Documenttranscriptie
Welkom!
Dank u voor uw aankoop van deze Sony
Compact Disc Player. Dit toestel biedt u tal van
mogelijkheden die u nog beter kunt benutten met
behulp van:
• Los verkrijgbare CD/MD-apparatuur
(wisselaars en spelers)*1.
• CD TEXT informatie (verschijnt wanneer een
CD TEXT disc*2 wordt afgespeeld op
aangesloten, los verkrijgbaar CD-apparatuur
met CD TEXT functie).
• Los verkrijgbaar toebehoren
Bedieningssatelliet RM-X4S
Kaartafstandsbediening RM-X114
*1 Dit toestel werkt alleen met Sony-producten.
*2 Een CD TEXT disc is een audio CD die informatie
bevat zoals disc-naam, artiestennaam en
tracknamen. Deze informatie is opgenomen op de
disc.
2
Inhoudsopgave
Bedieningselementen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Voorzorgsmaatregelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Opmerkingen betreffende compact discs . . . 6
Aan de slag
Instellingen wissen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Het frontpaneel verwijderen . . . . . . . . . . . . . 8
Klok instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
CD-speler
CD/MD-apparatuur (los
verkrijgbaar)
Een disc afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Weergave via het uitleesvenster . . . . . . . . . 10
Tracks herhaaldelijk afspelen
— Repeat Play . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Tracks afspelen in willekeurige volgorde
— Shuffle Play . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Een CD benoemen
— Disc Memo*. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Een disc zoeken op naam
— List-up* . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Bepaalde tracks kiezen voor weergave
— Bank* . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
* Beschikbare functies met los verkrijgbare CD/MDapparatuur
Radio
Zenders automatisch opslaan
— Best Tuning Memory (BTM). . . . . . . 13
Opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . . . . 14
Alleen bepaalde zenders vastleggen . . . . . . 14
Afstemmen op een zender uit een lijst
— List-up . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
RDS
Overzicht van RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Automatisch herafstemmen voor optimale
ontvangst
— AF functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Verkeersinformatie beluisteren
— TA/TP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
RDS-zenders instellen met AF- en TAgegevens. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Afstemmen op zenders volgens
programmatype
— PTY . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Klok automatisch instellen
— CT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
16
17
17
18
19
Andere functies
Gebruik van de bedieningssatelliet . . . . . . .
De geluidskarakteristieken wijzigen . . . . . .
Het geluid snel dempen. . . . . . . . . . . . . . . .
Instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen
— Menu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Geluidspositie kiezen
— My Best sound Position (MBP) . . . .
De equalizer instellen . . . . . . . . . . . . . . . . .
19
21
21
21
22
22
Aanvullende informatie
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het toestel verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . .
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . .
Verhelpen van storingen . . . . . . . . . . . . . . .
Foutmeldingen/Berichten . . . . . . . . . . . . . .
23
24
25
26
27
3
Bedieningselementen
Raadpleeg de volgende pagina’s voor meer details.
RADIO : Tijdens radio-ontvangst
CD/MD : Tijdens de weergave
1
MENU : In de menustand
PTY
2
REP
MBP
D
3
S
DISPLAY SCROLL
LIST
MENU
SOURCE
SEEK
MODE
EQ 7
OPEN
C/PRESET
DIS
SEEK
SOUND
ENTER
SHUF
4
5
6
AF
TA
OFF
CDX-CA650X/CA650V/CA650
1 Volumeregelknop 17
2 MBP-knop 22
3 Z (uitwerp) knop (op de voorzijde van het
toestel, achter het frontpaneel) 9
4 SOURCE (AAN/Radio/CD/MD) knop 8, 9,
10, 11, 13, 14, 17, 22
5 Uitleesvenster
6 Sensor voor kaartafstandsbediening
7 MENU knop 9, 11, 12, 13, 17, 19, 22, 23
8 DISPLAY/PTY (instelling uitleesvenster/
programmatype) knop 10, 11, 15, 18
9 S (SCROLL) knop 10
q; OPEN knop 8, 9
qa LIST knop
CD/MD 11, 12
RADIO 15
qs EQ7 knop 23
qd RESET knop (op de voorzijde van het
toestel, achter het frontpaneel) 7
qf Cijfertoetsen
CD/MD
qg
qh
qj
qk
ql
w;
(3) REP 10
(6) SHUF 10
RADIO 14, 16, 17
MODE knop
CD/MD 10, 11
RADIO 13, 14, 17
SOUND knop 21, 22
AF knop 16, 17
TA knop 17
OFF (Stop/UIT) knop* 8, 9
ENTER knop
CD/MD 12
RADIO 15, 18
MENU 9, 11, 12, 13, 17, 19, 22, 23
* Opgelet bij het monteren in een auto
waarvan het contactslot geen ACC
(accessory) stand heeft
Druk (OFF) op het toestel gedurende 2
seconden in om de klokweergave uit te
schakelen nadat de motor is afgezet.
Indien u dat niet doet, wordt de klokweergave
niet afgezet en raakt de batterij uitgeput.
4
Kaartafstandsbediening RM-X114
(los verkrijgbaar)
PTY
D
S
DISPLAY SCROLL
OPEN
DSPL
C/PRESET
DIS
SEEK
SEEK
SOUND
AF
MODE
LIST
MENU
PRESET +
ENTER
TA
MENU
DISC +
LIST
OFF
SEEK–
SOUN
D
SOURCE
DISC –
SEEK+
ENTE
R
PRESET –
OFF
(SEEK)
(–): links kiezen/
.
+
ATT
VOL
(DISC/PRESET)
(+): hoger kiezen
–
(SEEK)
(+): rechts
kiezen/>
(DISC/PRESET)
(–): lager kiezen
In de menustand geeft een “ M” in het uitleesvenster
aan welke van deze vier selecteerbaar zijn.
wa DISC/PRESET knoppen (+/–)
CD/MD 10, 12
RADIO 14, 15, 18
MENU 9, 11, 12, 13, 17, 19, 22, 23
ws SEEK knoppen (–/+)
CD/MD 9
RADIO 14, 16
MENU 9, 11, 12, 13, 19, 21, 22, 23
De overeenkomstige knoppen op de
kaartafstandsbediening bedienen dezelfde
functies als die op het toestel.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
q;
qa
qs
DSPL knop
MENU knop
SOURCE knop
SEEK (</,) knoppen
SOUND knop
OFF knop
VOL (–/+) knoppen
MODE knop
LIST knop
DISC/PRESET(M/m) knoppen
ENTER knop
ATT knop
Opmerking
Wanneer het toestel wordt afgezet door (OFF)
gedurende 2 seconden in te drukken, kan het niet
worden bediend met de kaartafstandsbediening tenzij
(SOURCE) op het toestel wordt ingedrukt of er eerst
een disc wordt ingebracht om het toestel te activeren.
Tip
Zie “De lithiumbatterij vervangen” voor details omtrent
het vervangen van de batterijen (pagina 24).
5
Voorzorgsmaatregelen
• Wanneer uw auto in de volle zon geparkeerd
stond, moet u eerst het toestel laten afkoelen
alvorens het in gebruik te nemen.
• Een elektrisch bediende antenne schuift
automatisch uit wanneer het toestel wordt
aangezet.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot
dit toestel die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing kunt u steeds terecht bij uw
Sony handelaar.
Opmerkingen betreffende
compact discs
• Raak het oppervlak van de disc niet aan om ze
schoon te houden. Neem de disc vast aan de
rand.
• Bewaar uw discs in hun doosje of discmagazijn wanneer u ze niet gebruikt.
Stel discs niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen. Laat ze niet achter in een
geparkeerde auto of op het dashboard/de
hoedenplank.
Condensvorming
Op een regenachtige dag of in een zeer vochtige
omgeving kan op de lenzen in het toestel vocht
condenseren. In dat geval kan de werking van het
toestel zijn verstoord. Verwijder in dat geval de
disc en wacht ongeveer een uur tot alle
condensvocht is verdampt.
Behoud van een optimale
geluidskwaliteit
Let op dat u geen drankjes op het toestel of discs
morst.
• Kleef geen labels en gebruik ook geen discs
met kleverige inkt/resten. Dergelijke discs
kunnen stoppen met draaien, waardoor de
werking wordt verstoord of de disc beschadigd
kan raken.
• Discs met afwijkende vormen (b.v. hart,
vierkant, ster) kunnen niet met deze dit toestel
worden afgespeeld. Indien u dat toch doet, kan
het toestel worden beschadigd. Gebruik geen
dergelijke discs.
• U kunt geen 8cm CD’s afspelen.
• Maak een disc voor het afspelen altijd schoon
met een in de handel verkrijgbare doek. Wrijf
van binnen naar buiten toe. Gebruik geen
solventen zoals benzine, thinner en in de handel
verkrijgbare reinigingsmiddelen of
antistatische sprays voor grammofoonplaten.
6
Opmerkingen bij CD-R’s
• Audio CD-R’s (opneembare CD’s) kunnen met
dit toestel worden afgespeeld.
Audio CD-R’s zijn hieraan te herkennen.
Aan de slag
Instellingen wissen
Dit geeft aan dat een disc niet geschikt is voor
audiotoepassingen.
• Sommige CD-R’s (afhankelijk van de opnameapparatuur of de staat van de disc) kunnen niet
met dit toestel worden afgespeeld.
• U kunt geen CD-R afspelen die niet is
gefinaliseerd*.
* Proces dat nodig is om een opgenomen CD-R disc
af te spelen met een CD-speler.
Voor u het toestel voor het eerst in gebruik neemt
of na het vervangen van de autobatterij, dient u
de instellingen van het toestel te wissen.
Verwijder het frontpaneel en druk met een puntig
voorwerp zoals bijvoorbeeld een balpen op de
RESET knop.
RESET knop
Opmerking
Door op de RESET knop te drukken, worden de
klokinstelling en bepaalde geheugenfuncties gewist.
7
Het frontpaneel verwijderen
Het frontpaneel van dit toestel kan worden
verwijderd ter beveiliging tegen diefstal.
Het frontpaneel bevestigen
Plaats de opening A in het frontpaneel op de
stift B op het toestel en druk vervolgens lichtjes
op de linkerkant.
Druk op (SOURCE) (of plaats een CD) om het
toestel te laten werken.
Waarschuwingstoon
Wanneer u het contact in de stand OFF zet
zonder het frontpaneel te verwijderen, weerklinkt
de waarschuwingstoon gedurende enkele
seconden.
Wanneer u een los verkrijgbare versterker
aansluit en de ingebouwde versterker niet
gebruikt, wordt de pieptoon uitgeschakeld.
1
A
B
Druk op (OFF)*.
CD/MD-weergave of radio-ontvangst stopt
(sleutelverlichting en display blijven aan).
* Indien uw auto niet is voorzien van een
contactslot met ACC stand, moet u het toestel
afzetten door (OFF) 2 seconden lang in te
drukken om te voorkomen dat de batterij
uitgeput raakt.
2
Druk op (OPEN), schuif het frontpaneel
naar rechts en trek voorzichtig aan de
linkerkant van het frontpaneel.
x
1
2
Opmerkingen
• Als u het frontpaneel losmaakt terwijl het toestel nog
aan staat, wordt het automatisch uitgeschakeld om
te voorkomen dat de luidsprekers worden
beschadigd.
• Druk niet te hard op het frontpaneel en het
uitleesvenster.
• Stel het frontpaneel niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen of vocht. Laat het niet achter in een
geparkeerde auto of op het dashboard/de
hoedenplank.
Tip
Neem het frontpaneel mee in het meegeleverde etui.
8
Opmerking
Plaats niets op de binnenkant van het frontpaneel.
Klok instellen
De digitale klok werkt met het 24-urensysteem.
Voorbeeld: Stel de klok in op 10:08
1
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) tot “CLOCK” verschijnt.
CD-speler
CD/MD-apparatuur (los
verkrijgbaar)
Met dit toestel kunt u niet alleen een CD afspelen
maar ook externe CD/MD-apparatuur bedienen.
Opmerking
Wanneer u los verkrijgbare CD-apparatuur aansluit
met CD TEXT functie, verschijnt de CD TEXT
informatie in het uitleesvenster wanneer u een CD
TEXT disc afspeelt.
1 Druk op (ENTER).
De uren knipperen.
2 Druk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) om de uren in te
stellen.
Een disc afspelen
(Met dit toestel)
1
3 Druk op de (+) zijde van (SEEK).
Druk op (OPEN) en plaats de disc (met
het label omhoog).
De minuten knipperen.
4 Druk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) om de minuten in te
stellen.
2
Druk op (ENTER).
2
Sluit het frontpaneel.
Het afspelen begint automatisch.
De klok begint te lopen. Na het instellen van
de klok keert het uitleesvenster terug naar de
normale weergavestand.
Tips
• U kunt de klok automatisch instellen met de RDS
functie (pagina 19).
• Als D.INFO op ON staat, wordt de tijd altijd
weergegeven (pagina 21).
Indien er al een disc in het toestel zit, drukt u
herhaaldelijk op (SOURCE) tot “CD” verschijnt
om de weergave te starten.
Om
Druk op
De weergave te
stoppen
(OFF)
De disc uit te
werpen
(OPEN) en vervolgens op
Z
Tracks over te
slaan
– Automatic
Music Sensor
(SEEK) (./>)
[eenmaal voor elke track]
Snel vooruit/
achteruit
– Manual Search
(SEEK) (m/M)
[tot gewenst punt]
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
9
Opmerkingen
• Na de laatste track op de disc begint de weergave
opnieuw vanaf de eerste track.
• Wanneer los verkrijgbare apparatuur is aangesloten,
gaat de weergave door met de los verkrijgbare CD/
MD-apparatuur.
(Met los verkrijgbare apparatuur)
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om
“CD” of “MD” te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) tot het
gewenste toestel verschijnt.
Het afspelen begint.
Om
Druk op
Discs over te slaan (DISC/PRESET) (+/–)
– Disc-keuze
Weergave via het
uitleesvenster
Bij het veranderen van disc/track verschijnt een
geregistreerde titel*1 van de nieuwe disc/track
automatisch (als de Auto Scroll functie “ON”
staat, rollen namen van meer dan 8 tekens in het
uitleesvenster (pagina 21)).
*2 Alleen voor CD TEXT discs met de artiestennaam.
Opmerkingen
• Sommige tekens kunnen niet worden getoond.
• Bij somige CD TEXT discs met zeer veel tekens kan
de informatie niet rollen.
• Dit toestel kan de artiestennaam voor elke track van
een CD TEXT disc niet weergeven.
Tip
Als Auto Scroll UIT staat en de disc/track-naam wordt
gewijzigd, rolt de disc/track-naam niet.
Tracks herhaaldelijk afspelen
— Repeat Play
De disc in het hoofdtoestel herhaalt een track of
de hele disc wanneer die ten einde is. Voor
herhaalde weergave hebt u de keuze uit:
• REP-1 — om een track te herhalen.
• REP-2* — om een disc te herhalen.
* Alleen beschikbaar wanneer los verkrijgbare CD/
MD-apparatuur is aangesloten.
Druk tijdens de weergave herhaaldelijk
op (3) (REP) tot de gewenste instelling
verschijnt in het uitleesvenster.
Repeat Play start.
Kies “REP-OFF” om terug te keren naar normale
weergave.
Weergavemogelijkheden
• Muziekbron
• Klok
• Functie
Tracks afspelen in
willekeurige volgorde
— Shuffle Play
Weergavemogelijkheden
• Verstreken Speeltijd
• Disc-naam*1/artiestennaam*2
• Track-titel*1
10
Om
Druk op
De weergave via
het uitleesvenster
te wijzigen
(DISPLAY/PTY)
het item in het
uitleesvenster te
laten rollen
(S) (SCROLL)
*1 “NO NAME” betekent dat er geen Disc Memo
(pagina 11) of geregistreerde naam kan worden
weergegeven.
U kunt kiezen uit:
• SHUF-1 — om de tracks op de huidige disc in
willekeurige volgorde af te spelen.
• SHUF-2*1 — om de tracks in de los
verkrijgbare CD (MD) apparatuur in
willekeurige volgorde af te spelen.
• SHUF-ALL*2 — om alle tracks in alle
aangesloten CD (MD) apparatuur (inclusief dit
toestel) in willekeurige volgorde af te spelen.
*1 Alleen beschikbaar wanneer los verkrijgbare CD/
MD-apparatuur is aangesloten.
*2 Alleen beschikbaar wanneer één of meer los
verkrijgbare CD-apparaten of twee of meer los
verkrijgbare MD-apparaten zijn aangesloten.
Druk tijdens de weergave herhaaldelijk
op (6) (SHUF) tot de gewenste instelling
verschijnt in het uitleesvenster.
Shuffle Play start.
Kies “SHUF-OFF” om terug te keren naar
normale weergave.
Opmerking
“SHUF-ALL” werkt niet met een CD- en MD-speler
samen.
Een CD benoemen
— Disc Memo (voor CD-apparatuur met
CUSTOM FILE functie)
U kunt elke disc zelf benoemen (Disc Memo).
Een disc-naam kan uit maximum 8 tekens
bestaan. Een benoemde CD kunt u zoeken op
naam (pagina 12).
1
Start de weergave van de disc die u wilt
benoemen.
2
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) tot “NAMEEDIT”
verschijnt.
3
Druk op (ENTER).
Tips
• Overschrijf of voer “_” in om een naam te corrigeren
of te wissen.
• Een CD kan nog op een andere manier worden
benoemd: Druk (LIST) gedurende 2 seconden in in
plaats van stap 2 en 3 te doen. U kunt de handeling
ook beëindigen door (LIST) gedurende 2 seconden
in te drukken in plaats van stap 5.
• U kunt CD’s benoemen met een toestel zonder
CUSTOM FILE (gebruikersbestand) functie indien
dat toestel is aangesloten samen met CDapparatuur die wel met deze functie is uitgerust. De
Disc Memo wordt opgeslagen in het geheugen van
de CD-apparatuur met CUSTOM FILE functie.
Opmerking
REP-1/willekeurige weergave wordt onderbroken tot
Name Edit is voltooid.
Disc Memo bekijken
Disc Memo heeft bij weergave via het
uitleesvenster altijd voorrang op originele CD
TEXT informatie.
Om
Druk op
Informatie te
bekijken
(DISPLAY/PTY) tijdens het
afspelen van een CD/CD
TEXT disc
Het toestel herhaalt de disc tijdens de
benoemingsprocedure.
4
Voer de tekens in.
1 Druk herhaaldelijk op de (+)*1 zijde
van (DISC/PRESET) om het gewenste
teken te kiezen.
A t B t C ... t 0 t 1 t 2 ... t +
t–t
... t _*2 t A
*
*1 Om de volgorde om te keren, drukt u op de
(-) zijde van (DISC/PRESET).
*2 (blanco spatie)
2 Druk op de (+) zijde van (SEEK) nadat
u het gewenste teken hebt gevonden.
Tip
Zie pagina 10 voor meer informatie over andere
weergavemogelijkheden.
Disc Memo wissen
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om
“CD” te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de CDapparatuur te kiezen waarin de Disc
Memo is opgeslagen.
3
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) tot “NAME DEL”
verschijnt.
4
Druk op (ENTER).
De opgeslagen namen verschijnen in
volgorde vanaf de eerst ingevoerde.
5
Wanneer u op de (–) zijde van (SEEK)
drukt, kunt u weer naar links gaan.
3 Herhaal stappen 1 en 2 om de
volledige naam in te voeren.
5
Druk op (ENTER) om terug te keren naar
normale CD-weergave.
Druk herhaaldelijk op een van beide
zijden van (DISC/PRESET) om de discnaam te kiezen die u wilt wissen.
De opgeslagen namen verschijnen vanaf de
eerst ingevoerde.
6
Hou (ENTER) gedurende 2 seconden
ingedrukt.
De naam wordt gewist.
Herhaal stap 5 en 6 om andere namen te
wissen.
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
11
7
Druk tweemaal op (MENU).
Het toestel keert terug naar normale CDweergave.
Opmerkingen
• Wanneer de Disc Memo voor een CD TEXT disc
wordt gewist, verschijnt de originele CD TEXT
informatie.
• Indien u de Disc Memo die u wilt wissen niet vindt,
probeer dan een ander CD-apparaat te kiezen in
stap 2.
Een disc zoeken op naam
— List-up (voor CD-apparatuur met CD TEXT/
CUSTOM FILE functie of MD-apparatuur)
U kunt deze functie gebruiken voor discs die u
zelf hebt benoemd*1 of voor CD TEXT discs*2.
Bepaalde tracks kiezen voor
weergave
— Bank (voor CD-apparatuur met CUSTOM
FILE functie)
Wanneer u een disc benoemt, kunt u bepaalde
tracks laten overslaan of afspelen.
1
Start de weergave van de disc die u wilt
benoemen.
2
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) tot “BANK SEL”
verschijnt.
3
Druk op (ENTER).
*1 Een zelf benoemde disc zoeken: wanneer u zelf
een CD (pagina 11) of MD benoemt.
*2 Discs zoeken aan de hand van de CD TEXT
informatie: bij het afspelen van een CD TEXT disc
met CD-apparatuur met CD TEXT functie.
1
Druk op (LIST).
De naam die aan de huidige disc is toegekend,
verschijnt in het uitleesvenster.
4
Tracks benoemen.
1 Druk herhaaldelijk op een van beide
zijden van (SEEK) om de track te
kiezen die u wilt benoemen.
2 Druk herhaaldelijk op (ENTER) om
“PLAY” of “SKIP” te kiezen.
5
2
3
Druk herhaaldelijk op een van beide
zijden van (DISC/PRESET) tot u de
gewenste disc hebt gevonden.
Druk op (ENTER) om de disc af te spelen.
Opmerkingen
Sommige letters kunnen niet worden getoond
(uitgezonderd: Disc Memo).
12
6
Herhaal stap 4 om “PLAY” of “SKIP” in te
stellen voor alle tracks.
Druk tweemaal op (MENU).
Het toestel keert terug naar normale CDweergave.
Opmerkingen
• “PLAY” en “SKIP” kunnen worden ingesteld voor
maximum 24 tracks.
• “SKIP” kan niet worden ingesteld voor alle tracks op
een CD.
Alleen bepaalde tracks afspelen
U kunt kiezen uit:
• “BANK-ON” — om tracks af te spelen met de
instelling “PLAY”.
• “BANK-INV” (Inverse) — om tracks af te
spelen met de instelling “SKIP”.
1
2
Druk tijdens de weergave op (MENU) en
vervolgens herhaaldelijk op een van
beide zijden van (DISC/PRESET) tot
“BANK-ON,” “BANK-INV” of “BANKOFF” verschijnt.
Druk herhaaldelijk op de (+) zijde van
(SEEK) tot de gewenste instelling
verschijnt.
Radio
Er kunnen maximum 6 zenders per band (FM1,
FM2, FM3, MG en LG) worden opgeslagen.
Opgelet
Maak bij het afstemmen tijdens het rijden
gebruik van Best Tuning Memory om ongevallen
te vermijden.
Zenders automatisch opslaan
— Best Tuning Memory (BTM)
Deze functie selecteert de zenders met de
sterkste signalen in de gekozen golfband en slaat
ze op in volgorde van frequentie.
3
Druk op (ENTER).
De weergave start vanaf de track die volgt op
de huidige.
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
radio te kiezen.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
golfband te kiezen.
3
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) tot “BTM” verschijnt.
Kies “BANK-OFF” in stap 2 om terug te keren
naar normale weergave.
4
Druk op (ENTER).
Er weerklinkt een pieptoon wanneer de
instelling is opgeslagen.
Opmerkingen
• Indien er slechts enkele zenders kunnen worden
ontvangen wegens te zwakke signalen, zal voor een
aantal voorkeuzetoetsen de vroegere instelling
behouden blijven.
• Wanneer een voorkeuzezender in het uitleesvenster
wordt weergegeven, worden zenders opgeslagen
vanaf deze voorkeuzezender.
13
Opgeslagen zenders
ontvangen
Alleen bepaalde zenders
vastleggen
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
radio te kiezen.
U kunt zenders handmatig opslaan onder een
bepaalde cijfertoets.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
golfband te kiezen.
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
radio te kiezen.
3
Druk op de cijfertoets ((1) to (6))
waaronder de gewenste zender is
opgeslagen.
2
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
golfband te kiezen.
3
Druk op één van de zijden van (SEEK)
om af te stemmen op de zender die u wilt
opslaan.
4
Hou de gewenste cijfertoets ((1) to (6))
2 seconden lang ingedrukt tot “MEM”
verschijnt.
Tip
Druk op een van beide zijden van (DISC/PRESET) om
de zenders te ontvangen in de volgorde waarin ze in
het geheugen zijn opgeslagen (Preset Search
functie).
Indien u niet kunt afstemmen op een
voorkeuzezender
Druk op een van beide zijde van (SEEK)
om de zender te zoeken (automatisch
afstemmen).
Het zoeken stopt van zodra een zender wordt
ontvangen. Herhaal dit tot de gewenste zender
wordt ontvangen.
Tips
• Indien automatisch afstemmen te vaak stopt, zet
dan Local Seek aan om het zoeken te beperken tot
zenders met sterke signalen (pagina 22).
• Als u de frequentie kent van de zender die u wilt
beluisteren, hou dan een van beide zijden van
(SEEK) ingedrukt tot de frequentie ongeveer is
bereikt en druk dan herhaaldelijk op (SEEK) om
nauwkeurig af te stemmen op de gewenste
frequentie (handmatig afstemmen).
Bij slechte FM stereo-ontvangst
Kies mono ontvangst (pagina 22).
Het geluid verbetert maar is mono (“ST”
verdwijnt).
14
De cijfertoetsindicatie verschijnt in het
uitleesvenster.
Opmerking
Als u opnieuw een zender opslaat onder eenzelfde
voorkeuzetoets, wordt de eerder opgeslagen zender
gewist.
Afstemmen op een zender uit
een lijst
RDS
— List-up
1
Druk tijdens radio-ontvangst even op
(LIST).
De frequentie of de naam van de zender
waarop momenteel is afgestemd, knippert.
Overzicht van RDS
FM-zenders met de Radio Data System (RDS)
service sturen digitale informatie mee met het
gewone radioprogrammasignaal. Bij ontvangst
van een RDS zender verschijnt bijvoorbeeld het
volgende.
Weergavemogelijkheden
• Muziekbron
2
• Klok
• Functie
Druk herhaaldelijk op een van beide
zijden van (DISC/PRESET) tot u de
gewenste zender hebt gevonden.
Indien aan de gekozen zender geen naam is
toegekend, verschijnt de frequentie in het
uitleesvenster.
3
Druk op (ENTER) om af te stemmen op
de gewenste zender.
Weergavemogelijkheden
• Zendernaam (frequentie)
• Programmatype
Om
Druk op
Het weergave-item (DISPLAY/PTY)
to veranderen
RDS-diensten
RDS biedt tal van interessante mogelijkheden,
zoals:
• Automatisch herafstemmen, wat vooral
handig is tijdens lange ritten. — AF t pagina
16
• Ontvangen van verkeersinformatie, zelfs
tijdens het beluisteren van andere
programma’s/bronnen. — TA t pagina 17
• Zenders kiezen volgens programmatype. —
PTY t pagina 18
• Automatische klokinstelling. — CT t
pagina 19
Opmerkingen
• In bepaalde landen of gebieden zijn mogelijk niet
alle RDS-functies beschikbaar.
• RDS zal mogelijk niet goed werken als het
ontvangstsignaal zwak is, of als de zender waarop u
hebt afgestemd geen RDS-gegevens meestuurt.
15
Automatisch herafstemmen
voor optimale ontvangst
Voor zenders zonder alternatieve
frequenties
Druk op een van beide zijden van (SEEK)
terwijl de zendernaam knippert (binnen
de 8 seconden).
— AF functie
Het toestel begint te zoeken naar een andere
frequentie met dezelfde PI (Programme
Identification) gegevens (“PI SEEK”
verschijnt).
Als het toestel niet dezelfde PI gegevens kan
vinden, keert het terug naar de vorige
frequentie.
Met de Alternative Frequencies (AF) functie
stemt de radio altijd af op het krachtigste signaal
van de zender die u beluistert.
Frequenties worden automatisch
gekozen.
98,5 MHz
96,0 MHz
Een regionaal programma beluisteren
Zender
102,5 MHz
1
2
Kies een FM-zender (pagina 14).
Druk herhaaldelijk op (AF) tot “AF-ON”
verschijnt.
Het toestel begint te zoeken naar een
alternatieve zender met een krachtiger signaal
in hetzelfde netwerk.
Als “NO AF” knippert, heeft de zender
waarop is afgestemd geen alternatieve
frequentie.
Opmerking
Als er geen alternatieve zender is in het gebied waar u
zich bevindt of u wilt geen andere zender zoeken, zet
dan de AF functie af door “AF-OFF” te kiezen.
16
AF functie aangeschakeld: de fabrieksinstelling
van het toestel beperkt ontvangst tot een
bepaalde regio, zodat u niet kunt overschakelen
naar een regionale zender met een krachtiger
frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale
programma verlaat of de AF functie volledig wilt
benutten, kies dan “REG-OFF” in het MENU
(pagina 22).
Opmerking
Deze functie werkt niet in Groot-Brittannië en
bepaalde andere gebieden.
Local Link functie
(alleen Groot-Brittannië)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied kiezen, ook al zijn ze niet opgeslagen
onder de cijfertoetsen.
1
Druk op een cijfertoets ((1) tot (6))
waaronder een lokale zender is
opgeslagen.
2
Druk binnen de 5 seconden nogmaals op
de cijfertoets van de lokale zender.
3
Herhaal dit tot de gewenste zender wordt
ontvangen.
Verkeersinformatie
beluisteren
— TA/TP
Met Traffic Announcement (TA) en Traffic
Programme (TP) wordt automatisch afgestemd
op een FM-zender die verkeersinformatie
uitzendt. Deze instellingen werken ongeacht het
huidige FM programma/bron, CD/MD; na de
verkeersinformatie schakelt het toestel weer over
naar de oorspronkelijke bron.
Druk herhaaldelijk op (TA) tot “TAON” verschijnt.
Het toestel begint te zoeken naar zenders die
verkeersinformatie uitzenden.
“TP” geeft de ontvangst van dergelijke
zenders aan en “TA” knippert tijdens de
ontvangst van verkeersinformatie. Het toestel
blijft beschikbare TP zenders zoeken zolang
“NO TP” is aangegeven.
Kies “TA-OFF” om alle verkeersinformatie te
annuleren.
Om
Druk op
(TA)
Het huidige
verkeersbericht te
annuleren
Tip
U kunt de huidige informatie ook annuleren door op
(SOURCE) of (MODE) te drukken.
Het volume van verkeersinformatie
vooraf instellen
U kunt het volume van de verkeersinformatie
vooraf instellen, zodat u geen enkel bericht mist.
1
Regel het volume met de
volumeregelknop.
2
Hou (TA) gedurende 2 seconden
ingedrukt.
RDS-zenders instellen met
AF- en TA-gegevens
Wanneer u RDS-zenders voorinstelt, slaat het
toestel de AF/TA-instelling (aan/uit) en de
frequentie van elke zender op. U kunt de
instelling (AF, TA of beide) voor elke zender
afzonderlijk of voor alle voorinstelzenders samen
bepalen. Wanneer u zenders voorinstelt met “AFON”, slaat het toestel automatisch zenders met
het krachtigste radiosignaal op.
Alle voorkeuzezenders op dezelfde wijze
instellen
1
2
Kies een FM-band (pagina 14).
Druk op (AF) en/of (TA) om “AF-ON” en/
of “TA-ON” te kiezen.
Merk op dat wanneer u “AF-OFF” of “TAOFF” kiest, zowel RDS- als niet-RDSzenders worden opgeslagen.
3
Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) tot “BTM” verschijnt.
4
Druk op (ENTER) tot “BTM” knippert.
Voor elke voorkeuzezender een andere
instelling verrichten
1
Kies een FM-band en stem af op de
gewenste zender (pagina 14).
2
Druk op (AF) en/of (TA) om “AF-ON” en/
of “TA-ON” te kiezen.
3
Druk op de gewenste cijfertoets ((1) tot
(6)) tot “MEM” verschijnt.
Herhaal vanaf stap 1 om andere zenders op te
slaan.
“TA” verschijnt en de instelling wordt
opgeslagen.
Noodberichten ontvangen
Indien AF of TA aan is, schakelt het toestel over
naar noodberichten bij het luisteren naar een FM
zender of CD/MD.
17
Afstemmen op zenders
volgens programmatype
1
Druk tijdens FM-ontvangst op
(DISPLAY/PTY) tot “PTY” verschijnt.
— PTY
U kunt afstemmen op een zender door het soort
programma te kiezen dat u wilt beluisteren.
Programmatypes
Uitleesvenster
Nieuws
NEWS
Actueel
AFFAIRS
Informatie
INFO
Sport
SPORT
Educatie
EDUCATE
Drama
DRAMA
Cultuur
CULTURE
Wetenschap
SCIENCE
Diversen
VARIED
Popmuziek
POP M
Rockmuziek
ROCK M
Easy Listening
EASY M
Licht klassiek
LIGHT M
Klassiek
CLASSICS
Andere muziek
OTHER M
Weer
WEATHER
Financiën
FINANCE
Kinderprogramma’s
CHILDREN
Sociale zaken
SOCIAL A
Religie
RELIGION
Inkomende telefoontjes PHONE IN
Reizen
TRAVEL
Vrije tijd
LEISURE
Jazz muziek
JAZZ
Country muziek
COUNTRY
Nationale muziek
NATION M
Oldies muziek
OLDIES
Folk muziek
FOLK M
Documentaire
DOCUMENT
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in een aantal
landen waar geen gegevens over PTY
(programmatypekeuze) beschikbaar zijn.
18
De naam van het huidige programmatype
verschijnt als de zender PTY gegevens
meestuurt.
“--------” verschijnt als de ontvangen zender
geen RDS zender is of wanneer er geen RDS
gegevens worden ontvangen.
2
Druk herhaaldelijk op (DISC/PRESET) tot
het gewenste programmatype verschijnt.
De programmatypes verschijnen in de
volgorde zoals aangegeven in de tabel.
“--------” verschijnt als het programmatype
niet is opgenomen in de RDS gegevens.
3
Druk op (ENTER).
Het toestel begint te zoeken naar een zender
die het gekozen programmatype uitzendt.
Klok automatisch instellen
Andere functies
— CT
Met de CT (Clock Time) gegevens van de RDSuitzending wordt de klok automatisch ingesteld.
1
Druk tijdens radio-ontvangst op
(MENU)en vervolgens herhaaldelijk op
een van beide zijden van (DISC/PRESET)
tot “CT-OFF” verschijnt.
U kunt het toestel (en los verkrijgbare CD/MDapparatuur) ook bedienen met een
bedieningssatelliet (los verkrijgbaar).
Gebruik van de
bedieningssatelliet
Bevestig eerst het juiste label afhankelijk van de
manier waarop u de bedieningssatelliet wilt
monteren. De bedieningssatelliet werkt met
knoppen en/of draairegelaars.
2
Druk herhaaldelijk op de (+) zijde van
(SEEK) tot “CT-ON” verschijnt.
De klok is ingesteld.
Druk op (ENTER) om terug te keren naar
de normale indicatie.
Kies “CT-OFF” in stap 2 om de CT-functie te
annuleren.
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil bestaan tussen de tijd van de
CT-functie en de werkelijke tijd.
SOUND
MODE
DSPL
DSPL
MODE
SOUND
Knoppen indrukken
(ATT)
(SOUND)
(MODE)
(SOURCE)
OFF
3
(DSPL)
(OFF)
Draai aan de VOL regelaar
om het volume te regelen.
Druk op
Om
(SOURCE)
Van bron te veranderen
(radio/CD/MD*1)
(MODE)
Van bediening te veranderen
(radioband/CD-apparatuur/
MD*1 apparatuur)
(ATT)
Het geluid te dempen
(OFF)*2
De weergave of radioontvangst te stoppen
(SOUND)
Het geluidsmenu in te
stellen
(DSPL)
Het weergave-item te
wijzigen
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
19
*1 Alleen indien de juiste los verkrijgbare apparatuur
is aangesloten.
*2 Indien het contactslot van uw wagen geen ACC
(accessory) positie heeft, hou dan (OFF) 2
seconden lang ingedrukt om de klokindicatie uit te
schakelen nadat u het contact hebt afgezet.
De werkingsrichting wijzigen
De werkingsrichting van de bedieningselementen
is af fabriek ingesteld zoals hieronder
aangegeven.
Verhogen
Door aan de bedieningssatelliet te
draaien
Verlagen
SEEK/AMS
regelaar
Als u de bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom moet monteren, kan de
werkingsrichting worden omgekeerd.
Draaien en loslaten om:
– Tracks over te slaan.
– Handmatig af te stemmen op een zender.
Draaien, vasthouden en loslaten om:
– Snel vooruit/achteruit naar een track te
gaan.
– Handmatig een zender te zoeken.
Regelaar indrukken en verdraaien
Druk gedurende 2 seconden op (SOUND)
terwijl u VOL ingedrukt houdt.
Tip
U kunt ook de werkingsrichting van deze
bedieningselementen met het toestel wijzigen (pagina
21).
PRESET/DISC
regelaar
Draai aan de regelaar en druk hem
tegelijkertijd in om:
–Voorinstelzenders te ontvangen.
–De disc te vervangen*.
* Wanneer los verkrijgbare CD/MD-apparatuur is
aangesloten.
20
De geluidskarakteristieken
wijzigen
U kunt de hoge en lage tonen, balans en fader
regelen.
U kunt de hoge en lage tonen voor elke bron
afzonderlijk opslaan.
1
Kies het item dat u wilt regelen door
herhaaldelijk op (SOUND) te drukken.
Bij elke druk op (SOUND), verandert het
item als volgt:
BAS (lage tonen) t TRE (hoge tonen) t
BAL (links-rechts) t FAD (voor-achter)
2
Regel het gekozen item door op een van
beide zijden van (SEEK) te drukken.
Wanneer u gebruik maakt van de
bedieningssatelliet, drukt u op (SOUND) en
draait u aan VOL.
Opmerking
Regel het item binnen de 3 seconden nadat u het hebt
gekozen.
Het geluid snel dempen
(met de bedieningssatelliet of
kaartafstandsbediening)
Druk op (ATT) op de bedieningssatelliet
of de kaartafstandsbediening.
“ATT-ON” verschijnt even in het
uitleesvenster, gevolgd door “ATT”.
Druk nogmaals op (ATT) om het vorige
geluidsniveau te herstellen.
Tip
Wanneer de interfacekabel van een autotelefoon is
aangesloten op de ATT-kabel, wordt het volume
automatisch verlaagd wanneer een telefoongesprek
binnenkomt (Telephone ATT-functie).
Instellingen voor het geluid
en het uitleesvenster
wijzigen
— Menu
De volgende instellingen zijn mogelijk:
SET (instelling)
•
•
•
•
CLOCK (pagina 9)
CT (Clock Time, kloktijd) (pagina 19)
BEEP — schakelt de pieptoon aan en uit.
RM (Bedieningssatelliet) — wijzigt de
werkingsrichting van de bedieningssatelliet.
– Kies “NORM” om de bedieningssatelliet te
gebruiken met de fabrieksinstelling.
– Kies “REV” wanneer u de bedieningssatelliet
rechts op de stuurkolom monteert.
DSPL (uitleesvenster)
• D.INFO (Dubbele Informatie) — om klok en
weergavestand samen weer te geven (on).
• AMBER/GREEN — schakelt de
verlichtingskleur tussen amber en groen
(Alleen CDX-CA650).
• DIM (Dimmer) — regelt de helderheid van het
uitleesvenster (alleen CDX-CA650V).
– Kies “ON” om het uitleesvenster te dimmen.
– Kies “OFF” om de dimmer te deactiveren.
• M.DSPL (bewegingsdisplay) — om Motion
Display op “1,” “2” en “OFF” te zetten.
– Kies “1” om decoratieve strepen in het
uitleesvenster te laten verschijnen en
demonstratie te activeren.
– Kies “2” om decoratieve strepen in het
uitleesvenster te laten verschijnen en
demonstratie te deactiveren.
– Kies “OFF” om Motion Display te
deactiveren.
• A.SCRL (Auto Scroll)
– Kies “ON” om namen van meer dan 8 tekens
automatisch in het uitleesvenster te laten
rollen.
– Als Auto Scroll uit staat en de disc/tracknaam wordt gewijzigd, rolt de disc/tracknaam niet.
SND (Sound)
• LOUD (Loudness) — voor een volle bass en
treble, zelfs bij laag volume. Lage en hoge
tonen worden versterkt.
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
21
P/M (weergavestand)
• LOCAL-ON/OFF (Local seek mode) (pagina
14)
– Kies “ON” om alleen af te stemmen op
krachtige zenders.
• MONO-ON/OFF (Mono stand) (pagina 14)
– Kies “ON” voor FM stereo ontvangst in
mono. Kies “OFF” om terug te keren naar de
normale stand.
• REG-ON/OFF (Regionaal) (pagina 16)
1
Druk op (MENU).
Geluidspositie kiezen
— My Best sound Position (MBP)
Wanneer u zonder passagiers rijdt, kunt u met
“My Best sound Position” genieten van de ideale
geluidsomgeving.
“My Best sound Position” heeft twee
voorinstellingen met een bepaalde balans- en
faderregeling. U kunt makkelijk kiezen met de
MBP-toets.
Om A.SCRL in te stellen, drukt u op
(MENU) tijdens het afspelen van een CD/
MD.
2
Uitleesrenster
Balansniveau
Faderniveau
Voor
Achter
MBP-A
– 4dB
0
0
– 4dB
MBP-B
0
– 4dB
0
– 4dB
MBP-OFF
0
0
0
0
Druk herhaaldelijk op een van beide
zijden van (DISC/PRESET) tot het
gewenste item verschijnt.
Rechts Links
3
Druk op de (+) zijde van (SEEK) om de
gewenste instelling te kiezen (voorbeeld:
ON of OFF).
4
Druk op (ENTER).
Druk herhaaldelijk op (MBP) voor de
gewenste luisterpositie.
Na het instellen keert het uitleesvenster terug
naar de normale weergavestand.
De “My Best sound Position” stand verschijnt
in volgorde van de tabel in het uitleesvenster.
Opmerking
Het getoonde item hangt af van de bron.
Tip
U kunt makkelijk omschakelen tussen categorieën
(“SET,” “DSPL,” “SND,” “P/M,” en “EDIT”) door een
van beide zijden van (DISC/PRESET) gedurende 2
seconden in te drukken.
Het uitleesvenster keert na een seconde terug
naar de normale weergavestand.
Het niveau van balans en fader kan
nauwkeuriger worden geregeld met de
(SOUND) knop (pagina 21).
Opmerking
• Wanneer BAL (balans) of FAD (fader) onder “De
geluidskarakteristieken wijzigen” (pagina 21) wordt
ingesteld, keert MBP terug naar OFF.
• Wanneer MBP op OFF wordt gezet, worden BAL en
FAD geactiveerd.
De equalizer instellen
U kunt een equalizercurve kiezen voor zeven
soorten muziek (VOCAL, CLUB, JAZZ, NEW
AGE, ROCK, CUSTOM, en XPLOD).
Frequentie en niveau kunnen worden geregeld en
opgeslagen.
Equalizercurve kiezen
1
22
Druk op (SOURCE) om een bron te kiezen
(radio, CD/MD).
2
Druk herhaaldelijk op (EQ7) tot de
gewenste equalizercurve verschijnt.
Bij elke druk op (EQ7), verandert het item.
Aanvullende informatie
Onderhoud
Kies “OFF” om het equalizereffect te
annuleren. Het uitleesvenster keert na drie
seconden terug naar de normale
weergavestand.
De equalizercurve regelen
1
2
3
Vervang een zekering altijd door een identiek
exemplaar. Als de zekering doorbrandt,
controleer dan de voedingsaansluiting en vervang
de zekering. Als de zekering vervolgens
nogmaals doorbrandt, kan er sprake zijn van een
defect in de speler. Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sony dealer.
Druk op (MENU).
Druk op herhaaldelijk op een van beide
zijden van (DISC/PRESET) tot “EQ7
TUNE” verschijnt en druk vervolgens op
(ENTER).
Zekering
(10 A)
Druk op een van beide zijden van (SEEK)
om de gewenste equalizercurve te kiezen
en druk vervolgens op (ENTER).
Bij elke druk op (SEEK), verandert het item.
4
Zekeringen vervangen
Kies frequentie en niveau.
1 Druk op een van beide zijden van
(SEEK) om de gewenste frequentie te
kiezen.
Bij elke druk op (SEEK), verandert de
frequentie.
62 (Hz) y 157 (Hz) y 396 (Hz) y
1k (Hz) y 2.5k (Hz) y 6.3k (Hz) y
16k (Hz)
2 Druk op een van beide zijden van
(DISC/PRESET) om het gewenste
volume in te stellen.
Opgelet
Gebruik nooit een zekering die zwaarder is dan
de standaardzekering van het toestel omdat dit
hierdoor beschadigd kan raken.
Aansluitingen schoonmaken
De werking van het toestel kan worden verstoord
als de aansluitingen tussen toestel en frontpaneel
niet proper zijn. Om dit te voorkomen, maakt u
het frontpaneel (pagina 8) los en reinigt u de
aansluitingen met een in alcohol gedrenkt
wattenstaafje. Gebruik hierbij niet teveel kracht.
Hierdoor kunnen de aansluitingen immers
worden beschadigd.
Het volume is in stappen van 1 dB
regelbaar van –10 dB tot +10 dB.
Hoofdtoestel
Om de af fabriek ingestelde equalizercurve te
herstellen, houdt u (ENTER) 2 seconden
ingedrukt.
5
Druk tweemaal op (MENU).
Na het instellen van de geluidseffecten, keert
het uitleesvenster terug naar de normale
weergavestand.
Achterkant
frontpaneel
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
23
Opmerkingen
• Voor alle veiligheid dient u de motor af te zetten en
de sleutel uit het contactslot te halen alvorens de
aansluitingen te reinigen.
• Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met
de vingers of een metalen voorwerp.
Voor de Klanten in Nederland
Gooi de batterij niet weg, maar lever
hem in als KCA
De lithiumbatterij vervangen
In normale omstandigheden gaan de batterijen
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur
korter zijn.) Wanneer de batterij verzwakt, wordt
het bereik van de kaartafstandsbediening kleiner.
Vervang de batterij door een nieuwe CR2025
lithiumbatterij.
Het toestel verwijderen
1
Verwijder het frontdeksel
1 Maak het frontpaneel los (pagina 8).
2 Druk met een platte schroevendraaier
op de clip in het frontdeksel.
3 Herhaal stap 2 voor de andere kant.
x
+ zijde omhoog
2
Verwijder het toestel
1 Duw de clip links op het toestel in met
een kleine schroevendraaier en trek
dan de linkerkant van het toestel uit
tot de vergrendeling vrijkomt.
4mm
Opmerkingen bij de lithiumbatterij
• Hou de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer
een batterij wordt ingeslikt.
• Wrijf de batterij schoon met een droge doek
voor een goed contact.
• Hou bij het plaatsen van de batterij rekening
met de juiste polariteit.
• Hou de batterij niet vast met een metalen tang
om kortsluiting te voorkomen.
WAARSCHUWING
Bij verkeerde behandeling kan een batterij
exploderen.
Niet opladen, demonteren noch in het vuur
gooien.
24
2 Herhaal stap 1 voor de rechterkant.
3 Schuif het toestel uit zijn houder.
Technische gegevens
CD-spelergedeelte
Algemeen
Signaal/ruis-verhouding
Uitgangen
Frequentiebereik
Wow en flutter
90 dB
10 – 20.000 Hz
Minder dan meetbare
waarden
Tunergedeelte
Ingangen
Toonregelingen
FM
Afstembereik
Antenne-aansluiting
Tussenfrequentie
Bruikbare gevoeligheid
Selectiviteit
Signaal/ruis-verhouding
87,5 – 108,0 MHz
Aansluiting voor externe
antenne
10,7 MHz/450 kHz
8 dBf
75 dB bij 400 kHz
66 dB (stereo),
72 dB (mono)
Harmonische vervorming bij 1 kHz
0,6 % (stereo),
0,3 % (mono)
Scheiding
35 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik
30 – 15.000 Hz
MW/LW
Afstembereik
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenne-aansluiting
Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie
10,7 MHz/450 kHz
Gevoeligheid
MW: 30 µV
LW: 40 µV
Versterkergedeelte
Uitgangen
Luidsprekeruitgangen
(sure seal connectors)
Luidsprekerimpedantie
4 – 8 ohm
Maximum uitgangsvermogen
50 W × 4 (bij 4 ohm)
Voeding
Afmetingen
Afmetingen
Gewicht
Meegeleverde accessoires
Audio-uitgangen
Elektrisch bediende
antennekabel
Vermogensversterkerkabel
Telephone ATT-kabel
Afstandsbedieningsaansluiting
Antenneaansluiting
Bass ±8 dB bij 100 Hz
Treble ±8 dB bij 10 kHz
12 V DC autobatterij
(negatieve aarde)
Ong. 178 × 50 × 177 mm
(b/h/d)
Ong. 182 × 53 × 161 mm
(b/h/d)
Ong. 1,2 kg
Onderdelen voor installatie
en aansluitingen (1 set)
Beschermhoes frontpaneel
(1)
Los verkrijgbare accessoires
Bedieningssatelliet
RM-X4S
Kaartafstandsbediening
RM-X114
BUS-kabel (geleverd met
RCA-kabel)
RC-61 (1 m), RC-62 (2 m)
Los verkrijgbare apparatuur
CD-wisselaar (10 discs)
CDX-848X, CDX-646
CD-wisselaar (6 discs)
CDX-T68X, CDX-T67
MD-wisselaar (6 discs)
MDX-65
Bronkeuzeschakelaar
XA-C30
Opmerking
Dit toestel kan niet worden aangesloten op een
digitale voorversterker of een equalizer.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
25
Verhelpen van storingen
De onderstaande checklist kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het toestel
kunnen voordoen.
Lees voor u de onderstaande checklist overloopt
eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik.
Algemeen
Geen geluid.
• Draai de volumeregelaar rechtsom om het
volume te regelen.
• Zet de ATT-functie af.
• Zet de faderregelaar in het midden voor een
systeem met 2 luidsprekers.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET knop werd ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu werden
losgekoppeld.
• De voedingskabel is niet goed aangesloten.
Geen pieptoon.
De pieptoon is afgezet (pagina 21).
Aanduidingen verdwijnen van/verschijnen
niet in het uitleesvenster.
• De klokweergave verdwijnt wanneer u
(OFF) 2 seconden ingedrukt houdt.
t Druk (OFF) nogmaals gedurende 2
seconden in om de klok te laten
verschijnen.
• Verwijder het frontpaneel en reinig de
aansluitingen. Zie “Aansluitingen
schoonmaken” (pagina 23) voor details.
Voorkeuzezenders en tijd zijn gewist.
Zekering doorgebrand.
Maakt geluid met de contactsleutel op ON,
ACC of OFF.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
hulpvoedingsaansluiting van de auto.
Het toestel wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting. Controleer de
zekering wanneer alles in orde is.
• De auto heeft geen ACC stand.
t Druk op (SOURCE) (of plaats een CD)
om het toestel te laten werken.
Het toestel wordt constant van stroom
voorzien.
De auto heeft geen ACC stand.
26
CD/MD-weergave
Er kan geen disc worden ingebracht.
• Er zit al een CD in het toestel.
• De CD is verkeerd ingebracht.
Het afspelen begint niet.
• Defecte MD of vuile CD.
• Ongefinaliseerde CD-R.
• U probeert een CD-R af te spelen die niet
van het audiotype is.
• Sommige CD-R’s kunnen niet worden
afgespeeld wegens de opname-apparatuur of
de staat van de disc.
Een disc wordt automatisch uitgeworpen.
De omgevingstemperatuur is hoger dan 50°C.
De CD wordt niet uitgeworpen.
De bedieningsknoppen werken niet.
Druk op de RESET knop.
Het geluid verspringt door trilling.
• Het toestel is geïnstalleerd in een hoek van
meer dan 60°.
• Het toestel is niet op een stabiele plaats in de
auto gemonteerd.
Het geluid verspringt.
Vuile of defecte disc.
“--------” verdwijnt niet in het uitleesvenster.
U hebt overgeschakeld naar de Name Editstand.
t Druk op (LIST) gedurende 2 seconden.
Radio-ontvangst
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeuzezenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Radiozenders kunnen niet worden
ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• Sluit een elektrische antennebedieningskabel
(blauw) of hulpvoedingskabel (rood) aan op
de voedingskabel van de autoantenneversterker. (Alleen indien uw wagen
is uitgerust met een FM/MG/LG-antenne in
de achter-/zijruit.)
• Controleer de aansluiting van de autoantenne.
• De auto-antenne schuift niet uit.
t Controleer de aansluiting van de
voedingskabel van de auto-antenne.
• Controleer de frequentie.
De elektrisch bediende antenne schuift niet
uit.
Er kan niet automatisch worden afgestemd
op zenders.
De elektrisch bediende antenne heeft geen
relaisdoos.
• De lokale zoekfunctie staat op “ON.”
t Zet de lokale zoekfunctie op “OFF”.
(pagina 22)
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stem handmatig af.
“ST” knippert in het uitleesvenster.
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Schakel over naar mono-ontvangst
(pagina 22).
Een stereo-uitzending weerklinkt in mono.
Het toestel staat in de mono-ontvangststand.
t Annuleer mono-ontvangst (pagina 22).
RDS
Foutmeldingen/Berichten
Foutweergave
(voor dit toestel en los verkrijgbare CD/MDwisselaars)
De volgende aanduidingen knipperen gedurende
ongeveer 5 seconden en er weerklinkt een
alarmsignaal.
BLANK*1
Er zijn geen tracks opgenomen op een MD.*1
t Speel een MD af waarop tracks zijn
opgenomen.
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is niet van het TP-type of heeft een
zwak signaal.
t Druk herhaaldelijk op (AF) or (TA) tot
“AF-OFF” of “TA-OFF” verschijnt.
ERROR*1
• Een CD is vuil of omgekeerd ingebracht.*2
t Reinig de CD of breng hem juist in.
• Een CD/MD kan niet worden afgespeeld
wegens een of ander probleem.*2
t Breng een andere CD/MD in.
Geen verkeersinformatie.
• Schakel “TA” in.
• Ondanks TP zendt de zender geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
HI TEMP
De omgevingstemperatuur bedraagt meer dan
50°C.
t Wacht tot de temperatuur onder 50°C is
gedaald.
PTY toont “--------.”
• De huidige zender is geen RDS zender.
• Geen RDS gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet
door.
NO DISC
Er zit geen disc in de CD/MD-apparatuur.
t Plaats een disc in de CD/MD-apparatuur.
NO MAG
Er zit geen disc-magazijn in de CD/MDapparatuur.
t Plaats het magazijn in de CD/MD-apparatuur.
NOTREADY
De klep van de MD-apparatuur is open of de
MD’s zijn niet juist ingebracht.
t Sluit de klep of breng de MD’s juist in.
RESET
De CD/MD-apparatuur werkt niet om de een
of andere reden.
t Druk op de RESET-knop op het toestel.
*1 Wanneer er zich een fout voordoet bij het afspelen
van een CD of MD, verschijnt het disc-nummer van
de CD of MD niet in het uitleesvenster.
*2 Het disc-nummer van de disc met de fout verschijnt
in het uitleesvenster.
Indien deze oplossingen niet helpen, raadpleeg
dan de dichtstbijzijnde Sony dealer.
Berichten
L.SEEK +/–
De Local Seek-functie staat aan tijdens
automatisch afstemmen (pagina 14).
NO AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de
huidige zender.
“
” of “
”
U hebt het begin of het einde van de disc
bereikt en u kunt niet verder.
27