36
5.4 Ventilatormotor ontdooien
5.4.1 Bij het ontdooien stopt de compressor en blijft de ventilatormotor draaien, op
basis van de parameterwaarde “H1” (zie onderstaand parameterblad).
5.4.2 Ontdooilogica:
Bij het ontdooien stopt de compressor en blijft de ventilatormotor draaien, gebaseerd
op de normale tijdsduur (de standaardinstelling van de fabriek is 12 min.). Wanneer
het systeem de omgevingstemperatuur ≤13°C detecteert (standaardwaarde: 13°C)
en de totale looptijd van de compressor voor de verwarming (geteld vanaf de tweede
start van de compressor, standaardwaarde: 60 min.) 60 min. bedraagt, gaat het sys-
teem over op de normale ontdooimodus: de compressor stopt en de ventilatormotor
blijft 12 min. draaien. (standaardwaarde: 12 min.). Eenmaal klaar, zal de compressor
opnieuw starten om te verwarmen, waarbij de totale opwarmtijd op nul zal worden
gezet.
1). Als de warmtepomp wordt uitgeschakeld, zal deze onmiddellijk stoppen met
draaien;
2). Als er een fout optreedt en de systeembeveiliging wordt geactiveerd, zal deze
stoppen met ontdooien en stoppen met draaien;
3). Het systeem detecteert geen lagedrukbeveiliging.
5.5 Systeembescherming
Hoge temperatuur bescherming
Wanneer de compressor draait, zal het systeem de systeemtemperatuur controleren.
Als het systeem voor meer dan 5 seconden een continue temperatuur van boven de
105°C detecteert, beoordeelt het systeem dit als temperatuur fout, stoppen de com-
pressor en de ventilatormotor, en wordt op het display de foutcode “E03”
getoond. Wanneer de temperatuur meer dan 10°C dan de ingestelde parameter c3
(standaardinstelling: 105°C) is gezakt starten de ventilatormotor en de compressor
weer op (als deze langer dan 3 minuten zijn gestopt). Als deze fout binnen 30 mi-
nuten 3 keer gebeurd, wordt het systeem vergrendeld, knipperen de 2 indicatie-LED’s
samen en geven ze foutcode “E03” weer. Het systeem kan dan alleen worden hersteld
door de voeding uit te schakelen.
Lage waterdruk bescherming
Wanneer de compressor gedurende 5 minuten draait en het systeem gedurende 10
seconden een lage druk detecteert wordt deze bescherming geactiveerd en wordt de
foutcode “EL” weergegeven. Wanneer de lage
druk schakelaar weer een juiste druk detecteert, wordt deze bescherming opgeheven.
Als deze fout binnen 30 minuten 3 keer gebeurd, wordt het systeem vergrendeld,
knippert het indicatielampje “Running” en wordt de foutcode “E03” weergegeven.
Het systeem kan dan alleen worden hersteld door de voeding uit te schakelen.
Uitgaande watertemperatuursensor defect
Wanneer het systeem een defect in de watertemperatuursensor detecteert, door
losraken of kortsluiting, zal deze de storing beoordelen en de foutcode “E01” weer-
geven, waarna de warmtepomp ter bescherming wordt gestopt.
Omgevingstemperatuursensor defect
Wanneer het systeem een defect in de omgevingstemperatuursensor detecteert, door
losraken of kortsluiting, zal deze de storing beoordelen en de foutcode “E02” weer-