5019 407 00393
1. Ga na of alle sluitingen dicht zijn en de
zakken leeg zijn.
2. Keer het wasgoed binnenste buiten.
3. Doe het wasgoed losjes in de trommel
om ervoor te zorgen dat het niet
kreukt.
Sorteer het wasgoed als volgt:
A) Naar wassymbolen (in de kraag of de
binnenzoom):
Geschikt voor drogen in de
droogautomaat.
Drogen in de droogautomaat
alleen bij lage droogintensiteit.
Druk op de toets Delicaat.
Niet in de droogautomaat
drogen.
B) Naar dikte/gewicht
Wanneer de lading die gedroogd moet
worden, de capaciteit van de
droogautomaat te boven gaat, dient u
het wasgoed op grond van gewicht te
scheiden (bijv. handdoeken scheiden van
dun ondergoed).
C) Naar type weefsel
Katoen/linnen
: Handdoeken, jersey
katoen, bed- en tafellinnen van katoen
of linnen.
Synthetisch/Easy care
: Bloesjes,
overhemden, overalls, enz. gemaakt van
polyester of polyamide, evenals
gemengde katoenen/synthetische
weefsels.
D) Naar droogniveau
Sorteren op: strijkdroog, kastdroog, enz.
Deze weefsels niet in een
droogautomaat drogen:
Wol, zijde, nylon
kousen, delicate borduursels, wasgoed met
metalen onderdelen/versiersels, omvangrijk
wasgoed zoals slaapzakken enz.
Belangrijk: gebruik alleen specifieke
droogveilige toevoegingen
en spoel
wasgoed dat met een vlekkenmiddel is
behandeld eerst grondig uit in ruim water,
alvorens het te drogen.
Gebruik alleen
specifiek aanbevolen droogveilige
plastic items
en droog nooit rubberen
artikelen of artikelen die bevlekt zijn met
plantaardige olie in de droogautomaat.
Programma en extra functies:
Om een programma te selecteren draait
u de programmakeuzeknop in de
gewenste positie. Het indicatielampje
Start knippert, wat aangeeft dat de
cyclus moet worden gestart.
Om een extra functie te selecteren, drukt
u op de desbetreffende toets. Het
indicatielampje in de toets bevestigt dat er
een selectie is gemaakt.
Druk opnieuw op de functietoets om de
extra functie te annuleren.
1. Nadat u het gewenste programma en
de gewenste extra functies heeft
geselecteerd, drukt u op de Start-/
Pauzetoets.
Zodra de droogcyclus beëindigd is, gaat
het indicatielampje END branden en
kan de was uit de machine worden
gehaald.
Wanneer het wasgoed niet uit de
trommel gehaald wordt aan het einde
van de droogcyclus, zal een automatisch
anti-kreukprogramma in werking
worden gesteld gedurende ongeveer 60
minuten. De trommel draait op
regelmatige intervallen, wat voorkomt
dat het wasgoed kreukt.
Anti-Kreukbescherming verdeelt
het wasgoed in de trommel
opnieuw.
2. Wanneer het programma voltooid is,
zet u de programmakeuzeknop op
0
.
De droogautomaat stopt als het programma
gewijzigd wordt tijdens de droogcyclus. Het
indicatielampje Start knippert.
Druk op de Start-/Pauzetoets om het nieuwe
programma te laten starten.
De droogautomaat onderbreken tijdens
het proces
1. Zet de programmakeuzeknop op
Luchten.
2. Druk op de Start/Pauzetoets.
Wacht tenminste 5 minuten met het
openen van de deur, zodat de
droogautomaat kan afkoelen.
Om veiligheidsredenen stopt het
programma automatisch wanneer u de
deur opent.
3. Om opnieuw te starten nadat de deur
geopend is, moet de deur worden
gesloten en opnieuw de Start/
Pauzetoets worden ingedrukt.
Maak het pluisfilter aan het einde van
elke droogcyclus schoon:
1. Open de deur.
2. Trek het filter naar boven.
3. Open het filter.
4. Verwijder het pluis met behulp van een
zachte borstel of uw vingers.
5. Sluit het filter.
6. Druk het filter weer stevig op zijn
plaats
.
Leeg de waterbak aan het einde van
elke droogcyclus.
1. Trek aan de hendel om de waterbak te
verwijderen.
2. Leeg de waterbak.
3. Vervang de waterbak wanneer deze
leeg is door hem
volledig
terug op zijn
plaats te drukken.
Mocht de droogautomaat storingen in
de werking vertonen, dan wordt u
verzocht de volgende punten na te gaan
alvorens contact op te nemen met de
Servicedienst:
Het drogen duurt te lang / het wasgoed is
niet droog genoeg:
Is het juiste programma geselecteerd?
Was het wasgoed te nat toen het in de
trommel geplaatst werd (de
centrifugeersnelheid van de wasmachine
minder dan 800 tpm? Wanneer de
centrifugeersnelheid minder dan 800
tpm is, kan de fout met de waterbak
tijdens de droogcyclus optreden)?
Is het pluisfilter vuil (indicatielampje
filter brandt)?
Is de warmtewisselaar vuil? (zie de
Gebruiksaanwijzing).
Is de omgevingstemperatuur te hoog?
De droogautomaat werkt niet:
(druk na een stroomstoring en/of
onderbreking van de elektriciteit altijd
op de Start/Pauzetoets).
Zit de stekker goed in het stopcontact?
Is de stroom uitgevallen?
Is de zekering doorgeslagen?
Is de deur goed gesloten?
Is het programma geselecteerd?
Is de
Start/Pauze
-toets ingedrukt?
Het indicatielampje van het pluisfilter
of de waterbak is aan:
Is het pluisfilter schoon?
Is de waterbak leeg?
Is de waterbak goed geplaatst?
Is de warmtewisselaar schoon?
Waterdruppels onder de
droogautomaat:
Staat de warmtewisselaar goed?
Is er pluis van de afdichting van de
warmtewisselaar weggeveegd?
Is er pluis van de deurafdichting
weggeveegd?
Is de waterbak goed geplaatst?
Als de storing aanhoudt of opnieuw
optreedt, nadat u de bovenstaande
controles heeft uitgevoerd, dient u de
droogautomaat uit te schakelen en onze
Servicedienst te bellen (zie de garantie).
Vermeld:
De aard van de storing.
Het type droogautomaat en het model
Het servicenummer (nummer achter het
woord Service op het typeplaatje) aan de
binnenkant van de deur rechts.
Uw volledige adres en telefoonnummer.
HET WASGOED VOORBEREIDEN EEN PROGRAMMA EN EXTRA
FUNCTIES SELECTEREN
EEN PROGRAMMA STARTEN &
VOLTOOIEN
HET WIJZIGEN VAN EEN REEDS
GEKOZEN PROGRAMMA
EEN PROGRAMMA ONDERBREKEN
DAGELIJKS ONDERHOUD & REINIGING
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
KLANTENSERVICE