Ne
-10
Selecteer de warmtemodus om de kamertemperatuur te verhogen.
1
Druk op de (aan/uit) knop om de binnenunit aan te zetten.
- Druk niet op de (aan/uit) knop als de afstandsbediening
aanstaat.
Resultaat: De airconditioner zal aangaan in modus die
gebruikt werd bij het laatste gebruik van de unit.
De airconditioner heeft een ingebouwd
beschermingsmechanisme dat gebruikt wordt
om te voorkomen dat de unit beschadigd wordt
wanneer deze meteen gestart wordt nadat:
deze aangesloten wordt
deze uitgezet wordt
De airconditioner zal na 3 minuten opstarten.
2
Druk om de Warmtemodus te selecteren op de knop totdat
Heat weergegeven wordt op de afstandsbediening.
Resultaat: De airconditioner zal in de warmtemodus
functioneren.
3
Druk om de temperatuur aan te passen op de
knoppen. De temperatuur kan ingesteld worden tussen
16°C en 30°C.
Resultaat:
De temperatuur zal bij elke druk op de
knoppen worden ingedrukt met 1°C aangepast
worden.
De airconditioner zal beginnen met verwarmen
als de ingestelde temperatuur hoger is dan de
kamertemperatuur.
De ventilator zal functioneren zelfs als de
ingestelde temperatuur lager is dan de
kamertemperatuur.
4
Selecteer de ventilatorsnelheid door op de knop te drukken.
Resultaat: Elke keer dat u op de
knop drukt, zal de
ventilatorsnelheid in de volgende volgorde
veranderen:
Laag
Gemiddeld
Hoog
Auto
5
Raadpleeg pagina 13 voor het instellen van de luchtstroomrichting.
Opmerking
Na het starten van de warmte bediening kan het zijn dat
de lucht er niet meteen uitkomt om te voorkomen dat er
koude lucht uitkomt.
(ontdooiingindicator)
- Ontdooiing indicator zal aanstaan terwijl uw buitenunit
de vorst ontdooit die tijdens de warmte bediening
gevormd wordt. Nadat het ontdooien is voltooid, zal de
indicator uitgaan. (Er zal geen lucht uit de binnenunit
komen tijdens het ontdooien.)
Als u de airconditioner uitzet na de warmte bediening zal er
een tijdlang lucht uit de unit komen om warmte af te geven.
Als u de koelmodus selecteert terwijl de warmtemodus
ingesteld staat, zal de warmtemodus geannuleerd worden.
De warmtemodus selecteren
De warmtemodus kan alleen geselecteerd worden op de warmtepompmodellen.
Let op