NLNL
NEDERLANDS | easy2wire VDB
23
Aansluiten van de radiografische uitbreidingsmodule VTX-BELL.
Met de VTX-BELL kan het belsignaal radiografisch aan ontvangers uit de
BELL-serie (op dit moment BELL 200 RX, BELL 210 USB en BELL 220 RX)
worden doorgegeven. De radiografische module wordt op de 3-polige
stekker (B.15) binnenin het binnenstation gestoken. Daarvoor hebt u de
korte, bij de VTX-BELL geleverde, 3-polige verlenging nodig.
BELANGRIJK: De adapter graag pas op het elektriciteitsnet aansluiten
nadat u de installatie volledig hebt gemonteerd. Anders zouden er
tijdens de montage kortsluitingen kunnen voorkomen die in het ergste
geval de apparatuur onherstelbaar kunnen beschadigen.
AANWIJZING: Het buitenstation is in overeenstemming met IP 44
tegen spatwater beschermd. Bij heftige regen, vooral wanneer de wind
ook nog krachtig is, kan er desondanks water binnendringen in de behu-
izing. We adviseren daarom om het station buiten op een beschutte plek
te monteren. Is het niet mogelijk om het station buiten op een beschutte
plek te monteren dan dient u een bescherming tegen weersinvloeden
te monteren.
Montage
Bovendien moet de muur op de locatie waar het buitenstation wordt
gemonteerd vlak zijn en moet u er bij het vastschroeven van het
buitenstation op letten dat u het niet scheef trekt. Dit geldt ook voor
het/de binnenstation(s).
1. Draai beide schroeven (A.8) waarmee het frontpaneel is bevestigd
uit het buitenstation.
2. Neem het edelstalen frontpaneel eraf. Pak het aan weerszijden met
de vingers vast en druk tegelijkertijd met beide duimen het naam-
bordje naar achteren en eruit. Het kan zijn dat het grote lichtvenster
iets klemt. Druk het dan iets naar achteren.
3. Nu zijn de schroeven van de behuizing (A.5) en de schroeven (A.7)
voor de afdekking van de terminal (A.6) blootgelegd. Draai eerst de
schroeven van de terminalafdekking eruit en leg de terminalafdek-
king weg.
4. Draai nu de zes (6) schroeven uit de behuizing (A.5)
en leg deze weg.
5. Neem nu boven- en onderstuk van de behuizing voorzichtig uit
elkaar. U kunt nu de twee 6-polige stekkers die de hoofdprintplaat
met de terminals verbinden, eraf trekken.
6. Leg het bovenstuk van de behuizing weg en neem het onderstuk
van de behuizing om met behulp daarvan op de plaats van bestem-
ming van het buitenstation de montagegaten af te tekenen.
7. Boor de montagegaten met een passende boor van 6 mm en steek
in elk gat één van de erbij geleverde pluggen.
8. Steek de toevoerkabel door de kabeldoorvoer en schroef het
onderdeel van de behuizing op de muur vast.
9. Sluit de door u aangelegde kabel op de terminal aan.
10. Pas het naambordje aan naar uw wensen (zie: „Aanpassen van
naambordje en lichtvenster“).
11. Voer daarna de stappen 1 tot en met 5 in omgekeerde volgorde uit
om het buitenstation weer in elkaar te zetten.
Aanwijzing: Zouden het naambordje en het lichtvenster niet uit
zichzelf op hun plaats blijven zitten, wanneer u het edelstalen
frontpaneel weer wilt aanbrengen, dan kunt u het lichtvenster en
het naambordje met een strook plakband vastzetten.
Aanpassen van naambordje en lichtvenster
Het naambordje bestaat uit twee doorzichtige, kunststof onderdelen
die met twee schroeven aan elkaar zijn bevestigd.
12. Verwijder beide schroeven en neem het naambordje uit elkaar.
Tussen beide kunststof onderdelen ligt de folie voor de tekst.
13. Beschrijf de folie met een veegvaste viltstift of druk via de PC en de
printer een naambordje met de afmetingen 71 x 15 mm af (u kunt
normaal papier gebruiken maar bedrukbare folie die u in winkel
voor schrijfartikelen kunt kopen is beter geschikt).
14. Leg het van tekst voorziene naambordje (folie) tussen de twee
kunststof onderdelen en schroef deze weer aan elkaar.
15. Let er daarbij op dat het onderste kunststof onderdeel in de juiste
richting aan het bovenste wordt gezet.
Het lichtvenster bestaat eveneens uit twee kunststof onderdelen,
waarvan het ene vastzit aan de buiteneenheid. Het andere wordt
daar los bovenop gelegd en door het frontpaneel op zijn plaats
gehouden. De afmetingen van het tekstveld zijn 72 x 62 mm.
MONTAGE BINNENSTATION
De montagehoogte van het binnenstation kunt u in overeenstemming
met uw omstandigheden zelf kiezen.
1. De behuizing van het binnenstation is alleen maar in elkaar gesto-
ken en wordt door nokken en sleuven bijeen gehouden. Om het
onderste deel van de behuizing van het frontgedeelte te scheiden
kunt u het onderste deel er eenvoudig aftrekken.
2. Gebruik het onderste deel van de behuizing als mal om de
boorgaten af te tekenen. Let er daarbij op dat het onderste deel
waterpas aan de muur hangt.
AANWIJZING: Het onderste deel van de behuizing kan ook op een
inbouwdoos worden bevestigd. Hiervoor zijn rond de kabeldoorvo-
eropening de overeenkomstige montageopeningen aangebracht.
Zou de bevestiging op deze wijze niet voldoende zijn dan kunt u
nog twee montageopeningen boren en het binnenstation nog extra
vastschroeven.
easy2wire AD_AP_I-Manual_210x240_Fin1.indd 23 28.10.14 17:02