72
Onze aansprakelijkheid vervalt bij een ongeval ten gevolge van
een afwezige, defecte of foute aarding.
• De voedingskabel (H05 RR-F, H05 RN-F of H05 W-F) dient lang genoeg te zijn om te
kunnen worden aangesloten op de oven wanneer de oven met het oog op de
inbouw op de grond voor het keukenmeubel wordt geplaatst.
Werkwijze (koppel eerst de oven van het elektriciteitsnet af) :
• Open het toegangsplaatje rechts onderaan de achterwand. Draai hiervoor de 2
schroeven los en draai het plaatje weg.
• Ontbloot elke draad van de nieuwe voedingskabel over een lengte van 12 mm.
• Tors de draadjes van elke draad voorzichtig ineen.
• Draai de schroeven van het klemmenbord los en verwijder de te vervangen
voedingskabel.
• Steek de voedingskabel langs de zijkant van de achterwand in de kabelklem rechts
van het klemmenbord.
• Verbind de draden van de voedingskabel overeenkomstig het (de) schema('s) op
het toegangsplaatje.
• Alle draadjes van elke draad van de voedingskabel dienen onder de schroeven vast te zitten.
• De fasedraad moet worden verbonden met de L-klem.
• De aardingsdraad (groen-geel) moet worden verbonden met de aardingsklem .
• De nulleider (blauwe draad) moet worden verbonden met de N-klem.
• Draai de schroeven van het klemmenbord stevig vast en controleer de stevigheid
van de
aansluiting door even aan elke draad te trekken.
• Leg de voedingskabel vast door middel van de kabelklem rechts van het
klemmenbord.
• Schroef het toegangsplaatje met de 2 schroeven opnieuw vast.
Voer de elektrische aansluiting uit alvorens de oven in het meubel in te bouwen.
• Voor de aansluiting van de oven gebruikt u een voedingskabel (genormaliseerd)
met 3 geleiders met een doorsnede van 1,5 mm2 (1 fasedraad + 1 nulleider +1
aarding
). Deze geleiders worden aangesloten op een elektriciteitsnet van
220-240 V ~ (monofasig) via een genormaliseerd stopcontact 1 fasedraad +
1 nulleider +
aarding overeenkomstig de norm of via een element met
omnipolaire schakelaar met een minimale afstand tussen de kontakten van 3 mm.
De beschermingsdraad (groen-geel) is verbonden met de aardingsklem van het
apparaat en moet worden verbonden met de aarding van de installatie.
• Indien u kiest voor een aansluiting op een stopcontact, dient u ervoor te zorgen
dat het stopcontact ook na de aansluiting gemakkelijk bereikbaar blijft.
• De nulleider van de oven (blauwe draad) dient met de nulleider van het
elektriciteitsnet te worden verbonden.
Vervanging van de voedingskabel
Installatie