Sony XM-GS4 de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Sony XM-GS4 de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
2NL
Geproduceerd in Thailand
Opmerking voor klanten: de volgende
informatie geldt enkel voor apparatuur
verkocht in landen waar de EU-richtlijnen van
kracht zijn
Producent: Sony Corporation, 1-7-1 Konan Minato-
ku Tokyo, 108-0075 Japan
Voor EU-product conformiteit: Sony Belgium,
bijkant
oor van Sony Europe Limited, Da Vincilaan
7-D1, 1935 Zaventem, Belg
Verwijdering van oude batterijen,
elektrische en elektronische
appara
ten (van toepassing in de
Europese Unie en andere Europese
landen met afzonderlijke
inzamelingssystemen)
Dit symbool op het product, de batterij of op de
verpakking wijst erop dat het product en de batterij,
niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden.
Op sommige batterijen kan dit symbool gebruikt
worde
n in combinatie met een chemisch symbool.
Het chemisch symbool voor kwik (Hg) of lood (Pb)
wordt toegevoegd wanneer de batterij meer dan
0,0005 % kwik of 0,004 % lood bevat.
Door deze producten en batterijen op juiste wijze af
te voer
en, vermijdt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zouden kunnen
veroorzaakt worden in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Het recycleren van materialen
draagt bij tot het behoud van natuurlijke bronnen.
In het geval dat de producten om redenen van
v
eilighei
d, prestaties dan wel in verband met data-
integriteit een permanente verbinding met een
ingebouwde batterij vereisen, mag deze batterij
enkel door gekwalificeerd servicepersoneel
vervangen worden.
Om ervoor te zorgen dat de batterij, het elektrisch
en
het
elektronische apparaat op een juiste wijze
zal worden behandeld, dienen deze producten aan
het eind van zijn levenscyclus overhandigd te
worden aan het desbetreffende inzamelingspunt
voor de recyclage van elektrisch en elektronisch
materiaal.
Voor alle andere batterijen verwijzen we u naar het
h
oofd
stuk over hoe de batterij veilig uit het product
te verwijderen. Overhandig de batterij aan het
desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage
van batterijen.
Voor meer details in verband met het recycleren
van dit produc
t of batterij, kan u contact opnemen
met de gemeentelijke instanties, de organisatie
belast met de verwijdering van huishoudelijk afval
of de winkel waar u het product of batterij hebt
gekocht.
Dit symbool waarschuwt de gebruiker voor
de aanwezigheid van een heet oppervlak.
H
et symbool
is alleen van toepassing voor
modellen die verkocht worden in Europa.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
toest
el die niet aan bod komen in deze handleiding
kunt u steeds terecht bij uw Sony-handelaar.
Installeer voor veiligheidsredenen het toestel in
de bagag
eruimte of onder een stoel. Zie
"Installatie en aansluitingen" (pagina 5) voor
meer informatie.
3NL
Kenmerken
Maximaal uitgangsvermogen van 150 W per
kanaal (bij 4 Ω).
Dit toestel kan gebruikt worden als een
brugve
rsterker met een maximaal
uitgangsvermogen van 350 W.
Ingebouwde laagdoorlaatfilter (LP),
hoogdoor
laatfilter (HP), subsonische filter en low
boost-circuit.
Uitgerust met beveiligingscircuit en -lampje.
Er kan rechtstreeks verbinding gemaakt worden
met d
e luidsprekeruitgang van uw autoradio als
deze niet uitgerust is met een lijnuitgang
(hoogniveau-ingangsaansluiting).
Me
t de functie Hi-level Sensing Power On kan dit
toest
el ook geactiveerd worden zonder REMOTE-
verbinding.
Pulsvoeding* voor een stabiel en gecontroleerd
uitga
ngsvermogen.
* Pulsvoeding
Dit toestel is uitgerust met een ingebouwde
vermo
gensregulator die de voeding geleverd door de
12 V DC-autoaccu door middel van een
halfgeleiderschakelaar omzet naar snelle pulsen.
Deze pulsen worden versterkt door de ingebouwde
pulstransformator en worden gescheiden in een
positieve en een negatieve voeding alvorens weer te
worden omgezet naar gelijkstroom. Dankzij deze
methode kan het schommelende voltage van de
autoaccu opgevangen worden. Dit lichte
voedingssysteem levert een zeer efficiënte voeding
met een lage impedantie.
Inhoudsopgave
Kenmerken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Bediening
Locatie en functie van de
bedieningselementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Installatie en aansluitingen
Onderdelen voor installatie en aansluitingen. . . . . 5
Installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Aansluitingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Voedingsaansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Ingangsaansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Luidsprekeraansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Extra informatie
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Onderhoud. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Zekering vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
4NL
Locatie en functie van de bedieningselementen
Ventilatieopening
Via deze opening wordt de warmte afgevoerd.
Afhankelijk van de temperatuur van het toestel
wordt
er een van de drie beschikbare
ventilatorstatussen geselecteerd (uit, lage
snelheid, hoge snelheid).
Statuslampje
Licht wit
op tijdens het bedrijf.
Als het beveiligingscircuit geactiveerd wordt,
gaat he
t statuslampje rood branden in plaats
van wit.
Raadpleeg "Problemen oplossen" (pagina 11)
voor meer informatie.
SU
BSONIC FILTER-regelaar
Hier
mee kunt u de kantelfrequentie (6 70 Hz)
van de s
ubsonische filter instellen.
LEVEL-regelaar
Hier
mee kunt u het ingangsniveau aanpassen.
Draai de regelaar rechtsom als het
uitgangsvermogen van de autoradio laag lijkt.
Kantelfrequentieregelaar
Hiermee k
unt u de kantelfrequentie (50
300 Hz) voor de laag- of hoogdoorlaatfilter
instel
len.
FILTER-keuzeschakelaar
Hier
mee kunt u de laagdoorlaatfilter (LP) of de
hoogdoorl
aatfilter (HP) selecteren.
LOW BOOST-regelaar
Hier
mee kunt u de frequenties rond 40 Hz
booste
n naar een maximum van 10 dB.
Bediening
5NL
Onderdelen voor installatie en
aansluitingen
Niet alle onderdelen uit de verpakking zijn in deze
lijst opgenomen.
Installatie
Installeer het toestel in de bagageruimte of onder
een stoel.
Kies de installatieplaats zorgvuldig zodat het
toes
tel de bestuurder niet kan hinderen en niet
wordt blootgesteld aan direct zonlicht of hete
lucht van de verwarming.
I
nstalleer het toestel niet onder het vloertapijt
omda
t de warmte dat het ontwikkelt dan moeilijk
kan worden afgevoerd.
Het toestel monteren
Zet het toestel eerst op de plaats waar u het wilt
installeren en markeer de 4 schroefopeningen op
de montageplaat (niet bijgeleverd). Boor
vervolgens in elke markering een gat van 3 mm
voor en bevestig het toestel op de plaat met behulp
van de bijgeleverde montageschroeven. De
montageschroeven zijn allemaal 14 mm lang, dus
moet de montageplaat dikker zijn dan 14 mm.
Aansluitingen
Alvorens aansluitingen door te voeren, moet u
eerst de massaklem van de autoaccu loskoppelen
om kortsluiting te vermijden.
Gebruik voldoende krachtige luidsprekers. Te
lic
hte luidsprekers kunnen beschadigd raken.
Dit is een versterker met faseomkering.
Verbind de -aa
nsluiting van het
luidsprekersysteem niet met het autochassis en
verbind de -aansluiting van de
rechterluidspreker evenmin met die van de
linkerluidspreker.
Houd de invoer- en uitvoerkabels uit de buurt van
de voe
dingskabel. Doet u dit niet, dan kan er
storing optreden.
Dit toestel is een krachtige versterker. Het is
moge
lijk dat het toestel niet optimaal
functioneert als u het gebruikt met de
luidsprekerkabels die bij de auto zijn geleverd.
Als uw auto uitgerust is met een
comput
ersysteem voor navigatie of dergelijke,
mag de massakabel niet losgekoppeld worden
van de autoaccu. Als u de kabel loskoppelt, kan
het computergeheugen gewist worden. Om
tijdens het aansluiten kortsluiting te voorkomen,
moet u de +12 V-voedingskabel loskoppelen tot
a
lle a
ndere kabels aangesloten zijn.
De aansluitingen doorvoeren
Opmerking
Let op dat u de schroef niet te hard aandraait om te
vermi
jden dat deze beschadigd raakt (het
aandraaimoment moet minder dan 1 N•m zijn).
Sluit de +12 V-voedingskabel pas aan nadat alle
andere kabels zijn aangesloten.
Bevestig de massakabel stevig aan een metalen
onde
rdeel van de auto. Een loszittende kabel kan
de werking van de versterker verstoren.
Verbind de afstandsbedieningskabel van de
auto
radio met de afstandsbedieningsingang
(REM).
Installatie en aansluitingen

ø4 × 14 mm
× 4
Voedingsaansluitingen
6NL
Verbind bij een autoradio zonder
afstandsbedieningsuitgang voor de versterker de
afstandsbedieningsingang (REM) met de
hulpvoeding.
G
ebruik een voedingskabel met zekering (60 A).
Alle voedingskabels die aangesloten zijn op de
p
osi
tieve pool van de accu moeten binnen
450 mm vanaf de pool van de accu van een
zeke
ring worden voorzien. Dit moet gebeuren
voordat de kabels door een metalen oppervlak
worden geleid.
Zorg ervoor dat de accukabels die aangesloten
zijn
op de auto (massa naar chassis) minstens
even dik zijn als de hoofdvoedingskabel waarmee
de versterker aangesloten is op de accu.
T
ijdens bedrijf aan vol vermogen passeert er een
stro
om van meer dan 60 A door het systeem.
Zorg er dus voor dat de kabels die verbonden
worden met de +12 V- en GND-aansluitingen van
dit toestel minstens AWG-8 zijn of een doorsnede
hebben van meer dan 8 mm².
Voedingsaansluitingen tot stand brengen
Hiervoor hebt u voedingskabels (niet bijgeleverd)
nodig.
*1 Als u een originele fabrieksautoradio of een ander
type zonder afstandsbedieningsuitgang voor de
versterker hebt, verbindt u de
afstandsbedieningsingang (REM) met de
hulpvoeding. Bij een hoogniveau-
ingangsaansluiting kan de autoradio ook
geactiveerd worden zonder REMOTE-verbinding. Wij
kunnen echter niet garanderen dat deze functie
werkt bij alle autoradio's.
*2 Massa naar chassis.
Lijningangsaansluiting
Met luidsprekeraansluiting , , of
(pagina 7, 8)
Opmerking
Wanneer dit toestel verbonden is met een autoradio die
onderst
euning biedt voor hogeresolutie-audio (bijv.
RSX-GS9), kunt u geluid met een hoge resolutie
beluisteren.
Lijningangsaansluiting
Met luidsprekeraansluiting (pagina 8)
Opmerking
Wanneer dit toestel verbonden is met een autoradio die
onderst
euning biedt voor hogeresolutie-audio (bijv.
RSX-GS9), kunt u geluid met een hoge resolutie
beluisteren.
Zekering (60 A)
+12 V-autoaccu
minder dan 450 mm
naar een metalen
onderdeel van de auto
Ingangsaansluitingen
Voor Achter
Links Rechts
7NL
Hoogniveau-ingangsaansluiting
Met luidsprekeraansluiting , , of
(pagina 7, 8)
Opmerking
Raadpleeg eveneens de handleiding van uw autoradio
voor meer
informatie.
Zet de FILTER-keuzeschakelaar op het
bedieningspaneel op "HP" (hoogdoorlaatfilter),
"LP" (laagdoorlaatfilter) of "OFF" overeenkomstig
het lu
idsprekersysteem.
Raadpleeg eveneens de handleiding van uw
luidsp
rekers voor meer informatie.
Aanbevolen audiosysteem voor hoge
resolutie
Opmerking
Het is mogelijk dat bepaalde producten die op het
schema a
fgebeeld staan niet verkrijgbaar zijn in uw
land of regio.
Systeem met 6 luidsprekers
(aanbevolen voor audiosystemen met
een hoge resolutie)
Met ingangsaansluiting of (pagina 6, 7)
Grijs
Grijs/gestreept
Wit
Wit/gestreept
Groen
Groen/gestreept
Paars
Paars/gestreept
Uitgang luidspreker
linksvoor
Uitgang luidspreker
rechtsvoor
Uitgang luidspreker
rechtsachter
Uitgang luidspreker
linksachter
Hoogniveau-ingangsaansluiting
Luidsprekeraansluitingen
Autoradio met
ondersteuning voor
hogeresolutie-audio
(bijv. RSX-GS9)
XM-GS4
(dit toestel)
Versterker
(bijv. XM-GS100)
Supertweeter
(bijv. XS-GS1)
Luidspreker
met volledig bereik
(bijv. XS-GS1621)
Subwoofer
(bijv. XS-GSW121D)
Crossovernetwerk
Voorste supertweeter (min. 4 Ω)
Voorluidspreker (min. 4 Ω)
Achterluidspreker (min. 2 Ω)
8NL
Systeem met 4 luidsprekers
Met ingangsaansluiting of (pagina 6, 7)
Systeem met 3 luidsprekers
Met ingangsaansluiting of (pagina 6, 7)
Opmerkingen
Bij dit systeem wordt het volume van de subwoofer
geco
ntroleerd via de fader van de autoradio.
Bij dit systeem bestaan de uitvoersignalen naar de
subwoo
fer uit een combinatie van de signalen van de
REAR L INPUT en REAR R INPUT-ingangen of uit de
signalen van de REAR-hoogniveau-
ingangsaansluiting.
2-wegssysteem
Met ingangsaansluiting of (pagina 6, 7)
Opmerking
Bij dit systeem wordt het volume van de subwoofer
gecon
troleerd via de fader van de autoradio.
Systeem met 2 subwoofers
Met ingangsaansluiting (pagina 6)
Voorluidspreker (min. 2 Ω)
Achterluidspreker (min. 2 Ω)
Luidsprekers met volledig bereik (min. 2 Ω)
Subwoofer (min. 4 Ω)
Luidsprekers met volledig bereik (min. 2 Ω)
Subwoofer (min. 2 Ω)
Subwoofer (min. 4 Ω)
9NL
Voorzorgsmaatregelen
Dit toestel is uitsluitend ontworpen voor gebruik
met een negatieve massa van 12 V DC.
Gebruik luidsprekers met een impedantie van
2 tot 8 Ω
(4 tot 8 Ω bij gebruik als een
brugvers
terker).
Sluit geen actieve luidsprekers (met een
ingebo
uwde versterker) aan op de
luidsprekeraansluitingen van het toestel. Hierdoor
kunnen de actieve luidsprekers beschadigd raken.
Installeer het toestel niet op een plaats waar het
bloo
tgesteld wordt aan:
hoge temperaturen, bijvoorbeeld van direct
zon
licht of hete lucht van een
verwarmingssysteem;
regen of vocht;
stof of vuil.
Als de auto in de volle zon geparkeerd is en het
erg
warm is in de auto, moet u het toestel voor
gebruik eerst laten afkoelen.
Zorg er bij een horizontale installatie van het
toes
tel voor dat de koelvinnen van het toestel niet
worden afgedekt door het vloertapijt enz.
Wanneer het toestel zich te dicht bij de autoradio
of de ante
nne bevindt, kan er storing optreden.
Installeer het toestel in dat geval verder van de
autoradio of antenne af.
Controleer de aansluitingen als de autoradio niet
fun
ctioneert.
Deze versterker is uitgerust met een
bev
eiligingscircuit* dat de transistors en
luidsprekers beschermt wanneer de versterker
niet naar behoren functioneert. Probeer de
beveiligingscircuits niet te testen door het
koelelement af te dekken of het toestel te
overbelasten.
Sl
uit het toestel niet aan op een zwakke autoaccu.
Het
werkt alleen optimaal met een goede
voeding.
Zet het volume van de autoradio voor uw eigen
veilig
heid niet te hard zodat u nog altijd andere
geluiden kunt horen.
* Beveiligingscircuit
Deze versterker is uitgerust met een
beve
iligingscircuit dat in de volgende gevallen wordt
geactiveerd:
wanne
er het toestel oververhit raakt
wanneer er een gelijkstroom wordt opgewekt
wanneer de luidsprekeraansluitingen kortgesloten
zijn.
De kleur van het statuslampje verandert van wit naar
rood e
n het toestel wordt uitgeschakeld. Als dit
gebeurt, verwijdert u de cassette of disc, schakelt u
de aangesloten apparatuur uit en spoort u de oorzaak
van de storing op. Als het toestel oververhit is, wacht
u tot het afgekoeld is alvorens het verder te
gebruiken.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
toestel die niet aan bod komen in deze handleiding
kunt u steeds terecht bij uw Sony-handelaar.
Onderhoud
Vervang een zekering altijd door een exemplaar
met het aantal ampère dat boven de
zekeringhouder vermeld staat. Als de zekering
doorbrandt, moet u de voedingsaansluiting
controleren en beide zekeringen vervangen. Brandt
de zekering vervolgens nogmaals door, dan kan er
sprake zijn van een defect in het toestel. Raadpleeg
in dat geval de dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Extra informatie
Zekering vervangen
Waarschuwing
Gebruik nooit een zekering die zwaarder is dan
de standaardzekering. Het toestel kan hierdoor
beschadigd raken.
10NL
Technische gegevens
Circuitsysteem
OTL-circuit (Output Transformerless),
pulsvoeding
Ingangen
RCA-aansluitingen,
hoogniveau-ingangsaansluiting
Aanpassingsbereik ingangsniveau
0,3 6 V (RCA-aansluitingen),
3 12 V (hoogniveau-invoer)
Uitgangen
Luidsprekeraansluitingen
Luidsprekerimpedantie
2 8 Ω (stereo),
4 8 Ω (bij gebruik als brugversterker)
Maximale uitvoer
2 luidsprekers: 350 W × 2 (bij 4 Ω)
4 luidsprekers: 150 W × 4 (bij 4 Ω)
Nominaal vermogen
(voedingsspanning bij 14,4 V, 20 Hz 20 kHz, 1 %
TH
V)
2 luids
prekers: 160 W × 2 (bij 4 Ω)
4 luidsprekers: 80 W × 4 (bij 2 Ω),
70 W × 4 (bij 4 Ω)
Frequentiebereik
10 Hz 100 kHz ( dB)
Harmonische vervorming
0,05 % of minder (bij 1 kHz, 4 Ω)
Laagdoorlaatfilter
50 300 Hz, 12 dB/oct.
Hoogdoorlaatfilter
50 300 Hz, 12 dB/oct.
Subsonische filter
6 70 Hz, 12 dB/oct.
Lage boost
0 10 dB (40 Hz)
Voeding
12 V DC-autoaccu (negatieve massa)
Voedingsspanning
10,5 16 V
Stroomverbruik
Bij nominaal vermogen: 33 A (4 Ω, 70 W × 4)
Afstandsbedieningsingang: 1 mA
Afmetingen
Ong. 272 × 51 × 202 mm (b/h/d) excl. uitstekende
on
derd
elen en bedieningselementen
272 mm
162 mm
251 mm
149,5 mm
202 mm
51 mm
Ge
wi
cht
Ong. 2,7 kg excl. accessoires
Inhoud verpakking:
Hoofdapparaat (1)
Montageschroeven (4)
Kabel voor hoogniveau-invoer (1)
Het is mogelijk dat niet alle vermelde accessoires
v
erkri
jgbaar zijn bij uw handelaar. Neem contact op
met uw handelaar voor meer informatie.
Het ontwerp en de technische gegevens kunnen
zonder
voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
+0,5
3,0
11NL
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van de meeste problemen die zich met
het toestel kunnen voordoen. Voor u de
onderstaande controlelijst doorneemt, raadpleegt
u eerst de procedures voor aansluiting en
bediening.
Het statuslampje licht niet op.
De zekering is doorgebrand.
Vervang de zekering door een nieuwe.
De massakabel is niet correct aangesloten.
Maak de massakabel stevig vast aan een
metalen ond
erdeel van de auto.
Het voltage dat ingevoerd wordt in de
afs
tandsbedieningsingang (REM) is te laag.
Schakel de autoradio in als deze uitgeschakeld
is.
Gebrui
k een relais als het systeem te veel
vers
terkers gebruikt.
Controleer het voltage van de accu (10,5 16 V
).
De kleur van het statuslampje verandert van wit
naar rood.
Schakel het toestel uit. De luidsprekeruitgangen
zijn kortgesloten.
Los de oorzaak van de kortsluiting op.
Schakel het toestel uit. Controleer of de
luidspr
ekerkabel en de massakabel goed
aangesloten zijn.
Het toestel wordt abnormaal warm.
Het toestel wordt abnormaal opgewarmd.
Gebruik luidsprekers met een geschikte
impe
dantie: 2 8 Ω (stereo) of 4 8 Ω (bij
gebruik a
ls een brugversterker).
Zet het toestel op een goed verluchte plaats.
Het geluid wordt onderbroken.
De thermische beveiliging is geactiveerd.
Verlaag het volume.
Er is alternatorruis hoorbaar.
De voedingskabels zijn te dicht bij de RCA-kabels
geïnstalleerd.
Houd de voedingskabels uit de buurt van de
RCA-k
abels.
De massakabel is niet correct aangesloten.
Maak de massakabel stevig vast aan een
metalen ond
erdeel van de auto.
Negatieve luidsprekerkabels raken het
aut
ochassis.
Houd deze kabels uit de buurt van het
auto
chassis.
Het geluid klinkt gedempt.
De filterschakelaar staat op "HP" of "OFF".
Kies voor "LP" als u een subwoofer aansluit.
De filterschakelaar staat op "LP".
Kies voor "OFF" of "HP" als u een luidspreker
met
volledig bereik aansluit.
Het volume is te laag.
De LEVEL-regelaar is niet correct ingesteld. Draai
de LEVEL-regelaar rechtsom.
Vraag uw dichtstbijzijnde Sony-handelaar om
advies
als deze oplossingen niet helpen.
1/152