9. Laad het batterijpak niet op in een kist, een
container e.d. Om het batterijpak op te laden,
dient u dit in een goed geventileerde ruimte te
plaatsen.
BIJGEVOEGDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR DE MACHINE
1. Gebruik de stofzuiger niet in de nabijheid van
licht ontvlambare stoffen zoals benzine, gas,
verf- en kleefstoffen.
2. Zuig geen nat stof of vuil op.
3. Zuig geen kleverige zaken op.
4. Zuig geen pennen of punaises op.
5. Zuig geen brandende peuken of iets dergelijks
op.
6. Is een nogal groot brok opgezogen en het
zuigen gaat moeilijk, schakel dan de stof-
zuiger onmiddellijk uit en verwijder het brok.
7. Zorg er voor dat niets in de uitlaatopening
terecht komt.
8. Breng de stofzuiger niet in de nabijheid van
verwarmingsapparaten en andere hittebron-
nen.
9. Schakel de stofzuiger uit zodra u iets abnor-
maals opmerkt.
10. Verwijder en ledig de stofzak altijd alvorens de
stofzuiger te gebruiken of nadat het werk is
gedaan. Een volle stofzak veroorzaakt proble-
men en kan zelfs schade toebrengen.
11. Wanneer de stofzuiger niet in gebruik is,
bewaar hem op een droge plaats.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN
Plaatsen en verwijderen van batterij (Fig. 1)
•
Schakel de machine altijd uit voordat een batterij
geplaatst of verwijdert wordt.
•
Om de batterij te verwijderen, wordt de sluitplaat
losgetrokken en de batterij met twee vingers uit het
handvat gehaald.
•
Voor het plaatsen van de batterij zorgt u ervoor dat
de rug op de batterij in de groef van het batterijkom-
partiment komt, waarna u de batterij naar binnen
schuift. Klapalvorens het gereedschap te gebruiken
de sluitplaat oftewel deksel weer dicht, kontroleer of
de sluitplaat goed vast geklemd zit en niet
gemakkelijk opengaat.
•
Als het batterijpak moeilijk in de houder komt,
probeer het dan niet met geweld in te duwen. Indien
het batterijpak er niet gemakkelijk ingaat, dan houdt
u het verkeerd om.
Opladen (Fig. 2)
1. Sluit de oplader aan op een stopcontact.
2. Plaats de batterij in de oplader zodat de plus en
min klemmen van de batterij overeenkomen met
de plus en min markeringen op de oplader. Schuif
de batterij zo ver mogelijk in de opening, zodat
deze op de bodem van de laderopening rust.
3. Eens de batterij erin zit, zal het oplaadlampje rood
knipperen en zal het opladen beginnen.
4. Nadat het opladen is voltooid, zal het oplaad-
lampje uitgaan. De oplaadtijd is als volgt:
Batterij 7000, 7100, 7120, 9000, 9100, 9100A,
9120: ca. 60 minuten
5. Indien u de batterij in de oplader laat zitten nadat
het opladen is voltooid, zal de oplader over-
schakelen naar de ‘‘bijladen (handhaven van de
lading)’’ stand.
6. Verwijder de batterij van de oplader en trek de
stekker van de oplader uit het stopcontact nadat
het opladen is voltooid.
Accu-model
Capaciteit
(mAh)
Aantal cellen
7000 1 300 6
LET OP:
•
De oplader is uitsluitend bestemd voor het laden
van Makita batterijen. Gebruik deze nooit voor
andere doeleinden of voor het laden van batterijen
van andere fabrikanten.
•
Een nieuwe batterij of een batterij die gedurende
lange tijd niet werd gebruikt, kan soms niet volledig
worden geladen. Dit is normaal en wijst niet op een
defect. Nadat de batterij een paar keer volledig is
ontladen en herladen, kunt u deze weer volledig
laden.
•
Wanneer u de batterij van een zojuist gebruikt
gereedschap wilt laden, of een batterij die voor
langere tijd aan direct zonlicht of hitte werd bloot-
gesteld, moet u deze eerst laten afkoelen. Steek
daarna de batterij erin en laad hem op.
•
Bij het laden van een nieuwe batterij of een batterij
die gedurende lange tijd niet werd gebruikt, gebeurt
het soms dat het oplaadlampje na korte tijd uitgaat.
Neem in zo’n geval de batterij eruit en steek deze
weer erin. Indien het oplaadlampje binnen één
minuut uitgaat zelfs nadat deze procedure een paar
malen werd herhaald, is de batterij versleten. Ver-
vang deze door een nieuwe.
Bijladen (Handhaven van de lading)
Wanneer u een volledig opgeladen batterij in de
oplader laat zitten om spontaan ontladen te voorko-
men, zal de oplader overschakelen naar de ‘‘Bijladen
(Handhaven van de lading)’’ stand waardoor de bat-
terij vers en in volledig opgeladen toestand wordt
gehouden.
18
4071D (Nl) (’100. 3. 22)