Sony HDR-AS100VR Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

HDR-AS100V
4-532-707-81(2)
NL
© 2014 Sony Corporation
Digitale HD-videocamera
Handboek
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
2
NL
Dit handboek gebruiken
Klik rechts op een knop om naar de overeenstemmende pagina te gaan.
Dat is handig als u zoekt naar een functie die u wilt bekijken.
Zoek naar informatie aan de hand van
functies.
Zoek naar informatie aan de hand van de
bediening.
Zoek naar informatie aan de hand van
een lijst met instelitems.
Zoek naar informatie aan de hand van
trefwoorden.
Aanduidingen en aantekeningen in dit handboek
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
De standaardinstelling wordt aangeduid met
.
Wijst op waarschuwingen en beperkingen
die belangrijk zijn voor de correcte
bediening van de camera.
z Wijst op nuttige informatie.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
3
NL
Opmerkingen bij het gebruik van
de camera
Opmerkingen over opnemen/afspelen
• Maak een proefopname om te controleren of de
camera juist werkt voordat u start met opnemen.
• Sluit voor het weergeven van beelden de camera
aan op een ander apparaat met behulp van een
micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar).
• De camera is niet stof- of waterdicht. Lees het
gedeelte "Voorzorgsmaatregelen" (pagina 77)
voordat u de camera gebruikt.
• Stel de camera niet bloot aan vocht terwijl het
klepje voor de aansluitingen of het klepje voor
de accu/geheugenkaart geopend is. Als de
binnenkant van de camera vochtig wordt,
kunnen er storingen optreden. In bepaalde
gevallen kan de camera niet worden
gerepareerd.
• Richt de camera niet naar de zon of een andere
felle lichtbron. Dit kan namelijk storingen
veroorzaken.
• Gebruik de camera niet in de buurt van sterke
radiogolven of straling. Als u dit toch doet, is
het mogelijk dat de camera beelden niet correct
opneemt of afspeelt.
• Als u de camera op zanderige of stoffige
plaatsen gebruikt, kunnen er storingen optreden.
• Als er vocht op de camera condenseert, moet u
dit verwijderen voordat u de camera gebruikt
(pagina 77).
• Schud de camera niet en sla er niet tegen. Dit
kan storingen veroorzaken waardoor u mogelijk
geen beelden kunt opnemen. Bovendien kan een
geheugenkaart onbruikbaar worden of kunnen
beeldgegevens beschadigd raken.
• Zorg ervoor dat u de stekker correct plaatst bij
het aansluiten van de camera op een ander
apparaat door middel van een kabel. Als u de
stekker met kracht in de aansluiting duwt,
beschadigt u deze en kan dit een defect in de
camera veroorzaken.
• Het afspelen van films die opgenomen, bewerkt
of samengesteld zijn op een ander apparaat dan
deze camera kan niet worden gegarandeerd.
• Wanneer u schakelt tussen NTSC/PAL,
wijzigen de instelwaarden die geselecteerd
kunnen worden in de stand voor het instellen
van de beeldkwaliteit overeenkomstig. Zowel de
instelwaarden voor [NTSC] als voor [PAL]
worden weergegeven in deze handleiding.
De temperatuur van de camera
De camera kan warm worden bij langdurig
gebruik. Dit duidt niet op een storing.
Beveiliging tegen oververhitting
Afhankelijk van de temperatuur van de camera en
de accu is het mogelijk dat u geen bewegende
beelden kunt opnemen of dat de camera ter
bescherming automatisch wordt uitgeschakeld. In
dat geval wordt een bericht weergegeven op het
scherm voordat het apparaat wordt uitgeschakeld
of wanneer u geen films meer kunt opnemen.
Opmerkingen over de accu
• Laad de accu op voordat u deze voor het eerst
gebruikt.
• U kunt de accu zelfs opladen wanneer deze nog
niet volledig leeg is. Zelfs als de accu niet
volledig is opgeladen, kunt u de gedeeltelijke
lading van de accu gebruiken.
• Raadpleeg pagina 75 voor meer informatie over
accu's.
Opmerkingen over het scherm en de
lens
• Als het scherm of de lens langdurig blootgesteld
wordt aan direct zonlicht, kunnen er storingen
optreden. Wees voorzichtig wanneer u de
camera bij een venster of buiten plaatst.
• Druk niet op het scherm. Dit kan namelijk
storingen veroorzaken.
Compatibiliteit van beeldgegevens
• Deze camera ondersteunt de "MP4-indeling" als
bestandsindeling voor films. Wij kunnen echter
niet garanderen dat alle apparaten die
ondersteuning bieden voor MP4 beelden
opgenomen met deze camera kunnen
weergeven.
• De camera voldoet aan de universele standaard
DCF (Design rule for Camera File system) die is
vastgelegd door de JEITA (Japan Electronics
and Information Technology Industries
Association).
Over de weergegeven taal
Het scherm geeft alleen informatie in het
Engels, Frans en Braziliaans Portugees weer.
Er zijn geen andere talen beschikbaar.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
4
NL
Waarschuwing betreffende
auteursrechten
Televisieprogramma's, films, videobanden en
ander materiaal zijn mogelijk beschermd door
auteursrechten. Het zonder toestemming opnemen
van dergelijk materiaal kan in strijd zijn met de
auteursrechtwetgeving.
Geen compensatie voor beschadigde
inhoud of opnamefouten
Sony is niet verantwoordelijk voor het niet
opnemen of verlies of beschadiging van
opgenomen inhoud door een storing in de camera
of de geheugenkaart enz.
Illustraties en afbeeldingen die in dit
handboek worden gebruikt
• De afbeeldingen die in dit handboek worden
gebruikt als voorbeelden zijn gereproduceerde
beelden die niet daadwerkelijk met deze camera
zijn opgenomen.
• In deze handleiding wordt naar een Memory
Stick Micro™ en microSD-geheugenkaart
verwezen met de term "geheugenkaart".
• Ontwerp en specificaties kunnen zonder
kennisgeving gewijzigd worden.
Opmerkingen over het afspelen op
andere apparaten
• Deze camera ondersteunt MPEG-4 AVC/H.264
Main Profile voor opnames in HD-
beeldkwaliteit (hoge definitie). Dit betekent dat
u beelden die met de camera zijn opgenomen in
HD-beeldkwaliteit (hoge definitie) niet kunt
weergeven op apparaten die MPEG-4 AVC/
H.264 niet ondersteunen.
• Films die opgenomen werden met deze camera
kunnen mogelijk niet afgespeeld worden op
andere apparaten dan deze camera. Omgekeerd
is het mogelijk dat films die opgenomen werden
met andere apparaten niet correct afgespeeld
worden op deze camera.
De draadloze netwerkfunctie
• De draadloze netwerkfunctie die ingebouwd is
in deze camera voldoet aan de Wi-Fi-
specificaties die werden opgesteld door Wi-Fi
Alliance (WFA).
• Afhankelijk van waar u zich bevindt, hebt u
mogelijk geen toegang tot een draadloos LAN,
worden er extra kosten aangerekend, wordt de
communicatie geblokkeerd of valt de verbinding
soms weg. Contacteer voor meer informatie de
beheerder van het draadloos LAN en/of uw
serviceprovider.
• Sony biedt geen enkele garantie betreffende het
beschikbaar zijn van een netwerkdienst. Sony
kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld
voor schade die voortvloeit uit het gebruik van
een netwerkdienst, zelfs niet in geval van claims
die ingediend worden door een derde.
• Wij zijn op geen enkele manier aansprakelijk
voor schade veroorzaakt door ongemachtigde
toegang tot, of ongemachtigd gebruik van,
bestemmingen op de camera, voortvloeiend uit
verlies of diefstal.
Veiligheid bij het gebruik van
producten die werken via een
draadloos LAN
Het is belangrijk de nodige veiligheidsmaatregelen
te treffen bij gebruik van de draadloze
netwerkfunctie. Sony biedt geen garanties en kan
niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die
voortvloeit uit een ontoereikende beveiliging of
het gebruik van de draadloze netwerkfunctie.
ZEISS-lens
De camera is uitgerust met een ZEISS-lens die in
staat is scherpe beelden met een uitstekend
contrast te reproduceren.
De lens van de camera is geproduceerd onder een
kwaliteitswaarborgsysteem dat is gecertificeerd
door Carl Zeiss in overeenstemming met de
kwaliteitsnormen van Carl Zeiss in Duitsland.
Over apparaten die GPS ondersteunen
• Gebruik de GPS-functie in overeenstemming
met de geldende regels in landen en regio's waar
u deze gebruikt.
• Als u de plaatsinformatie niet wilt opnemen, zet
u het GPS-logboek op [OFF] (pagina 36).
• Als u beelden maakt met het GPS-logboek
ingesteld op [ON] en die beelden uploadt naar
het internet, is het mogelijk dat derden de
opname-locatie achterhalen. Om dit te
voorkomen, stelt u het GPS-logboek in op
[OFF] vooraleer u opnames maakt (pagina 36).
Over spatwaterbestendigheid
De behuizing van de camera is spatwaterbestendig
overeenkomstig IPX4 (gebaseerd op onze tests).
• Deze camera is aan alle kanten
spatwaterbestendig. De camera is echter niet
bestand tegen krachtige waterstralen zoals van
een douche of waterkraan.
• De camera is niet spatwaterbestendig wanneer
er een USB- of HDMI-kabel op aangesloten is.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
5
NL
• De camera is mogelijk niet langer
spatwaterbestendig als deze blootgesteld wordt
aan krachtige schokken (bv. als u deze laat
vallen). Wij raden u aan om in dat geval de
camera te laten controleren door uw
dichtstbijzijnde Sony-handelaar (tegen
betaling).
• Storingen die het gevolg zijn van een foutief
gebruik worden niet gedekt door de beperkte
garantie.
– Gebruik de camera niet onder water (de
camera is niet waterdicht).
– Zorg ervoor dat het klepje voor de
aansluitingen en het klepje voor de accu/
geheugenkaart altijd goed gesloten zijn. (Als
de klepjes niet volledig gesloten zijn, kan er
water binnendringen in de camera. Open/sluit
het klepje nooit met natte handen).
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
6
NL
Inhoudsopgave
Opmerkingen bij het gebruik van de camera
Dit handboek gebruiken ········································ 2
Opmerkingen bij het gebruik van de camera ········ 3
Zoeken op bediening············································· 9
Zoeken op instellingen ········································ 10
Onderdelen en bedieningselementen ················· 12
Aan de slag
De bijgeleverde items controleren······················· 13
De accu plaatsen ················································ 14
Een geheugenkaart plaatsen ······························ 17
Datum/tijd instellen·············································· 19
De zomertijd instellen·········································· 21
Stand voor het instellen van de
beeldkwaliteit······················································· 22
SteadyShot·························································· 24
Omkeren ····························································· 25
Scène ·································································· 26
Intervalfoto-opnames ·········································· 27
Kleurinstellingen·················································· 28
XAVC S ······························································· 29
Tijdcode/gebruikersbit ········································· 30
IR-afstandsbediening ·········································· 32
Configuratie-instellingen······································ 33
Wi-Fi-afstandsbediening ····································· 34
Kopiëren······························································ 35
GPS-logboek······················································· 36
Vliegtuigstand······················································ 38
USB-voeding ······················································· 39
Automatische uitschakelfunctie··························· 40
Pieptoon······························································ 41
Taalinstellingen ··················································· 42
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
7
NL
Schakelen tussen NTSC/PAL ····························· 43
De instellingen resetten······································· 44
Formatteren························································· 45
Accessoires gebruiken ········································ 46
Opnemen
Opnemen ···························································· 52
Afspelen
Beelden bekijken op een tv ································· 54
Draadloos netwerk (Wi-Fi)
Voorbereidingen treffen om verbinding
te maken met uw smartphone····························· 56
Verbinding maken met uw smartphone··············· 58
Verbinding maken met de
afstandsbediening voor liveweergave ················· 62
Computer
Nuttige functies bij het aansluiten van
de camera op uw computer································· 64
De computer voorbereiden·································· 65
Problemen oplossen
Problemen oplossen ··········································· 67
Foutcodes en meldingen····································· 71
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
8
NL
Overige
Opnameduur ······················································· 73
Accu ···································································· 75
De camera gebruiken in het buitenland ·············· 76
Voorzorgsmaatregelen········································ 77
Specificaties ························································ 80
Index
Index ··································································· 83
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
9
NL
Zoeken op bediening
Films en foto's maken
Opnemen ······························································· 52
Beelden met hoge
bitsnelheden maken
XAVC S ·································································· 29
Het formaat voor
filmbestanden wijzigen
Stand voor het instellen van de
beeldkwaliteit
························································ 22
De locatie-informatie
opnemen
GPS-logboek ························································ 36
Beelden verwijderen
Formatteren··························································· 45
De datum, tijd en regio
wijzigen
Datum/tijd instellen·············································· 19
Instellingen initialiseren
De instellingen resetten····································· 44
Weergeven op een tv
Beelden bekijken op een tv ······························ 54
Bedienen met behulp
van een smartphone of
tablet
Voorbereidingen treffen om verbinding te
maken met uw smartphone ······························ 56
Verbinding maken met uw smartphone ········ 58
Beelden vanaf de
camera overzetten
naar een smartphone
Kopiëren································································· 35
Bedienen met behulp
van een
afstandsbediening voor
liveweergave
Verbinding maken met de
afstandsbediening voor liveweergave ··········· 62
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
10
NL
Zoeken op instellingen
Klik op een item om naar de overeenstemmende pagina te gaan.
• Het scherm geeft alleen informatie in het Engels, Frans en Braziliaans Portugees weer. Er zijn geen
andere talen beschikbaar.
Instelitems
Lijst met standen
Scherm Standen
MOVIE Filmstand
PHOTO Fotostand
INTVL Intervalfoto-opnamestand
VMODE Stand voor het instellen van de beeldkwaliteit
SETUP Configuratiestand
PLAY Weergavestand
PwOFF Toestel uitgeschakeld
Items die u kunt instellen onder
SETUP
Items die u kunt instellen onder
CONFG
Scherm Items Scherm Items
STEDY SteadyShot Wi-Fi Wi-Fi-afstandsbediening
FLIP Omkeren GPS GPS-logboek
SCENE Scène PLANE Vliegtuigstand
LAPSE Intervalfoto-opnames USBPw USB-voeding
COLOR Kleurinstellingen A.OFF Automatische uitschakelfunctie
PRO XAVC S™ BEEP Pieptoon
TC/UB Tijdcode/gebruikersbit DATE Datum/tijd instellen
IR-RC IR-afstandsbediening DST De zomertijd instellen
CONFG Configuratie-instellingen
LANG Taalinstellingen
V.SYS Schakelen tussen NTSC/PAL
RESET De instellingen resetten
FORMT Formatteren
Opmerkingen
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
11
NL
U kunt items instellen met behulp van de volgende drie
toetsen op de camera.
NEXT*: naar het volgende menu gaan
PREV*: terugkeren naar het vorige menu
ENTER: het menu uitvoeren
* U kunt zowel de NEXT- als de PREV-toets gebruiken om het
menu te wijzigen. In deze handleiding wordt bij
beschrijvingen meestal de NEXT-toets vermeld. Als alleen de
PREV-toets gebruikt moet worden, wordt de PREV-toets
vermeld.
1 Druk op de NEXT- of PREV-toets om het apparaat in te schakelen.
Selecteer [PwOFF] en druk op de ENTER-toets om het apparaat uit te schakelen.
2 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om het instelitem weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
Om terug te keren naar het menu [SETUP], selecteert u [BACK] en drukt u op de ENTER-
toets.
Items instellen
PREV-toets
NEXT-toets
REC-toets/
ENTER-toets
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
12
NL
Onderdelen en
bedieningselementen
A GPS-sensor
B REC-/toegangs-/CHG (opladen)-lampje*
1
C REC HOLD (vergrendelen)-schakelaar*
2
D REC (film/foto)-toets
ENTER (menu uitvoeren)-toets
E Vergrendelknop
F IR-afstandsbedieningsontvanger
G (N-markering)*
3
H Scherm
I Luidspreker
J PREV-toets
K NEXT-toets
L Microfoons
M Lens
N REC-lampje
O Klepje voor aansluitingen
P Bevestigingsopening voor statiefadapter
Q m (microfoon)-aansluiting*
4
R Uitbreidingsaansluiting*
5
S HDMI OUT-aansluiting
T Klepje voor aansluitingen (USB)
U Multi/Micro USB-aansluiting*
6
V Klepje voor accu/geheugenkaart
W Geheugenkaartsleuf
X Accuontgrendelknop
Y Accusleuf
*
1
Het lampje licht rood op tijdens het opnemen
van films/openen van opnamemedia en licht
oranje op tijdens de functie CHG (opladen).
*
2
Om ongewenste bediening te voorkomen.
Schuif de schakelaar in de richting van de pijl
op de camera om de REC-toets te vergrendelen.
Schuif de schakelaar in de omgekeerde richting
om het apparaat te ontgrendelen.
*
3
Raak deze markering aan om de camera te
verbinden met een smartphone die uitgerust is
met de NFC-functie.
NFC (Near Field Communication) is een
internationale standaard die gebruikmaakt van
technologie voor draadloze communicatie
binnen een kort bereik.
*
4
Wanneer er een externe microfoon (los
verkrijgbaar) aangesloten is, kan er geen audio
opgenomen worden met de ingebouwde
microfoon.
*
5
Voor het aansluiten van accessoires.
*
6
Biedt ondersteuning voor apparaten die
compatibel zijn met micro-USB.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
13
NL
De bijgeleverde items controleren
Controleer of de volgende items geleverd zijn bij de camera.
Het getal tussen haakjes geeft het aantal van het bijgeleverde item aan.
• Camera (1)
• Micro-USB-kabel (1)
• Oplaadbare batterij (NP-BX1) (1)
• Waterdichte behuizing (SPK-AS2) (1)
• Kleefmontagestuk (VCT-AM1)
Bevestigingsklem (1)
Plat kleefmontagestuk (1)
Gebogen kleefmontagestuk (1)
• Statiefadapter (1)
• Handboek (deze handleiding)
Aanwezig in het interne geheugen van deze camera.
• Gedrukte documentatie
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
14
NL
De accu plaatsen
1 Verschuif de vergrendelknop tot de
gele markering zichtbaar is en open
vervolgens het klepje.
2 Plaats de accu.
Ga na of u de accu in de juiste richting invoert. Plaats
de accu zodat deze tegen de accuontgrendelknop duwt,
en druk erop tot de accuontgrendelknop vergrendeld is.
3 Sluit het klepje.
Zorg ervoor dat de gele markering op de
vergrendelknop niet meer zichtbaar is na het
sluiten van het klepje.
Vergrendelknop
Accuontgren-
delknop
zDe accu verwijderen
Open het klepje, verschuif de accuontgrendelknop en verwijder de accu.
zDe automatische uitschakelfunctie instellen
Selecteer [A.OFF] op het scherm [SETUP] t [CONFG] en stel de automatische
uitschakelfunctie in. De standaardinstelling is [60sec]. Wijzig de instelling zoals gewenst.
Raadpleeg "Automatische uitschakelfunctie" (pagina 40) voor meer informatie.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
15
NL
1 Schakel de camera uit.
Opladen is niet mogelijk als de camera
ingeschakeld is.
2 Sluit de camera met behulp van de
micro-USB-kabel (bijgeleverd) aan op
een ingeschakelde computer.
Het REC-/toegangs-/CHG (opladen)-lampje licht
oranje op.
3 Wanneer het opladen voltooid is, verbreekt u de USB-verbinding tussen
de camera en de computer.
Het opladen is voltooid wanneer het REC-/toegangs-/CHG (opladen)-lampje dooft (volledige
lading) (pagina 75).
• U kunt alleen een X-accu gebruiken in deze camera.
• Schakel de camera uit tijdens het opladen van de accu.
• Oefen geen druk uit op de camera als u deze aansluit op een computer. Dit kan de camera of de computer
beschadigen.
• Als u de camera verbindt met een notebookcomputer die niet op het stroomnet is aangesloten, kan de
batterij van de notebookcomputer snel leeg raken. Laat de camera dus niet gedurende een lange tijd met
de computer verbonden.
• Wij raden u af de accu op te laden met een aangepaste of zelf gemonteerde computer. Afhankelijk van
het type USB-apparaat werkt het opladen mogelijk niet goed.
• Een correcte werking met alle computers wordt niet gegarandeerd.
• Als u van plan bent de camera lange tijd niet te gebruiken, dient u deze toch elke 6 tot 12 maanden op te
laden om het vermogen van de accu op peil te houden.
De accu opladen
Opmerkingen
REC-/toegangs-/
CHG (opladen)-
lampje
Micro-USB-
kabel
(bijgeleverd)
Steek de stekker
volledig in de aansluiting
zHoe lang duurt het om de camera op te laden?
Oplaadduur
• De tijd die nodig is om een volledig lege accu op te laden bij een temperatuur van 25 °C. Onder
bepaalde omstandigheden kan het opladen langer duren.
* U kunt de accu snel opladen door de USB-lader AC-UD20 (los verkrijgbaar) te gebruiken. Gebruik
de micro-USB-kabel (bijgeleverd) om de lader aan te sluiten.
Accu Via een computer Via AC-UD20* (los verkrijgbaar)
NP-BX1 (bijgeleverd) Ong. 245 min Ong. 175 min
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
16
NL
zDe resterende acculading controleren
De aanduiding voor resterende acculading verschijnt rechtsboven op het scherm.
• De weergegeven aanduiding voor de resterende acculading is afhankelijk van bepaalde
omstandigheden mogelijk niet correct.
• Het duurt ongeveer een minuut voordat de juiste aanduiding voor resterende acculading wordt
weergegeven.
Hoog Laag
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
17
NL
Een geheugenkaart plaatsen
1 Verschuif de vergrendelknop tot de
gele markering zichtbaar is en open
vervolgens het klepje.
2 Plaats de geheugenkaart tot u een
klik hoort.
microSD-kaart: plaats deze kaart in de richting A.
Memory Stick Micro (M2): plaats deze kaart in de
richting B.
• Wanneer [WAIT] weergegeven wordt op het scherm,
wacht u tot de melding verdwijnt.
• Zorg ervoor dat de geheugenkaart bij het plaatsen
correct gericht is; doet u dit niet, dan zal de camera de
kaart niet herkennen.
3 Sluit het klepje.
Zorg ervoor dat de gele markering op de
vergrendelknop niet meer zichtbaar is na het
sluiten van het klepje.
Vergrendelknop
microSD-kaart
Memory Stick
Micro (Mark2)
Bedrukte kant
Kant met contactpunten
A
B
zDe geheugenkaart uitwerpen
Open het klepje en druk Ă©Ă©n keer zacht op de geheugenkaart.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
18
NL
• Om de werking van de geheugenkaart te optimaliseren, raden wij u aan de geheugenkaart te formatteren
als u deze voor het eerst met de camera gebruikt (pagina 45).
Alle gegevens die opgenomen zijn op de geheugenkaart worden tijdens het formatteren verwijderd en
kunnen niet hersteld worden.
• Zet belangrijke gegevens op de geheugenkaart over naar andere media zoals een computer voor u de
geheugenkaart formatteert.
• Als u een geheugenkaart in de verkeerde richting in de sleuf plaatst, kunnen de geheugenkaart, de
geheugenkaartsleuf of de beeldgegevens beschadigd raken.
• Steek niets anders dan een geschikte geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf. Anders kan er een storing
optreden.
• Wees voorzichtig bij het plaatsen of uitwerpen van de geheugenkaart om te vermijden dat de
geheugenkaart uit de camera valt.
• De gegarandeerde werkingstemperatuur voor de camera ligt tussen –10 °C en 40 °C. Afhankelijk van het
soort geheugenkaart kan de gegarandeerde werkingstemperatuur variëren.
Raadpleeg voor meer informatie de gebruiksaanwijzing die geleverd is bij de geheugenkaart.
• Beelden die opgenomen zijn op een microSDXC-geheugenkaart kunnen niet overgezet worden naar of
afgespeeld worden op een computer of AV-apparatuur die niet compatibel is met exFAT* (via USB-
verbinding). Controleer dus voor het aansluiten of het apparaat compatibel is met exFAT. Als u de
camera verbindt met een apparaat dat niet compatibel is met exFAT, wordt mogelijk de vraag
weergegeven of de geheugenkaart geformatteerd moet worden. Als dit het geval is, mag u de
geheugenkaart niet formatteren, anders gaan alle gegevens erop verloren.
* exFAT is het bestandssysteem dat gebruikt wordt door microSDXC-geheugenkaarten.
Opmerkingen
zWelke soorten geheugenkaarten kunt u gebruiken
met deze camera?
Voor het opnemen van MP4
Voor het opnemen van XAVC S
• Werking met alle geheugenkaarten is niet gegarandeerd.
• Voor het opnemen van XAVC S hebt u een geheugenkaart nodig die exFAT ondersteunt.
Soorten geheugenkaarten SD-snelheidsklasse Benaming in dit handboek
Memory Stick Micro (Mark2) — Memory Stick Micro
microSD-geheugenkaart
Klasse 4 of sneller microSD-kaartmicroSDHC-geheugenkaart
microSDXC-geheugenkaart
Soorten geheugenkaarten SD-snelheidsklasse Benaming in dit handboek
microSDXC-geheugenkaart Klasse 10 of sneller microSD-kaart
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
19
NL
Datum/tijd
instellen
U kunt het jaar/de maand/de dag en de regio instellen.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [DATE] (datum/tijd) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de gewenste datum, tijd en regio te selecteren
en druk vervolgens op de ENTER-toets om te bevestigen.
Selecteer 00:00 voor middernacht en 12:00 voor middag.
• Wanneer het GPS-logboek ingesteld is op [ON], past de camera automatisch de datum, tijd en regio aan
in de opnamefunctie.
Scherm Standaardinstelling
2014 Voor het instellen van het jaar.
01 Voor het instellen van de maand.
01 Voor het instellen van de dag.
00 Voor het instellen van het uur.
00 Voor het instellen van de minuten.
GMT+0
U kunt de regio instellen waar u de camera gebruikt. (Regio's
worden bepaald op basis van het tijdsverschil ten opzichte van
Greenwich Mean Time (GMT)).
Opmerkingen
t
t
Instel-
scherm
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
20
NL
zDe regio instellen
U kunt de klok instellen op de plaatselijke tijd van een land dat u bezoekt door de regio te
selecteren. Regio's worden bepaald op basis van het tijdsverschil ten opzichte van
Greenwich Mean Time (GMT). Raadpleeg ook "Tijdsverschillen in de wereld" (pagina 76).
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
21
NL
De zomertijd
instellen
U kunt de klok van de camera op zomertijd zetten.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [DST] (zomertijd) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
De zomertijd is ingesteld.
De zomertijd is niet ingesteld.
Keert terug naar het menu [DST].
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
22
NL
Stand voor het instellen
van de beeldkwaliteit
U kunt de beeldresolutie en de framesnelheid voor het opnemen van films instellen.
De beeldkwaliteit die gekozen kan worden, hangt af van de instelling van [PRO] (pagina 29).
1 Druk op de NEXT-toets om [VMODE] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om de beeldkwaliteit te selecteren en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
Wanneer [PRO] ingesteld is op [OFF] (opnemen in MP4)
*1
De framesnelheid hangt af van de NTSC/PAL-instelling (pagina 43).
*2
PlayMemories Home™ converteert de framesnelheid naar 60p/50p en speelt beelden af aan
standaardsnelheid. U kunt het programma ook gebruiken om beelden vertraagd af te spelen en deze te
bewerken tijdens het vertraagde afspelen (pagina 64).
*3
Afhankelijk van uw apparaat en software worden de beelden afgespeeld aan 60p/50p.
Scherm Opgenomen beeld Resolutie
Framesnelheid
voor
beeldvorming
*1
Framesnelheid
voor
afspelen
*1
Hoogste resolutie
(vloeiend beeld opgenomen met een
framesnelheid van 2Ă—)
1920Ă—1080 60p/50p 60p/50p
Hoogste resolutie 1920Ă—1080 30p/25p 30p/25p
Hoge resolutie 1280Ă—720 30p/25p 30p/25p
Uiterst snelle opname
(vloeiend beeld opgenomen met een
framesnelheid van 4Ă—)
*2
1280Ă—720 120p/100p 120p/100p
*3
Uiterst snelle opname
(vloeiend beeld opgenomen met een
framesnelheid van 8Ă—)
*2
800Ă—480 240p/200p 240p/200p
*3
Uiterst vertraagde opname
(uiterst vertraagd beeld opgenomen
met een framesnelheid van 4Ă—)
1280Ă—720 120p/100p 30p/25p
Standaardresolutie 640Ă—480 30p/25p 30p/25p
Keert terug naar het menu [VMODE].
Instel-
scherm
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
23
NL
Wanneer [PRO] ingesteld is op [ON] (opnemen in XAVC S)
Wanneer [V.SYS] ingesteld is op [NTSC]
Wanneer [V.SYS] ingesteld is op [PAL]
• De doorlopende opnameduur voor films bedraagt maximaal ongeveer 13 uur. In de stand [SSLOW] is dit
maximaal ongeveer 3 uur.
Als het filmformaat echter ingesteld is op MP4 en de framesnelheid voor beeldvorming 240p/200p is
tijdens het maken van uiterst snelle opnames, bedraagt de doorlopende opnameduur voor films maximaal
ongeveer 4 uur en 50 minuten. Wanneer de framesnelheid voor beeldvorming 120p/100p is tijdens het
maken van uiterst snelle opnames, bedraagt de doorlopende opnameduur voor films maximaal ongeveer
9 uur en 40 minuten.
• De getoonde tijden zijn opneembare tijden bij gebruik van een geheugenkaart van Sony.
• Wanneer u opnames maakt in de stand [SSLOW], wordt er geen geluid opgenomen.
• De veldhoek wijzigt wanneer de stand voor het instellen van de beeldkwaliteit ingesteld is op [HS120]/
[HS100], [HS240]/[HS200], [SSLOW] of [VGA].
• SteadyShot werkt niet wanneer de stand voor het instellen van de beeldkwaliteit ingesteld is op [HS120]/
[HS100], [HS240]/[HS200] of [SSLOW].
• Wanneer u beelden afspeelt die opgenomen zijn in [HS120]/[HS100] of [HS240]/[HS200], zal de
framesnelheid 60p/50p zijn en zal er aan standaardsnelheid afgespeeld worden.
Scherm Opgenomen beeld Resolutie
Framesnelheid
voor
beeldvorming
Framesnelheid
voor afspelen
XAVC S 50 Mbps 1920Ă—1080 60p 60p
XAVC S 50 Mbps 1920Ă—1080 30p 30p
XAVC S 50 Mbps 1920Ă—1080 24p 24p
Scherm Opgenomen beeld Resolutie
Framesnelheid
voor
beeldvorming
Framesnelheid
voor afspelen
XAVC S 50 Mbps 1920Ă—1080 50p 50p
XAVC S 50 Mbps 1920Ă—1080 25p 25p
Opmerkingen
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
24
NL
SteadyShot
U kunt de trillingscompensatie activeren tijdens het opnemen.
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [STEDY] (SteadyShot) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• Bij de standaardinstelling bedraagt de veldhoek 120°. Als u een bredere veldhoek wilt, stelt u [STEDY]
in op [OFF].
• De veldhoek wijzigt wanneer de stand voor het instellen van de beeldkwaliteit ingesteld is op [HS120]/
[HS100], [HS240]/[HS200], [SSLOW] of [VGA].
• SteadyShot werkt niet bij de volgende instellingen.
– Wanneer de stand voor het instellen van de beeldkwaliteit ingesteld is op [HS120]/[HS100], [HS240]/
[HS200] of [SSLOW]
– In de fotostand
– In de intervalfoto-opnamestand
SteadyShot wordt gebruikt. (Veldhoek: 120°)
SteadyShot wordt niet gebruikt. (Veldhoek: 170°)
Keert terug naar het menu [STEDY].
Opmerkingen
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
25
NL
Omkeren
U kunt het beeld omgekeerd opnemen. Deze functie is handig wanneer de camera ondersteboven
bevestigd is.
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [FLIP] (omkeren) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
Het beeld wordt verticaal omgekeerd en het linker- en rechtergeluidskanaal worden
omgewisseld.
Het beeld wordt niet omgekeerd.
Keert terug naar het menu [FLIP].
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
26
NL
Scène
U kunt overeenkomstig de opnamescène de gepaste beeldkwaliteit selecteren.
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [SCENE] (scène) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• Bevestig de waterdichte behuizing aan de camera om deze onder water te gebruiken (pagina 47).
Beelden worden opgenomen in standaardkwaliteit.
Beelden worden opgenomen in een beeldkwaliteit die geschikt is voor
onderwateropnames.
Keert terug naar het menu [SCENE].
Opmerkingen
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
27
NL
Intervalfoto-opnames
U kunt het interval instellen voor de intervalfoto-opnames.
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [LAPSE] (interval) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• De eerste foto wordt meteen na het starten van de opname gemaakt, zonder te wachten tot het ingestelde
interval verstreken is. Vanaf de tweede foto worden de foto's gemaakt op basis van het ingestelde
interval.
• Het maximale aantal opneembare bestanden bedraagt 40.000, inclusief filmbestanden.
Er worden doorlopend foto's gemaakt met een interval van ongeveer 1 seconde.
Er worden doorlopend foto's gemaakt met een interval van ongeveer 2 seconden.
Er worden doorlopend foto's gemaakt met een interval van ongeveer 5 seconden.
Er worden doorlopend foto's gemaakt met een interval van ongeveer 10 seconden.
Er worden doorlopend foto's gemaakt met een interval van ongeveer 30 seconden.
Er worden doorlopend foto's gemaakt met een interval van ongeveer 60 seconden.
Keert terug naar het menu [LAPSE].
Opmerkingen
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
28
NL
Kleurinstellingen
U kunt de kleurtoon van het beeld die gebruikt wordt tijdens het opnemen wijzigen.
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [COLOR] (kleur) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
Er wordt opgenomen met natuurlijke kleuren.
Er wordt opgenomen met levendige kleuren.
Keert terug naar het menu [COLOR].
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
29
NL
XAVC S
Gebruik deze instelling om professionele opnames te maken. Films worden opgenomen in het
formaat XAVC S, en u kunt kwaliteitsvolle beelden opnemen met een hoge bitsnelheid van
ongeveer 50 Mbps. U kunt de tijdcode-/gebruikersbitinstelling wijzigen wanneer [PRO]
ingesteld is op [ON].
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [PRO] (pro) weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk nogmaals op de NEXT-toets om de instelling te selecteren.
• Voor het opnemen van XAVC S hebt u een compatibele geheugenkaart nodig (pagina 18).
Er wordt opgenomen in XAVC S.
Selecteer de beeldkwaliteit in de stand voor het instellen van de beeldkwaliteit
(pagina 22).
Er wordt opgenomen in MP4.
Kies deze optie als u de beelden wilt kopiëren naar uw smartphone of uploaden naar
een website.
Keert terug naar het menu [PRO].
Opmerkingen
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
30
NL
Tijdcode/
gebruikersbit
U kunt de tijdcode/gebruikersbit gebruiken wanneer [PRO] ingesteld is op [ON].
U kunt de volgende instellingen kiezen bij [TC/UB].
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [TC/UB] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [TCSET] of [UBSET] te selecteren en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
Hiermee kunt u de tijdcode instellen.
• Stel vier nummers van twee cijfers in en druk vervolgens op de
ENTER-toets.
• U kunt een tijdcode selecteren binnen het volgende bereik.
– Wanneer u 30p of 60p selecteert
00:00:00:00 (standaard) - 23:59:59:29
– Wanneer u 25p of 50p selecteert
00:00:00:00 (standaard) - 23:59:59:24
• Wanneer u 24p selecteert, kunt u de laatste 2 tijdcodecijfers van de
frames instellen in veelvouden van 4, tussen 0 en 23.
Hiermee kunt u de tijdcode initialiseren.
• Druk op de ENTER-toets om [SURE?] weer te geven terwijl [OK]
wordt weergegeven, en druk vervolgens nogmaals op de ENTER-toets.
Hiermee kunt u de opnamemethode voor de tijdcode instellen.
DF De tijdcode wordt in dropframe opgenomen (standaard).
NDF De tijdcode wordt in niet-dropframe opgenomen.
• In de volgende situaties wordt de tijdcode in [NDF] opgenomen en
wordt [FORMT] niet weergegeven.
– Wanneer [VMODE] ingesteld is op 24p
– Wanneer [V.SYS] ingesteld is op [PAL]
Hiermee kunt instellen hoe de tijdcode vooruitgaat.
REC De tijdcode gaat alleen vooruit tijdens het opnemen van XAVC
S-films. De tijdcode wordt opgenomen vanaf de tijdcode van het
laatst opgenomen beeld (standaard).
FREE De tijdcode gaat sequentieel vooruit, ongeacht de bediening van
de camera.
Hiermee kunt u de opnametijdcode instellen.
PRSET De nieuw ingestelde tijdcode wordt opgenomen op
opnamemedia (standaard).
REGEN De laatste tijdcode van de vorige opname wordt afgelezen van
het opnamemedium en de nieuwe tijdcode wordt vanaf de
laatste tijdcode opgenomen.
• De tijdcode gaat vooruit in de stand [REC], ongeacht de instelling bij
[RUN].
t
Instel-
scherm
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
31
NL
• Wanneer [PRO] ingesteld is op [OFF], wordt [TC/UB] niet weergegeven (pagina 29).
Keert terug naar het menu [TCSET].
Hiermee kunt u de gebruikersbit instellen.
• Stel vier nummers van twee cijfers in en druk vervolgens op de
ENTER-toets.
• U kunt de gebruikersbit selecteren binnen het volgende bereik.
00:00:00:00 (standaard) - FF:FF:FF:FF
Hiermee kunt u de gebruikersbit initialiseren.
• Druk op de ENTER-toets om [SURE?] weer te geven terwijl [OK]
wordt weergegeven, en druk vervolgens nogmaals op de ENTER-toets.
Hiermee kunt u de opnametijd van de gebruikersbit instellen.
OFF De tijd wordt niet opgenomen als een gebruikersbit (standaard).
ON De tijd wordt opgenomen als een gebruikersbit.
Keert terug naar het menu [UBSET].
Opmerkingen
zOver de tijdcode
De tijdcode is een handige functie voor het uitvoeren van geavanceerde beeldbewerkingen.
Met deze functie worden de uren/minuten/seconden/frames opgenomen op de
beeldgegevens.
Wanneer [V.SYS] ingesteld is op [NTSC] en de framesnelheid 30p of 60p is, ontstaan er
tijdens langere opnameperiodes hiaten in de werkelijke tijd doordat er een klein verschil is
tussen het aantal frames van de tijdcode en de eigenlijke framefrequentie van het NTSC-
beeldsignaal per seconde. Met dropframe worden deze hiaten gecorrigeerd zodat de tijdcode
en de werkelijke tijd gelijk zijn. Elke minuut worden de eerste 2 framenummers (voor 30p)
of de eerste 4 framenummers (voor 60p) verwijderd, behalve bij elke tiende minuut. Een
tijdcode zonder deze correctie wordt niet-dropframe genoemd.
zOver de gebruikersbit
De gebruikersbit is een functie die informatie (hexadecimale nummers van 8 cijfers)
opneemt, zoals de datum/de tijd/het scènenummer. Deze functie is handig voor het
bewerken van films die gemaakt werden met twee of meer camera's.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
32
NL
IR-afstandsbediening
U kunt de opname starten/stoppen en de tijdcode initialiseren met behulp van de
infraroodafstandsbediening (RMT-845 (los verkrijgbaar)).
Om de instellingen door te voeren, selecteert u eerst [SETUP].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [IR-RC] (IR-afstandsbediening) weer te geven
en druk vervolgens op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• U hebt de infraroodafstandsbediening RMT-845 (los verkrijgbaar) nodig om deze functie te kunnen
gebruiken.
U kunt deze kopen in een servicecentrum van Sony.
• U kunt alleen de volgende instellingen bedienen met de RMT-845 (los verkrijgbaar). U kunt er geen
andere instellingen mee bedienen.
– De tijdcode initialiseren.
– De opname starten/stoppen.
De camera kan bediend worden met behulp van de infraroodafstandsbediening.
De camera kan niet bediend worden met behulp van de infraroodafstandsbediening.
Keert terug naar het menu [IR-RC].
Opmerkingen
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
33
NL
Configuratie-
instellingen
U kunt de volgende instellingen kiezen bij [CONFG].
Klik op een item om naar de overeenstemmende pagina te gaan.
Raadpleeg pagina 10 voor meer informatie over de hiërarchische menustructuur van de camera.
Items Scherm
Wi-Fi-afstandsbediening Wi-Fi
GPS-logboek GPS
Vliegtuigstand PLANE
USB-voeding USBPw
Automatische uitschakelfunctie A.OFF
Pieptoon BEEP
Datum/tijd instellen DATE
De zomertijd instellen DST
Taalinstellingen LANG
Schakelen tussen NTSC/PAL V.SYS
De instellingen resetten RESET
Formatteren FORMT
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
34
NL
Wi-Fi-
afstandsbediening
Door de camera via Wi-Fi te verbinden met een afstandsbediening voor liveweergave of een
smartphone, kunt u de camera bedienen via de afstandsbediening voor liveweergave of de
smartphone.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [Wi-Fi] (Wi-Fi) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
5 Geef [MOVIE], [PHOTO] of [INTVL] weer.
6 Verbind de camera via Wi-Fi met de afstandsbediening voor liveweergave
of de smartphone.
Raadpleeg pagina 62 voor meer informatie over de verbindingsmethode voor een
afstandsbediening voor liveweergave en pagina 56 voor een smartphone.
7 Bedien de camera met de afstandsbediening voor liveweergave of de
smartphone.
• De accu van de camera kan snel leeg raken als u de camera bedient via de afstandsbediening voor
liveweergave of de smartphone.
• [CRRNT] bij [MULTI] wordt niet weergegeven op het scherm van de camera wanneer u de camera voor
het eerst verbindt met de afstandsbediening voor liveweergave.
U kunt de camera bedienen met een afstandsbediening voor liveweergave of een
smartphone.
U kunt de camera niet bedienen met een afstandsbediening voor liveweergave of een
smartphone.
U kunt meerdere camera's bedienen met een afstandsbediening voor liveweergave.
NEW Selecteer deze optie wanneer u de camera voor het eerst verbindt met een
afstandsbediening voor liveweergave.
CRRNT Selecteer deze optie wanneer u de camera eerder al hebt verbonden met een
afstandsbediening voor liveweergave.
Keert terug naar het menu [Wi-Fi].
Opmerkingen
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
35
NL
Kopiëren
U kunt films en foto's die opgenomen werden met de camera kopiëren door een smartphone te
bedienen.
1 Schakel de camera in, druk op de NEXT-toets en selecteer een
opnamestand.
MOVIE: filmstand
PHOTO: fotostand
INTVL: intervalfoto-opnamestand
2 Start PlayMemories Mobile op de smartphone en activeer de Wi-Fi-
verbinding.
Raadpleeg "Verbinding maken met uw smartphone" op pagina 58 voor meer informatie over
het instellen van de smartphone.
3 Activeer de kopieerstand op de camera via het scherm PlayMemories
Mobile van de smartphone.
4 Selecteer de beelden die u wilt kopiëren.
• Voor u de Wi-Fi-afstandsbedieningsfunctie activeert, dient u ervoor te zorgen dat de recentste versie van
de software PlayMemories Mobile geĂŻnstalleerd is.
• U kunt beelden kopiëren naar uw smartphone wanneer er een opnamestand geactiveerd is op de camera
(filmstand/fotostand/intervalfoto-opnamestand).
• U kunt de stand alleen wijzigen wanneer de opnamestand-bystand geactiveerd.
• U kunt geen XAVC S-films kopiëren die opgenomen werden met [PRO] ingesteld op [ON].
Opmerkingen
g
/
g
/
g
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
36
NL
GPS-logboek
Met behulp van de GPS-functie van de camera kunt u de locatie-informatie en
bewegingssnelheid opnemen tijdens het filmen.
Met PlayMemories Home kunt u films die opgenomen zijn met een GPS-logboek importeren op
een computer en deze bekijken op een kaart waarop locatie-informatie weergegeven wordt
(pagina 64).
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [GPS] (GPS) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• Het GPS-logboek wordt alleen opgenomen tijdens het opnemen van films.
• Als u de plaatsinformatie niet wilt opnemen, zet u het GPS-logboek op [OFF].
• Tijdens het opstijgen en landen van een vliegtuig stelt u de vliegtuigstand in op [ON] (pagina 38).
• Gebruik GPS in overeenstemming met de geldende regelgeving op een plaats of in een bepaalde situatie.
• Het kan enkele tientallen seconden tot verschillende minuten duren om de locatie-informatie op te nemen
wanneer u de GPS voor het eerst of na een lange tijd opnieuw gebruikt. De trianguleertijd kan verkort
worden door GPS-hulpgegevens te installeren (pagina 37).
• Bedek de GPS-sensor niet met uw vinger tijdens het zoeken naar GPS-satellieten of tijdens het
trianguleren. Hierdoor wordt de gevoeligheid van de GPS-sensor verlaagd en kan de triangulatie
mislukken (pagina 12).
• Sony verzamelt de locatie-informatie en route-informatie niet.
• Om de locatie-informatie en route-informatie op een computer op een kaart te kunnen weergeven, levert
Sony de gegevens van de locatie-informatie en route-informatie aan Google Inc.
• De camera is niet uitgerust met een functie om logbestanden te verwijderen. U kunt deze echter wel
verwijderen door het medium te formatteren.
• Wanneer u stilstaande beelden opneemt terwijl het GPS-logboek ingesteld is op [ON], wordt alleen de
locatie-informatie opgenomen.
• Er kunnen maximaal 256 logbestanden per dag worden opgenomen. Wanneer het maximale aantal
opgenomen logbestanden per dag bereikt is, kunt u verder beelden opnemen, maar worden de
logbestanden niet langer bijgehouden.
Films worden opgenomen met een GPS-logboek en stilstaande beelden met locatie-
informatie.
Het GPS-logboek wordt niet gebruikt.
Keert terug naar het menu [GPS].
Opmerkingen
t
t
Instel-
scherm
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
37
NL
De aanduiding wijzigt afhankelijk van de sterkte van het GPS-signaal wanneer de GPS
geactiveerd is.
De trianguleerstatus controleren
GPS-
aanduidingen
Trianguleerstatus Status van de GPS-signaalontvangst
Geen
aanduiding
OFF
Het GPS-logboek is ingesteld op [OFF] of er heeft zich een fout
voorgedaan.
Bezig met zoeken/
moeilijk
De camera zoekt naar GPS-satellieten. (Het kan enkele minuten
duren voordat het trianguleren begint.)
Bezig met
trianguleren
De camera ontvangt een GPS-signaal. (De camera kan locatie-
informatie opnemen.)
zOver GPS-hulpgegevens
De tijdsduur die de GPS nodig heeft om de locatie-informatie te verkrijgen, kan verkort
worden door GPS-hulpgegevens in de camera op te slaan. Als er een internetverbinding
wordt gemaakt met behulp van de software PlayMemories Home, kunnen de GPS-
hulpgegevens automatisch bijgewerkt worden.
• Als de datum en tijd niet ingesteld zijn of de ingestelde tijd sterk verschilt van de werkelijke tijd,
kan de tijdsduur die de GPS nodig heeft om de locatie-informatie te verkrijgen niet verkort worden.
• Als de geldigheidstermijn van de GPS-hulpgegevens verstreken is, kan de tijd voor het opvragen
van de locatie-informatie niet verkort worden.
De tool voor GPS-ondersteuning
U kunt de GPS-hulpgegevens ook bijwerken door een geheugenkaart in de computer te
plaatsen.
Geef het hoofdscherm van PlayMemories Home weer en selecteer de naam van het
aangesloten model t [GPS Support Tool] t het gewenste geheugenkaartstation van uw
computer voor het doorvoeren van de installatie, en werk vervolgens de GPS-hulpgegevens
bij. Als u deze geheugenkaart vervolgens invoert, zullen de GPS-hulpgegevens gebruikt
worden op de camera.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
38
NL
Vliegtuigstand
Wanneer u zich aan boord van een vliegtuig bevindt of in een andere ruimte bent waar
beperkingen gelden, kunt u alle functies die gebruikmaken van draadloze toepassingen zoals
Wi-Fi/GPS enz. uitschakelen op de camera. Als u de vliegtuigstand instelt op [ON], wordt er een
vliegtuigsymbool weergegeven op het scherm.
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [PLANE] (vliegtuigstand) weer te geven en
druk vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
Kies deze optie wanneer u zich aan boord van een vliegtuig bevindt.
(De Wi-Fi-/GPS-functie is uitgeschakeld.)
Kies deze optie voor normaal gebruik.
(De Wi-Fi-/GPS-functie is ingeschakeld.)
Keert terug naar het menu [PLANE].
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
39
NL
USB-voeding
Als u de camera op een computer of USB-apparaat aansluit met behulp van de micro-USB-kabel
(bijgeleverd), kunt u de camera configureren zodat het aangesloten apparaat de camera van
voeding voorziet.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [USBPw] (USB-voeding) weer te geven en
druk vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• Als u de instelling van de USB-voeding wijzigt terwijl de micro-USB-kabel aangesloten is, koppelt u de
kabel los en sluit u deze vervolgens opnieuw aan.
• Het is mogelijk dat de camera niet correct gevoed wordt via een USB-apparaat als dat apparaat een
voedingscapaciteit heeft van minder dan 1,5 A.
• Als u de camera inschakelt terwijl de accu opgeladen wordt, wordt het opladen onderbroken en wordt de
camera gevoed via een apparaat dat verbonden is via USB.
Er wordt voeding van een aangesloten apparaat geleverd via de micro-USB-kabel.
Er wordt geen voeding van een aangesloten apparaat geleverd via de micro-USB-
kabel.
Keert terug naar het menu [USBPw].
Opmerkingen
t
t
Instel-
scherm
zDe camera voeden via een stopcontact
Gebruik de USB-lader AC-UD20 (los verkrijgbaar). Gebruik de micro-USB-kabel
(bijgeleverd) om de camera te verbinden met de lader.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
40
NL
Automatische
uitschakelfunctie
U kunt de instellingen voor de automatische uitschakelfunctie wijzigen.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [A.OFF] (automatische uitschakelfunctie)
weer te geven en druk vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• Deze functie is niet beschikbaar in de volgende situaties.
– Tijdens het opnemen van gegevens op een medium
– Tijdens het opnemen van films of in de intervalfoto-opnamestand
– Tijdens het afspelen van een film of weergeven van een diavoorstelling
– Bij het doorvoeren van de Wi-Fi-verbinding, het verbinden van de Wi-Fi-afstandsbediening of het
uploaden van een afbeelding naar een smartphone
– Bij het doorvoeren van een HDMI-verbinding
– Wanneer er energie geleverd wordt via een aangesloten USB-apparaat
– Bij het aansluiten van een apparaat voor massaopslag
• In de volgende gevallen (ook als [10sec] of [60sec] geselecteerd is voor de automatische
uitschakelfunctie) zal de tijd die verstrijkt voor de camera uitgeschakeld wordt, verlengd worden.
– Tijdens het aanpassen van de instellingen onder [SETUP]
– Tijdens het weergeven van foto's
– Wanneer [Wi-Fi] ingesteld is op [ON] en het Wi-Fi-pictogram weergegeven wordt
De camera wordt na ongeveer 10 seconden uitgeschakeld.
De camera wordt na ongeveer 60 seconden uitgeschakeld.
De camera wordt niet automatisch uitgeschakeld.
Keert terug naar het menu [A.OFF].
Opmerkingen
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
41
NL
Pieptoon
U kunt de waarschuwingstonen voor bedieningen instellen op ON/OFF.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [BEEP] (pieptoon) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
Alle bedieningsgeluiden zijn ingeschakeld.
Er worden alleen bedieningsgeluiden geproduceerd voor de volgende handelingen:
• Inschakelen van het apparaat
• Starten van een opname
• Stoppen van een opname
• Indrukken van de ontspanknop
• Selecteren van een uitgeschakelde optie of optreden van een fout
Alle bedieningsgeluiden zijn uitgeschakeld.
Keert terug naar het menu [BEEP].
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
42
NL
Taalinstellingen
U kunt de schermtaal kiezen.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [LANG] (taal) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
Engels wordt ingesteld.
Frans wordt ingesteld.
Braziliaans Portugees wordt ingesteld.
Keert terug naar het menu [LANG].
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
43
NL
Schakelen tussen
NTSC/PAL
U kunt NTSC/PAL selecteren afhankelijk van het televisiesysteem van het land of de regio waar
u deze camera gebruikt.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [V.SYS] (videosysteem) weer te geven en
druk vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de NEXT-toets om de instelling te selecteren en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
5 Druk op de NEXT-toets en druk vervolgens op de ENTER-toets wanneer
[OK] weergegeven wordt op het scherm.
Om de instelling voor NTSC/PAL te annuleren, drukt u op de NEXT-toets wanneer [OK]
weergegeven wordt, selecteert u [CANCL] en drukt u vervolgens op de ENTER-toets.
• Wanneer u de NTSC/PAL-instelling wijzigt, wordt de camera automatisch opnieuw opgestart.
• Opnamemedia die geformatteerd of opgenomen zijn in NTSC kunnen niet opgenomen of afgespeeld
worden in PAL en omgekeerd. Als [FORMT] weergegeven wordt op het scherm na het wijzigen van de
NTSC/PAL-instelling, gaat u naar het bevestigingsscherm, selecteert u [OK] en formatteert u vervolgens
het huidige opnamemedium of gebruikt u een ander opnamemedium (pagina 45).
NTSC is gekozen als televisiesysteem.
PAL is gekozen als televisiesysteem.
Keert terug naar het menu [V.SYS].
Opmerkingen
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
44
NL
De instellingen
resetten
U kunt de instellingen resetten naar de standaardwaarden.
Als u [RESET] gebruikt, worden er geen beelden verwijderd.
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [RESET] (resetten) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de ENTER-toets om [SURE?] weer te geven terwijl [OK] wordt
weergegeven, en druk vervolgens nogmaals op de ENTER-toets.
De camera wordt automatisch opnieuw gestart wanneer het resetten voltooid is.
Om het resetten te annuleren, drukt u op de NEXT-toets terwijl [SURE?] of [OK]
weergegeven wordt, selecteert u [CANCL] en drukt u vervolgens op de ENTER-toets.
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
45
NL
Formatteren
Tijdens het formatteren worden alle beelden op de geheugenkaart verwijderd en wordt de
originele toestand van de geheugenkaart hersteld.
Om de instelling door te voeren, selecteert u eerst [SETUP] t [CONFG].
1 Druk op de NEXT-toets om [SETUP] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
2 Druk op de NEXT-toets om [CONFG] weer te geven en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
3 Druk op de NEXT-toets om [FORMT] (formatteren) weer te geven en druk
vervolgens op de ENTER-toets.
4 Druk op de ENTER-toets om [SURE?] weer te geven terwijl [OK] wordt
weergegeven, en druk vervolgens nogmaals op de ENTER-toets.
Het formatteren start. Als het formatteren voltooid is, wordt [DONE] weergegeven.
Om het formatteren te annuleren, drukt u op de NEXT-toets terwijl [SURE?] of [OK]
weergegeven wordt, selecteert u [CANCL] en drukt u vervolgens op de ENTER-toets.
• Sla belangrijke beelden op voordat u de geheugenkaart formatteert.
• Voer geen van de volgende handelingen uit tijdens het formatteren.
– Op een knop drukken.
– De geheugenkaart uitwerpen.
– Een kabel aansluiten/loskoppelen.
– De accu plaatsen/verwijderen.
Opmerkingen
t
t
Instel-
scherm
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
46
NL
Accessoires gebruiken
Raadpleeg de website van deze camera voor de recentste informatie over accessoires.
Door de statiefadapter vast te maken aan de camera, kunt u accessoires bevestigen aan de camera
zonder de waterdichte behuizing te gebruiken. Het is eveneens mogelijk om het klepje voor de
aansluitingen van de Multi/Micro USB-aansluiting te openen/sluiten. Dit betekent dat u de
camera kunt verbinden met een computer of een USB-apparaat terwijl de statiefadapter
bevestigd is.
Bevestigingsmethode
1 Breng de schroef van de statiefadapter in de bevestigingsopening voor de
statiefadapter op de camera.
2 Houd de statiefadapter tegen de onderkant van de camera en draai de
schroef in de richting van de pijl vast.
Verwijderingsmethode
1 Draai de schroef van de statiefadapter in de richting van de pijl los.
2 Verwijder de statiefadapter van de camera.
• Bevestig de waterdichte behuizing aan de camera om deze onder water te gebruiken (pagina 47).
Statiefadapter
Opmerkingen
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
47
NL
Door de camera in de waterdichte behuizing te plaatsen, kunt u filmen aan het strand.
Bevestigingsmethode
1 Schuif de klemvergrendeling in de richting van 1
en houd deze vast. Neem de omcirkelde delen
vast en klap de klem naar buiten in de richting
van 2.
2 Open de behuizingsklep.
3 Plaats de camera in de behuizing.
• Ontgrendel de REC HOLD (vergrendelen)-schakelaar op de
camera.
4 Steek het lipje op de behuizing in de sleuf in de
behuizingsklep.
Waterdichte behuizing (SPK-AS2)
Behuizingsklep
Opening voor
het bevestigen
van de riem
Behuizing
REC-toets
HOLD-hendel
Statiefschroef-
opening
Klem
Klemvergrendeling
NEXT-toets
PREV-toets
Riem van de
behuizingsklep
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
48
NL
5 Haak de klem over het lipje aan de onderkant van
de behuizingsklep 1 en sluit de klem vervolgens
in de richting van 2 tot deze op zijn plaatst klikt.
• Sluit de klem tot de klemvergrendeling terug op de oorspronkelijke
positie staat.
Over de waterdichtheid van de waterdichte behuizing
• Wanneer de camera in de waterdichte behuizing geplaatst is, kunt u deze gedurende 30 minuten op een
diepte van 5 meter gebruiken.
• De waterdichtheid is gebaseerd op de testnormen van ons bedrijf.
• Stel de waterdichte behuizing niet bloot aan krachtige waterstralen zoals van een waterkraan.
• Gebruik de waterdichte behuizing niet in een warmwaterbron.
• Gebruik de waterdichte behuizing alleen in water met een maximale temperatuur van 40 °C.
• Soms is de waterdichte behuizing niet langer waterbestendig als deze blootgesteld wordt aan krachtige
schokken (bv. als u de behuizing laat vallen). Wij raden u aan om in dat geval de waterdichte behuizing te
laten controleren door een erkende hersteller (tegen betaling).
• Als u de camera wilt gebruiken op een diepte van 5 m of meer of voor het beoefenen van watersporten,
gebruikt u de waterdichte behuizing (SPK-AS1) (los verkrijgbaar).
• U kunt de REC-toets niet gebruiken wanneer de HOLD-hendel
vergrendeld is. Zorg ervoor dat deze ontgrendeld is voor u begint op te
nemen.
• Bij het opnemen van onderwaterbeelden met de camera in de
waterdichte behuizing, zien de opgenomen beelden er minder scherp
uit dan tijdens een normale opname. Dit duidt niet op een storing.
• U kunt geluid opnemen terwijl de camera in de waterdichte behuizing
geplaatst is; het geluidsniveau zal echter lager liggen.
• Haal een geschikte riem door de bevestigingsopening van de
waterdichte behuizing en maak de riem vast aan een item dat u samen
met de camera zult gebruiken.
Opmerkingen bij het gebruik
• Gooi de waterdichte behuizing niet in het water.
• Gebruik de waterdichte behuizing niet in de volgende omstandigheden:
– Op zeer warme of vochtige plaatsen
– In water dat warmer is dan 40 °C
– Bij temperaturen lager dan –10 °C
In deze omstandigheden kan er vochtcondensatie of waterlekkage optreden en kan de camera beschadigd
raken.
• Laat de waterdichte behuizing niet gedurende een lange periode in direct zonlicht of op een zeer warme
en vochtige plaats liggen. Als u de waterdichte behuizing toch in direct zonlicht moet laten liggen, moet
u de waterdichte behuizing bedekken met een handdoek of andere bescherming.
• Wanneer de camera oververhit raakt, is het mogelijk dat deze automatisch uitgeschakeld wordt of dat de
opname mislukt. Om de camera opnieuw te kunnen gebruiken, laat u deze even liggen in een koude
ruimte om af te koelen.
• Als er zonnebrandolie op de waterdichte behuizing terechtkomt, moet u deze grondig reinigen met lauw
water. Als u de zonnebrandolie niet van de waterdichte behuizing verwijdert, kan de buitenkant van de
waterdichte behuizing verkleuren of beschadigd raken (er kunnen scheurtjes in het oppervlak ontstaan).
Opmerkingen
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
49
NL
Waterlekkage
Mocht het voorvallen dat een defect van de waterdichte behuizing leidt tot waterschade, kan Sony niet
verantwoordelijk worden gesteld voor schade aan het apparaat in de behuizing (camera, accu enz.) en aan
de opnames, noch voor kosten aan het apparaat.
O-ring
De waterdichte behuizing maakt gebruik van een O-ring om waterdicht te blijven.
Het is erg belangrijk dat u de O-ring goed onderhoudt. Als u de O-ring niet onderhoudt zoals
voorgeschreven, kan er water binnendringen in de waterdichte behuizing en kan deze zinken.
De O-ring controleren
• Controleer zorgvuldig of er vuil, zand, haar, stof, zout, vezels enz. kleven aan de O-ring. Als dit het geval
is, moet u deze verwijderen met een zachte doek.
• Wrijf zacht met uw vingertop over de O-ring om eventueel onzichtbaar vuil te verwijderen.
• Zorg ervoor dat er geen vezels van de doek aan de O-ring blijven kleven na het schoonvegen.
• Controleer de O-ring op scheurtjes, asymmetrie, vervorming, fijne spleten, krassen, ingebedde
zandkorrels enz. Vervang de O-ring als u een van de voorgaande defecten vaststelt.
• Controleer op dezelfde manier het contactoppervlak van de O-ring op de behuizing.
Controleren op waterlekken
Vooraleer u de camera plaatst, sluit u altijd eerst de waterdichte behuizing en dompelt u deze
onder in water om er zeker van te zijn dat er geen water binnendringt.
Levensduur van de O-ring
De levensduur van de O-ring varieert afhankelijk van de gebruiksfrequentie van de waterdichte behuizing
en de omstandigheden. Over het algemeen kan de ring ongeveer een jaar worden gebruikt.
Onderhoud
• Wanneer u opnamen hebt gemaakt in een omgeving met zeewind, moet u de behuizing goed spoelen met
zoet water om zout en zand te verwijderen. Hierbij moet de klem gesloten zijn. Veeg daarna de behuizing
af met een zachte, droge doek. Wij raden u aan de waterdichte behuizing gedurende ongeveer 30 minuten
onder te dompelen in zoet water. Als er zout achterblijft op de behuizing, kunnen de metalen onderdelen
beschadigd raken of kan er zich roest vormen, met lekkages als gevolg.
• Als er zonnebrandolie op de waterdichte behuizing terechtkomt, moet u deze grondig reinigen met lauw
water.
• Reinig de binnenkant van de waterdichte behuizing met een zachte, droge doek. Was de binnenkant niet
met water.
Voer het bovenstaande onderhoud altijd uit als u de waterdichte behuizing gebruikt.
Gebruik geen oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine of verfverdunner. Deze kunnen namelijk het
oppervlak van de waterdichte behuizing beschadigen.
De waterdichte behuizing opbergen
• Om te vermijden dat de O-ring slijtage gaat vertonen, bewaart u de waterdichte behuizing in een koude,
goed verluchte ruimte. Maak de klem niet vast.
• Zorg ervoor dat er geen stof op de O-ring terecht kan komen.
• Bewaar de waterdichte behuizing niet op een koude, zeer hete of vochtige plaats of samen met naftaleen
of kamfer. Hierdoor kan de waterdichte behuizing beschadigd raken.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
50
NL
U kunt het kleefmontagestuk gebruiken om de waterdichte behuizing of de statiefadapter te
bevestigen op een item dat u wilt gebruiken. Kleefmontagestuk is een algemene naam voor de
bevestigingsklem, het platte kleefmontagestuk en het gebogen kleefmontagestuk. Vóór het
bevestigen plaatst u de camera in de waterdichte behuizing of maakt u de statiefadapter vast.
Bevestigingsmethode
De onderstaande procedure beschrijft de bevestigingsmethode voor de waterdichte behuizing.
1 Breng de statiefschroefopening aan de
onderkant van de waterdichte behuizing op
een lijn met de statiefschroefopening van
de bevestigingsklem en bevestig beide
delen stevig aan elkaar door de
statiefschroef aan te draaien.
• Controleer of alles stevig gemonteerd is.
2 Bevestig de bevestigingsklem (samen met de
waterdichte behuizing die bevestigd werd in stap
1) aan het platte of gebogen kleefmontagestuk
door de klem te verschuiven tot deze op zijn
plaatst klikt.
3 Verwijder stof, vocht en olieachtige substanties
volledig van het oppervlak waarop u het kleefmontagestuk wilt
bevestigen.
4 Verwijder de beschermfolie van de achterkant en bevestig het
kleefmontagestuk op de gewenste plaats.
• De kleefkracht bereikt 24 uur na het aanbrengen van het kleefmontagestuk op de gewenste plaats zijn
maximale kracht.
Kleefmontagestuk (VCT-AM1)
Bevestigingsklem Plat kleefmontagestuk Gebogen
kleefmontagestuk
Statiefschroef
Positioneringspin
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
51
NL
• Het platte en het gebogen kleefmontagestuk kunnen niet opnieuw gebruikt worden als u ze losgemaakt
hebt.
• Verwijder het montagestuk langzaam. Als u dit te snel doet, kan het oppervlak waarop het montagestuk
bevestigd is, beschadigd raken.
• Controleer voorafgaand aan het bevestigen het oppervlak van het te gebruiken item. Als er vuil, stof,
vocht of olieachtige substanties aan het oppervlak kleven, kan dit de kleefkracht nadelig beĂŻnvloeden en
kan het item bij een kleine schok al loslaten.
• Gebruik het geschikte kleefmontagestuk (plat of gebogen) voor het oppervlak waarop u de camera wilt
bevestigen. Als het montagestuk niet geschikt is voor het betreffende oppervlak, kan het bij een kleine
schok al loslaten.
• Haal een geschikte riem door de bevestigingsopening van de waterdichte behuizing en maak de riem vast
aan een item dat u samen met de camera zult gebruiken.
• Controleer voor het gebruik of de schroef op de bevestigingsklem niet los zit en het platte of gebogen
kleefmontagestuk stevig bevestigd is aan het oppervlak.
Opmerkingen
zBevestigen aan of loskoppelen van de
bevestigingsklem
Blijf op het omcirkelde deel drukken om de klem te
ontgrendelen en schuif deze vervolgens in de
omgekeerde richting van stap 2.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
52
NL
Opnemen
Over de REC HOLD (vergrendelen)-schakelaar
Met de REC HOLD (vergrendelen)-schakelaar kunt u ongewenste bediening voorkomen.
Verschuif de REC HOLD (vergrendelen)-schakelaar zoals weergegeven in de richting van de
pijl om de REC-toets te vergrendelen. Om het apparaat te ontgrendelen, schuift u de schakelaar
in de richting tegenovergesteld aan de pijl.
• Ontgrendel het apparaat voor u begint op te nemen.
• Als u de camera vergrendelt tijdens het opnemen, blijft de opnamestand geactiveerd*.
• Als u de camera vergrendelt na het opnemen, blijft de gestopte stand geactiveerd*.
* Ontgrendel de camera om de instelling te wijzigen.
1 Schakel het apparaat in en druk vervolgens op de NEXT-toets om
[MOVIE] weer te geven.
2 Druk op de REC-toets om de opname te starten.
3 Druk nogmaals op de REC-toets om de opname te stoppen.
1 Schakel het apparaat in en druk vervolgens op de NEXT-toets om
[PHOTO] weer te geven.
2 Druk op de REC-toets om op te nemen.
Na het starten van de opname, maakt de camera aan een regelmatig interval stilstaande beelden
tot de opname wordt gestopt.
1 Schakel het apparaat in en druk vervolgens op de NEXT-toets om [INTVL]
weer te geven.
2 Druk op de REC-toets om de opname te starten.
3 Druk nogmaals op de REC-toets om de opname te stoppen.
Filmstand
Fotostand
Intervalfoto-opnamestand
Scherm
REC-/toegangs-/CHG (opladen)-lampje
REC HOLD (vergrendelen)-schakelaar
REC-toets
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
53
NL
• De opnamestand die ingesteld is wanneer de camera uitgeschakeld wordt, wordt opnieuw geactiveerd als
de camera de volgende keer wordt ingeschakeld.
Opmerkingen
zOpmerkingen bij langdurig opnemen
• Als u gedurende een lange blijft opnemen, stijgt de temperatuur van de camera. Als de temperatuur
boven een bepaald niveau stijgt, wordt de opname automatisch gestopt.
Laat de camera gedurende 10 minuten of langer onaangeroerd om de temperatuur in de camera tot
een veilig niveau te laten zakken.
• Bij een hoge omgevingstemperatuur neemt de temperatuur van de camera snel toe.
• Wanneer de temperatuur van de camera toeneemt, is het mogelijk dat de beeldkwaliteit erop
achteruitgaat. Wij raden u aan te wachten tot de temperatuur van de camera opnieuw gezakt is voor
u verder gaat met opnemen.
• Het oppervlak van de camera kan warm worden. Dit duidt niet op een storing.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
54
NL
Beelden bekijken op een
tv
Sluit de camera via een micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar) aan op een tv die uitgerust is met
een HDMI-aansluiting.
Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van de tv.
1 Schakel zowel de camera als de tv uit.
2 Open het klepje voor de aansluitingen en sluit de camera aan op de tv via
de micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar).
3 Stel de ingangsbron van de tv in op [HDMI-invoer].
4 Druk op de NEXT-toets op de camera om deze in te schakelen.
5 Druk op de NEXT-toets om [PLAY] weer te geven en druk vervolgens op
de ENTER-toets.
6 Druk op de NEXT-toets om [MP4], [PHOTO] of [PRO] weer te geven en
druk vervolgens op de ENTER-toets.
Selecteer [MP4] om films af te spelen die opgenomen werden in MP4, [PHOTO] om foto's
weer te geven of [PRO] om afbeeldingen weer te geven die opgenomen werden in XAVC S.
Druk nogmaals op de ENTER-toets om het weergeven te stoppen.
• Verbind de micro-HDMI-aansluiting van de micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar) met de HDMI OUT-
aansluiting van de camera.
• Sluit de uitvoeraansluiting van de camera niet aan op de uitvoeraansluiting van andere apparaten.
Hierdoor kan er een storing optreden.
• Sommige apparaten werken mogelijk niet goed. Beeld en geluid worden mogelijk niet uitgevoerd.
• Gebruik een micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar) waarop het HDMI-logo afgebeeld staat.
• Wij raden u aan een goedgekeurde kabel waarop het HDMI-logo afgebeeld is of een HDMI-kabel van
Sony te gebruiken.
Opmerkingen
Scherm
1 Naar HDMI-
aansluiting
Micro-HDMI-kabel
(los verkrijgbaar)
2 Naar HDMI OUT-aansluiting
HDMI-aansluiting
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
55
NL
zDe weergave van inhoud regelen
• Het vorige/volgende beeld bekijken: druk op de PREV/NEXT-toets.
• Terugspoelen/vooruitspoelen (alleen films): houd de PREV/NEXT-toets
ingedrukt.
• Pauzeren (alleen films): druk tegelijk op de PREV- en NEXT-toets.
Als u tijdens het pauzeren de PREV- of NEXT-toets ingedrukt houdt, kunt
u de beelden traag terugspoelen of vooruitspoelen.
• Het volume regelen (alleen films): houd de PREV- en NEXT-toets tegelijk
ingedrukt.
• Een diavoorstelling starten (alleen foto's): druk tegelijk op de PREV- en
NEXT-toets.
• De weergave beëindigen: druk op de ENTER-toets.
PREV-toets
NEXT-toets
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
56
NL
Voorbereidingen treffen om
verbinding te maken met uw
smartphone
Installeer PlayMemories Mobile op uw smartphone. Update PlayMemories Mobile naar de
recentste versie als de app al op uw smartphone geĂŻnstalleerd is.
Ga naar de volgende website voor de recentste informatie over en functies van PlayMemories
Mobile.
http://www.sony.net/pmm/
Zoek naar PlayMemories Mobile in Google Play en installeer de app.
• Voor het gebruik van One-touch-functies (NFC) is Android 4.0 of recenter vereist.
Zoek naar PlayMemories Mobile in de App Store en installeer de app.
• Wanneer u iOS gebruikt, zijn One-touch-functies (NFC) niet beschikbaar.
• U hebt een smartphone of tablet die ondersteuning biedt voor NFC nodig om One-touch-functies (NFC)
te gebruiken.
• De Wi-Fi-functie die hier wordt beschreven werkt mogelijk niet op alle smartphones en tablets.
• Houd de sticker bij de hand die op de bedieningshandleiding gekleefd is en waarop het ID en het
wachtwoord afgedrukt zijn.
• U hebt het ID/wachtwoord niet nodig als u One-touch-verbinding maakt via een smartphone.
De software PlayMemories Mobile™ installeren
op uw smartphone
Opmerkingen
Het ID/wachtwoord voorbereiden
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
57
NL
zU bent het wachtwoord verloren
1 Sluit de camera aan op een computer met de micro-USB-kabel (bijgeleverd).
2 Schakel het apparaat in.
3 Geef [Computer] t [PMHOME] t [INFO] t [WIFI_INF.TXT] weer op uw computer en
controleer het gebruikers-ID en het wachtwoord.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
58
NL
Verbinding maken
met uw
smartphone
Vooraleer u verbinding maakt, moet u de nodige voorbereidingen treffen om verbinding te
kunnen maken met uw smartphone (pagina 56).
1 Selecteer [SETUP] t [CONFG] t [Wi-Fi] t [ON] op de camera
(pagina 34).
2 Zorg ervoor dat de opnamestand geactiveerd is op de camera
(pagina 52).
MOVIE: filmstand
PHOTO: fotostand
INTVL: intervalfoto-opnamestand
3 Selecteer [Settings] op de
smartphone, selecteer vervolgens
[More...] en ga na of [NFC]
ingeschakeld is.
4 Raak de camera aan met de
smartphone.
• Annuleer vooraf de slaapstand en de
schermvergrendeling van de smartphone.
• Houd zonder te bewegen de aanraking in stand
tot PlayMemories Mobile start (1-2
seconden).
• Raak met (N-markering) van de
smartphone (N-markering) van de camera
aan. Als er geen (N-markering) afgebeeld
is op de smartphone, raadpleegt u de
gebruiksaanwijzing van de smartphone voor
meer informatie over de aanraakzone.
• Als het niet lukt om de camera en de smartphone te verbinden via NFC, raadpleegt u "Android/iPhone
zonder ondersteuning voor NFC" en voert u de verbinding door.
• Wanneer de vliegtuigstand ingesteld is op [ON], is de Wi-Fi-functie niet beschikbaar.
Android met ondersteuning voor NFC
Opmerkingen
Instel-
scherm
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
59
NL
1 Selecteer [SETUP] t [CONFG] t [Wi-Fi] t [ON] op de camera
(pagina 34).
2 Zorg ervoor dat de opnamestand geactiveerd is op de camera
(pagina 52).
MOVIE: filmstand
PHOTO: fotostand
INTVL: intervalfoto-opnamestand
Android
1 Start PlayMemories Mobile.
2 Selecteer het SSID dat u terugvindt op de
sticker die op de bedieningshandleiding
gekleefd is.
3 Voer het wachtwoord in dat u terugvindt op de
sticker die op de bedieningshandleiding
gekleefd is (u dient dit alleen de eerste keer te
doen).
Android/iPhone zonder ondersteuning voor NFC
zOver NFC
NFC is een technologie voor draadloze communicatie binnen een kort bereik tussen
verschillende apparaten (bv. mobiele telefoons en IC-tags). Gegevens kunnen eenvoudig
gecommuniceerd worden door de apparaten op een specifiek punt elkaar te laten raken.
NFC (Near Field Communication) is een internationale standaard die gebruikmaakt van
technologie voor draadloze communicatie binnen een kort bereik.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
60
NL
iPhone/iPad
1 Selecteer [Settings] op de smartphone en
selecteer vervolgens [Wi-Fi] en het SSID van
de camera.
2 Voer het wachtwoord in dat u terugvindt op de
sticker die op de bedieningshandleiding
gekleefd is (u dient dit alleen de eerste keer te
doen).
3 Controleer of er verbinding gemaakt is met het
SSID dat u terugvindt op de sticker die op de
bedieningshandleiding gekleefd is.
4 Keer terug naar het beginscherm en start
PlayMemories Mobile.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
61
NL
• Het is niet mogelijk om een smartphone met twee of meer camera's tegelijk te verbinden.
• Afhankelijk van plaatselijke elektrische storingen of van de functies van de smartphone, is het mogelijk
dat de livebeelden niet vloeiend weergegeven worden.
Voorbeeldweergave van een smartphonescherm
Opmerkingen
Functies van de Wi-Fi-
afstandsbedieningsfunctie
• Het gezichtsveld controleren
voor en tijdens de opname
• Beelden controleren tijdens
de opname
Verschillende
instellingen
• [SHARE]
• [VMODE]
• [STEDY]
De opname starten/stoppen
Instellingen voor de
opnamestand
• [MOVIE]
• [PHOTO]/[INTVL]
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
62
NL
Verbinding maken met de
afstandsbediening voor
liveweergave
Met de afstandsbediening voor liveweergave (RM-LVR1) kunt u de camera bedienen (bv. de
veldhoek controleren of de opname starten/stoppen op het scherm van de afstandsbediening voor
liveweergave) terwijl de camera op uw hoofd of op een plaats weg van u staat. U kunt meerdere
camera's verbinden en bedienen met de afstandsbediening voor liveweergave.
• Installeer de recentste firmwareversie van de afstandsbediening voor liveweergave vooraleer u deze gaat
gebruiken. Raadpleeg de onderstaande website voor meer informatie.
www.sony.net/SonyInfo/Support/
1 Schakel de afstandsbediening voor liveweergave in.
Raadpleeg de bedieningshandleiding van de afstandsbediening voor liveweergave voor meer
informatie over de bediening ervan.
2 Selecteer [SETUP] t [CONFG] t [Wi-Fi] t [ON] op de camera
(pagina 34).
3 Selecteer het SSID van de camera op de afstandsbediening voor
liveweergave.
4 Wanneer [ACPT?] weergegeven wordt op het scherm van de camera,
drukt u op de ENTER-toets van de camera.
U kunt maximaal vijf camera's verbinden met de afstandsbediening voor liveweergave en alle
camera's tegelijk bedienen. Dit is handig om opnames te maken uit meerdere hoeken.
Opmerkingen
De afstandsbediening voor liveweergave
verbinden met de camera
De afstandsbediening voor liveweergave
verbinden met twee of meer camera's
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
63
NL
1 Schakel de afstandsbediening voor liveweergave in.
Raadpleeg de bedieningshandleiding van de afstandsbediening voor liveweergave voor meer
informatie over de bediening ervan.
2 Selecteer [SETUP] t [CONFG] t [Wi-Fi] t [MULTI] en selecteer de
instelling op de camera.
Selecteer [NEW] wanneer u de camera voor het eerst verbindt met de afstandsbediening voor
liveweergave of [CRRNT] wanneer u de tweede keer of daarna verbinding maakt (pagina 34).
3 Wanneer [AWAIT] weergegeven wordt op het scherm van de camera,
registreert u de camera bij de afstandsbediening voor liveweergave.
Wanneer de verbinding voltooid is, verschijnt [DONE] op het scherm van de camera.
Herhaal stap 2 en 3 voor de andere camera's.
• Het is niet mogelijk om beelden die opgenomen zijn op de camera te kopiëren naar de afstandsbediening
voor liveweergave.
• Voor het verbinden van de afstandsbediening voor liveweergave met meerdere camera's, wordt de WPS-
methode gebruikt. Als er zich een ander apparaat dat de WPS-methode gebruikt in de buurt van de
camera's bevindt, is het mogelijk dat de registratie mislukt. Als de registratie mislukt, maakt u opnieuw
verbinding door de stappen nogmaals uit te voeren.
• Verbind de camera via Wi-Fi alleen met een smartphone of een afstandsbediening voor liveweergave.
Verbind deze niet met andere Wi-Fi-toegangspunten. Als u de camera toch met andere Wi-Fi-
toegangspunten verbindt, doet u dit op uw eigen risico, aangezien de camera hierdoor mogelijk wordt
blootgesteld aan ongeoorloofde toegang en gecommuniceerde inhoud door derden onderschept kan
worden.
Opmerkingen
Opmerkingen
zHet menu [Wi-Fi] eenvoudig openen
Druk tegelijk op de PREV- en NEXT-toets wanneer de opnamestand
geactiveerd is op de camera. Dit is handig wanneer u meerdere
camera's bedient.
PREV-toets
NEXT-toets
zBeelden gebruiken die opgenomen werden met
meerdere camera's
Met PlayMemories Home kunt u de multiweergavebewerkingsfunctie gebruiken. Hiermee
worden films die op meerdere camera's opgenomen werden op Ă©Ă©n scherm weergegeven.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
64
NL
Nuttige functies bij het aansluiten
van de camera op uw computer
Met PlayMemories Home kunt u films en stilstaande beelden overzetten naar uw computer en
deze op verschillende manieren gebruiken.
Ga naar de volgende URL om de software te installeren.
www.sony.net/pm/
• Gebruik de micro-USB-kabel (bijgeleverd) om de camera te verbinden met uw computer.
• De bruikbare functies van PlayMemories Home verschillen voor Windows en voor Mac.
• Ga naar de volgende URL voor meer informatie over andere toepassingen:
Windows: http://www.sony.co.jp/imsoft/Win/
Mac: http://www.sony.co.jp/imsoft/Mac/
De computeromgeving controleren
Raadpleeg de volgende website voor meer informatie over de computeromgeving voor de
software.
www.sony.net/pcenv/
Hulp bij het gebruik van PlayMemories Home
Raadpleeg de helpfunctie van PlayMemories Home.
Beelden importeren
Afspelen
Bewerken
Films weergeven met
volginformatie en
bewegingssnelheid.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
65
NL
De computer voorbereiden
1 Schakel de computer in.
• Meld u aan als beheerder.
• Sluit alle toepassingen op de computer voordat u de software installeert.
2 Open de volgende URL in de internetbrowser van de computer en
installeer PlayMemories Home.
www.sony.net/pm/
• Raadpleeg de ondersteuningspagina van PlayMemories Home voor meer informatie over de
installatie ervan.
http://www.sony.co.jp/pmh-se/
• Wanneer de installatie voltooid is, wordt PlayMemories Home gestart.
3 Verbind de camera met de computer met
behulp van de bijgeleverde micro-USB-
kabel.
• Er kunnen nieuwe functies toegevoegd zijn aan
PlayMemories Home. Sluit de camera dus aan op uw
computer, zelfs als PlayMemories Home al geĂŻnstalleerd
is.
• Koppel de micro-USB-kabel (bijgeleverd) niet los van de camera wanneer de aanduiding die wijst op een
bediening of gebruik van de camera weergegeven wordt op het scherm van de computer. Doet u dit wel,
dan kunnen er gegevens beschadigd raken.
• Om de computer los te koppelen van de camera, klikt u op in het systeemvak en klikt u vervolgens op
(verwijderingspictogram). Als u Windows Vista gebruikt, klikt u op in het systeemvak.
PlayMemories Home installeren
Opmerkingen
1 Naar USB-
aansluiting
2 Naar de Multi/Micro
USB-aansluiting
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
66
NL
De USB-verbinding verbreken
Windows 7/Windows 8
1 Klik op in het systeemvak.
2 Klik op het pictogram voor loskoppelen bij
Aanpassen.
3 Klik op het apparaat dat u wilt verwijderen.
Windows Vista
Volg hieronder de procedure vanaf stap 1 tot 3 voordat u de volgende handelingen uitvoert:
• De micro-USB-kabel (bijgeleverd) loskoppelen.
• De camera uitschakelen.
1 Dubbelklik op het pictogram voor loskoppelen in het systeemvak.
2 Klik op (USB-apparaat voor massaopslag) t [Stoppen].
3 Controleer of het juiste apparaat wordt aangegeven in het
bevestigingsvenster en klik op [OK].
• Formatteer de geheugenkaart van de camera niet met behulp van een computer. Als u dit wel doet, werkt
de camera mogelijk niet correct.
• Gebruik PlayMemories Home om de camera te openen via de computer. Pas de bestanden of mappen op
de camera niet rechtstreeks aan met de computer. Het is mogelijk dat de beeldbestanden beschadigd
raken of niet worden weergegeven.
• Als u de gegevens op de geheugenkaart van de camera bewerkt op de computer, is de werking ervan niet
langer gegarandeerd.
• Gebruik PlayMemories Home voor het overzetten van lange films van de camera naar een computer of
voor het bewerken van beelden. Als u andere software gebruikt, worden de beelden mogelijk niet correct
overgezet.
• Sleep het pictogram van het station naar het pictogram "Prullenmand" als u een Mac-computer gebruikt.
De camera wordt losgekoppeld van de computer.
Opmerkingen
Pictogram voor loskoppelen
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
67
NL
Problemen oplossen
Als u problemen ervaart met de camera, probeert u de onderstaande oplossingen.
1 Controleer de items op pagina 68 tot 72.
2 Schakel de camera uit en weer in.
3 Neem contact op met uw Sony-handelaar of de plaatselijke
technische dienst van Sony.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
68
NL
De camera kan niet worden ingeschakeld.
• Plaats een opgeladen accu.
• Controleer of de accu correct geplaatst is (pagina 14).
De camera schakelt plotseling uit.
• Afhankelijk van de temperatuur van de camera en de accu is het mogelijk dat de camera ter
bescherming automatisch wordt uitgeschakeld. In dat geval wordt een mededeling op het scherm
weergegeven voordat de voeding wordt uitgeschakeld.
• Als de camera ingeschakeld is en u deze gedurende een bepaalde tijd niet bedient, wordt de camera
automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu leegloopt. Schakel de camera weer in.
• Als u [OFF] geselecteerd hebt als instelling voor de automatische uitschakelfunctie, wordt de camera
niet automatisch uitgeschakeld.
De levensduur van de accu is kort.
• U gebruikt de camera op een zeer warme of koude plaats of de accu is onvoldoende opgeladen. Dit
duidt niet op een storing.
• Als u de camera gedurende een lange periode niet gebruikt hebt, zal de doeltreffendheid van de accu
verbeteren door deze herhaaldelijk op te laden en te ontladen.
• Als de gebruikstijd van de accu ongeveer met de helft is afgenomen, zelfs nadat u de accu volledig
hebt opgeladen, moet de accu mogelijk vervangen worden. Neem contact op met de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar.
De camera kan niet worden opgeladen.
• Schakel de camera uit en breng de USB-aansluiting tot stand.
• Koppel de micro-USB-kabel (bijgeleverd) los en sluit deze opnieuw aan.
• Gebruik de micro-USB-kabel (bijgeleverd).
• Laad de accu op bij een omgevingstemperatuur van 10 °C tot 30 °C.
• Schakel de computer in en sluit de camera aan.
• Activeer de computer vanuit de slaap- of sluimerstand.
• Sluit de camera rechtstreeks aan op een computer met behulp van de micro-USB-kabel (bijgeleverd).
• Sluit de camera aan op een computer met een besturingssysteem dat door de camera ondersteund
wordt.
De aanduiding voor de resterende acculading is onjuist.
• Dit kan gebeuren wanneer u de camera op een zeer warme of koude plaats gebruikt.
• Er heeft zich een afwijking voorgedaan tussen de aanduiding voor resterende acculading en de
werkelijke resterende acculading. Ontlaad de accu eenmaal volledig en laad deze daarna op om de
aanduiding voor de resterende acculading te corrigeren.
• Laad de accu nogmaals volledig op. Als het probleem blijft optreden, is de accu versleten. Vervang de
accu door een nieuwe.
Handelingen met de geheugenkaart kunnen niet worden verricht.
• Bij gebruik van een geheugenkaart die met een computer is geformatteerd, moet u deze opnieuw
formatteren met de camera (pagina 45).
Accu en voeding
Geheugenkaart
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
69
NL
Beelden kunnen niet worden opgenomen.
• Controleer de resterende opslagcapaciteit van de geheugenkaart.
Er kunnen geen datums aan de beelden worden toegevoegd.
• De camera beschikt niet over een functie voor het toevoegen van datums aan beelden.
Kan geen beelden weergeven.
• De naam van de map of het bestand is gewijzigd op de computer.
• Sluit een micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar) aan.
Het beeld wordt niet weergegeven op de tv.
• Controleer de aansluiting (pagina 54).
De camera ontvangt geen GPS-signaal.
• Stel het GPS-logboek in op [ON].
• Het is mogelijk dat de camera geen radiosignalen kan ontvangen via GPS-satellieten wegens
obstructies.
• Om de locatie-informatie correct te trianguleren, brengt u de camera naar een open gebied en schakelt
u de camera opnieuw in.
Zeer grote fout in de locatie-informatie.
• De foutmarge kan tot enkele honderden meters bedragen afhankelijk van de gebouwen in de buurt,
zwakke GPS-signalen enz.
Het trianguleren neemt veel tijd in beslag, ook al zijn de GPS-hulpgegevens
geĂŻnstalleerd.
• De datum en tijd zijn niet ingesteld of de ingestelde tijd is gevoelig afgeweken. Stel de datum en tijd
correct in.
• De geldigheidstermijn van de GPS-hulpgegevens is verstreken. Werk de GPS-hulpgegevens bij.
• Omdat de posities van de GPS-satellieten voortdurend wijzigen, kan het een tijd duren om de locatie
te bepalen en is het zelfs mogelijk dat de ontvanger er niet in slaagt de locatie te bepalen, afhankelijk
van de plaats en het tijdstip waarop u de camera gebruikt.
• "GPS" is een systeem voor het bepalen van de geografische locatie door radiosignalen van GPS-
satellieten te trianguleren. Vermijd het gebruik van de camera op plaatsen waar radiosignalen worden
geblokkeerd of weerkaatst, zoals een schaduwrijke plaats omgeven door gebouwen of bomen enz.
Gebruik de camera zo veel mogelijk in open lucht.
De locatie-informatie is niet opgenomen.
• Gebruik PlayMemories Home om de films met GPS-locatie-informatie te importeren op uw
computer.
Beelden opnemen
Beelden bekijken
GPS
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
70
NL
De computer herkent de camera niet.
• Als de acculading laag is, dient u de camera op te laden.
• Schakel de camera in en sluit deze op een computer aan.
• Gebruik de micro-USB-kabel (bijgeleverd).
• Koppel de micro-USB-kabel (bijgeleverd) los van de computer en de camera en sluit de kabel
opnieuw stevig aan.
• Koppel alle apparatuur, behalve de camera, het toetsenbord en de muis, los van de USB-aansluitingen
van uw computer.
• Sluit de camera rechtstreeks aan op de computer en niet via een USB-hub of ander apparaat.
Kan geen beelden importeren.
• Breng een USB-verbinding tot stand tussen de camera en de computer (pagina 65).
PlayMemories Home kan niet geĂŻnstalleerd worden.
• Controleer de computeromgeving of de installatieprocedure die vereist is om PlayMemories Home te
installeren.
PlayMemories Home werkt niet correct.
• Sluit PlayMemories Home en start de computer opnieuw op.
Beelden kunnen niet worden weergegeven op de computer.
• Raadpleeg de fabrikant van de computer of de software.
Het duurt te lang om een beeld over te zetten.
• Magnetrons of Bluetooth-apparaten maken gebruik van de 2,4 GHz-golflengte en kunnen de
communicatie verstoren. Als er dergelijke apparaten in de buurt gebruikt worden, brengt u de camera
uit de buurt van die apparaten of schakelt u deze uit.
De lens raakt beslagen.
• Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en wacht ongeveer een uur om het vocht te
laten verdampen.
De camera wordt warm wanneer u deze gedurende een lange tijd gebruikt.
• Dit duidt niet op een storing.
De datum of tijd is niet correct.
• Stel de datum en tijd opnieuw in (pagina 19).
Computers
Wi-Fi
Overige
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
71
NL
Foutcodes en meldingen
Als een van de onderstaande meldingen wordt weergegeven, voert u de vermelde instructies uit.
• De accu is bijna leeg. Laad de accu onmiddellijk op.
ERROR
• Schakel de camera uit en weer in.
HEAT
• De temperatuur van de camera is gestegen. De voeding kan automatisch uitgeschakeld worden of het
kan onmogelijk zijn beelden op te nemen. Laat de camera liggen op een koele plaats tot de
temperatuur in de camera is gezakt.
• Als u gedurende lange tijd beelden opneemt, stijgt de temperatuur van de camera. Stop in dit geval
met beelden op te nemen.
NoIMG
• De geheugenkaart bevat geen beelden die weergegeven kunnen worden.
LowPw
• Er is geen resterende acculading.
BATT
• De acculading is onvoldoende om de camera te bedienen.
• De accu levert meer stroom dan de maximale ontladingsstroom (als deze grens overschreden is, kan
een correcte werking van de camera niet gegarandeerd worden als er een externe microfoon enz.
aangesloten is).
• Er werd bij het inschakelen van de camera een andere accu gedetecteerd.
• Er is slijtage van de accu gedetecteerd.
FULL
• De resterende capaciteit van de geheugenkaart is onvoldoende om opnames te maken.
MAX
• Het maximale aantal bestanden dat kan worden opgenomen, is bereikt.
MEDIA
• De geheugenkaart is niet correct geplaatst.
• De geheugenkaart is beschadigd.
• Het formaat van de geheugenkaart is niet compatibel met deze camera.
• De geheugenkaart biedt geen ondersteuning voor het opnemen van XAVC S-films (pagina 18).
NoCRD
• Er is geen geheugenkaart geplaatst.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
72
NL
NoDSP
• De camera is niet aangesloten op een tv bij het starten van het afspelen.
PLANE
• Wanneer de vliegtuigstand ingesteld is op [ON], kunnen GPS en Wi-Fi niet gebruikt worden
(pagina 38).
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
73
NL
Opnameduur
Opnameduur
Beschikbare tijd bij benadering wanneer u een volledig opgeladen accu gebruikt.
• Tijden gemeten bij gebruik van de camera bij 25 °C. Wij raden u aan de camera te gebruiken bij een
temperatuur tussen 10 °C en 30 °C.
• De opname- en afspeelduur zijn korter als u de camera bij lage temperaturen gebruikt.
• Afhankelijk van de opnameomstandigheden kunnen de opname- en afspeelduur korter zijn.
• () geeft de opnameduur aan wanneer de Wi-Fi-afstandsbedieningsfunctie ingesteld is op [OFF].
Afspeelduur
Beschikbare tijd bij benadering wanneer u een volledig opgeladen accu gebruikt.
Geschatte duur bij het afspelen van beelden op een tv die aangesloten is op de camera via een
micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar).
Hieronder vindt u de totale opnametijden (bij benadering) bij gebruik van een geheugenkaart die
geformatteerd werd met deze camera.
De waarden kunnen verschillen afhankelijk van de opnameomstandigheden en het gebruikte
type geheugenkaart.
Gemiddeld voor MP4
Verwachte opname- en afspeelduur voor elke
accu
(Eenheid: minuten)
Accu Doorlopende opnameduur Normale opnameduur
Beeldkwaliteit HQ VGA HQ VGA
NP-BX1 (bijgeleverd) 120 (130) 140 (150) 60 (65) 85 (90)
(Eenheid: minuten)
Accu Afspeelduur
Beeldkwaliteit HQ VGA
NP-BX1 (bijgeleverd) 205 210
Geschatte opnameduur voor films
(Eenheid: minuten)
Beeldkwaliteit 8 GB 16 GB 32 GB 64 GB
PS 35 80 160 320
HS120/HS100/HS240/HS200 35 80 160 320
HQ 60 125 250 505
SSLOW 40 80 165 335
STD 160 320 650 1305
VGA 295 595 1200 2410
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
74
NL
Gemiddeld voor XAVC S
• In de bovenstaande tabel wordt voor de instelling [SSLOW] de opnameduur tijdens het opnemen
weergegeven. Deze verschilt van de eigenlijke afspeelduur.
• De opnameduur kan variëren afhankelijk van de opnameomstandigheden, het onderwerp en de instelling
van de beeldkwaliteit (pagina 22).
• De doorlopende opnameduur voor films bedraagt maximaal ongeveer 13 uur. In de stand [SSLOW] is dit
maximaal ongeveer 3 uur.
Als het filmformaat echter ingesteld is op MP4 en de framesnelheid voor beeldvorming 240p/200p is
tijdens het maken van uiterst snelle opnames, bedraagt de doorlopende opnameduur voor films maximaal
ongeveer 4 uur en 50 minuten. Wanneer de framesnelheid voor beeldvorming 120p/100p is tijdens het
maken van uiterst snelle opnames, bedraagt de doorlopende opnameduur voor films maximaal ongeveer
9 uur en 40 minuten.
• De getoonde tijden zijn opneembare tijden bij gebruik van een geheugenkaart van Sony.
• Bij gebruik van een geheugenkaart van Sony.
• Het weergegeven aantal foto's dat kan worden opgenomen op een geheugenkaart geldt voor de maximale
beeldgrootte van de camera. Het werkelijke aantal foto's dat kan worden opgenomen, wordt tijdens de
opname weergegeven op het LCD-scherm.
• Het aantal foto's dat op een geheugenkaart kan worden opgenomen, kan verschillen afhankelijk van de
opnameomstandigheden.
(Eenheid: minuten)
Framesnelheid 64 GB
60p/50p/30p/25p/24p 155
Opmerkingen
Geschat aantal opneembare foto's
(eenheid: beelden)
8 GB 16 GB 32 GB 64 GB
2M (intervalfoto-
opnames) (16:9)
7700 15500 31000 40000
13,5M (stilstaande
beelden)
1450 3000 6000 12000
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
75
NL
Accu
De accu opladen
• Laad de accu op voordat u de camera voor het eerst gebruikt.
• Wij raden u aan de accu op te laden bij een omgevingstemperatuur tussen 10 °C en 30 °C tot het REC-/
toegangs-/CHG (opladen)-lampje dooft. Het is mogelijk dat de accu niet efficiënt wordt opgeladen buiten
dit temperatuurbereik.
• In de volgende situaties is het mogelijk dat het REC-/toegangs-/CHG (opladen)-lampje knippert:
– De accu is niet correct in de camcorder geplaatst.
– De accu is beschadigd.
• Wanneer de temperatuur van de accu laag is, koppelt u de accu los en legt u deze in een warme ruimte.
• Wanneer de temperatuur van de accu hoog is, koppelt u de accu los en legt u deze in een koude ruimte.
Doeltreffend gebruik van de accu
• De prestaties van de accu gaan achteruit als deze in een koude omgeving wordt gebruikt (minder dan
10 °C). Op koude plaatsen zal de gebruiksduur van de accu dus korter zijn. Wij raden het volgende aan
om de accu zo lang mogelijk te kunnen gebruiken: bewaar de accu in een zak tegen uw lichaam om deze
op te warmen en plaats de accu vlak voordat u gaat opnemen terug in de camera.
• De acculading wordt sneller verbruikt wanneer u de functies voor afspelen, vooruitspoelen en
terugspoelen vaak gebruikt.
• Schakel de camera uit als u er geen beelden mee opneemt of afspeelt. De accu loopt leeg als de stand-
bystand voor opnemen geactiveerd is.
• Wij adviseren u reserveaccu's bij de hand te houden voor twee of drie keer de verwachte opnametijd en
om proefopnames te maken alvorens de werkelijke opnames te maken.
• Als de contactpunten van de accu vuil zijn, is het mogelijk dat u de camera niet kunt inschakelen of dat
de accu niet correct wordt opgeladen. Verwijder in dat geval stof van de accu met een zachte doek.
• Stel de accu niet bloot aan water. De accu is niet waterdicht.
Over de resterende acculading
• Als de accu snel leeg raakt terwijl de aanduiding voor de resterende acculading hoog is, dient u de accu
opnieuw volledig op te laden. De aanduiding voor de resterende acculading zal daarna correct
weergegeven worden. Merk op dat de aanduiding onder de volgende omstandigheden mogelijk niet
correct weergegeven wordt:
– Wanneer u de camera langdurig gebruikt bij hoge temperaturen
– Wanneer u de camera laat liggen met een volledig opgeladen accu
– Wanneer u een veel gebruikte accu gebruikt
De accu bewaren
• Ontlaad de accu volledig voordat u deze in een koele, droge plaats opbergt. Om de werking van de accu
te behouden, moet u tijdens de bewaring minstens Ă©Ă©n keer per jaar de accu volledig opladen en
vervolgens volledig ontladen in de camera.
• Om vlekken op het aansluitpunt, kortsluiting enz. te voorkomen, dient u een plastic zak te gebruiken
wanneer u de accu meeneemt of opbergt om deze uit de buurt van metalen voorwerpen te houden.
Levensduur van de accu
• De levensduur van de accu is beperkt. De capaciteit van de accu neemt af naarmate de tijd verstrijkt en
door herhaaldelijk gebruik. Als de autonomie tussen de ladingen veel te klein is geworden, moet u
waarschijnlijk een nieuwe accu aanschaffen.
• De levensduur van de accu varieert naargelang de manier waarop deze wordt gebruikt.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
76
NL
De camera gebruiken in het
buitenland
Informatie over tv-kleursystemen
Om beelden die met de camera opgenomen zijn te bekijken op een tv, hebt u een tv (of monitor)
met een HDMI-aansluiting en een micro-HDMI-kabel (los verkrijgbaar) nodig.
Vooraleer u opnames maakt, moet u [V.SYS] instellen op het televisiesysteem van het land of de
regio waar u de opnames zult bekijken. Hieronder vindt u meer informatie over in welke landen
en regio's u [NTSC]- of [PAL]-beelden kunt bekijken.
Landen en regio's waar u beelden kunt bekijken wanneer
[V.SYS] ingesteld is op [NTSC]
Barbados, Bermuda, Bolivia, Canada, Chili, Columbia, Costa Rica, Cuba, Dominica, Ecuador,
El Salvador, Guam, Guatemala, Guyana, Haïti, Honduras, Japan, Mexico, Micronesië,
Myanmar, Nicaragua, Panama, Peru, Filippijnen, Puerto Rico, Republiek Korea, Saint Lucia,
Samoa, Suriname, Taiwan, Trinidad en Tobago, Verenigde Staten van Amerika, Venezuela enz.
Landen en regio's waar u beelden kunt bekijken wanneer
[V.SYS] ingesteld is op [PAL]
Australië, Oostenrijk, Argentinië, België, Bulgarije, Brazilië, China, Kroatië, Tsjechische
Republiek, Denemarken, Finland, Frankrijk, Frans-Guyana, Duitsland, Griekenland, Hongkong,
Hongarije, Indonesië, Iran, Irak, Italië, Koeweit, Maleisië, Monaco, Nederland, Nieuw-Zeeland,
Noorwegen, Paraguay, Polen, Portugal, Roemenië, Rusland, Singapore, Slowakije, Spanje,
Zweden, Zwitserland, Thailand, Turkije, OekraĂŻne, Verenigd Koninkrijk, Uruguay, Vietnam
enz.
Tijdsverschillen in de wereld
Tijdzone-
verschillen
Instelling regio
GMT Lissabon, Londen
+01:00 Berlijn, Parijs
+02:00 Helsinki, CaĂŻro, Istanbul
+03:00 Nairobi
+03:30 Teheran
+04:00 Abu Dhabi, Baku, Moskou
+04:30 Kabul
+05:00 Karachi, Islamabad
+05:30 Calcutta, New Delhi
+06:00 Alma-Ata, Dhaka
+06:30 Yangon
+07:00 Bangkok, Jakarta
+08:00 Hongkong, Singapore, Peking
+09:00 Seoel, Tokio
+09:30 Adelaide, Darwin
Tijdzone-
verschillen
Instelling regio
+10:00 Melbourne, Sydney
+11:00 Salomonseilanden
+12:00
Fiji, Wellington, Eniwetok, Kwajalein
-11:00 Samoa
-10:00 HawaĂŻ
-9:00 Alaska
-8:00 Los Angeles, Tijuana
-7:00 Denver, Arizona
-6:00 Chicago, Mexico-;stad
-5:00 New York, Bogota
-4:00 Santiago
-3:30 St. John's
-3:00 Brasilia, Montevideo
-2:00 Fernando de Noronha
-1:00
Azoren, Kaapverdische eilanden
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
77
NL
Voorzorgsmaatregelen
Gebruik/bewaar de camera niet op de volgende plaatsen
• Op zeer warme, koude of vochtige plaatsen
Op plaatsen zoals een in de zon geparkeerde auto kan de behuizing van de camera door de hitte
vervormen, waardoor er een storing kan optreden.
• In direct zonlicht of in de buurt van een verwarmingstoestel.
De behuizing van de camera kan verkleuren of vervormen, waardoor er een storing kan optreden.
• Op plaatsen die worden blootgesteld aan hevige trillingen
• In de buurt van sterke magnetische velden
• Op zanderige of stoffige plaatsen
Let op dat er geen zand of stof in de camera terechtkomt. Hierdoor kan er in de camera een storing
optreden en in bepaalde gevallen kan deze storing niet worden verholpen.
De camera meenemen
Ga niet neerzitten in een stoel of andere plaats met de camera in de achterzak van uw broek of rok. Dit kan
een defect veroorzaken of de camera beschadigen.
Onderhoud en opslag van de lens
• Veeg het oppervlak van de lens in de volgende gevallen schoon met een zachte doek:
– Als er vingerafdrukken op de lens zitten.
– Op erg warme of vochtige plaatsen.
– Wanneer de lens aan zoute lucht is blootgesteld, zoals aan zee.
• Bewaar de lens op een goed geventileerde plaats met weinig stof en vuil.
• Maak de lens regelmatig schoon om schimmelvorming te voorkomen.
Reiniging
Maak de buitenkant van de camera schoon met een zachte doek bevochtigd met water en veeg het
oppervlak daarna droog met een droge doek. Vermijd het volgende aangezien dit de afwerking of behuizing
kan beschadigen.
– Chemische producten zoals verfverdunner, wasbenzine, alcohol, reinigingsdoekjes, insectenspray,
zonnebrandolie, insecticiden enz.
– Raak de camera niet aan met de bovenstaande middelen op uw handen.
– Laat de camera niet langdurig in contact komen met rubber of vinyl.
Bedieningstemperatuur
De camera is ontworpen om te worden gebruikt bij temperaturen tussen –10 °C en 40 °C. U kunt beter geen
foto's nemen op zeer warme of koude locaties buiten dit bereik.
Condensvorming
Als de camera rechtstreeks vanuit een koude naar een warme omgeving wordt gebracht, kan er vocht
condenseren in of op de buitenkant van de camera. Deze vochtcondensatie kan een storing in de camera
veroorzaken.
Als er condensvorming optreedt
Schakel de camera uit en wacht ongeveer 1 uur om het vocht te laten verdampen.
Opmerking over condensvorming
Er kan vocht in de camera condenseren wanneer u de camera van een koude omgeving naar een warme
omgeving brengt (of omgekeerd) of wanneer u de camera in een vochtige omgeving gebruikt, zoals
hieronder wordt aangegeven.
– Als u de camera van een skipiste meeneemt naar een warme ruimte.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
78
NL
– Als u de camera op een hete zomerdag vanuit een koele ruimte of een auto met airconditioning mee naar
buiten neemt.
– Als u de camera onmiddellijk na een regenbui gebruikt.
– Als u de camera op een warme en vochtige plaats gebruikt.
Condensvorming voorkomen
Voordat u de camera van een koude omgeving naar een warme omgeving brengt, plaatst u de camera eerst
in een plastic zak die u goed afsluit. Haal de camera pas uit de plastic zak wanneer de lucht in de zak
dezelfde temperatuur heeft als de omringende lucht (na ongeveer 1 uur).
Opmerkingen bij optionele accessoires
• Originele Sony-accessoires zijn in sommige landen/gebieden mogelijk niet verkrijgbaar.
Opmerking bij weggooien/doorgeven van de geheugenkaart
Zelfs indien u gegevens op de geheugenkaart wist of de geheugenkaart formatteert met uw camera of een
computer, is het mogelijk dat niet alle gegevens van de geheugenkaart zijn gewist. Wanneer u een
geheugenkaart aan iemand geeft, raden wij u aan alle gegevens volledig te wissen met behulp van speciale
software op een computer. Bij het weggooien van de geheugenkaart is het ook raadzaam de behuizing van
de geheugenkaart te vernietigen.
Over GPS
• Omdat de posities van de GPS-satellieten voortdurend wijzigen, kan het een tijd duren om de locatie te
bepalen en is het zelfs mogelijk dat de ontvanger er niet in slaagt de locatie te bepalen, afhankelijk van de
plaats en het tijdstip waarop u de camera gebruikt.
• GPS is een systeem dat met behulp van ontvangen satellietsignalen uw positie bepaalt. Vermijd het
gebruik van de GPS-functie van de camera op plaatsen waar radiosignalen worden geblokkeerd of
weerkaatst, zoals een schaduwrijke plaats omgeven door gebouwen of bomen enz. Gebruik de camera zo
veel mogelijk in open lucht.
• Het is mogelijk dat u de locatie-informatie niet kunt opnemen op plaatsen of in omstandigheden waar
radiosignalen van de GPS-satellieten de camera niet bereiken, zoals:
– In tunnels, binnenshuis of in de schaduw van gebouwen.
– Tussen hoge gebouwen of in smalle straatjes omgeven door gebouwen.
– In ondergrondse ruimtes, op plaatsen omgeven door bomen, onder een brug of op plaatsen waar
magnetische velden worden gegenereerd, zoals in de buurt van hoogspanningskabels.
– In de buurt van apparaten die radiosignalen genereren op dezelfde frequentieband als de camera: in de
buurt van mobiele telefoons die gebruik maken van de 1,5 GHz-band enz.
• Als u beelden maakt met het GPS-logboek ingesteld op [ON] en die beelden uploadt naar het internet, is
het mogelijk dat derden de opname-locatie achterhalen. Om dit te voorkomen, stelt u het GPS-logboek in
op [OFF] vooraleer u opnames maakt.
Over triangulatiefouten
• Wanneer u zich verplaatst naar een andere locatie vlak nadat u de camera inschakelt, kan het langer duren
vooraleer de camera begint te trianguleren in vergelijking met hetzelfde proces wanneer u zich niet
verplaatst.
• Fout veroorzaakt door de positie van GPS-satellieten
De camera trianguleert automatisch uw huidige locatie wanneer deze radiosignalen ontvangt van 3 of
meer GPS-satellieten. De toegestane trianguleerfoutmarge voor de GPS-satellieten bedraagt ongeveer
10 m. Afhankelijk van de omgeving waarin u zich bevindt, kan deze foutmarge groter zijn. In dat geval is
het mogelijk dat uw werkelijke locatie niet overeenstemt met de locatie op de kaart gebaseerd op de GPS-
informatie. Houd er rekening mee dat de GPS-satellieten worden gecontroleerd door het ministerie van
Defensie van de VS en dat de nauwkeurigheidsgraad opzettelijk kan worden gewijzigd.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
79
NL
• Fout tijdens het trianguleerproces
De camera verkrijgt tijdens het trianguleren regelmatig nieuwe plaatsinformatie. Er treedt een klein
verschil op tussen het tijdstip waarop de locatie-informatie wordt verkregen en het tijdstip waarop de
locatie-informatie opgenomen wordt op het beeld. Het is daarom mogelijk dat de werkelijke
opnameplaats niet exact overeenstemt met de plaats op de kaart gebaseerd op de GPS-gegevens.
Over GPS-gebruiksbeperkingen
• Gebruik de GPS-functie in overeenstemming met de situatie en de geldende regels in de landen/regio's
waar u de camera gebruikt.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
80
NL
Specificaties
Camera
[Systeem]
Videosignaal
NTSC-kleur, EIA-normen
HDTV 1080/60i-, 1080/60p-specificatie
PAL-kleur, CCIR-normen
HDTV 1080/50i-, 1080/50p-specificatie
Beeldapparaat:
7,76 mm (type 1/2,3)
Exmor R™ CMOS-sensor
Opnamepixels (16:9):
Intervalfoto-opnamestand:
equivalent met max. 2 000 000 pixels
Fotostand: equivalent met max.
13 500 000 pixels
Totaal: ong. 18 900 000 pixels
Effectief (film, 16:9):
ong. 13 500 000 pixels
Effectief (stilstaand, 16:9): ong. 13 500 000 pixels
Lens: ZEISS Tessar-lens
F2,8
f = 2,8 mm
Wanneer omgezet naar een 35 mm-camera
Voor films: 17,1 mm (16:9)*
Belichtingsregeling: automatische belichting
Bestandsindeling:
Stilstaande beelden: compatibel met JPEG
(DCF ver. 2.0, Exif ver. 2.3, MPF Baseline)
Films: MP4: MPEG-4 AVC/H.264,
XAVC S: MPEG-4 AVC/H.264
Audio: MPEG AAC (bij het opnemen van MP4-
films), LPCM (bij het opnemen van XAVC S-
films)
Opnamemedia:
Bij het opnemen van MP4-films:
Memory Stick Micro (Mark2)
microSD-kaart (klasse 4 of sneller)
Bij het opnemen van XAVC S-films:
microSD-kaart (klasse 10 of sneller)
Minimale verlichting: 6 lx (lux)
* SteadyShot ingesteld op [OFF]
[Ingangen en uitgangen]
HDMI OUT-aansluiting: HDMI-microaansluiting
USB-aansluiting: Multi/Micro USB-aansluiting*:
micro-B/USB2.0 Hi-Speed (massaopslag)
* Biedt ondersteuning voor apparaten die
compatibel zijn met micro-USB.
Microfoonaansluiting (stereo)
• De USB-verbinding is enkel bestemd voor
uitvoer.
(Voor klanten in Europa)
[Stroomvoorziening, algemeen]
Voeding:
Oplaadbare batterij: 3,6 V (NP-BX1
(bijgeleverd))
Multi/Micro USB-aansluiting: 5,0 V
Opladen via USB: 5,0 V gelijkstroom, 500 mA/
800 mA
Oplaadduur:
Via een computer
NP-BX1 (bijgeleverd): ong. 245 min
Via de AC-UD20 (los verkrijgbaar)
NP-BX1 (bijgeleverd): ong. 175 min
Stroomverbruik: 1,9 W (als het beeldformaat voor
films [1920Ă—1080/30p] is)
Bedieningstemperatuur: –10 °C tot 40 °C
Opslagtemperatuur: –20 °C tot +60 °C
Afmetingen: ong. 24,2 mm Ă— 46,5 mm Ă— 81,5 mm
(B/H/D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht: ong. 67 g (alleen camera)
Gewicht (tijdens het opnemen):
Ong. 92 g (inclusief NP-BX1 (bijgeleverd))
Microfoon: stereo
Luidspreker: mono
Oplaadbare batterij:
NP-BX1 (bijgeleverd)
Maximaal uitgangsvoltage: 4,2 V gelijkstroom
Uitgangsvoltage: 3,6 V gelijkstroom
Capaciteit (minimaal): 4,5 Wh (1 240 mAh)
Type: li-ion
[Draadloos LAN]
Overeenstemmende standaard: IEEE 802.11b/g/n
Frequentie: 2,4 GHz
Ondersteunde beveiligingsprotocols: WPA-PSK/
WPA2-PSK
Configuratiemethode: WPS (Wi-Fi Protected
Setup)
Toegangsmethode: infrastructuurmodus
NFC: conform NFC Forum Type 3 Tag
[Accessoires]
Statiefadapter
Afmetingen: ong. 23,0 mm Ă— 14,0 mm Ă—
48,7 mm (B/H/D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht: ong. 12 g
Waterdichte behuizing (SPK-AS2)
Afmetingen: ong. 35,5 mm Ă— 62,0 mm Ă—
96,0 mm (B/H/D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht: ong. 55 g
Drukbestendigheid: onderwateropnames
gedurende 30 minuten tot op een diepte van 5 m
zijn mogelijk. *
*Wanneer de camera erin geplaatst is.
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
81
NL
Kleefmontagestuk (VCT-AM1)
Bevestigingsklem
Afmetingen: ong. 43,5 mm Ă— 14,0 mm Ă—
58,5 mm (B/H/D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht: ong. 15 g
Plat kleefmontagestuk
Afmetingen: ong. 50,0 mm Ă— 12,5 mm Ă—
58,5 mm (B/H/D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht: ong. 14 g
Gebogen kleefmontagestuk
Afmetingen: ong. 50,0 mm Ă— 16,0 mm Ă—
58,5 mm (B/H/D, exclusief uitstekende delen)
Gewicht: ong. 16 g
Ontwerp en specificaties kunnen zonder
kennisgeving gewijzigd worden.
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
82
NL
Handelsmerken
• Memory Stick en zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Sony Corporation.
• De termen HDMI en HDMI High-Definition Multimedia Interface en het HDMI-logo zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC in de Verenigde Staten en
andere landen.
• Microsoft, Windows en Windows Vista zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van
Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
• Mac is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Inc. in de Verenigde Staten en andere landen.
• Intel, Pentium en Intel Core zijn handelsmerken van Intel Corporation in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
• Adobe, het Adobe-logo en Adobe Acrobat zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van
Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen.
• Het microSDXC-logo is een handelsmerk van SD-3C, LLC.
• Het merkteken N is een handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van NFC Forum, Inc. in de VS en
andere landen.
• iPhone en iPad zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere
landen.
• iOS is een gedeponeerd handelsmerk of handelsmerk van Cisco Systems, Inc.
• Android en Google Play zijn handelsmerken van Google Inc.
• Wi-Fi, het Wi-Fi-logo en Wi-Fi PROTECTED SET-UP zijn gedeponeerde handelsmerken van Wi-Fi
Alliance.
• " " en "PlayStation" zijn gedeponeerde handelsmerken van Sony Computer Entertainment Inc.
• Geniet nog meer van uw PlayStation 3 door de PlayStation 3-toepassing te downloaden via PlayStation
Store (indien beschikbaar).
• Om de PlayStation 3-toepassing te kunnen downloaden, hebt u een PlayStation Network-account nodig.
Verkrijgbaar in gebieden waar de PlayStation Store verkrijgbaar is.
Alle andere in deze handleiding vermelde systeem- en productnamen zijn in het algemeen handelsmerken
of gedeponeerde handelsmerken van de betreffende ontwikkelaars of fabrikanten. In deze handleiding
worden de aanduidingen ™ en ® mogelijk niet gebruikt.
Informatie over software waarvoor GNU GPL/LGPL van
toepassing is
De camera bevat software waarvoor de volgende GNU General Public License (hierna "GPL" genoemd) of
GNU Lesser General Public License (hierna "LGPL" genoemd) van toepassing is.
Hiermee wordt aangegeven dat u recht hebt op toegang tot de broncode voor deze software en deze mag
aanpassen en opnieuw distribueren volgens de voorwaarden van de bijgeleverde GPL/LGPL.
U vindt de broncode op het internet. Gebruik de volgende URL om deze te downloaden. Selecteer
HDR-AS100V als model voor uw camera voor het downloaden van de broncode.
http://www.sony.net/Products/Linux/
We stellen het zeer op prijs als u geen contact met ons opneemt over de inhoud van de broncode.
Kopieën van de licenties (in het Engels) zijn opgeslagen in het interne geheugen van uw camera.
Breng een verbinding voor massaopslag tot stand tussen de camera en een computer en lees de bestanden in
de map "LICENSE" onder "PMHOME".
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
83
NL
Index
A
A.OFF....................................................................................40
Aantal opneembare foto's..............................................74
Accu .......................................................................................75
Afspelen
Films
...............................................................................54
Stilstaand beeld ..........................................................54
Afstandsbediening voor liveweergave ....................62
Automatische uitschakelfunctie .................................40
B
BEEP......................................................................................41
C
COLOR.................................................................................28
CONFG.................................................................................33
Configuratie-instellingen...............................................33
D
DATE.....................................................................................19
Datum/tijd instellen .........................................................19
De instellingen resetten..................................................44
De zomertijd instellen.....................................................21
DST.........................................................................................21
E
ENTER (menu uitvoeren)-toets .................................11
F
FLIP........................................................................................25
Formatteren .........................................................................45
FORMT.................................................................................45
G
GPS.........................................................................................36
GPS-logboek.......................................................................36
H
HDMI OUT-aansluiting ................................................54
I
Instellingen..........................................................................10
Intervalfoto-opnames......................................................27
Intervalfoto-opnamestand .............................................52
INTVL...................................................................................52
IR-afstandsbediening ......................................................32
IR-RC.....................................................................................32
K
Kleurinstellingen...............................................................28
Kopiëren ...............................................................................35
L
LANG....................................................................................42
LAPSE...................................................................................27
M
MOVIE .................................................................................52
Multi/Micro USB-aansluiting .....................................65
N
NEXT-toets .........................................................................11
NFC ........................................................................................59
O
Omkeren ...............................................................................25
Onderdelen en bedieningselementen .......................12
Opladen.................................................................................15
Opnameduur voor films.................................................73
Opnemen
Films
...............................................................................52
Stilstaand beeld ..........................................................52
P
PHOTO .................................................................................52
Pieptoon................................................................................41
PLANE..................................................................................38
PLAY.....................................................................................54
PREV-toets..........................................................................11
PRO ........................................................................................29
Problemen oplossen.........................................................67
R
REC HOLD (vergrendelen)-schakelaar..................52
REC-/toegangs-/CHG (opladen)-lampje ..........15, 52
REC-toets.............................................................................52
RESET...................................................................................44
Vervolg r
Inhoudsopgave
Zoeken op
bediening
Zoeken op
instellingen
Index
84
NL
S
SCENE..................................................................................26
Scène......................................................................................26
Schakelen tussen NTSC/PAL .....................................43
Smartphone ...................................................................56, 58
Stand voor het instellen van de beeldkwaliteit ....22
SteadyShot ...........................................................................24
STEDY..................................................................................24
T
Taalinstellingen .................................................................42
TC/UB ...................................................................................30
Tijdcode/gebruikersbit ...................................................30
U
USB ........................................................................................15
USBPw..................................................................................39
USB-voeding ......................................................................39
V
V.SYS....................................................................................43
Vliegtuigstand....................................................................38
VMODE ...............................................................................22
W
Waarschuwingen...............................................................71
Wi-Fi......................................................................................58
Wi-Fi-afstandsbediening ...............................................34
X
XAVC S................................................................................29
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84

Sony HDR-AS100VR Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor