Documenttranscriptie
Dansk (oversat fra original brugsvejledning)
4
Deutsch (übersetzt von den Originalanweisungen)
26
English (original instructions)
50
Español (traducido de las instrucciones originales)
71
Français (traduction de la notice d’instructions originale)
95
Italiano (tradotto dalle istruzioni originali)
119
Nederlands (vertaald vanuit de originele instructies)
142
Norsk (oversatt fra de originale instruksjonene)
166
Português (traduzido das instruções originais)
187
Suomi (käännetty alkuperäisestä käyttöohjeesta)
212
Svenska (översatt från de ursprungliga instruktionerna)
233
Türkçe (orijinal talimatlardan çevrilmiştir)
255
Ελληνικά (μετάφραση από τις πρωτότυπες οδηγίες)
278
Copyright DEWALT
B
NEDERLANDS
SNOERLOZE SLIJPMACHINE
DCG412, DCG422
Hartelijk gefeliciteerd!
U hebt gekozen voor een DEWALT gereedschap.
Jarenlange ervaring, grondige productontwikkeling
en innovatie maken DEWALT tot een van de
betrouwbaarste partners voor gebruikers van
professioneel gereedschap.
Technische gegevens
Spanning
Type
Vermogen
Snelheid zonder weerstand
Schijfdiameter
Spildiameter
Aslengte
Gewicht (zonder accu)
VDC
W
min-1
mm
mm
kg
DCG412
18
1
405
7000
125
M14
16
2,2*
DCG422
14,4
1
350
5000
125
M14
16
2,2*
OPMERKING: Toepassingen zoals afkortzagen
en schuren met een draadborstel kunnen andere
waarden voor vibratie-emissie geven.
Het vibratie-emissieniveau dat in dit informatieblad
wordt gegeven, is gemeten in overeenstemming met
een gestandaardiseerde test volgens EN 60745 en
kan worden gebruikt om het ene gereedschap met
het andere te vergelijken. Het kan worden gebruikt
voor een eerste inschatting van blootstelling.
WAARSCHUWING: Het verklaarde
vibratie-emissieniveau geldt voor
de hoofdtoepassingen van het
gereedschap. Als het gereedschap
echter voor andere toepassingen
wordt gebruikt, dan wel met
andere accessoires of slecht wordt
onderhouden, kan de vibratieemissie verschillen. Dit kan het
blootstellingniveau aanzienlijk verhogen
gedurende de totale arbeidsduur.
* gewicht is inclusief zijhandgreep en bescherming
LPA (geluidsdruk)
KPA (onzekerheidsfactor
geluidsdruk)
LWA (akoestisch vermogen)
KWA (onzekerheid akoestisch
vermogen)
dB(A)
87
84
dB(A)
dB(A)
5
98
3
95
dB(A)
5
3
Een inschatting van het
blootstellingniveau aan vibratie dient
ook te worden overwogen wanneer het
gereedschap wordt uitgeschakeld of als
het aan staat maar geen daadwerkelijke
werkzaamheden uitvoert. Dit kan
het blootstellingniveau aanzienlijk
verminderen gedurende de totale
arbeidsduur.
Stel aanvullende veiligheidsmaatregelen
op om de operator te beschermen
tegen de effecten van vibratie,
ZOALS: onderhoud het gereedschap
en de accessoires, houd de handen
warm, organisatie van werkpatronen.
Vibratie totaalwaarden (triax vectorsom) vastgesteld in
overeenstemming met EN 60745:
Vibratie-emissiewaarde ah oppervlakte slijpen
ah,AG =
m/s2
6,0
4,7
Onzekerheid K =
m/s2
1,5
1,5
Accu
Accutype
Spanning
Capaciteit
Gewicht
VDC
Ah
kg
Lader
Netspanning
Accutype
Geschatte laadtijd
min
Gewicht
kg
142
DCB140
Li-Ion
14,4
3,0
0,53
DCB141
Li-Ion
14,4
1,5
0,30
DCB142
Li-Ion
14,4
4,0
0,54
DCB143
Li-Ion
14,4
2,0
0,30
DCB180
Li-Ion
18
3,0
0,64
DCB181
Li-Ion
18
1,5
0,35
DCB182
Li-Ion
18
4,0
0,61
DCB183
Li-Ion
18
2,0
0,40
DCB105
230 V
Li-Ion
VAC
30
(1,5 Ah accu’s)
45
(2,0 Ah accu’s)
55
(3,0 Ah accu’s)
0,49
70
(4,0 Ah accu’s)
NEDERLANDS
Zekeringen
Europa
230 V gereedschappen 10 Ampère, hoofdstroom
Definities: Veiligheidsrichtlijnen
De onderstaande definities beschrijven het
veiligheidsniveau voor ieder signaleringswoord. Lees
de gebruiksaanwijzing a.u.b. zorgvuldig door en let
op deze symbolen.
GEVAAR: Geeft een dreigend
gevaar aan dat, indien dit niet wordt
voorkomen, leidt tot de dood of
ernstig letsel.
WAARSCHUWING: Geeft een mogelijk
gevaar aan dat, indien dit niet wordt
voorkomen, kan leiden tot de dood of
ernstig letsel.
VOORZICHTIG: Geeft een mogelijk
gevaarlijke situatie aan die, indien dit niet
wordt voorkomen, zou kunnen leiden
tot gering of matig letsel.
OPMERKING: Geeft een handeling
aan waarbij geen persoonlijk letsel
optreedt die, indien niet voorkomen,
schade aan goederen kan
veroorzaken.
Wijst op het gevaar voor elektrische
schok.
Wijst op brandgevaar.
EG verklaring van overeenstemming
RICHTLIJN VOOR MACHINES
DCG412, DCG422
DEWALT verklaart dat deze producten zoals
beschreven onder Technische gegevens in
overeenstemming zijn met:
2006/42/EG; EN 60745-1; EN 60745-2-3.
Deze producten voldoen ook aan Richtlijn
2004/108/EG en 2011/65/EU. Neem voor meer
informatie contact op met DEWALT via het
volgende adres of kijk op de achterzijde van de
gebruiksaanwijzing.
De ondergetekende is verantwoordelijk voor de
samenstelling van het technische bestand en legt
deze verklaring af namens DEWALT.
Horst Grossmann
Vice President Engineering and Product
Development
DEWALT, Richard-Klinger-Straße 11,
D-65510, Idstein, Duitsland
01.01.2013
WAARSCHUWING: Lees de
instructiehandleiding om het risico op
letsel te verminderen.
Algemene
veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING! Lees alle
veiligheidswaarschuwingen en alle
instructies. Het niet opvolgen van de
waarschuwingen en instructies kan
leiden tot een elektrische schok, brand
en/of ernstig persoonlijk letsel.
BEWAAR ALLE WAARSCHUWINGEN EN INSTRUCTIES
ALS TOEKOMSTIG REFERENTIEMATERIAAL
De term “elektrisch gereedschap” in de
waarschuwingen verwijst naar uw (met een
snoer) op de netspanning aangesloten elektrische
gereedschap of naar (draadloos) elektrisch
gereedschap met een accu.
1) VEILIGHEID WERKPLAATS
a) Houd het werkgebied schoon en goed
verlicht. Rommelige of donkere gebieden
zorgen voor ongelukken.
b) Bedien elektrische gereedschappen niet
in een explosieve omgeving, zoals in de
nabijheid van ontvlambare vloeistoffen,
gassen of stof. Elektrische gereedschappen
veroorzaken vonken die het stof of de
dampen kunnen doen ontbranden.
c) Houd kinderen en omstanders op
een afstand terwijl u een elektrisch
gereedschap bedient. Als u wordt afgeleid
kunt u de controle over het gereedschap
verliezen.
143
NEDERLANDS
2) ELEKTRISCHE VEILIGHEID
a) Stekkers van elektrisch gereedschap
moeten in het stopcontact passen. Pas
de stekker nooit op enige manier aan.
Gebruik geen adapterstekkers samen
met geaard elektrisch gereedschap.
Niet aangepaste stekkers en passende
contactdozen verminderen het risico op een
elektrische schok.
b) Vermijd lichamelijk contact met geaarde
oppervlaktes zoals buizen, radiatoren,
fornuizen en ijskasten. Er bestaat een
verhoogd risico op een elektrische schok als
uw lichaam geaard is.
c) Stel elektrisch gereedschap niet bloot
aan regen of natte omstandigheden.
Als er water in een elektrisch gereedschap
terecht komt, verhoogt dit het risico op een
elektrische schok.
d) Behandel het stroomsnoer voorzichtig.
Gebruik het stroomsnoer nooit om het
elektrische gereedschap te dragen of te
trekken, of de stekker uit het stopcontact
te halen. Houd het snoer uit de buurt
van warmte, olie, scherpe randen, of
bewegende onderdelen. Beschadigde
snoeren of snoeren die in de war zijn
verhogen het risico op een elektrische schok.
e) Als u een elektrisch gereedschap
buitenshuis gebruikt, gebruikt u een
verlengsnoer dat geschikt is voor
gebruik buitenshuis. Het gebruik van een
verlengsnoer dat geschikt is voor buitenshuis,
vermindert het risico op een elektrische
schok.
f) Als het gebruik van een elektrisch
gereedschap op een vochtige locatie
onvermijdelijk is, gebruikt u een
stroomvoorziening die beveiligd is met
een aardlekschakelaar. Het gebruik van een
aardlekschakelaar vermindert het risico op
een elektrische schok.
3) PERSOONLIJKE VEILIGHEID
a) Blijf alert, kijk wat u doet en gebruik uw
gezonde verstand als u een elektrisch
gereedschap bedient. Gebruik het
gereedschap niet als u vermoeid bent
of onder de invloed van drugs, alcohol
of medicatie bent. Een moment van
onoplettendheid tijdens het bedienen van
elektrische gereedschappen kan leiden tot
ernstig persoonlijk letsel.
b) Gebruik een beschermende uitrusting.
Draag altijd oogbescherming.
Beschermende uitrusting zoals een
stofmasker, antislip veiligheidsschoenen,
144
c)
d)
e)
f)
g)
een helm, of gehoorbescherming gebruikt in
de juiste omstandigheden zal het risico op
persoonlijk letsel verminderen.
Vermijd onbedoeld starten. Zorg ervoor
dat de schakelaar in de ‚off‘ (uit) stand
staat voordat u het gereedschap aansluit
op de stroombron en/of accu, het
oppakt of ronddraagt. Het ronddragen
van elektrische gereedschappen met uw
vinger op de schakelaar of het aanzetten
van elektrische gereedschappen waarvan de
schakelaar aan staat, zorgt voor ongelukken.
Verwijder alle stelsleutels of moersleutels
voordat u het elektrische gereedschap
aan zet. Een moersleutel of stelsleutel die
in een ronddraaiend onderdeel van het
elektrische gereedschap is achtergelaten kan
leiden tot persoonlijk letsel.
Rek u niet te ver uit. Blijf altijd stevig en
in balans op de grond staan. Dit zorgt
voor betere controle van het elektrische
gereedschap in onverwachte situaties.
Draag geschikte kleding. Draag geen
loszittende kleding of sieraden. Houd
uw haar, kleding en handschoenen uit
de buurt van bewegende onderdelen.
Loszittende kleding, sieraden of lang haar
kunnen door bewegende delen worden
gegrepen.
Als er in apparaten wordt voorzien voor
het aansluiten van stofverwijdering- of
verzamelapparatuur, zorg er dan voor
dat deze correct worden aangesloten
en gebruikt. Het gebruik van een
stofverzamelaar kan aan stof gerelateerde
gevaren verminderen.
4) GEBRUIK EN VERZORGING VAN ELEKTRISCH
GEREEDSCHAP
a) Forceer het gereedschap niet. Gebruik
het juiste elektrische gereedschap voor
uw toepassing. Het juiste elektrische
gereedschap voert de werkzaamheden beter
en veiliger uit waarvoor het is ontworpen.
b) Gebruik het gereedschap niet als de
schakelaar het niet aan en uit kan
zetten. Ieder gereedschap dat niet met de
schakelaar kan worden bediend is gevaarlijk
en moet worden gerepareerd.
c) Haal de stekker uit het stopcontact en/
of neem de accu uit het gereedschap
voordat u aanpassingen uitvoert,
accessoires verwisselt, of het elektrische
gereedschap opbergt. Dergelijke
preventieve veiligheidsmaatregelen
verminderen het risico dat het elektrische
gereedschap per ongeluk opstart.
NEDERLANDS
d)
e)
f)
g)
Bewaar gereedschap dat niet wordt
gebruikt buiten het bereik van kinderen en
laat niet toe dat personen die onbekend
zijn met het elektrische gereedschap
of deze instructies het gereedschap
bedienen. Elektrische gereedschappen
zijn gevaarlijk in handen van ongetrainde
gebruikers.
Onderhoud elektrische gereedschappen.
Controleer op verkeerde uitlijning en
het grijpen van bewegende onderdelen,
breuk van onderdelen en andere
omstandigheden die de werking van het
gereedschap nadelig kunnen beïnvloeden.
Zorg dat het gereedschap voor gebruik
wordt gerepareerd als het beschadigd is.
Veel ongelukken worden veroorzaakt door
slecht onderhouden gereedschap.
Houd snijdgereedschap scherp
en schoon. Correct onderhouden
snijdgereedschappen met scherpe
snijdranden lopen minder snel vast en zijn
gemakkelijker te beheersen.
Gebruik het elektrische gereedschap, de
accessoires en gereedschapsonderdelen
enz. in overeenstemming met deze
instructies, waarbij u rekening houdt
met de werkomstandigheden en de
werkzaamheden die dienen te worden
uitgevoerd. Gebruik van het elektrische
gereedschap voor werkzaamheden die
anders zijn dan het bedoelde gebruik, kunnen
leiden tot een gevaarlijke situatie.
5) GEBRUIK EN VERZORGING VAN GEREEDSCHAP
OP ACCU
a) Gebruik alleen de lader die door de
fabrikant wordt opgegeven. Een lader die
geschikt is voor één accutype, kan een risico
op brand veroorzaken indien gebruikt met
een andere accu.
b) Gebruik elektrische gereedschappen
uitsluitend met speciaal omschreven
accu’s. Gebruik van andere accu’s kan leiden
tot letsel en brandgevaar.
c) Als de accu niet in gebruik is, dient u
deze uit de buurt te houden van andere
metalen voorwerpen zoals paperclips,
munten, sleutels, spijkers, schroeven of
andere kleine metalen voorwerpen die
een verbinding van het ene contactpunt
met het andere kunnen maken. Het
kortsluiten van de accucontactpunten samen
kan brandwonden of brand veroorzaken.
d)
Als het gereedschap te zwaar wordt
belast, kan er vloeistof uit de accu
lekken; vermijd contact hiermee. Als u
per ongeluk hier toch mee in contact
komt, spoelt u met water. Als de vloeistof
in contact met de ogen komt, dient u
daarnaast medische hulp in te roepen.
Vloeistof afkomstig uit de accu kan irritatie of
brandwonden veroorzaken.
6) SERVICE
a) Zorg dat u gereedschap wordt
onderhouden door een erkende
reparateur die uitsluitend identieke
vervangende onderdelen gebruikt. Dit
zorgt ervoor dat de veiligheid van het
gereedschap blijft gegarandeerd.
AANVULLENDE SPECIFIEKE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Veiligheidsvoorschriften voor alle
handelingen
a) Dit elektrische gereedschap is bedoeld als
slijpmachine, gereedschap voor gebruik van
een draadborstel en afkortgereedschap.
Lees alle veiligheidswaarschuwingen,
instructies, illustraties en specificaties die bij
dit gereedschap zijn meegeleverd. Het niet
opvolgen van alle onderstaande instructies kan
leiden tot een elektrische schok, brand en/of
ernstig persoonlijk letsel.
b) Het wordt niet aanbevolen werkzaamheden
zoals schuren en polijsten met dit elektrisch
gereedschap uit te voeren. Werkzaamheden
waarvoor het elektrisch gereedschap niet is
ontworpen, kunnen leiden tot een gevaarlijke
situatie en persoonlijk letsel.
c) Gebruik geen accessoires die niet speciaal
ontworpen en aanbevolen zijn door de
fabrikant van het gereedschap. Het feit
dat een accessoire aan uw gereedschap kan
worden bevestigd wil nog niet zeggen dat dit
een veilige bediening garandeert.
d) Het nominale toerental van het accessoire
moet tenminste gelijk zijn aan het maximale
toerental zoals dit op het gereedschap
staat vermeld. Accessoires die sneller draaien
dan hun nominale toerental kunnen breken en
wegschieten.
e) De buitendiameter en de dikte van uw
accessoire moeten binnen het nominale
vermogen van uw gereedschap liggen.
Accessoires met een onjuiste grootte kunnen
niet voldoende worden vastgemaakt of
beheerst.
145
NEDERLANDS
f) De drevelgrootte van wielen, flenzen,
steunkussens en ieder ander accessoire
moet goed passen op de as van het
gereedschap. Accessoires met drevelgaten die
niet passen op de bevestigingshardware van
het gereedschap zullen uit balans raken en/of
extreem trillen en kunnen u de beheersing over
het gereedschap doen verliezen.
g) Gebruik een accessoire niet als ze
beschadigd is. Controleer het accessoire
zoals een schuurwiel voor gebruik op
schilfers en barstjes, steunkussens op
barstjes, scheurtjes of excessieve slijtage,
staalborstels op losse of gespleten draden.
Als het gereedschap of het accessoire is
gevallen, controleert u dit op schade of
plaatst u een onbeschadigd accessoire.
Na het controleren en plaatsen van een
accessoire zorgt u dat u en omstanders
uit de buurt van het bereik van het
ronddraaiende accessoire blijft en zet u het
gereedschap gedurende een minuut aan
op maximale snelheid zonder weerstand.
Beschadigde accessoires breken gewoonlijk af
tijdens deze testtijd.
h) Draag persoonlijke beschermende kleding.
Afhankelijk van de toepassing gebruikt u
gezichtsbedekking en een beschermende of
veiligheidsbril. Indien van toepassing draagt
u een stofmasker, gehoorbescherming,
handschoenen en een werkschort die kleine
afgeschuurde deeltjes of deeltjes van het
werkstuk tegenhouden. De oogbescherming
moet rondvliegende brokstukken die door de
diverse werkzaamheden vrijkomen tegen kunnen
houden. Het stofmasker e.d. moet in staat zijn
om partikeltjes die door uw werkzaamheden
vrijkomen te filteren. Langdurige blootstelling aan
intense geluiden kan gehoorverlies veroorzaken.
i) Houd omstanders op een veilige afstand
van het werkgebied. Iedereen die het
werkgebied betreedt moet persoonlijke
beschermende kleding dragen. Brokstukken
van het werkstuk of van een afgebroken
accessoire kunnen wegvliegen en letsel buiten
het directe werkgebied veroorzaken.
j) Houd het gereedschap alleen vast aan
geïsoleerde oppervlakken wanneer
u een handeling uitvoert waarbij het
snijdgereedschap in contact kan
komen met verborgen bedrading of
het eigen stroomsnoer. Accessoires van
snijdgereedschap die in contact komen met
bedrading die onder stroom staat, kunnen
metalen onderdelen van het gereedschap onder
stroom zetten en de gebruiker een elektrische
schok geven.
146
k) Plaats het stroomsnoer buiten het bereik
van het ronddraaiende accessoire. Als u
de controle verliest, wordt het snoer mogelijk
doorgesneden of gegrepen en kan uw hand
of arm in het draaiende accessoire worden
getrokken.
l) Leg het gereedschap nooit neer voordat het
accessoire volledig tot stilstand is gekomen.
Het ronddraaiende accessoire kan mogelijk in
contact met de oppervlakte komen waardoor u
de controle over het gereedschap verliest.
m) Gebruik het gereedschap niet terwijl u het
aan uw zijde draagt. Per ongeluk contact met
het ronddraaiende accessoires kan uw kleding
grijpen waardoor het accessoire naar uw
lichaam wordt getrokken.
n) Maak de luchtgaten van het gereedschap
regelmatig schoon. De ventilator van de
motor zuigt het stof in de behuizing en extreme
ophoping van metaaldeeltjes kan een elektrische
schok veroorzaken.
o) Bedien het gereedschap niet in de buurt van
ontvlambare materialen. Vonken kunnen deze
materialen doen ontbranden.
p) Gebruik geen accessoires die koelvloeistof
nodig hebben. Het gebruik van water of andere
koelvloeistoffen kan leiden tot elektrocutie of een
elektrische schok.
q) Gebruikniet schijven van Type 11
(komvormig) op dit gereedschap. Het gebruik
van accessoires die niet geschikt zijn, kan
persoonlijk letsel tot gevolg hebben.
r) Gebruik altijdde zijhandgreep. Zet de
handgreep stevig vast. Gebruik de zijhandgreep
zodat u te allen tijde de controle over het
gereedschap behoudt.
OVERIGE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
VOOR ALLE HANDELINGEN
Oorzaken en voorkoming van
terugslag
Terugslag is een plotselinge reactie op een
ronddraaiend wiel, steunkussen, borstel of ander
accessoire dat bekneld of gegrepen wordt.
Beknelling of grijpen zorgt voor het snel vastlopen
van het ronddraaiende accessoire dat op zijn
beurt zorgt dat het onbeheersbare gereedschap
in de tegenovergestelde richting van de draaiing
van het accessoire wordt gedwongen op het
bevestigingspunt.
NEDERLANDS
Als bijvoorbeeld een schuurwiel wordt gegrepen of
bekneld raakt door het werkstuk, kan de rand van
het wiel die er bij het beknellingpunt ingaat in het
oppervlak van het materiaal slaan waardoor het wiel
naar buiten loopt of terugslaat. Het wiel kan ofwel
naar de operator toe of van hem vandaan springen,
afhankelijk van de richting van de wielbeweging op
het beknellingpunt. Schuurwielen kunnen onder deze
omstandigheden ook afbreken.
b) De beschermkap moet stevig zijn
vastgemaakt aan en geplaatst zijn op het
elektrisch gereedschap voor maximale
veiligheid, zodat het gedeelte dat
onafgeschermd is voor de gebruiker zo
klein mogelijk is. De beschermkap helpt
de gebruiker te beveiligen tegen afgebroken
deeltjes van de schijf en voorkomt dat de
gebruiker in contact komt met de schijf.
Terugslag is het gevolg van een verkeerd gebruik
en/of onjuiste gebruiksomstandigheden van het
gereedschap en kan worden voorkomen door
geschikte voorzorgsmaatregelen te nemen zoals
hieronder VERMELD:
c) Wielen mogen uitsluitend worden gebruikt
voor de aanbevolen toepassingen.
Bijvoorbeeld: slijp niet met de zijkant van
een snijdwiel. Schurende snijdwielen zijn
bedoeld voor perifeer slijpen; zijwaartse krachten
kunnen ervoor zorgen dat deze wielen barsten.
a) Houd het gereedschap voortdurend stevig
vast en plaats uw lichaam en arm zo
dat u terugslagkrachten kunt weerstaan.
Gebruik altijd een hulphandgreep indien
meegeleverd voor maximale beheersing
van terugslag of torsiereactie tijdens het
opstarten. De operator kan torsiereactie of
terugslagkrachten beheersen als de juiste
voorzorgsmaatregelen worden genomen.
b) Plaats uw handen nooit in de buurt van het
ronddraaiende accessoire. Het accessoire
kan over uw hand terugslaan.
c) Plaats uw lichaam niet in het gebied
waar het gereedschap naartoe zal gaan
als zich terugslag voordoet. Terugslag
zorgt dat het gereedschap wegschiet in de
tegenovergestelde richting van de wielbeweging
op het beknellingpunt.
d) Wees extra voorzichtig als u hoeken,
scherpe randen, enz. bewerkt. Voorkom
dat het accessoire stuitert of blijft hangen.
Hoeken, scherpe randen en stuiteren kunnen
er vaak toe leiden dat het ronddraaiende
accessoire blijft hangen en kunnen verlies van
controle of terugslag veroorzaken.
e) Bevestig geen houtsnijdzaag of getand
zaagblad aan het gereedschap. Dergelijke
zaagbladen kunnen herhaaldelijke terugslag en
verlies van controle veroorzaken.
Veiligheidswaarschuwingen speciaal
voor slijpende en schurende
snijdhandelingen
a) Gebruik uitsluitend wieltypes die
zijn aanbevolen voor uw elektrische
gereedschap en de specifieke beveiliging die
is ontworpen voor het gekozen wiel. Wielen
waarvoor het elektrische gereedschap niets
is ontwikkeld kunnen niet adequaat worden
beveiligd en zijn onveilig.
d) Gebruik altijd onbeschadigde wielflenzen
van de juiste grootte en vorm voor het
wiel van uw keuze. De juiste wielflenzen
ondersteunen het wiel en verminderen zo de
mogelijkheid dat het wiel breekt. Flenzen voor
snijdwielen kunnen verschillen van wielflenzen
voor slijpen.
e) Gebruik geen versleten wielen van grotere
elektrische gereedschappen. Een wiel dat is
bedoeld voor een groter elektrisch gereedschap
is niet geschikt voor de hogere snelheid van een
kleiner gereedschap en kan barsten.
Aanvullende
veiligheidswaarschuwingen speciaal
voor schurende snijdhandelingen
a) Laat het snijdwiel niet “vastlopen” en oefen
er geen extreme druk op uit. Probeer
geen extreme diepte of snede te maken.
Het overbelasten van het wiel vergroot de
belasting en ontvankelijkheid voor het blokkeren
of vastlopen van het wiel in de snede, en de
mogelijkheid van terugslag of wielbreuk.
b) Plaats uw lichaam niet op een lijn met
en achter het ronddraaiende wiel. Als het
wiel tijdens de bediening van uw lichaam
vandaan beweegt, kan de mogelijke terugslag
het draaiende wiel doen wegschieten en het
elektrische gereedschap direct in uw richting
doen komen.
c) Als het wiel blokkeert of als een snede om
een bepaalde reden wordt onderbroken,
schakelt u het elektrische gereedschap uit
en houdt u het vast zonder te bewegen
totdat het wiel volledig tot stilstand is
gekomen. Probeer nooit een snijdwiel uit
de snede te verwijderen terwijl het wiel in
beweging is, anders kan zich een terugslag
voordoen. Zoek naar de oorzaak van het
blokkeren en neem de geschikte maatregelen
om dit op te heffen.
147
NEDERLANDS
d) Start het zagen niet opnieuw op in het
werkstuk. Laat het wiel volledig op snelheid
komen en steek het voorzichtig opnieuw
in de zaagsnede. Het wiel kan blokkeren,
weglopen of terugslaan als het gereedschap
opnieuw wordt opgestart in het werkstuk.
e) Ondersteun panelen of enig ander erg
groot werkstuk om te het risico dat het wiel
vastloopt of terugslaat te verminderen. Grote
werkstukken kunnen onder hun eigen gewicht
doorzakken. De ondersteuningen moeten
aan beide zijden worden geplaatst onder het
werkstuk, dicht bij de zaaglijn en aan beide
randen.
f) Wees bijzonder voorzichtig wanneer u
invallend zaagt op bestaande muren of
andere verborgen gedeelten. Het uitstekende
wiel kan gas- of waterbuizen, elektrische
bedrading of objecten snijden die een terugslag
veroorzaken.
Overige risico’s
Ondanks het toepassen van de relevante
veiligheidsvoorschriften en het toepassen van
veiligheidsapparaten, kunnen sommige overige
risico’s niet worden vermeden. Dit zijn:
– Gehoorbeschadiging.
– Risico op persoonlijk letsel door rondvliegende
deeltjes.
– Risico op brandwonden als gevolg van
accessoires die tijdens het gebruik heet worden.
– Risico op persoonlijk letsel als gevolg van
langdurig gebruik.
– Risico van stof dat van gevaarlijke stoffen
vrijkomt.
Markering op het gereedschap
De volgende pictogrammen staan op het
gereedschap vermeld:
Veiligheidswaarschuwingen speciaal
voor metaalborstelen
Lees gebruiksaanwijzing voor gebruik.
a) Wees ervan bewust dat metalen haartjes
worden uitgeworpen zelfs tijdens normale
bediening. Zet niet teveel kracht op de
borstelharen door een te grote druk op de
borstel uit te oefenen. De borstelharen dringen
gemakkelijk door in lichte kleding en/of de huid.
b) Als het gebruik van een beveiliging wordt
aanbevolen voor metaalborstelen, zorg dan
dat er geen contact is tussen het draadwiel
of de metaalborstel en de beveiliging. Het
draadwiel of de borstel kan in diameter groter
worden als gevolg van centrifugale krachten.
Aanvullende veiligheidsregels
• Bij het monteren van accessoires moet de
schroefdraad overeenkomen met die van de
as van de slijpmachine. Voor accessoires die
zijn gemonteerd door middel van flenzen moet
het drevelgat van het accessoire passen bij
de diameter van de flens. Accessoires die
niet passen op de bevestigingshardware van
het gereedschap zullen uit balans raken en/of
extreem trillen en kunnen u de beheersing over
het gereedschap doen verliezen.
• Het slijpoppervlak van de in het midden
verzonken schijven moet worden gemonteerd
onder het vlak van de beveiligingslip. Een wiel
dat niet goed is gemonteerd en dat uitsteekt
door het vlak van de beveiligingslip, kan niet
naar behoren worden beschermd.
148
Draag gehoorbescherming.
Draag oogbescherming.
POSITIE DATUMCODE (FIG. 1)
De datumcode (s), die ook het jaar van fabricage
bevat, is binnen in de behuizing geprint.
Voorbeeld:
2013 XX XX
Jaar van fabricage
Belangrijke veiligheidsinstructies
voor alle acculaders
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES: Deze handleiding
bevat belangrijke instructies voor de veiligheid en
voor de bediening van de DCB105-acculader.
• Lees voordat u de lader gebruikt, alle instructies
en aanwijzingen voor de veiligheid op de lader,
de accu en het product dat de accu gebruikt.
WAARSCHUWING: Gevaar voor
elektrische schok. Laat geen vloeistof in
de lader dringen. Dit zou kunnen leiden
tot een elektrische schok.
NEDERLANDS
VOORZICHTIG: Gevaar voor
brandwonden. Beperk het risico van
letsel, laad alleen oplaadbare accu’s op
van het merk DEWALT. Andere typen
batterijen kunnen te heet worden en
barsten wat leidt tot persoonlijk letsel en
materiële schade. Laad geen
niet-oplaadbare batterijen op.
VOORZICHTIG: Houd toezicht op
kinderen zodat zij niet met het apparaat
kunnen spelen.
OPMERKING: Onder bepaalde
omstandigheden kan er kortsluiting
in de lader ontstaan door vreemde
materialen, wanneer de stekker van
de lader in het stopcontact zit. Houd
vreemde materialen die geleidende
eigenschappen hebben, zoals, maar
niet uitsluitend, slijpstof, metaalsnippers,
staalwol, aluminiumfolie of een
ophoping van metaaldeeltjes, weg uit
de uitsparingen in de lader. Trek altijd
de stekker uit het stopcontact wanneer
er geen accu in de lader zit. Trek de
stekker van de lader uit het stopcontact
voordat u de lader gaat reinigen.
• Probeer NIET de accu op te laden met
andere laders dan die in deze handleiding
worden beschreven. De lader en de accu zijn
speciaal voor elkaar ontworpen.
• Deze laders zijn niet bedoeld voor een
andere toepassing dan het opladen van
oplaadbare accu’s van DEWALT. Andere
toepassingen kunnen leiden tot het gevaar van
brand, elektrische schok of elektrocutie.
• Stel de lader niet bloot aan regen of sneeuw.
• U kunt beter niet aan het snoer trekken
wanneer u de stekker van de lader uit het
stopcontact trekt. Er is dan minder risico
op beschadiging van het snoer en van de
stekker.
• Het is belangrijk dat u het snoer zo plaatst
dat niemand erop kan stappen of erover kan
struikelen, en het snoer niet op een andere
manier kan beschadigen of onder spanning
kan komen te staan.
• Gebruik alleen een verlengsnoer als het er
werkelijk niet anders kan. Gebruik van een
ongeschikt verlengsnoer kan het risico van
brand, elektrische schok of elektrocutie tot
gevolg hebben.
• Zorg, wanneer u buiten met de lader werkt,
altijd voor een droge locatie en gebruik een
verlengsnoer dat geschikt is voor gebruik
buitenshuis. Het gebruik van een verlengsnoer
dat geschikt is voor buitenshuis, vermindert het
risico van een elektrische schok.
• Blokkeer de ventilatiesleuven van de lader
niet. De ventilatiesleuven bevinden zich
bovenop en opzij van de lader. Plaats de
lader niet in de buurt van een warmtebron.
• Gebruik de lader niet met een beschadigd
snoer of een beschadigde stekker — laat
deze onmiddellijk vervangen.
• Gebruik de lader niet als er hard op is
geslagen, als de lader is gevallen of op een
andere manier beschadigd is. Breng de lader
naar een erkend servicecentrum.
• Haal de lader niet uit elkaar; breng de lader
naar een erkend servicecentrum wanneer
service of reparatie nodig is. Onjuiste
montage kan leiden tot het risico van een
elektrische schok, elektrocutie of brand.
• Als het netsnoer is beschadigd, moet het
onmiddellijk worden vervangen door de
fabrikant, een servicemonteur van de fabrikant
of een dergelijk vakbekwaam persoon, zodat
risico is uitgesloten.
• Trek de stekker van de lader uit het
stopcontact voordat u de lader gaat
schoonmaken. Er is dan minder risico van
een elektrische schok. Het risico is niet minder
wanneer u de accu verwijderd.
• Probeer NOOIT 2 laders op elkaar aan te
sluiten.
• De lader is ontworpen voor de 230 V
stroomvoorziening van een woning. Probeer
de lader niet te gebruiken op een andere
spanning. Dit geldt niet voor de 12V-lader.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Laders
De DCB105 lader is geschikt voor Li-Ion-accu’s
van 10,8 V, 14,4 V en 18 V (DCB121, DCB123,
DCB140, DCB141, DCB142, DCB143, DCB180,
DCB181, DCB182 and DCB183).
Deze lader hoeft niet te worden afgeregeld en is zo
ontworpen dat hij zeer gemakkelijk in het gebruik is.
149
NEDERLANDS
Het gereedschap schakelt automatisch uit als het
elektronische beschermingssysteem in werking
treedt. Als dit gebeurt, plaatst u de Li-Ion accu in de
lader totdat deze volledig is opgeladen.
Oplaadprocedure [afb. (fig.) 2]
1. Steek de lader in een geschikt 230
V-stopcontact voordat u de accu plaats.
2. Plaats de accu (j) in de lader, en let er daarbij op
dat de accu geheel in de lader komt te zitten.
Het rode lampje (opladen) knippert voortdurend
en dat duidt erop dat het laadproces is gestart.
3. Het voltooien van het opladen wordt
aangegeven doordat het rode lampje continu
AAN blijft. De accu is volledig opgeladen en kan
nu worden gebruikt of in de acculader worden
gelaten.
OPMERKING: U kunt maximale prestaties en
levensduur van Li-Ion-accu’s garanderen door de
accu’s volledig op te laden voordat u deze voor het
eerst in gebruik neemt.
Oplaadproces
Zie voor de oplaadstatus van de accu de
onderstaande tabel.
x
––
bezig met opladen
––
volledig opgeladen
hete/koude
accuvertraging
probleem met
accu of lader
probleem
elektriciteitssnoer
–––––––––––––––––––––
–– • –– • –– •
Belangrijke veiligheidsinstructies
voor alle accu’s
Als u vervangende accu’s bestelt, zorg er dan voor
dat u het catalogusnummer en voltage vermeldt.
Als u de accu uit de verpakking haalt is hij niet
geheel opgeladen. Lees, voordat u de accu en de
lader in gebruik neemt, de onderstaande instructies
voor een veilig gebruik en volg vervolgens de
vermelde laadprocedures.
LEES ALLE INSTRUCTIES
Oplaadstatus
––
Een koude accu zal half zo snel opladen als een
warme accu. De accu zal minder snel opladen
gedurende de gehele laadcyclus en zal niet op
maximumsnelheid gaan opladen, ook niet als de
accu warmer wordt.
––
–– •
••••••••••••••
•• •• •• •• •• •• ••
Deze lader laadt een kapotte accu niet op. Het
lampje zal niet of onregelmatig gaan branden en de
lader geeft daarmee aan dat de accu kapot is.
• Laad de accu niet op en gebruik deze niet
in een explosieve omgeving, zoals in de
nabijheid van ontvlambare vloeistoffen,
gassen of stof. Wanneer u de accu plaatst in of
verwijdert uit de lader kan het stof of de damp
door een vonk vlamvatten.
• Gebruik nooit geweld bij het plaatsen van
de accu in de lader. Wijzig de accu op geen
enkele manier als deze niet past in een lader
die niet geschikt is, omdat de accu kan
openbarsten waardoor ernstig persoonlijk
letsel kan ontstaan.
• Laad de accu’s alleen op in de daarvoor
bestemde DEWALT laders.
OPMERKING: Dit kan ook betekenen dat er iets
mis is met de lader.
• Spat NIET met water en dompel de accu niet
onder in water of andere vloeistoffen.
Als de lader laat zien dat er een probleem is, laat de
lader en de accu dan testen door een geautoriseerd
servicecentrum.
• Gebruik of bewaar het gereedschap en de
accu niet op plaatsen waar de temperatuur
40 ˚C of meer kan bereiken (bijvoorbeeld in
een schuurtje of een metalen loods in de
zomer).
Hete/koude accuvertraging
Als de oplader detecteert dat een accu te heet of
te koud is, begint deze automatisch met een hete/
koude accuvertraging, waarbij het opladen wordt
uitgesteld totdat de accu een geschikte temperatuur
heeft bereikt. De oplader schakelt vervolgens
automatisch naar de oplaadmodus voor de accu.
Deze functionaliteit verzekert u van maximale
levensduur van de accu.
XR Li-Ion-gereedschap is ontworpen met een
Elektronisch Beveiligingssysteem dat ervoor zorgt
dat de accu niet te veel wordt geladen, niet te heet
wordt of te veel wordt ontladen.
150
• Voor het beste resultaat is het belangrijk dat u
de accu vóór ingebruikname volledig oplaadt.
WAARSCHUWING: Probeer nooit
om welke reden dan ook de accu te
openen. Als de behuizing van de accu
is gescheurd of beschadigd, zet de
accu dan niet in de lader. Klem een
accu niet vast, laat een accu niet vallen,
beschadig een accu niet. Gebruik een
accu of lader waar hard op is geslagen,
NEDERLANDS
die is gevallen, waar overheen is
gereden of die op welke manier dan
ook is beschadigd (dat wil zeggen,
doorboord met een spijker, geraakt
met een hamer, vertrapt) niet. Een
elektrische schok of elektrocutie kan het
gevolg zijn. Breng beschadigde accu’s
terug naar het servicecentrum zodat ze
kunnen worden gerecycled.
VOORZICHTIG: Plaats het
gereedschap als het niet in gebruik
is op de zijkant op een stabiele
ondergrond waar er niet overheen
kan worden gestruikeld of het zelf
kan vallen. Sommige gereedschappen
met grote accu‘s staan rechtop op de
accu maar kunnen gemakkelijk worden
omgestoten.
SPECIEKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR LITHIUM ION
(Li-Ion)
• Verbrand de accu niet, zelfs niet als deze
ernstig beschadigd is of volledig verbruikt.
De accu kan in vuur exploderen. Als lithium ion
accu‘s worden verbrand, komen giftige dampen
en materialen vrij.
Omdat dit product veel vermogen trekt, kunt u het
beste accu’s met veel capaciteit gebruiken, waar deze
beschikbaar zijn. Raadpleeg Technische Gegevens
voor meer informatie.
Aanbevelingen voor opslag
1. De beste plaats om het apparaat op te bergen
is koel en droog, uit direct zonlicht en niet
in overmatige hitte of koude. Voor optimale
accuprestaties en levensduur bergt u accu’s op
bij kamertemperatuur als deze niet in gebruik
zijn.
2. Wanneer u de accu lange tijd opbergt, kunt u
deze voor optimale resultaten het beste volledig
opgeladen opslaan op een koele, droge plaats
buiten de lader.
OPMERKING: Accu’s kunnen beter niet volledig
ontladen worden opgeslagen. De accu moet voor
gebruik weer worden opgeladen.
Labels op de oplader en accu
In aanvulling op de pictogrammen in deze
handleiding laten de labels op de oplader en de
accu de volgende pictogrammen zien:
• Als de inhoud van de accu in contact met
de huid komt, wast u dit onmiddellijk af met
water en een milde zeep. Als accuvloeistof in
de ogen komt spoelt u 15 minuten met water
in het geopende oog, of totdat de irritatie stopt.
Als medische hulp nodig is dient u te vermelden
dat de accuelektrolyt is samengesteld uit een
mengsel van vloeibare organische carbonaten
en lithiumzouten.
• De inhoud van geopende accucellen kan
irritatie aan de luchtwegen veroorzaken.
Zorg voor frisse lucht. Zoek als de symptomen
aanhouden medische hulp.
WAARSCHUWING: Gevaar voor
brandwonden. Accuvloeistof kan
ontvlambaar zijn als deze aan een vonk
of vlam wordt blootgesteld.
Accu
ACCUTYPE
De DCG412 werkt op een 18 V-accu, u kunt de
DCB180-, DCB181-, DCB182- of DCB183-accu
gebruiken.
De DCG422 werkt op een 14,4 V-accu, u kunt de
DCB140-, DCB141-, DCB142- of DCB143-accu
gebruiken.
Lees gebruiksaanwijzing voor gebruik.
Accu bezig met opladen.
Accu opgeladen.
Hete/koude accuvertraging.
x
Probleem met accu of lader.
Probleem elektriciteitssnoer.
Niet doorboren met geleidende
voorwerpen.
Laad geen beschadigde accu‘s op.
Gebruik uitsluitend DEWALT accu’s;
andere modellen kunnen uit elkaar
spatten en persoonlijk letsel of schade
veroorzaken.
Niet blootstellen aan water.
151
NEDERLANDS
Zorg dat defecte snoeren onmiddellijk
worden vervangen.
d. As
e. Zijhandgreep
f. Slijpschijf
Uitsluitend opladen tussen 4 ºC en 40 ºC.
g. Steunflens
h. Klemmoer met schroefdraad
Bied de accu als chemisch afval aan en
houd rekening met het milieu.
i. Beschermkap
j. Accu
k. Grendel beschermkap
Gooi de accu niet in het vuur.
l. Nokken
m. Sleuven tandwielkast
Laad Li-Ion accu‘s op.
Zie Technische gegevens voor de
oplaadtijd.
n. Stelschroef
o. Accuvrijgaveknop
p. brandstofmeterknop
GEBRUIKSDOEL
Alleen voor gebruik binnenshuis
Inhoud van de verpakking
De verpakking bevat:
1 Haakse slijpmachine
1 125 mm beschermkap (Type 27)
1 Zijhandgreep
1 Flensset
1 Twee-pins steeksleutel
1 Lader
2 Li-Ion accu’s (M2, L2 modellen)
1 Gebruiksaanwijzing
1 Uitvergrote tekening
OPMERKING: Bij de N-modellen worden geen
accu’s, laders en gereedschapskoffers geleverd.
• Controleer of het gereedschap, de onderdelen
of accessoires mogelijk zijn beschadigd tijdens
het transport.
• Neem de tijd om deze handleiding grondig door
te lezen en te begrijpen voordat u de apparatuur
gebruikt.
Beschrijving (fig. 1–3)
WAARSCHUWING: Pas het
gereedschap of een onderdeel ervan
nooit aan. Dit kan schade of persoonlijk
letsel tot gevolg hebben.
a. Kantelschakelaar
b. Vergrendelknop
c. Knop asvergrendeling
152
De DCG412, DCG422 snoerloze hoekslijpmachines
zijn ontworpen voor professionele zaagtoepassingen
en lichte toepassingen voor het verwijderen van
materiaal en toepassingen met een draadborstel
Gebruik GEEN schuurwielen anders dan in het
midden drukvrije wielen en flapschijven.
GEBRUIK ZE NIET bij natte omstandigheden of
in de aanwezigheid van ontvlambare vloeistoffen of
gassen.
Deze haakse slijpmachine voor zware toepassingen
is professioneel elektrisch gereedschap.
LAAT GEEN kinderen in contact met het
gereedschap komen. Toezicht is vereist als
onervaren operators dit gereedschap bedienen.
• Dit product is niet bedoeld voor gebruik door
personen (waaronder kinderen) die verminderde
fysieke, sensorische of psychische vermogens
hebben of die het ontbreekt aan ervaring en/
of kennis of bekwaamheden, als dat niet
gebeurt onder toezicht van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen
mogen nooit alleen worden gelaten met dit
product zodat ze ermee zouden kunnen spelen.
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is slechts voor één voltage
ontworpen. Controleer altijd of het voltage van
de accu overeenkomt met het voltage op het
typeplaatje. Zorg er ook voor dat het voltage
van uw oplader overeenkomt met dat van uw
stroomvoorziening.
NEDERLANDS
Uw DEWALT oplader is dubbel geïsoleerd
in overeenstemming met EN 60335;
daarom is geen aarding nodig.
Als het stroomsnoer is beschadigd, moet het
worden vervangen door een speciaal
geprepareerd snoer dat leverbaar is via
het DEWALT servicecentrum.
Een verlengsnoer gebruiken
U dient geen verlengsnoer te gebruiken, tenzij dit
absoluut noodzakelijk is. Gebruik een goedgekeurd
verlengsnoer dat geschikt is voor de stroominvoer
van uw oplader (zie Technische gegevens). De
minimale geleidergrootte is 1 mm2; de maximale
lengte is 30 m.
Als u een haspel gebruikt, dient u het snoer altijd
volledig af te rollen.
ASSEMBLAGE EN AANPASSINGEN
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op ernstig persoonlijk letsel te
verminderen, zet u het gereedschap
uit en ontkoppelt u het van de
stroomvoorziening, voordat u enige
aanpassing maakt of hulpstukken
of accessoires verwijdert/installeert.
Voordat u het gereedschap opnieuw
aansluit, drukt u de trekkerschakelaar in
en laat deze vrijkomen, om er zeker van
te zijn dat het gereedschap uit staat.
WAARSCHUWING: Gebruik uitsluitend
DEWALT accu’s en opladers.
De accu in het gereedschap zetten
en uit het gereedschap verwijderen
(afb. 2)
OPMERKING: Voor het beste resultaat is het
belangrijk dat u de accu volledig oplaadt.
DE ACCU IN DE HANDGREEP VAN HET GEREEDSCHAP
INSTALLEREN
1. Houd de accu tegenover de rails (j) in de
handgreep van het gereedschap (afb. 2).
2. Schuif de accu in de handgreep totdat de accu
stevig vastzit in het gereedschap en controleer
dat de accu niet los raakt.
DE ACCU UIT HET GEREEDSCHAP HALEN
1. Druk op de accu-ontgrendelknop (o) en trek
de accu stevig uit de handgreep van het
gereedschap.
2. Zet de accu in de lader zoals wordt beschreven
in het ladergedeelte van deze handleiding.
ACCU’S MET VERMOGENMETER (AFB. 2)
Er zijn DEWALT-accu’s met een vermogenmeter en
deze bestaat uit drie groene LED-lampjes die een
aanduiding geven van de hoeveelheid lading die de
accu nog heeft.
U kunt de vermogenmeter activeren door de knop
(p) van de vermogenmeter ingedrukt te houden.
Een combinatie van de drie groene LED-lampjes
gaat branden en dat geeft een aanduiding van de
hoeveelheid lading die de accu nog heeft. Wanneer
de lading in de accu onder het bruikbare niveau ligt,
gaat de vermogenmeter niet branden en moet de
accu worden opgeladen.
OPMERKING: De brandstofmeter geeft slechts
een indicatie van de hoeveelheid lading die de
accu nog heeft. De meter geeft geen aanwijzingen
over de functionaliteit van het gereedschap en
is onderhevig aan schommelingen afhankelijk
van productcomponenten, temperatuur en de
toepassing door de eindgebruiker.
De zijhandgreep bevestigen (fig. 1)
WAARSCHUWING: Controleer voordat
u het gereedschap gebruikt of de hendel
stevig vastzit.
WAARSCHUWING: Gebruik de
zijhandgreep zodat u te allen tijde de
controle over het gereedschap behoudt.
Schroef de zijhandgreep (e) stevig in een van de
openingen aan de beide kanten van de behuizing.
Voor zaagbewerkingen kunt u de tandwielkast 90°
draaien, zodat u comfortabeler kunt werken.
De tandwielkast draaien (afb. 1)
1. Draai de vier hoekschroeven los waarmee de
tandwielkast vastzit op de motorbehuizing.
2. Draai de kop van de tandwielkast in de
gewenste stand, maar maak de tandwielkast
niet los van de motorbehuizing.
OPMERKING: Als er meer ruimte dan
3,17 mm ontstaat tussen de tandwielkast en de
motorbehuizing, moet het gereedschap worden
nagezien en opnieuw worden geassembleerd door
een officieel DEWALT-servicecentrum. Als u het
gereedschap niet laat nazien, kan dat leiden tot een
defect van de borstels, de motor en het lager.
3. Zet de schroeven weer vast en bevestig zo
de tandwielkast op de motorbehuizing. Zet de
schroeven vast met een aanhaalmoment 23
kg-cm. Wanneer u de schroeven te vast zet,
kunnen zij de draad beschadigen.
153
NEDERLANDS
De bescherming bevestigen en
verwijderen (fig. 3)
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op ernstig persoonlijk letsel te
verminderen, zet u het gereedschap
uit en ontkoppelt u het van de
stroomvoorziening, voordat u enige
aanpassing maakt of hulpstukken
of accessoires verwijdert/installeert.
Voordat u het gereedschap opnieuw
aansluit, drukt u de trekkerschakelaar in
en laat deze vrijkomen, om er zeker van
te zijn dat het gereedschap uit staat.
VOORZICHTIG: Bij deze slijpmachine
moeten beveiligingen worden gebruikt.
Wanneer u de haakse slijpmachine DCG412
gebruikt voor het zagen van metaal of metselwerk,
MOET u beschermkap Type 1 gebruiken.
Beschermkappen van Type 1 zijn tegen meerprijs
verkrijgbaar bij DEWALT-distributeurs.
OPMERKING: Raadpleeg de Tabel accessoires
Slijpen en Zagen aan het einde van dit hoofdstuk,
daar vindt u andere accessoires die met deze
haakse slijpmachines kunnen worden gebruikt.
1. Plaats het gereedschap op een tafel met de as
(d) omhoog.
2. Open de vergrendeling van de beschermkap
(k) en houd de nokken (l) op de beschermkap
tegenover de sleuven op de tandwielkast (m).
3. Duw de beschermkap omlaag tot de nokken
van de beschermkap vastgrijpen en vrij roteren
in de groef op de tandwielkastnaaf.
4. Roteer met geopende vergrendeling van
de beschermkap de beschermkap (l) in de
werkpositie van uw keuze.
5. Sluit de vergrendeling van de beschermkap
zodat de beschermkap vast komt te zitten op
de tandwielkast.
VOORZICHTIG: Als de beveiliging
niet kan worden vastgemaakt met de
stelschroef (n), dient u het gereedschap
niet te gebruiken. Om het risico op
persoonlijk letsel te verminderen, neemt
u het gereedschap en de beveiliging
mee naar een servicecentrum om de
beveiliging te laten repareren of te
vervangen.
OPMERKING: Draai de stelschroef
(n) niet aan met de klemhendel in de
geopende stand. Niet-waarneembare
beschadiging van de beschermkap of
van de montagenaaf kan daarvan het
gevolg zijn.
154
OPMERKING: Het slijpen en zagen van randen kan
worden uitgevoerd met schijven van Type 27 die zijn
ontworpen en gespecificeerd voor dit doel; schijven
van 6,35 mm dik zijn ontworpen voor het slijpen
van oppervlakken terwijl schijven van 3,17 mm zijn
ontworpen voor het slijpen van randen.
Schuurschijven met een verzonken
middenstuk monteren
OPMERKING: Beschermkap van Type 27 die bij de
slijpmachine wordt geleverd MOET worden gebruikt.
WIELEN MET NAAF PLAATSEN EN VERWIJDEREN
(FIG. 1, 4)
Schijven met naaf worden direct op de as met
M14-schroefdraad geplaatst.
1. Draai met de hand de schijf op de as (d).
2. Druk de asvergrendelknop (c) in en zet met een
sleutel de naaf van de schijf vast.
3. Ga in omgekeerde volgorde te werk wanneer u
de schijf wilt verwijderen.
OPMERKING: Wanneer u nalaat de
schijf goed vast te zetten voordat u
het gereedschap inschakelt, kan dat
beschadiging van het gereedschap of
van de schijf tot gevolg hebben.
MONTEREN VAN SCHIJVEN DIE NIET ZIJN VOORZIEN VAN
EEN NAAF (AFB. 1, 4)
OPMERKING: Beschermkap van Type 27 die bij de
slijpmachine wordt geleverd MOET worden gebruikt.
OPMERKING: Raadpleeg de Tabel accessoires
Slijpen en Zagen aan het einde van dit hoofdstuk,
daar vindt u andere accessoires die met deze
slijpmachines kunnen worden gebruikt.
1. Plaats het gereedschap op een tafel, de
beveiliging omhoog.
2. Installeer de steunflens zonder schroefdraad (g)
op as (d) met het verhoogde middenstuk tegen
de schijf.
3. Plaats schijf (f) tegen de steunflens en centreer
daarbij de schijf op het verhoogde middenstuk
van steunflens.
4. Draai, terwijl u de asvergrendelknop (c)
ingedrukt houdt, klemmoer (h) op de as. Als de
schijf die u plaatst meer dan 3,17 mm dik is,
plaats dan de klemmoer met schroefdraad zo
op de as dat het verhoogde middenstuk in het
midden van de schijf past. Als de schijf die u
plaatst 3,17 mm dik is of minder, plaats dan de
klemmoer met schroefdraad zo op de as dat
het verhoogde middenstuk niet tegen de schijf
komt.
NEDERLANDS
5. Draai, terwijl u de asvergrendelknop (c)
ingedrukt houdt, de klemmoer aan met een
sleutel.
6. U kunt de schijf verwijderen door de
asvergrendelknop in te drukken en de klemmoer
met schroefdraad met een sleutel los te draaien.
OPMERKING: Als de schijf nog draait, nadat u de
klemmoer hebt vastgezet, moet u de richting van
de klemmoer controleren. Als u een dunne schijf
installeert met het verhoogde middenstuk op de
klemmoer tegen de schijf, zal de schijf ronddraaien
omdat de schijf niet met de klemmoer vast komt
te zitten omdat de hoogte van het verhoogde
middenstuk dat voorkomt.
Monteren van Draadborstels en
Draadschijven (afb. 1)
Draadborstels of draadschijven worden direct op de
as met schroefdraad geplaatst zonder dat flenzen
worden gebruikt. Gebruik alleen de draadborstels
of draadschijven die voorzien zijn van een naaf met
M14-schroefdraad. Deze accessoires zijn tegen
meerprijs verkrijgbaar bij uw dealer ter plaatse of bij
het officiële servicecentrum.
OPMERKING: De beschermkap Type 27 is vereist
wanneer u draadborstels of draadschijven gebruikt.
VOORZICHTIG: Beperk het risico
van persoonlijk letsel, ddraag
werkhandschoenen wanneer u met
draadborstels en draadschijven
werkt. Zij kunnen scherp worden.
VOORZICHTIG: Beperk het
risico van beschadiging van het
gereedschap, de schijf of de borstel
mag de beschermkap niet raken
wanneer de kap is gemonteerd of
in gebruik is. Niet-waarneembare
beschadiging van het accessoire kan
optreden, waardoor stukjes draad los
kunnen komen van de schijf of van de
borstel.
MONTEREN VAN DRAADBORSTELS EN DRAADSCHIJVEN
1. Plaats het gereedschap op een tafel, de
beveiliging omhoog.
2. Draai met de hand de schijf op de as.
3. Druk de asvergrendelknop (c) in en zet de schijf
met een sleutel op de naaf van de draadschijf of
draadborstel vast.
4. U kunt de schijf verwijderen door de hierboven
vermelde instructies in omgekeerde volgorde uit
te voeren.
OPMERKING: Beperk het risico van
beschadiging van het gereedschap,
zet de naaf van de schijf goed op de
as vast voordat u het gereedschap
inschakelt.
Monteren van Zaagschijven (Type 1)
Zaagschijven zijn onder meer diamantschijven en
schuurschijven. Er zijn zaag/schuurschijven voor
metaal en beton verkrijgbaar. Diamantschijven voor
het zagen van beton kunnen ook worden gebruikt.
Deze accessoires zijn tegen meerprijs verkrijgbaar
bij uw dealer ter plaatse of bij het officiële
servicecentrum.
WAARSCHUWING: Een gesloten,
tweezijdige beschermkap voor
zaagschijven is nodig wanneer met
zaagschijven wordt gewerkt. Deze
accessoires zijn tegen meerprijs
verkrijgbaar bij uw dealer ter plaatse of
bij het officiële servicecentrum. Wanneer
u nalaat de juiste flens en beschermkap
te gebruiken kan dat letsel tot gevolg
hebben doordat de schijf afbreekt of
doordat u de schijf aanraakt. Raadpleeg
de Tabel accessoires Slijpen en
Zagen aan het einde van dit hoofdstuk,
daar vindt u andere accessoires die
met deze slijpmachines kunnen worden
gebruikt.
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op ernstig persoonlijk letsel te
verminderen, zet u het gereedschap
uit en ontkoppelt u het van de
stroomvoorziening, voordat u enige
aanpassing maakt of hulpstukken
of accessoires verwijdert/installeert.
Voordat u het gereedschap opnieuw
aansluit, drukt u de trekkerschakelaar in
en laat deze vrijkomen, om er zeker van
te zijn dat het gereedschap uit staat.
MONTEREN VAN GESLOTEN BESCHERMKAP (TYPE 1)
(AFB. 5)
1. Open de vergrendeling van de beschermkap
(k) en houd de nokken (l) op de beschermkap
tegenover de sleuven op tandwielkast (m).
Hierdoor worden de nokken uitgelijnd met de
sleuven op de kap van de tandwielkast. Plaats
de beschermkap zo dat deze naar achteren is
gericht.
2. Duw de beschermkap omlaag tot de nok van
de beschermkap vastgrijpt en vrij roteert in de
groef op de tandwielkastnaaf.
155
NEDERLANDS
3. Draai de beschermkap (i) in de werkstand van
uw keuze. De beschermkap als geheel moet
worden geplaatst tussen de as en degene die
met het gereedschap werkt, zodat die maximaal
beschermd is.
4. Sluit de vergrendeling van de beschermkap
zodat de beschermkap vast komt te zitten
op de kap van de tandwielkast. U moet de
beschermkap met de hand kunnen draaien
wanneer de vergrendeling in gesloten stand
is. Werk niet met de slijpmachine als de
beschermkap loszit of de klemhendel open
staat.
5. U kunt de beschermkap verwijderen door de
vergrendeling van de beschermkap te openen,
de beschermkap te draaien tot de pijlen
tegenover elkaar staan en de beschermkap op
te tillen.
OPMERKING: De beschermkap is van tevoren
in de fabriek afgesteld op de diameter van de
tandwielkastnaaf. Als, na verloop van tijd, de
beschermkap los komt te zitten, draai dan de
stelschroef (n) vast, terwijl de klemhendel gesloten
is en de beschermkap op het gereedschap is
gemonteerd.
OPMERKING: Beperk het risico van
beschadiging van het gereedschap,
draai de stelschroef (n) vast terwijl
de klemhendel open staat. Nietwaarneembare beschadiging van de
beschermkap of van de montagenaaf
kan daarvan het gevolg zijn.
MONTEREN VAN ZAAGSCHIJVEN (AFB. 1, 4)
VOORZICHTIG: Voor zaagschijven
moet een steunflens en een klemmoer
(bij het gereedschap geleverd) van
passende diameter worden gebruikt.
1. Plaats een steunflens zonder schroefdraad
op de as met het verhoogde middenstuk naar
boven gericht. Het verhoogde middenstuk van
de steunfles komt tegen de schijf wanneer de
schijf wordt geplaatst.
2. Plaats de schijf op de steunflens, waarbij de
schijf wordt gecentreerd op het verhoogde
middenstuk.
3. Plaats klemmoer met schroefdraad met het
verhoogde middenstuk verwijderd van de
schijf.
4. Draai, terwijl u de asvergrendelknop (c)
ingedrukt houdt, de klemmoer aan met een
sleutel.
156
5. U kunt de schijf verwijderen door de
asvergrendelknop in te drukken en de klemmoer
met schroefdraad met een sleutel los te draaien.
Voor de bediening
• Installeer de beveiliging en pas schijf of wiel
aan. Gebruik geen extreem versleten schijven of
wielen.
• Controleer dat de binnenste en buitenste
flens op juiste wijze zijn gemonteerd. Volg de
instructies die worden gegeven in de Tabel
Accessoires voor slijpen en zagen.
• Zorg ervoor dat de schijf of het wiel draait in de
richting van de pijlen op het accessoire en het
gereedschap.
• Gebruik een accessoire niet als het beschadigd
is. Controleer accessoires zoals schuurwielen
voor gebruik op schilfers en barstjes,
steunkussens op barstjes, scheurtjes of
excessieve slijtage, staalborstels op losse of
gespleten draden. Als het gereedschap of
het accessoire is gevallen, controleert u dit
op schade of plaatst u een onbeschadigd
accessoire. Na het controleren en plaatsen van
een accessoire zorgt u dat u en omstanders uit
de buurt van het bereik van het ronddraaiende
accessoire blijft en zet u het gereedschap
gedurende een minuut aan op maximale
snelheid zonder weerstand. Beschadigde
accessoires breken gewoonlijk af tijdens deze
testtijd.
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING: Houd u altijd
aan de veiligheidsinstructies en van
toepassing zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op ernstig persoonlijk letsel te
verminderen, zet u het gereedschap
uit en ontkoppelt u het van de
stroomvoorziening, voordat u enige
aanpassing maakt of hulpstukken
of accessoires verwijdert/installeert.
Voordat u het gereedschap opnieuw
aansluit, drukt u de trekkerschakelaar in
en laat deze vrijkomen, om er zeker van
te zijn dat het gereedschap uit staat.
WAARSCHUWING:
• Zorg dat al het materiaal dat
geschuurd of gesneden gaat worden
stevig op zijn plaats zit.
NEDERLANDS
• Zet het werkstuk vast en ondersteun
het. Zet het werkstuk met klemmen of
een bankschroef vast en ondersteun
het op een stabiele ondergrond. Het
is belangrijk dat u het werkstuk stevig
vastzet en ondersteunt zodat u het
onder controle houdt en het niet kan
verschuiven. Wanneer het werkstuk
verschuift of wanneer u de controle
over het werkstuk verliest, kan dat
leiden tot een gevaarlijke situatie en
kan persoonlijk letsel het gevolg zijn.
• Ondersteun panelen of een ander
groot werkstuk zodat het risico
van vastlopen of terugslaan
van het wiel minder groot is.
Grote werkstukken kunnen onder
hun eigen gewicht doorzakken. De
ondersteuningen moeten aan beide
zijden worden geplaatst onder het
werkstuk, dicht bij de zaaglijn en aan
beide randen.
• Oefen uitsluitend zachte druk op
het gereedschap uit. Oefen geen
zijwaartse druk uit op de schijf.
• Draag altijd gewone
werkhandschoenen wanneer u met dit
gereedschap werkt.
• De tandwielkast wordt zeer heet
tijdens gebruik.
• Installeer altijd de beschermkap en de
juiste schijf. Gebruik niet een schijf die
al te zeer versleten is.
• Controleer dat de binnenste en
buitenste flens goed zijn gemonteerd.
• Controleer dat de schijf draait in de
richting die wordt aangegeven door
de pijlen op het accessoire en op het
gereedschap.
• Vermijd overbelasting. Laat, nadat u
het elektrisch gereedschap zwaar hebt
belast, de machine enkele minuten
onbelast draaien zodat het accessoire
kan afkoelen. Raak de slijp- of
zaagschijven pas aan wanneer ze zijn
afgekoeld. De schijven kunnen tijdens
de werkzaamheden zeer heet worden.
• Werk nooit met de slijpkom als
niet een geschikte beschermkap is
geplaatst.
• Gebruik nooit vloemateriaal samen
met gebonden schuurproducten.
• Let op, de schijf blijft draaien nadat het
gereedschap wordt uitgeschakeld.
Juiste positie van de handen
(fig. 1, 6)
WAARSCHUWING: Om het risico op
ernstig persoonlijk letsel te verminderen,
dient u ALTIJD de handen in de juiste
positie te hebben, zoals afgebeeld.
WAARSCHUWING: Om het risico op
ernstig persoonlijk letsel te verminderen,
houdt u het ALTIJD stevig vast,
anticiperend op een plotseling reactie.
De juiste positie van de handen betekent een hand
aan de zijhandgreep (e), terwijl u met de andere
hand de behuizing van het gereedschap vasthoudt,
zoals afgebeeld in figuur 6.
SSchakelaar
WAARSCHUWING: Controleer voordat
u het gereedschap gebruikt of de hendel
stevig vastzit.
VERGRENDELKNOP EN AAN/UIT-SCHAKELAAR (AFB. 7)
Het afkortgereedschap is voorzien van een
vergrendelknop (b).
U kunt de Aan/Uit-schakelaar (a) vergrendelen
door op de vergrendelknop te drukken, zoals
in Afbeelding 7 wordt getoond. Wanneer de
vergrendelknop is ingedrukt naar het pictogram met
het slotje, is het gereedschap vergrendeld.
Vergrendel de Aan/Uit-schakelaar altijd wanneer u
het gereedschap draagt of opbergt, zodat wordt
voorkomen dat het onbedoeld wordt gestart.
U kunt de Aan/Uit-schakelaar ontgrendelen door
de vergrendelknop (b) in te drukken. Wanneer de
vergrendelknop is ingedrukt naar het pictogram met
het open slotje, is het gereedschap niet vergrendeld.
De vergrendelknop is rood van kleur zodat u kunt
zien dat de schakelaar in de niet-vergrendelde
stand staat.
Schakel de motor in door aan de Aan/Uit-schakelaar
(a) te trekken. Laat de Aan/Uit-schakelaar los en de
motor wordt uitgeschakeld (OFF).
OPMERKING: Dit gereedschap heeft geen
voorziening voor het vergrendelen van de schakelaar
in de ON-stand en mag nooit op welke manier dan
ook op ON worden vergrendeld.
• Gebruik het elektrisch gereedschap
niet met een afkortstandaard.
157
NEDERLANDS
WAARSCHUWING: Houd de
zijhandgreep en de behuizing van het
gereedschap stevig vast om de controle
over het gereedschap te behouden
tijdens het opstarten en het gebruik, en
totdat het wiel of accessoire is gestopt
met draaien. Het is belangrijk dat u het
gereedschap pas neerlegt wanneer de
schijf volledig tot stilstand is gekomen.
WAARSCHUWING: Geef het
gereedschap de tijd om volledig op
snelheid te komen voordat u het
werkoppervlak aanraakt. Til het
gereedschap van het werkoppervlak
voordat u het gereedschap uitschakelt.
Spilvergrendeling (fig. 1)
Er is in de spilvergrendeling (c) voorzien om te
voorkomen dat de spil ronddraait terwijl u wielen
plaatst of verwijdert. Gebruik de spilvergrendeling
uitsluitend als het gereedschap is uitgeschakeld,
de stekker uit de stroomvoorziening is gehaald, en
volledig tot stilstand is gekomen.
OPMERKING: Om het risico op schade
aan het gereedschap te voorkomen,
bedient u de spilvergrendeling niet als
het gereedschap in gebruik is. Er kan
schade aan het gereedschap optreden
en het bevestigde accessoire kan
losschieten, hetgeen mogelijk tot letsel
kan leiden.
Om de vergrendeling te bedienen, drukt u de knop
spilvergrendeling (c) in en draait u de spil totdat u
niet in staat bent de spil verder te draaien.
Schuurschijven met een verzonken
middenstuk gebruiken
OPPERVLAKTESCHUREN MET SLIJPSCHIJVEN
1. Geef het gereedschap de tijd om volledig
op snelheid te komen voordat u met het
gereedschap het werkoppervlak aanraakt.
2. Oefen minimale druk uit op het werkoppervlak,
laat het gereedschap op hoge snelheid zijn werk
doen Het rendement van de slijper is het grootst
wanneer het gereedschap op hoge snelheid
werkt.
3. Houd een hoek van 20° tot 30° aan tussen het
gereedschap en het werkoppervlak.
4. Beweeg het gereedschap voortdurend naar
voren en naar achteren zodat er geen groeven
in het werkoppervlak ontstaan.
158
5. Til het gereedschap van het werkoppervlak
voordat u het gereedschap uitschakelt. Geef het
gereedschap de tijd om te stoppen met draaien
voordat u het neerlegt.
SCHUREN VAN RANDEN MET SLIJPSCHIJVEN
WAARSCHUWING: Schijven die
worden gebruikt voor zagen en het
schuren van randen kunnen breken
of terugslaan als zij worden gebogen
tijdens werkzaamheden waarbij wordt
gezaagd of diepe gaten worden
geslepen. Voorkom het risico van
ernstig letsel, beperk het gebruik van
deze schijven met een standaard
beschermkap van Type 27 tot
ondiep zagen en kerven (minder dan
13 mm diepte). De open zijde van de
beschermkap moet van de gebruiker
vandaan zijn gericht. Gebruik voor het
dieper zagen met een zaagschijf van
Type 1 een gesloten beschermkap
van Type 1. Raadpleeg de Tabel
accessoires Slijpen en Zagen aan
het einde van dit hoofdstuk, daar vindt
u andere accessoires die met deze
slijpmachines kunnen worden gebruikt.
1. Geef het gereedschap de tijd om volledig
op snelheid te komen voordat u met het
gereedschap het werkoppervlak aanraakt.
2. Oefen minimale druk uit op het werkoppervlak,
laat het gereedschap op hoge snelheid zijn werk
doen Het rendement van de slijper is het grootst
wanneer het gereedschap op hoge snelheid
werkt.
3. Ga zo staan dat de open onderzijde van de
schijf van u af is gericht.
4. Verander niet meer de hoek van de zaagsnede
wanneer het zagen is begonnen en er in het
werkstuk een inkeping is ontstaan. Wanneer
u de hoek verandert zal daardoor de schijf
worden gebogen en dat kan leiden tot breuk
van de schijf. Schijven voor het slijpen van
randen zijn niet bestand tegen zijdelingse druk
die wordt veroorzaakt door buigen.
5. Til het gereedschap van het werkoppervlak
voordat u het gereedschap uitschakelt. Geef het
gereedschap de tijd om te stoppen met draaien
voordat u het neerlegt.
NEDERLANDS
WAARSCHUWING: Gebruik schijven
voor het zagen/slijpen van randen niet
voor het slijpen van oppervlakken omdat
deze schijven niet bestand zijn tegen
de zijdelingse druk die ontstaat bij het
slijpen van een oppervlak. Breuk van de
schijf en ernstig persoonlijk letsel kunnen
het gevolg zijn.
Monteren en gebruiken van
draadborstels en draadschijven
U kunt met draadschijven en draadborstels roest,
kalkaanslag en verf verwijderen en onregelmatig
gevormde oppervlakken glad maken.
OPMERKING: Raadpleeg Maatregelen die u
moet nemen wanneer u verf verwijdert met
een draadborstel.
1. Geef het gereedschap de tijd om volledig
op snelheid te komen voordat u met het
gereedschap het werkoppervlak aanraakt.
2. Oefen minimale druk uit op het werkoppervlak,
laat het gereedschap op hoge snelheid zijn
werk doen Het rendement van het gereedschap
bij het verwijderen van materiaal is het grootst
wanneer het gereedschap op hoge snelheid
werkt.
3. Houd een hoek van 5° tot 10° aan tussen het
gereedschap en het werkoppervlak wanneer u
draadborstels gebruikt.
4. Houd bij gebruik van draadschijven contact
tussen de rand van de schijf en het
werkoppervlak.
5. Beweeg het gereedschap voortdurend naar
voren en naar achteren zodat er geen groeven
in het werkoppervlak ontstaan. Wanneer u het
gereedschap op het werkoppervlak laat rusten
zonder het te verplaatsen, of wanneer u het
gereedschap in een cirkelvormige beweging
verplaatst, ontstaan brand- en draaiplekken op
het werkoppervlak.
6. Til het gereedschap van het werkoppervlak
voordat u het gereedschap uitschakelt. Geef het
gereedschap de tijd om te stoppen met draaien
voordat u het neerzet.
VOORZICHTIG: Ga extra voorzichtig
te werk wanneer u over een rand werkt,
omdat u dan een plotselinge scherpe
beweging van de slijpmachine kunt
ervaren.
Zaagschijven (Type 1) gebruiken
WAARSCHUWING: Gebruik schijven
voor het zagen/slijpen van randen niet
voor het slijpen van oppervlakken omdat
deze schijven niet bestand zijn tegen
de zijdelingse druk die ontstaat bij het
slijpen van een oppervlak. Breuk van de
schijf en letsel kan het gevolg zijn.
1. Geef het gereedschap de tijd om volledig op
snelheid te komen voordat u het werkoppervlak
aanraakt.
2. Oefen minimale druk uit op het werkoppervlak,
laat het gereedschap op hoge snelheid zijn werk
doen Het zaagrendement van het gereedschap
is het grootst wanneer het op hoge snelheid
werkt.
3. Verander niet meer de hoek van de zaagsnede
wanneer het zagen is begonnen en er in het
werkstuk een inkeping is ontstaan. Wanneer
u de hoek verandert zal daardoor de schijf
worden gebogen en dat kan leiden tot breuk
van de schijf.
4. Til het gereedschap van het werkoppervlak
voordat u het gereedschap uitschakelt. Geef het
gereedschap de tijd om te stoppen met draaien
voordat u het neerzet.
Maatregelen die u moet nemen
voor het met een draadborstel
verwijderen van verf
1. Het met een draadborstel verwijderen van verf
op loodbasis wordt NIET AANBEVOLEN omdat
het moeilijk is het verontreinigde stof onder
controle te houden. Voor kinderen en zwangere
vrouwen is loodvergiftiging het meest gevaarlijk.
2. Omdat het zonder chemische analyse moeilijk is
vast te stellen of een verf lood bevat, adviseren
wij de volgende maatregelen bij het met de
draadborstel verwijderen van verf:
PERSOONLIJKE VEILIGHEID
1. Kinderen en zwangere vrouwen mogen
niet worden toegelaten op de werkplek
waar verf wordt verwijderd totdat alle
schoonmaakwerkzaamheden zijn voltooid.
2. Alle personen die de werkplek betreden moeten
een stofmasker dragen. Het filter moet dagelijks
of wanneer de drager moeilijkheden heeft met
ademhalen worden vervangen.
159
NEDERLANDS
OPMERKING: Gebruik alleen stofmaskers
die geschikt zijn voor het werken met stof
van loodhoudende verf en dampen. Gewone
stofmaskers bieden deze bescherming niet. Ga
naar de gereedschapswinkel bij u in de buurt
en vraag naar het stofmasker met de juiste
bescherming van de luchtwegen.
3. EET, DRINK EN ROOK NIET op de werkplek
zodat u geen verontreinigde verfdeeltjes binnen
kunt krijgen. Personen die dit werk uitvoeren
moeten zich wassen en moeten opruimen
VOORDAT zij eten, drinken of roken. Etenswaar,
drinken en rookgerei mogen niet achterblijven
op de werkplek waar er stof op kan neerdalen.
MILIEUVEILIGHEID
WAARSCHUWING: Bij extreme
werkomstandigheden kan geleidend stof
zich in de machinebehuizing ophopen
als u met metaal werkt. Dit kan ertoe
leiden dat de beschermende isolatie in
de machine wordt aangetast, met het
potentiële risico van een elektrische
schok.
Om de opeenhoping van metaalslijpsel in de
machine te voorkomen, adviseren wij u de
ventilatieopeningen dagelijks vrij te maken. Zie
Onderhoud.
Metaal zagen
1. Verf moet worden worden verwijderd op een
manier dat er zo min mogelijk stof wordt
gegenereerd.
Werk bij het zagen op een gematigde snelheid,
aangepast aan het materiaal dat wordt gezaagd. Zet
geen druk op de zaagschijf, kantel de machine niet
en laat de machine niet trillen.
2. Ruimten waar verf wordt verwijderd moeten
worden afgedicht met plastic doek met een
dikte van 4 mils.
Verminder niet de snelheid van lopende zaagschijven
door zijwaartse druk uit te oefenen.
3. Het met de draadborstel verwijderen van verf
moet zo worden uitgevoerd dat er weinig
sporen van verfstofdeeltjes buiten de werkplek
komen.
REINIGEN EN VERWIJDEREN
1. Alle vlakken op de werkplek moeten dagelijks
worden gestofzuigd en grondig worden
gereinigd zolang er met de draadborstel wordt
gewerkt. Stofzuigerzakken moeten vaak worden
vervangen.
2. Plastic dekkleden moeten worden verzameld en
worden verwijderd met eventuele stofsnippers
en ander verwijderd vuil. Zij moeten in
afgedichte vuilnisbakken worden geplaatst
en worden verwijderd via de gebruikelijke
vuilnisophaaldienst.
Tijdens het schoonmaken moeten kinderen
en zwangere vrouwen uit de buurt worden
gehouden van de directe werkplek.
3. Alle speelgoed, afwasbare meubels en
gebruiksvoorwerpen die worden gebruikt door
kinderen, moeten grondig worden gewassen
voordat ze weer worden gebruikt.
Toepassingen op metaal
Als u het gereedschap gebruikt voor
toepassingen op metaal, zorg er dan voor dat
een differentieelschakelaar is ingestoken om
overige risico’s veroorzaakt door metaalslijpsel te
voorkomen.
Als de stroomvoorziening wordt uitgeschakeld door
de differentieelschakelaar, brengt u het gereedschap
naar de erkende DEWALT reparateur.
160
De machine moet altijd in een omhooggaande
beweging werken. Anders bestaat er het gevaar dat
de machine uit de zaagsnede wordt geduwd en u
de controle verliest.
Bij het zagen van profielen en vierkante balken kunt
u het beste beginnen bij de kleinste doorsnede.
Ruw slijpen
Gebruik nooit een zaagschijf voor opruwen.
Bij het opruwen worden de beste resultaten behaald
wanner de machine in een hoek van 30° tot 40°
wordt geplaatst. Beweeg de machine heen en weer
met gematigde druk. Op deze manier wordt het
werkstuk niet te heet, verkleurt het niet en ontstaan
er geen groeven.
Natuursteen zagen
Met de machine mag alleen droog worden
gezaagd. Voor het zagen van steen kunt u het
beste een diamant-zaagschijf gebruiken. Werk alleen
met de machine met een extra stofmasker.
Werkadvies
Ga voorzichtig te werk wanneer u sleuven
zaagt in draagmuren. Voor sleuven in draagmuren
gelden in elk land speciale voorschriften. Deze
voorschriften moeten onder alle omstandigheden
in acht worden genomen. Vraag, voordat u
met de werkzaamheden begint, advies aan de
verantwoordelijke bouwopzichter, architect of
bouwkundig adviseur.
NEDERLANDS
is gebruikt verzwakken. Gebruik een
doek die uitsluitend met water en milde
zeep is bevochtigd. Zorg dat er nooit
enige vloeistof in het gereedschap komt;
dompel nooit enig onderdeel van het
gereedschap in een vloeistof.
ONDERHOUD
Uw DEWALT gereedschap op stroom is ontworpen
om gedurende een lange tijdsperiode te functioneren
met een minimum aan onderhoud. Het continu naar
bevrediging functioneren, hangt af van de juiste zorg
voor het gereedschap en regelmatig schoonmaken.
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op ernstig persoonlijk letsel te
verminderen, zet u het gereedschap
uit en ontkoppelt u het van de
stroomvoorziening, voordat u enige
aanpassing maakt of hulpstukken
of accessoires verwijdert/installeert.
Voordat u het gereedschap opnieuw
aansluit, drukt u de trekkerschakelaar in
en laat deze vrijkomen, om er zeker van
te zijn dat het gereedschap uit staat.
SCHOONMAAKINSTRUCTIES VOOR DE LADER
WAARSCHUWING: Schokgevaar.
Haal de stekker van de lader uit het
stopcontact voordat u het apparaat
reinigt. Verwijder vuil en vet met
een doek of zachte, niet-metalen
borstel van de buitenkant van de
werklamp/lader. Gebruik geen water of
schoonmaakmiddel.
Optionele accessoires
WAARSCHUWING: Aangezien
accessoires die niet door DEWALT zijn
aangeboden niet met dit product zijn
getest, kan het gebruik van dergelijke
accessoires met dit gereedschap
gevaarlijk zijn. Om het risico op letsel
te verminderen dient u uitsluitend door
DEWALT aanbevolen accessoires met
dit product te gebruiken.
Aan de lader en de accu kan geen onderhoud
worden verricht. Er zitten in het apparaat geen
onderdelen die onderhoudswerkzaamheden door de
gebruiker vereisen.
Losgekomen borstels
De motor wordt automatisch uitgeschakeld om
aan te geven dat de koolstofborstels bijna versleten
zijn en dat het gereedschap een onderhoudsbeurt
nodig heeft. De koolstofborstels kunnen niet
door de gebruiker worden vervangen. Breng het
gereedschap naar een erkende DEWALT reparateur.
Neem contact op met uw leverancier voor verdere
informatie over de geschikte accessoires.
Max.
[mm]
D
d
Smering
Uw elektrische gereedschap heeft geen aanvullende
smering nodig.
D
b
[mm]
d
Min.
Lengte
Omtreksnelheid
Rotatie
draadgat
m/s
[min.-1]
[mm]
115 6 22,23 11 000
80
-
b 125 6 22,23 11 000
80
-
d
Reiniging
WAARSCHUWING: Blaas vuil en stof
uit de hoofdbehuizing met droge lucht,
zo vaak u ziet dat vuil zich in en rond
de luchtopeningen ophoopt. Draag
goedgekeurde oogbescherming en een
goedgekeurd stofmasker als u deze
procedure uitvoert.
WAARSCHUWING: Gebruik nooit
oplosmiddelen of andere bijtende
chemicaliën voor het reinigen van
niet-metalen onderdelen van het
gereedschap. Deze chemicaliën kunnen
het materiaal dat in deze onderdelen
b
75 30 M14
11 000
45
18,0
115 12 M14
11 000
80
18,0
125 12 M14
11 000
80
18,0
D
D
Bescherming van het milieu
Gescheiden afvalinzameling. Dit product
mag niet bij het normale huishoudelijke
afval worden aangeboden.
161
NEDERLANDS
Als u op een dag bemerkt dat uw DEWALT product
vervangen dient te worden of dat u er verder geen
gebruik meer van maakt, mag u het niet als normaal
huishoudelijk afval aanbieden. Bied dit product aan
bij de gescheiden afvalinzameling.
Gescheiden inzameling van gebruikte
producten of verpakkingen maakt het
mogelijk dat materiaal kan worden
gerecycled en nogmaals gebruikt. Het
hergebruik van gerecycled materiaal
helpt milieuvervuiling te voorkomen en
vermindert de vraag naar grondstoffen.
Plaatselijke bepalingen voorzien mogelijk in de
gescheiden inzameling van elektrische producten
uit een huishouden, op stedelijke inzamelingspunten
of bij de detailhandelaar waar u een nieuw product
aanschaft.
DEWALT heeft een faciliteit voor het verzamelen van
recyclen van DEWALT producten als ze eenmaal
het einde van hun levensduur hebben bereikt. Stuur
om van deze service gebruik te maken uw product
a.u.b. terug naar iedere erkende reparateur die
namens ons de verzameling op zich neemt.
U kunt de locatie van de erkende reparateur die het
dichtste bij u in de buurt is opzoeken door contact
op te nemen met uw plaatselijke DEWALT kantoor
zoals vermeld in deze handleiding. Een lijst van
erkende DEWALT reparateurs en volledige details
over onze after sales service zijn ook te vinden op
internet via: www.2helpU.com.
Herlaadbare accu
Deze duurzame accu moet herladen worden als hij
niet krachtig genoeg blijkt tijdens het uitvoeren van
klussen die daarvoor vlot verliepen. Aan het einde
van zijn technische levensduur dient u dit werktuig
weg te gooien met respect voor het milieu:
• Gebruik de accu helemaal op en verwijder deze
vervolgens uit het werktuig.
• Li-Ion-cellen recyclebaar. Breng ze terug bij uw
leverancier of naar het milieupark bij u in de
buurt. De ingezamelde accu’s zullen worden
gerecycled of op juiste wijze tot afval worden
verwerkt.
162
NEDERLANDS
GARANTIE
DEWALT vertrouwt op de kwaliteit
van zijn producten en biedt
professionele gebruikers van het
product een uitstekende garantie. Deze
garantieverklaring is een aanvulling op uw
contractuele rechten als een professionele
gebruiker of uw wettelijke rechten als een
particuliere, niet-professionele gebruiker,
en is op geen enkele wijze van invloed
op deze rechten. De garantie is geldig
binnen het grondgebied van de Lidstaten
van de Europese Unie en de Europese
Vrijhandelszone.
• 30 DAGEN NIET GOED GELD
TERUG GARANTIE •
Als u niet geheel tevreden bent over de
prestaties van uw DEWALT-gereedschap,
kunt u dit compleet met de originele
onderdelen, zoals u het hebt aangekocht.
binnen 30 dagen, gewoon terugbrengen
bij het verkooppunt en omruilen voor een
ander stuk gereedschap of tegen restitutie
van het aankoopbedrag. Het product mag
niet in onredelijke mate zijn versleten en u
dient een aankoopbewijs te overleggen.
• Er geen reparaties zijn ondernomen
door niet-geautoriseerde personen;
• U een aankoopbewijs kunt
overleggen;
• Het product compleet met alle originele
onderdelen wordt geretourneerd.
Als u aanspraak wilt maken op de garantie,
neem dan contact op met uw leverancier of
zoek het officiële DEWALT-servicecentrum
bij u in de buurt in de DEWALT-catalogus of
neem contact op met het DEWALT-kantoor
op het adres dat wordt vermeld in deze
handleiding. Een lijst van officiële DEWALTservicecentra en volledige details over onze
after-sales-service zijn ook te vinden op
internet via: www.2helpU.com.
• EEN JAAR GRATIS
ONDERHOUDSCONTRACT •
Als onderhouds- of
servicewerkzaamheden nodig zijn
voor uw DEWALT-gereedschap, in de
12 maanden na uw aankoop, hebt u
recht op één jaar gratis service. Deze
zal kosteloos worden uitgevoerd in een
DEWALT-servicecentrum. U dient een
aankoopbewijs te overleggen. Inclusief
arbeidskosten. Exclusief accessoires en
reserveonderdelen, tenzij deze defect
raakten en onder de garantie vielen.
• EEN JAAR VOLLEDIGE GARANTIE •
Als uw DEWALT-product defect raakt als
gevolg van het gebruik van verkeerde
materialen of onjuiste constructie
binnen 12 maanden na de datum van
aankoop, garandeert DEWALT alle defecte
onderdelen gratis te vervangen of – naar
onze beoordeling – het apparaat gratis te
vervangen, op voorwaarde dat:
• Het product niet verkeerd gebruikt is;
• Het product in redelijke mate is
versleten;
163
NEDERLANDS
TABEL SLIJPACCESSOIRES
Beveiligingstype
Accessoire
Beschrijving
Hoe bevestigt u op de
slijpmachine
Slijpschijf met
niet ingedrukt
midden
TYPE 27
BEVEILIGING
Type 27 beveiliging
Draadwielen
Ondersteunende flens
Type 27 niet ingedrukt middenwiel
Klemmoer met schroefdraad
Draadwielen
met moer met
schroefdraad
Type 27 beveiliging
Draadwiel
Draadbus
met moer met
schroefdraad
Type 27 beveiliging
Draadborstel
164
NEDERLANDS
TABEL SLIJPACCESSOIRES
Beveiligingstype
Accessoire
Beschrijving
Hoe bevestigt u op de
slijpmachine
Slijpschijf voor
metselwerk,
gelijmd
TYPE 1
BEVEILIGING
Type 1 beveiliging
Snijdschijf voor
metaal, gelijmd
Diamanten
snijdwielen
TYPE 1
BEVEILIGING
Ondersteunende flens
Snijdwiel
OF
Klemmoer met schroefdraad
TYPE 27
BEVEILIGING
165