HOTPOINT/ARISTON CP65SFA /HA Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
NL
FORNUIS EN OVEN
CP65SFA/HA
Inhoud
Installatie, 16-19
Plaatsen en waterpas zetten
Elektrische aansluiting
Gasaansluiting
Aanpassen aan de verschillende soorten gas
Tabel eigenschappen branders en sproeiers
Tabel eigenschappen
Beschrijving van het apparaat, 20
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Display
Starten en gebruik, 21-25
Gebruik van de kookplaat
De klok instellen
De timer instellen
Gebruik van de oven
Handmatige kookprogrammas
Automatische kookprogrammas
De bereiding programmeren
Praktische kooktips
Kooktabel oven
Voorzorgsmaatregelen en advies, 26
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 27-28
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
Vervangen van het ovenlampje
Onderhoud gaskranen
Automatische reiniging FAST CLEAN
Service, 29
Gebruiksaanwijzing
Nederlands,15
NL
Polski, 1
PL
Deutsch, 30
DE
DK
Dansk, 45
16
NL
Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor
eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u
het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u
verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard
worden.
Lees de instructies aandachtig door: er staat
belangrijke informatie in over installatie, gebruik en
veiligheid.
De installatie van het apparaat moet volgens deze
instructies worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur.
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat.
Ventilatie van de vertrekken
Dit apparaat mag uitsluitend worden geïnstalleerd in
permanent geventileerde ruimten, overeenkomstig
de geldende nationale voorschriften. In het vertrek
waar het apparaat wordt geïnstalleerd moet zoveel
lucht kunnen toestromen als nodig is voor de
normale gasverbranding (de luchtcapaciteit mag niet
minder zijn dan 2 m
3
/h per kW geïnstalleerd
vermogen).
De luchttoevoeropeningen, beschermd door
roosters, moeten voorzien zijn van een leiding met
een minstens 100 cm
2
bruikbare doorsnede en zo
moeten zijn geplaatst dat ze, zelfs niet gedeeltelijk,
worden verstopt, (zie afbeelding A).
Deze openingen moeten met 100% worden verbreed
- met een minimum van 200 cm
2
- als het fornuis
niet voorzien is van een thermokoppelbeveiliging en
wanneer de toevoer van lucht op indirecte manier
van aangrenzende vertrekken plaatsvindt (zie
afbeelding B) - mits dit geen gemeenschappelijke
ruimtes zijn van het gebouw, vertrekken met een
verhoogd brandgevaar of slaapkamers, die
beschikken over een ventilatieopening die
verbonden is met buiten, zoals zojuist beschreven.
A
Na een langdurig gebruik van het apparaat is het
aan te raden een raam te openen of de draaisnelheid
van eventuele ventilatoren te vermeerderen.
Afvoer van de verbrandingsgassen
De afvoer van de verbrandingsgassen moet
plaatsvinden door middel van een afzuigkap die is
aangesloten op een veilige en goedwerkende
schoorsteen met natuurlijke trek, ofwel door middel
van een elektrische ventilator die automatisch in
werking treedt elke keer dat u het apparaat aanzet
(zie afbeeldingen).
De vloeibare petroleumgassen, die zwaarder zijn
dan de lucht, blijven laag hangen, daarom moeten
LPG flessen afvoeropeningen naar buiten toe
hebben om een eventuele gaslekkage naar onder
toe af te kunnen voeren.
Lege of halfvolle LPG flessen mogen dus niet
worden geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die
lager liggen dan de vloer (kelders, enz.). Het is
beter alleen de in gebruik zijnde fles in het vertrek te
bewaren, ver van warmtebronnen (ovens, open
haard, kachels) die hem tot temperaturen van meer
dan 50°C zouden kunnen brengen.
Plaatsen en waterpas zetten
Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst
die niet hoger zijn dan het werkvlak.
Controleer of de wand die in contact komt met de
achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar
materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge
temperaturen (T 90°C).
Voor een correcte installatie:
plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer
of in een eenkamerappartement (niet in de
badkamer);
als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten
zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan
worden geplaatst;
Installatie
Aangrenzend
vertrek
Te ventileren vertrek
A
B
Ventilatieopening voor
verbrandingslucht
Vergroting van de kier
tussen deur en vloer
Afvoer rechtstreeks
naar buiten
Afvoer door een
schoorsteen of vertakt
rookkanaal (alleen bestemd
voor kookapparaten)
NL
17
als het fornuis onder
een keukenkastje wordt
gnstalleerd, moet de
afstand tussen de twee
minstens 420 mm zijn.
Deze afstand moet 700
mm worden als de
keukenkastjes zijn
vervaardigd uit
ontvlambaar materiaal
(zie afbeelding);
hang geen gordijnen achter het fornuis, of op
minder dan 200 mm van de zijkanten;
eventuele afzuigkappen moeten volgens de
instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing
worden geïnstalleerd.
Waterpas zetten
Indien het nodig is het
apparaat te nivelleren, kunnen
de bijgeleverde stelvoetjes in
de daarvoor geschikte
openingen in de hoeken van
het onderstuk van het fornuis
worden geschroefd (zie
afbeelding).
Elektrische aansluiting
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje( zie tabel Technische gegevens).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het
elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het
apparaat en het net een meerpolige schakelaar
aanbrengen met een afstand tussen de contacten
van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische
vermogen en voldoend aan de geldende nationale
normen (de aarding mag niet worden onderbroken
door de schakelaar). De voedingskabel moet
zodanig worden geplaatst dat hij nergens een
temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de
kamertemperatuur.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
de contactdoos in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te dragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de
contactdoos te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
HOOD
420
Min.
min. 650 mm. with hood
min.
700 mm. without hood
mm.
600
Min. mm.
420
Min. mm.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt
worden.
De kabel moet van tijd tot tijd worden
gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs
worden vervangen.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld wanneer deze normen niet worden
nageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat op de gasleiding of
-fles moet worden uitgevoerd m.b.v. een flexibele
rubberen of stalen buis, in overeenstemming met de
geldende nationale normen en uitsluitend na te
hebben gecontroleerd dat het apparaat is afgesteld
op het soort gas waarmee het zal worden gevoed
(zie etiket met ijking op het deksel: als dit niet het
geval is zie onder). Bij gebruik van vloeibaar gas uit
een gasfles gebruikt u drukregelaars die voldoen
aan de geldende nationale normen. Om de
aansluiting te vergemakkelijken kan de gasvoeding
aan de zijkant worden geplaatst*: verander de
plaats van de slanghouder voor de aansluiting met
de afsluitdop en vervang de bijgeleverde afdichting.
Voor het veilig functioneren, een juist gebruik van
de energie en een langere levensduur van het
apparaat moet u zich ervan verzekeren dat de
gasdruk overeenkomt met de waarden die zijn
aangegeven in de Tabel Eigenschappen branders
en sproeiers (zie onder).
Aansluiting gas met flexibele rubberen buis
Controleer of de buis overeenkomt met de geldende
nationale normen. De interne diameter van de buis
moet zijn: 8 mm voor voeding met vloeibaar gas; 13
mm voor voeding met aardgas.
Zodra de verbinding is uitgevoerd moet u
controleren of de buis:
in geen enkel punt contact maakt met delen die
temperaturen bereiken van meer dan 50°C;
niet onderhevig is aan trekkracht en torsie en dat
er geen bochten of knelpunten zijn;
niet in contact komt met scherpe voorwerpen,
scherpe randen, beweegbare onderdelen en niet
in de knel raakt;
gedurende de hele lengte makkelijk te
inspecteren is, zodat u probleemloos kunt
controleren of hij in goede staat verkeert;
korter is dan 1500 mm;
aan beide uiteinden nauw sluit. Hij moet worden
bevestigd met slangklemmen die voldoen aan de
geldende nationale normen.
18
NL
Als u aan één of meer van deze voorwaarden niet
kunt voldoen of als het fornuis wordt geïnstalleerd
volgens de voorwaarden van klasse 2 - onderklasse
1 (apparaat gemonteerd tussen twee meubels),
dient u een flexibele, stalen buis gebruiken (zie
onder).
Aansluiting met een flexibele roestvrije stalen
buis aan een onafgebroken wand voorzien van
aanhechtingen met schroefdraad.
Controleer of de buis en de afdichtingen
overeenkomen met de geldende nationale normen.
Voordat u de buis monteert verwijdert u de
buishouder op het apparaat (het verbindingsstuk
waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is
voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout).
Voer de verbinding zodanig uit dat de lengte van
de buis, in uitgestrekte toestand, niet langer is dan
2 meter. Verzeker u ervan dat de buis niet in contact
komt met bewegende delen en dat hij niet wordt
afgekneld.
Controle gasdichthei
d
Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden
gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met
een vlam.
Aanpassen aan de verschillende soorten
gas
Het is mogelijk het fornuis aan te passen voor een
verschillende gassoort (anders dan die staat
aangegeven op het typeplaatje op het deksel).
Aanpassen kookplaat
Het vervangen van de sproeiers van de branders
van de kookplaat:
1. verwijder de pannendragers en haal de branders
van hun plek;
2. draai de sproeiers los met een pijpsleutel van 7
mm (zie afbeelding) en vervang ze met de sproeiers
die geschikt zijn voor het nieuwe type gas (zie Tabel
Eigenschappen branders en sproeiers);
3. zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer
op hun plaats.
Het regelen van de minimum stand van de branders
van de kookplaat:
1. zet het kraantje op de minimum stand;
2. haal de knop eraf en draai aan het regelschroefje
in of naast de spil van het kraantje totdat u een
kleine regelmatige vlam krijgt.
Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel
worden vastgeschroefd;
3. controleer of door de kraan snel van maximum
naar minimum te draaien de branders niet uitgaan.
De branders hebben geen regeling van de primaire
lucht nodig.
Na de afregeling van een ander soort gas dan het
goedgekeurde gas moet u het oude etiket van de
gasinstelling vervangen met het etiket dat
overeenkomt met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij
onze Erkende Technische Servicedienst.
Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend
(of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de
toevoerbuis een drukregelaar worden aangebracht
die voldoet aan de geldende landelijke normen voor
de drukregelaars voor gekanaliseerd gas.
NL
19
Tabel eigenschappen branders en sproeiers
Tabel 1 Vloeibaar gas Aardgas
BRANDER
Diameter
(mm)
Warmtecapaciteit
kW (H.s.*)
By-pass
1/100
(mm)
Straalpijp
1/100
(mm)
Debiet *
g/h
Straalpijp
1/100
Debiet *
l/h
Nomin. Gereduc. G30 G31
(mm)
G25
C.
Snel
100 3.00 0.7 40 86 218 214 122 332
B.
Halve snelheid
75 1.65 0.4 30 64 120 118 94 183
A.
Extra
55 1.00 0.4 30 50 73 71 72 111
D.
Drievoudige vlamkroon
130 3.25 1.3 57 91 236 232 134 360
Gasdruk
Nominaal (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
28-30
20
35
37
25
45
25
20
30
* A 15°C en 1013 mbar- gas droog
** Propaan P.C.S. (bovenwaarde) = 50,37 MJ/Kg
*** Butaan P.C.S. (bovenwaarde) = 49,47 MJ/Kg
Aardgas P.C.S. (bovenwaarde) = 37.78 MJ/m
3
TABEL EIGENSCHAPPEN
Afmetingen Oven
HxBxD
32x43,5x40 cm
Inhoud liter 56
Branders
geschikt voor alle soorten gas
aangegeven op het typeplaatje
Spanning en
frequentie van de
elektrische
voeding
zie type p laatje
ENERGY LABEL
Richtlijn 2002/40/EG op het etiket
van elektrische ovens. Norm EN
50304
Energieverbruikverklaring Klasse
geforceerde convectie -
verwarmingsfunctie: Gratineren.
EU Richtlijnen: 2006/95/EEG van
12/12/06 (Laagspa nning) en
daaropvolgende wijzigingen -
89/336/EEG van 03/05/89
(Elektromagnetische
Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen -
90/369/EEG van 29/06/90 (Gas)
en daaropvolgende wijzigi
ngen -
93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen -
200 2/96/EG.
20
NL
Beschrijving van
het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
THERMOSTAATKNOP
DISPLAY
Knoppen BRANDERS
van de kookplaat
PROGRAMMAKNOP
Toets
INSTELLEN TIJDEN
Toets
FAST CLEAN
Knop
INSTELLEN TIJDEN
Display
Rooster van het werkvlak
Bedieningspaneel
Halfsnelle brander
Drievoudige
vlamkroonbrander (wok)
Snelle brander
Spaarbrander
Spaarbrander
Symbolen AUTOMATISCHE
PROGRAMMA'S
Symbool
EINDE BEREIDING
Symbool
KLOK
Cijfers TEMPERATUREN
en TIJDEN
Symbool
DUUR
Symbool
TIMER
Symbool
STOP
Symbool van het
aangeraden kookvlak
Aanwijzer van de
voorverwarming
Aanwijzer
DEURBLOKKERING
NL
21
Starten en gebruik
Gebruik van de kookplaat
Aansteken van de branders
Naast elke BRANDER knop wordt met een vol rondje
aangegeven bij welke brander deze knop hoort.
Om een brander van de kookplaat aan te steken:
1. houd een vlam of aansteker bij de brander;
2. druk en draai tegelijkertijd de BRANDER knop
linksom tot aan het symbool van de grootste vlam -.
3. regel de sterkte van de gewenste vlam, door de
BRANDER knop linksom te draaien: op het minimum
+, op het maximum - of op een tussenliggende
stand.
Als het apparaat beschikt
over een elektronische
ontsteking* (zie afbeelding) is
het voldoende tegelijkertijd de
BRANDER knop in te drukken
en linksom te draaien tot op
het symbool van de grootste
vlam, totdat de ontsteking
heeft plaatsgevonden. Het kan zijn dat de brander
uitgaat wanneer u de knop loslaat. In dit geval moet
u de handeling herhalen en de knop iets langer
ingedrukt houden.
Mocht de vlam per ongeluk uitgaan, doe dan de
brander uit en wacht minstens 1 minuut voordat u
hem weer probeert aan te steken.
Als het apparaat is voorzien van een
thermokoppelbeveiliging* dient u de BRANDER
knop circa 2-3 seconden ingedrukt te houden om de
vlam aan te houden en de beveiliging te activeren.
Om de brander uit te zetten draait u aan de knop tot
hij op uit staat .
Praktisch advies voor het gebruik van de
branders
Voor een beter rendement van de branders en een
minimaal gasverbruik dient u pannen te gebruiken
met een platte onderkant, die voorzien zijn van een
deksel en die afgestemd zijn op de afmetingen van
de brander:
Brander ø Diameter Pannen (cm)
Snel (R) 24 - 26
Halfsnel (S) 16 - 22
Hulp (A) 10 - 14
Drievoudige vlamkroon (TC) 24 - 26
Om het type brander te selecteren kunt u de
tekeningen raadplegen die staan weergegeven in
het hoofdstuk Eigenschappen branders en
sproeiers.
Voorkom dat tijdens het gebruik de pannen buiten
de rand van het kookvlak komen.
Op modellen die voorzien zijn van een
vlamverspreider moet deze alleen worden gebruikt
op de extra brander wanneer men pannen gebruikt
die een doorsnede hebben van minder dan 12 cm.
De klok instellen
U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als
wanneer hij aan is, maar alleen als u geen
uitgestelde bereiding heeft ingesteld.
1. Druk meerdere malen op de toets
totdat het
symbool
en de eerste twee cijfers op het
DISPLAY beginnen te knipperen;
2. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
De timer instellen
Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is
onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient
er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen
als de ingestelde minuten zijn verstreken.
1. Druk meerdere malen op de toets
totdat het
symbool
en de drie cijfers op het DISPLAY
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan
u een geluidssignaal zult horen.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
22
NL
Gebruik van de oven
Vóór gebruik is het strikt noodzakelijk het plastic
folie aan de zijkanten van het apparaat te
verwijderen.
Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat
u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur
en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door
het verdampen van de middelen die worden
gebruikt om de oven te beschermen.
1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan
de PROGRAMMAKNOP te draaien.
2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers
van de voorverwarming gaan aan.
De temperatuur kan veranderd worden door te
draaien aan de THERMOSTAATKNOP.
3. Als de aanwijzer van de voorverwarming
uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de
voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de
oven.
4. Het DISPLAY toont het icoon
dat aangeeft op
welk rooster u het gerecht het beste kunt plaatsen.
5. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
PROGRAMMAKNOP;
- de temperatuur veranderen met behulp van de
THERMOSTAATKNOP;
- de kookduur programmeren of de tijd van einde
bereiding ( zie kookprogrammas);
- het koken onderbreken door de
PROGRAMMAKNOP weer op stand 0 te zetten.
6. Na twee uur gaat de oven automatisch uit: dit is
om veiligheidsredenen van te voren ingesteld bij
iedere kookfunctie. U kunt de kookduur veranderen
(zie kookprogrammas).
7. Wanneer de stroom uitvalt en de oventemperatuur
niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch
terug naar het punt waar het programma is
onderbroken. De geprogrammeerde functies worden
echter niet onthouden. U dient ze daarom bij het
terugkeren van de stroom opnieuw in te stellen.
! Bij het programma BARBECUE is geen
voorverwarming voorzien.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde
roosters.
Ventilator
Om de oven van buiten niet te heet te laten worden,
brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg
die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt. Aan het begin van het programma FAST
CLEAN draait de ventilator op lage snelheid.
Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien
totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder willekeurig
moment aan worden gezet door de ovendeur te openen.
Handmatige kookprogrammas
Alle programmas hebben een vooringestelde
kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden
aangepast,en naar wens worden ingesteld tussen de
40°C en de 250°C.
In het programma BARBECUE is de ingestelde
temperatuur in % uitgedrukt. Dit kan ook handmatig
worden gewijzigd.
Programma MULTILEVEL
Alle verwarmingselementen gaan aan en de ventilator
treedt in werking. Aangezien de warmte in de hele oven
constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op
gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Hier is
het mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken.
Programma BARBECUE
Het bovenste verwarmingselement gaat aan. Als u aan
de THERMOSTAATKNOP draait geeft het DISPLAY
de instelbare vermogensniveaus weer die variëren
van een minimum van 5% tot een maximum van
100%. Het koken onder de grill is vooral aan te raden
voor gerechten die een hoge en directe temperatuur aan
de buitenkant nodig hebben. Kook met de ovendeur
dicht.
Programma GRATINEREN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan, en
tijdens een deel van de cyclus ook het cirkelvormige
verwarmingselement en de ventilator. Hiermee wordt
de rechtstreekse bovenhitte van de grill
gecombineerd met de geforceerde luchtcirculatie in
de oven.
Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo
vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar
de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht.
NL
23
Programma VLEES
Gebruik deze functie voor het braden van kalfs-,
varkens- en lamsvlees. Plaats het brood in de koude
oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de
warme oven plaatsen.
Programma PIZZA
Gebruik deze functie voor het bereiden van pizzas. Zie
volgende hoofdstuk voor recepten en details.
Programma BROOD
Gebruik deze functie voor het bakken van brood Zie
volgende hoofdstuk voor recepten en details.
Programma CAKE
Deze functie is ideaal voor het bereiden van zowel
taarten met bakkersgist als met gedroogde gist, of
zonder gist. Plaats in de koude oven. U kunt de
gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen.
Programma PIZZA
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g en
de 700 g zijn.
vet de bakplaat iets in.
Recept voor PIZZA:
1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm
Recept voor 3 pizzas van ongeveer 550 g: 1000 g meel,
500 g water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl olijfolie, 20 g
bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist)
Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur
In koude of warme oven plaatsen
Start de bereiding
PIZZA
Programma BROOD
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het maximum gewicht per bakplaat;
vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de
bakplaat op stand 5;
het deeg moet circa 1 tot uur op
kamertemperatuur rijzen. De exacte duur hangt af
van de kamertemperatuur. Het deeg is voldoende
gerezen als het volume is verdubbeld.
Programmas LAGE TEMPERATUUR
Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het
bereiden van yoghurt, het snel of langzaam
opwarmen van gerechten en het langzaam koken
van etenswaren op lage temperatuur. De in te stellen
temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C.
Draaispit (slechts op enkele modellen aanwezig)
Voor het activeren van
het draaispit (zie
afbeelding) gaat u als
volgt te werk:
1. plaats de lekplaat in stand 1;
2. zet de steun van het draaispit op de 3e stand en
steek de vleespen in de speciale opening
achterin de oven;
3. activeer het draaispit met de knop
PROGRAMMAS op de stand
of ;
! Wanneer u de ovendeur opent als het programma
is gestart, zal het braadspit stoppen met
draaien.
Automatische kookprogrammas
De temperatuur en de duur van de bereiding zijn
ingesteld en kunnen niet worden gewijzigd door het
systeem C.O.P (Cottura Ottimale Programmata
(Optimale Geprogrammeerde Bereiding)) dat
automatisch een perfect resultaat garandeert. De
bereiding wordt automatisch gestopt en de oven
geeft aan wanneer het gerecht gaar is. De bereiding
kan worden uitgevoerd door de gerechten in een
koude of warme oven te plaatsen. Voor de correcte
plaatsing van het gerecht in de oven raden wij u aan
het symbool
te controleren.
Als de kookfase is bereikt laat de oven een
geluidssignaal horen.
Open de ovendeur niet om te voorkomen dat de
tijdsduur en de kooktemperatuur worden ontregeld.
24
NL
Recept voor BROOD:
1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand
2 bakplaten van 1000 g max, onderste en middelste
stand
Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360 g water, 11 g
zout, 25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist)
Procedure:
Meng het meel en het zout in een grote kom.
Doe de gist in lauw water (circa 35 graden).
Maak een kuil in het meel.
Giet er het mengsel van water en gist in
Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is
gevormd dat niet plakkerig is, door het deeg 10
minuten lang met de palm van de hand plat te
drukken en vervolgens weer dicht te vouwen.
Maak een bal van het deeg, doe het in een
slakom en bedek het met plastic folie om te
voorkomen dat de buitenkant ervan uitdroogt. Doe
de slakom in de oven op de handmatige functie
LAGE TEMPERATUUR op 40°C en laat het
ongeveer 1 uur lang rijzen (het volume van het
deeg moet verdubbelen)
Verdeel de bal om verschillende broden te maken.
Leg ze op ovenpapier op de bakplaat.
Bestrooi de broden met meel.
Maak sneden in de broden.
Zet 1 dl koud gedistilleerd water op de bodem van de
oven. Voor het reinigen kunt u het beste water en azijn
gebruiken.
Plaats het brood in de koude oven.
Start het programma
BROOD
Aan het einde van de kooktijd laat u de broden rusten
op een rooster totdat ze geheel zijn afgekoeld.
De bereiding programmeren
 De programmering is alleen mogelijk wanneer een
kookprogramma is geselecteerd.
Het programmeren van de kookduur
1. Druk meerdere malen op de toets
totdat het
symbool
en de drie cijfers op het DISPLAY
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de gewenste duur in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt
automatisch om 10:15.
Het einde van een bereiding programmeren
Het programmeren van het einde van een bereiding
is alleen mogelijk nadat u een kookduur heeft
geselecteerd.
1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3;
2. druk daarna op de toets
totdat het symbool
en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
4. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
5. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de minuten in te stellen;
6. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten en de eindtijd om 12:30.
Het programma zal automatisch om 11:15:00
beginnen.
De symbolen
en gaan aanom aan te
gevendat een programmering is uitgevoerd. Op het
DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de
duur van de bereiding.
Om een programmering te annuleren draait u de
PROGRAMMAKNOP op stand 0.
Praktische kooktips
Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: de hete lucht zou fijne gerechten
kunnen verbranden.
Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN, in het
bijzonder wanneer u het draaispit gebruikt, raden wij
u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel
vet of jus op te vangen.
MULTILEVEL
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de
gerechten die meer warmte nodig hebben op
stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het
rooster op de hoogste.
NL
25
Kooktabel oven
Programma's
Gerechten
Gewicht
(kg)
Roosterstanden
Voorverwarmen
Aanbevolen
temperatuur
(°C)
Duur
bereiding
(minuten)
standaard
geleiders
verschuifbar
e ge le ide rs
Multilevel*
Pizza op 2 roosters
Taarten op 2 roosters
Cake op 2 roosters (op lekplaat)
Gebraden kip + aardappels
Lamsvlees
Makreel
Lasagne
Soesjes op 2 roosters
Koekjes op 2 roosters
Kaaskoekjes op 2 roosters
Hartige taarten
1+1
1
1
1
2 en 4
2 en 4
2 en 4
1 en 2/3
2
1 of 2
2
2 en 4
2 en 4
2 en 4
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1
1
1
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1 en 3
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
220-230
180
170
200-210
190-200
180
190-200
190
190
210
200
20-25
30-35
20-25
65-75
45-50
30-35
35-40
20-25
10-20
20-25
20-30
Barbecue*
Makreel
Tong en inktvis
Calamari- en garnalenspiesjes
Kabeljauwfilet
Gegrilde groenten
Kalfsbiefstuk
Saucijzen
Hamburgers
Tosti (of geroosterd brood)
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Lam aan het spit (indien draaispit aanwezig)
1
0,7
0,7
0,7
0,5
0,8
0,7
4 of 5
4 of 6
1
1
4
4
4
4
3 of 4
4
4
4
4
-
-
3
3
3
3
2 of 3
3
3
3
3
-
-
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
15-20
10-15
8-10
10-15
15-20
15-20
15-20
10-12
3-5
70-80
70-80
Gratineren*
Gegrilde kip
Inktvis
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Eend aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Gebraden kalfs- of rundvlees
Gebraden varkensvlees
Lamsvlees
1,5
1
1,5
1,5
1
1
1
2
2
-
-
2
2
2
2
2
-
-
2
2
2
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
210
200
210
210
210
210
210
55-60
30-35
70-80
60-70
60-75
70-80
40-45
Lage
temperatuur
Ontdooien
Rijzen
Opwarmen gerechten
Pasteuriseren
2 of 3
2 of 3
2 of 3
2 of 3
2
2
2
2
Nee
Nee
Nee
Nee
-
-
-
-
-
60-90
-
-
Pizza
automatisch
Pizza (zie recept)
Focaccia (brooddeeg)
1
1
2
2
2
2
Nee
Nee
-
-
23-33
23-33
Brood
automatisch
Brood (zie recept)
1 2 2 Nee
- 55
Taarten
automatisch
Taarten van gistdeeg
1 2 of 3
2 Nee
- 35-55
Vlees
automatisch
Gebraden vlees
1 2 of 3
2 Nee
- 60-80
* De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan
niet handmatig worden gewijzigd.
BARBECUE
Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de
gerechten op het midden van de grill.
We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
PIZZA
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet
hem op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd
langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante
pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de
mozzarella of andere kaas pas halverwege de
kooktijd toe te voegen.
26
NL
Voorzorgsmaatregelen en advies
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens
de geldende internationale veiligheidsvoorschriften.
Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw
veiligheid en u dient ze derhalve goed door te
nemen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-
professioneel gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is
erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen
of als het onweert.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent
of met natte of vochtige handen of voeten.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het
mag uitsluitend door volwassenen worden
gebruikt en alleen volgens de instructies die
beschreven staan in deze handleiding.
Deze handleiding betreft een apparaat van klasse
1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1
(ingebouwd tussen 2 meubels).
Tijdens het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur zeer heet. Raak ze niet aan en houd
k
inderen op een afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere
kleine keukenapparaten op warme delen van het
apparaat terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de
oven te zetten en eruit te halen.
Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol,
benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het
in gebruik is.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand
staan als het apparaat niet gebruikt wordt.
Trek nooit de stekker aan het snoer uit het
stopcontact, maar pak altijd de stekker direct
beet.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen
onderhoud uit als de stekker nog in het
stopcontact zit.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de
interne mechanismen van het apparaat te
repareren. Neem contact op met de Technische
Dienst.
Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door
personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt
lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of
personen die niet de nodige ervaring of kennis
hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht
van een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het
apparaat werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst
moet u er voor zorgen dat het er niet af kan
schuiven.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal:
houdt u aan de plaatselijke normen zodat het
materiaal hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke
apparatuur niet met het normale afval mag worden
meegegeven. De verwijderde apparaten moeten
apart worden opgehaald om het terugwinnen en
recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te
optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele
schade voortvloeit voor de gezondheid en het
milieu. Het symbool van de afvalemmer met een
kruis staat op alle producten om de consument
eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is.
Om meer informatie te verkrijgen betreffende een
juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de
consument zich richten tot de gemeentelijke
reinigingsdienst of de verkopers.
Energiebesparing en milieubehoud
Door de oven te gebruiken vanaf het late
middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u
ervoor dat de elektriciteitscentrales minder
worden belast tijdens het spitsuur. De optie
waarmee u programmas voorprogrammeert, in
het bijzonder de uitgestelde kooktijd (zie
Programmas) en de verlate automatische
reiniging (zie Onderhoud en verzorging), kunnen
u hierbij helpen.
Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN
altijd de ovendeur dicht: u bereikt betere
kookresultaten en een aanzienlijke
energiebesparing (circa 10%).
Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan
komen.
NL
27
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met
een spons en een sopje worden afgenomen. Als
de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en
droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De pannendragers, de branderdeksels, de
vlamkronen en de branders van de kookplaat
kunnen worden verwijderd voor een
gemakkelijkere reiniging; was ze in warm water en
een niet schurend reinigingsmiddel. Zorg ervoor
de afzettingen te verwijderen en doe ze pas op
hun plaats als ze volledig droog zijn.
Reinig geregeld het uiteinde van de
thermokoppelbeveiliging*.
De binnenkant van de oven kunt u het beste
direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw
is. Gebruik warm water en een
schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog
met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
Reinig het glas van de deur met een spons en
niet schurende producten. Droog met een zachte
doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of
scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden
kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou
kunnen barsten.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser).
Het controleren van de afdichtingen van de oven
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichting
beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven
niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het ovenlampje
Voor het
vervangen van het
ovenlampje:
1. Verwijder het glazen lampenkapje met behulp van
een schroevendraaier.
2. Schroef het lampje los en vervang het met
eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14.
Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de
afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding).
Onderhoud gaskranen
Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of
vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk
hem te vervangen.
Dit moet worden uitgevoerd door een door de
fabrikant bevoegde installateur.
Onderhoud en verzorging
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Glasplaat
Afdichting
Lamp
Ovenruimte
28
NL
Automatische reiniging FAST CLEAN
Door de functie FAST CLEAN te activeren bereikt de
oven een temperatuur van 500°C die nodig is voor
het verbranden van voedselrestjes. Het vuil wordt
letterlijk as.
Gedurende de automatische reiniging kunnen de
oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op
een afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat
bepaalde deeltjes oplichten: dit is een plotselinge
verbranding, hetgeen een absoluut normaal
verschijnsel is dat geen enkel gevaar met zich mee
brengt.
Voor het activeren van FAST CLEAN:
verwijder met een natte spons het ergste vuil uit
de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen;
haal alle accessoires uit de oven;
laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het
handvat hangen.
zet de PROGRAMMAKNOP op 0
! Als de oven te heet is kan het gebeuren dat de
pyrolyse niet start. Wacht tot de oven wat is
afgekoeld.
! Het programma zal alleen van start gaan als de
ovendeur gesloten is.
Om de reinigingscyclus FAST CLEAN te activeren
drukt u circa 4 seconden op de toets
. Met de
knop INSTELLEN TIJDEN kunt u het gewenste
reinigingsniveau kiezen met een vooringestelde en
niet wijzigbare tijdsduur:
1. Economisch (ECO): draai de knop richting -.
Duur 1 uur;
2. Normaal (NOR): beginniveau. Duur 1 uur en 30
minuten;
3. Intensief (INT): draai de knop richting +. Duur 2
uur.
4. Druk op de toets
om te bevestigen.
Zoals voor een normaal kookprogramma is het ook
voor de FAST CLEAN cyclus mogelijk een einde te
programmeren (zie Programmeren van het einde van
de automatische reiniging).
Veiligheidsmechanismen
het verlichte symbool
op het display geeft
aan dat de ovendeur automatisch is geblokkeerd
omdat de temperatuur zeer hoog is geworden;
het symbool
geeft aan dat op elk
willekeurig moment dat u op de toets
drukt u
de reinigingscyclus kunt annuleren;
als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de
verwarming worden onderbroken;
als de deur geblokkeerd is kunnen de tijdsduur en
de eindtijd van de cyclus niet meer veranderd
worden.
Het einde van de automatische reiniging
programmeren
1. druk daarna op de toets
totdat het symbool
en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
6. als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END en hoort u een
geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u kiest het ECO niveau van
FAST CLEAN met een vooringestelde tijd van 1
uur. U programmeert 12:30 als eindtijd. Het
programma zal automatisch om 11:30 beginnen.
De symbolen
en gaan aan om aan te geven dat
een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY
verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van
FAST CLEAN.
Na de automatische reiniging
De ovendeur kan pas worden geopend als de
temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt.
U zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem
en op de wanden van de oven: verwijder dit met een
natte spons als de oven is afgekoeld. Als u wilt
profiteren van de overgebleven warmte van de oven
om te gaan koken, kunt u het witte poeder rustig
laten liggen: het levert geen enkel gevaar op voor de
gerechten die u wilt gaan koken.
NL
29
Servicedienst
Belangrijk:
Het apparaat is voorzien van een diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze kunt u op het
display aflezen met berichten zoals: <LETTERSPACE 0>F gevolgd door enkele nummers.
In dit geval moet u de technische dienst inschakelen.
Wendt u nooit tot niet erkende monteurs.
Dit dient u door te geven:
Het soort storing;
Het model apparaat (Mod.)
Het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat.

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing FORNUIS EN OVEN PL Polski, 1 NL DE Nederlands,15 Deutsch, 30 DK Dansk, 45 Inhoud Installatie, 16-19 Plaatsen en waterpas zetten Elektrische aansluiting Gasaansluiting Aanpassen aan de verschillende soorten gas Tabel eigenschappen branders en sproeiers Tabel eigenschappen Beschrijving van het apparaat, 20 Aanzichttekening Bedieningspaneel Display Starten en gebruik, 21-25 CP65SFA/HA Gebruik van de kookplaat De klok instellen De timer instellen Gebruik van de oven Handmatige kookprogramma’s Automatische kookprogramma’s De bereiding programmeren Praktische kooktips Kooktabel oven Voorzorgsmaatregelen en advies, 26 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubehoud Onderhoud en verzorging, 27-28 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat Vervangen van het ovenlampje Onderhoud gaskranen Automatische reiniging FAST CLEAN Service, 29 NL Installatie NL  Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard worden.  Lees de instructies aandachtig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid.  De installatie van het apparaat moet volgens deze instructies worden uitgevoerd door een bevoegde installateur.  Na een langdurig gebruik van het apparaat is het aan te raden een raam te openen of de draaisnelheid van eventuele ventilatoren te vermeerderen. Afvoer van de verbrandingsgassen De afvoer van de verbrandingsgassen moet plaatsvinden door middel van een afzuigkap die is aangesloten op een veilige en goedwerkende schoorsteen met natuurlijke trek, ofwel door middel van een elektrische ventilator die automatisch in werking treedt elke keer dat u het apparaat aanzet (zie afbeeldingen).  Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat. Ventilatie van de vertrekken Dit apparaat mag uitsluitend worden geïnstalleerd in permanent geventileerde ruimten, overeenkomstig de geldende nationale voorschriften. In het vertrek waar het apparaat wordt geïnstalleerd moet zoveel lucht kunnen toestromen als nodig is voor de normale gasverbranding (de luchtcapaciteit mag niet minder zijn dan 2 m3/h per kW geïnstalleerd vermogen). De luchttoevoeropeningen, beschermd door roosters, moeten voorzien zijn van een leiding met een minstens 100 cm 2 bruikbare doorsnede en zo moeten zijn geplaatst dat ze, zelfs niet gedeeltelijk, worden verstopt, (zie afbeelding A). Deze openingen moeten met 100% worden verbreed - met een minimum van 200 cm 2 - als het fornuis niet voorzien is van een thermokoppelbeveiliging en wanneer de toevoer van lucht op indirecte manier van aangrenzende vertrekken plaatsvindt (zie afbeelding B) - mits dit geen gemeenschappelijke ruimtes zijn van het gebouw, vertrekken met een verhoogd brandgevaar of slaapkamers, die beschikken over een ventilatieopening die verbonden is met buiten, zoals zojuist beschreven. A B Aangrenzend vertrek 16 Afvoer door een schoorsteen of vertakt rookkanaal (alleen bestemd voor kookapparaten)  De vloeibare petroleumgassen, die zwaarder zijn dan de lucht, blijven laag hangen, daarom moeten LPG flessen afvoeropeningen naar buiten toe hebben om een eventuele gaslekkage naar onder toe af te kunnen voeren. Lege of halfvolle LPG flessen mogen dus niet worden geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in gebruik zijnde fles in het vertrek te bewaren, ver van warmtebronnen (ovens, open haard, kachels) die hem tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen brengen. Plaatsen en waterpas zetten  Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst die niet hoger zijn dan het werkvlak. Te ventileren vertrek A Ventilatieopening voor verbrandingslucht Afvoer rechtstreeks naar buiten Vergroting van de kier tussen deur en vloer  Controleer of de wand die in contact komt met de achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge temperaturen (T 90°C). Voor een correcte installatie: • plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer of in een eenkamerappartement (niet in de badkamer); • als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan worden geplaatst; 420 mm. Min. Waterpas zetten min. 650 mm. with hood min. 700 mm. without hood 420 mm. Min. • als het fornuis onder een keukenkastje wordt HOOD geïnstalleerd, moet de Min. 600 mm. afstand tussen de twee minstens 420 mm zijn. Deze afstand moet 700 mm worden als de keukenkastjes zijn vervaardigd uit ontvlambaar materiaal (zie afbeelding); • hang geen gordijnen achter het fornuis, of op minder dan 200 mm van de zijkanten; • eventuele afzuigkappen moeten volgens de instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing worden geïnstalleerd. Indien het nodig is het apparaat te nivelleren, kunnen de bijgeleverde stelvoetjes in de daarvoor geschikte openingen in de hoeken van het onderstuk van het fornuis worden geschroefd (zie afbeelding). Elektrische aansluiting Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje( zie tabel Technische gegevens). Wanneer het apparaat rechtstreeks op het elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende nationale normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. Vóór het aansluiten moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • de contactdoos in staat is het maximale vermogen van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het typeplaatje; • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; • de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.  Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn.  De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.  De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen.  De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd. Gasaansluiting De aansluiting van het apparaat op de gasleiding of -fles moet worden uitgevoerd m.b.v. een flexibele rubberen of stalen buis, in overeenstemming met de geldende nationale normen en uitsluitend na te hebben gecontroleerd dat het apparaat is afgesteld op het soort gas waarmee het zal worden gevoed (zie etiket met ijking op het deksel: als dit niet het geval is zie onder). Bij gebruik van vloeibaar gas uit een gasfles gebruikt u drukregelaars die voldoen aan de geldende nationale normen. Om de aansluiting te vergemakkelijken kan de gasvoeding aan de zijkant worden geplaatst*: verander de plaats van de slanghouder voor de aansluiting met de afsluitdop en vervang de bijgeleverde afdichting.  Voor het veilig functioneren, een juist gebruik van de energie en een langere levensduur van het apparaat moet u zich ervan verzekeren dat de gasdruk overeenkomt met de waarden die zijn aangegeven in de Tabel Eigenschappen branders en sproeiers (zie onder). Aansluiting gas met flexibele rubberen buis Controleer of de buis overeenkomt met de geldende nationale normen. De interne diameter van de buis moet zijn: 8 mm voor voeding met vloeibaar gas; 13 mm voor voeding met aardgas. Zodra de verbinding is uitgevoerd moet u controleren of de buis: • in geen enkel punt contact maakt met delen die temperaturen bereiken van meer dan 50°C; • niet onderhevig is aan trekkracht en torsie en dat er geen bochten of knelpunten zijn; • niet in contact komt met scherpe voorwerpen, scherpe randen, beweegbare onderdelen en niet in de knel raakt; • gedurende de hele lengte makkelijk te inspecteren is, zodat u probleemloos kunt controleren of hij in goede staat verkeert; • korter is dan 1500 mm; • aan beide uiteinden nauw sluit. Hij moet worden bevestigd met slangklemmen die voldoen aan de geldende nationale normen. 17 NL NL  Als u aan één of meer van deze voorwaarden niet kunt voldoen of als het fornuis wordt geïnstalleerd volgens de voorwaarden van klasse 2 - onderklasse 1 (apparaat gemonteerd tussen twee meubels), dient u een flexibele, stalen buis gebruiken (zie onder). Aansluiting met een flexibele roestvrije stalen buis aan een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen met schroefdraad. Controleer of de buis en de afdichtingen overeenkomen met de geldende nationale normen. Voordat u de buis monteert verwijdert u de buishouder op het apparaat (het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout).  Voer de verbinding zodanig uit dat de lengte van de buis, in uitgestrekte toestand, niet langer is dan 2 meter. Verzeker u ervan dat de buis niet in contact komt met bewegende delen en dat hij niet wordt afgekneld. Controle gasdichtheid Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam. Aanpassen aan de verschillende soorten gas Het is mogelijk het fornuis aan te passen voor een verschillende gassoort (anders dan die staat aangegeven op het typeplaatje op het deksel). Aanpassen kookplaat Het vervangen van de sproeiers van de branders van de kookplaat: 1. verwijder de pannendragers en haal de branders van hun plek; 2. draai de sproeiers los met een pijpsleutel van 7 mm (zie afbeelding) en vervang ze met de sproeiers die geschikt zijn voor het nieuwe type gas (zie Tabel Eigenschappen branders en sproeiers); 3. zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer op hun plaats. 18 Het regelen van de minimum stand van de branders van de kookplaat: 1. zet het kraantje op de minimum stand; 2. haal de knop eraf en draai aan het regelschroefje in of naast de spil van het kraantje totdat u een kleine regelmatige vlam krijgt.  Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel worden vastgeschroefd; 3. controleer of door de kraan snel van maximum naar minimum te draaien de branders niet uitgaan.  De branders hebben geen regeling van de primaire lucht nodig.  Na de afregeling van een ander soort gas dan het goedgekeurde gas moet u het oude etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat overeenkomt met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze Erkende Technische Servicedienst.  Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis een drukregelaar worden aangebracht die voldoet aan de geldende landelijke normen voor de “drukregelaars voor gekanaliseerd gas”. Tabel eigenschappen branders en sproeiers NL Tabel 1 Vloeibaar gas Diameter (mm) Warmtecapaciteit kW (H.s.*) By-pass Straalpijp 1/100 1/100 Aardgas Debiet * g/h Straalpijp Debiet * 1/100 l/h BRANDER (mm) Nomin. Gereduc. (mm) G30 G31 (mm) G25 C. Snel 100 3.00 0.7 40 86 218 214 122 332 B. Halve snelheid 75 1.65 0.4 30 64 120 118 94 183 A. Extra 55 1.00 0.4 30 50 73 71 72 111 D. Drievoudige vlamkroon 130 3.25 1.3 57 91 236 232 134 360 28-30 20 35 37 25 45 Gasdruk * ** *** Nominaal (mbar) Minimum (mbar) Maximum (mbar) 25 20 30 A 15°C en 1013 mbar- gas droog Propaan P.C.S. (bovenwaarde) = 50,37 MJ/Kg Butaan P.C.S. (bovenwaarde) = 49,47 MJ/Kg Aardgas P.C.S. (bovenwaarde) = 37.78 MJ/m3 TABEL EIGENSCHAPPEN Afmetingen Oven 32x43,5x40 cm HxBxD Inhoud liter 56 geschikt voor alle soorten gas Branders aangegeven op het typeplaatje Spanning en frequentie van de zie typeplaatje elektrische voeding Richtlijn 2002/40/EG op het etiket van elektrische ovens. Norm EN 50304 ENERGY LABEL Energieverbruikverklaring Klasse geforceerde convectie verwarmingsfunctie: Gratineren. EU Richtlijnen: 2006/95/EEG van 12/12/06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen 89/336/EEG van 03/05/89 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen 90/369/EEG van 29/06/90 (Gas) en daaropvolgende wijzigingen 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen 2002/96/EG. 19 Beschrijving van het apparaat NL Aanzichttekening Rooster van het werkvlak Halfsnelle brander Drievoudige vlamkroonbrander (wok) Snelle brander Bedieningspaneel Spaarbrander Spaarbrander Bedieningspaneel THERMOSTAATKNOP PROGRAMMAKNOP DISPLAY Knoppen BRANDERS van de kookplaat Toets FAST CLEAN Knop INSTELLEN TIJDEN Display Aanwijzer van de voorverwarming Symbolen AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S Cijfers TEMPERATUREN en TIJDEN Symbool van het aangeraden kookvlak Symbool KLOK Symbool STOP Aanwijzer DEURBLOKKERING Symbool TIMER 20 Toets INSTELLEN TIJDEN Symbool EINDE BEREIDING Symbool DUUR Starten en gebruik Gebruik van de kookplaat Aansteken van de branders Naast elke BRANDER knop wordt met een vol rondje aangegeven bij welke brander deze knop hoort. Om een brander van de kookplaat aan te steken: 1. houd een vlam of aansteker bij de brander; 2. druk en draai tegelijkertijd de BRANDER knop linksom tot aan het symbool van de grootste vlam -. 3. regel de sterkte van de gewenste vlam, door de BRANDER knop linksom te draaien: op het minimum +, op het maximum - of op een tussenliggende stand. Als het apparaat beschikt over een elektronische ontsteking* (zie afbeelding) is het voldoende tegelijkertijd de BRANDER knop in te drukken en linksom te draaien tot op het symbool van de grootste vlam, totdat de ontsteking heeft plaatsgevonden. Het kan zijn dat de brander uitgaat wanneer u de knop loslaat. In dit geval moet u de handeling herhalen en de knop iets langer ingedrukt houden.  Mocht de vlam per ongeluk uitgaan, doe dan de brander uit en wacht minstens 1 minuut voordat u hem weer probeert aan te steken. Als het apparaat is voorzien van een thermokoppelbeveiliging* dient u de BRANDER knop circa 2-3 seconden ingedrukt te houden om de vlam aan te houden en de beveiliging te activeren. Om de brander uit te zetten draait u aan de knop tot hij op uit staat •. Praktisch advies voor het gebruik van de branders Voor een beter rendement van de branders en een minimaal gasverbruik dient u pannen te gebruiken met een platte onderkant, die voorzien zijn van een deksel en die afgestemd zijn op de afmetingen van de brander: Brander ø Diameter Pannen (cm) Snel (R) 24 - 26 Halfsnel (S) 16 - 22 Hulp (A) 10 - 14 Drievoudige vlamkroon (TC) 24 - 26 Om het type brander te selecteren kunt u de tekeningen raadplegen die staan weergegeven in het hoofdstuk “Eigenschappen branders en sproeiers”.  Voorkom dat tijdens het gebruik de pannen buiten de rand van het kookvlak komen.  Op modellen die voorzien zijn van een vlamverspreider moet deze alleen worden gebruikt op de extra brander wanneer men pannen gebruikt die een doorsnede hebben van minder dan 12 cm. De klok instellen  U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als wanneer hij aan is, maar alleen als u geen uitgestelde bereiding heeft ingesteld. 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het en de eerste twee cijfers op het symbool DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; totdat de andere 3. druk nogmaals op de toets twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 4. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 5. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. De timer instellen  Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen als de ingestelde minuten zijn verstreken. 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het symbool en de drie cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; * Slechts op enkele modellen aanwezig. om te bevestigen. 3. druk nogmaals op de toets Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan u een geluidssignaal zult horen. 21 NL NL Gebruik van de oven Ventilator  Vóór gebruik is het strikt noodzakelijk het plastic folie aan de zijkanten van het apparaat te verwijderen. Om de oven van buiten niet te heet te laten worden, brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar buiten komt. Aan het begin van het programma FAST CLEAN draait de ventilator op lage snelheid.  Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld.  Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen. 1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan de PROGRAMMAKNOP te draaien. 2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers van de voorverwarming gaan aan. De temperatuur kan veranderd worden door te draaien aan de THERMOSTAATKNOP. 3. Als de aanwijzer van de voorverwarming uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de oven. 4. Het DISPLAY toont het icoon dat aangeeft op welk rooster u het gerecht het beste kunt plaatsen. 5. Tijdens het koken kunt u nog altijd: - het kookprogramma veranderen met behulp van de PROGRAMMAKNOP; - de temperatuur veranderen met behulp van de THERMOSTAATKNOP; - de kookduur programmeren of de tijd van einde bereiding ( zie kookprogramma’s); - het koken onderbreken door de PROGRAMMAKNOP weer op stand “0” te zetten. 6. Na twee uur gaat de oven automatisch uit: dit is om veiligheidsredenen van te voren ingesteld bij iedere kookfunctie. U kunt de kookduur veranderen (zie kookprogramma’s). 7. Wanneer de stroom uitvalt en de oventemperatuur niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch terug naar het punt waar het programma is onderbroken. De geprogrammeerde functies worden echter niet onthouden. U dient ze daarom bij het terugkeren van de stroom opnieuw in te stellen. ! Bij het programma BARBECUE is geen voorverwarming voorzien. ! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen. ! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters. 22 Ovenverlichting Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder willekeurig moment aan worden gezet door de ovendeur te openen. Handmatige kookprogramma’s  Alle programma’s hebben een vooringestelde kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden aangepast,en naar wens worden ingesteld tussen de 40°C en de 250°C. In het programma BARBECUE is de ingestelde temperatuur in % uitgedrukt. Dit kan ook handmatig worden gewijzigd. Programma MULTILEVEL Alle verwarmingselementen gaan aan en de ventilator treedt in werking. Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Hier is het mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken. Programma BARBECUE Het bovenste verwarmingselement gaat aan. Als u aan de THERMOSTAATKNOP draait geeft het DISPLAY de instelbare vermogensniveaus weer die variëren van een minimum van 5% tot een maximum van 100%. Het koken onder de grill is vooral aan te raden voor gerechten die een hoge en directe temperatuur aan de buitenkant nodig hebben. Kook met de ovendeur dicht. Programma GRATINEREN Het bovenste verwarmingselement gaat aan, en tijdens een deel van de cyclus ook het cirkelvormige verwarmingselement en de ventilator. Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd met de geforceerde luchtcirculatie in de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht. Programma’s LAGE TEMPERATUUR Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het bereiden van yoghurt, het snel of langzaam opwarmen van gerechten en het langzaam koken van etenswaren op lage temperatuur. De in te stellen temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C. Draaispit (slechts op enkele modellen aanwezig) Voor het activeren van het draaispit (zie afbeelding) gaat u als volgt te werk: 1. plaats de lekplaat in stand 1; 2. zet de steun van het draaispit op de 3e stand en steek de vleespen in de speciale opening achterin de oven; 3. activeer het draaispit met de knop PROGRAMMA’S op de stand of ; ! Wanneer u de ovendeur opent als het programma is gestart, zal het braadspit stoppen met draaien. Automatische kookprogramma’s  De temperatuur en de duur van de bereiding zijn ingesteld en kunnen niet worden gewijzigd door het systeem C.O.P.® (Cottura Ottimale Programmata (Optimale Geprogrammeerde Bereiding)) dat automatisch een perfect resultaat garandeert. De bereiding wordt automatisch gestopt en de oven geeft aan wanneer het gerecht gaar is. De bereiding kan worden uitgevoerd door de gerechten in een koude of warme oven te plaatsen. Voor de correcte plaatsing van het gerecht in de oven raden wij u aan het symbool te controleren.  Als de kookfase is bereikt laat de oven een geluidssignaal horen.  Open de ovendeur niet om te voorkomen dat de tijdsduur en de kooktemperatuur worden ontregeld. Programma VLEES Gebruik deze functie voor het braden van kalfs-, varkens- en lamsvlees. Plaats het brood in de koude oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen. Programma PIZZA Gebruik deze functie voor het bereiden van pizza’s. Zie volgende hoofdstuk voor recepten en details. Programma BROOD Gebruik deze functie voor het bakken van brood Zie volgende hoofdstuk voor recepten en details. Programma CAKE Deze functie is ideaal voor het bereiden van zowel taarten met bakkersgist als met gedroogde gist, of zonder gist. Plaats in de koude oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen. Programma PIZZA Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen: • houdt u zich aan het recept; • het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g en de 700 g zijn. • vet de bakplaat iets in. Recept voor PIZZA: 1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm Recept voor 3 pizza’s van ongeveer 550 g: 1000 g meel, 500 g water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl olijfolie, 20 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist) • Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur • In koude of warme oven plaatsen • Start de bereiding PIZZA Programma BROOD Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen: • houdt u zich aan het recept; • het maximum gewicht per bakplaat; • vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de bakplaat op stand 5; • het deeg moet circa 1 tot 1½ uur op kamertemperatuur rijzen. De exacte duur hangt af van de kamertemperatuur. Het deeg is voldoende gerezen als het volume is verdubbeld. 23 NL NL Recept voor BROOD: 1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand 2 bakplaten van 1000 g max, onderste en middelste stand Het einde van een bereiding programmeren  Het programmeren van het einde van een bereiding is alleen mogelijk nadat u een kookduur heeft geselecteerd. Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360 g water, 11 g zout, 25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist) Procedure: • Meng het meel en het zout in een grote kom. • Doe de gist in lauw water (circa 35 graden). • Maak een kuil in het meel. • Giet er het mengsel van water en gist in • Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is gevormd dat niet plakkerig is, door het deeg 10 minuten lang met de palm van de hand plat te drukken en vervolgens weer dicht te vouwen. • Maak een bal van het deeg, doe het in een slakom en bedek het met plastic folie om te voorkomen dat de buitenkant ervan uitdroogt. Doe de slakom in de oven op de handmatige functie LAGE TEMPERATUUR op 40°C en laat het ongeveer 1 uur lang rijzen (het volume van het deeg moet verdubbelen) • Verdeel de bal om verschillende broden te maken. • Leg ze op ovenpapier op de bakplaat. • Bestrooi de broden met meel. • Maak sneden in de broden. • Zet 1 dl koud gedistilleerd water op de bodem van de oven. Voor het reinigen kunt u het beste water en azijn gebruiken. • Plaats het brood in de koude oven. 1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3; • Start het programma BROOD • Aan het einde van de kooktijd laat u de broden rusten op een rooster totdat ze geheel zijn afgekoeld. Praktische kooktips De bereiding programmeren  De programmering is alleen mogelijk wanneer een kookprogramma is geselecteerd. Het programmeren van de kookduur 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het en de drie cijfers op het DISPLAY symbool beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de gewenste duur in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. 4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt automatisch om 10:15. 24 2. druk daarna op de toets totdat het symbool en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; totdat de andere 4. druk nogmaals op de toets twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 5. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 6. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. 7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur van 1 uur en 15 minuten en de eindtijd om 12:30. Het programma zal automatisch om 11:15:00 beginnen. De symbolen en gaan aanom aan te gevendat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van de bereiding. Om een programmering te annuleren draait u de PROGRAMMAKNOP op stand “0”.  Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de standen 1 en 5: de hete lucht zou fijne gerechten kunnen verbranden.  Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN, in het bijzonder wanneer u het draaispit gebruikt, raden wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel vet of jus op te vangen. MULTILEVEL • Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten die meer warmte nodig hebben op stand 2. • Plaats de lekplaat op de onderste stand en het rooster op de hoogste. BARBECUE PIZZA • Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de gerechten op het midden van de grill. • We raden u aan het energieniveau op de hoogste stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn werking wordt geregeld door een thermostaat. • Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem op het bijgeleverde ovenrooster. Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza. • Bij zeer gevulde pizza’s raden wij aan de mozzarella of andere kaas pas halverwege de kooktijd toe te voegen. NL Kooktabel oven Programma's Multilevel* Barbecue* Gratineren* Lage temperatuur Gerechten Pizza op 2 roosters Taarten op 2 roosters Cake op 2 roosters (op lekplaat) Gebraden kip + aardappels Lamsvlees Makreel Lasagne Soesjes op 2 roosters Koekjes op 2 roosters Kaaskoekjes op 2 roosters Hartige taarten Makreel Tong en inktvis Calamari- en garnalenspiesjes Kabeljauwfilet Gegrilde groenten Kalfsbiefstuk Saucijzen Hamburgers Tosti (of geroosterd brood) Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig) Lam aan het spit (indien draaispit aanwezig) Gegrilde kip Inktvis Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig) Eend aan het spit (indien draaispit aanwezig) Gebraden kalfs- of rundvlees Gebraden varkensvlees Lamsvlees Ontdooien Rijzen Opwarmen gerechten Pasteuriseren Pizza (zie recept) Focaccia (brooddeeg) Brood (zie recept) Gewicht (kg) 1+1 1 1 1 1 0,7 0,7 0,7 0,5 0,8 0,7 n° 4 of 5 n° 4 of 6 1 1 1,5 1 1,5 1,5 1 1 1 Roosterstanden standaard geleiders 2 en 4 2 en 4 2 en 4 1 en 2/3 2 1 of 2 2 2 en 4 2 en 4 2 en 4 1 en 3 4 4 4 4 3 of 4 4 4 4 4 2 2 2 2 2 2 of 3 2 of 3 2 of 3 2 of 3 2 2 2 verschuifbar e geleiders 1 en 3 1 en 3 1 en 3 1 en 3 1 1 1 1 en 3 1 en 3 1 en 3 1 en 3 3 3 3 3 2 of 3 3 3 3 3 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 Voorverwarmen Aanbevolen temperatuur (°C) Duur bereiding (minuten) Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee 220-230 180 170 200-210 190-200 180 190-200 190 190 210 200 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 210 200 210 210 210 210 210 - 20-25 30-35 20-25 65-75 45-50 30-35 35-40 20-25 10-20 20-25 20-30 15-20 10-15 8-10 10-15 15-20 15-20 15-20 10-12 3-5 70-80 70-80 55-60 30-35 70-80 60-70 60-75 70-80 40-45 60-90 23-33 23-33 55 Pizza 1 automatisch 1 Brood 1 automatisch Taarten Taarten van gistdeeg 1 2 of 3 2 Nee 35-55 automatisch Vlees Gebraden vlees 1 2 of 3 2 Nee 60-80 automatisch * De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan niet handmatig worden gewijzigd. 25 Voorzorgsmaatregelen en advies NL  Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheid • Dit apparaat is vervaardigd voor nietprofessioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als het onweert. • Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding. • Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd tussen 2 meubels). • Tijdens het gebruik van de oven worden de verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur zeer heet. Raak ze niet aan en houd kinderen op een afstand. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van het apparaat terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te zetten en eruit te halen. • Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol, benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in gebruik is. • Controleer altijd dat de knoppen in de stand • staan als het apparaat niet gebruikt wordt. • Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet. • Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne mechanismen van het apparaat te repareren. Neem contact op met de Technische Dienst. • Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur. 26 • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. • Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst moet u er voor zorgen dat het er niet af kan schuiven. Afvalverwijdering • Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval mag worden meegegeven. De verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald om het terugwinnen en recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op alle producten om de consument eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is. Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de consument zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkopers. Energiebesparing en milieubehoud • Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat de elektriciteitscentrales minder worden belast tijdens het ‘spitsuur’. De optie waarmee u programma’s voorprogrammeert, in het bijzonder de “uitgestelde kooktijd” (zie Programma’s) en de “verlate automatische reiniging” (zie Onderhoud en verzorging), kunnen u hierbij helpen. • Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN altijd de ovendeur dicht: u bereikt betere kookresultaten en een aanzienlijke energiebesparing (circa 10%). • Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen. Onderhoud en verzorging De elektrische stroom afsluiten Het controleren van de afdichtingen van de oven Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Reinigen van het apparaat Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen rondom de ovendeur. In het geval de afdichting beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd.  Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. Vervangen van het ovenlampje • De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten. • De pannendragers, de branderdeksels, de vlamkronen en de branders van de kookplaat kunnen worden verwijderd voor een gemakkelijkere reiniging; was ze in warm water en een niet schurend reinigingsmiddel. Zorg ervoor de afzettingen te verwijderen en doe ze pas op hun plaats als ze volledig droog zijn. • Reinig geregeld het uiteinde van de thermokoppelbeveiliging*. • De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen. • Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen barsten. Ovenruimte Voor het vervangen van het ovenlampje: Lamp Afdichting Glasplaat 1. Verwijder het glazen lampenkapje met behulp van een schroevendraaier. 2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14. Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding). Onderhoud gaskranen Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk hem te vervangen.  Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant bevoegde installateur. • De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser). * Slechts op enkele modellen aanwezig. 27 NL NL Automatische reiniging FAST CLEAN Door de functie FAST CLEAN te activeren bereikt de oven een temperatuur van 500°C die nodig is voor het verbranden van voedselrestjes. Het vuil wordt letterlijk as. Gedurende de automatische reiniging kunnen de oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op een afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat bepaalde deeltjes oplichten: dit is een plotselinge verbranding, hetgeen een absoluut normaal verschijnsel is dat geen enkel gevaar met zich mee brengt. Voor het activeren van FAST CLEAN: • verwijder met een natte spons het ergste vuil uit de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen; • haal alle accessoires uit de oven; • laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het handvat hangen. • zet de PROGRAMMAKNOP op “0” ! Als de oven te heet is kan het gebeuren dat de pyrolyse niet start. Wacht tot de oven wat is afgekoeld. ! Het programma zal alleen van start gaan als de ovendeur gesloten is. Om de reinigingscyclus FAST CLEAN te activeren drukt u circa 4 seconden op de toets . Met de knop INSTELLEN TIJDEN kunt u het gewenste reinigingsniveau kiezen met een vooringestelde en niet wijzigbare tijdsduur: 1. Economisch (ECO): draai de knop richting “-”. Duur 1 uur; 2. Normaal (NOR): beginniveau. Duur 1 uur en 30 minuten; 3. Intensief (INT): draai de knop richting “+”. Duur 2 uur. 4. Druk op de toets om te bevestigen. Zoals voor een normaal kookprogramma is het ook voor de FAST CLEAN cyclus mogelijk een einde te programmeren (zie Programmeren van het einde van de automatische reiniging). 28 Veiligheidsmechanismen • het verlichte symbool op het display geeft aan dat de ovendeur automatisch is geblokkeerd omdat de temperatuur zeer hoog is geworden; • het symbool geeft aan dat op elk willekeurig moment dat u op de toets de reinigingscyclus kunt annuleren; drukt u • als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de verwarming worden onderbroken; • als de deur geblokkeerd is kunnen de tijdsduur en de eindtijd van de cyclus niet meer veranderd worden. Het einde van de automatische reiniging programmeren 1. druk daarna op de toets totdat het symbool en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets totdat de andere twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 4. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 5. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. 6. als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END en hoort u een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur, u kiest het ECO niveau van FAST CLEAN met een vooringestelde tijd van 1 uur. U programmeert 12:30 als eindtijd. Het programma zal automatisch om 11:30 beginnen. De symbolen en gaan aan om aan te geven dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van FAST CLEAN. Na de automatische reiniging De ovendeur kan pas worden geopend als de temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. U zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem en op de wanden van de oven: verwijder dit met een natte spons als de oven is afgekoeld. Als u wilt profiteren van de overgebleven warmte van de oven om te gaan koken, kunt u het witte poeder rustig laten liggen: het levert geen enkel gevaar op voor de gerechten die u wilt gaan koken. Servicedienst Belangrijk: Het apparaat is voorzien van een diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze kunt u op het display aflezen met berichten zoals: “<LETTERSPACE 0>F” gevolgd door enkele nummers. In dit geval moet u de technische dienst inschakelen.  Wendt u nooit tot niet erkende monteurs. NL Dit dient u door te geven: • Het soort storing; • Het model apparaat (Mod.) • Het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat. 29
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

HOTPOINT/ARISTON CP65SFA /HA Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding