Toro 20in Turf Seeder Handleiding

Type
Handleiding
FormNo.3434-265RevA
51cmgraszaaimachine
Modelnr.:23508—Serienr.:400000000enhoger
Registreeruwproductopwww.Toro.com.
Vertalingvandeoorspronkelijketekst(NL)
*3434-265*A
DitproductvoldoetaanallerelevanteEuropese
richtlijnen;zievoordetailsdeaparteproductspecieke
conformiteitsverklaring.
Alsdemachinezondergoedwerkendevonkenvanger
ofgoedonderhoudenbrandveiligemotorwordt
gebruiktineenbosgebiedofopeenmetdicht
struikgewasofgrasbegroeidterrein,handeltde
bestuurderinstrijdmetdebepalingenvansectie4442
vandeWetopdeOpenbareHulpbronnen(Public
ResourcesCode)vandeStaatCalifornië.Inandere
landenofstatenkunnensoortgelijkewettenvan
krachtzijn.
Omdaterinsommigeregio'snationaleofplaatselijke
voorschriftengeldendievereisendatereen
vonkenvangeropdemotorvandezemachine
wordtgebruikt,isereenoptionelevonkenvanger
verkrijgbaar.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealeralsueenvonkenvangernodighebt.De
vonkenvangersvanTorozijngoedgekeurddoorde
AmerikaanseUSDAForestService.
DebijdezemotorgeleverdeGebruikershandleiding
bevatinformatieoverhetEnvironmentalProtection
Agency(EPA)indeVerenigdeStaten,over
deCaliforniaEmissionControlRegulationvoor
emissiesystemen,enoveronderhoudengarantie.
Bestelvervangonderdelenbijdefabrikantvande
motor.
WAARSCHUWING
CALIFORNIË
Proposition65Waarschuwing
Deuitlaatgassenvandemotorvan
ditproductbevattenchemische
stoffenwaarvanbekendisdatze
kanker,geboorteafwijkingenofandere
schadeaandevoortplantingsorganen
kunnenveroorzaken.
Gebruikvanditproductkanleidentot
blootstellingaanchemischestoffen
waarvandeStaatCaliforniëweetdatze
kanker,geboorteafwijkingenenandere
schadeaanhetvoortplantingssysteem
veroorzaken.
Inleiding
Dezemachinewordtgebruiktvoorhetinzaaien,
verticuterenenharkenvangras,zowelvoorhet
verbeterenvanbestaandgrasalshetinzaaien
vannieuwgras.Demachineisbedoeldvoor
kleinetotmiddelgrotegrasmattenvanwoningen
enbedrijfsgebouwen.Gebruikvanditproductvoor
anderedoeleindendandezekangevaarlijkzijnvooru
ofomstanders.
Leesdezeinformatiezorgvuldigdoor,zodatuweet
hoeudemachineopdejuistewijzemoetgebruiken
enonderhoudenenomletselenschadeaande
machinetevoorkomen.Ubentverantwoordelijkvoor
hetjuisteenveiligegebruikvandemachine.
Bezoekwww.toro.comvoorinformatieover
accessoires,omeendealertezoekenofomuw
productteregistreren.
Alsuservice,origineleToroonderdelenofaanvullende
informatienodighebt,kuntucontactopnemenmet
eenerkendeservicedealerofmetdeklantenservice
vanT oro.Udienthierbijaltijdhetmodelnummeren
hetserienummervanhetproducttevermelden.De
locatievanhetplaatjemethetmodelnummeren
hetserienummervanhetproductisaangegevenop
Figuur1.Ukuntdenummersnotereninderuimte
hieronder.
Belangrijk:Metuwmobieledevicekunt
udeQR-code(indienaanwezig)ophet
serienummer-plaatjescannen,ofganaar
www.Toro.comvoorinformatieoverdegarantie,
onderdelen,enz.
g252246
Figuur1
1.Plaatsvanmodelnummerenserienummer
Modelnr.:
Serienr.:
Erwordenindezehandleidingeenaantalmogelijke
gevareneneenaantalveiligheidsberichtengenoemd
(Figuur2)metdevolgendewaarschuwingssymbolen,
©2019—TheToro®Company
8111LyndaleAvenueSouth
Bloomington,MN55420
2
Ukuntcontactmetonsopnemenopwww.Toro.com.
GedruktindeVS
Allerechtenvoorbehouden
dieduidenopeengevaarlijkesituatiediezwaar
lichamelijkletselofdedoodtotgevolgkanhebben
wanneerdeveiligheidsvoorschriftennietinacht
wordengenomen.
g000502
Figuur2
Waarschuwingssymbool
Erwordenindezehandleidingtweewoordengebruikt
omuwaandachtopbijzondereinformatietevestigen.
Belangrijkattendeertuopbijzonderetechnische
informatieenOpmerkingduidtalgemeneinformatie
aandiebijzondereaandachtverdient.
Inhoud
Veiligheid..................................................................4
Algemeneveiligheid...........................................4
Veiligheids-eninstructiestickers........................5
Montage....................................................................8
1Deduwboomuitklappen..................................8
2Hetmotoroliepeilcontroleren...........................8
3MonterenvanCEombouwset..........................8
Algemeenoverzichtvandemachine.........................9
Bedieningsorganen...........................................9
Specicaties.....................................................11
Aandraaimomenten...........................................11
Werktuigen/accessoires....................................11
Voorgebruik........................................................12
Veiligheidvóórgebruik......................................12
Brandstofbijvullen............................................12
Hetmotoroliepeilcontroleren............................13
Instellenvandemesdiepte..............................13
Indicatievandezaaidichtheid...........................13
Dekselvanhetzaadreservoir...........................14
Tijdensgebruik....................................................14
Veiligheidtijdensgebruik..................................14
Demachineveiliggebruikenop
hellingen.......................................................15
Demachinestarten..........................................15
Demachineuitschakelen..................................15
Derijaandrijvinggebruiken..............................16
Beugelvandemesaandrijving.........................16
Gebruikvandemachine...................................17
Tipsvoorbedieningengebruik.........................17
Nagebruik...........................................................18
Veiligheidnahetwerk.......................................18
Demachinetransporteren................................18
Uitschakelenvandehydrostatische
aandrijving...................................................18
Onderhoud..............................................................19
Demachineveiligonderhouden........................19
Aanbevolenonderhoudsschema.........................19
Proceduresvoorafgaandeaanonderhoud...........20
Maakdebougiekabellos..................................20
Smering...............................................................20
Smerenvandelagersvandeverticuteer-as
......................................................................20
Onderhoudmotor................................................21
Veiligheidvandemotor.....................................21
Onderhoudvanhetluchtlter............................21
Motorolieverversen/oliepeilcontroleren...........22
Onderhoudvandebougie................................23
Controlerenvandevonkenvanger....................23
Onderhoudbrandstofsysteem.............................24
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank............24
Onderhoudaandrijfsysteem................................25
Bandenspanningcontroleren............................25
Derijaandrijvingafstellen..................................25
Hydraulischetransmissievloeistofverversen
......................................................................25
Onderhoudriemen..............................................26
Verwijderenvanderiembeschermkap..............26
Monterenvanderiembeschermkap..................26
Destaatvanderiemencontroleren...................27
Instellenvandespanningvanderiemvan
derijaandrijving............................................27
Onderhoudvandemessen.................................28
Controlerenenvervangenvandemessen
......................................................................28
Onderhoudvandezaadschuif.............................29
Controlerenvandezaadschuif.........................29
Instellenvandezaadschuifindegesloten
stand............................................................29
Reiniging.............................................................30
Wassenvandemachine...................................30
Reinigingvandemotor....................................30
Reinigenvandeonderkantvande
machine........................................................30
Ruimteonderdedrijfriemkapreinigen
......................................................................31
Reinigenvandezaadschuif..............................31
Stalling....................................................................32
Demachineveiligstallen..................................32
Demachinestallen...........................................32
Demachineuitdestallinghalen........................32
Problemen,oorzaakenremedie.............................33
3
Veiligheid
Dezemachineisontworpeninovereenstemmingmet
ANSIB71.4-2017enENISO5395-2.Onjuistgebruik
ofonderhouddoordegebruikerofeigenaarkanletsel
veroorzaken.Omhetrisicoopletselteverkleinen,
dientuzichaandevolgendeveiligheidsinstructieste
houdenenaltijdophetveiligheidssymbool(Figuur
2)teletten,datbetekentVoorzichtig,Waarschuwing
ofGevaarinstructievoorpersoonlijkeveiligheid.
Niet-nalevingvandeinstructiekanleidentot
lichamelijkofdodelijkletsel.
Algemeneveiligheid
Ditproductkanhandenofvoetenverwonden
envoorwerpenuitwerpen.Volgaltijdalle
veiligheidsinstructiesopomernstigletselte
voorkomen.
LeesdeGebruikershandleidingenverzekerdatu
dezebegrijptvoordatudemotorstart.
Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelenvandemachine.
Gebruikdemachinenietalserschermenof
anderebeveiligingsmiddelenontbrekenofals
dezenietwerken.
Houkinderenenomstandersuithetwerkgebied.
Laatkinderennooitdemachinebedienen.
Stopdemachineenzetdemotoruitvoordatu
servicewerkzaamhedenuitvoert,brandstofbijvult
ofverstoppingenverwijdert.
Onjuistgebruikofonderhoudvandezemachine
kanletseltotgevolghebben.Omhetrisicoop
letselteverkleinen,dientuzichaandevolgende
veiligheidsinstructiestehoudenenaltijdophet
veiligheidssymbool(Figuur2)teletten,datbetekent
Voorzichtig,WaarschuwingofGevaarinstructie
voorpersoonlijkeveiligheid.Niet-nalevingvandeze
instructieskanleidentotlichamelijkofdodelijkletsel.
4
Veiligheids-eninstructiestickers
Veiligheidsstickersenveiligheidsinstructieszijngemakkelijkzichtbaarvoordebestuurder
enbevindenzichbijplaatsenwaargevaarkanontstaan.Vervangallebeschadigdeof
ontbrekendestickers.
decal93-7321
93-7321
1.Gevaaropamputatieofsnijletselaandehandenenvoeten,
roterendemessen:komnietindebuurtvanbewegende
onderdelen.
decal115-9625
115-9625
1.Parkeerrembuiten
werking
2.Parkeerreminwerking
decal116-8535
116-8535
1.Lagezaadtoevoersnelheid2.Hogezaadtoevoersnel-
heid
decal116-8536
116-8536
1.Messen:drukopdehendelentrekhetbedieningselement
tegendeduwboomomdemesseninteschakelen.
decal117-4979
117-4979
1.Risicoomgegrepenteworden,riemBlijfopafstandvan
bewegendedelen;zorgdatallebeschermendedelenop
hunplaatszijn.
decal121-6203
121-6203
1.Omloophendel,machine
gebruiken
3.Leesde
Gebruikershandleiding
2.Omloophendel,machine
metdehandduwen
5
decal126-0296
126-0296
1.LeesdeGebruikershand-
leidingalvorensonder-
houdswerkzaamhedenuit
tevoeren.
4.Controleerdespanning
vandeaandrijfriemom
de25bedrijfsuren,zie
deGebruikershandleiding
voormeerinformatie.
2.Controleerde
bandenspanningom
de50bedrijfsuren.
5.Gebruikershandleiding
3.Smeerdebetreffende
puntenomde25
bedrijfsurenmetvet.
decal126-2446
126-2446
1.Messenomhoog:“T”=
Transportstand
3.“H”=grootstewerkdiepte,
mesgeheelomlaag
2.“A”totenmet“H”=
toenemendewerkdiepte
decal133-8062
133-8062
decal116-8537
116-8537
6
decal116-8648
116-8648
1.OmdemotortestartenleestueerstdeGebruikershandleiding
-(1)Parkeerdemachineopeenvlakkeondergrond(2)vul
demotormetolie(3)Zetdebedieningselementenopde
neutraal-stand(4)Startdemotor.
3.Verticuteermessen:laatdebeugelvandemessenlos
(neutraalstand)omdemessenuitteschakelen;drukde
beugelvandemessentegendeduwboomomdemessen
inteschakelen.
2.Rij-aandrijving:duwdebeugelvanderijaandrijvingnaar
vorenomdemachinenaarvorentelatenrijden;drukde
beugelvanderijaandrijvingnaarbenedenomdemachine
achteruittelatenrijden.
4.Zaadreservoiringeschakeld;zaadreservoiruitgeschakeld;
decal121-2011
121-2011
1.WaarschuwingLeesde
Gebruikershandleiding.
3.Gevaarvanweggeslin-
gerdeobjecten,verwijder
rommelvoorgebruikvan
demachine.
5.Gevaarvanweggeslin-
gerdeobjectenHoud
omstandersopeenaf-
stand.
7.WaarschuwingZetde
motorafenmaakde
bougiekabellosvoordat
uonderhoudswerkzaam-
hedenaandemachine
uitvoert.
2.WaarschuwingGebruik
dezemachineuitsluitend
alsuhiervoorinstructie
hebtontvangen.
4.Waarschuwing:houuw
handenuitdebuurtvan
bewegendedelenenhoud
allebeschermendedelen
ophunplaats.
6.WaarschuwingZetde
motorafvoordatude
machineachterlaat.
7
Montage
1
Deduwboomuitklappen
Geenonderdelenvereist
Procedure
1.Zetdeduwboomindewerkstand(Figuur3).
g029059
Figuur3
2.Schuifdeovaleborgringennaarbeneden
aanelkekantvanhetbovenstedeelvande
duwboom,overhetonderstedeel(Figuur3),
zodatdetweedelenaanelkaarzijngekoppeld.
2
Hetmotoroliepeil
controleren
Geenonderdelenvereist
Procedure
ZieHetmotoroliepeilcontroleren(bladz.22).
3
MonterenvanCE
ombouwset
Benodigdeonderdelenvoordezestap:
1
CEombouwset(optioneleuitrusting—afzonderlijk
verkrijgbaar)
Procedure
VoormachinesdieaandeCE-eisenmoetenvoldoen
dientdeoptioneleCEombouwsetgemonteerdte
worden;ziedemontage-instructiesvoordeCE
ombouwset.
8
Algemeenoverzicht
vandemachine
g252290
Figuur4
1.Hendelvande
zaadtoevoer
6.Zaadreservoirendeksel
2.Beugelvande
rijaandrijving
7.Indicatievande
zaaidichtheid
3.Duwboom8.Diepteregeling
4.Beugelvande
mesaandrijving
9.Handgreepvanstartkoord
5.Dopvanbrandstoftank
g252291
Figuur5
1.Handgreepvanstartkoord
6.Gashendel
2.Brandstofklep
7.Peilstok
3.Chokehendel
8.Olie-aftapplug
4.Luchtlter9.Aan-/Uit-schakelaar
5.Dopvanbrandstoftank
Bedieningsorganen
Chokehendel
Voorhetstartenvaneenkoudemotorzetude
chokehendel(Figuur5)naarlinks.Nadatdemotor
isgestart,kuntumetbehulpvandechokedemotor
regelmatiglatenlopen.Zetdechokehendelzosnel
mogelijkgeheelnaarrechts.
Opmerking:Alsdemotorwarmis,hoeftdechoke
nietofnauwelijkstewordengebruikt.
Gashendel
Degashendel(Figuur5)bevindtzichopdemotor
enregelthetmotortoerental.Zetdegashendelnaar
achterenomhetmotortoerentalteverhogen,ennaar
vorenomhetmotortoerentalteverlagen.
Motoraan/uit-schakelaar
Demotoraan/uit-schakelaar(Figuur5)bevindtzich
rechtsvooropdemotor.Draaideschakelaarnaar
rechts,indeAAN-standalvorensdemotorinte
schakelen.Draaideschakelaarnaarlinks,inde
UIT-standomdemotortestoppen.
9
Brandstofafsluitklep
Debrandstofklep(Figuur5)bevindtzichdemotor.
Hiermeeschakeltudebrandstoftoevoeruitalsde
machinemeerderedagennietwordtgebruikt,bij
transportvanennaardewerkplek,enalsdemachine
ineengebouwgestaldis.
Draaideklepnaarbenedenomteopenenennaar
bovenomdezetesluiten.
Beugelvanderijaandrijving
Debeugelvanderijaandrijving(Figuur6),onder
duwboom,regelthetrijdenvooruitenachteruitvan
demachine.
Alsudebeugelvanderijaandrijvingnaarde
duwboomtoedruktneemtderijsnelheidtoenaarmate
debeugeldichterbijdeduwboomkomt.Alsude
beugelloslaatstoptdemachinemetrijden.
g020976
Figuur6
1.Hendelvande
zaadtoevoer
4.Beugelvande
rijaandrijving
2.Handgreep5.Vergrendelingvande
mesaandrijving
3.Beugelvande
mesaandrijving
Beugelvandemesaandrijving
Debeugelvandemesaandrijving(Figuur6),aande
voorkantvandeduwboom,schakeltdemessenin
enuit.
Alsdemotordraaitwordendemesseningeschakeld
alsudebeugelvandemesaandrijvingnaarde
duwboomdrukt.
Alsudebeugelvandemesaandrijvingloslaatstoppen
demessen.
Vergrendelingvande
mesaandrijving
Devergrendelingvandemesaandrijving(Figuur6)
bevindtzichlinkerkantvandeduwboom,naastde
beugelvandemesaandrijving.
Alsudezevergrendelinggeheelvooruitdruktkuntu
debeugelvandemesaandrijvingnaardeduwboom
drukken.
Alsudebeugelvandemesaandrijvingtegende
duwboomdruktwordendemesseningeschakeld.Als
udebeugelvandemesaandrijvingloslaatwordende
messenautomatischuitgeschakeld.Devergrendeling
vandemesaandrijvingvergrendeltdebeugelvande
mesaandrijvingdanweer.
Hendelvandezaadtoevoer
Dehendelvandezaadtoevoer(Figuur6)bevindtzich
rechtsopdeduwboom.
Duwdehendelvooruitomhetzaadtoetevoeren,trek
dehendelachteruitomdestroomtestoppen.
Parkeerrem
Steldeparkeerreminwerkingalsudemachine
onbewaaktachterlaat,enbijonderhoud.Omde
parkeerreminwerkingtestellentrektudestang
naarbuitenennaarbeneden,zodatdezeinde
uitgetrokkenstandinklikt.Omderemuitteschakelen
trektudestangnaarbeneden,zodatdezeweerin
demachinespringt.
g017939
Figuur7
(Ditisdeachterkantvandemachine)
1.Parkeerrem
10
Omloophendelvande
hydrostatischeaandrijving
Metdeomloophendelvandehydrostatische
aandrijving(Figuur8)schakeltudehydrostatische
aandrijvinguitzodatudemachinemetdehandkunt
verplaatsenbijgestoptemotor.
Omdenormalebedrijfsstandtekiezentrektude
hendelomhoogendruktudezenaarbinnentotalle3
deinkepingenbinnenhetframezitten.
Opmerking:Delaatsteinkepinggrijptnietaanop
desleuf.
Omdeaandrijfwielenvrijtezettentrektudehendel
omhoogentrektudezenaarbuitentotdelaatste
inkepingaangrijptopdesleuf.Duwdehendeldan
naarbeneden.
g021333
Figuur8
1.Hendelingedruktnormalebedrijfsstand
2.alleinkepingenbinnenhetframe
3.Hendeluitgetrokkenhydrostatischeaandrijving
uitgeschakeld
4.laatsteinkepingindesleuf
Specicaties
Opmerking:Specicatiesenontwerpkunnen
zondervoorafgaandekennisgevingwordengewijzigd.
Breedte76cm
Lengte(bedrijfsstand)
13754cm
Lengte(metduwboomin
opslagstand)
95,25cm
Hoogte(bedrijfsstand)
11344,5cm
Hoogte(metduwboomin
opslagstand)
73,5cm
Gewicht
120,2kg
Aandraaimomenten
BoutAandraaimoment
Bevestigingsboutenvande
motor
37tot45Nm
Bevestigingsboutenvande
koppeling
66tot83Nm
Moervandeverticuteer-as88tot115Nm
Werktuigen/accessoires
EenselectievandoorT orogoedgekeurdewerktuigen
enaccessoiresisverkrijgbaarvoorgebruikmetde
machineomdemogelijkhedendaarvanteverbeteren
enuittebreiden.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealerofeenerkendeT orodistributeur
ofbezoekwww.T oro.comvooreenlijstvanalle
goedgekeurdewerktuigenenaccessoires.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenervoor
tezorgendatdeveiligheidscerticatenvande
machineblijvengelden,moetutervervanging
altijdorigineleonderdelenenaccessoiresvanT oro
aanschaffen.Gebruiktervervangingnooitonderdelen
enaccessoiresvananderefabrikanten,omdatdit
gevaarlijkkanzijnendeproductgarantiehierdoorkan
vervallen.
11
Gebruiksaanwijzing
Voorgebruik
Opmerking:Bepaalvanuitdenormale
bestuurderspositiedelinker-enrechterzijdevande
machine.
Veiligheidvóórgebruik
Algemeneveiligheid
Laatkinderenofpersonendiegeeninstructie
hebbenontvangendemachinenooitgebruiken
oferonderhoudswerkzaamhedenaanverrichten.
Plaatselijkevoorschriftenkunnennadereeisen
stellenaandeleeftijdvandegenediemetde
machinewerkt.Deeigenaarisverantwoordelijk
voordeopleidingvanallebestuurdersen
monteurs.
Zorgervoordatuvertrouwdraaktmetde
bedieningsorganenendeveiligheidssymbolen,en
weethoeudemachineveiligkuntgebruiken.
Zorgervoordatuweethoeudemachineende
motorsnelkuntstoppen.
Controleerofdeinstrumentendieregistreren
datdebestuurderopdestoelzit,de
veiligheidsschakelaarsendeveiligheidsschermen
zijnbevestigdennaarbehorenwerken.Gebruik
demachineuitsluitendalsdezenaarbehoren
werken.
Controleerdeplaatswaarudemachinegaat
gebruikenenverwijderallevoorwerpenwaarde
machinemeeinaanrakingzoukunnenkomen.
Bekijkhetterreinomdejuistemachineste
bepalen,eneventuelewerktuigenenaccessoires
omdemachinegoedenveiligtekunnen
gebruiken.
Veiligomgaanmetbrandstof
Weesuiterstvoorzichtigbijhetomgaanmet
brandstof.Brandstofisontvlambaarendedampen
kunnentotontplofngkomen
Doofallesigaretten,sigaren,pijpenenandere
ontstekingsbronnen.
Wanneerdemotorlooptofheetis,magude
brandstofdopnietverwijderenofgeenbrandstof
toevoegen.
Geenbrandstofbijvullenofaftappenineen
afgeslotenruimte.
Bewaardemachineenhetbrandstofvatniet
opplaatsenwaaropenvlammen,vonkenof
waakvlammen(bv.vaneenboilerofeenander
toestel)aanwezigkunnenzijn.
Probeerdemotorniettestartenalsubrandstof
hebtgemorst.Voorkomelkevormvanopenvuur
ofvonkentotdatdebrandstofdampenvolledigzijn
verdwenen.
Brandstofbijvullen
Tankinhoud:5,6liter
Aanbevolenbrandstof
Gebruikvoordebesteresultatenuitsluitend
schone,verse(minderdan30dagenoud),
loodvrijebenzinemeteenoctaangetalvan87of
hoger(indelingsmethode(R+M)/2).
Ethanol:Benzinemetmaximaal10%ethanol
(gasohol)of15%MTBE(methyl-tertiair-butylether)
pervolumeisaanvaardbaar.EthanolenMTBE
zijnniethetzelfde.Benzinemet15%ethanol
(E15)pervolumeisnietgeschiktvoorgebruik.
Gebruiknooitbenzinediemeerdan10%
ethanolpervolumebevat,zoalsE15(bevat
15%ethanol),E20(bevat20%ethanol),ofE85
(bevattot85%ethanol).Ongeschiktebenzine
gebruikenkanleidentotverminderdeprestaties
en/ofmotorschadediemogelijknietgedektwordt
doordegarantie.
Geenbenzinegebruikendiemethanolbevat.
Tijdensdewintergeenbrandstofbewaren
indebrandstoftankofinvaten,tenzijueen
brandstofstabilisatorgebruikt.
Mengnooitoliedoorbenzine.
Belangrijk:Omgemakkelijkertestarten,kuntu
hethelemaaiseizoenlangbrandstofstabilisator
toevoegenaanbenzinevannietmeerdan
30dagenoud;laatdemachinevolledigleeglopen
alsudezelangerdan30dagengaatstallen.
Gebruiknooitanderebrandstofadditievendaneen
brandstofstabilisator/conditioner.Gebruikgeen
stabilizersopbasisvanalcoholzoalsethanol,
methanol,ofisopropanol.
Inbepaaldeomstandighedenisbenzineuiterst
ontvlambaarenzeerexplosief.Brandofexplosie
vanbenzinekanbrandwondenbijuofanderenen
materiëleschadeveroorzaken.
Vuldebrandstoftankindeopenluchtwanneer
demotorkoudis.Eventueelgemorstebenzine
opnemen.
Vuldebrandstoftanknooitalsdemachineineen
geslotenaanhangerstaat.
Vuldebrandstoftankniethelemaalvol.Vulde
brandstoftanktotdathetpeil1tot1,5cmvande
12
onderkantvandevulbuisstaat.Dezeruimteinde
tankgeeftbenzinedekansomuittezetten.
Rooknooittijdenshetomgaanmetbenzine.
Blijfuitdebuurtvanopenvuurofvonkendiede
benzinedampenzoudenkunnenontsteken.
Bewaarbenzineineengoedgekeurdvatofblik
enbuitenbereikvankinderen.Koopnooitmeer
benzinedanuin30dagenkuntopmaken.
Gebruikdemachineuitsluitendalshetcomplete
uitlaatsysteemgemonteerdisennaarbehoren
werkt.
Inbepaaldeomstandighedenkantijdenshettanken
statischeelektriciteitwordenontladenwaardoor
vonkenontstaandiebenzinedampentotontbranding
kunnenbrengen.Brandofexplosievanbenzinekan
brandwondenbijuofanderenenmateriëleschade
veroorzaken.
Zetbenzinevatenaltijdopdegrondenuitdebuurt
vanhetvoertuigvoordatudetankbijvult.
Benzinevatennietineenvrachtwagenof
aanhangervullen,omdatbekledingofkunststof
beplatinghetvatkanisoleren,waardoordeafvoer
vanstatischeladingwordtbemoeilijkt.
Alshetpraktischmogelijkis,kuntuhetbesteen
brandstofaangedrevenmachineeerstvande
vrachtwagenofaanhangerhalenenpasbijtanken
alsdemachinemetdewielenopdegrondstaat.
Alsditnietmogelijkis,verdienthetdevoorkeur
dergelijkemachinesopeentruckofaanhangerbij
tevullenuiteendraagbaarvat,ennietmetbehulp
vaneenvulpistoolvaneenpomp.
Alsueenvulpistoolmoetgebruiken,dientude
vulpijpvoortdurendincontactmetderandvan
debrandstoftankofdeopeningvanhetvatte
houden,totdathetbijvullenvoltooidis.
Brandstofisschadelijkofdodelijkbijinname.
Langdurigeblootstellingaandampenkanleidentot
ernstigletselenziekte.
Voorkomdatudampenlangetijdinademt.
Houuwgezichtuitdebuurtvanhetmondstuken
debrandstoftankofopeningvandeverpakking
vandeconditioner.
Houdbrandstofuitdebuurtvanuwogenenhuid.
Brandstoftankvullen
1.Schakeldemessenuit,schakeldemotoruit,
wachttotdatallebewegendedelentotstilstand
zijngekomen,enzetdemotorschakelaarop
UIT.
2.Laatdemotorafkoelen.
3.Reinigdeomgevingvandetankdopenverwijder
deze.
Opmerking:Dedopisaandebrandstoftank
bevestigd.
4.Vuldebrandstoftankmetloodvrijebenzinetot
hetpeilhetzeefbakjenetbereikt.
Belangrijk:Deruimteindetankgeeftde
benzinedekansomuittezetten.Vulde
brandstoftankniethelemaalvol.
5.Draaidetankdopstevigvast.
6.Neemeventueelgemorstebrandstofop.
Hetmotoroliepeil
controleren
Controleerhetpeilvandemotorolievoordatude
motorstart;zieHetmotoroliepeilcontroleren(bladz.
22).
Instellenvandemesdiepte
1.Brengdemachinegeheeltotstilstand.
2.Schakeldemessenuit.
3.Zetdemotorafenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandzijngekomenvoordat
udebestuurderspositieverlaat.Verwijderde
bougiekabelvandebougie.
4.Ontgrendeldehendelvandediepte-instelling
doordezenaarboventetrekken.
g020903
Figuur9
1.Ontgrendelen
3.Vergrendelen
2.Diepte-instelling
5.Zetdehendelindesleufvoordegewenste
diepte.Draaidehendel,drukdezenaar
benedenvoordevergrendeling.
6.Steeldediepte-instellingbijalsdemessen
slijten.
Indicatievande
zaaidichtheid
1.Brengdemachinegeheeltotstilstand.
2.Schakeldemessenuit.
13
3.Zetdemotorafenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandzijngekomenvoordatu
debestuurderspositieverlaat.
4.Omdezaaidichtheidintestellendraaitude
knopvandeindicatievandezaaidichtheidaan
devoorkantvanhetzaadreservoirlos.Zetde
wijzerindegewenstestand,draaideknopvast.
g013146
Figuur10
1.Wijzer
Opmerking:Degraekopdemachinegeeftde
juisteinstellingaan,afhankelijkvanhetsoortgrasen
degewenstezaaidichtheid.
Dekselvanhet
zaadreservoir
Omhetdeksel(Figuur11)temonterenplaatstu
ditophetzaadreservoirenzetuderubbersvast
opdehakenaanelkekant.
Omhetdekselteverwijderentrektuderubbers
losvandehakenentiltuhetdekselop.
g024773
Figuur11
1.Deksel3.Rubber
2.Zaadreservoir4.Haak
Tijdensgebruik
Veiligheidtijdensgebruik
Algemeneveiligheid
Deeigenaar/gebruikerisverantwoordelijkvoor
persoonlijkeongelukkenofletselenmateriële
schade,enhijkanzulkeongelukkenen
beschadigingenvoorkomen.
Draaggeschiktekledingenuitrusting,
zoalsoogbescherming,eenlangebroek,
stevigeschoenenmeteengripvastezoolen
gehoorbescherming.Draaglanghaarnietlosen
draaggeenloshangendejuwelen.
Geefuwvolledigeaandachtalsudemachine
gebruikt.Zorgervoordatumetnietsandersbezig
bentwaardoorukuntwordenafgeleid,anders
kanerletselontstaanofkaneigendomworden
beschadigd.
Gebruikdemachinenietalsuziekofmoebentof
onderdeinvloedvanalcoholofdrugsbent.
Vervoernooitpassagiersopdemachineenhou
omstandersenhuisdierenuitdebuurtvande
machinezolangdezeinwerkingis.
Bediendemachineuitsluitendalsdezichtbaarheid
goediszodatuputtenenverborgengevarenkunt
vermijden.
Gebruikdemachinenietopnatgras.Doorde
verminderdetractiezoudemachinekunnen
wegschuiven.
Controleerofalleaandrijvingenindeneutraalstand
staan,deparkeerreminwerkingisgesteldenu
zichindebestuurderspositiebevindtvoordatude
motorstart.
Houuwhandenenvoetenuitdebuurtvande
messen.
Kijkachteromenomlaagvoordatuachteruitrijdt
omerzekervantezijndatdewegvrijis.
Weesvoorzichtigbijhetnaderenvanblinde
hoeken,struiken,bomen,enandereobjectendie
uwzichtkunnenbelemmeren.
Stopdemessenalsudemachinenietgebruikt.
Stopdemachine,schakeldemotoruit,schakel
deparkeerremin,encontroleerdemessenals
eenvoorwerpheeftgeraaktofalsdemachine
abnormaaltrilt.Voerallenoodzakelijkereparaties
uitvoordatudemachineweeringebruikneemt.
Verlaagdesnelheidenweesvoorzichtigalsu
bochtenmaaktofeenwegoftrottoiroversteekt
metdemachine.Geefaltijdvoorrangwaarvan
toepassing.
Schakeldemotoruit,enschakeldemessenuit
voordatudeinstellingvandemesdieptewijzigt.
14
Laatdemotornietlopenopeenplekwaarde
uitlaatgassenzichkunnenverzamelen.
Umageenmachinemetdraaiendemotornooit
onbeheerdachterlaten.
Voordatudebedieningsplekverlaatmoetude
volgendehandelingenverrichten:
Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
Zetdemotoraf.
Steldeparkeerreminwerking.
Wachttotdatallebewegendeonderdelentot
stilstandzijngekomen.
Zetdemessenomhoog.
Gebruikdemachinenietalshetkanbliksemen.
Veranderdestandvandetoerenregelaarnieten
laatdemotorniettesneldraaien.
Gebruikalleenaccessoiresenhulpstukkendie
goedgekeurdzijndoorToro.
Demachineveilig
gebruikenophellingen
Hetwerkenophellingeniseenbelangrijke
factorbijongelukkenwaarbijdecontroleoverde
machinewordtverlorenofdezeomkantelt.Dit
kanernstigofdodelijkletselveroorzaken.Ubent
verantwoordelijkvooreenveiliggebruikvande
machineophellingen.Gebruikvandemachineop
hellingenvereistaltijdextravoorzichtigheid.
Bekijkhetterreinomtebepalenofudemachine
veiligopdehellingkuntgebruiken.Bekijkhethele
terrein.Gebruikaltijduwgezondverstandenuw
beoordelingsvermogenwanneeruditonderzoek
uitvoert.
Leesdeaanwijzingenvoorgebruikvande
machineophellingenenomtebepalenofu
demachinekuntgebruikenonderdeactuele
omstandighedenenopdezeplek.Veranderingen
inhetterreinkunnenresulterenineenverandering
vangebruikvandemachineophellingen.
Vermijdstarten,stoppenofbochtenmakenop
hellingen.Vermijdplotseveranderingenvan
snelheidofrichting.Draailangzaamengeleidelijk.
Gebruikeenmachinenooitinomstandigheden
waarbijutwijfeltovertractie,sturenofstabiliteit.
Verwijderofmarkeerobstakelszoalsgreppels,
putten,geulen,hobbels,stenenenandere
verborgengevaren.Inhooggraszijnobstakels
nietaltijdzichtbaar.Demachinekanomslaanop
oneffenhedeninhetterrein.
Denkeraandatdemachinetractiekanverliezen
doordatubergafwaarts,opnatgrasofdwarsop
eenhellingwerkt.Alsdeaandrijfwielentractie
verliezen,kandemachinegaanschuivenen
kuntudecontroleoverderemmenenhetstuur
verliezen.
Weesbijzondervoorzichtigbijhetwerkenmetde
machinebijranden,sloten,taluds,waterhazards
enanderegevaarlijkeplekken.Demachinekan
plotselingomslaanalseenwieloverderandgaat
ofderandinstort.Houeenveiligemargeaan
tussendemachineengevaarlijkeplekken.
Letopgevarenonderaandehelling.Alser
gevarenzijn,maaidehellingdanmeteen
loopmaaier.
Indienmogelijk:houdemaai-eenheidlaagbij
degrondbijhetwerkenophellingen.Alsde
maai-eenheidgehevenwordtbijhetwerkenop
eenhellingkandemachineonstabielworden.
Weesbijzondervoorzichtigbijhetgebruikvan
grasvangersenanderehulpstukken.Dezekunnen
demachineminderstabielmaken,waardoorde
kansontstaatdatudemachtoverdemachine
verliest.Houdemachinealtijdinversnellingbij
hetnaarbenedenrijdenopeenhelling.Laat
demotornietinvrijloopalsunaarbeneden
rijdt(alleenvantoepassingvooreenhedenmet
tandwielaandrijving).
Demachinestarten
1.Verzekerdatbeugelvandemesaandrijvingop
UITstaat.
2.ZetdemotorschakelaaropAAN,enopende
brandstofklep.
3.Beweegdechokehendelnaarlinksalsueen
koudemotorstart.
Opmerking:Alsdemotorwarmofheetis,
hoeftudechokeniettegebruiken.
4.ZetdegashendelhalverwegetussenLANGZAAM
(schildpad)enSNEL(haas).
5.Trekaandehandgreepvanhetstartkoordom
demotortestarten.
6.Zodrademotorstart,beweegtudechokehendel
langzaamnaarrechts.
Opmerking:Alsdemotorafslaatofhapert,
zetdechokedanopnieuwnaarlinkstotdatde
motoropgewarmdis.
7.Zetdegashendelindegewenstestand.
Demachineuitschakelen
1.Brengdemachinegeheeltotstilstand.
2.Laatdebeugelvandemesaandrijvinglos.De
messenstoppen,endemotorblijftlopen.
3.Zetdegashendelinhetmidden,tussen
LANGZAAMenSNEL.
15
4.Laatdemotorminstens15secondendraaien,
zetdeAan/Uit-schakelaardanindeUIT-stand
omdemotortestoppen.
Belangrijk:Ineennoodsituatiemoetude
motoronmiddellijkuitschakelen.
5.Sluitdebrandstofklep.
6.Wachttotdatallebewegendedelentotstilstand
zijngekomenvoordatudebestuurdersplaats
verlaat.
Derijaandrijvinggebruiken
1.Startdemotor.
2.Neemdebeugelvanderijaandrijvinguitde
NEUTRAAL-stand.
Omvooruitterijdendruktudebeugelvande
rijaandrijvingtegendeduwboom(Figuur12).
g020893
Figuur12
1.Beugelvande
rijaandrijving
(neutraal-stand)
3.Vooruitdrukdebeugel
naardeduwboomtoe
2.Achteruitdrukde
beugelnaarbeneden,van
deduwboomaf
4.Duwboom
Opmerking:Ukuntderijsnelheid
regelendoordeafstandtussendebeugel
vanderijaandrijvingendeduwboomte
veranderen.Laatdebeugelzakkennaar
deneutraal-standomderijsnelheidte
verminderenalsueenbochtmaaktofalsde
rijsnelheidtehoogis.
Alsudebeugelloslaatkeertdezeterugnaar
deneutraal-standenstoptderijbeweging.
Drukdebeugeldichterbijdeduwboomom
derijsnelheidteverhogen.Alsudebeugel
tegendeduwboomdruktrijdtdemachine
opmaximalesnelheid.Laatdebeugellos
omhetrijdentestoppenofalsudemachine
verlaat.
Omeenbochtnaarlinksofrechtste
makenverlaagtudesnelheid,druktuop
deduwboom,endraaitudemachinein
degewensterichting.Gadanverdermet
normaalbedrijf.
Omachteruitterijdenlaatudebeugelvan
derijaandrijvinglosenlaatudezenaarde
neutraal-standterugkeren.Drukdebeugel
dannaarbeneden,wegvandeduwboom.
Derijsnelheidishogeroflager,afhankelijk
vandeafstandvandebeugelvande
neutraal-stand.
3.Omderijaandrijvinguitteschakelenende
machineindeneutraal-standtezettenlaatude
beugelvanderijaandrijvinglos.
Opmerking:Alsdemachinelangzaamvooruit
ofachteruitbeweegtmetdebeugelinde
neutraal-stand,schakeldemotordanuiten
steldekabelvanderijaandrijvingbij;zieDe
rijaandrijvingafstellen(bladz.25).
Beugelvande
mesaandrijving
1.Startdemotor.
2.Drukdevergrendelingvandemesaandrijving
naarvorenenhoudtdieindezestandomde
beugelvandemesaandrijvingteontgrendelen
(Figuur13).
g021243
Figuur13
1.Vergrendelingvan
demesaandrijving
(vergrendeldestand)
3.Beugelvande
mesaandrijving
2.Drukken4.Tegendeduwboom
drukken
3.Drukdebeugelvandemesaandrijvingtegen
deduwboomenlaatdevergrendelingvan
demesaandrijvinglos;demessenworden
ingeschakeld.
16
4.Laatdebeugelvandemesaandrijvinglosomde
messenuitteschakelen.Devergrendelingvan
demesaandrijvingvergrendeltdebeugelvande
mesaandrijvingdanweer.
Gebruikvandemachine
GEVAAR
Dedraaiendemessenonderdemachinezijn
gevaarlijk.Hetaanrakenvandemessenkan
leidentoternstigoffataalletsel.
Plaatsuwhandenofvoetennooitonderde
machine.
GEVAAR
Alsdemachineinwerkingiszalhetaanraken
vandraaiendeofbewegendedelenleidentot
ernstigletselaandehandenenvoeten.
Voorhetinstellen,reinigen,inspecteren,
oplossenvanstoringenofreparerenvan
demachinemoetudemotoruitschakelen
enwachtentotdatallebewegendedelen
totstilstandzijngekomen.Maakde
bougiekabellosenhouddezeuitdebuurt
vandebougiezodatdemotornietper
ongelukgestartkanworden.
Blijftijdenshetgebruikvandemachine
achterdeduwboomenuitdebuurtvande
zaadmengerenmessen.
Houduwgezicht,handen,voetenen
anderelichaamsdelenenkledinguit
debuurvanbewegendeofdraaiende
onderdelen.
1.Omtezaaienvultuhetzaadreservoirensteltu
dezaaidichtheidinopdegewenstewaarde;zie
Indicatievandezaaidichtheid(bladz.13).
2.Stelhetmesinopdegewenstediepte;zie
Instellenvandemesdiepte(bladz.13).
3.Startdemotor.
4.ZetdegashendelindeSNEL-stand.
5.Drukopdeduwboomomdevoorwielenietsvan
degrondteheffen.
6.Drukdebeugelvandemessentegende
duwboomomdemesseninteschakelen.Laat
devoorwielenlangzaamopdegrondzakken
zodatdeverticuteermessenlangzaamhetgras
endegrondindringen.
7.Indiengewenst:drukdehendelvande
zaadtoevoernaarvorenomzaadtestrooien.
Opmerking:Uhoeftdehendelvande
zaadtoevoernietinenuitteschakelenbij
elkebocht.Dezaadtoevoerwordtverlaagdof
uitgeschakeldalsdemachinestoptoflangzamer
beweegtineenbocht.Omminderzaaiselte
verspillenkuntudevoorwielenomhoogbrengen
wanneerudemachinedraait.
Opmerking:Demachinezaaitmetdezelfde
snelheidvooruitenachteruit.
Opmerking:Alserteveelgazonviltkanhet
nodigzijnditteverwijderenvoordatugaat
zaaien.
8.Schakeldebeugelvanderijaandrijvinginom
tebeginnenmetwerk.
Tipsvoorbedieningen
gebruik
Zaaien
Steldemesseninzodatze3tot6mmindegrond
steken.
Omdatdestromingvanhetgraszaadsterk
afhankelijkisvanhettypegraszaadmoetude
bakeerstmeteenkleinehoeveelheidvullenen
hetzaaiendantestenomteverzekerendatude
gewenstezaaidichtheidheeftingesteld.
Omdebestedekkingteverkrijgensteltude
zaaidichtheidinopdehelftvandegewenste
hoeveelheid.Uzaaitdaneerstinéénrichting,en
dannogmaalsloodrechtopdierichting.
Belangrijk:Gebruiknietmeergraszaaddan
aanbevolendoordeleverancier.Bijgebruikvante
veelzaadwordthetgrastedikengevoeligvoor
aantastingdoorschimmel.
Verticuteren
Steldemesseninzodatze3tot6mmvoorbijde
verviltelaagindegrondsteken.Gebruikdemachine
metuitgeschakeldezaadtoevoer.
Harken/grasherstel
Omnieuwegrondlostemakenofeenbestaande
grasmatteharkensteltudemesseninzodatze6tot
13mmindegrondsteken.Gavooruitenachteruit
overhetteegaliserengebied,ofgaermeerdere
kerenoverheensteedsinverschillenderichtingen.
Demachinewerkthetbestealsdegrondharden
droogis.Dewerkingisoptimaaltijdensdebeweging
achteruit.Alsdegrondzachtisendemotorvast
laatlopenzetdemessendanietsomhoogenga
17
meerdermalenoverdegrond,zetdemessendan
opdediepstestand.
Nagebruik
Veiligheidnahetwerk
Algemeneveiligheid
Verwijdergrasenvuilvandemachineombrandte
voorkomen.Neemgemorsteolieofbrandstofop.
Sluitdebrandstofklepvoordatudemachine
transporteertofstalt.
Laatdemotorafkoelenvoordatudemachinein
eenafgeslotenruimteopslaat.
Bewaardemachineofbrandstofhoudernooitbij
eenopenvlam,vonkofwaakvlambijbijv.een
geiserofandereapparaten.
Weesuiterstvoorzichtigalsudemachineinlaadt
opeenaanhangerofeenvrachtwagenofuitlaadt.
Demachinetransporteren
WAARSCHUWING
Hetladenvandemachineopeentrekker
zondereensterkeengoedondersteunde
hellingbaankangevaaropleveren.De
hellingbaankandaninstortenenleidentot
hetvallenvandemachineenletsel.
Gebruikeendeugdelijkehellingbaandie
aandevrachtwagenofaanhangeris
bevestigd.
Zorgdatuwvoetenenbenenzichtijdens
hetladennietonderdemachinebevinden.
Vraagindiennodigomhulpbijhetladen.
Zorgdatdebrandstofklepgeslotenis.
Zetdemachinegoedvastopdeaanhanger,met
sjorbanden,kettingen,kabelsoftouwen.
Zorgdatdeaanhangerenallevereisteverlichtingen
markeringenheeftendatereenveiligheidsketting
aanwezigis.
Uitschakelenvande
hydrostatischeaandrijving
Alsudemachinemetuitgeschakeldemotormoet
duwenmoetudehydrostatischeaandrijving
uitschakelen.Hiervoortrektudeomloophendelvan
dehydrostatischeaandrijving(Figuur14)naarbuiten
ennaarbenedenenvergrendeltudehendelindeze
stand.Dewielenvoorkunnennuvrijdraaien.
Omdeaandrijvingweerinteschakelentrektude
omloophendelnaarboventotdezeindemachine
terugspringt.
g017940
Figuur14
(Ditisdeachterkantvandemachine)
1.Omloophendelvandehydrostatischeaandrijving
18
Onderhoud
Demachineveilig
onderhouden
Voorhetmakenvaninstellingen,schoonmakenof
reparerenvandemachinemoetuhetvolgende
doen:
Parkeerdemachineopeenhorizontaal
oppervlak.
Schakeldeaandrijvingenuit.
Zetdemotoraf.
Wachttotdatallebewegendeonderdelentot
stilstandzijngekomen.
Steldeparkeerreminwerking.
Zetdemessenomhoog.
Maakdebougiekabellos.
Verwijdergrasenvervuilingvandemessen,de
aandrijvingen,deknaldemperendemotoromhet
brandgevaarteverlagen.Neemgemorsteolieof
brandstofmeteenop.
Neemgemorsteolieofbrandstofop.
Laatpersoneeldatnietbekendismetde
instructiesnooitonderhoudswerkzaamhedenaan
demachineuitvoeren.
Gebruikindiennodigassteunenomdemachine
en/ofonderdelenteondersteunen.
Haalvoorzichtigdedrukvanonderdelenmet
opgeslagenenergie.
Verwijderdebougievoordatureparatiewerkzaam-
hedengaatverrichten.
Weesvoorzichtigalsudemessencontroleert.
Omwikkelhetmes/demessenofdraagdikke
handschoenenenweesvoorzichtigalsuer
onderhoudswerkzaamhedenaanverricht.De
messenmogenalleenwordenvervangen,probeer
zenooitrechttemakenoferaantelassen.
Houduwhandenenvoetenuitdebuurtvan
bewegendeonderdelen.Stelindienmogelijkde
machinenietafterwijldemotorloopt.
Zorgervoordatalleonderdeleningoedestaat
verkerenenallebevestigingselementenstevig
vastzitten.Vervangversletenofbeschadigde
stickers.
Doenooitietswatdefunctievaneen
veiligheidsvoorzieningbelemmertofwatervoor
zorgtdateenveiligheidsvoorzieningminder
beschermingbiedt.Controleerregelmatigofdeze
goedwerken.
Omdebesteprestatiesteverkrijgenenervoor
tezorgendatdeveiligheidscerticatenvande
machineblijvengelden,moetutervervanging
altijdorigineleonderdelenenaccessoiresvan
Toroaanschaffen.Gebruiktervervanging
nooitonderdelenenaccessoiresvanandere
fabrikanten,omdatditgevaarlijkkanzijnende
productgarantiehierdoorkanvervallen.
Controleerdewerkingvandeparkeerrem
regelmatig.Indiennodigmoetudezeafstellenen
eenonderhoudsbeurtgeven.
Aanbevolenonderhoudsschema
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Nadeeerste5bedrijfsuren
Verversdemotorolie.
Bijelkgebruikofdagelijks
Deluchtlterelementeninspecteren.
Hetmotoroliepeilcontroleren.
Bandenspanningcontroleren.
Controleerdemessenopslijtageofbeschadigingen.
Controlerenvandezaadschuif.
Reinigdemotorendeuitlaat.
Verwijdervervuilingdiezichaandeonderkantvandemachineheeftopgebouwd.
Controlerenofhetbevestigingsmateriaalgoedvastzit.
Omde25bedrijfsuren
Smerenvandelagersvandeverticuteer-as.
Controleerdestaatvanderiemen.
Omde50bedrijfsuren
Deluchtlterelementenreinigen.Reinigzevakeralsinvuileomstandighedenwordt
gewerkt.
Verversdemotorolie.
Controlerenvandevonkenvanger(indiengemonteerd).
Ruimteonderdedrijfriemkapreinigen.
Omde100bedrijfsuren
Controleerensteldebougieaf;vervangzealsdatnodigis.
Hydraulischetransmissievloeistofverversen
19
OnderhoudsintervalOnderhoudsprocedure
Omde200bedrijfsuren
Vervanghetpapierelementvanhetluchtlter.Vervanghetvakeralsinzeerstofge
omstandighedenwordtgewerkt.
Bougievervangen.
Jaarlijksofvóórstalling
Werkbeschadigdelakbij.
Procedures
voorafgaandeaan
onderhoud
Maakdebougiekabellos
Voordatuonderhouduitvoertaandemotor,riem,of
messenmoetudebougiekabellosmakenvande
bougie(Figuur15).
g252737
Figuur15
1.Bougiekabel
Smering
Smerenvandelagersvan
deverticuteer-as
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsu-
ren—Smerenvandelagers
vandeverticuteer-as.
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.
2.Steldeparkeerreminwerking.
3.Smeerdenippels(Figuur16)met1of2slagen
universeelvet,NLGI2.
g021348
Figuur16
1.Smeernippel
20
Onderhoudmotor
Veiligheidvandemotor
Umoetdemotorafzettenvoordatuhetoliepeil
controleertofhetcarterbijvultmetolie.
Houduwkleding,handen,voetenenandere
lichaamsdelenuitdebuurtvandegeluiddemper
enandereheteoppervlakken.
Onderhoudvanhet
luchtlter
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks—De
luchtlterelementeninspecteren.
Omde50bedrijfsuren—Deluchtlterelementen
reinigen.Reinigzevakeralsinvuile
omstandighedenwordtgewerkt.
Omde200bedrijfsuren/Maandelijks(houd
hierbijdekortsteperiodeaan)—Vervanghet
papierelementvanhetluchtlter.Vervanghet
vakeralsinzeerstofgeomstandighedenwordt
gewerkt.
Belangrijk:Laatdemotornooitzonderluchtlter
draaien;ditveroorzaakternstigemotorschade.
1.Zetdemotoruitenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandgekomenzijn;raadpleeg
Demachineveiligonderhouden(bladz.19).
2.Verwijderdebougiekabelvandebougie;
raadpleegMaakdebougiekabellos(bladz.20).
3.Maakdevergrendelingvanhetluchtlterdeksel
(Figuur17)los.
g232363
Figuur17
1.Luchtlterdeksel
4.Papierelement
2.Vergrendeling
5.Basisvanhetluchtlter
3.Schuimelement
4.Verwijderhetluchtlterdeksel.
Opmerking:Zorgdatergeenvuilofrommel
indebasisvalt.
5.Verwijderhetschuimelementenhet
papierelementuitdebasis(Figuur17).
6.Trekhetschuimelementvanhetpapierelement
(Figuur17).
7.Controleerhetschuim-enpapierelementen
vervangzeindienzebeschadigdofovermatig
vuilzijn.
8.Reinighetpapierelementdoorervoorzichtigop
tekloppenenhetstofteverwijderen.
Opmerking:Probeernooithetpapierelement
schoonteborstelen;hierdoordringtervuilinde
vezels.Vervanghetelementalsuhetnietkunt
reinigendooreroptekloppen.
9.Reinighetschuimelementmetwarmwateren
zeepofineenniet-ontvlambaaroplosmiddel.
Opmerking:Gebruikgeenbenzineomhet
schuimelementtereinigen;ditkanbrand-of
ontplofngsgevaarveroorzaken.
10.Spoelendrooghetschuimelementgrondig.
11.Veeghetvuilmeteenvochtigedoekvande
basisenhetdeksel.
21
Opmerking:Pasopdatergeenvuilofrommel
valtindeluchtinlaatvandecarburator.
12.Monteerdeluchtlterelementenenzorgdatze
juistgeplaatstzijn.
13.Monteerhetdekselenhaakdevergrendelingin.
Motorolieverversen/olie-
peilcontroleren
Onderhoudsinterval:Nadeeerste5bedrijfsuren
Omde50bedrijfsuren
ToroPremiumEngineOilisverkrijgbaarbijuw
erkendeTorodealer.
Belangrijk:Gebruik4-taktdetergentmotorolie
dieminstensvoldoetaandeeisenvanAPIservice
categorySJofhoger.
Carterinhoud:1,1liter
Belangrijk:Alshetoliepeilinhetcartertehoog
oftelaagisenulaatdemotortochdraaien,kunt
udezebeschadigen.Dergelijkeschadevaltniet
onderdegarantie.
Opmerking:GebruikSAE10W-30vooralgemene
toepassingen.Ukuntdeandereviscositeiteninde
tabeltoepassenalsdegemiddeldetemperatuurinuw
regiobinnenhetaangegevengebiedvalt(Figuur18).
g021783
Figuur18
Hetmotoroliepeilcontroleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Stopdemachineopeenvlakkeondergrond,en
verzekerdatdemotorhorizontaalstaat.
2.Schakeldemessenuit,schakeldemotoruit,
wachttotdatallebewegendedelentotstilstand
zijngekomen,enzetdemotorschakelaarop
UIT.
3.Laatdemotorafkoelen.
4.Maakdeomgevingvandepeilstok(Figuur19)
schoon.Ditvoorkomtdatervuilindevulopening
valtendemotorbeschadigt.
g021851
Figuur19
1.Vulopening3.Maximaalpeil
2.Peilstok4.Minimaalpeil
5.Verwijderdepeilstok,enveeghetuiteinde
schoon.
6.Steekdepeilstokvolledigindevulbuismaar
schroefdeoliepeilstoknietvast(Figuur19).
7.Neemdepeilstokeropnieuwuitenbekijk
hetuiteinde.Alshetoliepeillaagisgietdan
langzaamnetgenoegolieindevulopening
zodathetoliepeilhetmiddenvandepeilstok
bereikt(Figuur19).
Motorolieverversen
WAARSCHUWING
Deoliekanheetzijnnadatdemotorheeft
gelopen;contactmetheteoliekanernstige
brandwondenveroorzaken.
Vermijdcontactmethetemotoroliealsudeze
aftapt.
1.Schakeldemessenuit,schakeldemotoruit,
zetdemotorschakelaaruit,enwachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomen.
2.Verwijderdebougiekabelvandebougie.
3.Tildewielenvoor5tot8centimeterbovende
grond,plaatseenopvangbakonderdeaftapplug
omdeolieoptevangen.
4.Verwijderdeaftapplug(Figuur20).
22
g252748
Figuur20
1.Peilstok
2.Aftapplug
5.Alsalleolieisafgetaptzetudewielenvoorweer
opdegrond,plaatstudeaftapplug,endraaitu
dezeaanmet18Nm.
Opmerking:Geefdeoudeolieafbijeen
erkendrecyclingcentrum.
6.Verwijderdepeilstok,gietlangzaamoliein
devulopeningtotdatdeolieuitdevulopening
stroomt.
7.Zorgervoordatdeoliehetjuisteniveauheeft
opdepeilstok;raadpleegHetmotoroliepeil
controleren(bladz.22).
8.Plaatsdepeilstokterugenbevestighem.
9.Veegeventueelgemorsteolieweg.
10.Sluitdebougiekabelaanopdebougie.
Onderhoudvandebougie
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsu-
ren—Controleerensteldebougie
af;vervangzealsdatnodigis.
Omde200bedrijfsuren—Bougievervangen.
Bougie:ChampionRC12YCofgelijkwaardig.
1.Zetdemotoruitenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandgekomenzijn.
2.Verwijderdebougiekabelvandebougie.
3.Maakdeomgevingvandebougieschoon.
4.Haaldebougieuitdecilinderkop.
Belangrijk:Alsdebougiegebarstenofvuil
is,moetdezewordenvervangen.Maakde
elektrodesnietschoonomdatvuildatinde
cilinderkomtkanleidentotmotorschade.
5.Steldeelektrodenafstandvandebougieinop
0,76mmzieFiguur21.
g006998
Figuur21
1.Massa-elektrode
2.Centraleelektrodemetisolator
3.Elektrodenafstand:0,76mm
6.Monteerdebougievoorzichtigmetdehand
(ombeschadigingvandeschroefdraadte
voorkomen).
7.Draaieennieuwebougienogeens½slagvast;
draaianderebougiesnogtot¼slagvaster.
Belangrijk:Eenlossebougiekanergheet
wordenendemotorbeschadigen;een
bougietevastdraaienkandeschroefdraad
indecilinderkopbeschadigen.
8.Sluitdebougiekabelaanopdebougie.
Controlerenvande
vonkenvanger
(indiengemonteerd)
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren
Opmerking:Eenvonkenvangerisalsoptie
leverbaar.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealeralsueenvonkenvangernodighebt.
TorovonkenvangerszijngoedgekeurddoordeUSDA
ForestryService.
WAARSCHUWING
Alsdemotorgedraaidheeftisdeknaldemper
heet.
1.Zetdemotoruitenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandgekomenzijn.
2.Wachttotdeknaldemperafgekoeldis.
3.Verwijderdevonkenvangervandeuitlaat
doorvandeschroevenuithetdekselvande
knaldemperendeafbuigervandeuitlaatte
nemen.
23
4.Alshetgaasbeschadigdisofgatenheeftmoet
devonkenvangervervangenworden.
5.Verwijdereventuelekoolstofdieafgezetisop
hetgaasvandevonkenvangervoorzichtigmet
eenborstel.
6.Monteerdevonkenvangeropdeuitlaat.
Onderhoud
brandstofsysteem
WAARSCHUWING
Deonderdelenvanhetbrandstofsysteem
staanonderhogedruk.Gebruikvan
deverkeerdeonderdelenkanleidentot
storingen,brandstoekkageenmogelijk
explosies.
Gebruikuitsluitendgoedgekeurde
brandstoeidingenenbrandstoflters.
Brandstofaftappenuitde
brandstoftank
1.Zetdemotorafenwachttotdezeisafgekoeld.
Steldeparkeerreminwerking.
Opmerking:Umaguitsluitendbenzine
aftappenalsdemotorkoudis.
2.Verwijderdebougiekabelvandebougie.
3.Sluitdebrandstofafsluitklep.
4.Verwijderdebrandstofslangdoordepijpklembij
decarburateurlostemaken.
5.Openbrandstofklepdoordehendelopde
open-standtezetten.
6.Laatallebrandstofuitdetankende
brandstoeidingineengoedgekeurd
brandstofvatlopen.
7.Sluitdebrandstofklep.
24
Onderhoud
aandrijfsysteem
Opmerking:Dehydrostatischetransmissieisin
defabriekgevuldenverzegeld.Dezevereistgeen
onderhoud.Indienonderhoudnodigisneemdan
contactopmetopmeteenerkendeservicedealer.
Bandenspanning
controleren
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Zorgervoordatdebandenspanningvolgens
specicatieis.Debandenspanningkanhetbestbij
koudebandenwordengemeten.
Druk:1,65bar
g003793
Figuur22
1.Ventiel
Derijaandrijvingafstellen
Alsdemachinelangzaamvooruitofachteruitbeweegt
bijingeschakeldemotorenmetdebeugelvande
rijaandrijvingindeneutraal-stand,volgdande
onderstaandeprocedure:
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.
2.Zetdemessenindehoogstestand.
3.Drukdebeugelvanderijaandrijvingnaarde
duwboomtotdatdetransmissiedevolledige
uitslagmaakt.
Alsdebeugeltegendeduwboomkomtlaat
debeugeldanlos.Alsdebeugelniettegen
deduwboomkomt,gadannaarstap4.
Maakdebovensteinstelmoer1slaglosen
zetdeondersteinstelmoervast.
Drukdebeugelnaardeduwboom.
Herhaaldezestaptotereentussenruimte
isvan3mmtussendebeugelvande
rijaandrijvingendeduwboom.
Alsdezetussenruimtebereiktisgadannaar
stap4.
g021266
Figuur23
1.Instelmoeren
4.Spanmoer
2.Kabel5.Beugelvande
rijaandrijving
3.Contramoer
4.Verwijderdehaarspeldveerendraaidegaffel
1volleslagrechtsom.
5.Monteerdehaarspeldveerendraaide
contramoertegendegaffel.
6.Startdemotor,controleerdeinstelling,herhaal
deprocedureindiennodig.
Hydraulischetransmissie
vloeistofverversen
Onderhoudsinterval:Omde100bedrijfsuren
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.Stelde
parkeerreminwerking.
2.Verwijderdetransmissievandemachine.
3.Maakdeomgevingvandeexpansietankende
olievulopeningschoon.
Belangrijk:Voorkomdatervuilof
verontreiniginginhethydraulischesysteem
komt.
4.Neemdettingvandeolievulopeningenbewaar
deze.Plaatsdetransmissiezodatdeolie
geheeluithethuisstroomt.
5.Alsalleolieisuitgestroomdverwijderten
bewaartude#10-32x½"zelftappende
25
schroefenderatelbevestigingwaarmeede
expansietankophethuisisgemonteerd.
6.Verwijderdeexpansietank,enlaatdeolie
uitstromen.
Opmerking:Verwijderdeexpansiedopniet
vandetank.
Opmerking:VerwijderdeslangofO-ring
nietvandetank,tenzijdezemoetenworden
vervangen.
7.Monteerdeexpansietankdooreerstdeslangin
detanktesteken.Plaatsdetankopeningover
deO-ring,endrukkendezeaanomeengoede
afdichtingteverkrijgen.Monteerde#10–32x
½"zelftappendeschroefendraaidezeaanmet
2.8Nm.
8.Vuldetransaxleviadeolievulopeningtothet
oliepeil13tot32mmonderdebovenkantvan
deopeningbereikt.
Opmerking:WijbevelenT oroPremiumHydro
Oilaan.Mobil115W-50iseenalternatief.
9.Monteerdettingvandeolievulopening.
Onderhoudriemen
Verwijderenvande
riembeschermkap
1.Draaide2inbusboutenen2enskopboutenlos
waarmeedebeschermkapopdemachineis
gemonteerd(Figuur24).
g290695
Figuur24
1.Inbusbouten2.Flenskopbouten
2.Verwijderderiembeschermkapvandemachine
(Figuur24).
Monterenvande
riembeschermkap
1.Lijnderiembeschermkap,inbusbouten,en
enskopboutenuitmetdegateninframeende
veerbeugel(Figuur25).
g289447
Figuur25
1.Inbusbouten2.Flenskopbouten
2.Monteerderiembeschermkapopdemachine
metde2inbusboutenen2enskopbouten
(Figuur25).
3.Draaideinbusboutenenenskopboutenaan
tot1378tot2542N∙cm
26
Destaatvanderiemen
controleren
Onderhoudsinterval:Omde25bedrijfsuren
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.Stelde
parkeerreminwerking.
2.Verwijderderiemkapaandelinkerkantvande
machine.
3.Controleerderiemenopscheuren,gerafelde
randen,schroeiplekkenofandereschade.
4.Alseenriembeschadigdismoetdezeworden
vervangen.
5.Controleerdespanningvanderiem;zie
Instellenvandespanningvanderiemvande
rijaandrijving(bladz.27).
Instellenvandespanning
vanderiemvande
rijaandrijving
Alsderiemvanderijaandrijvinggierttijdensgebruik
(b.v.bijhetschakelenvanneutraalnaarvooruitof
achteruit)spanderiemdan:
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.
2.Zetdemessenindehoogstestand.
3.Verwijderenbewaarde4bouten,borgringen,
en2afstandsstukkenwaarmeehetriemdeksel
isbevestigdopdelinkerkantvandemachine,
enverwijderhetdeksel.
4.Controleerderiemspanning.Dezemoetniet
meerdan6mmingedruktwordenmetde
gemiddeldekrachtvaneenvingerophetstuk
vanderiembovenhetmachineframe(Figuur
26).
g021850
Figuur26
1.Riem3.Moer
2.Poeliehouder
5.Omderiemtespannenmaaktude4bouten
enmoerenwaarmeedepoeliehouderophet
framegemonteerdislos.Danbeweegtude
poeliehoudernaarlinksomderiemtespannen.
Zetde4boutenenmoerendanweervast
(Figuur26).
6.Monteerderiemkapmetdebevestigingsmidde-
lenuitstap3.
27
Onderhoudvande
messen
Controlerenenvervangen
vandemessen
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikof
dagelijks—Controleerdemessen
opslijtageofbeschadigingen.
Alsdeverticuteermessenversletenzijnennietgoed
meerwerkenvervangzedan:
Belangrijk:Voerdezeprocedureuitalsde
brandstoftankleegofbijnaleegis.
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.Stelde
parkeerreminwerking.
2.ZetbrandstofafsluitklepopdeUIT-stand,tapde
brandstofafuitdetank;zieBrandstofaftappen
uitdebrandstoftank(bladz.24).
3.Verwijderde4bouten,borgringen,en2
afstandsstukkenwaarmeehetriemdekselis
bevestigdopdelinkerkantvandemachine,en
verwijderhetdeksel.
4.Verwijderdeaandrijfriemvandemessenvan
demachine.
5.Kanteldemachinenaarachterentotdatde
bovenstehendeldegrondraakt,plaatsdaneen
assteunonderdemachine.
Opmerking:Kanteldemachineindiennodig
met2personennaarachteren.
VOORZICHTIG
Hetheffenenondersteunenvande
machinemetuitsluitendmechanische
ofhydraulischekrikkenkangevaar
opleveren.Dezekrikkenkunnenniet
voldoendesteunbiedenofdefectraken
waardoordemachinevaltenmogelijk
letselveroorzaakt.
Vertrouwnietalleenopmechanische
ofhydraulischekrikkenvoorde
ondersteuning.Gebruikgeschikte
assteunenofietsdergelijks.
6.Laatdesnijmessennaardeonderstestand
zakken.
7.Draaideasmetdeverticuteermessen.Deze
moetvrijrondkunnendraaien.Alsdeasniet
vrijdraaiteneenschurendgeluidmaaktzijnde
lagersversleten,vervangdezealsdemessen
vervangenworden.
8.Controleerdemessenopbeschadigingen
slijtage,vervangzeindiennodig.
GEVAAR
Eenversletenofbeschadigdmeskan
breken.Eendeelvanhetmeskan
dannaardegebruikerofomstanders
wordengeslingerdenleidentoternstig
ofdodelijkletsel.
Controleerdemessenopgezette
tijdenopslijtageofbeschadigingen.
Vervangeenversletenofbeschadigd
mes.
9.Verwijderde4slotboutenenborgmoeren
waarmeedemessenzijnbevestigd(Figuur27),
enneemdezeuitdebevestigingsbeugel.
g021373
Figuur27
1.Slotbout9.Sleutel
2.Bevestigingsbeugel
10.Afstandsstukvandepoelie
3.Flenslagermet
borgschroeven
11.Moervandeverticuteer-as
4.Borgmoer
12.Afstandsstukvande
verticuteer-as
5.Poelie13.Mes
6.Tapsenaafmet
borgschroeven
14.Afstandsstukvanhetmes
7.Ring15.As
8.Bout
10.Verwijderde2boutenenonderlegringen
waarmeedepoelieophetlagerisbevestigd.
Maakdeborgschroevenophetlagerlosen
schuifspievandeas(Figuur27).Verwijderhet
lagerendepoeliedoordebevestigingsmiddelen
vanhetlageruitdebevestigingsbeugelte
verwijderen.
11.Maakde2borgschroevenvanhetenslager
los,enschuifhetlagervandeas.
12.Maakdemoervandeverticuteer-aslos,en
verwijderdemoerenhetafstandsstukvande
as.
13.Schuifdemessenenafstandsstukken
voorzichtigvandeas,vervangdezeindien
nodig.
28
14.Monteerhetgeheelinomgekeerdevolgorde.
Opmerking:Verdraaielkmesmet1/6
omwentelingtenopzichtevanhetvoorgaande
mes.
WAARSCHUWING
Onjuistemontagevandemessen
ofbevestigingdaarvankan
gevaaropleveren.Indiennietalle
oorspronkelijkeonderdelenworden
gemonteerdzoalshiergetoondzoueen
mesofanderonderdeelkunnenworden
uitgeworpenentoternstigofdodelijk
letselkunnenleiden.
GebruikaltijdToromessen,
mesaandrijvingenenmesbouten,
zoalshiergetoond.
15.Zetdemachineweerrechtop.
16.Sluitdebougiekabelaanopdebougie.
Onderhoudvande
zaadschuif
Controlerenvande
zaadschuif
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
Opmerking:Vastzittendeverontreinigingkande
bewegingvandezaadschuifhinderen.
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.Stelde
parkeerreminwerking.
2.Controleerdatdezaadschuifvrijkanbewegen
endatergeenopgebouwdevervuilingis.
3.Alsdezaadschuifniettotdeaanslagopentals
dehendelvandezaadtoevoerindeAAN-stand
staatziedanReinigenvandezaadschuif(bladz.
31).
Instellenvandezaadschuif
indegeslotenstand
Alsdezaadschuifgedeeltelijkopenstaatmetde
hendelvandezaadtoevoerindeUIT-standvolgdan
deonderstaandestappen:
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.
2.Zetdemessenindehoogstestand.
3.Zetdehendelvandezaadtoevoerinde
UIT-stand.
4.Maakdemoerenvandekabelvandezaadschuif
los(zieFiguur28).
29
g013391
Figuur28
1.Contramoer
2.Kabel
5.Versteldekabelnaarrechtsomdezaadschuif
tesluitenennaarlinksomdezetesluiten.
Belangrijk:Zetdekabelnietzostrakdat
dezaadschuifgeheelnaarrechtswordt
getrokkenmeteenhogespanningopde
kabel,datzalleidentotschadeaande
zaadschuifendekabel.Versteldekabel
alleenzoverdatdeopeningenaande
onderkantvandemachinegeslotenzijn.
6.Draaidecontramoerenaan,controleerde
hendelvandezaadtoevoeromteverzekeren
datdezaadschuifjuistopentensluit.
Reiniging
Wassenvandemachine
Wasdemachineindiennodigmetwater,eventueel
meteenmildreinigingsmiddel.Bijhetschoonmaken
vandemachinekuntueendoekgebruiken
Belangrijk:Gebruikgeenbrakofteruggewonnen
wateromdemachineschoontemaken.
Belangrijk:Wasdemachinenietmeteenhoge
drukspuit.Hogedrukspuitenkunnenbelangrijke
stickerslosmakenofvetbijbewegendepunten
wegspoelen.Gebruiknietteveelwaterbijhet
bedieningspaneelendemotor.
Belangrijk:Wasdemachinemetlopendemotor.
Hetwassenvandemachinemetlopendemotor
kanleidentotinternebeschadigingvandemotor.
Reinigingvandemotor
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
(Reinigdemotorendeuitlaatvaker
bijgebruikineendrogeofvuile
omgeving.)
VOORZICHTIG
Vervuilingbijdemotorendeuitlaatkanleiden
totoververhittingenbrandgevaar.
Verwijderallevervuilingronddemotoren
uitlaat.
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.
2.Verwijderallevervuilingvanhet
lucht-inlaatroostervandemotorenrond
demotor.
3.Veegovertolligvetofolieronddemotorweg.
Reinigenvandeonderkant
vandemachine
Onderhoudsinterval:Bijelkgebruikofdagelijks
1.Schakeldemotoruit,wachttotdatalle
bewegendedelentotstilstandzijngekomenen
neemdebougiekabelvandebougie.
2.Omdebesteresultatenteverkrijgen,moetude
onderkantvandemachineschoonhouden.
30
VOORZICHTIG
Erkanvervuilingaandeonderkantvan
demachineloskomen.
Draagoogbescherming.
Blijfindebedrijfsstand(achterde
handgreep).
Houdomstandersuitdebuurt.
3.ZetbrandstofafsluitklepopdeUIT-stand,tapde
brandstofafuitdetank;zieBrandstofaftappen
uitdebrandstoftank(bladz.24).
4.Kanteldemachinenaarachterentotdatde
bovenstehendeldegrondraakt,plaatsdaneen
assteunonderdemachine.
Opmerking:Kanteldemachineindiennodig
met2personennaarachteren.
5.Verwijderdevervuilingmeteenschrapervan
hardhoutofietsdergelijks.Vermijdbramenen
scherperanden.
6.Zetdemachineweerrechtop.
7.Vuldebrandstoftank.
8.Sluitdebougiekabelaanopdebougie.
Ruimteonderde
drijfriemkapreinigen
Onderhoudsinterval:Omde50bedrijfsuren
1.Zetdemotoruitenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandgekomenzijn.
2.Verwijderdebougiekabelvandebougie.
3.Verwijderenbewaarde4bouten,borgringen,
en2afstandsstukkenwaarmeehetriemdeksel
isbevestigdopdelinkerkantvandemachine,
enverwijderhetdeksel.
4.Verwijderhetdekselenborstelvervuilingrond
deriemweg.
5.Monteerhetriemdeksel,endraaide
bevestigingsmiddelenaan.
6.Sluitdebougiekabelaanopdebougie.
Reinigenvandezaadschuif
1.Zetdemotoruitenwachttotdatallebewegende
onderdelentotstilstandgekomenzijn.
2.Verwijderdebougiekabelvandebougie.
3.Tapdebenzineafuitdebrandstoftank;zie
Brandstofaftappenuitdebrandstoftank(bladz.
24).
4.Kanteldemachinenaarachterentotdatde
bovenstehendeldegrondraakt,plaatsdaneen
assteunonderdemachine.
Opmerking:Kanteldemachineindiennodig
met2personennaarachteren.
5.Verwijdervervuilingtussenhetframeende
zaadschuif.
6.Smeerhetglijoppervlaktussenhetframeende
zaadschuifmeteendroogsmeermidel.
7.Zetdemachineweerrechtop.
8.Vuldebrandstoftank.
9.Sluitdebougiekabelaanopdebougie.
31
Stalling
Demachineveiligstallen
Parkeerdemachineopeenvlakkeondergrond,
schakeldemotoruit,wachttotdatallebewegende
delentotstilstandzijngekomen,schakelde
parkeerremin,enlaatdemotorafkoelenvoordat
udemachinestalt.
Staldemachineofbrandstofnietbijopenvuuren
tapdebrandstofnietbinnenineengebouwaf.
Demachinestallen
1.Brengdesnijmessenomhoog,brengde
machinetotstilstand,zetdemotorafenmaak
debougiekabellosvandebougie.
2.Verwijdervuilvanalleonderdelenvande
machine.
Belangrijk:Ukuntdemachinemeteenmild
reinigingsmiddelenwaterwassen.Reinig
demachinenietmeteenhogedrukreiniger.
Gebruiknietteveelwater,zekernietinde
buurtvandemotor.
3.Geefhetluchtltereenonderhoudsbeurt;zie
Onderhoudvanhetluchtlter(bladz.21).
4.Verversdemotorolie;zieMotorolieverversen
(bladz.22).
5.Smeerdelagersvandeverticuteer-as;zie
Smerenvandelagersvandeverticuteer-as
(bladz.20).
6.Wanneerdemachinelangerdan30dagen
nietwordtgebruikt,moetzealsvolgtworden
voorbereidopstalling:
A.Voegeenstabilizer/conditionerop
aardoliebasistoeaandebrandstofinde
tank.Volgdemengvoorschriftenvande
fabrikantvandestabilizerop.Gebruik
geenstabilizeropalcoholbasis(ethanol
ofmethanol).
Opmerking:Stabilizer/conditionerwerkt
hetbestalshetmetversebrandstofwordt
gemengdenaltijdwordtgebruikt.
B.Laatdemotorlopentotdatdezeafslaat
doorgebrekaanbrandstof.
C.Schakeldechokein.
D.Startdemotorenlaatdezelopentotdatde
motornietmeerstart.
E.Umoetbrandstofopdejuistewijze
afvoeren.Voerdebrandstofafvolgensde
plaatselijkgeldendevoorschriften.
Belangrijk:Bewaarbrandstofmet
stabilizer/conditionernietlangerdan
aanbevolendoordefabrikantdaarvan.
7.Controleerallebouten,schroevenenmoeren
endraaidezevast.Repareerofvervang
beschadigdedelen.
8.Werkallekrassenofafgebladderde
metaaloppervlakkenbijmetlakvaneenerkende
servicedealer.
9.Slademachineopeenvlakkeondergrondin
eenschone,drogegarageofopslagruimteop.
10.Dekdemachineafomdezetebeschermenen
schoontehouden.
Demachineuitdestalling
halen
1.Controleerallebevestigingenendraaideze
vast.
2.Controleerdebougieenvervangdezeindien
hijvuil,versletenofgebarstenis;ziede
gebruikershandleidingvandemotor.
3.Monteerdebougiehandvastendannog1/2
slagindiendezenieuwis,enandersnog1/8tot
1/4slag.
4.Voerdevereisteonderhoudsproceduresuit;zie
Onderhoud(bladz.19).
5.Controleerhetoliepeilindemotor;zieHet
motoroliepeilcontroleren(bladz.22).
6.Vuldebrandstoftankmetversebrandstof;zie
Brandstofbijvullen(bladz.12).
7.Sluitdebougiekabelaanopdebougie.
32
Problemen,oorzaakenremedie
ProbleemMogelijkeoorzaakRemedie
1.Debrandstoftankisleeg.1.Vuldebrandstoftank.
2.Debrandstofsluitklepisgesloten.2.Opendebrandstofklep.
3.Erzitvuilinhetbrandstoflterinde3.Brandstofltervervangen.
4.Vuil,waterofoudebrandstofinhet
brandstofsysteem.
4.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
5.Hetluchtlterisvuil.5.Reinigofvervanghet
luchtlterelement.
6.Debougieisoudofheefteenonjuiste
elektrodeafstand.
6.Steldebougieinofvervangdeze.
Demotorstartniet,startmoeilijkofslaat
af.
7.Debougiekabelisnietaangesloten.
7.Controleerdeaansluitingvande
bougiekabel.
1.Demotoristezwaarbelast.
1.Verminderderijsnelheidofmesdiepte.
2.Hetluchtlterisvuil.2.Reinigofvervanghet
luchtlterelement.
3.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.3.Hetcarterbijvullenmetolie.
4.Dekoelribbenenluchtkanalenvande
motorzijnverstopt.
4.Verwijderdeobstructieuitde
koelribbenenluchtkanalen.
5.Vuilinhetbrandstoflter.5.Brandstofltervervangen.
Demotorverliestvermogen.
6.Vuil,waterofoudebrandstofinhet
brandstofsysteem.
6.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
1.Demotoristezwaarbelast.
1.Verminderderijsnelheidofmesdiepte.
2.Hetoliepeilinhetcarteristelaag.2.Hetcarterbijvullenmetolie.
Demotorraaktoververhit.
3.Dekoelribbenenluchtkanalenvande
motorzijnverstopt.
3.Verwijderdeobstructieuitde
koelribbenenluchtkanalen.
Demachinetrektnaarrechtsofnaarlinks
bijhetrijden.
1.Debandenspanningvande
aandrijfbandenisonjuist.
1.Brengdeaangedrevenbandenopde
juistespanning.
1.Deriemvandeaandrijvingofpompis
versleten,losofstuk.
1.Riemvervangen.
2.Deriemvandeaandrijvingofpompis
vaneenpoeliegelopen.
2.Riemvervangen.
3.Hetoliepeilindetransmissieislaag.3.Vuldetransmissiebijmethydraulische
olie.
Demachinerijdtniet.
4.Dekabelvanderijaandrijvingis
gebrokenofmoetwordeningesteld.
4.Steldekabelinofvervangdeze.
1.Eénofmeermessenzijnverbogen.
1.Monteernieuwemessen.
2.Debevestigingsboutenvandemotor
zittenlos.
2.Debevestigingsboutenvandemotor
vastdraaien.
3.Demotorpoelieofspanpoeliezitlos.3.Desbetreffendepoelievastzetten.
4.Demotorpoelieisbeschadigd.4.Neemcontactopmeteenerkende
servicedealer.
Demachinetriltabnormaal.
5.Deriemisbeschadigd.5.Brengeennieuweriemaan.
33
Opmerkingen:
PrivacyverklaringEEA/VK
Toro’sgebruikvanuwpersoonlijkegegevens
TheT oroCompany(“T oro”)respecteertuwrechtopprivacy.Wanneeruonzeproductenkoopt,kunnenwebepaaldepersoonlijkeinformatieoveru
verzamelen,ofwelrechtstreeksviauofwelviauwplaatselijkT orobedrijfofdealer.T orogebruiktdezeinformatieomtevoldoenaancontractuele
verplichtingenzoalshetregistrerenvanuwgarantie,hetbehandelenvanuwgarantieclaimofomcontactmetuoptenemeninhetgevalvan
terugroepactiesenvoorlegitiemezakelijkedoeleindenzoalsklanttevredenheidmeten,onzeproductenverbeterenofuproductinformatieverschaffen
dievanbelangkanzijn.T orokanuwinformatiedelenmetonzedochterondernemingen,verdelersofanderezakenpartnersinverbandmetdeze
activiteiten.Wekunnenookpersoonlijkeinformatievrijgevenvanrechtswegeofinverbandmetdeverkoop,aankoopoffusievaneenbedrijf.We
verkopenuwpersoonsgegevensnooitaananderebedrijvenvoormarketingdoeleinden.
Bewaringvanuwpersoonsgegevens
Torobewaartuwpersoonlijkeinformatiezolangdezerelevantisvoordebovengenoemdedoeleindeneninovereenstemmingismetdewettelijke
vereisten.Gelievecontactoptenemenvia[email protected]voormeerinformatieoverdebewaarperiodesdievantoepassingzijn.
Toro’sengagementinzakeveiligheid
UwpersoonlijkeinformatiekanbehandeldwordenindeVSofeenanderlanddatmogelijksoepeleredatabeschermingswettenheeftdanhetlandwaar
uverblijft.Indienweuwinformatieoverdragennaareenanderlanddanhetlandwaaruverblijft,nemenwijdewettelijkverplichtemaatregelenom
ervoortezorgendatdeinformatieopgepastewijzewordtbeschermdenveiligwordtbehandeld.
Toegangencorrectie
Uhebthetrechtomuwpersoonlijkegegevenstecorrigerenofteraadplegen,ofzichteverzettentegendeverwerkingvanuwgegevensofdezete
beperken.Omdezerechtenuitteoefenen,gelieveeene-mailtesturennaar[email protected].AlsuzichzorgenmaaktoverdemanierwaaropTorouw
informatieheeftbehandeld,vragenwijuomdezedirecttenaanzienvanonsteuiten.Europeseburgershebbenhetrechtomeenklachtintedienen
bijhungegevensbeschermingsautoriteit.
374-0282RevC
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Toro 20in Turf Seeder Handleiding

Type
Handleiding