Sony cmt ex5 de handleiding

Categorie
Auto media-ontvangers
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

2
NL
WAARSCHUWING
Stel dit apparaat niet bloot aan regen of
vocht, om brandgevaar of elektrische
schokken te voorkomen.
Installeer de stereo-installatie niet in een krappe
ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast.
Dit apparaat is geclassificeerd
als een KLASSE 1 LASER
product. Dit etiket bevindt
zich buiten op de onderkant.
Om brand te voorkomen, mogen de
ventilatieopeningen van het apparaat niet worden
afgedekt door kranten, tafelkleden, gordijnen, enz.
Zet ook geen brandende kaarsen op het apparaat.
Om gevaar van brand of elektrische schok te
voorkomen, mogen er geen met water gevulde
voorwerpen zoals vazen op het apparaat worden
geplaatst.
Dit waarschuwingslabel bevindt zich binnenin het
apparaat.
Gooi de batterij niet weg maar
lever deze in als klein chemisch
afval (KCA).
3
NL
NL
Inhoudsopgave
Overzicht van de plaatsen
van de toetsen en de
verwijzingen naar de
bijbehorende bladzijden
Hoofdapparaat ........................................... 4
Afstandsbediening..................................... 5
Voorbereidingen
Aansluiten van het systeem ....................... 6
Voorbereiding van de afstandsbediening .... 7
De batterij van de afstandsbediening
vervangen ........................................... 8
Instellen van de klok ................................. 8
CD
Plaatsing van een CD ................................ 9
Afspelen van een CD
— NORMAL-afspeelfunctie/
SHUFFLE-afspeelfunctie/
REPEAT-afspeelfunctie ..................... 9
Programmeren van CD-muziekstukken
— PROGRAM-afspeelfunctie ......... 10
Invoeren van CD-titels
— CD-geheugen ............................... 11
Tuner
Voorprogrammeren van radiozenders ..... 13
Luisteren naar de radio
— Afstemmen op
voorgeprogrammeerde zenders/
Handmatige afstemming................... 15
Toewijzing van een naam aan een
voorgeprogrammeerde zender
— Station Name ............................... 16
Gebruik van het radio-informatiesysteem
(RDS)*.............................................. 16
Geluidsregeling
Regeling van het geluid
— DSG ............................................. 17
Timer
Inslapen met muziek
— SLEEP-timerfunctie .................... 17
Ontwaken met muziek
— PLAY-timerfunctie...................... 18
Display
Uitschakelen van het display
— Energiebesparingsmodus ............. 19
De helderheid van het display
veranderen ........................................ 19
Gebruik van het display .......................... 20
Los verkrijgbare
componenten
Aansluiten van los verkrijgbare
componenten .................................... 21
Luisteren naar het geluid van een
aangesloten component .................... 22
Opnemen op een aangesloten
component ........................................ 22
Verhelpen van storingen
Problemen en oplossingen ...................... 23
Zelfdiagnose-display ............................... 25
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen ............................ 25
Technische gegevens............................... 27
* Uitsluitend het Europese model
4
NL
Overzicht van de plaatsen van de toetsen en de verwijzingen naar de bijbehorende
bladzijden
ALFABETISCHE
VOLGORDE
A – E
Afstandsbedieningssensor qs
Disc-gleuf 2 (23)
DISPLAY qa (16, 19, 20)
Displayvenster 4
F – Z
FUNCTION 0 (9 - 13, 15, 22,
24)
TUNER/BAND 9 (13 - 15, 24)
TUNING +/ 6 (13 - 15)
VOLUME +/ 5 (18)
BESCHRIJVING VAN DE
TOETSEN
@/1 (spanning) 1
Z 3
./> 6
m/M 6
x 7
NX 8
Om het voorste deksel te openen,
drukt u op de knop onder het
displayvenster.
Gebruik van deze bladzijde
Gebruik deze bladzijde om de plaatsen van
toetsen en andere in de tekst genoemde
onderdelen van het systeem te kunnen vinden.
Nummer van afbeelding
r
TUNER/BAND 9 (13 - 15, 24)
RR
Naam van toets/
onderdeel
Hoofdapparaat
Bijbehorende
bladzijde
Overzicht van de plaatsen van de toetsen en de
verwijzingen naar de bijbehorende bladzijden
5
NL
Afstandsbediening
ALFABETISCHE
VOLGORDE
A – K
BASS +/ qj (17)
CD N ws (9 - 11, 23)
CLEAR 9 (10 - 12, 16)
CLOCK/TIMER SELECT 6
(19)
CLOCK/TIMER SET 7 (8, 18)
CURSOR T/t wd (8, 12)
DIMMER qk (19)
DISPLAY wg (16, 19, 20)
DSG qf (17)
ENTER/YES 8 (8, 10, 12 - 14,
16, 18, 19, 22)
FM MODE qd (15, 24)
FUNCTION ql (9 - 13, 15, 22,
24)
L – Z
Letter- en cijfertoetsen wf (10,
12, 15)
MENU/NO 0 (12 - 14, 16, 22)
NAME EDIT/SELECT 3 (11,
16)
PLAY MODE w; (9 - 11, 13, 23,
25)
REPEAT qd (10)
SCROLL 5 (12, 20)
SLEEP 2 (17)
SURROUND qg (17)
TIME wh (11, 20)
TREBLE +/ qh (17)
TUNER BAND wa (13 - 15)
TUNING MODE w; (13 - 15)
VOL +/ qs (18)
BESCHRIJVING VAN DE
TOETSEN
Z 1
@/1 (spanning) 4
./> qa
+/ qa
X ws
x ws
m/M wd
1 234
5
6
7
qa
qd
qs
qf
qg
qhqj
qk
ql
w;
wa
ws
wd
wf
wg
wh
8
9
0
6
NL
Voorbereidingen
AM-raamantenne
1 Verwijder het achterpaneel.
Druk de nok in en trek
het paneel omhoog
2 Sluit de luidsprekers aan.
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de
SPEAKER klemmen, zoals hieronder
afgebeeld.
Aansluiten van het systeem
Volg de hiernaast vermelde procedure 1 t/m 5 op om uw systeem met behulp van de bijgeleverde
snoeren en accessoires aan te sluiten.
Het voorpaneel is van gehard glas. Ga voorzichtig met dit apparaat om.
1
4
5
3
2
Rechter luidspreker Linker luidspreker
Achterpaneel
FM-antenne
Voorbereidingen
7
NL
3 Sluit de FM/AM-antennes aan.
Installeer de AM-raamantenne en sluit deze
daarna aan.
AM-antenne
AM-raamantenne
Zwart
Wit
FM-antenne (Type aansluiting A)
Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit
FM-antenne (Type aansluiting B)
Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit
FM-antenne (Type aansluiting C)
Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit
4 Plaats het achterpaneel terug.
Haal de draden onder het achterpaneel door.
5 Steek de stekker in het stopcontact.
Indien de stekker niet in het stopcontact
past, dient u de bijgeleverde adapter te
bevestigen (alleen bij modellen met een
adapter).
Om het systeem in te schakelen, drukt u op
@/1.
Opmerking betreffende het glas van het
voorpaneel
Het glas van het voorpaneel is vervaardigd uit
gehard glas. Onder normale omstandigheden is dit
gehard glas schokbestendiger en sterker dan
gewoon glas. Dit glas kan door een harde slag of
krassen echter verbrijzelen.
Opmerking
Al naar gelang de aangesloten snoeren en antennes
zult u het achterpaneel mogelijk niet weer op zijn
plaats kunnen aanbrengen.
Voorbereiding van de
afstandsbediening
Trek de isolatieplaat eruit zodat de batterij
stroom kan leveren.
In de afstandsbediening zit reeds een batterij.
8
NL
De batterij van de
afstandsbediening
vervangen
1 Schuif de batterijhouder eruit en
verwijder deze.
2 Plaats een nieuwe lithiumbatterij
CR2025 met de + kant naar boven
gericht.
Instellen van de klok
1Schakel het systeem in.
2Druk op CLOCK/TIMER SET op de
afstandsbediening.
De aanduiding van de dag knippert.
3Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om de dag in te
stellen, en druk daarna op ENTER/YES
op de afstandsbediening.
De uur-indicatie begint te knipperen.
4Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om het uur in te
stellen, en druk daarna op ENTER/YES
op de afstandsbediening.
De minuten-indicatie begint te knipperen.
5Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om de minuten in te
stellen, en druk daarna op ENTER/YES
op de afstandsbediening.
Indien u zich hebt vergist
Druk herhaald op TCURSOR of CURSORt op de
afstandsbediening totdat de indicatie die u wilt
wijzigen (dag, uur, minuten) knippert en wijzig
daarna de instelling.
Veranderen van de tijd
1 Druk op CLOCK/TIMER SET op de
afstandsbediening.
2 Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om “CLOCK SET?” te
kiezen en druk daarna op ENTER/YES op
de afstandsbediening.
3 Volg dezelfde procedure als bij de
bovenstaande stappen 3 t/m 5.
Een lithiumbatterij CR2025
3 Schuif de batterijhouder er weer in.
Tip
Wanneer het systeem niet langer op afstand kan
worden bediend, vervang dan de batterij door een
nieuw exemplaar.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening lange tijd niet denkt
te gebruiken, verwijder dan de batterij om mogelijke
beschadiging tengevolge van batterijlekkage en
corrosie te voorkomen.
Opmerkingen betreffende de
lithiumbatterij
Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Bij inslikken van de batterij dient
onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd.
Veeg de batterij schoon met een droge doek om
verzekerd te zijn van een goed contact.
Neem bij het plaatsen van de batterij altijd de juiste
polariteit in acht.
Houd de batterij niet vast met een metalen pincet
aangezien hierdoor kortsluiting kan optreden.
WAARSCHUWING
Indien er verkeerd met de batterij wordt
omgegaan, kan deze ontploffen.
De batterij mag niet worden opgeladen,
gedemonteerd of in het vuur worden gegooid.
CD
9
NL
CD
Afspelen van een CD
— NORMAL-afspeelfunctie/
SHUFFLE-afspeelfunctie/
REPEAT-afspeelfunctie
Met dit systeem kunt u de CD op verschillende
manieren afspelen.
Muziekstuknummer Afspeelduur
1 Druk herhaald op FUNCTION om over
te schakelen op de functie CD.
2 Druk in de stopstand herhaald op PLAY
MODE op de afstandsbediening totdat
de gewenste modus verschijnt.
Kies Voor afspelen van
Plaatsing van een CD
1 Druk op Z.
OPEN verschijnt en er wordt
overgeschakeld op de functie CD.
2 Plaats een CD en duw deze zachtjes
omlaag.
De CD wordt naar binnen getrokken en het
afspelen begint automatisch.
Met het label naar voren.
Tips
Om een CD opnieuw te plaatsen, dient u eerst de
nog aanwezige CD te verwijderen en vervolgens
opnieuw te plaatsen.
U kunt een CD-single (8 cm CD) plaatsen zonder
een adapter.
Door eenvoudig de CD te plaatsen, begint het
afspelen automatisch (Automatisch afspelen van
CD). Deze functie werkt echter niet wanneer de
PROGRAM-afspeelfunctie is gekozen.
Geen indicatie
(NORMAL-
afspeelfunctie)
De muziekstukken op de CD
in de oorspronkelijke
volgorde.
SHUFFLE
(SHUFFLE-
afspeelfunctie)
De muziekstukken op de CD
in willekeurige volgorde.
De muziekstukken op de CD
in de volgorde waarin u deze
wilt afspelen (zie
Programmeren van CD-
muziekstukken op blz. 10).
3 Druk op NX (of CD N op de
afstandsbediening).
wordt vervolgd
PROGRAM
(PROGRAM-
afspeelfunctie)
10
NL
Programmeren van
CD-muziekstukken
— PROGRAM-afspeelfunctie
U kunt een programma van maximaal 25
muziekstukken op een CD samenstellen in de
volgorde waarin u deze wilt afspelen.
1Druk herhaald op FUNCTION om over
te schakelen op de functie CD.
2Druk in de stopstand herhaald op PLAY
MODE op de afstandsbediening totdat
“PROGRAM” verschijnt.
3Druk herhaald op . of > totdat het
gewenste muziekstuknummer
verschijnt.
Het afspelen te
stoppen
Druk op x.
Te pauzeren
Druk op NX (of X op de
afstandsbediening). Druk opnieuw
om verder te gaan met afspelen.
Een muziekstuk
te kiezen
Druk tijdens het afspelen of
pauzeren herhaald op . of >
totdat u het gewenste muziekstuk
hebt gevonden.
Een bepaald
punt in een
muziekstuk te
vinden
Druk tijdens het afspelen op m
of M en houd deze ingedrukt.
Zodra het gewenste punt bereikt is,
laat u de toets los.
Herhaald af te
spelen
(REPEAT-
afspeelfunctie)
Druk tijdens het afspelen op
REPEAT op de afstandsbediening
totdat REPEAT of REPEAT1
verschijnt.
REPEAT: Alle muziekstukken op
de CD tot vijfmaal.
REPEAT1: Slechts één muziekstuk.
Om de herhaalfunctie uit te
schakelen, drukt u herhaald op
REPEAT op de afstandsbediening
totdat REPEAT of REPEAT1
verdwijnt.
Een CD te
verwijderen
Druk op Z om de CD te
verwijderen en druk daarna
opnieuw op Z om het deksel
binnen in de disc-gleuf te sluiten.
Een muziekstuknummer invoeren
met de afstandsbediening
In de NORMAL-afspeelfunctie kunt u het
gewenste muziekstuk ook kiezen met de
afstandsbediening (geen indicatie).
Druk op de cijfertoetsen. Het afspelen begint
automatisch.
Om muziekstuknummer 10 of hoger in te
voeren
1 Druk op >10.
2 Voer de betreffende cijfers in.
Om 0 in te voeren, drukt u in plaats van dat
cijfer op 10/0.
Voorbeeld:
Om muziekstuknummer 30 in te voeren, drukt u eerst
op >10 en daarna op 3 en 10/0.
Gekozen
muziekstuknummer
Afspeelduur van
het gekozen
muziekstuk
4Druk op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Het muziekstuk is nu geprogrammeerd.
Step verschijnt, met daarna het
volgordenummer van het zojuist
geprogrammeerde muziekstuk. Daarna
verschijnt het nummer van het laatst
geprogrammeerde muziekstuk, gevolgd door
de totale afspeelduur van het programma.
Indien u zich hebt vergist, kunt u het laatste
geprogrammeerde muziekstuk uit het
programma wissen door indrukken van
CLEAR op de afstandsbediening.
Laatst
geprogrammeerde
muziekstuk
Totale
afspeelduur
5Om nog meer muziekstukken te
programmeren, herhaalt u de stappen 3
en 4.
6Druk op NX (of CD N op de
afstandsbediening).
Afspelen van een CD (vervolg)
Andere bedieningsfuncties
Om Doe het volgende
CD
11
NL
Hoofdletters/spatie/symbolen
Kleine letters/spatie/symbolen
Cijfers
Selected AB
Selected ab
Selected 12
wordt vervolgd
Andere bedieningsfuncties
Om Doe het volgende
De volgorde van de
geprogrammeerde
muziekstukken te
controleren
Druk tijdens het afspelen in
geprogrammeerde volgorde
herhaald op . of >.
Het totale aantal
geprogrammeerde
muziekstukken te
controleren
Druk in de stopstand op TIME
op de afstandsbediening. Het
totale aantal geprogrammeerde
muziekstukken verschijnt,
gevolgd door het nummer van
het laatste geprogrammeerde
muziekstuk en de totale
afspeelduur van het
programma.
De PROGRAM-
afspeelfunctie uit te
schakelen
Druk in de stopstand herhaald
op PLAY MODE op de
afstandsbediening totdat
PROGRAM en SHUFFLE
beide zijn verdwenen.
In de stopstand een
muziekstuk aan het
programma toe te
voegen
Verricht de stappen 3 en 4.
Een muziekstuk te
wissen
Druk in de stopstand op
CLEAR op de
afstandsbediening. Elke keer
wanneer u deze toets indrukt,
wordt steeds het laatste
geprogrammeerde muziekstuk
gewist.
Tips
Uw programma blijft bewaard nadat het is
afgespeeld. Om hetzelfde programma opnieuw af te
spelen, schakelt u over op de functie CD en daarna
drukt u op NX (of CD N op de
afstandsbediening).
De indicatie “– . –” verschijnt op het display
wanneer de totale afspeeltijd van uw CD-
programma langer is dan 100 minuten, of wanneer u
probeert om 21 of meer muziekstukken te
programmeren.
Invoeren van CD-titels
— CD-geheugen
U kunt maximaal 100 CDs voorzien van titels
van elk maximaal 20 symbolen en tekens. Elke
keer wanneer u een CD met een titel plaatst,
verschijnt de titel.
1 Druk herhaald op FUNCTION om over
te schakelen op de functie CD.
Indien SHUFFLE of PROGRAM
verschijnt, drukt u herhaald op PLAY
MODE op de afstandsbediening totdat beide
indicaties zijn verdwenen.
2 Druk in de stopstand op NAME EDIT/
SELECT op de afstandsbediening.
De cursor begint te knipperen.
3 Druk herhaald op NAME EDIT/SELECT
op de afstandsbediening om het
gewenste soort teken te kiezen.
Soort teken Kies
12
NL
Om een teken te wissen of te
wijzigen
Druk bij stap 3 of 4 herhaald op TCURSOR
of CURSORt op de afstandsbediening totdat
het teken dat u wilt wijzigen knippert. Druk op
CLEAR op de afstandsbediening om het teken
te wissen en herhaal daarna de stappen 3 en 4.
Om de titelinvoerfunctie uit te
schakelen
Druk op MENU/NO op de afstandsbediening.
Om een teken toe te voegen
Druk na stap 2 herhaald op TCURSOR of
CURSORt op de afstandsbediening om de
cursor te verplaatsen naar de positie waar u een
teken wilt toevoegen. Ga daarna door naar
stap 3.
Controleren van de disctitels
1Druk herhaald op FUNCTION om over
te schakelen op de functie CD.
2Druk in de stopstand op MENU/NO op
de afstandsbediening.
3Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening totdat “Name
Check?” verschijnt en druk daarna op
ENTER/YES op de afstandsbediening.
4Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om de disctitels te
kiezen die in het systeemgeheugen zijn
opgeslagen (001 t/m 100).
Om de huidige disctitel te
controleren
Druk in de stopstand op SCROLL op de
afstandsbediening.
4 Voer een teken in.
Soort teken Doe het volgende
Hoofdletters of
kleine letters
Druk herhaald op de
betreffende lettertoets op de
afstandsbediening totdat het
teken dat u wilt invoeren
knippert. In plaats daarvan
kunt u ook eenmaal de toets
indrukken en daarna herhaald
op . of > drukken.
Druk daarna op CURSORt
op de afstandsbediening.
Cijfers Druk op de betreffende
cijfertoets op de
afstandsbediening.
Spatie Druk op 10/0 op de
afstandsbediening.
Symbolen
( / , . ( ) : ! ?)
Druk herhaald op cijfertoets 1
op de afstandsbediening.
Symbolen
(& + < > _ = ; #
$ % @ `)
Druk op cijfertoets 1 op de
afstandsbediening en druk
herhaald op . of >.
Druk daarna op CURSORt
op de afstandsbediening.
5 Herhaal de stappen 3 en 4 om de
volledige titel in te voeren.
6 Druk op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Complete! verschijnt.
Invoeren van CD-titels (vervolg)
Tuner
13
NL
Wissen van een disctitel
1 Druk herhaald op FUNCTION om over
te schakelen op de functie CD.
Indien SHUFFLE of PROGRAM
verschijnt, drukt u herhaald op PLAY
MODE op de afstandsbediening totdat beide
indicaties zijn verdwenen.
2 Druk in de stopstand op MENU/NO op
de afstandsbediening.
3 Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening totdat Name
Erase? verschijnt en druk daarna op
ENTER/YES op de afstandsbediening.
4 Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om de disctitel te
kiezen die u wilt wissen.
5 Druk opnieuw op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Complete! verschijnt.
Om alle disctitels te wissen
Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening totdat bij stap 3 All Erase?
verschijnt en druk daarna tweemaal op
ENTER/YES op de afstandsbediening.
Om de wisfunctie uit te schakelen
Druk tijdens de stappen 1 t/m 4 op MENU/NO.
Opmerking
Wanneer de stekker uit het stopcontact wordt
getrokken of wanneer er een stroomonderbreking
optreedt, blijven de disctitels nog ongeveer een dag in
het systeemgeheugen bewaard.
Tuner
Voorprogrammeren van
radiozenders
In het systeem kunnen in totaal 30
voorgeprogrammeerde zenders worden
vastgelegd (20 FM-zenders en 10 AM-
zenders). U kunt afstemmen op elk van die
zenders door eenvoudig het bijbehorende
preselectienummer te kiezen.
Er zijn twee methoden voor het opslaan van
voorgeprogrammeerde zenders.
Om Methode
Automatisch af te
stemmen op alle zenders
die in uw omgeving
ontvangen kunnen worden
en vervolgens deze
handmatig op te slaan
Voorprogrammering met
automatische afstemming
Handmatig af te stemmen
en de radiofrequentie van
uw favoriete zenders op
te slaan
Voorprogrammering met
handmatige afstemming
Voorprogrammering van
zenders door middel van
automatische afstemming
1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of
TUNER BAND op de afstandsbediening)
om FM of AM te kiezen.
2 Druk herhaald op TUNING MODE op de
afstandsbediening totdat AUTO
verschijnt.
3 Druk op TUNING of + (of of + op de
afstandsbediening).
De frequentie-indicatie begint te veranderen
en stopt wanneer het systeem op een zender is
afgestemd. TUNED en STEREO (alleen
bij een stereoprogramma) verschijnen.
Indien TUNED niet verschijnt en het
doorzoeken van de frequenties niet
stopt
Stel de frequentie van de gewenste
radiozender in, zoals is beschreven bij de
stappen 2 t/m 8 van Voorprogrammering
van zenders door middel van handmatige
afstemming.
wordt vervolgd
14
NL
4 Druk op MENU/NO op de
afstandsbediening.
5 Druk herhaald op TUNING of + (of of
+ op de afstandsbediening) totdat
Memory? verschijnt en druk daarna
op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Er verschijnt een preselectienummer.
Voer de stappen 6 en 7 uit wanneer het
preselectienummer knippert.
6 Druk herhaald op TUNING of + (of of
+ op de afstandsbediening) om het
gewenste preselectienummer te kiezen.
7 Druk op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Complete! verschijnt.
De zender is nu in het geheugen vastgelegd.
8 Herhaal stappen 1 t/m 7 om andere
zenders in het geheugen vast te leggen.
Tip
Druk op TUNING MODE op de afstandsbediening
wanneer u wilt stoppen met het doorzoeken van de
frequenties.
Voorprogrammering van
zenders door middel van
handmatige afstemming
1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of
TUNER BAND op de
afstandsbediening) om FM of AM te
kiezen.
2 Druk herhaald op TUNING MODE op de
afstandsbediening totdat MANUAL
verschijnt.
3Druk herhaald op TUNING of + (of of
+ op de afstandsbediening) om op de
gewenste zender af te stemmen.
4Druk op MENU/NO op de
afstandsbediening.
5Druk herhaald op TUNING of + (of of
+ op de afstandsbediening) totdat
Memory? verschijnt en druk daarna
op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Er verschijnt een preselectienummer.
Voer de stappen 6 en 7 uit wanneer het
preselectienummer knippert.
6Druk herhaald op TUNING of + (of of
+ op de afstandsbediening) om het
gewenste preselectienummer te kiezen.
7Druk op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Complete! verschijnt.
De zender is nu in het geheugen vastgelegd.
8Herhaal stappen 1 t/m 7 om andere
zenders in het geheugen vast te leggen.
Andere bedieningsfuncties
Om Doe het volgende
Af te stemmen op
een zender met een
zwak signaal
Volg de procedure die wordt
beschreven in
Voorprogrammering van
zenders door middel van
handmatige afstemming.
Te stoppen met het
voorprogrammeren
van zenders
Druk bij stap 5 of 6 op
MENU/NO op de
afstandsbediening.
De
voorgeprogrammeerde
zender te wijzigen
Begin opnieuw vanaf stap 1.
Voorprogrammeren van radiozenders
(vervolg)
Tuner
15
NL
Om het gewenste
preselectienummer te kiezen met de
cijfertoetsen op de
afstandsbediening
In plaats van stap 3 uit te voeren, drukt u op de
cijfertoetsen.
Om preselectienummer 10 of hoger in te
voeren, drukt u op >10 en voert u de
betreffende cijfers in. Om 0 in te voeren, drukt
u in plaats van dat cijfer op 10/0.
Voorbeeld:
Om preselectienummer 20 in te voeren, drukt u op
>10 en daarna op 2 en 10/0.
Luisteren naar een niet-
voorgeprogrammeerde
radiozender
Handmatige afstemming
1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of
TUNER BAND op de
afstandsbediening) om FM of AM te
kiezen.
2 Druk herhaald op TUNING MODE op de
afstandsbediening totdat MANUAL
verschijnt.
3 Druk herhaald op TUNING of + (of of
+ op de afstandsbediening) om op de
gewenste zender af te stemmen.
Tips
Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde
antennes opnieuw te richten of een in de handel
verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten.
Wanneer er tijdens een FM-stereoprogramma ruis
optreedt, druk dan herhaald op FM MODE op de
afstandsbediening totdat MONO verschijnt. Er is
dan geen stereo-effect, maar de ontvangst verbetert.
Druk herhaald op TUNING MODE op de
afstandsbediening totdat bij stap 2 AUTO
verschijnt en druk daarna op TUNING of + (of
of + op de afstandsbediening). De frequentie-
indicatie begint te lopen en stopt wanneer het
systeem op een zender is afgestemd (Automatische
afstemming).
Om het AM-afsteminterval te
veranderen (behalve bij het
Europese model)
Het AM-afsteminterval is in de fabriek ingesteld op
9 kHz (in bepaalde gebieden 10 kHz). Om het AM-
afsteminterval te veranderen, dient u eerst op een
willekeurige AM-zender af te stemmen en daarna het
systeem uit te schakelen. Terwijl u FUNCTION op
het systeem ingedrukt houdt, schakelt u het systeem
weer in. Wanneer u het interval verandert, worden
alle voorgeprogrammeerde AM-zenders uit het
geheugen gewist. Om het oorspronkelijke interval te
herstellen, herhaalt u deze procedure.
Tips
Wanneer de stekker uit het stopcontact wordt
getrokken of indien er een stroomonderbreking
optreedt, blijven de voorgeprogrammeerde zenders
nog een halve dag in het geheugen bewaard.
U kunt de voorgeprogrammeerde zenders een naam
geven (zie blz. 16).
Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde
antennes opnieuw te richten of een in de handel
verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten.
Luisteren naar de radio
U kunt naar een radiozender luisteren door een
voorgeprogrammeerde zender te kiezen of door
handmatig af te stemmen op een zender.
Luisteren naar een
voorgeprogrammeerde zender
Afstemmen op
voorgeprogrammeerde zenders
Eerst moet u de radiozenders in het geheugen van
de tuner programmeren (zie Voorprogrammeren
van radiozenders op blz. 13).
1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of
TUNER BAND op de afstandsbediening)
om FM of AM te kiezen.
2 Druk herhaald op TUNING MODE op de
afstandsbediening totdat PRESET
verschijnt.
3 Druk herhaald op TUNING of + (of of
+ op de afstandsbediening) om de
gewenste voorgeprogrammeerde
radiozender (of zendernaam* of RDS-
zendernaam**) te kiezen.
* De zendernaam verschijnt alleen indien u de
zender een naam hebt gegeven (zie
Toewijzing van een naam aan een
voorgeprogrammeerde zender op blz. 16).
**Alleen Europees model.
16
NL
Toewijzing van een naam
aan een
voorgeprogrammeerde
zender
Station Name
U kunt elke voorgeprogrammeerde zender een
naam van maximaal 10 symbolen of
lettertekens geven (zendernaam).
1 Stem af op de voorgeprogrammeerde
zender waaraan u een naam wilt geven
(zie Luisteren naar de radio op
blz. 15).
2 Volg dezelfde aanwijzingen als bij
stappen 2 t/m 6 van Invoeren van CD-
titels op blz. 11.
Om de titelinvoerfunctie uit te
schakelen
Druk op MENU/NO op de afstandsbediening.
Om de zendernaam te wissen
1 Stem af op de zender.
2 Druk op NAME EDIT/SELECT op de
afstandsbediening.
3 Druk herhaald op CLEAR op de
afstandsbediening om de naam te wissen.
4 Druk op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Gebruik van het radio-
informatiesysteem (RDS)
(Uitsluitend het Europese model)
Wat is het radio-informatiesysteem?
Het radio-informatiesysteem (RDS: Radio Data
System)* is een omroepdienst die radiozenders
in staat stelt om extra informatie uit te zenden
naast het gewone programmasignaal.
Opmerking
De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen
zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet goed
doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende is.
* Niet alle FM-radiozenders geven RDS informatie
door, en de zenders die dit wel doen bieden niet alle
dezelfde soorten informatie. Als u niet vertrouwd
bent met het RDS-systeem, doe dan navraag bij uw
plaatselijke radiozenders voor details betreffende
RDS-diensten in uw gebied.
Ontvangen van RDS-
uitzendingen
Kies gewoon een zender op de FM-band.
Wanneer u afstemt op een zender die RDS-
diensten verzorgt, zal de zendernaam op het
display verschijnen.
Controleren van de RDS-informatie
Bij elke druk op DISPLAY verandert het
display als volgt:
Zendernaam** t Frequentie t Klokdisplay
t Volume
**Als de RDS-uitzending niet goed wordt ontvangen,
kan de zendernaam niet worden weergegeven.
Geluidsregeling/Timer
17
NL
Geluidsregeling
Regeling van het geluid
Verkrijgen van een krachtiger
geluid
DSG
Druk op DSG* op de afstandsbediening.
DSG verschijnt.
Om DSG uit te schakelen, drukt u opnieuw op
DSG op de afstandsbediening.
* DSG: Dynamic Sound Generator
Tip
DSG is in de fabriek ingeschakeld.
Surround-effecten kiezen
Druk op SURROUND op de
afstandsbediening.
SURR verschijnt.
Om het surround-effect te annuleren, drukt u
opnieuw op SURROUND op de
afstandsbediening.
Instellen van de lage en hoge
tonen
Voor afstelling van Druk
Lage tonen herhaald op BASS + of op
de afstandsbediening.
Hoge tonen herhaald op TREBLE + of
op de afstandsbediening.
Tips
U kunt de lage en hoge tonen afstellen in 7 stappen
(van 3 tot +3).
Voor de oorspronkelijke geluidssterkte dient u
BASS en TREBLE in te stellen op “– –”.
Timer
Inslapen met muziek
SLEEP-timerfunctie
U kunt het systeem na verloop van een vooraf
ingestelde tijd automatisch laten uitschakelen,
zodat u kunt inslapen met muziek.
Druk herhaald op SLEEP op de
afstandsbediening.
Bij elke druk op deze toets verandert de
minuten-indicatie (de uitschakeltijd) als volgt:
AUTO* t 90min t 80min t 70min t
t 10min t OFF
* Het systeem wordt automatisch uitgeschakeld nadat
het afspelen van de huidige geluidsbron is
geëindigd (maximaal 4 uur).
Om Druk
De resterende
inslaaptijd te
controleren**
eenmaal op SLEEP op de
afstandsbediening.
De uitschakeltijd te
wijzigen
herhaald op SLEEP op de
afstandsbediening om de
gewenste sluimertijd te
kiezen.
De SLEEP-
timerfunctie uit te
schakelen
herhaald op SLEEP op de
afstandsbediening totdat
OFF verschijnt.
**Wanneer AUTO is gekozen, kunt u de resterende
speelduur niet controleren.
18
NL
Ontwaken met muziek
PLAY-timerfunctie
Door instelling van de PLAY-timerfunctie kunt
u het systeem op een vooraf ingestelde dag en
tijd automatisch laten in- en uitschakelen. Om
deze functie te gebruiken, dient u ervan
verzekerd te zijn dat de klok goed is ingesteld
(zie Instellen van de klok op blz. 8).
1 Tref de nodige voorbereidingen bij de
geluidsbron die u wilt afspelen.
CD: Plaats een CD. Om te beginnen vanaf
een bepaald muziekstuk, moet u eerst een
programma maken (zie Programmeren
van CD-muziekstukken op blz. 10).
Radio: Stem af op de gewenste
voorgeprogrammeerde radiozender (zie
Luisteren naar de radio op blz. 15).
2 Druk herhaald op VOLUME + of (of
VOL + of op de afstandsbediening)
om het volume in te stellen.
3 Druk op CLOCK/TIMER SET op de
afstandsbediening.
Wanneer PLAY SET? knippert, drukt u
op ENTER/YES op de afstandsbediening.
4 Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening totdat de gewenste
timerfunctie verschijnt en druk daarna
op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Instelling Kies
5Stel de starttijd voor afspelen in.
Indien u bij stap 4 PLAY ONCE? of
PLAY WEEKLY? hebt gekozen, druk
dan op . of > op de
afstandsbediening om de dag in te stellen en
druk daarna op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
De uur-indicatie begint te knipperen.
Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om het uur in te stellen,
en druk daarna op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
De minuten-indicatie begint te knipperen.
Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om de minuten in te
stellen, en druk daarna op ENTER/YES op
de afstandsbediening.
De volgende indicatie knippert opnieuw
indien u bij stap 4 hebt gekozen voor:
PLAY ONCE? of PLAY WEEKLY?:
De dagindicatie
PLAY DAILY?: De uurindicatie.
6Stel de stoptijd voor afspelen in
volgens de procedure bij stap 5.
7Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening totdat de gewenste
geluidsbron verschijnt.
De indicatie verandert als volgt:
TUNER y CD PLAY
8Druk op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Achtereenvolgens verschijnen de
timerfunctie, de inschakeltijd, de
uitschakeltijd, de geluidsbron en het volume
en daarna verschijnt weer de
oorspronkelijke indicatie.
9Druk op @/1 om het systeem uit te
schakelen.
Slechts eenmaal afspelen PLAY ONCE?
Elke dag afspelen PLAY DAILY?
Elke week op dezelfde
dag(en) afspelen
PLAY WEEKLY?
Display
19
NL
De instellingen
te controleren
Druk op CLOCK/TIMER
SELECT op de afstandsbediening
en druk daarna op ENTER/YES op
de afstandsbediening. Wanneer
PLAY ON? verschijnt, druk dan
op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Om Doe het volgende
Display
Uitschakelen van het
display
Energiebesparingsmodus
Ook wanneer het systeem is uitgeschakeld,
wordt er door het systeem nog stroom verbruikt
om de tijd te kunnen weergeven en om te
kunnen reageren op commandos van de
afstandsbediening. Met de
energiebesparingsmodus kunt u het
stroomverbruik in de wachtstand tot een
minimum terugbrengen.
In deze modus wordt de klokindicatie niet
weergegeven.
Druk, met het systeem uitgeschakeld, op
DISPLAY totdat de klokindicatie is
verdwenen.
Uitschakelen van de
energiebesparingsmodus
Druk op DISPLAY terwijl het systeem is
uitgeschakeld.
Het display verandert als volgt:
Klokdisplay* y Geen indicatie
(energiebesparingsmodus)
* De tijd wordt alleen weergegeven wanneer u de
klok hebt ingesteld.
Tip
Ook in de energiebesparingsmodus blijft de timer
werken.
De helderheid van het
display veranderen
U kunt de helderheid van het display
veranderen.
Druk herhaald op DIMMER op de
afstandsbediening terwijl het systeem is
ingeschakeld.
De helderheid verandert in vaste volgorde.
Tip
De helderheid is in de fabriek ingesteld op hoog.
De instelling te
wijzigen
Begin opnieuw vanaf stap 1.
De timer uit te
schakelen
Druk op CLOCK/TIMER
SELECT op de afstandsbediening
en druk daarna op . of > op
de afstandsbediening totdat
TIMER OFF? verschijnt en druk
daarna op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Opmerkingen
Bedien het systeem niet vanaf het tijdstip waarop
het systeem wordt ingeschakeld tot aan het tijdstip
waarop het afspelen begint (ongeveer 15 seconden
vóór de ingestelde tijd). Anders zal de timer niet op
de juiste wijze worden geactiveerd.
Indien u de PLAY-timerfunctie op hetzelfde
moment gebruikt als de SLEEP-timerfunctie, heeft
de SLEEP-timerfunctie voorrang.
Als geluidsbron voor de PLAY-timerfunctie kunt u
geen gebruikmaken van de los verkrijgbare
componenten die zijn aangesloten op de PC/TAPE/
MD IN-aansluiting.
De timer te
activeren
Druk op CLOCK/TIMER
SELECT op de afstandsbediening
en druk daarna op . of > op
de afstandsbediening totdat
PLAY ON? verschijnt en druk
daarna op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
20
NL
Gebruik van het display
U kunt de resterende speelduur van het huidige
muziekstuk of de gehele CD controleren.
Wanneer er een CD TEXT-disc is geplaatst,
kunt u ook de informatie controleren die op de
disc is vastgelegd, zoals de titels.
Controleren van de
resterende speelduur
Druk tijdens normaal afspelen herhaald op
TIME op de afstandsbediening.
Het display verandert steeds als volgt:
Verstreken afspeelduur van huidig muziekstuk
t Resterende afspeelduur van huidig
muziekstuk* t Resterende speelduur van de
huidige CD**
* “– . –” verschijnt wanneer u probeert om de
resterende speelduur van muziekstuk 21 of hoger
op een CD te controleren.
**“– . –” verschijnt tijdens het afspelen in
willekeurige volgorde van een CD die 21 of meer
muziekstukken bevat, of tijdens het afspelen in
geprogrammeerde volgorde wanneer muziekstuk
21 of hoger op de CD is gekozen.
Controleren van de totale
speelduur
Druk in de stopstand op TIME op de
afstandsbediening.
Controleren van een
muziekstuktitel, een disc-
titel (CD)
Druk herhaald op DISPLAY.
Het display verandert steeds als volgt:
Klokdisplay t Volume*
1
t Afspeelduur van
de CD*
2
t Muziekstuktitel of disc-titel*
3
*
1
Na 8 seconden verschijnt de afspeelduur van de CD.
*
2
De indicatie die verschijnt, is afhankelijk van de
stand waarin de betreffende disc zich bevindt:
Indien de disc is stopgezet: De totale afspeelduur
van de CD wordt weergegeven.
Indien de disc bezig is met afspelen: De verstreken
afspeelduur van het muziekstuk, de resterende
afspeelduur van het muziekstuk of de resterende
afspeelduur van de CD worden weergegeven.
*
3
Tijdens het afspelen verschijnt de muziekstuktitel
(alleen bij CDs met CD TEXT) en de disc-titel
verschijnt wanneer de disc is stopgezet. Indien er
een CD zonder titel is geplaatst, wordt de
muziekstuktitel of de disc-titel overgeslagen.
Controleren van een
zendernaam (tuner)
Druk herhaald op DISPLAY.
Het display verandert steeds als volgt:
Zendernaam* t Frequentie** t Klokdisplay
t Volume**
* Indien de zender geen naam heeft, wordt de
zendernaam overgeslagen.
**Na 8 seconden verschijnt weer de indicatie van de
zendernaam (of de frequentie indien de zender
geen naam heeft).
Om een lange naam bewegend te
laten verschijnen
Druk op SCROLL op de afstandsbediening.
De titel verschijnt bewegend op het display.
Om de bewegende titel tijdelijk stop te zetten,
drukt u opnieuw op SCROLL op de
afstandsbediening.
Tips
Indien een CD met CD TEXT die de naam van de
artiest bevat, is stopgezet en u op TIME op de
afstandsbediening drukt, verschijnt de naam van de
artiest bewegend op het display.
Om een CD een disc-titel te geven, zie Invoeren
van CD-titels op blz. 11.
Om een voorgeprogrammeerde zender een naam te
geven, zie Toewijzing van een naam aan een
voorgeprogrammeerde zender op blz. 16.
Los verkrijgbare componenten
21
NL
Los verkrijgbare componenten
A PC/TAPE/MD OUT-aansluiting
Gebruik een audiosnoer (niet bijgeleverd)
om een los verkrijgbare component (zoals
een PC, een cassettedeck of een MD-deck)
aan te sluiten op deze aansluitbus. U kunt
dan vanaf dit systeem het analoge geluid
uitvoeren naar de betreffende component.
B PC/TAPE/MD IN-aansluiting
Gebruik een audiosnoer (niet bijgeleverd)
om een los verkrijgbare component (zoals
een PC, een cassettedeck of een MD-deck)
aan te sluiten op deze aansluitbus. U kunt
dan via dit systeem luisteren naar het
analoge geluid van de betreffende
component.
C OPTICAL CD DIGITAL OUT-
aansluiting
Gebruik een digitale optische kabel
(vierkant, niet bijgeleverd) om een los
verkrijgbare digitale component (zoals een
MD-deck) aan te sluiten op deze
aansluitbus. U kunt dan vanaf dit systeem
het digitale geluid uitvoeren naar de
betreffende component.
D PHONES-aansluiting
Op deze aansluitbus kunt u de
hoofdtelefoon aansluiten.
Aansluiten van los verkrijgbare componenten
Om uw systeem te verbeteren, kunt u optionele componenten aansluiten. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing die met de betreffende component is meegeleverd.
Naar de audio-
ingangen van een los
verkrijgbare component
Van de audio-uitgangen
van een los verkrijgbare
component
Naar de digitale
ingangsaansluiting van
een digitale component
Los verkrijgbare component Los verkrijgbare component
Los verkrijgbare digitale
component
Hoofdtelefoon
22
NL
Luisteren naar het geluid
van een aangesloten
component
1 Sluit het audiosnoer aan.
Zie Aansluiten van los verkrijgbare
componenten op blz. 21.
2 Druk herhaald op FUNCTION totdat
PC, MD of TAPE op het display
verschijnt.
Begin met het afspelen van de aangesloten
component.
Om de gewenste aangesloten
component te kiezen
1 Schakel het systeem in.
2 Druk herhaald op FUNCTION totdat PC,
MD of TAPE op het display verschijnt.
3 Druk op MENU/NO op de
afstandsbediening.
4 Druk herhaald op . of > op de
afstandsbediening om de gewenste
aangesloten component te kiezen.
Om te luisteren naar Kies
De aangesloten PC PC?
Het aangesloten MD-deck MD?
Het aangesloten tapedeck TAPE?
5 Druk op ENTER/YES op de
afstandsbediening.
Opnemen op een
aangesloten component
Digitaal opnemen op een
digitale component
1Sluit de digitale optische kabel aan.
Zie Aansluiten van los verkrijgbare
componenten op blz. 21.
2Begin met opnemen.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met
de aangesloten component is meegeleverd.
Analoog opnemen op een
component
1Sluit het audiosnoer aan.
Zie Aansluiten van los verkrijgbare
componenten op blz. 21.
2Begin met opnemen.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met
de aangesloten component is meegeleverd.
Verhelpen van storingen
23
NL
Verhelpen van storingen
Problemen en oplossingen
Indien er tijdens het gebruik van dit systeem
een storing optreedt, raadpleeg dan de
onderstaande storingsgids.
Controleer eerst of de stekker van het systeem
goed in het stopcontact zit en of de luidsprekers
juist en stevig zijn aangesloten.
Als een probleem niet te verhelpen is, neem
dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-
handelaar.
Algemeen
“– : –” verschijnt op het display.
Stel de klok en de timer opnieuw in (zie blz. 8).
Er is geen geluid.
Stel het volume in.
Zorg dat de hoofdtelefoon niet is aangesloten.
Controleer de luidsprekeraansluitingen (zie
blz. 6).
Het geluid komt van slechts één kanaal, of het
links/rechts-volume is niet gebalanceerd.
Sluit de luidsprekersnoeren goed aan (zie blz. 6).
Plaats de luidsprekers zo symmetrisch mogelijk.
Sluit de bijgeleverde luidsprekers aan.
Er is veel brom of ruis.
Zet het systeem verder weg van de storingsbron.
Sluit het systeem aan op een ander stopcontact.
Monteer een ruisfilter (in de handel verkrijgbaar)
op de elektriciteitsleiding.
De timer kan niet worden ingesteld.
Stel de klok opnieuw in (zie blz. 8).
De timer werkt niet.
Activeer de timer (zie Om de timer te activeren
op blz. 19).
Controleer de instellingen en zorg dat de klok
goed is ingesteld (zie blz. 8 of 19).
Nadat u de timer hebt ingesteld, druk dan altijd
op `/1 om het systeem uit te schakelen.
Het systeem wordt circa 15 seconden vóór de
ingestelde tijd ingeschakeld.
De afstandsbediening werkt niet.
Verwijder het obstakel.
Breng de afstandsbediening dichter naar het
systeem.
Richt de afstandsbediening naar de sensor op het
systeem.
Vernieuw de CR2025 batterij.
Plaats het systeem op grotere afstand van de
TL-buisverlichting.
CD-speler
Het deksel binnen de disc-gleuf gaat niet open
en LOCKED verschijnt.
Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-
handelaar.
De CD kan niet worden verwijderd.
Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-
handelaar.
Het afspelen begint niet.
Plaats een CD.
Veeg de CD schoon (zie blz. 26).
Vervang de CD.
De CD is met de labelkant naar binnen geplaatst.
Plaats de CD op de juiste wijze.
Verwijder de CD en veeg het vocht van de CD.
Laat het systeem daarna een paar uur
ingeschakeld totdat het vocht is verdampt.
Druk op NX (of CD N op de afstandsbediening)
om het afspelen te laten beginnen.
De CD slaat over.
Veeg de CD schoon (zie blz. 26).
Vervang de CD.
Verplaats het systeem zo mogelijk naar een plek
zonder trillingen (bijvoorbeeld op een stabiele
stander).
Plaats de luidsprekers zo mogelijk op grotere
afstand van het systeem, of plaats ze op aparte
standers.
Wanneer u naar een muziekstuk luistert met lage
tonen en een hoog volume, is de kans aanwezig
dat de CD door de trillingen van de luidsprekers
overslaat.
Het afspelen begint niet vanaf het eerste
muziekstuk.
Druk, met het systeem stopgezet, herhaald op
PLAY MODE op de afstandsbediening totdat
PROGRAM en SHUFFLE zijn verdwenen
om terug te keren naar normaal afspelen.
wordt vervolgd
24
NL
Tuner
Er is veel brom of ruis (TUNED of STEREO
knippert).
Stel de juiste golfband en frequentie in (zie
blz. 13).
Zorg dat de antenne goed is aangesloten (zie
blz. 7).
Zoek een plaats en een oriëntatie die geschikt
zijn voor een goede ontvangst en installeer
daarna de antenne opnieuw.
Indien u geen goede ontvangst krijgt, is het
raadzaam om een in de handel verkrijgbare
buitenantenne aan te sluiten.
De bijgeleverde FM-draadantenne ontvangt
signalen over de volle lengte, dus zorg ervoor dat
u de antenne helemaal uittrekt.
Plaats de antennes zo ver mogelijk van de
luidsprekersnoeren.
Raadpleeg uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar
indien de bijgeleverde AM-antennedraad is
losgeraakt van de plastic houder.
Schakel de elektrische apparatuur in de buurt uit,
indien mogelijk.
Een stereo FM-programma kan niet in stereo
ontvangen worden.
Druk op FM MODE op de afstandsbediening
totdat MONO is verdwenen.
Zie Er is veel brom of ruis (TUNED of
STEREO knippert)., en controleer de antenne.
Los verkrijgbare
componenten
Er is geen geluid.
Raadpleeg de algemene rubriek Er is geen
geluid. op blz. 23 en controleer de toestand van
het systeem.
Sluit de component goed aan (zie blz. 21) en
controleer daarbij:
of de snoeren goed zijn aangesloten.
of de stekkers van de snoeren er goed zijn
ingeduwd.
Schakel de aangesloten component in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die is
meegeleverd met de aangesloten component en
begin met afspelen.
Druk herhaald op FUNCTION totdat PC (of
MD of TAPE) verschijnt.
Het geluid is vervormd.
Stel het volume van de aangesloten component
lager in.
De externe ingang is mogelijk te groot. Zet de
externe functie op MD (zie blz. 22).
Indien het systeem ook na het
nemen van de bovenstaande
maatregelen nog niet goed werkt,
dient u het systeem als volgt
opnieuw in te stellen:
Met het systeem ingeschakeld drukt u Z,
TUNER/BAND en FUNCTION gelijktijdig in.
COLD RESET verschijnt en het systeem
wordt uitgeschakeld. Het systeem is nu
opnieuw ingesteld en de fabrieksinstellingen
zijn weer van kracht. Alle door u gemaakte
instellingen zijn geannuleerd. Zorg dat u alle
noodzakelijke instellingen herstelt.
Opmerking
In de energiebesparingsmodus kunt u het systeem niet
in de oorspronkelijke stand terugzetten.
Problemen en oplossingen (vervolg)
Aanvullende informatie
25
NL
Zelfdiagnose-display
Meldingen
Tijdens bediening kan er op het display één van
de onderstaande meldingen verschijnen of
knipperen.
CD
Complete!
De CD-montage (Disc Memo) eindigde normaal.
File Full
Er zijn reeds 100 disctitels in het systeem
ingevoerd.
Initialize
Het systeem wordt geïnitialiseerd. Gedurende deze
tijd kunt u geen CD plaatsen. Wacht totdat
“Initialize” is verdwenen.
No Disc
Er bevindt zich geen disc in de CD-speler.
—OVER—
Het einde van de CD is bereikt terwijl u tijdens de
afspeelpauze M ingedrukt houdt.
Push STOP!
Tijdens het afspelen hebt u op PLAY MODE op de
afstandsbediening gedrukt.
Step Full!
U probeert om 26 of meer muziekstukken
(stappen) te programmeren.
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
De naamplaat bevindt zich buiten op de onderkant.
LET OP
Indien de batterij verkeerd is geplaatst, kan deze
ontploffen. Vervang de batterij uitsluitend door één
van hetzelfde type of een gelijkwaardig type dat door
de fabrikant is aanbevolen. Gebruikte batterijen
dienen overeenkomstig de aanwijzingen van de
fabrikant te worden weggedaan.
Netspanning
Controleer vóór bediening van het systeem of de
bedrijfsspanning van uw systeem overeenkomt met de
plaatselijke netspanning.
Voor uw veiligheid
Het voorpaneel is van gehard glas.
Onder normale omstandigheden is dit gehard glas
schokbestendiger en sterker dan gewoon glas. Dit
glas kan door een harde slag of krassen echter
verbrijzelen.
Het apparaat blijft op de stroombron (netspanning)
aangesloten zolang de stekker in het stopcontact zit,
zelfs indien het apparaat zelf is uitgeschakeld.
Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt het
systeem geruime tijd niet te gebruiken. Pak de
stekker vast om deze uit het stopcontact te trekken.
Trek nooit aan het snoer zelf.
Mocht er een vast voorwerp of vloeistof in het
systeem terechtkomen, trek dan de stekker uit het
stopcontact en laat het systeem eerst door een
deskundige controleren alvorens het weer in
gebruik te nemen.
Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend
servicecentrum worden vernieuwd.
Installeren
Installeer het systeem niet in een hellende positie.
Installeer het systeem niet:
— op uiterst warme of koude plaatsen
— op stoffige of vuile plaatsen
— in een zeer vochtige omgeving
— op plaatsen die aan trillingen onderhevig zijn
— op plaatsen die zijn blootgesteld aan direct
zonlicht.
Wees voorzichtig wanneer u het apparaat of de
luidsprekers op een ondergrond plaatst die een
speciale behandeling heeft ondergaann (met was,
olie, polijstmiddel, enz.) aangezien er hierdoor
vlekken op de ondergrond kunnen ontstaan of de
ondergrond kan gaan verkleuren.
wordt vervolgd
26
NL
Ontwikkeling van hitte
Tijdens gebruik wordt het apparaat warm, maar dit
is geen defect.
Om de ontwikkeling van warmte in het systeem te
voorkomen, dient u het systeem te installeren op
een plaats met voldoende ventilatie en mag u geen
voorwerpen op het kastwerk plaatsen.
Indien u dit systeem voortdurend met een hoog
volume gebruikt, zal de temperatuur van de behuizing
aan de bovenkant, zijkanten en onderkant aanzienlijk
stijgen. Om te voorkomen dat u zich brandt, mag u de
behuizing niet aanraken.
Om een defect te voorkomen, mag u de
ventilatieopening niet afdekken.
Bediening
Indien het systeem rechtstreeks van een koude naar
een warme omgeving wordt gebracht, of in een zeer
vochtige kamer wordt geplaatst, kan vocht uit de
lucht condenseren op de lens in de CD-speler. In
dergelijke gevallen zal het systeem niet juist werken.
Verwijder de CD en laat het systeem ongeveer een
uur ingeschakeld staan totdat de condens is verdampt.
Indien u vragen of problemen het betreffende uw
systeem, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde
Sony-handelaar.
Luidsprekersysteem
Dit luidsprekersysteem is niet magnetisch
afgeschermd. Hierdoor kan op sommige TV-
toestellen magnetische vervorming van het beeld
optreden. Schakel in een dergelijk geval de TV uit en
na 15 tot 30 minuten weer in.
Indien de storing hierdoor niet wordt
verholpen, dient u het luidsprekersysteem verder
van het TV-toestel te plaatsen. Plaats ook geen
voorwerpen waaraan magneten zijn bevestigd of
waarin magneten worden gebruikt, zoals audiorekken,
TV-standers en speelgoed, dicht bij het
luidsprekersysteem. Deze kunnen magnetische
vervorming van het TV-beeld veroorzaken ten
gevolge van hun inwerking op het systeem.
Opmerkingen over CDs
Alvorens u een CD gaat afspelen, dient u het
oppervlak van de CD schoon te vegen met een
doek. Veeg de CD vanaf het midden naar de rand.
Gebruik geen CD met plakband, etiketten of lijm
erop omdat het systeem hierdoor beschadigd kan
raken.
Gebruik geen oplosmiddelen.
Stel de CD niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen.
Discs met een onregelmatige vorm (bijvoorbeeld
een hart, vierkant of ster) kunnen op dit systeem
niet worden afgespeeld. Indien u probeert om dat
wel te doen, kan het systeem beschadigd raken.
Maak daarom geen gebruik van dergelijke discs.
Opmerking betreffende het afspelen
van CD-Rs en CD-RWs
Discs die zijn opgenomen in CD-R- en CD-RW-
stations kunnen soms niet worden afgespeeld
vanwege krassen of vuil, of vanwege de conditie van
de opname of de kenmerken van het station. Ook
kunnen discs die aan het einde van de opname nog
niet afgewerkt zijn, niet worden afgespeeld.
Reiniging van de behuizing
Reinig de behuizing, het paneel en de regelaars met
een zachte doek die licht is bevochtigd met een
oplossing van mild schoonmaakmiddel. Gebruik
hiervoor geen schuurkussentjes, schuurpoeder of
oplosmiddelen zoals verdunner, wasbenzine of
alcohol.
Voorzorgsmaatregelen (vervolg)
Aanvullende informatie
27
NL
Technische gegevens
Hoofdapparaat (HCD-EX5)
Versterker
Noord-Amerikaans model:
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentie):
15 + 15 W
(4 ohm bij 1 kHz,
10% THD)
Europees model:
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
12 + 12 W
(4 ohm bij 1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentie):
15 + 15 W
(4 ohm bij 1 kHz,
10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen (referentie):
15 + 15 W
Overige modellen:
De volgende waarden zijn gemeten bij 220 V
wisselstroom, 60 Hz
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
12 + 12 W
(4 ohm bij 1 kHz, DIN,
110 V 240 V
wisselstroom)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentie):
15 + 15 W
(4 ohm bij 1 kHz, 10%
THD, 110 V 240 V
wisselstroom)
Ingangen
PC/TAPE/MD IN (stereo-mini-aansluiting):
spanning 450 mV (MD)/
spanning 250 mV (PC/
TAPE), impedantie
47 kilohm
Uitgangen
PC/TAPE/MD OUT (stereo-mini-aansluiting):
spanning 250 mV,
impedantie 1 kilohm
PHONES (stereo-mini-aansluiting):
geschikt voor
hoofdtelefoons met een
impedantie van 8 ohm of
meer
OPTICAL CD DIGITAL OUT (Ondersteunde
bemonsteringsfrequentie: 44,1 kHz)
CD-speler
Systeem Compactdisc- en digitaal
audiosysteem
Laser Halfgeleider-laser
(λ = 795 nm)
Emissieduur: continu
Frequentiebereik 2 Hz 20 kHz
Tuner
FM-stereo, FM/AM superheterodyne tuner
FM-tuner
Afstembereik
Noord-Amerikaans model:
87,5 108,0 MHz
(100 kHz stap)
Overige modellen: 87,5 108,0 MHz
(50 kHz stap)
Antenne FM-draadantenne
Antenneaansluitingen 75 ohm asymmetrisch
Middenfrequentie 10,7 MHz
AM-tuner
Afstembereik
Model voor Noord- en Zuid-Amerika:
530 1 710 kHz
(met interval ingesteld op
10 kHz)
531 1 710 kHz
(met interval ingesteld op
9 kHz)
Europees model: 531 1 602 kHz
(met interval ingesteld op
9 kHz)
Overige modellen: 530 1 710 kHz
(met interval ingesteld op
10 kHz)
531 1 602 kHz
(met interval ingesteld op
9 kHz)
Antenne AM-raamantenne,
buitenantenneaansluitingen
Middenfrequentie 450 kHz
Luidsprekers (SS-CEX5)
Luidsprekersysteem 2-weg, basreflex-type
Luidsprekereenheden
Woofer 10 cm diameter,
conus-type
Tweeter 2,5 cm diameter,
koepel-type
Nominale impedantie 4 ohm
Afmetingen (b/h/d) ca. 160 × 235 × 150 mm
Gewicht ca. 1,5 kg netto per
luidspreker
wordt vervolgd
28
NL
Algemeen
Stroomvoorziening
Noord-Amerikaans model: 120 V AC, 60 Hz
Europees model: 230 V AC, 50/60 Hz
Mexicaans model: 120 V AC, 60 Hz
Australisch model: 220 240 V AC,
50/60 Hz
Koreaans model: 220 V AC, 60 Hz
Chinees model: 220 V AC, 50/60 Hz
Overige modellen: 110 240 V AC,
50/60 Hz
Stroomverbruik
Europees model: Zie de naamplaat
0,25 W (in de
energiebesparingsmodus)
Overige modellen: Zie de naamplaat
Afmetingen (b/h/d) ca. 186 × 235 × 157 mm
incl. uitstekende
onderdelen en knoppen
Gewicht ca. 3,0 kg
Bijgeleverde accessoires Afstandsbediening met
batterij (1)
AM-raamantenne (1)
FM-draadantenne (1)
Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Technische gegevens (vervolg)

Documenttranscriptie

WAARSCHUWING Stel dit apparaat niet bloot aan regen of vocht, om brandgevaar of elektrische schokken te voorkomen. Installeer de stereo-installatie niet in een krappe ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast. Dit apparaat is geclassificeerd als een KLASSE 1 LASER product. Dit etiket bevindt zich buiten op de onderkant. Om brand te voorkomen, mogen de ventilatieopeningen van het apparaat niet worden afgedekt door kranten, tafelkleden, gordijnen, enz. Zet ook geen brandende kaarsen op het apparaat. Om gevaar van brand of elektrische schok te voorkomen, mogen er geen met water gevulde voorwerpen zoals vazen op het apparaat worden geplaatst. Dit waarschuwingslabel bevindt zich binnenin het apparaat. Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA). 2NL Inhoudsopgave Overzicht van de plaatsen van de toetsen en de verwijzingen naar de bijbehorende bladzijden Hoofdapparaat ........................................... 4 Afstandsbediening ..................................... 5 Voorbereidingen Aansluiten van het systeem ....................... 6 Voorbereiding van de afstandsbediening .... 7 De batterij van de afstandsbediening vervangen ........................................... 8 Instellen van de klok ................................. 8 CD Plaatsing van een CD ................................ 9 Afspelen van een CD — NORMAL-afspeelfunctie/ SHUFFLE-afspeelfunctie/ REPEAT-afspeelfunctie ..................... 9 Programmeren van CD-muziekstukken — PROGRAM-afspeelfunctie ......... 10 Invoeren van CD-titels — CD-geheugen ............................... 11 Geluidsregeling Regeling van het geluid — DSG ............................................. 17 Timer Inslapen met muziek — SLEEP-timerfunctie .................... 17 Ontwaken met muziek — PLAY-timerfunctie ...................... 18 Display Uitschakelen van het display — Energiebesparingsmodus ............. 19 De helderheid van het display veranderen ........................................ 19 Gebruik van het display .......................... 20 NL Los verkrijgbare componenten Aansluiten van los verkrijgbare componenten .................................... 21 Luisteren naar het geluid van een aangesloten component .................... 22 Opnemen op een aangesloten component ........................................ 22 Tuner Voorprogrammeren van radiozenders ..... 13 Luisteren naar de radio — Afstemmen op voorgeprogrammeerde zenders/ Handmatige afstemming ................... 15 Toewijzing van een naam aan een voorgeprogrammeerde zender — Station Name ............................... 16 Gebruik van het radio-informatiesysteem (RDS)* .............................................. 16 Verhelpen van storingen Problemen en oplossingen ...................... 23 Zelfdiagnose-display ............................... 25 Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen ............................ 25 Technische gegevens ............................... 27 * Uitsluitend het Europese model 3NL Overzicht van de plaatsen van de toetsen en de verwijzingen naar de bijbehorende bladzijden Nummer van afbeelding r Gebruik van deze bladzijde Gebruik deze bladzijde om de plaatsen van toetsen en andere in de tekst genoemde onderdelen van het systeem te kunnen vinden. TUNER/BAND 9 (13 - 15, 24) R Naam van toets/ onderdeel R Bijbehorende bladzijde Hoofdapparaat ALFABETISCHE VOLGORDE A–E Afstandsbedieningssensor qs Disc-gleuf 2 (23) DISPLAY qa (16, 19, 20) Displayvenster 4 BESCHRIJVING VAN DE TOETSEN F–Z FUNCTION 0 (9 - 13, 15, 22, 24) TUNER/BAND 9 (13 - 15, 24) TUNING +/– 6 (13 - 15) VOLUME +/– 5 (18) @/1 (spanning) 1 Z3 ./> 6 m/M 6 x7 NX 8 Om het voorste deksel te openen, drukt u op de knop onder het displayvenster. 4NL Afstandsbediening ALFABETISCHE VOLGORDE BESCHRIJVING VAN DE TOETSEN A–K Z1 @/1 (spanning) 4 ./> qa +/– qa X ws x ws m/M wd L–Z BASS +/– qj (17) CD N ws (9 - 11, 23) CLEAR 9 (10 - 12, 16) CLOCK/TIMER SELECT 6 (19) CLOCK/TIMER SET 7 (8, 18) CURSOR T/t wd (8, 12) DIMMER qk (19) DISPLAY wg (16, 19, 20) DSG qf (17) ENTER/YES 8 (8, 10, 12 - 14, 16, 18, 19, 22) FM MODE qd (15, 24) FUNCTION ql (9 - 13, 15, 22, 24) Letter- en cijfertoetsen wf (10, 12, 15) MENU/NO 0 (12 - 14, 16, 22) NAME EDIT/SELECT 3 (11, 16) PLAY MODE w; (9 - 11, 13, 23, 25) REPEAT qd (10) SCROLL 5 (12, 20) SLEEP 2 (17) SURROUND qg (17) TIME wh (11, 20) TREBLE +/– qh (17) TUNER BAND wa (13 - 15) TUNING MODE w; (13 - 15) VOL +/– qs (18) 12 34 5 6 7 8 9 0 qa wf wd ws wa w; qs qd qf qg ql qk Overzicht van de plaatsen van de toetsen en de verwijzingen naar de bijbehorende bladzijden wh wg qj qh 5NL Voorbereidingen Aansluiten van het systeem Volg de hiernaast vermelde procedure 1 t/m 5 op om uw systeem met behulp van de bijgeleverde snoeren en accessoires aan te sluiten. Het voorpaneel is van gehard glas. Ga voorzichtig met dit apparaat om. AM-raamantenne FM-antenne Rechter luidspreker Linker luidspreker Achterpaneel 1 4 2 3 1 Verwijder het achterpaneel. 5 2 Sluit de luidsprekers aan. Sluit de luidsprekersnoeren aan op de SPEAKER klemmen, zoals hieronder afgebeeld. Druk de nok in en trek het paneel omhoog 6NL 3 Sluit de FM/AM-antennes aan. Installeer de AM-raamantenne en sluit deze daarna aan. 4 Plaats het achterpaneel terug. Haal de draden onder het achterpaneel door. AM-antenne AM-raamantenne Zwart Wit FM-antenne (Type aansluiting A) Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit 5 Steek de stekker in het stopcontact. Indien de stekker niet in het stopcontact past, dient u de bijgeleverde adapter te bevestigen (alleen bij modellen met een adapter). Om het systeem in te schakelen, drukt u op @/1. Opmerking betreffende het glas van het voorpaneel FM-antenne (Type aansluiting B) Het glas van het voorpaneel is vervaardigd uit gehard glas. Onder normale omstandigheden is dit gehard glas schokbestendiger en sterker dan gewoon glas. Dit glas kan door een harde slag of krassen echter verbrijzelen. Opmerking Al naar gelang de aangesloten snoeren en antennes zult u het achterpaneel mogelijk niet weer op zijn plaats kunnen aanbrengen. FM-antenne (Type aansluiting C) Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit Voorbereiding van de afstandsbediening Voorbereidingen Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit Trek de isolatieplaat eruit zodat de batterij stroom kan leveren. In de afstandsbediening zit reeds een batterij. 7NL De batterij van de afstandsbediening vervangen 1 Schuif de batterijhouder eruit en verwijder deze. Instellen van de klok 1 Schakel het systeem in. 2 Druk op CLOCK/TIMER SET op de afstandsbediening. De aanduiding van de dag knippert. 3 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om de dag in te stellen, en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. De uur-indicatie begint te knipperen. 4 Druk herhaald op . of > op de 2 Plaats een nieuwe lithiumbatterij CR2025 met de + kant naar boven gericht. Een lithiumbatterij CR2025 afstandsbediening om het uur in te stellen, en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. De minuten-indicatie begint te knipperen. 5 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om de minuten in te stellen, en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. Indien u zich hebt vergist 3 Schuif de batterijhouder er weer in. Tip Wanneer het systeem niet langer op afstand kan worden bediend, vervang dan de batterij door een nieuw exemplaar. Opmerking Wanneer u de afstandsbediening lange tijd niet denkt te gebruiken, verwijder dan de batterij om mogelijke beschadiging tengevolge van batterijlekkage en corrosie te voorkomen. Opmerkingen betreffende de lithiumbatterij • Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van kinderen. Bij inslikken van de batterij dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd. • Veeg de batterij schoon met een droge doek om verzekerd te zijn van een goed contact. • Neem bij het plaatsen van de batterij altijd de juiste polariteit in acht. • Houd de batterij niet vast met een metalen pincet aangezien hierdoor kortsluiting kan optreden. WAARSCHUWING Indien er verkeerd met de batterij wordt omgegaan, kan deze ontploffen. De batterij mag niet worden opgeladen, gedemonteerd of in het vuur worden gegooid. 8NL Druk herhaald op TCURSOR of CURSORt op de afstandsbediening totdat de indicatie die u wilt wijzigen (dag, uur, minuten) knippert en wijzig daarna de instelling. Veranderen van de tijd 1 Druk op CLOCK/TIMER SET op de afstandsbediening. 2 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om “CLOCK SET?” te kiezen en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. 3 Volg dezelfde procedure als bij de bovenstaande stappen 3 t/m 5. CD Plaatsing van een CD 1 Druk op Z. “OPEN” verschijnt en er wordt overgeschakeld op de functie CD. 2 Plaats een CD en duw deze zachtjes Afspelen van een CD — NORMAL-afspeelfunctie/ SHUFFLE-afspeelfunctie/ REPEAT-afspeelfunctie Met dit systeem kunt u de CD op verschillende manieren afspelen. omlaag. De CD wordt naar binnen getrokken en het afspelen begint automatisch. Met het label naar voren. Muziekstuknummer Afspeelduur 1 Druk herhaald op FUNCTION om over te schakelen op de functie CD. 2 Druk in de stopstand herhaald op PLAY MODE op de afstandsbediening totdat de gewenste modus verschijnt. Tips Voor afspelen van De muziekstukken op de CD in de oorspronkelijke volgorde. SHUFFLE (SHUFFLEafspeelfunctie) De muziekstukken op de CD in willekeurige volgorde. PROGRAM (PROGRAMafspeelfunctie) De muziekstukken op de CD in de volgorde waarin u deze wilt afspelen (zie “Programmeren van CDmuziekstukken” op blz. 10). CD • Om een CD opnieuw te plaatsen, dient u eerst de nog aanwezige CD te verwijderen en vervolgens opnieuw te plaatsen. • U kunt een CD-single (8 cm CD) plaatsen zonder een adapter. • Door eenvoudig de CD te plaatsen, begint het afspelen automatisch (Automatisch afspelen van CD). Deze functie werkt echter niet wanneer de PROGRAM-afspeelfunctie is gekozen. Kies Geen indicatie (NORMALafspeelfunctie) 3 Druk op NX (of CD N op de afstandsbediening). wordt vervolgd 9NL Afspelen van een CD (vervolg) Andere bedieningsfuncties Om Doe het volgende Het afspelen te stoppen Druk op x. Te pauzeren Druk op NX (of X op de afstandsbediening). Druk opnieuw om verder te gaan met afspelen. Een muziekstuk te kiezen Druk tijdens het afspelen of pauzeren herhaald op . of > totdat u het gewenste muziekstuk hebt gevonden. Een bepaald punt in een muziekstuk te vinden Druk tijdens het afspelen op m of M en houd deze ingedrukt. Zodra het gewenste punt bereikt is, laat u de toets los. Herhaald af te spelen (REPEATafspeelfunctie) Druk tijdens het afspelen op REPEAT op de afstandsbediening totdat “REPEAT” of “REPEAT1” verschijnt. REPEAT: Alle muziekstukken op de CD tot vijfmaal. REPEAT1: Slechts één muziekstuk. Om de herhaalfunctie uit te schakelen, drukt u herhaald op REPEAT op de afstandsbediening totdat “REPEAT” of “REPEAT1” verdwijnt. Een CD te verwijderen Druk op Z om de CD te verwijderen en druk daarna opnieuw op Z om het deksel binnen in de disc-gleuf te sluiten. Een muziekstuknummer invoeren met de afstandsbediening In de NORMAL-afspeelfunctie kunt u het gewenste muziekstuk ook kiezen met de afstandsbediening (geen indicatie). Druk op de cijfertoetsen. Het afspelen begint automatisch. Programmeren van CD-muziekstukken — PROGRAM-afspeelfunctie U kunt een programma van maximaal 25 muziekstukken op een CD samenstellen in de volgorde waarin u deze wilt afspelen. 1 Druk herhaald op FUNCTION om over te schakelen op de functie CD. 2 Druk in de stopstand herhaald op PLAY MODE op de afstandsbediening totdat “PROGRAM” verschijnt. 3 Druk herhaald op . of > totdat het gewenste muziekstuknummer verschijnt. Gekozen muziekstuknummer Afspeelduur van het gekozen muziekstuk 4 Druk op ENTER/YES op de afstandsbediening. Het muziekstuk is nu geprogrammeerd. “Step” verschijnt, met daarna het volgordenummer van het zojuist geprogrammeerde muziekstuk. Daarna verschijnt het nummer van het laatst geprogrammeerde muziekstuk, gevolgd door de totale afspeelduur van het programma. Indien u zich hebt vergist, kunt u het laatste geprogrammeerde muziekstuk uit het programma wissen door indrukken van CLEAR op de afstandsbediening. Om muziekstuknummer 10 of hoger in te voeren 1 Druk op >10. 2 Voer de betreffende cijfers in. Om 0 in te voeren, drukt u in plaats van dat cijfer op 10/0. Voorbeeld: Om muziekstuknummer 30 in te voeren, drukt u eerst op >10 en daarna op 3 en 10/0. NL 10 Laatst geprogrammeerde muziekstuk Totale afspeelduur 5 Om nog meer muziekstukken te programmeren, herhaalt u de stappen 3 en 4. 6 Druk op NX (of CD N op de afstandsbediening). Andere bedieningsfuncties Om Doe het volgende De volgorde van de geprogrammeerde muziekstukken te controleren Druk tijdens het afspelen in geprogrammeerde volgorde herhaald op . of >. Het totale aantal geprogrammeerde muziekstukken te controleren Druk in de stopstand op TIME op de afstandsbediening. Het totale aantal geprogrammeerde muziekstukken verschijnt, gevolgd door het nummer van het laatste geprogrammeerde muziekstuk en de totale afspeelduur van het programma. De PROGRAMafspeelfunctie uit te schakelen Druk in de stopstand herhaald op PLAY MODE op de afstandsbediening totdat “PROGRAM” en “SHUFFLE” beide zijn verdwenen. In de stopstand een muziekstuk aan het programma toe te voegen Verricht de stappen 3 en 4. Een muziekstuk te wissen Druk in de stopstand op CLEAR op de afstandsbediening. Elke keer wanneer u deze toets indrukt, wordt steeds het laatste geprogrammeerde muziekstuk gewist. Invoeren van CD-titels — CD-geheugen U kunt maximaal 100 CD’s voorzien van titels van elk maximaal 20 symbolen en tekens. Elke keer wanneer u een CD met een titel plaatst, verschijnt de titel. 1 Druk herhaald op FUNCTION om over te schakelen op de functie CD. Indien “SHUFFLE” of “PROGRAM” verschijnt, drukt u herhaald op PLAY MODE op de afstandsbediening totdat beide indicaties zijn verdwenen. 2 Druk in de stopstand op NAME EDIT/ SELECT op de afstandsbediening. De cursor begint te knipperen. 3 Druk herhaald op NAME EDIT/SELECT op de afstandsbediening om het gewenste soort teken te kiezen. Soort teken Kies Hoofdletters/spatie/symbolen Selected AB Kleine letters/spatie/symbolen Selected ab Cijfers Selected 12 wordt vervolgd CD Tips • Uw programma blijft bewaard nadat het is afgespeeld. Om hetzelfde programma opnieuw af te spelen, schakelt u over op de functie CD en daarna drukt u op NX (of CD N op de afstandsbediening). • De indicatie “– –.– –” verschijnt op het display wanneer de totale afspeeltijd van uw CDprogramma langer is dan 100 minuten, of wanneer u probeert om 21 of meer muziekstukken te programmeren. 11NL Invoeren van CD-titels (vervolg) Om een teken te wissen of te wijzigen 4 Voer een teken in. Druk bij stap 3 of 4 herhaald op TCURSOR of CURSORt op de afstandsbediening totdat het teken dat u wilt wijzigen knippert. Druk op CLEAR op de afstandsbediening om het teken te wissen en herhaal daarna de stappen 3 en 4. Soort teken Doe het volgende Hoofdletters of kleine letters Druk herhaald op de betreffende lettertoets op de afstandsbediening totdat het teken dat u wilt invoeren knippert. In plaats daarvan kunt u ook eenmaal de toets indrukken en daarna herhaald op . of > drukken. Druk daarna op CURSORt op de afstandsbediening. Cijfers Druk op de betreffende cijfertoets op de afstandsbediening. Spatie Druk op 10/0 op de afstandsbediening. Symbolen (‘ – / , . ( ) : ! ?) Druk herhaald op cijfertoets 1 op de afstandsbediening. Symbolen Druk op cijfertoets 1 op de (& + < > _ = ” ; # afstandsbediening en druk $%@ `) herhaald op . of >. Druk daarna op CURSORt op de afstandsbediening. 5 Herhaal de stappen 3 en 4 om de volledige titel in te voeren. 6 Druk op ENTER/YES op de afstandsbediening. “Complete!” verschijnt. Om de titelinvoerfunctie uit te schakelen Druk op MENU/NO op de afstandsbediening. Om een teken toe te voegen Druk na stap 2 herhaald op TCURSOR of CURSORt op de afstandsbediening om de cursor te verplaatsen naar de positie waar u een teken wilt toevoegen. Ga daarna door naar stap 3. Controleren van de disctitels 1 Druk herhaald op FUNCTION om over te schakelen op de functie CD. 2 Druk in de stopstand op MENU/NO op de afstandsbediening. 3 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening totdat “Name Check?” verschijnt en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. 4 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om de disctitels te kiezen die in het systeemgeheugen zijn opgeslagen (001 t/m 100). Om de huidige disctitel te controleren Druk in de stopstand op SCROLL op de afstandsbediening. 12NL Tuner Wissen van een disctitel 1 Druk herhaald op FUNCTION om over te schakelen op de functie CD. Indien “SHUFFLE” of “PROGRAM” verschijnt, drukt u herhaald op PLAY MODE op de afstandsbediening totdat beide indicaties zijn verdwenen. 2 Druk in de stopstand op MENU/NO op de afstandsbediening. 3 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening totdat “Name Erase?” verschijnt en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. 4 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om de disctitel te kiezen die u wilt wissen. 5 Druk opnieuw op ENTER/YES op de afstandsbediening. “Complete!” verschijnt. Om alle disctitels te wissen Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening totdat bij stap 3 “All Erase?” verschijnt en druk daarna tweemaal op ENTER/YES op de afstandsbediening. Om de wisfunctie uit te schakelen Druk tijdens de stappen 1 t/m 4 op MENU/NO. Opmerking In het systeem kunnen in totaal 30 voorgeprogrammeerde zenders worden vastgelegd (20 FM-zenders en 10 AMzenders). U kunt afstemmen op elk van die zenders door eenvoudig het bijbehorende preselectienummer te kiezen. Er zijn twee methoden voor het opslaan van voorgeprogrammeerde zenders. Om Methode Automatisch af te Voorprogrammering met stemmen op alle zenders automatische afstemming die in uw omgeving ontvangen kunnen worden en vervolgens deze handmatig op te slaan Handmatig af te stemmen en de radiofrequentie van uw favoriete zenders op te slaan Voorprogrammering met handmatige afstemming Voorprogrammering van zenders door middel van automatische afstemming 1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of TUNER BAND op de afstandsbediening) om “FM” of “AM” te kiezen. 2 Druk herhaald op TUNING MODE op de afstandsbediening totdat “AUTO” verschijnt. Tuner Wanneer de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of wanneer er een stroomonderbreking optreedt, blijven de disctitels nog ongeveer een dag in het systeemgeheugen bewaard. Voorprogrammeren van radiozenders 3 Druk op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening). De frequentie-indicatie begint te veranderen en stopt wanneer het systeem op een zender is afgestemd. “TUNED” en “STEREO” (alleen bij een stereoprogramma) verschijnen. Indien “TUNED” niet verschijnt en het doorzoeken van de frequenties niet stopt Stel de frequentie van de gewenste radiozender in, zoals is beschreven bij de stappen 2 t/m 8 van “Voorprogrammering van zenders door middel van handmatige afstemming”. wordt vervolgd 13NL Voorprogrammeren van radiozenders (vervolg) 4 Druk op MENU/NO op de afstandsbediening. 5 Druk herhaald op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening) totdat “Memory?” verschijnt en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. Er verschijnt een preselectienummer. Voer de stappen 6 en 7 uit wanneer het preselectienummer knippert. 6 Druk herhaald op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening) om het gewenste preselectienummer te kiezen. 7 Druk op ENTER/YES op de afstandsbediening. “Complete!” verschijnt. De zender is nu in het geheugen vastgelegd. 8 Herhaal stappen 1 t/m 7 om andere zenders in het geheugen vast te leggen. 3 Druk herhaald op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening) om op de gewenste zender af te stemmen. 4 Druk op MENU/NO op de afstandsbediening. 5 Druk herhaald op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening) totdat “Memory?” verschijnt en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. Er verschijnt een preselectienummer. Voer de stappen 6 en 7 uit wanneer het preselectienummer knippert. 6 Druk herhaald op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening) om het gewenste preselectienummer te kiezen. 7 Druk op ENTER/YES op de afstandsbediening. “Complete!” verschijnt. De zender is nu in het geheugen vastgelegd. 8 Herhaal stappen 1 t/m 7 om andere zenders in het geheugen vast te leggen. Tip Druk op TUNING MODE op de afstandsbediening wanneer u wilt stoppen met het doorzoeken van de frequenties. Andere bedieningsfuncties Om Doe het volgende Voorprogrammering van zenders door middel van handmatige afstemming Af te stemmen op een zender met een zwak signaal Volg de procedure die wordt beschreven in “Voorprogrammering van zenders door middel van handmatige afstemming”. Te stoppen met het voorprogrammeren van zenders Druk bij stap 5 of 6 op MENU/NO op de afstandsbediening. 1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of TUNER BAND op de afstandsbediening) om “FM” of “AM” te kiezen. 2 Druk herhaald op TUNING MODE op de afstandsbediening totdat “MANUAL” verschijnt. 14NL De Begin opnieuw vanaf stap 1. voorgeprogrammeerde zender te wijzigen Om het AM-afsteminterval te veranderen (behalve bij het Europese model) Het AM-afsteminterval is in de fabriek ingesteld op 9 kHz (in bepaalde gebieden 10 kHz). Om het AMafsteminterval te veranderen, dient u eerst op een willekeurige AM-zender af te stemmen en daarna het systeem uit te schakelen. Terwijl u FUNCTION op het systeem ingedrukt houdt, schakelt u het systeem weer in. Wanneer u het interval verandert, worden alle voorgeprogrammeerde AM-zenders uit het geheugen gewist. Om het oorspronkelijke interval te herstellen, herhaalt u deze procedure. Tips • Wanneer de stekker uit het stopcontact wordt getrokken of indien er een stroomonderbreking optreedt, blijven de voorgeprogrammeerde zenders nog een halve dag in het geheugen bewaard. • U kunt de voorgeprogrammeerde zenders een naam geven (zie blz. 16). • Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde antennes opnieuw te richten of een in de handel verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten. Luisteren naar de radio U kunt naar een radiozender luisteren door een voorgeprogrammeerde zender te kiezen of door handmatig af te stemmen op een zender. Luisteren naar een voorgeprogrammeerde zender Eerst moet u de radiozenders in het geheugen van de tuner programmeren (zie “Voorprogrammeren van radiozenders” op blz. 13). 1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of TUNER BAND op de afstandsbediening) om “FM” of “AM” te kiezen. 2 Druk herhaald op TUNING MODE op de afstandsbediening totdat “PRESET” verschijnt. 3 Druk herhaald op TUNING – of + (of – of In plaats van stap 3 uit te voeren, drukt u op de cijfertoetsen. Om preselectienummer 10 of hoger in te voeren, drukt u op >10 en voert u de betreffende cijfers in. Om 0 in te voeren, drukt u in plaats van dat cijfer op 10/0. Voorbeeld: Om preselectienummer 20 in te voeren, drukt u op >10 en daarna op 2 en 10/0. Luisteren naar een nietvoorgeprogrammeerde radiozender — Handmatige afstemming 1 Druk herhaald op TUNER/BAND (of TUNER BAND op de afstandsbediening) om “FM” of “AM” te kiezen. 2 Druk herhaald op TUNING MODE op de afstandsbediening totdat “MANUAL” verschijnt. 3 Druk herhaald op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening) om op de gewenste zender af te stemmen. Tips • Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde antennes opnieuw te richten of een in de handel verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten. • Wanneer er tijdens een FM-stereoprogramma ruis optreedt, druk dan herhaald op FM MODE op de afstandsbediening totdat “MONO” verschijnt. Er is dan geen stereo-effect, maar de ontvangst verbetert. • Druk herhaald op TUNING MODE op de afstandsbediening totdat bij stap 2 “AUTO” verschijnt en druk daarna op TUNING – of + (of – of + op de afstandsbediening). De frequentieindicatie begint te lopen en stopt wanneer het systeem op een zender is afgestemd (Automatische afstemming). Tuner — Afstemmen op voorgeprogrammeerde zenders Om het gewenste preselectienummer te kiezen met de cijfertoetsen op de afstandsbediening + op de afstandsbediening) om de gewenste voorgeprogrammeerde radiozender (of zendernaam* of RDSzendernaam**) te kiezen. * De zendernaam verschijnt alleen indien u de zender een naam hebt gegeven (zie “Toewijzing van een naam aan een voorgeprogrammeerde zender” op blz. 16). ** Alleen Europees model. 15NL Toewijzing van een naam aan een voorgeprogrammeerde zender — Station Name U kunt elke voorgeprogrammeerde zender een naam van maximaal 10 symbolen of lettertekens geven (zendernaam). 1 Stem af op de voorgeprogrammeerde zender waaraan u een naam wilt geven (zie “Luisteren naar de radio” op blz. 15). 2 Volg dezelfde aanwijzingen als bij stappen 2 t/m 6 van “Invoeren van CDtitels” op blz. 11. Om de titelinvoerfunctie uit te schakelen Druk op MENU/NO op de afstandsbediening. Gebruik van het radioinformatiesysteem (RDS) (Uitsluitend het Europese model) Wat is het radio-informatiesysteem? Het radio-informatiesysteem (RDS: Radio Data System)* is een omroepdienst die radiozenders in staat stelt om extra informatie uit te zenden naast het gewone programmasignaal. Opmerking De RDS informatie zal niet altijd goed te ontvangen zijn, als de zender waarop u hebt afgestemd niet goed doorkomt of als de signaalsterkte onvoldoende is. * Niet alle FM-radiozenders geven RDS informatie door, en de zenders die dit wel doen bieden niet alle dezelfde soorten informatie. Als u niet vertrouwd bent met het RDS-systeem, doe dan navraag bij uw plaatselijke radiozenders voor details betreffende RDS-diensten in uw gebied. Ontvangen van RDSuitzendingen Om de zendernaam te wissen 1 Stem af op de zender. 2 Druk op NAME EDIT/SELECT op de afstandsbediening. 3 Druk herhaald op CLEAR op de afstandsbediening om de naam te wissen. 4 Druk op ENTER/YES op de afstandsbediening. Kies gewoon een zender op de FM-band. Wanneer u afstemt op een zender die RDSdiensten verzorgt, zal de zendernaam op het display verschijnen. Controleren van de RDS-informatie Bij elke druk op DISPLAY verandert het display als volgt: Zendernaam** t Frequentie t Klokdisplay t Volume ** Als de RDS-uitzending niet goed wordt ontvangen, kan de zendernaam niet worden weergegeven. 16NL Geluidsregeling Timer Regeling van het geluid Inslapen met muziek — SLEEP-timerfunctie Verkrijgen van een krachtiger geluid — DSG U kunt het systeem na verloop van een vooraf ingestelde tijd automatisch laten uitschakelen, zodat u kunt inslapen met muziek. Druk op DSG* op de afstandsbediening. Druk herhaald op SLEEP op de afstandsbediening. “DSG” verschijnt. Om DSG uit te schakelen, drukt u opnieuw op DSG op de afstandsbediening. * DSG: Dynamic Sound Generator Tip DSG is in de fabriek ingeschakeld. Bij elke druk op deze toets verandert de minuten-indicatie (de uitschakeltijd) als volgt: AUTO* t 90min t 80min t 70min t … t 10min t OFF * Het systeem wordt automatisch uitgeschakeld nadat het afspelen van de huidige geluidsbron is geëindigd (maximaal 4 uur). Surround-effecten kiezen Om Druk eenmaal op SLEEP op de afstandsbediening. “SURR” verschijnt. Om het surround-effect te annuleren, drukt u opnieuw op SURROUND op de afstandsbediening. De resterende inslaaptijd te controleren** De uitschakeltijd te wijzigen herhaald op SLEEP op de afstandsbediening om de gewenste sluimertijd te kiezen. Instellen van de lage en hoge tonen De SLEEPtimerfunctie uit te schakelen herhaald op SLEEP op de afstandsbediening totdat “OFF” verschijnt. Druk op SURROUND op de afstandsbediening. Voor afstelling van Druk Lage tonen herhaald op BASS + of – op de afstandsbediening. Hoge tonen herhaald op TREBLE + of – op de afstandsbediening. • U kunt de lage en hoge tonen afstellen in 7 stappen (van –3 tot +3). • Voor de oorspronkelijke geluidssterkte dient u BASS en TREBLE in te stellen op “– –”. Geluidsregeling/Timer Tips ** Wanneer “AUTO” is gekozen, kunt u de resterende speelduur niet controleren. 17NL Ontwaken met muziek — PLAY-timerfunctie Door instelling van de PLAY-timerfunctie kunt u het systeem op een vooraf ingestelde dag en tijd automatisch laten in- en uitschakelen. Om deze functie te gebruiken, dient u ervan verzekerd te zijn dat de klok goed is ingesteld (zie “Instellen van de klok” op blz. 8). 1 Tref de nodige voorbereidingen bij de geluidsbron die u wilt afspelen. • CD: Plaats een CD. Om te beginnen vanaf een bepaald muziekstuk, moet u eerst een programma maken (zie “Programmeren van CD-muziekstukken” op blz. 10). • Radio: Stem af op de gewenste voorgeprogrammeerde radiozender (zie “Luisteren naar de radio” op blz. 15). 2 Druk herhaald op VOLUME + of – (of VOL + of – op de afstandsbediening) om het volume in te stellen. 3 Druk op CLOCK/TIMER SET op de afstandsbediening. Wanneer “PLAY SET?” knippert, drukt u op ENTER/YES op de afstandsbediening. 4 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening totdat de gewenste timerfunctie verschijnt en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. Instelling Kies Slechts eenmaal afspelen PLAY ONCE? Elke dag afspelen PLAY DAILY? Elke week op dezelfde dag(en) afspelen PLAY WEEKLY? 5 Stel de starttijd voor afspelen in. Indien u bij stap 4 “PLAY ONCE?” of “PLAY WEEKLY?” hebt gekozen, druk dan op . of > op de afstandsbediening om de dag in te stellen en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. De uur-indicatie begint te knipperen. Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om het uur in te stellen, en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. De minuten-indicatie begint te knipperen. Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om de minuten in te stellen, en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. De volgende indicatie knippert opnieuw indien u bij stap 4 hebt gekozen voor: “PLAY ONCE?” of “PLAY WEEKLY?”: De dagindicatie “PLAY DAILY?”: De uurindicatie. 6 Stel de stoptijd voor afspelen in volgens de procedure bij stap 5. 7 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening totdat de gewenste geluidsbron verschijnt. De indicatie verandert als volgt: TUNER y CD PLAY 8 Druk op ENTER/YES op de afstandsbediening. Achtereenvolgens verschijnen de timerfunctie, de inschakeltijd, de uitschakeltijd, de geluidsbron en het volume en daarna verschijnt weer de oorspronkelijke indicatie. 9 Druk op @/1 om het systeem uit te schakelen. 18NL Display Om Doe het volgende De instellingen te controleren Druk op CLOCK/TIMER SELECT op de afstandsbediening en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. Wanneer “PLAY ON?” verschijnt, druk dan op ENTER/YES op de afstandsbediening. De timer te activeren Druk op CLOCK/TIMER SELECT op de afstandsbediening en druk daarna op . of > op de afstandsbediening totdat “PLAY ON?” verschijnt en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. De instelling te wijzigen Begin opnieuw vanaf stap 1. De timer uit te schakelen Druk op CLOCK/TIMER SELECT op de afstandsbediening en druk daarna op . of > op de afstandsbediening totdat “TIMER OFF?” verschijnt en druk daarna op ENTER/YES op de afstandsbediening. Opmerkingen • Bedien het systeem niet vanaf het tijdstip waarop het systeem wordt ingeschakeld tot aan het tijdstip waarop het afspelen begint (ongeveer 15 seconden vóór de ingestelde tijd). Anders zal de timer niet op de juiste wijze worden geactiveerd. • Indien u de PLAY-timerfunctie op hetzelfde moment gebruikt als de SLEEP-timerfunctie, heeft de SLEEP-timerfunctie voorrang. • Als geluidsbron voor de PLAY-timerfunctie kunt u geen gebruikmaken van de los verkrijgbare componenten die zijn aangesloten op de PC/TAPE/ MD IN-aansluiting. Uitschakelen van het display — Energiebesparingsmodus Ook wanneer het systeem is uitgeschakeld, wordt er door het systeem nog stroom verbruikt om de tijd te kunnen weergeven en om te kunnen reageren op commando’s van de afstandsbediening. Met de energiebesparingsmodus kunt u het stroomverbruik in de wachtstand tot een minimum terugbrengen. In deze modus wordt de klokindicatie niet weergegeven. Druk, met het systeem uitgeschakeld, op DISPLAY totdat de klokindicatie is verdwenen. Uitschakelen van de energiebesparingsmodus Druk op DISPLAY terwijl het systeem is uitgeschakeld. Het display verandert als volgt: Klokdisplay* y Geen indicatie (energiebesparingsmodus) * De tijd wordt alleen weergegeven wanneer u de klok hebt ingesteld. Tip Ook in de energiebesparingsmodus blijft de timer werken. De helderheid van het display veranderen Druk herhaald op DIMMER op de afstandsbediening terwijl het systeem is ingeschakeld. Display U kunt de helderheid van het display veranderen. De helderheid verandert in vaste volgorde. Tip De helderheid is in de fabriek ingesteld op hoog. 19NL Gebruik van het display U kunt de resterende speelduur van het huidige muziekstuk of de gehele CD controleren. Wanneer er een CD TEXT-disc is geplaatst, kunt u ook de informatie controleren die op de disc is vastgelegd, zoals de titels. Controleren van de resterende speelduur Druk tijdens normaal afspelen herhaald op TIME op de afstandsbediening. Het display verandert steeds als volgt: Verstreken afspeelduur van huidig muziekstuk t Resterende afspeelduur van huidig muziekstuk* t Resterende speelduur van de huidige CD** * “– –.– –” verschijnt wanneer u probeert om de resterende speelduur van muziekstuk 21 of hoger op een CD te controleren. ** “– –.– –” verschijnt tijdens het afspelen in willekeurige volgorde van een CD die 21 of meer muziekstukken bevat, of tijdens het afspelen in geprogrammeerde volgorde wanneer muziekstuk 21 of hoger op de CD is gekozen. Controleren van de totale speelduur Druk in de stopstand op TIME op de afstandsbediening. Controleren van een muziekstuktitel, een disctitel (CD) Druk herhaald op DISPLAY. Het display verandert steeds als volgt: Klokdisplay t Volume*1 t Afspeelduur van de CD*2 t Muziekstuktitel of disc-titel*3 *1 Na 8 seconden verschijnt de afspeelduur van de CD. *2 De indicatie die verschijnt, is afhankelijk van de stand waarin de betreffende disc zich bevindt: Indien de disc is stopgezet: De totale afspeelduur van de CD wordt weergegeven. Indien de disc bezig is met afspelen: De verstreken afspeelduur van het muziekstuk, de resterende afspeelduur van het muziekstuk of de resterende afspeelduur van de CD worden weergegeven. 3 * Tijdens het afspelen verschijnt de muziekstuktitel (alleen bij CD’s met CD TEXT) en de disc-titel verschijnt wanneer de disc is stopgezet. Indien er een CD zonder titel is geplaatst, wordt de muziekstuktitel of de disc-titel overgeslagen. 20NL Controleren van een zendernaam (tuner) Druk herhaald op DISPLAY. Het display verandert steeds als volgt: Zendernaam* t Frequentie** t Klokdisplay t Volume** * Indien de zender geen naam heeft, wordt de zendernaam overgeslagen. ** Na 8 seconden verschijnt weer de indicatie van de zendernaam (of de frequentie indien de zender geen naam heeft). Om een lange naam bewegend te laten verschijnen Druk op SCROLL op de afstandsbediening. De titel verschijnt bewegend op het display. Om de bewegende titel tijdelijk stop te zetten, drukt u opnieuw op SCROLL op de afstandsbediening. Tips • Indien een CD met CD TEXT die de naam van de artiest bevat, is stopgezet en u op TIME op de afstandsbediening drukt, verschijnt de naam van de artiest bewegend op het display. • Om een CD een disc-titel te geven, zie “Invoeren van CD-titels” op blz. 11. • Om een voorgeprogrammeerde zender een naam te geven, zie “Toewijzing van een naam aan een voorgeprogrammeerde zender” op blz. 16. Los verkrijgbare componenten Aansluiten van los verkrijgbare componenten Om uw systeem te verbeteren, kunt u optionele componenten aansluiten. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met de betreffende component is meegeleverd. Hoofdtelefoon Los verkrijgbare component Van de audio-uitgangen van een los verkrijgbare component Los verkrijgbare component A PC/TAPE/MD OUT-aansluiting Gebruik een audiosnoer (niet bijgeleverd) om een los verkrijgbare component (zoals een PC, een cassettedeck of een MD-deck) aan te sluiten op deze aansluitbus. U kunt dan vanaf dit systeem het analoge geluid uitvoeren naar de betreffende component. B PC/TAPE/MD IN-aansluiting Gebruik een audiosnoer (niet bijgeleverd) om een los verkrijgbare component (zoals een PC, een cassettedeck of een MD-deck) aan te sluiten op deze aansluitbus. U kunt dan via dit systeem luisteren naar het analoge geluid van de betreffende component. Naar de digitale ingangsaansluiting van een digitale component Los verkrijgbare digitale component C OPTICAL CD DIGITAL OUTaansluiting Gebruik een digitale optische kabel (vierkant, niet bijgeleverd) om een los verkrijgbare digitale component (zoals een MD-deck) aan te sluiten op deze aansluitbus. U kunt dan vanaf dit systeem het digitale geluid uitvoeren naar de betreffende component. Los verkrijgbare componenten Naar de audioingangen van een los verkrijgbare component D PHONES-aansluiting Op deze aansluitbus kunt u de hoofdtelefoon aansluiten. 21NL Luisteren naar het geluid van een aangesloten component Digitaal opnemen op een digitale component 1 Sluit het audiosnoer aan. Zie “Aansluiten van los verkrijgbare componenten” op blz. 21. 1 Sluit de digitale optische kabel aan. 2 Druk herhaald op FUNCTION totdat Zie “Aansluiten van los verkrijgbare componenten” op blz. 21. “PC”, “MD” of “TAPE” op het display verschijnt. Begin met het afspelen van de aangesloten component. Om de gewenste aangesloten component te kiezen 1 Schakel het systeem in. 2 Druk herhaald op FUNCTION totdat “PC”, “MD” of “TAPE” op het display verschijnt. 3 Druk op MENU/NO op de afstandsbediening. 4 Druk herhaald op . of > op de afstandsbediening om de gewenste aangesloten component te kiezen. Om te luisteren naar Kies De aangesloten PC PC? Het aangesloten MD-deck MD? Het aangesloten tapedeck TAPE? 5 Druk op ENTER/YES op de afstandsbediening. 22NL Opnemen op een aangesloten component 2 Begin met opnemen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met de aangesloten component is meegeleverd. Analoog opnemen op een component 1 Sluit het audiosnoer aan. Zie “Aansluiten van los verkrijgbare componenten” op blz. 21. 2 Begin met opnemen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die met de aangesloten component is meegeleverd. Verhelpen van storingen De afstandsbediening werkt niet. Problemen en oplossingen Indien er tijdens het gebruik van dit systeem een storing optreedt, raadpleeg dan de onderstaande storingsgids. Controleer eerst of de stekker van het systeem goed in het stopcontact zit en of de luidsprekers juist en stevig zijn aangesloten. Als een probleem niet te verhelpen is, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. Algemeen “– –:– –” verschijnt op het display. • Verwijder het obstakel. • Breng de afstandsbediening dichter naar het systeem. • Richt de afstandsbediening naar de sensor op het systeem. • Vernieuw de CR2025 batterij. • Plaats het systeem op grotere afstand van de TL-buisverlichting. CD-speler Het deksel binnen de disc-gleuf gaat niet open en “LOCKED” verschijnt. • Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. • Stel de klok en de timer opnieuw in (zie blz. 8). De CD kan niet worden verwijderd. Er is geen geluid. • Stel het volume in. • Zorg dat de hoofdtelefoon niet is aangesloten. • Controleer de luidsprekeraansluitingen (zie blz. 6). Het geluid komt van slechts één kanaal, of het links/rechts-volume is niet gebalanceerd. • Sluit de luidsprekersnoeren goed aan (zie blz. 6). • Plaats de luidsprekers zo symmetrisch mogelijk. • Sluit de bijgeleverde luidsprekers aan. Er is veel brom of ruis. De timer kan niet worden ingesteld. • Stel de klok opnieuw in (zie blz. 8). De timer werkt niet. • Activeer de timer (zie “Om de timer te activeren” op blz. 19). • Controleer de instellingen en zorg dat de klok goed is ingesteld (zie blz. 8 of 19). • Nadat u de timer hebt ingesteld, druk dan altijd op `/1 om het systeem uit te schakelen. • Het systeem wordt circa 15 seconden vóór de ingestelde tijd ingeschakeld. Het afspelen begint niet. • • • • Plaats een CD. Veeg de CD schoon (zie blz. 26). Vervang de CD. De CD is met de labelkant naar binnen geplaatst. Plaats de CD op de juiste wijze. • Verwijder de CD en veeg het vocht van de CD. Laat het systeem daarna een paar uur ingeschakeld totdat het vocht is verdampt. • Druk op NX (of CD N op de afstandsbediening) om het afspelen te laten beginnen. De CD slaat over. • Veeg de CD schoon (zie blz. 26). • Vervang de CD. • Verplaats het systeem zo mogelijk naar een plek zonder trillingen (bijvoorbeeld op een stabiele stander). • Plaats de luidsprekers zo mogelijk op grotere afstand van het systeem, of plaats ze op aparte standers. Wanneer u naar een muziekstuk luistert met lage tonen en een hoog volume, is de kans aanwezig dat de CD door de trillingen van de luidsprekers overslaat. Verhelpen van storingen • Zet het systeem verder weg van de storingsbron. • Sluit het systeem aan op een ander stopcontact. • Monteer een ruisfilter (in de handel verkrijgbaar) op de elektriciteitsleiding. • Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. Het afspelen begint niet vanaf het eerste muziekstuk. • Druk, met het systeem stopgezet, herhaald op PLAY MODE op de afstandsbediening totdat “PROGRAM” en “SHUFFLE” zijn verdwenen om terug te keren naar normaal afspelen. wordt vervolgd 23NL Problemen en oplossingen (vervolg) Tuner Er is veel brom of ruis (“TUNED” of “STEREO” knippert). • Stel de juiste golfband en frequentie in (zie blz. 13). • Zorg dat de antenne goed is aangesloten (zie blz. 7). • Zoek een plaats en een oriëntatie die geschikt zijn voor een goede ontvangst en installeer daarna de antenne opnieuw. Indien u geen goede ontvangst krijgt, is het raadzaam om een in de handel verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten. • De bijgeleverde FM-draadantenne ontvangt signalen over de volle lengte, dus zorg ervoor dat u de antenne helemaal uittrekt. • Plaats de antennes zo ver mogelijk van de luidsprekersnoeren. • Raadpleeg uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar indien de bijgeleverde AM-antennedraad is losgeraakt van de plastic houder. • Schakel de elektrische apparatuur in de buurt uit, indien mogelijk. Een stereo FM-programma kan niet in stereo ontvangen worden. • Druk op FM MODE op de afstandsbediening totdat “MONO” is verdwenen. • Zie “Er is veel brom of ruis (“TUNED” of “STEREO” knippert).”, en controleer de antenne. Los verkrijgbare componenten Er is geen geluid. • Raadpleeg de algemene rubriek “Er is geen geluid.” op blz. 23 en controleer de toestand van het systeem. • Sluit de component goed aan (zie blz. 21) en controleer daarbij: – of de snoeren goed zijn aangesloten. – of de stekkers van de snoeren er goed zijn ingeduwd. • Schakel de aangesloten component in. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die is meegeleverd met de aangesloten component en begin met afspelen. • Druk herhaald op FUNCTION totdat “PC” (of “MD” of “TAPE”) verschijnt. Het geluid is vervormd. • Stel het volume van de aangesloten component lager in. • De externe ingang is mogelijk te groot. Zet de externe functie op “MD” (zie blz. 22). Indien het systeem ook na het nemen van de bovenstaande maatregelen nog niet goed werkt, dient u het systeem als volgt opnieuw in te stellen: Met het systeem ingeschakeld drukt u Z, TUNER/BAND en FUNCTION gelijktijdig in. “COLD RESET” verschijnt en het systeem wordt uitgeschakeld. Het systeem is nu opnieuw ingesteld en de fabrieksinstellingen zijn weer van kracht. Alle door u gemaakte instellingen zijn geannuleerd. Zorg dat u alle noodzakelijke instellingen herstelt. Opmerking In de energiebesparingsmodus kunt u het systeem niet in de oorspronkelijke stand terugzetten. 24NL Aanvullende informatie Zelfdiagnose-display Meldingen Tijdens bediening kan er op het display één van de onderstaande meldingen verschijnen of knipperen. CD Complete! De CD-montage (Disc Memo) eindigde normaal. File Full Er zijn reeds 100 disctitels in het systeem ingevoerd. Initialize Het systeem wordt geïnitialiseerd. Gedurende deze tijd kunt u geen CD plaatsen. Wacht totdat “Initialize” is verdwenen. No Disc Er bevindt zich geen disc in de CD-speler. —OVER— Het einde van de CD is bereikt terwijl u tijdens de afspeelpauze M ingedrukt houdt. Push STOP! Tijdens het afspelen hebt u op PLAY MODE op de afstandsbediening gedrukt. Step Full! U probeert om 26 of meer muziekstukken (stappen) te programmeren. Voorzorgsmaatregelen De naamplaat bevindt zich buiten op de onderkant. LET OP Indien de batterij verkeerd is geplaatst, kan deze ontploffen. Vervang de batterij uitsluitend door één van hetzelfde type of een gelijkwaardig type dat door de fabrikant is aanbevolen. Gebruikte batterijen dienen overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant te worden weggedaan. Netspanning Controleer vóór bediening van het systeem of de bedrijfsspanning van uw systeem overeenkomt met de plaatselijke netspanning. Voor uw veiligheid • Het voorpaneel is van gehard glas. Onder normale omstandigheden is dit gehard glas schokbestendiger en sterker dan gewoon glas. Dit glas kan door een harde slag of krassen echter verbrijzelen. • Het apparaat blijft op de stroombron (netspanning) aangesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, zelfs indien het apparaat zelf is uitgeschakeld. • Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt het systeem geruime tijd niet te gebruiken. Pak de stekker vast om deze uit het stopcontact te trekken. Trek nooit aan het snoer zelf. • Mocht er een vast voorwerp of vloeistof in het systeem terechtkomen, trek dan de stekker uit het stopcontact en laat het systeem eerst door een deskundige controleren alvorens het weer in gebruik te nemen. • Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend servicecentrum worden vernieuwd. Installeren Aanvullende informatie • Installeer het systeem niet in een hellende positie. • Installeer het systeem niet: — op uiterst warme of koude plaatsen — op stoffige of vuile plaatsen — in een zeer vochtige omgeving — op plaatsen die aan trillingen onderhevig zijn — op plaatsen die zijn blootgesteld aan direct zonlicht. • Wees voorzichtig wanneer u het apparaat of de luidsprekers op een ondergrond plaatst die een speciale behandeling heeft ondergaann (met was, olie, polijstmiddel, enz.) aangezien er hierdoor vlekken op de ondergrond kunnen ontstaan of de ondergrond kan gaan verkleuren. wordt vervolgd 25NL Voorzorgsmaatregelen (vervolg) Ontwikkeling van hitte • Tijdens gebruik wordt het apparaat warm, maar dit is geen defect. • Om de ontwikkeling van warmte in het systeem te voorkomen, dient u het systeem te installeren op een plaats met voldoende ventilatie en mag u geen voorwerpen op het kastwerk plaatsen. Indien u dit systeem voortdurend met een hoog volume gebruikt, zal de temperatuur van de behuizing aan de bovenkant, zijkanten en onderkant aanzienlijk stijgen. Om te voorkomen dat u zich brandt, mag u de behuizing niet aanraken. Om een defect te voorkomen, mag u de ventilatieopening niet afdekken. Bediening Indien het systeem rechtstreeks van een koude naar een warme omgeving wordt gebracht, of in een zeer vochtige kamer wordt geplaatst, kan vocht uit de lucht condenseren op de lens in de CD-speler. In dergelijke gevallen zal het systeem niet juist werken. Verwijder de CD en laat het systeem ongeveer een uur ingeschakeld staan totdat de condens is verdampt. Indien u vragen of problemen het betreffende uw systeem, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar. Luidsprekersysteem Dit luidsprekersysteem is niet magnetisch afgeschermd. Hierdoor kan op sommige TVtoestellen magnetische vervorming van het beeld optreden. Schakel in een dergelijk geval de TV uit en na 15 tot 30 minuten weer in. Indien de storing hierdoor niet wordt verholpen, dient u het luidsprekersysteem verder van het TV-toestel te plaatsen. Plaats ook geen voorwerpen waaraan magneten zijn bevestigd of waarin magneten worden gebruikt, zoals audiorekken, TV-standers en speelgoed, dicht bij het luidsprekersysteem. Deze kunnen magnetische vervorming van het TV-beeld veroorzaken ten gevolge van hun inwerking op het systeem. 26NL Opmerkingen over CD’s • Alvorens u een CD gaat afspelen, dient u het oppervlak van de CD schoon te vegen met een doek. Veeg de CD vanaf het midden naar de rand. • Gebruik geen CD met plakband, etiketten of lijm erop omdat het systeem hierdoor beschadigd kan raken. • Gebruik geen oplosmiddelen. • Stel de CD niet bloot aan direct zonlicht of warmtebronnen. • Discs met een onregelmatige vorm (bijvoorbeeld een hart, vierkant of ster) kunnen op dit systeem niet worden afgespeeld. Indien u probeert om dat wel te doen, kan het systeem beschadigd raken. Maak daarom geen gebruik van dergelijke discs. Opmerking betreffende het afspelen van CD-R’s en CD-RW’s Discs die zijn opgenomen in CD-R- en CD-RWstations kunnen soms niet worden afgespeeld vanwege krassen of vuil, of vanwege de conditie van de opname of de kenmerken van het station. Ook kunnen discs die aan het einde van de opname nog niet afgewerkt zijn, niet worden afgespeeld. Reiniging van de behuizing Reinig de behuizing, het paneel en de regelaars met een zachte doek die licht is bevochtigd met een oplossing van mild schoonmaakmiddel. Gebruik hiervoor geen schuurkussentjes, schuurpoeder of oplosmiddelen zoals verdunner, wasbenzine of alcohol. Technische gegevens CD-speler Systeem Laser Hoofdapparaat (HCD-EX5) Versterker Noord-Amerikaans model: Continu RMS-uitgangsvermogen (referentie): 15 + 15 W (4 ohm bij 1 kHz, 10% THD) Europees model: DIN-uitgangsvermogen (nominaal): 12 + 12 W (4 ohm bij 1 kHz, DIN) Continu RMS-uitgangsvermogen (referentie): 15 + 15 W (4 ohm bij 1 kHz, 10% THD) Muziek-uitgangsvermogen (referentie): 15 + 15 W Overige modellen: De volgende waarden zijn gemeten bij 220 V wisselstroom, 60 Hz DIN-uitgangsvermogen (nominaal): 12 + 12 W (4 ohm bij 1 kHz, DIN, 110 V – 240 V wisselstroom) Continu RMS-uitgangsvermogen (referentie): 15 + 15 W (4 ohm bij 1 kHz, 10% THD, 110 V – 240 V wisselstroom) Tuner FM-stereo, FM/AM superheterodyne tuner FM-tuner Afstembereik Noord-Amerikaans model: Overige modellen: Antenne Antenneaansluitingen Middenfrequentie 87,5 – 108,0 MHz (100 kHz stap) 87,5 – 108,0 MHz (50 kHz stap) FM-draadantenne 75 ohm asymmetrisch 10,7 MHz AM-tuner Afstembereik Model voor Noord- en Zuid-Amerika: 530 – 1 710 kHz (met interval ingesteld op 10 kHz) 531 – 1 710 kHz (met interval ingesteld op 9 kHz) Europees model: 531 – 1 602 kHz (met interval ingesteld op 9 kHz) Overige modellen: 530 – 1 710 kHz (met interval ingesteld op 10 kHz) 531 – 1 602 kHz (met interval ingesteld op 9 kHz) Antenne AM-raamantenne, buitenantenneaansluitingen Middenfrequentie 450 kHz Luidsprekers (SS-CEX5) Luidsprekersysteem Luidsprekereenheden Woofer Tweeter Nominale impedantie Afmetingen (b/h/d) Gewicht 2-weg, basreflex-type 10 cm diameter, conus-type 2,5 cm diameter, koepel-type 4 ohm ca. 160 × 235 × 150 mm ca. 1,5 kg netto per luidspreker Aanvullende informatie Ingangen PC/TAPE/MD IN (stereo-mini-aansluiting): spanning 450 mV (MD)/ spanning 250 mV (PC/ TAPE), impedantie 47 kilohm Uitgangen PC/TAPE/MD OUT (stereo-mini-aansluiting): spanning 250 mV, impedantie 1 kilohm PHONES (stereo-mini-aansluiting): geschikt voor hoofdtelefoons met een impedantie van 8 ohm of meer OPTICAL CD DIGITAL OUT (Ondersteunde bemonsteringsfrequentie: 44,1 kHz) Frequentiebereik Compactdisc- en digitaal audiosysteem Halfgeleider-laser (λ = 795 nm) Emissieduur: continu 2 Hz – 20 kHz wordt vervolgd 27NL Technische gegevens (vervolg) Algemeen Stroomvoorziening Noord-Amerikaans model: 120 V AC, 60 Hz Europees model: 230 V AC, 50/60 Hz Mexicaans model: 120 V AC, 60 Hz Australisch model: 220 – 240 V AC, 50/60 Hz Koreaans model: 220 V AC, 60 Hz Chinees model: 220 V AC, 50/60 Hz Overige modellen: 110 – 240 V AC, 50/60 Hz Stroomverbruik Europees model: Overige modellen: Zie de naamplaat 0,25 W (in de energiebesparingsmodus) Zie de naamplaat Afmetingen (b/h/d) ca. 186 × 235 × 157 mm incl. uitstekende onderdelen en knoppen Gewicht ca. 3,0 kg Bijgeleverde accessoires Afstandsbediening met batterij (1) AM-raamantenne (1) FM-draadantenne (1) Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. 28NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140

Sony cmt ex5 de handleiding

Categorie
Auto media-ontvangers
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor