2. VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Uitleg van de symbolen
Gevaar voor lichamelijk letsel of mate-
riele schade wanneer de instructies in
deze handleiding niet worden opgevolgd.
Gevaar voor een elektrische schok.
Het aantal omwentelingen van de
machine kan elektronisch worden
geregeld.
Draairichting links/rechts.
Niet gebruiken in de regen.
Draag oog- en oorbescherming.
Niet bij het huishoudelijk afval doen.
Specifieke veiligheidsinstructies:
Deze boormachine kan gebruikt worden als een
schroevendraaier, boormachine en
klopboormachine. Deze machine is niet geschikt
voor een andere toepassing.
Gebruik alleen boren en accessoires die •
geschikt zijn voor gebruik met een
klopboormachine wanneer u deze machine
gaat gebruiken als een klopboormachine.
Standaard boren zijn NIET ontworpen voor
gebruik in een klopboormachine en mogen
NIET worden gebruikt in een
klopboormachine. Ze kunnen verbrijzelen en
ernstige verwondingen veroorzaken.
Boor nooit in materialen die te klein zijn om •
goed vast te kunnen worden gezet.
Houdt uw handen nooit in de buurt van de •
boor. Houd uw naden nooit in posities waarbij
een uitglijder er voor kan zorgen dat zij in de
buurt van de boor kunnen komen.
Zet het bewerken onderdeel goed vast. •
gebruik klemmen om het te bewerken
onderdeel vast te zetten. Dit is veiliger dan
wanneer u uw hand gebruikt en het maakt
beide handen vrij voor het gebruik van de
boormachine.
Zorg ervoor dat er geen spijkers of andere •
objecten zijn in het onderdeel waar u in wilt
gaan boren.
Om verwondingen te voorkomen als gevolg •
van het plotseling starten van de machine,
dient u altijd de accu te verwijderen voordat u
een boor vervangt.
Gebruik geen boor die langer is dan 175 mm •
(7”) of die meer uitsteekt dan 150 mm (6”) van
de boorkop. Zij kunnen buigen of plotseling
breken.
Voor gebruik dient u de machine even te laten •
draaien om te controleren of de boor recht en
trillingsvrij is geplaatst.
Gebruik geen slijptollen of gatenzagen, want •
deze kunnen losraken of uit balans raken
gedurende het gebruik.
Voordat u de boorkop aanraakt of de boor wilt •
gaan vervangen moet de as volledig stil staan.
Zorg er altijd voor dat de boor in de boorkop •
stevig is vastgezet voordat u de boormachine
gaat gebruiken.
Indien u gaat boren in een glad hard oppervlak •
zoals metaal, gebruik dan een centerpons om
de gewenste locatie te markeren. Dit voorkomt
dat de boor zal gaan slippen wanneer u begint
met boren.
Gebruik een hamerboor wanneer u de •
machine als klopboormachine wilt gaan
gebruiken ALLEEN wanneer u gaat boren in
beton of metselwerk.
Gebruik altijd hamerboren met geharde punt •
wanneer u gaat boren in beton of metselwerk.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door •
personen (inclusief kinderen) met verminderd
zintuiglijk of verstandelijk vermogen of gebrek
aan ervaring en kennis, tenzij zij onder
toezicht staan van iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Kinderen moeten onder toezicht staan zodat •
zij niet kunnen spelen met dit apparaat.
Volg alle veiligheidsregels en
waarschuwingen op, ook degene die
zijn bijgesloten bij de accu en de
acculader die bij deze machine horen.
Het nalaten hiervan kan leiden tot
ernstige verwondingen of beschadiging
van de accu of de acculader.