Documenttranscriptie
Uit veiligheidsoverwegingen moet u dit
systeem in het dashboard van de auto
installeren. Raadpleeg de bijgeleverde
handleiding voor installatie/aansluitingen voor
meer informatie over de installatie en
aansluitingen.
Waarschuwing als het contactslot van
de auto geen ACC-positie heeft
Als de motor is uitgeschakeld, moet u op
(OFF) drukken en deze toets ingedrukt
houden tot het display verdwijnt.
Als u dit niet doet, wordt het display niet
uitgeschakeld en raakt de accu uitgeput.
Verwijdering van oude elektrische
en elektronische apparaten
(Toepasbaar in de Europese Unie en
andere Europese landen met
gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet
echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve
gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor
meer details in verband met het recyclen van dit product,
neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het
bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Accessoire waarop dit van toepassing is:
Afstandsbediening
Dit label bevindt zich aan de onderkant van het
apparaat.
Het naamplaatje met de bedrijfsspanning,
enzovoort bevindt zich aan de onderkant van de
behuizing.
Hierbij verklaart Sony Corp. dat het toestel
MEX-BT5100 in overeenstemming is met de
essentiële eisen en de andere relevante
bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Nadere informatie kunt u vinden op:
http://www.compliance.sony.de/
Het gebruik van deze radioapparatuur is niet
toegestaan in het geografische gebied binnen een
straal van 20 km vanaf het centrum van NyAlesund, Svalbard in Noorwegen.
2
Verwijdering van oude batterijen (in
de Europese Unie en andere
Europese landen met afzonderlijke
inzamelingssystemen)
Dit symbool op de batterij of verpakking wijst erop dat de
meegeleverde batterij van dit product niet als
huishoudelijk afval behandeld mag worden. Door deze
batterijen op juiste wijze af te voeren, voorkomt u voor
mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Het recycleren van materialen draagt bij
tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. In het geval dat
de producten om redenen van veiligheid, prestaties dan
wel in verband met data-integriteit een permanente
verbinding met batterij vereisen, dient deze batterij enkel
door gekwalificeerd servicepersoneel vervangen te
worden. Om ervoor te zorgen dat de batterij op een juiste
wijze zal worden behandeld, dient het product aan het
eind van zijn levenscyclus overhandigd te worden aan het
desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van
elektro-, en elektronisch-materiaal. Voor alle andere
batterijen verwijzen we u naar het gedeelte hoe de batterij
veilig uit het product te verwijderen. Overhandig de
batterij bij het desbetreffende inzamelingspunt voor de
recyclage van batterijen. Voor meer details in verband met
het recyclen van dit product of batterij, neemt u contact op
met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst
belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel
waar u het product hebt gekocht.
Inhoudsopgave
Welkom! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Bluetooth-functie
Aan de slag
Voordat u de Bluetooth-functie gebruikt . . . . 16
Menubewerkingen voor de
Bluetooth-functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Bluetooth-instellingen configureren. . . . . . 16
Dit systeem koppelen en verbinden met een
Bluetooth-apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Verbinding maken met geregistreerde
apparaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Handsfree bellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Bellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Gesprekken ontvangen . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Gesprekken beëindigen . . . . . . . . . . . . . . . 19
Het telefoonboek gebruiken . . . . . . . . . . . . 19
Snelkeuzenummers gebruiken . . . . . . . . . . 20
Muziek streamen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Muziek van een audioapparaat
beluisteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Een audioapparaat bedienen met dit
systeem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Overige instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Een handsfree apparaat instellen . . . . . . . . 20
De registratie van een verbonden apparaat
verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Functie voor automatisch verbinding
maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Het systeem opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . 6
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Het volume aanpassen van elk apparaat . . . . . . 6
Het voorpaneel verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . 6
Het voorpaneel bevestigen . . . . . . . . . . . . . . 7
De disc in het systeem plaatsen . . . . . . . . . . . . . 7
De disc uitwerpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Bedieningselementen en algemene
handelingen
Audiofunctie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Bluetooth-functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
CD
Displayitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . 12
Radio
Zenders opslaan en ontvangen. . . . . . . . . . . . . 13
Automatisch opslaan — BTM . . . . . . . . . . 13
Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
De opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . 13
Automatisch afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . 13
Een zender via een lijst ontvangen
— LIST . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
AF en TA instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
PTY selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
CT instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Overige functies
Menu-items aanpassen — MENU . . . . . . . . .
De equalizercurve aanpassen
— EQ3 Tune . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Optionele apparaten gebruiken . . . . . . . . . . . .
CD/MD-wisselaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Extra audioapparatuur . . . . . . . . . . . . . . . .
Bedieningssatelliet RM-X4S . . . . . . . . . . .
22
23
24
24
25
25
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Opmerkingen over discs. . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over MP3-/
WMA-bestanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over ATRAC CD's . . . . . . . . . .
Informatie over de Bluetooth-functie. . . . .
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het systeem verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . .
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . .
26
26
26
27
27
28
29
30
31
33
3
Vervaardigd onder licentie
van BBE Sound, Inc.
Onder licentie van BBE
Sound, Inc. onder USP5510752 en 5736897.
BBE en het BBE-symbool zijn geregistreerde
handelsmerken van BBE Sound, Inc.
Met het BBE MP-proces (Minimized
Polynomial Non-Linear Saturation) wordt
digitaal gecomprimeerd geluid, zoals MP3,
verbeterd. Tijdens dit proces worden namelijk
de hogere boventonen die zijn verloren door de
compressie, hersteld en versterkt. Met het BBE
MP-proces worden gelijkmatige boventonen
gegenereerd uit het bronmateriaal, waardoor
warmte, detail en nuance worden hersteld.
R
Het woordmerk Bluetooth en de logo's van
Bluetooth zijn eigendom van Bluetooth SIG, Inc.
en Sony Corporation gebruikt deze items onder
licentie. Overige handelsmerken en merknamen
zijn eigendom van de respectieve eigenaars.
SonicStage en het bijbehorende logo zijn
handelsmerken van Sony Corporation.
"ATRAC" en het bijbehorende logo zijn
handelsmerken van Sony Corporation.
Microsoft, Windows Media
en het Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken
van Microsoft Corporation in
de VS en/of andere landen.
Welkom!
Dank u voor de aankoop van dit Sony
Bluetooth™-audiosysteem. U kunt tijdens het
rijden genieten van de volgende functies.
• CD's afspelen
U kunt CD-DA's (met CD TEXT*), CD-R's/
CD-RW's (ook MP3-/WMA-bestanden die in
meerdere sessies zijn opgenomen (pagina 26))
en ATRAC CD's (ATRAC3- en ATRAC3plusindeling (pagina 27)) afspelen.
Soorten discs
Label op de disc
CD-DA
MP3
WMA
ATRAC CD
• Radio-ontvangst
– U kunt maximaal 6 zenders per band opslaan
(FM1, FM2, FM3, MW en LW).
– BTM (Best Tuning Memory): het systeem
selecteert zenders met sterke signalen en slaat
ze op.
• RDS-diensten
U kunt FM-zenders met RDS (Radio Data
System) gebruiken.
• Bluetooth-functie
– Handsfree bellen met uw mobiele telefoon in
de auto.
– Telefoonboek overbrengen vanaf uw mobiele
telefoon.
– Muziek streamen vanaf uw mobiele telefoon
of draagbare audioapparaat.
– De profielen HFP 1.0, A2DP, OPP en AVRCP
worden ondersteund.
• Geluid regelen
– EQ3 parametric: u kunt kiezen uit 7
ingestelde equalizercurves en deze
desgewenst aanpassen.
– DSO (Dynamic Soundstage Organizer):
verbreedt het geluidsveld, waarbij virtuele
luidsprekersynthese zorgt voor een
verbetering van het geluid, zelfs als de
luidsprekers onder in de deur zijn
geïnstalleerd.
– BBE MP: verbetert digitaal gecomprimeerd
geluid, zoals MP3.
* Een CD TEXT-disc is een CD-DA die informatie
bevat, zoals discnamen, artiestennamen en
tracknamen.
4
Let op
Noodoproepen
IN GEEN GEVAL IS SONY AANSPRAKELIJK
VOOR ENIGE INCIDENTELE OF INDIRECTE
SCHADE, GEVOLGSCHADE OF ANDERE
SCHADE, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT
TOT WINSTDERVING, INKOMSTENVERLIES,
GEGEVENSVERLIES, HET NIET KUNNEN
GEBRUIKEN VAN HET PRODUCT OF
BIJBEHORENDE APPARATUUR, UITVALTIJD
EN DE TIJD VAN DE AANKOPER
GERELATEERD AAN OF VOORTVLOEIEND
UIT HET GEBRUIK VAN DIT PRODUCT, DE
BIJBEHORENDE HARDWARE EN/OF
SOFTWARE.
Dit handsfree Bluetooth-systeem voor in de auto en
het elektronische apparaat dat is aangesloten op het
handsfree systeem, maken gebruik van zowel
radiosignalen, mobiele telefoonnetwerken en vaste
telefoonnetwerken als door de gebruiker
geprogrammeerde functies, waardoor de verbinding
niet in alle omstandigheden kan worden
gegarandeerd.
Vertrouw daarom voor belangrijke communicatie
(zoals medische noodgevallen) niet alleen op
elektronische apparaten.
Houd er rekening mee dat als u wilt bellen of
gesprekken wilt ontvangen, het handsfree apparaat
en het elektronische apparaat dat is verbonden met
het handsfree apparaat, moeten zijn ingeschakeld in
een servicegebied met voldoende mobiele
ontvangst.
Noodoproepen zijn wellicht niet mogelijk op alle
mobiele telefoonnetwerken of wanneer bepaalde
netwerkdiensten en/of telefoonfuncties worden
gebruikt.
Controleer dit bij uw lokale serviceprovider.
BELANGRIJKE KENNISGEVING
Veilig en efficiënt gebruik
Wijzigingen of aanpassingen van dit systeem die
niet nadrukkelijk zijn goedgekeurd door Sony,
kunnen het gebruiksrecht van de gebruiker teniet
doen.
Controleer voordat u dit product gebruikt de
uitzonderingen, vanwege nationale vereisten of
beperkingen, met betrekking tot het gebruik van
Bluetooth-apparatuur.
Opmerking over de lithiumbatterij
Stel de batterij niet bloot aan overmatige hitte, zoals
direct zonlicht, vuur, enzovoort.
Autorijden
Controleer de wetgeving en de voorschriften met
betrekking tot het gebruik van mobiele telefoons en
handsfree apparaten in de gebieden waar u rijdt.
Let altijd aandachtig op tijdens het autorijden en
verlaat de weg en parkeer de auto voordat u belt of
een gesprek ontvangt als de
verkeersomstandigheden dit noodzakelijk maken.
Verbinding maken met andere
apparaten
Wanneer u verbinding maakt met andere apparaten,
moet u eerst de bijbehorende gebruikershandleiding
lezen voor gedetailleerde veiligheidsinstructies.
Blootstelling aan radiofrequenties
RF-signalen beïnvloeden wellicht onjuist
geïnstalleerde of onvoldoende afgeschermde
elektronische systemen in auto's, zoals elektronische
brandstofinjectiesystemen, elektronische antiblokkeersystemen (anti-slip), elektronische
snelheidsbeperkingssystemen of airbagsystemen.
Voor installatie van of onderhoud aan dit apparaat
kunt u het beste contact opnemen met de fabrikant
van uw auto of een vertegenwoordiger van de
fabrikant. Onjuiste installatie of onjuist onderhoud
kan gevaarlijk zijn en kan eventuele garanties die
van toepassing zijn op dit apparaat, ongeldig maken.
Raadpleeg de fabrikant van uw auto om te
controleren of het gebruik van uw mobiele telefoon
in de auto niet van invloed is op de elektronische
systemen van de auto.
Controleer regelmatig of alle onderdelen van het
draadloze apparaat correct in de auto zijn
gemonteerd en correct functioneren.
5
Aan de slag
Het systeem opnieuw instellen
Voordat u het systeem voor het eerst gebruikt of
na het vervangen van de accu of het wijzigen van
de aansluitingen, moet u het systeem opnieuw
instellen.
Maak het voorpaneel los en druk met een puntig
voorwerp, zoals een balpen, op RESET.
RESET
toets
Opmerking
Als u op RESET drukt, worden de klokinstelling en
bepaalde opgeslagen gegevens gewist.
Het volume aanpassen van elk
apparaat
Wanneer u het apparaat aansluit op een draagbaar
audioapparaat via de BUS AUDIO IN/AUX INingang, kunt u het beste het volume van het
aangesloten apparaat aanpassen, of het volume
van het aangesloten apparaat aanpassen in het
instelmenu op dit apparaat. Zie "Het volume
aanpassen" (pagina 25) voor een apparaat dat is
aangesloten op de AUX IN-ingang.
Het voorpaneel verwijderen
U kunt het voorpaneel van het systeem
verwijderen om diefstal te voorkomen.
Waarschuwingstoon
De klok instellen
De digitale klok werkt met het 24-uurs systeem.
1
2
3
Druk op (MENU).
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
"Setup" wordt weergegeven en duw de
joystick vervolgens naar rechts.
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
"Clock Adjust" wordt weergegeven en
duw de joystick vervolgens naar
rechts.
4
Duw de joystick omhoog/omlaag om
de uren en minuten in te stellen.
Als u de digitale aanduiding wilt verplaatsen,
duwt u de joystick naar links/rechts.
5
Nadat de klok is ingesteld, drukt u op
de joystick.
De klok begint te lopen.
Tip
U kunt de klok automatisch instellen met de RDSfunctie (pagina 15).
Wanneer u het contact in de stand OFF zet
zonder het voorpaneel te verwijderen, hoort u
gedurende enkele seconden de
waarschuwingstoon.
U hoort de waarschuwingstoon alleen als de
ingebouwde versterker wordt gebruikt.
1
Druk op (OFF).
Het systeem wordt uitgeschakeld.
2
Druk op (OPEN).
Het voorpaneel wordt omlaag geklapt.
3
Schuif het voorpaneel naar rechts en
trek de linkerzijde van het voorpaneel
voorzichtig naar u toe.
1
2
Opmerkingen
• Laat het voorpaneel niet vallen en druk niet te hard
op het voorpaneel en het display.
• Stel het voorpaneel niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen of vocht. Laat het voorpaneel niet
achter in een geparkeerde auto of op het
dashboard/de hoedenplank.
6
Het voorpaneel bevestigen
Plaats opening A van het voorpaneel op pin B
van het systeem en druk de linkerzijde
voorzichtig naar binnen.
Druk op (SOURCE) op het systeem (of plaats
een disc) om het systeem te activeren.
De disc in het systeem plaatsen
1
2
Druk op (OPEN).
3
Sluit het voorpaneel.
Het afspelen wordt automatisch gestart.
Plaats de disc (met het label naar
boven).
A
B
c
De disc uitwerpen
Opmerking
Plaats niets op de binnenkant van het voorpaneel.
1
2
Druk op (OPEN).
3
Sluit het voorpaneel.
Druk op Z.
De disc wordt uitgeworpen.
7
Bedieningselementen en algemene handelingen
Audiofunctie
Hoofdeenheid
1
2 3
4
5
6
MEX-BT5100
7
89
0
qa
Voorpaneel verwijderd
qs
qd qf
RESET
8
Zie de volgende pagina's voor meer informatie.
De overeenkomstige toetsen op de
kaartafstandsbediening bedienen dezelfde
functies als die op het systeem.
A SOURCE toets
Inschakelen; de bron wijzigen (Radio/CD/
MD*1/Bluetooth AUDIO/AUX).
B Joystick/LIST toets 13, 24
Draaien: het volume aanpassen.
Omhoog/omlaag/naar links/naar rechts
duwen: een menu-item selecteren.
Indrukken: een instelling toepassen.
CD/MD*1:
Omhoog/omlaag duwen*2:
– Groepen*3/albums*4 overslaan (duwen).
– Groepen*3/albums*4 blijven overslaan
(duwen en vasthouden).
Naar links/rechts duwen:
– Tracks overslaan (duwen).
– Tracks blijven overslaan (duwen en binnen
2 seconden nogmaals duwen en
vasthouden).
– Een track snel terugspoelen/vooruitspoelen
(duwen en vasthouden).
Radio:
Omhoog/omlaag duwen:
– Opgeslagen zender ontvangen.
Naar links/rechts duwen:
– Automatisch afstemmen op zenders
(duwen).
– Een zender handmatig zoeken (duwen en
vasthouden).
Indrukken:
– De lijst weergeven.
C MODE toets 13, 24
De radioband (FM/MW/LW) selecteren/het
systeem selecteren*5.
D MENU toets
Het menu openen.
E Display
F OPEN toets 7
G OFF toets
Uitschakelen; de bron stoppen.
H Ontvanger voor de
kaartafstandsbediening
Kaartafstandsbediening RM-X302
1
qg
3
4
qh
qa
7
N Z (uitwerpen) toets 7
De disc uitwerpen.
De volgende toetsen op de
kaartafstandsbediening verschillen van de
toetsen op het systeem of hebben andere functies
dan de toetsen op het systeem.
qk
ql
qg ENTER toets
Een instelling toepassen.
w;
wa
ws
qj Cijfertoetsen
Toetsen 1 tot en met 6 hebben dezelfde
functies als de cijfertoetsen op het systeem.
qj
wd
qh LIST toets
In lijst weergeven.
qk M (+)/m (–) toetsen
Dezelfde als het omhoog/omlaag duwen van
de joystick.
ql < (.)/, (>) toetsen
Dezelfde functie als het naar links/rechts
duwen van de joystick.
w; SCRL (scroll) toets
Het displayitem rollen.
wa SOUND toets
Geluidsitems selecteren.
I AF (alternatieve frequenties)/TA
(verkeersinformatie) toets 14
AF en TA in RDS instellen.
J Cijfertoetsen
CD/MD*1:
(1): REP 12, 24
(2): SHUF 12, 24
(5): BBE MP*6 4
Als u de functie BBE MP wilt
activeren, stelt u "BBE MP on" in. Stel
"BBE MP off" in om de functie te
annuleren.
(6): PAUSE*6
Afspelen onderbreken. Druk nogmaals
op de toets om te annuleren.
Radio:
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
K DSPL (display)/PTY (programmatype)
toets 12, 15
De displayitems wijzigen; PTY in RDS
selecteren.
L Discsleuf 7
De disc plaatsen.
ws ATT (dempen) toets
Het geluid dempen. Druk nogmaals op de
toets om te annuleren.
wd VOL (volume) +/– toetsen
Het volume aanpassen.
*1 Als een MD-wisselaar is aangesloten.
*2 Als de wisselaar is aangesloten, is de werking
anders. Zie pagina 24 voor meer informatie.
*3 Bij het afspelen van een ATRAC CD.
*4 Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand.
*5 Als een CD/MD-wisselaar is aangesloten.
*6 Als op dit systeem wordt afgespeeld.
Opmerking
Als het systeem wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het systeem niet worden bediend met
de kaartafstandsbediening, tenzij op (SOURCE) op
het systeem wordt gedrukt of er een disc wordt
geplaatst om het systeem eerst te activeren.
Tip
Zie "De lithiumbatterij van de kaartafstandsbediening
vervangen" op pagina 28 voor meer informatie over
het vervangen van de batterij.
M RESET toets 6
9
Bluetooth-functie
Hoofdeenheid
1
2
3
6
7 8
4
5
MEX-BT5100
9
0
Voorpaneel verwijderd
qa
RESET
Zie de volgende pagina's voor meer informatie.
De overeenkomstige toetsen op de
kaartafstandsbediening bedienen dezelfde
functies als die op het systeem.
A SOURCE toets
Inschakelen; de bron wijzigen (Radio/CD/
MD*1/Bluetooth AUDIO/AUX).
B Joystick
Draaien: het volume aanpassen.
Omhoog/omlaag/naar links/naar rechts
duwen: een menu-item selecteren.
Indrukken: een instelling toepassen.
Bluetooth-audioapparaat*2:
Naar links/rechts duwen:
– Tracks overslaan (duwen).
– Een track snel terugspoelen/vooruitspoelen
(duwen en vasthouden).
C Bluetooth toets 16, 17, 19, 20, 21
Toegang tot de Bluetooth-functies; een
gesprek ontvangen.
10
D MENU toets 19
Het menu openen; een gesprek ontvangen.
E Display
F OFF toets 19
Uitschakelen; de bron stoppen; een gesprek
beëindigen of weigeren.
G CALL toets 19
Toegang tot de telefoonfuncties; een gesprek
ontvangen.
H Ontvanger voor de
kaartafstandsbediening
I Cijfertoetsen
Opgeslagen nummers bellen.
Bluetooth-audioapparaat*2:
(6): PAUSE
Afspelen onderbreken.
J Bluetooth-aanduiding
Gaat branden als het Bluetooth-signaal wordt
in-/uitgevoerd. Gaat uit wanneer het
Bluetooth-signaal is uitgeschakeld.
K Microfoon 18
Kaartafstandsbediening RM-X302
7
3
6
1
qs
qg
qh
4
*2 Als een Bluetooth-audioapparaat is aangesloten
(moet het Bluetooth-profiel AVRCP ondersteunen).
Afhankelijk van het apparaat, zijn bepaalde
functies wellicht niet beschikbaar.
Opmerking
Als het systeem wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het systeem niet worden bediend met
de kaartafstandsbediening, tenzij op (SOURCE) op
het systeem wordt gedrukt of er een disc wordt
geplaatst om het systeem eerst te activeren.
Tip
Zie "De lithiumbatterij van de kaartafstandsbediening
vervangen" op pagina 28 voor meer informatie over
het vervangen van de batterij.
qd
qj
qf
qk
De volgende toetsen op de
kaartafstandsbediening verschillen van de
toetsen op het systeem of hebben andere functies
dan de toetsen op het systeem.
qs ENTER toets
Een instelling toepassen.
qd Cijfertoetsen 17, 18, 19
Cijfers invoeren (telefoonnummer,
toegangscode, enzovoort).
Toetsen 1 tot en met 6 hebben dezelfde
functies als de cijfertoetsen op het systeem.
qf
toets 19
qg M (+)/m (–) toetsen
Dezelfde functie als het omhoog/omlaag
duwen van de joystick.
qh < (.)/, (>) toetsen
Dezelfde functie als het naar links/rechts
duwen van de joystick.
qj VOL (volume) +/– toetsen
Het volume aanpassen.
qk
toets 19
*1 Als een MD-wisselaar is aangesloten.
11
CD
Voor meer informatie over het selecteren van een
CD/MD-wisselaar, zie pagina 24.
Displayitems
Voorbeeld: wanneer u Info (informatie) instelt op
"All" (pagina 22).
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (1) (REP) of (2) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
Repeat Track
Track herhaaldelijk
afspelen.
Repeat Album*1
Album herhaaldelijk
afspelen.
Repeat Group*2
Groep herhaaldelijk
afspelen.
C
A Bron-/MP3-/ATRAC-/WMA-aanduiding
B Klok
C Tracknummer/verstreken speelduur, disc-/
artiestennaam, album-/groepsnummer,
album-/groepsnaam, tracknaam,
tekstinformatie*
Shuffle Album*1
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
Shuffle Group*2
Groep in willekeurige
volgorde afspelen.
Shuffle Disc
Disc in willekeurige
volgorde afspelen.
* Als u MP3-bestanden afspeelt, wordt de ID3-tag
weergegeven. Speelt u een ATRAC CD af, dan
wordt tekstinformatie van SonicStage, enzovoort,
weergegeven. Als u WMA-bestanden afspeelt, wordt
de WMA-tag weergegeven.
*1 Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand.
*2 Bij het afspelen van een ATRAC CD.
A
B
Als u de displayitems C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL). Wilt u de displayitems C rollen,
dan drukt u op (SCRL) op de
kaartafstandsbediening of stelt u "Auto Scroll
on" in (pagina 22).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van het
disctype, de opname-indeling en de instellingen. Zie
pagina 26 voor meer informatie over MP3/WMA en
pagina 27 voor meer informatie over ATRAC CD's.
12
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u "Repeat off" of
"Shuffle off".
Radio
Automatisch afstemmen
Zenders opslaan en ontvangen
1
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (Best Tuning Memory)
gebruiken om ongelukken te vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot
"TUNER" wordt weergegeven.
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2
3
Druk op (MENU).
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
"Receive Mode" wordt weergegeven
en duw de joystick vervolgens naar
rechts.
4
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
"BTM" wordt weergegeven.
5
Druk op de joystick.
Het systeem slaat de zenders in de volgorde
van frequentie op onder de cijfertoetsen.
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets ((1)
tot en met (6)) ingedrukt tot "MEM"
wordt weergegeven.
De aanduiding voor de cijfertoets verschijnt
in het display.
Selecteer de band en duw de joystick
naar links/rechts om de zender te
zoeken.
Het zoeken stopt zodra een zender wordt
ontvangen. Herhaal deze procedure tot de
gewenste zender wordt ontvangen.
Tip
Als u de frequentie kent van de zender die u wilt
beluisteren, houdt u de joystick naar links/rechts
gedrukt tot de frequentie ongeveer is bereikt.
Vervolgens duwt u de joystick naar links/rechts om
nauwkeurig af te stemmen op de gewenste frequentie
(handmatig afstemmen).
Een zender via een lijst ontvangen
— LIST
U kunt de frequentie in een lijst weergeven.
1
Selecteer de band en druk op de
joystick.
De frequentie wordt weergegeven.
2
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
de gewenste zender wordt
weergegeven.
3
Druk op de joystick om de zender te
ontvangen.
Het display keert terug naar de normale
ontvangststand.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/
TA-instelling ook opgeslagen (pagina 14).
De opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
13
RDS
Overzicht
FM-zenders met de RDS-dienst (Radio Data
System) sturen onhoorbare digitale informatie
mee met het gewone radioprogrammasignaal.
Voorbeeld: wanneer u Info (informatie) instelt op
"All" (pagina 22).
B
C
D
E
A Radioband
B TA/TP/AF*1
C Klok
D Voorinstelnummer
E Frequentie*2 (programmaservicenaam), RDSgegevens
*1 Als Info (informatie) is ingesteld op "All":
– "TP" gaat branden als "TP" wordt ontvangen.
– "TA"/"AF" gaat branden als "TA/AF" is
ingeschakeld.
*2 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt " RDS" links
van de frequentieaanduiding weergegeven.
RDS-diensten
Dit systeem biedt automatisch RDS-diensten op
de volgende manier:
Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
AF on
AF inschakelen en TA
uitschakelen.
TA on
TA inschakelen en AF
uitschakelen.
AF/TA on
AF en TA inschakelen.
AF/TA off
AF en TA uitschakelen.
RDS-zenders met de AF- en TAinstelling opslaan
U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de
AF-/TA-instelling. Als u de BTM-functie
gebruikt, worden alleen RDS-zenders met
dezelfde AF-/TA-instelling opgeslagen.
Als u handmatig vooraf instelt, kunt u zowel
RDS- als niet-RDS-zenders instellen met elk hun
AF-/TA-instelling.
1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens met
BTM of handmatig op.
Het volume van de
verkeersinformatie instellen
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd en wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde
zender hoeft af te stemmen.
U kunt het volume van de verkeersinformatie
vooraf instellen, zodat u geen enkel bericht mist.
TA (verkeersinformatie)/
TP (verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de huidige
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de
geselecteerde bron automatisch onderbroken
door de noodberichten.
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het ontvangen programmatype
weer. Hiermee zoekt u ook naar het
geselecteerde programmatype.
14
AF en TA instellen
1
Displayitems
A
Opmerkingen
• In bepaalde landen/regio's zijn wellicht niet alle
RDS-functies beschikbaar.
• RDS functioneert wellicht niet als het
ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u
hebt afgestemd, geen RDS-gegevens verzendt.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
1 Draai de joystick om het volume aan te passen.
2 Houd (AF/TA) ingedrukt tot "TA Vol" wordt
weergegeven.
Noodberichten ontvangen
Een regionaal programma
beluisteren — REG
Als de AF-functie is ingeschakeld: de
fabrieksinstelling van het systeem beperkt de
ontvangst tot een bepaalde regio, zodat er niet
wordt overgeschakeld naar een andere regionale
zender met een sterkere frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale
programma verlaat, stelt u tijdens FM-ontvangst
"Regional off" in bij de instellingen (pagina 23).
Opmerking
Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en
bepaalde andere gebieden.
Local Link-functie (alleen voor het
Verenigd Koninkrijk)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied selecteren, ook als deze niet zijn
opgeslagen onder de cijfertoetsen.
1 Druk tijdens FM-ontvangst op een cijfertoets
((1) tot en met (6)) waaronder een lokale
zender is opgeslagen.
2 Druk binnen 5 seconden nogmaals op de
cijfertoets van de lokale zender.
Herhaal dit tot de lokale zender wordt
ontvangen.
Programmatypen
News (Nieuws), Current Affairs
(Actualiteiten), Information (Informatie),
Sport (Sport), Education (Educatieve
programma's), Drama (Toneel), Cultures
(Cultuur), Science (Wetenschap), Varied
Speech (Diversen), Pop Music (Populaire
muziek), Rock Music (Rockmuziek),
Easy Listening (Easy Listening),
Light Classics M (Licht klassiek), Serious
Classics (Klassiek), Other Music (Ander
type muziek), Weather & Metr
(Weerberichten), Finance (Financiën),
Children’s Progs (Kinderprogramma's),
Social Affairs (Sociale zaken), Religion
(Religie), Phone In (Phone In), Travel &
Touring (Reizen), Leisure & Hobby
(Ontspanning), Jazz Music (Jazzmuziek),
Country Music (Country-muziek),
National Music (Nationale muziek),
Oldies Music (Oldies), Folk Music (Folkmuziek), Documentary (Documentaires)
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in bepaalde landen/
regio's waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn.
CT instellen
PTY selecteren
1
Druk op (PTY) tijdens FM-ontvangst.
1
Stel "CT on" in bij de instellingen
(pagina 22).
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil zijn tussen de tijd van de CTfunctie en de werkelijke tijd.
De naam van het huidige programmatype
verschijnt als de zender PTY-gegevens
uitzendt.
2
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
het gewenste programmatype wordt
weergegeven.
3
Druk op de joystick.
Het systeem begint te zoeken naar een zender
die het geselecteerde programmatype
uitzendt.
15
Bluetooth-functie
Voordat u de Bluetooth-functie
gebruikt
Menubewerkingen voor de
Bluetooth-functie
U kunt de Bluetooth-instellingen configureren in
het Bluetooth-functiemenu of het menu CALL.
U kunt menubewerkingen over het algemeen
uitvoeren met de joystick.
1
Druk op (Bluetooth) of (CALL).
Het Bluetooth-functiemenu of het menu
CALL wordt weergegeven.
2
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
de gewenste instelling wordt
weergegeven en duw de joystick
vervolgens naar rechts.
De digitale aanduiding wordt naar de
rechterkant verplaatst (instelling selecteren).
3
Duw de joystick omhoog/omlaag om
de instelling te selecteren en druk op
de joystick.
De instelling is voltooid.
4
Druk op (Bluetooth) of (CALL).
Het normale display wordt weergegeven.
Een teken invoeren
Duw de joystick omhoog/omlaag om een teken te
selecteren en duw de joystick naar links/rechts
om de cursor te verplaatsen.
U kunt A – Z, a – z, 0 – 9 en een spatie invoeren.
Bluetooth-instellingen
configureren
Voordat u een Bluetooth-apparaat aansluit, moet
u de Bluetooth-instellingen op dit systeem
configureren.
1
Druk op (Bluetooth).
Het Bluetooth-functiemenu wordt
weergegeven.
Het menu Bluetooth Settings
"z" geeft de standaardinstellingen aan.
Signal
De uitvoer van het Bluetooth-signaal van dit
systeem overschakelen naar "ON" of "OFF".
– "ON": het Bluetooth-signaal (RF 2,4 GHz)
uitvoeren.
– "OFF" (z): het Bluetooth-signaal (RF 2,4
GHz) niet uitvoeren.
Zorg ervoor dat u "ON" hebt ingesteld wanneer
u verbinding maakt met het Bluetooth-apparaat.
Visibility
Andere Bluetooth-apparaten toestaan om te
zoeken naar dit systeem.
– "Show": andere apparaten toestaan om te
zoeken.
– "Hide" (z): andere apparaten niet toestaan om
te zoeken.
Zorg ervoor dat u "Show" hebt ingesteld
wanneer u dit systeem wilt zoeken vanaf een
Bluetooth-apparaat.
Device Name
De naam wijzigen die voor dit systeem op het
verbonden apparaat wordt weergegeven.
(Standaardinstelling: "Xplod")
Selecteer "Rename" en voer de tekens in. U kunt
maximaal 12 tekens invoeren.
Wilt u "Xplod" herstellen, dan selecteert u
"Default" c "yes".
Opmerking
Raadpleeg de betreffende handleidingen voor
informatie over de instellingen van andere Bluetoothapparaten.
Dit systeem koppelen en verbinden
met een Bluetooth-apparaat
Wanneer u Bluetooth-apparaten voor het eerst
aansluit, moeten de apparaten onderling worden
geregistreerd. Dit wordt "koppelen" genoemd.
Deze registratie (koppelen) is alleen de eerste
keer vereist. Daarna herkennen dit systeem en de
andere apparaten elkaar automatisch.
(Afhankelijk van het apparaat moet u wellicht
voor elke verbinding een toegangscode
invoeren.)
Een Bluetooth-apparaat zoeken
vanaf dit systeem
Controleer vooraf of zoeken (herkenbaar) is
ingesteld op het andere Bluetooth-apparaat.
2
3
4
5
16
Selecteer "Bluetooth Settings".
Selecteer het gewenste menu.
Selecteer de instelling.
Druk op (Bluetooth).
1
Druk op (Bluetooth).
Het Bluetooth-functiemenu wordt
weergegeven.
2
Selecteer "Conectivity" c "Search".
2
Het zoeken naar een te verbinden apparaat
wordt gestart, waarna de gevonden
apparaatnamen in een lijst worden
weergegeven. Als een apparaatnaam niet kan
worden ontvangen, wordt "Unknown"
weergegeven.
De zoektijd is afhankelijk van het aantal
Bluetooth-apparaten.
3
3
Selecteer het apparaat waarmee u
verbinding wilt maken.
Het koppelen wordt gestart.
4
Voer een toegangscode* in.
Voer met de joystick of
kaartafstandsbediening dezelfde
toegangscode in voor dit systeem en het te
verbinden apparaat. De toegangscode kan een
door u zelf gekozen getal zijn of een getal dat
wordt bepaald door het te verbinden apparaat.
Raadpleeg de handleiding van het te
verbinden apparaat voor meer informatie.
5
Druk op de joystick om te bevestigen.
"Connected" wordt weergegeven en de
verbinding is voltooid.
" " of " " wordt tijdens de verbinding
weergegeven.
4
Als "Allow Connection?" wordt
weergegeven op dit systeem,
selecteert u "yes".
Er wordt verbinding gemaakt.
Afhankelijk van het apparaat kan eerst het
display voor het invoeren van de
toegangscode worden weergegeven.
Voer de toegangscode van het te
verbinden apparaat in.
Druk op de joystick om te bevestigen.
"Connected" wordt weergegeven en de
verbinding is voltooid.
" " of " " wordt tijdens de verbinding
weergegeven.
Tip
De toegangscode kan ook worden ingevoerd met de
cijfertoetsen van de kaartafstandsbediening.
Opmerkingen
• Als u verbinding maakt met een Bluetooth-apparaat,
kan dit systeem niet worden herkend vanaf een
ander apparaat. Voor herkenning op een ander
apparaat verbreekt u de huidige verbinding en zoekt
u vanaf het andere apparaat naar dit systeem.
• Zoeken vanaf dit systeem is wellicht niet mogelijk,
afhankelijk van het apparaat. Zoek in dat geval vanaf
het te verbinden apparaat naar dit systeem.
• Als u tegelijkertijd zoekt naar dit systeem en het te
verbinden apparaat, herkent dit systeem niet het te
verbinden apparaat.
• Het zoeken of verbinding maken kan enige tijd
duren.
• Afhankelijk van het apparaat kan het venster voor
het bevestigen van de verbinding worden
weergegeven voordat u de toegangscode moet
invoeren.
• De beschikbare tijd om de toegangscode in te
voeren, is afhankelijk van het apparaat.
• Dit systeem kan maximaal 6 handsfree apparaten
en 6 audioapparaten registreren.
• Dit systeem kan niet worden verbonden met een
apparaat dat alleen ondersteuning biedt voor HSP
(Head Set Profile).
Verbinding maken met
geregistreerde apparaten
* Toegangscode kan ook "wachtwoord", "PIN-code",
"PIN-nummer" of "wachtwoord", enzovoort worden
genoemd, afhankelijk van het apparaat.
Apparaten zijn geregistreerd zodra ze zijn
gekoppeld en verbonden met dit systeem. U kunt
het geregistreerde apparaat selecteren en
verbinding maken.
1
Dit systeem zoeken vanaf een
Bluetooth-apparaat
Controleer of "Visibility" in het menu Bluetooth
Settings is ingesteld op "Show" (pagina 16).
1
Stel het te verbinden apparaat in op
zoeken.
2
3
Druk op (Bluetooth).
Het Bluetooth-functiemenu wordt
weergegeven.
Selecteer "Connectivity" c "Handsfree
Devices" of "Audio Devices".
De lijst met geregistreerde apparaten wordt
weergegeven.
Selecteer het apparaat waarmee u
verbinding wilt maken.
vervolg op volgende pagina t
17
4
Selecteer "Connect".
"Connected" wordt weergegeven en de
verbinding is voltooid.
" " of " " wordt tijdens de verbinding
weergegeven.
De verbinding verbreken
Selecteer "Disconnect" c "yes" in stap 4.
Tip
Afhankelijk van het apparaat kunt u dit systeem vanaf
het apparaat selecteren en vervolgens verbinding
maken.
Handsfree bellen
Controleer vooraf of er verbinding is gemaakt
tussen dit systeem en de mobiele telefoon
(pagina 16, 17).
Opmerkingen
• Zie "Muziek van een audioapparaat beluisteren" op
pagina 20 voor meer informatie over de bediening
wanneer een mobiele telefoon met een Bluetoothfunctie voor audiostreaming is verbonden als
audioapparaat.
• De microfoon van dit systeem bevindt zich aan de
achterkant van het voorpaneel (pagina 10). Dek de
microfoon niet af met tape, enzovoort.
• Zelfs als u de ATT-functie activeert tijdens een
gesprek, wordt het uitgaande geluid niet gedempt.
Bellen
U kunt dit systeem gebruiken om te bellen met
de verbonden mobiele telefoon.
1
Druk op (CALL).
Het menu CALL wordt weergegeven.
Received Calls*
Selecteren uit de geschiedenis met ontvangen
gesprekken. (Maximumaantal namen en
telefoonnummers dat kan worden opgeslagen:
10)
Naam en telefoonnummer van de persoon die u
wilt bellen c "Call"
Selecteer "Delete" om de naam en het
telefoonnummer te verwijderen en "Delete All"
om de geschiedenis te wissen.
Phonebook*
Selecteren uit het telefoonboek.
(Maximumaantal namen en telefoonnummers
dat kan worden opgeslagen: 50)
"Contact List" c Naam van de persoon die u
wilt bellen c de naam en het telefoonnummer
Zie "Het telefoonboek gebruiken" op pagina 19
en "Een handsfree apparaat instellen" op
pagina 20 voor meer informatie over hoe u
nummers in het telefoonboek kunt opslaan.
Dial
Het telefoonnummer invoeren met de joystick of
kaartafstandsbediening.
Als u "+" wilt invoeren, houdt u de toets 0 op de
kaartafstandsbediening ingedrukt.
Preset Dial*
Het telefoonnummer selecteren dat is
opgeslagen onder een cijfertoets.
Voorinstelnummer (P1-P6) c "Call"
Zie "Snelkeuzenummers gebruiken" op
pagina 20 voor meer informatie over hoe u
telefoonnummers onder cijfertoetsen kunt
opslaan.
* Als u "Security" (pagina 21) instelt, wordt "Security
Locked" weergegeven en is bediening niet mogelijk.
2
Selecteer de items in de onderstaande
volgorde en druk op de joystick om te
bellen.
Het menu CALL
Dialed Calls*
Selecteren uit de geschiedenis met gekozen
nummers. (Maximumaantal namen en
telefoonnummers dat kan worden opgeslagen:
10)
Naam en telefoonnummer van de persoon die u
wilt bellen c "Call"
Selecteer "Delete" om de naam en het
telefoonnummer te verwijderen en "Delete All"
om de geschiedenis te wissen.
18
Tips
• Met Preset Dial kunt u ook een gesprek starten door
twee keer op een cijfertoets te drukken nadat u op
(CALL) hebt gedrukt.
• Vanuit de menu's "Dialed Calls", "Received Calls" en
"Preset Dial" kunt u bellen door te drukken op
(CALL) als het telefoonnummer wordt weergegeven.
Het volume van de beltoon en het
stemgeluid vooraf instellen
U kunt het volume van de beltoon en het
stemgeluid vooraf instellen.
De beltoon aanpassen:
Draai de joystick terwijl de telefoon overgaat.
"Ring Vol" wordt weergegeven en het volume
van de beltoon wordt ingesteld.
Het stemgeluid aanpassen:
Draai de joystick tijdens een gesprek. "Talk Vol"
wordt weergegeven en het volume voor het
stemgeluid wordt ingesteld.
DTMF-tonen (Dual Tone Multiple
Frequency) verzenden
U kunt DTMF-tonen verzenden.
Als u DTMF-tonen wilt verzenden, gebruikt u de
joystick of drukt u op de vereiste cijfertoetsen
(0 – 9, of ) op de kaartafstandsbediening
tijdens een gesprek.
Gesprekken ontvangen
Als u een gesprek ontvangt, hoort u de beltoon
via de autoluidsprekers.
Zie "Een handsfree apparaat instellen" op
pagina 20 voor meer informatie over de
instellingen voor het ontvangen van gesprekken
en tijdens een gesprek.
1
Wanneer u een gesprek ontvangt,
drukt u op (CALL), (MENU) of
(Bluetooth).
(Bluetooth)
(MENU)
(CALL)
Het telefoongesprek wordt gestart.
Een gesprek weigeren
Druk op (OFF).
Tips
• Als u "Auto Answer" hebt ingeschakeld, wordt het
telefoongesprek automatisch gestart binnen de
ingestelde tijd (pagina 21).
• Als u tijdens een gesprek op (CALL) drukt, wordt de
handsfree functie uitgeschakeld en worden de
microfoon en luidspreker van de mobiele telefoon
ingeschakeld. In dit geval kan de Bluetoothverbinding worden verbroken, afhankelijk van de
mobiele telefoon.
Gesprekken beëindigen
1
Druk op (OFF).
Wanneer het gesprek wordt beëindigd, wordt
de gespreksduur enige seconden
weergegeven.
Opmerking
Zelfs als het gesprek wordt beëindigd, wordt de
Bluetooth-verbinding niet geannuleerd.
Het telefoonboek gebruiken
Telefoonboekgegevens ontvangen
van een mobiele telefoon
1 Selecteer "Phone Settings" in het Bluetoothfunctiemenu.
2 Selecteer "Receive PB".
"Waiting…" wordt weergegeven.
3 Verzend de telefoonboekgegevens via de
mobiele telefoon.
"Data Receiving…" wordt weergegeven terwijl
de telefoonboekgegevens worden ontvangen.
"Complete" wordt weergegeven wanneer de
gegevens zijn ontvangen.
Opmerkingen
• Voordat u telefoonboekgegevens ontvangt, moet u
alle mobiele telefoons of audioapparaten
verwijderen.
• Als u de overdracht van telefoonboekgegevens wilt
annuleren, moet u de mobiele telefoon bedienen. De
overdracht kan niet worden geannuleerd vanaf dit
systeem.
De nummers opslaan vanuit "Dialed
Calls" of "Received Calls"
1 Selecteer "Dialed Calls" of "Received Calls"
in het menu CALL.
2 Selecteer het telefoonnummer dat u wilt
opslaan en selecteer vervolgens "Save".
Het scherm "Contact Name" wordt
weergegeven.
3 Voer een naam in.
U kunt maximaal 20 tekens invoeren.
4 Selecteer "Save?" c "yes".
Opmerking
U kunt maximaal 50 telefoonnummers opslaan in het
telefoonboek. Als u meer dan 50 nummers probeert te
registreren, wordt "Memory Full" weergegeven.
Verwijderen uit het telefoonboek
1 Selecteer "Phonebook" c "Contact List" in het
menu CALL.
2 Selecteer de naam die u wilt verwijderen.
3 Selecteer "Delete Contact" c "yes".
Als u alle telefoonboekgegevens wilt wissen,
selecteert u "Delete All" in stap 1. Na het wissen
controleert u of alle telefoonboekgegevens
correct zijn gewist.
Een naam in het telefoonboek
wijzigen
1 Selecteer "Phonebook" c "Contact List" in het
menu CALL.
2 Selecteer de naam die u wilt wijzigen.
3 Selecteer "Edit Name" en voer een nieuwe
naam in.
19
Snelkeuzenummers gebruiken
Snelkeuzenummers opslaan
U kunt een telefoonnummer in het telefoonboek
opslaan als snelkeuzenummer.
1 Selecteer "Preset Dial" in het menu CALL.
2 Selecteer het gewenste voorinstelnummer
(P1–P6) en selecteer "Preset Memory".
3 Selecteer de naam die u wilt opslaan.
4 Selecteer een telefoonnummer van de
geselecteerde naam.
5 Selecteer "yes" wanneer "Save?" wordt
weergegeven.
Opmerking
Als u een geregistreerd voorinstelnummer wilt
vervangen, verwijdert u eerst de bestaande registratie
en slaat u vervolgens het nieuwe telefoonnummer op.
Snelkeuzenummers verwijderen
1 Selecteer "Preset Dial" in het menu CALL.
2 Selecteer het voorinstelnummer dat u wilt
verwijderen.
3 Selecteer "Delete" c "yes".
Muziek streamen
Muziek van een audioapparaat
beluisteren
U kunt op dit systeem luisteren naar muziek van
een audioapparaat als het audioapparaat het
Bluetooth-profiel A2DP (Advanced Audio
Distribution Profile) ondersteunt.
1
20
Maak verbinding tussen dit systeem
en het Bluetooth-audioapparaat
(pagina 17).
" " wordt tijdens de verbinding weergegeven.
2
3
Verlaag het volume op dit systeem.
4
Start het afspelen op het
audioapparaat.
5
Pas het volume aan op dit systeem.
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot
"Bluetooth AUDIO" wordt
weergegeven.
Een audioapparaat bedienen met
dit systeem
U kunt de volgende bewerkingen uitvoeren op dit
systeem als het audioapparaat het Bluetoothprofiel AVRCP (Audio Video Remote Control
Profile) ondersteunt. (De bediening verschilt per
audioapparaat.)
Actie
Handeling
Tracks
overslaan
Duw de joystick naar links/
rechts.
Een track snel Houd de joystick naar links/
terugspoelen/ rechts geduwd.
vooruitspoelen
Onderbreken
Druk op (6) (PAUSE)*.
* Afhankelijk van het apparaat moet u wellicht twee
keer op deze toets drukken.
Bewerkingen die hierboven niet worden
genoemd, moeten op het audioapparaat worden
uitgevoerd.
Opmerkingen
• Tijdens het afspelen van het audioapparaat worden
het tracknummer, de verstreken speelduur en de
weergavestatus niet weergegeven.
• Zelfs als de bron wordt gewijzigd op dit systeem,
wordt het afspelen op het audioapparaat niet
gestopt.
Tip
U kunt een mobiele telefoon die ondersteuning biedt
voor A2DP (Advanced Audio Distribution Profile),
verbinden als audioapparaat en naar muziek luisteren.
Overige instellingen
Een handsfree apparaat instellen
U kunt verschillende functies instellen wanneer
een mobiele telefoon met Bluetooth-functie is
verbonden als handsfree apparaat.
1
Druk op (Bluetooth).
Het Bluetooth-functiemenu wordt
weergegeven.
2
3
4
5
Selecteer "Phone Settings".
Selecteer het gewenste menu.
Selecteer de instelling.
Druk op (Bluetooth).
Het menu Phone Settings
"z" geeft de standaardinstellingen aan.
Receive PB*1*2 (telefoonboek ontvangen)
Telefoonboekgegevens van een mobiele
telefoon ontvangen en opslaan (pagina 19).
Auto Answer
– "on": een gesprek automatisch starten wanneer
dit wordt ontvangen. Stel de tijd in waarna u
een gesprek wilt starten: "1 sec" – "60 sec"
– "off" (z): een gesprek pas beginnen nadat op
(CALL), (MENU) of (Bluetooth) is gedrukt.
Ringtone
De beltoon wijzigen.
– "Cellular*3" (z): de beltoon uitvoeren die is
ingesteld op de mobiele telefoon.
– "Default": de beltoon van dit systeem
uitvoeren.
EC/NC Mode*4 (Echo Canceller/Noise
Canceller-modus)
Echo en ruis in telefoongesprekken
verminderen.
Stel deze instelling normaal in op "Mode 1" (z).
Als de kwaliteit van het uitgaande geluid niet
naar wens is, stelt u "Mode 2" of "off" in.
Speaker Sel*4 (luidspreker selecteren)
De voorluidspreker instellen waarmee u de
beltoon, kiestoon en het stemgeluid van de
andere persoon wilt uitvoeren.
– "FR-L" (z): uitvoeren via het linkerkanaal van
de voorluidsprekers.
– "FR-R": uitvoeren via het rechterkanaal van de
voorluidsprekers.
– "Front": uitvoeren via beide voorluidsprekers.
Security
Persoonlijke gegevens in de volgende menu's
vergrendelen met een 4-cijferig wachtwoord
(pagina 18).
"Dialed Calls", "Received Calls", "Phonebook",
"Preset Dial", "Receive PB"
Als u de beveiliging instelt, wordt "Security
Locked" weergegeven wanneer de bovenstaande
menu's worden gebruikt.
Als u de beveiliging wilt uitschakelen, selecteert
u "Unlock" en voert u het wachtwoord in.
De registratie van een verbonden
apparaat verwijderen
1
Druk op (Bluetooth).
Het Bluetooth-functiemenu wordt
weergegeven.
2
Selecteer "Connectivity" c "Handsfree
Devices" of "Audio Devices".
De lijst met geregistreerde apparaten wordt
weergegeven.
3
Selecteer het apparaat dat u wilt
verwijderen.
4
Selecteer "Delete" c "yes".
Als u alle apparaten in de selectielijst wilt
wissen, selecteert u "Delete All" in stap 4.
Functie voor automatisch
verbinding maken
Als het contactslot van de auto in de ACC-positie
staat, maakt dit systeem automatisch opnieuw
verbinding met het Bluetooth-apparaat waarmee
als laatste verbinding is gemaakt.
*1 Als "Security" is ingesteld, wordt "Security Locked"
weergegeven en is bediening niet mogelijk.
*2 Als u een teken gebruikt dat niet kan worden
weergegeven op dit systeem, wordt dit teken niet
goed weergegeven.
*3 Afhankelijk van de mobiele telefoon, is het mogelijk
dat de beltoon van dit systeem wordt uitgevoerd,
zelfs als "Cellular" is ingesteld.
*4 Kan worden geconfigureerd tijdens een gesprek.
Opmerking
Als u "Initialize" selecteert bij de instelling Security,
worden alle opgeslagen gegevens verwijderd ("Dialed
Calls", "Received Calls", "Phonebook" en "Preset
Dial").
21
Overige functies
Menu-items aanpassen
— MENU
1
2
Druk op (MENU).
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
het gewenste menu-item wordt
weergegeven en duw de joystick
vervolgens naar rechts.
De items worden als volgt gewijzigd:
Setup y Display y Receive Mode
y Sound
3
Duw de joystick omhoog/omlaag tot
de gewenste instelling wordt
weergegeven en duw de joystick
vervolgens naar rechts.
De digitale aanduiding wordt naar de
rechterkant verplaatst (instelling selecteren).
4
Duw de joystick omhoog/omlaag om
de instelling te selecteren en druk op
de joystick.
De instelling is voltooid.
5
Druk op (MENU).
Het display keert terug naar de normale
weergave-/ontvangststand.
Opmerking
De weergegeven items zijn afhankelijk van de bron en
de instelling.
Tips
• Druk op de joystick om naar het volgende
menuniveau te gaan.
• Duw de joystick naar links in stap 5 tot "EXIT" wordt
weergegeven en druk vervolgens op de joystick in
plaats van op (MENU).
• U kunt het menu Sound direct openen door op
(SOUND) op de kaartafstandsbediening te drukken.
De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
"z" geeft de standaardinstellingen aan.
Instellingen
Clock Adjust (pagina 6)
CT (kloktijd)
Instellen op "on" of "off" (z) (pagina 14, 15).
Beep
Instellen op "on" (z) of "off".
22
RM (bedieningssatelliet)
De werkingsrichting van de
bedieningselementen van de bedieningssatelliet
wijzigen.
– "NORM" (z): de bedieningssatelliet in de
standaardpositie gebruiken.
– "REV": als u de bedieningssatelliet aan de
rechterzijde van de stuurkolom hebt
gemonteerd.
AUX Audio*
Het AUX-brondisplay instellen op "on" (z) of
"off" (pagina 25).
Version*
De firmwareversie van het systeem weergeven.
Display
Image
Verschillende displaybeelden instellen.
– "SpaceProducer" (z): bewegende patronen op
het scherm op de maat van de muziek.
– "off": geen beelden weergeven.
– "All": herhaaldelijk alle displaybeelden in alle
weergavestanden weergeven.
– "SA 1 – 5": de Spectrum Analyzer weergeven.
– "Movie 1 – 3": een film weergeven.
– "Wallpaper 1 – 3": een achtergrondafbeelding
weergeven.
– "SA All"/"Movie All"/"Wallpaper All":
herhaaldelijk alle displaybeelden van elke
stand weergeven.
Info (informatie)
De items weergeven (afhankelijk van de bron,
enzovoort).
– "All": alle items weergeven.
– "Simple" (z): geen items weergeven.
– "Clear": items automatisch laten verdwijnen.
Demo* (demonstratie)
Instellen op "on" (z) of "off".
Dimmer
De helderheid van het display regelen.
– "Auto" (z): het display automatisch dimmen
wanneer u de lichten inschakelt.
– "on": het display dimmen.
– "off": de dimmer uitschakelen.
Auto Scroll
Lange displayitems automatisch laten rollen als
de disc/groep/track of het album wordt
gewijzigd.
– "on": om te rollen.
– "off" (z): om niet te rollen.
ID3 Tag
De prioriteit van de weergegeven tekens van de
ID3-tag wijzigen (wanneer CD als bron is
geselecteerd).
– "EUR" (z): weergave van West-Europese
tekens heeft voorrang.
– "RUS": weergave van cyrillische tekens heeft
voorrang.
AUX Level
Het volume van de aangesloten randapparatuur
aanpassen. Met deze instelling is het niet nodig
om het volume tussen bronnen aan te passen
(pagina 25).
Aanpasbaar niveau: "+6 dB" – "±0 dB" (z) –
"–6 dB"
* Als het systeem is uitgeschakeld.
Ontvangststand
Local (lokale zoekfunctie)
– "off" (z): afstemmen op normale ontvangst.
– "on": alleen afstemmen op zenders met
sterkere signalen.
Mono (monostand)
Selecteer de mono-ontvangststand als u slechte
FM-ontvangst wilt verbeteren.
– "off" (z): stereo-uitzendingen in stereo
beluisteren.
– "on" : stereo-uitzendingen in mono
beluisteren.
Regional
Instellen op "on" (z) of "off" (pagina 15).
BTM (pagina 13)
De equalizercurve aanpassen
— EQ3 Tune
Met "Custom" van EQ3 kunt u uw eigen
equalizerinstellingen bepalen.
1
Selecteer een bron en druk op
(MENU).
2
Selecteer "Sound" c "EQ3 Preset" c
"Custom" met de joystick.
3
4
Selecteer "EQ3 Tune" met de joystick.
5
Selecteer de frequentie die u wilt
aanpassen.
Aanpasbare frequentie in elk bereik:
LOW: 60 Hz of 100 Hz
MID: 500 Hz of 1,0 kHz
HI: 10,0 kHz of 12,5 kHz
6
Pas de equalizercurve aan.
Het volume kan worden aangepast in stappen
van 1 dB, van –10 dB tot +10 dB.
7
Druk op de joystick.
Herhaal stap 4 tot en met 7 om de overige
frequenties aan te passen.
Geluid
EQ3 Preset
Een equalizertype selecteren: "Xplod", "Vocal",
"Edge", "Cruise", "Space", "Gravity", "Custom"
of "Off" (z).
EQ3 Tune
Zie "De equalizercurve aanpassen" op
pagina 23.
DSO
De DSO-stand selecteren: "1", "2", "3" of "off"
(z). Hoe hoger het getal, des te duidelijker het
effect.
Balance
De balans tussen de rechter- en
linkerluidsprekers aanpassen: "R10" – "±0" (z)
– "L10"
Fader
De balans tussen de voor- en achterluidsprekers
aanpassen: "F10" – "±0" (z) – "R10"
Subwoofer
Het subwoofervolume aanpassen: "+10" – "±0"
(z) – "–10"
("– ∞" wordt bij de laagste instelling
weergegeven.)
LPF (laagdoorlaatfilter)
Kantelfrequentie van de subwoofer selecteren:
"off" (z), "125Hz" of "78Hz".
Selecteer het gewenste
frequentiebereik: "LOW", "MID" of
"HI".
Als u de fabrieksinstelling voor de
equalizercurve wilt herstellen, selecteert u
"Initialize" c "Yes" in stap 4.
Tip
Andere equalizertypen kunnen ook worden
aangepast.
23
Optionele apparaten gebruiken
CD/MD-wisselaar
De wisselaar selecteren
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "CD" of
"MD" wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) tot de
gewenste wisselaar wordt weergegeven.
Systeemnummer, MP3-aanduiding*1
LP2-/LP4-aanduiding*2
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen
1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op (1)
(REP) of (2) (SHUF) tot de gewenste
instelling wordt weergegeven.
Selecteer
Actie
Repeat Disc*1 Een disc herhaaldelijk
afspelen.
Shuffle
Changer*1
Tracks in de wisselaar in
willekeurige volgorde
afspelen.
Shuffle All*2
Tracks in alle apparaten in
willekeurige volgorde
afspelen.
*1 Als een of meer CD/MD-wisselaars zijn
aangesloten.
*2 Als een of meer CD-wisselaars of twee of meer
MD-wisselaars zijn aangesloten.
Disc-/albumnummer
Het afspelen wordt gestart.
*1 Bij het afspelen van een MP3-bestand.
*2 Bij het afspelen van een MDLP-disc.
Albums en discs overslaan
1 Duw tijdens het afspelen de joystick omhoog/
omlaag.
Actie
Duw omhoog/omlaag
Album
overslaan
en houd even vast en laat
vervolgens los.
Albums blijven en houd vast binnen 2 seconden
overslaan
nadat u de joystick de eerste
keer hebt losgelaten.
Discs overslaan herhaaldelijk.
Discs blijven
overslaan
24
en duw de joystick binnen 2
seconden weer en houd deze
vast.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u "Repeat off" of
"Shuffle off".
Tip
"Shuffle All" werkt niet met een combinatie van CDspelers en MD-wisselaars.
Een disc zoeken op naam — LIST
U kunt een disc selecteren in de lijst als een CDwisselaar met CD TEXT-functie of een MDwisselaar is aangesloten.
Als u een naam hebt toegewezen aan een disc,
wordt de naam weergegeven in de lijst.
1 Druk tijdens het afspelen op de joystick.
Het discnummer of de discnaam wordt
weergegeven.
2 Duw de joystick omhoog/omlaag tot de
gewenste disc wordt weergegeven.
3 Druk op de joystick om de disc af te spelen.
Het display keert terug naar de normale
weergavestand.
U kunt optionele draagbare apparaten van Sony
aansluiten op de BUS AUDIO IN/AUX IN
aansluiting op het systeem. Als de wisselaar of
een ander apparaat niet is aangesloten op de
aansluiting, kunt u het draagbare apparaat
beluisteren via de autoluidsprekers.
Opmerking
Als u een draagbaar apparaat aansluit, moet BUS
CONTROL IN niet aangesloten zijn. Als een apparaat
is aangesloten op BUS CONTROL IN, kan "AUX" niet
worden geselecteerd met (SOURCE).
Tip
Als u een draagbaar apparaat en een wisselaar wilt
aansluiten, gebruikt u de optionele AUX-INschakelaar.
Randapparatuur selecteren
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
U bedient het draagbare apparaat met de
toetsen op het apparaat zelf.
Het volume aanpassen
Pas vóór het afspelen voor elk aangesloten
audioapparaat het volume aan.
1 Verlaag het volume op het systeem.
2 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
3 Start het afspelen op het draagbare
audioapparaat met een normaal volume.
4 Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het
systeem.
5 Pas het volume aan volgens de instructies bij
"Menu-items aanpassen — MENU" op
pagina 22. Het ingangsniveau kan worden
aangepast van –6 dB tot +6 dB.
Bedieningselementen
De overeenkomstige toetsen op de
bedieningssatelliet bedienen dezelfde functies als
die op dit systeem.
ATT
SOUND*
PRESET/
DISC
MODE
SOURCE
OFF
Extra audioapparatuur
DSPL
VOL
SEEK/AMS
OFF
De volgende bedieningselementen op de
bedieningssatelliet moeten op een andere manier
worden bediend dan op het systeem.
• PRESET/DISC regelaar
Dezelfde functie als het omhoog/omlaag duwen
van de joystick op het systeem (indrukken en
draaien).
• VOL (volume) regelaar
Dezelfde functie als het draaien van de joystick
op het systeem (draaien).
• SEEK/AMS regelaar
Dezelfde functie als het naar links/rechts
duwen van de joystick op het systeem (draaien
of draaien en vasthouden).
* Niet beschikbaar voor dit systeem.
De werkingsrichting wijzigen
De werkingsrichting van de bedieningselementen
is in de fabriek ingesteld, zoals hieronder wordt
aangegeven.
Verhogen
Verlagen
Bedieningssatelliet RM-X4S
Het label bevestigen
Houd bij het bevestigen van het label rekening
met de positie waarin de bedieningssatelliet
wordt gemonteerd.
SOUND
MODE
DSPL
Als u de bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom moet monteren, kan de
werkingsrichting worden omgekeerd.
1 Terwijl u de VOL regelaar indrukt, houdt u
(SOUND) ingedrukt.
DSPL
MODE
SOUND
25
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
• Wanneer uw auto in de volle zon heeft gestaan,
moet u eerst het systeem laten afkoelen voordat u
het gebruikt.
• Een elektrisch bediende antenne schuift
automatisch uit wanneer het systeem wordt
ingeschakeld.
Condensvorming
Op een regenachtige dag of in een zeer vochtige
omgeving kan vocht condenseren op de lenzen en
het display van het systeem. In dit geval kan de
werking van het systeem worden verstoord.
Verwijder de disc en wacht ongeveer een uur tot alle
vocht is verdampt.
Optimale geluidskwaliteit behouden
Let op dat u geen drankjes op het systeem of de
discs morst.
Opmerkingen over discs
• Raak het oppervlak van de disc niet aan zodat dit
schoon blijft. Pak de disc bij de randen vast.
• Bewaar de discs in het doosje of het discmagazijn
wanneer u deze niet gebruikt.
• Stel discs niet bloot aan hitte/hoge temperaturen.
Laat de discs niet achter in een geparkeerde auto
of op het dashboard/de hoedenplank.
• Plak geen etiketten op de discs en gebruik geen
discs met kleverige inkt/resten. Dergelijke discs
kunnen stoppen met draaien, waardoor de werking
wordt verstoord of de disc kan worden
beschadigd.
• Maak een disc voor het
afspelen altijd schoon met een
in de handel verkrijgbare
reinigingsdoek. Veeg de disc
van binnen naar buiten schoon.
Gebruik geen oplosmiddelen
zoals benzine, thinner en in de
handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen of
antistatische sprays voor grammofoonplaten.
Opmerkingen over CD-R's/CD-RW's
• Sommige CD-R's/CD-RW's (afhankelijk van de
opnameapparatuur of de staat van de disc) kunnen
niet met dit systeem worden afgespeeld.
• U kunt geen CD-R/CD-RW afspelen die niet is
gefinaliseerd.
Muziekdiscs die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën
Dit product is ontworpen om discs af te spelen die
voldoen aan de CD-norm (Compact Disc).
Recentelijk hebben bepaalde platenmaatschappijen
discs op de markt gebracht die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën. Sommige van
deze discs voldoen niet aan de CD-norm en kunnen
wellicht niet worden afgespeeld met dit systeem.
Bericht over DualDiscs
Een DualDisc is een tweezijdige disc, waarop aan
de ene kant DVD-materiaal is opgenomen en aan
de andere kant digitaal audiomateriaal. Echter,
aangezien de kant met het audiomateriaal niet
voldoet aan de Compact Disc (CD)-norm, wordt
een juiste weergave op dit apparaat niet
gegarandeerd.
Informatie over MP3-/WMAbestanden
• Gebruik geen discs waarop stickers zijn geplakt.
Als u dergelijke discs toch gebruikt, kan dat leiden
tot:
– het niet uitwerpen van een disc (doordat een
sticker losraakt en het uitwerpmechanisme wordt
geblokkeerd);
– het niet correct lezen van audiogegevens
(bijvoorbeeld geluid verspringt of wordt niet
afgespeeld) doordat de sticker onder invloed van
de warmte krimpt en de disc krom trekt.
• Discs met afwijkende vormen (bijvoorbeeld hart,
vierkant, ster) kunnen niet met dit systeem worden
afgespeeld. Als u dit toch probeert, kan het
systeem worden beschadigd. Gebruik dergelijke
discs niet.
• U kunt geen CD's van 8 cm afspelen.
26
MP3 (MPEG-1 Audio Layer-3) is een compressieindeling voor muziekbestanden. Audio-CDgegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer 1/10
van de oorspronkelijke grootte.
WMA (Windows Media Audio) is een alternatieve
compressie-indeling voor muziekbestanden. AudioCD-gegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/22* van de oorspronkelijke grootte.
* Alleen voor 64 kbps
• Het systeem is compatibel met het ISO 9660 level
1/level 2-formaat, Joliet/Romeo in
expansieformaat en Multi Session (meerdere
sessies).
• Maximum aantal:
– mappen (albums): 150 (inclusief hoofdmap en
lege mappen).
– MP3-/WMA-bestanden (tracks) en mappen die
op een disc passen: 300 (als de naam van een
map/bestand veel tekens bevat, kan dit aantal
minder dan 300 zijn).
– tekens voor de naam van een map/bestand is
25 (Joliet) of 50 (Romeo).
• ID3-tag versies 1.0, 1.1, 2.2, 2.3 en 2.4 gelden
alleen voor MP3. Voor de versies 1.0 en 1.1 van de
ID3-tag kunnen 30 tekens worden weergegeven.
Voor de versies 2.2, 2.3 en 2.4 kunnen 50 tekens
worden weergegeven. Voor de WMA-tag kunnen
25 tekens worden weergegeven.
Afspeelvolgorde van MP3-/WMAbestanden
MP3/WMA
Map
(album)
MP3-/WMAbestand
(track)
Opmerkingen
• Wanneer u een MP3-/WMA-bestand een naam
geeft, moet u altijd de extensie ".mp3"/".wma" aan
de bestandsnaam toevoegen.
• Als u een MP3-/WMA-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur waarschijnlijk niet
nauwkeurig weergegeven.
• Als de disc in meerdere sessies is opgenomen,
wordt alleen de indeling van de eerste track van de
eerste sessie herkend en afgespeeld (alle andere
indelingen worden overgeslagen). De
prioriteitsvolgorde van de indeling is CD-DA, ATRAC
CD en MP3/WMA.
– Als de eerste track CD-DA is, wordt alleen CD-DA
van de eerste sessie afgespeeld.
– Als de eerste track geen CD-DA is, wordt alleen de
ATRAC CD of MP3/WMA afgespeeld. Als de disc
geen gegevens met deze indelingen bevat, wordt
"NO Music" weergegeven.
Opmerkingen over MP3
• Finaliseer de disc voordat u het systeem gebruikt.
• Als u een MP3-bestand met een hoge bitsnelheid
afspeelt, zoals 320 kbps, wordt het geluid
waarschijnlijk onderbroken.
Opmerkingen over WMA
• Bestanden gemaakt met lossless compressie
kunnen niet worden afgespeeld.
• Met copyright beveiligde bestanden kunnen niet
worden afgespeeld.
Informatie over ATRAC CD's
ATRAC3plus-indeling
ATRAC3 (Adaptive Transform Acoustic Coding3)
is een compressietechnologie voor audio. AudioCD-gegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/10 van de oorspronkelijke grootte. Met
ATRAC3plus, een uitgebreide indeling van
ATRAC3, worden audio-CD-gegevens tot ongeveer
1/20 van de oorspronkelijke grootte gecomprimeerd.
Zowel de indeling ATRAC3 als ATRAC3plus is
geschikt voor het systeem.
ATRAC CD
Op een ATRAC CD zijn audio-CD-gegevens
opgenomen die zijn gecomprimeerd tot ATRAC3of ATRAC3plus-indeling met geautoriseerde
software, zoals SonicStage 2.0 of hoger of
SonicStage Simple Burner.
• Maximum aantal:
– mappen (groepen): 255
– bestanden (tracks): 999
• De tekens voor een map-/bestandsnaam en de
tekstinformatie van SonicStage worden
weergegeven.
Raadpleeg de handleiding van SonicStage of
SonicStage Simple Burner voor meer informatie
over ATRAC CD.
Opmerking
Maak de ATRAC CD met geautoriseerde software,
zoals SonicStage 2.0 of hoger of SonicStage Simple
Burner 1.0 of 1.1.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
systeem die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sonyhandelaar.
Informatie over de Bluetoothfunctie
Informatie over Bluetooth-communicatie
• Draadloze Bluetooth-technologie functioneert
binnen een straal van ongeveer 10 meter.
De maximale communicatieafstand is afhankelijk
van obstakels (personen, metalen voorwerpen,
muren, enzovoort) of elektromagnetische storing.
• De volgende omstandigheden kunnen van invloed
zijn op de gevoeligheid van Bluetoothcommunicatie.
– Er bevindt zich een obstakel, zoals een persoon,
een metalen voorwerp of een muur, tussen dit
systeem en het Bluetooth-apparaat.
– Er bevindt zich een apparaat dat de frequentie
2,4 GHz gebruikt, zoals een draadloos LANapparaat, draadloze telefoon of magnetron, in de
buurt van dit systeem.
vervolg op volgende pagina t
27
• Omdat Bluetooth-apparaten en draadloze LANapparaten (IEEE802.11b/g) dezelfde frequentie
gebruiken, kan storing worden veroorzaakt door
microgolven. Als dit systeem in de buurt van een
draadloos LAN-apparaat wordt gebruikt, kan dit
een lagere communicatiesnelheid, ruis of een
ongeldige verbinding tot gevolg hebben. In dit
geval moet u het volgende doen.
– Gebruik dit systeem op ten minste 10 meter
afstand van het draadloze LAN-apparaat.
– Als dit systeem binnen 10 meter van een
draadloos LAN-apparaat wordt gebruikt,
schakelt u het draadloze LAN-apparaat uit.
– Plaats dit systeem en het Bluetooth-apparaat zo
dicht mogelijk bij elkaar in de buurt.
• Microgolven die afkomstig zijn van een
Bluetooth-apparaat, kunnen van invloed zijn op de
werking van elektronische medische apparaten.
Schakel dit systeem en andere Bluetoothapparaten uit op de volgende plaatsen, omdat dit
ongelukken kan veroorzaken.
– in de buurt van ontvlambare gassen, in
ziekenhuizen, treinen, vliegtuigen of
benzinestations
– in de buurt van automatische deuren of
brandalarmen
• Dit systeem ondersteunt
beveiligingsmogelijkheden die voldoen aan de
Bluetooth-norm voor een beveiligde verbinding
wanneer de draadloze Bluetooth-technologie
wordt gebruikt, maar afhankelijk van de instelling
is beveiliging wellicht niet genoeg. Wees
voorzichtig wanneer u communiceert via de
draadloze Bluetooth-technologie.
• We zijn niet verantwoordelijk voor het lekken van
informatie tijdens het Bluetooth-communicatie.
• We kunnen niet garanderen dat een verbinding tot
stand kan worden gebracht met alle Bluetoothapparaten.
– Apparaten met Bluetooth-functies moeten
voldoen aan de Bluetooth-norm die is
vastgesteld door Bluetooth SIG, en moeten zijn
geverifieerd.
– Zelfs als het aangesloten apparaat voldoet aan de
hierboven vermelde Bluetooth-norm, kan met
sommige apparaten wellicht geen verbinding
worden gemaakt of functioneert het apparaat
niet correct, afhankelijk van de kenmerken of
technische gegevens van het apparaat.
– Wanneer u handsfree belt via de telefoon, kan
ruis optreden, afhankelijk van het apparaat of de
omgeving.
• Afhankelijk van het apparaat dat wordt
aangesloten, kan het enige tijd duren voordat de
communicatie wordt gestart.
28
Overige
• De Bluetooth-functie van een mobiele telefoon
functioneert mogelijk niet correct, afhankelijk van
radiogolven en de locatie waar het apparaat wordt
gebruikt.
• Als u ongemakken ondervindt na het gebruik van
een Bluetooth-apparaat, moet u meteen stoppen
met het gebruik van het Bluetooth-apparaat. Als
het probleem daarmee niet is verholpen,
raadpleegt u de dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Onderhoud
De lithiumbatterij van de
kaartafstandsbediening vervangen
Onder normale omstandigheden gaat de batterij
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur korter
zijn.)
Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik van
de kaartafstandsbediening kleiner. Vervang de
batterij door een nieuwe CR2025-lithiumbatterij.
Bij een andere batterij bestaat er brand- of
explosiegevaar.
+ zijde omhoog
c
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een
batterij wordt ingeslikt.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek voor
een goed contact.
• Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met
de juiste polariteit.
• Houd de batterij niet vast met een metalen tang, om
kortsluiting te voorkomen.
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd
door een identiek exemplaar.
Als de zekering doorbrandt,
moet u de voedingsaansluiting
controleren en de zekering
vervangen. Brandt de zekering
vervolgens nogmaals door, dan
kan er sprake zijn van een
defect in het systeem.
Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sonyhandelaar.
Het systeem verwijderen
1
Verwijder de beschermende rand.
1 Maak het voorpaneel los (pagina 6).
2 Knijp beide kanten van de
beschermingsrand in en trek de
beschermingsrand naar buiten.
Zekering (10A)
Aansluitingen schoonmaken
De werking van het systeem kan worden verstoord
als de aansluitingen tussen het systeem en het
voorpaneel niet schoon zijn. U kunt dit voorkomen
door het voorpaneel (pagina 6) los te maken en de
aansluitingen te reinigen met een in alcohol
gedrenkt wattenstaafje. Gebruik hierbij niet teveel
kracht. Anders kunnen de aansluitingen worden
beschadigd.
x
2
Hoofdeenheid
Achterkant van
het voorpaneel
Opmerkingen
• Uit veiligheidsoverwegingen moet u de motor
uitschakelen en de sleutel uit het contactslot halen
voordat u de aansluitingen reinigt.
• Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met
uw vingers of een metalen voorwerp.
Verwijder het systeem.
1 Plaats beide ontgrendelingssleutels
tegelijkertijd en duw hierop tot deze
vastklikken.
Haakje wijst
naar binnen.
2 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe
om het systeem los te maken.
3 Schuif het systeem uit de houder.
29
Technische gegevens
CD-speler
Signaal/ruis-verhouding: 120 dB
Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz
Snelheidsfluctuaties: Minder dan meetbare waarden
Tuner
FM
Afstembereik: 87,5 – 108 MHz
Antenne-aansluiting: Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie: 10,7 MHz/450 kHz
Bruikbare gevoeligheid: 9 dBf
Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz
Signaal/ruis-verhouding: 67 dB (stereo), 69 dB
(mono)
Harmonische vervorming bij 1 kHz: 0,5 % (stereo),
0,3 % (mono)
Scheiding: 35 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik: 30 – 15.000 Hz
MW/LW
Afstembereik:
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenne-aansluiting: Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie: 10,7 MHz/450 kHz
Gevoeligheid: MW: 30 µV, LW: 40 µV
Draadloze communicatie
Communicatiesysteem:
Bluetooth-norm versie 2.0
Uitvoer:
Bluetooth-norm klasse 2 (Max. +4 dBm)
Maximaal communicatiebereik:
Gezichtslijn ongeveer 10 m*1
Frequentieband:
2,4 GHz band (2,4000 – 2,4835 GHz)
Modulatiemethode: FHSS
Compatibele Bluetooth-profielen*2:
A2DP (Advanced Audio Distribution Profile)
AVRCP (Audio Video Remote Control Profile)
HFP (Handsfree Profile)
OPP (Object Push Profile)
*1 Het werkelijke bereik verschilt afhankelijk van
factoren, zoals obstakels tussen apparaten,
magnetische velden om een magnetron, statische
elektriciteit, ontvangstgevoeligheid, prestaties van
de antenne, het besturingssysteem, software,
enzovoort.
*2 De Bluetooth-standaardprofielen geven het doel
van Bluetooth-communicatie tussen apparaten
aan.
Versterker
Uitgangen: Luidsprekeruitgangen (sure seal)
Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm
Maximaal uitgangsvermogen: 52 W × 4 (bij 4 ohm)
30
Algemeen
Uitgangen:
Audio-uitgangen (voor/achter)
Subwooferuitgang (mono)
Relaisaansluiting elektrische antenne
Aansluiting versterker
Ingangen:
Telephone ATT-bedieningsaansluiting
Aansluiting verlichtingsregelaar
BUS-bedieningsingang
BUS-audio-/AUX IN-ingang
Afstandsbedieningsingang
Antenne-ingang
Toonregelingen:
Laag: ±10 dB bij 60 Hz of 100 Hz (XPLOD)
Gemiddeld: ±10 dB bij 500 Hz of 1 kHz (XPLOD)
Hoog: ±10 dB bij 10 kHz of 12,5 kHz (XPLOD)
Voeding: 12 V gelijkstroom accu
(negatieve aarde)
Afmetingen: Ongeveer 178 × 50 × 183 mm (b/h/d)
Montageafmetingen: Ongeveer 182 × 53 × 162 mm
(b/h/d)
Gewicht: Ongeveer 1,2 kg
Bijgeleverde accessoires:
Kaartafstandsbediening: RM-X302
Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set)
Optionele accessoires/apparaten:
Bedieningssatelliet: RM-X4S
BUS-kabel (geleverd met RCA-kabel):
RC-61 (1 m), RC-62 (2 m)
CD-wisselaar (10 discs): CDX-757MX
CD-wisselaar (6 discs): CDX-T70MX, CDX-T69
Bronkeuzeschakelaar: XA-C40
AUX-IN-schakelaar: XA-300
Interfaceadapter voor iPod: XA-120IP
Het is mogelijk dat uw handelaar niet beschikt over
sommige van de hierboven vermelde accessoires.
Vraag uw handelaar om meer informatie.
Octrooien in de Verenigde Staten en in andere
landen vallen onder de licentie van Dolby
Laboratories.
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en
-patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer
IIS en Thomson.
Opmerking
Dit systeem kan niet worden aangesloten op een
digitale voorversterker of een equalizer die compatibel
is met het Sony BUS-systeem.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
• Er werd loodvrij gesoldeerd.
• Er werden geen halogene brandvertragende
producten gebruikt in de betreffende
printplaat/printplaten.
• In het omhulsel werden geen halogeen bevattende
brandvertragende producten gebruikt.
• Als beschermings- en opvulmateriaal werd er
papier gebruikt.
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het systeem
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Ga naar de volgende ondersteuningssite als het
probleem niet is opgelost.
Ondersteuningssite
Als u vragen hebt of de laatste
ondersteuningsinformatie over dit product wilt
hebben, gaat u naar de onderstaande website:
http://support.sony-europe.com/
Algemeen
Het systeem wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting. Controleer de zekering
wanneer alles in orde is.
• Als het systeem wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het systeem niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het systeem in.
De elektrisch bediende antenne schuift niet uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos.
Geen geluid.
• Het volume is te laag.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (als de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar is niet ingesteld op
een systeem met 2 luidsprekers.
• De CD-wisselaar is niet compatibel met de
discindeling (MP3/WMA/ATRAC CD).
t Speel het bestand af met een CD-wisselaar van
Sony die compatibel is met MP3 of speel het af
met dit systeem.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 22).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• Er is op RESET gedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld.
• De voedingskabel is niet goed aangesloten.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de positie van de
contactsleutel wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Het display verdwijnt van/verschijnt niet in het
weergavevenster.
• De dimmer is ingesteld op "Dimmer on" (pagina 22).
• Het display verdwijnt als u op (OFF) drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t Druk op (OFF) op het systeem en houd deze
toets ingedrukt tot het display verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 29).
DSO werkt niet.
DSO heeft wellicht niet het gewenste effect,
afhankelijk van het auto-interieur of het muziekgenre.
De displayitems worden niet weergegeven.
t Stel "Info All" in (pagina 22).
CD's/MD's afspelen
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het systeem.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 26).
MP3-/WMA-bestanden kunnen niet worden
afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-/WMAindeling en -versie (pagina 26).
MP3-/WMA-bestanden worden minder snel
afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– discs opgenomen met een ingewikkelde structuur;
– discs die in meerdere sessies zijn opgenomen;
– discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De ATRAC CD kan niet worden afgespeeld.
• De disc is niet gemaakt met geautoriseerde software,
zoals SonicStage of SonicStage Simple Burner.
• Tracks die niet in de groep staan, kunnen niet worden
afgespeeld.
De ID3-tag van het MP3-bestand wordt niet
correct weergegeven.
• Controleer de instelling "ID3 Tag" (pagina 23).
• Klanten in Rusland stellen "RUS" in; andere klanten
stellen "EUR" in. Zelfs als u "RUS" hebt ingesteld,
wordt de ID3-tag mogelijk niet correct weergegeven.
De displayitems rollen niet.
• Bij sommige discs met heel veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "Auto Scroll" is ingesteld op "off".
t Stel "Auto Scroll on" in (pagina 22) of druk op
(SCRL) op de kaartafstandsbediening.
Het geluid verspringt.
• Het systeem is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het systeem onder een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
vervolg op volgende pagina t
31
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op RESET (pagina 6).
Radio-ontvangst
De zenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• Sluit een antennebedieningskabel (blauw) of
hulpvoedingskabel (rood) aan op de voedingskabel
van de auto-antenneversterker (alleen als uw auto is
uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de achterof zijruit).
• Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
• De auto-antenne schuift niet uit.
t Controleer de aansluiting van de
antennebedieningskabel.
• Controleer de frequentie.
• Als de DSO-functie is ingeschakeld, is het geluid
soms gestoord.
t Stel DSO in op "off" (pagina 23).
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is ingesteld op "on".
t Stel "Local off" in (pagina 23).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stel "Mono on" in (pagina 23).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het systeem staat in de mono-ontvangststand.
t Stel "Mono off" in (pagina 23).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t Schakel TA uit (pagina 14).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 14).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft "None" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Er zijn geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.
32
Bluetooth-functie
Het te verbinden apparaat kan dit systeem niet
vinden.
• Stel "Signal" in op "ON" (pagina 16).
• Stel "Visibility" in op "Show" (pagina 16).
• Als u verbinding maakt met het andere Bluetoothapparaat, kan dit systeem niet worden herkend vanaf
een ander apparaat. Voor herkenning op een ander
apparaat verbreekt u de huidige verbinding en zoekt u
dit systeem vanaf het andere apparaat. U kunt
opnieuw verbinding maken met het apparaat
waarmee u de verbinding hebt verbroken. Selecteer
het apparaat in de lijst met geregistreerde apparaten.
Dit systeem kan het te verbinden apparaat niet
vinden.
Controleer de Bluetooth-instelling van het te verbinden
apparaat.
Er kan geen verbinding worden gemaakt.
• Zoeken vanaf dit systeem is wellicht niet mogelijk,
afhankelijk van het andere apparaat.
t Zoek dit systeem vanaf het andere apparaat.
• Zoeken vanaf dit systeem is wellicht niet mogelijk,
afhankelijk van de status van het andere apparaat.
t Zoek dit systeem vanaf het andere apparaat.
• Controleer de koppelings- en verbindingsprocedures
aan de hand van de handleiding van het andere
apparaat, enzovoort en voer de bewerking opnieuw
uit.
De naam van het gevonden apparaat wordt niet
weergegeven.
Afhankelijk van de status van het andere apparaat kunt
u de naam mogelijk niet ophalen.
Geen beltoon.
• Pas het volume aan bij "Ring Vol" (pagina 18).
• Afhankelijk van het te verbinden apparaat wordt de
beltoon wellicht niet op de juiste manier verzonden.
t Stel "Ringtone" in op "Default" (pagina 21).
Het volume van het stemgeluid is te laag.
Pas het volume aan bij "Talk Vol" (pagina 18).
Er treedt echo of ruis op in de
telefoongesprekken.
• Zet het volume zachter.
• "EC/NC Mode" is ingesteld op "off".
t Stel "EC/NC Mode" in op "Mode 1" of "Mode 2"
(pagina 21).
• Als ander omgevingsgeluid dan het geluid van het
telefoongesprek te hard is, probeert u dit geluid te
beperken.
Bijvoorbeeld: als er een raam open staat en het
verkeer veel lawaai maakt, sluit u het raam. Als de
airconditioning veel lawaai maakt, zet u de
airconditioning zachter.
De geluidskwaliteit van de telefoon is slecht.
De geluidskwaliteit van de telefoon is afhankelijk van
de ontvangstomstandigheden van de mobiele telefoon.
t Verplaats uw auto naar een plaats waar het signaal
van de mobiele telefoon sterker is als de ontvangst
slecht is.
Het volume van het verbonden audioapparaat
is laag (hoog).
Het volume is afhankelijk van het audioapparaat.
t Pas het volume van het verbonden audioapparaat of
dit systeem aan.
Er wordt geen geluid uitgevoerd vanaf het
Bluetooth-audioapparaat.
De weergave op het audioapparaat is onderbroken.
t Hervat de weergave op het audioapparaat.
Het geluid verspringt tijdens het afspelen op
een Bluetooth-audioapparaat.
• Verklein de afstand tussen het systeem en het
Bluetooth-audioapparaat.
• Als het Bluetooth-audioapparaat in een houder wordt
bewaard die het signaal kan verstoren, verwijdert u
het audioapparaat tijdens gebruik uit de houder.
• Er worden meerdere Bluetooth-apparaten of andere
apparaten die radiogolven uitzenden, in de buurt
gebruikt.
t Schakel de andere apparaten uit.
t Vergroot de afstand tot de andere apparaten.
Het verbonden Bluetooth-audioapparaat kan
niet worden bediend.
Controleer of het verbonden Bluetooth-audioapparaat
AVRCP ondersteunt.
Bepaalde functies werken niet.
Controleer of het te verbinden apparaat de betreffende
functies ondersteunt.
De naam van de andere persoon wordt niet
weergegeven wanneer u een gesprek ontvangt.
• De naam van de andere persoon is niet opgeslagen in
het telefoonboek.
t Sla de naam op in het telefoonboek (pagina 19).
• De persoon die belt, heeft ingesteld dat zijn/haar
telefoonnummer niet wordt weergegeven.
Een gesprek wordt per ongeluk gestart.
• De verbonden telefoon is ingesteld om automatisch
een gesprek te starten.
• "Auto Answer" van dit systeem is ingesteld op "on"
(pagina 21).
Koppelen mislukt na time-out.
Afhankelijk van het te verbinden apparaat kan de tijd
waarin u de koppeling moet uitvoeren, kort zijn.
Probeer het koppelen te voltooien binnen de tijd door
een toegangscode van één cijfer in te stellen.
De beltoon of de stem van de andere persoon
wordt slechts via één luidspreker uitgevoerd.
"Speaker Sel" is ingesteld op "FR-L" of "FR-R".
t Stel "Speaker Sel" in op "Front" (pagina 21).
Tijdens handsfree bellen wordt er geen geluid
uitgevoerd via de autoluidsprekers.
Als het geluid wordt uitgevoerd via de mobiele
telefoon, moet u de mobiele telefoon instellen om het
geluid uit te voeren via de autoluidsprekers.
Foutmeldingen/berichten
Audiofunctie
Blank Disc
Er zijn geen tracks opgenomen op de MD.
t Speel een MD af waarop tracks zijn opgenomen.
Error
• De disc is vuil of is omgekeerd geplaatst.
t Reinig de disc of plaats deze op de juiste manier.
• De disc kan niet worden afgespeeld wegens een
probleem.
t Plaats een andere disc.
Failure (brandt tot er op een toets wordt gedrukt.)
De luidsprekers of versterkers zijn niet correct
aangesloten.
t Raadpleeg de installatiehandleiding van dit model
om de aansluitingen te controleren.
Load
De disc wordt geladen door de wisselaar.
t Wacht tot het laden is voltooid.
Local Seek +/–
De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens
automatisch afstemmen.
NO AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
t Duw de joystick naar links/rechts terwijl de
programmaservicenaam knippert. Het systeem
zoekt naar een andere frequentie met dezelfde PIgegevens (programma-identificatie). "PI Seek"
wordt weergegeven.
NO Disc
Er is geen disc in de CD/MD-wisselaar geplaatst.
t Plaats discs in de wisselaar.
NO Disc Name
Er is geen discnaam aan de track toegevoegd.
NO Group Name
Er is geen groepsnaam aan de track op de ATRAC CD
toegevoegd.
NO ID3 Tag
Er is geen ID3-tag-informatie aan het MP3-bestand
toegevoegd.
NO Information
Er is geen tekstinformatie aan het ATRAC3-/
ATRAC3plus- of WMA-bestand toegevoegd.
NO Magazine
Er is geen discmagazijn in de CD-wisselaar geplaatst.
t Plaats het magazijn in de wisselaar.
NO Music
De disc bevat geen muziekbestanden.
t Plaats een muziek-CD in dit systeem of de MP3compatibele wisselaar.
NO TP
Het systeem blijft zoeken naar beschikbare TPzenders.
vervolg op volgende pagina t
33
NO Track Name
Er is geen tracknaam aan de track toegevoegd.
Offset
Er is wellicht een interne storing.
t Controleer de aansluiting. Als de foutmelding in
het display blijft staan, moet u de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar raadplegen.
Push Reset
De CD-speler en CD/MD-wisselaar kunnen niet
worden bediend vanwege een probleem.
t Druk op RESET (pagina 6).
Read
Alle track- en groepsinformatie op de disc wordt
gelezen.
t Wacht totdat het lezen is voltooid en het afspelen
automatisch wordt gestart. Afhankelijk van de
discstructuur kan dit meer dan een minuut in beslag
nemen.
"
" of "
"
Tijdens het snel terug- of vooruitspoelen hebt u het
begin of het einde van de disc bereikt en kunt u niet
verder.
" "
Het teken kan niet worden weergegeven met het
systeem.
Bluetooth-functie
Busy
Het Bluetooth-proces is niet voltooid.
t Stop het ontvangen van de telefoonboekgegevens.
t Stop de huidige bewerking en wacht even.
Connection Complete
De Bluetooth-verbinding is voltooid.
Connection Failed
• Kan niet worden verbonden met het apparaat wegens
een probleem.
• Kan niet worden verbonden met het apparaat omdat
de toegangscode onjuist is.
• De tijdslimiet voor het verbinden is verstreken.
Disconnected
Het Bluetooth-signaal is verloren.
Empty
• De items "Dialed Calls", "Received Calls" of
"Phonebook" in het menu CALL bevatten geen
gegevens.
• Het telefoonboek bevat geen gegevens wanneer u
opslaat met snelkeuzenummers.
Error
De telefoonboekgegevens kunnen niet worden
ontvangen wegens een probleem.
HF Device is not available
Er is geen verbinding met het handsfree apparaat.
Invalid Code
De ingevoerde beveiligingscode is onjuist.
Memory Full
• Het telefoonboekgeheugen van dit systeem is vol
geraakt tijdens het ontvangen van
telefoonboekgegevens.
• Het telefoonboekgeheugen van dit systeem is vol.
34
Not Available
Bluetooth AUDIO is geselecteerd als bron, maar er is
geen Bluetooth-audioapparaat verbonden.
No Devices Found
• Er is geen apparaat gevonden waarmee verbinding
kan worden gemaakt.
• Het apparaat is niet geregistreerd bij "Handsfree
Devices" of "Audio Devices".
t Registreer het apparaat bij "Handsfree Devices"
of "Audio Devices".
Security Locked
De beveiliging is ingesteld.
Turn ON Bluetooth
De Bluetooth-instelling is uitgeschakeld.
t Schakel de Bluetooth-instelling in.
Als deze oplossingen niet helpen, moet u de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar raadplegen.
Als u het systeem ter reparatie wegbrengt omdat
CD's niet goed worden afgespeeld, kunt u beste de
disc meenemen waarmee het probleem is begonnen.