Candy CDI 2212E10/3-S Handleiding

Categorie
Vaatwassers
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

78
INHOUD
Veiligheidsvoorschriften
Opzet en installatie
Het vullen van het zoutreservoir
Instellen van het bovenrek
Laden van de vaatwasser
Informatie van de testlaboratoria
Invoer van vaatwasmiddel
Soorten vaatwasmiddel
Invoer van glansspoelmiddel
Schoonmaak van de filters
Algemene aanwijzingen
Regelmatige schoonmaak en onderhoud
Herkennen van kleine fouten
Wilt u de instructies in deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig doorlezen, want het bevat
niet alleen aanwijzingen m.b.t. veiligheid bij installatie, gebruik en onderhoud, maar ook
een aantal belangrijke tips voor het dagelijks gebruik van de machine.
Bewaar daarom dit boekje zorgvuldig.
Fig. A
3
2
1
4
5
pag. 79
pag. 80
pag. 84
pag. 85
pag. 86
pag. 88
pag. 89
pag. 90
pag. 91
pag. 92
pag. 93
pag. 94
pag. 95
79
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Bij het gebruik van ongeacht welk elektrisch
huishoudelijk apparaat moet een aantal
elementaire veiligheidsvoorschriften in
acht worden genomen.
Installatie
Controleer of de op het apparaat
aangegeven waarden voor netspanning
en frequentie overeenkomen met de
netspanning en frequentie in uw huis.
Controleer of het apparaat niet op
elektriciteitskabels staat.
Het is niet aan te bevelen gebruik te
maken van verlengsnoeren, adapters of
stekkerdozen.
Indien het nodig is het aansluitsnoer te
vervangen, wordt geadviseerd te bellen
met de Servicedienst.
Veiligheid
Raak de afwasautomaat niet aan
wanneer u natte of vochtige handen of
voeten heeft.
Gebruik het apparaat niet wanneer u
blootvoets bent.
Als u de stekker uit het stopcontact wilt
halen, trekt u dan wel aan de stekker
zelf. Nooit aan de kabel trekken! Probeer
nooit de stekker eruit te trekken door de
machine te verplaatsen.
Stel het apparaat niet bloot aan
weerssituaties als regen of hevig zonlicht.
Het gebruik van dit apparaat is niet
bedoeld voor personen (inclusief kinderen)
met verminderde lichamelijke, zintuiglijke
of geestelijke capaciteiten of tekort van
ervaring en kennis, tenzij er toezicht of
instructie is van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Kinderen moeten in de gaten worden
gehouden worden, om er zeker van te
zijn dat ze niet met het apparaat gaan
spelen.
De machine en de afwas aan het
eind van het programma behoren niet
doordrenkt te zijn van water.
Laat de machine niet onnodig open
staan om evt. gevaren (struikelen) te
voorkomen.
Leunen of zitten op de open deur van de
vaatwasser is niet aan te raden, de deur
kan afbreken.
WAARSCHUWING!
Messen en andere voorwerpen met
scherpe punten dienen met het scherpe
deel naar beneden of horizontaal te
worden geplaatst.
Dagelijks gebruik
Dit apparaat is bedoeld om te worden
gebruikt voor huishoudelijke en soortgelijke
toepassingen, zoals:
- kantines op kantoren, winkels en
andere werkomgevingen;
- boerderijen;
- door klanten in hotels, motels en andere
soorten residentiële omgevingen;
- bed and breakfast.
Een ander gebruik van dit toestel dan
huishoudelijke omgeving of van de
typische huishoudelijke functies, zoals
commercieel gebruik door de deskundige
of opgeleide gebruikers, is uitgesloten,
zelfs in de bovenstaande toepassingen.
Als het apparaat wordt gebruikt op een
wijze die hier niet mee overeenkomt kan de
levensduur van het apparaat beïnvloeden
en de garantie van de fabrikant komt te
vervallen.
Eventuele schade aan het apparaat of
andere schade of verlies ontstaan door
gebruik dat niet in overeenstemming
is met huishoudelijk gebruik (ook als
ze gelokaliseerd is in een huiselijke
omgeving) worden niet aanvaard door de
fabrikant voor zover toegestaan door de wet.
De afwasautomaat is ingesteld op
gebruikelijke huishoudelijke chemicaliën.
Voorwerpen die in aanraking zijn gekomen
met petroleum, verf of alkalische zuren
mogen niet in de afwasmachine
gewassen worden.
Als uw woning is uitgerust met een
waterontharder of de waterhardheid is
laag, dan is het niet nodig waterontharder
toe te voegen.
Bestek wordt het schoonst wanneer het
wordt geplaatst in het bestekrekje met
het handvat naar beneden.
80
INSTALLATIE
(Technische beschrijving)
Stel na het verwijderen van de
verpakking de juiste hoogte in. Voor een
goede werking is het belangrijk dat de
afwasmachine vlak staat opgesteld: dit
doet u door de beide voorpootjes zo af te
stellen dat de machine niet meer dan 2
graden naar één kant helt.
Indien het nodig is om de onverpakte
machine met de hand te verplaatsen,
grijp de deur dan niet onderaan beet,
maar doe zoals aangegeven in fig.; open
de deur een stukje en til de afwasmachine
op aan het bovenblad.
BELANGRIJK
Als u het apparaat op een ondergrond
met een hoogpolig tapijt zet, controleer
dan of de opening aan de onderkant
vrij blijft.
Zorg ervoor dat de stekker van het
apparaat toegankelijk blijft na de
installatie.
Elektrische aansluiting
Dit apparaat voldoet aan de internationaal
geldende veiligheidsrichtlijnen en is
voorzien van een geaarde stekker om een
goede aarding van het product te verzekeren.
Voordat u het toestel gaat aansluiten op
het net, is het belangrijk na te gaan:
1. of het stopcontact voldoende geaard is;
2. of het electriciteitsnet de vereiste
netspanning en frequentie heeft, die is
vermeld op de identificatieplaat van uw
toestel.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat uw toestel voldoende
geaard is.
Ingeval van onvoldoende aarding zult
een electrische stroom voelen wanneer
u de metalen onderdelen van uw toestel
aanraakt. Dit wordt veroorzaakt
door de aanwezigheid van een radio
interferentie verwijderaar.
De producent kan niet aansprakelijk
gesteld worden voor schade
voortvloeiend uit een foute aarding van
het toestel.
Dit apparaat voldoet aan de
Europese Richtlijnen 73/23/EEC
en 89/336/EEC, vervangen door
2006/95/EC and 2004/108/EC en
eventuele wijzigingen.
Indien het nodig is de aanvoerslang te
vervangen, dient u contact op te nemen
met de service afdeling. In geval van
storing of niet goed functioneren: machine
uitschakelen en waterkraan afsluiten.
Doet u zelf verder niets maar neem contact
op met onze service dienst! Raadpleeg
bij storingen altijd de service dienst.
Alleen dan bent u verzekerd van de
nodige deskundigheid en het gebruik
van originele onderdelen. Wij verzoeken
u vriendelijk de bovenstaande regels
zorgvuldig in acht te nemen omdat
anders de veiligheid bij het gebruik van
de machine nadelig beinvloed zou
kunnen worden.
Recycling
De afwasautomaat is samengesteld uit
materialen die gerecycled kunnen
worden zodat deze bij afdanking op een
milieuvriendelijke manier kunnen
worden verwerkt.
Kinderen buiten bereik van de machine
houden. Als u de elektrische aansluiting
wilt veranderen kunt u dat alleen door
gekwalificeerde vakmensen laten verrichten.
Watertoevoer
BELANGRIJK
Het apparaat moet aangesloten
worden aan de waterkraan met
behulp van de watertoevoerslang.
Maak gebruik van de nieuwe
watertoevoerslang, gebruik niet de
oude!
De aan-en afvoerbuizen voor het water
kunt u naar keuze naar rechts of links
draaien.
BELANGRIJK
De afwasmachine mag naar keuze
worden aangesloten op eenkoude of
een warme leiding, mits de temperatuur
niet boven de 60°C komt.
De waterdruk moet liggen tussen minimaal
0,08 MPa en maximaal 0,8 MPa. Als de
waterdruk onder het minimum zakt,
raadpleeg dan onze technische dienst.
Tussen de waterleiding en de afwasmachine
moet zich een kraan bevinden, zodat de
toevoer kan worden afgesloten wanneer de
afwasmachine niet in werking is (fig. 1 B).
De afwasmachine is voorzien van een
"druk-vaste" waterslang "A" met een 3/4
aansluitnippel voor aansluiting op de
afsluitkraan "B" (fig. 2).
Bevestig de toevoerslang "A" aan de
waterkraan "B" en controleer of deze
goed vastzit.
Indien nodig kan de water-toevoerslang
tot 2,5 meter verlengd worden. Een extra
waterafvoerslang kan bij een service
centre worden besteld.
Wanneer zich lijmresten of zand e.d. in
het water bevindt, is het raadzaam een
bijpassend filter (art 9226085) van een
service center te betrekken (fig. 3).
Het filter "D" moet tussen de kraan "B"
en de toevoerslang "A", geplaatst worden.
Als de afwasmachine wordt aangesloten
op een nieuwe waterkraan, of eentje die
al lang niet meer in gebruik is, laat dan
het water een paar minuten uit de kraan
stromen voordat u de toevoerslang
bevestigd. Op deze manier voorkomt u
ophoping van zand of roest in de filter.
1
2
3
81
82
Aansluiting op de afvoerleiding
De afvoerslang moet worden aangesloten
op de ingebouwde, permanente afvoerbuis.
Controleer bij deze bevestiging of er
geen knik in de afvoerslang zit (fig. 4).
De afvoerbuis mag niet hoger dan 40 cm
vanaf het vloerniveau zijn en moet een
minimale doorsnede van 4 cm hebben.
Om onaangename geuren te voorkomen
is het aan te bevelen voor de afvoerslang
een zwanehals te gebruiken (fig. 4X).
Wanneer noodzakelijk kan de afvoerslang
verlengd worden tot een totale lengte
van 2,5 m mits u een hoogte van 85 cm
boven het vloerniveau in acht neemt.
Deze afvoerslang is verkrijgbaar via de
Servicedienst.
De afvoerslang kan in de spoel- of
wasbak worden gehangen, maar mag
nooit in het water hangen. Dit om te
voorkomen dat tijdens de werking water
terugstroomt in de machine wanneer
deze aanstaat (fig. 4Y).
Wanneer het apparaat onder een
werkblad geplaatst wordt, moet de
afvoerbuisklem zo hoog mogelijk
geplaatst worden onder het werkblad
(fig. 4Z).
Controleer of er geen knikken in de
toevoer- of afvoerslang zitten.
Voor het verlengen van de toevoerslang
kan een verlengstuk gebruikt worden.
4
83
7
598
556/573
5
INSTALLATIE IN EEN
INGEBOUWDE KEUKEN
Plaatsing tussen
keukenmeubilair
De hoogte van 85 cm is speciaal ontworpen
zodat deze afwasmachine ook in te
bouwen is in een bestaande moderne
keuken. Met de verstelbare pootjes kan
de juiste hoogte gerealiseerd worden.
Het laminaat bovenblad behoeft geen
enkele zorg daar deze hittebestendig,
krasvast en vlekvrij is (fig. 5).
Openen van de deur
Steek uw hand in de opening en druk.
Als de deur wordt geopend terwijl de
machine in werking is zorgt een elektrische
zekering ervoor dat alle functies automatisch
worden onderbroken.
BELANGRIJK
Om een correcte werking te garanderen
dient u het apparaat niet te openen als
het in werking is.
Sluiten van de deur
Breng de mandjes op hun plaats.
Zorg ervoor dat beide wassproeiers vrij
kunnen draaien en er geen bestek, pannen
of borden in de weg staan.
Sluit de deur en blokkeer hem door hem
aan te drukken.
Onder of tussenbouw
(Wanneer het onder een werkblad is
geplaatst)
Uw afwasmachine kan in elke standaard
keuken worden ingebouwd.
In dit geval dient u slechts het bovenblad
af te nemen door de twee schroeven los
te draaien zoals figuur 6a aangeeft.
BELANGRIJK
Na het verwijderen van het bovenblad,
MOETEN de schroeven weer onder de
achterrand geschroefd worden (fig.6b).
De hoogte wordt hierdoor tot 82 cm terug
gebracht.
Alleen wanneer u de hoogte van uw
machine maximaal wilt verkleinen
dient u de twee achterste schroeven te
verwijderen (fig. 7).
Het aanbrengen van decorplaten
(alleen sommige modellen)
Enkele modellen zijn uitgerust met sierlijsten
om de deur waardoor decorplaten
gemakkelijk aangebracht kunnen worden.
De decorplaten kunnen een dikte tot
5 mm hebben en moeten onderstaande
afmetingen hebben.
Breedte: 591 mm ± 1
Hoogte: 597 mm ± 1
6
a
b
a
b
HET VULLEN VAN HET
ZOUTRESERVOIR
Op de bodem van de vaatwasser
bevindt zich het zoutreservoir voor de
regeneratie van de wasverzachter.
Het is belangrijk alleen zout te gebruiken
dat ervoor geschikt is te worden gebruik in
een afwasautomaat.
Ander zout bevat kleine hoeveelheden
onoplo sbare deeltjes, die na verloop
van tijd de automatische waterverzachter
aantasten en verslechteren.
Schroef het dekseltje van het reservoir
los.
Bij de eerste vulling het reservoir eerst
met water vullen en daarna het zout erin
gieten tot het reservoir vol is. Het is
normaal dat tijdens het bijvullen wat
water over loopt. Verwijder de zoutresten
en draai het dekseltje er weer vast op.
Na het vullen of bijvullen van het zout is
het aan te bevelen eerst een compleet
wasprogramma of KOUDE SPOELING
te draaien.
De inhoud van de ontharder is tussen
de 1,5 en 1,8 kg, om de ontharder
efficiënt te laten werken, moet het
apparaat van tijd tot tijd gevuld worden
met neutraliserend zout, naar gelang
het wateronthardingssysteem.
BELANGRIJK
(Alleen bij eerste ingebruikname)
Wanneer het apparaat voor het eerst
wordt gebruikt, dient na het vullen
van het zoutreservoir het reservoir
volledig met water te worden gevuld
totdat deze overloopt .
84
Zout indicator
Sommige modellen zijn uitgevoerd met een
zoutindicator.
Het signaal kan op twee manieren
verschijnen:
een lichtje op het controlepaneel gaat
branden als het zoutreservoir bijgevuld
moet worden;
op de deksel van het zoutreservoir blijft
een groen balletje zichtbaar (fig. 1a) als
het genoeg regenereerzout bevat. Het
groene balletje verdwijnt wanneer er een
tekort aan regenereerzout is.
Sommige modellen hebbeneen ondoorschijnend
dekseltje, (fig. 1b), in deze gevallen moet
de hoeveelheid neutraliserend zout
periodiek bekeken worden tevens naar
gelang van het wateronthardingssysteem.
BELANGRIJK
Witte vlekken op het servies geven
aan dat het zoutreservoir aangevuld
moet worden.
Fig. 1
ab
85
A
A
1
3
a
b
a
b
2
HET VERSTELLEN VAN DE
BOVENSTE KORF
(alleen sommige modellen)
Borden met een doorsnee van 29 tot 32,5
cm moeten in de onderste korf geplaatst
worden nadat de bovenste korf in de
hoogste positie versteld is. Dit gaat als
volgt (Voor de modellen):
Type “A”:
1. Draai het voorste hendeltje “A” naar
buiten;
2. Neem de korf eruit en plaats het in de
hoogste positie;
3. Plaats het hendeltje “A” terug in de
oorspronkelijk positie.
Borden die groter zijn dan 20 cm ø kunnen
niet geplaatst worden in de bovenste korf
en de "wijnglashouders" kunnen niet in de
hoogste positie gebruikt worden als ook de
korf in de hoogste positie staat.
Type “B”:
1. Schuif de bovenkorf uit;
2. Pak de bovenkorf aan de zijkanten vast
en verplaats deze naar boven (fig. 1).
Borden die groter zijn dan 20 cm ø kunnen
niet geplaatst worden in de bovenste korf
en de "wijnglashouders" kunnen niet in de
hoogste positie gebruikt worden als ook de
korf in de hoogste positie staat.
HET VERSTELLEN VAN DE BOVENKORF
NAAR DE LAGERE POSITIE:
1. Pak de bovenkorf aan de zijkanten vast
en til deze lichtjes op (fig. 2a);
2. Daarna voorzichtig loslaten in de goede
positie (fig. 2b).
LET OP “TIL DE KORF NOOIT AAN ÉÉN
ZIJKANT OP (fig. 3).
Waarschuwing:
Het is raadzaam de korf te verstellen
voordat u deze inlaadt.
Type “A”
Type “B”
86
DE BELADING
Het laden van de bovenkorf
De bovenste korf is aan de zijkanten
voorzien van verstelbare rekken deze
kunnen in 4 standen worden gezet.
In de neergeklapte positie (A-A1) kan de
korf worden gebruikt voor thee en koffie
kopjes, keuken messen en pannen.
Glazen met oren kunnen veilig worden
opgehangen aan de uiteinden van de
rekken.
In de omhoog positie (B-B1) de rekken
kunnen worden beladen met platte borden
en diepe borden. Borden moeten verticaal
worden geladen met de onderzijde van
de borden naar de achterkant van de
vaatwasser en met ruimte tussen elk
bord om het water te laten passeren.
Borden worden met hun bovenkant naar
voren geplaatst en met de achterkant
van de borden gericht naar de
achterkant van de afwasautomaat.
Kopjes en bakjes worden altijd met de
opening naar beneden geplaatst. Grote
borden moeten altijd iets schuiner
geplaatst worden, zodat deze ook in de
machine passen.
Voor een goed wasresultaat is het van
belang om enige ruimte tussen de
borden te bewaren. Voor een optimale
korfindeling is het aan te raden de
borden op grootte te sorteren.
Plastic bakjes en schalen kunnen ook in
de bovenste korf geplaatst worden. Het
is aan te raden deze vast te zetten
tussen het andere serviesgoed, zodat
deze niet door hun lichte gewicht omver
gesproeid worden.
De bovenste korf is ontworpen voor
maximale flexibiliteit in gebruik en kan
beladen worden met 24 borden in twee
rijen of 30 glazen in vijf rijen, of een
combinatie hiervan.
Een standaard dagelijkse belading zoals in
fig. 1, 2 en 3.
Bovenkorf (fig. 1)
A = Soepborden
B = Platte borden
C = Dessert borden
D = Lage kommetjes
E = Kopjes
F = Glazen
Bovenkorf (fig. 2)
A = Soepborden
B = Platte borden
C = Dessert borden
D = Lage kommetjes
E = Kopjes
F = Glazen
G = Eéndelige bestekkorf
BB1
AA1
A
B
C
D
E
F
A
B
C
D
E
1
2
F
G
F
87
Bovenkorf (fig. 3)
A = Glazen
B = Lage kommetjes
C = Kopjes
D = Kleine schaal
E = Normale schaal
F = Grote schaal
G = Lepels
Het laden van de onderkorf
Pannen, deksels, ovenschalen, salade-
schalen, soepterrines, platte borden,
dessertborden, soepborden, kommen
en soeplepels kunnen in de onderste
korf geplaatst worden.
Plaats het bestek in het daarvoor
bestemde plastic rekje.
Plaats het bestekrekje ervolgens in de
onderste korf (fig. 7 en 8) en controleer
dat er geen uitstekende bestekdelen zijn
die het draaien van de spoelarm
verhinderen.
De onderste korf is voorzien van een
speciaal aan te passen rek (fig. 4 en 5).
Dit zorgt voor een stabiele optimale
belading, ook wanneer de afmetingen
van de borden niet standaard zijn.
- STAND "A": voor een standaard
belading of een belading zonder pannen
en schalen.
- STAND "B": for voor borden welke
ondanks het standaard afmeting een
bijzondere vorm hebben (vierkante
borden, borden zonder randen enz.).
- STAND "C": voor borden groter dan de
normale afmeting of bijzondere vorm
hebben (vierkant, pizza borden, ovale
borden enz.).
De kleine borden zoals de schoteltjes,
moeten in de onderste korf geplaatst
worden, met het ondersteunde rekje
zoals op de afbeelding 6 ("B").
Voor de normale borden zet het rekje
zoals op de afbeelding 6 ("A").
WAARSCHUWING!
Als de kleine borden niet op de juiste
manier in het rek zijn geplaatst, komen
deze in aanraking met de onderste
sproeiarm en zal er dan voor zorgen
dat deze niet functioneerd!
4
5
A
C
A
B
6
A
B
A
F
C
C
B
E
D
G
G
3
C
A
A
88
Een standaard dagelijkse belading zoals in
fig. 7 en 8.
Onderkorf (fig. 7)
A = Pan
B = Grote pan
C = Frituurpan, ovenschalen
D = Deksels
E = Borden
F = Bestek
G = Kleine schaal
Onderkorf (fig. 8)
A = Soepborden
B = Platte borden
C = Dessert bordjes
D = Dienblad
E = Bestek
Het efficiënt beladen van de afwasmachine
is essentieel voor een goed wasresultaat.
BELANGRIJK
De onderste korf heeft een beveiliging
tegen volledig uittrekken. Om zout bij
te vullen of om het filter te reinigen
wordt het aanbevolen de korf in zijn
geheel te verwijderen uit de machine.
Bestekkorf (fig. 9)
De bestekkorf is uitgerust in twee te scheiden
delen, die verschillende beladingen mogelijk
maken.
De twee delen kunnen gescheiden worden
door het linkerdeel van het rechterdeel af
te schuiven.
De bovenzijde van de bestekkorf kan worden
verwijderd om flexibele vulling van de korf
mogelijk te maken.
INFORMATIE VAN DE
TESTLABORATORIA
Informatie welke benodigd is voor
vergelijkingstests, geluidsmeting,
volgens de EN normen kunt u aanvragen
bij het volgende adres:
testinfo-dishwasher@candy.it
Vermeld bij uw verzoek het modelnaam en
nummer van de vaatwasser.
7
D
F
A
B
C
E
G
E
A
C
A
B
8
D
C
9
INVOER VAN AFWASMIDDEL
Afwasmiddel
BELANGRIJK
Het is noodzakelijk een wasmiddel
te gebruiken, dat speciaal bestemd
is voor afwasmachines ofwel in
poedervorm, vloeibaar of in een tablet.
"CALGONIT" geeft een zeer goed
afwasresultaat en is overal verkrijgbaar.
Niet geschikte afwasmiddelen (zoals
afwasmiddel voor handafwas) bevatten
niet de juiste ingrediënten voor gebruik
in een afwasautomaat waardoor de
afwasautomaat niet goed zal werken.
Het wasmiddelbakje vullen
Het wasmiddelbakje bevindt zich aan de
binnenkant van de deur (fig. A "2"). Als het
klepje van het wasmiddelbakje gesloten is
druk dan op het knopje (A) om deze te
openen. Aan het eind van elk programma
is dit klepje altijd open en is hierdoor
gereed voor een volgende keer dat de
afwasmachine gebruikt wordt.
WAARSCHUWING!
Als u de onderste korf heeft geladen,
let dan goed op dat borden of andere
vaat niet voor het wasmiddelbakje zit.
De hoeveelheid wasmiddel dat nodig is
varieert en is afhankelijk van de vuiltegraad
en het soort servies dat gewassen moet
worden. Wij adviseren een gebruik van
20÷30 g per wasbeurt in het wasgedeelte
van het wasmiddelbakje (B).
89
Na toevoeging van het afwaspoeder dient
eerst het klepje te worden dicht geschoven
(1) en daarna met een druk te worden
vergrendeld (2) totdat een klik wordt
gehoord.
Omdat niet alle afwasmiddelen hetzelfde
zijn kan de hoeveelheid variëren. Te weinig
wasmiddel kan tot gevolg hebben dat het
servies niet goed schoon wordt, maar met
teveel wasmiddel krijgt u geen betere
resultaten en verspilt u wasmiddel.
Gebruik dus geen overdadige hoeveelheid
wasmiddel en spaar hiermee het milieu.
BELANGRIJK
Gebruik niet onnodig veel afwaspoeder.
Het is niet nodig het milieu daarmee
extra te belasten.
A
B
90
SOORTEN VAATWASMIDDEL
Vaatwas tabletten
Vaatwastabletten van verschillende
merken lossen is verschillende snelheden
op, dat is de reden waarom sommige
tabletten niet effectief genoeg zijn en niet
volledig oplossen bij een kort programma .
Als u deze tabletten wil gebruiken raden wij
u aan om een langer programma te kiezen.
BELANGRIJK
Voor het beste resultaat moeten de
tabletten in het bakje geplaatst
worden, dus niet los in de machine!
Gecombineerde afwasmiddelen
De middelen welke ook glansspoelmiddel
bevatten moeten in het wasmiddel bakje
geplaatst worden.
Er mag geen glanspoelmiddel in het
reservoir zitten, is dit wel het geval, zet dan
de knop van het glansspoelmiddel op de
laagste stand!
“ALLES in 1” vaatwastabletten
Als u gebruik maakt van “ALLES in 1"
("3 in 1" / "4 in 1" / "5 in 1" enz.)
vaatwastabletten, dan adviseren wij het
volgende:
Lees aandachtig de instructies op de
verpakking;
Het effect van de vaatwastabletten met
ingebouwde zoutfunctie en/of
waterontharder is afhankelijk van de
waterhardheid.
Controleer of de waterhardheid binnen
de toleraties valt., zoals vermeld op de
verpakking.
Als u bij gebruik van dit product niet
tevreden over het wasresultaat neem
dan contact op met de productent van
het wasmiddel.
In sommige gevallen kan het gebruik van
gecombineerde vaatwasmiddelen het
volgende veroorzaken:
Kalkaanslag op de vaat of in de machine;
Een reductie van het was- en/of
droogresultaat.
BELANGRIJK
Mankementen die ontstaan zijn als
gevolg van onjuist gebruik van
Zout- glansspoel- of afwasmiddel zijn
uitgesloten van garantie.
Als er gebruik gemaakt word van een
“ALLES in 1 ” tablet, zullen de zout- en
glasspoelmiddel lampjes branden op de
machine (op een aantal modellen) deze
lampjes kunt u negeren!
Als er problemen zijn met het was- en/of
droogresultaat adviseren wij u gebruik te
maken van gescheiden zout, glansspoel- en
afwasmiddel.
Wij adviseren u in dit geval:
Vul zowel de zout- en glanspoelcontainer
volledig aan;
Draai een standaard wasprogramma
zonder belading.
Wij wijzen u erop dat wanneer u opnieuw
conventioneel zout gaat gebruiken, er
enkele afwasbeurten nodig zijn, voordat
het wateronthardingsmechanisme weer
efficiënt is.
INVOER VAN GLANSSPOELMIDDEL
Glansspoelmiddel
Het glansspoelmiddel dat automatisch
wordt toegevoegd tijdens de laatste
spoeling voorkomt strepen op de vaat en
bevordert een snellere droging ervan.
Het reservoir voor glansspoelmiddel
Het reservoir voor glansspoelmiddel is
geplaatst naast het reservoir voor het
afwasmiddel (fig. A "3").
Om deze te openen dient tegelijkertijd de
markering te worden ingedrukt en het klepje
te worden opgelift. Het wordt aanbevolen
alleen glansspoelmiddel te gebruiken dat
ervoor bedoelt is om in afwasautomaten te
worden gebruikt. Controleer het niveau van
het reservoir door in het controleglaasje (C)
te kijken dat op het dekseltje is geplaatst.
Het afstellen van de
naglansmiddel injector van 1 tot 6
De instelling (D) zit onder de dop en kan
gedraaid worden m.b.v. een muntstuk. Wij
raden stand 4 aan.
De hoeveelheid aanwezige kalk in het
water bepaalt de mate van kalkafzetting en
drogingsgraad. Het is daarom belangrijk de
hoeveelheid toe te dienen naglansmiddel
te kunnen regelen om steeds optimale
resultaten te verkrijgen.
Mocht het vaatwerk aan het einde van het
programma strepen vertonen dan moet de
afstelling met één streep terug gebracht
worden. In het geval waarbij kringen of
witachtige vlekken te zien zijn dan de
afstelling met één streep verhogen.
91
VOL LEEG
donker licht
C
D
92
1
2
3
SCHOONMAAK VAN DE
FILTERS
Het filtersysteem (figuur A “4”) bestaat uit:
Een centrale houder die de grotere
vuildeeltjes van de vaat trapsgewijs
sorteert.
Een platte zeef die het spoelwater
voortdurend filtert.
Een micro filter onder de platte zeef dat
de kleinste onzuiverheden uit het water
haalt en zorgt voor een perfecte spoeling.
Om optimale resultaten te bereiken
moeten de filters gecontroleerd worden
na elke was.
Om de filters te verwijderen, draai het
handvat tegen de klok in (fig. 1).
Om het schoonmaken te vergemakkelijken
is de centrale houder verwijderbaar
(fig. 2).
Verwijder de platte zeef (fig. 3) en spoel
het gehele onderdeel met water, indien
nodig kan hierbij een klein borsteltje
gebruikt worden.
Het zelfreinigende microfilter hoeft
maar een keer in de twee weken te
worden gecontroleerd. Niettemin is het
aan te raden na elke wasbeurt de
centrale houder en de zeef te controleren
op eventuele verstoppingen.
WAARSCHUWING!
Na het schoonmaken van de filters,
controleer of ze correct zijn schoongemaakt
en teruggeplaatst, voornamelijk de
zeef, of deze op de juiste plaats zit
onder in de vaatwasser.
Zorg dat het filter teruggedraaid is,
met de klok mee.
Niet goed teruggeplaatste onderdelen
kunnen een omgekeerd effect geven
op de werking.
BELANGRIJK
Gebruik de vaatwasser nooit zonder
de filters.
93
ALGEMENE AANWIJZINGEN
Hoe goede wasresultaten
te verkrijgen
Voordat servies in de afwasautomaat
wordt geplaatst dienen grove etensresten
(bijv. botjes, eierschalen, koffiedik,
tandenstokers of fruitschillen) verwijderd
te worden om te voorkomen dat de
filters, slangen en sproeiarmen verstopt
raken.
Het is daarentegen niet altijd nodig het
vuile servies eerst af te spoelen onder
de kraan.
Als pannen en ovenschalen zijn
aangekoekt of aangebrand is het aan
te raden deze eerst in een sopje te
laten weken.
Plaats de kopjes, bakjes en pannen
altijd met de bovenkant naar beneden.
Plaats het servies zo dat het niet tegen
elkaar staat en de waterstraal overal
kan komen. Door de korven goed in te
richten worden er betere resultaten
behaald.
Controleer na het laden van uw
afwasautomaat of de sproeiarmen vrij
kunnen draaien.
Laat aangekoekt servies of pannen
eerst enige tijd in een sopje weken,
eventueel met wasmiddel voor de
afwasmachine.
Het afwassen van zilver:
a) spoel het zilver direct na gebruik af,
vooral als het is gebruikt voor
mayonaise, eieren etc;
b) strooi er geen afwasmiddel
overheen;
c) houd het gescheiden van andere
metalen voorwerpen.
Hoe u kunt besparen
Als u alleen de afwasmachine wilt
gebruiken als deze vol beladen is,
plaats dan na elke maaltijd het servies
in de korven en gebruik wanneer
nodig het programma voor KOUDE
SPOELING.
Als de afwasmachine uiteindelijk vol is
stel dan het gewenste programma in.
Als het servies niet erg vuil is of als de
afwasmachine nog niet helemaal vol is,
gebruik dan de Economy-toets bij de
programma's waarbij dit mogelijk is (zie
afwasprogrammatabel).
Wat niet geschikt is voor de
machine-afwas
Niet al het servies is geschikt voor
machine-afwas.
Het is af te raden bepaalde voorwerpen
in de afwasmachine te wassen zoals:
PVC voorwerpen, bestek met houten of
plastic handgrepen, sausschaal met
houten handgreep, voorwerpen van
aluminium of kristalhoudend glas, tenzij
anders aangegeven.
Bepaalde decoraties kunnen verbleken,
daarom kunt u eerst beter een
exemplaar enkele malen machinaal
wassen om er zeker van te zijn dat de
decoratie niet verbleekt.
Het is verstandig zilver en metalen
bestek niet bij elkaar te zetten om
eventuele chemische reacties te
voorkomen.
BELANGRIJK
Let bij de aankoop van servies of
bestek of deze geschikt zijn voor
machinaal afwassen.
Raadgevingen, voor na
het afwassen
Om het druppelen vanaf het bovenrek
te voorkomen is het raadzaam na
beeindiging van het programma eerst
het onderrek leeg te halen.
Mocht de vaat na beëindiging niet
meteen uit de machine gehaald worden
dan raden wij u aan de deur op een kier
te zetten, om een nog betere droging te
verkrijgen.
94
1
2
1b
NA HET WASSEN
Indien de machine meerdere dagen niet
gebruikt wordt, is het raadzaam de
volgende punten in acht te nemen.
1. Draai een programma af zonder afwas,
maar met afwasmiddel om de machine
te ontvetten;
2. Trek de stekker uit het stopcontact;
3. Draai de waterkraan dicht;
4. Vul het glansmiddelreservoir;
5. Zet de deur op een kier;
6. Houd de binnenkant van de
afwasmachine schoon;
7. Als de afwasmachine is opgesteld waar
een omgevingstemperatuur beneden
0°C behaald kan worden, dan kan het
achtergebleven water in de slangen
bevriezen.
Wacht dan met het aanzetten van de
afwasmachine tot de temperatuur weer
boven het vriespunt is en wacht dan nog
een uur voordat u de afwasmachine
weer aanzet.
ONDERHOUD
Om de buitenzijde van de afwasautomaat
te reinigen wordt afgeraden gebruik te
maken van agressieve reinigingsmiddelen
en schuursponsjes. Beter is het gebruik te
maken van alleen water en een doek.
Neem de rubberen deurafdichting af en
toe af met een natte doek.
Mocht er naglansmiddel gemorst
worden tijdens het vullen neem het
dan met een doekje meteen op.
Kleine lichte kalkafzettingen kunnen
verwijderd worden door regelmatig op
de bodem van de machine 1 glas azijn te
gieten en de machine het programma
voor fijn serviesgoed af te laten werken.
Wanneer, ondanks regelmatig
schoonmaak van de filters, de vaat
niet goed schoon wordt, dient u de
sproeikoppen op de roterende armen
onder in de machine te controleren of
deze schoon zijn (fig. A “5”).
Wanneer deze geblokkeerd zijn maak deze
dan schoon op de volgende manier:
1.Om de bovenste roterende arm te
verwijderen, draai deze tot de
gemarkeerde stop bij de pijl (fig. 1).
Druk de arm voorzichtig naar beneden
en draai het met de klok mee (fig. 1b).
Om deze arm weer terug te plaatsen
voer dezelfde handeling uit maar
draai nu in tegengestelde richting. De
onderste roterende arm kan verwijderd
worden door het omhoog te trekken (fig. 2).
2.Spoel de roterende armen met water
om blokkades in de sproeikoppen te
verwijderen;
3.Wanneer de roterende armen zijn
schoongemaakt zet deze dan weer in
dezelfde positie terug in de machine.
Vergeet niet de bovenste arm te draaien
vanaf de pijl tot de voormalige positie.
De binnendeur en kuip zijn ook van
roestvrijstaal.
Eventuele oxidatieverschijnselen kunnen
afkomstig zijn van een grote concentratie
ijzerzouten in het water.
Roestende bestekheften of
bevestigingsschroeven in handvatten
van pannen kunnen ook een lichte
roestvorming veroorzaken.
Deze vlekken kunnen met een licht
schuurmiddel verwijderd worden: maak
nooit gebruik van chloorhoudende
middelen of ijzeren pannensponzen.
95
Steek stekker in stopkontakt.
Druk knop alsnog in.
Sluit de deur goed.
Controleer zekering in de
meterkast.
Controleer
Open de kraan.
Leg de slang goed, zonder
knikken.
Reinig zeefje en installeer
juist.
Reinig de zeef.
Leg de slang goed, zonder
knikken.
Installeer opnieuw volgens
de instrukties.
Uitlaat van de afvoerslang
moet tenminste 40 cm boven
de vloer zijn.
Verlaag dosering zeep.
Controleer de inhoud van de
korven.
Reinig deze.
Schakel het toestel uit.
Draai de kraan open en
Re-set programma.
FOUT OORZAAK OPLOSSING
STORINGLIJST
Kleine storingen zelf oplossen.
Wanneer de vaatwasmachine plotseling niet goed werkt of helmaal niet, controleer de
onderstaande punten, voordat u de Service dienst belt.
1 - Toestel doet niets.
2 - Toestel neemt geen
water
3 - Toestel pompt water niet
af.
4 - Toestel pompt continu
water af
5 - Geluid van de
sproeiarmenniet
hoorbaar, tijdens
wassen.
6 - Op elektronische apparaten
zonder display: één of
meer lampjes knippert.
Stekker niet in stopkontakt
0/1-knop niet ingedrukt.
Deur is open.
Geen spanning
Zie oorzaken nr. 1
Kraan staat dicht
Toevoerslang geknikt.
Zeefje niet goed in slang.
Zeef vuil.
Afvoerslang geknikt.
Verlengstuk van afvoerslang
niet juist bevestigd.
Positie van de uitlaat vande
afvoerslang te laag
(hevelwerking)
Te hoge zeepdosering.
Voorwerpen blokkeren de
sproeiarmen.
Filter / zeef verstopt.
Kraan dicht.
96
N.B.: Indien de situatie zich voordoet dat het apparaat een slechte reiniging veroorzaakt, is het aan
te bevelen de meest grove etensresten van de borden te verwijderen alvorens het programma te
starten. Tijdens de droging gaan achtergebleven etensresten extra vast aan de borden zitten en
deze zijn ook in een tweede programma niet met de machine te verwijderen. Indien het mankement
zich ondanks de voorzorgsmaatregel toch blijft voordoen, is het raadzaam de Servicedienst te
bellen met vermelding van type- en serienummer van de machine. Deze zijn te vinden op de sticker
aan de binnenzijde van de deur. Met deze informatie is het mogelijk u beter van dienst te zijn
wanneer een servicemonteur een bezoek moet brengen.
Wij stellen ons niet aansprakelijk voor eventuele drukfouten. Kleine veranderingen en
technische ontwikkelingen zijn voorbehouden.
FOUT OORZAAK OPLOSSING
7 - Borden, schalen ed.
Zijn niet goed
schoon.
8 - Vaatwasmiddel is
niet of gedeeltelijk
opgelost.
9 - Witte vlekken.
10 -Geluiden tijdens
wassen.
11 -Vaatwas is niet
compleet droog.
Zie oorzaken nr. 5
Panbodems zijn niet goed
gereinigd voordat ze in de
machine zijn gedaan.
Sproeiarmen vuil.(gaatjes niet
open)
Borden zijn niet goed geladen.
De uitlaat van de afvoerslang
hangt in het water.
Er is onvoldoende zeep in de
vaatwasser gekomen; zeep is
te oud en hard geworden.
Het programma is te licht.
Borden ed. In onderste korf
zijn niet goed gewassen.
Het bestek, pannen, vuil enz....
blokkeren het wasmiddellen
bakje.
Water te hard.
Borden raken elkaar.
Ronddraaiende armen raken
borden of id.
Geen goede ventilatie.
Glansspoelmiddel niet
aanwezig of op.
Controleer.
Aangezette panbodems
moeten geweekt worden
voordat ze in de machine gaan.
Verwijder sproeiarmen, door
schroef los te draaien (in de
richting van de wijzers van de
klok ) en reinig de sproeiarm
onder de kraan.
Zet de borden niet te dicht
tegen elkaar.
De uitlaat van de afvoerslang
moet ten alletijden belucht zijn
Verhoog de hoeveelheid zeep
en / of vernieuw de zeep.
Kies voor een zwaarder
programma.
Hogere temperatuur.
Schakel 1/2_ vulling knop uit.
Plaats de borden, pannen
enz.. niet voor het wasmiddelen
bakje.
Controleer zout en
naglansmiddel en stel
eventueel hoeveelheid in.
Blijft fout hetzelfde schakel
servicedienst in.
Zet de borden opnieuw in de
korf.
Laad de korven opnieuw.
Laat de deur op een kier staan
aan het eind van het
droogprogramma, waardoor de
vaatwas op een natuurlijke
manier droogt.
Glansspoelmiddel bijvullen.

Documenttranscriptie

INHOUD pag. pag. pag. pag. pag. pag. pag. pag. pag. pag. pag. pag. pag. Veiligheidsvoorschriften Opzet en installatie Het vullen van het zoutreservoir Instellen van het bovenrek Laden van de vaatwasser Informatie van de testlaboratoria Invoer van vaatwasmiddel Soorten vaatwasmiddel Invoer van glansspoelmiddel Schoonmaak van de filters Algemene aanwijzingen Regelmatige schoonmaak en onderhoud Herkennen van kleine fouten 79 80 84 85 86 88 89 90 91 92 93 94 95 Fig. A 5 1 4 2 3 Wilt u de instructies in deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig doorlezen, want het bevat niet alleen aanwijzingen m.b.t. veiligheid bij installatie, gebruik en onderhoud, maar ook een aantal belangrijke tips voor het dagelijks gebruik van de machine. Bewaar daarom dit boekje zorgvuldig. 78 ■ Leunen of zitten op de open deur van de vaatwasser is niet aan te raden, de deur kan afbreken. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Bij het gebruik van ongeacht welk elektrisch huishoudelijk apparaat moet een aantal elementaire veiligheidsvoorschriften in acht worden genomen. WAARSCHUWING! Messen en andere voorwerpen met scherpe punten dienen met het scherpe deel naar beneden of horizontaal te worden geplaatst. Installatie ■ Controleer of de op het apparaat aangegeven waarden voor netspanning en frequentie overeenkomen met de netspanning en frequentie in uw huis. Dagelijks gebruik ■ Dit apparaat is bedoeld om te worden gebruikt voor huishoudelijke en soortgelijke toepassingen, zoals: ■ Controleer of het apparaat niet op elektriciteitskabels staat. ■ Het is niet aan te bevelen gebruik te maken van verlengsnoeren, adapters of stekkerdozen. - kantines op kantoren, winkels en andere werkomgevingen; - boerderijen; - door klanten in hotels, motels en andere soorten residentiële omgevingen; - bed and breakfast. ■ Indien het nodig is het aansluitsnoer te vervangen, wordt geadviseerd te bellen met de Servicedienst. Veiligheid Een ander gebruik van dit toestel dan huishoudelijke omgeving of van de typische huishoudelijke functies, zoals commercieel gebruik door de deskundige of opgeleide gebruikers, is uitgesloten, zelfs in de bovenstaande toepassingen. ■ Raak de afwasautomaat niet aan wanneer u natte of vochtige handen of voeten heeft. ■ Gebruik het apparaat niet wanneer u blootvoets bent. Als het apparaat wordt gebruikt op een wijze die hier niet mee overeenkomt kan de levensduur van het apparaat beïnvloeden en de garantie van de fabrikant komt te vervallen. ■ Als u de stekker uit het stopcontact wilt halen, trekt u dan wel aan de stekker zelf. Nooit aan de kabel trekken! Probeer nooit de stekker eruit te trekken door de machine te verplaatsen. Eventuele schade aan het apparaat of andere schade of verlies ontstaan door gebruik dat niet in overeenstemming is met huishoudelijk gebruik (ook als ze gelokaliseerd is in een huiselijke omgeving) worden niet aanvaard door de fabrikant voor zover toegestaan door de wet. ■ Stel het apparaat niet bloot aan weerssituaties als regen of hevig zonlicht. ■ Het gebruik van dit apparaat is niet bedoeld voor personen (inclusief kinderen) met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke capaciteiten of tekort van ervaring en kennis, tenzij er toezicht of instructie is van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. ■ De afwasautomaat is ingesteld op gebruikelijke huishoudelijke chemicaliën. Voorwerpen die in aanraking zijn gekomen met petroleum, verf of alkalische zuren mogen niet in de afwasmachine gewassen worden. ■ Als uw woning is uitgerust met een waterontharder of de waterhardheid is laag, dan is het niet nodig waterontharder toe te voegen. ■ Bestek wordt het schoonst wanneer het wordt geplaatst in het bestekrekje met het handvat naar beneden. Kinderen moeten in de gaten worden gehouden worden, om er zeker van te zijn dat ze niet met het apparaat gaan spelen. ■ De machine en de afwas aan het eind van het programma behoren niet doordrenkt te zijn van water. ■ Laat de machine niet onnodig open staan om evt. gevaren (struikelen) te voorkomen. 79 ■ Indien het nodig is de aanvoerslang te vervangen, dient u contact op te nemen met de service afdeling. In geval van storing of niet goed functioneren: machine uitschakelen en waterkraan afsluiten. Doet u zelf verder niets maar neem contact op met onze service dienst! Raadpleeg bij storingen altijd de service dienst. Alleen dan bent u verzekerd van de nodige deskundigheid en het gebruik van originele onderdelen. Wij verzoeken u vriendelijk de bovenstaande regels zorgvuldig in acht te nemen omdat anders de veiligheid bij het gebruik van de machine nadelig beinvloed zou kunnen worden. Recycling ■ De afwasautomaat is samengesteld uit materialen die gerecycled kunnen worden zodat deze bij afdanking op een milieuvriendelijke manier kunnen worden verwerkt. ■ Kinderen buiten bereik van de machine houden. Als u de elektrische aansluiting wilt veranderen kunt u dat alleen door gekwalificeerde vakmensen laten verrichten. INSTALLATIE Elektrische aansluiting (Technische beschrijving) Dit apparaat voldoet aan de internationaal geldende veiligheidsrichtlijnen en is voorzien van een geaarde stekker om een goede aarding van het product te verzekeren. ■ Stel na het verwijderen van de verpakking de juiste hoogte in. Voor een goede werking is het belangrijk dat de afwasmachine vlak staat opgesteld: dit doet u door de beide voorpootjes zo af te stellen dat de machine niet meer dan 2 graden naar één kant helt. Voordat u het toestel gaat aansluiten op het net, is het belangrijk na te gaan: 1. of het stopcontact voldoende geaard is; ■ Indien het nodig is om de onverpakte machine met de hand te verplaatsen, grijp de deur dan niet onderaan beet, maar doe zoals aangegeven in fig.; open de deur een stukje en til de afwasmachine op aan het bovenblad. 2. of het electriciteitsnet de vereiste netspanning en frequentie heeft, die is vermeld op de identificatieplaat van uw toestel. WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat uw toestel voldoende geaard is. Ingeval van onvoldoende aarding zult een electrische stroom voelen wanneer u de metalen onderdelen van uw toestel aanraakt. Dit wordt veroorzaakt door de aanwezigheid van een radio interferentie verwijderaar. De producent kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade voortvloeiend uit een foute aarding van het toestel. BELANGRIJK Als u het apparaat op een ondergrond met een hoogpolig tapijt zet, controleer dan of de opening aan de onderkant vrij blijft. Dit apparaat voldoet aan de Europese Richtlijnen 73/23/EEC en 89/336/EEC, vervangen door 2006/95/EC and 2004/108/EC en eventuele wijzigingen. Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat toegankelijk blijft na de installatie. 80 Watertoevoer 1 BELANGRIJK Het apparaat moet aangesloten worden aan de waterkraan met behulp van de watertoevoerslang. Maak gebruik van de nieuwe watertoevoerslang, gebruik niet de oude! ■ De aan-en afvoerbuizen voor het water kunt u naar keuze naar rechts of links draaien. BELANGRIJK De afwasmachine mag naar keuze worden aangesloten op eenkoude of een warme leiding, mits de temperatuur niet boven de 60°C komt. 2 ■ De waterdruk moet liggen tussen minimaal 0,08 MPa en maximaal 0,8 MPa. Als de waterdruk onder het minimum zakt, raadpleeg dan onze technische dienst. ■ Tussen de waterleiding en de afwasmachine moet zich een kraan bevinden, zodat de toevoer kan worden afgesloten wanneer de afwasmachine niet in werking is (fig. 1 B). ■ De afwasmachine is voorzien van een "druk-vaste" waterslang "A" met een 3/4 aansluitnippel voor aansluiting op de afsluitkraan "B" (fig. 2). ■ Bevestig de toevoerslang "A" aan de waterkraan "B" en controleer of deze goed vastzit. 3 ■ Indien nodig kan de water-toevoerslang tot 2,5 meter verlengd worden. Een extra waterafvoerslang kan bij een service centre worden besteld. ■ Wanneer zich lijmresten of zand e.d. in het water bevindt, is het raadzaam een bijpassend filter (art 9226085) van een service center te betrekken (fig. 3). Het filter "D" moet tussen de kraan "B" en de toevoerslang "A", geplaatst worden. ■ Als de afwasmachine wordt aangesloten op een nieuwe waterkraan, of eentje die al lang niet meer in gebruik is, laat dan het water een paar minuten uit de kraan stromen voordat u de toevoerslang bevestigd. Op deze manier voorkomt u ophoping van zand of roest in de filter. 81 ■ De afvoerslang kan in de spoel- of wasbak worden gehangen, maar mag nooit in het water hangen. Dit om te voorkomen dat tijdens de werking water terugstroomt in de machine wanneer deze aanstaat (fig. 4Y). Aansluiting op de afvoerleiding ■ De afvoerslang moet worden aangesloten op de ingebouwde, permanente afvoerbuis. Controleer bij deze bevestiging of er geen knik in de afvoerslang zit (fig. 4). ■ Wanneer het apparaat onder een werkblad geplaatst wordt, moet de afvoerbuisklem zo hoog mogelijk geplaatst worden onder het werkblad (fig. 4Z). ■ De afvoerbuis mag niet hoger dan 40 cm vanaf het vloerniveau zijn en moet een minimale doorsnede van 4 cm hebben. ■ Om onaangename geuren te voorkomen is het aan te bevelen voor de afvoerslang een zwanehals te gebruiken (fig. 4X). ■ Controleer of er geen knikken in de toevoer- of afvoerslang zitten. Voor het verlengen van de toevoerslang kan een verlengstuk gebruikt worden. ■ Wanneer noodzakelijk kan de afvoerslang verlengd worden tot een totale lengte van 2,5 m mits u een hoogte van 85 cm boven het vloerniveau in acht neemt. Deze afvoerslang is verkrijgbaar via de Servicedienst. 4 82 INSTALLATIE IN EEN INGEBOUWDE KEUKEN Onder of tussenbouw (Wanneer het onder een werkblad is geplaatst) ■ Uw afwasmachine kan in elke standaard keuken worden ingebouwd. In dit geval dient u slechts het bovenblad af te nemen door de twee schroeven los te draaien zoals figuur 6a aangeeft. Plaatsing tussen keukenmeubilair ■ De hoogte van 85 cm is speciaal ontworpen zodat deze afwasmachine ook in te bouwen is in een bestaande moderne keuken. Met de verstelbare pootjes kan de juiste hoogte gerealiseerd worden. BELANGRIJK Na het verwijderen van het bovenblad, MOETEN de schroeven weer onder de achterrand geschroefd worden (fig.6b). ■ Het laminaat bovenblad behoeft geen enkele zorg daar deze hittebestendig, krasvast en vlekvrij is (fig. 5). 5 ■ De hoogte wordt hierdoor tot 82 cm terug gebracht. Alleen wanneer u de hoogte van uw machine maximaal wilt verkleinen dient u de twee achterste schroeven te verwijderen (fig. 7). Het aanbrengen van decorplaten (alleen sommige modellen) Enkele modellen zijn uitgerust met sierlijsten om de deur waardoor decorplaten gemakkelijk aangebracht kunnen worden. De decorplaten kunnen een dikte tot 5 mm hebben en moeten onderstaande afmetingen hebben. Breedte: 591 mm ± 1 Hoogte: 597 mm ± 1 a 6 a b 7 b 598 Openen van de deur 556/573 Sluiten van de deur Breng de mandjes op hun plaats. Zorg ervoor dat beide wassproeiers vrij kunnen draaien en er geen bestek, pannen of borden in de weg staan. Sluit de deur en blokkeer hem door hem aan te drukken. Steek uw hand in de opening en druk. Als de deur wordt geopend terwijl de machine in werking is zorgt een elektrische zekering ervoor dat alle functies automatisch worden onderbroken. BELANGRIJK Om een correcte werking te garanderen dient u het apparaat niet te openen als het in werking is. 83 HET VULLEN VAN HET ZOUTRESERVOIR Zout indicator Sommige modellen zijn uitgevoerd met een zoutindicator. ■ Op de bodem van de vaatwasser bevindt zich het zoutreservoir voor de regeneratie van de wasverzachter. Het signaal kan op twee manieren verschijnen: ■ Het is belangrijk alleen zout te gebruiken dat ervoor geschikt is te worden gebruik in een afwasautomaat. Ander zout bevat kleine hoeveelheden onoplo sbare deeltjes, die na verloop van tijd de automatische waterverzachter aantasten en verslechteren. ■ een lichtje op het controlepaneel gaat branden als het zoutreservoir bijgevuld moet worden; ■ op de deksel van het zoutreservoir blijft een groen balletje zichtbaar (fig. 1a) als het genoeg regenereerzout bevat. Het groene balletje verdwijnt wanneer er een tekort aan regenereerzout is. ■ Schroef het dekseltje van het reservoir los. Sommige modellen hebbeneen ondoorschijnend dekseltje, (fig. 1b), in deze gevallen moet de hoeveelheid neutraliserend zout periodiek bekeken worden tevens naar gelang van het wateronthardingssysteem. ■ Bij de eerste vulling het reservoir eerst met water vullen en daarna het zout erin gieten tot het reservoir vol is. Het is normaal dat tijdens het bijvullen wat water over loopt. Verwijder de zoutresten en draai het dekseltje er weer vast op. ■ Na het vullen of bijvullen van het zout is het aan te bevelen eerst een compleet wasprogramma of KOUDE SPOELING te draaien. De inhoud van de ontharder is tussen de 1,5 en 1,8 kg, om de ontharder efficiënt te laten werken, moet het apparaat van tijd tot tijd gevuld worden met neutraliserend zout, naar gelang het wateronthardingssysteem. BELANGRIJK Witte vlekken op het servies geven aan dat het zoutreservoir aangevuld moet worden. BELANGRIJK (Alleen bij eerste ingebruikname) Wanneer het apparaat voor het eerst wordt gebruikt, dient na het vullen van het zoutreservoir het reservoir volledig met water te worden gevuld totdat deze overloopt . Fig. 1 a 84 b HET VERSTELLEN VAN DE BOVENSTE KORF (alleen sommige modellen) Type “A” Borden met een doorsnee van 29 tot 32,5 cm moeten in de onderste korf geplaatst worden nadat de bovenste korf in de hoogste positie versteld is. Dit gaat als volgt (Voor de modellen): Type “A”: A 1. Draai het voorste hendeltje “A” naar buiten; 2. Neem de korf eruit en plaats het in de hoogste positie; 3. Plaats het hendeltje “A” terug in de oorspronkelijk positie. Borden die groter zijn dan 20 cm ø kunnen niet geplaatst worden in de bovenste korf en de "wijnglashouders" kunnen niet in de hoogste positie gebruikt worden als ook de korf in de hoogste positie staat. A Type “B”: Type “B” 1 1. Schuif de bovenkorf uit; 2. Pak de bovenkorf aan de zijkanten vast en verplaats deze naar boven (fig. 1). Borden die groter zijn dan 20 cm ø kunnen niet geplaatst worden in de bovenste korf en de "wijnglashouders" kunnen niet in de hoogste positie gebruikt worden als ook de korf in de hoogste positie staat. 2 a b HET VERSTELLEN VAN DE BOVENKORF NAAR DE LAGERE POSITIE: a b 1. Pak de bovenkorf aan de zijkanten vast en til deze lichtjes op (fig. 2a); 3 2. Daarna voorzichtig loslaten in de goede positie (fig. 2b). LET OP “TIL DE KORF NOOIT AAN ÉÉN ZIJKANT OP (fig. 3). Waarschuwing: Het is raadzaam de korf te verstellen voordat u deze inlaadt. 85 ■ De bovenste korf is ontworpen voor maximale flexibiliteit in gebruik en kan beladen worden met 24 borden in twee rijen of 30 glazen in vijf rijen, of een combinatie hiervan. DE BELADING Het laden van de bovenkorf ■ De bovenste korf is aan de zijkanten voorzien van verstelbare rekken deze kunnen in 4 standen worden gezet. Een standaard dagelijkse belading zoals in fig. 1, 2 en 3. ■ In de neergeklapte positie (A-A1) kan de korf worden gebruikt voor thee en koffie kopjes, keuken messen en pannen. Glazen met oren kunnen veilig worden opgehangen aan de uiteinden van de rekken. A Bovenkorf (fig. 1) A = Soepborden B = Platte borden C = Dessert borden D = Lage kommetjes E = Kopjes F = Glazen A1 1 C F A ■ In de omhoog positie (B-B1) de rekken kunnen worden beladen met platte borden en diepe borden. Borden moeten verticaal worden geladen met de onderzijde van de borden naar de achterkant van de vaatwasser en met ruimte tussen elk bord om het water te laten passeren. B B D E B1 Bovenkorf (fig. 2) A = Soepborden B = Platte borden C = Dessert borden D = Lage kommetjes E = Kopjes F = Glazen G = Eéndelige bestekkorf ■ Borden worden met hun bovenkant naar voren geplaatst en met de achterkant van de borden gericht naar de achterkant van de afwasautomaat. Kopjes en bakjes worden altijd met de opening naar beneden geplaatst. Grote borden moeten altijd iets schuiner geplaatst worden, zodat deze ook in de machine passen. Voor een goed wasresultaat is het van belang om enige ruimte tussen de borden te bewaren. Voor een optimale korfindeling is het aan te raden de borden op grootte te sorteren. ■ Plastic bakjes en schalen kunnen ook in de bovenste korf geplaatst worden. Het is aan te raden deze vast te zetten tussen het andere serviesgoed, zodat deze niet door hun lichte gewicht omver gesproeid worden. 2 F A C B D E F 86 G - STAND "B": for voor borden welke ondanks het standaard afmeting een bijzondere vorm hebben (vierkante borden, borden zonder randen enz.). Bovenkorf (fig. 3) A = Glazen B = Lage kommetjes C = Kopjes D = Kleine schaal E = Normale schaal F = Grote schaal G = Lepels - STAND "C": voor borden groter dan de normale afmeting of bijzondere vorm hebben (vierkant, pizza borden, ovale borden enz.). 4 3 F C A A DB E AC 5 G A C B C A G ■ De kleine borden zoals de schoteltjes, moeten in de onderste korf geplaatst worden, met het ondersteunde rekje zoals op de afbeelding 6 ("B"). Voor de normale borden zet het rekje zoals op de afbeelding 6 ("A"). Het laden van de onderkorf ■ Pannen, deksels, ovenschalen, saladeschalen, soepterrines, platte borden, dessertborden, soepborden, kommen en soeplepels kunnen in de onderste korf geplaatst worden. 6 ■ Plaats het bestek in het daarvoor bestemde plastic rekje. ■ Plaats het bestekrekje ervolgens in de onderste korf (fig. 7 en 8) en controleer dat er geen uitstekende bestekdelen zijn die het draaien van de spoelarm verhinderen. A ■ De onderste korf is voorzien van een speciaal aan te passen rek (fig. 4 en 5). Dit zorgt voor een stabiele optimale belading, ook wanneer de afmetingen van de borden niet standaard zijn. B WAARSCHUWING! Als de kleine borden niet op de juiste manier in het rek zijn geplaatst, komen deze in aanraking met de onderste sproeiarm en zal er dan voor zorgen dat deze niet functioneerd! - STAND "A": voor een standaard belading of een belading zonder pannen en schalen. 87 Een standaard dagelijkse belading zoals in fig. 7 en 8. BELANGRIJK De onderste korf heeft een beveiliging tegen volledig uittrekken. Om zout bij te vullen of om het filter te reinigen wordt het aanbevolen de korf in zijn geheel te verwijderen uit de machine. Onderkorf (fig. 7) A = Pan B = Grote pan C = Frituurpan, ovenschalen D = Deksels E = Borden F = Bestek G = Kleine schaal 7 D Bestekkorf (fig. 9) De bestekkorf is uitgerust in twee te scheiden delen, die verschillende beladingen mogelijk maken. De twee delen kunnen gescheiden worden door het linkerdeel van het rechterdeel af te schuiven. De bovenzijde van de bestekkorf kan worden verwijderd om flexibele vulling van de korf mogelijk te maken. F A B E G 9 C Onderkorf (fig. 8) A = Soepborden B = Platte borden C = Dessert bordjes D = Dienblad E = Bestek 8 E A B C INFORMATIE VAN DE TESTLABORATORIA A D C Informatie welke benodigd is voor vergelijkingstests, geluidsmeting, volgens de EN normen kunt u aanvragen bij het volgende adres: [email protected] Het efficiënt beladen van de afwasmachine is essentieel voor een goed wasresultaat. Vermeld bij uw verzoek het modelnaam en nummer van de vaatwasser. 88 INVOER VAN AFWASMIDDEL Afwasmiddel BELANGRIJK Het is noodzakelijk een wasmiddel te gebruiken, dat speciaal bestemd is voor afwasmachines ofwel in poedervorm, vloeibaar of in een tablet. B Na toevoeging van het afwaspoeder dient eerst het klepje te worden dicht geschoven (1) en daarna met een druk te worden vergrendeld (2) totdat een klik wordt gehoord. "CALGONIT" geeft een zeer goed afwasresultaat en is overal verkrijgbaar. Niet geschikte afwasmiddelen (zoals afwasmiddel voor handafwas) bevatten niet de juiste ingrediënten voor gebruik in een afwasautomaat waardoor de afwasautomaat niet goed zal werken. Het wasmiddelbakje vullen Het wasmiddelbakje bevindt zich aan de binnenkant van de deur (fig. A "2"). Als het klepje van het wasmiddelbakje gesloten is druk dan op het knopje (A) om deze te openen. Aan het eind van elk programma is dit klepje altijd open en is hierdoor gereed voor een volgende keer dat de afwasmachine gebruikt wordt. Omdat niet alle afwasmiddelen hetzelfde zijn kan de hoeveelheid variëren. Te weinig wasmiddel kan tot gevolg hebben dat het servies niet goed schoon wordt, maar met teveel wasmiddel krijgt u geen betere resultaten en verspilt u wasmiddel. Gebruik dus geen overdadige hoeveelheid wasmiddel en spaar hiermee het milieu. WAARSCHUWING! Als u de onderste korf heeft geladen, let dan goed op dat borden of andere vaat niet voor het wasmiddelbakje zit. De hoeveelheid wasmiddel dat nodig is varieert en is afhankelijk van de vuiltegraad en het soort servies dat gewassen moet worden. Wij adviseren een gebruik van 20÷30 g per wasbeurt in het wasgedeelte van het wasmiddelbakje (B). BELANGRIJK Gebruik niet onnodig veel afwaspoeder. Het is niet nodig het milieu daarmee extra te belasten. A 89 In sommige gevallen kan het gebruik van gecombineerde vaatwasmiddelen het volgende veroorzaken: SOORTEN VAATWASMIDDEL Vaatwas tabletten Vaatwastabletten van verschillende merken lossen is verschillende snelheden op, dat is de reden waarom sommige tabletten niet effectief genoeg zijn en niet volledig oplossen bij een kort programma . Als u deze tabletten wil gebruiken raden wij u aan om een langer programma te kiezen. ■ Kalkaanslag op de vaat of in de machine; ■ Een reductie van het was- en/of droogresultaat. BELANGRIJK Voor het beste resultaat moeten de tabletten in het bakje geplaatst worden, dus niet los in de machine! BELANGRIJK Mankementen die ontstaan zijn als gevolg van onjuist gebruik van Zout- glansspoel- of afwasmiddel zijn uitgesloten van garantie. Gecombineerde afwasmiddelen De middelen welke ook glansspoelmiddel bevatten moeten in het wasmiddel bakje geplaatst worden. Er mag geen glanspoelmiddel in het reservoir zitten, is dit wel het geval, zet dan de knop van het glansspoelmiddel op de laagste stand! Als er gebruik gemaakt word van een “ALLES in 1 ” tablet, zullen de zout- en glasspoelmiddel lampjes branden op de machine (op een aantal modellen) deze lampjes kunt u negeren! Als er problemen zijn met het was- en/of droogresultaat adviseren wij u gebruik te maken van gescheiden zout, glansspoel- en afwasmiddel. “ALLES in 1” vaatwastabletten Als u gebruik maakt van “ALLES in 1" ("3 in 1" / "4 in 1" / "5 in 1" enz.) vaatwastabletten, dan adviseren wij het volgende: Wij adviseren u in dit geval: ■ Lees aandachtig de instructies op de verpakking; ■ Vul zowel de zout- en glanspoelcontainer volledig aan; ■ Het effect van de vaatwastabletten met ingebouwde zoutfunctie en/of waterontharder is afhankelijk van de waterhardheid. Controleer of de waterhardheid binnen de toleraties valt., zoals vermeld op de verpakking. ■ Draai een standaard wasprogramma zonder belading. Wij wijzen u erop dat wanneer u opnieuw conventioneel zout gaat gebruiken, er enkele afwasbeurten nodig zijn, voordat het wateronthardingsmechanisme weer efficiënt is. Als u bij gebruik van dit product niet tevreden over het wasresultaat neem dan contact op met de productent van het wasmiddel. 90 INVOER VAN GLANSSPOELMIDDEL Glansspoelmiddel Het glansspoelmiddel dat automatisch wordt toegevoegd tijdens de laatste spoeling voorkomt strepen op de vaat en bevordert een snellere droging ervan. Het reservoir voor glansspoelmiddel C Het reservoir voor glansspoelmiddel is geplaatst naast het reservoir voor het afwasmiddel (fig. A "3"). Om deze te openen dient tegelijkertijd de markering te worden ingedrukt en het klepje te worden opgelift. Het wordt aanbevolen alleen glansspoelmiddel te gebruiken dat ervoor bedoelt is om in afwasautomaten te worden gebruikt. Controleer het niveau van het reservoir door in het controleglaasje (C) te kijken dat op het dekseltje is geplaatst. VOL LEEG donker licht Het afstellen van de naglansmiddel injector van 1 tot 6 De instelling (D) zit onder de dop en kan gedraaid worden m.b.v. een muntstuk. Wij raden stand 4 aan. De hoeveelheid aanwezige kalk in het water bepaalt de mate van kalkafzetting en drogingsgraad. Het is daarom belangrijk de hoeveelheid toe te dienen naglansmiddel te kunnen regelen om steeds optimale resultaten te verkrijgen. Mocht het vaatwerk aan het einde van het programma strepen vertonen dan moet de afstelling met één streep terug gebracht worden. In het geval waarbij kringen of witachtige vlekken te zien zijn dan de afstelling met één streep verhogen. D 91 SCHOONMAAK VAN DE FILTERS Het filtersysteem (figuur A “4”) bestaat uit: 1 Een centrale houder die de grotere vuildeeltjes van de vaat trapsgewijs sorteert. Een platte zeef die het spoelwater voortdurend filtert. Een micro filter onder de platte zeef dat de kleinste onzuiverheden uit het water haalt en zorgt voor een perfecte spoeling. ■ Om optimale resultaten te bereiken moeten de filters gecontroleerd worden na elke was. ■ Om de filters te verwijderen, draai het handvat tegen de klok in (fig. 1). 2 ■ Om het schoonmaken te vergemakkelijken is de centrale houder verwijderbaar (fig. 2). ■ Verwijder de platte zeef (fig. 3) en spoel het gehele onderdeel met water, indien nodig kan hierbij een klein borsteltje gebruikt worden. ■ Het zelfreinigende microfilter hoeft maar een keer in de twee weken te worden gecontroleerd. Niettemin is het aan te raden na elke wasbeurt de centrale houder en de zeef te controleren op eventuele verstoppingen. WAARSCHUWING! Na het schoonmaken van de filters, controleer of ze correct zijn schoongemaakt en teruggeplaatst, voornamelijk de zeef, of deze op de juiste plaats zit onder in de vaatwasser. 3 Zorg dat het filter teruggedraaid is, met de klok mee. Niet goed teruggeplaatste onderdelen kunnen een omgekeerd effect geven op de werking. BELANGRIJK Gebruik de vaatwasser nooit zonder de filters. 92 ALGEMENE AANWIJZINGEN Hoe u kunt besparen ■ Als u alleen de afwasmachine wilt gebruiken als deze vol beladen is, plaats dan na elke maaltijd het servies in de korven en gebruik wanneer nodig het programma voor KOUDE SPOELING. Als de afwasmachine uiteindelijk vol is stel dan het gewenste programma in. Hoe goede wasresultaten te verkrijgen ■ Voordat servies in de afwasautomaat wordt geplaatst dienen grove etensresten (bijv. botjes, eierschalen, koffiedik, tandenstokers of fruitschillen) verwijderd te worden om te voorkomen dat de filters, slangen en sproeiarmen verstopt raken. ■ Als het servies niet erg vuil is of als de afwasmachine nog niet helemaal vol is, gebruik dan de Economy-toets bij de programma's waarbij dit mogelijk is (zie afwasprogrammatabel). ■ Het is daarentegen niet altijd nodig het vuile servies eerst af te spoelen onder de kraan. Wat niet geschikt is voor de machine-afwas ■ Als pannen en ovenschalen zijn aangekoekt of aangebrand is het aan te raden deze eerst in een sopje te laten weken. ■ Niet al het servies is geschikt voor machine-afwas. Het is af te raden bepaalde voorwerpen in de afwasmachine te wassen zoals: PVC voorwerpen, bestek met houten of plastic handgrepen, sausschaal met houten handgreep, voorwerpen van aluminium of kristalhoudend glas, tenzij anders aangegeven. ■ Plaats de kopjes, bakjes en pannen altijd met de bovenkant naar beneden. ■ Plaats het servies zo dat het niet tegen elkaar staat en de waterstraal overal kan komen. Door de korven goed in te richten worden er betere resultaten behaald. ■ Controleer na het laden van uw afwasautomaat of de sproeiarmen vrij kunnen draaien. ■ Bepaalde decoraties kunnen verbleken, daarom kunt u eerst beter een exemplaar enkele malen machinaal wassen om er zeker van te zijn dat de decoratie niet verbleekt. ■ Laat aangekoekt servies of pannen eerst enige tijd in een sopje weken, eventueel met wasmiddel voor de afwasmachine. ■ Het is verstandig zilver en metalen bestek niet bij elkaar te zetten om eventuele chemische reacties te voorkomen. BELANGRIJK Let bij de aankoop van servies of bestek of deze geschikt zijn voor machinaal afwassen. ■ Het afwassen van zilver: a) spoel het zilver direct na gebruik af, vooral als het is gebruikt voor mayonaise, eieren etc; b) strooi er overheen; geen Raadgevingen, voor na het afwassen afwasmiddel c) houd het gescheiden van andere metalen voorwerpen. ■ Om het druppelen vanaf het bovenrek te voorkomen is het raadzaam na beeindiging van het programma eerst het onderrek leeg te halen. ■ Mocht de vaat na beëindiging niet meteen uit de machine gehaald worden dan raden wij u aan de deur op een kier te zetten, om een nog betere droging te verkrijgen. 93 ONDERHOUD 1 ■ Om de buitenzijde van de afwasautomaat te reinigen wordt afgeraden gebruik te maken van agressieve reinigingsmiddelen en schuursponsjes. Beter is het gebruik te maken van alleen water en een doek. ■ Neem de rubberen deurafdichting af en toe af met een natte doek. ■ Mocht er naglansmiddel gemorst worden tijdens het vullen neem het dan met een doekje meteen op. ■ Kleine lichte kalkafzettingen kunnen verwijderd worden door regelmatig op de bodem van de machine 1 glas azijn te gieten en de machine het programma voor fijn serviesgoed af te laten werken. ■ Wanneer, ondanks regelmatig schoonmaak van de filters, de vaat niet goed schoon wordt, dient u de sproeikoppen op de roterende armen onder in de machine te controleren of deze schoon zijn (fig. A “5”). Wanneer deze geblokkeerd zijn maak deze dan schoon op de volgende manier: 1. Om de bovenste roterende arm te verwijderen, draai deze tot de gemarkeerde stop bij de pijl (fig. 1). Druk de arm voorzichtig naar beneden en draai het met de klok mee (fig. 1b). Om deze arm weer terug te plaatsen voer dezelfde handeling uit maar draai nu in tegengestelde richting. De onderste roterende arm kan verwijderd worden door het omhoog te trekken (fig. 2). 2. Spoel de roterende armen met water om blokkades in de sproeikoppen te verwijderen; 3. Wanneer de roterende armen zijn schoongemaakt zet deze dan weer in dezelfde positie terug in de machine. Vergeet niet de bovenste arm te draaien vanaf de pijl tot de voormalige positie. 1b 2 NA HET WASSEN Indien de machine meerdere dagen niet gebruikt wordt, is het raadzaam de volgende punten in acht te nemen. 1. Draai een programma af zonder afwas, maar met afwasmiddel om de machine te ontvetten; 2. Trek de stekker uit het stopcontact; 3. Draai de waterkraan dicht; 4. Vul het glansmiddelreservoir; 5. Zet de deur op een kier; 6. Houd de binnenkant van de afwasmachine schoon; 7. Als de afwasmachine is opgesteld waar een omgevingstemperatuur beneden 0°C behaald kan worden, dan kan het achtergebleven water in de slangen bevriezen. Wacht dan met het aanzetten van de afwasmachine tot de temperatuur weer boven het vriespunt is en wacht dan nog een uur voordat u de afwasmachine weer aanzet. ■ De binnendeur en kuip zijn ook van roestvrijstaal. Eventuele oxidatieverschijnselen kunnen afkomstig zijn van een grote concentratie ijzerzouten in het water. ■ Roestende bestekheften of bevestigingsschroeven in handvatten van pannen kunnen ook een lichte roestvorming veroorzaken. Deze vlekken kunnen met een licht schuurmiddel verwijderd worden: maak nooit gebruik van chloorhoudende middelen of ijzeren pannensponzen. 94 STORINGLIJST Kleine storingen zelf oplossen. Wanneer de vaatwasmachine plotseling niet goed werkt of helmaal niet, controleer de onderstaande punten, voordat u de Service dienst belt. FOUT OORZAAK OPLOSSING Stekker niet in stopkontakt Steek stekker in stopkontakt. 0/1-knop niet ingedrukt. Druk knop alsnog in. Deur is open. Sluit de deur goed. Geen spanning Controleer zekering in de meterkast. Zie oorzaken nr. 1 Controleer Kraan staat dicht Open de kraan. Toevoerslang geknikt. Leg de slang goed, zonder knikken. Zeefje niet goed in slang. Reinig zeefje en installeer juist. Zeef vuil. Reinig de zeef. 1 - Toestel doet niets. 2 - Toestel neemt geen water 3 - Toestel pompt water niet af. 4 - Toestel pompt continu water af 5 - Geluid van de sproeiarmenniet hoorbaar, tijdens wassen. Afvoerslang geknikt. Leg de slang goed, zonder Verlengstuk van afvoerslang knikken. niet juist bevestigd. Installeer opnieuw volgens de instrukties. Positie van de uitlaat vande afvoerslang te laag (hevelwerking) Uitlaat van de afvoerslang moet tenminste 40 cm boven de vloer zijn. Te hoge zeepdosering. Verlaag dosering zeep. Voorwerpen blokkeren de sproeiarmen. Controleer de inhoud van de korven. Filter / zeef verstopt. Reinig deze. 6 - Op elektronische apparaten Kraan dicht. zonder display: één of meer lampjes knippert. Schakel het toestel uit. Draai de kraan open en Re-set programma. 95 FOUT OORZAAK OPLOSSING Zie oorzaken nr. 5 Controleer. Panbodems zijn niet goed gereinigd voordat ze in de machine zijn gedaan. Aangezette panbodems moeten geweekt worden voordat ze in de machine gaan. Sproeiarmen vuil.(gaatjes niet open) Verwijder sproeiarmen, door schroef los te draaien (in de richting van de wijzers van de klok ) en reinig de sproeiarm onder de kraan. Borden zijn niet goed geladen. Zet de borden niet te dicht tegen elkaar. De uitlaat van de afvoerslang hangt in het water. De uitlaat van de afvoerslang moet ten alletijden belucht zijn Er is onvoldoende zeep in de vaatwasser gekomen; zeep is te oud en hard geworden. Verhoog de hoeveelheid zeep en / of vernieuw de zeep. Het programma is te licht. Kies voor een zwaarder programma. Hogere temperatuur. Borden ed. In onderste korf zijn niet goed gewassen. Schakel 1/2_ vulling knop uit. 8 - Vaatwasmiddel is niet of gedeeltelijk opgelost. Het bestek, pannen, vuil enz.... blokkeren het wasmiddellen bakje. Plaats de borden, pannen enz.. niet voor het wasmiddelen bakje. 9 - Witte vlekken. Water te hard. Controleer zout en naglansmiddel en stel eventueel hoeveelheid in. Blijft fout hetzelfde schakel servicedienst in. 10 -Geluiden tijdens wassen. Borden raken elkaar. Zet de borden opnieuw in de korf. Ronddraaiende armen raken borden of id. Laad de korven opnieuw. Geen goede ventilatie. Laat de deur op een kier staan aan het eind van het droogprogramma, waardoor de vaatwas op een natuurlijke manier droogt. Glansspoelmiddel niet aanwezig of op. Glansspoelmiddel bijvullen. 7 - Borden, schalen ed. Zijn niet goed schoon. 11 -Vaatwas is niet compleet droog. N.B.: Indien de situatie zich voordoet dat het apparaat een slechte reiniging veroorzaakt, is het aan te bevelen de meest grove etensresten van de borden te verwijderen alvorens het programma te starten. Tijdens de droging gaan achtergebleven etensresten extra vast aan de borden zitten en deze zijn ook in een tweede programma niet met de machine te verwijderen. Indien het mankement zich ondanks de voorzorgsmaatregel toch blijft voordoen, is het raadzaam de Servicedienst te bellen met vermelding van type- en serienummer van de machine. Deze zijn te vinden op de sticker aan de binnenzijde van de deur. Met deze informatie is het mogelijk u beter van dienst te zijn wanneer een servicemonteur een bezoek moet brengen. Wij stellen ons niet aansprakelijk voor eventuele drukfouten. Kleine veranderingen en technische ontwikkelingen zijn voorbehouden. 96
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136

Candy CDI 2212E10/3-S Handleiding

Categorie
Vaatwassers
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor