AEG EW2TN5061E Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

USER
MANUAL
NL Gebruiksaanwijzing
Wasautomaat
L6TBN62G
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE................................................................................. 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN........................................................................ 5
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT................................................................ 7
4. TECHNISCHE GEGEVENS..................................................................................8
5. MONTAGE ...........................................................................................................8
6. BEDIENINGSPANEEL........................................................................................11
7. PROGRAMMATABEL.........................................................................................13
8. OPTIES...............................................................................................................17
9. INSTELLINGEN.................................................................................................. 19
10. VOOR HET EERSTE GEBRUIK.......................................................................20
11. DAGELIJKS GEBRUIK..................................................................................... 20
12. AANWIJZINGEN EN TIPS................................................................................25
13. ONDERHOUD EN REINIGING.........................................................................27
14. PROBLEEMOPLOSSING.................................................................................30
15. VERBRUIKSWAARDEN...................................................................................32
16. SNELSTARTGIDS............................................................................................35
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat je voor dit AEG-product hebt gekozen. We hebben het gecreëerd om
jarenlang onberispelijke prestaties te leveren, met innovatieve technologieën die
het leven eenvoudiger maken – functies die je wellicht niet op gewone apparaten
aantreft. Neem een paar minuten de tijd om het beste uit het apparaat te halen.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, service- en
reparatie-informatie:
www.aeg.com/support
Registreer je product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor je
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE EN SERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met onze erkende servicedienst, zorg er dan voor dat u de
volgende gegevens tot uw beschikking hebt: Model, PNC, serienummer.
De informatie vindt u op het typeplaatje.
Waarschuwingen en veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
www.aeg.com2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die
voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste
gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige,
toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare
personen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met een beperkt
lichamelijk, zintuiglijk of verstandelijk vermogen of een
gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de
buurt van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, tenzij zij
voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit
de buurt te worden gehouden.
Houd toezicht op kinderen om te voorkomen dat zij
met het apparaat gaan spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als de deur open staat.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
1.2 Algemene veiligheid
De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
NEDERLANDS 3
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke
en soortgelijke toepassingen, zoals:
keukenruimten van personeel in winkels, kantoren
en andere werkruimten;
door gasten in hotels, motels, bed & breakfast en
andere woonomgevingen;
ruimtes voor gemeenschappelijk gebruik in
gebouwen of flats of in wasserettes.
De maximale lading van het apparaat is 6 kg.
Overschrijd de maximale belading van elk programma
niet (zie het hoofdstuk 'Programma's').
De waterdruk bij het watertoevoerpunt van de
aansluiting moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en
8 bar (0,8 MPa).
De ventilatieopeningen in de onderkant mogen niet
worden afgedekt door tapijt, een mat of andere
soorten vloerbedekking.
Het apparaat moet op de waterleiding worden
aangesloten met de nieuwe meegeleverde slangsets,
of andere nieuwe slangsets geleverd door het
geautoriseerd servicecentrum.
Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkend servicecentrum of een gekwalificeerde
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
met elektriciteit te voorkomen.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat je onderhoudshandelingen
verricht.
Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom om
het apparaat te reinigen.
Reinig het apparaat met een vochtige doek. Gebruik
alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of
metalen voorwerpen.
www.aeg.com4
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Installatie
De installatie moet voldoen
aan de relevante nationale
voorschriften.
Verwijder alle verpakking en de
transportbouten, inclusief de rubberen
mof met kunststof afstandhouder.
Bewaar de transportbouten op een
veilige plek. Als het apparaat
verplaatst moet worden in de
toekomst, moeten ze opnieuw
bevestigd worden om de trommel te
vergrendelen om interne schade te
voorkomen.
Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
Volg de installatie-instructies die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Gebruik of installeer het apparaat niet
op plekken waar de temperatuur
onder de 0°C komt of waar het wordt
blootgesteld aan
weersomstandigheden.
Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
waar u het apparaat installeert, vlak,
stabiel, hittebestendig en schoon is.
Zorg dat er lucht tussen het apparaat
en de vloer kan circuleren.
Als het apparaat op zijn permanente
plaats wordt geplaatst, moet u nagaan
of het waterpas staat. Is dit niet het
geval, stel de stelpootjes hier dan op
af.
Installeer het apparaat niet direct
boven de vloerafvoer.
Sproei geen water op het apparaat en
stel het niet bloot aan overmatige
vochtigheid.
Plaats het apparaat niet op een plek
waar de deksel niet helemaal open
kan.
Plaats geen gesloten bak om
mogelijke waterlekkage op te vangen
onder het apparaat. Neem contact op
met het geautoriseerd servicecentrum
om te raadplegen welke accessoires
gebruikt mogen worden.
2.2 Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
Gebruik geen adapters met meerdere
stekkers en verlengkabels.
Zorg dat u de netstekker en het
netsnoer niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
Raak de stroomkabel of stekker niet
aan met natte handen.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
2.3 Wateraansluiting
Het toevoerwater mag niet warmer
zijn dan 25°C.
Beschadig de waterslangen niet.
Indien buizen lang niet zijn gebruikt,
er reparaties hebben plaatsgevonden
of er nieuwe apparaten zijn geplaatst
(watermeters, enz.), moet je, voordat
de nieuwe buizen worden
aangesloten, het water laten stromen
totdat het schoon en helder is.
Zorg ervoor dat er geen zichtbare
waterlekken zijn tijdens en na het
eerste gebruik van het apparaat.
Gebruik geen verlengslang als de
toevoerslang te kort is. Neem contact
op met de erkende klantenservice
voor vervanging van de toevoerslang.
Bij het uitpakken van het apparaat is
het mogelijk dat je water uit de
afvoerslang ziet stromen. Dit komt
NEDERLANDS 5
door het testen met water van het
apparaat in de fabriek.
Je kunt de afvoerslang maximaal 400
cm verlengen. Neem contact op met
de erkende klantenservice voor de
andere afvoerslang en het
verlengstuk.
Zorg ervoor dat de kraan na installatie
bereikbaar is.
2.4 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel,
elektrische schokken, brand,
brandwonden en schade
aan het apparaat.
Volg de veiligheidsinstructies op de
verpakking van het wasmiddel op.
Plaats geen ontvlambare producten of
artikelen die vochtig zijn met
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
Was geen stoffen die zwaar bevuild
zijn met olie, vet of andere vettige
substanties. Dit kan rubberen
onderdelen van de wasmachine
beschadigen. Was dergelijke stoffen
met de hand voor, voordat u ze in de
wasmachine stopt.
Zorg ervoor dat alle metalen
voorwerpen van het wasgoed zijn
verwijderd.
2.5 Service
Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat. Gebruik alleen originele
reserveonderdelen.
Houd er rekening mee dat
zelfreparatie of niet-professionele
reparatie gevolgen kan hebben voor
de veiligheid en de garantie kan doen
vervallen.
De volgende reserveonderdelen zijn
beschikbaar gedurende 10 jaar nadat
het model is stopgezet: motor- en
motorborstels, transmissie tussen
motor en trommel, pompen,
schokdempers en veren, wastrommel,
trommelspin en aanverwante
kogellagers, verwarmers en
verwarmingselementen, inclusief
warmtepompen, leidingen en
aanverwante apparatuur, waaronder
slangen, kleppen, filters en
aquastops, printplaten, elektronische
displays, drukschakelaars,
thermostaten en sensoren, software
en firmware met inbegrip van
resetsoftware, deur, deurscharnier en
afdichtingen, andere afdichtingen,
deurvergrendelingsassemblage,
plastic randapparatuur zoals
wasmiddeldispensers. Houd er
rekening mee dat sommige van deze
reserveonderdelen alleen beschikbaar
zijn voor professionele reparateurs en
dat niet alle reserveonderdelen
relevant zijn voor alle modellen.
Met betrekking tot de lamp(en) in dit
product en reservelampen die
afzonderlijk worden verkocht: Deze
lampen zijn bedoeld om bestand te
zijn tegen extreme fysieke
omstandigheden in huishoudelijke
apparaten, zoals temperatuur,
trillingen, vochtigheid, of zijn bedoeld
om informatie te geven over de
operationele status van het apparaat.
Ze zijn niet bedoeld voor gebruik in
andere toepassingen en zijn niet
geschikt voor verlichting in
huishoudelijke ruimten.
2.6 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact en
koppel het apparaat los van de
watertoevoer.
Snijd het netsnoer vlak bij het
apparaat af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren
binnen in de trommel vast komen te
zitten.
Gooi het apparaat weg conform de
lokale voorschriften voor de
verwijdering van elektrische en
elektronische apparatuur (AEEA).
www.aeg.com6
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Speciale opties
Uw nieuwe wasautomaat voldoet aan
alle moderne eisen voor een effectieve
behandeling van wasgoed met een laag
water-, energie- en wasmiddelverbruik en
een milde behandeling van het wasgoed.
De ProSense-technologie stemt
automatisch de programmaduur af op
het wasgoed in de trommel om in zo
min mogelijk tijd perfecte
wasresultaten te behalen.
Dankzij de Soft Plus-optie wordt de
wasverzachter meer gelijkmatig over
het wasgoed verdeeld en worden de
textielvezels diep gepenetreerd met
een perfecte zachtheid als resultaat.
3.2 Apparaatoverzicht
8
9
12
6
7
10
11
2
3
1
5
4
6
1
Bedieningspaneel
2
Deksel
3
Handgreep deksel
4
Filter afvoerpomp
5
Hendel voor het verplaatsen van het
apparaat
6
Voetjes voor het waterpas zetten van
het apparaat
7
Watertoevoerslang
8
Afvoerslang
9
Netsnoer
10
Transportbouten
11
Slangensteun
12
Typeplaatje
NEDERLANDS 7
Informatie voor het registreren van producten.
Het typeplaatje vermeldt de modelnaam
(A), het productnummer (B), de
elektrische classificaties (C) en het
serienummer (D).
00000000
00A
Mod.
xxxxxxxxx
000V ~ 00Hz 0000 W
910000000
00
A
B
C
Prod.No.
D
Het infolabel vermeldt de modelnaam (A),
het productnummer (B ) en het
serienummer (C).
A
B
C
4. TECHNISCHE GEGEVENS
Afmeting Breedte / hoogte / totale
diepte
39,7 cm /90,3 cm /59,9 cm
Elektrische aansluiting Spanning (Voltage)
Totaal vermogen
Zekering
Frequentie
230 V
2200 W
10 A
50 Hz
Het beschermdeksel biedt bescherming tegen vaste stof‐
fen en vochtigheid, behalve op plaatsen waar de laag‐
spanningsapparatuur geen bescherming tegen vocht biedt
IPX4
Watertoevoerdruk Minimum
Maximum
0,5 bar (0,05 MPa)
8 bar (0,8 MPa)
Watertoevoer
1)
Koud water
Maximale belasting Katoen 6 kg
Centrifugeersnelheid Maximale centrifugeersnel‐
heid
1151 rpm
1)
Sluit de waterinlaatslang aan op een waterkraan met een 3/4'' -schroefdraad.
5. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
www.aeg.com8
5.1 Uitpakken en positioneren
1.
2
1
2.
1
2
1
2
3. 4.
Wij raden u aan om alle transportbouten en verpakking te bewaren
voor als u het apparaat gaat verplaatsen.
Zet het apparaat goed neer om trilling, lawaai en verplaatsing van het apparaat tijdens de
werking te voorkomen.
WAARSCHUWING!
Plaats geen karton, hout of vergelijkbare materialen onder de
voeten van het apparaat om deze waterpas te stellen.
NEDERLANDS 9
5.2 De toevoerslang
90
O
90
O
3/4”
3/4”
1/2”
3/4”
0.3-10 bar
FI
DK
SE
NO
Accessoires die bij het apparaat worden
geleverd, kunnen per model verschillen.
Zorg ervoor dat de slangen
geen beschadigingen
vertonen en dat de
koppelingen niet lekken.
Gebruik geen verlengslang
als de toevoerslang te kort
is. Neem contact op met de
klantenservice voor
vervanging van de
toevoerslang.
5.3 Waterafvoer
min.600 mm
max.1000 mm
De afvoerslang moet rechtstreeks in een afvoerpijp op een hoogte van niet minder dan 600
mm en niet meer dan 1.000 mm worden geplaatst.
U kunt de afvoerslang maximaal 4.000 mm verlengen. Neem contact op met de erkende
klantenservice voor de andere afvoerslang en het verlengstuk.
5.4 Elektrische aansluiting
Aan het einde van de installatie kunt u de
stekker in het stopcontact steken.
Het typeplaatje en het hoofdstuk
'Technische gegevens' geven de
benodigde elektrische waarden aan.
Zorg ervoor dat ze compatibel zijn met
de netvoeding.
Controleer of de elektrische installatie in
uw woning geschikt is voor het maximale
www.aeg.com10
vereiste vermogen; houd hierbij rekening
met andere apparaten die in gebruik zijn.
Sluit het apparaat aan op een geaard
stopcontact.
Het aansluitsnoer moet na de installatie
van het apparaat toegankelijk zijn.
Neem voor alle elektrische
werkzaamheden die nodig zijn om dit
apparaat te installeren contact op met
ons geautoriseerde servicecentrum.
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden voor schade of letsel die
voortkomt uit het niet opvolgen van
bovengenoemde
veiligheidsvoorschriften.
6. BEDIENINGSPANEEL
6.1 Beschrijving bedieningspaneel
9
81012 11
1
2 3 4
5
7
6
1
Aan/Uit drukknop
2
Programmakeuzeknop
3
Display
4
Startuitstel aanraaktoets
5
Tijd Besparen aanraaktoets
6
Spoelen aanraaktoets overslaan
Extra Spoelen -optie
Alleen spoelen -optie
7
Start/Pauze aanraaktoets
8
Vlekken/Voorwas aanraaktoets
overslaan
Vlekken -optie
Voorwas -optie
9
Anti-Allergie aanraaktoets
10
Vloeibaar Wasmiddel aanraaktoets
11
TPM aanraaktoets voor vermindering
12
Temp. °C. aanraaktoets
NEDERLANDS 11
6.2 Display
MIX
Het controlelampje knippert tijdens de ladingbepaling.
Controlelampje maximum wasgoedgewicht. Knippert als de wasgoed‐
belading de maximum toegestane belading van het geselecteerde pro‐
gramma overschrijdt.
Controlelampje deksel vergrendeld.
Controlelampje uitgestelde start.
Het controlelampje kan aangeven:
Duur van het programma (bijv. ).
Uitsteltijd (bijv. of ).
Einde cyclus (
).
Alarmcode ( ).
Indicatielampje van wasfase. Knippert tijdens de voorwas- en wasfase.
Indicatielampje spoelfase. Knippert tijdens de spoelfase.
Soft Plus-optie. Het -controlelampje boven de gaat branden als
de optie is ingesteld.
Controlelampje centrifugeer- en afvoerfase. Knippert tijdens het centri‐
fugeren en afvoeren.
Controlelampje kinderbeveiliging.
Controlelampje temperatuur. Het controlelampje gaat branden als
koude was gekozen is.
Controlelampje toerental.
Controlelampje geen centrifugeertoerental. Centrifugeerfase is uitge‐
schakeld, het apparaat voert alleen een pompfase uit.
Controlelampje Spoelstop.
www.aeg.com12
Controlelampje extra stil.
Controlelampje tijdsbesparing.
7. PROGRAMMATABEL
Wasprogramma’s
Programma Stan‐
daardtem‐
peratuur
Tempera‐
tuurbereik
Referentie
centrifu‐
geersnel‐
heid
Centrifu‐
geersnel‐
heidsbe‐
reik
Maxima‐
le lading
Programmabeschrijving
Eco 40-60
40 °C
1)
1200 rpm
1200- 400
rpm
6 kg
Wit katoen en kleurvast katoen..
Normaal vervuilde kledingstukken.
Het energieverbruik daalt en de
duurtijd van het wasprogramma
neemt toe, waardoor goede wasre‐
sultaten worden gegarandeerd.
Katoen
40ºC
95ºC -
koud
1200 rpm
1200 - 400
rpm
6 kg
Wit en bont katoen zwaar tot nor‐
maal vervuild.
Synthetica
40 °C
60 °C -
Koud
1200 rpm
1200- 400
rpm
3 kg
Synthetische of gemengde stof‐
fen.. Normaal vervuilde kledingstuk‐
ken.
Fijne Was
30 °C
40 °C -
Koud
1200 rpm
1200 - 400
rpm
2 kg
Fijne stoffen zoals acryl, viscose
en gemengde stoffen hebben een
milde wasbeurt nodig. Voor nor‐
maal en licht bevuild wasgoed.
Wol/Zijde
40 °C
40 °C -
Koud
1200 rpm
1200- 400
rpm
1 kg
Machinewasbestendige wol,
handwasbestendige wol en ande‐
re stoffen met «handwas»-sym‐
bool
2)
.
20 min. - 3 kg
30 °C
40 °C -
30 °C
1200 rpm
1200 -
400rpm
3 kg
Katoen en synthetische items licht
vervuild of slechts eenmaal gedra‐
gen.
NEDERLANDS 13
Programma Stan‐
daardtem‐
peratuur
Tempera‐
tuurbereik
Referentie
centrifu‐
geersnel‐
heid
Centrifu‐
geersnel‐
heidsbe‐
reik
Maxima‐
le lading
Programmabeschrijving
Outdoor
30 °C
40 °C -
Koud
1200 rpm
1200 -400
rpm
2 kg
3)
1 kg
4)
Gebruik geen wasver‐
zachter en zorg er‐
voor dat er geen was‐
verzachter resten in
de wasmiddeldoseer‐
lade achter zijn geble‐
ven.
Buitenkleding, technische en
sportmaterialen, waterdichte en
ademende jacks, shell jackets met
verwijderbare fleece- of binnen‐
voering.De aanbevolen waslading
is 2 kg. Dit programma kan ook wor‐
den gebruikt als herstellende cyclus
voor waterdichtheidsbehandelingen,
in het bijzonder voor behandeling
van kleding met een waterafstoten‐
de laag. Ga voor deze herstelbehan‐
deling van de waterafstootbaarheid
als volgt te werk:
Giet het wasmiddel in het vakje
.
Schenk een speciaal herstellend
middel voor waterafstootbaarheid
in het vakje voor de wasverzach‐
ter .
Beperk de wasgoedlading tot 1
kg.
Om de waterafstotende behandeling
verder te versterken dient u het was‐
goed te drogen in een droger op het
droogprogramma Outdoor (indien
beschikbaar en indien het kleding‐
stuk in de droger mag worden ge‐
droogd).
Dekbed
40 °C
60 °C -
Koud
800 rpm
800 - 400
rpm
2 kg
Enkele synthetische deken, ge‐
voerde kleding, dekbedden, dons‐
jassen en soortgelijke items.
www.aeg.com14
Programma Stan‐
daardtem‐
peratuur
Tempera‐
tuurbereik
Referentie
centrifu‐
geersnel‐
heid
Centrifu‐
geersnel‐
heidsbe‐
reik
Maxima‐
le lading
Programmabeschrijving
Strijkvrij
40 °C
60 °C -
Koud
800 rpm
800 rpm -
400 rpm
3 kg
Synthetische stoffen die voor‐
zichtig gewassen moeten worden.
Normaal en licht bevuild wasgoed.
5)
Pompen/
Centrif.
-
1200 rpm
1200 rpm -
400 rpm
6 kg
Alle stoffen, behalve wol en zeer
delicate stoffen. Om het wasgoed
te centrifugeren en het water uit de
trommel af te voeren.
1)
Volgens Verordening (EU) 2019/2023 van de Commissie kan dit programma bij 40°C normaal bevuild
katoenen wasgoed dat wasbaar is verklaard bij 40°C of 60°C, samen in dezelfde cyclus reinigen.
Voor de bereikte temperatuur in het wasgoed, de duur van het programma en andere ge‐
gevens wordt verwezen naar het hoofdstuk 'Verbruikswaarden'.
De meest efficiënte programma's op het gebied van energieverbruik zijn over het alge‐
meen programma's die presteren bij lagere temperaturen en een langere duur.
2)
Tijdens deze cyclus draait de trommel langzaam om te zorgen voor een zacht wasproces. Het kan
lijken alsof de trommel niet draait of niet goed draait, maar dat is normaal voor dit programma.
3)
Wasprogramma.
4)
Wasprogramma en waterdichtheidsbehandeling.
5)
Om kreuken te beperken, regelt deze cyclus de watertemperatuur en voert een zachte wasbeurt en
centrifugeerfase uit. Het apparaat voegt enkele spoelgangen toe.
Compatibiliteit van programmaopties
OPTIES
PROGRAMMA
Eco 40-60
Katoen
Synthetica
Fijne Was
Wol/Zijde
20 min. - 3 kg
Outdoor
Dekbed
Strijkvrij
Pompen/Centrif.
TPM
Spoelstop
Extra stil
NEDERLANDS 15
OPTIES
PROGRAMMA
Eco 40-60
Katoen
Synthetica
Fijne Was
Wol/Zijde
20 min. - 3 kg
Outdoor
Dekbed
Strijkvrij
Pompen/Centrif.
Vlekken
1)
Voorwas
Extra Spoelen
Alleen spoelen
Anti-Allergie
Tijd Besparen
2)
Startuitstel
Vloeibaar Wasmiddel
Soft Plus
1)
Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40 °C.
2)
Als u de kortste cyclusduur instelt, adviseren wij u de grootte van de lading te verminderen. Het is mo‐
gelijk om de volledige lading te gebruiken, maar het wasresultaat kan dan minder bevredigend zijn.
Geschikte wasmiddelen voor wasprogramma’s
Programma
Universeel
poeder
1)
Universele
vloeistof
(Liquid Uni‐
versal)
Vloeistof
voor ge‐
kleurde was
Fijne was
en wol
Speciaal
Eco 40-60 -- --
Katoen
-- --
Synthetica
-- --
Fijne Was
-- -- --
Wol/Zijde
-- -- --
20 min. - 3 kg
-- -- --
Outdoor
-- -- --
Dekbed
-- -- --
www.aeg.com16
Programma
Universeel
poeder
1)
Universele
vloeistof
(Liquid Uni‐
versal)
Vloeistof
voor ge‐
kleurde was
Fijne was
en wol
Speciaal
Strijkvrij
-- --
1)
Bij een temperatuur hoger dan 60°C wordt het gebruik van waspoeder aanbevolen.
▲ = Aanbevolen -- = Niet aanbevolen
7.1 Woolmark Apparel Care - Blauw
De wolwascyclus van de machine is goedge‐
keurd door Woolmark voor het wassen van
wollen kleding waarvan in het label staat dat
het handwas is, op voorwaarde dat de kle‐
dingstukken worden gewassen volgens de in‐
structies op het label in het kledingstuk en die
van de fabrikant van deze wasmachine. Volg
de instructies op het wasvoorschrift in de kle‐
ding. M1145
Het Woolmark-symbool is een certificerings‐
merk in vele landen.
8. OPTIES
8.1 Inleiding
Niet alle opties en functies
zijn beschikbaar voor alle
wasprogramma's. Controleer
de verenigbaarheid van de
opties en functies met de
wasprogramma's in het
'Programmaoverzicht'. Een
optie of functie kan een
andere uitsluiten. In zo'n
geval staat het apparaat niet
toe dat u de onverenigbare
opties of functies samen
instelt.
Zorg dat het scherm en de
toetsen altijd schoon en
droog zijn.
8.2 Aan/Uit
Druk een paar seconden op deze knop
te drukken kunt u het apparaat in- of
uitschakelen. Er klinken twee
verschillende geluiden als het apparaat
in- of uitgeschakeld wordt.
Omdat de stand-by-functie het apparaat
automatisch uitschakelt om het
energiegebruik in een aantal gevallen te
beperken, moet u het apparaat wellicht
weer inschakelen.
Raadpleeg de paragraaf over stand-by in
het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik' voor
meer informatie.
8.3 Temp. °C.
Wanneer het gewenste programma is
gekozen, stelt uw machine automatisch
een standaard temperatuur voor.
Stel deze optie in om de
standaardtemperatuur te wijzigen.
De aanduiding = koud water van de
ingestelde temperatuur gaat aan (het
apparaat verwarmt het water niet).
8.4 TPM
Als u een programma instelt, stelt het
apparaat automatisch de maximaal
toegestane centrifugeersnelheid in.
NEDERLANDS 17
Raak deze toets herhaaldelijk aan om:
Het centrifugeersnelheid in te
stellen.
De display toont alleen
de centrifugesnelheden
die voor het ingestelde
programma beschikbaar
zijn.
Activeer de optie Spoelstop.
De laatste centrifugeerfase wordt niet
uitgevoerd. Het laatste spoelwater
wordt niet weggepompt, om te
voorkomen dat het wasgoed kreukt.
Het wasprogramma eindigt met water
in de trommel.
Op het display verschijnt het
indicatielampje . De deksel blijft
vergrendeld en de trommel draait
regelmatig om kreuken te
verminderen. U moet het water
afvoeren om het deksel te kunnen
openen.
Als u de knop Start/Pauze aanraakt,
voert het apparaat de centrifugeerfase
uit en pompt het water weg.
Het apparaat zal het
water na circa 18 uur
automatisch uit het
apparaat wegpompen.
Activeer de Extra stil-optie.
Alle centrifugefasen tussendoor en de
laatste centrifugeerfase worden
overgeslagen en het programma
eindigt met water in de trommel. Zo
wordt voorkomen dat de was kreukt.
Op het display verschijnt het
indicatielampje . Het deksel blijft
vergrendeld. De trommel draait
regelmatig om kreuken te beperken.
U moet het water afvoeren om het
deksel te kunnen openen.
Omdat dit programma heel stil is, is
het geschikt voor nachtelijk gebruik
als er goedkopere stroomtarieven
beschikbaar zijn. Bij sommige
programma's wordt voor de
spoelingen meer water gebruikt.
Als u de knop Start/Pauze aanraakt,
voert het apparaat alleen de
wegpompfase uit.
Het apparaat zal het
water na circa 18 uur
automatisch uit het
apparaat wegpompen.
8.5 Vlekken/Voorwas
Druk meerdere malen op deze knop om
een van de twee opties te activeren.
Vlekken
Kies deze optie om een fase voor
vlekken aan het programma toe te
voegen en het zwaar vervuilde of
bevlekte wasgoed met
vlekkenverwijderaar te behandelen.
Doe de vlekkenverwijderaar in het vak
. De vlekkenverwijderaar wordt in
de geschikte fase van het
wasprogramma toegevoegd.
Deze optie kan de
programmaduur
verlengen en is niet
beschikbaar met een
temperatuur onder de
40 °C.
Voorwas
Gebruik deze functie om een
voorwasfase op 30°C toe te voegen
voor de wasfase.
Deze optie wordt aanbevolen voor
zwaar vervuild wasgoed, met in het
bijzonder zand, stof, modder en
andere vaste deeltjes.
Deze optie kan de duur
van het programma
verlengen.
De overeenkomstige aanduiding
boven de aanraakknoppen brandt.
8.6 Spoelen
Met deze knop kunt u één van deze
volgende opties kiezen:
Optie Extra Spoelen
Deze optie voegt een paar koude
spoelgangen toe aan het gekozen
wasprogramma.
Gebruik deze optie voor personen die
allergisch zijn voor wasmiddelresten
en in gebieden waar het water erg
zacht is.
www.aeg.com18
Deze optie verlengt de
duur van het programma
enigszins.
Wasfase overslaan - Alleen spoelen
Het apparaat voert alleen de
spoelgang, het centrifugeren en het
wegpompen van het water van het
gekozen programma uit.
Het bijbehorende indicatielampje gaat
branden.
8.7 Tijd Besparen
Met deze optie kunt u de
programmaduur inkorten.
Bij normaal of licht vervuild wasgoed
wordt het aanbevolen het
wasprogramma in te korten. Raak
deze knop eenmaal aan om de
tijdsduur te verminderen.
Raak bij een kleinere lading deze
knop tweemaal aan om een extra kort
programma in te stellen.
Op het display verschijnt het
indicatielampje .
8.8 Anti-Allergie
Stel deze optie in met het programma
voor witte Katoen items. Wanneer de
optie is geselecteerd, kan noch de
temperatuur, noch de cyclustijd worden
gewijzigd. Optie Tijd Besparen en
Extra stil zijn niet beschikbaar.
De overeenkomstige aanduiding boven
de aanraakknoppen brandt.
Deze optie verwijdert micro-organismes
dankzij een wasfase met een
temperatuur die gedurende een aantal
minuten boven de 60°C wordt gehouden.
Dit helpt in de verwijdering van
ziektekiemen, bacteriën, micro-
organismen en andere deeltjes. De
toevoeging van stoom met een extra
spoelbeurt zorgt voor een juiste
verwijdering van wasmiddelresten en
pollen/allergenen en maakt het geschikt
voor de tere en gevoelige huid.
8.9 Vloeibaar Wasmiddel
Druk op deze toets om de cyclus aan te
passen als u een vloeibaar wasmiddel
gebruikt.
Het bijbehorende indicatielampje gaat
branden.
LET OP!
Zorg ervoor dat u de
schakelaar voor vloeistof/
poeder op het wasmiddelvak
op de juiste stand zet.
Raadpleeg het hoofdstuk
‘Vloeibaar wasmiddel of
waspoeder’.
8.10 Startuitstel
Met deze optie kunt u het starten van
een programma uitstellen naar een
handiger tijdstip.
Druk herhaaldelijk op de knop om de
gewenste uitsteltijd in te stellen. De tijd
wordt met stappen van 30 minuten
verhoogd tot 90' en van 2 tot maximaal
20 uur.
Na het aanraken van de toetsStart/
Pauze geeft het display de aanduiding
en de gekozen uitsteltijd weer en
begint het apparaat af te tellen.
8.11 Start/Pauze
Raak toets Start/Pauze aan om het
draaiende programma te starten, te
pauzeren of te onderbreken.
9. INSTELLINGEN
9.1 Geluidssignalen
Voor het deactiveren van de
geluidssignalen wanneer het programma
voltooid is, raakt u gedurende 3
seconden tegelijkertijd toetsen Anti-
Allergie en Vlekken/Voorwas aan.
De geluidssignalen blijven
werken als er een storing
optreedt.
NEDERLANDS 19
9.2 Kinderslot
Met deze optie kunt u voorkomen dat
kinderen met het bedieningspaneel
spelen.
Voor het inschakelen/uitschakelen
van deze optie raakt u tegelijkertijd
TPM en Vlekken/Voorwas aan tot het
indicatielampje
aan/uit gaat.
U kunt deze optie inschakelen:
Nadat u toets Start/Pauze aanraakt:
alle knoppen en de programmaknop
worden uitgeschakeld (behalve de
toets Aan/Uit).
Voordat u toets Start/Pauze aanraakt:
kan het apparaat niet starten.
Het apparaat behoudt de keuze van
deze optie nadat u het heeft
uitgeschakeld.
9.3 Soft Plus
Kies de optie Soft Plus om de verdeling
van de wasverzachter te optimaliseren
en de zachtheid van de was te
verbeteren.
Dit wordt aanbevolen als u de
wasverzachter gebruikt.
Deze optie verlengt de duur
van het programma
enigszins.
Om deze optie te activeren/deactiveren
raakt u de knop Temp. °C. en de knop
TPM tegelijkertijd aan tot het
controlelampje boven het
controlelampje aan of uit gaat.
9.4 Permanent extra spoelen
Met deze optie kunt bij elke programma
automatisch een extra spoelbeurt
instellen.
Raak voor het inschakelen/
uitschakelen van deze optie de toets
Vlekken/Voorwas en Spoelen aan. De
overeenkomstige aanduiding naast de
tiptoetsen brandt.
10. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Tijdens de installatie of
voordat u het apparaat voor
het eerst gebruikt, kunt u wat
water in het apparaat
waarnemen. Dit is restwater
dat in het apparaat is
achtergebleven nadat in de
fabriek een volledige
functietest werd uitgevoerd
om te garanderen dat het
apparaat in perfect
functionerende staat aan de
klant wordt geleverd en is
geen reden voor
ongerustheid.
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Draai de waterkraan open.
3. Giet 2 liter water in het
wasmiddeldoseerbakje voor de
wasfase.
Dit activeert het afvoersysteem.
4. Doe een klein beetje wasmiddel in
het doseervakje voor de wasfase.
5. Stel het programma voor katoen in
op de hoogste temperatuur zonder
wasgoed en start het programma.
Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de
trommel en de kuip.
11. DAGELIJKS GEBRUIK
11.1 Het apparaat
inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Draai de waterkraan open.
3. Druk op toets Aan/Uit om het
apparaat in te schakelen.
Er klinkt een korte toon.
11.2 Wasgoed in de machine
doen
1. Open het deksel.
www.aeg.com20
2. Druk op de toets A.
A
De trommel gaat automatisch open.
3. Doe de was in de trommel, één item
tegelijk.
4. Schud de items voor u ze in de
wasautomaat plaatst.
Zorg ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
5. Sluit de trommel en het deksel.
LET OP!
Voordat u de deur van de
machine sluit, dient u erop te
letten dat de trommel goed
is gesloten.
11.3 Wasmiddeldoseerbakjes.
Vullen met wasmiddel en
toevoegingen
1. Meet het wasmiddel en de
wasverzachter voor wasmachines af.
2. Doe het wasmiddel en de
wasverzachter in de juiste
compartimenten.
Volg altijd de instructies op
de verpakking van de
wasmiddelen.
Wasmiddelbakje voor voorwas‐
fase.
De aanduiding MAX is het maxi‐
male niveau voor de hoeveel‐
heid wasmiddel (poeder of
vloeibaar).
Voeg als u een programma met
vlekbehandeling instelt wasmid‐
del toe (waspoeder of vloei‐
baar).
Wasmiddelbakje voor wasfase.
De aanduiding MAX is het maxi‐
male niveau voor de hoeveel‐
heid wasmiddel (poeder of
vloeibaar).
Bakje voor vloeibare toevoegin‐
gen (wasverzachter, stijfsel).
Het teken
is het maximale
niveau voor vloeibare wasmid‐
delen.
Klep voor waspoeder of vloei‐
baar wasmiddel.
NEDERLANDS 21
11.4 Vloeibaar of
poederwasmiddel
1 2
3 4
CLICK
A
CLICK
B
Positie A voor waspoeder
(fabrieksinstelling).
Positie B voor vloeibaar wasmiddel.
Als je vloeibaar wasmiddel
gebruikt:
Gebruik geen
geleiachtige of
dikvloeibare
wasmiddelen.
Doe er niet meer vloeistof
in dan het maximale
niveau.
Stel de uitgestelde start
niet in.
11.5 Een programma instellen
1. Draai de programmaschakelaar om
het programma in te stellen:
Het bijbehorende indicatielampje
gaat branden.
Het indicatielampje Start/Pauze
knippert.
Op het display verschijnt: de
standaard temperatuur, de
centrifugesnelheid, de
indicatielampjes van de
programmafasen en de
programmaduur.
2. Indien nodig, wijzig de temperatuur,
de centrifugeersnelheid, de
cyclusduur of voeg extra opties toe.
Als er een optie wordt geactiveerd,
wordt de indicator van de ingestelde
optie zichtbaar.
Als een keuze niet mogelijk
is gaat de aanwijzing niet
aan en klinkt er en
geluidssignaal.
11.6 Een programma starten
zonder een uitgestelde start
Druk op toets Start/Pauze om het
programma te starten.
Het bijbehorende indicatielampje stopt
met knipperen en blijft branden.
Op het display gaat de aanduiding van
de werkende fase knipperen.
Het programma start en de deksel wordt
vergrendeld. Op het display verschijnt
het symbool
.
De afvoerpomp kan even
werken als het apparaat
gevuld wordt met water.
www.aeg.com22
11.7 Cyclustijd herberekening
Na ongeveer 15 minuten na
de start van het programma:
Het apparaat past de
cyclustijd automatisch
aan op het wasgoed dat
u in de trommel hebt
gedaan, voor perfecte
wasresultaten binnen een
minimaal benodigde tijd.
Op de display verschijnt
de nieuwe tijdwaarde.
11.8 Een programma starten
met een uitgestelde start
1. Druk herhaaldelijk op toets
Startuitstel tot het aantal minuten of
uren op de display verschijnt.
Het bijbehorende indicatielampje gaat
branden.
2. Als u op de toets Start/Pauze drukt:
Het aftellen van de uitgestelde start
wordt op het display weergegeven.
Nadat het aftelproces voltooid is, wordt
het wasprogramma automatisch gestart.
Voordat u op toets Start/
Pauze drukt om het
apparaat te starten, kunt u
de instelling van de
uitgestelde start annuleren
of wijzigen.
11.9 De uitgestelde start
annuleren
De uitgestelde start annuleren:
1. Druk op Start/Pauze om het apparaat
op pauze te zetten.
Het bijbehorende indicatielampje
knippert.
2. Druk herhaaldelijk op Startuitstel tot
het display staat.
3. Druk weer op Start/Pauze om het
programma direct te starten.
11.10 Onderbreken van een
programma en een optie
wijzigen
U kunt slechts enkele functies wijzigen
voordat ze gaan werken.
1. Druk op toets Start/Pauze.
Het bijbehorende indicatielampje
knippert.
2. Wijzig de ingestelde optie.
3. Druk nogmaals op toets Start/Pauze.
Het wasprogramma gaat verder.
11.11 Een actief programma
annuleren
1. Druk op toets Aan/Uit om het
programma te annuleren en om het
apparaat uit te schakelen.
2. Druk opnieuw op toets Aan/Uit om
het apparaat in te schakelen.
U kunt nu een nieuw wasprogramma
kiezen.
Het apparaat voert het water
af voordat u een nieuw
programma start. Zorg er in
dit geval voor dat het
wasmiddel nog in het
doseerbakje zit, zo niet vul
het dan bij.
11.12 De ProSense System
ladingdetectie
Na op de toets Start/Pauze te hebben
gedrukt:
1. De ProSense System begint met de
waarneming van de wasgoedlading
om de werkelijke programmaduur te
berekenen. De aanduiding en de
tijdstippen
knipperen.
2. Na ongeveer 15 minuten toont het
display de nieuwe programmaduur:
de aanduiding gaat uit en de
tijdstippen stopt met knipperen.
Het apparaat past de
programmaduur automatisch aan de
lading aan, om in de kortst mogelijke
tijd perfecte wasresultaten te krijgen.
De programmaduur kan langer of
korter worden.
De ProSense System-
detectie wordt alleen
uitgevoerd met volledige
wasprogramma's (zonder
geselecteerde overslafase).
NEDERLANDS 23
De ProSense System is niet
beschikbaar bij alle
programma's zoals:Wol/
Zijde, Spoelen,
Centrifug.Pompen, en
programma's met korte cycli.
11.13 Open het deksel van
het apparaat als het
programma in werking is:
LET OP!
Als de temperatuur en het
waterpeil in de trommel te
hoog zijn, blijft het symbool
voor de deurvergrendeling
aan en kunt u het deksel
niet openen.
Ga als volgt te werk om het deksel te
openen:
1. Druk een paar seconden op de knop
Aan/Uit om het apparaat uit te
schakelen.
2. Wacht een paar minuten met het
openen van het deksel.
3. Sluit het deksel.
4. Activeer het apparaat en stel het
programma weer in.
11.14 Het deksel openen als
de functie uitgestelde start is
ingesteld.
Als het startuitstel in werking is, is het
deksel van het apparaat vergrendeld.
Om het deksel van het apparaat te
openen:
1. Druk op de knop Start/Pauze .
Het dekselvergrendelingssymbool
gaat uit.
2. Open het deksel.
3. Sluit het deksel en druk op de knop
Start/Pauze .
Het startuitstel gaat door.
11.15 Einde programma
Wanneer het programma is voltooid,
stopt het apparaat automatisch. Als het
geluidssignaal actief is, weerklinkt het
signaal.
Op het display gaat aan en het
indicatielampje deksel vergrendeld
gaat uit.
Het lampje van toets Start/Pauze gaat
uit.
1. Druk op toets Aan/Uit om het
apparaat uit te schakelen.
Vijf minuten na afloop van het
programma schakelt
energiebesparingsfuncie het apparaat
automatisch uit.
Als u het apparaat weer
inschakelt, wordt het einde
van het als laatste
ingestelde programma in het
display weergegeven. Draai
aan de programmaknop om
een nieuwe cyclus in te
stellen.
2. Haal het wasgoed uit het apparaat.
3. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
4. Laat de deur iets open staan om de
vorming van schimmel en
onaangename luchtjes te voorkomen
11.16 Laat het water
weglopen na afloop van de
cyclus
Het wasprogramma is voltooid, maar
er staat water in de trommel:
De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen.
Het indicatielampje van het deksel
brandt. Het deksel blijft vergrendeld.
U moet het water afvoeren om het deksel
te kunnen openen:
1. De centrifugeersnelheid zo nodig
verlagen.
2. Druk op de knop Start/Pauze.
Het apparaat voert het water af en
centrifugeert.
3. Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool
uit en kunt u de deur openen.
4. Druk een paar seconden op Aan/Uit
om het apparaat uit te schakelen.
www.aeg.com24
Na ongeveer 18 uur begint
het apparaat automatisch
met het afvoeren van water
en centrifugeren.
11.17 AUTO Stand-by-optie
De AUTO Stand-by-functie schakelt het
apparaat automatisch uit om stroom te
besparen als:
Het apparaat is 5 minuten voordat u
op de knop Start/Pauze drukt niet
gebruikt.
Druk opnieuw op de toets Aan/Uit om
het apparaat in te schakelen.
5 minuten na afloop van het
wasprogramma
Druk opnieuw op de toets Aan/Uit om
het apparaat in te schakelen.
De tijd van het laatst ingestelde
programma wordt weergegeven op
het display.
Draai aan de programmaknop om een
nieuwe cyclus in te stellen.
Als u een programma of
optie instelt die eindigt met
water in de trommel, wordt
het apparaat niet door de
AUTO Stand-by functie
gedeactiveerd om u eraan
te herinneren het water weg
te pompen.
12. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
12.1 Voor u het wasgoed in
de trommel doet
Verdeel het wasgoed in: wit, gekleurd,
synthetisch, fijne was en wol.
Volg de wasinstructies die u op de
waslabels van het wasgoed vindt.
Was witte en bonte artikelen niet
samen.
Sommige bonte items kunnen
verkleuren met de eerste wasbeurt.
We raden je aan ze apart te wassen
voor de eerste paar keren.
Draai meerlagige stoffen, wollen en
kleding met opdrukken
binnenstebuiten.
Behandel hardnekkige vlekken voor.
Was hardnekkige vlekken met een
speciaal wasmiddel.
Wees voorzichtig met gordijnen.
Verwijder de haken of stop de
gordijnen in een waszak of
kussensloop.
Een zeer kleine lading kan problemen
veroorzaken bij de centrifugefase die
leiden tot overmatige trillingen. Als dit
voorkomt:
a. onderbreek het programma en
open de deur (raadpleeg
hoofdstuk 'Dagelijks gebruik');
b. herverdeel de lading met de
hand zodat de items gelijkmatig
over de trommel zijn verdeeld;
c. druk op de toets Start/Pauze. De
centrifugeerfase gaat door.
Knoop kussenslopen dicht, sluit
ritsen, haakjes en drukknopen. Bind
riemen, koorden, veters, linten en
andere losse elementen vast.
Was geen wasgoed zonder zomen of
met scheuren. Gebruik een waszakje
om kleine items te wassen (bijv.
beugelbh's, riemen, panty's, veters,
linten, etc.).
Maak de zakken leeg en vouw de
artikelen open.
NEDERLANDS 25
12.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en
wasmiddel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te
behandelen voordat u deze artikelen in
de machine stopt.
Er zijn speciale vlekkenverwijderaars
verkrijgbaar. Gebruik een speciale
vlekkenverwijderaar die geschikt is voor
het type vlek en stof.
12.3 Type en hoeveelheid
wasmiddel
De keuze van het wasmiddel en het
gebruik van de juiste hoeveelheden
beïnvloedt niet alleen uw wasprestaties,
maar helpt ook om verspilling te
voorkomen en het milieu te beschermen:
Gebruik uitsluitend wasmiddelen en
andere middelen die speciaal bedoeld
zijn voor wasmachines. Volg eerst
deze algemene regels:
waspoeder voor alle soorten
weefsels, met uitzondering van
fijne was. Kies bij voorkeur voor
waspoeder met bleekmiddel voor
witte was en hygiënisch wassen,
vloeibare wasmiddelen, voor
wasprogramma's op lage
temperatuur (max. 60 °C) voor
alle weefselsoorten of speciale
middelen voor wollen artikelen.
De keuze en hoeveelheid wasmiddel
zal afhangen van: type stof (delicaat,
wollen, katoen, enz.), de kleur van de
kleding, de grootte van de lading, de
mate van vervuiling, wastemperatuur
en hardheid van het gebruikte water.
Volg de aanwijzingen op de
verpakking van het wasmiddel of de
andere toevoegingen zonder het
aangegeven maximumniveau ( )
te overschrijden.
Vermeng geen verschillende soorten
wasmiddel met elkaar.
Gebruik minder wasmiddel als:
u een kleine lading wast,
het wasgoed licht vervuild is,
er grote hoeveelheden schuim
zijn tijdens het wassen.
Bij het gebruik van
wasmiddeltabletten of -pods, plaatst u
ze altijd in de trommel, niet in het
wasmiddeldoseerbakje.
Onvoldoende wasmiddel kan leiden
tot de volgende dingen:
onbevredigende wasresultaten,
het wasgoed dat grijs wordt,
vettige kleding,
schimmel in het apparaat.
Overmatig wasmiddel kan leiden tot
de volgende dingen:
schuimen,
verminderd waseffect,
ontoereikend spoelen,
een grotere impact op het milieu.
12.4 Milieutips
Om water en energie te besparen en om
het milieu te helpen beschermen, raden
wij u aan de volgende tips ter harte te
nemen
Normaal vuile waskanzonder
voorwas worden gewassen om
wasmiddel, water en tijd te besparen
(ook het milieu wordt zo beschermd!)
Door het apparaat te laden tot de
maximale capaciteit die voor elk
programma is aangegeven, wordt
het energie- en waterverbruik
verminderd.
Met de juiste voorbehandeling kunnen
vlekken en vuil worden verwijderd; het
wasgoed kan dan op een lagere
temperatuur worden gewassen.
Om de juiste hoeveelheid wasmiddel
te gebruiken, raadpleegt u de
hoeveelheid voorgesteld door de
producent van het wasmiddel en
controleert u de waterhardheid van
uw huishoudelijk systeem. Zie
"Waterhardheid".
Stel de maximaal mogelijke
centrifugeersnelheidin voor het
geselecteerde wasprogramma
voordat u uw was droogt in een
wasdroger. Dit bespaart energie
tijdens het drogen!
12.5 Waterhardheid
Als de waterhardheid in uw gebied hoog
of gemiddeld is, raden we u het gebruik
van waterontharder voor wasautomaten
aan. In gebieden waar de waterhardheid
zacht is, is het gebruik van een
waterontharder niet nodig.
www.aeg.com26
Neem contact op met het plaatselijke
waterleidingbedrijf voor de waterhardheid
in uw gebied.
Gebruik de juiste hoeveelheid van de
waterontharder. Volg altijd de instructies
die u vindt op de verpakking van het
product.
13. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
13.1 Schema periodieke
reiniging
Periodieke reiniging helpt de
levensduur van uw apparaat te
verlengen.
Houd na elke cyclus de deur en de
wasmiddeldispenser een beetje op een
kier om luchtcirculatie te krijgen en de
vochtigheid in het apparaat te drogen: dit
voorkomt schimmels en geurtjes.
Als het apparaat lange tijd niet wordt
gebruikt: sluit de waterkraan en trek de
stekker uit het stopcontact.
Indicatief schema periodieke reiniging:
Ontkalken Twee keer per jaar
Onderhoudswas‐
beurt
Eenmaal ter maand
Dekselafdichting
reinigen
Iedere twee maan‐
den
Trommel reinigen Iedere twee maan‐
den
Wasmiddeldoseer‐
bakje reinigen
Iedere twee maan‐
den
De filter van de af‐
voerpomp reinigen
Twee keer per jaar
De filter van de toe‐
voerslang en de
klepfilter reinigen
Twee keer per jaar
In de volgende paragrafen wordt
uitgelegd hoe u elk onderdeel moet
reinigen.
13.2 Vreemde voorwerpen
verwijderen
Zorg ervoor dat de zakken
leeg zijn en dat alle losse
elementen zijn
vastgebonden voordat u uw
cyclus uitvoert. Raadpleeg
'De waslading' in
'Aanwijzingen en tips'.
Verwijder alle vreemde voorwerpen
(zoals metalen clip, knoppen, munten,
enz.) die u kunt vinden in de filters en de
trommel. Raadpleeg de paragrafen 'De
trommel reinigen', 'De afvoerpomp
reinigen' en 'De filter van de toevoerslang
en de klepfilter reinigen'. Neem indien
nodig contact op met een erkend
servicecentrum.
13.3 Buitenkant reinigen
Het apparaat alleen schoonmaken met
milde zeep en warm water. Maak alle
oppervlakken volledig droog. Gebruik
geen schuursponsjes of krassend
materiaal.
LET OP!
Gebruik geen alcohol,
oplosmiddelen of chemische
producten.
LET OP!
Reinig de metalen
oppervlakken niet met een
reinigingsmiddel op
chloorbasis.
13.4 Ontkalken
Als de waterhardheid in uw
gebied hoog of gemiddeld is,
raden we u het gebruik van
waterontharder voor
wasautomaten aan.
NEDERLANDS 27
Controleer de trommel regelmatig op
kalkaanslag.
Normale wasmiddelen bevatten al
wateronthardende middelen, maar we
raden aan af en toe een cyclus te
draaien met een lege trommel en een
ontkalkingsproduct.
Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van
het product.
13.5 Onderhoudswasbeurt
Bij programma's met lage temperaturen
is het mogelijk dat er wat wasmiddel
achterblijft in de trommel. Voer
regelmatig een onderhoudswasbeurt uit.
Ga als volgt te werk:
Haal al het wasgoed uit de trommel.
Kies het katoenprogramma met de
hoogste temperatuur met een kleine
hoeveelheid wasmiddel.
13.6 Dekselafdichting
Controleer het deurrubber regelmatig en
verwijder voorwerpen uit de binnenkant.
Maak schoon indien nodig met een
ammoniakmiddel zonder het oppervlak
van de afdichting te bekrassen.
Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van
het product.
13.7 De trommel reinigen
Controleer de trommel regelmatig om
roestdeeltjes te voorkomen.
Voor een complete reiniging:
1. Reinig de trommel met speciale
producten voor roestvrij staal.
Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van
het product.
2. Laat een kort katoenprogramma op
hoge temperatuur draaien of gebruik,
indien beschikbaar, programma
Machine Clean. Voeg een kleine
hoeveelheid waspoeder toe aan de
lege trommel om achtergebleven
resten weg te spoelen.
13.8 Het wasmiddeldoseerbakje reinigen
1 2 3
13.9 Afvoerfilter reinigen
Controleer het filter van de afvoerpomp
regelmatig en houd het schoon.
Reinig de afvoerpomp wanneer:
Het apparaat pompt geen water weg.
de trommel niet ronddraait.
het apparaat een ongebruikelijk geluid
maakt door een blokkade in de
afvoerpomp.
Op het display verschijnt de
alarmcode
WAARSCHUWING!
Haal de netstekker uit het
stopcontact.
Verwijder het filter niet als
het apparaat in gebruik
is.
Reinig de pomp niet
zolang het water in de
machine heet is. Wacht
tot het water is afgekoeld.
Houd altijd een oude doek bij de hand
om het eventueel gemorste water te
kunnen opvegen als u het filter
verwijdert.
www.aeg.com28
Voor reiniging van de pomp gaat u als volgt te werk:
1 2 3
4 5
13.10 Het filter van de toevoerslang en het klepfilter reinigen
1
2
3
21
3
4
1
90
O
90
O
13.11 Noodafvoer
Als het apparaat het water niet kan
wegpompen, voert u dezelfde procedure
uit zoals die is beschreven in de
paragraaf 'Reinigen van de afvoerpomp'.
Maak de pomp zo nodig schoon.
Als u het water afvoert met de
noodafvoerprocedure, dient u het
afvoersysteem opnieuw te activeren:
1. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de
wasmiddeldoseerbakje.
2. Start het programma om water af te
voeren.
13.12 Voorzorgsmaatregelen
bij vorst
Als het apparaat is geïnstalleerd op een
plek waar de temperatuur 0 °C of
daaronder kan bereiken, dan dient u het
resterende water uit de afvoerslang en
de afvoerpomp te verwijderen.
1. Haal de netstekker uit het
stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Plaats de twee uiteinden van de
toevoerslang in een bak en laat het
water uit de slang stromen.
4. Leeg de afvoerpomp. Raadpleeg de
noodafvoerprocedure.
NEDERLANDS 29
5. Als de afvoerpomp leeg is, installeert
u de toevoerslang opnieuw.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de
temperatuur hoger is dan
0°C voordat u het apparaat
opnieuw gebruikt.
De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor
schade die door lage
temperaturen is veroorzaakt.
14. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
14.1 Alarmcodes en mogelijke storingen
Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking. Probeer eerst het probleem zelf op te
lossen (zie tabellen).
WAARSCHUWING!
Voordat u een handeling verricht, de stekker uit het stopcontact trekken.
Bij enkele problemen geeft het display een alarmcode weer en
kan de Start/Pauze -knop continu knipperen:
Probleem Mogelijke oplossing
Het apparaat wordt
niet goed gevuld met
water.
Zorg ervoor dat de waterkraan geopend is.
Ga na of de druk van de watervoorziening niet te laag is.
Neem voor deze informatie contactpersoon op met uw plaat‐
selijke waterleidingsbedrijf.
Verzeker u ervan dat de waterkraan niet verstopt is.
Controleer of er geen knikken of bochten in de watertoevoers‐
lang aanwezig zijn.
Zorg dat de positie van de watertoevoerslang correct is.
Zorg dat de filter van de toevoerslang en de filter van de klep
niet verstopt zijn. Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Het apparaat pompt
geen water weg.
Verzeker u ervan dat de gootsteenafvoer niet verstopt is.
Verzeker u ervan dat de aftapslang geen knikken of bochten
heeft.
Controleer of de afvoerfilter niet verstopt is. Reinig indien no‐
dig de filter. Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Zorg dat de aansluiting van de waterafvoerslang correct is.
Stel het afvoerprogramma in als u een programma zonder af‐
voerfase instelt.
Stel het afvoerprogramma in als u een optie heeft gekozen
waarbij water in de kuip blijft.
www.aeg.com30
Geen communicatie
tussen elektronische
elementen van de ma‐
chine.
Het programma werd niet juist voltooid of het apparaat is te
vroeg gestopt. Schakel het apparaat uit en weer aan.
Als de alarmcode weer verschijnt, neem dan contact op met
een erkend servicecentrum.
De stroomtoevoer is
niet stabiel.
Wacht tot de stroomtoevoer stabiel is.
Het beschermingssys‐
teem tegen waterlek‐
kage is in werking ge‐
treden.
Koppel het apparaat los en draai de waterkraan dicht. Neem
contact op met een erkend servicecentrum.
Als het display andere alarmcodes aangeeft, schakel het apparaat
dat uit en weer in. Als het probleem opnieuw optreedt, neemt u
contact op met de Servicedienst.
Raadpleeg onderstaande tabel voor mogelijke oplossingen in geval
van een ander probleem met de wasmachine.
Probleem Mogelijke oplossing
Het programma start
niet.
Controleer of de netstekker is aangesloten op het stopcontact.
Zorg dat het deksel en de trommeldeur goed gesloten zijn.
Zorg dat er geen zekering in de zekeringenkast is doorge‐
brand.
Verzeker u ervan dat Start/Pauze bediend is.
Als de uitgestelde start is ingesteld, annuleert u deze functie
of wacht u tot de afloop van de afteltijd.
Schakel het kinderslot uit.
Controleer de stand van de knop op het gekozen programma.
De machine vult zich
met water en pompt dit
direct weg.
Zorg dat de afvoerslang zich op de juiste hoogte bevindt. De
slang kan te laag hangen. Raadpleeg 'Montage-instructies'.
De centrifugeerfase
werkt niet of de wasfa‐
se duurt langer dan
normaal.
Stel het centrifugeerprogramma in.
Controleer of de afvoerfilter niet verstopt is. Reinig indien no‐
dig de filter. Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Verdeel het wasgoed handmatig in de trommel en start de
centrifugeerfase opnieuw. Dit probleem wordt mogelijk veroor‐
zaakt door problemen met de balans.
Er ligt water op de
vloer.
Zorg dat de aansluitingen van de waterslangen goed vast zit‐
ten en dat er geen lekken zijn.
Zorg ervoor dat de watertoevoer- en afvoerslangen niet be‐
schadigd zijn.
Zorg dat u het juiste wasmiddel en de juiste hoeveelheid ge‐
bruikt.
NEDERLANDS 31
Probleem Mogelijke oplossing
U kunt het deksel van
het apparaat niet ope‐
nen.
Zorg ervoor dat er geen wasprogramma is gekozen dat eindigt
met water in de trommel.
Zorg dat het wasprogramma voltooid is.
Stel het afvoer- of centrifugeerprogramma in als er zich water
in de trommel bevindt.
Verzeker u ervan dat er elektrische stroom op de machine
staat.
Dit probleem kan veroorzaakt worden door een storing van
het apparaat. Neem contact op met een erkend servicecen‐
trum.
De machine maakt ab‐
normale geluiden en
trilt.
Zorg dat het apparaat waterpas staat. Raadpleeg 'Montage-in‐
structies'.
Zorg dat de verpakking en/of de transportbouten verwijderd
zijn. Raadpleeg 'Montage-instructies'.
Voeg meer wasgoed aan de trommel toe. De lading is te klein.
De programmaduur
neemt toe of neemt af
tijdens het draaien van
het programma.
Het ProSense System kan de duur van het programma aan‐
passen aan het type en de hoeveelheid wasgoed. Zie 'Bela‐
dingsdetectie ProSense System' onder het hoofdstuk 'Dage‐
lijks gebruik'.
Het wasresultaat is
niet bevredigend.
Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel.
U hebt de hardnekkige vlekken niet voor het wassen uit het
wasgoed gehaald.
Zorg dat u de juiste temperatuur instelt.
Verminder de hoeveelheid wasgoed.
Te veel schuim in de
trommel tijdens de
wascyclus.
Verminder de hoeveelheid wasmiddel.
Na de wascyclus is er
wat wasmiddel achter‐
gebleven in de was‐
middellade.
Zorg dat de klep zich op de juiste positie bevindt.
Verzeker u ervan dat u het wasmiddelvakje heeft gebruikt vol‐
gens de instructie in deze gebruiksaanwijzing.
Schakel na de controle de machine in. Het programma wordt
voortgezet vanaf het punt van onderbreking.
Als het probleem opnieuw optreedt, neemt u contact op met het
geautoriseerd servicecentrum.
De contactgegevens van het servicecentrum staan op het
typeplaatje.
15. VERBRUIKSWAARDEN
15.1 Inleiding
Zie de link www.theenergylabel.eu voor
gedetailleerde informatie over het energielabel.
www.aeg.com32
De QR-code op het energielabel dat bij het apparaat
wordt geleverd, biedt een internetkoppeling naar de
informatie gerelateerd aan de prestaties van het
apparaat in de EU-EPREL-database. Bewaar het
energielabel ter referentie samen
met de gebruikershandleiding en alle andere
documenten die bij dit apparaat worden geleverd.
Het is ook mogelijk om dezelfde informatie in
EPREL te vinden via de link https://
eprel.ec.europa.eu en de modelnaam en het
productnummer die je vindt op het typeplaatje van
het apparaat. Raadpleeg het hoofdstuk
'Productbeschrijving' voor de positie van het
typeplaatje.
15.2 Legenda
kg Wasgoed. u:mm Duur programma.
kWh Energieverbruik. °C Temperatuur in de was.
Liter Waterverbruik. tpm Centrifugeersnelheid.
% Resterend vocht aan het einde van de centrifugeerfase. Hoe hoger de centrifu‐
geersnelheid, hoe hoger het geluid en hoe lager het resterende vocht.
Waarden en programmaduur kunnen verschillen afhankelijk van
verschillende omstandigheden (bijv. kamertemperatuur, watertemperatuur
en -druk, ladinggrootte en type wasgoed, voedingsspanning) en ook als je
de standaardinstelling van een programma wijzigt.
15.3 In overeenstemming met
Verordening van de
Commissie (EU) 2019/2023
Eco 40-60 pro‐
gramma
kg kWh Liter u:mm % °C
rpm
1)
Volledige lading 6 0.940 47 3:17 53 47 1151
Halve belading 3 0.518 37 2:35 53 39 1151
Kwartbelading 1,5 0.260 29 2:35 55 25 1151
1)
Maximale centrifugesnelheid.
NEDERLANDS 33
Stroomverbruik in verschillende modi
Uit (W) Stand-by (W)
Uitgestelde start
(W)
0.48 0.48 4.00
De tijd tot de Uit-/Stand-bymodus is maximaal 15 minuten.
15.4 Veelvoorkomende
programma's
Deze waarden zijn slechts indicatief.
Programma
kg kWh Liter u:mm % °C
rpm
1)
Katoen
2)
95 °C
6 2.60 85 3:25 53 85 1200
Katoen
60 °C
6 1.85 85 3:25 53 55 1200
Katoen 20°
3)
20 °C
6 0.40 85 2:45 53 20 1200
Synthetica
40 °C
3 0.65 55 2:10 35 40 1200
Fijne Was
4)
30 °C
2 0.35 50 1:00 35 30 1200
Wol/Zijde
30 °C
1 0.20 35 1:10 30 30 1200
1)
Referentie-indicator van de centrifugeersnelheid.
2)
Geschikt voor het wassen van zwaar vervuild textiel.
3)
Geschikt voor het wassen van licht vervuild katoen.
4)
Het werkt ook als een snelle wascyclus voor licht vervuild wasgoed.
www.aeg.com34
16. SNELSTARTGIDS
16.1 Dagelijks gebruik
1
2
1
2
3
Steek de stekker in het stopcontact.
Draai de waterkraan open.
Doe het wasgoed in de machine.
Plaats het wasmiddel en andere
behandelmiddelen in de juiste vakken
van de wasmiddeldoseerbakje.
1. Druk op de Aan/Uit toets om het
apparaat aan te zetten. Draai de
programmaknop om het gewenste
wasprogramma in te stellen.
2. Stel de gewenste opties (1) in met de
corresponderende tiptoetsen. Om het
programma te starten, drukt u op de
Start/Pauze -toets (2).
3. Het apparaat start.
Neem aan het einde van het programma
het wasgoed er uit.
Druk op de Aan/Uit -toets om het
apparaat uit te zetten.
16.2 Reinigen van het filter van de afvoerpomp
1 32
Reinig het filter regelmatig en in het
bijzonder als de alarmcode op het
display verschijnt.
16.3 Programma’s
Programma’s Lading Productbeschrijving
Eco 40-60 6 kg
Wit en bont katoen. Normaal vervuilde kleding‐
stukken.
Katoen
6 kg Wit katoen en bont katoen.
NEDERLANDS 35
Programma’s Lading Productbeschrijving
Synthetica
3 kg Synthetische of gemengde stoffen..
Fijne Was
2 kg
Delicate stoffen zoals acryl, viscose en polyes‐
ter.
Wol/Zijde
1 kg
Machinewasbare wol, handwasbare wol en fijne
was.
20 min. - 3 kg
3 kg
Katoenen en synthetische kledingstukken, licht
vervuild of slechts eenmaal gedragen.
Outdoor
2 kg
1)
1 kg
2)
Moderne outdoorsportkleding.
Dekbed
2 kg
Eenpersoons synthetische deken, beddensprei,
dekbed.
Strijkvrij
3 kg
Synthetische stoffen die voorzichtig gewas‐
sen moeten worden. Normaal en licht bevuild
wasgoed.
3)
Pompen/Centrif.
6 kg
Alle stoffen, behalve wol en zeer delicate stof‐
fen. Programma voor centrifugeren en wegpom‐
pen van water.
1)
Wasprogramma.
2)
Wasprogramma en waterdichtheidsbehandeling.
3)
Om kreuken te beperken, regelt deze cyclus de watertemperatuur en voert een zachte wasbeurt en
centrifugeerfase uit. Het apparaat voegt enkele spoelgangen toe.
17. MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het
symbool . Gooi de verpakking in een
geschikte afvalcontainer om het te
recycleren. Bescherm het milieu en de
volksgezondheid en recycleer op een
correcte manier het afval van elektrische
en elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval.
Breng het product naar het milieustation
bij u in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
*
www.aeg.com36
www.aeg.com/shop
135998600-A-172021
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

AEG EW2TN5061E Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor