.
Door ruwe bodems van pannen ont-
staan krassen op het glaskeramiek.
Controleer uw kook- en bakgerei.
Verkleuringen Ongeschikte reinigingsmiddelen Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor glaskeramiek.
Slijtage van pannen (bijv. aluminium) Til de pannen tijdens het verplaatsen op.
Defecten aan het
oppervlak
Suiker, zeer suikerhoudende gerech-
ten
Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper.
Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met
de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(waste electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU
geldige terugneming en verwerking van oude
apparaten.
42
Dek met uw pan altijd een zo groot mogelijk vlak van de
kookzone af.
Schakel tijdig terug naar een lagere kookstand.
Kies een geschikte doorkookstand. Met een te hoge
doorkookstand verspilt u energie.
Maak gebruik van de restwarmte van de kookplaat. Schakel
bij langere bereidingstijden al 5-10 minuten voor het einde
van de bereidingstijd de kookzone uit.
Het apparaat leren kennen
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende kookplaten.
Op pagina 2 vindt u een typenoverzicht met informatie over
afmetingen.
Het bedieningspaneel
Aanwijzingen
Wanneer u een symbool aanraakt, wordt de betreffende
functie geactiveerd.
Houd de bedieningsvlakken altijd droog. Vocht heeft een
nadelige invloed op de werking.
Zorg ervoor dat er geen pannen in de buurt van indicaties en
sensoren komen. De elektronica kan oververhit raken.
De kookzones
Restwarmte-indicatie
De kookplaat heeft voor elke kookzone een restwarmte-
indicatie met twee standen.
Verschijnt er een
op het display, dan is de kookzone nog
heet. U kunt bijv. een klein gerecht warmhouden of couverture
smelten. Koelt de kookzone verder af, dan verandert de
indicatie in
œ. De indicatie verdwijnt wanneer de kookzone
voldoende afgekoeld is.
Indicaties
-Š
Kookstanden
/œ
Restwarmte
‰‰
Timer
Bedieningsvlakken
#
Hoofdschakelaar
ð
Kookzone met twee ringen
0+ Instelbereik
0
Timer
Kookzone Bij- en uitschakelen
$
Kookzone met één ring
ð
Kookzone met twee ringen
Kookzone kiezen, het symbool
ðaanraken
Bijschakelen van de kookzone: de betreffende indicatie is verlicht.
Inschakelen van de kookzone: de grootte die het laatst is ingesteld, wordt automatisch gekozen
43
Kookplaat instellen
In dit hoofdstuk leest u hoe u de kookzones kunt instellen. In de
tabel vindt u kookstanden en bereidingstijden voor
verschillende gerechten.
Kookplaat in- en uitschakelen
U schakelt de kookplaat met de hoofdschakelaar in en uit.
Inschakelen: raak het symbool
# aan. Er klinkt een signaal. De
indicatie boven de hoofdschakelaar is verlicht. De kookplaat is
klaar voor gebruik.
Uitschakelen: raak het symbool
# aan tot de indicatie boven
de hoofdschakelaar verdwijnt. Alle kookzones zijn
uitgeschakeld. De restwarmte-indicatie blijft aan totdat de
kookzones voldoende zijn afgekoeld.
Aanwijzing: De kookplaat gaat automatisch uit wanneer alle
kookzones langer dan 20 seconden uitgeschakeld zijn.
Kookzone instellen
In het instelbereik stelt u de gewenste kookstand in.
Kookstand 1 = laagste vermogen
Kookstand 9 = hoogste vermogen
Elke kookstand heeft een tussenstand. Deze is aangeduid met
een punt.
Kookstand instellen
De kookplaat dient ingeschakeld te zijn.
Bij toestellen met slechts één kookzone alleen stap 2 doen.
1. Met ¤ of £ de gewenste kookzone kiezen.
2. In het instelbereik de gewenste kookstand instellen.
Kookstand wijzigen
De gewenste kookzone kiezen en deze in het instelbereik
instellen.
Kookzone uitschakelen
In het instelbereik 0 instellen. Na ongeveer 10 seconden
verschijnt de restwarmte-indicatie.
Aanwijzing: De kookzone regelt de verwarming door in en uit
te schakelen. Ook bij het hoogste vermogen kan de
verwarming in- en uitschakelen.
Kooktabel
In de volgende tabel vindt u enkele voorbeelden.
De bereidingstijden en kookstanden zijn afhankelijk van de
aard, het gewicht en de kwaliteit van de gerechten. Daarom zijn
afwijkingen mogelijk.
Gebruik voor het aan de kook brengen kookstand 9.
Dikvloeibare gerechten af en toe roeren.
Doorkookstand Doorkookduur in
minuten
Smelten
Chocolade, couverture
Boter, honing, gelatine
1-1.
1-2
-
-
Opwarmen en warmhouden
Eenpansgerecht (bijv. linzenschotel)
Melk**
Worstjes in water verwarmen**
1-2
1.-2.
3-4
-
-
-
Ontdooien en opwarmen
Spinazie diepvries
Goulash diepvries
2.-3.
2.-3.
10-20 min.
20-30 min.
Gaarstoven, zachtjes laten koken
Knoedels, knödels
Vis
Witte sauzen, bijv. bechamelsaus
Geklopte sauzen, bijv. saus Bearnaise, saus Hollandaise
4.-5.*
4-5*
1-2
3-4
20-30 min.
10-15 min.
3-6 min.
8-12 min.
* Doorkoken zonder deksel
** Zonder deksel
*** Meerdere malen keren
44
Koken, stomen, stoven
Rijst (met dubbele hoeveelheid water)
Rijstepap
In de schil gekookte aardappels
Gekookte aardappels
Deegwaren, pasta
Eenpansgerecht, soepen
Groente
Groente, diepvries
Garen in de snelkookpan
2-3
1.-2.
4-5
4-5
6-7*
3.-4.
2.-3.
3.-4.
4-5
15-30 min.
35-45 min.
25-30 min.
15-25 min.
6-10 min.
15-60 min.
10-20 min.
10-20 min.
-
Sudderen
Rollades
Stoofvlees
Goulash
4-5
4-5
2.-3.
50-60 min.
60-100 min.
50-60 min.
Braden**
Schnitzel, on/gepaneerd
Schnitzel, diepvries
Kotelet, on/gepaneerd***
Steak (3 cm dik)
Hamburgers / Gehaktballen (3 cm dik)***
Borst van gevogelte (2 cm dik)***
Borst van gevogelte, diepvries***
Vis en visfilet, ongepaneerd
Vis en visfilet, gepaneerd
Vis en visfilet, gepaneerd en diepvries, bijv. vissticks
Scampis en garnalen
Pangerechten, diepvries
Pannenkoeken
Omelet
Spiegelei
6-7
6-7
6-7
7-8
4.-5.
5-6
5-6
5-6
6-7
6-7
7-8
6-7
6-7
3.-4.
5-6
6-10 min.
8-12 min.
8-12 min.
8-12 min.
30-40 min.
10-20 min.
10-30 min.
820 min.
820 min.
8-12 min.
4-10 min.
6-10 min.
ononderbroken
ononderbroken
3-6 min.
Frituren (150-200g per portie ononderbroken in 1-2 ltr olie frituren**)
Diepvriesproducten, bijv. frites, chicken nuggets
Kroketten
Vlees, bijv. kipstukken
Vis, gepaneerd of in bierdeeg
Groente, paddenstoelen, gepaneerd of in bierdeeg
Klein gebak, bijv. beignets, Berliner bollen, fruit in bierdeeg
8-9
7-8
6-7
5-6
5-6
4-5
-
-
-
-
-
-
Doorkookstand Doorkookduur in
minuten
* Doorkoken zonder deksel
** Zonder deksel
*** Meerdere malen keren
45
Timer
De timer kan op 2 verschillende manieren worden gebruikt:
Een kookzone moet automatisch worden uitgeschakeld
Als kookwekker.
Een kookzone moet automatisch worden
uitgeschakeld
Voer een tijdsduur voor de gewenste kookzone in. Na afloop
van de tijdsduur schakelt de kookzone automatisch uit.
Tijdsduur instellen
1. Kookstand instellen.
2. Het symbool 0 aanraken.
De indicatie
x is verlicht. In de timer-indicatie is ‹‹ verlicht.
3. In het instelbereik de gewenste tijdsduur instellen. Wanneer u
langer op een plaats drukt, loopt de minutenindicatie sneller
af.
De tijd loopt af.
Aan het einde van de ingestelde tijd
Na afloop van de tijdsduur wordt de kookzone uitgeschakeld. U
hoort een signaal en op het display is
‹‹ 10 seconden verlicht.
De indicatie
x is helder verlicht. Raak het symbool 0 aan. De
indicaties en het signaal verdwijnen.
Tijdsduur corrigeren of wissen
Het symbool
0 zo vaak aanraken tot de gewenste indicatie x
helder verlicht is. In het instelbereik de tijdsduur kiezen of op
‹‹ zetten.
Aanwijzing: U kunt een tijdsduur tot 99 minuten instellen.
Kookwekker
Met de kookwekker kunt u een tijd tot 99 minuten instellen.
Deze is onafhankelijk van alle andere instellingen.
Zo stelt u in
1. Het symbool 0 zo vaak aanraken tot de indicatie U voor de
kookwekker verlicht is. In de timer-indicatie is
‹‹ verlicht.
2. In het instelbereik de gewenste tijd instellen.
Na enkele seconden loopt de tijd af.
Aan het einde van de ingestelde tijd
Na afloop van de ingestelde tijd hoort u een signaal. In de
timer-indicatie is
‹‹ verlicht. De indicatie U voor de
kookwekker is helder verlicht. Na 10 seconden verdwijnt de
indicatie.
Tijd corrigeren
Het symbool
0 zo vaak aanraken tot de indicatie U voor de
kookwekker helder verlicht is. Stel opnieuw in .
Automatische tijdsbegrenzing
Is een kookzone lang ingeschakeld zonder dat de instelling
veranderd is, dan wordt de automatische tijdbegrenzing
geactiveerd.
Het verwarmen van de kookzone wordt onderbroken. In de
kookzoneindicatie knipperen afwisselend
en de
restwarmte-indicatie
/œ.
Wanneer u een willekeurig bedieningsveld aanraakt, verdwijnt
de indicatie. U kunt opnieuw instellen.
Het tijdstip waarop de tijdsbegrenzing actief wordt, is
afhankelijk van de ingestelde kookstand (1 tot 10 uur).
Basisinstellingen
Uw apparaat heeft verschillende basisinstellingen. U kunt deze
instellingen aanpassen aan uw gewoonten.
 
Indicatie Functie
™ƒ
Geluidssignaal
Bevestigingssignaal en het signaal verkeerde bediening uitgeschakeld.
Alleen het signaal verkeerde bediening ingeschakeld.
ƒ Bevestigingssignaal en het signaal verkeerde bediening ingeschakeld.*
™†
Automatische tijdsbegrenzing
Uitschakelen na 1-10 uur*
Uitschakelen na 0,5-5 uur
ƒ Uitschakelen na 0,25-2,5 uur
* Basisinstelling
**Geldt alleen voor toestellen met meerdere kookzones.
46
Basisinstellingen wijzigen
De kookplaat dient uitgeschakeld te zijn.
1. De kookplaat inschakelen.
2. In de volgende 10 seconden het symbool 0 4 seconden
lang aanraken.
3. Het symbool 0 zo vaak aanraken tot de gewenste instelling
op het display verschijnt.
4. In het instelbereik de gewenste waarde instellen.
5. Het symbool 0 4 seconden lang aanraken.
De instelling is geactiveerd.
Uitschakelen
Om de basisinstelling te verlaten de kookplaat met de
hoofdschakelaar uitschakelen en opnieuw instellen.
Reinigen en onderhouden
De aanwijzingen in dit hoofdstuk helpen u bij het onderhoud
van uw kookplaat.
Geschikte reinigings- en onderhoudsmiddelen kunt u kopen via
de klantenservice of in onze e-shop.
Glaskeramiek
Reinig de kookplaat altijd na gebruik. Zo branden kookresten
nooit vast.
Reinig de kookplaat pas wanneer deze voldoende is afgekoeld.
Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor
glaskeramiek. Houd u aan de schoonmaakinstructies die op de
verpakking staan.
Gebruik nooit:
onverdunde afwasmiddelen
reinigingsmiddelen voor de vaatwasmachine
schuurmiddelen
agressieve reinigingsmiddelen, zoals ovensprays of middelen
om vlekken te verwijderen
krassende sponzen
hogedrukreinigers of stoomstraalapparaten
Sterk vuil verwijdert u het best met een in de handel
verkrijgbare schraper. Neem de aanwijzingen van de fabrikant
in acht.
Een geschikte schraper verkrijgt u ook via de klantendienst of
in onze e-shop.
Met speciale sponsjes voor het reinigen van glaskeramiek
bereikt u goede resultaten.
Omlijsting van de kookplaat
Om schade aan de omlijsting van de kookplaat te voorkomen,
dient u zich te houden aan de aanwijzingen:
Gebruik alleen warm zeepsop.
Was nieuwe vaatdoekjes voor het gebruik goed uit.
Gebruik in geen geval bijtende of schurende
reinigingsproducten.
Gebruik geen schrapermesjes.
™‡
Tijdsduur van het timer-einde signaal
10 seconden.*
ƒ n30 seconden
1 minuut.
™ˆ
Bijschakeling van de verwarmingsringen
Uitgeschakeld
ƒ nIngeschakeld
Laatste instelling voor het uitschakelen van de kookzone.*
™Š**
Keuzetijd van de kookzone
Onbegrensd: u kunt de laatst gekozen kookzone altijd instellen zonder deze opnieuw te selecteren.
U kunt de laatst gekozen kookzone 5 seconden na de selectie instellen, daarna moet u de kookzone voor het
instellen opnieuw selecteren.*
™‹
Terugzetten naar de basisinstelling
Uitgeschakeld.
Ingeschakeld.
Indicatie Functie
* Basisinstelling
**Geldt alleen voor toestellen met meerdere kookzones.
47
Storing opheffen
Storingen worden vaak veroorzaakt door een kleinigheid. Neem
alstublieft de volgende aanwijzingen in acht voor u de
klantenservice belt.
Servicedienst
Wanneer uw apparaat gerepareerd moet worden, staat onze
servicedienst voor u klaar.
E-nummer en FD-nummer
Geef wanneer u contact opneemt met de servicedienst altijd
het productnummer (E-nr.) en het fabricagenummer (FD-nr.)
van het apparaat op. Het typeplaatje met de nummers vindt u
op het identificatiebewijs van het apparaat.
Let erop dat het bezoek van een technicus van de servicedienst
in het geval van een verkeerde bediening ook tijdens de
garantietijd kosten met zich meebrengt.
De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst
met Servicedienstadressen.
Verzoek om reparatie en advies bij storingen
Vertrouw op de competentie van de fabrikant. Dan bent u ervan
verzekerd dat de reparatie wordt uitgevoerd door ervaren
technici die gebruikmaken van de originele reserveonderdelen
voor uw apparaat.
Indicatie Fout Maatregel
Geen De stroomtoevoer is onderbroken. Controleer de zekering van het apparaat. Controleer aan de hand van andere
elektronische apparaten of er sprake is van een stroomuitval.
knippert
Het bedieningsvlak is vochtig of er ligt
een voorwerp op.
Droog het bedieningsvlak of verwijder het voorwerp.
Ҥ + cijfer
Storing in het elektronisch systeem. Schakel het apparaat altijd via de zekering of de veiligheidsschakelaar in de
meterkast uit en na 30 seconden weer in. Neem contact op met de klanten-
service wanneer de indicatie weer verschijnt.
”ƒ
De elektronica is oververhit, waardoor
de betreffende kookzone is uitgescha-
keld.
Wacht tot de elektronica voldoende afgekoeld is. Raak dan een bedienings-
vlak van de kookzone aan.*
”…
De elektronica is oververhit, waardoor
alle kookzones zijn uitgeschakeld.
Wacht tot de elektronica voldoende afgekoeld is. Raak dan een willekeurig
bedieningsvlak aan.*
”‰
De kookzone is te lang in gebruik
geweest en is daarom uitgeschakeld.
U kunt de kookzone direct weer inschakelen.
* Plaats geen hete pannen tegen of op het bedieningspaneel
NL 088 424 4020
B 070 222 142

Documenttranscriptie

é Inhoudsopgave G]n[lebkursianzwgj Veiligheidsvoorschriften ......................................................... 40 Oorzaken van schade ..................................................................... 41 Milieubescherming .................................................................. 41 Milieuvriendelijk afvoeren ............................................................... 41 Tips om energie te besparen ........................................................ 41 Het apparaat leren kennen ...................................................... 42 Het bedieningspaneel ..................................................................... 42 De kookzones................................................................................... 42 Restwarmte-indicatie ....................................................................... 42 Kookplaat instellen .................................................................. 43 Kookplaat in- en uitschakelen ....................................................... 43 Kookzone instellen .......................................................................... 43 Kooktabel .......................................................................................... 43 Timer ......................................................................................... 45 Een kookzone moet automatisch worden uitgeschakeld ........ 45 Kookwekker ...................................................................................... 45 Automatische tijdsbegrenzing................................................ 45 Basisinstellingen ..................................................................... 45 Basisinstellingen wijzigen............................................................... 46 Reinigen en onderhouden....................................................... 46 Glaskeramiek.................................................................................... 46 Omlijsting van de kookplaat .......................................................... 46 Storing opheffen ...................................................................... 47 Servicedienst ........................................................................... 47 Produktinfo Meer informatie over producten, accessoires, onderdelen en diensten vindt u op het internet: www.siemens-home.com en in de online-shop: www.siemens-eshop.com : Veiligheidsvoorschriften Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Berg de gebruiksaanwijzing, het installatievoorschrift en de apparaatpas goed op voor later gebruik of om ze door te geven aan volgende eigenaren. Controleer het apparaat na het uitpakken. Niet aansluiten in geval van transportschade. Alleen een daartoe bevoegd vakman mag apparaten zonder stekker aansluiten. Bij schade door een verkeerde aansluiting maakt u geen aanspraak op garantie. Dit apparaat is alleen bestemd voor huishoudelijk gebruik en de huiselijke omgeving. Gebruik het apparaat uitsluitend voor het bereiden van gerechten en dranken. Het kookproces moet regelmatig worden gecontroleerd. Een kort kookproces moet continu in de gaten worden gehouden. Gebruik het apparaat alleen in gesloten ruimtes. Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot op hoogten van maximaal 2.000 meter boven zeeniveau. Dek de kookplaat niet af. Dit kan leiden tot ongevallen, bijv. door oververhitting, ontbranding of ontploffend materiaal. Gebruik geen ongeschikte beveiligingsapparaten of tralies voor de bescherming van kinderen. Dit kan leiden tot ongevallen. Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met beperkte fysieke, sensorische of geestelijke 40 vermogens of personen die gebrek aan kennis of ervaring hebben, wanneer zij onder toezicht staan van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of geleerd hebben het op een veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn van de risico's die het gebruik van het toestel met zich meebrengt. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud van het toestel mogen niet worden uitgevoerd door kinderen, tenzij zij 8 jaar of ouder zijn en onder toezicht staan. Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan 8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of de aansluitkabel. Risico van brand! ■ Hete olie en heet vet vatten snel vlam. Hete olie en heet vet nooit gebruiken zonder toezicht. Vuur nooit blussen met water. Schakel de kookzone uit. Vlammen voorzichtig met een deksel, smoordeksel of iets dergelijks verstikken. ■ De kookzones worden erg heet. Nooit brandbare voorwerpen op de kookplaat leggen. Geen voorwerpen op de kookplaat leggen. ■ Het apparaat wordt heet. Nooit brandbare voorwerpen of spuitbussen bewaren in laden direct onder de kookplaat. ■ De kookplaat schakelt vanzelf uit en kan niet meer worden bediend. Hij kan later per ongeluk worden ingeschakeld. Risico van brand! Risico van brand! Risico van brand! Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice. Risico van verbranding! ■ De kookzones en met name een eventueel aanwezige kookplaatomlijsting worden zeer heet. Raak de hete oppervlakken nooit aan. Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn. ■ De kookzone warmt op, maar de indicatie functioneert niet Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice. Kans op een elektrische schok! ■ Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door technici die zijn geïnstrueerd door de klantenservice.Is het apparaat defect, haal dan de stekker uit het stopcontact of schakel de zekering in de meterkast uit. Contact opnemen met de klantenservice. ■ Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of stoomreiniger gebruiken. ■ Een defect toestel kan een schok veroorzaken. Een defect toestel nooit inschakelen. De netstekker uit het Risico van verbranding! stopcontact halen of de zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice. ■ Scheuren of barsten in het glaskeramiek kunnen schokken veroorzaken. Zekering in de meterkast uitschakelen. Contact opnemen met de klantenservice. Risico van letsel! Wanneer er vloeistof zit tussen de bodem van de pan en de kookzone kunnen kookpannen plotseling in de hoogte springen. Zorg ervoor dat de kookzone en de bodem van de pan altijd droog zijn. Kans op een elektrische schok! Oorzaken van schade Attentie! ■ ■ ■ Door ruwe bodems van pannen ontstaan krassen op het glaskeramiek. U dient te voorkomen dat pannen leeg koken. Hierdoor kan schade ontstaan. Nooit hete pannen op het bedieningspaneel, het indicatiegebied of de omlijsting zetten. Hierdoor kan schade ontstaan. Kans op een elektrische schok! ■ ■ Kans op een elektrische schok! Wanneer er harde en puntige voorwerpen op de kookplaat vallen, kan deze beschadigd raken. Aluminiumfolie of kook- of bakgerei van kunststof smelten op de hete kookzones. Bakpapier is niet geschikt voor uw kookplaat. Overzicht In de volgende tabel vindt u de meest voorkomende schade: Schade Oorzaak Maatregel Vlekken Overgelopen etenswaar Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper. Krassen Verkleuringen Ongeschikte reinigingsmiddelen Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor glaskeramiek. Zout, suiker en zand Gebruik de kookplaat niet als plaats om iets neer te zetten of als werkvlak. Door ruwe bodems van pannen ontstaan krassen op het glaskeramiek. Controleer uw kook- en bakgerei. Ongeschikte reinigingsmiddelen Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor glaskeramiek. Slijtage van pannen (bijv. aluminium) Til de pannen tijdens het verplaatsen op. Defecten aan het Suiker, zeer suikerhoudende gerech- Verwijder overgelopen etenswaar onmiddellijk met een schraper. oppervlak ten Milieubescherming Milieuvriendelijk afvoeren Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af. Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment - WEEE). Met een glazen deksel kunt in de pan kijken zonder dat u het deksel hoeft op te tillen. ■ ■ De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude apparaten. ■ Tips om energie te besparen ■ Sluit de pannen altijd af met een passend deksel. Wanneer u kookt zonder deksel heeft u duidelijk meer energie nodig. ■ Gebruik pannen met egale bodems. Niet-egale bodems verhogen het energieverbruik. De diameter van de bodem van de pan dient overeen te komen met de grootte van de kookzone. Vooral te kleine pannen op de kookzone zorgen voor energieverlies. Let op: de fabrikanten geven vaak de diameter van de bovenkant van de pan aan. Deze is meestal groter dan de diameter van de pannenbodem. Gebruik voor kleine hoeveelheden een kleine pan. Een grote, slechts weinig gevulde pan heeft veel energie nodig. Kook met weinig water. Dit bespaart energie. Bij groente blijven vitamines en mineralen behouden. 41 ■ ■ Dek met uw pan altijd een zo groot mogelijk vlak van de kookzone af. Schakel tijdig terug naar een lagere kookstand. ■ ■ Kies een geschikte doorkookstand. Met een te hoge doorkookstand verspilt u energie. Maak gebruik van de restwarmte van de kookplaat. Schakel bij langere bereidingstijden al 5-10 minuten voor het einde van de bereidingstijd de kookzone uit. Het apparaat leren kennen Deze gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende kookplaten. Op pagina 2 vindt u een typenoverzicht met informatie over afmetingen. Het bedieningspaneel ‚-Š Kookstanden Aanwijzingen ■ Wanneer u een symbool aanraakt, wordt de betreffende functie geactiveerd. •/œ Restwarmte ■ ‰‰ Timer Indicaties ■ Bedieningsvlakken # Hoofdschakelaar ð Kookzone met twee ringen 0+ Instelbereik 0 Timer Houd de bedieningsvlakken altijd droog. Vocht heeft een nadelige invloed op de werking. Zorg ervoor dat er geen pannen in de buurt van indicaties en sensoren komen. De elektronica kan oververhit raken. De kookzones Kookzone $ Kookzone met één ring ð Kookzone met twee ringen Bij- en uitschakelen Kookzone kiezen, het symbool ðaanraken Bijschakelen van de kookzone: de betreffende indicatie is verlicht. Inschakelen van de kookzone: de grootte die het laatst is ingesteld, wordt automatisch gekozen Restwarmte-indicatie De kookplaat heeft voor elke kookzone een restwarmteindicatie met twee standen. Verschijnt er een • op het display, dan is de kookzone nog heet. U kunt bijv. een klein gerecht warmhouden of couverture smelten. Koelt de kookzone verder af, dan verandert de indicatie in œ. De indicatie verdwijnt wanneer de kookzone voldoende afgekoeld is. 42 Kookplaat instellen In dit hoofdstuk leest u hoe u de kookzones kunt instellen. In de tabel vindt u kookstanden en bereidingstijden voor verschillende gerechten. Kookplaat in- en uitschakelen U schakelt de kookplaat met de hoofdschakelaar in en uit. Inschakelen: raak het symbool # aan. Er klinkt een signaal. De indicatie boven de hoofdschakelaar is verlicht. De kookplaat is klaar voor gebruik. Uitschakelen: raak het symbool # aan tot de indicatie boven de hoofdschakelaar verdwijnt. Alle kookzones zijn uitgeschakeld. De restwarmte-indicatie blijft aan totdat de kookzones voldoende zijn afgekoeld. Aanwijzing: De kookplaat gaat automatisch uit wanneer alle kookzones langer dan 20 seconden uitgeschakeld zijn. Kookzone instellen In het instelbereik stelt u de gewenste kookstand in. Kookstand wijzigen De gewenste kookzone kiezen en deze in het instelbereik instellen. Kookzone uitschakelen In het instelbereik 0 instellen. Na ongeveer 10 seconden verschijnt de restwarmte-indicatie. Kookstand 9 = hoogste vermogen Aanwijzing: De kookzone regelt de verwarming door in en uit te schakelen. Ook bij het hoogste vermogen kan de verwarming in- en uitschakelen. Elke kookstand heeft een tussenstand. Deze is aangeduid met een punt. Kooktabel Kookstand 1 = laagste vermogen Kookstand instellen De kookplaat dient ingeschakeld te zijn. Bij toestellen met slechts één kookzone alleen stap 2 doen. 1. Met ¤ of £ de gewenste kookzone kiezen. 2. In het instelbereik de gewenste kookstand instellen. In de volgende tabel vindt u enkele voorbeelden. De bereidingstijden en kookstanden zijn afhankelijk van de aard, het gewicht en de kwaliteit van de gerechten. Daarom zijn afwijkingen mogelijk. Gebruik voor het aan de kook brengen kookstand 9. Dikvloeibare gerechten af en toe roeren. Doorkookstand Doorkookduur in minuten Chocolade, couverture 1-1. - Boter, honing, gelatine 1-2 - Eenpansgerecht (bijv. linzenschotel) 1-2 - Melk** 1.-2. - Worstjes in water verwarmen** 3-4 - Spinazie diepvries 2.-3. 10-20 min. Goulash diepvries 2.-3. 20-30 min. Knoedels, knödels 4.-5.* 20-30 min. Vis 4-5* 10-15 min. Witte sauzen, bijv. bechamelsaus 1-2 3-6 min. Geklopte sauzen, bijv. saus Bearnaise, saus Hollandaise 3-4 8-12 min. Smelten Opwarmen en warmhouden Ontdooien en opwarmen Gaarstoven, zachtjes laten koken * Doorkoken zonder deksel ** Zonder deksel *** Meerdere malen keren 43 Doorkookstand Doorkookduur in minuten Rijst (met dubbele hoeveelheid water) 2-3 15-30 min. Rijstepap 1.-2. 35-45 min. In de schil gekookte aardappels 4-5 25-30 min. Gekookte aardappels 4-5 15-25 min. Deegwaren, pasta 6-7* 6-10 min. Eenpansgerecht, soepen 3.-4. 15-60 min. Groente 2.-3. 10-20 min. Groente, diepvries 3.-4. 10-20 min. Garen in de snelkookpan 4-5 - Rollades 4-5 50-60 min. Stoofvlees 4-5 60-100 min. Goulash 2.-3. 50-60 min. Schnitzel, on/gepaneerd 6-7 6-10 min. Schnitzel, diepvries 6-7 8-12 min. Kotelet, on/gepaneerd*** 6-7 8-12 min. Steak (3 cm dik) 7-8 8-12 min. Hamburgers / Gehaktballen (3 cm dik)*** 4.-5. 30-40 min. Borst van gevogelte (2 cm dik)*** 5-6 10-20 min. Borst van gevogelte, diepvries*** 5-6 10-30 min. Vis en visfilet, ongepaneerd 5-6 8­20 min. Vis en visfilet, gepaneerd 6-7 8­20 min. Vis en visfilet, gepaneerd en diepvries, bijv. vissticks 6-7 8-12 min. Scampis en garnalen 7-8 4-10 min. Pangerechten, diepvries 6-7 6-10 min. Pannenkoeken 6-7 ononderbroken Omelet 3.-4. ononderbroken Spiegelei 5-6 3-6 min. Diepvriesproducten, bijv. frites, chicken nuggets 8-9 - Kroketten 7-8 - Vlees, bijv. kipstukken 6-7 - Vis, gepaneerd of in bierdeeg 5-6 - Groente, paddenstoelen, gepaneerd of in bierdeeg 5-6 - Klein gebak, bijv. beignets, Berliner bollen, fruit in bierdeeg 4-5 - Koken, stomen, stoven Sudderen Braden** Frituren (150-200g per portie ononderbroken in 1-2 ltr olie frituren**) * Doorkoken zonder deksel ** Zonder deksel *** Meerdere malen keren 44 Timer De timer kan op 2 verschillende manieren worden gebruikt: ■ Een kookzone moet automatisch worden uitgeschakeld ■ Als kookwekker. Een kookzone moet automatisch worden uitgeschakeld Aan het einde van de ingestelde tijd Na afloop van de tijdsduur wordt de kookzone uitgeschakeld. U hoort een signaal en op het display is ‹‹ 10 seconden verlicht. De indicatie x is helder verlicht. Raak het symbool 0 aan. De indicaties en het signaal verdwijnen. Tijdsduur corrigeren of wissen Voer een tijdsduur voor de gewenste kookzone in. Na afloop van de tijdsduur schakelt de kookzone automatisch uit. Het symbool 0 zo vaak aanraken tot de gewenste indicatie x helder verlicht is. In het instelbereik de tijdsduur kiezen of op ‹‹ zetten. Tijdsduur instellen Aanwijzing: U kunt een tijdsduur tot 99 minuten instellen. 1. Kookstand instellen. Kookwekker 2. Het symbool 0 aanraken. De indicatie x is verlicht. In de timer-indicatie is ‹‹ verlicht. 3. In het instelbereik de gewenste tijdsduur instellen. Wanneer u langer op een plaats drukt, loopt de minutenindicatie sneller af. Met de kookwekker kunt u een tijd tot 99 minuten instellen. Deze is onafhankelijk van alle andere instellingen. Zo stelt u in 1. Het symbool 0 zo vaak aanraken tot de indicatie U voor de kookwekker verlicht is. In de timer-indicatie is ‹‹ verlicht. 2. In het instelbereik de gewenste tijd instellen. Na enkele seconden loopt de tijd af. Aan het einde van de ingestelde tijd   Na afloop van de ingestelde tijd hoort u een signaal. In de timer-indicatie is ‹‹ verlicht. De indicatie U voor de kookwekker is helder verlicht. Na 10 seconden verdwijnt de indicatie. Tijd corrigeren De tijd loopt af. Het symbool 0 zo vaak aanraken tot de indicatie U voor de kookwekker helder verlicht is. Stel opnieuw in . Automatische tijdsbegrenzing Is een kookzone lang ingeschakeld zonder dat de instelling veranderd is, dan wordt de automatische tijdbegrenzing geactiveerd. Het verwarmen van de kookzone wordt onderbroken. In de kookzone­indicatie knipperen afwisselend ” ‰ en de restwarmte-indicatie •/œ. Wanneer u een willekeurig bedieningsveld aanraakt, verdwijnt de indicatie. U kunt opnieuw instellen. Het tijdstip waarop de tijdsbegrenzing actief wordt, is afhankelijk van de ingestelde kookstand (1 tot 10 uur). Basisinstellingen Uw apparaat heeft verschillende basisinstellingen. U kunt deze instellingen aanpassen aan uw gewoonten. Indicatie Functie ™ƒ Geluidssignaal ‹ Bevestigingssignaal en het signaal verkeerde bediening uitgeschakeld. ‚ Alleen het signaal verkeerde bediening ingeschakeld. ƒ Bevestigingssignaal en het signaal verkeerde bediening ingeschakeld.* ™† Automatische tijdsbegrenzing ‹ Uitschakelen na 1-10 uur* ‚ Uitschakelen na 0,5-5 uur ƒ Uitschakelen na 0,25-2,5 uur * Basisinstelling **Geldt alleen voor toestellen met meerdere kookzones. 45 Indicatie Functie ™‡ Tijdsduur van het timer-einde signaal ‚ 10 seconden.* ƒ n30 seconden „ 1 minuut. ™ˆ Bijschakeling van de verwarmingsringen ‚ Uitgeschakeld ƒ nIngeschakeld „ Laatste instelling voor het uitschakelen van de kookzone.* ™Š** Keuzetijd van de kookzone ‹ Onbegrensd: u kunt de laatst gekozen kookzone altijd instellen zonder deze opnieuw te selecteren. ‚U kunt de laatst gekozen kookzone 5 seconden na de selectie instellen, daarna moet u de kookzone voor het instellen opnieuw selecteren.* ™‹ Terugzetten naar de basisinstelling ‹ Uitgeschakeld. ‚ Ingeschakeld. * Basisinstelling **Geldt alleen voor toestellen met meerdere kookzones. Basisinstellingen wijzigen 4. In het instelbereik de gewenste waarde instellen. De kookplaat dient uitgeschakeld te zijn. 1. De kookplaat inschakelen. 2. In de volgende 10 seconden het symbool 0 4 seconden lang aanraken. 5. Het symbool 0 4 seconden lang aanraken. De instelling is geactiveerd. Uitschakelen 3. Het symbool 0 zo vaak aanraken tot de gewenste instelling Om de basisinstelling te verlaten de kookplaat met de hoofdschakelaar uitschakelen en opnieuw instellen. op het display verschijnt. Reinigen en onderhouden De aanwijzingen in dit hoofdstuk helpen u bij het onderhoud van uw kookplaat. Geschikte reinigings- en onderhoudsmiddelen kunt u kopen via de klantenservice of in onze e-shop. Glaskeramiek Reinig de kookplaat altijd na gebruik. Zo branden kookresten nooit vast. ■ krassende sponzen ■ hogedrukreinigers of stoomstraalapparaten Sterk vuil verwijdert u het best met een in de handel verkrijgbare schraper. Neem de aanwijzingen van de fabrikant in acht. Een geschikte schraper verkrijgt u ook via de klantendienst of in onze e-shop. Reinig de kookplaat pas wanneer deze voldoende is afgekoeld. Met speciale sponsjes voor het reinigen van glaskeramiek bereikt u goede resultaten. Gebruik alleen schoonmaakmiddelen die geschikt zijn voor glaskeramiek. Houd u aan de schoonmaakinstructies die op de verpakking staan. Omlijsting van de kookplaat Gebruik nooit: Om schade aan de omlijsting van de kookplaat te voorkomen, dient u zich te houden aan de aanwijzingen: ■ onverdunde afwasmiddelen ■ Gebruik alleen warm zeepsop. ■ reinigingsmiddelen voor de vaatwasmachine ■ Was nieuwe vaatdoekjes voor het gebruik goed uit. ■ schuurmiddelen ■ agressieve reinigingsmiddelen, zoals ovensprays of middelen om vlekken te verwijderen ■ ■ 46 Gebruik in geen geval bijtende of schurende reinigingsproducten. Gebruik geen schrapermesjes. Storing opheffen Storingen worden vaak veroorzaakt door een kleinigheid. Neem alstublieft de volgende aanwijzingen in acht voor u de klantenservice belt. Indicatie Fout Maatregel Geen De stroomtoevoer is onderbroken. Controleer de zekering van het apparaat. Controleer aan de hand van andere elektronische apparaten of er sprake is van een stroomuitval. “ knippert Het bedieningsvlak is vochtig of er ligt Droog het bedieningsvlak of verwijder het voorwerp. een voorwerp op. “§ + cijfer Storing in het elektronisch systeem. Schakel het apparaat altijd via de zekering of de veiligheidsschakelaar in de meterkast uit en na 30 seconden weer in. Neem contact op met de klantenservice wanneer de indicatie weer verschijnt. ”ƒ De elektronica is oververhit, waardoor Wacht tot de elektronica voldoende afgekoeld is. Raak dan een bedieningsde betreffende kookzone is uitgescha- vlak van de kookzone aan.* keld. ”… De elektronica is oververhit, waardoor alle kookzones zijn uitgeschakeld. Wacht tot de elektronica voldoende afgekoeld is. Raak dan een willekeurig bedieningsvlak aan.* ”‰ De kookzone is te lang in gebruik geweest en is daarom uitgeschakeld. U kunt de kookzone direct weer inschakelen. * Plaats geen hete pannen tegen of op het bedieningspaneel Servicedienst Wanneer uw apparaat gerepareerd moet worden, staat onze servicedienst voor u klaar. E-nummer en FD-nummer Geef wanneer u contact opneemt met de servicedienst altijd het productnummer (E-nr.) en het fabricagenummer (FD-nr.) van het apparaat op. Het typeplaatje met de nummers vindt u op het identificatiebewijs van het apparaat. Let erop dat het bezoek van een technicus van de servicedienst in het geval van een verkeerde bediening ook tijdens de garantietijd kosten met zich meebrengt. De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst met Servicedienstadressen. Verzoek om reparatie en advies bij storingen NL 088 424 4020 B 070 222 142 Vertrouw op de competentie van de fabrikant. Dan bent u ervan verzekerd dat de reparatie wordt uitgevoerd door ervaren technici die gebruikmaken van de originele reserveonderdelen voor uw apparaat. 47
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Siemens DOMINO 38 Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor