TOETSEN
44
BOVEN- EN VOORKANT
1 DIGITAL EQUALIZER – om het volume of de
verschillende frequenties te kiezen om
vervolgens in te stellen: volume, lage, midden
en hoge frequenties
2 VOLUME/SOUND CONTROL CENTER –
om het volume en de digitale equalizer in te
stellen
3 DIGITAL DBB (Dynamic Bass Boost) – om
de lage tonen te versterken
4 INCREDIBLE SURROUND – om een
overweldigend stereo-effect te creëren
5 POWER -schakelaar – om de geluidsbron
CD/ TUNER/ TAPE te kiezen en om het
apparaat uit te zetten
6 CASSETTE RECORDER toetsen:
RECORD 0 – om een opname te starten
PLAY 1 – om het afspelen te starten
SEARCH 5, 6 – om de cassette versneld
vooruit/ terug te spoelen
OPEN•STOP /9– om het cassettevak te
openen;
– om de cassette te
stoppen
PAUSE ; – om het opnemen of afspelen te
onderbreken
7 OPEN•CLOSE – om het cd-vak te openen/ te
sluiten
8 STOP 9 – stops CD playback or erase a CD
programme
9 PLAY•PAUSE 2; – om het afspelen van een
cd te beëindigen en om een cd-programma te
wissen
0 BATT LOW – geeft aan dat de batterijen
bijna leeg zijn
! PROG – CD: om nummers te programmeren
en om het programma te controleren;
Tuner: om een zender te
programmeren
@ SHUFFLE – om de nummers van een cd in
willekeurige volgorde af te spelen
# SEARCH ∞, §
TUNER: – (omlaag, omhoog) om af te
stemmen op een radiozender;
CD: – om binnen een nummer vooruit of terug
te zoeken;
– om naar het begin van het huidige/
vorige/ volgende nummer te gaan
$ REPEAT – om een nummer/ cd-programma/
hele cd te herhalen
% Display – geeft informatie over het apparaat
^ REMOTE SENSOR –
infraroodsensor voor de afstandsbediening
& BAND – om het golfgebied te kiezen
* TUNER PRESET 4, 3 – om af te stemmen
op een geprogrammeerde zender (omlaag,
omhoog)
BACK PANEL
( p – 3.5 mm -aansluitbus voor een
hoofdtelefoon
) Telescoopantenne –
om de FM-ontvangst te verbeteren
¡ AC MAINS – aansluitbus voor het netsnoer
™ Batterijklepje
AFSTANDSBEDIENING
1 VOLUME 3,4 – om het volume in te stellen
2 PRESET 3,4 (omhoog, omlaag) – om af te
stemmen op een geprogrammeerde zender
3 TUNING ∞, § (omlaag, omhoog) –
om af te stemmen op een radiozender
4 SHUFFLE – om de nummers van een cd in
willekeurige volgorde af te spelen
5 REPEAT – om een nummer/ cd-programma/
hele cd te herhalen
6 2; – om het afspelen van een cd te starten/
te onderbreken
7 ¡, ™ – om naar het begin van het huidige/
vorige/ volgende nummer te gaan
8 STOP 9 – om het afspelen te beëindigen of
om een programma te wissen
9 SEARCH 5, 6 – om binnen een nummer/
cd vooruit of terug te zoeken
Nederlands
Dit apparaat voldoet aan de radio-ontstoringseisen van de Europese Unie.
Het typeplaatje bevindt zich op de onderkant van het apparaat.