Documenttranscriptie
DW-FN320T
DW-FN320W
Vaatwasmachine
gebruiksaanwijzing
imagine the possibilities
Hartelijk dank voor uw aanschaf van dit Samsungproduct
Registreer uw machine
voor een optimale service:
www.samsung.com/register
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 1
2012-10-08
7:13:18
Veiligheidsinformatie
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en bewaar deze voor later. Geef de
gebruiksaanwijzing door aan een eventuele volgende eigenaar van de machine.
Deze handleiding bevat de gedeelten Veiligheidsinstructies, Onderdelen en kenmerken,
Installatie, Problemen oplossen, enzovoort.
Het zorgvuldig doorlezen van de gebruiksaanwijzing voordat u de vaatwasser in gebruik
neemt zal u helpen bij het juiste gebruik en onderhoud van de vaatwasser.
De fabrikant brengt voortdurend verbeteringen in haar producten aan. Het is mogelijk dat deze zonder
voorafgaande kennisgeving wijzigingen aanbrengt in de machine.
WAARSCHUWING: Volg tijdens het gebruik van de vaatwasser de volgende basisaanwijzingen op:
JUIST GEBRUIK
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Ga niet zitten of staan op de deur of het bordenrek van de vaatwasser en behandel deze niet met geweld.
Gebruik de vaatwasser alleen wanneer alle panelen goed op hun plaats zitten. Wees voorzichtig bij het openen van
de deur terwijl de vaatwasser in bedrijf is. Het water zou naar buiten kunnen spuiten.
Plaats geen zware objecten op de deur en ga niet op de deur staan wanneer deze open staat. De machine zou
voorover kunnen vallen.
Let tijdens het plaatsen van waren in de vaatwasser op het volgende:
- Plaats scherpe voorwerpen zodanig dat de kans klein is dat ze de afsluiting van de deur beschadigen;
- Plaats scherpe messen met de handgreep naar boven om het risico op snijwonden te verkleinen;
Waarschuwing: messen en ander bestek met scherpe punten moeten met de punt naar beneden in het mandje
worden geplaatst of vlak worden neergelegd.
Controleer aan het einde van de wasbeurt of het compartiment van het vaatwasmiddel leeg is.
Doe geen plastic voorwerpen in de vaatwasser tenzij erop staat dat ze vaatwasserbestendig zijn. Raadpleeg bij
plastic voorwerpen zonder deze aanduiding de aanbevelingen van de fabrikant.
Gebruik uitsluitend was- en spoelmiddelen die bestemd zijn voor een vaatwasmachine. Gebruik geen zeep,
wasmiddel of handvaatwasmiddel in de vaatwasser.
Bij een vaste aansluiting moet een voorziening voor het verbreken van de stroomtoevoer in de stroomkabel worden
opgenomen waarbij de contacten van alle polen ten minste 3 mm worden gescheiden.
Houd het vaatwas- en spoelmiddel buiten het bereik van kinderen. Houd kinderen uit de buurt van de geopende
deur van de vaatwassen; er zou nog wasmiddel in de machine kunnen zijn achtergebleven.
Houd kleine kinderen onder toezicht om u ervan te vergewissen dat ze niet met de machine spelen.
De machine is niet bedoeld voor gebruik door kleine kinderen of personen met lichamelijke beperkingen zonder
toezicht.
Machinevaatwasmiddelen zijn sterk alkalisch. Ze kunnen uiterst gevaarlijk zijn als ze worden ingeslikt. Vermijd
contact met huid en ogen en houd kinderen uit de buurt van de vaatwasmachine wanneer de deur open staat.
Laat de deur niet open staan. Iemand zou erover kunnen struikelen.
Als de stroomkabel is beschadigd, moet deze door de fabrikant of haar onderhoudsagent of een persoon met
vergelijkbare kwalificaties worden vervangen om gevaarlijke situaties te voorkomen.
Doe de verpakkingsmaterialen op passende wijze weg.
Gebruik de vaatwasser uitsluitend voor het doeleinde waarvoor deze bestemd is.
Tijdens de installatie mag de stroomkabel niet overmatig worden geboden of platgedrukt.
Knoei niet met de bedieningselementen.
De machine moet op de waterleiding worden aangesloten met een nieuwe slangenset. Oude slangensets niet
hergebruiken.
LEES DEZE VEILIGHEIDSINFORMATIE ZORGVULDIG DOOR EN VOLG DE
AANWIJZINGEN NAUWGEZET OP - BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
2_ Veiligheidsinformatie
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 2
2012-10-08
7:13:48
VERWIJDERING
Verwijder het verpakkingsmateriaal op passende wijze.
Al het verpakkingsmateriaal kan worden gerecycled.
Kunststoffen onderdelen zijn gemarkeerd met de internationale standaardafkortingen:
PE
PS
POM
PP
ABS
voor polyethyleen, bijv. dun verpakkingsmateriaal
voor polystyreen, bijv. opvulmateriaal
polyoxymethyleen, bijv. plastic klemmen
polypropyleen, bijv. zoutvulmiddel
Acrylonitril butadieen styreen, bijv. het bedieningspaneel.
WAARSCHUWING: Verpakkingsmateriaal kan gevaarlijk zijn voor kinderen!
Ga voor verwijdering van het verpakkingsmateriaal en de machine naar een centrum voor recycling. Knip voordien
de stroomkabel af en maak de deursluiting onklaar.
Het kartonnen verpakkingsmateriaal is gemaakt van gerecycled papier en moet bij het oud papier worden gedaan
voor recycling.
Als u erop toeziet dat deze machine op de juiste wijze wordt afgevoerd, helpt u eventuele negatieve gevolgen
voor het milieu en de volksgezondheid die zich zouden kunnen voordoen als dit product op onjuiste wijze wordt
weggedaan, te voorkomen.
Neem contact op met uw gemeentehuis of de gemeentereiniging voor meer informatie over recycling van dit
product.
INSTRUCTIES IN VERBAND MET HET AEEA-LABEL
Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
(Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt ingezameld)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het
product en zijn elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander
huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke
schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te
voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde
manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben
gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen
milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden
van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet
met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd.
LEES DEZE VEILIGHEIDSINFORMATIE ZORGVULDIG DOOR EN VOLG DE
AANWIJZINGEN NAUWGEZET OP - BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
Veiligheidsinformatie _3
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 3
2012-10-08
7:13:48
Inhoud
ONDERDELEN EN KENMERKEN
5
INSTALLATIE VAN DE VAATWASSER
8
GEBRUIK VAN WASMIDDEL EN
WATERONTHARDER
11
HET VAATWERK IN DE MACHINE
PLAATSEN
18
VAATWASPROGRAMMA'S
22
REINIGING EN ONDERHOUD
24
PROBLEMEN OPLOSSEN
27
AANHANGSEL
30
5
6
7
Kenmerken van de vaatwasser
Bedieningspaneel
Display
9
10
10
10
Watertoevoer en afvoer
Aansluiting van de afvoerslang
Plaatsing van de machine
De vaatwasser starten
11
12
13
15
17
Waterontharder
Het zout in de waterontharder plaatsen
Het bakje met spoelmiddel vullen
Functie van het vaatwasmiddel
De optie 3 in 1 gebruiken
18
19
19
20
21
Vaatwerk in de bovenste mand plaatsen
Vaatwerk in de onderste mand plaatsen
Pennen van de onderste mand neerklappen
Bestekmand
Voor wassen in de vaatwassen zijn de volgende
voorwerpen
22
22
23
23
De machine aanzetten
Het programma wijzigen
Aan het einde van het wasprogramma
Wasprogrammatabel
24
25
25
25
25
26
De filters schoonmaken
De sproeiarmen schoonmaken
De deur schoonmaken
Onderhoud van de vaatwasser
Bescherming tegen bevriezing
Uw vaatwasser als nieuw houden
27
29
Voordat u de technische dienst belt
Foutcodes
30
30
Specificaties
Afmetingen van de machine
4_ Inhoud
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 4
2012-10-08
7:13:48
Onderdelen en kenmerken
KENMERKEN VAN DE VAATWASSER
Voor- en achteraanzicht
2
7
8
3
4
5
10
9
1 Bovenste mand
4 Zoutbakje
7 Sproeiarmen
2 Spruitstuk
5 Spoelmiddelbakje
8 Filter
3 Onderste mand
6 Kopjesmand
9 Toevoerslang
01 ONDERDELEN EN KENMERKEN
6
1
10 Afvoerslang
Toebehoren - gebruiksaanwijzing, zouttrechter, bestekmandje.
Onderdelen en kenmerken _5
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 5
2012-10-08
7:13:48
Onderdelen en kenmerken
BEDIENINGSPANEEL
1
5
6
7
4
3
2
8
1
AAN/UIT
2
3 IN 1-OPTIE
3
UITGESTELDE START
4
KINDERSLOT
5
DISPLAYVENSTER
In-bedrijfindicatie, uitsteltimer, foutcodes, enzovoort.
6
PROGRAMMA
Met deze toets kunt u het wasprogramma selecteren.
7
START/PAUZE
8
HALF VOL
•
•
Deze knop indrukken om de vaatwasser aan te zetten: het scherm licht op.
Met deze toets selecteert u de optie 3 in 1, waarvoor geen zout en spoelmiddel nodig
hebt, maar wel een 3 in 1-tablet. Deze optie kunt u alleen selecteren bij de programma's
Intensive (Intensief), Auto (Automatisch) en Eco (Zuinig).
Met deze toets kunt u de start van de machine uitstellen. U kunt de start maximaal 24
uur uitstellen. Elke druk op deze toets betekent een uitstel van een uur.
Met deze toets kunt u de toetsen op het bedieningspaneel vergrendelen zodat kinderen
de vaatwasser niet per ongeluk kunnen starten door de toetsen op het paneel in te
drukken.
U kun de toetsen van het bedieningspaneel vergrendelen en ontgrendelen door de
toetsen 3 in 1 en Delay start (Uitgestelde start) drie (3) seconden lang gelijktijdig
ingedrukt te houden.
Wanneer u de machine wilt starten, sluit u de eerst deur van de vaatwasser en selecteert
u het wasprogramma en de gewenste opties. Vervolgens drukt u op de toets Start/
Pause (Start/Pauze) om het wasprogramma te starten.
Als u de wasbeurt wilt onderbreken, kunt u op de toets Start/Pause (Start/Pauze)
drukken. Maak de deur langzaam en voorzichtig open. U kunt de machine resetten
door de toets Start/Pause (Start/Pauze) tijdens het wasprogramma 3 seconden lang
ingedrukt te houden. Na een reset schakelt de vaatwasser over naar de begintoestand,
met uitzondering van de instelling van het zoutverbruik van de waterontharder.
Met deze toets schakelt u de functie Half vol in. Deze functie gebruikt u alleen als u
minder dan zes stuks vaatwerk in de machine hebt. Met deze functie kunt u water en
energie besparen. U kunt deze functie alleen gebruiken bij de programma's Intensive
(Intensief), Auto (Automatisch), Eco (Zuinig) en Delicate (Breekbaar).
Zolang de deur open staat, werkt alleen de toets Power (Aan/Uit).
Voordat u de wasbeurt start kunt u een of meer opties (3 in 1, Delay start (Uitgestelde start) en/of
Half load (Half vol)) selecteren.
BELANGRIJK: Lees alle gebruiksinstructies door voordat u de machine in gebruik neemt, om de vaatwasser
optimaal te kunnen gebruiken.
6_ Onderdelen en kenmerken
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 6
2012-10-08
7:13:49
DISPLAY
1
1
2
PROGRAMMA
PICTOGRAMMEN
Wanneer u op de toets Program (Programma) drukt, wordt een programma
geselecteerd.
TELLER
Hier verschijnt de resterende tijd, foutcodes of de uitsteltijd.
SPOELMIDDEL
BIJVULLEN
Verschijnt wanneer u spoelmiddel moet bijvullen. Giet het spoelmiddel in het
spoelmiddelbakje.
3 IN 1
Verschijnt wanneer u de optie 3 in 1 selecteert.
ZOUT BIJVULLEN
Verschijnt wanneer u zout moet bijvullen. Doe het zout in de waterontharder.
KINDERSLOT
Verschijnt wanneer het kinderslot is geactiveerd.
HALF VOL
Verschijnt wanneer de optie Half vol is geselecteerd.
WATERINLAAT
Verschijnt als zich een probleem voordoet met de waterinlaat. Controleer de
kraan en de aanvoerslang.
01 ONDERDELEN EN KENMERKEN
2
Onderdelen en kenmerken _7
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 7
2012-10-08
7:13:49
Installatie van de vaatwasser
WAARSCHUWING: Gevaar voor elektrische schokken
Schakel de stroom uit voordat u de vaatwasser installeert.
Als u dat niet doet, bestaat het gevaar op elektrische schokken met mogelijk dodelijke afloop.
BELANGRIJK: De installatie van de pijpen en elektrische voorzieningen moet door deskundigen worden
uitgevoerd.
Over de elektrische aansluiting
LET OP, voor uw persoonlijke veiligheid:
GEBRUIK GEEN VERLENGSNOER OF VERLOOPSTEKKER VOOR DEZE MACHINE.
LAAT IN GEEN GEVAL DE AARDELEIDING WEG BIJ HET AANSLUITEN.
Elektrische vereisten
•
•
Een zekering van 220-240 VAC/ 50 Hz of aardlekschakelaar.
Een aparte zekeringengroep voor uw vaatwasser.
Instructies voor aarding
Controleer of de machine naar behoren is geaard voordat u de machine gebruikt
Deze machine moet worden geaard. In het geval van een storing of defect verlaagt aarding het risico
van elektrische schokken door een weg van de minste weerstand te bieden voor elektrische stroom.
Deze machine is voorzien van een kabel met een aardeleiding en een stekker met randaarde. De
stekker moet worden aangesloten op een geschikt stopcontact dat is geïnstalleerd en geaard in
overeenstemming met alle plaatselijke wetten en voorschriften.
WAARSCHUWING: Onjuiste aansluiting van de aardeleiding van de apparatuur kan leiden tot gevaar
van elektrische schokken. Raadpleeg een bevoegde elektricien of servicemonteur als u niet zeker
weet of de machine voldoende is geaard. Breng geen wijzigingen aan in de stekker die bij de machine
is geleverd.
8_ Installatie van de vaatwasser
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 8
2012-10-08
7:13:49
WATERTOEVOER EN AFVOER
Koudwateraansluiting
02 INSTALLATIE
Sluit de koudwatertoevoerslang aan op een schroefdraadaansluiting (3/4 inch) en
controleer of deze stevig vast zit.
Als de waterpijp nieuw is of lange tijd niet is gebruikt, laat u het water enige tijd
lopen om te controleren of het water schoon is en vrij van onzuiverheden. Als
u deze voorzorgsmaatregel niet neemt, bestaat het risico dat de waterinlaat
verstopt raakt en de machine wordt beschadigd.
De meegeleverde watertoevoerslag is voorzien van een aqua-safe systeem.
Vergewis u ervan dat de aqua-safe pijp van de waterslang is aangesloten
op de waterkraan.
Warmwateraansluiting
De watertoevoerleiding van de machine kan ook worden aangesloten op de warmwaterleiding van de
woning (gecentraliseerd systeem, verwarmingssysteem), mits de temperatuur niet hoger is dan 60 °C.
In dat geval wordt het wasprogramma verkort met circa 15 minuten en wordt de efficiëntie van het
wasprogramma enigszins verlaagd. De aansluiting op de warmwaterleiding moet op dezelfde wijze worden
gemaakt als de aansluiting op de koudwaterleiding.
Plaatsing van de machine
Plaats de machine op de gewenste locatie. De achterzijde moet tegen de achterliggende wand rusten
en de zijkanten moeten langs de aangrenzende kastjes of wand lopen. De vaatwasser is voorzien
van wateraanvoer- en -afvoerslangen die aan de linkerkant en aan de rechterkant kunnen worden
geplaatst, om de installatie te vergemakkelijken.
Overtollig water uit de slangen laten lopen.
Als de gootsteen zich 1000 mm of meer boven de vloer bevindt, kunt het overtollige water uit de slangen
niet direct in de gootsteen laten weglopen. In dat geval moet u het overtollige water uit de slangen in een
emmer of geschikte opvangbak laten lopen die lager dan de gootsteen wordt geplaatst.
Wateruitlaat
Sluit de waterafvoerslang aan. De slang moet op de juiste wijze worden aangesloten om te vorkomen dat
het water lekt.
Controleer dat de wateraanvoerslang niet is geknikt of dichtgeknepen.
Verlengslang
Als het nodig is de afvoerslang te verlengen, moet u een afvoerslang gebruiken van dezelfde maat en kwaliteit.
De slang mag niet meer dan 4 meter lang zijn; anders zou het schoonmaakresultaat van de vaatwasser
kunnen worden verminderd.
Aansluiting van de afvoerslang
De afvoer moet zich bevinden op een hoogte van ten minste 40 cm en ten hoogste 100 cm van de bodem
van de vaatwasser. De waterafvoerslang moet worden vastgezet met een slangenklem.
Aqua-safe
Het Aqua-safe systeem is een met een veiligheidsklep ter voorkoming van waterlekkage. Als de
waterinlaatslang op een zeker moment begint te lekken, sluit de veiligheidsklep de watertoevoer af. Als de
watertoevoerslang of de veiligheidsklep is beschadigd, moet u deze verwijderen en vervangen.
U mag de aanvoerslang niet verlengen of verkorten.
Installatie van de vaatwasser _9
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 9
2012-10-08
7:13:50
Installatie van de vaatwasser
AANSLUITING VAN DE AFVOERSLANG
Steek de afvoerslang in een afvoerpijp met een minimum diameter van 4 cm of laat deze in de gootsteen lopen. Probeer
buigen en samendrukken zoveel mogelijk te vermijden. Het hoogste punt van de slang moet zich bevinden op een
hoogte tussen 40 en 100 cm. Het vrije uiteinde van de slang mag niet onder water staan, om het terugstromen van
water te voorkomen.
Max. 1000 mm
Afvoerpijp
Min. 400 mm
Aanrecht
OPMERKING
Het hoogste punt van de
slang moet zich bevinden
op een hoogte van 40 tot
100 cm.
Het vrije uiteinde van de
slang mag zich niet onder
water bevinden.
40 mm
PLAATSING VAN DE MACHINE
Plaats de machine op de gewenste locatie. De achterzijde moet tegen de achterliggende wand rusten en de
zijkanten moeten langs de aangrenzende kastjes of wanden lopen. De vaatwasser is voorzien van wateraanvoeren -afvoerslangen die aan de linkerkant en aan de rechterkant kunnen worden geplaatst, om de installatie te
vergemakkelijken.
De machine recht zetten
Nadat de machine op zijn plaats is gezet, kan de hoogte van de vaatwasser
worden aangepast door de poten verder in- of uit te draaien. De machine
mag niet meer dan 2° hellen.
DE VAATWASSER STARTEN
Controleer voordat u de vaatwasser start het volgende.
1. de vaatwasser staat stevig en vlak.
2. de inlaatklep is open.
3. er is geen lekkage bij de aansluitpunten van de leidingen.
4. de kabel is stevig aangesloten.
5. de stroomtoevoer is ingeschakeld.
6. er zitten geen knopen in de invoer- en afvoerslangen.
7. Alle verpakkingsmaterialen en gedrukte materialen moeten uit de vaatwasser worden gehaald.
BELANGRIJK: Bewaar deze gebruiksaanwijzing na installatie op een veilige plaats. Deze handleiding bevat
nuttige informatie voor de gebruiker.
10_ Installatie van de vaatwasser
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 10
2012-10-08
7:13:50
Gebruik van wasmiddel en
waterontharder
WATERONTHARDER
Het zoutverbruik instellen
Bij deze vaatwasser kunt u de hoeveelheid zout die wordt verbruikt aanpassen aan de hardheid van het
gebruikte water. U kunt het niveau van het zoutverbruik als volgt instellen:
1. Zet de machine aan;
2. Houd de toets Start/Pause (Start/Pauze) binnen 60 seconden na het aanzetten van de machine ten
minste 3 seconden ingedrukt om het instellen van de de waterontharder te starten;
3. Druk enkele malen op de toets Start/Pause (Start/Pauze) om de juiste instelling voor uw locatie te
selecteren. De instellingen die u kunt selecteren zijn achtereenvolgens: H1 H2 H3 H4 H5
H6. Het is raadzaam de instelling te verrichten volgens de volgende tabel.
* De fabrieksinstelling is H4 (EN 50242)
4. Wacht 5 seconden om de instelling te voltooien.
WATERHARDHEID
º dH
º fH
º Clark
mmol/l
Stand van de
selectieknop
Zoutverbruik
(gram/wasbeurt)
03 WASMIDDEL EN WATERONTHARDER
De waterontharder moet handmatig worden ingesteld met behulp van de waterhardheidknop.
De waterontharder is bedoeld om mineralen en zouten die een belemmerend effect op de werking van de machine
zouden kunnen hebben te verwijderen. Hoe hoger het gehalte van deze mineralen en zouten, des te harder is het
water. De waterontharder moet worden ingesteld op de hardheid van het water op uw locatie. Het plaatselijke
waterleidingbedrijf kan u informeren over de hardheid van het water in uw woonplaats.
Autonomie
(wasbeurten/1 kg)
0~5
0~9
0~6
0~0,94
H1
0
/
6~11
10~20
7~14
1,0~2,0
H2
20
60
12~17
21~30
15~21
2,1~3,0
H3
30
50
18~22
31~40
22~28
3,1~4,0
H4
40
40
23~34
41~60
29~42
4,1~6,0
H5
50
30
35~55
61~98
43~69
6,1~9,8
H6
60
20
1 dH (Duitse hardheid) = 0,178 mmol/l
1 Clark (Britse hardheid) = 0,143 mmol/l
1 fH (Franse hardheid) = 0,1 mmol/l
Neem contact op met uw plaatselijke waterleidingbedrijf voor meer informatie over de hardheid van
uw kraanwater.
WATERONTHARDER
De hardheid van het water varieert van plaats tot plaats. Bij gebruik van hardwater is kalkafzetting
mogelijk op borden en bestek. De machine is uitgerust met een speciale waterontharder die
gebruikmaakt van een soort zout om kalk en mineralen in het water te neutraliseren.
Gebruik van wasmiddel en waterontharder _11
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 11
2012-10-08
7:13:50
Gebruik van wasmiddel en
waterontharder
HET ZOUT IN DE WATERONTHARDER PLAATSEN
Gebruik altijd zout dat speciaal bestemd is voor vaatwassers.
Het zoutbakje bevindt zich onder de onderste mand en moet als volgt worden gevuld:
BELANGRIJK
•
•
•
Gebruik alleen zout dat speciaal bestemd is voor vaatwassers! Andere soorten zout die niet speciaal zijn
bestemd voor gebruik in een vaatwasser, met name tafelzout, zullen de waterontharder beschadigen. In het
geval van schade door het gebruik van ongeschikt zout vervalt de garantie van fabrikant en is de fabrikant niet
aansprakelijk voor geleden schade.
Vul het zout alleen bij net voordat u een van de volledige wasprogramma's start. Hierdoor wordt voorkomen
dat mogelijk gemorste zoutkorrels of zout water langere tijd op de bodem van de machine blijven liggen, waar
ze corrosie zouden kunnen veroorzaken.
Na de eerste wasbeurt gaat het lampje op het bedieningspaneel uit.
1. Verwijder de onderste mand en draai de dop van het zoutbakje.
Open
2. Vul het bakje de eerste keer dat u het bakje vult tot 2/3 met water (circa 1 liter).
3. Plaats het uiteinde van de meegeleverde trechter in de opening en doe circa
1,5 kg zout in het bakje. Het is normaal dat een kleine hoeveelheid water uit het
zoutbakje loopt.
4. Draai de dop weer zorgvuldig op het zoutbakje.
5. Gewoonlijk gaat het zoutwaarschuwingslampje uit nadat u zout in het zoutbakje hebt gedaan.
•
•
Het zoutbakje moet worden bijgevuld wanneer het zoutwaarschuwingslampje op het bedieningspaneel gaat
branden. Ook nadat het zoutbakje is gevuld, kan het zijn dat het indicatielampje pas uitgaat nadat het zout
volledig is opgelost.
Als het bedieningspaneel geen zoutwaarschuwingslampje heeft, kunt u bepalen wanneer u zout in de
waterontharder moet bijvullen op basis van het aantal wasbeurten dat de vaatwasser heeft uitgevoerd.
Als een grote hoeveelheid zout is gemorst in de vaatwasser, is het raadzaam een voorwasprogramma uit te
voeren om het gemorste zout weg te spoelen.
12_ Gebruik van wasmiddel en waterontharder
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 12
2012-10-08
7:13:50
HET BAKJE MET SPOELMIDDEL VULLEN
Functie van het spoelmiddel
BELANGRIJK: Gebruik uitsluitend spoelmiddel van een goed merk voor de vaatwasser. Vul het
spoelmiddelbakje nooit met andere middelen (bijv. vaatwasmiddel of vloeibaar wasmiddel). Dit zou de
machine kunnen beschadigen.
Wanneer moet het spoelmiddelbakje worden bijgevuld?
Als het bedieningspaneel geen spoelmiddelwaarschuwingslampje heeft, kunt u de hoeveelheid spoelmiddel
bepalen aan de hand van de kleur van de optische niveau-indicator “D” naast de dop. Wanneer het
spoelmiddelbakje vol is, is de indicator helemaal donker. Naarmate de hoeveelheid spoelmiddel minder
wordt, wordt de donkere stip kleiner. Laat het niveau van het spoelmiddel niet lager worden dan 1/4 vol.
Naarmate de hoeveelheid spoelmiddel minder wordt,
wordt de zwarte stip van de spoelmiddelniveau-indicator
kleiner, zoals hieronder geïllustreerd.
Vol
3/4 vol
1/2 vol
1/4 vol : bijvullen om vlekken te voorkomen
Leeg
03 WASMIDDEL EN WATERONTHARDER
Tijdens de laatste spoeling wordt automatisch spoelmiddel toegevoegd. Dit zorgt voor een grondige
spoeling en voorkomen vlekken en strepen bij het drogen.
D (spoelmiddelindicator)
Gebruik van wasmiddel en waterontharder _13
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 13
2012-10-08
7:13:50
Gebruik van wasmiddel en
waterontharder
Spoelmiddelbakje
1. Open het spoelmiddelbakje door de dop in de richting van de pijl
“open” (links) te draaien en op te tillen.
2. Giet spoelmiddel in het spoelmiddelbakje. Let op dat u het bakje
niet overvol maakt.
3. Zet de dop terug door deze uit te lijken met de pijl “open” en draai
de dop dicht (naar rechts).
Het spoelmiddel wordt toegevoegd tijdens de laatste spoeling om te voorkomen dat waterdruppels op uw
services achterblijven die vlekken en strepen zouden kunnen veroorzaken. Het spoelmiddel verbetert ook
het droogresultaat door ervoor te zorgen dat het water van het vaatwerk loopt.
De vaatwasser is ontworden voor het gebruik van vloeibaar spoelmiddel. Het spoelmiddelbakje bevindt
zich aan de binnenkant van de deur, naast het vaatwasmiddelbakje. Vul het bakje door de dop te openen
en het spoelmiddel in het bakje te gieten totdat de niveau-indicator helemaal zwart is. De inhoud van het
spoelmiddelbakje bedraagt circa 130 ml.
Let op dat u het bakje niet overvol maakt. Dat zou overmatig schuim kunnen veroorzaken. Verwijder
eventueel gemorst spoelmiddel met een vochtige doek. Vergeet niet de dop op het bakje te draaien voordat
u de deur van de vaatwasser sluit.
BELANGRIJK: Verwijder eventueel spoelmiddel dat u tijdens het bijvullen hebt gemorst met een
absorberende doek om overmatig schuimen tijdens de volgende wasbeurt te voorkomen.
De toevoeging van het spoelmiddel instellen
Het spoelmiddelbakje heeft vier instellingen. Probeer in eerste instantie
de instelling “3”. In geval van vlekken of een slecht droogresultaat kunt
u de hoeveelheid spoelmiddel die wordt toegevoegd verhogen door het
deksel van het spoelmiddelbakje te verwijderen en de knop in de stand
“4” te zetten. De aanbevolen instelling is “3” (de fabrieksinstelling is “3”).
Verhoog de toediening als na de wasbeurt waterdruppels of kalkvlekken op uw vaatwerk
achterblijven. Verlaag de toediening als kleverige witte strepen op uw vaatwerk of blauwachtige vliezen
op uw glazen of messen achterblijven.
14_ Gebruik van wasmiddel en waterontharder
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 14
2012-10-08
7:13:51
FUNCTIE VAN HET VAATWASMIDDEL
Vaatwasmiddelen bevatten chemische bestanddelen die noodzakelijk zijn voor het verwijderen en afbreken van
vuildeeltjes en het afvoeren ervan uit de vaatwasser. De meeste in de winkel verkrijgbare vaatwasmiddelen van goede
kwaliteit zijn geschikt voor dit doeleinde.
WAARSCHUWING: Vaatwasmiddel heeft corrosieve eigenschappen! Houd het buiten het bereik van kinderen.
Geconcentreerd vaatwasmiddel
Vaatwasmiddel kan in twee categorieën worden ingedeeld, op basis van de chemische samenstelling
ervan:
• conventionele, alkalische reinigingsmiddelen met bijtende bestanddelen
• geconcentreerde, laag alkalische reinigingsmiddelen met natuurlijke enzymen
Het gebruik van een “normaal” wasprogramma in combinatie met een geconcentreerd vaatwasmiddel leidt
tot minder milieuvervuiling en is goed voor uw vaatwerk. Deze wasprogramma's zijn speciaal afgestemd
op de vuiloplossende eigenschappen van de enzymen in het geconcentreerde vaatwasmiddel. Hierdoor
kunt u met een “normaal” wasprogramma waarbij een geconcentreerd vaatwasmiddel wordt gebruikt
dezelfde resultaten bereiken als bij het gebruik van een “intensief” programma met een conventioneel
vaatwasmiddel.
Wastabletten
03 WASMIDDEL EN WATERONTHARDER
Juist gebruik van vaatwasmiddelen
Gebruik uitsluitend vaatwasmiddelen die speciaal bestemd zijn voor vaatwassers. Bewaar uw vaatwasmiddel op
een koele en droge plaats. Doe vaatwasmiddel in poedervorm pas in het bakje wanneer u op het punt staat het
wasprogramma te starten.
Wastabletten van verschillende merken lossen op met verschillende snelheden. Hierdoor lossen
sommige wastabletten tijdens korte wasprogramma's niet helemaal op en kunnen ze niet hun volledige
reinigingskracht ontplooien. Gebruik wastabletten daarom alleen voor lange programma's, zodat geen
wasmiddelresten in de machine achterblijven.
Vaatwasmiddelbakje
Het bakje moet worden gevuld voor het begin van elke wasbeurt. Volg hierbij de instructies op uit de
wasprogrammatabel. Deze vaatwasser gebruikt minder vaatwasmiddel en spoelmiddel van conventionele
vaatwassers. In het algemeen hebt u slechts één eetlepel vaatwasmiddel nodig voor een normale vaat. Bij
een sterk vervuilde vaat hebt u meer vaatwasmiddel nodig. Doe het wasmiddel pas in het bakje wanneer
u op het punt staat het wasprogramma te starten. Anders zou het poeder vochtig kunnen worden en niet
goed oplossen.
Het vaatwasmiddel in het bakje doen
1. Als het deksel dicht is: druk op de ontgrendeltoets. Het
deksel springt open.
Druk op de pal om het
deksel te openen
2. Doe het wasmiddel pas in het bakje wanneer u op het punt
staat het wasprogramma te starten. Gebruik uitsluitend
vaatwasmiddel van een goed merk voor de vaatwasser.
Gebruik van wasmiddel en waterontharder _15
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 15
2012-10-08
7:13:51
Gebruik van wasmiddel en
waterontharder
De benodigde hoeveelheid vaatwasmiddel
1. Doe het vaatwasmiddel in het bakje.
De markering geeft het vulniveau aan, zoals geïllustreerd aan de
rechterkant:
A. Dit gedeelte is voor het hoofdwasmiddel, circa 25g
B. Dit gedeelte is voor het voorwasmiddel, circa 5g
Als uw vaatwerk erg vuil is, kunt u een extra dosis
vaatwasmiddel in het voorwascompartiment doen. Dit
wasmiddel wordt gebruikt tijdens de voorwasfase.
A
Meer informatie over de hoeveelheid vaatwasmiddel die u
nodig hebt voor de afzonderlijke programma's vindt u in de
“Wasprogrammatabel”. (Zie pagina 23) Houd er rekening
mee dat afwijkingen mogelijk zijn, afhankelijk van de mate van
verontreiniging van het vaatwerk en de hardheid van het water.
B
2. Sluit het deksel en druk het aan totdat het vastklikt.
Houd u aan de aanbevelingen van de fabrikant met betrekking tot dosering en opslag, zoals vermeld
op de verpakking van het vaatwasmiddel.
Vaatwasmiddelen
Er zijn drie typen vaatwasmiddelen.
1. Met fosfaat en chloor.
2. Met fosfaat maar zonder chloor.
3. Zonder fosfaat en chloor.
Nieuwe vaatwaspoeders bevatten gewoonlijk geen fosfaat. Hierdoor moet het vaatwasmiddel het
stellen zonder de wateronthardende eigenschappen van fosfaat. In dat geval raden we u aan zelfs
zout in de waterontharder te doen als de hardheid van het water slechts 6 dH bedraagt. Bij gebruik
van vaatwasmiddel zonder fosfaat in combinatie met hard water verschijnen vaak witte vlekken op
borden, schalen en glazen. In dat geval hebt u meer vaatwasmiddel nodig voor een beter resultaat.
Vaatwasmiddelen zonder chloor hebben slechts een beperkt blekend effect. Hardnekkige en gekleurde
vlekken worden niet volledig verwijderd. Kies in dat geval een programma met een hogere temperatuur.
16_ Gebruik van wasmiddel en waterontharder
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 16
2012-10-08
7:13:51
DE OPTIE 3 IN 1 GEBRUIKEN
Deze vaatwasser is voorzien van een 3 in 1-optie, waarvoor geen zout en spoelmiddel nodig hebt, maar wel een 3 in
1-tablet. Deze optie kunt u alleen selecteren bij de programma's Intensive (Intensief), Auto (Automatisch) en Eco (Zuinig).
1. Doe het 3 in 1-tabel in het bakje en selecteer de optie 3 in 1.
2. Sluit het deksel en druk het aan totdat het vastklikt.
Let bij het gebruik van compacte 3 in 1 combinatiemiddelen goed op of
het deksel goed kan worden gesloten.
BELANGRIJK: Bewaar alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten
het bereik van kinderen. Doe het vaatwasmiddel altijd pas in het bakje
wanneer u op het punt staat de vaatwasser te starten.
03 WASMIDDEL EN WATERONTHARDER
De optie 3 in 1 is speciaal bestemd voor het gebruik van 3 in 1-tabletten. Als u een 3 in 1-tablet gebruikt zonder
deze optie te gebruiken, krijgt u niet het beste resultaat.
Gebruik van wasmiddel en waterontharder _17
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 17
2012-10-08
7:13:51
Het vaatwerk in de machine plaatsen
Houd bij het plaatsen van het vaatwerk in de machine de volgende richtlijnen aan voor het
beste resultaat. De kenmerken en het uiterlijk van de rekken en bestekmanden kunnen
van model tot model verschillen.
Let op voor en na het plaatsen van het vaatwerk in de machine
Veeg grote hoeveelheden voedselresten van het vaatwerk voordat u dit in de machine plaatst. Het is niet nodig het
vaatwerk onder de waterkraan af te spoelen. Plaats de voorwerpen in de volgende volgorde in de vaatwasser:
1. Plaats voorwerpen als kopjes, glazen, potten en pannen ondersteboven.
2. Plaats gebogen voorwerpen, of voorwerpen met holten, schuin zodat het water er vanaf kan lopen.
3. Stapel de voorwerpen zorgvuldig zodat ze niet kunnen omvallen.
4. Let op dat ze voorwerpen de draaiende beweging van de sproeiarmen tijdens de wasbeurt niet belemmeren.
Zeer kleine voorwerpen mogen niet in de vaatwasser worden gewassen, omdat ze gemakkelijk uit de rekken
kunnen vallen.
Het vaatwerk uit de machine halen
Om te voorkomen dat water van de bovenste mand op het vaatwerk in de onderste mand valt, is het raadzaam
eerst de onderste mand leeg te maken en daarna pas de bovenste mand.
VAATWERK IN DE BOVENSTE MAND PLAATSEN
De bovenste mand is bedoeld voor kwetsbaarder en lichter vaatwerk, zoals glazen, kopjes, schoteltjes, bordjes,
schaaltjes en lage pannen (mits ze niet te vuil zijn).
Plaats het vaatwerk zodanig dat ze niet zullen worden bewogen door de waterstralen. Plaats glazen, kopjes en
schaaltjes altijd ondersteboven.
1
IN
3
1
4
5 6
2
3
3
Kopjes
1
3
1
3
4
Schoteltjes
Glazen
Schaaltjes
5
6
Schalen
Grote schalen
2
1
De bovenste mand bijstellen
De hoogte van de bovenste mand kan worden aangepast om meer ruimte vrij te maken voor groot
keukengerei in de bovenste of onderste mand.
1. U kunt het bovenste rek laten zakken door de
hendels “A” aan de linker- en rechterkant van de
bovenste mand in te drukken en de bovenste
mand tegelijkertijd enigszins omlaag te schuiven.
2. U kunt het bovenste rek omhoog schuiven
door de bovenste mand naar boven te trekken.
Hiervoor hoeft u geen hendels in te drukken.
Let op: Het is raadzaam de hoogte van de
bovenste mand in te stellen voordat u vaatwerk
in de mand plaatst. Als u de mand verstelt
nadat u het vaatwerk hebt geplaatst, zou u het
vaatwerk kunnen beschadigen.
A
Naar een lagere positie
Naar een hogere positie
18_ Het vaatwerk in de machine plaatsen
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 18
2012-10-08
7:13:53
VAATWERK IN DE ONDERSTE MAND PLAATSEN
IN
7
8
Dessertschalen
Platte borden
9
10
Soepborden
Ovale schaal
IN
04 WAREN OP DE REKKEN PLAATSEN
Het is raadzaam grote voorwerpen, die het moeilijkst schoon te maken zijn, op het onderste rek te plaatsen: potten,
pannen, deksels en dienschalen, zoals weergegeven in de afbeelding aan de rechterkant.
Plaats dienschalen en deksels bij voorkeur aan de zijde van de rekken om te voorkomen dat deze de draaiende
beweging van de bovenste sproeiarm belemmeren. Potten, dienschalen, enz. moeten altijd ondersteboven worden
geplaatst.
Diepe potten moeten schuin worden geplaatst, zodat het water eruit kan lopen.
Het onderste rek bevat onderdelen die omlaag kunnen worden geklapt, zodat meer en grotere potten en pannen
kunnen worden geplaatst.
Lange voorwerpen, serveerbestek, slacouverts en grote messen moeten op het rek worden gelegd zodat ze de
draaiende beweging van de sproeiarmen niet kunnen belemmeren.
PENNEN VAN DE ONDERSTE MAND NEERKLAPPEN
De pennen in de onderste mand kunnen worden neergeklapt om potten en
pannen beter te kunnen schikken, zoals weergegeven in de afbeelding aan de
rechterkant.
Het vaatwerk in de machine plaatsen _19
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 19
2012-10-08
7:13:56
Het vaatwerk in de machine plaatsen
BESTEKMAND
Bestek moet in de bestekmand worden geplaatst, met de handgreep naar beneden: lepels moeten een voor een in de
toepasselijke sleuven worden geplaatst. Lange voorwerpen moeten liggend worden geplaatst, aan de voorkant van de
bovenste mand.
1
Soeplepels
5
Dessertlepels
2
Vorken
6
Serveerlepels
3
Messen
7
Serveervorken
4
Theelepels
8
Juslepels
WAARSCHUWING
•
•
Laat voorwerpen niet uitsteken door de onderkant van het rek.
Plaats scherp bestek altijd met de scherpe punt naar beneden!
20_ Het vaatwerk in de machine plaatsen
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 20
2012-10-08
7:14:00
VOOR WASSEN IN DE VAATWASSEN ZIJN DE VOLGENDE VOORWERPEN
slechts beperkt geschikt
Bestek met handgrepen van hout, porselein of
paarlemoer.
Kunststoffen voorwerpen die niet hittebestendig
zijn; ouder bestek met gelijmde onderdelen die niet
warmtebestendig zijn; aaneengelijmd vaatwerk; tinnen
of koperen voorwerpen; loodkristal; stalen voorwerpen
die gevoelig zijn voor roestvorming; houten borden;
voorwerpen van synthetische vezels.
Sommige soorten glas kunnen hun glans verliezen na
veelvuldig wassen.
Zilveren en aluminium voorwerpen kunnen tijdens het
wassen verkleuren.
Geglazuurde voorwerpen kunnen verbleken na veelvuldig
wassen in de machine.
Probeer geen voorwerpen te wassen die zijn verontreinigd met sigarettenas, kaarsvet, vernis of verf. Let er bij de
aanschaf van nieuw vaatwerk op of het vaatwasmachinebestendig is.
Doe niet te veel vaatwerk in de vaatwasser. Er is slechts ruimte voor 12 stuks vaatwerk. Gebruik geen vaatwerk
dat niet vaatwasmachinebestendig is. Dit is belangrijk voor een goed resultaat en een redelijk energieverbruik.
Let tijdens het plaatsen van het vaatwerk en bestek op het volgende
04 WAREN OP DE REKKEN PLAATSEN
niet geschikt
Zorg ervoor dat het vaatwerk en het bestek de draaiende beweging van de sproeiarmen niet belemmeren.
Plaats holle voorwerpen, zoals kopjes, glazen, pannen, enz. met de opening naar beneden, zodat het water
er niet in blijft staan.
Zorg ervoor dat het vaatwerk en bestek niet in elkaar ligt of elkaar bedekt
•
•
•
Voorkom beschadiging van glazen door ervoor te zorgen dat ze elkaar niet aanraken.
Plaats grote voorwerpen die het moeilijkst te reinigen zijn op het onderste rek.
Het bovenste rek is bedoel voor lichter en kwetsbaarder vaatwerk, zoals glazen en kopjes.
BELANGRIJK
Rechtopstaande messen met een lang lemmet zijn gevaarlijk!
Lange en scherpe voorwerpen en bestek, zoals vleesmessen, moeten liggend in de bovenste mand
worden geplaatst.
Beschadiging van glaswaren en ander vaatwerk.
Mogelijke oorzaken
Aanbevolen oplossing
•
•
•
Type glas of fabricageproces. Chemische
samenstelling van het vaatwasmiddel.
Watertemperatuur en duur van het
vaatwasprogramma.
•
•
•
Gebruik glaswaren en porseleinen
voorwerpen die door de fabrikant als
vaatwasmachinebestendig zijn aangeduid.
Gebruik een mild vaatwasmiddel dat wordt
beschreven als vaatwerkvriendelijk. Vraag
zo nodig om aanvullende informatie bij de
fabrikant van het vaatwasmiddel.
Selecteer een programma met een zo laag
mogelijke temperatuur.
Voorkom beschadiging door glas en bestek
zo snel mogelijk na het einde van het
wasprogramma uit de vaatwasmachine te
halen.
Het vaatwerk in de machine plaatsen _21
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 21
2012-10-08
7:14:01
Vaatwasprogramma's
DE MACHINE AANZETTEN
Een wasbeurt starten
1. Trek de bovenste en onderste mand naar buiten, plaats het vaatwerk en duw ze weer naar binnen.
Het is raadzaam eerst de onderste mand te vullen en daarnaast de bovenste (zie het gedeelte “Het vaatwerk in de
machine plaatsen”).
2. Doe het vaatwasmiddel in het bakje (zie het gedeelte “Gebruik van wasmiddel en waterontharder”).
3. Doe de stekker in het stopcontact. De voeding is 220-240 VAC/50 HZ, de specificatie van het stopcontact is 15A
250VAC. Controleer of de watervoorziening is ingeschakeld met de juiste waterdruk.
4. Sluit de deur en druk op de toets Power (Aan/Uit) om de machine aan te zetten.
5. Druk op de toets Program (Programma). Het wasprogramma verandert achtereenvolgens in:
Intensive (Intensief) Auto (Automatisch) Eco (Zuinig) Delicate (Breekbaar)
Express Wash (Kort wasprogramma) Pre Wash (Voorwas)
Nadat een vaatwasprogramma is geselecteerd, gaat het reactielampje branden. Vervolgens drukt u op de toets
Start/Pause (Start/Pauze) om het wasprogramma te starten.
Als het wasprogramma onderbreekt door op de toets Start/Pause (Start/Pauze) te drukken, stopt de
programmateller en laat de vaatwasser elke minuut een geluidssignaal horen totdat u de toets
Start/Pause (Start/Pauze) opnieuw indrukt om het vaatwasprogramma te hervatten.
HET PROGRAMMA WIJZIGEN
Voorwaarde:
1. Een wasprogramma dat wordt uitgevoerd kan alleen worden gewijzigd als het nog maar net begonnen is. Anders is
het vaatwasmiddel mogelijk al toegevoegd of is het vaatwaswater al door de machine afgevoerd. In dat geval moet
het vaatwasmiddelbakje weer worden gevuld (zie het gedeelte “Het vaatwasmiddel in het bakje doen”).
2. Druk op de toets Start/Pause (Start/Pauze). De machine schakelt over naar stand-by.
Houd de toets Program (Programma) ten minste 3 seconden ingedrukt. Vervolgens kunt u het gewenste
vaatwasprogramma selecteren.
Als u tijdens de wasbeurt de deur van de machine opent, wordt het wasprogramma onderbroken. Het
programmalampje stopt met knipperen en de zoemer klinkt elke minuut totdat u de deur weer sluit. Nadat u de
deur hebt gesloten, hervat de machine het programma na 3 seconden automatisch.
Als uw machine een geheugenfunctie heeft, maakt de machine het geselecteerde programma na een
stroomstoring gewoon af.
Een stuk vaatwerk toevoegen
U kunt een vergeten stuk vaatwerk toevoegen tot het moment dat het vaatwasmiddelbakje open gaat.
1. Druk op de toets Start/Pause (Start/Pauze) en open de deur langzaam en voorzichtig. Anders
bestaat het gevaar van letsel door de hete stoom uit de vaatwasser.
2. Nadat de sproeiarm is gestopt, kunt u de deur helemaal open maken.
3. Plaats het vergeten vaatwerk.
4. Sluit de deur. De vaatwasser hervat het programma na 3 seconden.
WAARSCHUWING: Het is gevaarlijk de deur tijdens het wasprogramma te openen. Het hete water
kan brandwonden veroorzaken. Als de deur wordt geopend terwijl de vaatwasser in bedrijf is, wordt
een veiligheidsmechanisme geactiveerd en wordt het programma onderbroken.
22_ Vaatwasprogramma's
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 22
2012-10-08
7:14:01
AAN HET EINDE VAN HET WASPROGRAMMA
Open de deur voorzichtig. Op het moment dat de deur wordt geopend kan hete stoom naar buiten komen!
•
•
•
Heet vaatwerk is gevoelig voor stoten. Laat het vaatwerk circa 15 minuten afkoelen alvorens het uit de
machine te halen.
Open de deur van de vaatwasser, laat deze op een kier staan, en wacht enkele minuten alvorens u het
vaatwerk uit de machine haalt. Zodoende heeft het vaatwerk tijd om af te koelen en krijgt u een beter
droogresultaat.
Het vaatwerk uit de vaatwasser halen
05 WASPROGRAMMA'S
Wanneer het wasprogramma is voltooid, laat de vaatwasser een kort geluidssignaal horen. Op het digitale display
verschijnt de melding “End” (Einde). Pas dan is het wasprogramma geëindigd.
1. Zet de vaatwasser uit door op de toets Power (Aan/Uit) te drukken.
2. Sluit de waterkraan!
Het is normaal dat de vaatwasser van binnen nat is.
Maak eerst de onderste mand leeg en daarna de bovenste. Zo voorkomt u dat water uit de bovenste mand op het
vaatwerk in de onderste mand valt.
WASPROGRAMMATABEL
Programma
Wasprogramma
Selectie-informatie
Voorwas (50 °C)
Voorwas
Hoofdwas (65 °C)
Spoelen
Spoelen (55 °C)
Drogen
Voorwas ( 40 °C )
Voor al het vervuilde vaatwerk,
Automatische hoofdwas
zoals potten, pannen, braadsleden
( 45 °C )
en schalen waarop langere tijd
Spoelen
uitgedroogde etenswaren hebben
Spoelen (67 °C)
gelegen.
Drogen
Voorwas
Voor licht vervuild vaatwerk, zoals
Hoofdwas (49 °C)
Spoelen
borden, glazen, schaaltjes, en licht
vuile pannen.
Spoelen (62 °C)
Drogen
Voorwas
Voor normaal vervuild vaatwerk of
Hoofdwas (40 °C)
breekbare voorwerpen, zoals glazen. Spoelen (60 °C)
Drogen
Een korter wasprogramma voor licht Hoofdwas (40 °C)
vuil vaatwerk dat niet hoeft te worden Spoelen
gedroogd.
Spoelen (45 °C)
Voor vooraf gewassen vaatwerk of
glazen. Er wordt geen vaatwasmiddel Voorwas
gebruikt en geen droogcyclus gestart.
Voor het meest vervuilde vaatwerk,
zoals potten, pannen, braadsleden
en schalen waarop langere tijd
uitgedroogde etenswaren hebben
gelegen.
Intensive
(Intensief)
Auto
(Automatisch)
Eco (Zuinig)
(*EN 50242)
Delicate
(Breekbaar)
Express
Wash (Kort
wasprogramma)
Voorwas
Beschrijving van het
wasprogramma
Duur van het
Vaatwasmiddel
Energieverbruik Waterverbruik
programma
voor/hoofd
(KWh)
(ℓ)
(min)
5/25 g
(of 3 in 1)
160
1,4
17,5
5/25 g
(of 3 in 1)
120~150
0,9~1,2
11~16
5/25 g
(of 3 in 1)
175
1,03
12
5/25 g
110
0,9
14,5
20 g
35
0,6
10,5
-
8
0,1
3,8
* EN 50242: Dit programma is een testprogramma. De informatie voor de vergelijkbaarheidstest conform EN
50242 luidt:
•
•
•
Capaciteit: Couvert voor 12 personen
Positie van bovenste mand: lagere positie
Spoelmiddelinstelling: 3
Vaatwasprogramma's _23
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 23
2012-10-08
7:14:01
Reiniging en onderhoud
DE FILTERS SCHOONMAKEN
Filtersysteem
Voor het gemak hebben we de afvoerpomp en het filtersysteem zodanig geplaatst dat deze eenvoudig
kunnen worden bereikt vanuit de trommel. Het filtersysteem bestaat uit drie onderdelen: het hoofdfilter, het
grove filter en het fijne filter.
1. Hoofdfilter: Voedsel- en vuildeeltjes die door dit filter worden opgevangen
worden verpulverd door een speciale hogedrukspuit om de onderste
sproeiarm en door de afvoer gespoeld.
2. Grof filter: Grotere stukken, zoals stukjes bot of glas die de afvoer zouden
kunnen verstoppen, worden opgevangen door het grove filter. U kunt een
voorwerp dat door dit filter is opgevangen verwijderen door de tabjes aan de
bovenkant van dit filter samen te drukken en het filter uit te nemen.
3. Fijn filter: Dit filter houdt vuil en voedselresten vast in de machine zelf
en voorkomt dat het tijdens het wasprogramma weer op het vatwerk
terechtkomt.
2
1
3
BELANGRIJK: Zet het fijne filter niet ondersteboven.
Filter
Voor het beste resultaat is het nodig het filter schoon te maken. Het filter verwijdert voedseldeeltjes uit
het waswater, waardoor het gedurende het wasprogramma kan worden gerecirculeerd. Daarom is het
raadzaam de grotere voedseldeeltjes die door het filter zijn opgevangen na elke wasbeurt te verwijderen
door het halfronde filter en de beker af te spoelen met stromend water. U kunt het filtersysteem verwijderen
door het linksom te draaien en op te lichten. Het is raadzaam het volledige filtersysteem regelmatig schoon
te maken.
U kunt het grove en fijne filter schoonmaken met een afwasborstel. Zet het volledige filtersysteem
vervolgens terug in de vaatwasser. Zet het op zijn plaats, duw het naar beneden en draai het rechtsom.
Open
Gebruik de vaatwasser nooit zonder de filters. Het onjuist terugplaatsen van het filter kan ten koste van van
de prestaties van de machine en leiden tot schade aan vaatwerk en bestek.
WAARSCHUWING: Gebruik de vaatwasser nooit zonder de filters. Zorg ervoor dat u de filters
tijdens het schoonmaken niet beschadigt. Anders kunnen de filters mogelijk hun werk niet meer naar
behoren doen, met als mogelijk gevolg een slecht wasresultaat en schade aan de interne onderdelen.
24_ Reiniging en onderhoud
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 24
2012-10-08
7:14:02
DE SPROEIARMEN SCHOONMAKEN
Open
DE DEUR SCHOONMAKEN
Gebruik voor het schoonmaken van de rand rond de deur alleen een zachte warme
vochtige doek. Gebruik geen schoonmaakspuit, om te voorkomen dat water in de
deurvergrendeling of de elektrische onderdelen terechtkomt
Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen of schuursponsjes om de buitenkant van de
machine schoon te maken. Dit zou krassen kunnen veroorzaken. Zelfs papieren doekjes
kunnen krasjes op de buitenkant van de machine veroorzaken.
06 REINIGING EN ONDERHOUD
Het is nodig de sproeiarmen regelmatig schoon te maken. De chemicaliën in hard
water zouden de spuitgaatjes en lagers van de sproeiarm kunnen aantasten. U kunt de
middelste sproeiarm verwijderen door de arm rechtsom te draaien en uit te nemen. U
kunt de onderste sproeiarm verwijderen door de sproeiarm omhoog te trekken. Was
de armen in een warm sopje en maak de spuitgaatjes schoon met een zacht borsteltje.
Spoel ze grondig af en plaats ze vervolgens terug.
WAARSCHUWING: Gebruik geen schoonmaakspuit voor het schoonmaken van de deur. Dit zou schade
aan het vergendelingsmechanismen en de elektrische onderdelen kunnen veroorzaken. Het is niet raadzaam
schuurmiddelen of papieren doekjes te gebruiken in verband het het gevaar van beschadiging van het
roestvrijstalen oppervlak.
ONDERHOUD VAN DE VAATWASSER
Gebruik voor het schoonmaken van het bedieningspaneel een lichtbevochtigde doek en maak het vervolgens
goed droog. Gebruik voor het schoonmaken van de buitenkant van de machine een goede schoonmaakwas voor
huishoudelijke apparaten.
Gebruik geen scherpe voorwerpen, schuursponsjes of agressieve schoonmaakmiddelen voor het schoonmaken van
enig onderdeel van de vaatwasser.
BESCHERMING TEGEN BEVRIEZING
Als uw vaatwassen in de winter op een onverwarmde plaats wordt achtergelaten:
1. Sluit de vaatwasser af van de stroombron.
2. Schakel de watertoevoer uit en haar de wateraanvoerpijp los van de beveiligingsklep.
3. Laat het water uit de inlaatpijp en de veiligheidsklep lopen. (Vang het water op in een pan.)
4. Sluit de wateraanvoerpijp weer aan op de beveiligingsklep.
5. Verwijder het filter aan de onderkant van de trommel en neem het water in de trommel op met een spons.
Reiniging en onderhoud _25
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 25
2012-10-08
7:14:02
Reiniging en onderhoud
UW VAATWASSER ALS NIEUW HOUDEN
•
•
•
•
•
•
Na elke wasbeurt
Schakel na elke wasbeurt de watertoevoer naar de machine uit en laat de deur een stukje open staan zodat vocht
en geurtjes niet in de machine blijven hangen.
Stekker uit het stopcontact
Haal voordat u de machine schoonmaakt of onderhoud pleegt altijd de stekker uit het stopcontact.
Geen oplosmiddelen of schuurmiddelen
Gebruik voor het schoonmaken van de buitenkant en de rubberen onderdelen van de vaatwasser geen
oplosmiddelen of schuurmiddelen. Gebruik uitsluitend een doek en een warm sopje. Gebruik voor het verwijderen
van vlekken van het oppervlak aan de binnenkant een licht met water bevochtigde doek en wat witte azijn, of een
speciaal schoonmaakproduct voor vaatwassers.
Wanneer u op vakantie gaat
Voor u op vakantie gaat is het raadzaam een wasbeurt te draaien met een lege vaatwasser en vervolgens de
stekker uit het stopcontact te halen, de waterkraan dicht te draaien en de deur van de machine een stukje open te
laten staan. Zo verlengt u de levensduur van de afdichting en voorkomt u het ontstaan van geurtjes in de machine.
De machine verplaatsen
Probeer de machine tijdens het verplaatsen in rechtopstaande stand te houden. Als het absoluut noodzakelijk is,
kan de machine achterover worden gekanteld.
Afdichting
Een van de factoren die kunnen leiden tot het ontstaan van luchtjes in de vaatwassen is voedsel dat vast komt te
zitten in de afdichting. U kunt dit voorkomen door de afdichting zo nu en dan schoon te maken met een vochtige
spons.
26_ Reiniging en onderhoud
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 26
2012-10-08
7:14:02
Problemen oplossen
De fabrikant brengt voortdurend verbeteringen in haar producten aan. Het is mogelijk dat
deze zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen aanbrengt in de machine.
VOORDAT U DE TECHNISCHE DIENST BELT
MOGELIJKE OORZAAK
WAT U KUNT DOEN
•
Zekering gesprongen of
aardlekschakelaar geactiveerd.
•
Vervang de zekering of reset de
aardlekschakelaar. Verwijder andere apparaten
die zich op dezelfde groep bevinden als de
vaatwasser.
•
Geen stroomtoevoer.
•
Controleer of de vaatwasser is ingeschakeld en
de deur goed is gesloten.
Controleer of de stekker in het stopcontact zit.
•
Lage waterdruk.
•
Controleer of de watertoevoer goed is
aangesloten en de kraan is opengedraaid.
Afvoerpomp stopt niet
•
Overstroming.
•
Het systeem is zo ontworpen dat het
overstroming detecteert. In dat geval wordt
de circulatiepomp uitgeschakeld en wordt de
afvoerpomp ingeschakeld.
Lawaai
•
Het is normaal dat wat geluiden
hoorbaar zijn.
•
Geluid van het verpulveren van voedselresten en
van het openen van het vaatwasmiddelbakje.
•
Bestek staat niet stevig in het
mandje of iets kleins is in het
mandje gevallen.
•
Zorg ervoor dat alles goed vast staat in de
vaatwasser.
•
Motorgeluid.
•
Vaatwasser is niet regelmatig gebruikt. Als u de
vaatwasser niet vaak gebruikt, is het raadzaam
de vaatwasser eenmaal per week te vullen en
leeg te pompen. Dit helpt te voorkomen dat de
afdichting uitdroogt.
•
Ongeschikt vaatwasmiddel,
•
Gebruik alleen speciaal vaatwasmiddel voor
vaatwasmachines om schuimvorming te
voorkomen.
Open in dit geval de vaatwasser en laat het
schuim verdampen.
Doe 4 liter koud water in de trommel. Sluit en
vergrendel de vaatwasser en start de “spoel”
cyclus om het water weg te pompen. Zo nodig
herhalen.
Schuim in de trommel
•
•
•
Gemorst spoelmiddel.
•
Neem gemorst spoelmiddel altijd onmiddellijk op.
Vlekken op de binnenkant
van de trommel
•
Er is vaatwasmiddel met
kleurstoffen gebruikt.
•
Gebruik vaatwasmiddel zonder kleurstoffen.
Vaatwerk niet droog
•
Bakje met spoelmiddel leeg.
•
Vul het spoelmiddelbakje.
Vaatwerk en bestek niet
schoon
•
Verkeerd programma.
•
Selecteer een meer intensief vaatwasprogramma.
•
Onjuiste schikking van het
vaatwerk.
•
Zorg ervoor dat de beweging van het
vaatwasmiddelbakje en de sproeiarmen niet
wordt belemmerd door groot vaatwerk.
07 PROBLEMEN OPLOSSEN
PROBLEEM
Vaatwasser werk niet
Problemen oplossen _27
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 27
2012-10-08
7:14:02
Problemen oplossen
MOGELIJKE OORZAAK
WAT U KUNT DOEN
Vlekken en aanslag op
glazen en bestek
PROBLEEM
1.
2.
3.
4.
Extreem hard water.
Lage aanvoertemperatuur.
Overlading van de vaatwasser.
Onjuiste schikking van het
vaatwerk.
5. Oud of vochtig vaatwaspoeder.
6. Spoelmiddelbakje leeg.
7. Onjuiste dosering
vaatwasmiddel.
Vlekken verwijderen van glaswerk:
1. Haal alle metalen bestek uit de vaatwasser.
2. Voeg geen vaatwasmiddel toe.
3. Kies het langste wasprogramma.
4. Start de vaatwasser en laat deze 18 tot 22
minuten lopen. Het hoofdwasprogramma is dan
begonnen.
5. Open de deur en giet 2 kopjes witte azijn onderin
de vaatwasser.
6. Sluit de deur en laat de vaatwasser het
programma voltooien. Als de azijn niet werkt:
Herhaal de bovenstaande procedure, maar
gebruik een half kopje (60 ml) citroenzuur in
plaats van azijn.
Zweem op glaswaren
•
Combinatie van zacht water en
te veel vaatwasmiddel.
•
Gebruik minder vaatwasmiddel als u zacht water
hebt en selecteer het kortste wasprogramma
voor het wassen van glaswaren.
Gele of bruine aanslag op
binnenoppervlakken
•
Thee of koffievlekken.
•
Gebruik een oplossing van een half kopje
bleekmiddel en drie kopjes warm water om de
vlekken met de hand te verwijderen.
WAARSCHUWING: Wacht na een wasbeurt
20 minuten om de verwarmingselementen
af te laten koelen alvorens u de binnenkant
schoonmaakt. Het niet navolgen van deze
instructie kan brandwonden tot gevolg hebben.
•
IJzerdeeltjes in het water
kunnen aanslag veroorzaken.
•
In dat geval moet u een
wateronthardingsspecialist bellen voor een
speciaal filter.
Witte aanslag aan de
binnenkant
•
Mineralen in hard water.
•
Reinig de binnenkant met een vochtige
spons met vaatwasmiddel en gebruik
rubberen handschoenen. Gebruik nooit
een andere reinigingsmiddel van wasmiddel
voor vaatwasmachines om het risico van
schuimvorming te vermijden.
Deksel van
vaatwasmiddelbakje klikt
niet vast
•
Knop staat niet in de stand UIT.
•
Zet de knop in de stand UIT en schuif de pal in
de deur naar links.
Vaatwasmiddel
achtergebleven in
vaatwasmiddelbakje
•
Vaatwasmiddelbakje
geblokkeerd door vaatwerk.
•
Schik het vaatwerk op de juiste wijze.
Stoom
•
Normaal verschijnsel.
•
Tijdens het drogen en het wegpompen van het
water kan wat stoom naar buiten komen door de
opening naast de deurvergrendeling.
Zwarte of grijze vlekken op
vaatwerk
•
Aluminium bestek is tegen het
vaatwerk aan gekomen.
•
Verwijder de vlekken met een mild schuurmiddel.
Achtergebleven water
onderin de trommel
•
Dit is normaal.
•
Een kleine hoeveelheid schoon water rond
de uitlaat van de trommel zorg ervoor dat het
afdichting niet uitdroogt.
28_ Problemen oplossen
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 28
2012-10-08
7:14:02
PROBLEEM
Vaatwasser lekt
WAT U KUNT DOEN
Spoelmiddelbakje overvol of
spoelmiddel gemorst.
•
Zorg ervoor dat u niet te veel spoelmiddel in het
bakje doet.
Gemorst spoelmiddel kan ertoe leiden dat teveel
spoelmiddel wordt gebruikt en dat de machine
overloopt.
Neem gemorst spoelmiddel op met een vochtige
doek.
•
Vaatwasser staat niet recht.
•
Zorg ervoor dat de vaatwasser recht staat.
•
Deur staat open.
•
Wanneer de deur open staat, werkt alleen de
toets Power (Aan/Uit). Sluit de deur en druk op
de gewenste toets.
•
Kinderslot is geactiveerd.
•
Wanneer het kinderslot is geactiveerd,
reageren de toetsen niet. U kunt het kinderslot
uitschakelen door de toetsen 3 in 1 en Delay
start (Uitgestelde start) drie (3) seconden lang
ingedrukt te houden.
Het kinderslot wordt ook uitgeschakeld wanneer
u de stekker even uit het stopcontact haalt.
07 PROBLEMEN OPLOSSEN
Toetsen werken niet terwijl
de machine aan staat
MOGELIJKE OORZAAK
•
Het wasresultaat kan zijn veroorzaakt door een probleem met de stroomvoorziening. Probeer een ander
programma voordat u de technische dienst belt.
FOUTCODES
Als een fout optreedt wordt mogelijk een foutcode weergegeven ter informatie:
CODES
BETEKENIS
MOGELIJKE OORZAAK
Probleem met de watertoevoer
• Wateraanvoer duurt te lang
1. Kraan is dicht of wateraanvoer wordt
belemmerd.
2. Waterdruk te laag.
3. Waterinlaatklep of stroommeter werkt
niet.
4. Afvoerpomp werkt niet. (Hoog
waterniveau gedetecteerd. Kan daarom
geen water bijvullen.)
Probleem met het verwarmingselement
• Opwarmtijd te lang; de vereiste
temperatuur wordt niet bereikt.
1. Verwarmingselement of thermostaat
defect.
2. Waterniveau in trommel te laag op het
moment dat het verwarmingselement
wordt ingeschakeld.
3. Laagniveaubeveiliging werkt niet.
LE
Lekkage
• Lekkagesensor heeft waterlekkage
gedetecteerd
Vaatwasser loopt over.
Lekkage in de opvangbak.
tE
Thermostaatstoring
Relaisstoring of defecte thermostaat.
4E
HE
WAARSCHUWING: Draai als de machine overloopt eerst de kraan dicht en bel daarna pas de technische
dienst. Als zich water in de opvangback bevindt als gevolg van overvullen of een klein lek, moet het water worden
verwijderd alvorens u de vaatwasser opnieuw start.
Problemen oplossen _29
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 29
2012-10-08
7:14:02
Aanhangsel
SPECIFICATIES
Model
DW-FN320T, DW-FN320W
Type
Vrijstaande vaatwasmachine
Wascapaciteit
Couvert voor 12 personen
Voeding
220 - 240 VAC / 50 Hz
Waterdruk
0,04 ~ 1,0 MPa
Nominaal opgenomen
vermogen
1760-2100 W
Warmwateraansluiting
Max 60 °C
Type wasautomaat
Roterende sproeiarm
Type droger
Condensdroger
Afmetingen
598 x 600 x 845 mm (breedte×diepte×hoogte)
Gewicht
53 kg netto
AFMETINGEN VAN DE MACHINE
598
600
845
1175
30_ Aanhangsel
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 30
2012-10-08
7:14:02
Voor standaardtest
De informatie voor de vergelijkbaarheidstest conform EN 50242 luidt:
De onderstaande diagrammen laten zien hoe het vaatwerk in de manden moet worden geplaatst conform de
Europese normen (EN50242).
• Wascapaciteit: couvert voor 12 personen
• Testnorm: EN50242/IEC60436
• Positie van bovenste mand: lagere positie
• Wasprogramma: Eco (Zuinig)
• Aanvullende opties: geen
• Spoelmiddelinstelling: 3
• Instelling waterontharder: H4
• Dosering van standaard vaatwasmiddel: voorwas 5 g + hoofdwas 25 g
• Zie de onderstaande figuur voor de schikking van het vaatwerk
<Bovenste mand>
1
IN
3
1
4
5 6
2
3
3
Kopjes
1
3
1
3
4
Schoteltjes
Glazen
Schaaltjes
5
6
Schalen
Grote schalen
2
1
<Onderste mand>
IN
7
8
Dessertschalen
Platte borden
9
10
Soepborden
Ovale schaal
IN
<Bestekmand>
1
Soeplepels
5
2
Vorken
6
Serveerlepels
3
Messen
7
Serveervorken
4
Theelepels
8
Juslepels
Dessertlepels
Voor standaardtest _31
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 31
2012-10-08
7:14:03
Productkaart
REGELGEVING (EU) NR. 1059/2010
Leverancier
SAMSUNG
Modelnaam
DW-FN320W
DW-FN320T
Nominale capaciteit (standaardcouverts)
12
Energiezuinigheidsklasse
A+
Jaarlijks energieverbruik (AE c) (kWh/jaar) 1)
291
Energieverbruik standaardprogramma (E t) (kWh)
1,03
Energieverbruik in de uitstand, P o (W)
0,46
Energieverbruik in de sluimerstand, P l (W)
0,58
Jaarlijks waterverbruik (AW c) (L/jaar)
2)
Droogefficiëntieklasse, A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)
Standaardprogramma
3)
A
Eco (Zuinig)
Programmaduur voor het standaardprogramma, (min.)
Duur van de sluimerstand, (T l) (min.)
Geluidsemissie via de lucht (dBA re 1pW)
Installatie
3360
175
Onbeperkt
48
Inbouw
-
Onderbouw
Ja
Vrijstaand
Ja
1) gebaseerd op 280 afwasbeurten met het standaardprogramma met koud water en het verbruik van de
standen met laag energieverbruik. Het werkelijke energieverbruik is afhankelijk van de wijze waarop het
apparaat wordt gebruikt.
2) gebaseerd op 280 afwasbeurten met het standaardprogramma. Het werkelijke waterverbruik is afhankelijk van
de wijze waarop het apparaat wordt gebruikt.
3) ‘Standaardprogramma’ is het standaardafwasprogramma dat geschikt is voor het reinigen van normaal
vervuild vaatwerk. Dit is het meest efficiënte programma met betrekking tot energie- en waterverbruik.
32_ Productkaart
DD81-01446A-01_NL_20121008.indd 32
2012-10-08
7:14:09