Aanvullende informatie
20
NL
Verklarende
woordenlijst
CENTER MODE
Instelling voor luidspreker-opstelling om het
Dolby Pro Logic Surround geluid optimaal
tot zijn recht te laten komen. Voor een zo
fraai mogelijke akoestiek, kiest u één van de
volgende vier CENTER MODE instellingen,
afhankelijk van de opstelling van uw
luidsprekers.
• NORMAL instellinge
Kies de NORMAL instelling als u beschikt
over voor- en achterluidsprekers en een
kleine middenluidspreker. Aangezien een
kleine middenluidspreker onvoldoende
basgeluid kan produceren, wordt het
basgeluid van het middenkanaal via de
voorluidsprekers weergegeven.
• WIDE instelling
Kies de WIDE instelling als u beschikt over
voor- en achterluidsprekers en een grote
middenluidspreker. Met de WIDE
instelling kunt u het Dolby Surround
geluid optimaal benutten.
• PHANTOM instelling
Kies de PHANTOM instelling als u
beschikt over voor- en achterluidsprekers,
maar niet over een middenluidspreker.
Het geluid van het middenkanaal wordt
via de voorluidsprekers weergegeven.
• 3 STEREO (3 CH LOGIC) instelling
Kies de 3 STEREO instelling als u beschikt
over voor- en middenluidsprekers, maar
niet over achterluidsprekers. Het geluid
van het achterkanaal wordt via de
voorluidsprekers weergegeven, zodat u
enige mate van akoestiek kunt verkrijgen
zonder achterluidsprekers te gebruiken.
Dolby Pro Logic Surround
Decodeersysteem van Dolby Surround geluid
waarmee TV-programma’s en videocassettes
zijn opgenomen.
Vergeleken met het vorige Dolby Surround
systeem, zorgt de Dolby Pro Logic Surround
voor verbetering van het geluidsbeelddoor
gebruik van vier afzonderlijke kanalen: voor
het doorsturen van de geluidseffecten buiten
beeld, het dialoog in beeld, de beweging van
het filmgeluid en de muziek. Dit stelt u in
staat een sfeer te verkrijgen vergelijkbaar met
die in een bioscoop. Om de Dolby Pro Logic
te kunnen benutten, heeft u een paar
achterluidsprekers en/of een
middenluidspreker nodig. Om de akoestiek
zo goed mogelijk tot zijn recht te laten
komen, dient u eerst de CENTER MODE
instelling te kiezen die het beste past bij uw
luidspreker-opstelling.
Dolby Digital (AC-3)
Dit surroundformaat is geavanceerder dan
Dolby Pro Logic Surround. Hierbij geven de
achterluidsprekers stereo geluid weer met
een breder frequentiebereik, en is tevens
voorzien in een afzonderlijk “subwoofer”
lagetonenkanaal voor de diepste bassen. Dit
systeem wordt ook aangeduid als “5.1”, met
vijf gewone voor-, midden- en
achterluidsprekers plus het subwooferkanaal
dat voor 0.1 telt (aangezien het alleen dient
voor de ultralage tonen).
Alle zes kanalen worden bij dit systeem
afzonderlijk opgenomen, voor een optimale
kanaalscheiding. En omdat alle signalen
digitaal verwerkt worden, is er minder
verlies aan kwaliteit. De naam “AC-3” geeft
aan dat dit de derde audio-codeermethode is
die ontwikkeld werd door de Dolby
Laboratories Licensing Corporation.
5.1 CH/DVD stekkerbussen
Deze stekkerbussen worden gebruikt voor
ontvangst van audiosignalen die met Dolby
Digital (AC-3) zijn gecodeerd, zodat
surroundweergave van 5.1 kanalen mogelijk
is. Gebruik deze stekkerbussen voor het
verbinden van een Dolby Digital (AC-3)
decoder of een DVD-speler met ingebouwde
AC-3 decoder.
Akoestisch rondom-geluid
Het geluid dat u hoort bestaat uit drie
geluidscomponenten: rechtstreeks geluid,
vroeg weerkaatst geluid en een nagalm. De
akoestiek van de ruimte waarin u zich
bevindt beïnvloedt de wijze waarop deze drie
geluidscomponenten te horen zijn. De
versterker combineert deze
geluidscomponenten op een dusdanige
manier dat diverse luisteromgevingen, zoals
bijvoorbeeld een concertzaal, kunnen worden
nagebootst.
• Zaal-geluidscomponenten
• Overgang van het geluid van de
achterluidsprekers
Testtoon
Het geluidssignaal dat de versterker te horen
geeft aan de hand waarvan u de
geluidssterkte van de luidsprekers kunt
afstellen. De testtoon is als volgt via elk van
de luidsprekers te horen:
• Bij een geluidsinstallatie met een
middenluidspreker (NORMAL/WIDE/
3 STEREO instellingen)
De testtoon wordt achtereenvolgens
weergegeven via de linker -
voorluidspreker, de middenluidspreker, de
rechter-voorluidspreker en de
achterluidsprekers.
• Bij een geluidsinstallatie zonder
middenluidspreker (PHANTOM
instelling)
De testtoon wordt afwisselend via de voor-
en achterluidsprekers weergegeven.
Middenluidspreker
Voorluidspreker
(L)
Voorluidspreker
(R)
Achterluidspreker
(R)
Achterluidspreker
(L)
Middenluidspreker
Voorluidspreker
(R)
Achterluidspreker
(R)
Voorluidspreker
(L)
Achterluidspreker
(L)
Voorluidspreker
(R)
Achterluidspreker
(R)
Voorluidspreker
(L)
Achterluidspreker
(L)
Middenluidspreker
Voorluidspreker
(L)
Voorluidspreker
(R)
Nagalm
Vroege weerkaatsingen
Rechtstreeks
geluid
Vroege weerkaatsingstijd
Vroege
weerkaatsingen
Nagalm
Rechtstreeks
geluid
Tijd
Niveau
3 STEREO
Midden
Voor (L)
NORMAL/WIDE
Voor (R)
Achter (L, R)
Achter (L, R)
PHANTOM
Voor (L, R)