Canon EF 24-105mm f/4L IS USM Handleiding

Type
Handleiding
EF24-105mm f/4L IS USM
NLD
Handleiding
NLD-1
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Canon-product.
Het Canon EF24-105mm f/4L IS USM-objectief
is een hoogwaardig standaardzoomobjectief
dat ontworpen is voor EOS-camera's. Het
objectief is uitgerust met een
beeldstabilisator en bestrijkt een groot
brandpuntsafstandenbereik vanaf groothoek
tot midden-tele.
¡“IS” is de afkorting voor beeldstabilisator.
¡“USM” is de afkorting voor ultrasone motor.
Kenmerken
1. De beeldstabilisator geeft hetzelfde effect als
van een sluitertijd die drie stops korter is*.
2. Asferische en super-UD-lenselementen voor
een uitzonderlijke beeldkwaliteit.
3. Ultrasone motor (USM) voor een snelle en
stille scherpstelling.
4. Handmatige scherpstelling is beschikbaar
nadat op het onderwerp is scherpgesteld in
de autofocus-modus (ONE SHOT AF).
5. Volkomen ronde diafragmaopening voor een
fraaie wazige achtergrond.
6. Stevige en betrouwbare afdichting voor goede
stof- en waterbestendige eigenschappen.
*
Gebaseerd op [1/brandpuntsafstand] seconde. Over het
algemeen is een sluitertijd [1/brandpuntsafstand] seconde
of sneller vereist om cameratrillingen te voorkomen.
Symbolen die in deze handleiding
worden gebruikt
Waarschuwing om een defect of
beschadiging van het objectief of de
camera te voorkomen.
Extra informatie over het gebruik van
het objectief en het maken van foto
s.
NLD-2
a Veiligheidsmaatregelen
a Veiligheidsmaatregelen
Kijk niet door de lens of de camera naar de zon
of een andere heldere lichtbron. Dit beschadigt
uw ogen. Het is vooral gevaarlijk wanneer u
rechtstreeks door de lens naar de zon kijkt.
Laat het objectief niet zonder lensdop in de zon
liggen, ongeacht of het objectief wel of niet op
de camera is bevestigd. Dit om te voorkomen dat
de lens de zonnestralen samenbundelt, hetgeen
zou kunnen resulteren in brand.
Voorzorgsmaatregelen betreffende de
behandeling
Als het objectief van een koude omgeving naar
een warme ruimte wordt gebracht, kan er
condens op de lens en de interne onderdelen
ontstaan. Om condens te voorkomen, raden wij u
aan het objectief in een luchtdichte plastic zak te
doen voordat u dit van een koude omgeving naar
een warme ruimte brengt. Neem het objectief uit de
zak nadat dit geleidelijk is opgewarmd. Ga op
dezelfde wijze te werk wanneer u het objectief van
een warme ruimte naar de kou meeneemt.
Stel het objectief niet aan grote hitte bloot door het
bijvoorbeeld in een auto te leggen die in de zon
geparkeerd staat. Hoge temperaturen kunnen
resulteren in een defect van het objectief.
NLD-3
Afstandsschaal ( 8)
Infraroodindex ( 8)
Contactpunten ( 4)
Scherpstelmodusschakelaar ( 5)
Beeldstabilisatorschakelaar ( 6)
Zonnekapbevestiging ( 9)
Lensbevestigingsmarkering ( 4)
Filterschroefdraad
( 10)
Zoomring ( 5)
Scherpstelring ( 5)
Zoompositiemarkering
( 5)
Benaming van de onderdelen
Zie voor verdere informatie de pagina's die tussen haakjes zijn vermeld (**).
NLD-4
Raadpleeg de handleiding van de camera
voor informatie betreffende het bevestigen en
verwijderen van het objectief.
¡
Na het verwijderen van het objectief plaatst u dit met de
achterkant omhoog om te voorkomen dat het lensoppervlak
en de elektrische contactpunten worden beschadigd.
¡
Als de contactpunten vuil of bekrast zijn of als er vieze
vingers op zitten, kan dit resulteren in corrosie of een
gebrekkige elektrische verbinding. Dit kan een foutieve
werking van de camera en het objectief tot gevolg hebben.
¡
Als de contactpunten vuil zijn of als er vieze vingers op
zitten, kunt u ze met een zacht doekje schoonmaken.
¡
Zet de stofkap op het objectief wanneer u dit verwijdert. Om
de stofkap juist aan te brengen, lijnt u de
lensbevestigingsmarkering uit met de
K
-markering van de
stofkap, zoals aangegeven in de afbeelding, en dan draait u
de stofkap naar rechts.Volg de aanwijzingen in de
omgekeerde volgorde om de stofkap te verwijderen.
1.
Het objectief bevestigen en verwijderen
De lensbevestiging is van een rubberring voorzien
voor een optimale bestendigheid tegen water en
stof. De rubberring kan lichte afslijting rondom de
lensbevestiging van de camera veroorzaken, maar
dit is niets ernstigs. Als de rubberring versleten is,
kan deze tegen betaling bij een Canon
servicecentrum worden vervangen.
NLD-5
2.
De scherpstelmodus instellen
3. Zoomen
Na automatische scherpstelling in de ONE SHOT
AF-modus, kunt u handmatig scherpstellen door
de ontspanknop half in te drukken en aan de
scherpstelring te draaien. (Continue handmatige
scherpstelling)
Voor gebruik van autofocus (AF) zet u de
scherpstelmoduschakelaar op AF.
Voor gebruik van handbediende scherpstelling
(MF) zet u de scherpstelmodusschakelaar op MF
en stelt dan scherp met de scherpstelring.
De scherpstelring werkt altijd, ongeacht de
scherpstelmodus.
Om te zoomen, draait u aan de zoomring van het
objectief.
Zorg dat u klaar bent met zoomen voordat u met
scherpstellen begint.
Verdraaien van de zoomring na het scherpstellen
kan van invloed zijn op de scherpstelling.
NLD-6
4. Beeldstabilisator
U kunt de beeldstabilisator in de AF- en de MF-modus gebruiken.
De beeldstabilisator van dit objectief is geschikt
voor het maken van foto's met de camera in de
hand bij de volgende omstandigheden.
¡
Omstandigheden met weinig licht,
zoals bij schemering of binnenshuis
¡
Plaatsen zoals kunstgalerijen of
toneelpodia waar fotograferen met
een flitser niet is toegestaan
¡
Op plaatsen waar u niet stabiel staat
¡
In situaties waar geen korte
sluitertijden gebruikt kunnen worden
1
Zet de STABILIZER-
schakelaar op .
¡Als u de
beeldstabilisatorfunctie
niet wilt gebruiken, zet u
de schakelaar op .
2
Wanneer u de
ontspanknop half
indrukt, begint de
beeldstabilisator te
werken.
¡Controleer of het beeld in
de zoeker stabiel is en
druk dan de
ontspanknop helemaal in
om de foto te maken.
NLD-7
Beeldstabilisator
¡Als u een statief gebruikt, moet u de
beeldstabilisator uitschakelen, om de
batterij te sparen.
¡
De beeldstabilisator is niet alleen geschikt voor het
maken van foto's met de camera in de hand, maar
ook bij het fotograferen met een eenpootsstatief.
¡De beeldstabilisatorfunctie werkt ook
wanneer het objectief met een EF12 II- of
EF25 II-tussenstuk wordt gebruikt.
¡
Afhankelijk van de camera kunnen de foto’s
vervormd lijken nadat ze genomen zijn,
maar dit heeft geen invloed op de opnamen.
¡
Als u de Custom-functie van de camera
gebruikt voor het toewijzen van een andere
toets voor de bediening van de AF, zal de
beeldstabilisatorfunctie werken wanneer u
op de nieuw toegewezen AF-toets drukt.
¡De beeldstabilisator kan een wazige foto
die wordt veroorzaakt door beweging van
het onderwerp niet compenseren.
¡
Zet de STABILIZER-schakelaar op
wanneer u foto's neemt met de Bulb-instelling
(lange belichtingstijden). Als de STABILIZER-
schakelaar op staat, kan de
beeldstabilisatorfunctie fouten veroorzaken.
¡De beeldstabilisator werkt mogelijk niet
goed in de volgende gevallen:
• U beweegt de camera om een
panoramafoto te maken.
• U maakt een foto terwijl u op een
hobbelige weg rijdt.
¡Bij gebruik van de beeldstabilisator wordt
meer stroom verbruikt dan bij normaal
fotograferen, dus u kunt minder foto’s
maken.
¡De beeldstabilisator werkt ongeveer twee
seconden, ook wanneer u uw vinger niet
op de ontspanknop houdt.Verwijder het
objectief niet wanneer de beeldstabilisator
werkt. Dit kan resulteren in een defect.
¡Bij de EOS-1V/HS, 3, 30/33/Elan7/7E,
30V/33V/Elan7N/7NE, Elan ll/Elan ll
E/50/50 E, 300/Rebel2000, IX en D30 zal
de beeldstabilisator niet werken wanneer
de zelfontspanner wordt gebruikt.
NLD-8
5.
Symbool oneindige afstand
Dit compenseert voor de verschuiving van het
scherpstelpunt oneindig als gevolg van
veranderingen in de temperatuur. De positie
oneindig bij normale temperatuur is het punt
waarbij de verticale lijn van het L-merkteken
tegenover de afstandsindicator van de
afstandsschaal staat.
Voor een nauwkeurige handmatige scherpstelling
van onderwerpen op oneindig kijkt u door de
zoeker terwijl u aan de scherpstelring draait.
De infraroodmarkering corrigeert de scherpstelling
wanneer een zwart-wit infraroodfilm wordt gebruikt.
Stel handmatig scherp op het onderwerp en corrigeer
dan de afstandsinstelling door de scherpstelring naar
het bijbehorende infraroodmarkering te draaien.
6. Infraroodindex
Sommige EOS-camera’s zijn niet geschikt voor infraroodfilm.
Raadpleeg de handleiding van uw EOS-camera.
¡De positie van de infraroodmarkering is
gebaseerd op een golflengte van 800 nm.
¡
De hoeveelheid compensatie verschilt afhankelijk
van de brandpuntsafstand.Gebruik de
aangegeven brandpuntsafstand als richtlijn bij
het instellen van de hoeveelheid compensatie.
¡Neem de instructies van de fabrikant in acht bij
gebruik van infraroodfilm.
¡
Gebruik ook een rood filter wanneer u de foto maakt.
Symbool oneindige afstand
Afstandsmarkering
NLD-9
De EW-83H-zonnekap kan worden gebruikt om ongewenst licht uit de lens te houden en om de lens te
beschermen tegen regen, sneeuw en stof.
Om de zonnekap te bevestigen, lijnt u het bevestigingspositieteken van de zonnekap uit met het rode
puntje op de voorkant van het objectief en dan draait u de zonnekap zoals aangegeven door de pijl
totdat het rode puntje op het objectief is uitgelijnd met het stoppositieteken van de zonnekap.
De zonnekap kan ook omgekeerd op het objectief worden aangebracht wanneer dit wordt
opgeborgen.
¡Als de zonnekap niet juist is aangebracht, kan deze een gedeelte van het beeld blokkeren.
¡Bij het bevestigen of losmaken van de zonnekap pakt u de voet van de zonnekap vast om deze te draaien.
Pak niet de voorrand van de zonnekap vast om deze te draaien, want dit kan resulteren in vervorming van
de zonnekap.
7.
Zonnekap
NLD-10
8. Filters (los verkrijgbaar)
U kunt een filter aanbrengen op de
Filterschroefdraad aan de voorkant van de lens.
¡Er mag maar één filter tegelijk zijn aangebracht.
¡Als u een polarisatiefilter nodig hebt, gebruik
dan het Canon circulair polarisatiefilter (77-mm).
¡Verwijder eerst de zonnekap wanneer u het
polarisatiefilter wilt afstellen.
9.
Tussenstukken (los verkrijgbaar)
U kunt het tussenstuk EF12 II of EF25 II
aanbrengen voor uitvergrote foto’s. De
fotografeerafstand en vergroting zijn hieronder
aangegeven.
Afstand
camera-
Vergroting
tot-onderwerp
(mm)
Dichtbij Veraf Dichtbij Veraf
EF12 II
24-mm 177 187 0,60× 0,50×
105-mm 326 1022 0,40× 0,12×
EF25 II
24-mm Niet geschikt
105-mm 280 574 0,61× 0,27×
Voor een nauwkeurige scherpstelling raden wij u
aan handmatig scherp te stellen.
NLD-11
10.
Close-uplenzen (los verkrijgbaar)
Door een 500D (77mm) close-uplens aan te
brengen, hebt u de beschikking over close-up
fotografie.
De vergroting is 0,34
× – 0,05×.
¡De close-uplens 250D kan niet gebruikt worden,
want deze is niet verkrijgbaar in een maat die
op het objectief past.
¡Voor een nauwkeurige scherpstelling raden wij u
aan handmatig scherp te stellen.
NLD-12
Technische gegevens
Brandpuntsafstand/diafragma
24-105 mm f/4
Objectiefconstructie 13 groepen, 18 elementen
Minimaal diafragma f/22
Beeldhoek Diagonaal: 84° - 23° 20’ Verticaal: 53° - 13° Horizontaal: 74° - 19° 20’
Kortste scherpstelafstand 0,45 m
Maximale vergrotingsfactor 0,23 × (bij 105 mm)
Beeldveld ong. 345 × 535 mm - 106 × 158 mm (bij 0,45 m)
Filterdiameter 77 mm
Maximale diameter en lengte 83,5 × 107 mm
Gewicht 670 g
Zonnekap EW-83H
Lensdop E-77U/E-77 II
Lenskoker LP1219
¡De lengte van het objectief is de afstand vanaf het bevestigingsvlak tot aan de voorkant van de lens.Tel hierbij
21,5 mm op voor de E-77U lensdop en stofkap, en 24,2 mm voor de E-77 II.
¡De opgegeven grootte en het gewicht zijn enkel voor het objectief, tenzij anders vermeld.
¡De EF1,4X II/EF2X II-tussenstukken kunnen niet met dit objectief worden gebruikt.
¡De diafragma-instellingen zijn aangegeven op de camera.
¡Alle vermelde gegevens zijn gemeten volgens de Canon-normen.
¡Wijzigingen in de technische gegevens en het ontwerp van het product voorbehouden, zonder voorafgaande
kennisgeving.
© CANON INC. 2005CT1-8520-004 0812Ni
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14

Canon EF 24-105mm f/4L IS USM Handleiding

Type
Handleiding