52
(Vertaling van de originele instructies)
u Het wordt aanbevolen om alle randen en alle andere
gebieden af te dekken en afdekkleden te gebruiken om
de vloer en alles in het spuitgebied wat niet moet worden
bespoten, te beschermen.
u Een laagje bovenop de verf kan veroorzaken dat de
spuit verstopt raakt. Verwijder het laagje voordat u gaat
mengen. Zift met een trechter waaraan een lter is gekop-
peld of door een panty om oneffenheden die het systeem
zouden kunnen blokkeren, weg te lteren.
u Voordat u begint moet u handschoenen papieren doekjes,
doeken, enz. klaar leggen voor het geval er onverwacht
verf wordt gemorst.
De juiste spuittechniek krijgen (g. N en O)
u Oefen het spuiten op een stuk afvalmateriaal, zoals een
stuk karton, om het spuitpatroon te testen en vertrouwd te
raken met de uitstroomregelfunctie van de spuit.
u Zorg dat het oppervalk waarop u gaat spuiten vrij is van
stof, vuil en vet.
u Zorg dat het gebied waarin u gaat spuiten vrij is van stof
dat op de bespoten oppervlakken kan worden geblazen.
u Bedek gebieden die niet moeten worden bespoten.
u Sproei altijd op een afstand van minimaal 25 mm en
maximaal 355 mm (g. N).
u Een veelgebruikte methode om een groot oppervlak te
bespuiten is het kruispatroon. Dit kunt u maken door in
horizontale stroken te spuiten en daar vervolgens met
verticale stroken overheen te spuiten.
u Voor een gelijkmatige verfverdeling moet u altijd op een
armlengte (g. N) van het te bespuiten oppervlak blijven
en moet u uw pols niet meebewegen (g. O).
u Houd een soepele en gelijkmatige snelheid om onef-
fenheden te voorkomen. Begin met spuiten nadat de
armbeweging is ingezet en stop met spuiten voordat de
armbeweging is voltooid.
u Voorkom dat u op één plek te veel spuit. Het is beter om
meerdere dunne lagen aan te brengen dan één dikke
laag, aangezien een dikke laag kan uitlopen en druppen.
Denk eraan dat u de hoeveelheid vloeistof die wordt
gespoten, kunt regelen met de uitstroomregelknop. Als
u de uitstroomregelknop met de klok mee draait, wordt
meer vloeistof uitgespoten. Als u de uitstroomregelknop
tegen de klok in draait, wordt minder vloeistof uitgespoten.
Als de verf uitloopt of druppelt, kunt u een droge kwast
gebruiken om de verf uit te smeren.
u Schakel de stroomeenheid uit en plaatst de spuit in de
geïntegreerde houder van de stroomeenheid wanneer u
voor langere tijd de spuit niet gebruikt.
Onderhoud en reiniging
Uw Black & Decker-apparaat (met snoer) is ontworpen om
gedurende langere periode te functioneren met een minimum
aan onderhoud. U kunt het apparaat naar volle tevredenheid
blijven gebruiken als u voor correct onderhoud zorgt en het
apparaat regelmatig schoonmaakt.
Waarschuwing! Gebruik de toepasselijke persoonlijke besch-
ermende uitrusting.
Waarschuwing! Schakel het apparaat uit en verwijder altijd
de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds- of reinig-
ingswerkzaamheden aan het apparaat uitvoert.
Waarschuwing! Gebruik geen middelen met een ontvlam-
mingspunt onder de 55°C. Het ontvlammingspunt is de tem-
peratuur waarop een vloeistof genoeg damp kan produceren
om te ontvlammen (zie de instructies van de verffabrikant).
Waarschuwing! Zorg dat het gebied goed geventileerd is en
vrij is van ontvlambare dampen.
Waarschuwing! Als u een reinigingsoplossing spuit, moet u
dit altijd buiten doen.
Waarschuwing! Dompel de stroomeenheid niet onder.
Het snelle reinigingssysteem (g. P en Q) (alleen
BDPS400 en BDPS600)
Het snelle reinigingssysteem heeft een aantal nuttige functies.
Ten eerste kunt u water of een geschikte reinigingsvloeistof
spuiten terwijl er nog spuitmiddel in de hoofdcontainer zit.
Dit is handig bij het instellen van het sproeipatroon met het
ventilatormondstuk. U kunt met water spuiten in plaats van
spuitmiddel te verspillen om het sproeipatroon te bekijken.
Ten tweede kunt u met het snelle reinigingssysteem de
pompeenheid, de zuiger, het mondstuk en de verstuiverklep
doorspoelen. Als u gedurende langere tijd spuit, kan zich
spuitmiddel ophopen, wat ten koste gaat van de spuitkwaliteit.
Het is goed om na elke twee bijvullingen van spuitmiddel dit
systeem door te spoelen met water of reinigingsvloeistof. Ook
is het belangrijk om het systeem door te spoelen wanneer de
spuit langer dan 15 minuten niet zal worden gebruikt. Spuit-
materiaal kan drogen in de spuitmond en de pompeenheid
en zou grondig moeten worden gereinigd. Olie altijd de zuiger
als deze gedurende langere tijd niet wordt gebruikt. Zie het
gedeelte Opnieuw monteren.
Ten derde kunt u met het snelle reinigingssysteem sneller
schoonmaken wanneer het spuiten is voltooid. Door met het
snelle reinigingssysteem één of twee keer twee spoelen, hebt
u alvast een belangrijk deel van de spuitmond, verstuiver,
pomp en zuiger gereinigd. Volg de aanbevolen stappen voor
reiniging in deze handleiding voor de uiteindelijke reiniging
van het systeem.
u Koppel de spuit los van de stroomtoevoer.
u Open het klepje voor snelle reiniging (5) en schenk de
reinigingsoplossing naar binnen met behulp van het
vulbakje voor snelle reiniging (16).