Makita UC300D, BUC250, BUC300, UC250D de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Makita UC300D de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
3
DEUTSCH
ITALIANO
NEDERLANDS
ESPAÑOL
1 Hebel
2 Vorderer Handschutz
3Obergriff
4 Akku
5 Befestigungsöse für Karabinerhaken oder Seil
6Schwert
7 Sägekette
8 Kettenraddeckel
9 Kettenabdeckung
10 Einschaltarretierung
11 Schalter
12 Frontgriff
13 Krallenanschlag (Klauenanschlag)
14 Akkuabdeckung
1Leva
2 Protezione mano anteriore
3 Manico superiore
4 Cartuccia batteria
5 Gancio o punto di attacco fune
6 Barra guida
7 Catena sega
8 Coperchio rocchetto
9 Coperchio catena
10 Bottone di sblocco
11 Interruttore a grilletto
12 Manico anteriore
13 Guida dentata (fermo dente)
14 Coperchio batteria
1 Hendel
2 Beschermkap van voorhandgreep
3 Bovenhandgreep
4 Accu
5 Bevestigingsoog voor karabijnhaak of touw
6 Zaagblad
7 Zaagketting
8 Afdekking van kettingwiel
9 Kettingdeksel
10 Ontgrendelknop
11 Trekschakelaar
12 Voorhandgreep
13 Getande kam (klauwaanslag)
14 Deksel van de accu
1Baja
2 Protector de la mano delantera
3 Empuñadura principal
4 Cartucho de batería
5 Punto de sujeción de mosquetón o cuerda
6 Placa de guía
7 Cadena de sierra
8 Cubierta del piñón
9 Cubierta de la cadena
10 Botón de seguro
11 Gatillo interruptor
12 Empuñadura delantera
13 Riel dentado (tope de gancho)
14 Tapa de la batería
11
END005-5
Symbols
The followings show the symbols used for the equipment. Be sure that you understand their meaning before use.
Symboles
Nous donnons ci-dessous les symboles utilisés pour l’outil. Assurez-vous que vous en avez bien compris la significa-
tion avant d’utiliser l’outil.
Symbole
Die folgenden Symbole werden für die Maschine verwendet. Machen Sie sich vor der Benutzung unbedingt mit ihrer
Bedeutung vertraut.
Simboli
Per questo utensile vengono usati i simboli seguenti. Bisogna capire il loro significato prima di usare l’utensile.
Symbolen
Voor dit gereedschap worden de volgende symbolen gebruikt. Zorg ervoor dat u de betekenis van deze symbolen
begrijpt alvorens het gereedschap te gebruiken.
Símbolos
A continuación se muestran los símbolos utilizados con esta herramienta. Asegúrese de que entiende su significado
antes de usarla.
Símbolos
O seguinte mostra os símbolos utilizados para a ferramenta. Certifique-se de que compreende o seu significado antes
da utilização.
Symboler
Nedenstående symboler er anvendt i forbindelse med denne maskine. Vær sikker på, at De har forstået symbolernes
betydning, før maskinen anvendes.
Σύµλα
Τα ακλυθα δείνυν τα σύµλα πυ ρησιµπιύνται για τ µηάνηµα. Βεαιωθείτε τι καταλααίνετε
τη σηµασία τυς πριν απ τη ρήση.
Read instruction manual.
Lire le mode d’emploi.
Bitte Bedienungsanleitung lesen.
Leggete il manuale di istruzioni.
Lees de gebruiksaanwijzing.
Lea el manual de instrucciones.
Leia o manual de instruções.
Læs brugsanvisningen.
• ∆ιαάστε τις δηγίες ρήσης.
Wear eye protection.
Portez une protection pour les yeux.
Eine Schutzbrille tragen.
Indossare gli occhiali di protezione.
Draag oogbescherming.
Póngase protección para los ojos.
Utilize protectores para os olhos.
Brug øjenbeskyttelse.
• Να φράτε πρστατευτικά µατιών.
13
Hold the saw with both hands while working! One-handed use is extremely hazardous!
• Tenez la scie fermement à deux mains pendant que vous travaillez ! L’utilisation avec une
seule main est extrêmement dangereuse !
Die Säge während der Arbeit mit beiden Händen halten! Einhändiger Betrieb ist äußerst
gefährlich!
Tenere la sega con entrambe le mani durante il lavoro! L’uso con una sola mano è estrema-
mente pericoloso!
Houd de kettingzaag tijdens het werk met beide handen vast! Gebruik met slechts één hand
is uitermate gevaarlijk.
¡Sujete la sierra con ambas manos mientras realiza el trabajo! ¡La utilización una sola mano
es muy peligroso!
Segure a electroserra com as duas mãos ao trabalhar. É muito perigoso segurá-la só com
uma mão.
• Hold i saven med begge hænder under arbejdet! Anvendelse med kun den ene hånd
saven er yderst farligt!
• Να κρατάτε τ αλυσπρίν µε τα δύ έρια στη διάρκεια της εργασίας! Η ρήση µε τ
ένα έρι είναι εαιρετικά επικίνδυνη!
Usable with the battery converter BCV02
Peut être utilisé avec le convertisseur de batterie BCV02
Verwendbar mit Akku-Adapter BCV02
Utilizzabile con il convertitore batteria BCV02
Te gebruiken met de accudraaghouder BCV02
Se puede utilizar con el convertidor de baterías BCV02
Utilizável com o conversor de bateria BCV02
Brugbar med akku-konverteren BCV02
• ρησιµπιείται µε τν µετατρπέα µπαταριών BCV02
Maximum permissible cut length
Longueur de coupe maximale admise
Höchstzulässige Schnittlänge
Lunghezza di taglio massima permissibile
Maximaal toegestane zaaglengte
Longitud de corte permitida máxima
Comprimento máximo de corte permitido
Maks. tilladt skærelængde
• Μέγιστ επιτρεπµεν µήκς κπής
15
Alleen voor EU-landen
Geef elektrisch gereedschap of accu’s niet met het huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn 2002/96/EC inzake oude elektrische en elektronische apparaten, rich-
tlijn 2006/66/EC inzake batterijen en accu's en wegwerpbatterijen, en de toepassing daarvan bin-
nen de nationale wetgeving, dienen gebruikte elektrisch apparaten en accu's die het einde van hun
levensduur hebben bereikt, gescheiden te worden ingezameld en te worden afgevoerd naar een
recyclebedrijf dat voldoet aan de geldende milieu-eisen.
Sólo para países de la Unión Europea
¡No tire aparatos eléctricos ni baterías a la basura con los residuos domésticos!
En conformidad con la Directiva Europea 2002/96/EC sobre residuos de aparatos eléctricos y elec-
trónicos y la Directiva Europea 2006/66/EC sobre baterías y acumuladores y residuos de baterías y
de acumuladores y su aplicación de acuerdo con la legislación nacional, los aparatos eléctricos y
las baterías cuya vida útil haya llegado a su fin se deberán recoger por separado y trasladar a una
planta de reciclaje que cumpla con las exigencias ecológicas.
Apenas para os países da União Européia
Não deite equipamentos eléctricos nem baterias no lixo doméstico!
De acordo com as directivas europeias 2002/96/CE sobre ferramentas eléctricas e electrónicas
usadas e 2006/66/CE sobre baterias e acumuladores e respectivos resíduos e a implementação
dessas directivas conforme a lei nacional, as ferramentas eléctricas e as baterias que atingem o fim
de sua vida útil devem ser recolhidas em separado e encaminhadas a uma instalação de recicla-
gem compatível com os regulamentos sobre o meio ambiente.
Gælder kun lande i EU
Undlad at bortskaffe elektrisk udstyr eller akkuer sammen med almindeligt husholdningsaffald.
I henhold til EU-direktiv 2002/96/EC angående brugt elektrisk og elektronisk udstyr, 2006/66/EC
angående batterier og akkumulatorer og brugte batterier og iværksættelse af bortskaffelse af bat-
terier og akkumulatorer i overensstemmelse med nationale love, skal elektrisk udstyr og akkuer, der
har nået slutningen af deres levetid, indsamles separat og afhændes til en genbrugsfacilitet, som er
miljømæssigt kompatibel.
• Μν για ώρες ΕΕ
Μην απρρίπτετε ηλεκτρικ επλισµ ή µπαταρίες µαί µε τα ικιακά απλητα!
Σύµφωνα µε την Ευρωπαϊκή δηγία 2002/96/ΕΚ περί απλήτων ειδών ηλεκτρικύ και
ηλεκτρνικύ επλισµύ και την δηγία 2006/66/EΚ περί µπαταριών και συσσωρευτών και
απλήτων µπαταριών και συσσωρευτών και την εφαρµγή τυς σύµφωνα µε την εθνική
νµθεσία, απαιτείται συλλγή τυ ηλεκτρικύ επλισµύ και των µπαταριών, τ ρι
ωής των πίων έει λήει, εωριστά και επιστρφή τυς σε εγκατάσταση ανακύκλωσης
συµατή µε την πρστασία τυ περιάλλντς.
51
NEDERLANDS (Originele instructies)
Verklaring van algemene gegevens
1 Rode indicator
2 Knop
3 Accu
4 Ontgrendelknop
5 Trekschakelaar
6 Beschermkap van
voorhandgreep
7 Vergrendelen
8 Ontgrendelen
9 Stelschroef
10 Karabijnhaak (bevestigingsoog
voor touw)
11 Status van lampjes
12 CHECK-knop
13 Iets verschuiven
14 Rechtop zetten
15 Indrukken
16 Losdraaien
17 Afdekking van kettingwiel
18 Stelknop
19 Kettingwiel
20 Stelpen
21 Klein gat
22 Vastdraaien
23 Hendel
24 Laag
25 Hoog
26 Zaagblad
27 Zaagketting
28 Accuadapter
29 Haak
30 Gereedschap
31 Broekriem
32 Armband
33 Snoerring
34 Verlengsnoer (accuadapter)
35 Adapter (accuadapter)
36 Dop van olietank
37 Olievulopening
38 Oliepeilglas (voor bijvullen van
olie in de tank)
39 Oliepeilglas
40 Onderkantgeleider
41 Omzagen
42 Valrichting
43 Gevarenzone
44 Vluchtroute
45 Kettingbeschermer
(Kettingdeksel)
46 Voorwaartse beweging van de vijl
47 1/5 van de diameter van de vijl
48 Kleine vuil- of stofdeeltjes
49 Platkopschroevendraaier
50 Borgring
51 Limietmarkering
52 Dop van koolborstelhouder
53 Schroevendraaier
TECHNISCHE GEGEVENS
Gewicht, inclusief accu, volgens de EPTA-procedure
01/2003
ENE031-2
Doeleinden van gebruik
Dit gereedschap is bestemd voor het afzagen van tak-
ken.
GEA010-1
Algemene veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidswaar-
schuwingen en alle instructies. Het niet volgen van de
waarschuwingen en instructies kan leiden tot elektrische
schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in de
toekomst te kunnen raadplegen.
GEB071-6
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN SPECIFIEK
VOOR EEN ACCU-KETTINGZAAG:
1. Houd alle lichaamsdelen uit de buurt van de
zaagketting terwijl de kettingzaag in bedrijf is.
Alvorens de kettingzaag te starten, controleert u
dat de zaagketting niet raakt. In slechts een kort
moment van onoplettendheid tijdens het gebruik van
de kettingzaag kan uw kleding of lichaam in aanra-
king komen met de zaagketting.
2. Houd de kettingzaag altijd vast met uw rechter-
hand aan de achterhandgreep en uw linkerhand
aan de voorhandgreep. Houd de kettingzaag nooit
vast met uw handen verwisseld, omdat dan de kans
op persoonlijk letsel groter is.
Model BUC250 UC250D BUC300 UC300D
Kettingsnelheid per
minuut
8,3 m/s (500 m/min.) 8,3 m/s (500 m/min.)
8,3 m/s
(500 m/min.)
8,3 m/s
(500 m/min.)
Lengte van zaagblad 250 mm 250 mm 300 mm 300 mm
Type zaagblad
Tandwiel-
zaagblad
Precisieblad
Tandwiel-
zaagblad
Precisieblad
Tandwiel-
zaagblad
Tandwiel-
zaagblad
Zaagket-
ting
Type 91VG/91PX 25AP 91VG/91PX 25AP 90SG 90SG
Steek 3/8” 1/4” 3/8” 1/4” 3/8” 3/8”
Aantal
ketting-
schakels
40 60 40 60 46 46
Aantal zaagtanden 6 9 6 9 6 6
Totale lengte 576 mm 589 mm 577 mm 590 mm 626 mm 627 mm
Netto gewicht 4,5 kg 4,5 kg 4,6 kg 4,6 kg
Nominale spanning DC 36 V DC 36 V DC 36 V DC 36 V
52
3. Houd het elektrisch gereedschap alleen vast bij
het geïsoleerde oppervlak omdat de zaagketting
met verborgen bedrading in aanraking kan
komen. Wanneer de kettingzaag in aanraking komt
met onder spanning staande draden, zullen de niet-
geïsoleerde metalen delen van het gereedschap
onder spanning komen te staan zodat de gebruiker
een elektrische schok kan krijgen.
4. Draag een veiligheidsbril en gehoorbescherming.
Verdere veiligheidsmiddelen voor hoofd, handen,
benen en voeten worden aanbevolen.
Afdoende
beschermende kleding verkleint de kans op per-
soonlijk letsel als gevolg van rondvliegend afval of
het per ongeluk aanraken van de zaagketting.
5. Werk niet met de kettingzaag in een boom. Het
gebruik van de kettingzaag terwijl u in een boom zit,
vergroot de kans op persoonlijk letsel.
6. Zorg altijd voor een stevige stand en bedien de
kettingzaag alleen terwijl u op een vaste, stabiele
en horizontale ondergrond staat. Een gladde of
instabiele ondergrond, zoals een ladder, kan leiden
tot verlies van evenwicht of controle over de ketting-
zaag.
7. Bij het afzagen van een tak die onder spanning
staat, let u goed op eventuele terugslag. Wan-
neer de spanning in de houtvezels vrij komt, kan de
onder spanning staande tak de gebruiker een tik
geven of ertoe leiden dat hij/zij de controle over de
kettingzaag verliest.
8. Wees uiterst voorzichtig bij het zagen van strui-
ken en jonge boompjes. Het dunne materiaal kan
zich vasthaken aan de zaagketting en naar u toe
geslingerd worden of u uit balans brengen.
9. Draag de kettingzaag aan de voorhandgreep ter-
wijl deze uitgeschakeld is en van uw lichaam af
gekeerd is. Bij het transporteren of opbergen
van de zaagketting moet altijd de schede om het
zaagblad worden gedaan. Een juiste behandeling
van de kettingzaag verkleint de kans op het per
ongeluk aanraken van de bewegende zaagketting.
10. Volg de instructies voor het smeren, ketting-
spannen, en verwisselen van accessoires. Een
verkeerd gespannen of gesmeerde ketting kan bre-
ken of verhoogt de kans op terugslag.
11. Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van
olie en vetten. Met vet of olie bevuilde handgrepen
zijn glad en leiden tot verlies van controle over de
kettingzaag.
12. Zaag uitsluitend hout. Gebruik de kettingzaag
niet voor doeleinden waarvoor deze niet bedoeld
is. Bijvoorbeeld: gebruik de kettingzaag niet om
kunststof, steen of bouwmaterialen anders dan
hout te zagen. Het gebruik van de kettingzaag bij
andere werkzaamheden dan waarvoor deze
bedoeld is, kan leiden tot gevaarlijke situaties.
13. Oorzaken van terugslag en wat de gebruiker
hieraan kan doen:
Terugslag kan zich voordoen wanneer de neus of
voorrand van het zaagblad een voorwerp raakt of
wanneer het hout zich sluit en de zaagketting in de
zaagsnede vastklemt.
Zagen met alleen de punt van het zaagblad kan een
plotselinge, omgekeerde reactie veroorzaken waar-
door het zaagblad omhoog geworpen wordt in de
richting van de gebruiker.
Het beknellen van de zaagketting langs de boven-
rand van het zaagblad kan het zaagblad snel terug-
werpen in de richting van de gebruiker.
Deze beide reacties kunnen ertoe leiden dat u de
controle over de kettingzaag verliest waardoor ern-
stig persoonlijk letsel kan ontstaan. Wees niet afhan-
kelijk van alleen de veiligheidsvoorzieningen
ingebouwd in uw kettingzaag. Als gebruiker van de
kettingzaag moet u meerdere stappen ondernemen
om ervoor te zorgen dat uw zaagwerkzaamheden
zonder ongelukken of letsel verlopen.
Terugslag is het gevolg van misgebruik van het
gereedschap en/of onjuiste gebruiksprocedures of -
omstandigheden, en kan worden voorkomen door
goede voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hier-
onder vermeld:
- Houd de kettingzaag stevig vast, met de dui-
men en vingers rondom de handgrepen van de
kettingzaag, met beide handen en positioneer
uw lichaam en armen zodanig dat u een even-
tuele terugslag kan opvangen. De kracht van
een terugslag kan worden opgevangen door de
gebruiker mits de juiste voorzorgsmaatregelen
getroffen worden. Laat de kettingzaag nooit los.
011443
- Reik niet te ver en zaag nooit boven schouder-
hoogte. Dit helpt te voorkomen dat de punt van
het zaagblad per ongeluk iets raakt en biedt een
betere controle van de kettingzaag in onverwachte
situaties.
- Gebruik bij het vervangen van het zaagblad of
de zaagketting uitsluitend onderdelen die zijn
opgegeven door de fabrikant. Vervanging door
een verkeerd zaagblad of zaagketting kan ertoe
leiden dat de zaagketting breekt en/of terugslaat.
- Volg de instructies van de fabrikant over het
slijpen en onderhouden van de zaagketting.
Het verlagen van de hoogte van de dieptevoeler
kan leiden tot toegenomen terugslag.
53
14. Alvorens met het werk te beginnen, controleert u dat
de kettingzaag zich in goede werkende staat
bevindt, en dat deze voldoet aan de
veiligheidsregels. Controleer met name dat:
De kettingrem goed werkt;
De uitlooprem goed werkt;
Het zaagblad en de afdekking van kettingwiel
goed zijn gemonteerd;
De ketting is geslepen en gespannen
overeenkomstig de regels;
15. Start de kettingzaag niet terwijl de schede om
het zaagblad is geplaatst. Als de kettingzaag wordt
gestart terwijl de schede om het zaagblad is
geplaatst, kan de schede naar voren worden wegge-
worpen, waardoor in de buurt van de operator per-
soonlijk letsel en materiële schade kan worden
veroorzaakt.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van com-
fort en bekendheid met het gereedschap (na veelvul-
dig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften
van het betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de vei-
ligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstige verwondingen.
ENC007-7
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR ACCU
1. Lees alle voorschriften en waarschuwingen op
(1) de acculader, (2) de accu, en (3) het product
waarvoor de accu wordt gebruikt, aandachtig
door alvorens de acculader in gebruik te nemen.
2. Neem de accu niet uit elkaar.
3. Als de gebruikstijd van een opgeladen accu aan-
zienlijk korter is geworden, moet u het gebruik
ervan onmiddellijk stopzetten. Voortgezet
gebruik kan oververhitting, brandwonden en
zelfs een ontploffing veroorzaken.
4. Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgekomen,
spoel dan uw ogen met schoon water en roep
onmiddellijk de hulp van een dokter in. Elektrolyt
in de ogen kan blindheid veroorzaken.
5. Voorkom kortsluiting van de accu:
(1) Raak de accuklemmen nooit aan met een
geleidend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet in een bak waarin
andere metalen voorwerpen zoals spijkers,
munten e.d. worden bewaard.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan oorzaak zijn van
een grote stroomafgifte, oververhitting, brand-
wonden, en zelfs defecten.
6. Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
7. Werp de accu nooit in het vuur, ook niet wanneer
hij zwaar beschadigd of volledig versleten is. De
accu kan namelijk ontploffen in het vuur.
8. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen
en hem niet blootstelt aan schokken of stoten.
9. Gebruik een accu niet meer nadat deze is geval-
len of gestoten.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
Tips voor een maximale levensduur van de accu
1. Laad de accu op voordat hij volledig ontladen is.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad de
accu op telkens wanneer u vaststelt dat het ver-
mogen van het gereedschap is afgenomen.
2. Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw
op. Als u de accu te veel oplaadt, zal hij minder
lang meegaan.
3. Laad de accu op bij een kamertemperatuur tus-
sen 10°C en 40°C. Laat een warme accu afkoelen
alvorens hem op te laden.
4. Laad de accu zeker elk half jaar een keer op, ook
als u deze geruime tijd lang niet gebruikt.
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
accu ervan is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap af te stellen of te controleren.
Installeren of verwijderen van de accu (Fig. 1)
LET OP:
• Schakel altijd het gereedschap uit voordat u de accu
aanbrengt of verwijdert.
Houd het gereedschap en de accu stevig vast wan-
neer u de accu aanbrengt of verwijdert.
Als u het gereedschap en de accu niet stevig vast-
houdt, zou er iets uit uw handen kunnen glippen, met
mogelijke schade aan het gereedschap of de accu en
kans op lichamelijk letsel.
Om de accu te verwijderen, schuift u deze uit het gereed-
schap los terwijl u de knop voorop de accu ingedrukt
houdt.
Voor het aanbrengen van de accu plaatst u de tong van
de accu in de groef van de behuizing en schuift u de accu
op zijn plaats. Schuif de accu er altijd volledig in totdat
die op zijn plaats vast klikt. Wanneer de rode indicator op
de bovenkant van de knop nog zichtbaar is, zit de accu
niet volledig erin.
LET OP:
Schuif de accu volledig erin totdat de rode indicator niet
meer zichtbaar is. Als u dit nalaat, zou de accu uit het
gereedschap kunnen vallen en uzelf of anderen kun-
nen verwonden.
Druk de accu er niet met kracht in. Als de accu er niet
soepel in gaat, houdt u die waarschijnlijk in de ver-
keerde stand.
Werking van de trekschakelaar (Fig. 2)
LET OP:
Alvorens de accu in het gereedschap te installeren,
controleert u eerst of de trekkerschakelaar goed werkt
en na loslaten terugkeert naar de uit-stand.
Deze machine is voorzien van een ontgrendelknop, om
te voorkomen dat de trekschakelaar per ongeluk wordt
ingedrukt.
Om de machine te starten, drukt u de ontgrendelknop in
en daarna drukt u de trekschakelaar in. Om de machine
te stoppen, laat u de trekschakelaar los.
54
De werking van de kettingrem controleren (Fig. 3)
OPMERKING:
Als de kettingzaag niet kan worden gestart, moet u de
kettingrem loszetten. Trek de beschermkap van de
voorhandgreep naar achteren tot u voelt dat deze
aangrijpt.
Houd de kettingzaag met beide handen vast bij het
inschakelen.
Houd de bovenhandgreep met uw rechterhand vast en
de voorhandgreep met uw linkerhand. Het zaagblad en
de ketting mogen geen enkel voorwerp aanraken.
Druk eerst de uit-vergrendelknop in en knijp daarna de
aan/uit-schakelaar in.
De zaagketting begint onmiddellijk te draaien.
Duw de beschermkap van de voorhandgreep naar voren
met de rug van uw hand. De zaagketting moet onmiddel-
lijk tot stilstand komen.
LET OP:
• Als de zaagketting niet onmiddellijk tot stilstand komt
wanneer deze controle wordt uitgevoerd, mag de
kettingzaag onder geen beding worden gebruikt. Neem
contact op met een in MAKITA gespecialiseerde
reparatiedienst.
De uitlooprem controleren
Schakel de kettingzaag in.
Laat de aan/uit-schakelaar helemaal los. De zaagketting
moet binnen een seconde tot stilstand komen.
LET OP:
Als de zaagketting niet binnen een seconde tot
stilstand komt wanneer deze controle wordt uitgevoerd,
mag de kettingzaag niet worden gebruikt. Neem
contact op met een in MAKITA gespecialiseerde
reparatiedienst.
De kettingsmering instellen (Fig. 4)
U kunt de toevoersnelheid van de oliepomp instellen met
behulp van de stelschroef. De hoeveelheid olie kan
worden ingesteld met behulp van een moersleutel.
Karabijnhaak (bevestigingsoog voor touw) (Fig. 5)
De karabijnhaak (bevestigingsoog voor touw) wordt
gebruikt om het gereedschap op te hangen. Als u de
karabijnhaak wilt gebruiken, trekt u deze naar buiten en
bindt u er een touw aan vast.
Accubeveiligingssysteem
Lithiumionenaccu’s zijn voorzien van een beveiligings-
systeem. Dat systeem kan automatisch de stroomtoe-
voer van het apparaat afsluiten om de levensduur van de
accu te verlengen.
Het gereedschap kan tijdens gebruik automatisch stop-
pen wanneer het gereedschap en/of de accu aan één
van de volgende omstandigheden wordt blootgesteld:
Overbelasting:
Als het gereedschap wordt gebruikt op een manier die
een abnormaal hoge stroomsterkte vergt.
In dat geval laat u de trekschakelaar van het gereed-
schap los en verhelpt u de oorzaak van de overbelas-
ting. Vervolgens drukt u de trekschakelaar weer in om
het gereedschap te herstarten.
Als het gereedschap niet start, kan de accu oververhit
zijn. In dat geval laat u de accu even afkoelen voordat u
de trekschakelaar opnieuw indrukt.
Onvoldoende accuspanning:
Als de resterende accuspanning onvoldoende is, zal
het gereedschap niet starten. In dat geval verwijdert u
de accu en laadt u die opnieuw op.
Aanduiding van de resterende acculading (alleen
bij modellen met accu type BL3622A)
De accu van type BL3622A is voorzien van een
resterende acculadingsaanduiding. (Fig. 6)
Druk op de CHECK-knop om de resterende acculading
te zien. Dan gaan de lampjes ongeveer drie seconden
lang branden.
011713
Wanneer alleen het onderste lampje knippert (naast de
letter “E”), of wanneer geen van de lampjes brandt, is
de acculading leeg en werkt het gereedschap niet
meer. In dit geval, laadt u de accu op of vervangt u de
lege accu door een volledig opgeladen accu.
Wanneer twee of meer lampjes niet branden, ook niet
nadat het opladen voltooid is, heeft de accu het einde
van zijn levensduur bereikt.
Wanneer de bovenste twee en de onderste twee
lampjes beurtelings branden, kan een storing in de
accu opgetreden zijn. Neem contact op met uw
dichtstbijzijnde erkende Makita-servicecentrum.
OPMERKING:
Tijdens of direct na gebruik van het gereedschap kan
de aangegeven acculading minder zijn dan de
werkelijke lading.
Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden en de
omgevingstemperatuur, kan de aanduiding iets
verschillen van de werkelijke acculading.
INEENZETTEN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu ervan is verwijderd alvorens enig werk aan
het gereedschap uit te voeren.
Aanbrengen of verwijderen van de zaagketting
LET OP:
Controleer altijd of de machine is uitgeschakeld en de
accu is verwijderd alvorens de zaagketting aan te bren-
gen of te verwijderen.
Draag altijd handschoenen wanneer u de zaagketting
aanbrengt of verwijdert.
Status van lampjes
Resterende lading
70% t/m 100%
45% t/m 70%
20% t/m 45%
0% t/m 20%
Laad de accu op.
Er kan een storing in de
accu zijn opgetreden.
Aan
Uit
Knipperen
E
F
55
1. Om de zaagketting te verwijderen, verschuift u de
hendel iets in de richting van de pijl zodat deze
wordt ontgrendeld uit de vergrendelde stand, en zet
u de hendel rechtop, zoals aangegeven in de
afbeelding. (Fig. 7)
2. Druk de hendel in en draai de ingedrukte hendel
linksom om de moer los te draaien tot de afdekking
van kettingwiel los komt. (Door de hendel in te druk-
ken grijpt deze aan op de moer.) (Fig. 8)
3. Draai de stelknop linksom om de spanning van de
zaagketting af te halen.
4. Verwijder de afdekking van kettingwiel.
5. Haal de zaagketting en zaagblad van de kettingzaag
af.
6. Om de zaagketting te monteren, plaatst u een
uiteinde van de zaagketting rond de voorkant van
het zaagblad en het andere uiteinde rond het
kettingwiel. (Fig. 9)
Monteer op dat moment de zaagketting zoals
aangegeven in de afbeelding omdat deze draait in de
richting van de pijl.
7. Leg het zaagblad op zijn plaats op de kettingzaag.
8. Draai de stelknop linksom zodat de stelpen in de
richting van de pijl verschuift. (Fig. 10)
9. Leg de afdekking van kettingwiel op de kettingzaag
zodanig dat de stelpen in een klein gat in het
zaagblad steekt. (Fig. 11)
10. Druk de hendel in en draai de ingedrukte hendel zo
ver mogelijk rechtsom om de moer vast te draaien.
Draai daarna de hendel een kwartslag linksom om
de moer iets los te draaien. (Fig. 12)
De kettingspanning instellen
De zaagketting kan na vele gebruiksuren los gaan zitten.
Controleer regelmatig de kettingspanning vóór gebruik.
(Fig. 13)
Zet de hendel rechtop.
Druk de hendel in. Draai de ingedrukte hendel een kwart
slag linksom om de moer iets los te draaien. (Door de
hendel in te drukken grijpt deze aan op de moer.)
(Fig. 14)
Draai de stelknop om de kettingspanning in te stellen.
Pak de zaagketting in het midden van het zaagblad vast
en trek deze omhoog. De opening tussen het zaagketting
en de rand van het zaagblad moet ongeveer 2 tot 4 mm
zijn. Als de opening niet ongeveer 2 tot 4 mm is, draait u
de stelknop waarmee het zaagblad is vastgezet iets.
Zorg ervoor dat op dat moment de punt van het zaagblad
iets omhoog wijst. (Fig. 15)
Draai de ingedrukte hendel zo ver mogelijk rechtsom om
de moet stevig vast te draaien. (Fig. 16)
Zet de hendel terug in de oorspronkelijke stand. (Fig. 17)
LET OP:
Door een buitensporig hoge kettingspanning kan de
zaagketting breken, het zaagblad slijten en de stelknop
afbreken.
Het monteren en verwijderen van de zaagketting dient
te gebeuren op een schone plaats zonder zaagsel, enz.
Accuadapter (accessoire) (Fig. 18 en 19)
LET OP:
• Alvorens de accuadapter te gebruiken, leest u eerst
alle instructies voor gereedschappen die op een accu
werken.
• Als u een accu wilt opladen, verwijdert u hem eerst
vanaf de accuadapter en laadt u hem daarna op. Het is
niet toegestaan de accu op te laden terwijl deze in de
accuadapter is aangebracht.
De accuadapter aanbrengen en verwijderen
Schakel het gereedschap altijd uit voordat u de accu-
adapter aanbrengt of verwijdert.
• Om de accuadapter te verwijderen, schuift u die van
het gereedschap af terwijl u de knop op de adapter ver-
schoven houdt.
• Om de accuadapter te bevestigen, plaatst u de tong
van de accuadapter in de groef van de behuizing en
schuift u de accuadapter op zijn plaats. Helemaal aan-
schuiven totdat de adapter met een lichte klik vergren-
delt. Als de rode indicator bovenop de knop nog
zichtbaar is, zit de accuadapter niet volledig erin.
LET OP:
Schuif de accuadapter altijd volledig erin totdat de rode
indicator niet meer zichtbaar is. Als u dit nalaat, zou de
accuadapter uit het apparaat kunnen vallen en uzelf of
anderen kunnen verwonden.
Druk de accuadapter er niet met kracht in. Als de adap-
ter er niet soepel in gaat, houdt u die waarschijnlijk in
de verkeerde stand.
De procedure voor het aanbrengen of verwijderen van
de accu op of van de accuadapter is dezelfde als die
voor het aanbrengen of verwijderen van de accu op of
van het gereedschap.
Druk de haak stevig zo ver mogelijk omlaag wanneer u
de accuadapter aan een broekriem of iets soortgelijks
haakt.
Armbandhaak (accessoire) (Fig. 20)
LET OP:
Bevestig niets anders dan het verlengsnoer aan de
snoerring van de armbandhaak. Als u dat toch doet,
kan dit leiden tot een ongeval of persoonlijk letsel.
Het gebruik van de armbandhaak draagt bij aan het ver-
kleinen van de kans op het per ongeluk doorsnijden van
het verlengsnoer als gevolg van een loshangend verleng-
snoer.
Bevestig de armband stevig om uw arm en duw het ver-
lengsnoer in de snoerring. De lengte van de armband
kan worden afgesteld.
OPMERKING:
Het verlengsnoer mag niet onder de armband zitten.
Forceer de opening van de snoerring niet. Als u dit toch
doet, kan deze worden vervormd en beschadigd.
56
BEDIENING
Smeren (Fig. 21)
De zaagketting wordt automatisch gesmeerd tijdens het
gebruik van de kettingzaag.
Controleer hoeveel olie er nog in de olietank zit door naar
het oliepeilglas te kijken.
Om de olietank bij te vullen, draait u de dop van de olie-
vulopening van de olietank af. De inhoud van de olietank
is 85 ml.
Draai na het bijvullen van de olietank altijd de dop van de
olietank van de kettingzaag.
LET OP:
Wanneer u de kettingzaag voor het eerst vult met ket-
tingolie, of de olietank bijvult nadat deze geheel leeg is
geraakt, vult u olie bij tot aan de onderrand van de vul-
nek. Anders kan de olietoevoer gehinderd worden.
Als kettingolie gebruikt u een olie exclusief voor Makita-
kettingzagen of een in de winkel verkrijgbare kettingolie.
Gebruik nooit olie verontreinigd met vuil- en stofdeel-
tjes of vluchtige olie.
Gebruik botanische olie voor het snoeien van bomen.
Minerale olie kan de bomen beschadigen.
Dwing de kettingzaag nooit tijdens het snoeien van
bomen.
Voordat u de kettingzaag uitzet, controleert u of de bij-
geleverde dop van de olietank is gedraaid.
Houd de kettingzaag uit de buurt van de boom. Start de
kettingzaag en wacht tot de zaagketting voldoende
gesmeerd is.
Breng de onderkantgeleider in aanraking met de tak die
u wilt afzagen alvorens de kettingzaag in te schakelen.
Als u begint te zagen zonder eerst de onderkantgeleider
in aanraking te brengen met de tak die u wilt afzagen kan
het zaagblad gaan schommelen, waardoor letsel van de
gebruiker kan worden veroorzaakt.
Zaag het hout door de kettingzaag omlaag te bewegen.
(Fig. 22)
WERKEN MET DE KETTINGZAAG
Als minimale voorbereiding dient een beginnende gebrui-
ker eerst te oefenen door stammen te zagen op een
schraag of bok.
Snoeien van bomen
LET OP:
• Houd alle delen van uw lichaam uit de buurt van de
zaagketting wanneer de motor draait.
Houd de kettingzaag stevig vast met beide handen
wanneer de motor draait.
Reik niet te ver. Zorg ervoor dat u altijd stevige steun
voor de voeten hebt en uw evenwicht behoudt.
Breng de onderkantgeleider in aanraking met de tak die
u wilt afzagen alvorens de kettingzaag in te schakelen.
Als u begint te zagen zonder eerst de onderkantgeleider
in aanraking te brengen met de tak die u wilt afzagen kan
het zaagblad gaan schommelen, waardoor letsel van de
gebruiker kan worden veroorzaakt. (Fig. 23)
Voor het zagen van dikke takken moet u eerst een
ondiepe ondersnede maken en dan de rest van de snede
van boven af zagen. (Fig. 24)
Wanneer u dikke takken vanaf de onderkant van de tak
probeert af te zagen, kan de tak zich sluiten zodat de
zaagketting in de zaagsnede vastgeklemd raakt. Wan-
neer u dikke takken vanaf de bovenkant probeert af te
zagen zonder een ondiepe snede van onderen te maken,
kan de tak splinteren. (Fig. 25)
Indien u niet in één keer recht door het hout kunt zagen:
Oefen lichte druk uit op het handvat en ga door met
zagen en trek de kettingzaag een beetje terug; breng de
spijkers een beetje lager aan en zaag de rest van de
snede door het handvat omhoog te brengen. (Fig. 26)
Afzagen
Plaats bij het afzagen de getande kam op het hout
waarin u wilt zagen, zoals aangegeven in de afbeelding.
(Fig. 27)
Zaag met draaiende zaagketting in het hout en til de
bovenhandgreep op terwijl u met de voorhandgreep het
zagen geleidt.
Gebruik op deze manier de getande kam als
scharnierpunt.
Vervolg de zaagsnede door licht op de voorhandgreep te
drukken en de kettingzaag iets terug te trekken. Plaats
de getande kam lager tegen het hout en til de
voorhandgreep weer op.
Als u meerdere zaagsneden maakt, schakelt u de
kettingzaag uit tussen de zaagsneden.
LET OP:
Als de zaagketting langs de bovenrand van het
zaagblad wordt gebruikt om te zagen, kan de
kettingzaag in uw richting worden bewogen als de
ketting klem komt te zitten. Om deze reden moet u met
de onderrand van het zaagblad zagen zodat de
kettingzaag van uw lichaam af wordt bewogen.
(Fig. 28)
Als hout onder spanning staat, zaagt u eerst de kant met
de trekkracht (A).
Maak de eindsnede aan de kant met de duwkracht (B).
Hiermee voorkomt u dat het zaagblad bekneld raakt.
(Fig. 29)
Takken afzagen
LET OP:
Takken afzagen mag uitsluitend worden uitgevoerd
door ervaren personen. Door het risico van terugslag
kan een gevaarlijke situatie ontstaan.
Ondersteun bij het afzagen van takken zo mogelijk de
kettingzaag op de boomstam. Zaag niet met de punt van
het zaagblad omdat hierdoor de kans op terugslag
ontstaat.
Let met name goed op bij takken die onder spanning
staan. Zaag geen takken vanaf de onderkant als deze
niet worden ondersteund.
Ga bij het afzagen van takken niet bovenop de
omgezaagde boomstam staan.
Inzagen en in de richting van de houtnerf zagen
LET OP:
Inzagen en in de richting van de houtnerf zagen mag
uitsluitend worden uitgevoerd door personen met
speciale training. Het risico van terugslag vormt een
kans op letsel.
Als u in de richting van de houtnerf zaagt, moet de hoek
zo klein mogelijk zijn. Voer het zagen zo voorzichtig
mogelijk uit, want de getande kam kan niet worden
gebruikt. (Fig. 30)
57
Omzagen
LET OP:
Omzagen mag uitsluitend worden uitgevoerd door
getrainde personen. Het werk is gevaarlijk.
Houd u aan de plaatselijke regelgeving als u een boom
wilt omzagen.
- Voordat u met het omzagen begint, controleert u de
volgende punten: (Fig. 31)
(1) Uitsluitend de personen die betrokken zijn bij het
omzagen mogen zich in de buurt bevinden;
(2) Iedere betrokken persoon moet een ongehinderde
vluchtroute hebben door een gebied van ongeveer
45° aan weerskanten van de vallijn. Let op het
risico van struikelen over elektrische snoeren;
(3) De voet van de stam met vrij zijn van vreemde
voorwerpen, wortels en takken;
(4) Binnen een afstand van 2 1/2 keer de lengte van de
boom mogen zich geen personen of voorwerpen
bevinden in de richting waarin de boom zal vallen.
- Let met betrekking tot ieder boom op de volgende
punten:
De richting waarin de boom overhelt;
Losse of droge takken;
Hoogte van de boom;
Natuurlijke overhang;
Of de boom verrot is of niet.
- Let op de windsnelheid en -richting. Zaag geen bomen
om als er sterke rukwinden zijn.
- Afkorten van worteluitwassen: Begin met de grootste
uitwassen. Maak eerst de verticale zaagsnede en
daarna de horizontale zaagsnede. (Fig. 32)
- Zaag een inkeping: De inkeping bepaalt de richting
waarin de boom valt en geleidt de val. De inkeping
wordt gemaakt aan de kant waarheen de boom moet
vallen. Maak de inkeping zo dicht mogelijk bij de grond.
Maak eerst de horizontale zaagsnede tot een diepte
van 1/5 tot 1/3 van de stamdiameter. Maak de inkeping
niet te groot. Maak vervolgens de diagonale
zaagsnede.
- Maak eventuele correcties aan de inkeping over de
gehele breedte ervan.
- Maak de zaagsnede aan de achterkant iets hoger dan
de horizontale zaagsnede van de inkeping. De
zaagsnede aan de achterkant moet precies horizontaal
zijn. Laat ongeveer 1/10 van de stamdiameter over
tussen de zaagsnede aan de achterkant en de inkeping.
De houtvezels in het niet-doorgezaagde deel van de
stam werken als een scharnier. Zaag niet de volledige
diameter van de stam door omdat dan de boom
ongecontroleerd zal vallen. Plaats bijtijds wiggen in de
achterkant
. (Fig. 33)
- Alleen kunststof- of aluminiumwiggen mogen worden
gebruikt om de
achterkant
open te houden. IJzeren
wiggen mogen niet worden gebruikt.
- Ga aan de zijkant van de vallende boom staan. Houd
aan de achterkant van de vallende boom een gebied
vrij met een hoek van 45° aan weerskanten van de
vallijn (zie bij “Omzagen” Fig. 31). Let goed op vallende
takken.
- U dient een vluchtroute te plannen en eventueel vrij te
maken voordat u met het zagen begint. De vluchtroute
moet diagonaal naar achteren lopen weg van de
valrichting, zoals aangegeven in de afbeelding.
(Fig. 34)
Dragen van de machine (Fig. 35)
Verwijder altijd de accu uit het gereedschap en plaats de
kettingbeschermer op het zaagblad alvorens het gereed-
schap te gaan dragen. Plaats ook het accudeksel op de
accu.
ONDERHOUD
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
accu ervan is verwijderd alvorens te beginnen met
onderhoud of inspectie.
• Draag voor inspectie- of onderhoudswerkzaamheden
altijd handschoenen.
Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol en
dergelijke. Hierdoor het verkleuring, vervormingen en
barsten worden veroorzaakt.
De zaagketting slijpen
LET OP:
Haal altijd de accu van het gereedschap af en draag
altijd veiligheidshandschoenen wanneer u werkzaam-
heden uitvoert aan de zaagketting.
Slijp de zaagketting als:
- Poederachtig zaagsel wordt geproduceerd tijdens het
zagen van vochtig hout;
- De zaagketting moeizaam in het hout binnendringt,
zelfs wanneer hoge druk wordt uitgeoefend;
- De zaagsnede duidelijk beschadigd is;
- De kettingzaag naar links of rechts trekt in het hout. De
reden hiervan is een ongelijkmatige scherpte van de
zaagketting, of een beschadiging aan slechts een kant.
(Fig. 36)
Slijp de zaagketting veelvuldig, maar slijp iedere keer
slechts een weinig materiaal weg.
Twee of drie bewegingen met een vijl zijn doorgaans vol-
doende voor regelmatig bijslijpen. Als de zaagketting
meerdere malen is bijgeslepen, laat u deze een keer slij-
pen door een in MAKITA gespecialiseerde reparatie-
dienst.
Vijl en vijlbeweging
- Gebruik een speciale ronde vijl (optioneel accessoire)
voor het aanscherpen.
- Zaagketting type 91VG en 91PX: Ronde vijl voor
zaagketting, diameter 4,0 mm
- Zaagketting type 90SG: Ronde vijl voor zaagketting,
diameter 4,5 mm
- De vijl mag alleen tijdens de voorwaartse beweging
met het materiaal in aanraking komen. Til de vijl van
het materiaal af tijdens de achterwaartse beweging.
- Slijp eerst het kortste mes. De lengte van dit mes is
vervolgens de maatstaf voor alle andere messen op de
zaagketting.
- Beweeg de vijl zoals aangegeven in de afbeelding.
(Fig. 37)
- De vijl kan gemakkelijker worden bewogen als een vijl-
houder (accessoire) wordt gebruikt. Op de vijlhouder
staan merktekens voor de juiste slijphoek van 30° (lijn
de merktekens parallel uit met de zaagketting) en
beperkt de diepte waartoe de vijl doordringt (tot 4/5 van
de vijldiameter).
58
Beweeg de vijl zoals aangegeven in de afbeelding.
(Fig. 38)
- Nadat de zaagketting is geslepen, controleert u de
hoogte van de dieptemeter met behulp van het ketting-
meetgereedschap (optionele accessoire).
- Verwijder eventueel uitstekend materiaal, ongeacht
hoe klein, met een speciale platte vijl (optionele acces-
soire).
- Maak de voorkant van de dieptevoeler weer rond.
- Spoel vuil- en stofdeeltjes van de zaagketting af na het
instellen van de hoogte van de dieptemeter.
Reinigen van het zaagblad (Fig. 39)
Schilfertjes en zaagsel zullen in de groef van het zaag-
blad blijven zitten, zodat de groef verstopt raakt en de
oliestroom wordt belemmerd. Verwijder altijd schilfertjes
en zaagsel uit de groef wanneer u de zaagketting aan-
scherpt of vervangt.
De olieuitstroomopening schoonmaken
Kleine vuil- of stofdeeltjes kunnen zich tijdens gebruik
ophopen in de olieuitstroomopening.
Kleine vuil- of stofdeeltjes die zich in de olieuitstroomo-
pening hebben verzameld kunnen het uitstromen van de
olie belemmeren waardoor de hele kettingzaag onvol-
doende wordt gesmeerd.
Wanneer onvoldoende toevoer van kettingolie optreedt
aan het uiteinde van het zaagblad, maakt u de olieuit-
stroomopening als volgt schoon.
Verwijder de accu van het gereedschap.
Verwijder de afdekking van kettingwiel en de zaagketting
van het gereedschap. (Raadpleeg het gedeelte getiteld
“Aanbrengen of verwijderen van de zaagketting”.)
Verwijder het stof en de kleine deeltjes met behulp van
een platkopschroevendraaier met een dunne steel of iets
dergelijks. (Fig. 40)
Steek de accu in het gereedschap.
Knijp de aan/uit-schakelaar in om opgehoopte vuil- en
stofdeeltjes uit de olieuitstroomopening te persen door
kettingolie te doen stromen. (Fig. 41)
Verwijder de accu van het gereedschap.
Monteer de afdekking van kettingwiel en de zaagketting
weer op het gereedschap.
Het kettingwiel vervangen (Fig. 42 en 43)
Controleer de conditie van het kettingwiel voordat u een
nieuwe zaagketting monteert.
LET OP:
Een versleten kettingwiel beschadigt de nieuw zaagket-
ting. Vervang in dat geval eerst het kettingwiel. Het ket-
tingwiel moet worden gemonteerd in de richting
aangegeven in de afbeelding.
Monteer bij het vervangen van het kettingwiel altijd een
nieuwe borgring.
Vervangen van de koolborstels (Fig. 44 en 45)
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarke-
ring versleten zijn. Houd de koolborstels schoon zodat ze
goed in de houders glijden. Beide koolborstels dienen
tegelijkertijd te worden vervangen. Gebruik uitsluitend
identieke koolborstels.
Gebruik een schroevendraaier om de doppen van de
koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten bor-
stels eruit, steek de nieuwe erin, en zet de doppen weer
goed vast.
Het gereedschap bewaren
Reinig het gereedschap voordat u het opbergt. Haal de
afdekking van kettingwiel eraf en verwijder zaagsel en
houtsnippers vanaf het gereedschap. Laat na het
schoonmaken het gereedschap onbelast draaien om de
zaagketting en het zaagblad te smeren.
Plaats de kettingbeschermer op het zaagblad.
Verwijder de olie uit de olietank zodat deze leeg is en leg
de kettingzaag weg.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd door een
erkend Makita servicecentrum, en dit uitsluitend met
gebruikmaking van originele Makita vervangingsonder-
delen.
OPTIONELE ACCESSOIRES
LET OP:
• Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen
voor gebruik met het Makita gereedschap dat in deze
gebruiksaanwijzing is beschreven. Bij gebruik van
andere accessoires of hulpstukken bestaat er gevaar
voor persoonlijke verwonding. Gebruik de accessoires
of hulpstukken uitsluitend voor hun bestemde doel.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde Makita Servicecentrum
voor verder advies of bijzonderheden omtrent deze
accessoires.
Originele Makita accu en accu-oplader
Zaagketting
Kettingbeschermer
Compleet zaagblad
Vijl
Gereedschapetui
Accuadapter
Armbandhaak (te gebruiken in combinatie met de
accuadapter)
OPMERKING:
Sommige van de onderdelen in deze lijst kunnen bijge-
leverd zijn als standaard-accessoires. Deze accessoi-
res kunnen per land verschillend zijn.
59
ENG905-1
Geluidsniveau
De typisch, A-gewogen geluidsniveaus vastgesteld vol-
gens EN60745:
Geluidsdrukniveau (L
pA
): 87,3 dB (A)
Geluidsvermogenniveau (L
WA
): 95,3 dB (A)
Onnauwkeurigheid (K): 3,0 dB (A)
Draag oorbeschermers
ENG900-1
Trilling
De totaalwaarde van de trillingen (triaxiale vectorsom)
vastgesteld volgens EN60745:
Model BUC250, UC250D
Gebruikstoepassing: zagen in hout
Trillingsemissie (a
h
): 7,0 m/s
2
Onnauwkeurigheid (K): 1,6 m/s
2
Model BUC300, UC300D
Gebruikstoepassing: zagen in hout
Trillingsemissie (a
h
): 6,3 m/s
2
Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s
2
ENG901-1
• De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten vol-
gens de standaardtestmethode en kan worden gebruikt
om dit gereedschap te vergelijken met andere gereed-
schappen.
De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden
gebruikt voor een beoordeling vooraf van de blootstel-
ling.
WAARSCHUWING:
De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch
gereedschap in de praktijk kan verschillen van de
opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de
manier waarop het gereedschap wordt gebruikt.
Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden getrof-
fen ter bescherming van de operator die zijn gebaseerd
op een schatting van de blootstelling onder praktijkom-
standigheden (rekening houdend met alle fasen van de
bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende welke het
gereedschap is uitgeschakeld en stationair draait,
naast de ingeschakelde tijdsduur).
ENH030-4
Alleen voor Europese landen
EU-Verklaring van Conformiteit
Wij, Makita Corporation, als de verantwoordelijke
fabrikant, verklaren dat de volgende Makita-
machine(s):
Aanduiding van de machine:
Accu-kettingzaag
Modelnr./Type: BUC250, UC250D, BUC300, UC300D
Technische gegevens: zie de tabel “TECHNISCHE
GEGEVENS”.
in serie zijn geproduceerd en
Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen:
2000/14/EC, 2006/42/EC
En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de vol-
gende normen of genormaliseerde documenten:
EN60745
Verklaringsnr. van EU-typeonderzoek 4811008.12010
Het EU-typeonderzoek volgens 2006/42/EC werd uitge-
voerd door:
DEKRA Testing and Certification GmbH
Enderstrasse 92b
01277 Dresden
Duitsland
Identificatienr. 2140
De technische documentatie wordt bewaard door:
Makita International Europe Ltd.
Technische afdeling,
Michigan Drive, Tongwell,
Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland
De conformiteitsbeoordelingsprocedure vereist door
Richtlijn 2000/14/EC was in Overeenstemming met
annex V.
Gemeten geluidsvermogenniveau: 95,2 dB (A)
Gegarandeerd geluidsvermogenniveau: 98,0 dB (A)
31.7.2012
Tomoyasu Kato
Directeur
Makita Corporation
3-11-8, Sumiyoshi-cho,
Anjo, Aichi, 446-8502, JAPAN
1/96