Documenttranscriptie
WAARSCHUWING
Stel het toestel niet bloot aan regen of
vocht om het risiko van brand of een
electrische schok te verlagen.
Om de kans op brand te verkleinen mag u de
ventilatieopeningen van het apparaat niet blokkeren
met een krant, tafelkleed, gordijn, enz. Plaats ook geen
brandende kaarsen op het apparaat.
Om de kans op brand of een elektrische schok te
verkleinen, mag u geen voorwerpen met een vloeistof
erin, zoals een bloemenvaas, op het apparaat zetten.
Sluit het apparaat aan op een gemakkelijk bereikbaar
stopcontact. Als u een abnormaliteit in het apparaat
waarneemt, trekt u onmiddellijk de stekker uit het
stopcontact.
Installeer de stereo-installatie niet in een krappe
ruimte, zoals een boekenkast of ingebouwde kast.
Dit apparaat is
geclassificeerd als een
KLASSE 1 LASER
product. Deze
aanduiding bevindt zich
aan de achterkant van het
apparaat.
Gooi de batterij niet weg maar lever
deze in als klein chemisch afval
(KCA).
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en -patenten
gebruikt onder licentie van Fraunhofer IIS en
Thomson.
2NL
Inhoudsopgave
Over de gebruiksaanwijzing ................... 4
Geschikte discs........................................ 4
Voorbereidingen
Aansluiten van het systeem.....................6
Instellen van de klok ............................... 9
CD/MP3 – Afspelen
Een disc plaatsen................................... 10
Een disc afspelen................................... 10
— NORMAL-afspeelfunctie/
SHUFFLE-afspeelfunctie
Herhaaldelijk afspelen .......................... 12
— REPEAT-afspeelfunctie
Uw eigen programma samenstellen ...... 13
— PROGRAM-afspeelfunctie
Tuner
Voorprogrammeren van radiozenders... 14
Luisteren naar de radio.......................... 16
— Afstemmen op
voorgeprogrammeerde zenders
— Handmatig afstemmen
Gebruik van het radio-informatiesysteem
(RDS).............................................. 17
(alleen het Europese model)
Tape – Afspelen
Plaatsing van een tape ........................... 18
Afspelen van een tape ........................... 18
Tape – Opnemen
Uw favoriete CD-muziekstukken
opnemen op een tape ...................... 19
— CD-TAPE-synchroonopname
Handmatig opnemen op een tape .......... 19
— Handmatig opnemen
Geluidsregeling
Regeling van het geluid ........................ 20
Gebruik van de subwoofer .................... 20
(Alleen voor MHC-GX555/
RG575S/RG475S)
Geluidseffect kiezen ............................. 20
Instelling van de grafische equalizer en
opslaan van de instellingen ............ 21
Kiezen van het surroundeffect.............. 21
Meezingen: Karaoke............................. 22
(Alleen voor het LatijnsAmerikaanse model)
Timer
Inslapen met muziek ............................. 23
— Slaaptimer
Ontwaken met muziek .......................... 23
— Weergavetimer
Timeropname van
radioprogramma’s .......................... 24
— Opnametimer
Display
Uitschakelen van het display ................ 25
— Energiebesparingsmodus
Afbeelden van informatie over de disc op
het display ...................................... 26
Veranderen van de Power-indicator ..... 27
Afbeelden van tuner informatie op het
display ............................................ 27
NL
Los verkrijgbare
componenten
Aansluiten van optionele
componenten .................................. 28
Verhelpen van storingen
Problemen en oplossingen .................... 30
Meldingen............................................. 33
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen.......................... 34
Technische gegevens ............................ 36
Overzicht van de plaats van de toetsen en
hun referentiebladzijden ................. 42
3NL
Over de
gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing legt voornamelijk de
bediening uit met behulp van de
afstandsbediening, doch dezelfde handelingen
kunnen ook uitgevoerd worden met de
gelijknamige of soortgelijke toetsen op het
apparaat.
Geschikte discs
U kunt de volgende discs in het apparaat
afspelen. Afspelen van andere discs is niet
mogelijk.
Lijst van geschikte discs
Type disc
Discs die niet op dit systeem
afgespeeld kunnen worden
• CD-ROM’s
• CD-R’s/CD-RW’s tenzij deze zijn
opgenomen in de volgende formaten:
– muziek-CD-formaat
– MP3-bestandsindeling, die voldoet aan
ISO96601) Level 1/Level 2, Joliet of
Multisessie2)
• Discs met een andere dan de standaard vorm
(bijv. hartvormig, vierkant, stervormig, enz.)
kunnen niet worden afgespeeld op dit
systeem. Als u dit toch probeert, kan het
systeem worden beschadigd. Maak daarom
geen gebruik van dergelijke discs.
• Discs waarop papier of stickers zijn geplakt.
• Discs waarop nog plakband, cellofaantape of
een sticker aanwezig is.
1)
Disclogo
Audio-CD’s
CD-G*
(CD-Graphics)
CD-R/CD-RW
(audio/MP3bestanden)
* Weergave is alleen mogelijk met het Mexicaanse
model.
4NL
2)
Formaat ISO9660
De meest algemene internationale norm voor het
logische formaat van bestanden en mappen op een
CD-ROM. Er zijn verschillende
specificatieniveaus. Op Level 1 moeten de
bestandsnamen het formaat 8.3 hebben (de naam
mag maximaal acht tekens bevatten en de extensie
".MP3" mag maximaal drie tekens bevatten) en in
hoofdletters ingevoerd zijn. De mapnamen kunnen
uit maximaal acht tekens bestaan. Er zijn maximaal
acht geneste mapniveaus mogelijk. Met de Level 2specificaties is het mogelijk bestanden en mappen
namen te geven van maximaal 31 tekens. Iedere
map mag maximaal 8 boomstructuren hebben.
Bij Joliet in het uitbreidingsformaat (bestands- en
mapnamen kunnen uit maximaal 64 tekens bestaan)
moet u zeker weten welke schrijfsoftware is
gebruikt enzovoort.
Multisessie
Dit is een opnametechniek die het mogelijk maakt
om met behulp van Track-At-Once (een track
tegelijk) bestanden toe te voegen (aan een CD). Het
begin van een conventionele CD wordt vastgelegd
in het zogenaamde CD-aanstuurgebied, lead-in
genaamd, en het einde in de lead-out. Een
multisessie-CD is een CD met meerdere (schrijf-)
sessies waarbij elk gedeelte, van lead-in naar leadout, als een afzonderlijke sessie beschouwd wordt.
CD-Extra: CD’s met deze opname-indeling hebben
twee sessies: de eerste sessie bevat audiotracks en
de tweede sessie bevat de data.
Mixed-mode-CD: Een mixed-mode-CD bevat data
op de eerste track, gevolgd door CD-audiodata op
de tweede en volgende tracks van een sessie.
Opmerkingen betreffende CDR en CD-RW
• Bepaalde CD-R’s of CD-RW’s kunnen niet in
dit apparaat worden weergegeven afhankelijk
van de opnamekwaliteit of fysieke toestand
van de disc, of van de eigenschappen van het
opnameapparaat. Ook discs die niet correct
zijn afgesloten, kunnen niet worden
afgespeeld. Zie voor nadere bijzonderheden
ook de gebruiksaanwijzing van de
opnameapparatuur.
• Discs, die opgenomen zijn in een CD-R/CDRW-station, zijn eventueel niet afspeelbaar
als gevolg van krassen, vuil,
opnameomstandigheden of eigenschappen
van het CD-R/CD-RW-station.
• Multisessie-CD-R’s/CD-RW’s waarvan de
laatst geschreven sessie niet "gesloten" is
kunnen niet worden afgespeeld.
• Het is mogelijk dat MP3-bestanden, zonder
de extensie ".MP3" in hun bestandsnaam, niet
afspeelbaar zijn.
• Pogingen om niet-MP3-bestanden, met de
extensie ".MP3" in hun bestandsnaam, af te
spelen kunnen eventueel ruis of storingen in
het apparaat opleveren.
• Met andere bestandsindelingen dan ISO9660
level 1 en 2 bestaat de kans dat namen van
mappen en bestanden verkeerd weergegeven
worden.
• Bij de volgende discs duurt het langer om met
afspelen te beginnen.
– een disc die is opgenomen met een
ingewikkelde boomstructuur.
– een disc opgenomen in multisessie.
– een CD waarop nog sessies toegevoegd
kunnen worden (de CD is nog niet
"afgesloten").
Muziekdiscs die zijn
gecodeerd met copyrightbeveilgingstechnologieën
Dit product is ontworpen voor het afspelen van
discs die voldoen aan de CD-norm (Compact
Disc). Onlangs hebben platenmaastschappijen
muziekdiscs op de markt gebracht die zijn
gecodeerd met copyrightbeveiligingstechnologieën. Houd er rekening
mee dat sommige van deze discs niet voldoen
aan de CD-norm en wellicht niet met dit product
kunnen worden afgespeeld.
Bericht over DualDiscs
Een DualDisc is een tweezijdige disc, waarop
aan de ene kant DVD-materiaal is opgenomen
en aan de andere kant digitaal audiomateriaal.
Echter, aangezien de kant met het
audiomateriaal niet voldoet aan de Compact
Disc (CD)-norm, wordt een juiste weergave op
dit apparaat niet gegarandeerd.
Waarschuwingen voor het
afspelen van een multisessieCD
• Als een CD gestart wordt met een CD-DAsessie, wordt de CD als een CD-DA-(audio-)
CD herkend en het afspelen blijft doorgaan tot
een MP3-sessie wordt gevonden.
• Als een CD gestart wordt met een MP3sessie, wordt de CD als een MP3-disc herkend
en het afspelen blijft doorgaan tot een CDDA-(audio-) sessie wordt gevonden.
• Het afspeelbereik van een MP3-disc wordt
bepaald door de grootte (aantal niveaus) van
de bestandstructuur.
• Een CD met gemengde indelingen wordt
herkend als een CD-DA-(audio-) CD.
5NL
Voorbereidingen
Aansluiten van het systeem
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 6 om uw systeem aan te sluiten met de bijgeleverde
snoeren en accessoires. Voor de illustratie is een model met subwoofer gebruikt.
AM-raamantenne
FM-draadantenne
Subwoofer*
Voorste luidspreker (rechts)
Voorste luidspreker (links)
* Alleen voor MHC-GX555/RG575S/RG475S
1 Sluit de voorste luidsprekers aan.
Sluit de linker en rechter
luidsprekersnoeren aan op de SPEAKERaansluitingen, zoals hieronder is
aangegeven.
Steek alleen het ontblote gedeelte erin
Rood
R
2 Sluit de subwoofer aan. (Alleen voor
MHC-GX555/RG575S/RG475S)
Sluit de luidsprekersnoeren, zoals hieronder
aangegeven, aan op het SUBWOOFER
OUT-aansluitpunt.
Steek alleen het ontblote gedeelte erin
L
+
Rood/Effen
(3)
–
Rood/Effen
(3)
Zwart
Rood
Zwart/Gestreept (#)
6NL
Zwart
Zwart/Gestreept (#)
3 Sluit de FM- en AM-antennes aan.
VIDEO
OUT
Aansluittype A
AM-raamantenne
Voorbereidingen
Installeer de AM-raamantenne en sluit deze
daarna aan.
4 (Alleen voor het Mexicaanse model)
Sluit de video-ingangsaansluiting van
uw TV aan op de VIDEO OUTaansluiting met behulp van een
videokabel.
Bij gebruik van een TV
Schakel het TV-toestel in en stel in op videoweergave
om de beelden vanaf dit systeem op het TV-scherm te
kunnen weergeven.
Opmerking
Trek de FM-draadantenne er horizontaal uit
Aansluittype B
AM-raamantenne
Het Mexicaanse model is ontworpen om alleen
CD-G’s opgenomen in het NTSC-kleursysteem weer
te geven. Bij weergave van een CD-G, opgenomen in
een ander kleursysteem, kan een foutieve
kleurweergave optreden.
5 Bij modellen met een
spanningskeuzeschakelaar stelt u
VOLTAGE SELECTOR in op de
plaatselijke netspanning.
Zie de aanduidingen op VOLTAGE
SELECTOR van uw apparaat voor
beschikbare voltages.
Trek de FMdraadantenne er
horizontaal uit
Noord-Amerikaans
model: Sluit de witte kant
aan.
Overige modellen:
Sluit de bruine kant aan.
Opmerking
Om ontvangst van ruis te voorkomen, moet u de
radioantennes uit de buurt van de luidsprekersnoeren
houden.
* Saoedi-Arabisch model: 120 – 127 V
wordt vervolgd
7NL
6 Steek de stekker in het stopcontact.
De demonstratie wordt op het display
weergegeven. Wanneer u ?/1 indrukt,
wordt het systeem ingeschakeld en wordt
de demonstratie automatisch beëindigd.
Als de stekkerpootjes niet in het stopcontact
passen, haalt u de bijgeleverde
stekkeradapter eraf (alleen bij modellen
geleverd met een stekkeradapter).
Bevestigen van de
luidsprekerkussentjes
Bevestig de bijgeleverde luidsprekervoetjes
onder de luidsprekers om te zorgen dat ze stevig
staan en niet kunnen wegglijden.
Voorste luidspreker (Links (4)/Rechts (4))
Sub woofer (4)*
Plaatsing van twee R6 (AAformaat) batterijen in de
afstandsbediening
* Alleen voor MHC-GX555/RG575S/RG475S
Bij verplaatsing van dit
systeem
Opmerking
Indien u de afstandsbediening lange tijd niet denkt te
gebruiken, dient u de batterijen te verwijderen om
mogelijke beschadiging door batterijlekkage en
corrosie te voorkomen.
Tip
Bij normaal gebruik gaan de batterijen ongeveer zes
maanden mee. Wanneer u het systeem niet langer op
afstand kunt bedienen, dient u beide batterijen te
vervangen.
Volg de onderstaande procedure om het CDmechanisme te beschermen. Gebruik de
toetsen op het apparaat voor de bediening.
1
Druk op de toets ?/1 om het systeem in
te schakelen, druk daarna op CD om de
functie naar "CD" te veranderen.
2
Zorg dat alle discs uit het systeem zijn
verwijderd.
3
Houd CD ingedrukt en druk daarna op
?/1 totdat "STANDBY" verschijnt.
Na een paar seconden verdwijnt
"STANDBY" en verschijnt "LOCK".
4
8NL
Trek de stekker uit het stopcontact.
Voor een betere weergave van de lage tonen,
raden wij u aan om de subwoofer op een stabiele
ondergrond, en waar geen resonantie kan
optreden, te plaatsen.
Opmerkingen
• Plaats de subwoofer altijd in een verticale positie en
een paar centimeter van de muur verwijderd.
• Als de subwoofer in het midden van een kamer
geplaatst wordt, kunnen de lage tonen zeer zwak
worden. Dit is te wijten aan de invloed van de
staande golf in de kamer. Als dit gebeurt, verplaats
de subwoofer uit het midden van de kamer of
elimineer de oorzaak van de staande golf, door
bijvoorbeeld een boekenrek tegen de muur te
plaatsen.
Instellen van de klok
Gebruik de toetsen op de afstandsbediening voor
de bediening.
1
2
3
4
5
6
Druk op ?/1 om het systeem in te
schakelen.
Druk op CLOCK/TIMER SET.
Voorbereidingen
Plaatsing van de subwoofer
(Alleen voor MHC-GX555/
RG575S/RG475S)
Druk herhaaldelijk op . of > om
het uur in te stellen.
Druk op ENTER.
Druk herhaaldelijk op . of > om
de minuten in te stellen.
Druk op ENTER.
De klok begint te lopen.
Veranderen van de tijd
1
2
Druk op CLOCK/TIMER SET.
3
Volg dezelfde procedure als in de stappen 3
t/m 6 hierboven.
Druk herhaaldelijk op . of > om
"CLOCK SET" te selecteren en druk daarna
op ENTER.
Opmerkingen
• Wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt of
indien er een stroomonderbreking optreedt, gaan de
klokinstellingen verloren.
• U kunt de klok niet in de energiebesparingsmodus
(blz. 25) zetten.
9NL
CD/MP3 – Afspelen
Een disc plaatsen
Een disc afspelen
— NORMAL-afspeelfunctie/SHUFFLEafspeelfunctie
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
Met het systeem kunt u audio-CD’s, CD-G’s* en
discs met MP3-audiotracks weergeven.
1
2
* Weergave van CD-G’s (CD-Graphics) is alleen
mogelijk met het Mexicaanse model.
Door het systeem aan te sluiten op een televisie (zie
stap 4 van "Aansluiten van het systeem" (blz. 6))
kunt u het videomateriaal, dat opgenomen is op
CD-G’s, bekijken.
Druk op Z.
Plaats een disc, met de labelkant naar
boven, in de disclade.
Voorbeeld: Als een disc geplaatst is
Discladenummer
Druk, om extra disc’s te plaatsen, op DISC
SKIP/EX-CHANGE om de disclade te
roteren.
3
Druk opnieuw op Z om de disclade te
sluiten.
Opmerkingen
• Plaats geen disc waarop plakband, stickers of andere
vreemde voorwerpen zitten omdat hierdoor een
storing veroorzaakt kan worden.
• Duuw de disclade niet krachtig met de hand dicht,
omdat hierdoor een storing veroorzaakt kan worden.
10NL
Muziekstuknum
Disc-aanwezigheidsindicator
1
Afspeelduur
Druk op CD (of druk herhaaldelijk op
FUNCTION) om de functie om te
schakelen naar CD.
2
Kies
Voor het afspelen van
ALL DISCS
(NORMALafspeelfunctie)
Alle discs in de disclade
continu.
1DISC
(NORMALafspeelfunctie)
De tracks op de door u
gekozen disc in de
oorspronkelijke volgorde.
ALBM
(NORMALafspeelfunctie)
Alle MP3-tracks in het door
u gekozen album op de disc
in de oorspronkelijke
volgorde.
Bij weergave van een nietMP3-disc, is de werking van
albumweergave hetzelfde als
1DISC-weergave.
ALL DISCS
SHUF
(SHUFFLEafspeelfunctie)
De tracks op alle discs in
willekeurige volgorde.
1DISC SHUF
(SHUFFLEafspeelfunctie)
De tracks op de door u
gekozen disc in willekeurige
volgorde.
ALBM SHUF
(SHUFFLEafspeelfunctie)
De MP3-tracks in het door u
gekozen album op de disc in
willekeurige volgorde.
Bij weergave van een nietMP3-disc, is de werking van
albumweergave in
willekeurige volgorde
hetzelfde als 1DISC SHUFweergave.
PGM
(PROGRAMafspeelfunctie)
De tracks op de disc in de
volgorde waarin u deze wilt
afspelen (zie "Uw eigen
programma samenstellen" op
blz. 13).
Overige bedieningen
Om
Doet u het volgende
Het afspelen te
stoppen
Druk op x.
Te pauzeren
Druk op X. Druk nogmaals om
verder te gaan met afspelen.
Een track te
kiezen
Druk herhaaldelijk op . of
> (of draai l L op het
apparaat).
Een album met
MP3 te kiezen
Druk herhaaldelijk op ALBUM +
of – na stap 2.
Zoek een bepaald
punt in een track
(CD-G’s
uitgezonderd)
Houd tijdens het afspelen m of
M ingedrukt en laat deze los
wanneer het gewenste punt is
bereikt.
CD/MP3 – Afspelen
3
Druk herhaaldelijk op PLAY MODE in
de stopstand, totdat de gewenste
functie op het display weergegeven
wordt.
In de stopstand
Druk op DISC SKIP (of DISC 1 –
een disc te kiezen 3 of DISC SKIP/EX-CHANGE op
het apparaat).
Over te
Druk op DISC 1 – 3 op het
schakelen vanuit apparaat (Automatische
een andere
geluidsbronkeuze).
functie naar de
CD-functie
Tijdens het
Druk op DISC SKIP/
afspelen van disc EX-CHANGE op het apparaat.
te veranderen
Een disc te
verwijderen
Druk op Z op het apparaat.
Druk op N.
wordt vervolgd
11NL
Opmerkingen
• Met het Mexicaanse model kunt u volgende functies
niet uitvoeren
– keuze van de grafische kanalen van CD-G’s
– weergave van CD-G afbeeldingen met fadeeffecten
• U kunt tijdens het afspelen de afspeelfunctie niet
veranderen.
• Bij discs met een complexe bestandstructuur, zoals
veel mapniveaus, kan het starten van het afspelen
enige tijd duren.
• Nadat een disc is geplaatst, leest de speler alle tracks
op de disc. Als er albums of niet-MP3-audiotracks op
de disc staan, kan het lang duren voordat het afspelen
begint of voordat het volgende MP3-audiotracks
begint met afspelen.
• Bewaar geen overbodige albums (mappen) of andere
tracks dan MP3 op een disc bestemd voor MP3gebruik. Wij raden u aan om op een disc met MP3tracks geen ander soort geluidsbestanden of
overbodige albums op te slaan.
• Een album dat geen MP3-tracks bevat wordt
overgeslagen.
• Het maximaal aantal albums: 150 (inclusief de
hoofdmap)
• Het maximaal aantal MP3-audiotracks: 255
• Het maximaal aantal MP3-audiotracks en albums dat
een disc kan bevatten, bedraagt 300.
• Maximaal 8 niveaus kunnen afgespeeld worden.
• MP3-audiotracks worden afgespeeld in dezelfde
volgorde waarop ze op de disc zijn opgenomen.
• Afhankelijk van de gebruikte software voor
geluidscodering/CD-brander, opnameapparaat of
opnamemedium bij het schrijven van de MP3bestanden, is het mogelijk dat u ploblemen ervaart
zoals de onmogelijkheid van het afspelen,
geluidsonderbrekingen en ruis.
Opmerking
Wanneer de disc-toegang lang duurt, stelt u "CD
POWER ON" in met behulp van de
energiebeheersfunctie van de CD-speler (blz. 15).
12NL
Herhaaldelijk afspelen
— REPEAT-afspeelfunctie
U kunt alle tracks of een enkele tracks op de disc
herhaald afspelen.
Druk herhaaldelijk op REPEAT totdat
"REP" of "REP1" verschijnt.
REP: Maximaal vijf keer voor alle
muziekstukken op een disc.
REP1: Slechts één track.
Uitschakelen van de
REPEAT-afspeelfunctie
Druk herhaaldelijk op REPEAT totdat zowel
"REP" als "REP1" verdwijnen.
Opmerkingen
• U kunt "REP" en "ALL DISCS SHUF" niet
tegelijkertijd kiezen.
• Bij keuze van "REP1" wordt het afspelen van de
bewuste track oneindig herhaald, tot het moment dat
"REP1" geannuleerd wordt.
Uw eigen programma
samenstellen
6
— PROGRAM-afspeelfunctie
1
2
3
4
Druk op CD (of druk herhaaldelijk op
FUNCTION) om de functie om te
schakelen naar CD.
Druk herhaaldelijk op PLAY MODE in
de stopstand totdat "PGM" verschijnt.
Druk op DISC SKIP (of DISC 1 – 3 of
DISC SKIP/EX-CHANGE op het
apparaat) om een disc te kiezen.
Druk herhaaldelijk op . of > (of
draai l L op het apparaat) totdat
het gewenste tracknummer verschijnt.
Druk bij het programmeren van MP3-tracks
herhaaldelijk op de toets ALBUM + of – om
het gewenste album te kiezen, en druk
daarna herhaaldelijk op . of > (of
draai aan de l L-regelknop op het
appraat), totdat het nummer van de
gewenste track verschijnt.
Discladenummer
7
Voor
programmering
van
Herhaalt u stappen
Andere tracks op
dezelfde disc
4 en 5
Andere tracks op
andere discs
3 t/m 5
Druk op N.
Het afspelen van het programma begint.
Overige bedieningen
Om
Doet u het volgende
CD/MP3 – Afspelen
U kunt de volgorde waarin u (de tracks van) alle
discs wilt afspelen, in maximaal 25 stappen
programmeren.
U kunt de geprogrammeerde tracks synchroon
opnemen op een tape (blz. 19).
Programmeren van extra tracks.
De PROGRAMDruk herhaaldelijk op PLAY
afspeelfunctie uit te MODE in de stopstand totdat
schakelen
"PGM" verschijnt.
Een track vanaf het Druk in de stopstand op CLEAR.
einde te wissen
Tips
• Uw programma blijft bewaard nadat het is
afgespeeld. Voor herhaaldelijk weergave van het
programma, druk op CD (of herhaaldelijk op
FUNCTION) om de functie over te schakelen naar
CD, en druk daarna op N. Het programma wordt
echter gewist wanneer u de disclade opent.
• "– –.– –" verschijnt als de totale duur van het CDprogramma langer is dan 100 minuten, of als u een
MP3-audiotrack kiest.
Gekozen tracknummer
Totale afspeelduur (inclusief het
gekozen track)
5
Druk op ENTER.
De track is nu geprogrammeerd.
Het programmastapnummer verschijnt,
gevolgd door de totale afspeelduur.
13NL
5
Druk op TUNER MEMORY.
Een voorkeurnummer verschijnt.
Tuner
Voorkeurnummer
Voorprogrammeren van
radiozenders
U kunt 20 FM-zenders en 10 AM-zenders
voorprogrammeren. U kunt afstemmen op elk
van die zenders door eenvoudig het
bijbehorende voorkeurnummer te kiezen.
Voorprogrammering met
automatische afstemming
U kunt automatisch afstemmen op alle
radiozenders die in uw gebied ontvangen
kunnen worden en daarna de frequentie van de
gewenste radiozenders opslaan.
1
2
3
4
Druk op TUNER BAND (of herhaaldelijk
op FUNCTION) om de functie over te
schakelen naar TUNER.
Druk herhaaldelijk op TUNER BAND
om "FM" of "AM" te kiezen.
Druk herhaaldelijk op TUNING MODE
totdat "AUTO" op het display
verschijnt.
Druk herhaaldelijk op de toets + of – (of
draai aan de – TUNING + regelknop op
het apparaat).
De frequentie verandert terwijl het systeem
scant naar een radiozender. Het scannen
stopt automatisch wanneer op een zender is
afgestemd. Op dat moment verschijnen
"TUNED" en "STEREO" (voor een FMstereo-uitzending).
6
7
8
Druk herhaaldelijk op de toets + of – (of
draai aan de – TUNING + regelknop op
het apparaat) om het gewenste
voorkeurnummer te kiezen.
Druk op ENTER.
Herhaal de stappen 2 t/m 7 om andere
zenders in het geheugen vast te
leggen.
Voorprogrammering met
handmatige afstemming
U kunt handmatig afstemmen op de gewenste
radiozenders en daarna de frequentie ervan
opslaan.
1
2
3
4
5
Druk op TUNER BAND (of herhaaldelijk
op FUNCTION) om de functie over te
schakelen naar TUNER.
Druk herhaaldelijk op TUNER BAND
om "FM" of "AM" te kiezen.
Druk herhaaldelijk op TUNING MODE
tot "AUTO" of "PRESET" van het
display verdwijnen.
Druk herhaaldelijk op de toets + of – (of
draai aan de – TUNING + regelknop op
het apparaat) om op de gewenste
zender af te stemmen.
Druk op TUNER MEMORY.
Een voorkeurnummer verschijnt.
6
Indien "TUNED" niet verschijnt en het
doorzoeken van de frequenties niet
stopt
Stel de frequentie van de gewenste zender
in, zoals beschreven in de stappen 3 t/m 8
van "Voorprogrammering met handmatige
afstemming".
14NL
7
8
Druk herhaaldelijk op de toets + of – (of
draai aan de – TUNING + regelknop op
het apparaat) om het gewenste
voorkeurnummer te kiezen.
Druk op ENTER.
Herhaal de stappen 2 t/m 7 om andere
zenders in het geheugen vast te
leggen.
Overige bedieningen
De ontvangst verbeteren
Om
Wanneer de ontvangst slecht is, stelt u "CD
POWER OFF" in met behulp van de
energiebeheersfunctie van de CD-speler.
"CD POWER" is in de fabriek ingeschakeld.
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
Doet u het volgende
Af te stemmen op Volg de procedure die wordt
een zender met een beschreven in
zwak signaal
"Voorprogrammering met
handmatige afstemming".
Begin opnieuw bij stap 2. Na
stap 5, druk herhaaldelijk op de
toets + of – (of draai aan de –
TUNING + regelknop op het
apparaat) om het gewenste
voorkeurnummer te kiezen,
waaronder u de andere zender
wilt opslaan.
Om het AM-afsteminterval te
veranderen (behalve voor
Europese, Russische en SaoediArabische modellen)
Het AM-afsteminterval is in de fabriek ingesteld
op 9 kHz (of op 10 kHz in bepaalde gebieden).
Om het AM-afsteminterval te veranderen, dient
u eerst op een willekeurige AM-zender af te
stemmen en daarna het systeem uit te schakelen.
Druk op ?/1 terwijl u tegelijkertijd TUNING
MODE op het apparaat ingedrukt houdt.
Wanneer u het interval verandert, worden alle
voorgeprogrammeerde AM-zenders uit het
geheugen gewist. Om het interval terug te
stellen, herhaalt u dezelfde procedure.
1
Druk herhaaldelijk op CD om over te
schakelen op de functie CD.
2
Druk op ?/1 om het systeem uit te
schakelen.
3
Nadat de aanduiding "STANDBY" ophoudt
met knipperen, druk op de toets ?/1 terwijl
u de toets x ingedrukt houdt.
"CD POWER OFF" verschijnt.
Tuner
Een andere
radiozender in te
stellen op een
bestaand
voorkeurnummer
Schakel de CD-speler in
Herhaal bovenstaande procedure. "CD POWER
ON" verschijnt.
Opmerkingen
• Wanneer "CD POWER OFF" is gekozen, wordt de
toegangstijd van de disc langer.
• U kunt de instelling niet veranderen in de
energiebesparingsfunctie (blz. 25).
Opmerking
U kunt het AM-afsteminterval niet veranderen terwijl
het systeem in de energiebesparingsmodus staat
(blz. 25).
Tips
• Wanneer de stekker uit het stopcontact wordt
getrokken of indien er een stroomonderbreking
optreedt, blijven de voorgeprogrammeerde zenders
nog een halve dag in het geheugen bewaard.
• Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde
antennes opnieuw te richten of een in de handel
verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten.
15NL
Luisteren naar de radio
U kunt naar een radiozender luisteren door een
voorgeprogrammeerde zender te kiezen of door
handmatig af te stemmen op de zender.
Luisteren naar een nietvoorgeprogrammeerde
radiozender
— Handmatig afstemmen
1
Luisteren naar een
voorgeprogrammeerde
zender
2
— Afstemmen op
voorgeprogrammeerde zenders
3
Programmeer eerst de voorkeurzenders in het
geheugen van de tuner (zie "Voorprogrammeren
van radiozenders" op blz. 14).
4
1
2
3
4
Druk op TUNER BAND (of herhaaldelijk
op FUNCTION) om de functie over te
schakelen naar TUNER.
Druk herhaaldelijk op TUNER BAND
om "FM" of "AM" te kiezen.
Druk herhaaldelijk op TUNING MODE
totdat "PRESET" op het display
verschijnt.
Druk herhaaldelijk op de toets + of – (of
draai aan de – TUNING + regelknop op
het apparaat) om het voorkeurnummer
van de gewenste zender te kiezen.
Voorkeurnummer
16NL
Frequentie
Druk op TUNER BAND (of herhaaldelijk
op FUNCTION) om de functie over te
schakelen naar TUNER.
Druk herhaaldelijk op TUNER BAND
om "FM" of "AM" te kiezen.
Druk herhaaldelijk op TUNING MODE
tot "AUTO" of "PRESET" van het
display verdwijnen.
Druk herhaaldelijk op de toets + of – (of
draai aan de – TUNING + regelknop op
het apparaat) om op de gewenste
zender af te stemmen.
Opmerking
Als u van de tuner overschakelt naar de CD-functie,
kan het langer duren om toegang te krijgen tot de disc.
In dat geval, stelt u "CD POWER ON" in voor de CDenergiebeheerfunctie (blz. 15).
Tips
• Voor een optimale ontvangst dient u de bijgeleverde
antennes opnieuw te richten of een in de handel
verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten.
• Wanneer er tijdens een FM-programma ruis optreedt,
druk dan herhaaldelijk op FM MODE totdat
"MONO" verschijnt. Er is dan geen stereo-effect,
maar de ontvangst verbetert.
• Druk herhaaldelijk op de toets TUNING MODE
totdat de aanduiding "AUTO" in bovengenoemde
stap 3 verschijnt, druk daarna op de toets + of – (of
draai aan de – TUNING + regelknop op het
apparaat). De frequentie-aanduiding verandert en het
scannen stopt als er een zender wordt ontvangen
(automatische afstemming).
• Gebruik handmatige opname-instellingen bij de
opname van radio-uitzendingen (blz. 19).
Gebruik van het radioinformatiesysteem (RDS)
(alleen het Europese model)
Het radio-informatiesysteem (RDS: Radio Data
System) is een omroepdienst die radiozenders in
staat stelt om extra informatie uit te zenden naast
het gewone programmasignaal. RDS is alleen
beschikbaar bij FM-zenders.*
Tuner
Wat is het radioinformatiesysteem?
Opmerking
RDS werkt niet goed als de radiozender waarop u hebt
afgestemd het RDS-signaal niet goed uitzendt of als
het signaal zwak is.
* Niet alle FM-zenders verzorgen de RDS-dienst of
hetzelfde soort RDS-dienst. Als u niet vertrouwd
bent met het RDS-systeem, doe dan navraag bij uw
plaatselijke radiozenders voor meer informatie over
RDS-diensten in uw gebied.
Ontvangen van RDSuitzendingen
Kies een zender op de FM-band.
Wanneer u afstemt op een zender die RDSdiensten verzorgt, zal de zendernaam op het
display verschijnen.
De RDS-informatie controleren
Bij elke druk op DISPLAY verandert het display
als volgt:
Zendernaam1) t Voorkeurnummer2) en
frequentie t Klokindicatie (gedurende 8
seconden) t Status geluidseffect
1) Als
de RDS-uitzending niet goed wordt ontvangen,
is het mogelijk dat de zendernaam niet op het display
verschijnt.
2)
Het Voorkeurnummer wordt alleen getoond als u
radiozenders opslaat (blz. 14).
17NL
Overige bedieningen
Om
Doet u het volgende
Het afspelen te
stoppen
Druk op x.
Te pauzeren
Druk op X. Druk nogmaals om
verder te gaan met afspelen.
Snel vooruit te
spoelen of terug
te spoelen
Druk op m of M.
Druk op PUSH Z.
De tape eruit te
halen
Druk in de stopstand op PUSH Z
op het apparaat.
Plaats een tape in de cassettehouder
van tapedeck A of B, met de kant, die u
wilt afspelen of waarop u wilt opnemen,
naar u gericht.
Opzoeken van het begin van het
huidige of de volgende track
(AMS)*
Tape – Afspelen
Plaatsing van een tape
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
1
2
3
Druk herhaaldelijk op TAPE A/B om
deck A of B te kiezen.
Om vooruit te gaan
Met de kant
die u wilt
afspelen/
opnemen
naar voren
gericht.
Druk op > (of draai l L op het
apparaat rechtsom) tijdens het afspelen.
"TAPE A (of TAPE B) >>> +1" verschijnt.
Om achteruit te gaan
Druk op . (of draai l L op het
apparaat linksom) tijdens het afspelen.
"TAPE A (of TAPE B) <<< –1" verschijnt.
Afspelen van een tape
U kunt gebruikmaken van TYPE I (normale)
tape.
1
Plaats een tape.
Druk, om beide decks na elkaar af te spelen,
herhaaldelijk op PLAY MODE totdat
"RELAY" (Relay-afspeelfunctie)* op het
display verschijnt.
2
3
Druk op TAPE (of druk herhaaldelijk op
FUNCTION) om de functie om te
schakelen naar TAPE.
Druk op N.
Het afspelen van de tape begint.
* Na de voorkant van deck A wordt de voorkant van
deck B afgespeeld en daarna stopt het afspelen.
18NL
* AMS (Automatische Muzieksensor)
Opmerkingen
• Onder de volgende omstandigheden zal de AMSfunctie soms niet goed werken:
–Wanneer het niet-opgenomen gedeelte tussen de
muziekstukken korter dan 4 seconden is.
–Wanneer het systeem dicht bij een TV-toestel is
geplaatst.
• Werp tijdens de weergave de tape niet uit omdat
hierdoor de tape en de cassettehouder onherstelbaar
kunnen worden beschadigd.
Tape – Opnemen
Uw favoriete CDmuziekstukken opnemen
op een tape
— CD-TAPE-synchroonopname
1
2
Plaats een opneembare tape in deck B
en druk daarna herhaaldelijk op TAPE
A/B om deck B te kiezen.
Druk op CD SYNC.
Deck B bevindt zich nu in de wachtstand
voor opnemen.
"REC" knippert.
4
Met deze functie is het mogelijk om alleen uw
favoriete tracks van een CD, tape of een
radioprogramma op een tape op te nemen.
U kunt ook opnemen van andere aangesloten
geluidscomponenten (zie "Aansluiten van
optionele componenten" op blz. 28).
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
1
2
Druk op CD en plaats een disc,
waarvan u wilt opnemen.
Druk, als de disc al geplaatst is, op DISC
SKIP/EX-CHANGE om de disc te kiezen.
Als u een album van een MP3-disc wilt
opnemen, moet u zeker, voordat u verder
gaat, herhaaldelijk op de toets PLAY MODE
drukken, om de functie "ALBM" te kiezen,
en daarna, met behulp van de toets ALBUM
+ of – , om het gewenste album kiezen.
3
— Handmatig opnemen
Stoppen met opnemen
Druk op x.
Een disc opnemen met een
bepaalde trackvolgorde
U kunt alleen uw favoriete CD-tracks opnemen
met behulp van de Program-afspeelfunctie.
Voer tussen de stappen 2 en 3 eerst de stappen 2
t/m 6 uit van "Uw eigen programma
samenstellen" (blz. 13).
Druk op een van de volgende toetsen
om de gewenste geluidsbron voor
opname te kiezen.
• CD: Opnemen vanaf de ingebouwde CDspeler.
• TAPE A/B: Opnemen vanaf het
ingebouwde tapedeck A.
• TUNER/BAND: Opnemen vanaf de
ingebouwde tuner.
• AUDIO IN: Opnemen vanaf de optionele
component aangesloten op de AUDIO
IN-aansluitingen.
3
Druk op REC PAUSE/START.
Deck B bevindt zich nu in de wachtstand
voor opnemen. "REC" knippert.
4
Druk op REC PAUSE/START.
Het opnemen begint. Wanneer de opname
is beëindigd, stoppen de CD-speler en het
tapedeck automatisch.
Plaats een opneembare tape in deck B,
en druk daarna herhaaldelijk op TAPE
A/B om deck B te kiezen.
Tape – Afspelen/Tape – Opnemen
U kunt een hele CD op de tape opnemen.
U kunt gebruikmaken van TYPE I (normale)
tape. Het opnameniveau wordt automatisch
ingesteld.
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
Handmatig opnemen op
een tape
Druk op REC PAUSE/START en begin
daarna met het afspelen van de bron
waarvan u wilt opnemen.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op x.
Opmerkingen
• Tijdens het opnemen kunt u niet naar andere bronnen
luisteren.
• Het opnemen stopt als u de functie verandert naar een
andere functie.
Tip
Opnemen vanaf de tuner:
Als ruis hoorbaar is tijdens het opnemen vanaf de
tuner, verplaatst u de betreffende antenne om de ruis te
verminderen.
19NL
Geluidsregeling
Regeling van het geluid
U kunt de lage tonen versterken en het geluid
krachtiger maken.
Geluidseffect kiezen
Het effect kiezen uit het
muziekmenu
Druk op GROOVE op het apparaat.
Druk herhaaldelijk op de EQ (of PRESET
EQ op het apparaat) om het gewenste
voorinstelling te kiezen.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert het display als volgt:
GROOVE ON* t GROOVE OFF
De naam van de voorinstelling verschijnt op het
display.
Zie het overzicht "Opties voor geluidseffecten".
* De geluidssterkte wordt krachtiger, de
equalizerkromme verandert, en "GROOVE" brandt.
Het geluidseffect uitschakelen
Druk op EFFECT ON/OFF op het apparaat.
Opties voor geluidseffecten
Gebruik van de subwoofer
(Alleen voor MHC-GX555/RG575S/
RG475S)
Met de subwoofer kunt u het geluid aanpassen
aan de betreffende geluidsbron.
Druk op SUBWOOFER ON/OFF op het
apparaat.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert het display als volgt:
SUB ON* t SUB OFF
* De aanduiding SUBWOOFER ON/OFF gaat
branden.
Opmerking
Zorg ervoor dat de aanduiding SUBWOOFER ON/
OFF niet brandt als de subwoofer niet is aangesloten op
het systeem.
Tip
U kunt VOLUME +/– (of de VOLUME regelknop op
het apparaat) gebruiken om het volume van de
subwoofer, die aangesloten is op de voorste
luidprekers, in te stellen.
20NL
"SURR" verschijnt wanneer u een effect met
surround-effecten kiest.
EQ
ROCK
POP
JAZZ
DANCE
SOUL
REGGAE
SALSA
SAMBA
Instelling van de
grafische equalizer en
opslaan van de
instellingen
1
Druk herhaaldelijk op EQ BAND om de
frequentie te kiezen, en draai daarna
– EQ +, om het niveau aan te passen.
Frequentieband
2
Druk op SURROUND op het apparaat.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verspringt de aanduiding op het display als
volgt:
SURROUND ON (SURR)
Y
SURROUND OFF (off)
Geluidsregeling
U kunt het geluid naar wens instellen door het
niveau van een bepaald frequentiebereik te
verhogen of te verlagen, en vervolgens
maximaal drie persoonlijke bestanden (P FILE)
in het geheugen vastleggen.
Alvorens u deze functie gaat gebruiken, dient u
eerst de gewenste audio-accentuering voor uw
basisgeluid te kiezen.
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
Kiezen van het
surroundeffect
Frequentieniveau
Houd P FILE ingedrukt.
Een persoonlijk bestandsnummer
verschijnt.
3
4
Druk herhaaldelijk op P FILE om P FILE
1 – 3 te kiezen als de locatie waaronder
u de instelling van de equalizer wilt
vastleggen.
Druk op ENTER.
"COMPLETE" verschijnt.
Deze instelling wordt automatisch
vastgelegd als het persoonlijke bestand dat
u bij stap 3 hebt gekozen.
Overige bedieningen
Om
Drukt u
Een persoonlijk
bestand op te
roepen
Herhaaldelijk op P FILE om het
nummer van het gewenste
persoonlijk bestand te kiezen.
Een persoonlijk
bestand te
annuleren
Herhaaldelijk op EFFECT ON/
OFF totdat "EFFECT OFF"
verschijnt.
21NL
Meezingen: Karaoke
(Alleen voor het Latijns-Amerikaanse
model)
U kunt meezingen door een optionele microfoon
aan te sluiten. Gebruik de toetsen op het
apparaat voor de bediening.
Gebruik van karaoke
1
2
3
Sluit een optionale microfoon aan op
de MIC aansluiting.
1
2
(Alleen voor het Mexicaanse model)
Druk herhaaldelijk op MULTIPLEX om
het gewenste karaoke-effect te
verkrijgen.
Begin met het afspelen van de muziek.
Stel het volume van de microfoon in
door MIC LEVEL te draaien.
Tref de nodige voorbereidingen bij de
bron waarmee u wilt mixen. Plaats een
opneembare tape in tapedeck B, en
druk daarna herhaaldelijk op TAPE A/B
om deck B te kiezen.
Druk op de functietoets van de bron
waarvan u wilt opnemen (bijvoorbeeld
CD).
Wanneer u wilt opnemen van TAPE A,
drukt u herhaaldelijk op TAPE A/B totdat
TAPE A is gekozen.
3
Druk op REC PAUSE/START.
Deck B bevindt zich nu in de wachtstand
voor opnemen.
"REC" knippert.
4
Druk op REC PAUSE/START en begin
daarna met zingen of praten of met het
afspelen van de gewenste bron.
Het opnemen begint.
Na beëindiging
Stoppen met opnemen
Draai de regelknop MIC LEVEL naar MIN en
verwijder de microfoon uit de MIC-aansluiting.
Druk op x.
Overige bedieningen
De microfoon werkt niet als het tapedeck de AMSfunctie uitvoert (blz. 18).
Om
Doet u het volgende
De karaokefunctie te
annuleren*
Draai de regelknop MIC LEVEL
naar MIN en verwijder de microfoon
uit de MIC aansluiting, druk daarna
herhaaldelijk op de toets
MULTIPLEX totdat "m" verschijnt.
De
Draai de regelknop ECHO LEVEL
microfoonecho* om het echo-effect aan te passen.
in te stellen
Om het echo-effect uit te schakelen,
draait u ECHO LEVEL naar MIN.
Gebruik van
CD-G’s*
Schakel uw televisie in en kies het
goede video-ingangssignaal.
* Alleen voor het Mexicaanse model
22NL
U kunt geluiden "mixen" door één van de
componenten te laten afspelen terwijl u in een
microfoon (niet meegeleverd) zingt of praat.
Het gemixte geluid kan op een tape worden
opgenomen.
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
Draai MIC LEVEL naar MIN om het
regelniveau van de microfoon te
verlagen.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert het display als volgt:
MPX L t MPX R t MPX OFF
Om mee te zingen met een CD met
multiplex-geluid, stelt u in op "MPX L" of
"MPX R".
4
5
Mixen en opnemen van
geluiden
Opmerking
Tips
• Indien er sprake is van akoestische terugkoppeling
(rondzingen), plaats dan de microfoon verder van de
luidsprekers of richt de microfoon een andere kant
uit.
• Als u alleen uw stem via de microfoon wilt opnemen,
kunt u dit doen door de CD-functie te kiezen zonder
een disc af te spelen.
• Wanneer geluidssignalen met een hoog niveau
worden ingevoerd, past het systeem automatisch het
opnameniveau aan om te voorkomen dat het
opgenomen geluidssignaal wordt vervormd
(automatische opnameniveauregeling).
Ontwaken met muziek
Timer
Inslapen met muziek
— Slaaptimer
U kunt het systeem na verloop van een vooraf
ingestelde tijd automatisch laten uitschakelen,
zodat u kunt inslapen met muziek.
Druk op SLEEP.
— Weergavetimer
U kunt op een vooraf ingestelde tijd ontwaken
met muziek. Zorg eerst dat de klok juist is
ingesteld (zie "Instellen van de klok" op blz. 9).
Gebruik de toetsen op de afstandsbediening voor
de bediening.
1
• CD: Plaats een disc. Als u wilt beginnen
met een bepaald muziekstuk, maakt u een
muziekprogramma (zie "Uw eigen
programma samenstellen" op blz. 13).
• Tape: Plaats een tape, met de kant die u
wilt afspelen naar voren gericht.
• Tuner: Stem af op de
voorgeprogrammeerde radiozender (zie
"Luisteren naar de radio" op blz. 16).
* Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld na
100 minuten of nadat de huidige CD of tape klaar is
met afspelen.
Overige bedieningen
Om
Drukt u
De resterende
tijdsduur te
controleren*
Eenmaal op SLEEP.
De uitschakeltijd te
wijzigen
Herhaaldelijk op SLEEP om
de gewenste tijd te kiezen.
2
3
4
De slaaptimerfunctie Herhaaldelijk op SLEEP
uit te schakelen
totdat "SLEEP OFF"
verschijnt.
* U kunt de resterende tijdsduur niet controleren
wanneer "AUTO" is gekozen.
Druk op VOLUME +/– om het
volumeniveau in te stellen.
Druk op CLOCK/TIMER SET.
Druk herhaaldelijk op . of > om
"PLAY SET" te selecteren en druk
daarna op ENTER.
"ON" verschijnt en de uur-indicatie begint
te knipperen.
5
Stel de starttijd voor afspelen in.
Druk herhaaldelijk op . of > om het
uur in te stellen, en druk op ENTER.
De minuten-indicatie begint te knipperen.
Druk herhaaldelijk op . of > om de
minuten in te stellen en druk daarna op
ENTER.
Opmerking
Tijdens synchroonopname op een tape mag de
instelling "AUTO" niet gekozen worden.
Tip
U kunt de Slaaptimer zelfs gebruiken wanneer de klok
niet is ingesteld.
Timer
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert de minuten-indicatie (de
uitschakeltijd) als volgt:
AUTO* t 90MIN t 80MIN t 70MIN
t … t 10MIN t OFF
Tref de nodige voorbereidingen bij de
geluidsbron die u wilt afspelen.
6
7
Stel de stoptijd voor afspelen in
volgens de procedure bij stap 5.
Druk herhaaldelijk op . of >
totdat de gewenste geluidsbron
verschijnt.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert het display als volgt:
t TUNER y CD PLAY T
t TAPE PLAY T
wordt vervolgd
23NL
8
Druk op ENTER.
Het soort timer ("PLAY TIMER"), de
starttijd, de stoptijd en de geluidsbron
worden, na elkaar, weergegeven, voordat
de normale displayweergave weer
verschijnt.
9
Druk op ?/1 om het systeem uit te
schakelen.
Overige bedieningen
Om
Doet u het volgende
Inschakelen van de 1 Druk op CLOCK/TIMER
timer/controleren
SELECT.
van de instelling
2 Druk herhaaldelijk op .
of > totdat "PLAY
SELECT" verschijnt en druk
daarna op ENTER.
De instelling te
wijzigen
Begin opnieuw bij stap 1.
De timer uit te
schakelen
1 Druk op CLOCK/TIMER
SELECT.
2 Druk herhaaldelijk op .
of > totdat "TIMER OFF"
verschijnt en druk daarna op
ENTER.
Timeropname van
radioprogramma’s
— Opnametimer
U kunt een programma van een
voorgeprogrammeerde radiozender opnemen op
een vooraf ingesteld tijdstip.
Voor het opnemen met de timer dient u eerst de
radiozenders voor te programmeren (zie
"Voorprogrammeren van radiozenders" op
blz. 14) en de ingebouwde klok gelijk te zetten
(zie "Instellen van de klok" op blz. 9).
Gebruik de toetsen op de afstandsbediening voor
de bediening.
1
2
3
4
Druk herhaaldelijk op . of > om
"REC SET" te selecteren en druk
daarna op ENTER.
Stel de starttijd voor opname in.
Druk herhaaldelijk op . of > om het
uur in te stellen en druk daarna op ENTER.
De minuten-indicatie begint te knipperen.
Druk herhaaldelijk op . of > om de
minuten in te stellen en druk daarna op
ENTER.
5
Tip
Het systeem wordt 15 seconden vóór de ingestelde tijd
ingeschakeld.
Stel de stoptijd voor opname in
volgens de procedure bij stap 4.
Na elkaar worden het type timer ("REC
TIMER"), de starttijd, de stoptijd en de
voorkeurzender (bijvoorbeeld "TUNER
FM 5"), die opgenomen moet worden,
afgebeeld, voordat de oorspronkelijke
displayweergave weer verschijnt.
6
7
24NL
Druk op CLOCK/TIMER SET.
"ON" verschijnt en de uur-indicatie begint
te knipperen.
Opmerkingen
• U kunt de weergavetimer en de opnametimer niet
tegelijkertijd inschakelen.
• Bij gelijktijdig gebruik van de weergavetimer en de
slaaptimer, heeft de slaaptimer voorrang.
• Als het systeem op de vastgestelde tijd wordt
ingeschakeld, wordt de weergavetimer niet
geactiveerd.
• De weergavetimerinstelling blijft gehandhaafd
zolang de instelling niet handmatig wordt
geannuleerd.
Stem af op de voorgeprogrammeerde
radiozender (zie "Luisteren naar een
voorgeprogrammeerde zender" op
blz. 16).
Plaats een voor opname geschikte tape
in het deck B.
Druk op ?/1 om het systeem uit te
schakelen.
Overige bedieningen
Om
Doet u het volgende
Inschakelen van de 1 Druk op CLOCK/TIMER
timer/controleren
SELECT.
van de instelling
2 Druk herhaaldelijk op .
of > totdat "REC
SELECT" verschijnt en druk
daarna op ENTER.
De instelling te
wijzigen
Begin opnieuw bij stap 1.
De timer uit te
schakelen
1 Druk op CLOCK/TIMER
SELECT.
2 Druk herhaaldelijk op .
of > totdat "TIMER OFF"
verschijnt en druk daarna op
ENTER.
Opmerkingen
Uitschakelen van het
display
— Energiebesparingsmodus
Het demonstratiedisplay (het displayvenster en
de toetsen branden en knipperen, zelfs wanneer
de spanning van het systeem is uitgeschakeld)
en de klokindicatie kunnen worden
uitgeschakeld om de hoeveelheid stroom die in
de wachtstand verbruikt wordt zoveel mogelijk
te beperken (energiebesparingsmodus).
Druk, met het systeem uitgeschakeld,
herhaaldelijk op DISPLAY totdat het
demonstratiedisplay of het klokdisplay is
verdwenen.
De energiebesparingsmodus
uitschakelen
Display
• U kunt de weergavetimer en de opnametimer niet
tegelijkertijd inschakelen.
• Bij gelijktijdig gebruik van de opnametimer,
weergavetimer en slaaptimer, krijgt de slaaptimer
voorrang.
• Als het systeem, bij het bereiken van de ingestelde
tijd, ingeschakeld is, zal de opnametimer niet in
werking treden.
• Tijdens de opname wordt het volume tot het
minimum verminderd.
• De opnametimer wordt automatisch geannuleerd
nadat de opnametimer is geactiveerd.
Display
Druk op DISPLAY terwijl het systeem is
uitgeschakeld. Telkens wanneer u op deze toets
drukt, doorloopt het systeem de volgende
cyclus:
Demonstratieindicatie t Klokindicatie* t
Geen weergave (energiebesparingsmodus)
* Het klokdisplay verschijnt alleen indien u de tijd hebt
ingesteld.
Opmerking
De volgende bedieningen kunnen niet worden
uitgevoerd in de energiebesparingsmodus.
– instellen van de klok
– veranderen van het AM-afstemstap (behalve voor
Europese, Russische en Saoedi-Arabische modellen)
– het systeem inschakelen door op de functietoetsen te
drukken (bijv. CD)
– de CD-energiebeheerfunctie veranderen
Tips
• De timer blijft werken in de
energiebesparingsmodus.
• De ?/1 indicatie gaat banden in de
energiebesparingsmodus.
25NL
Afbeelden van informatie
over de disc op het display
U kunt de verstreken afspeelduur en de
resterende afspeelduur van de huidige track of
die van de hele disc op het display controleren.
Als een disc met MP3-audiotracks geplaatst is,
kunt u de informatie van de opname, zoals titels,
controleren.
Controleren van de
resterende afspeelduur en
titels
Druk op DISPLAY in de NORMALafspeelfunctie.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert het display als volgt:
Huidige tracknummer en verstreken
weergavetijd t Huidige tracknummer en
resterende weergavetijd1) t Resterende tijd
van de disc2) t Tracktitel en naam artiest
(alleen bij disc met MP3-audiotracks3)) t
Naam van het album (alleen bij disc met MP3audiotracks)3)) tKlokindicatie (gedurende 8
seconden) t Status geluidseffect
1)
2)
3)
26NL
"– –.– –" verschijnt bij het afspelen van MP3audiotracks.
"– –.– –" verschijnt in de ALL DISCS, SHUFFLE of
geprogrammeerde afspeelfunctie of bij het afspelen
van MP3-audiotracks.
Bij weergave van een track met een ID3-label
versie 1 of versie 2, verschijnt de informatie van het
ID3-label. Het ID3-label geeft de tracktitel, naam
van het album en de naam van de artiest weer.
Controleren van de totale
afspeeltijd en titels
Druk in de stopstand op DISPLAY.
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert het display als volgt:
x Normale weergavefunctie
Weergave TOC1) of totaal aantal albums op de
disc2) of totaal aantal tracknummers van het
huidige album2) t Albumnaam2) of Discnaam2)
t Klokindicatie (gedurende 8 seconden) t
Status geluidseffect
1)
2)
TOC = Table of Contents (Inhoudsopgave); laat het
huidige discnummer, totaal aantal tracknummers op
de disc, en de totale weergavetijd van de disc zien.
Bij discs met MP3-audiotracks worden de
albumnamen of de discnaam, afhankelijk van het
type weergave, niet getoond, afhankelijk van de
afspeelfunctie.
x Geprogrammeerde weergavefunctie
Laatste tracknummer van het programma en de
totale weergavetijd t Totaal aantal
tracknummer van het programma (gedurende 5
seconden) t Discnaam* t Klokindicatie
(gedurende 8 seconden) t Status geluidseffect
* Bij discs met MP3-audiotracks
Opmerkingen
• Bij discs met MP3-audiotracks wordt de totale
afspeeltijd niet weergegeven.
• ID3-lavel is van toepassing op versie 1 en versie 2.
• Als de weergegeven MP3-audiotrack voorzien is van
een ID3-label, wordt de informatie van het ID3-label
getoond.
• Het is mogelijk dat de verstreken en resterende
weergavetijd van een track niet nauwkeurig worden
getoond.
– bij afspelen van een MP3-audiotrack met VBR
(variabele bitsnelheid).
– bij snel spoelen in voorwaartse of achterwaartse
richting.
• Voor Russische modellen kan de informatie van
MP3 en ID3-label in Russische tekens weergegeven
worden. Het is mogelijk dat, afhankelijk van de
software voor codering/schrijven of het
opnameapparaat, de tekens niet juist weergegeven
worden.
Veranderen van de Powerindicator
Afbeelden van tuner
informatie op het display
Druk op ILLUMINATION op het apparaat.
Druk op DISPLAY terwijl u naar de radio
luistert.
Bij iedere druk op de toets verandert de Powerindicator als volgt:
MHC-GX555/RG575S/RG475S/RG470
PATTERN 1 t PATTERN 2 t PATTERN 3
t ILLUM OFF
MHC-GX355/RG255/RG270/RG170
ILLUM ON y ILLUM OFF
Telkens wanneer u op deze toets drukt,
verandert het display als volgt:
Zendernaam1) t Voorkeurnummer2) en
frequentie t Klokindicatie (gedurende 8
seconden) t Status geluidseffect
1)
2)
alleen het Europese model
Het voorkeurnummer wordt alleen getoond als u
radiozenders opslaat (blz. 14).
Display
27NL
Los verkrijgbare componenten
Aansluiten van optionele componenten
U kunt uw systeem uitbreiden door los verkrijgbare componenten aan te sluiten. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing die met de betreffende component is meegeleverd. Voor de afbeelding is een
Noord-Amerikaans model gebruikt.
Optionele, analoge component
Vanaf de audiouitgangsaansluiting
van een optionele, analoge
component
A AUDIO IN aansluiting
Gebruik een geluidskabel (niet meegeleverd)
om een extra analoge component (draagbaar
geluidsapparaat, e.d.) op deze aansluiting aan te
sluiten. U kunt dan het geluid van deze
component via dit systeem opnemen of afspelen.
28NL
Luisteren naar het geluid van
een aangesloten component
1
Sluit de geluidskabel (niet bijgeleverd) aan.
Zie "Aansluiten van optionele
componenten".
Opmerking
2
Druk, voordat de geluidskabel (niet meegeleverd),
aangesloten of losgemaakt wordt, herhaaldelijk op de
toets VOLUME – (of draai aan de VOLUMEregelknop op het apparaat linksom), om het
geluidsvolume te verlagen.
Druk herhaaldelijk op FUNCTION (of
AUDIO IN op het apparaat), totdat de
aanduiding "AUDIO IN" verschijnt.
3
Begin met het afspelen van de aangesloten
component.
Opnemen van het geluid van
een aangesloten component
1
2
Sluit de geluidskabel (niet bijgeleverd) aan.
Begin handmatig met het opnemen. Zie
"Handmatig opnemen op een tape" op
blz. 19.
Opmerkingen
• Als de aangesloten component is voorzien van een
automatische volumebegrenzingssysteem
("AVLS"), moet u ervoor zorgen dat deze functie
uitgeschakeld is bij gebruik van de AUDIO IN.
Anders moet u het geluidsvolume van de
luidsprekers verhogen, waarbij een kans op
vervorming bestaat.
• Als de aangesloten component is voorzien van een
BASS BOOST- of MEGA BASS-functie, moet u
ervoor zorgen dat deze functie uitgeschakeld is bij
gebruik van de AUDIO IN. Anders zal het geluid van
de luidsprekers vervormen.
Los verkrijgbare componenten
29NL
Algemeen
Verhelpen van storingen
Problemen en oplossingen
In het geval u een probleem met uw systeem
ondervindt, gaat u als volgt te werk:
1
Controleer of het netsnoer en de
luidsprekersnoeren op de juiste wijze en
stevig zijn aangesloten.
2
Zoek uw probleem op in onderstaande
controlelijst en voer de corrigerende
handelingen uit.
Indien het probleem aanhoudt nadat u al het
bovenstaande hebt uitgevoerd, neemt u contact
op met de dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Als de indicator ?/1 knippert
Trek onmiddellijk de stekker uit het
stopcontact en controleer volgende punten.
• Als uw systeem een
spanningskeuzeschakelaar heeft, staat de
spanningskeuzeschakelaar ingesteld op de
juiste spanning?
Kijk na wat de plaatselijk netspanning is en
controleer daarna of de
spanningskeuzeschakelaar op het juiste
voltage is ingesteld.
• Zijn de + en de – draden van de
luidsprekersnoeren kortgesloten?
• Gebruikt u alleen de voorgeschreven
luidsprekers?
• Worden de ventilatieopeningen aan de
achterzijde van het apparaat geblokkeerd?
Controleer alle bovenstaande items en los alle
gevonden problemen op. Nadat de ?/1
indicatie stopt met knipperen, sluit u het
netsnoer weer aan en schakelt u het systeem
in. Als de indicator nog steeds knippert, of
indien de oorzaak van het probleem, na
controle van bovenstaande zaken, niet
gevonden is, neem dan contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Het display begint te knipperen zodra u de
stekker van het netsnoer in het stopcontact
steekt zonder dat u het apparaat hebt
ingeschakeld (zie stap 6 van "Aansluiten van
het systeem" (blz. 6)).
• Druk, bij uitgeschakeld apparaat, twee keer op
DISPLAY. De demonstratie verdwijnt.
De indicatie "– –:– –" verschijnt op het display.
• Er is een stroomonderbreking opgetreden. Stel de
klok opnieuw in (blz. 9) en maak de timerinstellingen opnieuw (blz. 23 en 24).
De klokinstelling/voorprogrammering van de
radiozenders/timer is geannuleerd.
• Stel de volgende gegevens opnieuw in:
– "Instellen van de klok" (blz. 9)
– "Voorprogrammeren van radiozenders"
(blz. 14)
– "Inslapen met muziek" en "Ontwaken met
muziek" (blz. 23)
– "Timeropname van radioprogramma’s"
(blz. 24)
Er is geen geluid.
• Druk op VOLUME +/– of draai de VOLUME
regelknop op het apparaat rechtsom.
• Zorg dat de hoofdtelefoon niet is aangesloten.
• Controleer of de luidsprekeraansluitingen in orde
zijn (blz. 6).
• Bij gebruik van de opnametimer is er geen
audiouitgangssignaal.
Het geluid komt van slechts één kanaal, of het
links/rechts-volume is niet gebalanceerd.
• Plaats de luidsprekers zo symmetrisch mogelijk.
• Sluit de bijgeleverde luidsprekers aan.
De lage tonen ontbreken.
• Controleer of de + en – aansluitingen van de
luidspreker op de juiste wijze zijn aangesloten.
Er is veel brom of ruis.
• Zet het systeem verder weg van de storingsbron.
• Sluit het systeem aan op een ander stopcontact.
• Plaats een ruisfilter (in de handel verkrijgbaar) op
het netsnoer.
De timer kan niet worden ingesteld.
• Stel de klok opnieuw in (blz. 9).
De timer werkt niet.
• Controleer de instelling van de timer en stel de
juiste tijd in (blz. 24 en 25).
• Schakel de slaaptimer uit (blz. 23).
30NL
De afstandsbediening werkt niet.
• Verwijder het obstakel.
• Breng de afstandsbediening dichter naar het
systeem.
• Richt de afstandsbediening op de ontvangsensor
van het apparaat.
• Vervang de batterijen (R6/formaat AA).
• Plaats het systeem op grotere afstand van de TLbuisverlichting.
Er is akoestische terugkoppeling.
• Verminder het volume.
• Bij de modellen voor Latijns-Amerika, haal de
microfoon bij de luidsprekers vandaan of verander
de richting van de microfoon.
De onregelmatige kleurenweergave op het TVscherm verdwijnt niet.
• Schakel het TV-toestel uit en schakel het na 15 tot
30 minuten weer in. Indien de onregelmatige
kleurenweergave niet is verdwenen, plaats dan de
luidsprekers verder van het TV-toestel.
CD/MP3-speler
De disclade gaat niet dicht.
• Plaats de disc op correcte wijze.
• Sluit de disclade altijd door op Z op het apparaat
te drukken. Als u probeert de disclade met uw
hand dicht te duwen, kan er een storing in de
speler ontstaan.
De disclade gaat niet open.
• U kunt de disclade niet openen tijdens een CDsynchroonopname. Druk op x om de CDsynchroonopname te annuleren en druk daarna op
Z op het apparaat om de disc te verwijderen.
• Neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sonyhandelaar.
Geen beeld (alleen voor het Mexicaanse
model).
• Controleer of het systeem goed is aangesloten.
• Controleer of het apparaat is aangesloten op de
video-ingangsaansluitingen van de TV (blz. 7).
• Zorg ervoor dat de TV is ingeschakeld en op de
juiste wijze wordt bediend.
• Zorg ervoor dat u het video-ingangskanaal op het
TV-toestel hebt gekozen, zodat u de beelden van
dit systeem kunt zien.
Het afspelen begint niet.
• Open de disclade en controleer of er een disc op is
geplaatst.
• Veeg de disc schoon (blz. 35).
• Vervang de disc.
• Plaats een disc die door dit apparaat afgespeeld
kan worden (blz. 4).
• Plaats de disc op correcte wijze.
• Plaats de disc met het etiket naar boven gericht op
de disclade.
• Haal de disc eruit en veeg het vocht van de disc af,
laat het systeem daarna enkele uren ingeschakeld
staan totdat het vocht is verdampt.
• Druk op N om het afspelen te starten.
De disc-toegangstijd is te lang.
• Stel "CD POWER ON" in met behulp van de
energiebeheersfunctie van de CD-speler (blz. 15).
De disc slaat over.
• Veeg de disc schoon (blz. 35).
• Vervang de disc.
• Verplaats het systeem zo mogelijk naar een plek
zonder trillingen (bijvoorbeeld op een stabiele
stander).
• Plaats de luidsprekers zo mogelijk op grotere
afstand van het systeem, of plaats ze op aparte
standers. Wanneer u naar een track luistert met
lage tonen en een hoog volume, is de kans
aanwezig dat de door de trillingen van de
luidsprekers het geluid overslaat.
Verhelpen van storingen
De disclade gaat niet open en "LOCKED"
verschijnt.
• Neem contact op met uw Sony-handelaar of een
erkend Sony-servicecentrum in uw omgeving.
• Dit systeem is geschikt voor het NTSCkleursysteem. Controleer of uw televisie het
NTSC-kleursysteem gebruikt.
• Druk op de toets CD (of herhaaldelijk op
FUNCTION) om de functie over te schakelen naar
CD.
Het afspelen begint niet vanaf de eerste track.
• Druk herhaaldelijk op PLAY MODE totdat zowel
"PGM" als "SHUF" van het display verdwijnen
om terug te keren naar de NORMALafspeelfunctie.
MP3-audiotracks kunnen niet worden
afgespeeld.
• De opname werd niet uitgevoerd volgens het
ISO9660 Level 1 of Level 2-formaat, of Joliet in
het expansieformaat.
• De MP3-audiotrack heeft niet de extensie ".MP3".
• De gegevens zijn niet opgeslagen in het MP3
formaat.
• Discs waarop andere bestanden staan dan MPEG
1 Audio Layer-3 bestanden, kunnen niet worden
afgespeeld.
wordt vervolgd
31NL
MP3-audiotracks duren langer om af te spelen
dan andere.
• Na inlezen van alle tracks op de discs kan het
afspelen meer tijd dan gebruikelijk vergen indien:
– het aantal albums of tracks op de disc zeer groot
is.
– de indeling van de albums en tracks zeer
complex is.
De naam van het album, tracktitel en de
informatie van het ID3-label worden niet
correct weergegeven.
• Gebruik een disc die voldoet aan ISO9660 Level
1, Level 2, of Joliet in het expansieformaat.
• De ID3-label van de disc is niet versie 1 of versie
2.
• Slechts maximaal 30 tekens van de ID3-tags
worden weergegeven.
• De volgende tekens kunnen door dit apparaat
worden afgebeeld:
– Hoofdletters (A t/m Z)
– Cijfers (0 t/m 9)
– Symbolen (’ < > * + , – / @ [ \ ] _)
Overige tekens worden misschien niet juist
afgebeeld.
Tuner
Er is veel brom of ruis, of zenders kunnen niet
worden ontvangen. (Op het display knippert
de aanduiding "TUNED" of "STEREO".)
• Stel de juiste golfband en frequentie in (blz. 14).
• Zorg dat de antenne goed is aangesloten (blz. 7).
• Zoek een plaats en een oriëntatie die geschikt zijn
voor een goede ontvangst en installeer daarna de
antenne opnieuw. Indien u geen goede ontvangst
krijgt, is het raadzaam om een in de handel
verkrijgbare buitenantenne aan te sluiten.
• De bijgeleverde FM-draadantenne ontvangt de
signalen over de volle lengte. Daarom moet u de
antenne volledig uittrekken.
• Plaats de antennes zo ver mogelijk van de
luidsprekersnoeren.
• Probeer ander elektrische apparatuur in de buurt
uit te schakelen.
• Stel "CD POWER OFF" in met behulp van de
energiebeheersfunctie van de CD-speler (blz. 15).
Een stereo FM-programma kan niet in stereo
ontvangen worden.
• Druk herhaaldelijk op FM MODE totdat
"STEREO" verschijnt.
Tapedeck
De tape neemt niet op en speelt niet af, of het
geluidsniveau vermindert.
• De koppen zijn vuil. Reinig deze (blz. 35).
• De opname- en weergavekoppen zijn
gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen
(blz. 35).
De tape wordt niet volledig gewist.
• De opname- en weergavekoppen zijn
gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen
(blz. 35).
Er is veel wow of flutter, of het geluid valt weg.
• De begeleidingswielen of de aandrukrollen zijn
vuil. Reinig deze (blz. 35).
De ruis neemt toe of de hoge frequenties
worden gewist.
• De opname- en weergavekoppen zijn
gemagnetiseerd. Demagnetiseer de koppen
(blz. 35).
De tape neemt niet op.
• Er is geen cassette geplaatst. Plaats een cassette.
• Het wispreventienokje is verwijderd. Bedek de
opening waar het nokje in zat met plakband
(blz. 35).
• Het einde van de tape is bereikt.
Indien het systeem ook na het
nemen van de bovenstaande
maatregelen nog niet goed
werkt, dient u het systeem als
volgt opnieuw in te stellen:
Gebruik de toetsen op het apparaat voor de
bediening.
1
2
3
Haal de stekker uit het stopcontact.
4
Druk tegelijkertijd op x, ILLUMINATION en
op DISC 1.
Steek de stekker weer in het stopcontact.
Druk op ?/1 om het systeem in te
schakelen.
Het systeem is nu opnieuw ingesteld en de
fabrieksinstellingen zijn weer van kracht. U
moet de voorgeprogrammeerde zenders, klok en
timer opnieuw instellen.
Opmerking
U kunt het systeem in de energiebesparingstand niet
naar de fabrieksinstellingen terugstellen (blz. 25).
32NL
Meldingen
Tijdens de bediening kan er in het display één
van de onderstaande meldingen verschijnen of
knipperen.
CD/MP3
NO DISC
Er is geen disc in de speler geplaatst of u hebt een
disc geplaatst die niet kan worden afgespeeld op dit
systeem (zoals een DVD, VCD, of CD-ROM
zonder MP3-audiotracks, enz.).
NO STEP
Alle geprogrammeerde tracks zijn gewist.
OVER
U hebt het einde van de disc bereikt terwijl u M
ingedrukt houdt tijdens het afspelen of in de
pauzestand.
Timer
PUSH SELECT
U hebt geprobeerd de klok of timer in te stellen
tijdens een timerbediening.
SET CLOCK
U probeerde de timer te kiezen zonder dat de klok is
ingesteld.
SET TIMER
U hebt geprobeerd de timer te kiezen zonder dat de
weergavetimer of opnametimer is ingesteld.
TIME NG
De starttijd en de stoptijd van de opnametimer of de
weergavetimer is hetzelfde.
Overige
NOT IN USE
U hebt op een ongeldige toets gedrukt.
PUSH STOP
U hebt op PLAY MODE gedrukt tijdens het
weergeven.
STEP FULL
U probeert om 26 of meer tracks (stappen) te
programmeren.
Tuner
COMPLETE
De bediening van het voorprogrammeren is normaal
beéindigd.
Verhelpen van storingen
READING
Het systeem is bezig met het inlezen van de
informatie van de disc. Enkele toetsen zijn niet
beschikbaar.
Tape
NO TAB
U kunt de tape niet opnemen omdat het
wispreventienokje is verwijderd.
NO TAPE
Er zit geen tape in het tapedeck.
33NL
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
Netspanning
Controleer vóór gebruik van het systeem of de
bedrijfsspanning van uw systeem overeenkomt met de
plaatselijke netspanning.
Voor uw veiligheid
• Het apparaat blijft op de voeding aangesloten zolang
de stekker in het stopcontact zit, zelfs indien het
apparaat zelf is uitgeschakeld.
• Trek de stekker uit het stopcontact als u denkt het
systeem geruime tijd niet te gebruiken. Pak de
stekker vast om deze uit het stopcontact te trekken.
Trek nooit aan het snoer zelf.
• Mocht er een vast voorwerp of vloeistof in het
systeem terechtkomen, trek dan de stekker uit het
stopcontact en laat het systeem eerst door een
deskundige controleren alvorens het weer in gebruik
te nemen.
• Het netsnoer mag uitsluitend door een erkend
servicecentrum worden vernieuwd.
Installeren
• Installeer het systeem niet in een hellende positie.
• Installeer het systeem niet:
– op uiterst warme of koude plaatsen
– op stoffige of vuile plaatsen
– in een zeer vochtige omgeving
– op plaatsen die aan trillingen onderhevig zijn
– op plaatsen die zijn blootgesteld aan direct
zonlicht.
• Wees voorzichtig wanneer u het apparaat of de
luidsprekers op een ondergrond plaatst die een
speciale behandeling heeft ondergaann (met was,
olie, polijstmiddel, enz.) aangezien er hierdoor
vlekken op de ondergrond kunnen ontstaan of de
ondergrond kan gaan verkleuren.
Ontwikkeling van hitte
• Tijdens gebruik wordt het systeem warm. Dit is
echter geen defect.
• Installeer het apparaat op een plaats met voldoende
ventilatie om ontwikkeling van hitte in het apparaat
te voorkomen.
34NL
• Indien u dit systeem voortdurend op een hoog
volumeniveau gebruikt, zal de temperatuur van de
behuizing aan de bovenkant, de zijkanten en de
onderkant aanzienlijk stijgen. Om te voorkomen dat
u zich brandt, mag u de behuizing niet aanraken.
• Om een defect te voorkomen, mag de
ventilatieopening van de koelventilator niet worden
afgedekt.
Luidsprekersysteem
(Behalve voor het Mexicaanse model)
Dit luidsprekersysteem is niet magnetisch
afgeschermd. Hierdoor kan op sommige TV-toestellen
magnetische vervorming van het beeld optreden. In
dergelijke gevallen dient u de TV eenmaal uit te
schakelen en vervolgens na 15 à 30 minuten weer in te
schakelen.
Indien de storing hierdoor niet wordt
verholpen, dient u het luidsprekersysteem verder van
het TV-toestel te plaatsen.
(Alleen voor het Mexicaanse model)
Als er storing optreedt in de
kleurweergave van een dichtbij
staande TV
Doordat de voorste luidspreker magnetisch zijn
afgeschermd, kunnen ze vlakbij een televisie opgesteld
worden. Afhankelijk van het type televisiesysteem, is
het toch nog mogelijk dat u een ongewone
kleurweergave op uw televisiescherm waarneemt.
Als de kleuren onregelmatig zijn…
Schakel het TV-toestel uit en schakel het na 15 tot 30
minuten weer in. Zorg ervoor dat de rechter luidspreker
rechts, en de linker luidspreker links van het apparaat
opgesteld worden.
Als de kleuren nog steeds
onregelmatig zijn…
Plaats de luidsprekers verder weg van de televisie.
BELANGRIJKE MEDEDELING
Waarschuwing: Dit apparaat kan een stilstaand
videobeeld, menuscherm e.d. voor onbeperkte
duur op uw televisiescherm weergeven. Als u het
stilstaand videobeeld of het beeld met
beeldschermaanduidingen gedurende een lange
tijd op de TV weergeeft, loopt u het risico het TVbeeldscherm permanent te beschadigen. Ook
projectie-televisietoestellen zijn hier erg gevoelig
voor.
Bediening
Reiniging van de behuizing
• Wanner het systeem rechtstreeks van een koude naar
een warme omgeving wordt gebracht, of in een zeer
vochtige kamer wordt geplaatst, kan vocht uit de
lucht condenseren op de lens in de CD-speler. In
dergelijke gevallen zal het systeem niet juist werken.
Haal de disc eruit en laat het systeem ongeveer een
uur ingeschakeld staan totdat de condens is
verdampt.
• Zorg ervoor dat u de disc eruit haalt wanneer u het
systeem gaat verplaatsen.
Reinig de behuizing, het paneel en de regelaars met een
zachte doek die licht is bevochtigd met een oplossing
van mild schoonmaakmiddel. Gebruik hiervoor geen
schuurkussentjes, schuurpoeder of oplosmiddelen
zoals verdunner, wasbenzine of alcohol.
Indien u vragen of problemen hebt betreffende uw
systeem, neem dan contact op met uw dichtstbijzijnde
Sony-handelaar.
Beveiligen van een opgenomen tape
Om een opgenomen tape tegen abusievelijk wissen te
beveiligen, verwijdert u het nokje van kant A of B (zie
afbeelding).
Verwijder het
wispreventienokje
Opmerkingen over discs
Indien u later opnieuw op de tape wilt opnemen, dient
u de opening met plakband te bedekken.
Alvorens een tape in het tapedeck te
plaatsen
Trek de tape strak indien deze loshangt. Anders zou de
tape in het mechanisme van het tapedeck verwikkeld
kunnen raken, met kans op beschadiging.
Bij gebruik van een tape die langer is
dan 90 minuten
Een dergelijke tape rekt gemakkelijk uit. Vermijd
daarom frequent afspelen en stoppen, of frequent
vooruit- en terugspoelen. Hierdoor kan de tape in het
tapedeck verstrikt raken.
Reinigen van de koppen van het
tapedeck
Reinig de koppen na ongeveer iedere 10 uren van
gebruik. Reinig ook de koppen telkens vóór het
opnemen van belangrijk materiaal of na het afspelen
van een oude tape. Gebruik voor het reinigen een los
verkrijgbare reinigingscassette van het droge of natte
type. Voor nadere bijzonderheden dient u de
gebruiksaanwijzing van de reinigingscassette te
raadplegen.
Aanvullende informatie
• Alvorens een disc af te spelen, reinigt u deze met
behulp van een reinigingsdoekje. Veeg de disc
schoon vanuit het middengat naar de buitenrand.
• Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine,
verdunner, in de winkel verkrijgbare
schoonmaakmiddelen of antistatische spuitmiddelen
bedoeld voor LP’s van vinyl.
• Stel discs niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen, zoals heteluchtventilators, en laat
deze niet liggen in een voertuig geparkeerd in direct
zonlicht.
• Wanneer u een disc gebruikt waarop lijm of een
soortgelijke kleverige substantie op de bedrukte kant
zit, of die met een speciale inkt werd bedrukt, bestaat
de kans dat de bedrukking of de disc vast kan kleven
aan inwendige onderdelen van het systeem. Wanneer
dit gebeurt, kan het onmogelijk zijn de disc eruit te
halen en kan een storing in het systeem optreden.
Controleer of de bedrukte kant van de disc niet kleeft
voordat u deze op de disclade plaatst.
De volgende soorten discs mogen niet worden
gebruikt:
– Gehuurde of gebruikte discs met opgeplakte
etiketten waarvan de lijm buiten het etiket
uitsteekt. De rand van het etiket op de disc is
gerafeld.
– Discs die bedrukt zijn met een speciale inkt die
kleverig aanvoelt.
• Discs met een andere dan de standaard vorm (bijv.
hartvormig, vierkant, stervormig, enz.) kunnen niet
worden afgespeeld op dit systeem. Als u dit toch
probeert, kan het systeem worden beschadigd. Maak
daarom geen gebruik van dergelijke discs.
Demagnetiseren van de tapekoppen
Na elke 20 à 30 uur dient u de tapekoppen en de
metalen onderdelen die met de tape in aanraking
komen, te demagnetiseren met een los verkrijgbare
demagnetiseercassette. Voor nadere bijzonderheden
dient u de gebruiksaanwijzing van de
demagnetiseercassette te raadplegen.
35NL
Noord-Amerikaans model:
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
160 W (6 ohm bij 80 Hz,
10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
320 W (6 ohm bij 80 Hz,
10% THD)
MHC-GX555
MHC-RG470
Voorste luidspreker
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
145 + 145 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Totale harmonische vervorming
minder dan 0,07%
(6 ohm bij 1 kHz, 80 W)
Subwoofer
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
170 W (6 ohm bij 80 Hz,
10% THD)
Totale harmonische vervorming
minder dan 0,07%
(6 ohm bij 80 Hz, 90 W)
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
110 + 110 W
(6 ohm bij 1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
140 + 140 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
280 + 280 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Technische gegevens
Versterker
MHC-GX355
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
150 + 150 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Totale harmonische vervorming
minder dan 0,07%
(6 ohm bij 1 kHz, 80 W)
Canadees model:
MHC-GX255
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
65 + 65 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Totale harmonische vervorming
minder dan 0,07%
(6 ohm bij 1 kHz, 40 W)
Europese en Russische modellen:
MHC-RG475S
Voorste luidspreker
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
110 + 110 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
140 + 140 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
280 + 280 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Subwoofer
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
130 W (6 ohm bij
80 Hz, DIN)
36NL
MHC-RG270
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
80 + 80 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
100 + 100 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
200 + 200 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
MHC-RG170
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
20 + 20 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
25 + 25 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Muziek-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
50 + 50 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Overige modellen:
MHC-RG575S
Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V
wisselstroom 50/60 Hz
Voorste luidspreker
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
100 +100 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
125 + 125 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Subwoofer
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
120 W (6 ohm bij
80 Hz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
150 W (6 ohm bij 80 Hz,
10% THD)
MHC-RG475S
Voorste luidspreker
Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V
wisselstroom 50/60 Hz
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
100 +100 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
120 + 120 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Subwoofer
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
120 W (6 ohm bij
80 Hz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
150 W (6 ohm bij 80 Hz,
10% THD)
MHC-RG470
Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V
wisselstroom 50/60 Hz
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
130 + 130 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
160 + 160 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
MHC-RG270
MHC-RG170
Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V
wisselstroom 50/60 Hz
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
50 + 50 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
65 + 65 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Ingangen
AUDIO IN (stereo-mini-aansluiting):
spanning 250 mV,
impedantie 47 kilohm
MIC (microfoonaansluiting)
(Alleen voor het Latijns Amerikaans model):
gevoeligheid 1 mV,
impedantie 10 kilohm
CD-speler
Systeem
Compact disc en digitaal
audiosysteem
Eigenschappen laserdiode Emissieduur:
continu
Laser-uitgangsvermogen*:
minder dan 44,6 µW
* Dit uitgangsvermogen is de waarde, gemeten op 200
mm afstand van het oppervlak van de objectieflens
op de optische pick-up bij een diafragma van 7 mm.
Frequentiebereik
Signaal-ruisverhouding
Dynamisch bereik
2 Hz – 20 kHz (±0,5 dB)
Meer dan 90 dB
Meer dan 90 dB
Tapedeck
Opnamesysteem
Frequentiebereik
Wow en flutter
4-sporen 2-kanaals, stereo
50 – 13.000 Hz (±3 dB), bij
gebruik van Sony TYPE I
cassette
±0,15% W. Piek (IEC)
0,1% W. RMS (NAB)
±0,2% W. Piek (DIN)
Aanvullende informatie
Het volgende is gemeten bij 120, 127, 220, 240 V
wisselstroom 50/60 Hz
DIN-uitgangsvermogen (nominaal):
100 +100 W (6 ohm bij
1 kHz, DIN)
Continu RMS-uitgangsvermogen (referentiewaarde):
125 + 125 W (6 ohm bij
1 kHz, 10% THD)
Uitgangen
PHONES (stereo-mini-aansluiting):
voor aansluiting van een
hoofdtelefoon met een
impedantie van 8 ohm of
meer
VIDEO OUT (tulpstekker)
(Alleen voor het Mexicaanse model)
maximaaal uitgangsniveau
1Vp-p, asymetrisch, Syncnegatief,
belastingsimpedantie
75 ohm
SPEAKER:
geschikt voor impedantie
van 6 tot 16 ohm
SUBWOOFER OUT (Alleen voor MHC-GX555/
RG575S/RG475S):
geschikt voor impedantie
van 6 tot 16 ohm
Tuner
FM-stereo, FM/AM superheterodyne tuner
FM-tuner
Afstembereik
Noord-Amerikaans model:
Ander modellen:
Antenne
Antenne-aansluitingen
Middenfrequentie
87,5 – 108,0 MHz
(100-kHz stap)
87,5 – 108,0 MHz
(50-kHz stap)
FM-draadantenne
75 ohm asymmetrisch
10,7 MHz
wordt vervolgd
37NL
AM-tuner
Afstembereik
Pan-Amerikaanse modellen:
530 – 1.710 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 10 kHz)
531 – 1.710 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 9 kHz)
Europese, Russische en Saoedi-Arabische modellen:
531 – 1.602 kHz (met
interval ingesteld op
9 kHz)
Overige modellen:
530 – 1.710 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 10 kHz)
531 – 1.602 kHz
(met het afsteminterval
ingesteld op 9 kHz)
Antenne
AM-raamantenne
Middenfrequentie
450 kHz
Luidspreker
Noord-Amerikaans model:
Voorste luidspreker SS-GX555 voor MHCGX555
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Woofer:
Subwoofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
13 cm, conus-type
13 cm, conus-type
5 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 230 × 345 × 235 mm
Ong. 3,8 kg per luidspreker
Subwoofer SS-WG555 voor de MHC-GX555
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Woofer:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
Luidsprekereenheden
Woofer:
Subwoofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
38NL
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Supertweeter:
Woofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
20 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 265 × 325 × 330 mm
Ong. 5,5 kg
3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
13 cm, conus-type
13 cm, conus-type
5 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 230 × 345 × 235 mm
Ong. 3,8 kg per luidspreker
3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
2 cm, koepel-type
13 cm, conus-type
5 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 200 × 325 × 230 mm
Ong. 3,0 kg per luidspreker
Europese en Russische modellen:
Voorste luidspreker SS-RG475 voor MHCRG475S
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Woofer:
Subwoofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
13 cm, conus-type
13 cm, conus-type
5 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 230 × 345 × 235 mm
Ong. 3,8 kg per luidspreker
Subwoofer SS-WG475 voor MHC-RG475S
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Woofer:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
Basreflex-type
20 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 265 × 325 × 330 mm
Ong. 5,5 kg
Voorste luidspreker SS-RG575 voor MHCRG470
Luidsprekersysteem
Basreflex-type
Voorste luidspreker SS-GX555 voor MHCGX355
Luidsprekersysteem
Canadees model:
Voorste luidspreker SS-GX255 voor MHCGX255
Luidsprekereenheden
Subwoofer:
Woofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
3-weg, 4-eenheden,
basreflex-type
15 cm, conus-type
15 cm, conus-type
5 cm × 2, conus-type
6 ohm
Ong. 245 × 380 × 290 mm
Ong. 5,5 kg per luidspreker
Voorste luidspreker SS-RG475 voor MHCRG270
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Woofer:
Subwoofer:
Tweeter:
3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
13 cm, conus-type
13 cm, conus-type
5 cm, conus-type
Subwoofer SS-WG475 voor de MHCRG475S
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Woofer:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
Basreflex-type
20 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 265 × 325 × 330 mm
Ong. 5,5 kg
Voorste luidspreker SS-RG575 voor MHCRG470
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Subwoofer:
Woofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
3-weg, 4-eenheden,
basreflex-type
15 cm, conus-type
15 cm, conus-type
5 cm × 2, conus-type
6 ohm
Ong. 245 × 380 × 290 mm
Ong. 5,5 kg per luidspreker
Voorste luidspreker SS-RG475 voor MHCRG270
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Woofer:
Subwoofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
13 cm, conus-type
13 cm, conus-type
5 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 230 × 345 × 235 mm
Ong. 3,8 kg per luidspreker
Voorste luidspreker SS-RG170 voor MHCRG170
Luidsprekersysteem
Luidsprekereenheden
Supertweeter:
Woofer:
Tweeter:
Nominale impedantie
Afmetingen (b/h/d)
Gewicht
40NL
3-weg, 3-eenheden,
basreflex-type
2 cm, koepel-type
13 cm, conus-type
5 cm, conus-type
6 ohm
Ong. 200 × 325 × 230 mm
Ong. 3,0 kg per luidspreker
Algemeen
Stroomvoorziening
Noord-Amerikaanse model:
120 V wisselstroom, 60 Hz
Europese en Russische modellen:
230 V wisselstroom,
50/60 Hz
Australisch model:
230 – 240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Model voor Argentinië: 220 V wisselstroom,
50/60 Hz
Mexicaans model:
127 V wisselstroom, 60 Hz
Saoedi-Arabische modellen:
120 – 127, 220 of 230 –
240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Instelbaar met
spanningskeuzeschakelaar
Overige modellen:
120 V, 220 V of
230 – 240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Instelbaar met
spanningskeuzeschakelaar
Stroomverbruik
Model voor de V.S.:
MHC-GX555:
285 W
MHC-GX355:
210 W
Canadees model:
MHC-GX555:
380 VA
MHC-GX355:
290 VA
MHC-GX255:
110 W
Europese en Russische modellen:
MHC-RG475S:
300 W
0,35 W (in de
energiebesparingsmodus)
MHC-RG470:
240 W
0,35 W (in de
energiebesparingsmodus)
MHC-RG270:
190 W
0,35 W (in de
energiebesparingsmodus)
MHC-RG170:
70 W
0,35 W (in de
energiebesparingsmodus)
Mexicaans model:
MHC-RG575S:
300 W
MHC-RG470:
170 W
MHC-RG270:
210 W
Overige modellen:
MHC-RG575S:
MHC-RG475S:
MHC-RG470:
MHC-RG270:
MHC-RG170:
300 W
300 W
170 W
210 W
125 W
Afmetingen (b/h/d) (excl. luidsprekers)
Ong. 280 × 325 × 430 mm
Gewich (excl. luidsprekers)
Noord-Amerikaanse model:
MHC-GX555:
Ong. 10,5 kg
MHC-GX355:
Ong. 10,0 kg
Canadees model:
MHC-GX555:
Ong. 10,5 kg
MHC-GX355:
Ong. 10,0 kg
MHC-GX255:
Ong. 8,5 kg
Europese en Russische modellen:
MHC-RG475S:
Ong. 10,5 kg
MHC-RG470:
Ong. 10,0 kg
MHC-RG270:
Ong. 8,7 kg
MHC-RG170:
Ong. 7,2 kg
Overige modellen:
MHC-RG575S:
Ong. 10,5 kg
MHC-RG475S:
Ong. 10,5 kg
MHC-RG470:
Ong. 10,4 kg
MHC-RG270:
Ong. 10,0 kg
MHC-RG170:
Ong. 8,5 kg
Bijgeleverde accessoires
Aanvullende informatie
Afstandsbediening (1)
R6 (formaat AA) batterijen
(2)
AM-raamantenne (1)
FM-draadantenne (1)
Videokabel (Alleen voor
het Mexicaanse model) (1)
Luidsprekerkussens
MHC-GX555/RG575S/
RG475S (12)
MHC-GX355/GX255/
RG470/RG270/RG170
(8)
Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
41NL
Overzicht van de plaats van de toetsen en hun referentiebladzijden
Gebruik van deze bladzijde
Nummer van afbeelding
r
Gebruik deze bladzijde om de plaatsen van toetsen en
andere in de tekst genoemde onderdelen van het
systeem te kunnen vinden.
TAPE A/B e; (18, 19, 22)
R
R
Naam van toets/onderdeel Bijbehorende
Hoofdapparaat
ALFABETISCHE VOLGORDE
BESCHRIJVING VAN DE TOETSEN
A–H
I–Z
Afstandsbedieningssensor 7
ALBUM +/– qs (11, 13, 19)
AUDIO IN wl (19, 28)
AUDIO IN aansluiting wf (28)
Bedieningsknop (– EQ +/l
L/– TUNING +) qj (21/11,
13, 18/14, 16)
CD es (8, 10, 13, 19)
CD SYNC wj (19)
DISC 1 – 3 qa (11, 13, 32)
DISC SKIP/EX-CHANGE qd
(10, 11, 13, 19)
Disclade 0 (10)
DISPLAY 3 (17, 25, 26)
Displayvenster 5
ECHO LEVEL1) wa (22)
EFFECT ON/OFF 4 (20)
ENTER 4 (13, 14, 21)
EQ BAND qs (21)
GROOVE 4 (20)
ILLUMINATION 2 (27, 32)
MIC aansluiting2) wd (22)
MIC LEVEL2) ws (22)
MULTIPLEX1) 6 (22)
P FILE 4 (21)
PHONES aansluiting w;
PLAY MODE 8 (11, 13, 18)
Power-indicator qg (27)
PRESET EQ 4 (20)
REC PAUSE/START wk (19, 22)
SUBWOOFER ON/OFF3) 9
(20)
SURROUND 4 (21)
TAPE A/B e; (18, 19, 22)
Tapedeck A wg (18)
Tapedeck B qk (18, 19, 22)
TUNER/BAND ea (14, 16, 19)
TUNING MODE 8 (14, 16)
VOLUME -regelaar ql (20)
?/1 (spanning) 1 (8, 15, 25, 30,
32)
X (pauzeren) qs (11, 18)
x (stop) qs (11, 18, 22, 32)
M (vooruit spoelen) qs (11, 18)
N (afspelen) qs (11, 18)
m (terugspoelen) qs (11, 18)
Z (Afstemmen) qf (10)
PUSH Z (deck B) (uitwerpen) qh
(18)
Z PUSH (deck A) (uitwerpen) wh
(18)
1)
Alleen voor het Mexicaanse
model
2)
Alleen voor het LatijnsAmerikaanse model
(Mexicaanse modellen zijn
uitgerust met
2 microfoonaansluitingen)
3)Alleen voor MHC-GX555/
RG575S/RG475S
1 2 3 456789q;
es
ea
e;
wl
wk
wj
wh
wg
L
l
j
H
S
s
A
B
wf
wd ws wa
42NL
qa
qs
qd
qf
qg
qh
qj
qk
ql
w;
Afstandsbediening
ALFABETISCHE
VOLGORDE
BESCHRIJVING VAN DE
TOETSEN
F–Z
A–E
?/1 (spanning) 1 (8, 24)
m/M (terugspoelen/vooruit
spoelen) 7 (11, 18)
N (afspelen) 8 (11, 18)
X (pauzeren) 8 (11, 18)
x (stoppen) 8 (11, 18)
+/– (afstemmen) qh (14)
./> (spring achteruit/
spring vooruit) qh (9, 11, 18)
FM MODE 4 (16)
FUNCTION 6 (10, 13, 14, 16,
18, 28)
PLAY MODE w; (11, 13, 18)
REPEAT 4 (12)
SLEEP ws (23)
TAPE qj
TUNER BAND 5 (14, 16)
TUNER MEMORY ql (14)
TUNING MODE w; (14, 16)
VOLUME +/– qs (20, 23)
ALBUM + qa (11, 13)
ALBUM – qd (11, 13)
CD qk (10, 13)
CLEAR qg (13)
CLOCK/TIMER SELECT 2
(24, 25)
CLOCK/TIMER SET 3 (9, 23,
24)
DISC SKIP q; (11, 13)
DISPLAY wa (17, 25, 26)
ENTER 9 (9, 13, 14, 23, 24)
EQ qf (20)
1
2
3
4
5
6
7
8
qg
9
qf
q;
qd
qa
Aanvullende informatie
ws
wa
w;
ql
qk
qj
qh
qs
43NL