Aeg-Electrolux C3100-5-M Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
C3100-5
Gebruiksaanwijzing Elektrisch
inbouwfornuis
Gaskookplaat
2
Geachte mevrouw, heer
Hartelijk dank voor het kiezen van een van onze kwaliteitsproducten. U heeft
een goede keuze gemaakt. Zo kunt u dankzij de combinatie van functioneel de-
sign en hoogwaardige technologie rekenen op optimale prestaties en bedie-
ningsgemak. En onze zorg voor het milieu, komt o.a. tot uitdrukking in het
energiebesparend functioneren van dit apparaat. Om er zeker van te zijn dat uw
apparaat optimaal en onberispelijk presteert, dient u deze gebruiksaanwijzing
aandachtig door te lezen. Dan zult u alle processen perfect en zeer efficiënt kun-
nen besturen.
Wij raden u aan deze gebruiksaanwijzing goed te bewaren, zodat u nog eens iets
kunt nalezen. En wilt u dit boekje doorgeven aan een eventuele volgende eige-
naar van het apparaat.
Wij wensen u veel succes met uw nieuwe apparaat.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
1
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over
het voorkomen van schade aan het apparaat.
3 Algemene informatie en tips
2 Milieu-informatie
3Inhoud
Inhoud
Gebruiksaanwijzing 5
Afvalverwerking 7
Beschrijving van het apparaat 8
Totaalaanzicht 8
Bedieningspaneel 8
Metalen kookraam 9
Glazen kookraam 9
Kookzone brander 9
Uitrusting oven 10
Accessoires oven 11
Voor het in gebruik nemen 12
Dagtijd instellen en wijzigen 12
Reinigen voor het in gebruik nemen 13
Bedienen van de kookzones 14
Kookstand instellen 15
Kookgerei 16
Bedienen van de oven 17
Oven in- en uitschakelen 17
Ovenfuncties 18
Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen 19
Klokfuncties 20
Uitschakelen van de tijdsaanduiding 21
Toepassingen, tabellen en tips 26
Bakken 26
Baktabel 28
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten 31
Tabel diepgevroren kant-en-klare gerechten 31
Braden 32
Braadtabel 32
Vlak-grilleren 34
Grilltabel 34
Ontdooien 35
Ontdooitabel 35
Drogen met hetelucht 36
Wecken 37
Inhoud4
Reiniging en onderhoud 38
Buitenkant apparaat 38
Kookraam 38
Binnenkant oven 39
Accessoires 39
Inschuifroosters 40
Ovenverlichting 41
Bovenwand van de oven 42
Bakovendeur 43
Het glas van deur van de bakoven 45
Wat te doen als … 48
Technische gegevens 50
Typeplaatje 51
Aanwijzingen voor de installatie 52
Garantie/Adres service-afdeling 63
Adres service-afdeling 65
Service 67
5Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
Gas- en elektrische veiligheid
Het apparaat mag alleen door een erkende vakman aangesloten worden.
Voorafgaand aan de installatie en de ingebruikname moet kennis genomen
worden van de aanwijzingen voor bediening en installatie.
Het apparaat mag alleen volgens de geldende bepalingen worden geïnstal-
leerd en uitsluitend in een goed geventileerde en voldoende
grote ruimte opgesteld worden. Raadpleeg bij twijfel uw installateur.
Bij storingen of beschadiging van het apparaat: de stoppen verwijderen of uit-
schakelen en de gastoevoer sluiten.
Bij lange afwezigheid: de centrale gastoevoer sluiten.
Uit veiligheidsoverwegingen is het niet toegestaan het apparaat met een va-
poretta of een hogedrukreiniger schoon te maken.
Reparaties van het apparaat mogen alleen door erkende vakmensen uitge-
voerd worden. Door ondeskundige reparaties kan een gevaarlijke situatie ont-
staan. Wend u voor reparaties tot onze klantenservice of uw vakhandelaar.
Veiligheid voor kinderen
Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid bij gebruik
Personen (waaronder begrepen kinderen) die op grond van hun fysieke, senso-
rische of verstandelijke vermogens, dan wel op grond van onervarenheid of
onkunde niet in staat zijn het apparaat veilig te gebruiken, dienen dit apparaat
niet zonder het toezicht of zonder de instructies van een verantwoordelijke
persoon te gebruiken.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet zonder toezicht achter.
1 Waarschuwing wanneer men gas ruikt:
Geen elektrische schakelaars omzetten.
Geen lucifers afstrijken of vuur maken, niet roken.
Ramen en deuren openen, flink laten luchten.
De gastoevoer van het apparaat en de centrale gaskraan afsluiten.
De noodgevallen dienst van uw gasleverancier of uw onderhoudsdienst inlich-
ten.
Het apparaat niet manipuleren.
Gebruiksaanwijzing6
1 Volg de veiligheidsvoorschriften van uw lokale gasleverancier op!
Dit apparaat mag alleen gebruikt worden voor gewone huishoudelijke doel-
einden, namelijk het koken, braden en bakken van gerechten.
Wees voorzichting bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontac-
ten in de nabijheid van het apparaat. Elektriciteitskabels mogen niet dicht bij
hete plekken komen of onder de hete ovendeur vastgeklemd worden.
1 Waarschuwing: Gevaar voor verbranding! Bij gebruik worden de binnenkant
van de oven en de kookzones heet.
Oververhit vet en olie is erg brandbaar. Wanneer u gerechten bereidt in vet of
olie (bv. friet), moet u de bereiding gadeslaan.
3 Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van
levensmiddelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de
gezondheid door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levens-
middelen zoveel mogelijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet
te veel te bruinen.
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het apparaat
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen,
enzovoort op de bodem omdat daarmee het email van de oven door de ont-
stane hitteconcentratie wordt beschadigd.
Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die niet kun-
nen worden verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig
is.
Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden
beschadigd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste glasplaat,
kan het glas breken.
Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven
kan dit ontbranden.
Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor be-
schadigd raken.
3 Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn
niet van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contrac-
tueel gebruik. Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
7Afvalverwerking
Afvalverwerking
2
Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De
kunststoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder
de verpakkingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de ge-
meentelijke inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers.
2 Oud apparaat verwijderen
Het symbool W op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product
niet als huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats
worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecy-
cled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in
verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
1 Waarschuwing: om ervoor te zorgen dat het afgedankte apparaat geen gevaar
meer kan opleveren, moet het onbruikbaar worden gemaakt voordat het wordt
weggegooid.
Koppel het apparaat hiervoor los van de gas- en stroomvoorziening en
verwijder het aansluitsnoer van het apparaat.
Beschrijving van het apparaat8
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Bedieningspaneel
Glazen deur
Bedieningspaneel
Deurgreep
Temperatuurcontrolelampje
Ovenfuncties
Temperatuurkeuze
Kookzoneschakelaar
Bedrijfscontrolelampje
Klokfunctietoetsen
Tijdsindicatie
Kookzoneschakelaar
9Beschrijving van het apparaat
Metalen kookraam
Glazen kookraam
Kookzone brander
Sterkbrander
Normaalbrander
Sudderbrander
Sterkbrander
Normaalbrander
Sterkbrander
Sudderbrander
Sterkbrander
Branderdeksel
Kookzone-brander
Branderring
Temperatuursensor
Bougie
Sproeier
Beschrijving van het apparaat10
Uitrusting oven
Binnenkant deur
Aan de binnenkant van de ovendeur is de
nummering van de inzetniveaus van de
ovenweergegeven.
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Ventilator
Onderwarmte
Inzetniveaus
Uitneembaar inschuifrooster
11Beschrijving van het apparaat
Accessoires oven
Rooster
Voor servies, bak- en braadvormen, braden
en grillen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en
braden resp. als opvangbak voor het vet.
Voor het in gebruik nemen12
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3 De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na
een stroomstoring knippert het functie-
lampje Dagtijd automatisch.
1. Om een reeds ingestelde dagtijd te veran-
deren drukt u de toets Selectie zo vaak
in, tot het functielampje Dagtijd knip-
pert.
2. Met de toets of de juiste tijd instellen.
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en
geeft de klok de ingestelde tijd aan.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3 De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als
er geen automatische functie (Duur of
Einde ) is ingesteld.
13Voor het in gebruik nemen
Reinigen voor het in gebruik nemen
Oven
Voordat u de oven in gebruik neemt, moet u hem grondig reinigen.
1 Attentie: Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! De oppervlakte
kan beschadigd worden.
3 Bij metalen fronten in de handel verkrijgbare onderhoudsmiddelen gebruiken.
1. Schakelaar ovenfunctie op ovenverlichting zetten.
2. Alle accessoires en inschuifroosters uit de oven nemen en met een warm sopje
schoonmaken.
3. Oven ook met een warm sopje afnemen en drogen.
4. Front van het apparaat alleen met een vochtige doek afnemen.
Gaskookraam
Het kookraam, het rooster en de branderdeksels eveneens met een warme zee-
poplossing wassen en afdrogen.
Bedienen van de kookzones14
Bedienen van de kookzones
Het apparaat is uitgerust met geheel beveiligde branders in de kookzone. Wan-
neer het vuur om welke reden dan ook uitgaat, wordt de gastoevoer automa-
tisch afgesloten.
De uitstroomopeningen van het gas in de branders mogen niet verstopt raken
met overgekookte vloeistoffen of schoonmaakmiddelen.
1 Let op: Controleer altijd dat het deksel van de brander recht op de voet van de
brander ligt en er goed in past.
Kookzoneschakelaar
U kunt de kookstanden instellen op de posities grote vlam / kleine vlam .
Tussenstanden zijn mogelijk.
Grote vlam = hoogste stand
Kleine vlam = kleinste stand
Kookzoneschakelaar
links voor links achter rechts achter rechts voor
15Bedienen van de kookzones
Kookstand instellen
1. De kookzone schakelaar naar links draaien
tot de stand grote vlam .
2. De kookzoneschakelaar stevig ingedrukt
houden totdat het gas ontbrandt. Na ont-
branding de kookzoneschakelaar geduren-
de ongeveer 6-10 sekonden ingedrukt
houden.
Wanneer de vlam uitgaat, de onstekings-
procedure herhalen.
3. De gewenste kookstand instellen.
4. Om de kookprocedure af te sluiten in de UIT
stand terugdraaien.
3 Wanneer de stroom uitvalt of wanneer de onsteking vochtig is (als gevolg van
overkoken of schoonmaken), kunnen de branders ook met een gasaansteker of
een lucifer aangestoken worden.
Bedienen van de kookzones16
Kookgerei
Gebruik uitsluitend potten en pannen met een vlakke bodem. Het kookgerei
moet stevig op de pannenhouder staan.
Gebruik altijd passende deksels en houd deze gesloten, tenzij de toepassing
het tegendeel verlangt. Zo spaart u energie en worden de gerechten sneller
gaar.
De vlammen mogen niet boven de bodem van het kookgerei uitkomen. Let er
altijd op dat de grootte van het vuur geschikt is voor de doorsnede van het
kookgerei.
Wij bevelen aan dat u de volgende groottes gebruikt:
1 Let op: Grote pannen mogen geen planken, wanden of wandlijsten die uit
kunststof zijn gemaakt aanraken.
Kookzone
Kleinste
doorsnede
gaarkoker 120 mm Ø
gewone brander 140 mm Ø
grote brander 160 mm Ø
17Bedienen van de oven
Bedienen van de oven
Oven in- en uitschakelen
1. Zet de functiekiezer van de oven in de gewenste stand.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van de oven aan
staat.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de functiekiezer en de temperatuurkiezer
van de oven beide in de Uit stand zetten.
3 Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch inge-
schakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is
uitgeschakeld blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen
en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
Temperatuurcontrolelampje
Ovenfuncties Temperatuurkeuze
Bedrijfscontrolelampje
Klokfunctietoetsen
Bedienen van de oven18
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
Ovenfunctie Toepassing
Ovenverlichting Met deze functie kunt u de binnenzijde van de oven verlichten,
bijvoorbeeld om deze schoon te maken.
Lucht circulatie Voor het bakken op maximaal twee niveaus.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Boven- en onder-
warmte
Voor het bakken en braden op één niveau.
Onderwarmte Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
Ontdooien Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Grill Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Grote grill Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
veelheden en om te roosteren.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau.
Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
19Bedienen van de oven
Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen
3 Uittrek- en kantelbeveiliging
Ter beveiliging tegen het uittrekken, hebben alle inschuifdelen aan de linker kant
een kleine bolling naar onderen.
Schuif de inschuifdelen er zo in dat de bolling in het bakgedeelte zich achterin
bevindt. Deze bolling is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuif-
delen.
Baakplaat resp. vetopvangbak plaatsen:
Schuif de bakplaat resp. de vetopvangbak
tussen de geleidestangen van het gekozen
niveau.
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de beide
voetjes naar onder wijzen.
Schuif het rooster tussen de geleidestan-
gen van het gekozen niveau.
3 Door de verhoogde lijst die om het rooster
loopt, is het vaatwerk bovendien be-
schermd tegen afglijden.
Rooster en vetopvangbak plaatsen:
Plaats het rooster op de vetopvangbak.
Schuif de vetopvangbak tussen de geleide-
stangen van het gekozen niveau.
Bedienen van de oven20
Klokfuncties
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen
(zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
Toets Selectie
Toets
Toets
Tijdsindicatie FunctielampjesFunctielampjes
21Bedienen van de oven
3 Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
Na het selecteren van een functie knippert het bijbehorende functielampje
ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kunnen met de toetsen of de ge-
wenste tijden worden ingesteld.
Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna blijft het functielampje branden. De ingestelde tijd be-
gint te lopen.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te
drukken.
De gewenste ovenfunctie en oventemperatuur kunnen voor of na het instellen
van de klokfuncties Duur en Einde worden gekozen.
Na afloop van het bereidingsproces draait u de schakelaars voor de ovenfunc-
tie en de temperatuurkeuze weer op de positie UIT.
2 Uitschakelen van de tijdsaanduiding
Door het uitschakelen van de tijdsaanduiding kunt u energie besparen.
Tijdsaanduiding uitschakelen
Druk twee willekeurige toetsen net zo lang in tot de aanduiding donker wordt.
Tijdsaanduiding inschakelen
Druk een willekeurige toets zo lang in tot de dagtijd weer in het display ver-
schijnt.
3 Het display kan alleen worden uitgeschakeld wanneer niet een van de klokfunc-
ties Duur , Einde of Kookwekker in gebruik is.
Bedienen van de oven22
Kookwekker
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Kookwekker knippert.
2. Met de toets of de gewenste
Kookwekker instellen (max. 2 uur 30 minu-
ten).
Na ca. 5 seconden geeft de indicatie de res-
terende tijd aan.
Het functielampje Kookwekker brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje en klinkt er gedurende
2 minuten een signaal.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld
door op een willekeurige toets te drukken.
23Bedienen van de oven
Duur
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Duur knippert.
2. Met de toets of de gewenste berei-
dingstijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie te-
rug naar de dagtijd. Het functielampje
Duur brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende
2 minuten een signaal en wordt de oven
uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen
worden uitgeschakeld door op een wille-
keurige toets te drukken.
Bedienen van de oven24
Einde
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Einde knippert.
2. Met de toets of de gewenste uitscha-
keltijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie te-
rug naar de dagtijd.
Het functielampje Einde brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende
2 minuten een signaal en wordt de oven
uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen
worden uitgeschakeld door op een wille-
keurige toets te drukken.
25Bedienen van de oven
Duur en Einde gecombineerd
3 Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt wanneer de oven op
een later tijdstip automatisch moet worden in- en uitgeschakeld.
1. Met de functie Duur de tijd instellen, die
het gerecht nodig heeft.
In dit geval 1 uur.
2. Met de functie Einde het tijdstip instel-
len, waarop het gerecht klaar moet zijn.
In dit geval 14:05.
De functielampjes Duur en Einde
branden en in het display wordt de tijd
aangegeven.
In dit geval 12:05.
De oven wordt op het berekende tijdstip
automatisch ingeschakeld.
In dit geval 13:05.
En na afloop van de ingevoerde duur wordt
de oven weer uitgeschakeld.
In dit geval 14:05.
Toepassingen, tabellen en tips26
Toepassingen, tabellen en tips
Bakken
Ovenfunctie: Lucht circulatie of Boven- en onderwarmte
Bakvormen
Voor Boven- en onderwarmte zijn vormen van donker metaal en vormen
met een speciale laag geschikt.
Voor Lucht circulatie zijn ook vormen van licht metaal geschikt.
Inzetniveaus
Bakken met Boven- en onderwarmte is altijd slechts op één niveau moge-
lijk.
Met Lucht circulatie kunt u droog gebak en koekjes op 2 bakplaten tegelijk
bakken.
1 bakplaat:
bijvoorbeeld inzetniveau 3
1 bakvorm:
bijvoorbeeld inzetniveau 1
2 bakplaten:
bijvoorbeeld inzetniveau 1 en 3
27Toepassingen, tabellen en tips
Algemene aanwijzingen
Bakblik met de schuine kant naar voren plaatsen!
U kunt met Boven- en onderwarmte of Lucht circulatie ook twee vor-
men tegelijk naast elkaar op het rooster bakken. Het bakproces duurt nauwe-
lijks langer.
3 Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het gaarpro-
ces kromtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tus-
sen het diepgevroren gerecht en de oventemperatuur. Als de bakplaten zijn
afgekoeld trekken ze weer recht.
Aanwijzigen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende tempera-
tuurvoorschriften, baktijden en inzetniveaus.
De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden. De waarden zijn namelijk af-
hankelijk van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid en de bakvorm.
Als u voor de eerste keer gaat bakken, raden wij aan de laagste temperatuur-
waarde in te stellen en pas als het nodig is een hogere temperatuur te kiezen
(bijvoorbeeld wanneer het gebak niet bruin genoeg is of wanneer de baktijd te
lang is).
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u
dan bij een soortgelijk gebak.
Bij het bakken van gebak op bakplaten of in vormen op meerdere niveaus kan
de baktijd zo’n 10-15 minuten langer zijn.
Bereid vochtig gebak, zoals bijvoorbeeld pizza's en vruchtengebak, op één ni-
veau.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het in het begin van het bakpro-
ces niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling
niet. In de loop van het bakproces wordt het gebak overal even bruin.
Uw nieuwe oven kan een ander bak-/braadgedrag vertonen als uw oude appa-
raat. Pas daarom de instellingen (temperatuur, baktijden) en inzetniveaus zoals
u die gewend bent aan de aanbevelingen in de onderstaande tabel aan.
2 Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de bak-
tijd uitschakelen, om te profiteren van de restwarmte.
Tenzij anders aangegeven, gelden de waarden in de tabellen voor het plaatsen
van een gerecht in de koude oven.
Toepassingen, tabellen en tips28
Baktabel
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur °C
Tijd
uur: min.
Gebak in vormen
Tulband Lucht circulatie 1 150-160 0:50-1:10
Zandgebak/driekoningenkoek Lucht circulatie 1 140-160 1:10-1:30
Biscuittaart Lucht circulatie 1 140 0:25-0:40
Biscuittaart Boven- en
onderwarmte
1 160 0:25-0:40
Taartbodem van zandtaartdeeg Boven- en
onderwarmte
3 180-200 0:10-0:25
Taartbodem van roerdeeg Lucht circulatie 3 150-170 0:20-0:25
Dichte appeltaart Boven- en
onderwarmte
1 170-190 0:50-1:00
Appeltaart (2vormen Ø20cm,
diagonaal geplaatst)
Lucht circulatie 1 160 1:10-1:30
Appeltaart (2vormen Ø20cm,
diagonaal geplaatst)
Boven- en
onderwarmte
1 180 1:10-1:30
Hartige taart (bijv. quiche l
orraine)
Boven- en
onderwarmte
1 180-200 0:30-1:10
Kwarktaart Boven- en
onderwarmte
1 170-190 1:00-1:30
Gebak op de bakplaat
Gistbroodje/-krans Boven- en
onderwarmte
3 170-190 0:30-0:40
Kerststol Boven- en
onderwarmte
3 160-180
1)
0:40-1:00
Brood (roggebrood)
-eerst
-dan
Boven- en
onderwarmte
1
250
1)
160-180
0:20
0:30-1:00
Roomsoezen/tompoezen Lucht circulatie 3 160-170
1)
0:15-0:30
Biscuitrol Boven- en
onderwarmte
3 180-200
1)
0:10-0:20
Kruimelgebak droog Lucht circulatie 3 150-160 0:20-0:40
Boter-/suikerkoek Boven- en
onderwarmte
3 190-210
1)
0:15-0:30
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Lucht circulatie 3 150 0:35-0:50
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Boven- en
onderwarmte
3 170 0:35-0:50
29Toepassingen, tabellen en tips
Vruchtentaart op zandtaartdeeg Boven- en
onderwarmte
3 170-190 0:40-1:20
Plaatkoek met kwetsbare garne-
ring (bijv. kwark, room,
puddingvulling)
Boven- en
onderwarmte
3 160-180 0:40-1:20
Pizza (met veel beleg)
2
Boven- en
onderwarmte
1 190-210
1)
0:30-1:00
Pizza (dun) Boven- en
onderwarmte
1 230-250
1)
0:10-0:25
Turks brood Boven- en
onderwarmte
1 250-270 0:08-0:15
Zwitsers fruitpuddinkje Boven- en
onderwarmte
1 200-220 0:35-0:50
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg Lucht circulatie 3 150-160 0:06-0:20
Koekjes van zandtaartdeeg Lucht circulatie 1 / 3 150-160 0:06-0:20
Sprits Lucht circulatie 3 140 0:20-0:30
Sprits Lucht circulatie 1 / 3 140 0:25-0:40
Sprits Boven- en
onderwarmte
3 160
1)
0:20-0:30
Koekjes van roerdeeg Lucht circulatie 3 150-160 0:15-0:20
Koekjes van roerdeeg Lucht circulatie 1 / 3 150-160 0:15-0:20
Schuimgebak, baiser Lucht circulatie 3 80-100 2:00-2:30
Bitterkoekjes Lucht circulatie 3 100-120 0:30-0:60
Met gist gebakken koekjes Lucht circulatie 3 150-160 0:20-0:40
Koekjes van bladerdeeg Lucht circulatie 3 170-180
1)
0:20-0:30
Broodjes Lucht circulatie 3 160
1)
0:20-0:35
Broodjes Boven- en
onderwarmte
3 180
1)
0:20-0:35
Kleine cakejes (20stuks/blik) Lucht circulatie 3 140
1)
0:20-0:30
Kleine cakejes (20stuks/blik) Lucht circulatie 1 / 4 140
1)
0:25-0:40
Kleine cakejes (20stuks/blik) Boven- en
onderwarmte
3 170
1)
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
2) Opvangplaat of braadslede gebruiken
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur °C
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen en tips30
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van het
gebak is te licht van
kleur
Verkeerde inschuifhoogte Gebak lager inschuiven
Het gebak zakt in (wordt
klef, papperig, vochtig)
Te hoge baktemperatuur Baktemperatuur iets lager instel-
len
Te korte baktijd Baktijd verlengen
Baktijden kunnen niet worden
verkort door een hogere bak-
temperatuur
Te veel vocht in het deeg Gebruik minder vloeistof
Let op de kneedtijden, in het bij-
zonder bij het gebruik van keu-
kenmachines
Gebak is te droog Te lage baktemperatuur Baktemperatuur hoger instellen
Te lange baktijd Baktijd verkorten
Gebak wordt ongelijk-
matig bruin
Te hoge baktemperatuur en te kor-
te baktijd
Baktemperatuur lager instellen
en baktijd verlengen
Het deeg is ongelijkmatig verdeeld Het deeg gelijkmatig over de
bakplaat verdelen
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Te lage temperatuur Baktemperatuur iets hoger in-
stellen
31Toepassingen, tabellen en tips
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Tabel diepgevroren kant-en-klare gerechten
Gerecht Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Pastaschotel
Boven- en onder-
warmte
1 180-200 0:45-1:00
Lasagne
Boven- en onder-
warmte
1 180-200 0:25-0:40
Gegratineerde groente
1)
1) Oven voorverwarmen
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
Gegratineerd stokbrood
1)
Infratherm 1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenschotels
Boven- en onder-
warmte
1 180-200 0:40-0:60
Visschotels
Boven- en onder-
warmte
1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groente Infratherm 1 160-170 0:30-1:00
Gerecht Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Temperatuur
°C
Tijd
Diepvriespizza
Boven- en onder-
warmte
3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Patates frites
1)
(300-600 g)
1) Opmerking: patates frites tussendoor 2 tot 3 keer keren
Infratherm 3 200-220
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Stokbrood
Boven- en onder-
warmte
3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Vruchtentaart
Boven- en onder-
warmte
3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Toepassingen, tabellen en tips32
Braden
Ovenfunctie: Boven- en onderwarmte of Infratherm
Braadservies
Om te braden is ieder hittebestendig servies geschikt (zie opgave fabrikant!).
Grote braadstukken kunt u direct in de braadslede braden of op het roos-
ter met hieronder de braadslede.
Wij adviseren alle magere vleessoorten in een braadpan met deksel te bra-
den. Op deze manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees die een korstje moeten krijgen, kunt u in een braadpan
zonder deksel braden.
3 Aanwijzingen met betrekking tot de braadtabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Wij raden u aan vlees en vis pas vanaf 1 kg in de oven te braden.
Om het inbranden van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen, advise-
ren wij een beetje vloeistof in het braadservies te doen.
Braadstukken naar behoefte (na 1/2 - 2/3 van de braadtijd) keren.
Grote braadstukken en gevogelte gedurende de braadtijd meerdere keren met
braadvocht begieten. Daarmee bereikt u een beter braadresultaat.
Schakel de oven ca. 10 minuten voor het einde van de braadtijd uit, om te pro-
fiteren van de restwarmte.
Braadtabel
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Rundvlees
Stoofvlees 1-1,5 kg
Boven- en
onder-
warmte
1 200-250 2:00-2:30
Rosbief of ossenhaas per cm dikte
- Van binnen rood
(rare)
per cm
dikte
Infratherm 1 190-200
1)
0:05-0:06
- van binnen roze
(medium)
per cm
dikte
Infratherm 1 180-190 0:06-0:08
- doorbakken (well
done)
per cm
dikte
Infratherm 1 170-180 0:08-0:10
33Toepassingen, tabellen en tips
Varkensvlees
Schouderstuk, nek-
stuk, ham
1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kotelet, casselerrib 1-1,5 kg Infratherm 1 170-180 1:00-1:30
Gehakt 750 g-1 kg Infratherm 1 160-170 0:45-1:00
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk 1 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kalfsbout 1,5-2 kg Infratherm 1 160-180 2:00-2:30
Lamsvlees
Lamsbout,
lamsgebraad
1-1,5 kg Infratherm 1 150-170 1:15-2:00
Lamsrug 1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:00-1:30
Wild
Hazenrug, hazenbout tot 1 kg
Boven- en
onder-
warmte
3 220-250
1)
0:25-0:40
Ree-/hertenrug 1,5-2 kg
Boven- en
onder-
warmte
1 210-220 1:15-1:45
Ree-/hertenbout 1,5-2 kg
Boven- en
onder-
warmte
1 200-210 1:30-2:15
Gevogelte
Stukken gevogelte
per 200-
250g
Infratherm 1 200-220 0:35-0:50
Halve kip
per 400-
500g
Infratherm 1 190-210 0:35-0:50
Kip, poularde 1-1,5 kg Infratherm 1 190-210 0:45-1:15
Eend 1,5-2 kg Infratherm 1 180-200 1:15-1:45
Gans 3,5-5 kg Infratherm 1 160-180 2:30-3:30
Kalkoen 2,5-3,5 kg Infratherm 1 160-180 1:45-2:30
Kalkoen 4-6 kg Infratherm 1 140-160 2:30-4:00
Vis (stoven)
Hele vissen 1-1,5 kg
Boven- en
onder-
warmte
1 210-220 0:45-1:15
1) Oven voorverwarmen
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen en tips34
Vlak-grilleren
Ovenfunctie: Grill of Grote grill met maximale temperatuurinstel-
ling
1 Let op: bij het grilleren moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
3 De lege oven met de grillfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen!
Voor grillen het rooster op het aanbevolen gebruiksniveau plaatsen.
De opvangbak altijd op het 1e gebruiksniveau van onderaf plaatsen.
De grilltijden zijn richtwaarden.
Grilleren is bijzonder geschikt voor platte stukken vlees en vis.
Grilltabel
Gerecht Inzetniveau
Tijd
1e zijde 2e zijde
Frikadellen 4 8-10 min. 6-8 min.
Varkenshaas 4 10-12 min. 6-10 min.
Braadworst 4 8-10 min. 6-8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6-7 min. 5-6 min.
Runderfilet, rosbief (ca. 1 kg) 3 10-12 min. 10-12 min.
Geroosterd brood
1)
1) Niet voorverwarmen
3 4-6 min. 3-5 min.
Snacks op toast 3 6-8 min. ---
35Toepassingen, tabellen en tips
Ontdooien
Ovenfunctie: Ontdooien (zonder temperatuurinstelling)
Uitgepakte etenswaren op een bord op het rooster plaatsen.
Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels, omdat deze de ontdooitijd
aanzienlijk verlengen.
Om te ontdooien plaatst u het rooster op het eerste niveau van onderen.
Ontdooitabel
Gerecht
Ontdooitijd
min.
Nadooitijd
min.
Opmerking
Kip, 1000 g 100-140 20-30
Kip op een omgekeerd schoteltje in een
groot bord leggen
Na de helft van de tijd keren
Vlees, 1000g 100-140 20-30 Na de helft van de tijd keren
Vlees, 500g 90-120 20-30 Na de helft van de tijd keren
Forel, 150g 25-35 10-15 ---
Aardbeien, 300g 30-40 10-20 ---
Boter, 250g 30-40 10-15 ---
Slagroom, 2 x 200g 80-100 10-15
Slagroom kan ook met nog licht bevroren
deeltjes goed worden geklopt
Gebak, 1400g 60 60 ---
Toepassingen, tabellen en tips36
Drogen met hetelucht
Ovenfunctie: Lucht circulatie
Gebruik hiervoor een met boterhampapier of bakpapier belegd rooster.
U bereikt een beter resultaat als u na de helft van de tijd de oven uitschakelt,
opent en gedurende de nacht laat afkoelen.
Daarna het gerecht verder laten drogen.
Gerecht
Temperatuur in
°C
Inzetniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Groenten
Bonen 60-70 3 1 / 4 6-8
Paprika (reepjes) 60-70 3 1 / 4 5-6
Soepgroenten 60-70 3 1 / 4 5-6
Paddestoelen 50-60 3 1 / 4 6-8
Kruiden 40-50 3 1 / 4 2-3
Fruit
Pruimen 60-70 3 1 / 4 8-10
Abrikozen 60-70 3 1 / 4 8-10
Appelschijven 60-70 3 1 / 4 6-8
Peren 60-70 3 1 / 4 6-9
37Toepassingen, tabellen en tips
Wecken
Ovenfunctie: Onderwarmte
Gebruik voor het inmaken/wecken alleen in de handel gebruikelijke glazen van
hetzelfde formaat.
Glazen met een schroefdeksel - of bajonetsluiting en metalen blikken
zijn ongeschikt.
Voor het wecken gebruikt u het eerste inzetniveau van onderen.
Gebruik voor het wecken de bakplaat. Hierop kunt u maximaal zes glazen met
elk een inhoud van één liter plaatsen.
De glazen moeten allemaal tot dezelfde hoogte zijn gevuld en zijn dichtge-
klemd.
Plaats de glazen zodanig op de bakplaat, dat ze elkaar niet aanraken.
Giet ca. 1/2 liter water in de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven
ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste glazen begint te parelen (bij 1-liter-glazen na
ca. 35-60 minuten), schakelt u de oven uit of verlaagt u de temperatuur tot
100°C (zie de tabel).
Wecktabel
De opgegeven wecktijden en temperaturen zijn richtwaarden.
Product
Temperatuur
in°C
Wecken tot het
parelen begint
in min.
Doorkoken bij
100 °C
in min.
Bessen
Aardbeien, bosbessen, frambozen,
rijpe kruisbessen
160-170 35-45 ---
Onrijpe kruisbessen 160-170 35-45 10-15
Steenvruchten
Peren, kweeperen, pruimen 160-170 35-45 10-15
Groente
Wortels
1)
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
160-170 50-60 5-10
Paddestoelen
1)
160-170 40-60 10-15
Komkommers 160-170 50-60 ---
Gemengd tafelzuur 160-170 50-60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160-170 50-60 15-20
Bonen 160-170 50-60 ---
Reiniging en onderhoud38
Reiniging en onderhoud
1
Waarschuwing: Voor het reinigen moet het apparaat zijn uitgeschakeld en zijn
afgekoeld.
Waarschuwing: Om veiligheidsredenen het apparaat niet reingen met een
stoom- of hogedrukreiniger.
Let op: geen schuurmiddelen, scherp reinigingsgereedschap of schuur-
sponsjes gebruiken.
Geen bijtende schuurmiddelen of scherpe metalen schrapers gebruiken
om het glas van de ovendeur te reinigen. Hierdoor kan het oppervlak be-
krast raken en kan het glas uiteindelijk breken.
Buitenkant apparaat
De voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje afne-
men.
Bij een metalen front een in de handel verkrijgbaar onderhoudsmiddel gebrui-
ken.
Geen schuurmiddelen en schuursponsjes gebruiken.
Kookraam
1 Waarschuwing: Tijdens het schoonmaken mogen de branders niet aan staan.
Let erop dat het kookraam voldoende is afgekoeld, zodat u de onderdelen zonder
gevaar kunt aanraken.
1 Let op: Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen zoals bv. grill- of oven-
sprays, grove schuurmiddelen of krassende pannenreinigers!
Maak het kookraam na gebruik steeds schoon met warm water en wasmiddel.
Zo verwijdert u verontreinigingen het gemakkelijkst en krijgen ze geen kans in te
branden.
De pannensteunen met warm water en wasmiddel reinigen, hardnekkig vuil
met behulp van een natte doek losweken.
Brandervoeten en -deksels reinigen in warm waswater, hardnekkig vuil eerst
laten weken en dan verwijderen met een zachte borstel. De vlamuitstroomope-
ningen van de brandervoeten moeten altijd schoon en open zijn.
39Reiniging en onderhoud
Binnenkant oven
Reinig het apparaat na elk gebruik. Op deze manier brandt het vuil namelijk niet
in en kunt u het makkelijk verwijderen.
1. Schakel de ovenverlichting in om de oven goed schoon te kunnen maken.
2. Maak de oven na elk gebruik schoon met een sopje en droog de oven na.
3 Hardnekkig vuil kan worden verwijderd met een speciale ovenreiniger.
1 Let op: neem bij gebruik van ovenspray altijd de aanwijzingen van de fabrikant
in acht!
Accessoires
Alle inschuifdelen (rooster, bakplaat, inschuifroosters enz.) elke keer na het ge-
bruik afwassen en goed afdrogen. Kort laten inweken zorgt voor makkelijker
schoonmaken.
Reiniging en onderhoud40
Inschuifroosters
Om de zijwanden schoon te maken kunnen de inschuifroosters links en rechts in
de oven worden losgenomen.
Inschuifroosters losnemen
Roosters eerst voor van de ovenwand weg-
trekken (1) en dan achter losnemen (2).
Inschuifroosters inzetten
3 Belangrijk! De afgeronde einden van de
geleidingsstangetjes moeten naar voren
wijzen!
Bij het inzetten de roosters eerst achter
weer inhangen (1) en dan voor inzetten en
aandrukken (2).
41Reiniging en onderhoud
Ovenverlichting
1 Gevaar voor kortsluiting! Voordat u het ovenlampje vervangt:
De oven uitzetten
De stoppen in de stoppenkast verwijderen of uitschakelen
3 Om het ovenlampje en het afdekglaasje te beschermen, een doek op de ovenbo-
dem leggen.
Het ovenlampje vervangen/afdekglaasje schoonmaken
1. Afdekglaasje verwijderen door het linksom
te draaien en schoonmaken.
2. Indien nodig:
Ovenverlichting 25 Watt, 230 V, 300°C
hittebestendig,
vervangen.
3. Afdekglaasje weer aanbrengen.
Reiniging en onderhoud42
Bovenwand van de oven
Om het reinigen van de bovenwand van de oven te vereenvoudigen kan het bo-
venste verwarmingselement worden neergeklapt.
Verwarmingselement neerklappen
1 Waarschuwing: Verwarmingselement al-
leen neerklappen als de oven is uitgescha-
keld en er geen verbrandingsgevaar meer
bestaat!
1. Inschuifroosters aan de zijkant losnemen.
2. Het verwarmingselement van voren vast-
pakken en over het nokje aan de binnen-
kant van de oven naar voren trekken.
3. Het verwarmingselement klapt nu naar be-
neden.
1 Attentie: Druk het verwarmingselement
niet met geweld naar beneden! Het ver-
warmingselement kan afbreken.
Bovenwand van de oven reinigen
Verwarmingselement bevestigen
1. Verwarmingselement tegen de bovenwand
van de oven drukken.
2. Het verwarmingselement tegen de veer-
kracht naar voren trekken en over het nokje
geleiden.
3. In de klemmen laten vallen.
4. Inschuifroosters inzetten.
1 Attentie: Het verwarmingselement moet
aan beide kanten boven het nokje in de
binnenwand van de oven liggen en goed op
z'n plek zitten.
43Reiniging en onderhoud
Bakovendeur
Om het binnenste van de bakoven gemakkelijker te kunnen kunt u de bak-
ovendeur van uw apparaat eruit halen.
Bakovendeur eruit halen
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren
van de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergren-
delstand (circa 45°).
4. Pak met beide handen de zijkanten van de
bakovendeur vast en trek de deur van de
bakoven schuin naar boven er uit (Let op :
Zwaar!).
3 Leg de bakovendeur met de buitenkant
naar boven op een zacht, vlak oppervlak
neer, bijvoorbeeld op een deken, om kras-
sen te vermijden.
Reiniging en onderhoud44
Bakovendeur erin schuiven
1. Pak met beide handen de bakovendeur aan
de kant van de greep vast en houd deze in
een hoek van circa 45°.
Plaats de uitsparingen aan de onderkant
van de bakovendeur op de scharnieren van
de bakoven.
Laat de deur tot de aanslag naar onder glij-
den.
2. Bakovendeur volledig openen.
3. Zet de klemhendel (A) aan de beide deur-
scharnieren terug in de oorspronkelijke
positie.
4. Bakovendeur sluiten.
45Reiniging en onderhoud
Het glas van deur van de bakoven
De bakovendeur is uitgerust met drie achter elkaar aangebrachte glasplaten. De
binnenste glasplaten kunnen eraf gehaald worden, tijdens het reinigen.
1 Let op! Als er kracht wordt uitgeoefend, vooral aan de zijkanten van de voorruit,
kan het glas breken.
De glasplaten van de deur demonteren
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren
van de deur volledig uitklappen.
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergren-
delstand (circa 45°).
4. Pak de deurafschermer (B) aan de boven-
kant van de deuraan beide kanten vast en
druk deze naar binnen om de klem-
vergrendeling los te maken. Trek vervolgens
de deurafschermer van boven eraf.
Reiniging en onderhoud46
5. Pak de glasplaten een voor een aan de rand
vast en trek ze uit de geleiding vanaf boven
eruit.
Reinig de glasplaten
Reinig grondig de glasplaten met spoelmiddel. Droog daarna de glasplaten goed
af.
Glasplaten weer terug in de deur zetten
1. Schuif aan de onderkant van deur de glas-
platen een voor een schuin vanaf boven in
het profiel van de deur en laat ze zakken.
3 Zet eerst de kleine glasplaat erin en daarna
de grote.
2. Pak de deurafschermer (B) aan de zijkanten
vast, breng deze aan de binnenkant van de
rand van de deur aan en steek vervolgens
de deurafschermer (B) op de bovenkant van
de deur.
47Reiniging en onderhoud
3 Aan de openzijde van de deurafschermer
(B) bevindt zich een geleiderail (C). Deze
moet tussen de buitenste deurruit en de
geleidehoek (D) erin worden geschoven.
De klemvergrendeling (E) moet vast gezet
zijn.
3. Bakovendeur volledig openen.
4. Zet de klemhendel (A) aan de beide deur-
scharnieren terug in de oorspronkelijke
positie.
5. Bakovendeur sluiten.
Wat te doen als …48
Wat te doen als …
Wanneer u de storing met de hierboven gegeven aanwijzingen niet kunt
verhelpen, wend u zich dan a.u.b. tot uw vakhandelaar of de klantenservice.
1 Waarschuwing: reparaties aan het apparaat mogen alleen door erkende vak-
mensen uitgevoerd worden! Door ondeskundige reparatie kan er aanzienlijk ge-
vaar voor de gebruiker ontstaan.
Beschadigde apparaten mogen niet worden gebruikt. Bij storing of defect de
gastoevoer afsluiten en stoppen uitschakelen of eruit halen.
Bij foutieve bediening kan het bezoek van det technicus van de klantenservice
resp. de vakhandelaar ook gedurende de garantieperiode niet
kosteloos plaatsvinden.
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De branders ontsteken
niet.
De knop werd niet stevig genoeg
ingedrukt.
Schakelaar stevig tot de klik in-
drukken.
De ontsteking is vochtig of vuil.
Droog of reinig de ontsteking of
steek het gas aan met een
gasaansteker of lucifer.
Storing in de stroomvoorziening.
De stop van de elektrische instal-
latie (zekeringenkast) is doorge-
slagen.
Controleer de stoppen.
Wanneer de stoppen herhaalde-
lijk doorslaan, de klantenservice
informeren.
De ontsteking is defect. De klantenservice inlichten.
De branders gaan uit in
maximale stand, ook na
meerdere startpogingen.
De temperatuursensor is vuil
Temperatuursensor reinigen.
Wanneer dat geen resultaat op-
levert, de klantenservice inlich-
ten.
De temperatuursensor is defect. De klantenservice inlichten.
De oven wordt niet warm,
ondanks dat deze aan
staat.
De temperatuurkeuzeknop is
niet ingesteld.
Stel de temperatuurkeuzeknop
in op de voor het gerecht vereis-
te
temperatuur.
Storing in de stroomvoorziening.
De stop van de elektrische instal-
latie (zekeringenkast) is doorge-
slagen.
Controleer de stoppen.
Wanneer de stoppen
herhaal delijk doorslaan, klan-
tenservice informeren.
De oven-
verlichting werkt niet.
Het ovenlampje is defect. Vervang het ovenlampje.
Het functielampje
Dagtijd knippert.
Stroomuitval.
Dagtijd instellen
(zie voor eerste gebruik).
49Wat te doen als …
3 Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de
ovendeur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens
vormen op de binnenkant van het deurvenster.
Technische gegevens50
Technische gegevens
Buitenafmetingen
Binnenafmetingen van de oven
Vermogensverbruik
Gasbrander kookzone
Totale aansluitwaarde
Hoogte 59.5 cm
Breedte 59.2 cm
Diepte 56.7 cm
Diepte met geopende deur 101.1 cm
Totaalgewicht netto 35.0 kg
Hoogte 31.0 cm
Breedte 40.8 cm
Diepte 40.7 cm
Volume 51.0 l
Elektrisch
Onderverwarming 1000 W
Bovenverwarming 1000 W
Grote grill 2900 W
Kleine grill 1900 W
Ventilator 40 W
Ovenverlichting 25 W
ØHs Hi
Grote brander links voor 72 mm 2400 W 2200 W
Normale brander links achter 72 mm 1800 W 1600 W
Grote brander rechts achter 72 mm 2400 W 2200 W
Kleine brander rechts voor 55 mm 1000 W 900 W
Elektrisch 6865 W
Gas Hs 7600 W
Gas Hi 6900 W
51Technische gegevens
Typeplaatje
Vul de gegevens van het typeplaatje van uw apparaat a.u.b. hier in.
Het typeplaatje bevindt zich rechts op het kozijn van de oven, en is zichtbaar na
openen van de ovendeur.
Geef deze gegevens a.u.b. altijd op bij:
- reclamaties bij de klantenservice
- de bestelling van reserveonderdelen of accessoires
- technische vragen
Aanwijzingen voor de installatie52
Aanwijzingen voor de installatie
Veiligheidsvoorschriften
1 Let op: het apparaat mag alleen worden gemonteerd en aangesloten door een
erkend vakman (gas en elektra).
De algemene richtlijnen voor het gebruik van elektrische apparatuur en gasap-
paratuur, de plaatselijke voorschriften en de aanwijzingen in deze installatie-
handleiding moeten strikt in acht worden genomen.
In combinatie met deze gas-inbouwoven mag alleen een van de in de volgende
combinatietabel genoemde gas-inbouwkookplaten worden gemonteerd.
1 Let op: de gasvoerende leidingen en verbindingen van de oven mogen niet wor-
den gewijzigd.
Op de pagina “Technische gegevens” moet worden bevestigd dat de aansluiting
volgens de voorschriften is uitgevoerd.
1 Let op: bij het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden moeten de stroom-
en gastoevoer van het apparaat worden losgekoppeld. Trek de stekker uit het
stopcontact resp. schakel de betreffende zekeringen uit of verwijder deze.
Sluit de centrale gastoevoer af.
Inbouw in keukenmeubels
De aarding van het apparaat, in overeenstemming met de VDE-verordening,
moet worden gegarandeerd door de installatie uit te voeren volgens de normen.
De stabiliteit van de inbouwkast moet voldoen aan de norm DIN 68930.
Bij inbouwmeubels moeten de kunststof bekleding dan wel het fineer en de toe-
gepaste stickers temperaturen van 70 °C kunnen verdragen. In geval van twijfel
moet men navraag doen bij de fabrikant van de inbouwmeubels.
Dit apparaat heeft een vuurbestendigheid van klasse 3. Alleen apparaten met
deze klassificatie mogen worden ingebouwd naast hoge kasten of tegen wan-
den.
Combinatietabel
Gas-inbouwoven
Gas-inbouwkookplaat
2500 G 9560 G
C3000-5 X X
C3100-5 X X
Minimale afstanden: - Aan zijkanten 200 mm
- Achter 50 mm
- Boven 650 mm
53Aanwijzingen voor de installatie
Montage-accessoires voor de oven
Brandervoeten en -deksels voor 4 kookzones
2 Schroeven voor de bevestiging van de oven in de inbouwkast
Montage-accessoires voor het glazen kookraam
Profielafdichting
8 Spaanplaat-schroeven 3,5 x 25 voor de bevestiging van de branderhouders
4 geëmailleerde branderafdichtingen
4 Bijgeleverde rubber ringen
10 Schroeven 2,9 x 13 voor de bevestiging van de kookzone-branders op het
kookraam (2 reserve)
2 Pannensteunen
Montage/accessoires voor het emaille kookraam
Profielafdichting
8 Spaanplaat-schroeven 3,5 x 25 voor de bevestiging van de branderhouders
10 Schroeven 2,9 x 13 voor de bevestiging van de kookzone-branders op het
kookraam (2 reserve)
2 Pannensteunen
Montage-accessoires voor het roestvrij stalen kookraam
8 Spaanplaat-schroeven 3,5 x 25 voor de bevestiging van de branderhouders
2 Schroeven 4,2 x 22 voor de bevestiging van het kookraam door de houders
van de pannensteunen (inclusief verbinding met aarde)
6 parkers 3,8 x 23 om het kookraam vlak te trekken op het aanrecht
10 Schroeven 2,9 x 13 om de kookzone-branders op het kookraam te bevesti-
gen (2 reserve)
2 Pannensteunen
Aanwijzingen voor de installatie54
Uitsneden in de inbouwkast
De ruimte in de inbouwkast moet overeen-
komen met de gebruikelijke afmetingen.
1. In de zijkant van de inbouwkast een ope-
ning voor de doorvoer van de veiligheids-
slang van het gas maken volgens de
maatschets.
2. De bodem van de inbouwkast bij de achter-
wand 20 mm korter maken om er de elek-
trische aansluitkabels doorheen te voeren.
Raamuitsnede
3 De raamuitsnede moet gecentreerd zijn ten
opzichte van de inbouwpositie van de oven.
1. De uitsnede van de werkplaat precies af-
meten, zoals aangegeven in de afbeelding.
2. Ter bescherming tegen vochtigheid moeten
de snijvlakken van alle uitgezaagde delen
met een geschikt materiaal worden afge-
dicht.
1 Let op: Bij betegelde werkvlakken moeten
de voegen, daar waar het kookgedeelte
wordt geplaatst, geheel gevuld worden met
voegmateriaal.
3 De uitsparing voor de oven moet aan de
zijkanten, tussen de werkplaat en de overi-
ge onderbouw, gesloten zijn, met uitzonde-
ring van de opening voor de doorvoer van
de veiligheidsslang van het gas.
Onderplaat voor inbouw zonder
achterwand
600 mm
Opening
Werkplaat/
afdekking
VK-oven/
Voorzijde
meubel
55Aanwijzingen voor de installatie
Gasaansluiting
1 Let op: Bij het inbouwen moet het appa-
raat van het lichtnet losgekoppeld worden:
Trek de stekker uit het stopcontact, zet de
stoppen uit of verwijder ze. Sluit de hoofd-
kraan van de gasleiding.
De gasaansluiting moet voldoen aan de be-
palingen van de DVGW (DVGW-
werkblad 600, TRGI 1986 of TRF) of de
ÖVGW (TR gas 1985), alsmede aan de loca-
le bouwverordening.
De aansluiting op de gastoevoer kan of-
wel met een door de
DVGW/ÖVGW toegestane flexibele, geheel metalen zekerheidsslang met
gasaansluitingscontact volgens DIN 3383/vel 1, ofwel als permanente
aansluiting uitgevoerd worden.
Tussen de gasleiding van het gebouw en het apparaat moet een gaskraan opge-
nomen worden.
Het gasaansluitingscontact of de permanente aansluiting moeten zodanig ter
linker- of rechterzijde worden geïnstalleerd - ook wanneer dat in een kast is -
dat deze vrij toegankelijk is. De aansluiting mag zich niet recht achter het appa-
raat bevinden.
De aansluitpijp van het gas met een buitenschroefdraad van 1/2“ bevindt zich
boven linksachter op het apparaat. De aangegeven hoogte geldt voor inbouw-
kasten met een hoogte van 820 mm zonder werkplaat.
3 Wanneer het apparaat is ingesteld op aardgas, is dat met een sticker aangege-
ven:
Indien de Wobbe-index van het gas binnen het bereik van
12,0-15,7 kWh/m
3
valt, kan het apparaat zonder verdere afstelling in gebruik
worden genomen.
1 Let op: Wanneer men de instelling of de gastechnische uitrusting wijzigt, moet
men de sticker verwijderen en door een nieuwe vervangen.
Ingesteld op aardgas L 25 mbar
Gasaansluiting
Elektrische aansluiting
Voorzijde van het apparaat
Aanwijzingen voor de installatie56
Gasaansluiting vloeibaar gas
Aan de buis van de gasaansluiting van de
inbouwoven wordt een Ermeto elle-
boogstuk met een dopmoer van 1/2“ ge-
monteerd.
Aanpassing: zie vloeibaar gas set.
Elektrische aansluiting
Voordat men het apparaat aansluit moet
men controleren dat de netspanning over-
eenkomt met de spanning die op het type-
plaatje - d.w.z. de nominale spanning van
het apparaat - staat vermeld. Het type-
plaatje bevindt zich op het kozijn van de
oven en is zichtbaar wanneer men de oven-
deur opent.
De netspanning van het apparaat bedraagt
230V wisselspanning. Ook bij oudere net-
werken met een spanning van 220V wissel-
spanning werkt het apparaat zonder problemen.
De stroomkabel voor de netvoeding moet
van het type H05VV-F of hoger zijn.
Er moet een stekker in de stroomtoevoer
opgenomen zijn, zoniet dan moet er in de
permanente installatie binnenshuis een
stroomonderbreker opgenomen worden,
met een minimale contactafstand van
3mm, die alle stroomleidingen naar het ap-
paraat kan onderbreken.
Bij een directe aansluiting moet de aan-
sluitkabel minimaal 170cm lang zijn.
Het stopcontact moet vrij toegankelijk zijn.
Kraan van de gasaansluiting
Gasaansluiting
Elektrische aansluiting
Gasaansluiting
Achterzijde van het apparaat
Ontlasting trekspanning
Afdekplaat
Klem voor aansluiting op het
lichtnet
57Aanwijzingen voor de installatie
Inbouw van de oven
1. Oven voor de inbouwopening plaatsen.
2. De veiligheidsslang van het gas door de
opening in de aangrenzende kast voeren en
op de gastoevoer aansluiten.
1 Let op: Men mag de gasvoerende schroef-
verbindingen van de oven niet manipule-
ren.
3. De elektrische aansluiting maken.
4. De oven op dezelfde hoogte als de voor-
kant van het meubel loodrecht in de in-
bouwopening schuiven en aan beide zijden
met 1 schroef
3,5 x 30 vastzetten (Detail C).
1 Let op: Controleer bij het op zijn plaats
schuiven van de oven dat de gasslang niet
verdraaid, geknikt of vastgeklemd wordt.
De ontstekingen en de thermo-elementen mogen niet aan de kant van het meu-
bel zitten. Ze zouden kunnen worden beschadigd.
De elektrische aansluitkabel mag niet tegen de achterwand van de inbouwgas-
oven aan liggen.
Detail C
Aanwijzingen voor de installatie58
Montage van de kookplaat
1. De transportbeveiligingschroeven (1) links
en rechts van de transportbeveiligingen (2)
verwijderen.
2. Transportbeveiligingen (2) door het los-
draaien van de vier schroeven (3) verwijde-
ren.
3. De vier schroeven (4) op de dwarsverbin-
dingen losdraaien.
4. Til de gehele branderunit op en schuif
daarna de houders zo ver naar buiten, dat
de vier lipjes op het aanrechtblad steunen.
5. Schuif de houders aan voorkant en zijkan-
ten dicht tegen het aanrechtblad (klem-
mend in de uitsparing van het blad).
6. Bevestig de houders in de uitsparing van
het blad met behulp van drie schroeven (5)
aan beide zijden.
3 In geval van een natuurstenen aanrecht-
blad dienen de houders door middel van
een speciale steenlijm in de uitsparing gelijmd te worden.
7. Plaats de kookplaat even, om te controle-
ren of de branders en de acht vastklikmoer-
tjes (6) centraal gepositioneerd zijn.
Indien nodig kunt u de branders of de vast-
klikmoertjes nog verschuiven.
8. Draai de vier schroeven (4) weer vast.
Afmetingen van de schroe-
ven:
(1) 4,2 x 9,5
(4) 4,5 x 9,5
(5) 3,5 x 25
59Aanwijzingen voor de installatie
Montage van het glazen kookraam
1. De branders schuin naar voren trekken in
de sleuven, optillen en in de hoogste stand
geheel terugschuiven.
2. Het kookraam volgens de plaatsing van de
branders op de uitsnede van de werkplaat
leggen.
3. Met potlood of een met water afwasbare
viltstift de omtrek van het kookraam op de
werkplaat aftekenen en het kookraam weer
verwijderen.
4. Ongeveer 2 mm binnen de omtrek de bijge-
leverde zelfklevende schuimrubber afdich-
ting geheel rondom ononderbroken op de
werkplaat vastplakken.
1 Let op: De afdichting niet uitrekken! De
stootkanten passend afsnijden.
5. Het kookraam terugplaatsen en recht zet-
ten volgens de posities van de branders.
3 Let erop dat er geen speelruimte is tussen het kookraam en de werkplaat.
6. De rubber ring met de ronde kant naar bo-
ven op de afdichting van de brander vast-
zetten.
7. De afdichtingen van de branders plaatsen
in overeenstemming met de ontstekers en
temperatuursensoren en stevig in de ope-
ningen van het kookraam drukken.
8. Elke branderafdichting met twee schroeven
aan de branders vastschroeven. Nu is het
kookraam op de werkplaat vastgezet.
9. De brandervoeten en -deksels in overeen-
stemming met hun formaat plaatsen. De
pannensteunen plaatsen en in de voorge-
vormde uitsparingen vastzetten.
1 Let op: De werking en afdichting van het complete apparaat controleren.
Een merkteken aanbrengen
De pakking op de werkplaat plakken
Aanwijzingen voor de installatie60
Montage van het emaille kookraam
1. Het kookraam volgens de plaatsing van de
branders op de uitsnede van de werkplaat
leggen.
2. Met potlood of een met water afwasbare
viltstift de omtrek van het kookraam op de
werkplaat aftekenen en het kookraam weer
verwijderen.
3. Ongeveer 2 mm binnen de omtrek de sili-
conenpasta op de werkplaat aanbrengen in
een ononderbroken lijn.
1 Let op: De afdichting niet uitrekken! De
stootkanten passend afsnijden.
4. Het kookraam plaatsen en recht zetten vol-
gens de posities van de branders.
1 Let op: De vier branders moeten zonder
kracht, met slechts een lichte druk naar bo-
ven, in de openingen van het kookraam
passen.
5. Elke brander met twee schroeven aan het
kookraam vastschroeven.
6. Het kookraam aan beide zijden met een
schroef door de ovale houder voor de pan-
nensteun op de houders van de branders
vastschroeven.
1 Let op: De schroeven moeten stevig aan-
gedraaid worden. Nu is de verbinding met
de aarde verzekerd.
7. De brandervoet, de branderdeksel en de
pannensteun plaatsen.
1 Let op: De werking en afdichting van het
complete apparaat controleren.
Een merkteken aanbrengen
De pakking op de werkplaat plakken
61Aanwijzingen voor de installatie
Montage van het roestvrij stalen kook-
raam
1. Plaats het kookraam in de uitsnede.
2. Bevestig het raam met vier schroeven door
deze via de vier bevestigingsgaten in de
klemgaten vast te zetten.
1 Let op: De vier branders moeten zonder
kracht, met slechts een lichte druk naar bo-
ven, in de openingen van het kookraam
passen.
3. Elke brander met twee schroeven aan het
kookraam vastschroeven.
4. Het kookraam aan beide zijden met een
schroef door de ovale houder voor de pan-
nensteun op de werkplaat vastschroeven.
1 Let op: De schroeven moeten stevig aan-
gedraaid worden. Nu is de verbinding met
de aarde verzekerd.
5. De brandervoet, de branderdeksel en de
pannensteun plaatsen.
1 De werking en afdichting van het complete
apparaat controleren.
Aanwijzingen voor de installatie62
Tabel brandervermogens en -mondstukken
Doorsnede gaten in de kleine brandermondstukken van 1/100 mm
1 Let op: Bij het omschakelen op vloeibaar gas moet men de bij de groep mond-
stukken horende stickers bij het typeplaatje aanbrengen.
Wanneer men daarna weer omschakelt op aardgas moeten het grote mondstuk,
het instelbare kleine mondstuk en de instelschroef van de luchtaanvoer weer
verzegeld worden.
Aardgas (L) Vloeibaar gas (B/P)
Ws (MJ/m3) 41.52 87.33
p (mbar) 25 30
kW (HS) kW (Hi)
Mond Ø
1/100 mm
kW (HS) kW (Hi)
Mond Ø
1/100 mm
Kookzone
voor links
QN 2,4 2,15 118 2,4 2,15 75
Kookzone
achter links
QN 1,8 1,65 96 1,8 1,65 68
Kookzone
achter rechts
QN 2,4 2,15 118 2,4 2,15 75
Kookzone
voor rechts
QN 1,0 0,90 70 1,0 0,90 50
Type gas
Kookzone brander
voor links achter links achter rechts voor rechts
Mond Ø
1/100
mm
kW
(HS)
Mond Ø
1/100
mm
kW
(HS)
Mond Ø
1/100
mm
kW
(HS)
Mond Ø
1/100
mm
kW
(HS)
Aardgas (L)
25 mbar
49 0,42 49 0,42 49 0,42 45 0,33
Vloeibaar
gas (B/P)
30 mbar
32 0,42 32 0,42 32 0,42 28 0,33
63Garantie/Adres service-afdeling
Garantie/Adres service-afdeling
Nederland
Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorko-
men dat er een defect optreedt. Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de
garantietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De
daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het product die
zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van professio-
neel of daarmee gelijk te stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor tweedehands producten
geldt eveneens een termijn van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had voor
het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen
worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mogelijke verdere schade te voorkomen. De garantieaanspraak
vervalt indien het gebrek niet binnen twee maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden overlegd.
Bij ontbreken daarvan dient ander overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof,
rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik.
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde en deug-
delijkheid van het product onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
a. chemische en elektrochemische inwerking van water,
b. abnormale milieuomstandigheden in het algemeen,
c. voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden,
d. contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid is
ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht
nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden
die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het product voorzien werd van toebehoren of onderdelen
die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar onze
servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde tijd voor
het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de
gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de ge-
bruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de herstellingkos-
ten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval
van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken
gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantietermijn noch aanvang van een nieuwe garan-
tietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het product, zijn uitge-
sloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het product niet overtreffen, tenzij
wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een
product naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de tech-
nische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden) in
het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen
van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de garantie, en
kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
Garantie/Adres service-afdeling64
Reparatievoorwaarden
Onze reparatievoorwaarden zijn conform de afspraak tussen de Consumentenbond en Vlehan*.
Art. 1 Aan de consument zal na een melding van een storing zo mogelijk direct, doch uiterlijk binnen één
werkdag worden medegedeeld op welke dag het bezoek van de technicus zal plaatsvinden. De reparatie zal als
regel binnen zeven werkdagen na de melding zijn uitgevoerd.
Art. 2
a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de technicus een onderzoek uitvoeren naar de vermoedelijke oor-
zaak van de gemelde storing. Aan de hand hiervan zal hij een zo nauwkeurig mogelijke, gespecificeerde begro-
ting maken van de totale reparatiekosten inclusief voorrijkosten en diagnose-kosten. Desgevraagd zal deze
begroting door de technicus schriftelijk worden vastgelegd.
b) Indien de consument met het begrote bedrag niet akkoord gaat, zal op verzoek het te repareren toestel wor-
den teruggebracht in de staat waarin het aan de technicus werd aangeboden. Nadat dit is geschied, zullen al-
leen de kosten van voorrijden en arbeidsloon in rekening worden gebracht op basis van de werkelijke bestede
tijd, danwel van een vooraf vastgesteld tarief.
Art. 3 Indien tijdens het uitvoeren van de reparatie duidelijk wordt dat:
a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwijs niet te voorziene omstandigheden niet tegen het begrote be-
drag kan worden uitgevoerd, of
b) ook andere dan in de begroting voorziene reparaties noodzakelijk zijn, zal overleg met de consument plaats-
vinden en een herziene kostenbegroting worden gemaakt.
In geval de consument daarmee alsnog niet akkoord gaat, geldt eveneens het in artikel 2b bepaalde.
Art. 4 De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het eerste bezoek worden uitgevoerd. Indien om het toestel in
werkende staat te brengen een tweede bezoek noodzakelijk is, zal:
a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door de betreffende service-organisatie of door de technicus met
de consument de datum voor een tweede bezoek worden afgesproken.
b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien werkdagen na de melding plaatsvinden.
c) voor een tweede of daaropvolgend bezoek zal geen voorrijtarief in rekening worden gebracht, tenzij de
noodzaak voor een herhalingsbezoek aan de consument is toe te schrijven.
Art. 5 De consument ontvangt een gespecificeerde rekening met vermelding van type en serienummer van
het apparaat, omschrijving van de diagnose, toegepaste tarieven, gebruikte onderdelen en materialen en een
korte omschrijving van de verrichte werkzaamheden. De betaling van de rekening dient tegen afgifte van een
reparatienota direct contant of door middel van een gegarandeerd betaalmiddel plaats te vinden.
Art. 6 Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij normaal huishoudelijk gebruik een volledige garantie
van minimaal 3 maanden worden gegeven. Deze garantie omvat het kosteloos uitvoeren van een hernieuwde
reparatie. Op de uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een garantietermijn van 12 maanden. Bij een be-
roep op garantie op de reparatie dient de consument op verzoek de gespecificeerde rekening van de voorgaan-
de reparatie aan de technicus te overleggen.
Art. 7 Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde reparatie hetzelfde defect bij normaal huishoudelijk gebruik
opnieuw optreedt binnen de onder art. 6 bedoelde garantietermijn en redelijkerwijs een afdoend resultaat bij
het opnieuw uitvoeren van de reparatie niet verwacht kan worden, zal aan de consument een nieuw exem-
plaar of soortgelijk toestel van hetzelfde merk worden aangeboden tegen bijbetaling op basis van een per pro-
duct te bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage.
Art. 8 Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter beschikking van de consument, met uitzondering van
de onder garantie of tegen een gereduceerde prijs vervangen onderdelen.
Art. 9 Een reparatie dient op zodanige wijze te worden uitgevoerd, dat een toestel daarna weer volledig vol-
doet aan de veiligheidsvoorschriften, die op grond van een van fabriekswege aangebracht veiligheidskeurmerk
gelden, danwel bij het ontbreken daarvan, aan de wettelijke vereisten terzake. Dit houdt ondermeer in, dat re-
paraties moeten worden uitgevoerd met originele en door de fabrikant ook terzake van veiligheidskeurmerken
en -voorschriften gegarandeerde onderdelen.
*) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke Apparaten in Nederland
65Adres service-afdeling
Adres service-afdeling
Nederland
Europese Garantie
AEG fabrieksservice
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Service-informatielijn
(voor bezoek servicetechnicus en onderdelen)
tel. 0172-468 300
Consumentenbelangen
(voor algemene, product- of
gebruiksinformatie)
tel. 0172-468 172
www.aeg.nl
Dit apparaat wordt door Electrolux in elk van de achter in deze handleiding genoemde landen gedurende de
in het bij het apparaat behorende garantiebewijs genoemde periode of anderszins bij de wet gegarandeerd.
Als u van een van deze landen verhuist naar een ander van de hieronder genoemde landen, verhuist de ga-
rantie op het apparaat met u mee. De volgende beperkingen zijn hierop van toepassing:
De garantie op het apparaat begint op de datum van eerste aankoop van het apparaat. Deze datum dient
te worden aangetoond door overlegging van een geldig, door de verkoper van het apparaat afgegeven
aankoopbewijs.
De garantie op het apparaat geldt voor dezelfde periode en in dezelfde mate voor arbeidsloon en onder-
delen als van toepassing in uw nieuwe land van vestiging op dit specifieke model of deze specifieke serie
apparaten.
De garantie op het apparaat is persoonlijk, geldt dus voor de oorspronkelijke koper van het apparaat en
kan niet worden overgedragen op een andere gebruiker.
Het apparaat wordt geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de door Electrolux afgegeven in-
structies en wordt alleen in huis gebruikt, dat wil zeggen, het apparaat wordt niet gebruikt voor commer-
ciële doeleinden.
Het apparaat wordt geïnstalleerd in overeenstemming met alle relevante voorschriften die in uw nieuwe
land van vestiging van kracht zijn.
De voorwaarden van deze Europese garantie tasten geen van de aan u bij de wet verleende rechten aan.
Adres service-afdeling66
www.electrolux.com
p t b
Albania +35 5 4 261 450 Rr. Pjeter Bogdani Nr. 7 Tirane
Belgique/België/Belgien +32 2 363 04 44 Bergensesteenweg 719, 1502 Lembeek
Èeská republika +420 2 61 12 61 12 Budìjovická 3, Praha 4, 140 21
Danmark +45 70 11 74 00 Sjællandsgade 2, 7000 Fredericia
Deutschland +49 180 32 26 622 Muggenhofer Str. 135, 90429 Nürnberg
Eesti +37 2 66 50 030 Mustamäe tee 24, 10621 Tallinn
España +34 902 11 63 88
Carretera M-300, Km. 29,900
Alcalá de Henares Madrid
France www.electrolux.fr
Great Britain +44 8705 929 929
Addington Way, Luton, Bedfordshire
LU4 9QQ
Hellas +30 23 10 56 19 70 4 Limnou Str., 54627 Thessaloniki
Hrvatska +385 1 63 23 338 Slavonska avenija 3, 10000 Zagreb
Ireland +353 1 40 90 753 Long Mile Road Dublin 12
Italia +39 (0) 434 558500 C.so Lino Zanussi, 26 - 33080 Porcia (PN)
Latvija +37 17 84 59 34 Kr. Barona iela 130/2, LV-1012, Riga
Lithuania +3702780607 Žirmūnų 67, LT-09001 Vilnius
Luxembourg +352 42 431 301 Rue de Bitbourg, 7, L-1273 Hamm
Magyarország +36 1 252 1773 H-1142 Budapest XIV, Erzsébet királyné útja 87
Nederland +31 17 24 68 300 Vennootsweg 1, 2404 CG - Alphen aan den Rijn
Norge +47 81 5 30 222 Risløkkvn. 2 , 0508 Oslo
Österreich +43 18 66 400 Herziggasse 9, 1230 Wien
Polska +48 22 43 47 300 ul. Kolejowa 5/7, Warszawa
Portugal +35 12 14 40 39 39
Quinta da Fonte - Edificio Gonçalves Zarco - Q 35
2774 - 518 Paço de Arcos
Romania +40 21 451 20 30 Str. Garii Progresului 2, S4, 040671 RO
Schweiz/Suisse/Svizzera +41 62 88 99 111 Industriestrasse 10, CH-5506 Mägenwil
Slovenija +38 61 24 25 731
Electrolux Ljubljana d.o.o.
Gerbièeva 98, 1000 Ljubljana
Slovensko +421 2 43 33 43 22
Electrolux Slovakia s.r.o., Electrolux Domáce spotre-
bièe SK, Seberíniho 1, 821 03 Bratislava
Suomi www.electrolux.fi
Sverige +46 (0)771 76 76 76
Electrolux Service, S:t Göransgatan 143,
S-105 45 Stockholm
Türkiye +90 21 22 93 10 25 Tarlabaþý caddesi no : 35 Taksim, Istanbul
Ðîññèÿ +7 495 937 7837
129090 Ìîñêâà, Îëèìïèéñêèé ïðîñïåêò, 16,
ÁÖ „Îëèìïèê“
Óêðà¿íà +380 44 586 20 60
04074 Êè¿â, âóë.Àâòîçàâîäñüêà,
2a, ÁÖ „Àëêîí“
67Service
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaan-
wijzing (hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze servi-
ce-afdeling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de
volgende gegevens nodig:
Modelaanduiding
Productnummer (PNC)
Serienummer (S-No.)
(u vindt deze nummers op het typeplaat-
je)
Soort storing
Eventuele foutmelding die het apparaat
aangeeft
Om ervoor te zorgen dat u de benodigde nummers van uw apparaat bij de hand
heeft, raden wij u aan deze hier te noteren:
Modelaanduiding: .....................................
PNC: .....................................
S-No: .....................................
www.electrolux.com
www.aeg-electrolux.nl
www.aeg-electrolux.be
315 895 904-M-101007-01 Wijzigingen voorbehouden
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68

Aeg-Electrolux C3100-5-M Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding