Atag VA5511AT Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruiks-
aanwijzing
Afwasmachine
Notice
d'utilisation
Lave-vaisselle
VA5511AT
Inhoud
Veiligheidsinformatie 2
Beschrijving van het product 4
Bedieningspaneel 4
Het eerste gebruik 6
De waterontharder instellen 6
Gebruik van zout voor de afwasautomaat
7
Gebruik van glansspoelmiddel 8
Dagelijks gebruik 9
De afwasautomaat inruimen 10
Gebruik van vaatwasmiddelen 14
De Multitabfunctie 15
Een afwasprogramma selecteren en starten
16
De afwasautomaat inruimen 16
Afwasprogramma's 17
Onderhoud en reiniging 17
Problemen oplossen 20
Technische gegevens 21
Montage 21
Aansluiting aan de waterleiding 25
Aansluiting aan het elektriciteitsnet 26
Milieubescherming 26
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
In het belang van uw veiligheid en om
een correct gebruik te kunnen waar-
borgen is het van belang dat u, alvo-
rens het apparaat te installeren en in
gebruik te nemen, deze gebruiksaan-
wijzing, inclusief de tips en waarschu-
wingen, grondig doorleest. Om onnodi-
ge vergissingen en ongevallen te voor-
komen is het belangrijk ervoor te zor-
gen dat alle mensen die het apparaat
gebruiken, volledig bekend zijn met de
werking ervan en de veiligheidsvoorzie-
ningen. Bewaar deze instructies en
zorg ervoor dat zij bij het apparaat blij-
ven als het wordt verplaatst of ver-
kocht, zodat iedereen die het apparaat
gedurende zijn hele levensduur ge-
bruikt, naar behoren is geïnformeerd
over het gebruik en de veiligheid van
het apparaat.
Correct gebruik
• Deze afwasmachine is uitsluitend be-
doeld voor het reinigen van huishoudelij-
ke gebruiksvoorwerpen die geschikt zijn
voor reiniging in een afwasmachine.
• Doe geen oplosmiddelen in de afwasma-
chine. Dit kan een explosie veroorzaken.
• Messen en andere voorwerpen met
scherpe punten moeten met de punt
naar beneden in de bestekmand worden
geplaatst of horizontaal in het bovenrek
worden gelegd.
• Gebruik alleen producten (afwasmiddel,
zout en glansmiddel) die geschikt zijn
voor afwasmachines.
• Open de deur niet als het apparaat in
werking is; er kan hete stoom ontsnap-
pen.
• Neem geen serviesgoed uit de afwasma-
chine voordat het afwasprogramma is af-
gelopen.
• Trek na het gebruik de stekker uit het
stopcontact en draai de waterkraan
dicht.
• Dit product mag alleen worden onder-
houden door een daartoe bevoegde ser-
vicemonteur en er dient alleen gebruik te
worden gemaakt van originele reserveon-
derdelen.
• Onder geen voorwaarde moet u probe-
ren de afwasmachine zelf te repareren.
Reparaties die worden uitgevoerd door
onervaren personen veroorzaken letsel of
storingen. Neem contact op met onze
service-afdeling. Sta te allen tijde op het
gebruik van originele reserveonderdelen.
Algemene veiligheid
• Mensen (met inbegrip van kinderen) met
beperkte lichamelijke, zintuiglijke of ver-
standelijke vermogens of gebrek aan er-
varing en kennis mogen dit apparaat niet
gebruiken. Zij moeten onder toezicht
staan of instructies krijgen over het ge-
bruik van dit apparaat van iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
• Afwasmiddelen kunnen chemische
brandwonden veroorzaken aan de ogen,
de mond en de keel. Deze kunnen le-
vensbedreigend zijn! Houd u aan de vei-
2
ligheidsinstructies van de afwasmiddelfa-
brikant.
• Het water in uw afwasmachine is geen
drinkwater. Resten van afwasmiddel kun-
nen nog in de machine aanwezig zijn.
• Zorg ervoor dat de deur van de afwas-
machine altijd gesloten is als het appa-
raat niet wordt in- of uitgeruimd. Zo voor-
komt u dat iemand over de open deur
struikelt en zich bezeert.
• Ga niet op de open deur zitten of staan.
De veiligheid van kinderen
• Dit apparaat is bestemd voor gebruik
door volwassenen. Kinderen moeten in
de gaten gehouden worden om te voor-
komen dat zij met het apparaat gaan
spelen..
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten
het bereik van kinderen. Gevaar voor ver-
stikking.
• Bewaar alle afwasmiddelen op een veilige
plaats buiten het bereik van kinderen.
• Houd kinderen uit de buurt van de afwas-
machine als de deur open staat.
Installatie
• Controleer uw afwasmachine op eventu-
ele transportschade. Sluit nooit een be-
schadigde machine aan. Neem contact
op met uw leverancier als de machine
beschadigd is.
• Alle verpakkingsmaterialen moeten ver-
wijderd worden voordat u het apparaat in
gebruik neemt.
• Alle elektrische en loodgieterswerkzaam-
heden die nodig zijn voor de installatie
van dit apparaat moeten worden uitge-
voerd door een gekwalificeerd en com-
petent persoon.
• Om veiligheidsredenen is het gevaarlijk
wijzigingen aan te brengen in de specifi-
caties of dit product op enigerlei wijze te
modificeren.
• Gebruik de afwasmachine nooit als het
aansluitsnoer of de waterslangen be-
schadigd zijn; of als het bedieningspa-
neel, het werkblad of de plint zodanig be-
schadigd zijn dat het inwendige van de
machine vrij toegankelijk is. Raadpleeg
onze service-afdeling om gevaarlijke situ-
aties te voorkomen.
• In de behuizing van de afwasmachine
mogen geen gaten worden geboord ter
voorkoming van schade aan hydraulische
en elektrische onderdelen.
Waarschuwing! Voor de aansluiting
van elektriciteit en water dienen de
instructies in de desbetreffende
paragrafen nauwgezet te worden
opgevolgd.
3
Beschrijving van het product
1 Bovenste sproeiarm
2 Bovenrek
3 Sproeiarm bovenrek
4 Filters
5 Onderste sproeiarm
6 Afwasmiddeldoseerbakje
7 Glansmiddeldoseerbakje
8 Typeplaatje
9 Zoutreservoir
Bedieningspaneel
7
4
1 Aan-/uit-toets
2 Digitaal display
3 Uitgestelde start-toets
4 Programmakeuzetoetsen
5 Multitab toets (MULTITABLET)
6 Controlelampjes
7 Functietoetsen
Controlelampjes
Zout Gaat branden als het speciale zout op is.
Glansmiddel Gaat branden als het glansmiddel op is.
Digitaal display
Het display geeft aan:
• op welke stand de waterontharder is in-
gesteld,
• de geschatte resterende tijd van het lo-
pende programma,
• inschakelen/uitschakelen van de glans-
middeldosering (ALLEEN wanneer de
"Multitab-functie" actief is),
• het einde van een afwasprogramma (op
het display verschijnt een nul),
• het aftellen van de uitgestelde start,
• de foutcodes betreffende een storing van
het apparaat,
• als de geluidssignalen in-/uitgeschakeld
zijn.
Functietoetsen (A, B en C)
De volgende functies kunnen met behulp
van deze toetsen worden geprogram-
meerd:
• het instellen van het niveau van de water-
ontharder,
• een afwasprogramma of een lopende uit-
gestelde start annuleren,
• de glansmiddeldosering in- of uitschake-
len wanneer de Multi-tab-functie actief is,
• geluidssignalen inschakelen/uitschakelen.
Instelling
Druk op de aan-/uit-toets; als ALLE contro-
lelampjes van de programmatoetsen bran-
den, staat het apparaat in de instelmodus.
Vergeet nooit dat bij het uitvoeren van
handelingen zoals:
– het selecteren van een afwaspro-
gramma,
– het instellen van het niveau van de
waterontharder,
– het in-/uitschakelen van de glans-
middeldosering,
– het in- of uitschakelen van de ge-
luidssignalen,
het apparaat in de instelmodus MOET
staan.
Druk op de aan-/uit-toets; als een lampje
van de programmatoetsen brandt, is het
laatst uitgevoerde of geselecteerde pro-
gramma nog steeds ingesteld Om in dit ge-
val terug te keren naar de instelmodus
moet het programma worden geannuleerd.
Een ingesteld programma of een
lopend programma annuleren
Houd tegelijkertijd de beide functietoetsen
B en C ingedrukt, totdat alle lampjes van de
programmatoetsen branden. Het program-
ma is geannuleerd en de machine bevindt
zich nu in de instelmodus.
Geluidssignalen
De geluidssignalen zijn bedoeld om aan te
geven welke handelingen de afwasmachine
aan het uitvoeren is:
– het instellen van de waterontharder,
– einde van het afwasprogramma,
– melden van een alarm als gevolg van sto-
ring van de machine.
Fabrieksinstelling: geluidssignalen inge-
schakeld
De geluidssignalen kunnen worden uit-
geschakeld.
5
In- en uitschakelen van de
geluidssignalen
1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwas-
machine moet in de instelmodus staan.
2. Houd tegelijkertijd de functietoetsen B
en C ingedrukt, tot de lampjes van de
functietoetsen A, B en C beginnen te
knipperen.
3. Druk op functietoets A, de lampjes van
de functietoetsen B en C gaan uit, ter-
wijl het lampje van functietoets A blijft
knipperen. In het display ziet u het hui-
dige niveau.
Geluidssignalen uitgeschakeld
Geluidssignalen ingeschakeld
4. Om de instelling te wijzigen, nogmaals
op functietoets C drukken; het display
geeft de nieuwe instelling aan.
5. Om de handeling in het geheugen op te
slaan, de afwasmachine uitschakelen.
Het eerste gebruik
Voordat u uw afwasmachine in gebruik
neemt:
• Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting
en de wateraansluiting voldoen aan de in-
stallatie-instructies
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen uit
het inwendige van de machine
• De waterontharder instellen
• Giet 1 liter water in het zoutreservoir en
vul het reservoir vervolgens met regene-
reerzout
• Vul het glansmiddeldoseerbakje
Als u gebruik wilt maken van ge-
combineerde afwasmiddelblokjes
zoals: ''3 in 1'', ''4 in 1'', ''5 in 1''
enz... dient u de Multitab-functie in
te stellen. (Zie ''Multitab-functie'').
De waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een wa-
terontharder die is ontworpen om mineralen
en zouten uit het leidingwater te verwijderen
die een schadelijk of negatief effect zouden
hebben op de werking van het apparaat.
Hoe hoger het gehalte van deze mineralen
en zouten is, des te harder is het water. De
hardheid van water wordt gemeten in equi-
valente eenheden, Duitse hardheid (°dH),
Franse hardheid (°TH) en mmol/l (millimol
per liter - internationale eenheid voor de
hardheid van water).
De ontharder moet worden ingesteld in
overeenstemming met de hardheid van het
water in uw omgeving. Uw waterleidingbe-
drijf kan u informeren over de hardheid van
het water in uw woonplaats.
Waterhardheid
Aanpassen van de water-
hardheidsinstelling
Gebruik van zout
51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 niveau 10 ja
43 - 50 76 - 90 7,6 - 9,0 niveau 9 ja
37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 niveau 8 ja
29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 niveau 7 ja
23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 niveau 6 ja
19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 niveau 5 ja
15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 niveau 4 ja
11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 niveau 3 ja
4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 niveau 2 ja
4 7 0,7 niveau 1 nee
6
Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek inge-
steld op stand 5.
1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwas-
machine moet in de instelmodus staan.
2. Houd tegelijkertijd de functietoetsen B
en C ingedrukt, tot de lampjes van de
functietoetsen A, B en C beginnen te
knipperen.
3. Druk op functietoets A, de lampjes van
de functietoetsen B en C gaan uit, ter-
wijl het lampje van functietoets A blijft
knipperen. Op het digitale display ver-
schijnt het huidige niveau en er klinkt
een reeks geluidssignalen.
Voorbeelden:
display, 5 onderbroken geluidssig-
nalen, pauze,
display, 5 onderbro-
ken geluidssignalen, pauze, enz... = ni-
veau 5
display, 10 onderbroken geluids-
signalen, pauze,
display, 10 onder-
broken geluidssignalen, pauze, enz... =
niveau 10
4. Druk op functietoets A om het niveau
te wijzigen. Elke keer dat deze toets
wordt ingedrukt, wordt het niveau ge-
wijzigd. Zie de tabel voor de selectie
van het nieuwe niveau)..
Voorbeelden: als het huidige niveau 5
is, wordt door functietoets A één keer
in te drukken, niveau 6 geselecteerd.
als het huidige niveau 10 is, wordt door
toets A één keer in te drukken, niveau
1 geselecteerd.
5. Schakel om de bewerking vast te leg-
gen de afwasmachine uit door op de
aan-/uit-toets te drukken.
Gebruik van zout voor de afwasautomaat
Waarschuwing!
Gebruik alleen zout dat specifiek is be-
stemd voor gebruik in afwasmachines. Alle
andere soorten zout die niet specifiek zijn
ontwikkeld voor gebruik in een afwasmachi-
ne, in het bijzonder tafelzout, zullen schade
toebrengen aan de waterontharder. Vul al-
leen zout bij vlak voordat u een van de vol-
ledige afwasprogramma's gaat starten.
Hiermee wordt voorkomen dat gemorste
zoutkorrels of zout water enige tijd op de
bodem van de machine achterblijven, het-
geen corrosie kan veroorzaken.
Vullen:
1. Open de deur, neem het onderrek uit
de machine en schroef het deksel van
het zoutreservoir los door het tegen de
wijzers van de klok in te draaien.
2. Giet 1 liter water in het reservoir (dit is
alleen nodig als de machine de eer-
ste keer met zout wordt gevuld).
3. Giet zout in het reservoir tot dit hele-
maal gevuld is.
4. Plaats het deksel terug en zorg er voor
dat er geen zoutresten achterblijven op
de schroefdraad of op de pakking.
5. Draai het deksel goed vast door het
met de klok mee te draaien tot de aan-
slag (u hoort een klik).
Maak u geen zorgen als er bij het vullen
met zout water uit de vulopening
stroomt, dit is heel normaal.
7
Het zoutcontrolelampje op het be-
dieningspaneel kan 2-6 uur blijven
branden nadat het zout is bijge-
vuld, ervan uitgaande dat de afwas-
machine ingeschakeld blijft. Als u
gebruik maakt van zout dat minder
snel oplost, kan dit nog langer du-
ren. De werking van de machine
wordt hierdoor niet beïnvloed.
Gebruik van glansspoelmiddel
Waarschuwing! Gebruik alleen
merkglansmiddelen voor
afwasmachines.
Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit
met andere middelen (bijv. afwasma-
chinereinigingsmiddel, vloeibaar afwas-
middel). Dit zou het apparaat beschadi-
gen.
Glansmiddel zorgt ervoor dat het ser-
viesgoed grondig wordt gespoeld en
vrij van vlekken en strepen opdroogt.
Glansmiddel wordt tijdens de laatste
keer spoelen automatisch gedoseerd.
1. Open het reservoir door op de ontgren-
delknop (A) te drukken.
2. Giet glansmiddel in het reservoir. Het
maximale vulniveau wordt aangegeven
door "max".
Het doseerbakje bevat ongeveer 110
ml glansmiddel, voldoende voor tussen
de 16 en 40 afwascycli, afhankelijk van
de ingestelde dosering.
3. Zorg ervoor dat het deksel na het vullen
goed wordt gesloten.
Neem eventueel bij het vullen gemorst
glansmiddel op met een absorberende
doek om de volgende keer als u een
programma draait buitensporige
schuimvorming te voorkomen.
Stel de dosering van het glansmiddel in
overeenstemming met de bereikte eind- en
droogresultaten in met behulp van de 6-
standenschakelaar (stand 1 minimumdose-
ring, stand 6 maximumdosering).
De dosering wordt in de fabriek ingesteld
op stand 4.
Verhoog de dosering als er na afloop van
het programma waterdruppels of kalkvlek-
ken op het serviesgoed achterblijven.
Verlaag de dosering als er kleverige witach-
tige strepen op het serviesgoed achterblij-
ven of een blauwzweem op glaswerk of op
de lemmeten van messen.
8
Dagelijks gebruik
• Controleer of het nodig is regenereerzout
of glansmiddel bij te vullen.
• Plaats bestek en serviesgoed in de af-
wasmachine.
• Afwasmiddel doseren.
• Selecteer een programma dat geschikt is
voor het bestek en het serviesgoed.
• Start het afwasprogramma.
Handige aanwijzingen en tips
Sponzen, huishoudtextiel en voorwerpen
die water kunnen absorberen mogen niet in
de afwasmachine worden gereinigd.
• Voordat u het serviesgoed in de machine
plaatst, dient u:
– alle voedselresten en rommel te verwij-
deren.
– Laat aangebakken etensresten in pan-
nen eerst inweken
• Let bij het plaatsen van serviesgoed en
bestek op de volgende punten:
– Borden en bestek mogen de draaibe-
weging van de sproeiarmen niet be-
lemmeren.
– Plaats holle voorwerpen zoals kopjes,
glazen, pannen, enz. met de opening
naar beneden zodat ze niet vol water
lopen.
– Borden en bestek mogen niet in elkaar
liggen of elkaar bedekken.
– Zorg er ter voorkoming van schade
aan glaswerk voor dat glazen elkaar
niet raken.
– Leg kleine voorwerpen in de bestek-
mand.
• Voorwerpen van kunststof en pannen
met teflon hebben de neiging waterdrup-
pels vast te houden; deze voorwerpen
drogen niet zo goed als voorwerpen van
porselein en staal.
• Lichte voorwerpen (kunststofbakjes enz.)
moeten in het bovenrek worden geplaatst
en zo worden neergezet dat ze niet kun-
nen bewegen.
9
Het volgende serviesgoed en bestek is voor reiniging in de afwasmachine
niet geschikt: in beperkte mate geschikt:
• bestek met houten, hoornen, porseleinen of
parelmoeren handgrepen.
• voorwerpen van kunststof die niet hittebesten-
dig zijn.
• ouder bestek met gelijmde onderdelen die niet
hittebestendig zijn.
• gelijmd bestek of gelijmde borden.
• tinnen of koperen voorwerpen.
• glaswerk van loodkristal.
• gemakkelijk roestende stalen voorwerpen.
• houten schotels.
• voorwerpen gemaakt van synthetische vezels.
• Reinig aardewerk alleen in de afwasmachine
als het door de fabrikant specifiek wordt ge-
kenmerkt als afwasmachinebestendig.
• Geglazuurde dessins kunnen vervagen als ze
vaak in de afwasmachine gewassen worden.
• Zilveren en aluminium hebben de neiging om
tijdens het reinigen te verkleuren: Etensresten,
bijv. eiwit, eierdooier en mosterd, veroorzaken
op zilver vaak verkleuring en vlekken. Verwij-
der etensresten dan ook onmiddellijk van zil-
ver, als dit niet meteen na gebruik wordt afge-
wassen.
De afwasautomaat inruimen
Het onderrek
Het onderrek is geschikt voor steelpannen,
deksels, borden, slakommen, bestek, enz.
Een opdienbord kan vóór de bestekmand
geplaatst worden.
U kunt de rijen met punten in het onderrek
laten zakken om ruimte te maken voor pot-
ten, pannen en schalen.
1. Til de 2 rechter bordenrekken aan de
achterkant iets op.
2. Trek ze voorzichtig uit de geleiders.
3. Duw ze naar binnen zodat ze kruislings
over elkaar heen komen te liggen.
1. Til de 2 linker bordenrekken aan de
achterkant iets op.
2. Trek ze voorzichtig uit ge geleiders.
3. Duw ze naar binnen zodat ze kruislings
over elkaar heen komen te liggen.
U kunt de breedte van de linkerrij punten
aanpassen.
1. Trek het rechterrek met punten aan de
achterkant omhoog.
2. Trek het naar boven totdat het loslaat.
10
3. Trek het via de achterkant uit de rail.
4. Plaats het rek in de andere rail.
5. Duw het naar beneden totdat het op
zijn plaats klikt.
De bestekmand
Rechtop geplaatste lange messen zijn
een potentieel gevaar. Lang en/of
scherp snijgereedschap zoals
bijvoorbeeld vleesmessen moeten
horizontaal in het bovenrek worden
gelegd. Pas op bij het plaatsen of
uitnemen van scherpe voorwerpen
zoals messen.
Plaats vorken en lepels in de uitneembare
bestekmand met de handgrepen naar be-
neden en messen met de handgrepen naar
boven gericht.
Als de handgrepen onder de bestekmand
uitsteken en de onderste sproeiarm in zijn
beweging belemmeren, dient het bestek
met de handgrepen omhoog te worden ge-
plaatst.
Meng lepels met ander bestek om te voor-
komen dat zij aan elkaar kleven.
Om het vullen van de bestekmand te verge-
makkelijken, het handvat van de bestek-
mand omlaag duwen.
Voor de beste resultaten adviseren wij u ge-
bruik te maken van het bestekrooster.
Als de omvang en de afmetingen van het
bestek gebruik van de roosters in de weg
staan, kunnen deze gemakkelijk worden
weggeklapt.
De bestekmand bestaat uit twee delen die
kunnen worden gescheiden voor meer flexi-
biliteit bij het laden van het serviesgoed.
Schuif om de twee delen te scheiden, beide
delen horizontaal in tegengestelde richting
en trek ze uit elkaar.
11
Ga voor het koppelen van beide delen in
omgekeerde volgorde te werk.
Bovenrek
Het bovenrek is geschikt voor schotels,
kommen, kopjes, glazen, potten en dek-
sels.
Afstelbare kopjesrekken
Plaats voorwerpen zo op en onder de kop-
jesrekken dat het water alle oppervlakken
kan bereiken.
De kopjesrekken kunnen worden opgeklapt
zodat er plaats is voor hoge serviesdelen.
De kopjesrekken kunnen vastgezet worden
in een tussenpositie.
Leg of hang wijn- en cognacglazen in de
gleuven in de kopjesrekken.
Glazenhouder
• Voor glazen met een lange voet en voor
longdrinkglazen kunt u de glazenhouder
opklappen. (Afbeelding 1).
• Laat de glazenhouder aan de achterkant
naar rechts zakken om hem uit te ruimen
of wanneer u hem niet nodig heeft. (Af-
beelding 2).
De glazen kunnen ook boven de rij met
punten worden geplaatst.
Controleer alvorens de deur te sluiten
dat de sproeiarmen vrij kunnen rond-
draaien.
12
De hoogte van het bovenrek aanpassen
Als er zeer grote borden moeten worden af-
gewassen, kunt u deze in het onderrek
plaatsen nadat u het bovenrek in zijn hoog-
ste positie hebt geplaatst.
Ga als volgt te werk om het bovenrek in
zijn hoogste stand te zetten:
1. Trek het rek tot de aanslag naar buiten.
2. Trek het bovenrek zo ver mogelijk naar
boven en laat het dan verticaal naar be-
neden zakken. Het bovenrek klikt in de
onderste of bovenste positie vast.
Waarschuwing! Een geopende deur
kan gevaarlijk zijn. Sluit na het vullen
van de machine altijd de deur.
Maximale afmeting van borden met boven-
rek in de hoogste stand.
18
25
32
Maximale afmeting van borden met boven-
rek in laagste stand.
20
25
30
Plaatsing van zeer grote borden in het on-
derste rek.
13
Gebruik van vaatwasmiddelen
Gebruik uitsluitend afwasmiddelen die
specifiek zijn bedoeld voor gebruik in
afwasmachines.
Neem de aanbevelingen van de fabri-
kant voor dosering en bewaren op de
verpakking van het afwasmiddel in
acht.
Het gebruik van niet meer dan de juiste
hoeveelheid afwasmiddel draagt bij aan
minder milieuverontreiniging.
Afwasmiddel doseren
1. Open het deksel.
2. Vul het afwasmiddelbakje (1) met af-
wasmiddel. De markering geeft de do-
seerniveaus aan:
20 = ca. 20 g afwasmiddel
30 = ongeveer 30 g afwasmiddel.
1
2
3. Alle programma's met voorwas hebben
een extra dosering afwasmiddel nodig
(5/10 g) dat in het afwasmiddelbakje
voor de voorwas (2) moet worden ge-
daan.
Deze dosering wordt gebruikt tijdens
de voorwasfase.
Bij gebruik van afwasmiddeltabletten;
plaats het tablet in vak (1)
4. Sluit het deksel en druk totdat het op
zijn plaats klikt.
Afwasmiddeltabletten van verschillende
fabrikanten lossen niet allemaal even
snel op. Daarom bereiken bepaalde af-
wasmiddeltabletten tijdens korte pro-
gramma's niet hun volledige reinigings-
werking. Kies daarom bij het gebruik
van afwasmiddeltabletten lange pro-
gramma's, om ervoor te zorgen dat ta-
bletresten volledig worden verwijderd.
14
De Multitabfunctie
Dit apparaat is uitgerust met de "Multitab-
functie", hiermee is het gebruik mogelijk van
"Multitab" combitabletten.
Dit zijn producten met een gecombineerde
reinigings-, glans- en zoutfunctie. Ook kun-
nen zij verschillende andere middelen be-
vatten afhankelijk van de soort tabletten die
u kiest ("3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" etc...).
Controleer of deze producten geschikt zijn
voor uw waterhardheid. Zie de instructies
van de fabrikant.
Als deze functie is geselecteerd blijft hij ook
actief gedurende de volgende afwaspro-
gramma's.
Met de selectie van deze functie wordt de
toevoer van glansmiddel en zout vanuit de
desbetreffende reservoirs automatisch
stopgezet en ook de controlelampjes voor
zout en glansmiddel worden gedeactiveerd.
Bij gebruik van de "Multitab functie" kan de
duur van de cyclus veranderen. Als dit het
geval is wordt de looptijd van het program-
ma automatisch bijgewerkt op het digitale
display.
Schakel de ''Multitab-functie'' voor het
begin van een afwasprogramma in of
uit.
Als het programma loopt kan de "Multi-
tab-functie" NIET meer worden gewij-
zigd. Als u de "Multitab-functie" wilt uit-
schakelen, moet u eerst het ingestelde
programma annuleren en vervolgens
de "Multitab-functie". In dat geval moet
u opnieuw een programma (inclusief
gewenste opties) instellen.
In- of uitschakelen van de Multitab-
functie
Om de "Multitab functie" te activeren drukt
u opnieuw op de "Multitab functie" toets.
Het bijbehorende controlelampje brandt.
Om de functie te deactiveren drukt u op-
nieuw op dezelfde toets. Het bijbehorende
controlelampje gaat uit.
Als u niet tevreden bent over het
droogresultaat adviseren wij u:
1. het glansmiddeldoseerbakje te vul-
len met glansmiddel.
2. de glansmiddeldosering te active-
ren.
3. de dosering van het glansmiddel in
te stellen op stand 2.
• De glansmiddeldosering kan alleen
worden geactiveerd/gedeactiveerd
als de Multitab-functie is ingescha-
keld.
Activering/deactivering van de
glansmiddeldosering
1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwas-
machine moet in de instelmodus staan.
2. Houd tegelijkertijd de functietoetsen B
en C ingedrukt, tot de lampjes van de
functietoetsen A, B en C beginnen te
knipperen.
3. Druk op functietoets B, de lampjes van
de functietoetsen A en C gaan uit, ter-
wijl het lampje van functietoets B blijft
knipperen. Het display geeft de huidige
instelling aan.
Glansmiddeldosering gedeacti-
veerd
Glansmiddeldosering geacti-
veerd
4. Druk nogmaals op toets B om de in-
stelling te wijzigen, het digitale display
geeft de nieuwe instelling aan.
5. Schakel om de bewerking vast te leg-
gen de afwasmachine uit door op de
aan-/uit-toets te drukken.
Als u besluit weer over te gaan op
het gebruik van de standaardaf-
wasmiddelen adviseren wij u:
1. De Multitab-functie uitschakelen.
2. het zoutreservoir en het glansmid-
deldoseerbakje opnieuw te vullen.
3. Stel de waterhardheid in op de
hoogste stand en laat 1 normaal
afwasprogramma, zonder servies-
goed, draaien.
4. de waterhardheid in te stellen in
overeenstemming met de hardheid
van het water in uw omgeving.
5. De glansmiddeldosering in te stel-
len.
15
Een afwasprogramma selecteren en starten
Selecteer het afwasprogramma en
de uitgestelde start met de deur
enigszins geopend. De start van
het programma of het aftellen voor
de uitgestelde start begint pas na-
dat de deur is gesloten. Tot dat
moment kunnen de instellingen
nog worden gewijzigd
1. Controleer of de rekken juist zijn gela-
den en of de sproeiarmen vrij kunnen
draaien.
2. Controleer of de waterkraan is geo-
pend.
3. Druk op de aan-/uit-toets. De afwas-
machine moet in de instelmodus staan.
4. Druk op de toets die correspondeert
met het gewenste programma (zie tabel
"afwasprogramma's").
Sluit de deur van de afwasmachine, het
programma start automatisch.
Het programma instellen en starten
met "uitgestelde start"
1. Druk, na het kiezen van het program-
ma, de toets uitgestelde start in, tot op
het digitale display knipperend het ge-
wenste aantal uren voor het startuitstel
verschijnt.
De start van het gekozen afwaspro-
gramma kan 1 - 19 uur uitgesteld wor-
den.
2. Sluit de deur van de afwasmachine, het
aftellen start automatisch.
3. Het aftellen vindt plaats in stappen van
1 uur.
4. Het openen van de deur onderbreekt
het aftelproces. Sluit de deur; het aftel-
len gaat verder vanaf het punt waar het
werd onderbroken.
5. Als de uitgestelde start is verstreken,
start het programma automatisch.
Waarschuwing! Onderbreek of
annuleer een lopend
afwasprogramma ALLEEN als het
absoluut noodzakelijk is.
Let op! Als de deur wordt geopend
kan hete stoom vrijkomen. Open de
deur voorzichtig.
Een lopend afwasprogramma
onderbreken
• Open de deur van de afwasmachine; het
programma stopt. Sluit de deur; het pro-
gramma gaat verder waar het was onder-
broken.
Een afwasprogramma of een lopende
uitgestelde start annuleren
• Houdt tegelijkertijd de beide functietoet-
sen B en C ingedrukt, totdat alle lampjes
van de programmatoetsen branden.
• Bij het annuleren van een uitgestelde
start wordt ook het ingestelde afwaspro-
gramma geannuleerd. In dit geval moet u
het afwasprogramma opnieuw instellen.
• Als er een nieuw afwasprogramma moet
worden gekozen, controleer dan of er af-
wasmiddel in het doseerbakje zit.
Einde van het afwasprogramma
• De afwasmachine stopt automatisch en
een geluidssignaal laat u weten dat het
programma is afgelopen.
1. Open de deur van de afwasmachine.
Op het digitale display verschijnt een
nul.
2. Schakel de afwasmachine uit.
3. Laat de deur van de afwasmachine een
paar minuten op een kier staan voordat
u het serviesgoed uit de machine haalt;
dit zal dan al enigszins zijn afgekoeld en
ook beter zijn gedroogd.
De afwasautomaat inruimen
• Hete borden zijn gevoelig voor stoten.
Het is daarom raadzaam het serviesgoed
eerst te laten afkoelen alvorens de machi-
ne uit te ruimen.
• Ruim eerst het onderrek en dan het bo-
venrek uit; hiermee voorkomt u dat er
water van het bovenrek op het servies-
goed in het onderrek druppelt.
• Er kan water op de zijkanten en de deur
van de afwasmachine ontstaan omdat
roestvrij staal uiteindelijk koeler zal wor-
den dan het serviesgoed.
Als het afwasprogramma is afgelo-
pen is het raadzaam de stekker uit
het stopcontact te trekken en de
kraan dicht te draaien.
16
Afwasprogramma's
Programma
Mate van ver-
vuiling
Soort servies-
goed
Beschrijving programma
Intensief 70°
Sterk vervuild
Serviesgoed, be-
stek, potten en
pannen
Voorwas
Hoofdwas
2 tussentijdse spoelgangen
Laatste spoelgang
Drogen
1)
Alles
Serviesgoed, be-
stek, potten en
pannen
Voorwas
Hoofdwas
1 of 2 tussentijdse spoelgangen
Laatste spoelgang
Drogen
Eco tot 50°
2)
Normaal ver-
vuild
Serviesgoed en
bestek
Voorwas
Hoofdwas
1 tussentijdse spoelgang
Laatste spoelgang
Drogen
45° Glas
Normaal ver-
vuild
Teer aardewerk
en glaswerk
Hoofdwas
1 tussentijdse spoelgang
Laatste spoelgang
Drogen
1) Tijdens het afwasprogramma "Auto" wordt de hoeveelheid vuil op het serviesgoed bepaald door de troebelheid
van het water. De programmaduur en het water- en energieverbruik kunnen variëren; dit hangt af van het feit of
het apparaat geheel of gedeeltelijk is gevuld en of het servies licht of sterk is vervuild. De temperatuur van het
water wordt automatisch ingesteld tussen 50 °C en 65 °C.
2) Test programma voor testinstanties
Verbruikswaarden
Programma Programmaduur
(in minuten)
1)
Energieverbruik
(in kWh)
Waterverbruik
(in liter)
Intensief 70° - 1,8 - 2,0 22 - 24
Auto - 1,1 - 1,5 12 - 22
Eco tot 50°
2)
- 1,0 - 1,1 14 - 15
45° Glas - 0,8 - 0,9 13 - 14
1) De duur van het programma is te zien in het display.
2) Test programma voor testinstanties
De verbruikswaarden zijn bedoeld als
richtlijn en zijn afhankelijk van de druk
en de temperatuur van het water, maar
ook van de variaties in de netspanning
en de hoeveelheid serviesgoed.
Onderhoud en reiniging
De filters reinigen
De filters moeten worden gecontroleerd en
gereinigd. Vuile filters beïnvloeden het af-
wasresultaat negatief.
Waarschuwing! Zorg ervoor dat de
machine is uitgeschakeld voordat de
filters worden schoongemaakt.
Gebruik de afwasmachine NOOIT zon-
der filters. Een onjuiste terugplaatsing
en bevestiging van de filters heeft
slechtere afwasresultaten tot gevolg en
kan resulteren in schade aan het appa-
raat
17
Het grof filter
Het grof filter (1) moet na elk wasprogram-
ma gecontroleerd worden.
1. Open de deur, neem het onderrek uit
de machine.
2. Verwijder het grof filter en reinig het in-
dien nodig grondig onder de kraan.
3. Plaats het grof filter terug.
Fijne filter
Het fijne filter (2) moet van tijd tot tijd wor-
den gecontroleerd en gereinigd.
1. Open de deur, neem het onderrek uit
de machine.
2. Pak het fijne filter beet bij de greep en
verwijder het door naar rechts te draai-
en.
3. Reinig het fijne filter grondig met een
borstel onder de kraan.
4. Plaats het fijne filter terug in de bodem
van het afwascompartiment.
5. Controleer of het precies past door het
naar links te draaien totdat u voelt dat
het op zijn plaats klikt (pijl).
De sproeiarmen reinigen
Controleer regelmatig de mondstukken in
de sproeiarmen op verstoppingen.
Reinig indien nodig de mondstukken met
een stukje fijn draad of een fijne naald en
een sterke waterstraal.
Let op! Let op dat u de
mondstukopeningen niet beschadigd.
Wees voorzichtig bij het reinigen van de
sproeiarmen.
Bovenste sproeiarm
1. Maak de bevestigingsschroef los (A)
door deze naar links te draaien.
2. Trek de sproeiarm uit de schacht.
3. Reinig de mondstukken in de sproei-
arm en de bevestigingsschroef.
18
4. Maak de sproeiarm vast met de beves-
tigingsschroef (A) door hem rechtsom
te draaien.
Sproeiarm bovenrek
1. Verwijder de sproeiarm bovenrek door
hem opzij te draaien.
2. Reinig de mondstukken van de sproei-
arm.
3. Om de sproeiarm terug te plaatsen,
drukt u hem naar boven totdat hij op
zijn plaats klikt.
Onderste sproeiarm
1. Maak de bevestigingsschroef los (A)
door deze naar links te draaien.
2. Trek de sproeiarm uit de schacht.
3. Reinig de mondstukken van de sproei-
arm en de bevestigingsschroef.
4. Maak de sproeiarm vast met de beves-
tigingsschroef (B) door hem rechtsom
te draaien.
Buitenkant
Reinig de buitenoppervlakken van de ma-
chine en het bedieningspaneel met een
vochtige zachte doek. Gebruik - indien no-
dig - alleen neutrale reinigingsmiddelen. Ge-
bruik nooit schurende producten, schuur-
sponsjes of oplosmiddelen (aceton, tri-
chlooretheen, enz.).
Gepolijste verchroomde stalen en
aluminiumoppervlakken.
Verwijder licht vuil met een schone, vochti-
ge, zachte doek.
Doekjes van microvezels zijn zeer geschikt.
Middelen die krassen maken of schuren zijn
niet geschikt.
Gebruik indien nodig een in de handel ver-
krijgbaar reinigingsmiddel voor chroomop-
pervlakken. Volg de aanwijzingen op de
verpakking als u deze middelen gebruikt.
Let op! Zorg er bij de reiniging voor dat
u niet tegen de richting van de
roestvrijstalen finish (de fijne horizontale
lijnen) strijkt.
Maak geen cirkelbewegingen.
De binnenkant van de machine reinigen
Zorg ervoor dat de afdichtingsrubbers
rondom de deur en het afwasmiddelbakje
en glansmiddeldoseerbakje regelmatig met
een vochtige doek worden gereinigd.
Wij adviseren eenmaal per 3 maanden een
afwasprogramma voor ernstig vervuild ser-
viesgoed te draaien met afwasmiddel, maar
zonder serviesgoed.
Als de afwasmachine langere tijd niet
wordt gebruikt
Als u de afwasmachine gedurende langere
tijd niet gebruikt, adviseren wij u:
1. de stekker uit het stopcontact te trek-
ken en de kraan dicht te draaien.
2. de deur op een kier te zetten om de
vorming van onaangename geurtjes te
voorkomen.
3. het inwendige van de machine leeg en
schoon te houden.
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Zet de machine niet op een plaats waar de
temperatuur lager is dan 0 °C. Als het toch
niet anders kan, maak de machine leeg,
sluit de deur, ontkoppel de watertoevoerlei-
ding en laat deze leeglopen.
De machine verplaatsen
Als u de machine moet verplaatsen (bij ver-
huizing, enz.):
1. trek de stekker uit het stopcontact.
2. draai de waterkraan dicht.
3. verwijder de watertoevoer- en -afvoers-
lang.
4. trek de machine samen met de slangen
naar voren.
Vermijd kantelen van de machine tijdens het
vervoer.
19
Problemen oplossen
De afwasmachine start niet of stopt als hij
bezig is.
Bepaalde problemen zijn het gevolg van
een gebrek aan eenvoudig onderhoud of
onoplettendheid en kunnen zonder de in-
schakeling van een monteur worden opge-
lost met behulp van de in de tabel hieronder
beschreven aanwijzingen.
Zet de afwasmachine uit en open de deur.
Voer de volgende voorgestelde corrigeren-
de handelingen uit.
Storingscodes en storing Mogelijke oorzaak en oplossing
• Voortdurend knipperen van het controlelampje
programma bezig
• onderbroken geluidssignaal
•
verschijnt in het display
De afwasmachine wordt niet gevuld met
water
• De waterkraan is verstopt of aangezet met
kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
• De waterkraan is dicht.
Draai de waterkraan open.
• Het filter (indien aanwezig) in de schroeffitting
van de slang bij de waterinlaatklep is verstopt.
Maak het filter schoon.
• De watertoevoerslang is niet juist geplaatst of
is gebogen of geknikt.
Controleer de aansluiting van de wateraan-
voerslang.
• Voortdurend knipperen van het controlelampje
programma bezig
• onderbroken geluidssignaal
•
verschijnt in het display
Het afwaswater wordt niet afgevoerd
• De gootsteenafvoer is geblokkeerd.
Ontstop de gootsteenafvoer.
• De waterafvoerslang is niet juist geplaatst of is
gebogen of geknikt.
Controleer de aansluiting van de wateraf-
voerslang.
• Voortdurend knipperen van het controlelampje
programma bezig
• onderbroken geluidssignaal
•
verschijnt in het display
Anti-overstromingsinrichting is geactiveerd
• Draai de waterkraan dicht en neem contact
op met onze service-afdeling.
Storing Mogelijke oorzaak en oplossing
Het programma begint niet • De deur van de afwasmachine is niet goed
gesloten.
Sluit de deur.
• De stekker zit niet in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcontact
• De zekering in de meterkast is doorgebrand.
Vervang de zekering.
• Uitgestelde start is ingesteld.
Annuleer de uitgestelde start als het servies-
goed direct moet worden afgewassen.
Als u deze controles hebt uitgevoerd, dient
u het apparaat in te schakelen en de deur
te sluiten.
Het programma gaat verder op het punt
waar het was onderbroken.
Als de storing of storingscode zich opnieuw
voordoet, dient u contact op te nemen met
onze service-afdeling.
Voor andere, niet in de bovenstaande tabel
beschreven storingscodes dient u ook con-
tact op te nemen met onze service-afdeling.
Houd als u contact opneemt met onze ser-
vice-afdeling de volgende gegevens bij de
hand: model (Mod.), productnummer (PNC)
en serienummer (S.N.).
Deze informatie is te vinden op het typepla-
tje aan de zijkant van de deur van de af-
wasmachine.
Wij adviseren u deze nummers hier te note-
ren zodat u ze altijd bij de hand hebt:
Mo-
del. : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
20
Productnum-
mer : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.
Serienum-
mer. : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.
Het afwasresultaat is niet bevredigend
De borden zijn niet
schoon
• Het verkeerde afwasprogramma is geselecteerd.
• Het serviesgoed is zo geplaatst dat het water niet alle delen van een op-
pervlak kan bereiken. De rekken moeten niet te vol worden geladen.
• De sproeiarmen kunnen niet vrij draaien als gevolg van een onjuiste plaat-
sing van het serviesgoed.
• De filters in de bodem van het afwascompartiment zijn vuil of onjuist ge-
plaatst.
• Er is te weinig of geen afwasmiddel gebruikt.
• Als er kalkresten op het serviesgoed achterblijven; het zoutreservoir is
leeg of de waterontharder is op het onjuiste niveau ingesteld.
• De afvoerslang is niet correct aangesloten.
• Het deksel van het zoutreservoir is niet goed gesloten.
Het serviesgoed is
nat en dof
• Er is geen glansmiddel gebruikt.
• Het glansmiddeldoseerbakje is leeg.
De glazen en bor-
den vertonen stre-
pen, melkachtige
vlekken of een
blauwzweem
• Verlaag de dosering van het glansmiddel.
Opgedroogde wa-
terdruppels op gla-
zen en borden
• Verhoog de dosering van het glansmiddel.
• Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn. Neem contact op met de consu-
mentenlijn van de afwasmiddellenfabrikant.
Als het probleem na al deze controles aan-
houdt, neem dan contact op met onze ser-
vice-afdeling.
Technische gegevens
Afmetingen Breedte
Hoogte
Diepte
54,6 cm
75,9 cm
55,6 cm
Aansluitspanning - Voltage -
Totale vermogen - Zekering
Informatie over de elektrische aansluiting is te vinden op het type-
plaatje op de binnenrand van de deur van de afwasmachine.
Leidingwaterdruk Minimaal
Maximaal
0,05 MPa (0,5 bar)
0,8 MPa (8 bar)
Capaciteit 11 standaardcouverts
Montage
Waarschuwing! Alle
elektrotechnische en/of
loodgieterswerkzaamheden die
nodig zijn voor de installatie van
het apparaat dienen te worden
uitgevoerd door een erkend
installateur.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen alvo-
rens de machine te plaatsen.
Plaats de machine indien mogelijk naast
een waterkraan en een afvoer.
Deze afwasmachine is ontworpen voor in-
stallatie onder een keukenblad of werkop-
pervlak.
Er zijn geen verdere openingen voor de ont-
luchting van de afwasmachine vereist, maar
alleen om de watertoevoer- en afvoerslang
en het aansluitsnoer door te laten.
21
Tijdens alle werkzaamheden waarbij interne
onderdelen toegankelijk zijn, dient de stek-
ker uit het stopcontact te worden getrok-
ken.
Zorg er bij het op zijn plaats schuiven van
de machine voor dat de watertoevoerslang,
de afvoerslang en het aansluitsnoer niet zijn
geknikt of worden platgedrukt.
De scharnierdeur installeren en
afstellen
Een normale keukenkastjedeur met de vol-
gende afmetingen kan worden gebruikt als
de scharnierdeur:
• Max breedte 596 mm
• Max hoogte 720 mm
• Max diepte 20 mm
• Gewicht (inclusief handvat) 3 kg tot max.
8 kg
Waarschuwing! Zorg ervoor dat de
maximale deurhoogte niet
overschreden wordt. De deur kan
anders niet goed sluiten.
De scharnierdeur krijgt een handvat.
De scharnieren en bijbehorende schroeven
die voor de installtie nodig zijn, zijn stan-
daardonderdelen (bijgeleverd).
De plint is nog zichtbaar nadat de
scharnierdeur is geïnstalleerd. De plint
kan weggewerkt worden achter een
bijpassend paneel, of kan weggewerkt
worden door het paneel van de keu-
keneenheid te verlengen dat zich onder
het apparaat bevindt.
De scharnierdeur afstellen
1. Plaats de twee zijbalken A zoals ge-
toond in de afbeelding hiernaast.
Lijn de balken aan de bovenkant uit,
zodat de bovenste opening over de
voorgemonteerde uitlijningsschijf ligt.
Maak bij een breedte van 568 mm
eerst de bijgeleverde, extra uitlijnings-
schijven vast B aan de al voorgemon-
teerde uitlijningsschijven.
2. Schroef de balken alleen aan de boven-
kant vast.
3. Plaats het apparaat voor het keuken-
meubel waarin hij geïnstalleerd moet
worden.
Leg kabels en slangen in het kastje er-
naast.
Als u het apparaat in het kastje plaatst,
zorg dan dat de kabels en slangen mee
getrokken worden en niet bekneld ra-
ken.
4. Lijn het apparaat zijwaarts in de plint uit
met de hoek AN.
22
Draai de schroef V licht aan.
5. Voor het installeren van de scharnieron-
dersteuning, schroeft u de bodemeen-
heid van het scharnier in de gaten die
voorzien zijn in de scharnierondersteu-
ning.
6. Plaats de scharnierondersteuningen op
gelijkmatige afstand op de onderkant
van de uitsparing. Lijn uit met de voor-
kant van de onderkant van de uitspa-
ring. Maak vast met de 6 bijgeleverde
houtschroeven.
7. Gebruik het meegeleverde boorsjab-
loon. Merk met het bijgeleverde boor-
sjabloon twee gaten en boor ze a (ø 35
mm, 11 mm diep) voor de twee schar-
nieren aan de onderkant van de schar-
nierdeur. Om dit te doen moet het
boorsjabloon uitgelijnd worden met de
onderste rand van de scharnierdeur.
8. Merk met het bijgeleverde boorsjabloon
8 gaten en boor ze b voor de twee ge-
leiders (ø 2 mm, 12 mm diep) aan de
bovenkant van de scharnierdeur. Om
dit te doen moet het boorsjabloon uit-
gelijnd worden met de bovenste rand
van de scharnierdeur.
9. Schroef de scharnieren met behulp van
4 houtschroeven met verzonken kop
vast. Schroef de geleiders aan de
scharnierdeur vast met behulp van 8
Spax schroeven (4 x 20 pozidrive).
23
10. Klik de scharnieren in de vloereenhe-
den van de scharnieren. Houd de
scharnierdeur zorgvuldig vast, zodat de
scharnieren niet buigen.
11. Stel de scharnieren af met behulp van
de schroef A, B en C zodat hij past bij
het keukenkastje (openingsbreedte,
etc.).
12. Plaats de geleiders in de rails.
13. Maak de geleiders met schroeven links
en rechts vast aan de deur van het ap-
paraat.
14. De diepte van het apparaat afstellen.
Open de deur van het apparaat voor-
zichtig en zorg ervoor de gevonden po-
sitie niet te veranderen. Maak het appa-
raat aan de bovenkant met een hout-
schroef zijdelings vast.
15. Draai schroef V om het apparaat zijde-
lings te bevestigen. Om dit te doen zijn
er twee rechthoekige gaten links en
rechts in de scharnierondersteuning,
zodat u er met een schroevendraaier bij
kunt.
24
Aansluiting aan de waterleiding
Watertoevoerverbinding
Deze afwasmachine mag worden gevuld
met warm (max. 60°) of koud water. Niette-
min adviseren wij gebruik te maken van
koud water.
Het gebruik van warm water is niet altijd ef-
ficiënt bij sterk vervuild serviesgoed omdat
het afwasprogramma in dat geval sterk
wordt verkort.
Voor het tot stand brengen van de aanslui-
ting zelf is de wartelmoer die aan de water-
slang van de machine is bevestigd, ge-
schikt voor montage op een leidinguiteinde
van 3/4" gasdraad of op een speciale kraan
met snelkoppeling zoals de Press-block.
De waterdruk moet zich binnen de grenzen
bevinden zoals vermeld in de "Technische
specificaties". Uw waterleidingbedrijf kan u
informeren over de gemiddelde leidingwa-
terdruk in uw omgeving.
De watertoevoerslang mag tijdens het aan-
sluiten niet zijn geknikt, worden platgedrukt
of in de knoop zitten.
De afwasmachine is voorzien van een vul-
en afvoerslang die afhankelijk van de instal-
latie door middel van de sluitmoer naar links
of naar rechts kunnen worden gedraaid. De
sluitmoer moet goed worden bevestigd
om waterlekkage te voorkomen.
Let op! NIET alle modellen afwasmachi-
nes hebben vul- en afvoerslangen die
zijn uitgerust met een sluitmoer. In dat
geval is de genoemde voorziening niet
mogelijk.
Als de machine wordt aangesloten op nieu-
we leidingen of op leidingen die lang niet
zijn gebruikt, dient u het water enkele minu-
ten te laten doorlopen alvorens de toe-
voerslang aan te sluiten.
Gebruik GEEN aansluitslangen die eer-
der voor een oude machine zijn ge-
bruikt.
Dit apparaat is uitgerust met veilig-
heidsvoorzieningen die voorkomen dat
het in de machine gebruikte water te-
rugkeert in het drinkwatersysteem. Dit
apparaat voldoet aan de van toepas-
sing zijnde regelgeving voor loodgie-
terswerk.
De installatie van een IRG-filter op het
waterhuishoudsysteem wordt aanbe-
volen.
Watertoevoerslang met veiligheidsklep
Na aansluiting van de dubbelwandige wa-
tertoevoerslang bevindt de veiligheidsklep
zich bij de kraan. Daarom bevindt de water-
toevoerslang zich alleen onder druk als het
water loopt. Als de watertoevoerslang dan
begint te lekken, sluit de veiligheidsklep het
stromende water af.
Pas op als u de watertoevoerslang instal-
leert:
• de elektriciteitskabel voor de veiligheids-
klep bevindt zich in de dubbelwandige
watertoevoerslang. Dompel de watertoe-
voerslang of de veiligheidsklep niet in wa-
ter.
• Als de watertoevoerslang of de veilig-
heidsklep beschadigd raken, trek dan di-
rect de stekker uit het stopcontact.
• Een watertoevoerslang met veiligheids-
klep mag alleen worden vervangen door
de service-afdeling.
Waarschuwing! Gevaarlijke spanning
Waterafvoerverbinding
De afvoerslang kan vanaf de afwasmachine
naar links of naar rechts lopen.
Zorg ervoor dat de afvoerslang niet is gebo-
gen of platgedrukt. Dit kan ervoor zorgen
dat de waterafvoer wordt tegengehouden
of vertraagd.
De stop mag niet in de afvoer zitten als de
machine water aan het afvoeren is, aange-
zien het water dan weer in de machine te-
rug kan lopen.
25
Het hoogste punt van de afvoerslang mag
niet hoger zijn dan 500 mm vanaf de bo-
dem van het apparaat.
Bij het aansluiten van de afvoerslang op een
sifon onder de gootsteen moet het gehele
plastic membraan (A) verwijderd wor-
den. Indien niet het gehele membraan
wordt verwijderd zullen zich op den duur
voedseldeeltjes verzamelen die de afvoers-
lang van de afwasmachine kunnen verstop-
pen
Let op! Onze apparaten worden
geleverd met een veiligheidsvoorziening
die ervoor zorgt dat vuil water niet
terug kan lopen in de machine. Als uw
gootsteenafvoer is voorzien van een
geïntegreerde terugslagklep kan dit een
goede waterafvoer van uw
afwasmachine in de weg staan. Wij
adviseren u dan ook de terugslagklep
te verwijderen.
Let op! Om te voorkomen dat er
lekkage optreedt na de installatie, moet
u ervoor zorgen dat de
waterkoppelingen stevig vast zitten.
Aansluiting aan het elektriciteitsnet
Waarschuwing! Het apparaat moet
volgens de veiligheidsvoorschriften
worden geaard.
Alvorens het apparaat in gebruik te
nemen dient u zich ervan te verze-
keren dat de nominale spanning en
het spanningstype op het typepla-
tje in overeenstemming zijn met de
netspanning waarop de machine
aangesloten gaat worden. Ook de
waarde van de zekering is te vin-
den op het typeplaatje.
Steek de stekker altijd in een cor-
rect geïnstalleerd schokbestendig
stopcontact.
Gebruik geen meervoudige stek-
kers, verloopstekkers en verleng-
kabels. Hierdoor kan brandgevaar
door oververhitting ontstaan.
Laat indien nodig de wandcontact-
doos van de huisinstallatie ver-
plaatsen. Neem contact op met on-
ze service-afdeling als het aansluit-
snoer moet worden vervangen.
De stekker moet na de installatie
van het apparaat toegankelijk zijn.
Trek de stekker nooit aan het snoer
uit het stopcontact. Trek altijd aan
de stekker zelf.
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden als boven genoem-
de veiligheidsmaatregelen niet in
acht worden genomen.
Milieubescherming
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet
als huishoudafval mag worden behandeld,
maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt gerecycled.
Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijke negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen voordoen in
geval van verkeerde afvalverwerking. Voor
gedetailleerdere informatie over het
recyclen van dit product, kunt u contact
opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn milieuvrien-
delijk en kunnen worden gerecycled. De
kunststofonderdelen zijn gemarkeerd, bijv.
>PE<, >PS <, enz. Gooi het verpakkings-
26
materiaal in de daarvoor bedoelde contai-
ner bij uw plaatselijke afvaldienst.
Waarschuwing! Als u het apparaat
afdankt:
• trek de stekker uit het stopcontact,
• snijd het aansluitsnoer met de stek-
ker af en gooi het weg,
• verwijder het slot van de deur. Zo
voorkomt u dat kinderen zichzelf in-
sluiten en hun leven in gevaar bren-
gen.
27
Nederland
Home Product Service (ATAG)
Postbus 249
6920 AE DUIVEN
tel: 0900 - 5550001
fax: 026 - 8821444
België
ATAG België NV
9420 Erpe-Mere
tel: 053 - 806208
fax: 053 - 806057
Postbus 1033 • 6920 BA Duiven • Nederland
117953931-A-172011

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing Notice d'utilisation Afwasmachine VA5511AT Lave-vaisselle 2 Inhoud Veiligheidsinformatie Beschrijving van het product Bedieningspaneel Het eerste gebruik De waterontharder instellen Gebruik van zout voor de afwasautomaat Gebruik van glansspoelmiddel Dagelijks gebruik De afwasautomaat inruimen Gebruik van vaatwasmiddelen De Multitabfunctie 2 4 4 6 6 7 8 9 10 14 15 Een afwasprogramma selecteren en starten 16 De afwasautomaat inruimen 16 Afwasprogramma's 17 Onderhoud en reiniging 17 Problemen oplossen 20 Technische gegevens 21 Montage 21 Aansluiting aan de waterleiding 25 Aansluiting aan het elektriciteitsnet 26 Milieubescherming 26 Wijzigingen voorbehouden Veiligheidsinformatie In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Correct gebruik • Deze afwasmachine is uitsluitend bedoeld voor het reinigen van huishoudelijke gebruiksvoorwerpen die geschikt zijn voor reiniging in een afwasmachine. • Doe geen oplosmiddelen in de afwasmachine. Dit kan een explosie veroorzaken. • Messen en andere voorwerpen met scherpe punten moeten met de punt naar beneden in de bestekmand worden geplaatst of horizontaal in het bovenrek worden gelegd. • Gebruik alleen producten (afwasmiddel, zout en glansmiddel) die geschikt zijn voor afwasmachines. • Open de deur niet als het apparaat in werking is; er kan hete stoom ontsnappen. • Neem geen serviesgoed uit de afwasmachine voordat het afwasprogramma is afgelopen. • Trek na het gebruik de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht. • Dit product mag alleen worden onderhouden door een daartoe bevoegde servicemonteur en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen. • Onder geen voorwaarde moet u proberen de afwasmachine zelf te repareren. Reparaties die worden uitgevoerd door onervaren personen veroorzaken letsel of storingen. Neem contact op met onze service-afdeling. Sta te allen tijde op het gebruik van originele reserveonderdelen. Algemene veiligheid • Mensen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis mogen dit apparaat niet gebruiken. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. • Afwasmiddelen kunnen chemische brandwonden veroorzaken aan de ogen, de mond en de keel. Deze kunnen levensbedreigend zijn! Houd u aan de vei- 3 ligheidsinstructies van de afwasmiddelfabrikant. • Het water in uw afwasmachine is geen drinkwater. Resten van afwasmiddel kunnen nog in de machine aanwezig zijn. • Zorg ervoor dat de deur van de afwasmachine altijd gesloten is als het apparaat niet wordt in- of uitgeruimd. Zo voorkomt u dat iemand over de open deur struikelt en zich bezeert. • Ga niet op de open deur zitten of staan. De veiligheid van kinderen • Dit apparaat is bestemd voor gebruik door volwassenen. Kinderen moeten in de gaten gehouden worden om te voorkomen dat zij met het apparaat gaan spelen.. • Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking. • Bewaar alle afwasmiddelen op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen. • Houd kinderen uit de buurt van de afwasmachine als de deur open staat. Installatie • Controleer uw afwasmachine op eventuele transportschade. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Neem contact op met uw leverancier als de machine beschadigd is. • Alle verpakkingsmaterialen moeten verwijderd worden voordat u het apparaat in gebruik neemt. • Alle elektrische en loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van dit apparaat moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en competent persoon. • Om veiligheidsredenen is het gevaarlijk wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren. • Gebruik de afwasmachine nooit als het aansluitsnoer of de waterslangen beschadigd zijn; of als het bedieningspaneel, het werkblad of de plint zodanig beschadigd zijn dat het inwendige van de machine vrij toegankelijk is. Raadpleeg onze service-afdeling om gevaarlijke situaties te voorkomen. • In de behuizing van de afwasmachine mogen geen gaten worden geboord ter voorkoming van schade aan hydraulische en elektrische onderdelen. Waarschuwing! Voor de aansluiting van elektriciteit en water dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd. 4 Beschrijving van het product 1 2 3 4 5 Bovenste sproeiarm Bovenrek Sproeiarm bovenrek Filters Onderste sproeiarm 6 7 8 9 Bedieningspaneel 7 Afwasmiddeldoseerbakje Glansmiddeldoseerbakje Typeplaatje Zoutreservoir 5 1 2 3 4 5 6 7 Aan-/uit-toets Digitaal display Uitgestelde start-toets Programmakeuzetoetsen Multitab toets (MULTITABLET) Controlelampjes Functietoetsen Controlelampjes Zout Gaat branden als het speciale zout op is. Glansmiddel Gaat branden als het glansmiddel op is. Digitaal display Het display geeft aan: • op welke stand de waterontharder is ingesteld, • de geschatte resterende tijd van het lopende programma, • inschakelen/uitschakelen van de glansmiddeldosering (ALLEEN wanneer de "Multitab-functie" actief is), • het einde van een afwasprogramma (op het display verschijnt een nul), • het aftellen van de uitgestelde start, • de foutcodes betreffende een storing van het apparaat, • als de geluidssignalen in-/uitgeschakeld zijn. Functietoetsen (A, B en C) De volgende functies kunnen met behulp van deze toetsen worden geprogrammeerd: • het instellen van het niveau van de waterontharder, • een afwasprogramma of een lopende uitgestelde start annuleren, • de glansmiddeldosering in- of uitschakelen wanneer de Multi-tab-functie actief is, • geluidssignalen inschakelen/uitschakelen. Instelling Druk op de aan-/uit-toets; als ALLE controlelampjes van de programmatoetsen branden, staat het apparaat in de instelmodus. Vergeet nooit dat bij het uitvoeren van handelingen zoals: – het selecteren van een afwasprogramma, – het instellen van het niveau van de waterontharder, – het in-/uitschakelen van de glansmiddeldosering, – het in- of uitschakelen van de geluidssignalen, het apparaat in de instelmodus MOET staan. Druk op de aan-/uit-toets; als een lampje van de programmatoetsen brandt, is het laatst uitgevoerde of geselecteerde programma nog steeds ingesteld Om in dit geval terug te keren naar de instelmodus moet het programma worden geannuleerd. Een ingesteld programma of een lopend programma annuleren Houd tegelijkertijd de beide functietoetsen B en C ingedrukt, totdat alle lampjes van de programmatoetsen branden. Het programma is geannuleerd en de machine bevindt zich nu in de instelmodus. Geluidssignalen De geluidssignalen zijn bedoeld om aan te geven welke handelingen de afwasmachine aan het uitvoeren is: – het instellen van de waterontharder, – einde van het afwasprogramma, – melden van een alarm als gevolg van storing van de machine. Fabrieksinstelling: geluidssignalen ingeschakeld De geluidssignalen kunnen worden uitgeschakeld. 6 In- en uitschakelen van de geluidssignalen 1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan. 2. Houd tegelijkertijd de functietoetsen B en C ingedrukt, tot de lampjes van de functietoetsen A, B en C beginnen te knipperen. 3. Druk op functietoets A, de lampjes van de functietoetsen B en C gaan uit, terwijl het lampje van functietoets A blijft knipperen. In het display ziet u het huidige niveau. Geluidssignalen uitgeschakeld Geluidssignalen ingeschakeld 4. Om de instelling te wijzigen, nogmaals op functietoets C drukken; het display geeft de nieuwe instelling aan. 5. Om de handeling in het geheugen op te slaan, de afwasmachine uitschakelen. Het eerste gebruik Voordat u uw afwasmachine in gebruik neemt: • Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de installatie-instructies • Verwijder alle verpakkingsmaterialen uit het inwendige van de machine • De waterontharder instellen • Giet 1 liter water in het zoutreservoir en vul het reservoir vervolgens met regenereerzout • Vul het glansmiddeldoseerbakje Als u gebruik wilt maken van gecombineerde afwasmiddelblokjes zoals: ''3 in 1'', ''4 in 1'', ''5 in 1'' enz... dient u de Multitab-functie in te stellen. (Zie ''Multitab-functie''). De waterontharder instellen De afwasmachine is uitgerust met een waterontharder die is ontworpen om mineralen en zouten uit het leidingwater te verwijderen die een schadelijk of negatief effect zouden hebben op de werking van het apparaat. Hoe hoger het gehalte van deze mineralen en zouten is, des te harder is het water. De hardheid van water wordt gemeten in equivalente eenheden, Duitse hardheid (°dH), Franse hardheid (°TH) en mmol/l (millimol Waterhardheid per liter - internationale eenheid voor de hardheid van water). De ontharder moet worden ingesteld in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving. Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de hardheid van het water in uw woonplaats. Aanpassen van de waterhardheidsinstelling Gebruik van zout 51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 niveau 10 ja 43 - 50 76 - 90 7,6 - 9,0 niveau 9 ja 37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 niveau 8 ja 29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 niveau 7 ja 23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 niveau 6 ja 19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 niveau 5 ja 15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 niveau 4 ja 11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 niveau 3 ja 4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 niveau 2 ja 4 7 0,7 niveau 1 nee 7 Elektronisch instellen De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5. 1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan. 2. Houd tegelijkertijd de functietoetsen B en C ingedrukt, tot de lampjes van de functietoetsen A, B en C beginnen te knipperen. 3. Druk op functietoets A, de lampjes van de functietoetsen B en C gaan uit, terwijl het lampje van functietoets A blijft knipperen. Op het digitale display verschijnt het huidige niveau en er klinkt een reeks geluidssignalen. Voorbeelden: display, 5 onderbroken geluidssigdisplay, 5 onderbronalen, pauze, ken geluidssignalen, pauze, enz... = niveau 5 display, 10 onderbroken geluidssignalen, pauze, display, 10 onderbroken geluidssignalen, pauze, enz... = niveau 10 4. Druk op functietoets A om het niveau te wijzigen. Elke keer dat deze toets wordt ingedrukt, wordt het niveau gewijzigd. Zie de tabel voor de selectie van het nieuwe niveau).. Voorbeelden: als het huidige niveau 5 is, wordt door functietoets A één keer in te drukken, niveau 6 geselecteerd. als het huidige niveau 10 is, wordt door toets A één keer in te drukken, niveau 1 geselecteerd. 5. Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de aan-/uit-toets te drukken. Gebruik van zout voor de afwasautomaat Waarschuwing! Gebruik alleen zout dat specifiek is bestemd voor gebruik in afwasmachines. Alle andere soorten zout die niet specifiek zijn ontwikkeld voor gebruik in een afwasmachine, in het bijzonder tafelzout, zullen schade toebrengen aan de waterontharder. Vul alleen zout bij vlak voordat u een van de volledige afwasprogramma's gaat starten. Hiermee wordt voorkomen dat gemorste zoutkorrels of zout water enige tijd op de bodem van de machine achterblijven, hetgeen corrosie kan veroorzaken. Vullen: 1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine en schroef het deksel van het zoutreservoir los door het tegen de wijzers van de klok in te draaien. 2. Giet 1 liter water in het reservoir (dit is alleen nodig als de machine de eerste keer met zout wordt gevuld). 3. Giet zout in het reservoir tot dit helemaal gevuld is. 4. Plaats het deksel terug en zorg er voor dat er geen zoutresten achterblijven op de schroefdraad of op de pakking. 5. Draai het deksel goed vast door het met de klok mee te draaien tot de aanslag (u hoort een klik). Maak u geen zorgen als er bij het vullen met zout water uit de vulopening stroomt, dit is heel normaal. 8 Het zoutcontrolelampje op het bedieningspaneel kan 2-6 uur blijven branden nadat het zout is bijgevuld, ervan uitgaande dat de afwasmachine ingeschakeld blijft. Als u gebruik maakt van zout dat minder snel oplost, kan dit nog langer duren. De werking van de machine wordt hierdoor niet beïnvloed. Gebruik van glansspoelmiddel Waarschuwing! Gebruik alleen merkglansmiddelen voor afwasmachines. Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit met andere middelen (bijv. afwasmachinereinigingsmiddel, vloeibaar afwasmiddel). Dit zou het apparaat beschadigen. Glansmiddel zorgt ervoor dat het serviesgoed grondig wordt gespoeld en vrij van vlekken en strepen opdroogt. Glansmiddel wordt tijdens de laatste keer spoelen automatisch gedoseerd. 1. Open het reservoir door op de ontgrendelknop (A) te drukken. Het doseerbakje bevat ongeveer 110 ml glansmiddel, voldoende voor tussen de 16 en 40 afwascycli, afhankelijk van de ingestelde dosering. 3. Zorg ervoor dat het deksel na het vullen goed wordt gesloten. Neem eventueel bij het vullen gemorst glansmiddel op met een absorberende doek om de volgende keer als u een programma draait buitensporige schuimvorming te voorkomen. 2. Giet glansmiddel in het reservoir. Het maximale vulniveau wordt aangegeven door "max". Stel de dosering van het glansmiddel in overeenstemming met de bereikte eind- en droogresultaten in met behulp van de 6standenschakelaar (stand 1 minimumdosering, stand 6 maximumdosering). De dosering wordt in de fabriek ingesteld op stand 4. Verhoog de dosering als er na afloop van het programma waterdruppels of kalkvlekken op het serviesgoed achterblijven. Verlaag de dosering als er kleverige witachtige strepen op het serviesgoed achterblijven of een blauwzweem op glaswerk of op de lemmeten van messen. 9 Dagelijks gebruik • Controleer of het nodig is regenereerzout of glansmiddel bij te vullen. • Plaats bestek en serviesgoed in de afwasmachine. • Afwasmiddel doseren. • Selecteer een programma dat geschikt is voor het bestek en het serviesgoed. • Start het afwasprogramma. Handige aanwijzingen en tips Sponzen, huishoudtextiel en voorwerpen die water kunnen absorberen mogen niet in de afwasmachine worden gereinigd. • Voordat u het serviesgoed in de machine plaatst, dient u: – alle voedselresten en rommel te verwijderen. – Laat aangebakken etensresten in pannen eerst inweken • Let bij het plaatsen van serviesgoed en bestek op de volgende punten: – Borden en bestek mogen de draaibeweging van de sproeiarmen niet belemmeren. – Plaats holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen, enz. met de opening naar beneden zodat ze niet vol water lopen. – Borden en bestek mogen niet in elkaar liggen of elkaar bedekken. – Zorg er ter voorkoming van schade aan glaswerk voor dat glazen elkaar niet raken. – Leg kleine voorwerpen in de bestekmand. • Voorwerpen van kunststof en pannen met teflon hebben de neiging waterdruppels vast te houden; deze voorwerpen drogen niet zo goed als voorwerpen van porselein en staal. • Lichte voorwerpen (kunststofbakjes enz.) moeten in het bovenrek worden geplaatst en zo worden neergezet dat ze niet kunnen bewegen. 10 Het volgende serviesgoed en bestek is voor reiniging in de afwasmachine niet geschikt: in beperkte mate geschikt: • bestek met houten, hoornen, porseleinen of parelmoeren handgrepen. • voorwerpen van kunststof die niet hittebestendig zijn. • ouder bestek met gelijmde onderdelen die niet hittebestendig zijn. • gelijmd bestek of gelijmde borden. • tinnen of koperen voorwerpen. • glaswerk van loodkristal. • gemakkelijk roestende stalen voorwerpen. • houten schotels. • voorwerpen gemaakt van synthetische vezels. • Reinig aardewerk alleen in de afwasmachine als het door de fabrikant specifiek wordt gekenmerkt als afwasmachinebestendig. • Geglazuurde dessins kunnen vervagen als ze vaak in de afwasmachine gewassen worden. • Zilveren en aluminium hebben de neiging om tijdens het reinigen te verkleuren: Etensresten, bijv. eiwit, eierdooier en mosterd, veroorzaken op zilver vaak verkleuring en vlekken. Verwijder etensresten dan ook onmiddellijk van zilver, als dit niet meteen na gebruik wordt afgewassen. De afwasautomaat inruimen Het onderrek Het onderrek is geschikt voor steelpannen, deksels, borden, slakommen, bestek, enz. Een opdienbord kan vóór de bestekmand geplaatst worden. 1. Til de 2 linker bordenrekken aan de achterkant iets op. 2. Trek ze voorzichtig uit ge geleiders. 3. Duw ze naar binnen zodat ze kruislings over elkaar heen komen te liggen. U kunt de rijen met punten in het onderrek laten zakken om ruimte te maken voor potten, pannen en schalen. 1. Til de 2 rechter bordenrekken aan de achterkant iets op. 2. Trek ze voorzichtig uit de geleiders. 3. Duw ze naar binnen zodat ze kruislings over elkaar heen komen te liggen. U kunt de breedte van de linkerrij punten aanpassen. 1. Trek het rechterrek met punten aan de achterkant omhoog. 2. Trek het naar boven totdat het loslaat. 11 3. Trek het via de achterkant uit de rail. 4. Plaats het rek in de andere rail. 5. Duw het naar beneden totdat het op zijn plaats klikt. De bestekmand Rechtop geplaatste lange messen zijn een potentieel gevaar. Lang en/of scherp snijgereedschap zoals bijvoorbeeld vleesmessen moeten horizontaal in het bovenrek worden gelegd. Pas op bij het plaatsen of uitnemen van scherpe voorwerpen zoals messen. Plaats vorken en lepels in de uitneembare bestekmand met de handgrepen naar beneden en messen met de handgrepen naar boven gericht. Als de handgrepen onder de bestekmand uitsteken en de onderste sproeiarm in zijn beweging belemmeren, dient het bestek met de handgrepen omhoog te worden geplaatst. Meng lepels met ander bestek om te voorkomen dat zij aan elkaar kleven. Om het vullen van de bestekmand te vergemakkelijken, het handvat van de bestekmand omlaag duwen. Voor de beste resultaten adviseren wij u gebruik te maken van het bestekrooster. Als de omvang en de afmetingen van het bestek gebruik van de roosters in de weg staan, kunnen deze gemakkelijk worden weggeklapt. De bestekmand bestaat uit twee delen die kunnen worden gescheiden voor meer flexibiliteit bij het laden van het serviesgoed. Schuif om de twee delen te scheiden, beide delen horizontaal in tegengestelde richting en trek ze uit elkaar. 12 Ga voor het koppelen van beide delen in omgekeerde volgorde te werk. Bovenrek Het bovenrek is geschikt voor schotels, kommen, kopjes, glazen, potten en deksels. Afstelbare kopjesrekken Plaats voorwerpen zo op en onder de kopjesrekken dat het water alle oppervlakken kan bereiken. De kopjesrekken kunnen worden opgeklapt zodat er plaats is voor hoge serviesdelen. De kopjesrekken kunnen vastgezet worden in een tussenpositie. Leg of hang wijn- en cognacglazen in de gleuven in de kopjesrekken. Glazenhouder • Voor glazen met een lange voet en voor longdrinkglazen kunt u de glazenhouder opklappen. (Afbeelding 1). • Laat de glazenhouder aan de achterkant naar rechts zakken om hem uit te ruimen of wanneer u hem niet nodig heeft. (Afbeelding 2). De glazen kunnen ook boven de rij met punten worden geplaatst. Controleer alvorens de deur te sluiten dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien. 13 De hoogte van het bovenrek aanpassen Als er zeer grote borden moeten worden afgewassen, kunt u deze in het onderrek plaatsen nadat u het bovenrek in zijn hoogste positie hebt geplaatst. Ga als volgt te werk om het bovenrek in zijn hoogste stand te zetten: 1. Trek het rek tot de aanslag naar buiten. 2. Trek het bovenrek zo ver mogelijk naar boven en laat het dan verticaal naar beneden zakken. Het bovenrek klikt in de onderste of bovenste positie vast. Maximale afmeting van borden met bovenrek in laagste stand. 20 30 25 Plaatsing van zeer grote borden in het onderste rek. Waarschuwing! Een geopende deur kan gevaarlijk zijn. Sluit na het vullen van de machine altijd de deur. Maximale afmeting van borden met bovenrek in de hoogste stand. 18 32 25 14 Gebruik van vaatwasmiddelen Gebruik uitsluitend afwasmiddelen die specifiek zijn bedoeld voor gebruik in afwasmachines. Neem de aanbevelingen van de fabrikant voor dosering en bewaren op de verpakking van het afwasmiddel in acht. Het gebruik van niet meer dan de juiste hoeveelheid afwasmiddel draagt bij aan minder milieuverontreiniging. 3. Alle programma's met voorwas hebben een extra dosering afwasmiddel nodig (5/10 g) dat in het afwasmiddelbakje voor de voorwas (2) moet worden gedaan. Deze dosering wordt gebruikt tijdens de voorwasfase. Bij gebruik van afwasmiddeltabletten; plaats het tablet in vak (1) Afwasmiddel doseren 1. Open het deksel. 4. Sluit het deksel en druk totdat het op zijn plaats klikt. 2. Vul het afwasmiddelbakje (1) met afwasmiddel. De markering geeft de doseerniveaus aan: 20 = ca. 20 g afwasmiddel 30 = ongeveer 30 g afwasmiddel. 1 2 Afwasmiddeltabletten van verschillende fabrikanten lossen niet allemaal even snel op. Daarom bereiken bepaalde afwasmiddeltabletten tijdens korte programma's niet hun volledige reinigingswerking. Kies daarom bij het gebruik van afwasmiddeltabletten lange programma's, om ervoor te zorgen dat tabletresten volledig worden verwijderd. 15 De Multitabfunctie Dit apparaat is uitgerust met de "Multitabfunctie", hiermee is het gebruik mogelijk van "Multitab" combitabletten. Dit zijn producten met een gecombineerde reinigings-, glans- en zoutfunctie. Ook kunnen zij verschillende andere middelen bevatten afhankelijk van de soort tabletten die u kiest ("3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" etc...). Controleer of deze producten geschikt zijn voor uw waterhardheid. Zie de instructies van de fabrikant. Als deze functie is geselecteerd blijft hij ook actief gedurende de volgende afwasprogramma's. Met de selectie van deze functie wordt de toevoer van glansmiddel en zout vanuit de desbetreffende reservoirs automatisch stopgezet en ook de controlelampjes voor zout en glansmiddel worden gedeactiveerd. Bij gebruik van de "Multitab functie" kan de duur van de cyclus veranderen. Als dit het geval is wordt de looptijd van het programma automatisch bijgewerkt op het digitale display. Schakel de ''Multitab-functie'' voor het begin van een afwasprogramma in of uit. Als het programma loopt kan de "Multitab-functie" NIET meer worden gewijzigd. Als u de "Multitab-functie" wilt uitschakelen, moet u eerst het ingestelde programma annuleren en vervolgens de "Multitab-functie". In dat geval moet u opnieuw een programma (inclusief gewenste opties) instellen. In- of uitschakelen van de Multitabfunctie Om de "Multitab functie" te activeren drukt u opnieuw op de "Multitab functie" toets. Het bijbehorende controlelampje brandt. Om de functie te deactiveren drukt u opnieuw op dezelfde toets. Het bijbehorende controlelampje gaat uit. Als u niet tevreden bent over het droogresultaat adviseren wij u: 1. het glansmiddeldoseerbakje te vullen met glansmiddel. 2. de glansmiddeldosering te activeren. 3. de dosering van het glansmiddel in te stellen op stand 2. • De glansmiddeldosering kan alleen worden geactiveerd/gedeactiveerd als de Multitab-functie is ingeschakeld. Activering/deactivering van de glansmiddeldosering 1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan. 2. Houd tegelijkertijd de functietoetsen B en C ingedrukt, tot de lampjes van de functietoetsen A, B en C beginnen te knipperen. 3. Druk op functietoets B, de lampjes van de functietoetsen A en C gaan uit, terwijl het lampje van functietoets B blijft knipperen. Het display geeft de huidige instelling aan. Glansmiddeldosering gedeactiveerd Glansmiddeldosering geactiveerd 4. Druk nogmaals op toets B om de instelling te wijzigen, het digitale display geeft de nieuwe instelling aan. 5. Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de aan-/uit-toets te drukken. Als u besluit weer over te gaan op het gebruik van de standaardafwasmiddelen adviseren wij u: 1. De Multitab-functie uitschakelen. 2. het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje opnieuw te vullen. 3. Stel de waterhardheid in op de hoogste stand en laat 1 normaal afwasprogramma, zonder serviesgoed, draaien. 4. de waterhardheid in te stellen in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving. 5. De glansmiddeldosering in te stellen. 16 Een afwasprogramma selecteren en starten Selecteer het afwasprogramma en de uitgestelde start met de deur enigszins geopend. De start van het programma of het aftellen voor de uitgestelde start begint pas nadat de deur is gesloten. Tot dat moment kunnen de instellingen nog worden gewijzigd 1. Controleer of de rekken juist zijn geladen en of de sproeiarmen vrij kunnen draaien. 2. Controleer of de waterkraan is geopend. 3. Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan. 4. Druk op de toets die correspondeert met het gewenste programma (zie tabel "afwasprogramma's"). Sluit de deur van de afwasmachine, het programma start automatisch. Het programma instellen en starten met "uitgestelde start" 1. Druk, na het kiezen van het programma, de toets uitgestelde start in, tot op het digitale display knipperend het gewenste aantal uren voor het startuitstel verschijnt. De start van het gekozen afwasprogramma kan 1 - 19 uur uitgesteld worden. 2. Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch. 3. Het aftellen vindt plaats in stappen van 1 uur. 4. Het openen van de deur onderbreekt het aftelproces. Sluit de deur; het aftellen gaat verder vanaf het punt waar het werd onderbroken. 5. Als de uitgestelde start is verstreken, start het programma automatisch. Waarschuwing! Onderbreek of annuleer een lopend afwasprogramma ALLEEN als het absoluut noodzakelijk is. Let op! Als de deur wordt geopend kan hete stoom vrijkomen. Open de deur voorzichtig. Een lopend afwasprogramma onderbreken • Open de deur van de afwasmachine; het programma stopt. Sluit de deur; het programma gaat verder waar het was onderbroken. Een afwasprogramma of een lopende uitgestelde start annuleren • Houdt tegelijkertijd de beide functietoetsen B en C ingedrukt, totdat alle lampjes van de programmatoetsen branden. • Bij het annuleren van een uitgestelde start wordt ook het ingestelde afwasprogramma geannuleerd. In dit geval moet u het afwasprogramma opnieuw instellen. • Als er een nieuw afwasprogramma moet worden gekozen, controleer dan of er afwasmiddel in het doseerbakje zit. Einde van het afwasprogramma • De afwasmachine stopt automatisch en een geluidssignaal laat u weten dat het programma is afgelopen. 1. Open de deur van de afwasmachine. Op het digitale display verschijnt een nul. 2. Schakel de afwasmachine uit. 3. Laat de deur van de afwasmachine een paar minuten op een kier staan voordat u het serviesgoed uit de machine haalt; dit zal dan al enigszins zijn afgekoeld en ook beter zijn gedroogd. De afwasautomaat inruimen • Hete borden zijn gevoelig voor stoten. Het is daarom raadzaam het serviesgoed eerst te laten afkoelen alvorens de machine uit te ruimen. • Ruim eerst het onderrek en dan het bovenrek uit; hiermee voorkomt u dat er water van het bovenrek op het serviesgoed in het onderrek druppelt. • Er kan water op de zijkanten en de deur van de afwasmachine ontstaan omdat roestvrij staal uiteindelijk koeler zal worden dan het serviesgoed. Als het afwasprogramma is afgelopen is het raadzaam de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien. 17 Afwasprogramma's Programma Intensief 70° 1) Eco tot 50° 2) 45° Glas Mate van vervuiling Soort serviesgoed Sterk vervuild Serviesgoed, bestek, potten en pannen Voorwas Hoofdwas 2 tussentijdse spoelgangen Laatste spoelgang Drogen Alles Serviesgoed, bestek, potten en pannen Voorwas Hoofdwas 1 of 2 tussentijdse spoelgangen Laatste spoelgang Drogen Beschrijving programma Normaal vervuild Serviesgoed en bestek Voorwas Hoofdwas 1 tussentijdse spoelgang Laatste spoelgang Drogen Normaal vervuild Teer aardewerk en glaswerk Hoofdwas 1 tussentijdse spoelgang Laatste spoelgang Drogen 1) Tijdens het afwasprogramma "Auto" wordt de hoeveelheid vuil op het serviesgoed bepaald door de troebelheid van het water. De programmaduur en het water- en energieverbruik kunnen variëren; dit hangt af van het feit of het apparaat geheel of gedeeltelijk is gevuld en of het servies licht of sterk is vervuild. De temperatuur van het water wordt automatisch ingesteld tussen 50 °C en 65 °C. 2) Test programma voor testinstanties Verbruikswaarden Programma Programmaduur (in minuten) 1) Energieverbruik (in kWh) Waterverbruik (in liter) Intensief 70° - 1,8 - 2,0 22 - 24 Auto - 1,1 - 1,5 12 - 22 - 1,0 - 1,1 14 - 15 - 0,8 - 0,9 13 - 14 Eco tot 50°2) 45° Glas 1) De duur van het programma is te zien in het display. 2) Test programma voor testinstanties De verbruikswaarden zijn bedoeld als richtlijn en zijn afhankelijk van de druk en de temperatuur van het water, maar ook van de variaties in de netspanning en de hoeveelheid serviesgoed. Onderhoud en reiniging De filters reinigen De filters moeten worden gecontroleerd en gereinigd. Vuile filters beïnvloeden het afwasresultaat negatief. Waarschuwing! Zorg ervoor dat de machine is uitgeschakeld voordat de filters worden schoongemaakt. Gebruik de afwasmachine NOOIT zonder filters. Een onjuiste terugplaatsing en bevestiging van de filters heeft slechtere afwasresultaten tot gevolg en kan resulteren in schade aan het apparaat 18 Het grof filter Het grof filter (1) moet na elk wasprogramma gecontroleerd worden. 1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine. 2. Verwijder het grof filter en reinig het indien nodig grondig onder de kraan. 3. Plaats het grof filter terug. De sproeiarmen reinigen Controleer regelmatig de mondstukken in de sproeiarmen op verstoppingen. Reinig indien nodig de mondstukken met een stukje fijn draad of een fijne naald en een sterke waterstraal. Fijne filter Het fijne filter (2) moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en gereinigd. 1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine. 2. Pak het fijne filter beet bij de greep en verwijder het door naar rechts te draaien. 3. Reinig het fijne filter grondig met een borstel onder de kraan. Let op! Let op dat u de mondstukopeningen niet beschadigd. Wees voorzichtig bij het reinigen van de sproeiarmen. Bovenste sproeiarm 1. Maak de bevestigingsschroef los (A) door deze naar links te draaien. 2. Trek de sproeiarm uit de schacht. 4. Plaats het fijne filter terug in de bodem van het afwascompartiment. 5. Controleer of het precies past door het naar links te draaien totdat u voelt dat het op zijn plaats klikt (pijl). 3. Reinig de mondstukken in de sproeiarm en de bevestigingsschroef. 19 4. Maak de sproeiarm vast met de bevestigingsschroef (A) door hem rechtsom te draaien. Sproeiarm bovenrek 1. Verwijder de sproeiarm bovenrek door hem opzij te draaien. Doekjes van microvezels zijn zeer geschikt. Middelen die krassen maken of schuren zijn niet geschikt. Gebruik indien nodig een in de handel verkrijgbaar reinigingsmiddel voor chroomoppervlakken. Volg de aanwijzingen op de verpakking als u deze middelen gebruikt. Let op! Zorg er bij de reiniging voor dat u niet tegen de richting van de roestvrijstalen finish (de fijne horizontale lijnen) strijkt. Maak geen cirkelbewegingen. 2. Reinig de mondstukken van de sproeiarm. 3. Om de sproeiarm terug te plaatsen, drukt u hem naar boven totdat hij op zijn plaats klikt. Onderste sproeiarm 1. Maak de bevestigingsschroef los (A) door deze naar links te draaien. 2. Trek de sproeiarm uit de schacht. 3. Reinig de mondstukken van de sproeiarm en de bevestigingsschroef. 4. Maak de sproeiarm vast met de bevestigingsschroef (B) door hem rechtsom te draaien. Buitenkant Reinig de buitenoppervlakken van de machine en het bedieningspaneel met een vochtige zachte doek. Gebruik - indien nodig - alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik nooit schurende producten, schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, trichlooretheen, enz.). Gepolijste verchroomde stalen en aluminiumoppervlakken. Verwijder licht vuil met een schone, vochtige, zachte doek. De binnenkant van de machine reinigen Zorg ervoor dat de afdichtingsrubbers rondom de deur en het afwasmiddelbakje en glansmiddeldoseerbakje regelmatig met een vochtige doek worden gereinigd. Wij adviseren eenmaal per 3 maanden een afwasprogramma voor ernstig vervuild serviesgoed te draaien met afwasmiddel, maar zonder serviesgoed. Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt Als u de afwasmachine gedurende langere tijd niet gebruikt, adviseren wij u: 1. de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien. 2. de deur op een kier te zetten om de vorming van onaangename geurtjes te voorkomen. 3. het inwendige van de machine leeg en schoon te houden. Voorzorgsmaatregelen bij vorst Zet de machine niet op een plaats waar de temperatuur lager is dan 0 °C. Als het toch niet anders kan, maak de machine leeg, sluit de deur, ontkoppel de watertoevoerleiding en laat deze leeglopen. De machine verplaatsen Als u de machine moet verplaatsen (bij verhuizing, enz.): 1. trek de stekker uit het stopcontact. 2. draai de waterkraan dicht. 3. verwijder de watertoevoer- en -afvoerslang. 4. trek de machine samen met de slangen naar voren. Vermijd kantelen van de machine tijdens het vervoer. 20 Problemen oplossen De afwasmachine start niet of stopt als hij bezig is. Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of onoplettendheid en kunnen zonder de inschakeling van een monteur worden opge- lost met behulp van de in de tabel hieronder beschreven aanwijzingen. Zet de afwasmachine uit en open de deur. Voer de volgende voorgestelde corrigerende handelingen uit. Storingscodes en storing Mogelijke oorzaak en oplossing • Voortdurend knipperen van het controlelampje programma bezig • onderbroken geluidssignaal • verschijnt in het display De afwasmachine wordt niet gevuld met water • De waterkraan is verstopt of aangezet met kalkaanslag. Maak de waterkraan schoon. • De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open. • Het filter (indien aanwezig) in de schroeffitting van de slang bij de waterinlaatklep is verstopt. Maak het filter schoon. • De watertoevoerslang is niet juist geplaatst of is gebogen of geknikt. Controleer de aansluiting van de wateraanvoerslang. • Voortdurend knipperen van het controlelampje programma bezig • onderbroken geluidssignaal • verschijnt in het display Het afwaswater wordt niet afgevoerd • De gootsteenafvoer is geblokkeerd. Ontstop de gootsteenafvoer. • De waterafvoerslang is niet juist geplaatst of is gebogen of geknikt. Controleer de aansluiting van de waterafvoerslang. • Voortdurend knipperen van het controlelampje programma bezig • onderbroken geluidssignaal • verschijnt in het display Anti-overstromingsinrichting is geactiveerd • Draai de waterkraan dicht en neem contact op met onze service-afdeling. Storing Het programma begint niet Als u deze controles hebt uitgevoerd, dient u het apparaat in te schakelen en de deur te sluiten. Het programma gaat verder op het punt waar het was onderbroken. Als de storing of storingscode zich opnieuw voordoet, dient u contact op te nemen met onze service-afdeling. Voor andere, niet in de bovenstaande tabel beschreven storingscodes dient u ook contact op te nemen met onze service-afdeling. Mogelijke oorzaak en oplossing • De deur van de afwasmachine is niet goed gesloten. Sluit de deur. • De stekker zit niet in het stopcontact. Steek de stekker in het stopcontact • De zekering in de meterkast is doorgebrand. Vervang de zekering. • Uitgestelde start is ingesteld. Annuleer de uitgestelde start als het serviesgoed direct moet worden afgewassen. Houd als u contact opneemt met onze service-afdeling de volgende gegevens bij de hand: model (Mod.), productnummer (PNC) en serienummer (S.N.). Deze informatie is te vinden op het typeplatje aan de zijkant van de deur van de afwasmachine. Wij adviseren u deze nummers hier te noteren zodat u ze altijd bij de hand hebt: Model. : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Productnummer : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Serienummer. : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Het afwasresultaat is niet bevredigend De borden zijn niet schoon • Het verkeerde afwasprogramma is geselecteerd. • Het serviesgoed is zo geplaatst dat het water niet alle delen van een oppervlak kan bereiken. De rekken moeten niet te vol worden geladen. • De sproeiarmen kunnen niet vrij draaien als gevolg van een onjuiste plaatsing van het serviesgoed. • De filters in de bodem van het afwascompartiment zijn vuil of onjuist geplaatst. • Er is te weinig of geen afwasmiddel gebruikt. • Als er kalkresten op het serviesgoed achterblijven; het zoutreservoir is leeg of de waterontharder is op het onjuiste niveau ingesteld. • De afvoerslang is niet correct aangesloten. • Het deksel van het zoutreservoir is niet goed gesloten. Het serviesgoed is nat en dof • Er is geen glansmiddel gebruikt. • Het glansmiddeldoseerbakje is leeg. De glazen en borden vertonen strepen, melkachtige vlekken of een blauwzweem • Verlaag de dosering van het glansmiddel. Opgedroogde waterdruppels op glazen en borden • Verhoog de dosering van het glansmiddel. • Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn. Neem contact op met de consumentenlijn van de afwasmiddellenfabrikant. Als het probleem na al deze controles aanhoudt, neem dan contact op met onze service-afdeling. Technische gegevens Afmetingen Breedte Hoogte Diepte Aansluitspanning - Voltage Totale vermogen - Zekering Informatie over de elektrische aansluiting is te vinden op het typeplaatje op de binnenrand van de deur van de afwasmachine. Leidingwaterdruk Minimaal Maximaal Capaciteit 54,6 cm 75,9 cm 55,6 cm 0,05 MPa (0,5 bar) 0,8 MPa (8 bar) 11 standaardcouverts Montage Waarschuwing! Alle elektrotechnische en/of loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van het apparaat dienen te worden uitgevoerd door een erkend installateur. Verwijder alle verpakkingsmaterialen alvorens de machine te plaatsen. Plaats de machine indien mogelijk naast een waterkraan en een afvoer. Deze afwasmachine is ontworpen voor installatie onder een keukenblad of werkoppervlak. Er zijn geen verdere openingen voor de ontluchting van de afwasmachine vereist, maar alleen om de watertoevoer- en afvoerslang en het aansluitsnoer door te laten. 22 Tijdens alle werkzaamheden waarbij interne onderdelen toegankelijk zijn, dient de stekker uit het stopcontact te worden getrokken. Zorg er bij het op zijn plaats schuiven van de machine voor dat de watertoevoerslang, de afvoerslang en het aansluitsnoer niet zijn geknikt of worden platgedrukt. De scharnierdeur installeren en afstellen Een normale keukenkastjedeur met de volgende afmetingen kan worden gebruikt als de scharnierdeur: • Max breedte 596 mm • Max hoogte 720 mm • Max diepte 20 mm • Gewicht (inclusief handvat) 3 kg tot max. 8 kg Waarschuwing! Zorg ervoor dat de maximale deurhoogte niet overschreden wordt. De deur kan anders niet goed sluiten. De scharnierdeur krijgt een handvat. De scharnieren en bijbehorende schroeven die voor de installtie nodig zijn, zijn standaardonderdelen (bijgeleverd). De plint is nog zichtbaar nadat de scharnierdeur is geïnstalleerd. De plint kan weggewerkt worden achter een bijpassend paneel, of kan weggewerkt worden door het paneel van de keukeneenheid te verlengen dat zich onder het apparaat bevindt. De scharnierdeur afstellen 1. Plaats de twee zijbalken A zoals getoond in de afbeelding hiernaast. Lijn de balken aan de bovenkant uit, zodat de bovenste opening over de voorgemonteerde uitlijningsschijf ligt. Maak bij een breedte van 568 mm eerst de bijgeleverde, extra uitlijningsschijven vast B aan de al voorgemonteerde uitlijningsschijven. 2. Schroef de balken alleen aan de bovenkant vast. 3. Plaats het apparaat voor het keukenmeubel waarin hij geïnstalleerd moet worden. Leg kabels en slangen in het kastje ernaast. Als u het apparaat in het kastje plaatst, zorg dan dat de kabels en slangen mee getrokken worden en niet bekneld raken. 4. Lijn het apparaat zijwaarts in de plint uit met de hoek AN. 23 Draai de schroef V licht aan. boorsjabloon uitgelijnd worden met de onderste rand van de scharnierdeur. 5. Voor het installeren van de scharnierondersteuning, schroeft u de bodemeenheid van het scharnier in de gaten die voorzien zijn in de scharnierondersteuning. 8. Merk met het bijgeleverde boorsjabloon 8 gaten en boor ze b voor de twee geleiders (ø 2 mm, 12 mm diep) aan de bovenkant van de scharnierdeur. Om dit te doen moet het boorsjabloon uitgelijnd worden met de bovenste rand van de scharnierdeur. 6. Plaats de scharnierondersteuningen op gelijkmatige afstand op de onderkant van de uitsparing. Lijn uit met de voorkant van de onderkant van de uitsparing. Maak vast met de 6 bijgeleverde houtschroeven. 9. Schroef de scharnieren met behulp van 4 houtschroeven met verzonken kop vast. Schroef de geleiders aan de scharnierdeur vast met behulp van 8 Spax schroeven (4 x 20 pozidrive). 7. Gebruik het meegeleverde boorsjabloon. Merk met het bijgeleverde boorsjabloon twee gaten en boor ze a (ø 35 mm, 11 mm diep) voor de twee scharnieren aan de onderkant van de scharnierdeur. Om dit te doen moet het 24 10. Klik de scharnieren in de vloereenheden van de scharnieren. Houd de scharnierdeur zorgvuldig vast, zodat de scharnieren niet buigen. 14. De diepte van het apparaat afstellen. Open de deur van het apparaat voorzichtig en zorg ervoor de gevonden positie niet te veranderen. Maak het apparaat aan de bovenkant met een houtschroef zijdelings vast. 11. Stel de scharnieren af met behulp van de schroef A, B en C zodat hij past bij het keukenkastje (openingsbreedte, etc.). 12. Plaats de geleiders in de rails. 15. Draai schroef V om het apparaat zijdelings te bevestigen. Om dit te doen zijn er twee rechthoekige gaten links en rechts in de scharnierondersteuning, zodat u er met een schroevendraaier bij kunt. 13. Maak de geleiders met schroeven links en rechts vast aan de deur van het apparaat. 25 Aansluiting aan de waterleiding Watertoevoerverbinding Deze afwasmachine mag worden gevuld met warm (max. 60°) of koud water. Niettemin adviseren wij gebruik te maken van koud water. Het gebruik van warm water is niet altijd efficiënt bij sterk vervuild serviesgoed omdat het afwasprogramma in dat geval sterk wordt verkort. Voor het tot stand brengen van de aansluiting zelf is de wartelmoer die aan de waterslang van de machine is bevestigd, geschikt voor montage op een leidinguiteinde van 3/4" gasdraad of op een speciale kraan met snelkoppeling zoals de Press-block. De waterdruk moet zich binnen de grenzen bevinden zoals vermeld in de "Technische specificaties". Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de gemiddelde leidingwaterdruk in uw omgeving. De watertoevoerslang mag tijdens het aansluiten niet zijn geknikt, worden platgedrukt of in de knoop zitten. De afwasmachine is voorzien van een vulen afvoerslang die afhankelijk van de installatie door middel van de sluitmoer naar links of naar rechts kunnen worden gedraaid. De sluitmoer moet goed worden bevestigd om waterlekkage te voorkomen. De installatie van een IRG-filter op het waterhuishoudsysteem wordt aanbevolen. Watertoevoerslang met veiligheidsklep Na aansluiting van de dubbelwandige watertoevoerslang bevindt de veiligheidsklep zich bij de kraan. Daarom bevindt de watertoevoerslang zich alleen onder druk als het water loopt. Als de watertoevoerslang dan begint te lekken, sluit de veiligheidsklep het stromende water af. Pas op als u de watertoevoerslang installeert: • de elektriciteitskabel voor de veiligheidsklep bevindt zich in de dubbelwandige watertoevoerslang. Dompel de watertoevoerslang of de veiligheidsklep niet in water. • Als de watertoevoerslang of de veiligheidsklep beschadigd raken, trek dan direct de stekker uit het stopcontact. • Een watertoevoerslang met veiligheidsklep mag alleen worden vervangen door de service-afdeling. Waarschuwing! Gevaarlijke spanning Let op! NIET alle modellen afwasmachines hebben vul- en afvoerslangen die zijn uitgerust met een sluitmoer. In dat geval is de genoemde voorziening niet mogelijk. Als de machine wordt aangesloten op nieuwe leidingen of op leidingen die lang niet zijn gebruikt, dient u het water enkele minuten te laten doorlopen alvorens de toevoerslang aan te sluiten. Gebruik GEEN aansluitslangen die eerder voor een oude machine zijn gebruikt. Dit apparaat is uitgerust met veiligheidsvoorzieningen die voorkomen dat het in de machine gebruikte water terugkeert in het drinkwatersysteem. Dit apparaat voldoet aan de van toepassing zijnde regelgeving voor loodgieterswerk. Waterafvoerverbinding De afvoerslang kan vanaf de afwasmachine naar links of naar rechts lopen. Zorg ervoor dat de afvoerslang niet is gebogen of platgedrukt. Dit kan ervoor zorgen dat de waterafvoer wordt tegengehouden of vertraagd. De stop mag niet in de afvoer zitten als de machine water aan het afvoeren is, aangezien het water dan weer in de machine terug kan lopen. 26 Het hoogste punt van de afvoerslang mag niet hoger zijn dan 500 mm vanaf de bodem van het apparaat. Bij het aansluiten van de afvoerslang op een sifon onder de gootsteen moet het gehele plastic membraan (A) verwijderd worden. Indien niet het gehele membraan wordt verwijderd zullen zich op den duur voedseldeeltjes verzamelen die de afvoerslang van de afwasmachine kunnen verstoppen Let op! Onze apparaten worden geleverd met een veiligheidsvoorziening die ervoor zorgt dat vuil water niet terug kan lopen in de machine. Als uw gootsteenafvoer is voorzien van een geïntegreerde terugslagklep kan dit een goede waterafvoer van uw afwasmachine in de weg staan. Wij adviseren u dan ook de terugslagklep te verwijderen. Let op! Om te voorkomen dat er lekkage optreedt na de installatie, moet u ervoor zorgen dat de waterkoppelingen stevig vast zitten. Aansluiting aan het elektriciteitsnet Waarschuwing! Het apparaat moet volgens de veiligheidsvoorschriften worden geaard. Alvorens het apparaat in gebruik te nemen dient u zich ervan te verzekeren dat de nominale spanning en het spanningstype op het typeplatje in overeenstemming zijn met de netspanning waarop de machine aangesloten gaat worden. Ook de waarde van de zekering is te vinden op het typeplaatje. Steek de stekker altijd in een correct geïnstalleerd schokbestendig stopcontact. Gebruik geen meervoudige stekkers, verloopstekkers en verleng- kabels. Hierdoor kan brandgevaar door oververhitting ontstaan. Laat indien nodig de wandcontactdoos van de huisinstallatie verplaatsen. Neem contact op met onze service-afdeling als het aansluitsnoer moet worden vervangen. De stekker moet na de installatie van het apparaat toegankelijk zijn. Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact. Trek altijd aan de stekker zelf. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als boven genoemde veiligheidsmaatregelen niet in acht worden genomen. Milieubescherming Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. Verpakkingsmateriaal De verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen worden gerecycled. De kunststofonderdelen zijn gemarkeerd, bijv. >PE<, >PS <, enz. Gooi het verpakkings- 27 materiaal in de daarvoor bedoelde container bij uw plaatselijke afvaldienst. Waarschuwing! Als u het apparaat afdankt: • trek de stekker uit het stopcontact, • snijd het aansluitsnoer met de stekker af en gooi het weg, • verwijder het slot van de deur. Zo voorkomt u dat kinderen zichzelf insluiten en hun leven in gevaar brengen. Nederland Home Product Service (ATAG) Postbus 249 6920 AE DUIVEN tel: 0900 - 5550001 fax: 026 - 8821444 België ATAG België NV 9420 Erpe-Mere tel: 053 - 806208 fax: 053 - 806057 Postbus 1033 • 6920 BA Duiven • Nederland 117953931-A-172011
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Atag VA5511AT Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen