Solé Diesel SDZ-205 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Introduction
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · [email protected]
2
Operator’s Manual Marine Diesel Gensets
Scheepsdieselmotoren
Gebruikershandleiding
SDZ-165
SDZ-205
SDZ-280
U_SD16_NL
Revisie 1
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · in[email protected]
2
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
1. Garantie Solé Diesel
Lees de handleiding en documentatie die met elke motor wordt geleverd, voordat u deze
gebruikt of een vraag stelt. De motor wordt zonder vloeistoffen geleverd. Zorg ervoor dat vloeistoffen
gebruikt worden met de specificaties die in de handleidingen van Solé Diesel staan beschreven.
De toepassing van de in dit document beschreven voorwaarden geldt uitsluitend voor
motoren of generatoraggregaten die na 4 november 2011 zijn gefabriceerd.
Beperkte garantie Solé Diesel
Solé Diesel garandeert dat op het moment van verzending alle motoren en
generatoraggregaten aan de voorziene specificaties voldoen en geen fabricagefouten bevatten.
De beperkte garantieperiode van Solé Diesel treedt in werking vanaf de datum van de verkoop
aan de eerste eindkoper of gebruiker van de motor of het generatoraggregaat. Indien het product niet
onmiddellijk aan de eindklant geleverd wordt, treedt de garantie 6 maanden na de verkoopdatum in
werking. Elke beperkte garantieperiode die niet verstreken is, kan worden overgedragen op de
volgende koper/s.
Tenzij Solé Diesel iets anders toestaat, worden de garantieperiodes toegepast volgens de
verstreken tijd in maanden vanaf de aankoopdatum of de limiet van werkingsuren (afhankelijk van
wat het eerst plaatsvindt) die in onderstaande tabel staan vermeld:
Uitgebreide garantie Solé Diesel
Solé Diesel voorziet in een uitgebreide dekkingsperiode voor de volgende componenten:
motorblok, cilinderkop, krukas, nokkenas, omhulsel van het vliegwiel, omhulsel van de
distributietandwielen, distributietandwielenen drijfstang.
Beperkingen
Van de dekking uitgesloten:
a) De garantie geldt uitsluitend voor producten van Solé Diesel en deze verliest haar geldigheid
als de producten van een andere fabrikant ongeschikt blijken of de oorzaak zijn van een
defect of de slechte werking van onze producten.
b) De garantie is niet langer geldig in het geval dat de in de gebruikers- en
onderhoudshandleidingen aangegeven revisies en onderhoudsbeurten niet goed zijn
uitgevoerd.
c) Verslechtering ten gevolge van een opslagtijd langer dan 6 maanden en/of opslag die niet
strookt met de in de gebruikers- en onderhoudshandleidingen voorziene procedures.
Dekkingsperiodes van de beperkte garantie
Product
Vrije tijd
Maanden
Uren
Maanden
Uren
Aandrijfmotoren
24
1000
12
2000
Generatoraggregaten
24
1000
12
1000
Uitgebreide dekkingsperiodes
Produkt
Fritid
Måneder
Timer
Måneder
Timer
Aandrijfmotoren
36
1500
-
-
Generatoraggregaten
36
1000
-
-
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · in[email protected]
3
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
Verslechtering ten gevolge van een niet-naleving van de in de gebruikers- en
onderhoudshandleidingen opgenomen specifieke overwinteringsprocedures.
d) Storingen door nalatigheid, gebrek aan assistentie, ongeval of abnormaal gebruik en
ontoereikend onderhoud of installatie.
e) Storingen die verband houden met de installatie, bediening -brandstoffen, oliën, voor de
motor schadelijke handelingen of met de toepassing ongeschikte schroef voor
aandrijfmotor, ongeschikte elektrische installatie voor generator-.
f) Kosten in verband met telefonische communicatie, tijd- of geldverlies, ongemak,
tewaterlating, stranding, verwijdering of vervanging van onderdelen of materiaal van het
schip, omdat het ontwerp ervan dit nodig maakt om bij de motor te kunnen komen, en schade
en/of ongevallen die het gevolg zijn van een storing.
2. Informatie over de motor
2.1 Identificatie van de motor
Het identificatieplaatje bevindt zich bovenop het deksel van de tuimelaars voor de motoren SDZ-
165/205/280.
Afgezien van het identificatieplaatje
is bij alle motoren het serienummer
in het motorblok gegraveerd.
De standaardmotor werkt
bij temperaturen tussen -18 ºC en +45 ºC.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · in[email protected]
4
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
2.2 Identificatie motoronderdelen en schuine installatie
Zorg ervoor dat de motor geïnstalleerd wordt op een genivelleerd oppervlak. Gebeurt dit niet,
dan wordt maximaal de volgende werking in schuine stand toegelaten:
Voortdurend
Tijdelijk
SDZ-165/205/280
10º
30º (max. 30 min.)
ONDERDEEL
ELEMENT
1
Vulopening voor koelvloeistof
2
Expansievat
3
Koelvloeistof koeler motor
4
Pomp hercirculatie koelvloeistof
5
Trillingcompensator
6
Mechanische pomp voeding brandstof
7
Brandstofingang
8
Brandstoffilter
9
Oliefilter motor
10
Oliepeilstok
11
Verbinding aftakas
12
Zoutwaterpomp voor hercirculatie
13
Dop / Deksel
14
Aanzuiging zout water
15
Brandstof retourklep
16
Regelaar
17
Stopsolenoïde motor
18
Slang brandstofdruk
19
Ontluchtingsslang vanuit de turbo
20
Zoutwaterslang ingang intercooler
21
Olievulopening
22
Koeler motorolie
23
Individuele injectiepompen
24
Startmotor
25
Oliecarter
26
Handpomp olieaftap
27
Wisselstroomgenerator
28
Gekoeld uitlaatspruitstuk
29
Zoutwaterslang ingang koeler
30
Zoutwater uitgang intercooler
31
Intercooler (naargelang motormodel)
32
Turbocompressor
33
Koelslang turbo
34
Retourslang motorolie van de turbo
35
Omhulsel over vliegwiel SAE 3”
36
Vliegwiel SAE 11 ½
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · in[email protected]
5
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
3. Werking van de motor
3.1 Motorstart
1. DRAAI DE SLEUTEL IN DE STAND ON. Om alle instrumenten samen met de aanvoerpomp van
diesel in te schakelen.
2. DRAAI DE SLEUTEL IN DE VOORVERWARMINGSSTAND. Om de motor te verwarmen gedurende
enkele seconden vóór het starten.
3. DRAAI DE SLEUTEL IN DE STAND START. Om een signaal te geven aan de startmotor en de
motor in te schakelen.
Controleer na het inschakelen van de motor de onderstaande punten. Indien u ziet dat iets
verkeerd gaat, zet dan de motor onmiddellijk stop en onderzoek de oorzaak.
1. De druk van de smeerolie moet tussen 0,29 en 0,39 MPa (3 en 4 kgf/cm
2
) (2,9 en 3,9 bar) liggen
bij nominale snelheid.
2. De koelmiddeltemperatuur moet tussen 75 en 85 ºC liggen.
3. De olietemperatuur moet tussen 60 en 96 ºC liggen.
4. Controleer op olie-, koelmiddel- en brandstoflekken.
5. Het geklop moet afnemen naargelang de temperatuur van het koelmiddel toeneemt. Er mag geen
enkel ander geluid van een defect hoorbaar zijn.
6. Controleer de kleur van de uitlaat en of er geen abnormale geuren optreden.
3.2 Uitschakeling van de motor
1. VERWIJDER DE BELASTING VAN DE MOTOR. Alvorens de motor uit te schakelen, moet hij
bevrijd worden van alle belastingen (keerkoppeling ontkoppelen in dood punt)
2. DRAAI DE SLEUTEL IN DE STAND STOP. De sleutel keert automatisch
terug naar de stand OFF. Alle instrumenten worden uitgeschakeld.
3. SLUIT DE BODEMKRAAN.
3.3 SVT-Panel
WAARSCHUWINGSLEDS EN ALARM
Voorverwarming, accualarm, alarm oververhitting koelvloeistof, alarm lage
oliedruk en alarm te hoge uitlaattemperatuur.
SLEUTEL 5 STANDEN
De contactsleutel is rechtstreeks aangesloten op de accu (PIN 30) en, afhankelijk van de stand
(STOP, OFF, ON, VOORVERWARMING, START) drijft de sleutel pennen/klemmen aan waarop de
verschillende elektrische uitrustingen aangesloten zijn.
TACHOMETER EN URENTELLER
De tachometer geeft de toeren van de motor aan en heeft een scherm
onderaan met de urenteller van de werking.
De thermometer duidt de koelmiddeltemperatuur aan.
De drukmeter duidt de druk van het smeercircuit aan.
De voltmeter duidt de spanning aan van de elektrische installatie van de
motor, gegenereerd door de wisselstroomgenerator.
4. Gepland onderhoud
4.1. Periodiek onderhoudsprogramma
De onderhoudsprocedures en storingsdiagnoses brengen risico's op ernstig letsel en zelfs
overlijden met zich mee. Daarom mogen deze procedures enkel worden uitgevoerd door elektrische
specialisten en erkende technici. Alvorens onderhouds- en reinigingswerkzaamheden uit te voeren,
zorgt u ervoor dat er geen bewegende delen zijn, dat de behuizing van de generator afgekoeld is tot
omgevingstemperatuur, dat de generator voor het opwekken van elektriciteit niet per ongeluk kan
worden ingeschakeld en dat alle procedures strikt nageleefd worden.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · in[email protected]
6
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
Intervallen
Inspectie-element
Dagelijks
Eerste 20 u -
50 u
Elke
200 u
Elke
400 u
Elke
800 u
Elk jaar
Elke 2 jaar
Overwintering en bewaring
Algemeen
Aantrekking van schroeven,
bevestiging
I
I
Motorblok
R
Klepspeling
I
Uitlaatgas, geluid en trillingen
I
Compressiedruk
I
Smeersysteem*
Motorolie
I
W
W
W
W
Oliefilter
W
W
Brandstofsysteem
Brandstofpeil
I
Brandstoftank
R
L/R/I
Brandstoffilter
W
Filter voor waterscheider (indien van
toepassing)
L
W
Injectiepomp
I
Injector
I
Inlaatsysteem
Luchtfilter
I
W
W
I
Koelsysteem
Koelmiddel
I
W
W
Zoutwatercircuit
I/R
Zinkanode
I/W
Waterfilter
I
R
R
Zeewaterkraan
I
Impeller van zoutwaterpomp
I/W
I
I/R
Gloeibougies
I
Elektrisch systeem
Startmotor en wisselstroomgenerator
12/24 V
I
Riem en spanning van de
wisselstroomgenerator 12/24 V
I
I
W
I
Accupeil
I
I
W
*Gebruik olie met viscositeit 15W40 en met een kwaliteit van minstens ACEA E5 of API CH-4/SJ.
I: Inspecteren, afstellen of vullen. L: Legen. W: Wijzigen. R: Reinigen.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · info@solediesel.com
7
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
5. Onderhoudstaken
5.1. Smeersysteem
Controle oliepeil
Controleer het oliepeil in het carter elke dag of voor elke start om u te verzekeren dat het peil
zich bevindt tussen de bovenste lijn (merkteken Max) en de onderste (merkteken Min) van de peilstok.
Om het oliepeil te controleren:
1. Verwijder de peilstok
2. Reinig het uiteinde van de peilstok
3. Voer hem opnieuw volledig in de geleider
4. Haal hem er nogmaals uit om het oliepeil te controleren
Als de motor schuin geplaatst is, kan het niveau van de oliepeilstok variëren.
Vervanging van het oliefilter
Verwijder het oliefilter met een riemsleutel. Smeer, bij het installeren van een nieuwe oliefilter,
een kleine hoeveelheid olie op de omtreksdichting en draai hem stevig aan met de hand. Schakel na
het voltooien van deze handeling de motor in en controleer of de olie niet lekt
Gebruik olie met viscositeit 15W40. Gebruik olie met een kwaliteit van minstens ACEA E5/E3
of API CH-4/SJ. Andere motorolie kan de dekking van de garantie in het gedrang brengen,
veroorzaken dat interne componenten van de motor stilvallen en/of de gebruiksduur van de motor
inperken.
Vullen / verversen van de olie
De olie moet worden ververst met warme motor om te zorgen dat hij volledig gedraineerd
wordt. De procedure is als volgt:
1. Draineer de olie (volg onderstaande stappen op).
a. Zet de motor stop.
b. Sluit de negatieve klem (-) van de accu af.
c. Verwijder de oliepeilstok.
d. Sluit de olieaftappomp aan op het uiteinde van de pijp-geleider van de oliepeilstok.
Plaats de uitlaat van de pomp in een olieopvangbak.
e. Geef de motor de tijd om de olie volledig te draineren.
2. Vervang het oliefilter.
3. Verwijder de olieaftappomp. Voer de peilstok niet in.
4. Vul met olie afhankelijk van het vermogen van het oliecircuit.
5. Controleer op lekken.
6. Controleer het oliepeil volgens de procedure voor het controleren van het oliepeil.
Vul het nooit overmatig. Indien u het overmatig vult, kan witte uitlaatrook, te hoge motorsnelheid
of interne schade optreden. Het is belangrijk de peilstok te verwijderen om de lucht uit de motor te
laten stromen terwijl met olie gevuld wordt, anders kunnen zich belletjes vormen die de olie doen
overstromen.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · info@solediesel.com
8
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
5.2. Brandstofsysteem
Brandstofspecificaties
Gebruik brandstof ASTM diesel Nr. 2-D voor het beste motorrendement en om schade aan de
motor te vermijden. Gebruik geen kerosine, zware dieselbrandstof of biodiesel. Het is uiterst
belangrijke zuivere, gefilterde brandstof te gebruiken.
Brandstoftank
Af en toe moet het brandstofpeil worden gecontroleerd. Indien de brandstofpomp lucht zuigt
wanneer het brandstofpeil lager is dan de aanzuiging van de pomp, dan kan hij stukgaan. Houd mits
mogelijk de brandstoftank altijd vol. Temperatuurwisselingen kunnen condensatie van de vochtige
lucht die zich in de tank bevindt veroorzaken en dit water hoopt zich op de bodem op. Indien de
brandstofpomp dit water opzuigt kan dit leiden tot een toename van de corrosie of de onmogelijkheid
om de motor in te schakelen.
Onzuiverheden van de brandstof kunnen de aanzuigpomp verstoppen. Draineer daarom de
inhoud van de brandstoftank voor het verwijderen van de condensatie en elk vreemd materiaal. Reinig
vervolgens de tank met brandstof en vul hem.
Vervanging van het brandstoffilter
1. Verwijder het brandstoffilter met een riemsleutel.
2. Plaats een nieuwe filter en stel hem stevig in met de hand.
3. Maak het systeem klaar.
Schakel na het voltooien van deze handeling de motor in en controleer of hij niet lekt.
Zuivering van het waterafscheidingsfilter
1. Maak de onderste moer los om water te verwijderen.
2. Sluit hem opnieuw.
3. Controleer of hij niet lekt.
Het brandstofsysteem ontluchten
Bereid het brandstofsysteem voor om het circuit te ontluchten. De lucht die zich in het
brandstofsysteem bevindt kan moeilijkheden bij de start en een onregelmatige werking van de motor
veroorzaken. Het systeem moet worden voorbereid:
Voordat de motor voor de eerste keer ingeschakeld wordt.
Als de brandstof is opgeraakt en brandstof is toegevoegd aan de tank.
Na het onderhoud van het brandstofsysteem, zoals het vervangen van het brandstoffilter, het
draineren van de brandstof- / waterafscheider, of het terugplaatsen van een component van
het brandstofsysteem.
Voor deze handeling moeten onderstaande stappen worden opgevolgd:
1. Maak alle injectieleidingen los.
2. Schakel de motor in om automatisch lucht naar de injectieleidingen en injectoren te
verdrijven.
3. Wanneer de brandstof uit een injectieleiding overspoelt, druk erop en wacht tot de brandstof
uit een andere stroomt. Herhaal dit tot alle injectieleidingen ingedrukt zijn.
4. Reinig na de drainage de gemorste brandstof.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · info@solediesel.com
9
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
5.3. Koelsysteem
Controle van het koelmiddel
Laat de motor afkoelen. Neem de druk van het koelsysteem weg alvorens de drukplaat te
verwijderen. Dek, om de druk weg te nemen, de drukplaat af met een dik doek en draai de plaat
langzaam linksom. Verwijder de plaat wanneer de druk helemaal weggenomen is en de motor
afgekoeld is. Controleer het koelmiddelpeil in de tank. Hij moet ongeveer voor 3/4 gevuld zijn.
Het wordt aanbevolen een koelmiddel Solé Diesel CC 50% of een ander koelmiddel met
gelijksoortige specificaties te gebruiken. Anderzijds is gedestilleerd water met antivries ook geschikt.
Het wordt aanbevolen de concentratie van antivries te selecteren op basis van een temperatuur van
ca. 5 ºC onder de werkelijke luchttemperatuur. Andere motorkoelmiddelen kunnen een weerslag
hebben op de dekking van de garantie, de ontwikkeling van interne corrosie in de hand werken en de
gebruiksduur van de motor wijzigen en/of inkorten.
Meng nooit verschillende soorten koelmiddel. Dit zou negatieve gevolgen kunnen hebben voor
de eigenschappen van het motorkoelmiddel.
Vullen / verversen van het koelmiddel
1. Laat het koelmiddel weglopen door de twee aftapbouten te openen; één op
de warmtewisselaar en de andere op het cilinderblok.
2. Sluit de aftapbouten.
3. Maak de ontluchtingsschroef van de afdekking van de thermostaat los
(alleen in de Mini-17/29).
4. Vul opnieuw tot de opening van de afdekking van de tank met koelmiddel
Inspectie van zeewaterfilter
Het is belangrijk een zeewaterfilter te installeren (geleverd als accessoire) tussen de
zeewaterkraan en de zeewaterpomp, om te vermijden dat onzuiverheden het zeewatercircuit of de
zeewaterpomp verstoppen. Om dit filter te reinigen:
1. Maak de vleugelmoer los.
2. Verwijder het filtercomponent en reinig het.
3. Installeer het opnieuw en zorg dat de afdekking stevig vastzit op de ring.
4. Schakel de motor in om te controleren of er geen zeewaterlekken bestaan.
Inspectie van de impeller van de zeewaterpomp
De impeller van de zeewaterpomp is vervaardigd van neopreen en mag nooit drooglopen.
Indien hij zonder water bediend wordt, kan de impeller stukgaan. Daarom is het belangrijk altijd te
beschikken over een vervangingsimpeller. Inspectie- en vervangingsprocedure van de impeller:
1. Sluit de zeewaterkraan.
2. Verwijder de afdekking van de zeewaterpomp.
3. Verwijder de impeller van de as.
4. Reinig de buitenste afdekking van de pomp.
5. Inspecteer de impeller op beschadigde, geknikte, defecte, verloren, of afgeplatte schoepen.
De schoepen van de impeller moeten recht en flexibel zijn.
Vervang hem door een nieuwe indien hij beschadigd is.
6. Smeer de impeller met zeepwater in voor de installatie.
7. Installeer de impeller. Trek tijdens de installatie de impeller aan en draai hem in dezelfde
draairichting van de motor tot hij volledig vastzit op de behuizing van de impeller.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · info@solediesel.com
10
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
8. Inspecteer de buitenste afdekking en de O-ring op corrosie en/of schade. Vervang de
componenten indien vereist.
9. Smeer de O-ring in met siliciumvet en bevestig de O-ring en de afdekking van het deksel op
de afdekking van de zeewaterpomp.
10. Open de bodemkraan.
11. Schakel de motor in en controleer op lekken.
Inspectie van de zinkanode
Om corrosie door de galvanische stroom te
voorkomen, beschikt de motor over twee zinkanodes. Eén
bevindt zich op het deksel van de intercooler en de andere in
de warmtewisselaar van het koelmiddel-zout water.
Inspectie en vervanging van de corrosiewerende zinkanode:
1. Sluit, met koude motor, de bodemkraan.
2. Verwijder de corrosiewerende zinkanode (dop) van
de warmtewisselaar en/of het deksel van de
intercooler.
3. Gebruik een metalen borstel voor het verwijderen van
losse corrosie op de corrosiewerende zinkanode.
4. Reinig de schroefopeningen waarin zich de anodes
bevinden en bedek de schroefdraden van de
corrosiewerende zinkanode. Installeer de
corrosiewerende zinkanodes op hun plaats.
5. Sluit de aftapplug van het koelmiddel en open de
bodemkraan. Vul het koelmiddelcircuit.
6. Start de motor en controleer op lekken op de locatie
van de corrosiewerende zinkanode. De pomp werkt
indien zout water circuleert vanuit de uitlaatpijp.
5.4. Inlaat- en uitlaatsysteem
Inspectie van het luchtfilter
De motor is voorzien van een inlaatluchtfilter. Onderzoek het element en zijn behuizing op
schade. Vervang het luchtfilterelement indien nodig.
Het is belangrijk te verzekeren dat de verbrandingslucht goed geleverd en afgevoerd wordt.
Inspectie van het uitlaatsysteem
1. Controleer de leidingen op zwakke punten, knikken en deuken. Vervang de leidingen die dit
vereisen.
2. Controleer of er geen metalen delen gecorrodeerd of stuk zijn en vervang de delen waarvoor
dit nodig is.
3. Controleer of de klembanden niet loszitten, gecorrodeerd zijn of ontbreken. Draai de
klembanden en/of haken van de leidingen aan en vervang ze indien nodig.
4. Controleer of de uitlaatpijp niet verstopt is.
5. Kijk het uitlaatsysteem na op uitlaatlekken. Controleer de componenten van de uitlaat op
koolstof of roetresten. Koolstof en roetresten duiden een lek in de uitlaat aan. Dicht de lekken
af indien vereist.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · info@solediesel.com
11
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
5.5. Elektrisch systeem
Accu
De aanbevolen minimumcapaciteit van de accu bedraagt 160 Ah. Niettemin dient deze
waarde als algemene referentie want deze houdt verband met de maximumintensiteit die kan worden
geboden voor het starten van de motor.
De accuaansluiting voor een standaardmotor:
De pluspool van de accu wordt op de startmotor aangesloten.
De minpool van de accu wordt op de relaissteun aangesloten.
De accuaansluiting voor een motor
De pluspool van de accu wordt op de startmotor aangesloten.
De minpool van de accu wordt op het bipolaire relais aangesloten.
De accu vereist een zeer voorzichtige behandeling en frequente controle. Ga als volgt te werk:
1. Houd de accu droog en schoon.
2. Controleer regelmatig de reiniging van de klemmen. Indien er stof is, moeten de klemmen
worden losgemaakt, gereinigd en met een laag neutraal vet worden ingesmeerd.
3. Er mogen geen metalen voorwerpen worden geplaatst op de accu.
4. Voeg gedestilleerd water toe indien het peil zich buiten de marge bevindt.
Bescherming van de installatie zekering
De elektrische installatie van de motor beschikt over een zekering die alle elektronische
elementen beschermt in geval van overbelasting of kortsluiting. Deze bevindt zich in de kabelstreng
bij de startmotor.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · [email protected]
12
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
6. Technische specificaties
SDZ-165
SDZ-205
SDZ-280
DIESELMOTOR
Algemene informatie
Type
Dieselcyclus 4-takt, watergekoeld
Draairichting
Linksom, wanneer de motor waargenomen wordt vanaf de zijde van het
vliegwiel
Aantal cilinders - opstelling
4 - in lijn
6 - in lijn
6 - in lijn
Toegelaten tegendruk van de uitlaat (kPa)
Max. 6,5
Max. 6,5
Max. 7,5
Distributie
Klepstoter en tuimelaar met nokkenas aangedreven door tandwielen in
het carter
Diameter (mm)
108
108
108
Slag (mm)
130
130
130
Totale cilinderinhoud (cc)
4764
7146
7146
Compressieverhouding
17,5:1
17,5:1
17,5:1
Ontstekingsvolgorde
1-3-4-2
1-5-3-6-2-4
1-5-3-6-2-4
Distributie van de brandstofinjectie
-
-
-
Injectiedruk (MPa)
27,5 (280 kg/cm
2
)
27,5 (280 kg/cm
2
)
27,5 (280 kg/cm
2
)
Tolerantie van in- en uitlaatklep - koude motor (mm)
0,3 0,5
0,3 0,5
0,3 0,5
Vermogen (kW / pk)
118 / 160
145 / 197
200 / 272
Max. TPM (tpm)
2300
2300
2300
Startsysteem
Elektrische start
Starthulp
Gloeibougies
Smeersysteem
Beschrijving van het systeem
Smering geforceerd door trochoid pomp
Oliespecificaties
Gebruik olie met viscositeit 15W40 en met een kwaliteit van minstens
ACEA E5/E3 of API CH-4/SJ.
Oliepomp
Type tandwieloverbrenging trocoide
Capaciteit van het oliecircuit (l)
14
21
21
Minimumdruk bij max. tpm (MPa)
0,2 (2 kgf/cm
2
) (2 Bar)
0,2 (2 kgf/cm
2
) (2
Bar)
0,2 (2 kgf/cm
2
) (2
Bar)
Maximumdruk bij max. tpm (MPa)
0,4 (4 kgf/cm
2
) (4 bar)
0,4 (4 kgf/cm
2
) (4
bar)
0,4 (4 kgf/cm
2
) (4
bar)
Minimumdruk bij nullast (MPa)
0,3 (3 kg/cm
2
) (3 bar)
0,3 (3 kg/cm
2
) (3
bar)
0,3 (3 kg/cm
2
) (3
bar)
Olietemperatuur nominale snelheid (ºC)
-
-
-
Maximumtemperatuur van de keerkoppelingolie (ºC)
95
95
95
Brandstofs
-ysteem
Beschrijving van het systeem
Mechanische aanvoerpomp met direct injectiesysteem
Brandstofspecificaties
Dieselbrandstof ASTM diesel Nr.2-D
Brandstofinspuitpomp
Individuele pomp van BOSCH voor elke injector
Brandstofinjector
Mechanische injector type klep
Koelsysteem
Beschrijving van het systeem
Koelmiddelcirculatie bediend door centrifugaalpomp met
thermostaatregeling en warmtewisselaar. Gekoeld uitlaatspruitstuk.
Specificaties van het koelmiddel
KRAFFT ACU 2300 CC 50%
Koelmiddelpomp
Type centrifugaal
Zeewaterpomp
Type impeller flexibel
Capaciteit van het koelcircuit (l)
13
18
18
Thermostatische klep
Beginopening
Eindopening
+83ºC
+95ºC
+83ºC
+95ºC
+83ºC
+95ºC
Koelmiddeltemperatuur nominale snelheid (ºC)
-
-
-
Luchttoevoer
Turbocompressor met intercooler
Uitlaatsysteem
Gekoeld uitlaatspruitstuk / Droog uitlaatspruitstuk (optionele set)
Elek.
syst.
Spanning polariteit (V)
24 DC
24 DC
24 DC
Wisselstroomgenerator DC (A)
55
55
55
Startmotor (kW)
4
4
4
Type elektrische stop
ETS
ETS
ETS
Installatie
Pijp Ø int., zeewaterinlaat (mm)
42
42
42
Pijp Ø int., dieselbrandstofinlaat (mm)
12
8
8
1Pijp Ø int., uitlaatpijp
1
(mm)
90
120
120
Minimumdebiet bij max. tpm (m3/min)
9,8
9,8
17
Minimumcapaciteit accu (Ah) / Piekintensiteit (A)
160
160
160
Lengte van de kabel van de accu (m)
≤ 1,5
≤ 5
≤ 5
Minimumdoorsnede van de kabel van de accu (mm
2
)
50
70
70
1
Voor elke bocht van 90º van de installatie, moet 10 mm toegevoegd worden (voor lengten van meer
dan 3 m).
² Lees de specifieke omvormerhandleiding die met de motor is meegeleverd.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · [email protected]
13
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
Keerkopp
elingolie²
TMC40 / TMC40P (L)
0.2 (ATF)
SP60 (L)
2.8 (ATF)
TMC60A /)
0.6 (ATF)
TMC60P (L
0.65 (ATF)
TM345 / TM345A (L)
1.6 (SAE 15W40)
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · [email protected]
14
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
Gebruikershandleiding
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · [email protected]
15
Gebruikershandleiding. Scheepsdieselmotoren.
U_SD16_NL
Revisie 1
05/2019
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18

Solé Diesel SDZ-205 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor