Sony Série MZ E310 Handleiding

Type
Handleiding
2
-NL
Stel het apparaat niet bloot aan
regen of vocht, om brand en
elektrische schokken te
voorkomen.
Bedek de ventilatie van het apparaat niet
met een krant, tafelkleed, gordijn, enz. om
brand te voorkomen. Plaats geen verlichte
kaarsen op het apparaat.
Om brand en elektrische schokken te
voorkomen, mag u geen voorwerpen op
het apparaat neerzetten die met
vloeistoffen zijn gevuld, zoals
bloemenvazen.
Gebruikte batterijen moet u inleveren bij
het klein chemisch afval.
Neem voor meer informatie contact op
met de betrokken gemeentelijke dienst.
Let op!
Wanneer u dit apparaat gebruikt in
combinatie met optische instrumenten,
neemt de kans op oogbeschadiging toe.
LET OP! — ONZICHTBARE
LASERSTRALING INDIEN GEOPEND
KIJK NIET RECHTSTREEKS OF
MET BEHULP VAN OPTISCHE
INSTRUMENTEN IN DE
LASERSTRAAL.
Informatie
De CE-markering is alleen
geldig in de landen waar deze
wettelijk bindend is, zoals
voornamelijk in de EEA-landen
(landen van de Europese
economische zone).
Plaats het apparaat niet in een gesloten
ruimte, zoals een boekenrek of
ingebouwde kast.
WAARSCHUWING
DE VERKOPER IS IN GEEN ENKEL
GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR
ENIGE DIRECTE OF INDIRECTE
SCHADE VAN WELKE AARD DAN
OOK, ONGEVALLEN, VERLIEZEN
OF ONKOSTEN DIE WORDEN
VEROORZAAKT DOOR EEN
DEFECT APPARAAT OF DOOR HET
GEBRUIK VAN WELK PRODUCT
DAN OOK.
3
-NL
Inhoudsopgave
De bediening .....................................................4
Voorbereidingen ............................................... 6
Meteen een MD afspelen! ................................. 8
Verschillende manieren van afspelen ............10
Snel een bepaald muziekstuk of punt opzoeken (Snel zoeken) ........... 10
De zoekmodus selecteren ..................................................................... 10
Muziekstukken in de gewenste volgorde beluisteren
(geprogrammeerd afspelen) ............................................ 12
De groepsfunctie gebruiken ................................................................. 12
Wat is een disc met groepsinstellingen? ........................................ 12
Muziekstukken in een bepaalde groep beluisteren
(afspelen in groepsmodus) .............................................. 13
Groepen selecteren en afspelen (groepsselectiemodus) ................. 13
Groepen registreren met uw MiniDisc-recorder ............................ 14
Hoge en lage tonen aanpassen (digitale geluidsvoorkeuren) ............... 15
De geluidskwaliteit selecteren ....................................................... 16
De geluidskwaliteit regelen ........................................................... 16
Andere functies .............................................. 17
De naam van het muziekstuk en de afspeeltijd bekijken ..................... 17
Uw gehoor beschermen (AVLS) .......................................................... 18
De bediening vergrendelen (HOLD) .................................................... 18
Aanvullende informatie .................................. 19
Voorzorgsmaatregelen ......................................................................... 19
Storingen verhelpen ............................................................................. 21
Technische gegevens ............................................................................ 23
NL
4
-NL
De bediening
Voorkant van de recorder
A
Uitleesvenster
B
VOL +-en –-toets
De VOL +-toets heeft een voelbare
punt.
C
Vierstandenschakelaar
N (afspelen)
*
. en > (zoeken/AMS)
x (stoppen)
X (pauze)
De N -toets heeft een voelbare punt.
D
MENU/ENTER-toets
(muziekstukmarkering)
E
GROUP-toets (muziekstukmarkering)
F
i-aansluiting (hoofdtelefoon/
oortelefoon)
G
Hoofdtelefoon/oortelefoon
3
5
4
6
7
1
2
5
-NL
Achterzijde van de speler
A
HOLD-schakelaar (vergrendelen)
B
OPEN-toets (muziekstukmarkering)
C
Gaatje voor draagriem
Bevestig uw eigen riem aan dit gaatje.
D
Klep van batterijcompartiment
Het uitleesvenster van de speler
A
Discindicatie
B
Indicatie voor groepsmodus
Licht op wanneer de groepsmodus is
ingeschakeld.
C
Uitleesvenster muziekstuknummer
D
Batterijniveau-indicatie
Toont bij benadering de toestand van
de batterij.
E
Indicatie voor afspeelstand
Geeft de afspeelstand van de MD aan.
F
SOUND-indicatie
G
Indicatie voor disc, groep en
muziekstuk
H
Tekenvenster
Geeft de namen voor muziekstukken,
verstreken tijd, enz. aan.
1
2
4
3
1
2
3
4
5
6
7
8
6
-NL
Voorbereidingen
1
Plaats een droge alkalinebatterij.
De batterij vervangen
U kunt de toestand van de batterij via de batterij-indicatie controleren tijdens het gebruik
van de speler.
Batterij wordt zwakker
r
Zwakke batterij
r
De batterij is leeg.
“LoBATT” knippert op het uitleesvenster en de stroom wordt uitgeschakeld.
e
E
Plaats één droge LR6-
alkalinebatterij (AA-formaat)
en schuif daarbij de minzijde
eerst naar binnen.
Schuif het deksel van het
batterijcompartiment om
deze te openen.
Sluit het deksel.
Gebruiksduur van de batterij
(Eenheid: geschatte uren) (JEITA
1)
)
1)
Meetwaarden conform de JEITA-standaard (Japan Electronics and Information Technology Industries
Association).
Batterijen SP
Stereo
LP2
Stereo
LP4
Stereo
LR6 (SG)
droge alkalinebatterij van Sony
2)
2)
Met een droge alkalinebatterij, Sony LR6 (SG) “STAMINA” (gemaakt in Japan).
Opmerking
De levensduur van de batterij kan korter zijn dan opgegeven afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden, de omgevingstemperatuur en het soort batterij.
41 50 56
7
-NL
2
De verbindingen maken en de
bediening ontgrendelen.
1
Sluit de hoofdtelefoon/oortelefoon aan
op i.
2
Schuif HOLD in de tegengestelde
richting van de pijl op de speler
(HOLD .) om de bediening te
ontgrendelen.
HOLD
voor i
stevig aandrukken
8
-NL
Meteen een MD afspelen!
1
Plaats een MD.
1
Druk op OPEN om het deksel te openen.
2
Plaats een MD met het label naar
boven en druk op het deksel om het te
sluiten.
2
Een MD afspelen.
1
Druk op N>.
2
Druk op VOL + of – om het volume aan
te passen.
De volume-indicator verschijnt op het
uitleesvenster zodat u het volumeniveau
kunt controleren.
Om het afspelen te stoppen,
drukt u op x.
Het afspelen begint vanaf het punt waar u het
laatst met afspelen bent opgehouden. Als u wilt
beginnen met afspelen vanaf het begin van het
eerste muziekstuk, houdt u N> twee
seconden of langer ingedrukt.
VOL +, –
.
, N>, x, X
9
-NL
Het overslaan van geluid onderdrukken (G-PROTECTION)
De G-PROTECTION-functie is ontwikkeld om een betere schokbestendigheid te bieden
dan andere spelers hebben, zodat u de speler ook tijdens het joggen kunt gebruiken.
Opmerking
In de volgende gevallen kan het geluid tijdens het afspelen overslaan:
de speler heeft onafgebroken sterke schokken ondergaan.
er wordt een vuile of bekraste MiniDisc afgespeeld.
z
De MZ-E310 ondersteunt de nieuw ontwikkelde DSP TYPE-R voor ATRAC.
Dit betekent dat u van TYPE-R topkwaliteit geluid kunt genieten van MD’s die zijn opgenomen in SP
stereo op TYPE-R-uitgeruste MD-decks enz.
Met de speler kunt u muziekstukken afspelen die in de 2
×
- of 4
×
-afspeelstand zijn opgenomen
(LP2 of LP4). Wanneer u een audiobron selecteert, wordt automatisch de stand voor normaal stereo
afspelen, LP2-stereo afspelen, LP4-stereo afspelen of mono afspelen geselecteerd.
Kort nadat u op
x
drukt wordt het uitleesvenster uitgeschakeld.
Naar Handeling
Zoeken naar het begin van het
huidige of het vorige muziekstuk
1)
Druk op ..
Druk net zo vaak op . totdat u aan het begin
van het gewenste muziekstuk bent.
Het begin van het volgende
muziekstuk vinden
2)
Druk eenmaal op
N>
.
Achteruitspoelen tijdens het afspelen Houd . ingedrukt.
Achteruitspoelen tijdens het afspelen Houd
N
> ingedrukt.
Pauzeren Druk op X.
Druk nogmaals op X om het afspelen te hervatten.
De MD verwijderen Druk op x en vervolgens op OPEN.
3)
1)
Als u tijdens het eerste muziekstuk op de disc tweemaal achtereenvolgens op . drukt, gaat de speler
naar het begin van het laatste muziekstuk op de disc.
2)
Als u tijdens het laatste muziekstuk op de disc op N> drukt, gaat de speler naar het begin van het
eerste muziekstuk op de disc.
3)
Wanneer u de klep opent, begint het afspelen aan het begin van het eerste muziekstuk (behalve
wanneer de groepsmodus is ingeschakeld).
10-
NL
Verschillende manieren van afspelen
Snel een bepaald
muziekstuk of punt
opzoeken (Snel zoeken)
U kunt op twee manieren snel zoeken.
Indexzoeken — Snel zoeken terwijl
u de nummers of namen van de
muziekstukken in de gaten houdt
(fabrieksinstelling).
TijdzoekenSnel zoeken terwijl u de
verstreken tijd in de gaten houdt.
1 Druk tijdens het afspelen op MENU/
ENTER.
2 Druk enkele malen op . of
N>
totdat “SEARCH” op het
uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
3 Druk herhaaldelijk op . of
N>
totdat “Index” (indexzoeken)
of “Time” (tijdzoeken) op het
uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
4 Druk op X.
5 Houd . of
N>
ingedrukt
totdat het nummer/de naam van het
gewenste muziekstuk verschijnt
(indexzoeken) of totdat de gewenste
verstreken tijd (tijdzoeken) op het
uitleesvenster verschijnt.
6 Druk op X.
Het afspelen begint vanaf het
geselecteerde muziekstuk.
De bewerking annuleren
Druk op x.
z
Als u deze procedure uitvoert terwijl de
speler in de shufflestand staat, begint het
afspelen in shufflestand met het geselecteerde
muziekstuk.
Als het eerste of het laatste muziekstuk op de
disc wordt bereikt terwijl u de toets . of
N> ingedrukt houdt in stap 5, wordt
verder gezocht in respectievelijk het laatste
of het eerste muziekstuk. (Als u in de
groepsmodus het eerste of het laatste
muziekstuk bereikt terwijl u de toets . of
N> ingedrukt houdt in stap 5, wordt
verder gezocht in respectievelijk het eerste of
het laatste muziekstuk in de groep.) (Zie “De
groepsfunctie gebruiken” (pagina 12).)
De zoekmodus
selecteren
U hebt keuze uit verschillende
afspeelstanden zoals één afspelen (1Rep.),
shuffle (Shuff) en geprogrammeerd
afspelen (PGM).
1 Druk tijdens het afspelen op MENU/
ENTER.
2 Druk enkele malen op . of
N>
totdat “P-MODE” op het
uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
MENU/ENTER
., N>,
X, x
MENU/ENTER
., N>
11
-NL
3 Druk herhaaldelijk op . of
N>
om de afspeelstand te
selecteren en druk vervolgens op
MENU/ENTER.
Elke keer dat u op
N>
drukt,
verandert het weergave-item dat met
A wordt aangegeven op de volgende
wijze:
wanneer u op MENU/ENTER drukt
terwijl A knippert, wijzigt u de
afspeelstand.
De nieuwe afspeelstand verschijnt
op het uitleesvenster en wordt
aangegeven met B.
Wanneer u herhaaldelijk op N>
drukt, wijzigt u
A
.
B
licht op wanneer u op MENU/
ENTER drukt
.
Indicatie A/B (afspeelstand)
Normal/—(normaal afspelen)
Alle muziekstukken worden
eenmaal afgespeeld.
r
AllRep/
Alle muziekstukken worden
herhaald afgespeeld.
r
1 Track/1
Er wordt één muziekstuk
afgespeeld.
r
1Rep./ 1
Eén muziekstuk wordt herhaald
afgespeeld.
r
Shuff/SHUF
Nadat het gekozen muziekstuk is
afgespeeld, worden de overige
muziekstukken in willekeurige
volgorde afgespeeld.
r
Shuf.R/SHUF
Nadat het gekozen muziekstuk is
afgespeeld, worden de overige
muziekstukken in willekeurige
volgorde herhaald afgespeeld.
r
PGM/PGM
De muziekstukken worden in de
door u opgegeven volgorde
afgespeeld.
r
PGMRep/PGM
De muziekstukken worden in de
door u opgegeven volgorde
herhaald afgespeeld.
De bewerking annuleren
Druk op x.
12
-NL
Muziekstukken in de gewenste
volgorde beluisteren
(geprogrammeerd afspelen)
1 Voer de stappen 1 en 2 in “De
zoekmodus selecteren” (pagina 10)
uit, selecteer “PGM” in stap 3 en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
2 Druk enkele malen op . of
N>
om het gewenste
muziekstuknummer te selecteren.
3 Druk op MENU/ENTER.
Het muziekstuk wordt ingevoerd.
4 Herhaal stap 2 en 3 om andere
muziekstukken in de gewenste
volgorde in te voeren.
5 Druk gedurende 2 seconden of langer
op MENU/ENTER.
De instellingen worden ingevoerd en
het afspelen begint vanaf het eerste
geprogrammeerde muziekstuk.
z
Het programma blijft in het geheugen
opgeslagen, ook als het afspelen is voltooid of
wordt onderbroken.
U kunt maximaal 20 muziekstukken
programmeren.
Als de groepsmodus is ingeschakeld, kunt u
de afspeelstand voor een geselecteerde groep
opgeven. Zie “Groepen selecteren en afspelen
(groepsselectiemodus)” (pagina 13) voor het
activeren van de groepsmodus.
De afspeelstand kan ook worden geselecteerd als
de speler in de pauzestand staat of is gestopt.
Opmerkingen
Als de klep wordt geopend, gaan alle
programma-instellingen verloren.
Als de speler is gestopt en er vijf minuten lang
geen nieuwe instellingen worden opgegeven,
worden de instellingen ingevoerd die tot dat
moment zijn opgegeven.
Tijdens het programmeren kunt u de
groepsmodus niet in- of uitschakelen.
Als u de groepsmodus inschakelt terwijl u
geprogrammeerd afspeelt, wordt het
afgespeelde programma geannuleerd.
De groepsfunctie
gebruiken
De speler kan worden gebruikt met een
disc die een groepsinstelling heeft.
De groepsfunctie is handig wanneer u een
groot aantal muziekstukken afspeelt of
muziekstukken die in de MDLP-stand
(LP2/LP4) zijn opgenomen.
Wat is een disc met
groepsinstellingen?
Dat is een disc met instellingen waarin
muziekstukken in groepen zijn geordend
en waarin deze groepen kunnen worden
geselecteerd.
Met de speler kunt u geen groepsinstellingen
opnemen. Gebruik de MD-recorder om
dergelijke gegevens op te nemen en
gebruik de speler om deze af te spelen.
Muziekstuknummer
Programmanumme
r
123
7
85 6
4
Groep 2
Groep 1
Groep 3
Muziekstuk-
nummer
Muziekstuk-
nummer
Muziekstuk
-
nummer
Disc
13
-NL
z
Als uw recorder beschikt over een functie voor
het opnemen van discnamen, kunt u daarmee
groepen registreren. Zie “Groepen registreren
met uw MiniDisc-recorder” (pagina 14) voor
bijzonderheden.
Muziekstukken in een
bepaalde groep beluisteren
(afspelen in groepsmodus)
Afspelen bij uitgeschakelde groepsmodus:
Het afspelen start met het eerste
muziekstuk op de disc en stopt bij
het laatste muziekstuk op de disc.
Afspelen bij ingeschakelde groepsmodus:
Het afspelen van de geselecteerde groep
begint met het eerste muziekstuk uit de
groep en eindigt met het laatste muziekstuk
uit de groep.
1 Plaats een disc met groepsinstellingen
in de speler en speel deze vervolgens af.
2 Druk ten minste 2 seconden op
GROUP.
” en “GP ON” lichten op het
uitleesvenster op en de groepsmodus
wordt ingeschakeld.
Het afspelen stopt aan het eind van
het laatste muziekstuk van de
geselecteerde groep.
Zie “Groepen selecteren en afspelen
(groepsselectiemodus)” (pagina 13)
voor informatie over het selecteren
van een andere groep.
De groepsmodus uitschakelen
Druk nogmaals ten minste 2 seconden op
GROUP.
z
Wanneer de groepsmodus is ingeschakeld,
kunt u herhaald afspelen, shuffle afspelen of
geprogrammeerd afspelen. Zie “De
zoekmodus selecteren” (pagina 10) voor
informatie over de desbetreffende functies.
Wanneer u in de groepsmodus tijdens het
afspelen van het laatste muziekstuk op
N> drukt, wordt het eerste muziekstuk
van de groep afgespeeld. Wanneer u in de
groepsmodus tijdens het afspelen van het
eerste muziekstuk tweemaal achter elkaar op
. drukt, wordt het laatste muziekstuk van
de groep afgespeeld.
Opmerking
In de groepsmodus behandelt de speler alle
muziekstukken zonder groepsinstellingen als
onderdelen van de laatste groep op de disc. De
laatste groep wordt op het uitleesvenster met
“GP --” aangegeven. Binnen een groep worden
de muziekstukken weergegeven in de volgorde
waarin deze op de disc staan, niet in de
volgorde binnen de groep.
Groepen selecteren en afspelen
(groepsselectiemodus)
Tijdens het afspelen van een disc met
groepsinstellingen kunt u met de
groepsselectiefuntie van de groep die wordt
afgespeeld, overschakelen naar een andere
groep op de MD. De groepsselectiefunctie
123
7
85 6
4
Muziekstuknummer
Disc
123
1
21 2
Groep 2
Groep 1
Groep 3
Muziekstuk-
nummer
Muziekstuk
-
nummer
Muziekstuk-
nummer
Disc
14
-NL
kan tijdens het afspelen op elk gewenst
moment worden gebruikt, ook wanneer de
groepsmodus niet actief is.
1 Plaats een disc met groepsinstellingen
in de speler en speel deze vervolgens
af.
2 Druk op GROUP.
” en “- - -” knipperen op
het uitleesvenster en de
groepsselectiemodus wordt
ingeschakeld.
3 Druk binnen vijf seconden enkele
malen op . of
N>
totdat de
naam of het nummer van de gewenste
groep verschijnt.
De speler begint het eerste
muziekstuk in de groep af te spelen.
Als er een groepsnaam is (bijv.: AAA)
Als er geen groepsnaam is
De bewerking annuleren
Druk op x.
Opmerking
Als u binnen vijf seconden na stap 3 niets doet,
wordt de groepsselectiemodus uitgeschakeld.
Begin opnieuw met stap 2 om de procedure uit
te voeren.
Groepen registreren met uw
MiniDisc-recorder
Als uw MD-recorder (MD-deck of MD
Walkman met opnamefunctie) over een
functie voor het bewerken van discnamen
beschikt, kunt u daarmee zelfs groepen
registreren wanneer de recorder geen
groepsfunctie heeft.
Zorg dat u de tekenreeks exact invoert
zoals hierna wordt aangegeven. De
groepsfunctie werkt niet als u de
tekenreeks onjuist invoert.
123
7
85 6
4
Disc
Als de groepsmodus is uitgeschakeld:
Sprong
Sprong
Sprong
Muziekstuknummer
123
1
21 2
Groep 2
Groep 1
Groep 3
Als de groepsmodus is ingeschakeld:
Muziekstuk-
nummer
Muziekstuk-
nummer
Muziekstuk-
nummer
Sprong
Sprong
Sprong
Disc
Groepsnaam
Groepsnummer
15
-NL
Groepen opgeven
1 Wijzig de discnaam in de volgende
naam met behulp van de MD-
recorder:
A Discnaam
B Muziekstuknummer
C Groepsnaam
// Scheidingsteken tussen groepen
Verbindingsstreepje dat tussen het
eerste en het laatste nummer wordt
geplaatst.
; Scheidingsteken tussen
muziekstuknummer en groepsnaam
(Bijv.) Stel de volgende groepen in voor
de disc met de naam “Collections”:
Groepsnaam voor muziekstukken 1-7:
My Favorites“2002winter”
Groepsnaam voor muziekstukken 8-17:
Jun&Tac“sunshine head”
Groepsnaam voor muziekstukken 18-24:
THE NIGHT BUTTERFLYS
Groepsnaam voor muziekstukken 25-32:
Dream World/Kiss Me!
Ingevoerde tekst:
0;Collections//
1-7;My Favorites“2002winter”//
8-17;Jun&Tac“sunshine head”//
18-24;THE NIGHT BUTTERFLYS//
25-32;Dream World/Kiss Me!
z
U kunt meer dan 99* groepen registreren op
één MD.
De tekens “;”, “/”, en “–” kunnen in één
groepsnaam worden gebruikt.
U kunt dezelfde groep tweemaal of vaker op
dezelfde MD registreren.
U kunt een groep opgeven zonder dat u
daarvoor een groepsnaam (C) invoert.
Het feitelijke nummer wordt lager dan 99
wanneer u meer cijfers invoert dan per schijf
is toegestaan.
Opmerking
Afhankelijk van de specificaties van de MD-
recorder, werkt de groepsfunctie mogelijk niet.
Hoge en lage tonen
aanpassen (digitale
geluidsvoorkeuren)
U kunt de hoge en lage tonen aan
uw smaak aanpassen. U kunt twee
voorkeuren voor hoge en lage tonen
opslaan, die u later tijdens het afspelen
kunt selecteren.
0;[Disctitel] // [Eerste muziekstuk van groep 1]-
[
Laatste muziekstuk van groep 1
] ; [
Naam van groep 1
] /
[Eerste muziekstuk van groep 2]-
[Laatste muziekstuk van groep 2] ;
A
B
B
[Naam van groep 2] // ......
B
B
C
MENU/ENTER
., N>,
x
16
-NL
De geluidskwaliteit selecteren
Fabrieksinstellingen
De fabrieksinstellingen van Digitale
geluidsvoorkeuren zijn als volgt:
•“SOUND 1”: lage tonen +1, hoge
tonen ±0
•“SOUND 2”: lage tonen +3, hoge
tonen ±0
1 Druk tijdens het afspelen op MENU/
ENTER.
2 Druk enkele malen op . of
N>
totdat “S–SEL” op het
uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
3 Druk herhaaldelijk op . of
N>
om “SOUND 1”, “SOUND 2” of
“OFF” op het uitleesvenster te
selecteren en druk vervolgens op
MENU/ENTER.
Wanneer u “OFF” selecteert, worden
de digitale geluidsvoorkeuren
uitgeschakeld.
De geluidskwaliteit regelen
U kunt de instellingen voor
geluidskwaliteit wijzigen. Als u de
instellingen voor geluidskwaliteit wilt
wijzigen, selecteert u eerst “SOUND 1
of “SOUND 2” (de instelling die u wilt
wijzigen).
1 Tijdens het afspelen en nadat
“SOUND 1” ofSOUND 2” is
geselecteerd, drukt u op MENU/
ENTER.
2 Druk enkele malen op . of
N>
totdat “S–SET” op het
uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
Op het uitleesvenster wordt de
momenteel geselecteerde
geluidsinstelling “BASS”
weergegeven.
3 Druk enkele malen op . of
N> om de geluidsinstelling aan
te passen.
4 Druk op MENU/ENTER.
“BASS” wordt ingesteld en de stand
“TRE” voor het instellen van hoge
tonen verschijnt op het uitleesvenster.
5 Druk enkele malen op . of
N> om het geluidsniveau te
wijzigen en druk vervolgens op
MENU/ENTER.
“TRE” (hoog) wordt ingesteld.
De geluidsvoorkeuren worden
opgeslagen en het afspeelvenster
verschijnt weer.
De bewerking annuleren
Druk op x.
z
U kunt een geluidsvoorkeur instellen terwijl het
afspelen wordt gepauzeerd.
Opmerking
Wanneer u een digitale geluidsvoorkeur
gebruikt, kan het geluid worden onderbroken of
vervormd als het volume te hoog staat. Deze
problemen zijn afhankelijk van de instellingen
of van het muziekstuk. Wijzig in dit geval de
instellingen voor de geluidskwaliteit.
Geeft aan dat “SOUND 1” of “SOUND 2”
is geselecteerd
Het geluid kan in acht stappen worden
aangepast.
17
-NL
Andere functies
De naam van het
muziekstuk en de
afspeeltijd bekijken
Tijdens het afspelen kunt u de
muziekstuknaam, de discnaam enz.
controleren. De items die betrekking
hebben op de groep, worden alleen
weergegeven als een muziekstuk met
groepsinstellingen wordt afgespeeld.
1 Druk op MENU/ENTER.
2 Druk enkele malen op . of
N>
totdat “DISP” op het
uitleesvenster knippert. Druk
vervolgens op MENU/ENTER.
3 Druk enkele malen op . of
N>
totdat de gewenste informatie
op het uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
Telkens wanneer u op
N>
drukt,
verandert het uitleesvenster als volgt.
LapTim De verstreken tijd van het
huidige muziekstuk.
r
T.Name (Muziekstuknaam)
r
G.Name (Groepsnaam)
r
D.Name (Discnaam)
r
T–MODE (geeft de opnamemodus
aan die op de gebruikte MD-
recorder is geselecteerd, bijv. “SP”,
“LP2”, “LP4” of “MONO”. )
Opmerkingen
Items kunnen anders worden weergegeven
of niet beschikbaar zijn afhankelijk van het
gebruik van de groepsmodus, de
bedieningsstatus van de speler en de
instellingen van de speler en de disc.
De modusindicatie verschijnt alleen tijdens
het afspelen. Deze wordt gedurende twee
seconden weergegeven en wordt vervolgens
vervangen door de verstreken tijd voor het
huidige muziekstuk.
ABC
Muziekstuk-
nummer
—De
verstreken
tijd.
Muziekstuk-
nummer
Muziekstuk-
naam
Het aantal
muziek-
stukken in de
groepen
GP Groepsnaam
Het aantal
muziek-
stukken
Discnaam
Muziekstuk-
nummer
Muziekstuk
modus
18
-NL
Uw gehoor beschermen
(AVLS)
De AVLS automatische volumebegrenzer
(Automatic Volume Limiter System)
zorgt ervoor dat het volume beneden een
bepaald maximum blijft, om zo uw
gehoor te beschermen.
1 Druk op MENU/ENTER.
2 Druk enkele malen op . of
N>
totdat OPTION op het
uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
“AVLS” knippert in het
uitleesvenster.
3 Druk op MENU/ENTER.
4 Druk enkele malen op . of
N>
totdat “ON” op het
uitleesvenster knippert en druk
vervolgens op MENU/ENTER.
“ON” wordt gedurende twee
seconden op het uitleesvenster
weergegeven en daarna verschijnt
het afspeelvenster opnieuw.
De functie AVLS annuleren
Selecteer “OFF” in stap 4 en druk op
MENU/ENTER.
De bewerking annuleren
Druk op x.
De bediening
vergrendelen (HOLD)
Deze functie gebruikt u om te voorkomen
dat de toetsen per ongeluk worden
bediend wanneer u de speler vervoert.
1 Schuif HOLD in de richting van
de . om de bediening te
vergrendelen.
De bediening ontgrendelen
Schuif HOLD tegen de richting van de
pijl in.
MENU/ENTER
., N>, x
HOLD
19
-NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Zorg dat u de droge batterij niet op dezelfde
plaats als metalen voorwerpen zoals munten,
sleutelbossen en halsbanden vervoert of
opbergt. Dit kan kortsluiting en
warmtevorming veroorzaken.
Door onjuist gebruik van de batterij kan de
batterij gaan lekken of kapot gaan. Om
dergelijke problemen te voorkomen moet u
zorgen dat de plus- en minpolen in de juiste
richting worden geplaatst.
Wanneer een batterij is gaan lekken, moet u de
batterijvloeistof zorgvuldig en grondig uit de
behuizing verwijderen, voordat u een nieuwe
batterij plaatst.
Als u de speler lange tijd niet zult gebruiken,
moet u de droge batterij verwijderen.
Zorgvuldig gebruik
Laat de speler niet vallen en stoot deze niet
tegen andere voorwerpen. Hierdoor kunnen
problemen met de speler optreden.
Trek niet aan het snoer van de hoofdtelefoon/
oortelefoon.
Zet de speler niet op de volgende plaatsen:
een zeer hete omgeving (boven 60°C);
in direct zonlicht of in de buurt van een
warmtebron;
in een auto met dichte ramen (vooral in de
zomer);
in een vochtige ruimte zoals een badkamer;
in de buurt van elektromagnetische velden,
bijvoorbeeld bij een magneet, luidspreker of
TV;
in een stoffige ruimte.
Warmtevorming
Wanneer de speler langere tijd achtereen wordt
gebruikt, kan het apparaat tamelijk warm
worden. Dit is echter geen storing.
Opmerking over mechanische
bijgeluiden
Tijdens het gebruik van de speler zijn
mechanische geluiden hoorbaar die worden
veroorzaakt door het energiebesparingssysteem
van de speler. Dit is geen storing.
Opstelling
Gebruik de speler niet onder omstandigheden
waarin deze aan zeer veel licht, warmte, vocht
of trillingen wordt blootgesteld.
De MiniDisc-behuizing
Raak de interne disc niet rechtstreeks aan. Als
u de sluiter opentrekt, kan de interne disc
beschadigen.
Doe een MiniDisc in de behuizing wanneer u
deze vervoert.
Leg de MiniDisc niet op plaatsen waar deze
aan licht, hoge temperaturen, vocht of stof
wordt blootgesteld.
Plak een label niet buiten het aangegeven
gebied op een MD. Zorg dat het label zich
binnen de uitsparingen op een disc bevindt.
Hoofdtelefoon/oortelefoon
Verkeersveiligheid
Maak geen gebruik van de hoofdtelefoon/
oortelefoon tijdens het autorijden, fietsen of
het bedienen van een gemotoriseerd voertuig.
Hierdoor kunnen verkeersongelukken worden
veroorzaakt en bovendien is dit in veel landen
verboden. Ook kan het gevaarlijk zijn om het
volume van de speler zeer hoog te zetten
wanneer u wandelt, met name bij
voetgangersoversteekplaatsen. Wees onder
dergelijke omstandigheden zeer voorzichtig
en schakel de speler uit in situaties die gevaar
kunnen opleveren.
Als u bij gebruik van de meegeleverde
hoofdtelefoon/oortelefoon een allergische
reactie ondervindt, moet u onmiddellijk het
gebruik van deze accessoire beëindigen en een
arts raadplegen. Daarnaast kunt u contact
opnemen met de Sony-klantenservice.
Gehoorbeschadiging voorkomen
Gebruik de hoofdtelefoon/oortelefoon niet met
het hoogste geluidsvolume. Gehoorexperts
raden af om regelmatig gedurende langere tijd
naar harde muziek te luisteren. Als u merkt dat
uw oren suizen, stel de recorder dan in op een
lager volume of schakel deze uit.
Rekening houden met anderen
Houd het geluid op een gematigd volume. U
bent dan in staat om geluiden van buiten op te
vangen en u houdt dan rekening met anderen.
20
-NL
Reinigen
Reinig de behuizing van de speler eerst met
een licht bevochtigde, zachte doek en veeg
deze daarna schoon met een droge doek.
Gebruik in geen geval schuursponsjes,
schuurpoeder of oplossingen met alcohol of
benzeen, aangezien hierdoor de afwerking van
de behuizing kan worden aangetast.
Verwijder vuil van de MiniDisc-behuizing met
een droge doek.
Stof op de lens kan het goed functioneren van
het apparaat belemmeren. Zorg daarom dat u
de klep van het discgedeelte altijd sluit.
Reinig de stekkers van de hoofdtelefoon/
oortelefoon met een droge doek om een
optimale geluidskwaliteit te behouden. Een
vuile stekker kan ruis of onderbrekingen
tijdens het afspelen veroorzaken.
Maak de contactpunten van tijd tot tijd schoon
met een wattenstaafje of een zachte doek,
zoals hieronder wordt afgebeeld.
Als u vragen of problemen hebt met betrekking
tot uw speler, kunt u altijd contact opnemen met
de dichtstbijzijnde Sony-dealer. (Als het
probleem is opgetreden terwijl de disc zich in
speler bevond, raden wij u aan om de disc in het
apparaat te laten wanneer u de Sony-dealer
bezoekt. De oorzaak van het probleem kan dan
namelijk beter worden achterhaald.)
Wanneer u zich tot uw Sony-dealer wendt, moet
u de speler en de hoofdtelefoon/oortelefoon
meenemen.
Contactpunten
Compartiment voor droge batterij
21
-NL
Storingen verhelpen
Als een probleem zich blijft voordoen nadat u de onderstaande punten hebt gecontroleerd,
raadpleeg dan de dichtstbijzijnde Sony-dealer.
Probleem Oorzaak/Oplossing
De recorder werkt
niet of niet goed.
U probeerde de speler te openen terwijl er geen MD was
geplaatst. (“NoDISC” knippert in het uitleesvenster.)
,Plaats een MD.
De HOLD-functie is ingeschakeld (op het uitleesvenster
verschijnt “HOLD” als u op een toets drukt).
,Schakel HOLD uit door de HOLD-schakelaar tegen de
richting van de pijl te schuiven (pagina 7, 18).
Er is condensvorming in de speler opgetreden.
,Haal de MD eruit en laat het de speler enkele uren op een
warme plaats liggen totdat het vocht is verdampt.
De droge batterij is bijna leeg (“LoBATT” knippert of er
verschijnt niets op het uitleesvenster).
,Vervang de droge batterij door een nieuwe (pagina 6).
De droge batterij is op onjuiste wijze geplaatst.
,Plaats de batterij op de juiste wijze (pagina 6).
Er is een lege MD geplaatst. (“BLANK” knippert in het
uitleesvenster.)
,Plaats een opgenomen MD.
De disc kan niet worden gelezen. (De disc bevat krassen of is
vuil.) (“ERROR” knippert op het uitleesvenster.)
,Plaats de disc opnieuw of vervang deze.
Tijdens het gebruik heeft de speler een mechanische schok of te
veel statische elektriciteit ontvangen.
,Begin de bewerking als volgt opnieuw:
1 Vervang de droge batterij.
2 Laat de speler ongeveer 30 seconden met rust.
3 Vervang de droge batterij.
De MD speelt niet
normaal af.
De speler staat in de herhalingsmodus. (“ ” wordt
weergegeven op de speler.)
,Selecteer “Normal” als afspeelmodus en begin opnieuw met
afspelen. Zie “De zoekmodus selecteren” (pagina 10) voor
meer informatie.
De disc wordt in groepsmodus afgespeeld.
,Schakel de groepsmodus uit.
De MD wordt niet
vanaf het eerste
muziekstuk
afgespeeld.
De disc wordt niet helemaal afgespeeld maar stopt voor het
laatste muziekstuk.
,Houd
N>
ten minste twee seconden ingedrukt om de
disc vanaf het eerste muziekstuk af te spelen.
De disc wordt in groepsmodus afgespeeld.
,Schakel de groepsmodus uit en stop met afspelen. Houd
vervolgens
N>
ten minste twee seconden ingedrukt om
de disc vanaf het eerste muziekstuk af te spelen.
22
-NL
De digitale
geluidsvoorkeuren
werken niet.
De digitale geluidsvoorkeuren zijn uitgeschakeld.
, Selecteer “SOUND 1” of “SOUND 2”. Zie “Hoge en lage
tonen aanpassen (digitale geluidsvoorkeuren)” (pagina 15)
voor meer informatie.
Het geluid slaat over
bij het afspelen.
De speler bevindt zich op een plaats waar deze aan trillingen
wordt blootgesteld.
, Zet de speler op een stabiele plaats.
Een zeer kort muziekstuk kan ervoor zorgen dat het geluid
overslaat.
, Probeer geen muziekstukken van minder dan één seconde te
maken.
Het geluid bevat veel
statische ruis.
Sterke magnetische velden van televisietoestellen e.d. verstoren
de werking van de recorder.
, Houd de speler op afstand van bronnen met sterke
magnetische velden.
Er is een kortstondig
bijgeluid te horen.
Het geluid is opgenomen in de LP4-stereostand.
, Vanwege de specifieke compressiemethode die in de LP4-
stand wordt gebruikt, kunnen in sommige zeldzame gevallen
bijgeluiden optreden tijdens het afspelen van opnamen die in
deze stand zijn gemaakt.
De speler werkt niet
naar behoren.
U hebt geprobeerd om de groepsmodus tijdens het afspelen van
een programma in te schakelen.
, Schakel de groepsmodus in voordat u een programma
afspeelt.
Er komt geen geluid
uit de hoofdtelefoon/
oortelefoon.
De stekker van de hoofdtelefoon/oortelefoon is niet goed
aangedrukt.
, Sluit de stekker van de hoofdtelefoon/oortelefoon goed aan
op de i-aansluiting.
Het volume is te laag.
, Regel het volume door op VOL + of – te drukken.
De stekker is vuil.
, Reinig de stekker.
Het volume kan niet
worden opgevoerd.
AVLS is ingeschakeld.
, Stel AVLS in op “OFF” (pagina 18).
De groepsfunctie
werkt niet.
U hebt geprobeerd om de groepsmodus in te schakelen bij een
disc zonder groepsinformatie.
, Gebruik een disc met groepsinformatie.
U hebt geprobeerd de groepsmodus in te schakelen terwijl een
muziekstuk wordt afgespeeld dat tot geen enkele groep behoort.
, De groepsfunctie kan niet worden gebruikt wanneer een
muziekstuk wordt afgespeeld dat tot geen enkele groep
behoort.
U hebt geprobeerd de groepsmodus in te schakelen, terwijl u
bezig was met het instellen van geprogrammeerd afspelen.
, Schakel de groepsmodus in voordat u geprogrammeerd
afspelen instelt.
Probleem Oorzaak/Oplossing
23-NL
Technische gegevens
MD-speler
Audioafspeelsysteem
Digitaal audiosysteem MiniDisc
Laserdiode-eigenschappen
Materiaal: GaAlAs
Golflengte: λ = 790 nm
Emissieduur: continu
Laservermogen: minder dan 44,6 µW
(Deze waarde is gemeten op een afstand van
200 mm van het lensoppervlak op de optische
afleeseenheid met een opening van 7 mm.)
Omwentelingen
Ongeveer 300 tot 2 700 omw./min.
Foutcorrectie
ACIRC (Advanced Cross Interleave Reed
Solomon Code)
Aftastfrequentie
44.1 kHz
Codering
ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic
Coding)
ATRAC3 — LP2/LP4
Modulatiesysteem
EFM (Eight to Fourteen Modulation)
Aantal kanalen
2 stereokanalen
1 monokanaal
Weergavefrequentie
20 tot 20 000 Hz ± 3 dB
Wow en flutter
Lager dan meetbaar
Uitgangen
i: stereoministekker, maximaal uitgangsniveau
3,5 mW + 3,5 mW, belastingsimpedantie
16 ohm
Algemeen
Voeding
Eén LR6-alkalinebatterij van AA-formaat (niet
meegeleverd)
Gebruiksduur batterij
Zie “Gebruiksduur van de batterij” (pagina 6)
Afmetingen
Ongeveer 81 × 27.9 × 74.4 mm (b/h/d) zonder
uitstekende delen.
Gewicht
Ongeveer 93 g (alleen speler)
Amerikaanse en andere octrooien in licentie
van Dolby Laboratories.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande
kennisgeving.
Verkrijgbare accessoires
Stereo hoofdtelefoon/oortelefoon uit MDR-
serie*
Actieve luidsprekers uit SRS-serie
Als u een afzonderlijk verkrijgbare
hoofdtelefoon gebruikt, moet u er een met
stereoministekkers kiezen. U kunt geen
hoofdtelefoon/oortelefoon met
microstekkers gebruiken.
Het is mogelijk dat uw dealer enkele van de
genoemde accessoires niet kan leveren.
Raadpleeg uw dealer voor meer informatie over
de accessoires die in uw land verkrijgbaar zijn.
Wanneer u snel terug-
of vooruitspoelt, gaat
de speler niet terug
naar het vorige
muziekstuk of
vooruit naar het
volgende muziekstuk.
De groepsselectiemodus is ingeschakeld.
, Schakel de groepsselectiemodus uit. De
groepsselectiemodus wordt automatisch uitgeschakeld als
binnen vijf seconden niets wordt gedaan. Zie “Groepen
selecteren en afspelen (groepsselectiemodus)” (pagina 13)
voor meer informatie.
Probleem Oorzaak/Oplossing

Documenttranscriptie

WAARSCHUWING Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om brand en elektrische schokken te voorkomen. Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast. Bedek de ventilatie van het apparaat niet met een krant, tafelkleed, gordijn, enz. om brand te voorkomen. Plaats geen verlichte kaarsen op het apparaat. Om brand en elektrische schokken te voorkomen, mag u geen voorwerpen op het apparaat neerzetten die met vloeistoffen zijn gevuld, zoals bloemenvazen. Gebruikte batterijen moet u inleveren bij het klein chemisch afval. Neem voor meer informatie contact op met de betrokken gemeentelijke dienst. Let op! Wanneer u dit apparaat gebruikt in combinatie met optische instrumenten, neemt de kans op oogbeschadiging toe. LET OP! — ONZICHTBARE LASERSTRALING INDIEN GEOPEND KIJK NIET RECHTSTREEKS OF MET BEHULP VAN OPTISCHE INSTRUMENTEN IN DE LASERSTRAAL. 2-NL Informatie DE VERKOPER IS IN GEEN ENKEL GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE DIRECTE OF INDIRECTE SCHADE VAN WELKE AARD DAN OOK, ONGEVALLEN, VERLIEZEN OF ONKOSTEN DIE WORDEN VEROORZAAKT DOOR EEN DEFECT APPARAAT OF DOOR HET GEBRUIK VAN WELK PRODUCT DAN OOK. De CE-markering is alleen geldig in de landen waar deze wettelijk bindend is, zoals voornamelijk in de EEA-landen (landen van de Europese economische zone). Inhoudsopgave De bediening ..................................................... 4 Voorbereidingen ............................................... 6 Meteen een MD afspelen! ................................. 8 Verschillende manieren van afspelen ............ 10 Snel een bepaald muziekstuk of punt opzoeken (Snel zoeken) ........... 10 De zoekmodus selecteren ..................................................................... 10 Muziekstukken in de gewenste volgorde beluisteren (geprogrammeerd afspelen) ............................................ 12 De groepsfunctie gebruiken ................................................................. 12 Wat is een disc met groepsinstellingen? ........................................ 12 Muziekstukken in een bepaalde groep beluisteren (afspelen in groepsmodus) .............................................. 13 Groepen selecteren en afspelen (groepsselectiemodus) ................. 13 NL Groepen registreren met uw MiniDisc-recorder ............................ 14 Hoge en lage tonen aanpassen (digitale geluidsvoorkeuren) ............... 15 De geluidskwaliteit selecteren ....................................................... 16 De geluidskwaliteit regelen ........................................................... 16 Andere functies .............................................. 17 De naam van het muziekstuk en de afspeeltijd bekijken ..................... 17 Uw gehoor beschermen (AVLS) .......................................................... 18 De bediening vergrendelen (HOLD) .................................................... 18 Aanvullende informatie .................................. 19 Voorzorgsmaatregelen ......................................................................... 19 Storingen verhelpen ............................................................................. 21 Technische gegevens ............................................................................ 23 3-NL De bediening Voorkant van de recorder 3 4 7 5 1 2 6 A Uitleesvenster B VOL +-en –-toets De VOL +-toets heeft een voelbare punt. C Vierstandenschakelaar N (afspelen)* . en > (zoeken/AMS) x (stoppen) X (pauze) ∗ De N -toets heeft een voelbare punt. 4-NL D MENU/ENTER-toets (muziekstukmarkering) E GROUP-toets (muziekstukmarkering) F i-aansluiting (hoofdtelefoon/ oortelefoon) G Hoofdtelefoon/oortelefoon Achterzijde van de speler 3 1 4 2 A HOLD-schakelaar (vergrendelen) B OPEN-toets (muziekstukmarkering) C Gaatje voor draagriem Bevestig uw eigen riem aan dit gaatje. D Klep van batterijcompartiment Het uitleesvenster van de speler 1 4 2 5 6 3 7 8 A Discindicatie B Indicatie voor groepsmodus C D E F Licht op wanneer de groepsmodus is ingeschakeld. Uitleesvenster muziekstuknummer Batterijniveau-indicatie Toont bij benadering de toestand van de batterij. Indicatie voor afspeelstand Geeft de afspeelstand van de MD aan. SOUND-indicatie G Indicatie voor disc, groep en muziekstuk H Tekenvenster Geeft de namen voor muziekstukken, verstreken tijd, enz. aan. 5-NL Voorbereidingen 1 Plaats een droge alkalinebatterij. E e Schuif het deksel van het batterijcompartiment om deze te openen. Plaats één droge LR6alkalinebatterij (AA-formaat) en schuif daarbij de minzijde eerst naar binnen. Sluit het deksel. De batterij vervangen U kunt de toestand van de batterij via de batterij-indicatie controleren tijdens het gebruik van de speler. Batterij wordt zwakker r Zwakke batterij r De batterij is leeg. “LoBATT” knippert op het uitleesvenster en de stroom wordt uitgeschakeld. Gebruiksduur van de batterij Batterijen LR6 (SG) droge alkalinebatterij van Sony2) SP Stereo 41 (Eenheid: geschatte uren) (JEITA1)) LP2 LP4 Stereo Stereo 50 56 1) Meetwaarden conform de JEITA-standaard (Japan Electronics and Information Technology Industries Association). 2) Met een droge alkalinebatterij, Sony LR6 (SG) “STAMINA” (gemaakt in Japan). Opmerking De levensduur van de batterij kan korter zijn dan opgegeven afhankelijk van de gebruiksomstandigheden, de omgevingstemperatuur en het soort batterij. 6-NL 2 De verbindingen maken en de bediening ontgrendelen. 1 Sluit de hoofdtelefoon/oortelefoon aan op i. 2 Schuif HOLD in de tegengestelde richting van de pijl op de speler (HOLD .) om de bediening te ontgrendelen. HOLD stevig aandrukken voor i 7-NL Meteen een MD afspelen! 1 Plaats een MD. 1 Druk op OPEN om het deksel te openen. 2 Plaats een MD met het label naar boven en druk op het deksel om het te sluiten. 2 Een MD afspelen. 1 Druk op N>. ., N>, x, X 2 Druk op VOL + of – om het volume aan te passen. De volume-indicator verschijnt op het uitleesvenster zodat u het volumeniveau kunt controleren. Om het afspelen te stoppen, drukt u op x. VOL +, – 8-NL Het afspelen begint vanaf het punt waar u het laatst met afspelen bent opgehouden. Als u wilt beginnen met afspelen vanaf het begin van het eerste muziekstuk, houdt u N> twee seconden of langer ingedrukt. Naar Zoeken naar het begin van het huidige of het vorige muziekstuk1) Handeling Druk op .. Druk net zo vaak op . totdat u aan het begin van het gewenste muziekstuk bent. Druk eenmaal op N>. Het begin van het volgende muziekstuk vinden2) Achteruitspoelen tijdens het afspelen Houd . ingedrukt. Achteruitspoelen tijdens het afspelen Houd N> ingedrukt. Pauzeren Druk op X. Druk nogmaals op X om het afspelen te hervatten. De MD verwijderen Druk op x en vervolgens op OPEN.3) 1) Als u tijdens het eerste muziekstuk op de disc tweemaal achtereenvolgens op . drukt, gaat de speler naar het begin van het laatste muziekstuk op de disc. 2) Als u tijdens het laatste muziekstuk op de disc op N> drukt, gaat de speler naar het begin van het eerste muziekstuk op de disc. 3) Wanneer u de klep opent, begint het afspelen aan het begin van het eerste muziekstuk (behalve wanneer de groepsmodus is ingeschakeld). Het overslaan van geluid onderdrukken (G-PROTECTION) De G-PROTECTION-functie is ontwikkeld om een betere schokbestendigheid te bieden dan andere spelers hebben, zodat u de speler ook tijdens het joggen kunt gebruiken. Opmerking In de volgende gevallen kan het geluid tijdens het afspelen overslaan: • de speler heeft onafgebroken sterke schokken ondergaan. • er wordt een vuile of bekraste MiniDisc afgespeeld. z • De MZ-E310 ondersteunt de nieuw ontwikkelde DSP TYPE-R voor ATRAC. Dit betekent dat u van TYPE-R topkwaliteit geluid kunt genieten van MD’s die zijn opgenomen in SP stereo op TYPE-R-uitgeruste MD-decks enz. • Met de speler kunt u muziekstukken afspelen die in de 2 ×- of 4 × -afspeelstand zijn opgenomen (LP2 of LP4). Wanneer u een audiobron selecteert, wordt automatisch de stand voor normaal stereo afspelen, LP2-stereo afspelen, LP4-stereo afspelen of mono afspelen geselecteerd. • Kort nadat u op x drukt wordt het uitleesvenster uitgeschakeld. 9-NL Verschillende manieren van afspelen Snel een bepaald muziekstuk of punt opzoeken (Snel zoeken) U kunt op twee manieren snel zoeken. • Indexzoeken — Snel zoeken terwijl u de nummers of namen van de muziekstukken in de gaten houdt (fabrieksinstelling). • Tijdzoeken — Snel zoeken terwijl u de verstreken tijd in de gaten houdt. MENU/ENTER ., N>, X, x 1 Druk tijdens het afspelen op MENU/ ENTER. 2 Druk enkele malen op . of N> totdat “SEARCH” op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. 3 Druk herhaaldelijk op . of N> totdat “Index” (indexzoeken) of “Time” (tijdzoeken) op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. 4 5 Druk op X. 6 10-NL Houd . of N> ingedrukt totdat het nummer/de naam van het gewenste muziekstuk verschijnt (indexzoeken) of totdat de gewenste verstreken tijd (tijdzoeken) op het uitleesvenster verschijnt. Druk op X. Het afspelen begint vanaf het geselecteerde muziekstuk. De bewerking annuleren Druk op x. z • Als u deze procedure uitvoert terwijl de speler in de shufflestand staat, begint het afspelen in shufflestand met het geselecteerde muziekstuk. • Als het eerste of het laatste muziekstuk op de disc wordt bereikt terwijl u de toets . of N> ingedrukt houdt in stap 5, wordt verder gezocht in respectievelijk het laatste of het eerste muziekstuk. (Als u in de groepsmodus het eerste of het laatste muziekstuk bereikt terwijl u de toets . of N> ingedrukt houdt in stap 5, wordt verder gezocht in respectievelijk het eerste of het laatste muziekstuk in de groep.) (Zie “De groepsfunctie gebruiken” (pagina 12).) De zoekmodus selecteren U hebt keuze uit verschillende afspeelstanden zoals één afspelen (1Rep.), shuffle (Shuff) en geprogrammeerd afspelen (PGM). MENU/ENTER ., N> 1 Druk tijdens het afspelen op MENU/ ENTER. 2 Druk enkele malen op . of N> totdat “P-MODE” op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. 3 Druk herhaaldelijk op . of N> om de afspeelstand te selecteren en druk vervolgens op MENU/ENTER. Elke keer dat u op N> drukt, verandert het weergave-item dat met A wordt aangegeven op de volgende wijze: wanneer u op MENU/ENTER drukt terwijl A knippert, wijzigt u de afspeelstand. De nieuwe afspeelstand verschijnt op het uitleesvenster en wordt aangegeven met B. Wanneer u herhaaldelijk op N> drukt, wijzigt u A. B licht op wanneer u op MENU/ ENTER drukt. Indicatie A/B (afspeelstand) Normal/—(normaal afspelen) Alle muziekstukken worden eenmaal afgespeeld. r AllRep/ Alle muziekstukken worden herhaald afgespeeld. r 1 Track/1 Er wordt één muziekstuk afgespeeld. r 1Rep./ 1 Eén muziekstuk wordt herhaald afgespeeld. r Shuff/SHUF Nadat het gekozen muziekstuk is afgespeeld, worden de overige muziekstukken in willekeurige volgorde afgespeeld. r Shuf.R/SHUF Nadat het gekozen muziekstuk is afgespeeld, worden de overige muziekstukken in willekeurige volgorde herhaald afgespeeld. r PGM/PGM De muziekstukken worden in de door u opgegeven volgorde afgespeeld. r PGMRep/PGM De muziekstukken worden in de door u opgegeven volgorde herhaald afgespeeld. De bewerking annuleren Druk op x. 11-NL Muziekstukken in de gewenste volgorde beluisteren (geprogrammeerd afspelen) 1 2 Voer de stappen 1 en 2 in “De zoekmodus selecteren” (pagina 10) uit, selecteer “PGM” in stap 3 en druk vervolgens op MENU/ENTER. Druk enkele malen op . of N> om het gewenste muziekstuknummer te selecteren. Muziekstuknummer Programmanummer 3 Druk op MENU/ENTER. Het muziekstuk wordt ingevoerd. • Als de groepsmodus is ingeschakeld, kunt u de afspeelstand voor een geselecteerde groep opgeven. Zie “Groepen selecteren en afspelen (groepsselectiemodus)” (pagina 13) voor het activeren van de groepsmodus. • De afspeelstand kan ook worden geselecteerd als de speler in de pauzestand staat of is gestopt. Opmerkingen • Als de klep wordt geopend, gaan alle programma-instellingen verloren. • Als de speler is gestopt en er vijf minuten lang geen nieuwe instellingen worden opgegeven, worden de instellingen ingevoerd die tot dat moment zijn opgegeven. • Tijdens het programmeren kunt u de groepsmodus niet in- of uitschakelen. • Als u de groepsmodus inschakelt terwijl u geprogrammeerd afspeelt, wordt het afgespeelde programma geannuleerd. De groepsfunctie gebruiken De speler kan worden gebruikt met een disc die een groepsinstelling heeft. De groepsfunctie is handig wanneer u een groot aantal muziekstukken afspeelt of muziekstukken die in de MDLP-stand (LP2/LP4) zijn opgenomen. Wat is een disc met groepsinstellingen? 4 Herhaal stap 2 en 3 om andere muziekstukken in de gewenste volgorde in te voeren. 5 Druk gedurende 2 seconden of langer op MENU/ENTER. De instellingen worden ingevoerd en het afspelen begint vanaf het eerste geprogrammeerde muziekstuk. z • Het programma blijft in het geheugen opgeslagen, ook als het afspelen is voltooid of wordt onderbroken. • U kunt maximaal 20 muziekstukken programmeren. 12-NL Dat is een disc met instellingen waarin muziekstukken in groepen zijn geordend en waarin deze groepen kunnen worden geselecteerd. Met de speler kunt u geen groepsinstellingen opnemen. Gebruik de MD-recorder om dergelijke gegevens op te nemen en gebruik de speler om deze af te spelen. Disc Groep 1 Groep 2 Groep 3 Muziekstuknummer Muziekstuknummer Muziekstuknummer 5 6 7 8 1 2 3 4 z Als uw recorder beschikt over een functie voor het opnemen van discnamen, kunt u daarmee groepen registreren. Zie “Groepen registreren met uw MiniDisc-recorder” (pagina 14) voor bijzonderheden. Muziekstukken in een bepaalde groep beluisteren (afspelen in groepsmodus) Afspelen bij uitgeschakelde groepsmodus: Het afspelen start met het eerste muziekstuk op de disc en stopt bij het laatste muziekstuk op de disc. Disc Muziekstuknummer 1 2 3 4 5 6 7 8 Afspelen bij ingeschakelde groepsmodus: Het afspelen van de geselecteerde groep begint met het eerste muziekstuk uit de groep en eindigt met het laatste muziekstuk uit de groep. Disc Groep 1 Muziekstuknummer 1 2 3 1 Groep 2 Groep 3 Muziekstuknummer Muziekstuknummer 1 2 1 2 Plaats een disc met groepsinstellingen in de speler en speel deze vervolgens af. 2 Druk ten minste 2 seconden op GROUP. “ ” en “GP ON” lichten op het uitleesvenster op en de groepsmodus wordt ingeschakeld. Het afspelen stopt aan het eind van het laatste muziekstuk van de geselecteerde groep. Zie “Groepen selecteren en afspelen (groepsselectiemodus)” (pagina 13) voor informatie over het selecteren van een andere groep. De groepsmodus uitschakelen Druk nogmaals ten minste 2 seconden op GROUP. z • Wanneer de groepsmodus is ingeschakeld, kunt u herhaald afspelen, shuffle afspelen of geprogrammeerd afspelen. Zie “De zoekmodus selecteren” (pagina 10) voor informatie over de desbetreffende functies. • Wanneer u in de groepsmodus tijdens het afspelen van het laatste muziekstuk op N> drukt, wordt het eerste muziekstuk van de groep afgespeeld. Wanneer u in de groepsmodus tijdens het afspelen van het eerste muziekstuk tweemaal achter elkaar op . drukt, wordt het laatste muziekstuk van de groep afgespeeld. Opmerking In de groepsmodus behandelt de speler alle muziekstukken zonder groepsinstellingen als onderdelen van de laatste groep op de disc. De laatste groep wordt op het uitleesvenster met “GP --” aangegeven. Binnen een groep worden de muziekstukken weergegeven in de volgorde waarin deze op de disc staan, niet in de volgorde binnen de groep. Groepen selecteren en afspelen (groepsselectiemodus) Tijdens het afspelen van een disc met groepsinstellingen kunt u met de groepsselectiefuntie van de groep die wordt afgespeeld, overschakelen naar een andere groep op de MD. De groepsselectiefunctie 13-NL kan tijdens het afspelen op elk gewenst moment worden gebruikt, ook wanneer de groepsmodus niet actief is. Als er een groepsnaam is (bijv.: AAA) Als de groepsmodus is uitgeschakeld: Groepsnaam Disc Muziekstuknummer 1 2 3 Sprong Als er geen groepsnaam is 5 6 7 8 Sprong 4 Sprong Als de groepsmodus is ingeschakeld: Disc Groep 1 Groep 2 Groep 3 Muziekstuknummer Muziekstuknummer Muziekstuknummer 1 2 1 2 1 2 3 Sprong Sprong Sprong 1 Plaats een disc met groepsinstellingen in de speler en speel deze vervolgens af. 2 Druk op GROUP. “ ” en “- - -” knipperen op het uitleesvenster en de groepsselectiemodus wordt ingeschakeld. 3 Druk binnen vijf seconden enkele malen op . of N> totdat de naam of het nummer van de gewenste groep verschijnt. De speler begint het eerste muziekstuk in de groep af te spelen. 14-NL Groepsnummer De bewerking annuleren Druk op x. Opmerking Als u binnen vijf seconden na stap 3 niets doet, wordt de groepsselectiemodus uitgeschakeld. Begin opnieuw met stap 2 om de procedure uit te voeren. Groepen registreren met uw MiniDisc-recorder Als uw MD-recorder (MD-deck of MD Walkman met opnamefunctie) over een functie voor het bewerken van discnamen beschikt, kunt u daarmee zelfs groepen registreren wanneer de recorder geen groepsfunctie heeft. Zorg dat u de tekenreeks exact invoert zoals hierna wordt aangegeven. De groepsfunctie werkt niet als u de tekenreeks onjuist invoert. Groepen opgeven 1 Wijzig de discnaam in de volgende naam met behulp van de MDrecorder: 0;[Disctitel] // [Eerste muziekstuk van groep 1]- Ingevoerde tekst: 0;Collections// 1-7;My Favorites“2002winter”// 8-17;Jun&Tac“sunshine head”// 18-24;THE NIGHT BUTTERFLYS// 25-32;Dream World/Kiss Me! B [Laatste muziekstuk van groep 2] ; z • U kunt meer dan 99* groepen registreren op één MD. • De tekens “;”, “/”, en “–” kunnen in één groepsnaam worden gebruikt. • U kunt dezelfde groep tweemaal of vaker op dezelfde MD registreren. • U kunt een groep opgeven zonder dat u daarvoor een groepsnaam (C) invoert. B ∗ Het feitelijke nummer wordt lager dan 99 A B [Laatste muziekstuk van groep 1] ; [Naam van groep 1] // C B [Eerste muziekstuk van groep 2]- [Naam van groep 2] // ...... C A B C // – ; Discnaam Muziekstuknummer Groepsnaam Scheidingsteken tussen groepen Verbindingsstreepje dat tussen het eerste en het laatste nummer wordt geplaatst. Scheidingsteken tussen muziekstuknummer en groepsnaam (Bijv.) Stel de volgende groepen in voor de disc met de naam “Collections”: Groepsnaam voor muziekstukken 1-7: My Favorites“2002winter” Groepsnaam voor muziekstukken 8-17: Jun&Tac“sunshine head” Groepsnaam voor muziekstukken 18-24: THE NIGHT BUTTERFLYS Groepsnaam voor muziekstukken 25-32: Dream World/Kiss Me! wanneer u meer cijfers invoert dan per schijf is toegestaan. Opmerking Afhankelijk van de specificaties van de MDrecorder, werkt de groepsfunctie mogelijk niet. Hoge en lage tonen aanpassen (digitale geluidsvoorkeuren) U kunt de hoge en lage tonen aan uw smaak aanpassen. U kunt twee voorkeuren voor hoge en lage tonen opslaan, die u later tijdens het afspelen kunt selecteren. MENU/ENTER ., N>, x 15-NL De geluidskwaliteit selecteren Fabrieksinstellingen De fabrieksinstellingen van Digitale geluidsvoorkeuren zijn als volgt: • “SOUND 1”: lage tonen +1, hoge tonen ±0 • “SOUND 2”: lage tonen +3, hoge tonen ±0 1 Druk tijdens het afspelen op MENU/ ENTER. 2 Druk enkele malen op . of N> totdat “S–SEL” op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. 3 Druk herhaaldelijk op . of N> om “SOUND 1”, “SOUND 2” of “OFF” op het uitleesvenster te selecteren en druk vervolgens op MENU/ENTER. Wanneer u “OFF” selecteert, worden de digitale geluidsvoorkeuren uitgeschakeld. De geluidskwaliteit regelen U kunt de instellingen voor geluidskwaliteit wijzigen. Als u de instellingen voor geluidskwaliteit wilt wijzigen, selecteert u eerst “SOUND 1” of “SOUND 2” (de instelling die u wilt wijzigen). 1 Tijdens het afspelen en nadat “SOUND 1” of “SOUND 2” is geselecteerd, drukt u op MENU/ ENTER. 2 Druk enkele malen op . of N> totdat “S–SET” op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. Op het uitleesvenster wordt de momenteel geselecteerde geluidsinstelling “BASS” weergegeven. 3 Druk enkele malen op . of N> om de geluidsinstelling aan te passen. Geeft aan dat “SOUND 1” of “SOUND 2” is geselecteerd Het geluid kan in acht stappen worden aangepast. 4 5 Druk op MENU/ENTER. “BASS” wordt ingesteld en de stand “TRE” voor het instellen van hoge tonen verschijnt op het uitleesvenster. Druk enkele malen op . of N> om het geluidsniveau te wijzigen en druk vervolgens op MENU/ENTER. “TRE” (hoog) wordt ingesteld. De geluidsvoorkeuren worden opgeslagen en het afspeelvenster verschijnt weer. De bewerking annuleren Druk op x. z U kunt een geluidsvoorkeur instellen terwijl het afspelen wordt gepauzeerd. Opmerking Wanneer u een digitale geluidsvoorkeur gebruikt, kan het geluid worden onderbroken of vervormd als het volume te hoog staat. Deze problemen zijn afhankelijk van de instellingen of van het muziekstuk. Wijzig in dit geval de instellingen voor de geluidskwaliteit. 16-NL Andere functies De naam van het muziekstuk en de afspeeltijd bekijken Tijdens het afspelen kunt u de muziekstuknaam, de discnaam enz. controleren. De items die betrekking hebben op de groep, worden alleen weergegeven als een muziekstuk met groepsinstellingen wordt afgespeeld. A Muziekstuknummer B — Muziekstuknummer Het aantal muziekstukken in de groepen Het aantal muziekstukken Muziekstuknummer 1 2 GP C De verstreken tijd. Muziekstuknaam Groepsnaam Discnaam — 3 Druk enkele malen op . of N> totdat de gewenste informatie op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. Telkens wanneer u op N> drukt, verandert het uitleesvenster als volgt. LapTim De verstreken tijd van het huidige muziekstuk. r T.Name (Muziekstuknaam) r G.Name (Groepsnaam) r D.Name (Discnaam) r T–MODE (geeft de opnamemodus aan die op de gebruikte MDrecorder is geselecteerd, bijv. “SP”, “LP2”, “LP4” of “MONO”. ) Opmerkingen • Items kunnen anders worden weergegeven of niet beschikbaar zijn afhankelijk van het gebruik van de groepsmodus, de bedieningsstatus van de speler en de instellingen van de speler en de disc. • De modusindicatie verschijnt alleen tijdens het afspelen. Deze wordt gedurende twee seconden weergegeven en wordt vervolgens vervangen door de verstreken tijd voor het huidige muziekstuk. Muziekstuk modus Druk op MENU/ENTER. Druk enkele malen op . of N> totdat “DISP” op het uitleesvenster knippert. Druk vervolgens op MENU/ENTER. 17-NL Uw gehoor beschermen (AVLS) De bediening vergrendelen (HOLD) De AVLS automatische volumebegrenzer (Automatic Volume Limiter System) zorgt ervoor dat het volume beneden een bepaald maximum blijft, om zo uw gehoor te beschermen. Deze functie gebruikt u om te voorkomen dat de toetsen per ongeluk worden bediend wanneer u de speler vervoert. HOLD MENU/ENTER ., N>, x 1 2 Druk op MENU/ENTER. 3 4 Druk op MENU/ENTER. Druk enkele malen op . of N> totdat OPTION op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. “AVLS” knippert in het uitleesvenster. Druk enkele malen op . of N> totdat “ON” op het uitleesvenster knippert en druk vervolgens op MENU/ENTER. “ON” wordt gedurende twee seconden op het uitleesvenster weergegeven en daarna verschijnt het afspeelvenster opnieuw. De functie AVLS annuleren Selecteer “OFF” in stap 4 en druk op MENU/ENTER. De bewerking annuleren Druk op x. 18-NL 1 Schuif HOLD in de richting van de . om de bediening te vergrendelen. De bediening ontgrendelen Schuif HOLD tegen de richting van de pijl in. Aanvullende informatie Opstelling Voorzorgsmaatregelen Veiligheid • Zorg dat u de droge batterij niet op dezelfde plaats als metalen voorwerpen zoals munten, sleutelbossen en halsbanden vervoert of opbergt. Dit kan kortsluiting en warmtevorming veroorzaken. • Door onjuist gebruik van de batterij kan de batterij gaan lekken of kapot gaan. Om dergelijke problemen te voorkomen moet u zorgen dat de plus- en minpolen in de juiste richting worden geplaatst. • Wanneer een batterij is gaan lekken, moet u de batterijvloeistof zorgvuldig en grondig uit de behuizing verwijderen, voordat u een nieuwe batterij plaatst. • Als u de speler lange tijd niet zult gebruiken, moet u de droge batterij verwijderen. Zorgvuldig gebruik • Laat de speler niet vallen en stoot deze niet tegen andere voorwerpen. Hierdoor kunnen problemen met de speler optreden. • Trek niet aan het snoer van de hoofdtelefoon/ oortelefoon. • Zet de speler niet op de volgende plaatsen: —een zeer hete omgeving (boven 60°C); —in direct zonlicht of in de buurt van een warmtebron; —in een auto met dichte ramen (vooral in de zomer); —in een vochtige ruimte zoals een badkamer; —in de buurt van elektromagnetische velden, bijvoorbeeld bij een magneet, luidspreker of TV; —in een stoffige ruimte. Warmtevorming Gebruik de speler niet onder omstandigheden waarin deze aan zeer veel licht, warmte, vocht of trillingen wordt blootgesteld. De MiniDisc-behuizing • Raak de interne disc niet rechtstreeks aan. Als u de sluiter opentrekt, kan de interne disc beschadigen. • Doe een MiniDisc in de behuizing wanneer u deze vervoert. • Leg de MiniDisc niet op plaatsen waar deze aan licht, hoge temperaturen, vocht of stof wordt blootgesteld. • Plak een label niet buiten het aangegeven gebied op een MD. Zorg dat het label zich binnen de uitsparingen op een disc bevindt. Hoofdtelefoon/oortelefoon Verkeersveiligheid • Maak geen gebruik van de hoofdtelefoon/ oortelefoon tijdens het autorijden, fietsen of het bedienen van een gemotoriseerd voertuig. Hierdoor kunnen verkeersongelukken worden veroorzaakt en bovendien is dit in veel landen verboden. Ook kan het gevaarlijk zijn om het volume van de speler zeer hoog te zetten wanneer u wandelt, met name bij voetgangersoversteekplaatsen. Wees onder dergelijke omstandigheden zeer voorzichtig en schakel de speler uit in situaties die gevaar kunnen opleveren. • Als u bij gebruik van de meegeleverde hoofdtelefoon/oortelefoon een allergische reactie ondervindt, moet u onmiddellijk het gebruik van deze accessoire beëindigen en een arts raadplegen. Daarnaast kunt u contact opnemen met de Sony-klantenservice. Opmerking over mechanische bijgeluiden Gehoorbeschadiging voorkomen Gebruik de hoofdtelefoon/oortelefoon niet met het hoogste geluidsvolume. Gehoorexperts raden af om regelmatig gedurende langere tijd naar harde muziek te luisteren. Als u merkt dat uw oren suizen, stel de recorder dan in op een lager volume of schakel deze uit. Tijdens het gebruik van de speler zijn mechanische geluiden hoorbaar die worden veroorzaakt door het energiebesparingssysteem van de speler. Dit is geen storing. Rekening houden met anderen Houd het geluid op een gematigd volume. U bent dan in staat om geluiden van buiten op te vangen en u houdt dan rekening met anderen. Wanneer de speler langere tijd achtereen wordt gebruikt, kan het apparaat tamelijk warm worden. Dit is echter geen storing. 19-NL Reinigen • Reinig de behuizing van de speler eerst met een licht bevochtigde, zachte doek en veeg deze daarna schoon met een droge doek. Gebruik in geen geval schuursponsjes, schuurpoeder of oplossingen met alcohol of benzeen, aangezien hierdoor de afwerking van de behuizing kan worden aangetast. • Verwijder vuil van de MiniDisc-behuizing met een droge doek. • Stof op de lens kan het goed functioneren van het apparaat belemmeren. Zorg daarom dat u de klep van het discgedeelte altijd sluit. • Reinig de stekkers van de hoofdtelefoon/ oortelefoon met een droge doek om een optimale geluidskwaliteit te behouden. Een vuile stekker kan ruis of onderbrekingen tijdens het afspelen veroorzaken. • Maak de contactpunten van tijd tot tijd schoon met een wattenstaafje of een zachte doek, zoals hieronder wordt afgebeeld. Compartiment voor droge batterij Contactpunten Als u vragen of problemen hebt met betrekking tot uw speler, kunt u altijd contact opnemen met de dichtstbijzijnde Sony-dealer. (Als het probleem is opgetreden terwijl de disc zich in speler bevond, raden wij u aan om de disc in het apparaat te laten wanneer u de Sony-dealer bezoekt. De oorzaak van het probleem kan dan namelijk beter worden achterhaald.) Wanneer u zich tot uw Sony-dealer wendt, moet u de speler en de hoofdtelefoon/oortelefoon meenemen. 20-NL Storingen verhelpen Als een probleem zich blijft voordoen nadat u de onderstaande punten hebt gecontroleerd, raadpleeg dan de dichtstbijzijnde Sony-dealer. Probleem De recorder werkt niet of niet goed. De MD speelt niet normaal af. De MD wordt niet vanaf het eerste muziekstuk afgespeeld. Oorzaak/Oplossing • U probeerde de speler te openen terwijl er geen MD was geplaatst. (“NoDISC” knippert in het uitleesvenster.) , Plaats een MD. • De HOLD-functie is ingeschakeld (op het uitleesvenster verschijnt “HOLD” als u op een toets drukt). , Schakel HOLD uit door de HOLD-schakelaar tegen de richting van de pijl te schuiven (pagina 7, 18). • Er is condensvorming in de speler opgetreden. , Haal de MD eruit en laat het de speler enkele uren op een warme plaats liggen totdat het vocht is verdampt. • De droge batterij is bijna leeg (“LoBATT” knippert of er verschijnt niets op het uitleesvenster). , Vervang de droge batterij door een nieuwe (pagina 6). • De droge batterij is op onjuiste wijze geplaatst. , Plaats de batterij op de juiste wijze (pagina 6). • Er is een lege MD geplaatst. (“BLANK” knippert in het uitleesvenster.) , Plaats een opgenomen MD. • De disc kan niet worden gelezen. (De disc bevat krassen of is vuil.) (“ERROR” knippert op het uitleesvenster.) , Plaats de disc opnieuw of vervang deze. • Tijdens het gebruik heeft de speler een mechanische schok of te veel statische elektriciteit ontvangen. , Begin de bewerking als volgt opnieuw: 1 Vervang de droge batterij. 2 Laat de speler ongeveer 30 seconden met rust. 3 Vervang de droge batterij. • De speler staat in de herhalingsmodus. (“ ” wordt weergegeven op de speler.) , Selecteer “Normal” als afspeelmodus en begin opnieuw met afspelen. Zie “De zoekmodus selecteren” (pagina 10) voor meer informatie. • De disc wordt in groepsmodus afgespeeld. , Schakel de groepsmodus uit. • De disc wordt niet helemaal afgespeeld maar stopt voor het laatste muziekstuk. , Houd N> ten minste twee seconden ingedrukt om de disc vanaf het eerste muziekstuk af te spelen. • De disc wordt in groepsmodus afgespeeld. , Schakel de groepsmodus uit en stop met afspelen. Houd vervolgens N> ten minste twee seconden ingedrukt om de disc vanaf het eerste muziekstuk af te spelen. 21-NL Probleem Oorzaak/Oplossing De digitale geluidsvoorkeuren werken niet. • De digitale geluidsvoorkeuren zijn uitgeschakeld. , Selecteer “SOUND 1” of “SOUND 2”. Zie “Hoge en lage tonen aanpassen (digitale geluidsvoorkeuren)” (pagina 15) voor meer informatie. Het geluid slaat over bij het afspelen. • De speler bevindt zich op een plaats waar deze aan trillingen wordt blootgesteld. , Zet de speler op een stabiele plaats. • Een zeer kort muziekstuk kan ervoor zorgen dat het geluid overslaat. , Probeer geen muziekstukken van minder dan één seconde te maken. Het geluid bevat veel • Sterke magnetische velden van televisietoestellen e.d. verstoren de werking van de recorder. statische ruis. , Houd de speler op afstand van bronnen met sterke magnetische velden. Er is een kortstondig bijgeluid te horen. • Het geluid is opgenomen in de LP4-stereostand. , Vanwege de specifieke compressiemethode die in de LP4stand wordt gebruikt, kunnen in sommige zeldzame gevallen bijgeluiden optreden tijdens het afspelen van opnamen die in deze stand zijn gemaakt. De speler werkt niet naar behoren. • U hebt geprobeerd om de groepsmodus tijdens het afspelen van een programma in te schakelen. , Schakel de groepsmodus in voordat u een programma afspeelt. Er komt geen geluid • De stekker van de hoofdtelefoon/oortelefoon is niet goed aangedrukt. uit de hoofdtelefoon/ , Sluit de stekker van de hoofdtelefoon/oortelefoon goed aan oortelefoon. op de i-aansluiting. • Het volume is te laag. , Regel het volume door op VOL + of – te drukken. • De stekker is vuil. , Reinig de stekker. Het volume kan niet worden opgevoerd. • AVLS is ingeschakeld. , Stel AVLS in op “OFF” (pagina 18). De groepsfunctie werkt niet. • U hebt geprobeerd om de groepsmodus in te schakelen bij een disc zonder groepsinformatie. , Gebruik een disc met groepsinformatie. • U hebt geprobeerd de groepsmodus in te schakelen terwijl een muziekstuk wordt afgespeeld dat tot geen enkele groep behoort. , De groepsfunctie kan niet worden gebruikt wanneer een muziekstuk wordt afgespeeld dat tot geen enkele groep behoort. • U hebt geprobeerd de groepsmodus in te schakelen, terwijl u bezig was met het instellen van geprogrammeerd afspelen. , Schakel de groepsmodus in voordat u geprogrammeerd afspelen instelt. 22-NL Probleem Oorzaak/Oplossing Wanneer u snel terug- • De groepsselectiemodus is ingeschakeld. of vooruitspoelt, gaat , Schakel de groepsselectiemodus uit. De de speler niet terug groepsselectiemodus wordt automatisch uitgeschakeld als naar het vorige binnen vijf seconden niets wordt gedaan. Zie “Groepen muziekstuk of selecteren en afspelen (groepsselectiemodus)” (pagina 13) vooruit naar het voor meer informatie. volgende muziekstuk. Technische gegevens MD-speler Audioafspeelsysteem Algemeen Voeding Digitaal audiosysteem MiniDisc Eén LR6-alkalinebatterij van AA-formaat (niet meegeleverd) Laserdiode-eigenschappen Materiaal: GaAlAs Golflengte: λ = 790 nm Emissieduur: continu Laservermogen: minder dan 44,6 µW (Deze waarde is gemeten op een afstand van 200 mm van het lensoppervlak op de optische afleeseenheid met een opening van 7 mm.) Gebruiksduur batterij Zie “Gebruiksduur van de batterij” (pagina 6) Afmetingen Ongeveer 81 × 27.9 × 74.4 mm (b/h/d) zonder uitstekende delen. Gewicht Ongeveer 93 g (alleen speler) Omwentelingen Ongeveer 300 tot 2 700 omw./min. Foutcorrectie ACIRC (Advanced Cross Interleave Reed Solomon Code) Aftastfrequentie 44.1 kHz Amerikaanse en andere octrooien in licentie van Dolby Laboratories. Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving. Codering ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic Coding) ATRAC3 — LP2/LP4 Modulatiesysteem EFM (Eight to Fourteen Modulation) Aantal kanalen 2 stereokanalen 1 monokanaal Weergavefrequentie 20 tot 20 000 Hz ± 3 dB Wow en flutter Lager dan meetbaar Uitgangen i: stereoministekker, maximaal uitgangsniveau 3,5 mW + 3,5 mW, belastingsimpedantie 16 ohm Verkrijgbare accessoires Stereo hoofdtelefoon/oortelefoon uit MDRserie* Actieve luidsprekers uit SRS-serie ∗ Als u een afzonderlijk verkrijgbare hoofdtelefoon gebruikt, moet u er een met stereoministekkers kiezen. U kunt geen hoofdtelefoon/oortelefoon met microstekkers gebruiken. Het is mogelijk dat uw dealer enkele van de genoemde accessoires niet kan leveren. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie over de accessoires die in uw land verkrijgbaar zijn. 23-NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328
  • Page 329 329
  • Page 330 330
  • Page 331 331
  • Page 332 332
  • Page 333 333
  • Page 334 334
  • Page 335 335
  • Page 336 336
  • Page 337 337
  • Page 338 338
  • Page 339 339
  • Page 340 340
  • Page 341 341
  • Page 342 342
  • Page 343 343
  • Page 344 344
  • Page 345 345
  • Page 346 346
  • Page 347 347
  • Page 348 348
  • Page 349 349
  • Page 350 350
  • Page 351 351
  • Page 352 352
  • Page 353 353
  • Page 354 354
  • Page 355 355
  • Page 356 356
  • Page 357 357
  • Page 358 358
  • Page 359 359
  • Page 360 360
  • Page 361 361
  • Page 362 362
  • Page 363 363
  • Page 364 364

Sony Série MZ E310 Handleiding

Type
Handleiding