Atco ROYALE 20E I/C, ROYALE 24E I/C, ROYALE 30E I/C, CLUB 20 I/C PROFESSIONAL Handleiding

Categorie
Grasmaaiers
Type
Handleiding
EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 1
Let op! Lees de volgende voorschriften zorgvuldig. Maak uzelf
vertrouwd met de bedieningselementen en het juiste gebruik van
de gazonmaaier.
Leer hoe de gazonmaaier bij gevaar wordt stopgezet.
Verklaring van de symbolen op de gazonmaaier
Algemene waarschuwing.
Lees de gebruiksaanwijzing.
Voorkom dat personen in de buurt gewond raken door weg-
geslingerde voorwerpen.
Houd personen in de buurt op een veilige afstand tot de ma-
chine.
Trek voor onderhoudswerkzaamheden eerst de bougiekabel
los.
Scherpe messen. Wees uiterst voorzichtig met tenen en vin-
gers.
Wacht tot bewegende delen van de machine volledig stil-
staan voordat u deze aanraakt. De messen draaien na het
uitschakelen van de motor nog en kunnen verwondingen
veroorzaken.
Laat kinderen of personen die deze voorschriften niet gelezen hebben
de gazonmaaier nooit gebruiken. In uw land gelden eventueel voor-
schriften ten aanzien van de leeftijd van de bediener.
Maai nooit dicht in de buurt van personen, in het bijzonder kinderen,
of huisdieren.
De gazonmaaier nooit optillen of dragen wanneer de motor loopt.
Denk eraan dat u als bediener of gebruiker verantwoordelijk bent bij
ongevallen en voor daaruit voortkomende schade aan andere mensen
of hun eigendom.
Draai tijdens het maaien altijd geschikte schoenen en een lange broek.
Gebruik de maaier niet met blote voeten of met open sandalen.
Doorzoek het gazon voor het maaien grondig op voorwerpen die door
de maaier meegenomen en omhoog geslingerd kunnen worden. Ver-
wijder deze voorwerpen.
WAARSCHUWING – benzine is licht ontvlambaar.
Bewaar brandstof alleen in een tank die speciaal voor dit doel be-
stemd is.
Tank alleen buitenshuis brandstof en rook tijdens het tanken niet.
Tank brandstof voordat u de motor start. Open de dop van de ben-
zinetank niet en tank geen brandstof wanneer de motor loopt of
heet is.
Start de motor niet wanneer benzine gemorst is, maar trek de
maaier weg van deze plaats. Voorkom open vuur tot de gemorste
benzine vervluchtigd is.
Sluit de dop van de benzinetank en de jerrycan weer stevig.
Vervang een defecte geluiddemper.
Laat de motor niet lopen in een gesloten ruimte, aangezien zich
daar zich gevaarlijke koolmonoxidedampen kunnen verzamelen.
Controleer de machine altijd optisch voordat u begint met maaien
en let erop dat de maaimessen, de bevestigingsbouten van de maai-
messen en het maaimechanisme niet versleten of beschadigd zijn.
Voorzichtig bij een maaier met meer dan één maaimes. Wanneer
één maaimes draait, worden ook de andere messen gedraaid.
Maai alleen bij daglicht of goed kunstlicht.
Gebruik de gazonmaaier bij voorkeur niet wanneer het gras nat is.
Zorg ervoor dat u op een schuin oppervlak stevig staat.
Loop altijd rustig, nooit te snel.
Het maaien op hellingen kan gevaarlijk zijn:
Maai altijd dwars op een helling, nooit naar boven of naar beneden.
Zorg ervoor dat u op een schuin oppervlak stevig staat, in het bij-
zonder bij nat gras.
Ga altijd uiterst voorzichtig te werk bij het veranderen van richting op
een helling.
Maai niet op bijzonder steile hellingen.
Wees uiterst voorzichtig bij het achteruitlopen of bij het trekken van
de gazonmaaier. Trek bij het maaien de gazonmaaier nooit terug
naar uw lichaam.
De messen moeten stilstaan wanneer de gazonmaaier bij het vervoeren
moet worden gekanteld, wanneer de machine over een oppervlak waar
geen gras groeit moet worden verplaatst en bij het vervoer naar en van
een te maaien gedeelte.
Kantel de gazonmaaier niet bij het starten of inschakelen van de motor,
behalve wanneer dit nodig is bij het aanlopen in hoog gras. Kantel de
maaier in dit geval alleen zo ver als nodig en alleen aan de van u afge-
keerde zijde. Houd de handgreep altijd met beide handen vast wanneer
u de maaier op de grond laat zakken.
Gebruik de maaier nooit met een defecte veiligheidsvoorziening of
zonder een bevestigde grasvanger.
Verander de instellingen van de motorregelaar niet. Stel geen te hoog
toerental in. Het gebruik van de motor met een te hoog toerental kan
het verwondingsgevaar doen toenemen.
Koppel voor het starten van de motor de maaicilinder en wielaandrij-
ving los.
Start de motor zoals in de gebruiksaanwijzing beschreven. Uw voeten
mogen zich niet in de buurt van de messen bevinden. Kantel de maaier
bij het starten niet.
Breng tijdens het gebruik van de gazonmaaier geen handen of voeten
in de buurt van of onder ronddraaiende delen.
Schakel de motor uit en trek de bougiestekker los:
wanneer u de gazonmaaier controleert of reinigt of wanneer u aan
de maaier werkt
na het raken van een voorwerp. Controleer de gazonmaaier op be-
schadigingen. Voer reparatiewerkzaamheden uit voordat u de ga-
zonmaaier inschakelt en opnieuw gebruikt.
wanneer de gazonmaaier op een ongewone manier begint te trillen
(onmiddellijk controleren).
wanneer u de maaihoogte instelt
Motor uitschakelen
altijd wanneer u de machine verlaat
voor het tanken
wanneer u verontreinigingen verwijdert
wanneer u de maaihoogte instelt
Trek de gashendel naar achteren om de motor uit te zetten.
Controleer of alle moeren, bouten en schroeven vastzitten om er zeker
van te zijn dat de gazonmaaier zich in een veilige gebruikstoestand be-
vindt.
Vervang versleten of beschadigde messen en schroeven altijd per com-
plete set om onbalans te voorkomen.
Berg de gazonmaaier nooit op met benzine in de tank in een ruimte
waarin benzinedampen door open vuur of vonken ontstoken kunnen
worden.
Laat de motor afkoelen voordat de maaier in een ruimte wordt wegge-
zet.
Houd de motor, uitlaat, accuruimte en de plaats waar benzine wordt
bewaard vrij van gras, bladeren en verontreinigingen door smeermiddel
om het brandgevaar te beperken.
Controleer de grasbak regelmatig op slijtage.
Vervang versleten of beschadigde delen veiligheidshalve.
Rijd langzaam bij gebruik van een maaierstoel.
Wanneer de benzinetank leeg moet worden gemaakt, dient dit buitens-
huis te gebeuren.
Let er bij instelwerkzaamheden aan de gazonmaaier op dat voeten en
handen niet tussen ronddraaiende maaimessen en vaste delen van de
gazonmaaier terechtkomen.
Verzeker u ervan dat de vervangingsonderdelen van ATCO afkomstig
zijn.
Veiligheidsvoorschriften
STOP
CLUB/ROYALE - Buch Seite 1 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
52 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01
EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 2
Motormaaier Club 20 I/C Royale 20E I/C Royale 24E I/C Royale 30E I/C
Professional
Bestelnummer F016 312 142 F016 310 442 F016 310 542 F016 310 642
Motortype B&S Intek Pro B&S Intek Pro B&S Intek Pro B&S Intek Pro
Motorsnelheid (min
-1
) 2 800 2 800 2 800 2 800
Cilinderinhoud motor (cm
3
) 206 206 206 206
Tankvolume (l) 4,1 4,1 4,1 4,1
Elektrische start Nee Ja Ja Ja
Opgenomen vermogen (kW) 6,5 6,5 6,5 6,5
Mesbreedte (cm) 51 51 61 76
Maaihoogte (mm) 2,8 18 5 35 5 35 5 35
Aantal maaibewerkingen per meter 146 73 73 73
Inhoud grasbak (l) 60 76 99 126
Gewicht (kg) 92 103 111 135
Volledige breedte (cm) 77 70 79 94
Serienummer zie gegevens over het vermogen van de machine
Dit product is bestemd voor het maaien van gazons
voor particulier en bedrijfsmatig gebruik.
Opmerking: Bedrijfsmatig gebruik betekent niet ge-
bruik in de zin van verhuur of uitlening.
Dit handboek bevat voorschriften over de juiste mon-
tage en het veilig gebruik van uw machine. Het is be-
langrijk dat u deze voorschriften zorgvuldig leest.
De machine weegt in compleet gemonteerde toe-
stand ongeveer 92 – 135 kg. Vraag indien nodig hulp
om de machine uit de verpakking te nemen.
Voorzichtig bij het transport van de maaier naar het
gazon. De maaimessen zijn scherp.
Neem de gazonmaaier voorzichtig uit de verpakking.
Controleer of de volgende delen compleet zijn:
Gazonmaaier met greepbeugel
Gebruiksaanwijzing
Onderdelenlijst
Gereedschapset
Neem contact op met uw leverancier wanneer onder-
delen ontbreken of beschadigd zijn.
1 Greep
2 Hendel voor wielaandrijving
3 Contactsleutel
4 Motor
5 Benzinetankdop
6 Olietankdop
7 Grasbak
8 Knop voor maaihoogte-instelling
In de gebruiksaanwijzing afgebeeld en beschreven
toebehoren wordt niet altijd standaard meegeleverd.
Greep
Monteer de greep zoals weergegeven en breng de
gashendel aan.
Motorolie
De gazonmaaier wordt niet met motorolie in de
motor geleverd. Het is echter mogelijk dat zich
een kleine hoeveelheid motorolie in de motor
bevindt. Vul de motor voor het starten beslist
met motorolie ter voorkoming van schade aan
de motor. Het is belangrijk om uitsluitend de ge-
adviseerde motorolie te gebruiken ter voorko-
ming van schade aan de motor.
De motor is voorzien van een niveaubewaker die
voorkomt dat de motor zonder voldoende motorolie
wordt gestart.
1. Zet de maaier neer op een recht oppervlak en
draai de oliepeilstok 9 naar buiten.
Technische gegevens
Gebruik volgens bestemming
Inleiding
Meegeleverd
Bestanddelen van de machine
Montage
A
B
CLUB/ROYALE - Buch Seite 2 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
53 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01
EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 3
2. Wrijf de oliepeilstok 9 schoon met een doek en
draai deze weer naar binnen. Draai de oliepeil-
stok 9 opnieuw naar buiten en lees het oliepeil af.
3. Vul de motor langzaam met hoogwaardige kwali-
teitsolie van het type SAE 30 API SF. Laat de olie
daarbij tot rust komen en controleer het oliepeil
herhaaldelijk tot de olie de vulmarkering 9 bereikt.
De motor kan maximaal 0,6 liter olie bevatten.
4. Draai de oliepeilstok 9 weer in en schroef deze
vast.
Benzine
Benzine wordt na verloop van tijd oud. De motor
start mogelijkerwijs slechter wanneer u benzine
gebruikt die ouder dan 30 dagen is. Rijd de ben-
zinetank altijd leeg wanneer de maaier langer
dan 30 dagen wordt gebruikt.
1. Schroef de benzinetankdop 5 van de benzinetank
en vul de tank met loodvrije benzine tot ca. 6 mm
onder de rand van de tank, zodat de benzine
ruimte voor uitzetting heeft.
2. Schroef de benzinetankdop
5 weer op de benzine-
tank.
3. Veeg eventueel gemorste benzine van de motor
voordat deze gestart wordt.
Accu (Modellen met elektrische start)
De accu is in de fabriek aangesloten. Het opladen
wordt beschreven in het gedeelte „Accu”.
Grasbak
Verwijder en bevestig de grasvanger zoals afgebeeld.
Maaihoogte instellen
Club B20
De maaihoogte van de maaier kan worden ingesteld
tussen 2,8 – 18 mm.
Stel de maaihoogte als volgt in:
1. Draai de vastzetschroeven 10 aan beide zijden van
de maaier los.
2. Draai de kruisknop 8 voor de hoogte-instelling tot
de gewenste maaihoogte bereikt wordt.
3. Draai de vastzetschroeven 10 weer vast.
Model Royale
De maaihoogte van de maaier kan worden versteld
tussen 5 35 mm. Deze bezit tussenmarkeringen als
instelhulpmiddel.
Maaihoogte instellen
Kantel de maaier naar achteren, trek aan de ontgren-
deling 11 en houd deze vast, zodat de standaard 12
volledig naar buiten draait.
1. Geleid de ontgrendeling 11 voorzichtig terug en
let erop dat deze correct vastklikt. Laat de maaier
nu op de standaard 12 zakken.
2. Draai de vastzetschroeven 13 aan beide zijden van
de maaier los.
3. Draai de kruisknop
8 voor de hoogte-instelling tot
de gewenste maaihoogte bereikt wordt en draai de
vastzetschroeven 13 weer vast.
4. Kantel de maaier naar achteren en trek de ontgren-
deling 11 tot aan de aanslag aan.
5. Beweeg de standaard 12 van de maaier naar bin-
nen en geleid de ontgrendeling 11 voorzichtig te-
rug.
Opmerking: Controleer bij alle modellen na het ver-
stellen van de maaihoogte of de hark moet worden
bijgesteld (zie „Instelling van de hark”).
Hark instellen
Uw maaier is voorzien van een instelbare hark die bij
geringe maaihoogten kan worden gebruikt.
Stel de hark als volgt in:
Model Club
1. Draai de moeren 14 los.
2. Draai de schroeven 15 tot de punten van de hark
de grond raken.
Opmerking: stel de punten van de hark niet te laag
in.
3. Draai de moeren
14 vast om de hark vast te zetten.
Houd daarbij de schroeven 15 tegen.
Model Royale
1. Draai de moeren 16 en schroeven 17 los tot de
punten van de hark de grond raken.
Opmerking: stel de punten van de hark niet te laag
in.
2. Draai de schroeven 17 vast om de hark vast te zet-
ten. Houd daarbij de moeren 16 tegen.
Starten en stoppen
Koude start
Modellen met handbediende trekstarter:
1. Zet de motor-uitzetschakelaar 18 op ON.
2. Zet de gashendel 19 in de juiste stand .
3. Open de benzinekraan 20.
4. Zet de choke 21 op „On”.
5. Trek aan de handgreep 22 om te starten. Geleid na
elke startpoging de handgreep langzaam terug.
Modellen met elektrische start:
1. Zet de motor-uitzetschakelaar 18 op ON.
2. Zet de gashendel 19 in de juiste stand .
3. Open de benzinekraan 20.
4. Zet de choke 21 op „On”.
5. Draai de contactsleutel naar rechts om de motor te
starten. Gebruik de handgreep van de trekstarter
wanneer de motor na drie startpogingen niet start
en laad de accu op (zie de gedeelten Onderhoud
en Fouten opsporen).
C D
C D
E
F G
Gebruik van de maaier
E
F G
I
H
I
I
H
I
CLUB/ROYALE - Buch Seite 3 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
54 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01
EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 4
Warme start
Ga te werk zoals beschreven onder „Koude start van
de motor”, maar sta slap 4 over.
Wanneer de motor niet start of niet regelmatig loopt,
gaat u te werk zoals beschreven onder „Koude start
van de motor” en plaatst u de choke tussen „On” en
„Off”.
Stoppen
1. Zet de gashendel 19 in de stand „Stoppen”.
2. Zet de motor-uitzetschakelaar 18 op OFF.
Handrem
De handrem wordt voornamelijk gebruikt als onder-
steuning bij het stoppen op hellingen en om de
maaier te parkeren. Bedien de handrem niet wanneer
de aandrijving vastgekoppeld is, dus wanneer de
hendel voor de wielaandrijving bediend is. Gebruik
de handrem niet in het algemeen om te remmen,
maar alleen zoals voorzien. Daardoor voorkomt u
voortijdige slijtage van het rubber van de aandrijfwal-
sen.
Gebruik van de handrem:
Losmaken
Trek de remhendel
23 vanaf de stand „(P)” (par-
keerstand) naar achteren en vervolgens naar vo-
ren in de stand „0” (rem los).
Remmen
Trek de remhendel 23 naar achteren in de rem-
stand. Zet de hendel van de handrem in de
stand „(P)” wanneer u de maaier wilt parkeren.
Maaimes en achterste rol vastkoppelen
1. Controleer dat de koppelingshendel voor het
maaimes 24 in de inkeping is vastgeklikt.
2. Start de motor en maak de handrem los.
3. Duw de rode veiligheidsgrendel 25 naar voren en
trek de hendel voor de wielaandrijving 2 langzaam
naar boven.
4. Laat de rode veiligheidsgrendel 25 los.
5. Stel de snelheid naar wens in door de gashen-
del 19 tussen en te verstellen.
6. Laat de hendel voor de wielaandrijving 2 los wan-
neer u wilt stoppen.
Alleen de achterste rol vastkoppelen
Let op: Ter voorkoming van schade aan de overbren-
ging moet de maaier beslist stilstaan.
Duw de koppelingshendel voor het maaimes 24
zijwaarts en uit de inkeping.
Controleer voor het maaien het oliepeil in de motor
en vul de benzinetank indien nodig met brandstof.
Geadviseerd wordt om aan het einde van het
maaiseizoen de brandstoftank slechts zover met
brandstof te vullen als voor het maaien nodig is,
aangezien bij het opbergen de benzinetank leeg
moet zijn.
U bereikt optimale maairesultaten wanneer u
vanaf de rand van het gazon met maaien begint
en verder maait in een L-vorm. Aan het einde
haaks vooruit en de vorige baan licht overlap-
pend weer terug.
Neem bij de volgende keer maaien de tegengestelde
hoek. Hierdoor voorkomt u het ontstaan van oneffen-
heden van het grondoppervlak door voortdurend
maaien in dezelfde richting.
Zet de maaier stil en trek de bougiestekker los
van de bougie.
Opmerking: Voer de volgende onderhoudswerk-
zaamheden regelmatig uit zodat u verzekerd bent van
een lang en probleemloos gebruik.
Controleer de gazonmaaier regelmatig op zichtbare
gebreken zoals losse of beschadigde messen, losse
verbindingen en versleten of beschadigde delen.
Controleer of afschermingen en veiligheidsvoorzie-
ningen niet beschadigd zijn en juist zijn aangebracht.
Voer voor het gebruik eventueel noodzakelijke on-
derhouds- of reparatiewerkzaamheden uit.
Reinig de maaier aan de buitenkant grondig met een
zachte borstel en een doek. Gebruik geen water, op-
losmiddel of polijstmiddel. Verwijder alle vuil volle-
dig, in het bijzonder van het luchtfilter en de koelrib-
ben van de motor.
Wanneer de gazonmaaier ondanks zorgvuldige pro-
ductie- en testprocédés toch defect raakt, moet de re-
paratie door een erkende klantenservice voor ATCO.
Vermeld bij vragen en bestellingen van vervangings-
onderdelen altijd het bestelnummer van 10 cijfers van
de machine.
H
I
H
H
H K
K
Maaien
Onderhoud
J
CLUB/ROYALE - Buch Seite 4 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
55 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01
EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 5
Wanneer het gras niet zuiver en gelijkmatig ge-
knipt wordt, moet de maaicilinder ingesteld wor-
den.
1. Kantel de maaier achteruit en zet deze stevig vast
met blokken.
2. Draai de instelschroeven 26 en 27 aan beide zijden
van de maaier los.
3. Draai de instelschroef 27 in afzonderlijke kleine
stappen met de wijzers van de klok mee.
Opmerking: De maaicilinder is correct ingesteld
wanneer tijdens het draaien de maaimessen het on-
derste mes over de volledige breedte licht raken.
De maaimessen werken als een schaar. De juiste in-
stelling van de maaimessen is bereikt wanneer een
blad papier over de hele mesbreedte zuiver wordt af-
gesneden.
4. Draai na de correcte instelling de instelschroef 26
vast.
Ter verbetering van het uitwerpen van het gras
in de grasvanger, moet de grasuitwerpplaat als
volgt worden ingesteld:
1. Draai de schroeven
28 los.
2. Duw de uitwerpplaat gelijkmatig naar beneden en
let erop dat de uitwerpplaat de maaicilinder niet
aanraakt.
3. Draai na het instellen van de ideale stand de
schroeven 28 vast.
Wanneer de accu verwijderd wordt, mag de mo-
tor niet worden gestart zonder eerst de pluspool
(rood) van de accustekker met isolatietape te
omwikkelen. Anders kunnen vonken aan de ka-
bel ontstaan.
Opladen:
Verwijder bij het opladen van de accu de accuklem-
men. De maaier is voorzien van een accu van 14 Ah.
De accu moet worden opgeladen volgens gegevens
in de gebruiksaanwijzing van de gebruikte acculader
(wordt niet meegeleverd).
De machine hoeft slechts zelden te worden gesmeerd,
aangezien bewegende delen op afgedichte lagers lo-
pen. De enkele smeerpunten 29 vereisen slechts en-
kele druppels motorolie, elke twee maanden.
Olie verversen:
Bij een nieuwe motor moet de motorolie na twee be-
drijfsuren worden ververst. Daarna moet de motoro-
lie elke 50 uur worden ververst, uiterlijk echter voor-
dat de maaier aan het einde van het maaiseizoen
wordt opgeborgen.
Ververs de olie als volgt:
Opmerking: De motorolie stroomt beter weg wan-
neer de motor warm is.
1. Maak de omgeving van de olieaftapschroef
30 (on-
deraan, achter) met een doek schoon en draai de
olieaftapschroef naar buiten.
2. Draai de olieaftapslang 31 in de aftapopening.
3. Kantel de maaier naar achteren en laat de olie in
een geschikte kuip lopen. Controleer dat alle oude
olie uit de motor is gelopen.
4. Draai de olieaftapschroef 30 weer in.
5. Maak de omgeving van de olievulaansluiting
6
schoon en trek de oliepeilstok naar buiten.
6. Plaats de maaier op een recht oppervlak en vul de
motor via de olievulopening met hoogwaardige
olie (bijvoorbeeld SAE 30 API SF). Laat de olie tot
rust komen en controleer het oliepeil herhaaldelijk
tot de olie de markering op de peilstok 9 bereikt
heeft. Afhankelijk van de resterende oliehoeveel-
heid in het oliecarter is 0,6 liter (1,1 pint) nodig.
7. Schroef de oliepeilstok weer stevig in de olievul-
aansluiting 6.
Opmerking: gebruik alleen de geadviseerde olie ter
voorkoming van defecten aan de motor.
Luchtfilter reinigen (raadpleeg de gebruiksaanwijzing
van de motor voor meer informatie).
Algemeen onderhoud en instellingen (raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van de motor voor meer informa-
tie).
Autosteer-stoel en
uitrustingset Royale 20 F016 800104
Autosteer-stoel en
uitrustingset Royale 24 F016 800105
Autosteer-stoel en
uitrustingset Royale 30 F016 800106
Set zijwielen Royale 20 F016 L80928
Set zijwielen Royale 24 F016 L80929
Set zijwielen Royale 30 F016 L80930
Set met wielen
en standaard Club 20 F016 L80019
1 liter motorolie SAE 30 API SF F016 S10258
Instelling van de messen
Instelling van de grasuitwerpplaat
Accu
Smering
G
G
C D
Onderhoud van de motor
Toebehoren
L
CLUB/ROYALE - Buch Seite 5 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
56 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01
EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 6
Een maximale levensduur van de maaier wordt ge-
waarborgd door regelmatig onderhoud op de geadvi-
seerde tijdstippen, vervanging van versleten en be-
schadigde delen indien vereist en regelmatig onder-
houd door een erkende ATCO-klantenservice
voordat de maaier tijdens de winter wordt opgebor-
gen. Voor het opbergen moet het volgende in acht
worden genomen:
Reinig de maaier grondig. Verwijder vastzittend gras,
in het bijzonder uit de buurt van de motorkoelribben
en de remklauw (zie ook de gebruiksaanwijzing van
de motor).
Controleer het maaimechanisme en smeer de snijkan-
ten licht met olie (zie „Maaimessen instellen”).
Controleer of alle schroeven en moeren stevig vastzit-
ten.
Verwijder de brandstof als volgt uit de benzinetank:
Neem de benzineslang van de carburateur en laat
de inhoud van de tank in een jerrycan lopen.
Laat de motor enkele minuten lopen tot de motor
vanzelf stopt.
Schroef de moer van het vlotterhuis. Neem het
vlotterhuis van de carburateur en verwijder de res-
terende brandstof. Harde aanslag op belangrijke
onderdelen van de carburateur, veroorzaakt door
brandstofresten, worden daardoor voorkomen.
Ververs de motorolie en reinig het luchtfilter. (Alleen
bij opbergen voor de winter. Zie de gebruiksaanwij-
zing van de motor voor meer informatie).
Laad tijdens het opbergen gedurende de winter de
accu eenmaal op (zie ook „Accu”).
De volgende tabel storingsverschijnselen en hoe u problemen kunt oplossen wanneer uw machine niet goed
werkt. Neem contact op met uw servicewerkplaats wanneer u het probleem niet zelf kunt verhelpen.
Waarschuwing: zet de maaier uit en maak de bougiestekker los voordat u met het zoeken naar de fout
begint.
Opbergen tijdens de winter of opbergen langer dan 30 dagen
Defect opsporen
Symptomen Mogelijke oorzaak Oplossing
Na het maaien ziet het
gazon er gerafeld uit
Maaimessen niet goed ingesteld Maaimessen instellen
Motor start niet Motor is verzopen
Bougiekabel los
Bougie vuil
Geen olie
Wacht 10 15 minuten
Steek kabel weer vast
Zie onderhoudshandleiding van de
motor
Vullen met motorolie
Motor stopt Geen benzine
Motortoerental te laag voor de
maaiomstandigheden
Maaicilinder geblokkeerd
Motor kan niet worden afgezet
Tank vullen
Verander de instelling van de
gashendel
Zet de motor uit en verwijder de
belemmering
Trekkabel niet goed ingesteld.
Zet de motor uit door de bougiestek-
ker los te trekken (zie de gebruiksaan-
wijzing van de motor)
Maaicilinder draait niet
rond
Verkeerd ingesteld Ga naar een erkende ATCO-klanten-
service
Wielaandrijving wordt
niet vastgekoppeld
Instelling verkeerd, kabel beschadigd Ga naar een erkende ATCO-klanten-
service
Overmatige trillingen of
geluiden
Maaimes en/of cilinderlager bescha-
digd
Motor defect
Ga naar een erkende ATCO-klanten-
service
Zie onderhoudshandleiding van de
motor
CLUB/ROYALE - Buch Seite 6 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
57 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01
EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01
Nederlands - 7
Voor dit product biedt ATCO garantie op materiaal-
en fabricagefouten. Fouten die binnen de garantiepe-
riode optreden, worden door ATCO gerepareerd of
verholpen door een vervangende levering indien de
machine niet is gebruikt voor verhuur of uitlening. De
garantie voor de op de maaier gemonteerde motor
wordt geboden door de fabrikant van de motor. Zie
de gebruiksaanwijzing van de motor voor meer infor-
matie.
De duur van de garantie op onderdelen en arbeidsu-
ren bij niet-commercieel gebruik bedraagt 1 jaar met
ingang van de koopdatum.
De duur van de garantie op onderdelen en arbeidsu-
ren bij commercieel gebruik bedraagt 90 dagen met
ingang van de koopdatum.
Ten aanzien van de definitie van de garantie geldt:
Niet-commercieel gebruik is elk gebruik van het pro-
duct in de tuin of op het erf in eigendom van de be-
zitter.
Commercieel gebruik is elk ander soort gebruik, in-
clusief gebruik voor het scheppen van inkomen, met
uitzondering van gebruik voor verhuur.
Bij garantiereparaties:
breng uw gazonmaaier naar uw erkende ATCO-
klantenservice.
Overleg uw aankoopbewijs met datum.
Overleg de garantiekaart.
Garantie kan niet worden geboden wanneer:
Het product is doorverkocht (geldt niet voor de
Ierse Republiek) of is gebruikt voor verhuur.
Het product afwijkend van de specificaties van de
fabrikant is gewijzigd of geen oorspronkelijke ver-
vangingsonderdelen zijn gebruikt.
Eerder reparaties door een niet door Atco erkende
klantenservice zijn uitgevoerd.
Het gebrek is ontstaan door een verkeerde instel-
ling, misbruik, nalatigheid of beschadiging door
vergissing.
Het defect terug te voeren is op gebrekkige sme-
ring of gebrekkig onderhoud.
Storingen kunnen worden veroorzaakt door normale
slijtage. De volgende onderdelen, waarvan de levens-
duur van regelmatige service afhankelijk is, gelden
als slijtende onderdelen en vallen niet onder de ga-
rantie.
Bij defecten aan maaimessen, aandrijfkettingen, la-
gers, rubberbekleding van de achterste rol en trekka-
bels.
De kosten voor het regelmatig onderhoud van het
product worden niet door de garantie gedekt.
Volg de voorschriften in uw gebruiksaanwijzing op,
in uw eigen belang, want een goed verzorgd product
zal vele jaren uitstekend dienst doen.
Vraag altijd naar originele ATCO-vervangingsonder-
delen. Geen garantie wordt geboden bij defecten aan
het product die ontstaan zijn door het gebruik van
vervangingsonderdelen die niet door Atco zijn ver-
vaardigd of goedgekeurd.
Deze garantiebepalingen beperken uw wettelijke
rechten niet.
Dit product is vervaardigd volgens de voorwaarden
van een milieubeheersysteem waarbij indien mogelijk
de meest milieuvriendelijke materialen en arbeids-
processen worden gebruikt, ook met het oog op het
hergebruik na afloop van de levensduur. De verpak-
king kan eveneens worden hergebruikt.
Denk aan het milieu wanneer deze machine na het
einde van de levensduur moet worden afgevoerd.
Breng de machine naar een erkend verwerkingsbe-
drijf.
(Informatie over afvalverwerking is verkrijgbaar bij
uw gemeente.)
Meetwaarden vastgesteld volgens 2000/14/EG
(1,60 m hoogte, 1 m afstand) en EN 25 349.
Het A-gewaardeerde geluidsdrukniveau van de ma-
chine bedraagt kenmerkend: geluidsdrukniveau
86 dB (A) Club, 84 dB (A) 20 I/C, 84 dB (A) 24 I/C en
85 dB (A) 30 I/C; geluidsvermogenniveau 97 dB (A)
Club, 95 dB (A) 20 I/C, 95 dB (A) 24 I/C en 96 dB (A)
30 I/C.
De kenmerkende gewaardeerde versnelling bedraagt
4 m/s
2
.
Wij verklaren op eigen verantwoording dat dit pro-
duct voldoet aan de volgende normen en normatieve
documenten: EN 60 335, EN 836 volgens de bepalin-
gen van de richtlijnen 89/336/EEG, 98/37/EG,
2000/14/EG.
2000/14/EG: het gegarandeerde geluidsvermogenni-
veau L
Wa
is lager dan 97 dB (A) Club, 97 dB (A)
20 I/C, 97 dB (A) 24 I/C en 98 dB (A) 30 I/C. Waar-
deringsmethode van de conformiteit volgens aan-
hangsel VIII.
Benoemde keuringsinstantie: SRL, Sudbury England
Plaats: Stowmarket, 07. 2001
Handtekening: Functie: Directeur
Wijzigingen voorbehouden
Garantie
Conformiteitsverklaring
CLUB/ROYALE - Buch Seite 7 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14
58 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01
Inspektion vor Auslieferung
Pre Deliverery Inspection Check
Inspection avant expédition
Inspectie voor aflevering
Inspección previa a la entrega
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 1 (spätestens 50 Stunden)
Year 1 (or 50 hrs)
1 ère année (au max 50 heures)
1e jaar (uiter lijk 50 uur)
1 año (a más tardar después de 50 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 2 (spätestens 100 Stunden)
Year 2 (or 100 hrs)
2 ère année (au max 100 heures)
2e jaar (uiter lijk 100 uur)
2 año (a más tardar después de 100 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 3 (spätestens 150 Stunden)
Year 3 (or 150 hrs)
3 ère année (au max 150 heures)
3e jaar (uiter lijk 150 uur)
3 año (a más tardar después de 150 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 4 (spätestens 200 Stunden)
Year 4 (or 200 hrs)
4 ère année (au max 200 heures)
4e jaar (uiter lijk 200 uur)
4 año (a más tardar después de 200 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 5 (spätestens 250 Stunden)
Year 5 (or 250 hrs)
5 ère année (au max 250 heures)
5e jaar (uiter lijk 250 uur)
5 año (a más tardar después de 250 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 6 (spätestens 300 Stunden)
Year 6 (or 300 hrs)
6 ère année (au max 300 heures)
6e jaar (uiter lijk 300 uur)
6 año (a más tardar después de 300 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 7 (spätestens 350 Stunden)
Year 7 (or 350 hrs)
7 ère année (au max 350 heures)
7e jaar (uiter lijk 350 uur)
7 año (a más tardar después de 350 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
Jahr 8 (spätestens 450 Stunden)
Year 8 (or 450 hrs)
8 ère année (au max 450 heures)
8e jaar (uiter lijk 450 uur)
8 año (a más tardar después de 450 horas)
Datum/Date/Date/Datum/Fecha / /
CLUB Royal · Garantiekarte 26.09.2000 10:42 Uhr Seite 1

Documenttranscriptie

EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01 CLUB/ROYALE - Buch Seite 1 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14 Veiligheidsvoorschriften Let op! Lees de volgende voorschriften zorgvuldig. Maak uzelf vertrouwd met de bedieningselementen en het juiste gebruik van de gazonmaaier. Leer hoe de gazonmaaier bij gevaar wordt stopgezet. Verklaring van de symbolen op de gazonmaaier Algemene waarschuwing. Lees de gebruiksaanwijzing. Voorkom dat personen in de buurt gewond raken door weggeslingerde voorwerpen. Houd personen in de buurt op een veilige afstand tot de machine. Trek voor onderhoudswerkzaamheden eerst de bougiekabel los. Scherpe messen. Wees uiterst voorzichtig met tenen en vingers. Wacht tot bewegende delen van de machine volledig stilstaan voordat u deze aanraakt. De messen draaien na het uitschakelen van de motor nog en kunnen verwondingen STOP veroorzaken. Laat kinderen of personen die deze voorschriften niet gelezen hebben de gazonmaaier nooit gebruiken. In uw land gelden eventueel voorschriften ten aanzien van de leeftijd van de bediener. Maai nooit dicht in de buurt van personen, in het bijzonder kinderen, of huisdieren. De gazonmaaier nooit optillen of dragen wanneer de motor loopt. Denk eraan dat u als bediener of gebruiker verantwoordelijk bent bij ongevallen en voor daaruit voortkomende schade aan andere mensen of hun eigendom. Draai tijdens het maaien altijd geschikte schoenen en een lange broek. Gebruik de maaier niet met blote voeten of met open sandalen. Doorzoek het gazon voor het maaien grondig op voorwerpen die door de maaier meegenomen en omhoog geslingerd kunnen worden. Verwijder deze voorwerpen. WAARSCHUWING – benzine is licht ontvlambaar. – Bewaar brandstof alleen in een tank die speciaal voor dit doel bestemd is. – Tank alleen buitenshuis brandstof en rook tijdens het tanken niet. – Tank brandstof voordat u de motor start. Open de dop van de benzinetank niet en tank geen brandstof wanneer de motor loopt of heet is. – Start de motor niet wanneer benzine gemorst is, maar trek de maaier weg van deze plaats. Voorkom open vuur tot de gemorste benzine vervluchtigd is. – Sluit de dop van de benzinetank en de jerrycan weer stevig. – Vervang een defecte geluiddemper. – Laat de motor niet lopen in een gesloten ruimte, aangezien zich daar zich gevaarlijke koolmonoxidedampen kunnen verzamelen. – Controleer de machine altijd optisch voordat u begint met maaien en let erop dat de maaimessen, de bevestigingsbouten van de maaimessen en het maaimechanisme niet versleten of beschadigd zijn. Voorzichtig bij een maaier met meer dan één maaimes. Wanneer één maaimes draait, worden ook de andere messen gedraaid. Maai alleen bij daglicht of goed kunstlicht. Gebruik de gazonmaaier bij voorkeur niet wanneer het gras nat is. Zorg ervoor dat u op een schuin oppervlak stevig staat. Loop altijd rustig, nooit te snel. 52 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01 Het maaien op hellingen kan gevaarlijk zijn: – Maai altijd dwars op een helling, nooit naar boven of naar beneden. – Zorg ervoor dat u op een schuin oppervlak stevig staat, in het bijzonder bij nat gras. Ga altijd uiterst voorzichtig te werk bij het veranderen van richting op een helling. Maai niet op bijzonder steile hellingen. – Wees uiterst voorzichtig bij het achteruitlopen of bij het trekken van de gazonmaaier. Trek bij het maaien de gazonmaaier nooit terug naar uw lichaam. De messen moeten stilstaan wanneer de gazonmaaier bij het vervoeren moet worden gekanteld, wanneer de machine over een oppervlak waar geen gras groeit moet worden verplaatst en bij het vervoer naar en van een te maaien gedeelte. Kantel de gazonmaaier niet bij het starten of inschakelen van de motor, behalve wanneer dit nodig is bij het aanlopen in hoog gras. Kantel de maaier in dit geval alleen zo ver als nodig en alleen aan de van u afgekeerde zijde. Houd de handgreep altijd met beide handen vast wanneer u de maaier op de grond laat zakken. Gebruik de maaier nooit met een defecte veiligheidsvoorziening of zonder een bevestigde grasvanger. Verander de instellingen van de motorregelaar niet. Stel geen te hoog toerental in. Het gebruik van de motor met een te hoog toerental kan het verwondingsgevaar doen toenemen. Koppel voor het starten van de motor de maaicilinder en wielaandrijving los. Start de motor zoals in de gebruiksaanwijzing beschreven. Uw voeten mogen zich niet in de buurt van de messen bevinden. Kantel de maaier bij het starten niet. Breng tijdens het gebruik van de gazonmaaier geen handen of voeten in de buurt van of onder ronddraaiende delen. Schakel de motor uit en trek de bougiestekker los: – wanneer u de gazonmaaier controleert of reinigt of wanneer u aan de maaier werkt – na het raken van een voorwerp. Controleer de gazonmaaier op beschadigingen. Voer reparatiewerkzaamheden uit voordat u de gazonmaaier inschakelt en opnieuw gebruikt. – wanneer de gazonmaaier op een ongewone manier begint te trillen (onmiddellijk controleren). – wanneer u de maaihoogte instelt Motor uitschakelen – altijd wanneer u de machine verlaat – voor het tanken – wanneer u verontreinigingen verwijdert – wanneer u de maaihoogte instelt Trek de gashendel naar achteren om de motor uit te zetten. Controleer of alle moeren, bouten en schroeven vastzitten om er zeker van te zijn dat de gazonmaaier zich in een veilige gebruikstoestand bevindt. Vervang versleten of beschadigde messen en schroeven altijd per complete set om onbalans te voorkomen. Berg de gazonmaaier nooit op met benzine in de tank in een ruimte waarin benzinedampen door open vuur of vonken ontstoken kunnen worden. Laat de motor afkoelen voordat de maaier in een ruimte wordt weggezet. Houd de motor, uitlaat, accuruimte en de plaats waar benzine wordt bewaard vrij van gras, bladeren en verontreinigingen door smeermiddel om het brandgevaar te beperken. Controleer de grasbak regelmatig op slijtage. Vervang versleten of beschadigde delen veiligheidshalve. Rijd langzaam bij gebruik van een maaierstoel. Wanneer de benzinetank leeg moet worden gemaakt, dient dit buitenshuis te gebeuren. Let er bij instelwerkzaamheden aan de gazonmaaier op dat voeten en handen niet tussen ronddraaiende maaimessen en vaste delen van de gazonmaaier terechtkomen. Verzeker u ervan dat de vervangingsonderdelen van ATCO afkomstig zijn. Nederlands - 1 EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01 CLUB/ROYALE - Buch Seite 2 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14 Technische gegevens Motormaaier Club 20 I/C Royale 20E I/C Royale 24E I/C Professional Bestelnummer F016 312 142 F016 310 442 F016 310 542 Motortype B&S Intek Pro B&S Intek Pro B&S Intek Pro -1 Motorsnelheid (min ) 2 800 2 800 2 800 Cilinderinhoud motor (cm3) 206 206 206 Tankvolume (l) 4,1 4,1 4,1 Elektrische start Nee Ja Ja Opgenomen vermogen (kW) 6,5 6,5 6,5 Mesbreedte (cm) 51 51 61 Maaihoogte (mm) 2,8 – 18 5 – 35 5 – 35 Aantal maaibewerkingen per meter 146 73 73 Inhoud grasbak (l) 60 76 99 Gewicht (kg) 92 103 111 Volledige breedte (cm) 77 70 79 Serienummer zie gegevens over het vermogen van de machine Gebruik volgens bestemming Dit product is bestemd voor het maaien van gazons voor particulier en bedrijfsmatig gebruik. Opmerking: Bedrijfsmatig gebruik betekent niet gebruik in de zin van verhuur of uitlening. F016 310 642 B&S Intek Pro 2 800 206 4,1 Ja 6,5 76 5 – 35 73 126 135 94 Bestanddelen van de machine 1 Greep 2 Hendel voor wielaandrijving 3 Contactsleutel 4 Motor 5 Benzinetankdop Inleiding 6 Olietankdop Dit handboek bevat voorschriften over de juiste montage en het veilig gebruik van uw machine. Het is belangrijk dat u deze voorschriften zorgvuldig leest. De machine weegt in compleet gemonteerde toestand ongeveer 92 – 135 kg. Vraag indien nodig hulp om de machine uit de verpakking te nemen. Voorzichtig bij het transport van de maaier naar het gazon. De maaimessen zijn scherp. 7 Grasbak 8 Knop voor maaihoogte-instelling In de gebruiksaanwijzing afgebeeld en beschreven toebehoren wordt niet altijd standaard meegeleverd. Montage A Greep Monteer de greep zoals weergegeven en breng de gashendel aan. Meegeleverd Neem de gazonmaaier voorzichtig uit de verpakking. Controleer of de volgende delen compleet zijn: – Gazonmaaier met greepbeugel – Gebruiksaanwijzing – Onderdelenlijst – Gereedschapset Neem contact op met uw leverancier wanneer onderdelen ontbreken of beschadigd zijn. 53 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01 Royale 30E I/C B Motorolie De gazonmaaier wordt niet met motorolie in de motor geleverd. Het is echter mogelijk dat zich een kleine hoeveelheid motorolie in de motor bevindt. Vul de motor voor het starten beslist met motorolie ter voorkoming van schade aan de motor. Het is belangrijk om uitsluitend de geadviseerde motorolie te gebruiken ter voorkoming van schade aan de motor. De motor is voorzien van een niveaubewaker die voorkomt dat de motor zonder voldoende motorolie wordt gestart. 1. Zet de maaier neer op een recht oppervlak en draai de oliepeilstok 9 naar buiten. Nederlands - 2 EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01 CLUB/ROYALE - Buch Seite 3 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14 2. Wrijf de oliepeilstok 9 schoon met een doek en draai deze weer naar binnen. Draai de oliepeilstok 9 opnieuw naar buiten en lees het oliepeil af. 3. Vul de motor langzaam met hoogwaardige kwaliteitsolie van het type SAE 30 API SF. Laat de olie daarbij tot rust komen en controleer het oliepeil herhaaldelijk tot de olie de vulmarkering 9 bereikt. De motor kan maximaal 0,6 liter olie bevatten. 4. Draai de oliepeilstok 9 weer in en schroef deze vast. C D Benzine Benzine wordt na verloop van tijd oud. De motor start mogelijkerwijs slechter wanneer u benzine gebruikt die ouder dan 30 dagen is. Rijd de benzinetank altijd leeg wanneer de maaier langer dan 30 dagen wordt gebruikt. 1. Schroef de benzinetankdop 5 van de benzinetank en vul de tank met loodvrije benzine tot ca. 6 mm onder de rand van de tank, zodat de benzine ruimte voor uitzetting heeft. 2. Schroef de benzinetankdop 5 weer op de benzinetank. 3. Veeg eventueel gemorste benzine van de motor voordat deze gestart wordt. Accu (Modellen met elektrische start) De accu is in de fabriek aangesloten. Het opladen wordt beschreven in het gedeelte „Accu”. C D Grasbak Verwijder en bevestig de grasvanger zoals afgebeeld. Maaihoogte instellen E Club B20 De maaihoogte van de maaier kan worden ingesteld tussen 2,8 – 18 mm. Stel de maaihoogte als volgt in: 1. Draai de vastzetschroeven 10 aan beide zijden van de maaier los. 2. Draai de kruisknop 8 voor de hoogte-instelling tot de gewenste maaihoogte bereikt wordt. 3. Draai de vastzetschroeven 10 weer vast. F G Model Royale De maaihoogte van de maaier kan worden versteld tussen 5 – 35 mm. Deze bezit tussenmarkeringen als instelhulpmiddel. Maaihoogte instellen Kantel de maaier naar achteren, trek aan de ontgrendeling 11 en houd deze vast, zodat de standaard 12 volledig naar buiten draait. 1. Geleid de ontgrendeling 11 voorzichtig terug en let erop dat deze correct vastklikt. Laat de maaier nu op de standaard 12 zakken. 2. Draai de vastzetschroeven 13 aan beide zijden van de maaier los. 54 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01 3. Draai de kruisknop 8 voor de hoogte-instelling tot de gewenste maaihoogte bereikt wordt en draai de vastzetschroeven 13 weer vast. 4. Kantel de maaier naar achteren en trek de ontgrendeling 11 tot aan de aanslag aan. 5. Beweeg de standaard 12 van de maaier naar binnen en geleid de ontgrendeling 11 voorzichtig terug. Opmerking: Controleer bij alle modellen na het verstellen van de maaihoogte of de hark moet worden bijgesteld (zie „Instelling van de hark”). Hark instellen Uw maaier is voorzien van een instelbare hark die bij geringe maaihoogten kan worden gebruikt. Stel de hark als volgt in: E Model Club 1. Draai de moeren 14 los. 2. Draai de schroeven 15 tot de punten van de hark de grond raken. Opmerking: stel de punten van de hark niet te laag in. 3. Draai de moeren 14 vast om de hark vast te zetten. Houd daarbij de schroeven 15 tegen. F G Model Royale 1. Draai de moeren 16 en schroeven 17 los tot de punten van de hark de grond raken. Opmerking: stel de punten van de hark niet te laag in. 2. Draai de schroeven 17 vast om de hark vast te zetten. Houd daarbij de moeren 16 tegen. Gebruik van de maaier Starten en stoppen Koude start Modellen met handbediende trekstarter: 1. Zet de motor-uitzetschakelaar 18 op ON. I 2. Zet de gashendel 19 in de juiste stand . H 3. Open de benzinekraan 20. I 4. Zet de choke 21 op „On”. 5. Trek aan de handgreep 22 om te starten. Geleid na elke startpoging de handgreep langzaam terug. Modellen met elektrische start: 1. Zet de motor-uitzetschakelaar 18 op ON. I 2. Zet de gashendel 19 in de juiste stand . H 3. Open de benzinekraan 20. I 4. Zet de choke 21 op „On”. 5. Draai de contactsleutel naar rechts om de motor te starten. Gebruik de handgreep van de trekstarter wanneer de motor na drie startpogingen niet start en laad de accu op (zie de gedeelten Onderhoud en Fouten opsporen). Nederlands - 3 EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01 CLUB/ROYALE - Buch Seite 4 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14 Warme start Ga te werk zoals beschreven onder „Koude start van de motor”, maar sta slap 4 over. Wanneer de motor niet start of niet regelmatig loopt, gaat u te werk zoals beschreven onder „Koude start van de motor” en plaatst u de choke tussen „On” en „Off”. Stoppen 1. Zet de gashendel 19 in de stand „Stoppen”. H 2. Zet de motor-uitzetschakelaar 18 op OFF. I Handrem De handrem wordt voornamelijk gebruikt als ondersteuning bij het stoppen op hellingen en om de maaier te parkeren. Bedien de handrem niet wanneer de aandrijving vastgekoppeld is, dus wanneer de hendel voor de wielaandrijving bediend is. Gebruik de handrem niet in het algemeen om te remmen, maar alleen zoals voorzien. Daardoor voorkomt u voortijdige slijtage van het rubber van de aandrijfwalsen. Gebruik van de handrem: Losmaken H Trek de remhendel 23 vanaf de stand „(P)” (parkeerstand) naar achteren en vervolgens naar voren in de stand „0” (rem los). Remmen H Trek de remhendel 23 naar achteren in de remstand. Zet de hendel van de handrem in de stand „(P)” wanneer u de maaier wilt parkeren. Maaimes en achterste rol vastkoppelen H K 1. Controleer dat de koppelingshendel voor het maaimes 24 in de inkeping is vastgeklikt. 2. Start de motor en maak de handrem los. 3. Duw de rode veiligheidsgrendel 25 naar voren en trek de hendel voor de wielaandrijving 2 langzaam naar boven. 4. Laat de rode veiligheidsgrendel 25 los. 5. Stel de snelheid naar wens in door de gashendel 19 tussen en te verstellen. 6. Laat de hendel voor de wielaandrijving 2 los wanneer u wilt stoppen. Maaien Controleer voor het maaien het oliepeil in de motor en vul de benzinetank indien nodig met brandstof. Geadviseerd wordt om aan het einde van het maaiseizoen de brandstoftank slechts zover met brandstof te vullen als voor het maaien nodig is, aangezien bij het opbergen de benzinetank leeg moet zijn. J U bereikt optimale maairesultaten wanneer u vanaf de rand van het gazon met maaien begint en verder maait in een L-vorm. Aan het einde haaks vooruit en de vorige baan licht overlappend weer terug. Neem bij de volgende keer maaien de tegengestelde hoek. Hierdoor voorkomt u het ontstaan van oneffenheden van het grondoppervlak door voortdurend maaien in dezelfde richting. Onderhoud Zet de maaier stil en trek de bougiestekker los van de bougie. Opmerking: Voer de volgende onderhoudswerkzaamheden regelmatig uit zodat u verzekerd bent van een lang en probleemloos gebruik. Controleer de gazonmaaier regelmatig op zichtbare gebreken zoals losse of beschadigde messen, losse verbindingen en versleten of beschadigde delen. Controleer of afschermingen en veiligheidsvoorzieningen niet beschadigd zijn en juist zijn aangebracht. Voer voor het gebruik eventueel noodzakelijke onderhouds- of reparatiewerkzaamheden uit. Reinig de maaier aan de buitenkant grondig met een zachte borstel en een doek. Gebruik geen water, oplosmiddel of polijstmiddel. Verwijder alle vuil volledig, in het bijzonder van het luchtfilter en de koelribben van de motor. Wanneer de gazonmaaier ondanks zorgvuldige productie- en testprocédés toch defect raakt, moet de reparatie door een erkende klantenservice voor ATCO. Vermeld bij vragen en bestellingen van vervangingsonderdelen altijd het bestelnummer van 10 cijfers van de machine. Alleen de achterste rol vastkoppelen Let op: Ter voorkoming van schade aan de overbrenging moet de maaier beslist stilstaan. K Duw de koppelingshendel voor het maaimes 24 zijwaarts en uit de inkeping. 55 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01 Nederlands - 4 EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01 CLUB/ROYALE - Buch Seite 5 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14 Instelling van de messen Onderhoud van de motor G Wanneer het gras niet zuiver en gelijkmatig geknipt wordt, moet de maaicilinder ingesteld worden. 1. Kantel de maaier achteruit en zet deze stevig vast met blokken. 2. Draai de instelschroeven 26 en 27 aan beide zijden van de maaier los. 3. Draai de instelschroef 27 in afzonderlijke kleine stappen met de wijzers van de klok mee. Opmerking: De maaicilinder is correct ingesteld wanneer tijdens het draaien de maaimessen het onderste mes over de volledige breedte licht raken. De maaimessen werken als een schaar. De juiste instelling van de maaimessen is bereikt wanneer een blad papier over de hele mesbreedte zuiver wordt afgesneden. Olie verversen: Bij een nieuwe motor moet de motorolie na twee bedrijfsuren worden ververst. Daarna moet de motorolie elke 50 uur worden ververst, uiterlijk echter voordat de maaier aan het einde van het maaiseizoen wordt opgeborgen. Ververs de olie als volgt: Opmerking: De motorolie stroomt beter weg wanneer de motor warm is. 4. Draai na de correcte instelling de instelschroef 26 vast. Instelling van de grasuitwerpplaat G Ter verbetering van het uitwerpen van het gras in de grasvanger, moet de grasuitwerpplaat als volgt worden ingesteld: 1. Draai de schroeven 28 los. 2. Duw de uitwerpplaat gelijkmatig naar beneden en let erop dat de uitwerpplaat de maaicilinder niet aanraakt. 3. Draai na het instellen van de ideale stand de schroeven 28 vast. Accu Wanneer de accu verwijderd wordt, mag de motor niet worden gestart zonder eerst de pluspool (rood) van de accustekker met isolatietape te omwikkelen. Anders kunnen vonken aan de kabel ontstaan. Opladen: Verwijder bij het opladen van de accu de accuklemmen. De maaier is voorzien van een accu van 14 Ah. De accu moet worden opgeladen volgens gegevens in de gebruiksaanwijzing van de gebruikte acculader (wordt niet meegeleverd). Smering C D De machine hoeft slechts zelden te worden gesmeerd, aangezien bewegende delen op afgedichte lagers lopen. De enkele smeerpunten 29 vereisen slechts enkele druppels motorolie, elke twee maanden. 56 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01 L 1. Maak de omgeving van de olieaftapschroef 30 (onderaan, achter) met een doek schoon en draai de olieaftapschroef naar buiten. 2. Draai de olieaftapslang 31 in de aftapopening. 3. Kantel de maaier naar achteren en laat de olie in een geschikte kuip lopen. Controleer dat alle oude olie uit de motor is gelopen. 4. Draai de olieaftapschroef 30 weer in. 5. Maak de omgeving van de olievulaansluiting 6 schoon en trek de oliepeilstok naar buiten. 6. Plaats de maaier op een recht oppervlak en vul de motor via de olievulopening met hoogwaardige olie (bijvoorbeeld SAE 30 API SF). Laat de olie tot rust komen en controleer het oliepeil herhaaldelijk tot de olie de markering op de peilstok 9 bereikt heeft. Afhankelijk van de resterende oliehoeveelheid in het oliecarter is 0,6 liter (1,1 pint) nodig. 7. Schroef de oliepeilstok weer stevig in de olievulaansluiting 6. Opmerking: gebruik alleen de geadviseerde olie ter voorkoming van defecten aan de motor. Luchtfilter reinigen (raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de motor voor meer informatie). Algemeen onderhoud en instellingen (raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de motor voor meer informatie). Toebehoren Autosteer-stoel en uitrustingset Autosteer-stoel en uitrustingset Autosteer-stoel en uitrustingset Set zijwielen Set zijwielen Set zijwielen Set met wielen en standaard 1 liter motorolie SAE 30 Nederlands - 5 Royale 20 F016 800104 Royale 24 F016 800105 Royale Royale Royale Royale F016 800106 F016 L80928 F016 L80929 F016 L80930 30 20 24 30 Club 20 API SF F016 L80019 F016 S10258 EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01 CLUB/ROYALE - Buch Seite 6 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14 Opbergen tijdens de winter of opbergen langer dan 30 dagen Een maximale levensduur van de maaier wordt gewaarborgd door regelmatig onderhoud op de geadviseerde tijdstippen, vervanging van versleten en beschadigde delen indien vereist en regelmatig onderhoud door een erkende ATCO-klantenservice voordat de maaier tijdens de winter wordt opgeborgen. Voor het opbergen moet het volgende in acht worden genomen: Reinig de maaier grondig. Verwijder vastzittend gras, in het bijzonder uit de buurt van de motorkoelribben en de remklauw (zie ook de gebruiksaanwijzing van de motor). Controleer het maaimechanisme en smeer de snijkanten licht met olie (zie „Maaimessen instellen”). Controleer of alle schroeven en moeren stevig vastzitten. Verwijder de brandstof als volgt uit de benzinetank: – Neem de benzineslang van de carburateur en laat de inhoud van de tank in een jerrycan lopen. – Laat de motor enkele minuten lopen tot de motor vanzelf stopt. – Schroef de moer van het vlotterhuis. Neem het vlotterhuis van de carburateur en verwijder de resterende brandstof. Harde aanslag op belangrijke onderdelen van de carburateur, veroorzaakt door brandstofresten, worden daardoor voorkomen. Ververs de motorolie en reinig het luchtfilter. (Alleen bij opbergen voor de winter. Zie de gebruiksaanwijzing van de motor voor meer informatie). Laad tijdens het opbergen gedurende de winter de accu eenmaal op (zie ook „Accu”). Defect opsporen De volgende tabel storingsverschijnselen en hoe u problemen kunt oplossen wanneer uw machine niet goed werkt. Neem contact op met uw servicewerkplaats wanneer u het probleem niet zelf kunt verhelpen. Waarschuwing: zet de maaier uit en maak de bougiestekker los voordat u met het zoeken naar de fout begint. Symptomen Mogelijke oorzaak Oplossing Na het maaien ziet het gazon er gerafeld uit Maaimessen niet goed ingesteld Maaimessen instellen Motor start niet Motor is verzopen Bougiekabel los Bougie vuil Wacht 10 – 15 minuten Steek kabel weer vast Zie onderhoudshandleiding van de motor Vullen met motorolie Motor stopt Geen benzine Motortoerental te laag voor de maaiomstandigheden Maaicilinder geblokkeerd Geen olie Motor kan niet worden afgezet Tank vullen Verander de instelling van de gashendel Zet de motor uit en verwijder de belemmering Trekkabel niet goed ingesteld. Zet de motor uit door de bougiestekker los te trekken (zie de gebruiksaanwijzing van de motor) Maaicilinder draait niet rond Verkeerd ingesteld Ga naar een erkende ATCO-klantenservice Wielaandrijving wordt niet vastgekoppeld Instelling verkeerd, kabel beschadigd Ga naar een erkende ATCO-klantenservice Overmatige trillingen of geluiden Maaimes en/of cilinderlager beschadigd Motor defect Ga naar een erkende ATCO-klantenservice Zie onderhoudshandleiding van de motor 57 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01 Nederlands - 6 EURO • Printed in England • NL • F016 L69 838 • CLUB/ROYALE • OSW 08/01 CLUB/ROYALE - Buch Seite 7 Dienstag, 7. August 2001 2:41 14 Garantie Voor dit product biedt ATCO garantie op materiaalen fabricagefouten. Fouten die binnen de garantieperiode optreden, worden door ATCO gerepareerd of verholpen door een vervangende levering indien de machine niet is gebruikt voor verhuur of uitlening. De garantie voor de op de maaier gemonteerde motor wordt geboden door de fabrikant van de motor. Zie de gebruiksaanwijzing van de motor voor meer informatie. De duur van de garantie op onderdelen en arbeidsuren bij niet-commercieel gebruik bedraagt 1 jaar met ingang van de koopdatum. De duur van de garantie op onderdelen en arbeidsuren bij commercieel gebruik bedraagt 90 dagen met ingang van de koopdatum. Ten aanzien van de definitie van de garantie geldt: Niet-commercieel gebruik is elk gebruik van het product in de tuin of op het erf in eigendom van de bezitter. Commercieel gebruik is elk ander soort gebruik, inclusief gebruik voor het scheppen van inkomen, met uitzondering van gebruik voor verhuur. Bij garantiereparaties: – breng uw gazonmaaier naar uw erkende ATCOklantenservice. – Overleg uw aankoopbewijs met datum. – Overleg de garantiekaart. Garantie kan niet worden geboden wanneer: – Het product is doorverkocht (geldt niet voor de Ierse Republiek) of is gebruikt voor verhuur. – Het product afwijkend van de specificaties van de fabrikant is gewijzigd of geen oorspronkelijke vervangingsonderdelen zijn gebruikt. – Eerder reparaties door een niet door Atco erkende klantenservice zijn uitgevoerd. – Het gebrek is ontstaan door een verkeerde instelling, misbruik, nalatigheid of beschadiging door vergissing. – Het defect terug te voeren is op gebrekkige smering of gebrekkig onderhoud. Storingen kunnen worden veroorzaakt door normale slijtage. De volgende onderdelen, waarvan de levensduur van regelmatige service afhankelijk is, gelden als slijtende onderdelen en vallen niet onder de garantie. Bij defecten aan maaimessen, aandrijfkettingen, lagers, rubberbekleding van de achterste rol en trekkabels. De kosten voor het regelmatig onderhoud van het product worden niet door de garantie gedekt. Volg de voorschriften in uw gebruiksaanwijzing op, in uw eigen belang, want een goed verzorgd product zal vele jaren uitstekend dienst doen. Vraag altijd naar originele ATCO-vervangingsonderdelen. Geen garantie wordt geboden bij defecten aan het product die ontstaan zijn door het gebruik van vervangingsonderdelen die niet door Atco zijn vervaardigd of goedgekeurd. Deze garantiebepalingen beperken uw wettelijke rechten niet. Dit product is vervaardigd volgens de voorwaarden van een milieubeheersysteem waarbij indien mogelijk de meest milieuvriendelijke materialen en arbeidsprocessen worden gebruikt, ook met het oog op het hergebruik na afloop van de levensduur. De verpakking kan eveneens worden hergebruikt. Denk aan het milieu wanneer deze machine na het einde van de levensduur moet worden afgevoerd. Breng de machine naar een erkend verwerkingsbedrijf. (Informatie over afvalverwerking is verkrijgbaar bij uw gemeente.) Conformiteitsverklaring Meetwaarden vastgesteld volgens 2000/14/EG (1,60 m hoogte, 1 m afstand) en EN 25 349. Het A-gewaardeerde geluidsdrukniveau van de machine bedraagt kenmerkend: geluidsdrukniveau 86 dB (A) Club, 84 dB (A) 20 I/C, 84 dB (A) 24 I/C en 85 dB (A) 30 I/C; geluidsvermogenniveau 97 dB (A) Club, 95 dB (A) 20 I/C, 95 dB (A) 24 I/C en 96 dB (A) 30 I/C. De kenmerkende gewaardeerde versnelling bedraagt 4 m/s2. Wij verklaren op eigen verantwoording dat dit product voldoet aan de volgende normen en normatieve documenten: EN 60 335, EN 836 volgens de bepalingen van de richtlijnen 89/336/EEG, 98/37/EG, 2000/14/EG. 2000/14/EG: het gegarandeerde geluidsvermogenniveau LWa is lager dan 97 dB (A) Club, 97 dB (A) 20 I/C, 97 dB (A) 24 I/C en 98 dB (A) 30 I/C. Waarderingsmethode van de conformiteit volgens aanhangsel VIII. Benoemde keuringsinstantie: SRL, Sudbury England Plaats: Stowmarket, 07. 2001 Handtekening: Functie: Directeur Wijzigingen voorbehouden 58 • F016 L69 838 • TMS • 11.07.01 Nederlands - 7 / / Datum / Date / Date / Datum / Fecha / Datum / Date / Date / Datum / Fecha / Jahr 7 (spätestens 350 Stunden) Year 7 (or 350 hrs) 7 ère année (au max 350 heures) 7e jaar (uiter lijk 350 uur) 7 año (a más tardar después de 350 horas) / Jahr 6 (spätestens 300 Stunden) Year 6 (or 300 hrs) 6 ère année (au max 300 heures) 6e jaar (uiter lijk 300 uur) 6 año (a más tardar después de 300 horas) / Datum / Date / Date / Datum / Fecha / Datum / Date / Date / Datum / Fecha / Jahr 4 (spätestens 200 Stunden) Year 4 (or 200 hrs) 4 ère année (au max 200 heures) 4e jaar (uiter lijk 200 uur) 4 año (a más tardar después de 200 horas) / Jahr 3 (spätestens 150 Stunden) Year 3 (or 150 hrs) 3 ère année (au max 150 heures) 3e jaar (uiter lijk 150 uur) 3 año (a más tardar después de 150 horas) / Datum / Date / Date / Datum / Fecha / Datum / Date / Date / Datum / Fecha / Jahr 1 (spätestens 50 Stunden) Year 1 (or 50 hrs) 1 ère année (au max 50 heures) 1e jaar (uiter lijk 50 uur) 1 año (a más tardar después de 50 horas) Inspektion vor Auslieferung Pre Deliverery Inspection Check Inspection avant expédition Inspectie voor aflevering Inspección previa a la entrega CLUB Royal · Garantiekarte 26.09.2000 10:42 Uhr Seite 1 / / / / Datum / Date / Date / Datum / Fecha / / Jahr 8 (spätestens 450 Stunden) Year 8 (or 450 hrs) 8 ère année (au max 450 heures) 8e jaar (uiter lijk 450 uur) 8 año (a más tardar después de 450 horas) Datum / Date / Date / Datum / Fecha Jahr 5 (spätestens 250 Stunden) Year 5 (or 250 hrs) 5 ère année (au max 250 heures) 5e jaar (uiter lijk 250 uur) 5 año (a más tardar después de 250 horas) Datum / Date / Date / Datum / Fecha Jahr 2 (spätestens 100 Stunden) Year 2 (or 100 hrs) 2 ère année (au max 100 heures) 2e jaar (uiter lijk 100 uur) 2 año (a más tardar después de 100 horas)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104

Atco ROYALE 20E I/C, ROYALE 24E I/C, ROYALE 30E I/C, CLUB 20 I/C PROFESSIONAL Handleiding

Categorie
Grasmaaiers
Type
Handleiding