14 progress
Boven- en onderwarmte
1. Draai de knop op de gewenste functie
.
2. Zet de thermostaatknop op de ge-
wenste temperatuur.
- De warmte wordt het best verdeeld op
het middelste inzetniveau. Als de onder-
kant van het gerecht een bruiner korstje
moet krijgen, zet u het op een lager
inzetniveau. Als de bovenkant een brui-
ner korstje moet krijgen, zet u het ge-
recht op een hoger inzetniveau.
- Het materiaal en de afwerking van de
bakplaat en de schalen is van invloed op
de mate waarin het voedsel een bruin
korstje krijgt. Geëmailleerde, donkere,
zware of vormen of keuken-
gereedschappen zonder beschermlaag
maken een sterkere bruining van de on-
derkant mogelijk, terwijl vormen van glas
of glanzend aluminium of gepolijste sta-
len bakplaten de hitte reflecteren en
daardoor slechts een geringe bruiner-
ende werking op de onderkant toestaan.
- Zet de gerechten altijd in het midden van
het rooster, om een gelijkmatige bruining
te bevorderen.
- Zet de gerechten op bakplaten van ge-
schikte afmetingen, zodat vloeistof niet
op de bodem van de oven kan lekken.
Zo bespaart u zichzelf schoonmaak-
werkzaamheden.
- Zet gerechten, potten of bakblikken
nooit rechtstreeks op de bodem van de
oven, deze wordt namelijk erg heet en
dan kunnen er beschadigingen ont-
staan. Bij deze instelling komt de warmte
van zowel de bovenste als de onderste
verwarmingselementen. Daarom heeft u
slechts een inzetniveau nodig voor de
bereiding. Deze instelling is met name
geschikt voor gerechten, die aan de on-
derkant extra gebruind moeten worden
zoals quiches en pasteien.
Gratins, lasagna en andere gerechten
die vooral aan de bovenkant gebruind moe-
ten worden, kunnen ook heel goed met
deze instelling bereid worden.
Onderwarmte
1. Draai de functieknop van de oven op
.
2. Zet de thermostaatknop op de ge-
wenste temperatuur.
Deze functie is met name geschikt voor
het blindbakken van deeg. Deze functie kan
ook gebruikt worden voor quiches of pas-
teien, omdat het deeg van de bodem gega-
randeerd goed gebakken wordt.
Het controlelampje van de thermo-
staat blijft branden tot de juiste tem-
peratuur bereikt is. Daarna gaat het
knipperen om aan te geven dat de
temperatuur in stand wordt gehou-
den.
Hete lucht
1. Draai de functieknop van de oven op
.
2. Zet de thermostaatknop op de ge-
wenste temperatuur.
- Het voedsel wordt bereid met behulp
van voorverwarmde lucht die gelijkmatig
door een ventilator in de oven wordt
rond geblazen.
- De warmte wordt snel bereikt en gelijk-
matig over alle ovenzones verdeeld. Dat
betekent dat u gelijktijdig verschillende
soorten gerechten kunt bakken, braden
en stomen. Bereiden met hetelucht ga-
randeert een snelle verwijdering van
vocht; de drogere omgeving van de
oven voorkomt dat de verschillende aro-
ma’s en smaken van het ene gerecht
naar het andere worden overgebracht.
- De mogelijkheid om gerechten op ver-
schillende inzetniveaus te bereiden bete-
kent dat u verschillende gerechten tege-
lijkertijd kunt bereiden; tot maximaal drie
bakplaten koekjes en minipizza’s, om
meteen op te eten of om ze vervolgens
in te vriezen.
- Natuurlijk kan de oven ook gebruikt wor-
den voor bereidingen op één niveau.
Daarbij kunt u het best de laagste ni-
veaus gebruiken, dan kunt u de voort-
gang makkelijker in de gaten houden.