1 Welkom
Xerox WorkCentre 4150 Handleiding voor de gebruiker 13
van het apparaat, het bedrijf/individu dat of de entiteit die het bericht verzendt.
(Het opgegeven telefoonnummer mag geen 900-nummer zijn of een ander
nummer waarvoor hogere kosten in rekening worden gebracht dan die voor
lokale of interlokale gesprekken.) De landenlocatie, het telefoonnummer die
het apparaat identificeert, de koptekstinformatie (bedrijfsnaam), het gedrag
voor verzending en ontvangst en het kiestype moeten worden ingevoerd
wanneer de interne faxkit wordt geïnstalleerd.
Zie Standaardwaarden
faxverzending in het hoofstuk Instellingen op pagina 134 voor meer informatie
over het instellen van de standaardwaarden voor faxen. Raadpleeg de cd
voor
systeembeheerders voor meer informatie over het installeren van de
interne fax.
Informatie faxkit: Dit apparaat voldoet aan Deel 68 van de FCC-richtlijnen
en
de vereisten die door de ACTA (Administrative Council for Terminal
Attachments) zijn aangenomen. Op de achterkant van dit apparaat bevindt
zich een label dat onder meer een product-ID bevat met de notatie:
US:AAAEQ##TXXXX. Dit nummer moet op verzoek aan de telefoonmaat
-
schappij worden meegedeeld.
De stekker en aansluiting waarmee dit apparaat op het telefoonnetwerk
wordt
aangesloten, moeten voldoen aan Deel 68 van de FCC-richtlijnen
en
aan de vereisten die door de ACTA zijn aangenomen. Dit product wordt
geleverd met een telefoonsnoer en een modulaire stekker, conform de
richtlijnen. Het apparaat is ontworpen om te worden aangesloten op een
compatibele modulaire aansluiting die eveneens conform de richtlijnen is.
WAARSCHUWING: Informeer bij uw plaatselijke telefoonmaatschappij
naar het modulaire aansluitingstype op uw lijn. Wanneer u dit apparaat
op een niet-goedkeurde aansluiting aansluit, kan er schade aan het
apparaat van de telefoonmaatschappij worden veroorzaakt. U, niet
Xerox, is verantwoordelijk en/of aansprakelijk voor enige schade die
wordt veroorzaakt door het aansluiten van dit apparaat op een niet-
goedgekeurde aansluiting.
U kunt het apparaat veilig aansluiten op de volgende standaard modulaire
aansluiting: USOC RJ-11C via het geschikte telefoonsnoer en de modulaire
stekkers die bij de installatiekit worden geleverd. Zie de installatieaanwij
-
zingen voor meer informatie.
Het REN (Ringer Equivalence Number) wordt gebruikt om te bepalen hoeveel
apparaten op een telefoonlijn mogen worden aangesloten. Als het aantal
REN's op een telefoonlijn te groot is, is het mogelijk dat de apparaten niet
overgaan wanneer een oproep binnenkomt. In de meeste maar niet in alle
regio's mag het totale aantal REN's niet groter zijn dan vijf (5,0). Neem contact
op met de lokale telefoonmaatschappij als u zeker wilt weten hoeveel
apparaten er op een lijn mogen worden aangesloten, zoals bepaald door het
totale aantal REN's. Voor producten die na 23 juli 2001 zijn goedgekeurd,
maakt het REN voor dit product deel uit van de product-ID met de notatie US:
AAAEQ##TXXXX. De cijfers die met ## worden aangeduid, vormen het REN
zonder een decimaalteken (03 is bijvoorbeeld een REN van 0,3).
Het REN wordt voor eerdere producten afzonderlijk op de label weergegeven.