Sony Cyber-shot DSC-T30 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

2-675-572-41(1)© 2006 Sony Corporation
Zusätzliche Informationen zu diesem Produkt und
Antworten zu häufig gestellten Fragen können Sie
auf unserer Kundendienst-Website finden.
Extra informatie over deze camera en antwoorden
op veelgestelde vragen vindt u op onze Customer
Support-website voor klantenondersteuning.
Printed in Japan
Gedruckt auf 100% Recyclingpapier mit Druckfarbe auf
Pflanzenölbasis ohne VOC (flüchtige organische
Bestandteile).
Gedrukt op 100% kringlooppapier met VOC (vluchtige
organische verbinding)-vrije inkt op basis van
plantaardige olie.
Digital Still Camera
Bedienungsanleitung/
Störungsbehebung
Gebruiksaanwijzing/Problemen
oplossen
Digital Still Camera
Bedienungsanleitung/
Störungsbehebung
Gebruiksaanwijzing/Problemen
oplossen
DE
NL
DSC-T30
„Bitte zuerst lesen“ (getrennter Band)
Erläutert die Einrichtung und grundlegende Bedienung für Aufnahme/Wiedergabe mit
Ihrer Kamera.
"Lees dit eerst" (los boekje)
Beschrijft het instellen en de basisbedieningen voor opnemen/weergeven met uw camera.
Bedienungsanleitung
Bitte lesen Sie diese Anleitung und „Bitte zuerst lesen“ (getrennter Band) vor der Benutzung der
Kamera aufmerksam durch, und bewahren Sie sie zum späteren Nachschlagen auf.
Gebruiksaanwijzing
Lees deze gebruiksaanwijzing en "Lees dit eerst" (los boekje) zorgvuldig door vóórdat u de camera
voor het eerst bedient, en bewaar ze voor latere naslag.
NL
2
Om het gevaar van brand of
elektrische schokken te verkleinen,
mag het apparaat niet worden
blootgesteld aan regen of vocht.
U moet de batterij alleen vervangen door
een batterij van het opgegeven type. Als u
dit niet doet, kan dit brand of letsel tot
gevolg hebben.
Verwijdering van oude elektrische en
elektronische apparaten (Toepasbaar
in de Europese Unie en andere
Europese landen met gescheiden
ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de verpakking
wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk
afval mag worden behandeld. Het moet echter
naar een plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als
u ervoor zorgt dat dit product op de correcte
manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke
bronnen. Voor meer details in verband met het
recyclen van dit product, neemt u contact op met
de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de
dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
Dit product is getest volgens de EMC-richtlijn
voor het gebruik van aansluitkabels korter dan 3
meter en voldoet aan de hierin gestelde
voorwaarden.
Let op
De elektromagnetische velden bij de specifieke
frequenties kunnen het beeld en het geluid van
deze camera beïnvloeden.
Opmerking
Als door statische elektriciteit of
elektromagnetisme de gegevensoverdracht
tussentijds wordt onderbroken (mislukt), start u
het softwareprogramma opnieuw op of koppelt u
de aansluitkabel (USB-kabel, enz.) los en sluit u
deze weer aan.
Dit apparaat bevat een vast ingebouwde batterij
die niet vervangen hoeft te worden tijdens de
levensduur van het apparaat.
Raadpleeg uw leverancier indien de batterij toch
vervangen moet worden.
De batterij mag alleen vervangen worden door
vakbekwaam servicepersoneel.
Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als
klein chemisch afval (KCA).
Lever het apparaat aan het einde van de
levensduur in voor recycling, de batterij zal dan
op correcte wijze verwerkt worden.
Nederlands
WAARSCHUWING
LET OP
Voor klanten in Europa
Voor klanten in Nederland
NL
3
Opmerkingen over het gebruik van de camera
Typen "Memory Stick" die kunnen
worden gebruikt (niet bijgeleverd)
Deze camera gebruikt het IC-
opnamemedium "Memory Stick Duo". Er
zijn twee typen "Memory Stick".
"Memory Stick Duo": u kunt een
"Memory Stick Duo" gebruiken in uw
camera.
"Memory Stick": u kunt in uw camera
geen "Memory Stick" gebruiken.
Andere geheugenkaarten kunnen niet
worden gebruikt.
Voor verdere informatie over de "Memory Stick
Duo", zie blz. 107.
Bij gebruik van een "Memory Stick
Duo" in een "Memory Stick"-
compatibel apparaat
U kunt de "Memory Stick Duo" gebruiken
door deze in de Memory Stick Duo-adapter
(niet bijgeleverd) te steken.
Memory Stick Duo-adapter
Opmerkingen over de "InfoLITHIUM"
accu
Laad de accu (bijgeleverd) op voordat u de
camera voor het eerst gebruikt. (
t stap 1 in
"Lees dit eerst")
De accu kan zelfs worden opgeladen als deze
nog niet volledig leeg is. Bovendien kunt u zelfs
als de accu niet volledig opgeladen is, de
gedeeltelijke lading van de accu gewoon
gebruiken.
Als u van plan bent de accu gedurende een lange
tijd niet te gebruiken, verbruikt u eerst de
resterende lading, verwijdert u daarna de accu
uit de camera, en bewaart u deze op een droge,
koele plaats. Zo blijft de accu correct
functioneren (blz. 109).
Voor verdere informatie over bruikbare accu's,
zie blz. 109.
Carl Zeiss-lens
Deze camera is uitgerust met een Carl
Zeiss-lens, die scherpe beelden met
uitstekend contrast reproduceert.
De lens van deze camera is geproduceerd
onder een kwaliteitborgingssysteem dat is
gecertificeerd door Carl Zeiss in
overeenstemming met de kwaliteitsnormen
van Carl Zeiss, Duitsland.
Geen compensatie voor de inhoud van
de opnamen
Voor mislukte opnamen door een
gebrekkige werking van uw camera of
opnamemedia, enz. kan geen
schadevergoeding worden geëist.
Reservekopieën van het interne
geheugen en de "Memory Stick Duo"
Schakel de camera niet uit en verwijder de
accu of de "Memory Stick Duo" niet terwijl
het toegangslampje brandt, omdat hierdoor
de gegevens in het interne geheugen of op
de "Memory Stick Duo" kunnen worden
beschadigd. Bescherm uw gegevens altijd
door een reservekopie te maken. Zie
bladzijde 23 voor het maken van een
reservekopie.
Opmerkingen over opnemen/
weergeven
Deze camera is niet stofdicht, niet
spatwaterdicht en niet waterdicht. Lees
"Voorzorgsmaatregelen" (blz. 111) alvorens de
camera te bedienen.
Maak een proefopname om te controleren of de
camera juist werkt voordat u eenmalige
gebeurtenissen opneemt.
NL
NL
4
Let er goed op dat de camera niet nat wordt.
Water dat de camera binnendringt, kan een
storing veroorzaken die niet in alle gevallen kan
worden verholpen.
Richt de camera niet naar de zon of ander fel
licht. Hierdoor kan een storing in de camera
ontstaan.
Gebruik de camera niet in de buurt van een
plaats waar sterke radiogolven worden
gegenereerd of straling wordt uitgestraald. Het
is mogelijk dat de camera dan niet goed kan
opnemen of weergeven.
Als u de camera in zanderige of stoffige plaatsen
gebruikt, kunnen storingen optreden.
Als er condens op de camera is gevormd,
verwijdert u dit voordat u de camera gebruikt
(blz. 111).
Niet met de camera schudden of er tegenaan
stoten. Dit kan niet alleen leiden tot storingen en
het weigeren om beelden op te nemen, maar kan
ook het opnamemedium onbruikbaar maken, en
beeldgegevens vervormen, beschadigen of
verloren doen gaan.
Maak het venster van de flitser schoon vóór
deze te gebruiken. De hitte die vrijkomt bij het
afgaan van de flitser kan eventueel vuil op het
venster van de flitser doen verbranden of
vastbakken waardoor onvoldoende licht het
voorwerp bereikt.
Opmerkingen over het LCD-scherm en
de lens
Het LCD-scherm is vervaardigd met
precisietechnologie waardoor meer dan 99,99 %
van de pixels operationeel is. Soms kunnen er op
het LCD-scherm en in de LCD-zoeker echter
kleine zwarte en/of heldere puntjes (wit, rood,
blauw, of groen) permanent zichtbaar zijn. Dit is
normaal en heeft geen enkele invloed op het
opgenomen beeld.
Als het LCD-scherm of de lens langdurig wordt
blootgesteld aan direct zonlicht, kan dit tot
defecten leiden. Wees voorzichtig wanneer u de
camera bij een venster of buiten neerzet.
Druk niet op het LCD-scherm. Het scherm kan
dan verkleuren, waardoor een storing wordt
veroorzaakt.
In een koude omgeving kunnen de beelden op
het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is
normaal.
Wees voorzichtig dat u niet tegen de lens stoot
en er geen kracht op uitoefent.
Opmerkingen over de compatibiliteit
van beeldgegevens
Deze camera voldoet aan de universele DCF-
norm (Design rule for Camera File system)
zoals vastgesteld door JEITA (Japan Electronics
and Information Technology Industries
Association).
Er worden geen garanties gegeven dat beelden,
welke met deze camera zijn opgenomen, kunnen
worden weergegeven op andere apparatuur, of
dat beelden die met andere apparatuur zijn
opgenomen of gemonteerd, kunnen worden
weergegeven op deze camera.
Waarschuwing over copyright
Televisieprogramma’s, films, videobanden en
ander materiaal kunnen beschermd zijn met
auteursrechten. Het zonder toestemming opnemen
van dergelijk materiaal, kan in strijd zijn met de
wetten op de auteursrechten.
De beelden in deze
gebruiksaanwijzing
De foto’s die in deze gebruiksaanwijzing gebruikt
worden als voorbeelden, zijn gereproduceerde
beelden die niet daadwerkelijk met deze camera
zijn opgenomen.
Zwarte, witte, rode,
blauwe of groene
puntjes
NL
5
Alle mogelijkheden van de camera gebruiken
Bereid de camera voor en neem eenvoudig beelden op
"Lees dit eerst" (los boekje)
1 De accu voorbereiden
2 De camera inschakelen/de klok instellen
3 Een "Memory Stick Duo" (niet bijgeleverd) plaatsen
4 Het beeldformaat kiezen dat u wilt gebruiken
5 Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie)
Stilstaande beelden opnemen (Scènekeuzefunctie)
6 Beelden weergeven/wissen
Leer uw camera beter kennen
Deze gebruiks-
aanwijzing
Opnemen met uw favoriete instellingen (Geprogrammeerd
automatisch opnemen) t blz. 25
Weergeven van uw beelden door middel van de diavoorstelling
t blz. 27
Opnemen/weergeven op diverse manieren met behulp van het
menu t blz. 30
De standaardinstellingen veranderen t blz. 50
De camera aansluiten op een PC of printer
Deze gebruiks-
aanwijzing
Beelden naar een computer kopiëren om ze op diverse
manieren te bewerken t blz. 62
Beelden afdrukken door de camera rechtstreeks aan te sluiten
op een printer (alleen PictBridge-compatibele printers)
t blz. 82
NL
6
Inhoud
Opmerkingen over het gebruik van de camera ......................................... 3
Basistechnieken voor betere beelden....................................................... 9
Scherpstellen – Het onderwerp met succes scherpstellen............................... 9
Belichting – De lichtintensiteit instellen ........................................................... 10
Kleur – Over het effect van de lichtbron .......................................................... 11
Kwaliteit – Over "beeldkwaliteit" en "beeldformaat" ......................................... 11
Plaats van de onderdelen ....................................................................... 13
Indicators op het scherm ........................................................................ 15
Het weergavescherm veranderen........................................................... 20
Aantal stilstaande beelden en opnameduur van bewegende beelden.... 21
Als u geen "Memory Stick Duo" hebt (Opnemen in het interne geheugen).....22
Levensduur van de accu en aantal beelden dat kan worden opgenomen/
bekeken .................................................................................................. 24
De functieknop gebruiken .......................................................................25
Gebruik van de diavoorstelling................................................................27
De menuonderdelen gebruiken...................................................... 30
Menuonderdelen ................................................................................ 31
Menu voor opnemen ............................................................................... 33
(Camera)
COLOR (Kleurfunctie)
(EV)
9 (Scherpstellen)
(Lichtmeetfun.)
WB (Witbalans)
ISO
(Beeldkwaliteit)
Mode (Opn.functie)
BRK (Bracket-stap)
(Interval)
(Flitsniveau)
(Contrast)
(Scherpte)
(Setup)
De camera leren gebruiken
Het menu gebruiken
M
NL
7
Menu voor weergeven .............................................................................43
(Map)
- (Beveiligen)
DPOF
(Afdrukken)
(Dia)
(Ander form.)
(Roteren)
(Opdelen)
(Setup)
Trimmen
De Setup-onderdelen gebruiken ....................................................50
Camera 1 ...........................................................................................51
AF-functie
Digitale zoom
Functiegids
Rode-ogeneff.
AF-verlicht.
Auto Review
Camera 2 ...........................................................................................54
STEADY SHOT
Intern geheugen-tool..........................................................................55
Formatteren
Memory Stick tool ..............................................................................56
Formatteren
Opnamemap maken
Opnamemap wijz.
Kopiëren
Setup 1 ...............................................................................................58
Downl. muz.
Format. muz.
LCD-verlicht
Pieptoon
Taal
Initialiseren
Setup 2 ...............................................................................................60
Bestandsnr.
USB-aansl.
Video-uit
Klokinstel.
Het Setup-scherm gebruiken
1
2
1
2
NL
8
Werken met uw Windows-computer ....................................................... 62
De software installeren (bijgeleverd)....................................................... 64
Beelden kopiëren naar uw computer ...................................................... 65
Beeldbestanden opgeslagen op de computer weergeven op uw camera
(met behulp van een "Memory Stick Duo") .............................................72
De "Cyber-shot Viewer"-software (bijgeleverd) gebruiken ...................... 73
"Music Transfer" (bijgeleverd) gebruiken................................................. 77
Uw Macintosh-computer gebruiken ........................................................ 78
Stilstaande beelden afdrukken................................................................ 81
Rechtstreeks beelden afdrukken op een PictBridge-compatibele printer.....82
Beelden afdrukken in een winkel ............................................................86
Beelden bekijken op een tv-scherm........................................................ 88
Problemen oplossen ...............................................................................90
Foutcodes en meldingen.......................................................................103
Over de "Memory Stick"........................................................................107
Informatie over de "InfoLITHIUM" accu................................................. 109
De acculader......................................................................................... 110
Voorzorgsmaatregelen.......................................................................... 111
Technische gegevens............................................................................ 113
De camera met uw computer gebruiken
Stilstaande beelden afdrukken
Uw camera op uw tv aansluiten
Problemen oplossen
Overige
Index
.................................................................................................... 114
De camera leren gebruiken
NL
9
De camera leren gebruiken
Basistechnieken voor betere beelden
Als u de sluiterknop half indrukt, stelt de camera automatisch scherp (Automatische
scherpstelling). Vergeet niet dat de sluiterknop slechts half ingedrukt moet worden.
Een stilstaand beeld opnemen waarop moeilijk scherpgesteld kan worden
t [Scherpstellen]
(blz. 35)
Als het beeld zelfs na scherpstellen wazig is, kan dit komen doordat de camera is bewogen.
t Zie "Tips om wazige beelden te voorkomen" (direct hieronder).
Scherp-
stellen
Het onderwerp met succes scherpstellen
Druk de sluiterknop
gelijk helemaal in.
Druk de
sluiterknop half
in.
AE/AF-
vergrendelingsindicator
Indicator knippert
,
Indicator brandt/piept
Druk daarna de
sluiterknop
helemaal in.
Tips om wazige beelden te voorkomen
Houd de camera stil en houd uw armen langs uw zij. U kunt het beste tegen een boom of
gebouw in de buurt leunen zodat u stabiel staat. U kunt ook een zelfontspanner met een
vertraging van 2 seconden, de anti-blur-functie of een statief gebruiken. Gebruik de
flitser wanneer er weinig licht is.
Scherp-
stellen
Belichting Kleur Kwaliteit
Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen
voor het gebruik van uw camera. Het vertelt u
hoe u de diverse camerafuncties moet
gebruiken, zoals de functieknop (blz. 25), de
menu’s (blz. 30), enz.
60min
NL
10
U kunt diverse beelden creëren door de belichting en de ISO-gevoeligheid in te stellen.
Belichting is de hoeveelheid licht die door de lens in de camera valt wanneer u de sluiterknop
indrukt.
De ISO-gevoeligheid instellen
ISO is de eenheid waarin de gevoeligheid wordt uitgedrukt door te schatten hoeveel licht er op
het beeldopnameapparaat (soortgelijk aan fotofilm) valt. Zelfs wanneer de belichting hetzelfde
is, zullen de beelden verschillen afhankelijk van de ISO-gevoeligheid.
De ISO-gevoeligheid instellen t blz. 38
Belichting
De lichtintensiteit instellen
Overbelichting
= te veel licht
Te licht beeld
In de automatische instelfunctie wordt de
belichting automatisch ingesteld op de
juiste waarde. U kunt deze echter ook
handmatig instellen met behulp van de
hieronder beschreven functies.
EV aanpassen:
Hiermee kunt u de belichting aanpassen
die door de camera is ingesteld.
t blz. 34
Lichtmeetfun.:
Hiermee kunt u het deel van het onderwerp
veranderen dat wordt gemeten om de
belichting in te stellen. t blz. 37
Juiste belichting
Onderbelichting
= te weinig licht
Te donker beeld
Hoge ISO-gevoeligheid
Neemt een helder beeld op, zelfs op donkere plaatsen.
Het beeld wordt echter korrelig.
Lage ISO-gevoeligheid
Neemt een vloeiender beeld op.
Echter, als de belichting onvoldoende is, kan het beeld donkerder worden.
Sluitertijd = De tijdsduur gedurende welke het licht in
de camera valt
Diafragma = De grootte van de opening waardoor het
licht in de camera valt
ISO =
Gevoeligheid van het opnamemedium
Belichting:
De camera leren gebruiken
NL
11
De natuurlijke kleur van het onderwerp wordt beïnvloed door de belichtingsomstandigheden.
Voorbeeld: De kleur van een beeld wordt beïnvloed door de lichtbronnen
In de automatische instelfunctie worden de kleurtinten automatisch ingesteld.
U kunt de kleurtinten echter ook handmatig instellen met [Witbalans] (blz. 37).
Een digitaal beeld is samengesteld uit een groot aantal kleine puntjes, genaamd pixels.
Als een beeld uit veel pixels bestaat, zal het beeld groot zijn, meer geheugenruimte in beslag
nemen en met scherpe details worden weergegeven. Het "beeldformaat" wordt aangegeven
met het aantal pixels. Ondanks dat u op het scherm van de camera het verschil niet kunt zien,
verschillen de kleine details en de verwerkingstijd wanneer het beeld wordt afgedrukt of
weergegeven op een computerscherm.
Beschrijving van de pixels en het beeldformaat
Kleur
Over het effect van de lichtbron
Weer/lichtbron
Daglicht Bewolkt Fluorescerend Lamplicht
Eigenschappen van
het licht
Wit (standaard) Blauwachtig Blauwgetint Roodachtig
Kwaliteit
Over "beeldkwaliteit" en "beeldformaat"
1 Beeldformaat: 7M
3072 pixels × 2304 pixels = 7.077.888 pixels
2 Beeldformaat: VGA(E-Mail)
640 pixels × 480 pixels = 307.200 pixels
3072
2304
480
640
Pixels
NL
12
Het te gebruiken beeldformaat kiezen (t stap 4 in "Lees dit eerst")
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
1) De beelden worden opgenomen in dezelfde 3:2-verhouding als fotopapier of briefkaarten, enzovoort.
2) Beide randen van het beeld kunnen worden afgesneden tijdens het afdrukken (blz. 100).
3) Als u een Memory Stick-sleuf of een USB-verbinding gebruikt, kunt u genieten van beelden van hogere
kwaliteit.
Een groter videoformaat betekent een betere kwaliteit.
De weergave wordt vloeiender naarmate u meer frames per seconde gebruikt.
De beeldkwaliteit kiezen (compressieverhouding) in combinatie (blz. 38)
U kunt de compressieverhouding kiezen die gebruikt wordt voor het opslaan van de digitale
beelden. Als u een hoge compressieverhouding kiest, mist het beeld de fijne details, maar is
het beeldbestand kleiner.
Pixel
Veel beeldpunten
(Hoge beeldkwaliteit en
groot bestand)
Voorbeeld: Afdrukken
van maximaal A3-
formaat
Weinig beeldpunten
(Lage beeldkwaliteit en
klein bestand)
Voorbeeld: Beeld
versturen als bijlage
bij e-mailberichten
Beeldformaat Aanwijzingen voor gebruik
7M (3072×2304) Groter
Kleiner
Max. formaat is A3 (11×17")
3:2
1)
(3072×2048) Net als beeldverhouding 3:2
5M (2592×1944) Max. formaat is A4 (8×10")
3M (2048×1536) Max. formaat is 13×18cm (5×7")
2M (1632×1224) Max. formaat is 10×15cm (4×6")
VGA (640×480) Voor e-mail
16:9
2)
(1920×1080) Weergeven op 16:9 HDTV
3)
Videoformaat
Frames/seconde
Aanwijzingen voor gebruik
640(Fijn) (640×480) Ong. 30 Weergave op tv, hoge kwaliteit
640(Standaard) (640×480) Ong. 17 Weergave op tv, standaard
160 (160×112) Ong. 8 Voor e-mail
De camera leren gebruiken
NL
13
Plaats van de onderdelen
Nadere bijzonderheden over de bediening
vindt u op de tussen haakjes vermelde
bladzijden.
A (STEADY SHOT)-toets (
t stap 5
in "Lees dit eerst")
B Sluiterknop (
t stap 5 in "Lees dit
eerst")
C POWER-toets/POWER-lampje
(
t stap 2 in "Lees dit eerst")
D Oog voor polsriem (
t "Lees dit eerst")
E Microfoon
F Flitser (
t stap 5 in "Lees dit eerst")
G Lens
H Zelfontspannerlampje (
t stap 5 in
"Lees dit eerst")/AF-verlichting (53)
I Lensafdekking (
t stap 2 in "Lees dit
eerst")
A Functieknop (25)
B LCD-scherm (20)
C Voor opnemen: Zoomtoetsen (W/T)
(
t stap 5 in "Lees dit eerst")
Voor weergeven: /
(Weergavezoom) toets/ (Index) toets
(
t stap 6 in "Lees dit eerst")
D MENU-toets (30)
E (schermweergave) toets (20)
F Regeltoets
Menu aan: v/V/b/B/
z (t stap 2 in
"Lees dit eerst")
Menu uit: // / (
t stap 5 in
"Lees dit eerst")
G (Diavoorstelling)-toets (27)
H (Beeldformaat/Wissen)-toets
(
t stap 4 en 6 in "Lees dit eerst")
I Deksel van de accu/"Memory Stick
Duo" (
t stap 1 en 3 in "Lees dit eerst")
J Toegangslampje (
t stap 4 in "Lees dit
eerst")
K "Memory Stick Duo"-sleuf
(
t stap 3 in "Lees dit eerst")
5
6
7
8
9
1
2
3
4
2
1
3
4
5
6
7
8
9 0 qaqs qdqf qg qh
NL
14
L Accu-insteeksleuf
(
t stap 1 in "Lees dit eerst")
M Accu-uitwerphendel
(
t stap 1 in "Lees dit eerst")
N Multifunctionele aansluiting
(onderkant)
Bij gebruik van de AC-LS5K AC
adapter (niet bijgeleverd)
U kunt de accu niet opladen door de camera
aan te sluiten op de netspanningsadapter
AC-LS5K. Gebruik de acculader om de
accu op te laden.
(
t stap 1 in "Lees dit eerst")
O Luidspreker
P Schroefgat voor statief (onderkant)
Gebruik een statief met een schroeflengte
van minder dan 5,5 mm. U kunt de camera
niet stevig bevestigen op een statief waarvan
de schroef langer is dan 5,5 mm. Bovendien
kan hierdoor de camera beschadigd worden.
2
Naar de
multifunctionele
aansluiting
1 Naar DC IN-
aansluiting
3 Naar stopcontact
v
merkteken
Kabel voor de
multifunctionele
aansluiting
De camera leren gebruiken
NL
15
Indicators op het scherm
Nadere bijzonderheden over de bediening
vindt u op de tussen haakjes vermelde
bladzijden.
Bij opname van stilstaande beelden
Bij opname van bewegende beelden
A
B
Scherm Indicator
Accu-restlading (t stap 1
in "Lees dit eerst")
z AE/AF-vergrendeling
(
t stap 5 in "Lees dit
eerst")
BRK Opnamefunctie (25, 39)
Witbalans (37)
STBY
OPNEMEN
Standby/Opname voor
bewegende beelden
(
t stap 5 in "Lees dit
eerst")
60min
1
2
3
4
5
STBY
60min
1
2
3
4
5
60min
M
WB
Camerafunctie
(Scènekeuze) (
t stap 5 in
"Lees dit eerst")
Camerafunctie
(Programma) (25)
Flitsfunctie (
t stap 5 in
"Lees dit eerst")
Opladen flitser
Zoomvergroting (
t 51,
stap 5 in "Lees dit eerst")
Vermindering van het rode-
ogeneffect (52)
Scherpte (42)
Contrast (41)
AF-verlichting (53)
Lichtmeetmodus (37)
VIVID
NATURAL
SEPIA B&W
Kleurfunctie (33)
Scherm Indicator
Macro/vergrootglas
(
t stap 5 in "Lees dit
eerst")
AF-functie (51)
AF-bereikzoekerframe (35)
1.0m Scherpstelling-
voorkeuzeafstand (35)
STEADY SHOT OFF
(
t stap 5 in "Lees dit
eerst")
Scherm Indicator
SL
1.3
ON
S AF M A F
NL
16
CD
Scherm Indicator
Beeldformaat (t stap 4 in
"Lees dit eerst")
wordt alleen
weergegeven wanneer de
Multi Burst-functie is
ingeschakeld.
FINE STD Beeldkwaliteit (38)
Opnamemap (56)
Dit wordt niet weergegeven
wanneer het interne
geheugen wordt gebruikt.
Resterende opslagcapaciteit
van het interne geheugen
(22)
Resterende ruimte op de
"Memory Stick" (21)
00:00:00
[00:28:05]
Opnameduur [maximale
opnameduur] (21)
1/30" Multi Burst-interval (41)
400 Resterend aantal
opneembare beelden (21)
Zelfontspanner (
t stap 5
in "Lees dit eerst")
C:32:00 Zelfdiagnosefunctie (103)
ISO-nummer (38)
±0.7EV Bracket-stapwaarde (41)
3:27M 5M
3M 2M
1M
VGA 16:9
FINE
6 40
STD
6 40
160
1M
101
Scherm Indicator
Trillingswaarschuwing (9)
Geeft aan dat trillingen
kunnen verhinderen dat de
beelden scherp worden
opgenomen als gevolg van
onvoldoende belichting.
Zelfs als de
trillingswaarschuwing
wordt weergegeven, kunt u
toch het beeld opnemen.
Wij adviseren u echter de
anti-blur-functie in te
schakelen, de flitser te
gebruiken om een betere
belichting te verkrijgen, of
het statief o.i.d. te
gebruiken om de camera te
stabiliseren.
E Waarschuwing voor
zwakke accu (24, 103)
+ Dradenkruis van de
puntlichtmeting (37)
AF-bereikzoekerframe (35)
De camera leren gebruiken
NL
17
E
Scherm Indicator
Histogram (20, 34)
Lange sluitertijd NR
Bij gebruik van een
sluitertijd van 1/25 seconde
of langer, wordt de NR
lange-sluitertijdfunctie
automatisch ingeschakeld
om beeldruis te
verminderen.
125 Sluitertijd
F3.5 Diafragmawaarde
+2.0EV Belichtingswaarde (34)
(niet
weergegeven
op het scherm
op de
voorgaande
bladzijde)
Menu (30)
NL
18
Bij weergave van stilstaande beelden
Bij weergave van bewegende beelden
A
B
60min
C:32:00
101
VGA
1.3
M
101
12/12
+2.0EV
F3.5500
2006 1 1 9: 30 AM
1
2
3
4
5
60min
1
2
3
4
5
Scherm Indicator
Accu-restlading (t stap 1
in "Lees dit eerst")
Opnamefunctie (25, 39)
Beeldformaat (
t stap 4 in
"Lees dit eerst")
- Beveiliging (44)
Afdrukmarkering (DPOF)
(86)
Map veranderen (43)
Dit wordt niet weergegeven
wanneer het interne
geheugen wordt gebruikt.
Zoomvergroting (t stap 6
in "Lees dit eerst")
Stap
12/16
Beeld-voor-beeld-weergave
(39)
N Weergave (
t stap 6 in
"Lees dit eerst")
Vol u m e (
t stap 6 in "Lees
dit eerst")
Scherm Indicator
101-0012 Map-bestandsnummer (43)
Weergavebalk (
t stap 6 in
"Lees dit eerst")
60min
M
3:27M 5M
3M 2M 1M
VGA 16:9
FINE
6 40
STD
6 40
160
1.3
De camera leren gebruiken
NL
19
C
D
E
Scherm Indicator
PictBridge-aansluiting (83)
Opnamemap (56)
Dit wordt niet weergegeven
wanneer het interne
geheugen wordt gebruikt.
Weergavemap (43)
Dit wordt niet weergegeven
wanneer het interne
geheugen wordt gebruikt.
Resterende opslagcapaciteit
van het interne geheugen
(22)
Resterende ruimte op de
"Memory Stick" (21)
8/8 12/12 Beeldnummer/Aantal
beelden opgenomen in de
gekozen map
C:32:00 Zelfdiagnosefunctie (103)
00:00:12 Teller (
t stap 6 in "Lees
dit eerst")
Scherm Indicator
PictBridge-aansluiting (84)
Koppel de kabel voor de
multifunctionele aansluiting
niet los als het pictogram
wordt weergegeven.
+2.0EV Belichtingswaarde (34)
ISO-nummer (38)
Lichtmeetmodus (37)
Flitser
Witbalans (37)
500 Sluitertijd
F3.5 Diafragmawaarde
Weergavebeeld (
t stap 6
in "Lees dit eerst")
101
101
WB
Scherm Indicator
Histogram (20, 34)
wordt weergegeven
wanneer het histogram is
uitgeschakeld.
2006 1 1
9:30 AM
Opgenomen datum/tijd van
het weergavebeeld
Menu (30)
z PAU ZE
z AFSP.
De Multi Burst-beelden
achter elkaar weergeven
(39)
VORIGE/
VOLGENDE
Beelden kiezen
VOLUME
Volumeniveau instellen
DPOF
NL
20
Het weergavescherm veranderen
Bij elke druk op de toets
(schermweergave) verandert het scherm als
volgt.
Wanneer u de toets (schermweergave)
langer ingedrukt houdt, wordt de LCD-
achtergrondverlichting feller.
Als het histogram is ingeschakeld, wordt tijdens
de weergave beeldinformatie weergegeven.
Het histogram wordt in de volgende gevallen
niet weergegeven:
Tijdens het opnemen
Wanneer het menu wordt weergegeven.
Wanneer u bewegende beelden opneemt.
Tijdens het weergeven
Wanneer het menu wordt weergegeven.
In de indexfunctie.
Wanneer u de weergavezoom gebruikt.
Wanneer u stilstaande beelden roteert.
Wanneer bewegende beelden worden
weergegeven.
Er kan een groot verschil optreden tussen het
histogram dat wordt weergegeven tijdens het
opnemen en tijdens het weergeven wanneer:
de flitser afgaat.
de sluitertijd lang of kort is.
Het histogram wordt misschien niet
weergegeven voor beelden opgenomen op
andere camera’s.
S AF
VGA
96
S AF
VGA
96
S AF
60min
60min
Histogram aan
Indicators uit
Indicators aan
Histogram
scherm
(blz. 34)
De camera leren gebruiken
NL
21
Aantal stilstaande beelden en opnameduur van
bewegende beelden
De tabellen geven bij benadering het aantal stilstaande beelden en de opnameduur van
bewegende beelden aan die kunnen worden opgenomen op een "Memory Stick Duo" die in
deze camera is geformatteerd. De waarden kunnen variëren afhankelijk van de
opnameomstandigheden.
Zie blz. 11 in deze handleiding en stap 4 in "Lees dit eerst" voor meer informatie over
beeldformaat en beeldkwaliteit.
Het aantal stilstaande beelden (wanneer de beeldkwaliteit is ingesteld op [Fijn],
zie bovenste regel en op [Standaard] zie onderste regel.)
(Eenheden: Beelden)
Het aantal vermelde beelden geldt voor wanneer [Mode] is ingesteld op [Normaal].
Als het aantal resterende opneembare beelden hoger is dan 9.999, wordt de indicator ">9999"
weergegeven.
U kunt het beeldformaat later veranderen ([Ander form.], blz. 45).
De opnameduur van bewegende beelden (Eenheden: uren : minuten : seconden)
Als het beeldformaat is ingesteld op [640(Fijn)] kunnen bewegende beelden alleen worden opgenomen op
een "Memory Stick PRO Duo".
Wanneer beelden die zijn opgenomen met eerdere Sony modellen worden weergegeven op deze camera,
kan de kan de weergave afwijken van het werkelijke beeldformaat.
Capaciteit
Formaat
32MB 64MB 128MB 256MB 512MB 1GB 2GB
7M 9 18 37 67 137 279 573
18 36 73 132 268 548 1125
3:2 9 18 37 67 137 279 573
18 36 73 132 268 548 1125
5M 12 25 51 92 188 384 789
23 48 96 174 354 723 1482
3M 20 41 82 148 302 617 1266
37 74 149 264 537 1097 2250
2M 33 66 133 238 484 988 2025
61 123 246 446 907 1852 3798
VGA 196 394 790 1428 2904 5928 12154
491 985 1975 3571 7261 14821 30385
16:9 33 66 133 238 484 988 2025
61 123 246 446 907 1852 3798
Capaciteit
Formaat
32MB 64MB 128MB 256MB 512MB 1GB 2GB
640(Fijn) 0:02:50 0:06:00 0:12:20 0:25:10
640(Standaard) 0:01:20 0:02:50 0:05:50 0:10:40 0:21:40 0:44:20 1:31:00
160 0:22:40 0:45:30 1:31:30 2:51:20 5:47:00 11:44:20 24:18:20
NL
22
Als u geen "Memory Stick Duo" hebt (Opnemen
in het interne geheugen)
De camera heeft een intern geheugen van 58 MB. Dit geheugen kan niet uit de camera worden
verwijderd. Zelfs als geen "Memory Stick Duo" in de camera is geplaatst, kunt u beelden
opnemen in dit interne geheugen.
Bewegende beelden met beeldformaat [640(Fijn)] kunnen niet worden opgenomen in het interne
geheugen.
Het aantal stilstaande beelden dat kan worden opgenomen, en de opnameduur van bewegende
beelden, in het interne geheugen zijn als volgt.
Het aantal stilstaande beelden (Wanneer de beeldkwaliteit is ingesteld op [Fijn],
zie bovenste regel; en op [Standaard], zie onderste regel.)
(Eenheden: Beelden)
De opnameduur van bewegende beelden
(Eenheden: uren : minuten : seconden)
Als een "Memory Stick Duo" is geplaatst
[Opnemen]: De beelden worden op de "Memory Stick
Duo" opgenomen.
[Weergave]: De beelden op de "Memory Stick Duo"
worden weergegeven.
[Menu, Setup, enz.]: Diverse functies kunnen worden
toegepast op de beelden op de "Memory Stick Duo".
Als er geen "Memory Stick Duo" is geplaatst
[Opnemen]: De beelden worden in het interne geheugen
opgenomen.
[Weergave]: De beelden die in het interne geheugen zijn
opgeslagen worden weergegeven.
[Menu, Setup, enz.]: Diverse functies kunnen worden
toegepast op de beelden die in het interne geheugen zijn
opgeslagen.
Formaat
Capaciteit
7M 3:2 5M 3M 2M VGA 16:9
58MB 161623376035760
33 33 43 67 111 892 111
Formaat
Capaciteit
640(Standard) 160
58MB 0:02:30 0:42:40
Intern
geheugen
B
B
De camera leren gebruiken
NL
23
U kunt het beste op een van de volgende manieren een reservekopie (back-up) maken van de
gegevens.
Een reservekopie (back-up) maken van de gegevens op een "Memory Stick Duo"
Bereid een "Memory Stick Duo" voor met een opslagcapaciteit van 64 MB of meer en volg de
procedure beschreven in [Kopiëren] (blz. 57).
Een reservekopie (back-up) maken van de gegevens op een vaste schijf
Volg de procedure op bladzijden 65 t/m 69 zonder dat een "Memory Stick Duo" in de camera
is geplaatst.
U kunt beeldgegevens op een "Memory Stick Duo" niet kopiëren naar het interne geheugen.
Als u de camera aansluit op een computer met de kabel voor de multifunctionele aansluiting, kunt u
gegevens die zijn opgeslagen in het interne geheugen, kopiëren naar een computer. U kunt echter
gegevens die zijn opgeslagen op een computer, niet kopiëren naar het interne geheugen.
Over beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen
NL
24
Levensduur van de accu en aantal beelden dat
kan worden opgenomen/bekeken
De tabellen geven bij benadering het
maximale aantal beelden aan dat kan
worden opgenomen/weergegeven tezamen
met de gebruiksduur van de accu wanneer u
beelden opneemt in de [Normaal] functie
met een volledig opgeladen accu
(bijgeleverd) bij een omgevingstemperatuur
van 25°C. Het aantal beelden dat kan
worden opgenomen of weergegeven maken
het mogelijk de "Memory Stick Duo" te
wisselen, indien noodzakelijk.
Houd er rekening mee dat afhankelijk van
de gebruiksomstandigheden de werkelijke
aantallen lager kunnen liggen dan in de
tabel wordt aangegeven.
De capaciteit van de accu neemt af naarmate u
deze langer gebruikt, met het verstrijken van de
tijd (blz. 109).
Het aantal beelden dat kan worden opgenomen/
weergegeven en de levensduur van de accu
neemt af onder de volgende omstandigheden:
Wanneer de omgevingstemperatuur laag is.
Wanneer de flitser veelvuldig wordt gebruikt.
Wanneer de camera veelvuldig in- en
uitgeschakeld wordt.
Wanneer de zoom veelvuldig wordt gebruikt.
De helderheid van de achtergrondverlichting
van het LCD-scherm is ingesteld op hoog.
Wanneer [AF-functie] op [Monitor] staat.
Wanneer [STEADY SHOT] op [Continu]
staat.
Wanneer de accu zwak is.
Bij opname van stilstaande beelden
Opnemen in de volgende situaties:
Wanneer (Beeldkwaliteit) op [Fijn] staat.
Wanneer [AF-functie] op [Enkelvoud.] staat.
Wanneer [STEADY SHOT] op [Opnemen]
staat.
Als u elke 30 seconden eenmaal opneemt.
Als de zoom beurtelings tussen de uiterste W-
en T-kant omschakelt.
Als de flitser elke twee keer eenmaal afgaat.
Als de camera na elke tien opnamen eenmaal
uit- en ingeschakeld wordt.
De meetmethode is gebaseerd op de CIPA-
norm.
(CIPA: Camera & Imaging Products
Association)
Het aantal beelden dat kan worden opgenomen/
de levensduur van de accu is niet afhankelijk
van het beeldformaat.
Weergeven van stilstaande beelden
Weergeven van enkelvoudige beelden op
volgorde met tussenpozen van drie seconden
Bij opname van bewegende beelden
Continu bewegende beelden opnemen met
beeldformaat [160]
Aantal beelden
Levensduur van de
accu (min.)
Ong. 420 Ong. 210
Aantal beelden
Levensduur van de
accu (min.)
Ong. 8000 Ong. 400
Levensduur van de
accu (min.)
Ong. 200
De camera leren gebruiken
NL
25
De functieknop gebruiken
Stel de functieknop in op de gewenste functie.
Na blz. 33 worden de beschikbare instellingen voor de menu-items als volgt weergegeven.
Opnamefuncties voor stilstaande beelden
Autom.: Automatische instelfunctie
Voor eenvoudig opnemen met automatisch ingestelde instellingen. t stap 5 in "Lees
dit eerst"
Programma: Geprogrammeerde automatische opnamefunctie
Voor opnemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de sluitertijd als de
diafragmawaarde). U kunt ook de diverse instellingen kiezen op het menu.
(Voor meer informatie over de beschikbare functies t blz. 31)
: Scènekeuzefunctie
Voor opnemen met vooraf ingestelde instellingen voor de betreffende scène. t stap 5
in "Lees dit eerst"
Als u de opnamefunctie wilt wijzigen t zie blz. 30
Regeltoets
Functieknop
Opnemen van bewegende
beelden
t stap 5 in "Lees dit eerst"
Weergave/bewerken
t stap 6 in "Lees dit eerst"
Niet beschikbaar Beschikbaar
NL
26
Scènekeuzefunctie
Voor verdere informatie t stap 5 in "Lees dit eerst"
Om afhankelijk van de scène, het beeld op de juiste wijze op te nemen bepaalt de camera de
meest geschikte combinatie van functie-instellingen.
( : u kunt de gewenste instelling selecteren)
Macro/
vergrootglas
Flitser
AF-
bereikzoeker
Scherpstelling-
voorkeuze
Witbalans Flitsniveau
Burst/
Exposure
Bracket/
Multi Burst
/—
—/—
/—
Autom./
/—
—/— /
/— /
/— /
/— /
—/—
SL
WB
De camera leren gebruiken
NL
27
Gebruik van de diavoorstelling
Door eenvoudigweg op de -toets te drukken, kunt u de beelden voortdurend met
beeldeffecten en begeleidingsmuziek weergeven (diavoorstelling).
Het volumeniveau van de muziek instellen
Druk op v/V om het volumeniveau in te stellen.
De diavoorstelling pauzeren
Druk op z op de regeltoets.
Om te hervatten kiest u [Verder] en drukt u daarna op z.
De diavoorstelling wordt hervat vanaf het beeld waarbij de pauzestand werd ingesteld, de
muziek begint echter opnieuw bij het begin.
Voor weergave van het vorige/volgende beeld
Druk in de pauzestand op b/B.
De diavoorstelling stoppen
Druk in de pauzestand op of kies [Sluiten] met V, en druk daarna op z.
Weergave van een diavoorstelling is niet mogelijk bij gebruik van de PictBridge-aansluiting.
Om de instelling te veranderen
U kunt de gewenste instelling van de diavoorstelling kiezen. U kunt ook de diavoorstelling
opnieuw laten beginnen.
1 Druk op de MENU-toets om het menu weer te geven.
2 Kies
(Dia) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z.
1 Zet de functieknop
in de stand .
2 Druk op . 3 De diavoorstelling begint.
cc
VGA
2/9
VORIGE/VOLGENDE
Sluiten
Verder
min
Diavoorstelling
Pauze
VGA
2/9
Diavoorstelling
Effecten
Interval
Muziek Music3
Beeld
Start
Herhalen
Annul.
Stijlvol
Map
Aan
Autom.
min
NL
28
3 Kies het onderdeel dat u wilt instellen met v/V en kies daarna het gewenste onderdeel met b/B.
4 Kies [Start] met V/B en druk daarna op z.
De diavoorstelling begint.
Als u niet direct met de diavoorstelling wilt beginnen, drukt u op [Annul.].
De gekozen instelling blijft gehandhaafd, totdat een andere instelling wordt uitgekozen.
De volgende instellingen zijn beschikbaar.
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Indien ingesteld op [Eenvoudig], [Nostalgisch], [Stijlvol] of [Actief]:
Kunnen alleen stilstaande beelden weergegeven worden.
Van de beelden, opgenomen met Multiburst, wordt alleen de eerste van de reeks beelden weergegeven.
Er wordt geen muziek weergegeven (ingesteld op [Uit]) tijdens een [Normaal] diavoorstelling. Het geluid
van de bewegende beelden is hoorbaar.
De vooraf ingestelde muziek verschilt, afhankelijk van het door u geselecteerde effect.
Effecten
Eenvoudig
Een eenvoudige diavoorstelling geschikt voor een grote
variëteit aan scènes.
Nostalgisch
Een stemmige diavoorstelling die de sfeer van een filmscène
oproept.
Stijlvol
Een stijlvolle diavoorstelling die op een middelmatige
snelheid uitgevoerd wordt.
Actief
Een snelle diavoorstelling die geschikt is voor actieve scènes.
Normaal
Een standaard diavoorstelling waarbij de beelden elkaar
opvolgen met een vooraf ingesteld interval.
Muziek
Music1
De standaardinstelling voor een [Eenvoudig]-diavoorstelling.
Music2
De standaardinstelling voor een [Nostalgisch]-
diavoorstelling.
Music3
De standaardinstelling voor een [Stijlvol]-diavoorstelling.
Music4
De standaardinstelling voor een [Actief]-diavoorstelling.
Uit
De instelling voor een [Normaal]-diavoorstelling. Geen
muziek beschikbaar.
De camera leren gebruiken
NL
29
z Muziekbestanden toevoegen/wijzigen
U kunt uw favoriete muziek vanaf cd's of MP3-bestanden kopiëren naar de camera om af te spelen tijdens
een diavoorstelling. U kunt de muziek kopiëren met [Downl. muz.] in het gedeelte (Setup) met behulp
van de software "Music Transfer" (bijgeleverd) die is geïnstalleerd op een computer. Zie blz. 77 en 79 voor
meer informatie.
U kunt maximaal vier muziekstukken in de camera opslaan (U kunt de vier vooraf ingestelde
muziekstukken (Music 1-4) vervangen door uw eigen muziek).
De maximale tijdsduur van elk muziekbestand voor weergave met de camera is 180 seconden.
Als weergave van een muziekbestand, door beschadiging van het muziekbestand of andere storingen, niet
mogelijk is moet u [Format. muz.] (blz. 58) uitvoeren en de muziek nog een keer naar de camera kopiëren.
Beeld
Map
Geeft alle beelden weer in de geselecteerde map.
Alle
Geeft alle beelden weer die op een "Memory Stick Duo" zijn
opgeslagen.
Herhalen
Aan
Geeft alle beelden weer in een continu herhaalde weergave.
Uit
Nadat alle beelden zijn weergegeven, eindigt de
diavoorstelling.
Interval
3 sec
Het weergave-interval van beelden voor een [Normaal]-
diavoorstelling instellen.
5 sec
10 sec
30 sec
1 min
Start
Hiermee laat u de diavoorstelling beginnen.
Annul.
De diavoorstelling annuleren.
NL
30
Het menu gebruiken
De menuonderdelen gebruiken
1 Schakel de camera in en zet de functieknop in de gewenste stand.
Afhankelijk van de stand van de functieknop en de (Camera) menu-instellingen, zijn verschillende
menuonderdelen beschikbaar.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Kies het gewenste menuonderdeel met
b/B op de regeltoets.
Als het gewenste onderdeel niet zichtbaar is, houdt
u b/B ingedrukt totdat het onderdeel op het scherm
verschijnt.
Als de functieknop in de stand staat, drukt u op
z nadat u een onderdeel hebt gekozen.
4 Kies de gewenste instelling met v/V.
De instelling die u kiest wordt groter en ingesteld.
5 Druk op MENU om het menu te verbergen.
Schakelen tussen de huidige functie en de opnamefunctie
U kunt het menu ook verbergen door de sluiterknop half in te drukken.
Als een menuonderdeel niet wordt weergegeven, wordt de indicator v/V weergegeven aan het uiteinde
van waar de menuonderdelen normaal gesproken worden weergegeven. Om de niet-weergegeven
menuonderdelen weer te geven, kiest u deze indicator met de regeltoets.
U kunt geen onderdelen instellen die niet beschikbaar zijn.
v/V/b/B toets
z toets
Functieknop
Regeltoets
MENU-toets
100
200
400
80
ISO
ISO
Mode
BRK
M
Het menu gebruiken
NL
31
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Menuonderdelen
De beschikbare menu-onderdelen verschillen afhankelijk van de stand van de functieknop.
Alleen de beschikbare menuonderdelen worden op het scherm weergegeven.
( : beschikbaar)
Stand van functieknop:
Autom.
Programma
Scène
Menu voor opnemen (blz. 33)
(Camera)
COLOR (Kleurfunctie)
(EV)
9 (Scherpstellen)
(Lichtmeetfun.)
WB (Witbalans)
ISO
(Beeldkwaliteit)
Mode (Opn.functie)
BRK (Bracket-stap)
*
——
(Interval)
*
——
(Flitsniveau)
*
——
(Contrast)
(Scherpte)
(Setup)
M
NL
32
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
* De bediening wordt beperkt volgens de instelling van de scènekeuzefunctie (blz. 26).
**Alleen beschikbaar tijdens weergavezoom.
Menu voor weergeven (blz. 43)
(Map) ———
- (Beveiligen)
DPOF ———
(Afdrukken)
(Dia)
(Ander form.)
(Roteren)
(Opdelen) ———
(Setup)
Trimm en** ———
Het menu gebruiken
NL
33
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Menu voor opnemen
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Kies de camerafunctie voor stilstaand beeld.
t stap 5 in "Lees dit eerst"
Door toepassing van kleureffecten kunt u de kleurinstelling van het beeld veranderen.
Bij het opnemen van bewegende beelden zijn alleen [Z-W] en [Sepia] voor keuze beschikbaar.
In de stand [Multi Burst] wordt de kleurinstelling ingesteld op [Normaal].
(Camera)
COLOR (Kleurfunctie)
Z-W (B&W)
Hiermee wordt het beeld ingesteld op monochroom
Sepia (SEPIA)
Hiermee wordt het beeld ingesteld op sepiakleuren
Natuurlijk (NATURAL)
Hiermee wordt het beeld ingesteld op rustige kleuren
Levendig (VIVID)
Hiermee wordt het beeld ingesteld op heldere, diepe kleuren
Normaal
NL
34
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Met deze instelling kunt u de belichting
handmatig instellen.
Naar – Naar +
Voor verdere informatie over de belichting t blz. 10
De compensatiewaarde kan worden ingesteld in stappen van 1/3EV.
Wanneer een onderwerp wordt opgenomen onder bijzonder heldere of donkere omstandigheden, of
wanneer u de flitser gebruikt, kan de belichting niet goed worden ingesteld.
z EV (Belichtingswaarde) instellen door een histogram weer te geven
Een histogram is een grafiek die de helderheid
van een beeld weergeeft. Druk herhaaldelijk op
(schermweergave) om het histogram op het
scherm weer te geven. De grafiek duidt op een
helder beeld wanneer deze rechterkant ervan
hoog is, en op een donker beeld wanneer de
linkerkant ervan hoog is. Zet de functieknop in de
stand en stel EV in terwijl u de belichting
controleert aan de hand van het histogram.
A Aantal pixels
B Helderheid
Het histogram wordt tevens in de volgende gevallen weergegeven, zonder dat u de belichting kunt
instellen.
Wanneer (Camera) op [Autom.] staat
Wanneer één stilstaand beeld wordt weergegeven
Tijdens Quick Review
(EV)
M +2.0EV
Naar +: Maakt het beeld helderder.
0EV
De belichting wordt door de camera automatisch ingesteld.
m –2.0EV
Naar –: Maakt het beeld donkerder.
60min
HelderDonker
A
B
Het menu gebruiken
NL
35
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Met deze instelling kunt u de scherpstellingsmethode veranderen. Gebruik het menu als het
moeilijk is goed scherp te stellen met de automatische-scherpstellingsfunctie.
9 (Scherpstellen)
(oneindige afstand)
Hiermee wordt scherpgesteld op het onderwerp met behulp
van een vooraf ingestelde afstand tot het onderwerp.
(Scherpstelling-voorkeuze)
Wanneer u een onderwerp door een net of door een ruit opneemt,
is het moeilijk om scherp te stellen in de automatische-
scherpstellingsfunctie. In dergelijke gevallen is het handig om
[Scherpstellen] te gebruiken.
7.0m
3.0m
1.0m
0.5m
Punt-AF ( )
Hiermee wordt automatisch scherpgesteld op een
buitengewoon klein onderwerp of binnen een klein bereik.
Als u deze functie tegelijk met de AF-vergrendelfunctie
gebruikt, kunt u de gewenste beeldcompositie opnemen. Houd
de camera stil zodat het onderwerp niet buiten het
AF-bereikzoekerframe valt.
Midden-AF
()
Stelt automatisch scherp op een onderwerp in het midden van
het zoekerframe.
Als u dit gebruikt met de AF-vergrendelfunctie, kunt u de
gewenste beeldcompositie opnemen.
Multi-AF
(Multipoint-AF)
(Stilstaand beeld )
(Bewegend beeld )
Hiermee wordt automatisch scherpgesteld op een onderwerp
in het hele bereik van het zoekerframe.
Deze functie is handig wanneer het onderwerp zich niet in het
midden van het frame bevindt.
60min
AF-bereikzoekerframe
Indicator van AF-
bereikzoekerframe
60min
AF-bereikzoekerframe
Indicator van AF-
bereikzoekerframe
60min
AF-bereikzoekerframe
Indicator van AF-
bereikzoekerframe
NL
36
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
AF betekent Auto Focus (automatische scherpstelling).
De informatie over de ingestelde afstand in [Scherpstellen] is slechts bij benadering. Als u de lens op en
neer beweegt, wordt de fout vergroot.
Voor het opnemen van bewegende beelden adviseren wij u [Multi-AF] te gebruiken, omdat dan de
automatische scherpstelling ook werkt bij een bepaalde hoeveelheid trillingen.
Wanneer u digitale zoomfunctie of AF-verlichting gebruikt, wordt voorrang gegeven aan bewegingen van
onderwerpen in of vlakbij het midden van het frame. In dit geval knippert , of indicator en
wordt het AF-bereikzoekerframe niet weergegeven.
Sommige opties zijn, afhankelijk van de scènefunctie, niet beschikbaar (blz. 26).
z Als het onderwerp niet scherpgesteld is
Als u opneemt met het onderwerp aan de rand van het frame (of het scherm), of wanneer u [Midden-AF] of
[Punt-AF] gebruikt, is het mogelijk dat de camera het onderwerp niet scherpstelt. In dat geval gaat u als
volgt te werk.
1 Stel het beeld opnieuw samen, zodat het onderwerp zich in het midden van het AF-
bereikzoekerframe bevindt en druk de sluiterknop half in om op het onderwerp scherp te stellen
(AF-vergrendeling).
Zolang u de sluiterknop maar niet helemaal indrukt, kunt u deze procedure zo vaak als u wilt
herhalen.
2 Wanneer de indicator van de AE/AF-vergrendeling stopt met knipperen en aan blijft, keert u
terug naar het volledig samengestelde beeld en drukt u de sluiterknop helemaal in.
60min
AE/AF-vergrendelingsindicator
AF-bereikzoekerframe
60min
Het menu gebruiken
NL
37
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Met deze instelling kunt u de lichtmeetfunctie kiezen die bepaalt welk deel van het onderwerp
wordt gemeten voor de berekening van de belichting.
Voor verdere informatie over de belichting t blz. 10
Bij gebruik van puntlichtmeting of lichtmeting met nadruk op het midden, adviseren wij u [9]
(Scherpstellen) in te stellen op [Midden-AF] om scherp te stellen op de plaats van de lichtmeting (blz. 35).
Met deze instelling kunt u de kleurtinten compenseren aan de hand van de lichtomstandigheden
tijdens het opnemen, bijvoorbeeld wanneer de kleuren van het beeld vreemd lijken.
(Lichtmeetfun.)
Punt (Puntlichtmeting)
()
Hiermee wordt slechts een deel van het onderwerp gebruikt
voor de lichtmeting.
Deze functie is handig wanneer het onderwerp van achteren
wordt belicht of wanneer er een sterk contrast is tussen het
onderwerp en de achtergrond.
Midden (Lichtmeting met
nadruk op het midden) ( )
Hiermee wordt het midden van het beeld gebruikt voor de
lichtmeting en wordt de belichting berekend aan de hand van
de helderheid van dat deel van het onderwerp.
Multi (Lichtmeting met
meerdere patronen)
Hiermee wordt het beeld onderverdeeld in meerdere delen en
wordt op elk deel een lichtmeting uitgevoerd. De camera
berekent een uitgebalanceerde belichting.
WB (Witbalans)
Flitser ( )
Hiermee wordt gecompenseerd voor de flitser.
U kunt dit onderdeel niet kiezen als u bewegende beelden
opneemt.
Gloeilamp (n)
Hiermee wordt gecompenseerd voor plaatsen waar de
belichtingsomstandigheden snel veranderen, zoals in een
feestzaal of onder felle verlichting zoals in een fotostudio.
Fluorescerend ( )
Hiermee wordt gecompenseerd voor fluorescerende verlichting.
Bewolkt ( )
Hiermee wordt gecompenseerd voor een bewolkte lucht.
Daglicht ( )
Hiermee wordt gecompenseerd voor het buitenshuis opnemen
van nachtscènes, neonreclame, vuurwerk of zonsopkomst, of
voor omstandigheden voor of na zonsondergang.
Autom.
Hiermee wordt automatisch gecompenseerd en de witbalans
automatisch ingesteld.
60min
Dradenkruis van de
puntlichtmeting
Plaats dit op het onderwerp.
WB
NL
38
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Voor verdere informatie over de witbalans t blz. 11
Het is mogelijk dat de witbalansfunctie niet goed werkt onder fluorescerende lampen die flikkeren,
ondanks dat u [Fluorescerend] ( ) hebt ingesteld.
Wanneer de flitser afgaat, wordt [Flitser] ( ) automatisch ingesteld op [Autom.], behalve in de functie
[WB].
Sommige opties zijn niet beschikbaar, afhankelijk van de scènefunctie (blz. 26).
Met deze instelling kunt u de lichtgevoeligheid instellen in de eenheid ISO. Hoe hoger de
waarde, hoe gevoeliger voor licht.
Voor verdere informatie over de ISO-lichtgevoeligheid t blz. 10
Merk op dat het beeld meer ruis zal vertonen naar mate de ISO-gevoeligheidswaarde hoger wordt.
[ISO] is ingesteld op [Autom.] in de scènekeuzefunctie.
Wanneer u opneemt bij heldere omstandigheden, verhoogt de camera automatisch de kleurtintreproductie
en helpt zo te voorkomen dat het beeld wit wordt (behalve wanneer [ISO] is ingesteld op [80] of [100]).
Met deze instelling kunt u de kwaliteit kiezen van stilstaande beelden.
Voor verdere informatie over de beeldkwaliteit t blz. 11
ISO
1000
Kies een hoog nummer wanneer u op een donkere plaats of
een snel bewegend onderwerp opneemt, of kies een laag
nummer om een hoge beeldkwaliteit te krijgen.
800
400
200
100
80
Autom.
(Beeldkwaliteit)
Fijn (FINE)
Hiermee wordt op hoge kwaliteit (lage compressie)
opgenomen.
Standaard (STD)
Hiermee wordt op standaardkwaliteit (hoge compressie)
opgenomen.
WB
Het menu gebruiken
NL
39
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Met deze instelling kunt u kiezen of de camera meerdere beelden achter elkaar opneemt of niet
wanneer u op de sluiterknop drukt.
Over [Multi Burst]
U kunt de beelden opgenomen in de Multi Burst-functie achter elkaar weergeven met behulp van de
volgende procedures:
Pauzeren/hervatten: Druk op z op de regeltoets.
Frame-voor-frame weergeven: Druk in de pauzestand op b/B. Druk op z om de weergave in series te
hervatten.
U kunt de volgende bedieningen niet uitvoeren in de Multi Burst-functie:
Slimme-zoomfunctie
Flitser
Opdelen van een serie beelden opgenomen in de Multi Burst-functie
Een frame extraheren of verwijderen uit een reeks beelden die in de Multi Burst-functie zijn opgenomen
Het frame-interval instellen op een andere waarde dan [1/30] wanneer (Camera) op [Autom.] staat
Tijdens het weergeven van een serie beelden opgenomen in de Multi Burst-functie met behulp van een
computer of een camera die niet is uitgerust met de Multi Burst-functie, wordt het beeld weergegeven als
een enkel beeld met 16 frames.
Het beeldformaat van beelden, opgenomen in de Multi Burst-functie, is 1M.
Het kan voorkomen dat het, afhankelijk van de scènekeuzefunctie, niet mogelijk is om beelden op te
nemen in de Multi Burst-functie (blz. 26).
Mode (Opn.functie)
Multi Burst ( )
Hiermee worden 16 frames achter elkaar als een stilstaand-
beeldbestand opgenomen wanneer u op de sluiterknop drukt.
Dit is handig om bijvoorbeeld uw sportprestaties te controleren.
U kunt het sluiterinterval voor Multi Burst instellen bij [Interval]
functie (blz. 41).
Exposure Bracket (BRK)
Neemt een serie van drie beelden op met de
belichtingswaarden iets automatisch verschoven.
Als u de juiste belichting niet kunt bepalen, gebruikt u deze
functie, zodat de belichtingswaarde wordt verschoven. U kunt
naderhand het beeld met de beste belichting kiezen.
Burst ( )
Hiermee wordt het maximale aantal beelden achter elkaar
opgenomen (zie de tabel op de volgende bladzijde) wanneer u
de sluiterknop ingedrukt houdt.
Nadat "Neemt op" is uitgegaan, kunt u het volgende beeld
opnemen.
Normaal
Hiermee worden niet meerdere beelden achter elkaar
opgenomen.
M
NL
40
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Over de [Exposure Bracket]
De flitser staat op (Altijd flitsen uitgeschakeld).
De scherpstelling en de witbalans worden voor het eerste beeld ingesteld, en deze instellingen worden ook
gebruikt voor de andere beelden.
Als de belichting handmatig is ingesteld (blz. 34), wordt de belichting verschoven aan de hand van de
veranderde helderheid.
Het opname-interval is ongeveer 1 seconden.
Als het onderwerp te helder of te donker is, kan het onmogelijk zijn goed op te nemen met de gekozen
Bracket-stapwaarde.
Het kan voorkomen dat het, afhankelijk van de scènekeuzefunctie, niet mogelijk is om beelden op te
nemen in de Exposure Bracket-functie (blz. 26).
Over [Burst]
De flitser staat op (Altijd flitsen uitgeschakeld).
Als u opneemt met de zelfontspanner, wordt een serie van maximaal vijf beelden opgenomen.
Het opname-interval is ongeveer 0,92 seconden.
Als de acculading laag is, of wanneer het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" vol is, stopt de
Burst-functie.
Afhankelijk van de scènefunctie is het mogelijk dat u geen beelden kunt opnemen in de Burst-functie
(blz. 26).
Maximaal aantal opnamen achter elkaar
(Eenheden: beelden)
Kwaliteit
Formaat
Fijn Standaard
7M 5 8
3:2 5 8
5M 6 11
3M 9 17
2M 15 27
VGA 85 100
16:9 15 27
Het menu gebruiken
NL
41
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Neemt een serie van drie beelden op met de belichtingswaarden iets automatisch verschoven.
BRK (Bracket-stap) wordt niet weergegeven in sommige scènekeuzefuncties.
Met deze instelling kunt u het frame-interval van de [Multi Burst] functie instellen (blz. 39).
(Interval) wordt niet weergegeven in sommige scènekeuzefuncties.
Met deze instelling kunt u de hoeveelheid flitslicht instellen.
Om de flitsfunctie te veranderen t stap 5 in "Lees dit eerst"
Afhankelijk van de scènefunctie is het mogelijk dat u het flitsniveau niet kunt instellen (blz. 26).
Het contrast van het beeld instellen.
BRK (Bracket-stap)
±1.0EV
Verschuift de belichtingswaarde met plus of min 1,0EV.
±0.7EV
Verschuift de belichtingswaarde met plus of min 0,7EV.
±0.3EV
Verschuift de belichtingswaarde met plus of min 0,3EV.
(Interval)
1/7.5 (1/7.5")
Selecteer eerst [Multi Burst] bij [Mode] en stel vervolgens het
gewenste frame-interval in bij [Interval]. Als u een andere
functie selecteert dan [Multi Burst], is deze functie niet
beschikbaar.
1/15 (1/15")
1/30 (1/30")
(Flitsniveau)
+ ( +)
Naar +: Hiermee wordt het flitsniveau hoger.
Normaal
– ( –)
Naar –: Hiermee wordt het flitsniveau lager.
(Contrast)
+ ( )
Naar +: Het contrast wordt groter.
Normaal
– ( )
Naar –: Het contrast wordt kleiner.
M
M
NL
42
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
De scherpte van het beeld instellen.
Zie blz. 50.
(Scherpte)
+ ( )
Naar +: Het beeld wordt scherper.
Normaal
– ( )
Naar –: Het beeld wordt waziger.
(Setup)
Het menu gebruiken
NL
43
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Menu voor weergeven
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Kiest de map met daarin het beeld dat u wilt weergeven wanneer u de camera gebruikt met een
"Memory Stick Duo".
1 Kies de gewenste map met b/B op de regeltoets.
2 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
z Over de map
De camera slaat de opgenomen beelden op in een opgegeven map op de "Memory Stick Duo" (blz. 56). U
kunt de map veranderen of een nieuwe maken.
Om een nieuwe map voor opgenomen beelden te maken t [Opnamemap maken] (blz. 56)
Om de map voor opgenomen beelden te veranderen t [Opnamemap wijz.] (blz. 57)
Wanneer meerdere mappen worden gemaakt in de "Memory Stick Duo" en het eerste of laatste beeld in de
map wordt weergegeven, worden de volgende indicators weergegeven.
: U kunt naar de voorgaande map gaan.
: U kunt naar de volgende map gaan.
: U kunt naar zowel de voorgaande als volgende mappen gaan.
(Map)
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt de keuze geannuleerd.
102 2/2
2006
102MSDCF
9
111::05:34
AM
OK
VORIGE/VOLGENDE
Map kiezen
Annul.
Mapnaam:
Gemaakt:
Aant. best.:
NL
44
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Met deze instelling kunt u de beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen.
Beelden beveiligen in de enkelbeeldfunctie
1 Geef het beeld weer dat u wilt beveiligen.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Kies [-] (Beveiligen) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z.
Het beeld is beveiligd en de indicator - (Beveiligen) wordt op het beeld weergegeven.
4 Als u andere beelden wilt beveiligen, kiest u het gewenste beeld met b/B en drukt u daarna op
z.
Beelden beveiligen in de indexfunctie
1 Druk op (Index) om het indexscherm weer te geven.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Kies [-] (Beveiligen) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z.
4 Kies [Kiezen] met v/V en druk daarna op z.
5 Kies het beeld dat u wilt beveiligen met v/V/b/B en druk daarna op z.
Een groene - indicator wordt op het gekozen beeld weergegeven.
6 Herhaal stap 5 om andere beelden te beveiligen.
7 Druk op MENU.
8 Kies [OK] met B en druk daarna op z.
De - indicator wordt wit. De geselecteerde beelden zijn beveiligd.
Om alle beelden in de map te beveiligen, kiest u [Alle in deze map] in stap 4 en drukt u daarna op z.
Kies [Aan] met B en druk daarna op z.
- (Beveiligen)
Beveiligen (-)
Zie de onderstaande procedure.
Sluiten
Hiermee wordt de beveiliging opgeheven.
VGA
2/9
60min
-
MENU
- (groen)
Het menu gebruiken
NL
45
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Om de beveiliging te annuleren
In de enkelbeeldfunctie
Druk op z in stap 3 of 4 van "Beelden beveiligen in de enkelbeeldfunctie".
In de indexfunctie
1 Kies het beeld waarvan u de beveiliging wilt opheffen in stap
5 van "Beelden beveiligen in de
indexfunctie".
2 Druk op z om de - indicator grijs te laten worden.
3 Herhaal bovenstaande bediening bij alle beelden waarvan u de beveiliging wilt opheffen.
4 Druk op MENU, kies [OK] met B en druk daarna op z.
De beveiliging van alle beelden in een map annuleren
Kies [Alle in deze map] in stap 4 van "Beelden beveiligen in de indexfunctie" en druk op z.
Kies [Uit] met
B en druk daarna op z.
Houd er rekening mee dat bij het formatteren van het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" alle
gegevens die zijn opgeslagen op het opnamemedium worden gewist, zelfs als de beelden zijn beveiligd, en
dat de gegevens niet kunnen worden hersteld.
Het activeren van de beveiliging van een beeld kan enige tijd duren.
Met deze instelling kunt u een (afdrukmarkering) aanbrengen op de beelden die u wilt
afdrukken (blz. 86).
Zie blz. 82.
Zie blz. 27.
Met deze instelling kunt u het beeldformaat van een opgenomen beeld veranderen (Formaat
veranderen) en het opslaan als een nieuw bestand. Ook nadat u het formaat hebt veranderd,
blijft het oorspronkelijke beeld bewaard.
DPOF
(Afdrukken)
(Dia)
(Ander form.)
7M
Het ingestelde beeldformaat is slechts een richtlijn.
t stap 4 in "Lees dit eerst"
5M
3M
2M
VGA
Annul.
Hiermee wordt het veranderen van het beeldformaat geannuleerd.
NL
46
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
1 Geef het beeld weer waarvan u het beeldformaat wilt veranderen.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Kies [ ] (Ander form.) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z.
4 Kies het gewenste formaat met v/V en druk daarna op z.
Het beeld met het nieuwe formaat wordt opgenomen en opgeslagen in de opnamemap als het
meest recente bestand.
Voor verdere informatie over [Beeldformaat] t stap 4 in "Lees dit eerst"
U kunt het beeldformaat van bewegende beelden of beelden opgenomen in de Multi Burst-functie, niet
veranderen.
Wanneer u van een klein formaat overschakelt op een groot formaat, gaat de beeldkwaliteit achteruit.
U kunt niet veranderen naar het beeldformaat 3:2 of 16:9.
Wanneer u het formaat verander van een beeld met het formaat 3:2 of 16:9, worden zwarte banden langs
de onder- en bovenrand van het scherm weergegeven.
Met deze instelling kunt u een stilstaand beeld
roteren.
1 Geef het beeld weer dat u wilt roteren.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Kies [ ] (Roteren) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z.
4 Kies [
] met v en roteer daarna het beeld met b/B.
5 Kies [OK] met v/V en druk daarna op z.
U kunt beveiligde beelden, bewegende beelden en beelden opgenomen in de Multi Burst-functie, niet
roteren.
Beelden die met andere camera’s zijn opgenomen, kunnen soms niet worden geroteerd.
Wanneer u beelden op een computer weergeeft, is het afhankelijk van de gebruikte software mogelijk dat
de beeldrotatie-informatie niet tot uitdrukking komt.
(Roteren)
Hiermee wordt een beeld geroteerd. Zie de onderstaande
procedure.
OK
Hiermee wordt het geroteerde beeld vastgelegd. Zie de
onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt het roteren geannuleerd.
Het menu gebruiken
NL
47
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Met deze instelling kunt u bewegende beelden knippen of onnodige scènes van bewegende
beelden verwijderen. Dit is de aanbevolen functie om te gebruiken wanneer de capaciteit van
het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" onvoldoende is, of wanneer u bewegende
beelden als bijlage met uw e-mailberichten verstuurt.
Vergeet niet dat de oorspronkelijke bewegende beelden zullen worden gewist en dat het nummer zal
worden overgeslagen. Bovendien kunt u de bestanden niet herstellen nadat deze eenmaal zijn geknipt.
Voorbeeld: Bewegende beelden met nummer 101_0002 knippen
Dit gedeelte beschrijft onderstaand voorbeeld waarin bewegende beelden met nummer
101_0002 worden geknipt en gedeeltelijk worden gewist.
1 Knippen van scène A.
Opdelen
101_0002 wordt opgedeeld in 101_0004 en 101_0005.
2 Knippen van scène B.
Opdelen
101_0005 wordt opgedeeld in 101_0006 en 101_0007.
3 Wissen van scènes A en B als deze overbodig zijn.
Wissen Wissen
(Opdelen)
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt het knippen geannuleerd.
1
2
101_0002
101_0003
3
101_0001
1
2
3AB
101_0002
101_0004
123 B
A
101_0005
13
101_0004 101_0007
101_0006
AB2
NL
48
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
4 Alleen de gewenste scène blijft over.
Procedure
1 Geef de bewegende beelden weer die u wilt knippen.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Kies [ ] (Opdelen) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z.
4 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
De bewegende beelden worden gestart.
5 Druk op z op het gewenste knippunt.
Als u het knippunt wilt aanpassen, kiest u [c/C] (frame achteruit/vooruit) en past u het knippunt
aan met behulp van b/B.
Als u een ander knippunt wilt kiezen, kiest u [Annul.]. De bewegende beelden worden opnieuw
gestart.
6 Kies [OK] met v/V en druk daarna op z.
7 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
De bewegende beelden worden geknipt.
De geknipte bewegende beelden krijgen nieuwe nummers toegekend en worden vervolgens opgenomen
als de meest recente bestanden in de gekozen opnamemap.
De volgende soorten beelden kunnen niet worden geknipt.
Stilstaande beelden
Bewegende beelden die niet lang genoeg zijn om te knippen (korter dan ongeveer twee seconden)
Beveiligde bewegende beelden (blz. 44)
Zie blz. 50.
(Setup)
13
2
101_0006
00:00:02
10/10
STD
6 40
60min
O K
Het menu gebruiken
NL
49
Voor informatie over de bediening
1
blz. 30
Met deze instelling kunt u een vergroot beeld opnemen (t stap 6 in "Lees dit eerst") als een
nieuw bestand
.
1 Druk tijdens de weergavezoom op MENU om het menu weer te geven.
2 Kies [Trimmen] met B op de regeltoets en druk daarna op z.
3 Kies het beeldformaat met v/V en druk daarna op z.
Het getrimde beeld wordt opgenomen en het oorspronkelijke beeld wordt weer weergegeven.
Het getrimde beeld wordt opgenomen als het nieuwste bestand in de gekozen opnamemap en het
oorspronkelijke beeld blijft behouden.
De beeldkwaliteit van getrimde beelden kan verslechteren.
U kunt niet trimmen naar beeldformaat 3:2 of 16:9.
U kunt beelden die worden weergegeven met Quick Review niet trimmen.
Trimmen
Trimmen
Zie de onderstaande procedure.
Terug
Hiermee wordt het trimmen geannuleerd.
NL
50
Het Setup-scherm gebruiken
De Setup-onderdelen gebruiken
U kunt de standaardinstellingen veranderen met behulp van het Setup-scherm.
1 Schakel de camera in.
2 Druk op MENU om het menu weer te geven.
3 Druk op B op de regeltoets, ga naar de instelling (Setup), en druk daarna
nog een keer op B.
4 Druk op v/V/b/B op de regeltoets en kies het onderdeel dat u wilt instellen.
De omframing van het gekozen onderdeel verandert in geel.
5 Druk op z om de instelling in te
voeren.
Druk op MENU om het (Setup)-scherm uit te schakelen.
Om terug te keren naar het menu vanaf het scherm (Setup), drukt u herhaaldelijk op b op
de regeltoets.
Druk de sluiterknop half in om het scherm (Setup) te sluiten en terug te keren naar de opnamefunctie.
Als het menu niet wordt weergegeven
Houd MENU langer ingedrukt om het scherm (Setup) weer te geven.
De (Setup)-instelling annuleren
Kies [Annul.] als dit wordt weergegeven en druk daarna op z op de regeltoets. Als dit niet
wordt weergegeven, kiest u de voorgaande instelling opnieuw.
Deze instelling blijft ook na het uitschakelen van de camera bewaard.
v/V/b/B toets
z toets
Functieknop
Regeltoets
MENU-toets
Het Setup-scherm gebruiken
NL
51
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Camera 1
1
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Met deze instelling kunt u de werking van de automatische scherpstelling instellen.
Hiermee selecteert u de digitale zoomfunctie. De camera vergroot het beeld met behulp van
optische zoom (max. 3×). Zodra de zoomvergrotingsfactor hoger wordt dan 3×, gebruikt de
camera de slimme-zoomfunctie of de precisie-digitale-zoomfunctie.
Beeldformaat en maximale zoomvergrotingsfactor bij gebruik van Slimme-zoomfunctie
AF-functie
Enkelvoud. (S AF)
Hiermee wordt het beeld automatisch scherpgesteld zodra de
sluiterknop half ingedrukt wordt gehouden. Deze functie is
handig bij het opnemen van stilstaande onderwerpen.
Monitor (M AF)
Hiermee wordt het beeld automatisch scherpgesteld voordat
de sluiterknop half ingedrukt wordt gehouden. Door deze
functie wordt de tijdsduur, benodigd voor scherpstelling,
korter.
Er wordt meer acculading verbruikt dan in de [Enkelvoud.]
functie.
Digitale zoom
Slim
(Slimme-zoomfunctie)
()
Hiermee wordt het beeld vrijwel zonder vervorming digitaal
vergroot. Dit is niet beschikbaar wanneer het beeldformaat is
ingesteld op [7M] of [3:2].
De maximale zoomvergroting in de Slimme-zoomfunctie wordt
aangegeven in de onderstaande tabel.
Nauwkeurig
(Precisie-digitale-zoom)
()
Hiermee worden alle beeldformaten tot maximaal
vergroot, maar de beeldkwaliteit verslechtert.
Uit
Hiermee wordt de digitale zoomfunctie niet gebruikt.
Formaat Maximale zoomvergrotingsfactor
5M Ong. 3,6×
3M Ong. 4,5×
2M Ong. 5,6×
VGA Ong. 14×
16:9 Ong. 4,8×
NL
52
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Wanneer u op de zoomtoets drukt, wordt de zoomvergrotingsindicator als volgt weergegeven.
De maximale zoomvergrotingsfactor in de slimme-zoomfunctie/precisie-zoomfunctie is inclusief de
optische-zoomvergrotingsfactor.
Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet tijdens het gebruik van de digitale zoom. De , of
indicator knippert en AF werkt met voorrang voor onderwerpen die zich vlakbij het midden van het frame
bevinden.
Bij gebruik van de slimme-zoomfunctie kan het beeld op het scherm er grof uitzien. Dit verschijnsel heeft
echter geen effect op het opgenomen beeld.
Aanwijzingen voor verschillende functies worden bij de bediening van de camera
weergegeven.
Met deze instelling kunt u het rode-ogeneffect
verminderen bij gebruik van de flitser. Maak deze
instelling voordat u begint met opnemen.
Omdat het ongeveer een seconde duurt voordat de sluiter klikt, moet u de camera stilhouden om de
invloed van trillingen te vermijden. Zorg er ook voor dat het onderwerp niet beweegt.
Afhankelijk van individuele verschillen, de afstand tot het onderwerp, het niet opmerken van de
voorflitser door de gefotografeerde persoon of andere omstandigheden, zal de functie voor vermindering
van het rode-ogeneffect niet altijd het gewenste resultaat opleveren.
Functiegids
Aan
Hiermee wordt Hiermee wordt de functiegids weergegeven.
Uit
Hiermee wordt Hiermee wordt de functiegids niet
weergegeven.
Rode-ogeneff.
Aan ( )
Hiermee vermindert u het rode-ogeneffect.
De flitser gaat vóór het opnemen twee of meerdere malen af.
Uit
Hiermee wordt de rode-ogeneffect vermindering niet
gebruikt.
De W-kant van deze lijn is de optische zoom en de
T-kant is de digitale zoom
Zoomvergrotingsindicator
Het Setup-scherm gebruiken
NL
53
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
De AF-verlichting levert vullicht om gemakkelijker te kunnen scherpstellen op een onderwerp
in een donkere omgeving.
De AF-verlichting werpt rood licht uit zodat de camera gemakkelijk kan scherpstellen zodra
de sluiterknop half ingedrukt wordt gehouden totdat de scherpstelling is vergrendeld. Op dat
moment wordt de indicator weergegeven.
Als de AF-verlichting het onderwerp niet voldoende raakt of als het onderwerp onvoldoende contrast
heeft, kan niet worden scherpgesteld. (een afstand van circa 2,7 meter (bij zoomstand:W) of 2,5 meter (bij
zoomstand:T) wordt aangeraden.)
De camera kan scherpstellen zolang de AF-verlichting het onderwerp bereikt, zelfs als het rode licht iets
buiten het midden van het onderwerp valt.
Wanneer scherpstelling-voorkeuze is ingesteld (blz. 35), werkt de AF-verlichting niet.
Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet. De , of indicator knippert en AF werkt met voorrang
voor onderwerpen die zich vlakbij het midden van het frame bevinden.
De AF-verlichting werkt niet wanneer (schemerfunctie), (landschapsfunctie), (korte-
sluitertijdfunctie) of (vuurwerkfunctie) is gekozen in de scènekeuzefunctie.
De AF-verlichting zendt zeer helder licht uit. Ondanks dat er geen enkel gevaar bestaat, adviseren wij u
niet rechtstreeks van dichtbij in het lichtvenster van de AF-verlichting te kijken.
Met deze instelling kunt u het opgenomen beeld, onmiddelijk nadat een stilstaand beeld is
opgenomen, gedurende twee seconden op het scherm weergeven.
Als u gedurende deze tijd de sluiterknop half indrukt, verdwijnt de afbeelding van het opgenomen beeld
en kunt u onmiddellijk het volgende beeld opnemen.
AF-verlicht.
Autom.
Hiermee wordt de AF-verlichting gebruikt.
Uit
Hiermee wordt de AF-verlichting niet gebruikt.
Auto Review
Aan
Hiermee wordt de Auto Review gebruikt.
Uit
Hiermee wordt de Auto Review niet gebruikt.
ON
NL
54
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Camera 2
2
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Hiermee schakelt u de anti-blur-functie in.
Bij opnemen van bewegende beelden wordt [Continu] geactiveerd, zelfs als [Opnemen] ingesteld is.
U kunt de anti-blur-functie uitschakelen met behulp van de (STEADY SHOT) toets, als
(Camera) niet ingesteld is op [Autom.]. (t stap 5 in "Lees dit eerst")
Het is mogelijk dat de anti-blur-functie in volgende gevallen niet naar behoren werkt.
Als de bewegingen met de camera te hevig zijn
Bij een te lange sluitertijd, bijvoorbeeld bij het opnemen van nachtelijke scènes
STEADY SHOT
Opnemen
Hiermee wordt de anti-blur-functie ingeschakeld als de
sluiterknop half ingedrukt wordt.
Continu
Hiermee is de anti-blur-functie altijd ingeschakeld.
Beeldstabilisatie is mogelijk, zelfs als er ingezoomd is op een
ver verwijderd onderwerp.
Er wordt meer batterijlading verbruikt dan in de [Opnemen]
functie.
Het Setup-scherm gebruiken
NL
55
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Intern geheugen-tool
Dit menuonderdeel wordt niet weergegeven als een "Memory Stick Duo" in de camera is
geplaatst.
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Met deze instelling kunt u het interne geheugen formatteren.
Vergeet niet dat door te formatteren alle beeldgegevens in het interne geheugen, inclusief de beveiligde
beelden, definitief gewist zullen worden.
1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z.
De melding "Alle data in het intern geheugen wordt gewist Klaar?" verschijnt.
2 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
Het formatteren is klaar.
Formatteren
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt het formatteren geannuleerd.
NL
56
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Memory Stick tool
Dit menuonderdeel wordt alleen weergegeven als een "Memory Stick Duo" in de camera is
geplaatst.
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
De "Memory Stick Duo" formatteren. Een in de handel verkrijgbare "Memory Stick Duo" is
reeds geformatteerd en kan onmiddellijk worden gebruikt.
Vergeet niet dat door te formatteren alle beeldgegevens op de "Memory Stick Duo", inclusief de
beveiligde beelden, definitief gewist zullen worden.
1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z.
De melding "Alle data in de Memory Stick wordt gewist Klaar?" verschijnt.
2 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
Het formatteren is klaar.
Met deze instelling kunt u een map maken op een "Memory Stick Duo" om opgenomen
beelden in op te slaan.
1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z.
Het scherm voor het maken van mappen wordt weergegeven.
2 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
Een nieuwe map wordt gemaakt met een nummer dat één hoger is dan het hoogste nummer, en
de nieuwe map wordt ingesteld als de nieuwe opnamemap.
Voor verdere informatie over mappen, zie blz. 43.
Wanneer u niet een nieuwe map maakt, wordt de map "101MSDCF" gekozen als de opnamemap.
U kunt mappen maken tot en met nummer "999MSDCF".
De beelden worden opgeslagen in de nieuw gemaakte map totdat een andere map wordt gemaakt of gekozen.
U kunt een map niet vanaf de camera wissen. Als u een map wilt wissen, doet u dit vanaf een computer enz.
Maximaal 4.000 beelden kunnen in een map worden opgeslagen. Wanneer de capaciteit van de map is
opgebruikt, wordt automatisch een nieuwe map gemaakt.
Voor verdere informatie, zie "Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen" (blz. 70).
Formatteren
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt het formatteren geannuleerd.
Opnamemap maken
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt het maken van een map geannuleerd.
60min
Het Setup-scherm gebruiken
NL
57
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Met deze instelling kunt u de huidig ingestelde opnamemap veranderen.
1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z.
Het scherm voor het selecteren van mappen wordt weergegeven.
2 Kies de gewenste map met b/B, en [OK] met v en druk daarna op z.
U kunt de map "100MSDCF" niet kiezen als de opnamemap.
U kunt de opgenomen beelden niet verplaatsen naar een andere map.
Met deze instelling kunt u alle beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen kopiëren
naar een "Memory Stick Duo".
1 Plaats een "Memory Stick Duo" met een opslagcapaciteit van 64 MB of groter.
2 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z.
De melding "Alle data in het intern geheug. gekopieerd Klaar?" verschijnt.
3 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
Het kopiëren begint.
Gebruik een volledig opgeladen accu of de netspanningsadapter (niet bijgeleverd). Als u probeert
beeldbestanden te kopiëren met de accu als voeding terwijl slechts weinig acculading resteert, kan de accu
tijdens het kopiëren leeg raken, waardoor het kopiëren mislukt en/of de gegevens beschadigd raken.
U kunt niet afzonderlijke beelden kopiëren.
De oorspronkelijke beelden blijven ook na het kopiëren bewaard in het interne geheugen. Om de
beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen te wissen, haalt u na het kopiëren eerst de
"Memory Stick Duo" eruit en voert u daarna [Formatteren] uit van (Intern geheugen-tool) (blz. 55).
U kunt niet een map selecteren die is gekopieerd naar een "Memory Stick Duo".
Zelfs als u gegevens kopieert, wordt de (afdrukmarkering) niet gekopieerd.
Opnamemap wijz.
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt het veranderen van de opnamemap
geannuleerd.
Kopiëren
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee wordt het kopiëren geannuleerd.
102 2/2
2006
102MSDCF
0
111::05:34
AM
VORIGE/VOLGENDE
Opnamemap kiezen
Annul.
OK
Mapnaam:
Gemaakt:
Aant. best.:
60min
NL
58
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Setup 1
1
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Met deze instelling kunt u muziek downloaden voor weergave tijdens de diavoorstelling.
Zie bladzijden 29, 77 en 79.
Als weergave van een muziekbestand voor de diavoorstelling niet mogelijk is kan het
muziekbestand beschadigd zijn. Als dat gebeurt moet u [Format. muz.] uitvoeren.
Na uitvoering van [Format. muz.] zijn alle muziekbestanden gewist. Schakel de functie
[Downl. muz.] in met behulp van de bijgeleverde "Music Transfer"-software.
De melding "Alle gegevens worden gewist Klaar?" verschijnt.
Met deze instelling kunt u de helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm
kiezen wanneer de camera door de accu van stroom wordt voorzien.
U kunt de instelling wijzigen door (schermweergave) langer ingedrukt te houden.
Als u [Helder] instelt, wordt meer acculading verbruikt.
Met deze instelling kunt u het geluid kiezen dat klinkt wanneer u de camera bedient.
Downl. muz.
Format. muz.
OK
Hiermee worden de muziekbestanden geformatteerd. Alle
gegevens anders dan de muziekbestanden blijven behouden.
Annul.
Hiermee wordt het formatteren geannuleerd.
LCD-verlicht
Helder
Hiermee wordt het scherm helderder.
Normaal
Pieptoon
Sluiter
Hiermee wordt het sluitergeluid, dat klinkt als u de
sluiterknop indrukt, ingeschakeld.
Aan
Hiermee wordt de pieptoon/het sluitergeluid die/dat klinkt als
u de regeltoets/ sluiterknop indrukt, ingeschakeld.
Uit
Hiermee wordt de pieptoon/het sluitergeluid uitgeschakeld.
Het Setup-scherm gebruiken
NL
59
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Met deze instelling kunt u de taal kiezen waarin de menuonderdelen, waarschuwingen en
meldingen worden weergegeven.
Met deze instelling kunt u alle instellingen terugzetten op de standaardinstellingen.
1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z.
De melding "Alle instellingen initialiseren Klaar?" verschijnt.
2 Kies [OK] met v en druk daarna op z.
Alle instellingen worden teruggesteld op de standaardinstellingen.
Zorg ervoor dat tijdens het terugzetten de stroomvoorziening niet wordt onderbroken.
Taal
Initialiseren
OK
Zie de onderstaande procedure.
Annul.
Hiermee annuleert u het terugzetten.
NL
60
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Setup 2
2
De standaardinstellingen worden aangegeven met .
Met deze instelling kunt u de methode kiezen volgens welke bestandsnummers worden
toegekend aan de beelden.
Met deze instelling kunt u de USB-functie kiezen die moet worden gebruikt wanneer de
camera, met behulp van de kabel voor de multifunctionele aansluiting, wordt aangesloten op
een computer of een PictBridge-compatibele printer.
Bestandsnr.
Reeks
Hiermee worden de nummers op volgorde aan de bestanden
toegekend, zelfs als de opnamemap of de "Memory Stick
Duo" wordt veranderd. (Als de nieuw geplaatste "Memory
Stick Duo" een bestand bevat met een hoger nummer dan het
laatst toegekende bestandsnummer, wordt een nummer één
hoger dan het hoogste bestandsnummer toegekend.)
Terugstel.
Hiermee beginnen de toegekende bestandsnummers elke keer
opnieuw vanaf 0001 wanneer de opnamemap wordt
veranderd. (Als de opnamemap een bestand bevat, wordt een
nummer hoger dan het hoogste reeds toegekende nummer
toegewezen.)
USB-aansl.
PictBridge
Hiermee wordt de camera aangesloten op een PictBridge-
compatibele printer (blz. 82).
PTP
Wanneer [PTP] (Picture Transfer Protocol) is gekozen en de
camera is aangesloten op een computer, worden de beelden
opgeslagen in de opnamemap van de camera, gekopieerd naar
de computer. (Compatibel met Windows XP en Mac OS X.)
Mass Storage
Brengt een Mass Storage-verbinding tot stand tussen de
camera en een computer of ander USB-apparaat (blz. 66).
Autom.
De camera herkent automatisch en stelt de communicatie met
een computer of PictBridge-compatibele printer in (blz. 66 en
82).
Als de camera of PictBridge-compatibele printer niet op elkaar
kunnen worden aangesloten met de instelling op [Autom.],
verandert u de instelling naar [PictBridge].
Als de camera en een computer of een ander USB-apparaat niet
op elkaar kunnen worden aangesloten met de instelling op
[Autom.], verandert u de instelling naar [Mass Storage].
Het Setup-scherm gebruiken
NL
61
Voor informatie over de bediening
1
blz. 50
Met deze instelling kunt u de videosignaaluitgang instellen overeenkomstig het tv-
kleursysteem of het aangesloten videoapparaat. Verschillende landen en gebieden gebruiken
verschillende tv-kleursystemen. Als u de beelden op een tv-scherm wilt bekijken, controleert u
het tv-kleursysteem van het land of gebied waarin u de camera gebruikt op blz. 89.
Met deze instelling kunt u de datum en tijd instellen.
Video-uit
NTSC
Hiermee wordt het video-uitgangssignaal ingesteld op de
NTSC-functie (bijv. voor de VS en Japan).
PAL
Hiermee wordt het video-uitgangssignaal ingesteld op de
PAL-functie (bijv. voor Europa).
Klokinstel.
OK
Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. Volg
vervolgens de procedure beschreven in "De klok instellen"
(
tstap 2 in "Lees dit eerst").
Annul.
Hiermee wordt het instellen van de klok geannuleerd.
NL
62
De camera met uw computer gebruiken
Werken met uw Windows-computer
Voor informatie over het gebruik van een
Macintosh-computer, leest u "Uw
Macintosh-computer gebruiken" (blz. 78).
Dit gedeelte beschrijft Engelse versie van
de menuteksten.
Eerst de software (bijgeleverd) installeren (blz. 64)
Beelden kopiëren naar uw computer (blz. 65)
Beelden bekijken op uw computer
Genieten van beelden met de "Cyber-shot Viewer" en "Music Transfer"
(blz. 73, 77)
Beelden weergeven die op de computer zijn opgeslagen
Beelden weergeven die gesorteerd zijn op datum
Beelden bewerken
Muziek toevoegen/wijzigen met "Music Transfer"
Beelden afdrukken
De camera met uw computer gebruiken
NL
63
Een computer die op de camera wordt
aangesloten dient aan de volgende vereisten
te voldoen.
Aanbevolen computeromgeving voor
het kopiëren van beelden
Besturingssysteem
(voorgeïnstalleerd): Microsoft
Windows 2000 Professional, Windows
Millennium Edition, Windows XP Home
Edition of Windows XP Professional
De juiste werking kan niet worden
gegarandeerd in een computeromgeving
waarin een upgrade naar een van de
bovenstaande besturingssystemen is
uitgevoerd of in een computeromgeving met
meerdere besturingssystemen (multi-boot).
USB-aansluiting: Standaardonderdeel
Aanbevolen computeromgeving voor
het gebruik van "Cyber-shot Viewer"
en "Music Transfer"
Besturingssysteem
(voorgeïnstalleerd): Microsoft
Windows 2000 Professional, Windows
Millennium Edition, Windows XP Home
Edition of Windows XP Professional
Geluidskaart: 16-bits stereogeluidskaart met
luidsprekers
Processor/geheugen: Pentium III 500
MHz of sneller, 128 MB RAM of meer
(Aanbevolen: Pentium III 800 MHz of
sneller en 256 MB RAM of meer)
Software: DirectX 9.0c of hoger
Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd
voor installatie—200 MB of meer
Beeldscherm: Schermresolutie: 800 × 600
pixels of meer Kleuren: hoge kleuren
(16-bits kleuren, 65.000 kleuren) of meer
De software is compatibel met DirectX-
technologie. Installatie van "DirectX" is
mogelijk vereist.
Opmerkingen over het aansluiten van
de camera op een computer
Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
Als u twee of meer USB-apparaten tegelijkertijd
op een computer aansluit, is het mogelijk dat
sommige apparaten, waaronder ook uw camera,
niet werken afhankelijk van het type USB-
station dat is aangesloten.
Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste
werking niet worden gegarandeerd.
Deze camera is compatibel met Hi-Speed USB
(USB 2.0), zodat wanneer u de camera aansluit
op een computer via een USB-interface die ook
compatibel is met Hi-Speed USB (USB 2.0), u
gebruik kunt maken van geavanceerde
gegevensoverdracht (snelle overdracht).
Er zijn drie functies voor een USB-verbinding
bij het aansluiten van een computer, te weten de
functies [Autom.] (standaardinstelling), [Mass
Storage] en [PTP]. In dit gedeelte worden de
functies [Autom.] en [Mass Storage] als
voorbeeld beschreven. Voor verdere informatie
over [PTP], zie blz. 60.
Wanneer uw computer ontwaakt uit de
slaapstand, is het mogelijk dat de communicatie
tussen uw camera en de computer zich niet op
hetzelfde moment herstelt.
Aanbevolen computeromgeving
Technische ondersteuning
Ga naar de website voor
klantenondersteuning van Sony voor
meer informatie over dit product en
antwoorden op veelgestelde vragen.
http://www.sony.net/
NL
64
De software installeren (bijgeleverd)
U kunt de software (bijgeleverd) installeren
volgens de onderstaande procedure.
Als op de computer Windows 2000/Me draait,
mag u de camera niet op de computer aansluiten
vóórdat u de software hebt geïnstalleerd.
In Windows 2000/XP meldt u zich aan als
beheerder.
Nadat de bijgeleverde software is geïnstalleerd,
wordt automatisch het USB-stuurprogramma
geïnstalleerd.
1 Schakel de computer in en plaats
de CD-ROM (bijgeleverd) in het
CD-ROM-station.
Het installatiescherm wordt
weergegeven.
Als het niet wordt weergegeven, dubbelklikt
u op (My Computer)
t
(CYBERSHOTSOFT).
2 Klik op [Install].
Het scherm "Choose Setup Language"
(Kies taal voor installatie) verschijnt.
3 Kies de gewenste taal en klik
daarna op [Next].
Het scherm "License Agreement"
(Licentieovereenkomst) verschijnt.
Lees de overeenkomst aandachtig door.
Als u de voorwaarden van de
overeenkomst accepteert, vinkt u het
selectievakje naast [I accept the terms of
the license agreement] (Ik accepteer de
voorwaarden in de licentie
overeenkomst) aan en klikt u daarna op
[Next].
4 Volg de aanwijzingen op het
scherm om het installeren te
voltooien.
Wanneer de bevestigingsmelding voor
opnieuw opstarten wordt weergegeven,
start u de computer opnieuw op aan de
hand van de aanwijzingen op het
scherm.
DirectX wordt mogelijk geïnstalleerd
afhankelijk van de systeemomgeving van de
computer.
5 Verwijder de CD-ROM als de
installatie voltooid is.
De camera met uw computer gebruiken
NL
65
Beelden kopiëren naar uw computer
Dit gedeelte beschrijft de bediening op een
Windows-computer.
U kunt als volgt de beelden vanaf de camera
naar de computer kopiëren.
Voor een computer met een Memory
Stick-sleuf
Haal de "Memory Stick Duo" uit de camera
en steek deze in een Memory Stick Duo-
adapter. Steek de Memory Stick Duo-
adapter in de computer en kopieer de
beelden.
Als de "Memory Stick PRO Duo" niet
herkend wordt, zie blz. 98.
Voor een computer zonder een
Memory Stick-sleuf
Voer de Fasen 1 t/m 4 uit op bladzijden 65
t/m 69 om de beelden te kopiëren.
Als u Windows 2000/Me gebruikt, moet u eerst
de software (bijgeleverd) installeren. Voor
Windows XP hoeft u de software niet te
installeren.
De schermen die in dit gedeelte als illustratie
worden gebruikt, zijn voorbeelden voor het
kopiëren van beelden vanaf een "Memory Stick
Duo".
1 Plaats een "Memory Stick Duo"
met daarop opgenomen beelden
in de camera.
Deze stap is niet nodig wanneer u beelden
kopieert die in het interne geheugen zijn
opgeslagen.
2 Plaats de voldoende opgeladen
accu in de camera, of sluit de
camera met behulp van de
netspanningsadapter (niet
bijgeleverd) aan op een
stopcontact.
Als u beelden naar uw computer kopieert
met de accu als voeding terwijl slechts
weinig acculading resteert, kan het kopiëren
mislukken of kunnen de beeldgegevens
beschadigd raken als de accu tussentijds
leeg raakt.
3 Zet de functieknop in de stand
en schakel daarna de camera en
de computer in.
Fase 1: De camera en de
computer voorbereiden
NL
66
1 Sluit de camera aan op de
computer.
2 Zet de schakelaar op de kabel
voor de multifunctionele
aansluiting op "CAMERA".
Als op de computer Windows XP draait,
wordt de wizard AutoPlay automatisch
weergegeven.
"USB-functie Mass Storage" wordt
weergegeven op het scherm van de camera.
Als een USB-verbinding voor het eerst tot
stand wordt gebracht, draait de computer
automatisch een programma om de camera
te herkennen. Wacht een poosje.
* Tijdens communicatie zijn de
toegangsindicators rood. Gebruik de computer
niet totdat de aanduidingen wit zijn geworden.
Als "USB-functie Mass Storage" niet wordt
weergegeven, stelt u [USB-aansl.] in op [Mass
Storage] (blz. 60).
Als op de computer Windows 2000/Me draait,
volgt u de procedure beschreven in "Fase 3-B:
Beelden naar een computer kopiëren" op
blz. 68.
Voor Windows XP, als het wizard-venster niet
automatisch wordt weergegeven, volgt u de
procedure beschreven in "Fase 3-B: Beelden
naar een computer kopiëren" op blz. 68.
Dit gedeelte beschrijft het kopiëren van
beelden naar de map "My Documents".
Fase 2: De camera en de
computer op elkaar aansluiten
Kabel voor de
multifunctionele
aansluiting
1 Naar de USB-aansluiting
2 Naar de multifunc-
tionele aansluiting
CAMERA
DISP SEL
TV
Fase 3-A: Beelden naar een
computer kopiëren
MENU
Mass Storage
Memory Stick
Toegangs-
indicators*
De camera met uw computer gebruiken
NL
67
1 Nadat u een USB-verbinding tot
stand hebt gebracht in Fase 2 en
het wizard-venster automatisch
op het computerscherm wordt
weergegeven, klikt u op [Copy
pictures to a folder on my
computer using Microsoft
Scanner and Camera Wizard]
(Beelden kopiëren naar een map
op mijn computer met de
Microsoft-wizard voor scanners
en camera’s)
t [OK].
Het scherm "Scanner and Camera
Wizard" (Wizard voor scanner en
camera) wordt weergegeven.
2 Klik op [Next].
De beelden die op de "Memory Stick
Duo" in de camera zijn opgeslagen
worden op het computerscherm
weergegeven.
Als geen "Memory Stick Duo" is geplaatst,
worden de beelden die in het interne
geheugen zijn opgeslagen weergegeven.
3 Klik op het selectievakje van niet-
gewenste beelden, zodat ze niet
meer zijn geselecteerd en dus
niet worden gekopieerd, en klik
daarna op [Next].
Het scherm "Picture Name and
Destination" (Naam en bestemming van
beeld) wordt weergegeven.
4 Kies de naam en de bestemming
van de beelden en klik daarna op
[Next].
Het beeld wordt nu gekopieerd.
Wanneer het kopiëren is voltooid,
verschijnt het scherm "Other Options"
(Overige opties).
Dit deel beschrijft een voorbeeld van het
kopiëren van beelden naar de "My
Documents" map.
1
2
1
2
1
2
NL
68
5 Vink het selectie vakje naast
[Nothing. I'm finished working
with these pictures] (Niets. Ik ben
klaar met het werken met deze
beelden) aan om deze te
selecteren en klik daarna op
[Next].
Het scherm "Completing the Scanner
and Camera Wizard" (Voltooien van
wizard voor scanner en camera)
verschijnt.
6 Klik op [Finish].
Het wizard-venster wordt gesloten.
Om veder te gaan met het kopiëren van
andere beelden, koppelt u de kabel voor de
multifunctionele aansluiting los (blz. 70).
Volg daarna opnieuw de procedure
beschreven in "Fase 2: De camera en de
computer op elkaar aansluiten" op blz. 66.
Als op de computer Windows XP draait, volgt u
de procedure beschreven in "Fase 3-A: Beelden
naar een computer kopiëren" op blz. 66.
Dit deel beschrijft een voorbeeld van het
kopiëren van beelden naar de "My
Documents" map.
1 Dubbelklik op [My Computer] t
[Removable Disk]
t [DCIM].
Als het pictogram "Removable Disk" niet
wordt weergegeven, zie blz. 97.
1
2
Fase 3-B: Beelden naar een
computer kopiëren
De camera met uw computer gebruiken
NL
69
2 Dubbelklik op de map waarin de
beeldbestanden die u wilt
kopiëren zijn opgeslagen.
Klik daarna met de
rechtermuisknop op een
beeldbestand zodat het snelmenu
wordt weergegeven en klik op de
menuopdracht [Copy].
Voor verdere informatie over de
opslagbestemming van de beeldbestanden,
zie blz. 70.
3 Dubbelklik op de map [My
Documents]. Klik daarna met de
rechtermuisknop in het venster
"My Documents" zodat het
snelmenu wordt weergegeven en
klik op de menuopdracht [Paste].
De beeldbestanden worden naar de map
"My Documents" gekopieerd.
Als in de bestemmingsmap al een beeld met
dezelfde bestandsnaam zit, wordt een
bevestigingsmelding voor overschrijven
weergegeven. Wanneer u het bestaande
beeld overschrijft met een nieuw beeld,
wordt het oorspronkelijke bestand gewist.
Als u het beeldbestand naar de computer
wilt kopiëren zonder een bestaand,
gelijknamig beeldbestand te overschrijven,
verandert u eerst de bestandnaam in een
andere naam en kopieert u daarna het
beeldbestand. Merk echter op dat wanneer u
de bestandsnaam verandert (blz. 72), u dat
beeld mogelijk niet meer kunt weergeven
met de camera.
Dit hoofdstuk beschrijft de procedure voor
het bekijken van gekopieerde beelden in de
map "My Documents".
1 Klik op [Start] t [My Documents].
De inhoud van de map "My
Documents" wordt weergegeven.
Als op de computer een ander
besturingssysteem dan Windows XP draait,
dubbelklikt u op [My Documents] op het
bureaublad.
2
1
1
2
Fase 4: Beelden bekijken op uw
computer
1
2
NL
70
2 Dubbelklik op het gewenste
beeldbestand.
Het beeld wordt weergegeven.
Volg de hieronder vermelde procedure eerst
wanneer u de volgende handelingen wilt
uitvoeren:
Loskoppelen van de kabel voor de
multifunctionele aansluiting
Eruit halen van een "Memory Stick Duo"
Een "Memory Stick Duo" in de camera plaatsen
na het kopiëren van beelden uit het interne
geheugen
Uitschakelen van de camera
x Voor Windows 2000/Me/XP
1 Dubbelklik op de taakbalk.
2 Klik op (Sony DSC)
t [Stop].
3 Controleer of het juiste apparaat wordt
aangegeven in het bevestigingsvenster en
klik op [OK].
4 Klik op [OK].
Het apparaat is aangesloten.
Als op de computer Windows XP draait,
kunt u stap 4 overslaan.
De beeldbestanden die op de camera zijn
opgenomen, zijn gegroepeerd in mappen op
de "Memory Stick Duo".
Voorbeeld: Mappen weergeven onder
Windows XP
A Een map met beeldgegevens die zijn
opgenomen met een camera zonder de
functie voor het maken van mappen
B Een map met beeldgegevens die zijn
opgenomen op deze camera
Als geen nieuwe mappen zijn gemaakt,
zijn de mappen als volgt:
"Memory Stick Duo"; alleen "101MSDCF"
Intern geheugen; alleen "101_SONY"
U kunt geen beelden opnemen in de map
"100MSDCF". De beelden in deze map zijn
alleen beschikbaar voor weergave.
U kunt geen beelden opnemen/weergeven in de
map "MISC".
De USB-verbinding vanaf de
computer wissen
Dubbelklik hier
Beeldbestand-geheugenlocaties
en bestandsnamen
A
B
De camera met uw computer gebruiken
NL
71
Beeldbestandsnamen worden als volgt gegeven,
waarbij ssss staat voor elk getal binnen het
bereik van 0001 t/m 9999. Het numerieke deel
van de bestandsnaam van bewegende beelden
opgenomen in de bewegend-
beeldopnamefunctie is hetzelfde als dat van het
bijbehorende indexbeeldbestand.
Stilstaande-beeldbestanden:
DSC0ssss.JPG
Bewegende-beeldbestanden:
MOV0ssss.MPG
Indexbeeldbestanden die worden opgenomen
wanneer u bewegende beelden opneemt:
MOV0ssss.THM
Voor meer informatie over mappen, zie blz. 43,
56.
NL
72
Beeldbestanden opgeslagen op de computer weergeven
op uw camera (met behulp van een "Memory Stick Duo")
Dit gedeelte beschrijft de bediening op een
Windows-computer.
Wanneer een beeldbestand dat naar de
computer is gekopieerd, niet meer op een
"Memory Stick Duo" staat, kunt u dat beeld
weer op de camera weergeven door het
beeldbestand op de computer te kopiëren
naar een "Memory Stick Duo".
Als de bestandsnaam die door de camera werd
gegeven niet is veranderd op de computer, kunt
u stap 1 overslaan.
Afhankelijk van het beeldformaat kan het
onmogelijk zijn bepaalde beelden weer te geven.
Wanneer een beeldbestand is bewerkt door een
computer of wanneer het beeldbestand werd
opgenomen op een ander model dan uw camera,
kan het weergeven van het beeldbestand op uw
camera niet gegarandeerd worden.
Als er nog geen map is, maakt u eerst een
nieuwe map met de camera (blz. 56) en kopieert
u vervolgens het beeldbestand.
1 Klik met de rechtermuisknop op
het beeldbestand en klik daarna
op [Rename]. Verander de
bestandsnaam in "DSC0ssss".
Voer een nummer in van 0001 t/m 9999
voor ssss.
Als de bevestigingsmelding voor
overschrijven wordt weergegeven, moet u
een ander nummer invoeren.
De bestandsextensie kan worden
weergegeven, afhankelijk van de instelling
van de computer. De bestandsextensie voor
stilstaande beelden is JPG en de
bestandsextensie voor bewegende beelden is
MPG. U mag de bestandsextensie niet
veranderen.
2 Kopieer het beeldbestand naar de
map op de "Memory Stick Duo"
volgens de onderstaande
procedure.
1Klik met de rechtermuisknop op het
beeldbestand en klik daarna op [Copy].
2Dubbelklik op [Removable Disk] of
[Sony MemoryStick] in het venster [My
Computer].
3Klik met de rechtermuisknop op de map
[sssMSDCF] in de map [DCIM] en
klik daarna op de menuopdracht [Paste].
sss betekent elk willekeurig nummer
van 100 t/m 999.
1
2
De camera met uw computer gebruiken
NL
73
De "Cyber-shot Viewer"-software (bijgeleverd)
gebruiken
Door de software volledig te benutten kunt
u beter dan ooit gebruik maken van de
stilstaande en bewegende beelden van de
camera.
Dit gedeelte beschrijft de "Cyber-shot
Viewer"-software en geeft de
basisbediening weer.
Met de "Cyber-shot Viewer"-software kunt
u:
Beelden importeren die met de camera zijn
opgenomen en ze op het beeldscherm
weergeven.
De beelden op de computer organiseren op een
kalender op opnamedatum voor weergave.
De stilstaande beelden retoucheren, afdrukken
en als e-mailbijlagen versturen, hun
opnamedatum wijzigen en nog veel meer.
Voor meer informatie over de "Cyber-shot
Viewer"-
software moet u de online Help-
functie raadplegen.
Om de online Help-functie te raadplegen,
klikt u op [Start] t [Programs] (in
Windows XP, [All Programs]) t [Sony
Picture Utility] t [Help] t [Cyber-shot
Viewer].
De "Cyber-shot Viewer"-software
opstarten
Dubbelklik op de snelkoppeling (Cyber-
shot Viewer) op het bureaublad.
Of via het Start-menu: Klik op [Start] t
[Programs] (in Windows XP, [All
Programs]) t [Sony Picture Utility] t
[Cyber-shot Viewer].
De "Cyber-shot Viewer"-software
afsluiten
Klik op de knop in de rechterbovenhoek
van het scherm.
Voer onderstaande stappen uit om de
beelden van de camera te importeren en
weer te geven.
Beelden importeren
1 Zorg ervoor dat "Media Check
Tool" (Media-
controlehulpprogramma)* draait.
* "Media Check Tool" is een programma dat
automatisch beelden herkent en importeert
als er een "Memory Stick" is geplaatst of
een camera is aangesloten.
Kijk na of de snelkoppeling van
(Media Check Tool) op de taakbalk
aanwezig is.
Als er geen snelkoppeling van de
aanwezig is: Klik op [Start] t [Programs]
(in Windows XP, [All Programs]) t [Sony
Picture Utility] t [Cyber-shot Viewer] t
[Tools] t [Media Check Tool].
2 Sluit de camera aan op de
computer met de kabel voor de
multifunctionele aansluiting.
Na automatische herkenning van de
camera wordt het scherm [Import
Images] (Beelden importeren)
weergegeven.
Zie eerst pagina 65 als u de Memory Stick-
sleuf wilt gebruiken.
Als in Windows XP de AutoPlay Wizard
opstart, moet u deze afsluiten.
Overzicht van de "Cyber-shot
Viewer"-software
De "Cyber-shot Viewer"-
software opstarten en afsluiten
Basisbediening
NL
74
3 Importeer de beelden.
Klik op de knop [Import] (Importeren)
om het importeren van beelden te
starten.
De beelden worden standaard
geïmporteerd naar een map in "My
Pictures" (Mijn afbeeldingen), waarvan
de naam is samengesteld uit de datum
waarop geïmporteerd is.
Zie blz. 76 voor aanwijzingen hoe u de
"Folder to be imported" kunt veranderen.
Beelden bekijken
1 Controleren van de
geïmporteerde beelden
Als het importeren voltooid is wordt de
"Cyber-shot Viewer"-software
opgestart. Miniaturen van de
geïmporteerde beelden worden
weergegeven.
De map "My Pictures" is ingesteld als de
standaardmap in "Viewed folders"
(Weergegeven mappen).
Dubbelklik op een miniatuur voor weergave
van het daadwerkelijke beeld.
2 Bekijken van de beelden in
"Viewed folders" (Weergegeven
mappen) die op opnamedatum
gesorteerd zijn op een kalender
1Klik op het tabblad [Calendar]
(kalender).
De lijst met jaren, waarin de beelden
zijn opgenomen, wordt weergegeven.
2Klik op het jaar.
De beelden die in dat jaar zijn
opgenomen worden weergegeven,
gesorteerd op de kalender op
opnamedatum.
3Om de beelden per maand weer te
geven, klik op de gewenste maand.
Miniaturen van de beelden, die in die
maand zijn opgenomen, worden
weergegeven.
4Om de beelden per uur weer te geven,
klik op de gewenste dag.
Miniaturen van de beelden die op die
dag zijn opgenomen, worden gesorteerd
op uur weergegeven.
Jaarweergavescherm
Maandweergavescherm
1
2
3
4
De camera met uw computer gebruiken
NL
75
Uurweergavescherm
Om beelden van een bepaald jaar of maand
weer te geven, klik op de betreffende
periode links op het scherm.
3 Weergave van afzonderlijke
beelden
Op het uurweergavescherm, dubbelklik
op een miniatuur om het daadwerkelijke
beeld weer te geven in een apart venster.
U kunt de weergegeven beelden bewerken
door op de toolbar-toets te drukken.
4 Weergave van de beelden op het
gehele scherm
Voor weergave van een diavoorstelling
van de huidige beelden op het gehele
scherm, klik op de toets.
Als u de diavoorstelling wilt weergeven of
in de pauzestand wilt zetten, klikt u op de
knop linksonder op het scherm.
Als u de diavoorstelling wilt stoppen, klikt u
op de knop linksonder op het scherm.
NL
76
Beelden die opgeslagen zijn op de
computer voorbereiden voor
weergave
Als u de beelden wilt weergeven, registreert
u de map met de beelden als een van de
"Viewed folders".
Uit het menu [File] (Bestand), kies
[Register Viewed Folders...]
(Weergavemappen aanmelden...) om het
instelmenu van "Viewed folders"
(Weergegeven mappen) voor aanmelding
weer te geven.
Klik op de knop [Add...] (Toevoegen) en
geef daarna de map op met de beelden die
geïmporteerd moet worden om deze map
als een "Viewed folder" aan te melden.
Beelden in elke submap van de "Viewed
folders" worden ook aangemeld.
De "Folder to be imported" (Mappen
voor importeren) veranderen
Voor het veranderen van de "Folder to be
imported" (Mappen voor importeren), opent
u het scherm "Import Settings"
(Importinstellingen).
Voor weergave van het scherm "Import
Settings", kiest u [Image Import Settings...]
(Beeldimportinstellingen...) uit het menu
[File] (Bestand).
Kies de "Folder to be imported" uit.
U kunt de "Folder to be imported" kiezen uit de
mappen die zijn aangemeld als "Viewed
Folders".
Verversen van de aanmeldinformatie
Om de aanmeldinformatie te verversen,
kies [Update Database] (Database
bijwerken) uit het menu [Tools] (Extra).
Het verversen van de database kan enige tijd
duren.
Als u de naam van beeldbestanden of mappen in
"Viewed folders" wijzigt, is daarna weergave
daarvan met deze software niet mogelijk. In dat
geval moet u de database verversen.
1 Klik op [Start] t [Settings] t [Control
Panel]. Dubbelklik op [Add/Remove
Programs]. (Voor Windows XP klikt u op
[start] t [Control Panel] en dubbelklikt u
vervolgens op [Add or Remove
Programs].)
2 Selecteer [Sony Picture Utility] en klik op
[Change/Remove] (voor Windows XP:
[Remove]) om de installatie ongedaan te
maken.
Overige functies
1
2
Installatie van de "Cyber-shot
Viewer" ongedaan maken
1
2
De camera met uw computer gebruiken
NL
77
"Music Transfer" (bijgeleverd) gebruiken
U kunt de muziekbestanden die vooraf door
de fabrikant zijn ingesteld, vervangen door
uw eigen muziekbestanden met "Music
Transfer" op de CD-ROM (bijgeleverd). U
kunt deze bestanden desgewenst elk
moment wissen of wijzigen.
De geluidsbestandsformaten die u met
"Music Transfer" kunt kopiëren zijn
hieronder aangegeven:
Mp3-bestanden die opgeslagen zijn op de vaste
schijf van uw computer
Muziekbestanden van cd’s
Vooraf ingestelde muziek die is opgeslagen in
de camera
1 Druk op MENU om het menu weer
te geven.
2 Kies (Setup) met B op de
regeltoets.
3 Kies (Setup 1) met v/V op de
regeltoets, en kies daarna [Downl.
muz.] met v/B.
4 Kies [OK] met B/v en druk daarna
op z.
De melding "Aansluiten op computer"
verschijnt.
5 Sluit de camera met een USB-
verbinding aan op de computer.
6 Start "Music Transfer".
7 Volg de instructies op het scherm
voor het toevoegen/wijzigen van
muziekbestanden.
De door de fabriek ingestelde
muziekbestanden in de camera herstellen:
1 Voer [Format. muz.] uit (blz. 58).
2 Voer [Standaardinstellingen] in "Music
Transfer" uit.
Alle door de fabriek ingestelde
muziekbestanden worden hersteld en
[Muziek] in het menu [Dia] wordt ingesteld
op [Uit].
3 Kies een geschikt muziekbestand voor de
diavoorstelling (blz. 28).
U kunt de vooraf ingestelde
muziekbestanden herstellen met behulp
van [Initialiseren], maar dan worden de
andere instellingen ook teruggesteld.
Voor verdere gegevens over het gebruik van
"Music Transfer", zie de online helpfunctie in
"Music Transfer".
Muziekbestanden met behulp
van "Music Transfer" toevoegen/
wijzigen
1
NL
78
Uw Macintosh-computer gebruiken
U kunt beelden naar uw Macintosh-
computer kopiëren.
"Cyber-shot Viewer" is niet compatibel met
Macintosh-computers.
Een computer die op de camera wordt
aangesloten, moet aan de volgende
vereisten voldoen.
Aanbevolen computeromgeving voor
het kopiëren van beelden
Besturingssysteem
(voorgeïnstalleerd): Mac OS 9.1 of 9.2,
of Mac OS X (v10.0 of hoger)
USB-aansluiting: Standaardonderdeel
Aanbevolen computeromgeving
voor het gebruik van "Music
Transfer"
Besturingssysteem
(voorgeïnstalleerd): Mac OS X (10.3 of
hoger)
Processor: iMac, eMac, iBook, PowerBook,
Power Mac G3/G4/G5-serie, Mac mini
Geheugen: 64 MB of meer (128 MB of meer
wordt aanbevolen)
Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd
voor installatie—ongeveer 250 MB
Opmerkingen over het aansluiten van
de camera op een computer
Voor alle bovenstaande aanbevolen
computeromgevingen kan een behoorlijke
werking niet worden gegarandeerd.
Als u twee of meer USB-apparaten tegelijkertijd
op een computer aansluit, is het mogelijk dat
sommige apparaten, waaronder ook uw camera,
niet werken afhankelijk van het type USB-
station dat is aangesloten.
Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste
werking niet worden gegarandeerd.
Deze camera is compatibel met Hi-Speed USB
(USB 2.0), zodat wanneer u de camera aansluit
op een computer via een USB-interface die ook
compatibel is met Hi-Speed USB (USB 2.0), u
gebruik kunt maken van geavanceerde
gegevensoverdracht (snelle overdracht).
Er zijn drie functies voor een USB-verbinding
bij het aansluiten van een computer, te weten de
functies [Autom.] (standaardinstelling), [Mass
Storage] en [PTP]. In dit gedeelte worden de
functies [Autom.] en [Mass Storage] als
voorbeeld beschreven. Voor verdere informatie
over [PTP], zie blz. 60.
Na herstel van uw computer vanuit de Suspend-
of Sleep-modus is de kans aanwezig dat de
communicatie tussen uw camera en uw
computer niet op hetzelfde moment hersteld
wordt.
1 Bereid de camera en Macintosh-
computer voor.
Volg dezelfde procedure als beschreven
onder "Fase 1: De camera en de
computer voorbereiden" op blz. 65.
2 Sluit de kabel voor de
multifunctionele aansluiting aan.
Volg dezelfde procedure als beschreven
onder "Fase 2: De camera en de computer
op elkaar aansluiten" op blz. 66.
Aanbevolen computeromgeving
Beelden kopiëren naar en
weergeven op een computer
De camera met uw computer gebruiken
NL
79
3 Kopieer beeldbestanden naar de
Macintosh-computer.
1Dubbelklik op het nieuw herkende
pictogram
t [DCIM] t de map waarin
de beelden die u wilt weergeven zijn
opgeslagen.
2Sleep de beeldbestanden naar het
pictogram van de harde schijf en zet ze
erop neer.
De beeldbestanden worden naar de
vaste schijf gekopieerd.
Voor informatie over de opslaglocatie van
de beeldbestanden en de bestandsnamen, zie
blz. 70.
4 Geef de beelden weer op de
computer.
Dubbelklik op het pictogram van de
vaste schijf
t het gewenste
beeldbestand in de map waarin de
gekopieerde beeldbestanden zijn
opgeslagen, om dat beeldbestand te
openen.
Volg de hieronder vermelde procedure eerst
wanneer u de volgende handelingen wilt
uitvoeren:
Loskoppelen van de kabel voor de
multifunctionele aansluiting
Eruit halen van een "Memory Stick Duo"
Een "Memory Stick Duo" in de camera plaatsen
na het kopiëren van beelden uit het interne
geheugen
Uitschakelen van de camera
Sleep het pictogram van het station of
het pictogram van de "Memory Stick
Duo" op het pictogram van de
prullenbak en laat het erin vallen.
De camera is losgekoppeld van de
computer.
Als op de computer Mac OS X v10.0 draait,
volgt u bovenstaande procedure nadat u de
computer hebt uitgeschakeld.
U kunt de door de fabriek ingestelde
muziekbestanden in de camera vervangen
door uw favoriete muziekbestanden. U kunt
deze bestanden desgewenst elk moment
wissen of wijzigen.
De geluidsbestandsformaten die u met
"Music Transfer" kunt kopiëren zijn
hieronder aangegeven:
Mp3-bestanden die opgeslagen zijn op de vaste
schijf van uw computer
Muziekbestanden van cd’s
Vooraf ingestelde muziek die is opgeslagen in
de camera
"Music Transfer" installeren
Sluit alle softwareprogramma’s af die geopend
zijn voordat u "Music Transfer" installeert.
Om deze software te installeren moet u
aangemeld zijn als beheerder.
1 Schakel de Macintosh-computer in en
plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het
CD-ROM-station.
2 Dubbelklik op (CYBERSHOTSOFT).
3 Dubbelklik op het bestand
[MusicTransfer.pkg] in de map [MAC].
De software wordt geïnstalleerd.
Muziekbestanden toevoegen/wijzigen
Zie "Muziekbestanden met behulp van
"Music Transfer" toevoegen/wijzigen" op
blz. 77.
De USB-verbinding vanaf de
computer wissen
Muziekbestanden met behulp
van "Music Transfer" toevoegen/
wijzigen
NL
80
Technische ondersteuning
Ga naar de website voor
klantenondersteuning van Sony voor
meer informatie over dit product en
antwoorden op veelgestelde vragen.
http://www.sony.net/
Stilstaande beelden afdrukken
NL
81
Stilstaande beelden afdrukken
Stilstaande beelden afdrukken
Als u beelden afdrukt die zijn opgenomen in de
[16:9] functie, kunnen beide randen worden
afgesneden. Controleer dus voordat u gaat
afdrukken (blz. 100).
Rechtstreeks beelden afdrukken op een PictBridge-compatibele printer (blz. 82)
U kunt beelden afdrukken door de camera rechtsreeks aan te sluiten
op een PictBridge-compatibele printer.
Rechtstreeks beelden afdrukken op een "Memory Stick"-compatibele printer
U kunt beelden rechtstreeks afdrukken op een "Memory Stick"-
compatibele printer.
Voor verdere informatie leest u de gebruiksaanwijzing van de
printer.
Beelden afdrukken met behulp van een computer
U kunt de beelden van de camera naar een computer kopiëren met
behulp van de bijgeleverde software "Cyber-shot Viewer" en deze
vervolgens vanaf de computer afdrukken.
Beelden afdrukken in een winkel (blz. 86)
U kunt een "Memory Stick Duo" met daarop de beelden die u met
uw camera hebt opgenomen, meenemen naar een
fotoafdrukwinkel. U kunt van tevoren een (afdrukmarkering)
aanbrengen op de beelden die u wilt afdrukken.
NL
82
Rechtstreeks beelden afdrukken op een
PictBridge-compatibele printer
Zelfs als u geen computer hebt, kunt u de
beelden die u hebt opgenomen met uw
camera afdrukken door de camera
rechtstreeks aan te sluiten op een
PictBridge-compatibele printer.
"PictBridge" voldoet aan de CIPA-norm. (CIPA:
Camera & Imaging Products Association)
In de enkelbeeldfunctie
U kunt één beeld afdrukken op één
afdrukvel.
In de indexfunctie
U kunt meerdere beelden op kleiner
formaat afdrukken op één afdrukvel. U kunt
een aantal van dezelfde beelden (1) of een
aantal verschillende beelden (2)
afdrukken.
12
Het is mogelijk dat de index-afdrukfunctie niet
beschikbaar is, afhankelijk van de printer.
De kwaliteit van de beelden die als indexbeeld
kunnen worden afgedrukt verschilt, afhankelijk
van de printer.
U kunt bewegende beelden niet afdrukken.
Als de indicator gedurende ongeveer vijf
seconden op het scherm van de camera knippert
(foutmelding), controleert u de aangesloten
printer.
U dient de camera voor te bereiden op het
aansluiten op de printer met behulp van de
kabel voor de multifunctionele aansluiting.
Als de camera is aangesloten op een printer
die wordt herkend wanneer [USB-aansl.] is
ingesteld op [Autom.], is fase 1 overbodig.
Wij adviseren u een volledig opgeladen accu of
een netspanningsadapter (niet bijgeleverd) te
gebruiken om te voorkomen dat de stoom
tijdens het afdrukken wegvalt.
1 Druk op MENU om het menu weer
te geven.
2 Druk op B op de regeltoets en
kies (Setup).
3 Kies [ ] (Setup 2) met V en kies
daarna [USB-aansl.] met v/V/B.
4 Kies [PictBridge] met B/v en druk
daarna op z.
De USB-functie is nu ingesteld.
Fase 1: De camera voorbereiden
Indextoets
Regeltoets
MENU-toets
2
Autom.
Mass Storage
Stilstaande beelden afdrukken
NL
83
1 Sluit de camera aan op de printer.
2 Zet de schakelaar op de kabel
voor de multifunctionele
aansluiting op "CAMERA".
3 Schakel de camera en de printer
in.
Nadat de verbinding tot stand
is gebracht, wordt de
indicator weergegeven.
De camera wordt in de weergavefunctie
gezet waarna een beeld en het afdrukmenu
op het scherm worden weergegeven.
Ongeacht de stand van de functieknop,
wordt het afdrukmenu weergegeven nadat u
klaar bent met fase 2.
1 Kies de gewenste afdrukmethode
met v/V op de regeltoets en druk
daarna op z.
[Alle in deze map]
Drukt alle beelden in de map af.
[DPOF-beeld]
Drukt alle beelden met een
(afdrukmarkering) af (blz. 86), ongeacht
welk beeld wordt weergegeven.
Fase 2: De camera aansluiten
op de printer
1
Naar de
USB-
aansluiting
2 Naar de
multifunctionele
aansluiting
Kabel voor de
multifunctionele
aansluiting
CAMERA
DISP SEL
TV
Fase 3: Afdrukken
2M
60min
NL
84
[Kiezen]
U kunt beelden kiezen en alle gekozen
beelden afdrukken.
1Kies de beelden die u wilt afdrukken
met b/B en druk daarna op z.
De markering verschijnt op het
gekozen beeld.
Als u meerdere beelden wilt kiezen,
herhaalt u deze procedure.
2Kies [Afdrukken] met V en druk daarna
op z.
[Dit beeld]
Drukt het weergegeven beeld af.
Als u [Dit beeld] kiest en [Index] instelt op
[Aan] in stap 2, dan kunt u een aantal van
dezelfde beelden afdrukken als een
indexbeeld.
2 Kies de afdrukinstellingen met
v/V/b/B.
[Index]
Kies [Aan] om indexbeelden af te
drukken.
[Formaat]
Kies de grootte van het afdrukvel.
[Datum]
Kies [Dag&Tijd] of [Datum] om de
datum en tijd op de beelden te
projecteren.
Als u [Datum] kiest, zullen de datum en tijd
in de gekozen volgorde worden
geprojecteerd (
t stap 2 in "Lees dit eerst").
Het is mogelijk dat deze functie niet
beschikbaar is, afhankelijk van de printer.
[Aantal]
Als [Index] is ingesteld op [Uit]:
Kies het aantal vellen waarop u het
beeld wilt afdrukken. Het beeld zal
worden afgedrukt als een enkelbeeld.
Als [Index] is ingesteld op [Aan]:
Kies het aantal vellen waarop u het
indexbeeld wilt afdrukken. Als u [Dit
beeld] hebt gekozen in stap 1, kiest u het
aantal van hetzelfde beeld dat u naast en
onder elkaar op hetzelfde afdrukvel als
een indexbeeld wilt afdrukken.
Het is mogelijk dat, afhankelijk van het
aantal beelden, niet alle beelden op één blad
passen.
3 Kies [OK] met V/B en druk daarna
op z.
Het beeld wordt afgedrukt.
Koppel de kabel voor de multifunctionele
aansluiting niet los zolang de indicator
(PictBridge-aansluiting) op het LCD-
scherm wordt weergegeven.
Andere beelden afdrukken
Kies na stap 3 [Kiezen] en het gewenste
beeld met v/V en volg vervolgens de
procedure vanaf stap 1.
2M
1
60min
Sluiten
Bezig met afdrukken
2/3
60min
indicator
Stilstaande beelden afdrukken
NL
85
Beelden op het indexscherm
afdrukken
Voer "Fase 1: De camera voorbereiden"
(blz. 82) en "Fase 2: De camera aansluiten
op de printer" (blz. 83) uit en ga daarna als
volgt verder.
Nadat u de camera op de printer hebt
aangesloten, wordt het afdrukmenu
weergegeven. Kies [Annul.] om het
afdrukmenu te verlaten en ga daarna als
volgt verder.
1 Druk op (Index).
Het indexscherm wordt weergegeven.
2 Druk op MENU om het menu weer te
geven.
3 Kies [ ] (Afdrukken) met B en druk
daarna op z.
4 Kies de gewenste afdrukmethode met v/V,
en druk daarna op z.
[Kiezen]
U kunt beelden kiezen en alle gekozen
beelden afdrukken.
Kies het beeld dat u wilt afdrukken met
v/V/b/B en druk daarna op z om de
markering weer te geven. (Als u meerdere
beelden wilt kiezen, herhaalt u deze
procedure.) Druk daarna op MENU.
[DPOF-beeld]
Drukt alle beelden met een
(afdrukmarkering) af, ongeacht welk
beeld wordt weergegeven.
[Alle in deze map]
Drukt alle beelden in de map af.
5 Voer de stappen 2 en 3 uit van "Fase 3:
Afdrukken" (blz. 83).
NL
86
Beelden afdrukken in een winkel
U kunt een "Memory Stick Duo" met
daarop de beelden die u met uw camera
hebt opgenomen, meenemen naar een
fotoafdrukwinkel. Als de winkel een
fotoafdrukservice heeft die gebruikmaakt
van DPOF, kunt u van tevoren een
(afdrukmarkering) op de beelden
aanbrengen, zodat u deze niet bij het
afdrukken in de winkel hoeft te kiezen.
U kunt de beelden die in het interne geheugen
zijn opgeslagen niet rechtstreeks vanuit de
camera afdrukken in een afdrukwinkel. Kopieer
de beelden eerst naar een "Memory Stick Duo"
en neem de "Memory Stick Duo" daarna mee
naar de afdrukwinkel.
Wat is DPOF?
DPOF (Digital Print Order Format) is een
functie waarmee u een
(afdrukmarkering) kunt aanbrengen op
beelden in de "Memory Stick Duo" die u
later wilt afdrukken.
U kunt ook de beelden met een
(afdrukmarkering) afdrukken op een printer die
compatibel is met de DPOF-norm (Digital Print
Order Format) of een PictBridge-compatibele
printer gebruiken.
Bewegende beelden kunnen niet worden
voorzien van een afdrukmarkering.
Wanneer u beelden markeert die zijn
opgenomen in de [Multi Burst] functie, worden
alle beelden afgedrukt op één vel onderverdeeld
in 16 vakjes.
Als u een "Memory Stick Duo"
meeneemt naar een winkel
Vraag aan de fotoafdrukwinkel welke typen
"Memory Stick Duo" ze kunnen verwerken.
Als een "Memory Stick Duo" niet door uw
fotoafdrukwinkel kan worden verwerkt, kopieert
u de beelden die u wilt afdrukken naar een ander
medium, zoals een CD-R en neemt u die mee
naar de winkel.
Vergeet niet de Memory Stick Duo-adapter mee
te nemen.
Voordat u beeldgegevens meeneemt naar een
winkel, maakt u altijd eerst een (reserve)kopie
ervan op een vaste schijf.
U kunt het aantal afdrukken niet instellen.
1 Geef het beeld weer dat u wilt
afdrukken.
2 Druk op MENU om het menu weer
te geven.
3 Kies DPOF met b/B en druk
daarna op z.
Een (afdrukmarkering) wordt
weergegeven op het beeld.
4 Als u andere beelden wilt
markeren, geeft u het gewenste
beeld weer met b/B en drukt u
daarna op z.
Een afdrukmarkering verwijderen in
de enkelbeeldfunctie
Druk op z in stap 3 of 4.
Een afdrukmarkering
aanbrengen in de
enkelbeeldfunctie
Regeltoets
MENU-toets
2/9
60min
2M
Stilstaande beelden afdrukken
NL
87
1 Geef het indexscherm weer
(
t stap 6 in "Lees dit eerst").
2 Druk op MENU om het menu weer
te geven.
3 Kies DPOF met b/B en druk
daarna op z.
4 Kies [Kiezen] met v/V en druk
daarna op z.
U kunt geen markering aanbrengen in
[Alle in deze map].
5 Kies het beeld dat u wilt markeren
met v/V/b/B en druk daarna op
z.
Een groene markering wordt op het
gekozen beeld weergegeven.
6 Herhaal stap 5 om andere beelden
te markeren.
7 Druk op MENU.
8 Kies [OK] met B en druk daarna
op z.
De indicator wordt wit.
Als u het markeren wilt annuleren, drukt u
in stap 4 op [Annul.] of kiest u in stap 8
[Sluiten], en drukt u daarna op z.
Een afdrukmarkering verwijderen in
de indexfunctie
Kies de beelden waarvan u de
afdrukmarkering wilt verwijderen in stap 5
en druk daarna op z.
Alle afdrukmarkeringen in de map
verwijderen
Kies [Alle in deze map] in stap 4 en druk
daarna op z. Kies [Uit] en druk daarna op
z.
Een afdrukmarkering
aanbrengen in de indexfunctie
MENU
Groene
markering
NL
88
Uw camera op uw tv aansluiten
Beelden bekijken op een tv-scherm
U kunt de beelden weergeven op een tv-scherm
door de camera aan te sluiten op een tv.
Schakel zowel de camera als de tv uit
alvorens de camera en de tv op elkaar aan te
sluiten.
1 Sluit de camera aan op de tv.
Leg de camera neer met het scherm omhoog
gericht.
Als de tv is uitgerust met stereo-
ingangsaansluitingen, sluit u de audiostekker
(zwart) van de kabel voor de multifunctionele
aansluiting aan op de linkeraudio-
ingangsaansluiting van de tv.
2 Zet de schakelaar op de kabel
voor de multifunctionele
aansluiting in de stand "TV".
3 Schakel de tv in en stel de tv/
video-ingang in op "video".
Voor verdere informatie leest u de
gebruiksaanwijzingen van de tv.
4 Zet de functieknop in de stand
en schakel de camera in.
De beelden die met de camera zijn
opgenomen, worden op het tv-scherm
weergegeven.
Druk op b/B op de regeltoets om het
gewenste beeld te kiezen.
Als u de camera in het buitenland gebruikt,
kan het noodzakelijk zijn de
videosignaaluitgang in te stellen
overeenkomstig dat van het plaatselijke tv-
systeem (blz. 61).
1 Naar de audio/video-
ingangsaansluitingen
Kabel voor de multifunctionele
aansluiting
2 Naar de
multifunctionele
aansluiting
CAMERA
DISP SEL
TV
10:30
PM
2006 1 1101-0002
VGA
2/9
60min
Regeltoets
Functieknop
Uw camera op uw tv aansluiten
NL
89
TV-kleursystemen
Als u de beelden op een tv-scherm wilt
weergeven, hebt u een tv nodig met een
video-ingangsaansluiting en de kabel voor
de multifunctionele aansluiting. Het
kleursysteem van de tv moet
overeenstemmen met dat van uw digitale
camera. Raadpleeg de onderstaande lijsten
voor het tv-kleursysteem van het land of
gebied waarin u de camera gebruikt.
NTSC-systeem
Bahama-eilanden, Bolivia, Canada, Chili,
Colombia, Ecuador, Filippijnen, Jamaica,
Japan, Korea, Mexico, Midden-Amerika,
Peru, Suriname, Taiwan, Venezuela,
Verenigde Staten, enz.
PAL-systeem
Australië, België, China, Denemarken,
Duitsland, Finland, Hongarije, Hongkong,
Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland,
Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk,
Polen, Portugal, Singapore, Slowakije,
Spanje, Thailand, Tsjechië, Verenigd
Koninkrijk, Zweden, Zwitserland, enz.
PAL-M-systeem
Brazilië
PAL-N-systeem
Argentinië, Paraguay, Uruguay
SECAM-systeem
Bulgarije, Frankrijk, Guyana, Irak, Iran,
Monaco, Oekraïne, Rusland, enz.
NL
90
Problemen oplossen
Problemen oplossen
Indien u problemen ondervindt met de camera, probeer dan de volgende oplossingen.
Wanneer u de camera opstuurt om te laten repareren geeft u automatisch toestemming om de
beeldgegevens en muziekbestanden die in het interne geheugen zijn opgeslagen te controleren.
1 Controleer de punten op bladzijde 91 t/m 102.
Als een foutcode zoals "C/E:ss:ss" op het LCD-scherm wordt weergegeven, zie
blz. 103.
2 Verwijder de accu en plaats na een minuut de accu opnieuw en schakel de
camera in.
3 Stel de instellingen terug op de standaardinstellingen (blz. 59).
4 Neem contact op met uw Sony-handelaar of de plaatselijke technische
dienst van Sony.
Problemen oplossen
NL
91
De accu kan niet worden geplaatst.
Gebruik bij het plaatsen van de accu de punt van de accu om de accu-uitwerphendel naar de
onderkant van de camera te duwen (
t stap 1 in "Lees dit eerst").
Plaats de accu op de juiste wijze (t stap 1 in "Lees dit eerst").
De accu-restladingsindicator is onjuist, of voldoende resterende acculading
wordt aangegeven, maar de lading wordt te snel verbruikt.
Dit doet zich voor wanneer u de camera op een zeer warme of koude plaats gebruikt
(blz. 109).
De weergegeven resterende accuduur verschilt van de werkelijke accuduur. Ontlaad de accu
volledig en laad deze vervolgens volledig op om de weergave te corrigeren.
De accu is leeg. Plaats een volledig opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst").
De accu is niet meer bruikbaar (blz. 109). Vervang de accu door een nieuwe.
De accu raakt te snel leeg.
Laad de accu voldoende op (t stap 1 in "Lees dit eerst").
U gebruikt de camera op een zeer koude plaats (blz. 109).
De accu-aansluitpunten zijn vuil. Maak de accu-aansluitpunten schoon met een wattenstaafje
o.i.d. en laad de accu op.
De accu is niet meer bruikbaar (blz. 109). Vervang de accu door een nieuwe.
De camera kan niet worden ingeschakeld.
Plaats de accu op de juiste wijze (t stap 1 in "Lees dit eerst").
De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst").
De accu is niet meer bruikbaar (blz. 109). Vervang de accu door een nieuwe.
De camera schakelt plotseling uit.
Als u de camera gedurende drie minuten niet bedient terwijl deze is ingeschakeld, wordt de
camera automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu leeg raakt. Schakel de weer
camera in (
t stap 2 in "Lees dit eerst").
De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst").
Accu en spanning
NL
92
De camera kan geen beelden opnemen.
Controleer de resterende opslagcapaciteit van het interne geheugen of de "Memory Stick
Duo" (blz. 21, 22). Als deze vol is, doet u een van de volgende dingen:
Wis overbodige beelden (t stap 6 in "Lees dit eerst").
Plaats een andere "Memory Stick Duo".
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de
schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in
de stand voor opnemen (blz. 107).
Tijdens het opladen van de flitser kunt u geen beelden opnemen.
Zet de functieknop op wanneer u stilstaande beelden wilt opnemen.
Zet de functieknop in de stand wanneer u bewegende beelden opneemt.
Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fijn)] tijdens het opnemen van bewegende beelden.
Doe het volgende:
Stel het beeldformaat in op een andere instelling dan [640(Fijn)].
Plaats een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 107).
Het onderwerp is niet zichtbaar op het scherm.
Zet de functieknop in een andere stand dan (blz. 25).
Het opnemen duurt erg lang.
De NR lange-sluitertijdfunctie is ingeschakeld (blz. 17). Dit is normaal.
Het beeld is onscherp.
Het onderwerp bevindt zich te dichtbij. Neem op met de opnamefunctie (Macro). Zorg
ervoor dat u tijdens het opnemen de lens verder van het onderwerp afhoudt dan de minimale
opnameafstand, ongeveer 8 cm voor groothoek (W)/25 cm voor telefoto (T). Of selecteer
(vergrootglas) en stel scherp op een afstand van ongeveer 1 cm tot 20 cm tot het onderwerp
(
t stap 5 in "Lees dit eerst").
(vergrootglas) is ingesteld of (schemerfunctie), (landschapsfunctie) of
(vuurwerkfunctie) is geselecteerd in de scènekeuzefunctie bij het opnemen van stilstaande
beelden.
De scherpstelling-voorkeuzefunctie is gekozen. Kies de automatische scherpstellingsfunctie
(blz. 35).
Raadpleeg "Als het onderwerp niet scherpgesteld is" op blz. 36.
De optische zoom werkt niet.
Als u (vergrootglas) hebt geselecteerd, is de optische zoomfunctie niet beschikbaar.
De digitale precisie-zoomfunctie werkt niet.
Stel [Digitale zoom] in op [Nauwkeurig] (blz. 51).
Deze functie kan niet worden gebruikt tijdens het opnemen van bewegende beelden.
Stilstaande beelden/bewegende beelden opnemen
Problemen oplossen
NL
93
De slimme-zoomfunctie werkt niet.
Stel [Digitale zoom] in op [Slim] (blz. 51).
Deze functie kan niet worden gebruikt wanneer:
Het beeldformaat is ingesteld op [7M] of [3:2].
U in de Multi Burst-functie opneemt.
U bewegende beelden opneemt.
De flitser werkt niet.
De flitsfunctie is ingesteld op (Altijd flitsen uitgeschakeld) (t stap 5 in "Lees dit eerst").
U kunt de flits niet gebruiken wanneer:
[Mode] (Opn.functie) is ingesteld op [Burst], [Exposure Bracket] of [Multi Burst] (blz. 39).
(hoge gevoeligheid), (schemerfunctie) of (vuurwerkfunctie) is geselecteerd in de
scènekeuzefunctie (blz. 26).
Wanneer de functieknop op staat.
Stel de flitser in op (altijd flitsen ingeschakeld) wanneer (vergrootglas) is ingesteld of
(landschapsfunctie), (sneeuwfunctie), (strandfunctie) of (korte-
sluitertijdfunctie) is geselecteerd in de scènekeuzefunctie (
t stap 5 in "Lees dit eerst").
Wazige vlekken verschijnen in beelden opgenomen met de flitser.
Het flitserlicht is weerkaatst door stof in de lucht dat daardoor in het beeld werd opgenomen.
Dit is normaal.
De close-upopnamefunctie werkt niet.
(schemerfunctie), (landschapsfunctie) of (vuurwerkfunctie) is geselecteerd in de
scènekeuzefunctie (blz. 26).
De datum en tijd worden niet weergegeven.
De datum en tijd worden niet weergegeven tijdens het opnemen. Deze worden alleen tijdens
het afspelen weergegeven.
De datum en tijd worden onjuist opgenomen.
Stel de juiste datum en tijd in (t stap 2 in "Lees dit eerst").
De F-waarde en de sluitertijd knipperen wanneer u de sluiterknop half indrukt.
De belichting is niet goed. Stel de belichting goed in (blz. 34).
Het beeld is te donker.
U neemt een onderwerp met een lichtbron erachter op. Kies de lichtmeetfunctie (blz. 37) of
stel de belichting in (blz. 34).
Het scherm is niet helder genoeg. Pas de helderheid van de LCD-achtergrondverlichting aan
(blz. 20).
NL
94
Het beeld is te licht.
U neemt een verlicht onderwerp in een donkere omgeving op, zoals op een podium. Regel de
belichting (blz. 34).
Het scherm is te helder. Pas de helderheid van de LCD-achtergrondverlichting aan (blz. 20).
De kleuren van het beeld zijn niet juist.
Stel [COLOR] (Kleurfunctie) in op [Normaal] (blz. 33).
Bij het filmen van een zeer helder onderwerp verschijnen er verticale strepen.
Dit is een bekend storingsfenomeen. Dit verschijnsel duidt niet op een defect.
In het beeld verschijnt ruis wanneer u op een donkere plaats naar het scherm
kijkt.
De camera probeert de zichtbaarheid van het scherm te verhogen door het beeld tijdelijk
helderder te maken onder omstandigheden met een slechte verlichting. Dit is niet van invloed
op het opgenomen beeld.
De ogen van het onderwerp zijn rood.
Stel in het (Setup) menu het menuonderdeel [Rode-ogeneff.] in op [Aan] (blz. 52).
Neem het onderwerp op vanaf een afstand kleiner dan de aanbevolen opnameafstand bij
gebruik van de flitser (
t stap 5 in "Lees dit eerst").
Verlicht het vertrek en neem het onderwerp op.
Punten verschijnen en blijven op het scherm.
Dit is normaal. Deze punten worden niet opgenomen (blz. 4, t "Lees dit eerst").
Beelden kunnen niet continu worden opgenomen.
Het interne geheugen of "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden (t stap 6 in
"Lees dit eerst").
De accu is zwak. Plaats een opgeladen accu.
Problemen oplossen
NL
95
Raadpleeg "Computers" (blz. 96) met betrekking tot de onderstaande punten.
De camera kan geen beelden weergeven.
Zet de functieknop op (blz. 25).
De map-/bestandsnaam is veranderd op de computer (blz. 72).
Wanneer een beeldbestand is bewerkt door een computer of wanneer het beeldbestand werd
opgenomen op een ander model dan uw camera, kan het weergeven van het beeldbestand op
uw camera niet gegarandeerd worden.
De camera staat in de USB-functie. Wis de USB-verbinding (blz. 70).
De datum en tijd worden niet weergegeven.
De toets (schermweergave) is uitgeschakeld (blz. 20).
Onmiddellijk nadat de weergave is begonnen, ziet het beeld er grof uit.
Onmiddellijk nadat de weergave is begonnen kan het beeld er grof uitzien als gevolg van de
beeldverwerking. Dit is normaal.
Het beeld wordt niet op het scherm weergegeven wanneer een USB-verbinding
tot stand komt.
De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "TV". Koppel de
kabel voor multifunctionele aansluiting los of zet de schakelaar in de stand "CAMERA"
(blz. 66).
Het beeld verschijnt niet op het tv-scherm.
Controleer [Video-uit] om te zien of het video-uitgangssignaal van de camera is ingesteld
overeenkomstig het kleursysteem van de tv (blz. 61).
Controleer of de aansluiting juist is (blz. 88).
De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "CAMERA".
Zet deze in de stand "TV" (blz. 88).
De camera kan geen beeld wissen.
Annuleer de beveiliging (blz. 45).
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de
schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in
de stand voor opnemen (blz. 107).
U hebt per ongeluk een beeld gewist.
Als u eenmaal een beeld hebt gewist, kunt u dit niet herstellen. Wij adviseren dat u de beelden
beveiligt (blz. 44) of op de "Memory Stick Duo" de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand
LOCK zet (blz. 107) om per ongeluk wissen te voorkomen.
Beelden bekijken
Beelden wissen/bewerken
NL
96
De functie voor verandering van het formaat werkt niet.
U kunt het beeldformaat van bewegende beelden en Multi Burst-beelden niet veranderen.
De DPOF-afdrukmarkering kan niet worden weergegeven.
De DPOF-afdrukmarkering kan niet worden weergegeven op bewegende beelden.
Bewegende beelden kunnen niet worden geknipt.
De bewegende beelden zijn niet lang genoeg om te knippen (korter dan ongeveer twee
seconden).
Annuleer de beveiliging (blz. 45).
Stilstaande beelden kunnen niet worden geknipt.
U weet niet of het besturingssysteem van uw computer compatibel is met de
camera.
Controleer "Aanbevolen computeromgeving" op blz. 63 voor Windows, en blz. 78 voor
Macintosh.
Er verschijnt niets op het scherm van de camera wanneer een USB-verbinding
tot stand komt.
De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "TV". Zet deze
in de stand "CAMERA" (blz. 66).
Uw computer herkent de camera niet.
Schakel de camera in (t stap 2 in "Lees dit eerst").
Als de acculading laag is, plaatst u een opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst") of
gebruikt u de netspanningsadapter (blz. 14).
Gebruik de kabel voor de multifunctionele aansluiting (bijgeleverd) (blz. 66).
Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los van zowel de computer als de
camera, en sluit deze daarna weer stevig aan. Controleer of "USB-functie Mass Storage"
wordt weergegeven (blz. 66).
Stel in het (Setup) menu het menuonderdeel [USB-aansl.] in op [Mass Storage] (blz. 60).
Koppel alle apparatuur, behalve de camera, het toetsenbord en de muis, los van de USB-
aansluitingen van de computer.
Sluit de camera rechtstreeks aan op de computer en niet via een USB-hub of ander apparaat
(blz. 66).
De software (bijgeleverd) is niet geïnstalleerd. Installeer de software (blz. 64).
De computer herkent het apparaat niet goed, omdat u de camera hebt aangesloten op de
computer met de kabel voor multifunctionele aansluiting vóórdat u de software (bijgeleverd)
hebt geïnstalleerd.
Verwijder het foutief herkende apparaat van de computer en installeer het
USB-stuurprogramma (zie volgende onderdeel).
Computers
Problemen oplossen
NL
97
Het pictogram van de "Removable disk" (externe schijf) wordt niet op de
computermonitor weergegeven wanneer u de computer en de camera op elkaar
aansluit.
Volg de onderstaande procedure om het USB-stuurprogramma opnieuw te installeren. De
onderstaande procedure is voor een computer waarop Windows draait.
1 Klik met de rechtermuisknop op [My Computer] om het menu weer te geven en klik daarna
op [Properties].
Het "System Properties" venster wordt geopend.
2 Klik op [Hardware]
t [Device Manager].
Op een computer die op Windows Me draait, klikt u op de tab [Device Manager].
Het venster "Device Manager" wordt weergegeven.
3 Klik met de rechtermuisknop op [ Sony DSC] en klik daarna op [Uninstall]
t [OK].
Het apparaat is verwijderd.
4 Installeer de software (blz. 64).
Het USB-stuurprogramma wordt ook geïnstalleerd.
U kunt geen beelden kopiëren.
Sluit de camera op de juiste manier aan op de computer via een USB-verbinding (blz. 66).
Volg de betreffende kopieerprocedure voor uw besturingssysteem (blz. 66 en 78).
Als u beelden opneemt op een "Memory Stick Duo" die werd geformatteerd op een computer,
kan het onmogelijk zijn de beelden naar een computer te kopiëren. Maak een opname met een
"Memory Stick Duo" die geformatteerd is door uw camera (blz. 56).
Nadat de USB-verbinding tot stand is gekomen, start "Cyber-shot Viewer" niet
automatisch op.
Start "Media Check Tool" (blz. 73).
Breng de USB-verbinding tot stand nadat de computer is opgestart (blz. 66).
Het beeld kan niet worden weergegeven op een computer.
Raadpleeg de Help als u "Cyber-shot Viewer" gebruikt.
Raadpleeg de fabrikant van de computer of de software.
Wanneer u bewegende beelden op een computer bekijkt, worden beeld en
geluid onderbroken door storing.
U geeft de bewegende beelden rechtstreeks weer vanuit het interne geheugen of vanaf de
"Memory Stick Duo". Kopieer de bewegende beelden naar de vaste schijf van de computer en
geef daarna de bewegende beelden weer vanaf de vaste schijf (blz. 65).
U kunt een beeld niet afdrukken.
Controleer de printerinstellingen.
NL
98
Beelden die al een keer naar de computer gekopieerd zijn kunnen niet door de
camera weergegeven worden.
Kopieer de beelden naar een map die door de camera wordt herkend, zoals "101MSDCF"
(blz. 70).
Bedien op de juiste wijze (blz. 72).
Beelden worden niet juist weergegeven met "Cyber-shot Viewer".
Controleer of de map met de beelden is geregistreerd in "Viewed folders". Als de beelden
zelfs niet worden weergegeven wanneer de map is geregistreerd in "Viewed folders", werkt u
de database bij (blz. 76).
U kunt beelden die zijn geïmporteerd met "Cyber-shot Viewer", niet vinden.
Kijk in de map "My Pictures".
Zie "De "Folder to be imported" (Mappen voor importeren) veranderen" op blz. 76 en
controleer welke map wordt gebruikt voor het importeren, als u de standaardinstellingen hebt
gewijzigd.
U wilt de "Folder to be imported" wijzigen.
Open het scherm "Import Settings" om de "Folder to be imported" te wijzigen. U kunt een
andere map opgeven nadat u deze hebt geregistreerd in "Viewed folders" met "Cyber-shot
Viewer" (blz. 76).
Alle geïmporteerde beelden worden in de kalender weergegeven met de datum
1 januari.
U hebt de datum nog niet ingesteld op de camera. Stel de datum in op de camera (t stap 2 in
"Lees dit eerst").
De "Memory Stick Duo" kan niet worden geplaatst.
Plaats deze in de juiste richting (t stap 3 in "Lees dit eerst").
Op de "Memory Stick Duo" kan niet worden opgenomen.
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de
schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in
de stand voor opnemen (blz. 107).
De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden (t stap 6 in "Lees dit eerst").
Plaats een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 21) wanneer u bewegende beelden opneemt terwijl
het beeldformaat is ingesteld op [640(Fijn)].
Cyber-shot Viewer
"Memory Stick Duo"
Problemen oplossen
NL
99
De "Memory Stick Duo" kan niet worden geformatteerd.
U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de
schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in
de stand voor opnemen (blz. 107).
U hebt een "Memory Stick Duo" per ongeluk geformatteerd.
Alle gegevens op de "Memory Stick Duo" zijn gewist door het formatteren. U kunt deze niet
meer herstellen. Om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist, adviseren wij u de
schrijfbeveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand LOCK te zetten
(blz. 107).
De "Memory Stick PRO Duo" wordt niet herkend door een computer met een
"Memory Stick"-sleuf.
Controleer of de "Memory Stick PRO Duo" door de computer en kaartlezer wordt
ondersteund. Gebruikers met een computer of kaartlezer van een andere fabrikant dan Sony
moeten contact opnemen met die fabrikant.
Als de "Memory Stick PRO Duo" niet wordt ondersteund, sluit u de camera en de computer
op elkaar aan (blz. 66, 78). De computer herkent de "Memory Stick PRO Duo".
De camera of uw computer kan de beeldgegevens, die in het interne geheugen
zijn opgeslagen, niet weergeven.
Er zit een "Memory Stick Duo" in de camera. Haal deze eruit (t stap 4 in "Lees dit eerst").
Kan de beelden niet opnemen in het interne geheugen.
Er zit een "Memory Stick Duo" in de camera. Haal deze eruit (t stap 4 in "Lees dit eerst").
De resterende opslagcapaciteit van het interne geheugen neemt niet toe
wanneer de beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen naar
een "Memory Stick Duo" worden gekopieerd.
De beeldgegevens worden na het kopiëren niet gewist. Voer [Formatteren] uit (blz. 55) om het
interne geheugen te formatteren nadat de beeldgegevens zijn gekopieerd.
Kan de beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen niet
kopiëren "Memory Stick Duo".
De "Memory Stick Duo" is vol. Controleer de capaciteit (64 MB of meer wordt aanbevolen).
Kan de beeldgegevens op de "Memory Stick Duo" of de computer niet kopiëren
naar het interne geheugen.
De beeldgegevens op een "Memory Stick Duo" of een computer kunnen niet naar het interne
geheugen worden gekopieerd.
Intern geheugen
NL
100
Zie ook "PictBridge-compatibele printer" (direct hieronder) tezamen met de volgende
onderdelen.
De beelden worden afgedrukt met beide randen afgesneden.
Als u een beeld afdrukt dat werd opgenomen met het beeldformaat ingesteld op [16:9],
kunnen beide randen van het beeld afgesneden zijn.
Als u beelden afdrukt op uw eigen printer, probeert u de instellingen voor trimmen en
afdrukken zonder randen te annuleren. Vraag de fabrikant van de printer of de printer deze
functies heeft of niet.
Als u de beelden laat afdrukken in een digitale-afdrukwinkel, vraagt u aan het
winkelpersoneel of ze de beelden kunnen afdrukken zonder dat de randen worden afgesneden.
Het is niet mogelijk een verbinding tot stand te brengen.
De camera kan niet rechtstreeks op een printer worden aangesloten die niet compatibel is met
PictBridge. Vraag de fabrikant van de printer of uw printer compatibel is met PictBridge of
niet.
Controleer of de printer is ingeschakeld en op de camera kan worden aangesloten.
Stel in het (Setup) menu het menuonderdeel [USB-aansl.] in op [PictBridge] (blz. 60).
Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los en sluit deze weer aan. Bij het
verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding van de printer
raadplegen.
Er verschijnt niets op het scherm van de camera wanneer een USB-verbinding
tot stand komt.
De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "TV". Zet deze
in de stand "CAMERA" (blz. 83).
Kan geen beelden afdrukken.
Controleer of de camera op de juiste wijze met behulp van de kabel voor de multifunctionele
aansluiting op de printer is aangesloten.
Schakel de printer in. Raadpleeg voor verdere informatie de gebruikshandleiding van de
printer.
Als u tijdens het afdrukken [Sluiten] selecteert, worden beelden mogelijk niet afgedrukt.
Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los en sluit deze weer aan. Als u de
beelden nog steeds niet kunt afdrukken, koppelt u de kabel voor de multifunctionele
aansluiting los, schakelt u de printer uit en weer in, en sluit u de kabel voor de
multifunctionele aansluiting weer aan.
Bewegende beelden kunnen niet afgedrukt worden.
Het is mogelijk dat beelden die zijn opgenomen met een andere camera dan deze, of beelden
die op een computer zijn bewerkt, niet kunnen worden afgedrukt.
Afdrukken
PictBridge-compatibele printer
Problemen oplossen
NL
101
De afdrukopdracht is geannuleerd.
U hebt de kabel voor de multifunctionele aansluiting losgekoppeld voordat de indicator
(PictBridge-aansluiting) was uitgegaan.
In de indexfunctie kan de datum niet worden geprojecteerd en kunnen de
beelden niet worden afgedrukt.
De printer heeft deze functies niet. Vraag de fabrikant van de printer of de printer deze
functies heeft of niet.
Afhankelijk van de printer kan de datum niet in de functie indexweergave ingevoerd worden.
Vraag het de fabrikant van de printer.
In plaats van de datum wordt "---- -- --" afgedrukt op het beeld.
Beelden zonder de opgenomen datumgegevens, kunnen niet worden afgedrukt met de datum
erop geprojecteerd. Stel [Datum] in op [Uit] en druk het beeld opnieuw af (blz. 84).
Het afdrukformaat kan niet worden ingesteld.
Vraag de fabrikant van de printer of het gewenste afdrukformaat beschikbaar is op de printer.
Het beeld kan niet op het ingestelde formaat worden afgedrukt.
Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los en sluit deze weer aan elke keer
wanneer het papierformaat is veranderd nadat de printer op de camera is aangesloten.
De afdrukinstelling van de camera is anders dan die van de printer. Verander de instelling van
de camera (blz. 84) of de printer.
De camera kan niet worden bediend nadat het afdrukken is geannuleerd.
Wacht enige tijd terwijl de printer de annuleerbediening uitvoert. Dit kan, afhankelijk van de
printer, enige tijd duren.
De camera werkt niet.
Gebruik het type accu dat in deze camera kan worden gebruikt (blz. 109).
De accu is bijna leeg (De E indicator wordt weergegeven). Laad de accu op (t stap 1 in
"Lees dit eerst").
De camera is wel ingeschakeld, maar werkt niet.
De ingebouwde microcomputer werkt niet naar behoren. Verwijder de accu en plaats na een
minuut de accu terug en schakel de camera in.
Ik ken de betekenis van een indicator op het scherm niet.
Zie blz. 15.
Overige
NL
102
De lens raakt beslagen.
Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en laat deze gedurende ongeveer een
uur liggen voordat u deze weer gebruikt (blz. 111).
De camera wordt warm wanneer u deze gedurende een lange tijd gebruikt.
Dit is normaal.
Het klok-instelscherm wordt weergegeven nadat de camera is ingeschakeld.
Stel de datum en tijd opnieuw in (t stap 2 in "Lees dit eerst").
Problemen oplossen
NL
103
Foutcodes en meldingen
Als een foutcode met een letter begint, heeft
de zelfdiagnosefunctie van de camera een
storing vastgesteld. De laatste twee cijfers
(hieronder aangeduid met twee blokjes
ss) verschillen afhankelijk van de
toestand van de camera.
Als u het probleem niet kunt verhelpen,
zelfs niet nadat u de volgende oplossingen
een aantal keer hebt geprobeerd, moet de
camera wellicht worden gerepareerd.
Neem contact op met de Sony-handelaar of
een plaatselijke, door Sony erkende
onderhoudsdienst.
C:32:ss
Er is een probleem met de hardware van
de camera. Schakel het apparaat uit en
daarna weer in.
C:13:ss
De camera kan geen gegevens lezen
vanaf of schrijven op de "Memory Stick
Duo". Schakel de camera uit en weer in
of plaats de "Memory Stick Duo" een
aantal keer opnieuw.
Het interne geheugen heeft een
formatteringsfout begaan, of een niet-
geformatteerde "Memory Stick Duo" is
geplaatst. Formatteer het interne
geheugen of de "Memory Stick Duo"
(blz. 56).
De geplaatste "Memory Stick Duo" kan
niet in deze camera worden gebruikt, of
de gegevens zijn beschadigd. Plaats een
nieuwe "Memory Stick Duo" (blz. 107).
E:61:ss
E:62:ss
E:91:ss
Er is een storing opgetreden in de
camera. Stel alle instellingen terug op
de standaardinstellingen van de camera
(blz. 59) en schakel deze daarna weer
in.
Als een van de onderstaande meldingen
wordt weergegeven, voert u de vermelde
instructies uit.
E
De accu is zwak. Laad de accu
onmiddellijk op (
t stap 1 in "Lees dit
eerst"). Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden of het soort
accu, kan de indicator knipperen
ondanks dat er nog voor 5 of 10 minuten
acculading over is.
Alleen voor "InfoLITHIUM" accu
De accu is niet van het type
"InfoLITHIUM".
Systeemfout
Schakel de camera uit en daarna weer in
(
t stap 2 in "Lees dit eerst").
Fout van intern geheugen
Schakel de camera uit en daarna weer in
(
t stap 2 in "Lees dit eerst").
Zelfdiagnosefunctie
Meldingen
NL
104
Plaats de Memory Stick opnieuw
Plaats de "Memory Stick Duo" op de
juiste wijze.
De geplaatste "Memory Stick Duo" kan
niet in de camera worden gebruikt
(blz. 107).
De "Memory Stick Duo" is beschadigd.
De aansluitpunten van de "Memory
Stick Duo" zijn vuil.
Verkeerd type Memory Stick
De geplaatste "Memory Stick Duo" kan
niet in de camera worden gebruikt
(blz. 107).
Formatteringsfout
Formatteer het medium opnieuw
(blz. 55 en 56).
Memory Stick vergrendeld
U gebruikt een "Memory Stick Duo"
met een schrijfbeveiligingsschakelaar
terwijl de schrijfbeveiligingsschakelaar
in de stand LOCK staat. Zet de
schrijfbeveiligingsschakelaar in de
stand voor opnemen (blz. 107).
Geen geheugenruimte in het intern
geheugen
Geen geheugenruimte in de Memory
Stick
Wis overbodige beelden of bestanden
(
t stap 6 in "Lees dit eerst").
Geheugen voor alleen-lezen
De camera kan geen beelden opnemen
of wissen op deze "Memory Stick Duo".
Geen bestand
Er zijn geen beelden opgenomen in het
interne geheugen.
Geen bestanden in deze map
Er zijn geen beelden opgenomen in deze
map.
U hebt de bediening niet juist
uitgevoerd toen u beelden kopieerde
vanaf uw computer (blz. 72).
Mapfout
Op de "Memory Stick Duo" staat al een
map met dezelfde drie eerste cijfers
(bijvoorbeeld: 123MSDCF en
123ABCDE). Kies een andere map of
maak een andere map (blz. 56).
Kan geen mappen meer maken
Op de "Memory Stick Duo" staat een
map waarvan de naam begint met
"999". U kunt in dat geval geen mappen
meer maken.
Kan niet opnemen
De camera kan geen beelden opnemen
in de gekozen map. Kies een andere
map (blz. 57).
Bestandsfout
Tijdens het weergeven van het beeld is
een fout opgetreden.
Bestandsbeveiliging
Schakel de beveiliging uit (blz. 45).
Te groot beeldformaat
U geeft een beeld weer met een formaat
dat niet kan worden weergegeven op uw
camera.
Kan niet opdelen
De bewegende beelden zijn niet lang
genoeg om te knippen (korter dan
ongeveer twee seconden).
Het bestand is geen bewegend beeld.
Problemen oplossen
NL
105
Ongeldige bediening
U probeert een bestand weer te geven
dat niet compatibel is met de camera.
(Trillingswaarschuwing-
indicator)
Door onvoldoende licht, is de camera
gevoelig voor beweging. Gebruik de
flitser, schakel de anti-blur-functie in, of
bevestig de camera op een statief om de
camera vast te zetten.
640(Fijn) is niet beschikbaar
Bewegende beelden met beeldformaat
640(Fijn) kunnen alleen worden
opgenomen op een "Memory Stick PRO
Duo". Plaats een "Memory Stick PRO
Duo" of stel het beeldformaat in op een
ander formaat dan [640(Fijn)].
Maak printer-verbinding mogelijk
[USB-aansl.] is ingesteld op
[PictBridge], echter de camera is
aangesloten op een apparaat dat niet
PictBridge-compatibel is. Controleer
het apparaat.
Er is geen verbinding tot stand gebracht.
Koppel de kabel voor de
multifunctionele aansluiting los en sluit
deze weer aan. Bij het verschijnen van
een foutmelding op de printer, moet u
de handleiding van de printer
raadplegen.
Aansluiten op PictBridge apparaat
U hebt geprobeerd afdrukken te maken
vóórdat de printer was aangesloten.
Sluit een printer aan die PictBridge-
compatibel is.
Geen afdrukbaar beeld
U probeerde [DPOF-beeld] uit te voeren
zonder één DPOF-afdrukmarkering op
een of meerdere beelden aan te brengen.
U probeerde [Alle in deze map] uit te
voeren terwijl een map was gekozen
waarin uitsluitend bewegende beelden
zitten. U kunt bewegende beelden niet
afdrukken.
Printer bezet
Papierfout
Geen papier
Inktfout
Inkt bijna op.
Inkt helemaal op.
Controleer de printer.
Printerfout
Controleer de printer.
Controleer of het beeld dat u wilt
afdrukken beschadigd is.
Het is mogelijk dat de
gegevensoverdracht naar de printer nog
niet voltooid is. Koppel de kabel voor
de multifunctionele aansluiting niet los.
Verwerkt
De printer annuleert de huidige
afdruktaak. U kunt niet afdrukken totdat
dit klaar is. Dit kan, afhankelijk van de
printer, enige tijd duren.
Geen beeld voor diavoorstelling
De gekozen map bevat geen bestand dat
met een diavoorstelling met muziek
weergegeven kan worden.
NL
106
Muziekfout
Wis het muziekbestand of vervang het
door een normaal muziekbestand.
Voer [Format. muz.] uit en download
daarna een nieuw muziekbestand
(blz. 58).
Muziekgeheugen-formatteringsfout
Voer [Format. muz.] uit (blz. 58).
Overige
NL
107
Overige
Over de "Memory Stick"
Een "Memory Stick" is een compact,
draagbaar IC-opnamemedium. De typen
"Memory Stick" die kunnen worden
gebruikt met deze camera staan vermeld in
de onderstaande tabel. Een goede werking
kan echter niet worden gegarandeerd voor
alle functies van de "Memory Stick".
*1
"Memory Stick Duo", "MagicGate Memory
Stick Duo" en "Memory Stick PRO Duo" zijn
uitgerust met MagicGate-functies. MagicGate
is een technologie ter bescherming van
auteursrechten waarbij gebruik wordt gemaakt
van versleutelingstechnologie. Opnemen/
weergeven van gegevens waarbij MagicGate
functies zijn vereist, kan niet met deze camera
worden uitgevoerd.
*2
Ondersteunt een hoge
gegevensoverdrachtsnelheid via een parallelle
interface.
*3
Bewegende beelden kunnen worden
opgenomen op beeldformaat 640(Fijn).
Wij kunnen de juiste werking van een "Memory
Stick Duo" die op een computer is
geformatteerd niet garanderen in deze camera.
De lees-/schrijfsnelheid van de gegevens
verschilt afhankelijk van de gebruikte "Memory
Stick Duo" en apparatuur.
Opmerkingen betreffende de "Memory
Stick Duo" (niet bijgeleverd)
U kunt geen beelden opnemen, bewerken of
wissen nadat u met een scherppuntig voorwerp
de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand
LOCK hebt gezet.
De stand en/of de vorm van de
schrijfbeveiligingsschakelaar kan
verschillend zijn afhankelijk van de
"Memory Stick Duo" die u gebruikt.
De "Memory Stick Duo" mag niet worden
verwijderd terwijl deze bezig is met het lezen of
wegschrijven van gegevens.
De gegevens kunnen in de volgende gevallen
beschadigd zijn:
wanneer de "Memory Stick Duo" uit de
camera wordt gehaald of de camera wordt
uitgeschakeld tijdens het lezen of schrijven
van gegevens
wanneer de "Memory Stick Duo" wordt
gebruikt op plaatsen met statische elektriciteit
of elektrische ruis
We raden u aan van belangrijke gegevens een
reservekopie te maken.
Druk niet hard wanneer u in het
aantekeningenvak schrijft.
Plak geen stickers op de "Memory Stick Duo"
zelf of op de Memory Stick Duo-adapter.
Wanneer u de "Memory Stick Duo" draagt of
bewaart, plaatst u deze terug in het doosje dat
erbij geleverd werd.
Raak de aansluitingen van de "Memory Stick
Duo" niet aan met uw hand of een metalen
voorwerp.
Sla, verbuig of laat de "Memory Stick Duo" niet
vallen.
Demonteer of transformeer de "Memory Stick
Duo" niet.
Stel de "Memory Stick Duo" niet bloot aan
water.
"Memory Stick"-type Opnemen/
weergeven
Memory Stick (zonder
MagicGate)
Memory Stick (met
MagicGate)
Memory Stick Duo (zonder
MagicGate)
a
Memory Stick Duo (met
MagicGate)
a
*1*2
MagicGate Memory Stick
MagicGate Memory Stick Duo
a
*1
Memory Stick PRO
Memory Stick PRO Duo
a
*1*2*3
Aansluiting
Schrijf-
beveiligings-
schakelaar
Ruimte voor
aantekeningen
NL
108
Laat de "Memory Stick Duo" niet liggen binnen
het bereik van kleine kinderen. Zij kunnen deze
per ongeluk inslikken.
Gebruik of bewaar de "Memory Stick Duo" niet
op de volgende plaatsen:
plaatsen met een hoge temperatuur, zoals in
een hete auto die in de zon is geparkeerd
plaatsen die zijn blootgesteld aan direct
zonlicht
op vochtige plaatsen of plaatsen waar zich
corrosieve stoffen bevinden
Opmerkingen over de Memory Stick
Duo-adaptor (niet bijgeleverd)
Als u een "Memory Stick Duo" in een "Memory
Stick"-compatibel apparaat wilt gebruiken, moet
u de "Memory Stick Duo" eerst in een Memory
Stick Duo-adapter steken. Als u een "Memory
Stick Duo" rechtstreeks in een "Memory Stick"-
compatibel apparaat steekt zonder gebruik te
maken van een Memory Stick Duo-adapter, kan
het onmogelijk zijn deze vervolgens weer uit het
apparaat te halen.
Wanneer u een "Memory Stick Duo" in een
Memory Stick Duo-adapter steekt, let u er goed
op dat de "Memory Stick Duo" in de juiste
richting erin wordt gestoken, en steek deze
daarna er helemaal in. In de verkeerde richting
insteken kan tot een defect leiden.
Wanneer u een "Memory Stick Duo" die in een
Memory Stick Duo-adapter is gestoken in een
"Memory Stick"-compatibel apparaat gebruikt,
let u er goed op dat de "Memory Stick Duo" in
de juiste richting wordt geplaatst. Merk op dat
door onjuist gebruik de camera kan worden
beschadigd.
Plaats nooit een Memory Stick Duo-adapter in
een "Memory Stick"-compatibel apparaat
zonder een "Memory Stick Duo" erin. Als u dit
toch doet, kan een storing in de camera
optreden.
Opmerkingen betreffende de "Memory
Stick PRO Duo" (niet bijgeleverd)
"Memory Stick PRO Duo" met een
opslagcapaciteit tot 2 GB zijn goedgekeurd voor
gebruik in deze camera.
Overige
NL
109
Informatie over de "InfoLITHIUM" accu
Deze camera werkt alleen op een
"InfoLITHIUM" accu (R-type).
Wat is een "InfoLITHIUM" accu?
Een "InfoLITHIUM" accu is een
lithiumion-accu met functionaliteit voor het
uitwisselen van informatie met de camera
over de bedieningsomstandigheden. De
"InfoLITHIUM" accu berekent het
stroomverbruik op basis van de
bedieningsomstandigheden van de camera
en geeft in minuten aan hoe lang de accu
nog meegaat.
Opladen
Aanbevolen wordt om de accu op te laden bij een
omgevingstemperatuur van 10°C tot 30°C. Indien
u de accu buiten dit temperatuurbereik oplaadt,
bestaat de kans dat u de accu niet doeltreffend
kunt opladen.
Doeltreffend gebruik van de accu
Bij lage temperaturen verminderen de prestaties
van de accu. Op koude plaatsen kan de accu
daarom minder lang worden gebruikt. Wij
bevelen het volgende aan om de accu langer mee
te laten gaan:
Doe de accu in een zak tegen uw lichaam aan
om de accu op te warmen, en plaats deze in de
camera vlak voordat u begint met opnemen.
De accu zal snel leeg raken als u de flitser of
zoom vaak gebruikt.
Wij bevelen u aan om extra accu’s voor twee- tot
driemaal de verwachte opnameduur bij de hand
te houden, en om proefopnamen te maken
alvorens u de eigenlijke opnamen gaat maken.
Laat de accu niet nat worden. De accu is niet
waterdicht.
Laat de accu niet liggen op zeer warme plaatsen,
zoals in een voertuig of in direct zonlicht.
Accu-restladingsindicator
Het is mogelijk dat de spanning wegvalt ondanks
dat de accu-restladingsindicator aangeeft dat er
nog voldoende lading aanwezig is om het apparaat
te bedienen. Gebruik de acculading helemaal en
laad de accu volledig op zodat de accu-
restladingsindicator correct is. Merk echter op dat
de juiste accu-indicator soms niet kan worden
hersteld als de accu gedurende een lange tijd bij
een hoge temperatuur is gebruikt, volledig
opgeladen wordt bewaard, of veelvuldig wordt
gebruikt.
Hoe u de accu moet bewaren
Als de accu gedurende een lange tijd niet
gebruikt wordt, laadt u deze eenmaal per jaar
volledig op en verbruikt u de lading volledig
met uw camera, voordat u de accu weer bewaart
op een droge, koele plaats. Herhaal deze oplaad-
en verbruikprocedure eenmaal per jaar om een
goede werking van de accu te behouden.
U kunt de lading van de accu helemaal
opgebruiken door de camera ingeschakeld te
laten staan in de diavoorstelling-
weergavefunctie (blz. 27) totdat de camera
wordt uitgeschakeld.
Om te voorkomen dat de aansluitingen vuil
worden, er kortsluiting ontstaat, enz., moet u de
bijgeleverde accuhouder gebruiken voor
transport en bewaring.
Levensduur van de accu
De levensduur van de accu is beperkt. De
capaciteit van de accu neemt geleidelijk af
naarmate u deze meer gebruikt en de tijd
verstrijkt. Als de gebruiksduur van de accu
aanzienlijk korter lijkt te zijn geworden, is de
meest waarschijnlijke oorzaak dat het einde van
de levensduur van de accu is bereikt. Koop een
nieuwe accu.
De levensduur van de accu wordt mede bepaald
door de manier waarop deze wordt bewaard,
alsmede de omstandigheden en omgeving
waarin de accu wordt gebruikt.
NL
110
De acculader
x De acculader
Laad met behulp van de acculader die bij uw
camera werd geleverd geen andere accu op dan
een Sony "InfoLITHIUM"-accu. Als u andere
accu’s dan de bijgeleverde accu probeert op te
laden, kunnen deze gaan lekken, oververhit
raken of exploderen, waardoor gevaar van letsel
als gevolg van elektrische schokken en
brandwonden ontstaat.
Haal de opgeladen accu uit de acculader. Als u
de opgeladen accu in de acculader laat zitten,
kan dit ten koste gaan van de levensduur van de
accu.
Als het CHARGE-lampje knippert, kan dit een
accufout aangeven of het feit dat een andere
accu dan het opgegeven type is geplaatst.
Controleer of de geplaatste accu van het
opgegeven type is. Als de accu van het
opgegeven type is, haalt u de accu eruit,
vervangt u deze door een nieuwe of een andere,
en controleert u of de acculader nu wel goed
werkt. Als de acculader nu wel goed werkt, kan
een accufout zijn opgetreden.
Als de acculader vuil is, is het mogelijk dat de
accu niet goed wordt opgeladen. Maak de
acculader schoon met een droge doek, enz.
Overige
NL
111
Voorzorgsmaatregelen
x Gebruik of bewaar de camera niet
op de volgende plaatsen
Op een zeer warme, droge of vochtige plaats
Op plaatsen zoals een in de zon geparkeerde
auto, kan de camerabehuizing door de hitte
vervormen, waardoor een storing kan optreden.
Onder rechtstreeks zonlicht of nabij een
verwarmingsbron
De camerabehuizing kan verkleuren of
vervormen, waardoor een storing kan optreden.
Op plaatsen onderhevig aan trillingen
In de buurt van een sterk magnetisch veld
Op zanderige of stoffige plaatsen
Wees voorzichtig dat geen zand of stof in de
camera kan binnendringen. Hierdoor kan in de
camera een storing optreden en in bepaalde
gevallen kan deze storing niet worden
verholpen.
x Vervoeren
Als de camera in de achterzak van uw broek of
jurk zit, mag u niet in een stoel of op een andere
plaats gaan zitten omdat, de camera hierdoor
beschadigd kan worden of defect kan raken.
x Reiniging
Het LCD-scherm reinigen
Veeg het schermoppervlak schoon met een LCD-
reinigingsset (niet bijgeleverd) om
vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen.
Reiniging van de lens
Veeg de lens schoon met een zachte doek om
vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen.
De buitenkant van de camera reinigen
Maak de buitenkant van de camera schoon met
een zachte doek bevochtigd met water en veeg het
oppervlak daarna droog met een droge doek.
Gebruik de onderstaande middelen niet, omdat
deze de afwerking of het camerabehuizing kunnen
beschadigen.
Chemische stoffen, zoals thinner, wasbenzine,
alcohol, wegwerpreinigingsdoeken,
insectenspray, zonnebrandcrème, insecticiden,
enz.
Raak de camera niet aan als bovenstaande
middelen op uw handen zitten.
Laat de camera niet langdurig in contact met
rubber of vinyl.
x Bedrijfstemperatuur
Deze camera is ontworpen voor gebruik bij een
temperatuur van 0°C tot 40°C. Het maken van
opnamen op extreem koude of warme plaatsen
met temperaturen die buiten het bovenstaande
bereik vallen, is niet aan te bevelen.
x Condensvorming
Als de camera rechtstreeks vanuit een koude naar
een warme omgeving wordt overgebracht, kan
vocht condenseren binnenin of op de buitenkant
van de camera. Deze vochtcondensatie kan een
storing in de camera veroorzaken.
Condensvorming treedt gemakkelijk op
wanneer:
De camera van een koude plaats, zoals een
skihelling, naar een goed verwarmde ruimte
wordt overgebracht.
De camera bij warm weer vanuit een kamer of
auto met airconditioning mee naar buiten wordt
genomen, enz.
Hoe condensvorming te voorkomen
Wanneer u de camera vanuit een koude naar een
warme omgeving overbrengt, verpakt u de camera
in een goed gesloten plastic zak en laat u deze
gedurende ongeveer een uur wennen aan de
nieuwe omgevingsomstandigheden.
Wanneer er condensvorming optreedt
Schakel de camera uit en wacht ongeveer een uur
om het vocht te laten verdampen. Als u probeert
om opnamen te maken terwijl er nog vocht in de
lens aanwezig is, zullen de opgenomen beelden
niet helder zijn.
NL
112
x Interne oplaadbare batterij
Deze camera is uitgerust met een interne,
oplaadbare batterij om de datum en tijd alsmede
andere instellingen bij te houden, ongeacht of de
camera is ingeschakeld of niet.
Deze interne batterij wordt tijdens het gebruik van
de camera voortdurend opgeladen. Indien u de
camera echter alleen voor korte perioden gebruikt,
raakt deze batterij geleidelijk uitgeput. Indien u de
camera helemaal niet gebruikt, is de batterij na
circa één maand volledig uitgeput. In dat geval
moet u de oplaadbare batterij opladen voordat u
de camera gaat gebruiken.
Zelfs als u de oplaadbare batterij niet oplaadt,
kunt u de camera toch gebruiken zolang u de
datum en tijd niet opneemt.
Oplaadprocedure voor de interne
oplaadbare batterij
Plaats een opgeladen accu in de camera, of sluit
de camera met behulp van de netspanningsadapter
(niet bijgeleverd) aan op een stopcontact, en laat
de camera gedurende 24 uur of langer
uitgeschakeld liggen.
Oplaadprocedure voor de
"InfoLITHIUM"-accu
t stap 1 in "Lees dit eerst"
Overige
NL
113
Technische gegevens
Camera
[Systeem]
Beeldsysteem 7,20 mm (1/2,5 type) kleuren-
CCD, primair kleurenfilter
Totaal aantal pixels van de camera
Ong. 7 410 000 pixels
Effectief aantal pixels van de camera
Ong. 7 201 000 pixels
Lens Carl Zeiss Vario-Tessar
3× zoomlens
f = 6,33 – 19,0 mm (38 –
114 mm omgerekend naar een
35 mm fotocamera)
F3,5 – 4,3
Belichtingsregeling
Automatische belichting,
Scènekeuze (9 functies)
Witbalans Automatisch, Daglicht,
Bewolkt, Fluorescerend,
Lamplicht, Flitser
Bestandsformaat (voldoet aan DCF)
Stilstaande beelden: Exif Versie
2.21
voldoet aan JPEG, DPOF-
compatibel
Bewegende beelden: Voldoet
aan MPEG1 (mono)
Opnamemedium Intern geheugen (58 MB)
"Memory Stick Duo"
Flitser Aanbevolen afstand (ISO
ingesteld op Auto):
Ong. 0,1 t/m 3,4 m (W)/
Ong. 0,25 t/m 2,7 m (T)
[Ingangs- en uitgangsaansluitingen]
Multifunctionele aansluiting
USB-verbinding Hi-Speed USB (voldoet aan
USB 2.0)
[LCD-scherm]
LCD-scherm 7,5 cm (3,0 type) TFT-
aansturing
Totaal aantal beeldpunten
230 400 (960×240)
beeldpunten
[Stroomvoorziening, algemeen]
Spanning Oplaadbare accu NP-FR1,
3,6 V
Netspanningsadapter AC-LS5K
(niet bijgeleverd), 4,2 V
Stroomverbruik (tijdens opname)
1,1 W
Bedrijfstemperatuur
0 tot 40°C
Opslagtemperatuur
–20 tot +60°C
Afmetingen 95×56,5×23,3 mm
(B/H/D, exclusief uitstekende
delen)
Gewicht Ong. 169 g (inclusief NP-FR1
accu, polsriem, enz.)
Microfoon Electret-condesatormicrofoon
Luidspreker Dynamische luidspreker
Exif Print Compatibel
PRINT Image Matching III
Compatibel
PictBridge Compatibel
BC-CS3 acculader
Voeding 100 tot 240 V wisselstroom
van 50/60 Hz, 3,2 W
Uitgangsspanning
4,2 V gelijkstroom, 500 mA
Bedrijfstemperatuur
0 tot 40°C
Opslagtemperatuur
–20 tot +60°C
Afmetingen Ong. 66×23×91 mm
(B/H/D)
Gewicht Ong. 70 g
Oplaadbare accu NP-FR1
Gebruikte accu Lithiumion-accu
Maximale spanning
4,2 V gelijkstroom
Nominale spanning
3,6 V gelijkstroom
Capaciteit 4,4 Wh (1 220 mAh)
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
zijn voorbehouden zonder voorafgaande
kennisgeving.
NL
114
Index
Index
A
Aansluiten
Computer.......................66
Printer............................83
TV .................................88
Aantal beelden/opnameduur
.......................................21
Accu
Accu-restladingsindicator
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
Levensduur van de
accu ...............................24
Opladen
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
Plaatsen/Verwijderen
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
Accu opladen
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
Acculader............................110
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
Achteruitspoelen/
Vooruitspoelen
t stap 6 in "Lees dit
eerst"
AE/AF-vergrendelingsindicator
.......................................36
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
AF-bereikzoekerframe..........35
Afdrukken.............................81
Enkelbeeldfunctie..........82
Indexfunctie...................82
Afdrukmarkering..................86
AF-functie ............................51
AF-vergrendeling..................36
AF-verlichting ......................53
Altijd flitsen ingeschakeld
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Altijd flitsen uitgeschakeld
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Altijd flitsen
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Auto Review ........................ 53
Automatische instelfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Automatische
scherpstelling.................. 9
Automatische uitschakelfunctie
t stap 2 in "Lees dit
eerst"
B
Beeldbestand-
geheugenlocaties........... 70
Beeldbestand-geheugenlocaties
en bestandsnamen......... 70
Beelden afdrukken in een
winkel ........................... 86
Beelden kopiëren naar uw
computer....................... 65
Beeldformaat........................ 11
t stap 4 in "Lees dit
eerst"
Beeldkwaliteit ................ 11, 38
Belichting............................. 10
Bestandsnaam ...................... 70
Bestandsnummer.................. 60
Besturingssysteem ......... 63, 78
Beveiliging........................... 44
Bewolkt................................ 37
Bijgeleverde accessoires
t in "Lees dit eerst"
Bracket-stap ......................... 41
Burst..................................... 39
C
Camera 1.............................. 51
Camera 2.............................. 54
Compressieverhouding......... 12
Computer..............................62
Aanbevolen omgeving
.................................63, 78
Beeldbestanden
opgeslagen op de
computer weergeven op de
camera...........................72
Beelden kopiëren.....65, 78
Macintosh......................78
Software ............ 64, 73, 77
Windows........................62
Contrast ................................41
Cyber-shot Viewer................73
D
Daglicht ................................37
DC IN-aansluiting ................ 14
De camera in het buitenland
gebruiken
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
De camera vasthouden
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
De klok instellen
t stap 2 in "Lees dit
eerst"
Diafragma.............................10
Diavoorstelling .....................27
Digitale zoom .......................51
DirectX .................................63
DPOF....................................86
Dradenkruis van de
puntlichtmeting .............37
E
Effectief aantal pixels .........113
Elektronische transformator
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
Enkel.....................................51
Enkelbeeldafdrukfunctie ......82
EV.........................................34
EV aanpassen .......................34
Index
NL
115
Exposure Bracket..................39
Extensie ..........................70, 72
F
Fijn........................................38
Flitser ....................................37
Flitsfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Flitsniveau.............................41
Fluorescerend........................37
Formaat veranderen ..............45
Formatteren.....................55, 56
Foutcodes en meldingen .....103
Functiegids............................52
G
Geprogrammeerd automatisch
opnemen ........................25
Gloeilamp .............................37
H
Half indrukken........................9
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Histogram .......................20, 34
Hoge gevoeligheid
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
I
Indexafdrukfunctie................82
Indexscherm
t stap 6 in "Lees dit
eerst"
Indicator van AF-
bereikzoekerframe.........35
Indicator.............. zie "Scherm"
"InfoLITHIUM" accu.........109
Initialiseren ...........................59
Installeren .............................64
Intern geheugen ....................22
Intern geheugen-tool ............ 55
Interne oplaadbare
batterij .........................112
Interval .................................41
ISO .................................10, 38
J
JPG....................................... 71
K
Kaarslichtfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Kabel voor de multifunctionele
aansluiting......... 66, 83, 88
Kleur..................................... 11
Kleurfunctie ......................... 33
Klok instellen ....................... 61
Kopiëren............................... 57
Korte-sluitertijdfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
L
Landschapsfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Lange sluitertijd NR............. 17
Langzame synchro
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
LCD-scherm........zie “Scherm”
LCD-verlicht ........................58
Levendig...............................33
Lichtmeetfunctie ..................37
Lichtmeting met meerdere
patronen ........................ 37
Lichtmeting met nadruk op het
midden .......................... 37
M
M AF .................................... 51
Macintosh-computer.............78
Aanbevolen omgeving
.......................................78
Macro
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Map.......................................43
Maken............................56
Wijzigen ........................57
Mass Storage ........................60
"Memory Stick Duo"..........107
Plaatsen/Verwijderen
t stap 3 en 4 in "Lees dit
eerst"
Aantal beelden/
opnameduur...................21
Schrijf-beveiligings-
schakelaar....................107
Memory Stick tool................56
Menu.....................................30
Onderdelen ....................31
Opnemen .......................33
Weergeven .....................43
Menu voor opnemen.............33
Menu voor weergeven ..........43
Midden-AF ...........................35
Mode.....................................39
Monitor .................................51
MPG .....................................71
Multi AF ...............................35
Multi Burst............................39
Multifunctionele
aansluiting .....................14
Multipoint-AF.......................35
Music Transfer................77, 79
Muziek..................................28
N
Natuurlijk..............................33
Netspanningsadapter.............14
t stap 1 in "Lees dit
eerst"
NL
116
NTSC....................................61
O
Onderbelichting....................10
Opdelen ................................47
Opnamefunctie .....................39
Opnamemap maken..............56
Opnamemap wijzigen...........57
Opnemen
Bewegende beelden
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Stilstaand beeld
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Opnemen van bewegende
beelden
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Optische zoom......................51
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Overbelichting......................10
P
PAL.......................................61
PC ....................zie "Computer"
PictBridge.......................60, 82
Pieptoon................................58
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Pixel......................................11
Plaats van de onderdelen ......13
Polsriem
t in "Lees dit eerst"
Precisie-digitale-zoom..........51
Problemen oplossen..............90
PTP.......................................60
Punt-AF ................................35
Puntlichtmeting ....................37
Q
Quick Review
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
R
Rechtstreeks afdrukken........ 82
Reiniging............................ 111
Roteren................................. 46
S
S AF ..................................... 51
Scènekeuzefunctie................ 26
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Schemerfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Schemer-portretfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Scherm
Achtergrondverlichting
van het LCD-scherm..... 20
Het weergavescherm
veranderen .................... 20
Indicator........................ 15
Scherpstellen.................... 9, 35
Scherpstelling-voorkeuze..... 35
Scherpte ............................... 42
Schrijfbeveiligings-
schakelaar ................... 107
Sepia..................................... 33
Setup ........................ 42, 48, 50
Camera 1....................... 51
Camera 2....................... 54
Intern geheugen-tool..... 55
Memory Stick tool........ 56
Setup 1.......................... 58
Setup 2.......................... 60
Setup 1 ................................. 58
Setup 2 ................................. 60
Slimme-zoomfunctie ............51
Sluitertijd..............................10
Sneeuwfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Software ...................64, 73, 77
Standaard..............................38
STEADY SHOT...................54
Strandfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
T
Taal.......................................59
t stap 2 in "Lees dit
eerst"
Technische gegevens .......... 113
Trimmen ...............................49
TV.........................................88
U
USB-aansluiting ...................60
V
Verg ro otg la s
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Vermindering van het
rode-ogeneffect .............52
VGA
t stap 4 in "Lees dit
eerst"
Video-uit...............................61
Vochtcondensatie................111
Volume
t stap 6 in "Lees dit
eerst"
Voorzorgsmaatregelen ........111
Vuurwerkfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
W
Wazige beelden.......................9
Index
NL
117
WB........................................37
Weergave........zie "Weergeven"
Weergave/bewerken ..............25
Weergavezoom
t stap 6 in "Lees dit
eerst"
Weergeven
Bewegende beelden
t stap 6 in "Lees dit
eerst"
Stilstaand beeld
t stap 6 in "Lees dit
eerst"
Windows-computer...............62
Aanbevolen omgeving...63
Wissen
Formatteren .............55, 56
t stap 6 in "Lees dit
eerst"
Witbalans ..............................37
Z
Zachte-klikfunctie
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Zelfdiagnosefunctie ............103
Zelfontspanner
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Zoom
t stap 5 in "Lees dit
eerst"
Z-W.......................................33
NL
118
Handelsmerken
is een handelsmerk van Sony
Corporation.
"Memory Stick", , "Memory Stick PRO",
, "Memory Stick Duo",
, "Memory Stick PRO
Duo", , "MagicGate"
en zijn handelsmerken van
Sony Corporation.
"InfoLITHIUM" is een handelsmerk van Sony
Corporation.
Microsoft, Windows en DirectX zijn
gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken
van Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
Macintosh, Mac OS, iMac, iBook, PowerBook,
Power Mac en eMac zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Apple
Computer, Inc.
Intel, MMX en Pentium zijn wettig
gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken
van Intel Corporation.
Alle andere in deze gebruiksaanwijzing
vermelde systeem- en productnamen zijn in het
algemeen handelsmerken of wettig
gedeponeerde handelsmerken van de
betreffende ontwikkelaars of fabrikanten.
Echter, in deze gebruiksaanwijzing zijn de
aanduidingen ™ en ® in alle voorkomende
gevallen weggelaten.

Documenttranscriptie

Digital Still Still Camera Camera Digital Bedienungsanleitung/ Bedienungsanleitung/ Störungsbehebung Störungsbehebung Gebruiksaanwijzing/Problemen Gebruiksaanwijzing/Problemen oplossen oplossen DSC-T30 Zusätzliche Informationen zu diesem Produkt und Antworten zu häufig gestellten Fragen können Sie auf unserer Kundendienst-Website finden. Extra informatie over deze camera en antwoorden op veelgestelde vragen vindt u op onze Customer Support-website voor klantenondersteuning. „Bitte zuerst lesen“ (getrennter Band) Erläutert die Einrichtung und grundlegende Bedienung für Aufnahme/Wiedergabe mit Ihrer Kamera. "Lees dit eerst" (los boekje) Beschrijft het instellen en de basisbedieningen voor opnemen/weergeven met uw camera. Gedruckt auf 100% Recyclingpapier mit Druckfarbe auf Pflanzenölbasis ohne VOC (flüchtige organische Bestandteile). Gedrukt op 100% kringlooppapier met VOC (vluchtige organische verbinding)-vrije inkt op basis van plantaardige olie. Printed in Japan Bedienungsanleitung Bitte lesen Sie diese Anleitung und „Bitte zuerst lesen“ (getrennter Band) vor der Benutzung der Kamera aufmerksam durch, und bewahren Sie sie zum späteren Nachschlagen auf. Gebruiksaanwijzing Lees deze gebruiksaanwijzing en "Lees dit eerst" (los boekje) zorgvuldig door vóórdat u de camera voor het eerst bedient, en bewaar ze voor latere naslag. © 2006 Sony Corporation 2-675-572-41(1) DE NL Nederlands WAARSCHUWING Om het gevaar van brand of elektrische schokken te verkleinen, mag het apparaat niet worden blootgesteld aan regen of vocht. LET OP U moet de batterij alleen vervangen door een batterij van het opgegeven type. Als u dit niet doet, kan dit brand of letsel tot gevolg hebben. Voor klanten in Europa Verwijdering van oude elektrische en elektronische apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen) Dit product is getest volgens de EMC-richtlijn voor het gebruik van aansluitkabels korter dan 3 meter en voldoet aan de hierin gestelde voorwaarden. Let op De elektromagnetische velden bij de specifieke frequenties kunnen het beeld en het geluid van deze camera beïnvloeden. Opmerking Als door statische elektriciteit of elektromagnetisme de gegevensoverdracht tussentijds wordt onderbroken (mislukt), start u het softwareprogramma opnieuw op of koppelt u de aansluitkabel (USB-kabel, enz.) los en sluit u deze weer aan. Voor klanten in Nederland Dit apparaat bevat een vast ingebouwde batterij die niet vervangen hoeft te worden tijdens de levensduur van het apparaat. Raadpleeg uw leverancier indien de batterij toch vervangen moet worden. De batterij mag alleen vervangen worden door vakbekwaam servicepersoneel. Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA). Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. NL 2 Lever het apparaat aan het einde van de levensduur in voor recycling, de batterij zal dan op correcte wijze verwerkt worden. Opmerkingen over het gebruik van de camera Typen "Memory Stick" die kunnen worden gebruikt (niet bijgeleverd) Deze camera gebruikt het ICopnamemedium "Memory Stick Duo". Er zijn twee typen "Memory Stick". "Memory Stick Duo": u kunt een "Memory Stick Duo" gebruiken in uw camera. "Memory Stick": u kunt in uw camera geen "Memory Stick" gebruiken. • Als u van plan bent de accu gedurende een lange tijd niet te gebruiken, verbruikt u eerst de resterende lading, verwijdert u daarna de accu uit de camera, en bewaart u deze op een droge, koele plaats. Zo blijft de accu correct functioneren (blz. 109). • Voor verdere informatie over bruikbare accu's, zie blz. 109. Carl Zeiss-lens Deze camera is uitgerust met een Carl Zeiss-lens, die scherpe beelden met uitstekend contrast reproduceert. De lens van deze camera is geproduceerd onder een kwaliteitborgingssysteem dat is gecertificeerd door Carl Zeiss in overeenstemming met de kwaliteitsnormen van Carl Zeiss, Duitsland. Geen compensatie voor de inhoud van de opnamen Andere geheugenkaarten kunnen niet worden gebruikt. • Voor verdere informatie over de "Memory Stick Duo", zie blz. 107. Bij gebruik van een "Memory Stick Duo" in een "Memory Stick"compatibel apparaat U kunt de "Memory Stick Duo" gebruiken door deze in de Memory Stick Duo-adapter (niet bijgeleverd) te steken. Memory Stick Duo-adapter Opmerkingen over de "InfoLITHIUM" accu • Laad de accu (bijgeleverd) op voordat u de camera voor het eerst gebruikt. (t stap 1 in "Lees dit eerst") • De accu kan zelfs worden opgeladen als deze nog niet volledig leeg is. Bovendien kunt u zelfs als de accu niet volledig opgeladen is, de gedeeltelijke lading van de accu gewoon gebruiken. Voor mislukte opnamen door een gebrekkige werking van uw camera of opnamemedia, enz. kan geen schadevergoeding worden geëist. NL Reservekopieën van het interne geheugen en de "Memory Stick Duo" Schakel de camera niet uit en verwijder de accu of de "Memory Stick Duo" niet terwijl het toegangslampje brandt, omdat hierdoor de gegevens in het interne geheugen of op de "Memory Stick Duo" kunnen worden beschadigd. Bescherm uw gegevens altijd door een reservekopie te maken. Zie bladzijde 23 voor het maken van een reservekopie. Opmerkingen over opnemen/ weergeven • Deze camera is niet stofdicht, niet spatwaterdicht en niet waterdicht. Lees "Voorzorgsmaatregelen" (blz. 111) alvorens de camera te bedienen. • Maak een proefopname om te controleren of de camera juist werkt voordat u eenmalige gebeurtenissen opneemt. NL 3 • Let er goed op dat de camera niet nat wordt. Water dat de camera binnendringt, kan een storing veroorzaken die niet in alle gevallen kan worden verholpen. • Richt de camera niet naar de zon of ander fel licht. Hierdoor kan een storing in de camera ontstaan. • Gebruik de camera niet in de buurt van een plaats waar sterke radiogolven worden gegenereerd of straling wordt uitgestraald. Het is mogelijk dat de camera dan niet goed kan opnemen of weergeven. • Als u de camera in zanderige of stoffige plaatsen gebruikt, kunnen storingen optreden. • Als er condens op de camera is gevormd, verwijdert u dit voordat u de camera gebruikt (blz. 111). • Niet met de camera schudden of er tegenaan stoten. Dit kan niet alleen leiden tot storingen en het weigeren om beelden op te nemen, maar kan ook het opnamemedium onbruikbaar maken, en beeldgegevens vervormen, beschadigen of verloren doen gaan. • Maak het venster van de flitser schoon vóór deze te gebruiken. De hitte die vrijkomt bij het afgaan van de flitser kan eventueel vuil op het venster van de flitser doen verbranden of vastbakken waardoor onvoldoende licht het voorwerp bereikt. Opmerkingen over de compatibiliteit van beeldgegevens Opmerkingen over het LCD-scherm en de lens Televisieprogramma’s, films, videobanden en ander materiaal kunnen beschermd zijn met auteursrechten. Het zonder toestemming opnemen van dergelijk materiaal, kan in strijd zijn met de wetten op de auteursrechten. • Het LCD-scherm is vervaardigd met precisietechnologie waardoor meer dan 99,99 % van de pixels operationeel is. Soms kunnen er op het LCD-scherm en in de LCD-zoeker echter kleine zwarte en/of heldere puntjes (wit, rood, blauw, of groen) permanent zichtbaar zijn. Dit is normaal en heeft geen enkele invloed op het opgenomen beeld. Zwarte, witte, rode, blauwe of groene puntjes NL 4 • Als het LCD-scherm of de lens langdurig wordt blootgesteld aan direct zonlicht, kan dit tot defecten leiden. Wees voorzichtig wanneer u de camera bij een venster of buiten neerzet. • Druk niet op het LCD-scherm. Het scherm kan dan verkleuren, waardoor een storing wordt veroorzaakt. • In een koude omgeving kunnen de beelden op het LCD-scherm nasporen vertonen. Dit is normaal. • Wees voorzichtig dat u niet tegen de lens stoot en er geen kracht op uitoefent. • Deze camera voldoet aan de universele DCFnorm (Design rule for Camera File system) zoals vastgesteld door JEITA (Japan Electronics and Information Technology Industries Association). • Er worden geen garanties gegeven dat beelden, welke met deze camera zijn opgenomen, kunnen worden weergegeven op andere apparatuur, of dat beelden die met andere apparatuur zijn opgenomen of gemonteerd, kunnen worden weergegeven op deze camera. Waarschuwing over copyright De beelden in deze gebruiksaanwijzing De foto’s die in deze gebruiksaanwijzing gebruikt worden als voorbeelden, zijn gereproduceerde beelden die niet daadwerkelijk met deze camera zijn opgenomen. Alle mogelijkheden van de camera gebruiken Bereid de camera voor en neem eenvoudig beelden op "Lees dit eerst" (los boekje) 1 De accu voorbereiden 2 De camera inschakelen/de klok instellen 3 Een "Memory Stick Duo" (niet bijgeleverd) plaatsen 4 Het beeldformaat kiezen dat u wilt gebruiken 5 Beelden eenvoudig opnemen (Automatische instelfunctie) Stilstaande beelden opnemen (Scènekeuzefunctie) 6 Beelden weergeven/wissen Leer uw camera beter kennen Deze gebruiksaanwijzing • Opnemen met uw favoriete instellingen (Geprogrammeerd automatisch opnemen) t blz. 25 • Weergeven van uw beelden door middel van de diavoorstelling t blz. 27 • Opnemen/weergeven op diverse manieren met behulp van het menu t blz. 30 • De standaardinstellingen veranderen t blz. 50 De camera aansluiten op een PC of printer Deze gebruiksaanwijzing • Beelden naar een computer kopiëren om ze op diverse manieren te bewerken t blz. 62 • Beelden afdrukken door de camera rechtstreeks aan te sluiten op een printer (alleen PictBridge-compatibele printers) t blz. 82 NL 5 Inhoud Opmerkingen over het gebruik van de camera ......................................... 3 De camera leren gebruiken Basistechnieken voor betere beelden ....................................................... 9 Scherpstellen – Het onderwerp met succes scherpstellen............................... 9 Belichting – De lichtintensiteit instellen ........................................................... 10 Kleur – Over het effect van de lichtbron .......................................................... 11 Kwaliteit – Over "beeldkwaliteit" en "beeldformaat" ......................................... 11 Plaats van de onderdelen ....................................................................... 13 Indicators op het scherm ........................................................................ 15 Het weergavescherm veranderen ........................................................... 20 Aantal stilstaande beelden en opnameduur van bewegende beelden.... 21 Als u geen "Memory Stick Duo" hebt (Opnemen in het interne geheugen).....22 Levensduur van de accu en aantal beelden dat kan worden opgenomen/ bekeken .................................................................................................. 24 De functieknop gebruiken ....................................................................... 25 Gebruik van de diavoorstelling................................................................ 27 Het menu gebruiken De menuonderdelen gebruiken ...................................................... 30 Menuonderdelen ................................................................................ 31 Menu voor opnemen ............................................................................... 33 (Camera) COLOR (Kleurfunctie) (EV) 9 (Scherpstellen) (Lichtmeetfun.) WB (Witbalans) ISO (Beeldkwaliteit) Mode (Opn.functie) BRK (Bracket-stap) M (Interval) (Flitsniveau) (Contrast) (Scherpte) (Setup) NL 6 Menu voor weergeven .............................................................................43 (Map) - (Beveiligen) DPOF (Afdrukken) (Dia) (Ander form.) (Roteren) (Opdelen) (Setup) Trimmen Het Setup-scherm gebruiken De Setup-onderdelen gebruiken ....................................................50 1 Camera 1 ...........................................................................................51 AF-functie Digitale zoom Functiegids Rode-ogeneff. AF-verlicht. Auto Review 2 Camera 2 ...........................................................................................54 STEADY SHOT Intern geheugen-tool..........................................................................55 Formatteren Memory Stick tool ..............................................................................56 Formatteren Opnamemap maken Opnamemap wijz. Kopiëren 1 Setup 1 ...............................................................................................58 Downl. muz. Format. muz. LCD-verlicht Pieptoon Taal Initialiseren 2 Setup 2 ...............................................................................................60 Bestandsnr. USB-aansl. Video-uit Klokinstel. NL 7 De camera met uw computer gebruiken Werken met uw Windows-computer ....................................................... 62 De software installeren (bijgeleverd)....................................................... 64 Beelden kopiëren naar uw computer ...................................................... 65 Beeldbestanden opgeslagen op de computer weergeven op uw camera (met behulp van een "Memory Stick Duo") ............................................. 72 De "Cyber-shot Viewer"-software (bijgeleverd) gebruiken ...................... 73 "Music Transfer" (bijgeleverd) gebruiken................................................. 77 Uw Macintosh-computer gebruiken ........................................................ 78 Stilstaande beelden afdrukken Stilstaande beelden afdrukken................................................................ 81 Rechtstreeks beelden afdrukken op een PictBridge-compatibele printer.....82 Beelden afdrukken in een winkel ............................................................ 86 Uw camera op uw tv aansluiten Beelden bekijken op een tv-scherm........................................................ 88 Problemen oplossen Problemen oplossen ............................................................................... 90 Foutcodes en meldingen....................................................................... 103 Overige Over de "Memory Stick" ........................................................................ 107 Informatie over de "InfoLITHIUM" accu................................................. 109 De acculader......................................................................................... 110 Voorzorgsmaatregelen .......................................................................... 111 Technische gegevens............................................................................ 113 Index.................................................................................................... 114 NL 8 De camera leren gebruiken Basistechnieken voor betere beelden Scherpstellen Belichting Kleur Kwaliteit Scherpstellen De camera leren gebruiken Dit gedeelte beschrijft de basishandelingen voor het gebruik van uw camera. Het vertelt u hoe u de diverse camerafuncties moet gebruiken, zoals de functieknop (blz. 25), de menu’s (blz. 30), enz. Het onderwerp met succes scherpstellen Als u de sluiterknop half indrukt, stelt de camera automatisch scherp (Automatische scherpstelling). Vergeet niet dat de sluiterknop slechts half ingedrukt moet worden. Druk de sluiterknop gelijk helemaal in. Druk de sluiterknop half in. AE/AFvergrendelingsindicator Indicator knippert , Indicator brandt/piept Druk daarna de sluiterknop helemaal in. 60min Een stilstaand beeld opnemen waarop moeilijk scherpgesteld kan worden t [Scherpstellen] (blz. 35) Als het beeld zelfs na scherpstellen wazig is, kan dit komen doordat de camera is bewogen. t Zie "Tips om wazige beelden te voorkomen" (direct hieronder). Tips om wazige beelden te voorkomen Houd de camera stil en houd uw armen langs uw zij. U kunt het beste tegen een boom of gebouw in de buurt leunen zodat u stabiel staat. U kunt ook een zelfontspanner met een vertraging van 2 seconden, de anti-blur-functie of een statief gebruiken. Gebruik de flitser wanneer er weinig licht is. NL 9 Belichting De lichtintensiteit instellen U kunt diverse beelden creëren door de belichting en de ISO-gevoeligheid in te stellen. Belichting is de hoeveelheid licht die door de lens in de camera valt wanneer u de sluiterknop indrukt. Belichting: Sluitertijd = De tijdsduur gedurende welke het licht in de camera valt Diafragma = De grootte van de opening waardoor het licht in de camera valt ISO = Gevoeligheid van het opnamemedium Overbelichting = te veel licht Te licht beeld Juiste belichting Onderbelichting = te weinig licht Te donker beeld In de automatische instelfunctie wordt de belichting automatisch ingesteld op de juiste waarde. U kunt deze echter ook handmatig instellen met behulp van de hieronder beschreven functies. EV aanpassen: Hiermee kunt u de belichting aanpassen die door de camera is ingesteld. t blz. 34 Lichtmeetfun.: Hiermee kunt u het deel van het onderwerp veranderen dat wordt gemeten om de belichting in te stellen. t blz. 37 De ISO-gevoeligheid instellen ISO is de eenheid waarin de gevoeligheid wordt uitgedrukt door te schatten hoeveel licht er op het beeldopnameapparaat (soortgelijk aan fotofilm) valt. Zelfs wanneer de belichting hetzelfde is, zullen de beelden verschillen afhankelijk van de ISO-gevoeligheid. De ISO-gevoeligheid instellen t blz. 38 Hoge ISO-gevoeligheid Neemt een helder beeld op, zelfs op donkere plaatsen. Het beeld wordt echter korrelig. Lage ISO-gevoeligheid Neemt een vloeiender beeld op. Echter, als de belichting onvoldoende is, kan het beeld donkerder worden. NL 10 Kleur Over het effect van de lichtbron De camera leren gebruiken De natuurlijke kleur van het onderwerp wordt beïnvloed door de belichtingsomstandigheden. Voorbeeld: De kleur van een beeld wordt beïnvloed door de lichtbronnen Weer/lichtbron Eigenschappen van het licht Daglicht Bewolkt Fluorescerend Lamplicht Wit (standaard) Blauwachtig Blauwgetint Roodachtig In de automatische instelfunctie worden de kleurtinten automatisch ingesteld. U kunt de kleurtinten echter ook handmatig instellen met [Witbalans] (blz. 37). Kwaliteit Over "beeldkwaliteit" en "beeldformaat" Een digitaal beeld is samengesteld uit een groot aantal kleine puntjes, genaamd pixels. Als een beeld uit veel pixels bestaat, zal het beeld groot zijn, meer geheugenruimte in beslag nemen en met scherpe details worden weergegeven. Het "beeldformaat" wordt aangegeven met het aantal pixels. Ondanks dat u op het scherm van de camera het verschil niet kunt zien, verschillen de kleine details en de verwerkingstijd wanneer het beeld wordt afgedrukt of weergegeven op een computerscherm. Beschrijving van de pixels en het beeldformaat 1 Beeldformaat: 7M 3072 3072 pixels × 2304 pixels = 7.077.888 pixels 640 2304 480 Pixels 2 Beeldformaat: VGA(E-Mail) 640 pixels × 480 pixels = 307.200 pixels NL 11 Het te gebruiken beeldformaat kiezen (t stap 4 in "Lees dit eerst") Pixel Veel beeldpunten (Hoge beeldkwaliteit en groot bestand) Weinig beeldpunten (Lage beeldkwaliteit en klein bestand) De standaardinstellingen worden aangegeven met Beeldformaat 7M (3072×2304) Voorbeeld: Afdrukken van maximaal A3formaat Voorbeeld: Beeld versturen als bijlage bij e-mailberichten . Aanwijzingen voor gebruik Groter Max. formaat is A3 (11×17") 3:21) (3072×2048) Net als beeldverhouding 3:2 5M (2592×1944) Max. formaat is A4 (8×10") 3M (2048×1536) Max. formaat is 13×18cm (5×7") 2M (1632×1224) VGA (640×480) Max. formaat is 10×15cm (4×6") Kleiner 16:92) (1920×1080) Voor e-mail Weergeven op 16:9 HDTV3) 1) De beelden worden opgenomen in dezelfde 3:2-verhouding als fotopapier of briefkaarten, enzovoort. 2) Beide randen van het beeld kunnen worden afgesneden tijdens het afdrukken (blz. 100). 3) Als u een Memory Stick-sleuf of een USB-verbinding gebruikt, kunt u genieten van beelden van hogere kwaliteit. Videoformaat Frames/seconde Aanwijzingen voor gebruik 640(Fijn) (640×480) Ong. 30 Weergave op tv, hoge kwaliteit 640(Standaard) (640×480) Ong. 17 Weergave op tv, standaard 160 (160×112) Ong. 8 Voor e-mail • Een groter videoformaat betekent een betere kwaliteit. • De weergave wordt vloeiender naarmate u meer frames per seconde gebruikt. De beeldkwaliteit kiezen (compressieverhouding) in combinatie (blz. 38) U kunt de compressieverhouding kiezen die gebruikt wordt voor het opslaan van de digitale beelden. Als u een hoge compressieverhouding kiest, mist het beeld de fijne details, maar is het beeldbestand kleiner. NL 12 Plaats van de onderdelen Nadere bijzonderheden over de bediening vindt u op de tussen haakjes vermelde bladzijden. 3 2 4 De camera leren gebruiken 5 1 1 6 2 3 5 6 7 4 7 8 8 9 A (STEADY SHOT)-toets (t stap 5 in "Lees dit eerst") B Sluiterknop (t stap 5 in "Lees dit eerst") C POWER-toets/POWER-lampje (t stap 2 in "Lees dit eerst") D Oog voor polsriem (t "Lees dit eerst") E Microfoon F Flitser (t stap 5 in "Lees dit eerst") G Lens H Zelfontspannerlampje (t stap 5 in "Lees dit eerst")/AF-verlichting (53) I Lensafdekking (t stap 2 in "Lees dit eerst") 9 0 qaqs qdqf qg qh A Functieknop (25) B LCD-scherm (20) C Voor opnemen: Zoomtoetsen (W/T) (t stap 5 in "Lees dit eerst") Voor weergeven: / (Weergavezoom) toets/ (Index) toets (t stap 6 in "Lees dit eerst") D MENU-toets (30) E (schermweergave) toets (20) F Regeltoets Menu aan: v/V/b/B/z (t stap 2 in "Lees dit eerst") Menu uit: / / / (t stap 5 in "Lees dit eerst") G H (Diavoorstelling)-toets (27) (Beeldformaat/Wissen)-toets (t stap 4 en 6 in "Lees dit eerst") I Deksel van de accu/"Memory Stick Duo" (t stap 1 en 3 in "Lees dit eerst") J Toegangslampje (t stap 4 in "Lees dit eerst") K "Memory Stick Duo"-sleuf (t stap 3 in "Lees dit eerst") NL 13 L Accu-insteeksleuf (t stap 1 in "Lees dit eerst") M Accu-uitwerphendel (t stap 1 in "Lees dit eerst") N Multifunctionele aansluiting (onderkant) Bij gebruik van de AC-LS5K AC adapter (niet bijgeleverd) 2 Naar de multifunctionele aansluiting 1 Naar DC INaansluiting Kabel voor de multifunctionele v merkteken aansluiting 3 Naar stopcontact • U kunt de accu niet opladen door de camera aan te sluiten op de netspanningsadapter AC-LS5K. Gebruik de acculader om de accu op te laden. (t stap 1 in "Lees dit eerst") O Luidspreker P Schroefgat voor statief (onderkant) • Gebruik een statief met een schroeflengte van minder dan 5,5 mm. U kunt de camera niet stevig bevestigen op een statief waarvan de schroef langer is dan 5,5 mm. Bovendien kan hierdoor de camera beschadigd worden. NL 14 Indicators op het scherm Nadere bijzonderheden over de bediening vindt u op de tussen haakjes vermelde bladzijden. Scherm Camerafunctie (Scènekeuze) (t stap 5 in "Lees dit eerst") Camerafunctie (Programma) (25) 60min 3 SL 4 5 De camera leren gebruiken Bij opname van stilstaande beelden 1 Indicator Flitsfunctie (t stap 5 in "Lees dit eerst") Opladen flitser 1.3 Zoomvergroting (t 51, stap 5 in "Lees dit eerst") 2 Vermindering van het rodeogeneffect (52) Bij opname van bewegende beelden Scherpte (42) 60min 1 Contrast (41) 3 STBY ON 4 5 2 Lichtmeetmodus (37) VIVID NATURAL SEPIA B&W Scherm 60min z M AE/AF-vergrendeling (t stap 5 in "Lees dit eerst") BRK WB STBY OPNEMEN Opnamefunctie (25, 39) Witbalans (37) Indicator Macro/vergrootglas (t stap 5 in "Lees dit eerst") Indicator Accu-restlading (t stap 1 in "Lees dit eerst") Kleurfunctie (33) B A Scherm AF-verlichting (53) S AF M AF AF-functie (51) AF-bereikzoekerframe (35) 1.0m Scherpstellingvoorkeuzeafstand (35) STEADY SHOT OFF (t stap 5 in "Lees dit eerst") Standby/Opname voor bewegende beelden (t stap 5 in "Lees dit eerst") NL 15 C D Scherm Indicator 7M 3:2 5M 3M 2M 1M • VGA 16:9 FINE 640 STD 640 160 FINE STD 101 Scherm Beeldformaat (t stap 4 in "Lees dit eerst") Trillingswaarschuwing (9) • Geeft aan dat trillingen kunnen verhinderen dat de beelden scherp worden opgenomen als gevolg van onvoldoende belichting. Zelfs als de trillingswaarschuwing wordt weergegeven, kunt u toch het beeld opnemen. Wij adviseren u echter de anti-blur-functie in te schakelen, de flitser te gebruiken om een betere belichting te verkrijgen, of het statief o.i.d. te gebruiken om de camera te stabiliseren. wordt alleen weergegeven wanneer de Multi Burst-functie is ingeschakeld. 1M Beeldkwaliteit (38) Opnamemap (56) • Dit wordt niet weergegeven wanneer het interne geheugen wordt gebruikt. Resterende opslagcapaciteit van het interne geheugen (22) Resterende ruimte op de "Memory Stick" (21) 00:00:00 [00:28:05] Opnameduur [maximale opnameduur] (21) 1/30" Multi Burst-interval (41) 400 Resterend aantal opneembare beelden (21) Zelfontspanner (t stap 5 in "Lees dit eerst") C:32:00 Zelfdiagnosefunctie (103) ISO-nummer (38) ±0.7EV NL 16 Bracket-stapwaarde (41) Indicator E Waarschuwing voor zwakke accu (24, 103) + Dradenkruis van de puntlichtmeting (37) AF-bereikzoekerframe (35) E Scherm Indicator Histogram (20, 34) De camera leren gebruiken Lange sluitertijd NR • Bij gebruik van een sluitertijd van 1/25 seconde of langer, wordt de NR lange-sluitertijdfunctie automatisch ingeschakeld om beeldruis te verminderen. 125 Sluitertijd F3.5 Diafragmawaarde +2.0EV Belichtingswaarde (34) Menu (30) (niet weergegeven op het scherm op de voorgaande bladzijde) NL 17 Bij weergave van stilstaande beelden 1 60min M 101 VGA 101 12/12 C:32:00 1.3 +2.0EV Scherm 3 4 500 F3.5 5 2 2006 1 1 A 9: 30 AM Indicator Accu-restlading (t stap 1 in "Lees dit eerst") 60min Opnamefunctie (25, 39) M 7M 3:2 5M 3M 2M 1M Beeldformaat (t stap 4 in "Lees dit eerst") VGA 16:9 FINE 640 STD 640 160 Beveiliging (44) - Afdrukmarkering (DPOF) (86) Bij weergave van bewegende beelden Map veranderen (43) 1 60min • Dit wordt niet weergegeven wanneer het interne geheugen wordt gebruikt. 3 1.3 4 2 5 Zoomvergroting (t stap 6 in "Lees dit eerst") Stap 12/16 Beeld-voor-beeld-weergave (39) N Weergave (t stap 6 in "Lees dit eerst") Volume (t stap 6 in "Lees dit eerst") B Scherm Indicator 101-0012 Map-bestandsnummer (43) Weergavebalk (t stap 6 in "Lees dit eerst") NL 18 C Scherm Indicator Histogram (20, 34) Opnamemap (56) • • Dit wordt niet weergegeven wanneer het interne geheugen wordt gebruikt. 101 Scherm PictBridge-aansluiting (83) Weergavemap (43) • Dit wordt niet weergegeven wanneer het interne geheugen wordt gebruikt. Resterende opslagcapaciteit van het interne geheugen (22) Resterende ruimte op de "Memory Stick" (21) 8/8 12/12 Beeldnummer/Aantal beelden opgenomen in de gekozen map C:32:00 Zelfdiagnosefunctie (103) 00:00:12 Teller (t stap 6 in "Lees dit eerst") 2006 1 1 9:30 AM DPOF z PAUZE z AFSP. wordt weergegeven wanneer het histogram is uitgeschakeld. De camera leren gebruiken 101 E Indicator Opgenomen datum/tijd van het weergavebeeld Menu (30) De Multi Burst-beelden achter elkaar weergeven (39) VORIGE/ Beelden kiezen VOLGENDE VOLUME Volumeniveau instellen D Scherm Indicator PictBridge-aansluiting (84) • Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting niet los als het pictogram wordt weergegeven. +2.0EV Belichtingswaarde (34) ISO-nummer (38) Lichtmeetmodus (37) Flitser WB Witbalans (37) 500 Sluitertijd F3.5 Diafragmawaarde Weergavebeeld (t stap 6 in "Lees dit eerst") NL 19 Het weergavescherm veranderen Bij elke druk op de toets (schermweergave) verandert het scherm als volgt. Histogram aan 60min VGA 96 S AF Histogram scherm (blz. 34) Indicators uit S AF Indicators aan 60min VGA 96 S AF NL 20 • Wanneer u de toets (schermweergave) langer ingedrukt houdt, wordt de LCDachtergrondverlichting feller. • Als het histogram is ingeschakeld, wordt tijdens de weergave beeldinformatie weergegeven. • Het histogram wordt in de volgende gevallen niet weergegeven: Tijdens het opnemen – Wanneer het menu wordt weergegeven. – Wanneer u bewegende beelden opneemt. Tijdens het weergeven – Wanneer het menu wordt weergegeven. – In de indexfunctie. – Wanneer u de weergavezoom gebruikt. – Wanneer u stilstaande beelden roteert. – Wanneer bewegende beelden worden weergegeven. • Er kan een groot verschil optreden tussen het histogram dat wordt weergegeven tijdens het opnemen en tijdens het weergeven wanneer: – de flitser afgaat. – de sluitertijd lang of kort is. • Het histogram wordt misschien niet weergegeven voor beelden opgenomen op andere camera’s. Aantal stilstaande beelden en opnameduur van bewegende beelden De camera leren gebruiken De tabellen geven bij benadering het aantal stilstaande beelden en de opnameduur van bewegende beelden aan die kunnen worden opgenomen op een "Memory Stick Duo" die in deze camera is geformatteerd. De waarden kunnen variëren afhankelijk van de opnameomstandigheden. Zie blz. 11 in deze handleiding en stap 4 in "Lees dit eerst" voor meer informatie over beeldformaat en beeldkwaliteit. Het aantal stilstaande beelden (wanneer de beeldkwaliteit is ingesteld op [Fijn], (Eenheden: Beelden) zie bovenste regel en op [Standaard] zie onderste regel.) Capaciteit Formaat 32MB 7M 3M 2M VGA 16:9 128MB 256MB 512MB 1GB 2GB 9 18 37 67 137 279 573 18 36 73 132 268 548 1125 3:2 5M 64MB 9 18 37 67 137 279 573 18 36 73 132 268 548 1125 12 25 51 92 188 384 789 23 48 96 174 354 723 1482 20 41 82 148 302 617 1266 37 74 149 264 537 1097 2250 33 66 133 238 484 988 2025 61 123 246 446 907 1852 3798 196 394 790 1428 2904 5928 12154 491 985 1975 3571 7261 14821 30385 33 66 133 238 484 988 2025 61 123 246 446 907 1852 3798 • Het aantal vermelde beelden geldt voor wanneer [Mode] is ingesteld op [Normaal]. • Als het aantal resterende opneembare beelden hoger is dan 9.999, wordt de indicator ">9999" weergegeven. • U kunt het beeldformaat later veranderen ([Ander form.], blz. 45). De opnameduur van bewegende beelden Capaciteit Formaat 640(Fijn) 32MB 64MB (Eenheden: uren : minuten : seconden) 128MB 256MB 512MB 1GB 2GB 0:25:10 – – – 0:02:50 0:06:00 0:12:20 640(Standaard) 0:01:20 0:02:50 0:05:50 0:10:40 0:21:40 0:44:20 1:31:00 160 0:22:40 0:45:30 1:31:30 2:51:20 5:47:00 11:44:20 24:18:20 • Als het beeldformaat is ingesteld op [640(Fijn)] kunnen bewegende beelden alleen worden opgenomen op een "Memory Stick PRO Duo". • Wanneer beelden die zijn opgenomen met eerdere Sony modellen worden weergegeven op deze camera, kan de kan de weergave afwijken van het werkelijke beeldformaat. NL 21 Als u geen "Memory Stick Duo" hebt (Opnemen in het interne geheugen) De camera heeft een intern geheugen van 58 MB. Dit geheugen kan niet uit de camera worden verwijderd. Zelfs als geen "Memory Stick Duo" in de camera is geplaatst, kunt u beelden opnemen in dit interne geheugen. • Bewegende beelden met beeldformaat [640(Fijn)] kunnen niet worden opgenomen in het interne geheugen. Als een "Memory Stick Duo" is geplaatst [Opnemen]: De beelden worden op de "Memory Stick Duo" opgenomen. [Weergave]: De beelden op de "Memory Stick Duo" worden weergegeven. [Menu, Setup, enz.]: Diverse functies kunnen worden toegepast op de beelden op de "Memory Stick Duo". B Als er geen "Memory Stick Duo" is geplaatst B Intern geheugen [Opnemen]: De beelden worden in het interne geheugen opgenomen. [Weergave]: De beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen worden weergegeven. [Menu, Setup, enz.]: Diverse functies kunnen worden toegepast op de beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen. Het aantal stilstaande beelden dat kan worden opgenomen, en de opnameduur van bewegende beelden, in het interne geheugen zijn als volgt. Het aantal stilstaande beelden (Wanneer de beeldkwaliteit is ingesteld op [Fijn], zie bovenste regel; en op [Standaard], zie onderste regel.) (Eenheden: Beelden) Formaat Capaciteit 7M 3:2 58MB 16 16 23 37 60 357 60 33 33 43 67 111 892 111 5M 3M De opnameduur van bewegende beelden (Eenheden: uren : minuten : seconden) Formaat Capaciteit 58MB NL 22 640(Standard) 160 0:02:30 0:42:40 2M VGA 16:9 Over beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen U kunt het beste op een van de volgende manieren een reservekopie (back-up) maken van de gegevens. De camera leren gebruiken Een reservekopie (back-up) maken van de gegevens op een "Memory Stick Duo" Bereid een "Memory Stick Duo" voor met een opslagcapaciteit van 64 MB of meer en volg de procedure beschreven in [Kopiëren] (blz. 57). Een reservekopie (back-up) maken van de gegevens op een vaste schijf Volg de procedure op bladzijden 65 t/m 69 zonder dat een "Memory Stick Duo" in de camera is geplaatst. • U kunt beeldgegevens op een "Memory Stick Duo" niet kopiëren naar het interne geheugen. • Als u de camera aansluit op een computer met de kabel voor de multifunctionele aansluiting, kunt u gegevens die zijn opgeslagen in het interne geheugen, kopiëren naar een computer. U kunt echter gegevens die zijn opgeslagen op een computer, niet kopiëren naar het interne geheugen. NL 23 Levensduur van de accu en aantal beelden dat kan worden opgenomen/bekeken De tabellen geven bij benadering het maximale aantal beelden aan dat kan worden opgenomen/weergegeven tezamen met de gebruiksduur van de accu wanneer u beelden opneemt in de [Normaal] functie met een volledig opgeladen accu (bijgeleverd) bij een omgevingstemperatuur van 25°C. Het aantal beelden dat kan worden opgenomen of weergegeven maken het mogelijk de "Memory Stick Duo" te wisselen, indien noodzakelijk. Houd er rekening mee dat afhankelijk van de gebruiksomstandigheden de werkelijke aantallen lager kunnen liggen dan in de tabel wordt aangegeven. • De capaciteit van de accu neemt af naarmate u deze langer gebruikt, met het verstrijken van de tijd (blz. 109). • Het aantal beelden dat kan worden opgenomen/ weergegeven en de levensduur van de accu neemt af onder de volgende omstandigheden: – Wanneer de omgevingstemperatuur laag is. – Wanneer de flitser veelvuldig wordt gebruikt. – Wanneer de camera veelvuldig in- en uitgeschakeld wordt. – Wanneer de zoom veelvuldig wordt gebruikt. – De helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm is ingesteld op hoog. – Wanneer [AF-functie] op [Monitor] staat. – Wanneer [STEADY SHOT] op [Continu] staat. – Wanneer de accu zwak is. Bij opname van stilstaande beelden NL 24 Aantal beelden Levensduur van de accu (min.) Ong. 420 Ong. 210 • Opnemen in de volgende situaties: – Wanneer (Beeldkwaliteit) op [Fijn] staat. – Wanneer [AF-functie] op [Enkelvoud.] staat. – Wanneer [STEADY SHOT] op [Opnemen] staat. – Als u elke 30 seconden eenmaal opneemt. – Als de zoom beurtelings tussen de uiterste Wen T-kant omschakelt. – Als de flitser elke twee keer eenmaal afgaat. – Als de camera na elke tien opnamen eenmaal uit- en ingeschakeld wordt. • De meetmethode is gebaseerd op de CIPAnorm. (CIPA: Camera & Imaging Products Association) • Het aantal beelden dat kan worden opgenomen/ de levensduur van de accu is niet afhankelijk van het beeldformaat. Weergeven van stilstaande beelden Aantal beelden Levensduur van de accu (min.) Ong. 8000 Ong. 400 • Weergeven van enkelvoudige beelden op volgorde met tussenpozen van drie seconden Bij opname van bewegende beelden Levensduur van de accu (min.) Ong. 200 • Continu bewegende beelden opnemen met beeldformaat [160] De functieknop gebruiken Stel de functieknop in op de gewenste functie. Opnamefuncties voor stilstaande beelden De camera leren gebruiken Autom.: Automatische instelfunctie Voor eenvoudig opnemen met automatisch ingestelde instellingen. t stap 5 in "Lees dit eerst" Programma: Geprogrammeerde automatische opnamefunctie Voor opnemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde). U kunt ook de diverse instellingen kiezen op het menu. (Voor meer informatie over de beschikbare functies t blz. 31) : Scènekeuzefunctie Voor opnemen met vooraf ingestelde instellingen voor de betreffende scène. t stap 5 in "Lees dit eerst" • Als u de opnamefunctie wilt wijzigen t zie blz. 30 Weergave/bewerken t Opnemen van bewegende beelden stap 6 in "Lees dit eerst" t stap 5 in "Lees dit eerst" Functieknop Regeltoets Na blz. 33 worden de beschikbare instellingen voor de menu-items als volgt weergegeven. Niet beschikbaar Beschikbaar NL 25 Scènekeuzefunctie Voor verdere informatie t stap 5 in "Lees dit eerst" Om afhankelijk van de scène, het beeld op de juiste wijze op te nemen bepaalt de camera de meest geschikte combinatie van functie-instellingen. ( : u kunt de gewenste instelling selecteren) Macro/ vergrootglas Flitser AFScherpstellingbereikzoeker voorkeuze Witbalans Flitsniveau /— — —/— — /— Autom./ WB SL Burst/ Exposure Bracket/ Multi Burst — — /— —/— / /— / /— / /— / —/— NL 26 — — — Gebruik van de diavoorstelling Door eenvoudigweg op de -toets te drukken, kunt u de beelden voortdurend met beeldeffecten en begeleidingsmuziek weergeven (diavoorstelling). 1 Zet de functieknop in de stand . De camera leren gebruiken c c 2 Druk op . 3 De diavoorstelling begint. Het volumeniveau van de muziek instellen Druk op v/V om het volumeniveau in te stellen. De diavoorstelling pauzeren Druk op z op de regeltoets. Om te hervatten kiest u [Verder] en drukt u daarna op z. • De diavoorstelling wordt hervat vanaf het beeld waarbij de pauzestand werd ingesteld, de muziek begint echter opnieuw bij het begin. min VGA 2/9 Diavoorstelling Pauze Verder Sluiten VORIGE/VOLGENDE Voor weergave van het vorige/volgende beeld Druk in de pauzestand op b/B. De diavoorstelling stoppen Druk in de pauzestand op of kies [Sluiten] met V, en druk daarna op z. • Weergave van een diavoorstelling is niet mogelijk bij gebruik van de PictBridge-aansluiting. Om de instelling te veranderen U kunt de gewenste instelling van de diavoorstelling kiezen. U kunt ook de diavoorstelling opnieuw laten beginnen. 1 Druk op de MENU-toets om het menu weer te geven. (Dia) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z. 2 Kies min VGA 2/9 Diavoorstelling Autom. Interval Herhalen Aan Beeld Map Muziek Music3 Effecten Stijlvol Annul. Start NL 27 3 Kies het onderdeel dat u wilt instellen met v/V en kies daarna het gewenste onderdeel met b/B. 4 Kies [Start] met V/B en druk daarna op z. De diavoorstelling begint. Als u niet direct met de diavoorstelling wilt beginnen, drukt u op [Annul.]. • De gekozen instelling blijft gehandhaafd, totdat een andere instelling wordt uitgekozen. De volgende instellingen zijn beschikbaar. De standaardinstellingen worden aangegeven met . Effecten Eenvoudig Een eenvoudige diavoorstelling geschikt voor een grote variëteit aan scènes. Nostalgisch Een stemmige diavoorstelling die de sfeer van een filmscène oproept. Stijlvol Een stijlvolle diavoorstelling die op een middelmatige snelheid uitgevoerd wordt. Actief Een snelle diavoorstelling die geschikt is voor actieve scènes. Normaal Een standaard diavoorstelling waarbij de beelden elkaar opvolgen met een vooraf ingesteld interval. • Indien ingesteld op [Eenvoudig], [Nostalgisch], [Stijlvol] of [Actief]: – Kunnen alleen stilstaande beelden weergegeven worden. – Van de beelden, opgenomen met Multiburst, wordt alleen de eerste van de reeks beelden weergegeven. • Er wordt geen muziek weergegeven (ingesteld op [Uit]) tijdens een [Normaal] diavoorstelling. Het geluid van de bewegende beelden is hoorbaar. Muziek De vooraf ingestelde muziek verschilt, afhankelijk van het door u geselecteerde effect. NL 28 Music1 De standaardinstelling voor een [Eenvoudig]-diavoorstelling. Music2 De standaardinstelling voor een [Nostalgisch]diavoorstelling. Music3 De standaardinstelling voor een [Stijlvol]-diavoorstelling. Music4 De standaardinstelling voor een [Actief]-diavoorstelling. Uit De instelling voor een [Normaal]-diavoorstelling. Geen muziek beschikbaar. Beeld Geeft alle beelden weer in de geselecteerde map. Alle Geeft alle beelden weer die op een "Memory Stick Duo" zijn opgeslagen. De camera leren gebruiken Map Herhalen Aan Geeft alle beelden weer in een continu herhaalde weergave. Uit Nadat alle beelden zijn weergegeven, eindigt de diavoorstelling. Interval 3 sec 5 sec Het weergave-interval van beelden voor een [Normaal]diavoorstelling instellen. 10 sec 30 sec 1 min Start Hiermee laat u de diavoorstelling beginnen. Annul. De diavoorstelling annuleren. z Muziekbestanden toevoegen/wijzigen U kunt uw favoriete muziek vanaf cd's of MP3-bestanden kopiëren naar de camera om af te spelen tijdens een diavoorstelling. U kunt de muziek kopiëren met [Downl. muz.] in het gedeelte (Setup) met behulp van de software "Music Transfer" (bijgeleverd) die is geïnstalleerd op een computer. Zie blz. 77 en 79 voor meer informatie. • U kunt maximaal vier muziekstukken in de camera opslaan (U kunt de vier vooraf ingestelde muziekstukken (Music 1-4) vervangen door uw eigen muziek). • De maximale tijdsduur van elk muziekbestand voor weergave met de camera is 180 seconden. • Als weergave van een muziekbestand, door beschadiging van het muziekbestand of andere storingen, niet mogelijk is moet u [Format. muz.] (blz. 58) uitvoeren en de muziek nog een keer naar de camera kopiëren. NL 29 Het menu gebruiken De menuonderdelen gebruiken v/V/b/B toets Functieknop z toets MENU-toets Regeltoets 1 Schakel de camera in en zet de functieknop in de gewenste stand. Afhankelijk van de stand van de functieknop en de menuonderdelen beschikbaar. (Camera) menu-instellingen, zijn verschillende 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies het gewenste menuonderdeel met 400 200 100 80 b/B op de regeltoets. • Als het gewenste onderdeel niet zichtbaar is, houdt u b/B ingedrukt totdat het onderdeel op het scherm verschijnt. • Als de functieknop in de stand staat, drukt u op z nadat u een onderdeel hebt gekozen. ISO ISO Mode BRK M 4 Kies de gewenste instelling met v/V. De instelling die u kiest wordt groter en ingesteld. 5 Druk op MENU om het menu te verbergen. Schakelen tussen de huidige functie en de opnamefunctie U kunt het menu ook verbergen door de sluiterknop half in te drukken. • Als een menuonderdeel niet wordt weergegeven, wordt de indicator v/V weergegeven aan het uiteinde van waar de menuonderdelen normaal gesproken worden weergegeven. Om de niet-weergegeven menuonderdelen weer te geven, kiest u deze indicator met de regeltoets. • U kunt geen onderdelen instellen die niet beschikbaar zijn. NL 30 Menuonderdelen Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 De beschikbare menu-onderdelen verschillen afhankelijk van de stand van de functieknop. Alleen de beschikbare menuonderdelen worden op het scherm weergegeven. ( : beschikbaar) Stand van functieknop: Autom. Programma Scène Menu voor opnemen (blz. 33) (EV) — — — — — — — 9 (Scherpstellen) — — (Lichtmeetfun.) — — WB (Witbalans) — ISO — — — — — — (Beeldkwaliteit) — Mode (Opn.functie) BRK (Bracket-stap) M — — — * — — (Interval) — * — — (Flitsniveau) — * — — (Contrast) — — — — — — — (Scherpte) (Setup) Het menu gebruiken (Camera) COLOR (Kleurfunctie) — — NL 31 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 Menu voor weergeven (blz. 43) — — — — - (Beveiligen) (Map) — — — — DPOF — — — — (Afdrukken) — — — — (Dia) — — — — (Ander form.) — — — — (Roteren) — — — — (Opdelen) — — — — (Setup) — — — — Trimmen** — — — — * De bediening wordt beperkt volgens de instelling van de scènekeuzefunctie (blz. 26). ** Alleen beschikbaar tijdens weergavezoom. NL 32 Menu voor opnemen De standaardinstellingen worden aangegeven met Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 . (Camera) Kies de camerafunctie voor stilstaand beeld. t stap 5 in "Lees dit eerst" COLOR (Kleurfunctie) Door toepassing van kleureffecten kunt u de kleurinstelling van het beeld veranderen. Hiermee wordt het beeld ingesteld op monochroom Sepia (SEPIA) Hiermee wordt het beeld ingesteld op sepiakleuren Natuurlijk (NATURAL) Hiermee wordt het beeld ingesteld op rustige kleuren Levendig (VIVID) Hiermee wordt het beeld ingesteld op heldere, diepe kleuren Het menu gebruiken Z-W (B&W) Normaal • Bij het opnemen van bewegende beelden zijn alleen [Z-W] en [Sepia] voor keuze beschikbaar. • In de stand [Multi Burst] wordt de kleurinstelling ingesteld op [Normaal]. NL 33 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 (EV) Met deze instelling kunt u de belichting handmatig instellen. Naar – Naar + M +2.0EV Naar +: Maakt het beeld helderder. 0EV De belichting wordt door de camera automatisch ingesteld. m –2.0EV Naar –: Maakt het beeld donkerder. • Voor verdere informatie over de belichting t blz. 10 • De compensatiewaarde kan worden ingesteld in stappen van 1/3EV. • Wanneer een onderwerp wordt opgenomen onder bijzonder heldere of donkere omstandigheden, of wanneer u de flitser gebruikt, kan de belichting niet goed worden ingesteld. z EV (Belichtingswaarde) instellen door een histogram weer te geven 60min A B Donker Helder Een histogram is een grafiek die de helderheid van een beeld weergeeft. Druk herhaaldelijk op (schermweergave) om het histogram op het scherm weer te geven. De grafiek duidt op een helder beeld wanneer deze rechterkant ervan hoog is, en op een donker beeld wanneer de linkerkant ervan hoog is. Zet de functieknop in de stand en stel EV in terwijl u de belichting controleert aan de hand van het histogram. A Aantal pixels B Helderheid • Het histogram wordt tevens in de volgende gevallen weergegeven, zonder dat u de belichting kunt instellen. – Wanneer (Camera) op [Autom.] staat – Wanneer één stilstaand beeld wordt weergegeven – Tijdens Quick Review NL 34 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 9 (Scherpstellen) Met deze instelling kunt u de scherpstellingsmethode veranderen. Gebruik het menu als het moeilijk is goed scherp te stellen met de automatische-scherpstellingsfunctie. (oneindige afstand) 7.0m 3.0m 0.5m ) Het menu gebruiken • Wanneer u een onderwerp door een net of door een ruit opneemt, is het moeilijk om scherp te stellen in de automatischescherpstellingsfunctie. In dergelijke gevallen is het handig om [Scherpstellen] te gebruiken. 1.0m Punt-AF ( Hiermee wordt scherpgesteld op het onderwerp met behulp van een vooraf ingestelde afstand tot het onderwerp. (Scherpstelling-voorkeuze) Hiermee wordt automatisch scherpgesteld op een buitengewoon klein onderwerp of binnen een klein bereik. • Als u deze functie tegelijk met de AF-vergrendelfunctie gebruikt, kunt u de gewenste beeldcompositie opnemen. Houd de camera stil zodat het onderwerp niet buiten het AF-bereikzoekerframe valt. 60min AF-bereikzoekerframe Indicator van AFbereikzoekerframe Midden-AF ( ) Stelt automatisch scherp op een onderwerp in het midden van het zoekerframe. • Als u dit gebruikt met de AF-vergrendelfunctie, kunt u de gewenste beeldcompositie opnemen. 60min AF-bereikzoekerframe Indicator van AFbereikzoekerframe Multi-AF (Multipoint-AF) (Stilstaand beeld (Bewegend beeld Hiermee wordt automatisch scherpgesteld op een onderwerp in het hele bereik van het zoekerframe. ) ) • Deze functie is handig wanneer het onderwerp zich niet in het midden van het frame bevindt. 60min AF-bereikzoekerframe Indicator van AFbereikzoekerframe NL 35 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 • AF betekent Auto Focus (automatische scherpstelling). • De informatie over de ingestelde afstand in [Scherpstellen] is slechts bij benadering. Als u de lens op en neer beweegt, wordt de fout vergroot. • Voor het opnemen van bewegende beelden adviseren wij u [Multi-AF] te gebruiken, omdat dan de automatische scherpstelling ook werkt bij een bepaalde hoeveelheid trillingen. • Wanneer u digitale zoomfunctie of AF-verlichting gebruikt, wordt voorrang gegeven aan bewegingen van onderwerpen in of vlakbij het midden van het frame. In dit geval knippert , of indicator en wordt het AF-bereikzoekerframe niet weergegeven. • Sommige opties zijn, afhankelijk van de scènefunctie, niet beschikbaar (blz. 26). z Als het onderwerp niet scherpgesteld is Als u opneemt met het onderwerp aan de rand van het frame (of het scherm), of wanneer u [Midden-AF] of [Punt-AF] gebruikt, is het mogelijk dat de camera het onderwerp niet scherpstelt. In dat geval gaat u als volgt te werk. 1 Stel het beeld opnieuw samen, zodat het onderwerp zich in het midden van het AFbereikzoekerframe bevindt en druk de sluiterknop half in om op het onderwerp scherp te stellen (AF-vergrendeling). 60min AE/AF-vergrendelingsindicator AF-bereikzoekerframe Zolang u de sluiterknop maar niet helemaal indrukt, kunt u deze procedure zo vaak als u wilt herhalen. 2 Wanneer de indicator van de AE/AF-vergrendeling stopt met knipperen en aan blijft, keert u terug naar het volledig samengestelde beeld en drukt u de sluiterknop helemaal in. 60min NL 36 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 (Lichtmeetfun.) Met deze instelling kunt u de lichtmeetfunctie kiezen die bepaalt welk deel van het onderwerp wordt gemeten voor de berekening van de belichting. Punt (Puntlichtmeting) ( ) Hiermee wordt slechts een deel van het onderwerp gebruikt voor de lichtmeting. • Deze functie is handig wanneer het onderwerp van achteren wordt belicht of wanneer er een sterk contrast is tussen het onderwerp en de achtergrond. Het menu gebruiken 60min Dradenkruis van de puntlichtmeting Plaats dit op het onderwerp. Midden (Lichtmeting met nadruk op het midden) ( ) Hiermee wordt het midden van het beeld gebruikt voor de lichtmeting en wordt de belichting berekend aan de hand van de helderheid van dat deel van het onderwerp. Multi (Lichtmeting met meerdere patronen) Hiermee wordt het beeld onderverdeeld in meerdere delen en wordt op elk deel een lichtmeting uitgevoerd. De camera berekent een uitgebalanceerde belichting. • Voor verdere informatie over de belichting t blz. 10 • Bij gebruik van puntlichtmeting of lichtmeting met nadruk op het midden, adviseren wij u [9] (Scherpstellen) in te stellen op [Midden-AF] om scherp te stellen op de plaats van de lichtmeting (blz. 35). WB (Witbalans) Met deze instelling kunt u de kleurtinten compenseren aan de hand van de lichtomstandigheden tijdens het opnemen, bijvoorbeeld wanneer de kleuren van het beeld vreemd lijken. Flitser ( WB ) Hiermee wordt gecompenseerd voor de flitser. • U kunt dit onderdeel niet kiezen als u bewegende beelden opneemt. Gloeilamp (n) Fluorescerend ( Hiermee wordt gecompenseerd voor plaatsen waar de belichtingsomstandigheden snel veranderen, zoals in een feestzaal of onder felle verlichting zoals in een fotostudio. ) Hiermee wordt gecompenseerd voor fluorescerende verlichting. Bewolkt ( ) Hiermee wordt gecompenseerd voor een bewolkte lucht. Daglicht ( ) Hiermee wordt gecompenseerd voor het buitenshuis opnemen van nachtscènes, neonreclame, vuurwerk of zonsopkomst, of voor omstandigheden voor of na zonsondergang. Autom. Hiermee wordt automatisch gecompenseerd en de witbalans automatisch ingesteld. NL 37 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 • Voor verdere informatie over de witbalans t blz. 11 • Het is mogelijk dat de witbalansfunctie niet goed werkt onder fluorescerende lampen die flikkeren, ondanks dat u [Fluorescerend] ( ) hebt ingesteld. • Wanneer de flitser afgaat, wordt [Flitser] ( WB ) automatisch ingesteld op [Autom.], behalve in de functie [WB]. • Sommige opties zijn niet beschikbaar, afhankelijk van de scènefunctie (blz. 26). ISO Met deze instelling kunt u de lichtgevoeligheid instellen in de eenheid ISO. Hoe hoger de waarde, hoe gevoeliger voor licht. 1000 800 Kies een hoog nummer wanneer u op een donkere plaats of een snel bewegend onderwerp opneemt, of kies een laag nummer om een hoge beeldkwaliteit te krijgen. 400 200 100 80 Autom. • • • • Voor verdere informatie over de ISO-lichtgevoeligheid t blz. 10 Merk op dat het beeld meer ruis zal vertonen naar mate de ISO-gevoeligheidswaarde hoger wordt. [ISO] is ingesteld op [Autom.] in de scènekeuzefunctie. Wanneer u opneemt bij heldere omstandigheden, verhoogt de camera automatisch de kleurtintreproductie en helpt zo te voorkomen dat het beeld wit wordt (behalve wanneer [ISO] is ingesteld op [80] of [100]). (Beeldkwaliteit) Met deze instelling kunt u de kwaliteit kiezen van stilstaande beelden. Fijn (FINE) Hiermee wordt op hoge kwaliteit (lage compressie) opgenomen. Standaard (STD) Hiermee wordt op standaardkwaliteit (hoge compressie) opgenomen. • Voor verdere informatie over de beeldkwaliteit t blz. 11 NL 38 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 Mode (Opn.functie) Met deze instelling kunt u kiezen of de camera meerdere beelden achter elkaar opneemt of niet wanneer u op de sluiterknop drukt. Multi Burst ( M ) Hiermee worden 16 frames achter elkaar als een stilstaandbeeldbestand opgenomen wanneer u op de sluiterknop drukt. Exposure Bracket (BRK) Het menu gebruiken • Dit is handig om bijvoorbeeld uw sportprestaties te controleren. • U kunt het sluiterinterval voor Multi Burst instellen bij [Interval] functie (blz. 41). Neemt een serie van drie beelden op met de belichtingswaarden iets automatisch verschoven. • Als u de juiste belichting niet kunt bepalen, gebruikt u deze functie, zodat de belichtingswaarde wordt verschoven. U kunt naderhand het beeld met de beste belichting kiezen. Burst ( ) Hiermee wordt het maximale aantal beelden achter elkaar opgenomen (zie de tabel op de volgende bladzijde) wanneer u de sluiterknop ingedrukt houdt. • Nadat "Neemt op" is uitgegaan, kunt u het volgende beeld opnemen. Normaal Hiermee worden niet meerdere beelden achter elkaar opgenomen. Over [Multi Burst] • U kunt de beelden opgenomen in de Multi Burst-functie achter elkaar weergeven met behulp van de volgende procedures: – Pauzeren/hervatten: Druk op z op de regeltoets. – Frame-voor-frame weergeven: Druk in de pauzestand op b/B. Druk op z om de weergave in series te hervatten. • U kunt de volgende bedieningen niet uitvoeren in de Multi Burst-functie: – Slimme-zoomfunctie – Flitser – Opdelen van een serie beelden opgenomen in de Multi Burst-functie – Een frame extraheren of verwijderen uit een reeks beelden die in de Multi Burst-functie zijn opgenomen – Het frame-interval instellen op een andere waarde dan [1/30] wanneer (Camera) op [Autom.] staat • Tijdens het weergeven van een serie beelden opgenomen in de Multi Burst-functie met behulp van een computer of een camera die niet is uitgerust met de Multi Burst-functie, wordt het beeld weergegeven als een enkel beeld met 16 frames. • Het beeldformaat van beelden, opgenomen in de Multi Burst-functie, is 1M. • Het kan voorkomen dat het, afhankelijk van de scènekeuzefunctie, niet mogelijk is om beelden op te nemen in de Multi Burst-functie (blz. 26). NL 39 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 Over de [Exposure Bracket] • De flitser staat op (Altijd flitsen uitgeschakeld). • De scherpstelling en de witbalans worden voor het eerste beeld ingesteld, en deze instellingen worden ook gebruikt voor de andere beelden. • Als de belichting handmatig is ingesteld (blz. 34), wordt de belichting verschoven aan de hand van de veranderde helderheid. • Het opname-interval is ongeveer 1 seconden. • Als het onderwerp te helder of te donker is, kan het onmogelijk zijn goed op te nemen met de gekozen Bracket-stapwaarde. • Het kan voorkomen dat het, afhankelijk van de scènekeuzefunctie, niet mogelijk is om beelden op te nemen in de Exposure Bracket-functie (blz. 26). Over [Burst] • De flitser staat op (Altijd flitsen uitgeschakeld). • Als u opneemt met de zelfontspanner, wordt een serie van maximaal vijf beelden opgenomen. • Het opname-interval is ongeveer 0,92 seconden. • Als de acculading laag is, of wanneer het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" vol is, stopt de Burst-functie. • Afhankelijk van de scènefunctie is het mogelijk dat u geen beelden kunt opnemen in de Burst-functie (blz. 26). Maximaal aantal opnamen achter elkaar (Eenheden: beelden) Kwaliteit Fijn Standaard 7M 5 8 3:2 5 8 5M 6 11 Formaat NL 40 3M 9 17 2M 15 27 VGA 85 100 16:9 15 27 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 BRK (Bracket-stap) Neemt een serie van drie beelden op met de belichtingswaarden iets automatisch verschoven. ±1.0EV Verschuift de belichtingswaarde met plus of min 1,0EV. ±0.7EV Verschuift de belichtingswaarde met plus of min 0,7EV. ±0.3EV Verschuift de belichtingswaarde met plus of min 0,3EV. • BRK (Bracket-stap) wordt niet weergegeven in sommige scènekeuzefuncties. Het menu gebruiken M (Interval) Met deze instelling kunt u het frame-interval van de [Multi Burst] functie instellen (blz. 39). 1/7.5 (1/7.5") 1/15 (1/15") 1/30 (1/30") • M • Selecteer eerst [Multi Burst] bij [Mode] en stel vervolgens het gewenste frame-interval in bij [Interval]. Als u een andere functie selecteert dan [Multi Burst], is deze functie niet beschikbaar. (Interval) wordt niet weergegeven in sommige scènekeuzefuncties. (Flitsniveau) Met deze instelling kunt u de hoeveelheid flitslicht instellen. + ( +) Naar +: Hiermee wordt het flitsniveau hoger. Normaal – ( –) Naar –: Hiermee wordt het flitsniveau lager. • Om de flitsfunctie te veranderen t stap 5 in "Lees dit eerst" • Afhankelijk van de scènefunctie is het mogelijk dat u het flitsniveau niet kunt instellen (blz. 26). (Contrast) Het contrast van het beeld instellen. +( ) Naar +: Het contrast wordt groter. Normaal –( ) Naar –: Het contrast wordt kleiner. NL 41 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 (Scherpte) De scherpte van het beeld instellen. +( ) Naar +: Het beeld wordt scherper. Normaal –( ) (Setup) Zie blz. 50. NL 42 Naar –: Het beeld wordt waziger. Menu voor weergeven De standaardinstellingen worden aangegeven met Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 . (Map) Kiest de map met daarin het beeld dat u wilt weergeven wanneer u de camera gebruikt met een "Memory Stick Duo". OK Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt de keuze geannuleerd. Het menu gebruiken 1 Kies de gewenste map met b/B op de regeltoets. Map kiezen 102 2/2 Mapnaam: 102MSDCF Aant. best.: 9 Gemaakt: 2006 1 1 1::05:34AM OK Annul. VORIGE/VOLGENDE 2 Kies [OK] met v en druk daarna op z. z Over de map De camera slaat de opgenomen beelden op in een opgegeven map op de "Memory Stick Duo" (blz. 56). U kunt de map veranderen of een nieuwe maken. • Om een nieuwe map voor opgenomen beelden te maken t [Opnamemap maken] (blz. 56) • Om de map voor opgenomen beelden te veranderen t [Opnamemap wijz.] (blz. 57) • Wanneer meerdere mappen worden gemaakt in de "Memory Stick Duo" en het eerste of laatste beeld in de map wordt weergegeven, worden de volgende indicators weergegeven. : U kunt naar de voorgaande map gaan. : U kunt naar de volgende map gaan. : U kunt naar zowel de voorgaande als volgende mappen gaan. NL 43 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 - (Beveiligen) Met deze instelling kunt u de beelden beveiligen tegen per ongeluk wissen. Beveiligen (-) Zie de onderstaande procedure. Sluiten Hiermee wordt de beveiliging opgeheven. Beelden beveiligen in de enkelbeeldfunctie 1 Geef het beeld weer dat u wilt beveiligen. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies [-] (Beveiligen) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z. Het beeld is beveiligd en de indicator - (Beveiligen) wordt op het beeld weergegeven. 60min VGA 2/9 - 4 Als u andere beelden wilt beveiligen, kiest u het gewenste beeld met b/B en drukt u daarna op z. Beelden beveiligen in de indexfunctie 1 Druk op (Index) om het indexscherm weer te geven. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies [-] (Beveiligen) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z. 4 Kies [Kiezen] met v/V en druk daarna op z. 5 Kies het beeld dat u wilt beveiligen met v/V/b/B en druk daarna op z. Een groene - indicator wordt op het gekozen beeld weergegeven. - (groen) MENU 6 Herhaal stap 5 om andere beelden te beveiligen. 7 Druk op MENU. 8 Kies [OK] met B en druk daarna op z. De - indicator wordt wit. De geselecteerde beelden zijn beveiligd. • Om alle beelden in de map te beveiligen, kiest u [Alle in deze map] in stap 4 en drukt u daarna op z. Kies [Aan] met B en druk daarna op z. NL 44 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 Om de beveiliging te annuleren In de enkelbeeldfunctie Druk op z in stap 3 of 4 van "Beelden beveiligen in de enkelbeeldfunctie". In de indexfunctie 1 Kies het beeld waarvan u de beveiliging wilt opheffen in stap 5 van "Beelden beveiligen in de indexfunctie". 2 Druk op z om de - indicator grijs te laten worden. 3 Herhaal bovenstaande bediening bij alle beelden waarvan u de beveiliging wilt opheffen. Het menu gebruiken 4 Druk op MENU, kies [OK] met B en druk daarna op z. De beveiliging van alle beelden in een map annuleren Kies [Alle in deze map] in stap 4 van "Beelden beveiligen in de indexfunctie" en druk op z. Kies [Uit] met B en druk daarna op z. • Houd er rekening mee dat bij het formatteren van het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" alle gegevens die zijn opgeslagen op het opnamemedium worden gewist, zelfs als de beelden zijn beveiligd, en dat de gegevens niet kunnen worden hersteld. • Het activeren van de beveiliging van een beeld kan enige tijd duren. DPOF Met deze instelling kunt u een afdrukken (blz. 86). (afdrukmarkering) aanbrengen op de beelden die u wilt (Afdrukken) Zie blz. 82. (Dia) Zie blz. 27. (Ander form.) Met deze instelling kunt u het beeldformaat van een opgenomen beeld veranderen (Formaat veranderen) en het opslaan als een nieuw bestand. Ook nadat u het formaat hebt veranderd, blijft het oorspronkelijke beeld bewaard. 7M 5M Het ingestelde beeldformaat is slechts een richtlijn. t stap 4 in "Lees dit eerst" 3M 2M VGA Annul. Hiermee wordt het veranderen van het beeldformaat geannuleerd. NL 45 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 1 Geef het beeld weer waarvan u het beeldformaat wilt veranderen. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies [ ] (Ander form.) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z. 4 Kies het gewenste formaat met v/V en druk daarna op z. Het beeld met het nieuwe formaat wordt opgenomen en opgeslagen in de opnamemap als het meest recente bestand. • Voor verdere informatie over [Beeldformaat] t stap 4 in "Lees dit eerst" • U kunt het beeldformaat van bewegende beelden of beelden opgenomen in de Multi Burst-functie, niet veranderen. • Wanneer u van een klein formaat overschakelt op een groot formaat, gaat de beeldkwaliteit achteruit. • U kunt niet veranderen naar het beeldformaat 3:2 of 16:9. • Wanneer u het formaat verander van een beeld met het formaat 3:2 of 16:9, worden zwarte banden langs de onder- en bovenrand van het scherm weergegeven. (Roteren) Met deze instelling kunt u een stilstaand beeld roteren. Hiermee wordt een beeld geroteerd. Zie de onderstaande procedure. OK Hiermee wordt het geroteerde beeld vastgelegd. Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt het roteren geannuleerd. 1 Geef het beeld weer dat u wilt roteren. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies [ 4 Kies [ ] (Roteren) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z. ] met v en roteer daarna het beeld met b/B. 5 Kies [OK] met v/V en druk daarna op z. • U kunt beveiligde beelden, bewegende beelden en beelden opgenomen in de Multi Burst-functie, niet roteren. • Beelden die met andere camera’s zijn opgenomen, kunnen soms niet worden geroteerd. • Wanneer u beelden op een computer weergeeft, is het afhankelijk van de gebruikte software mogelijk dat de beeldrotatie-informatie niet tot uitdrukking komt. NL 46 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 (Opdelen) Met deze instelling kunt u bewegende beelden knippen of onnodige scènes van bewegende beelden verwijderen. Dit is de aanbevolen functie om te gebruiken wanneer de capaciteit van het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" onvoldoende is, of wanneer u bewegende beelden als bijlage met uw e-mailberichten verstuurt. • Vergeet niet dat de oorspronkelijke bewegende beelden zullen worden gewist en dat het nummer zal worden overgeslagen. Bovendien kunt u de bestanden niet herstellen nadat deze eenmaal zijn geknipt. Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt het knippen geannuleerd. Het menu gebruiken OK Voorbeeld: Bewegende beelden met nummer 101_0002 knippen Dit gedeelte beschrijft onderstaand voorbeeld waarin bewegende beelden met nummer 101_0002 worden geknipt en gedeeltelijk worden gewist. 101_0003 101_0001 1 3 2 101_0002 1 Knippen van scène A. 1 A B 2 3 101_0002 Opdelen 101_0002 wordt opgedeeld in 101_0004 en 101_0005. 2 Knippen van scène B. 101_0004 1 3 A 2 B 101_0005 Opdelen 101_0005 wordt opgedeeld in 101_0006 en 101_0007. 3 Wissen van scènes A en B als deze overbodig zijn. 101_0004 1 3 A 101_0007 2 B 101_0006 Wissen Wissen NL 47 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 4 Alleen de gewenste scène blijft over. 1 3 2 101_0006 Procedure 1 Geef de bewegende beelden weer die u wilt knippen. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies [ ] (Opdelen) met b/B op de regeltoets en druk daarna op z. 4 Kies [OK] met v en druk daarna op z. De bewegende beelden worden gestart. 5 Druk op z op het gewenste knippunt. 60min STD 640 10/10 00:00:02 OK • Als u het knippunt wilt aanpassen, kiest u [c/C] (frame achteruit/vooruit) en past u het knippunt aan met behulp van b/B. • Als u een ander knippunt wilt kiezen, kiest u [Annul.]. De bewegende beelden worden opnieuw gestart. 6 Kies [OK] met v/V en druk daarna op z. 7 Kies [OK] met v en druk daarna op z. De bewegende beelden worden geknipt. • De geknipte bewegende beelden krijgen nieuwe nummers toegekend en worden vervolgens opgenomen als de meest recente bestanden in de gekozen opnamemap. • De volgende soorten beelden kunnen niet worden geknipt. – Stilstaande beelden – Bewegende beelden die niet lang genoeg zijn om te knippen (korter dan ongeveer twee seconden) – Beveiligde bewegende beelden (blz. 44) (Setup) Zie blz. 50. NL 48 Voor informatie over de bediening 1 blz. 30 Trimmen Met deze instelling kunt u een vergroot beeld opnemen (t stap 6 in "Lees dit eerst") als een nieuw bestand. Trimmen Zie de onderstaande procedure. Terug Hiermee wordt het trimmen geannuleerd. 1 Druk tijdens de weergavezoom op MENU om het menu weer te geven. Het menu gebruiken 2 Kies [Trimmen] met B op de regeltoets en druk daarna op z. 3 Kies het beeldformaat met v/V en druk daarna op z. Het getrimde beeld wordt opgenomen en het oorspronkelijke beeld wordt weer weergegeven. • Het getrimde beeld wordt opgenomen als het nieuwste bestand in de gekozen opnamemap en het oorspronkelijke beeld blijft behouden. • De beeldkwaliteit van getrimde beelden kan verslechteren. • U kunt niet trimmen naar beeldformaat 3:2 of 16:9. • U kunt beelden die worden weergegeven met Quick Review niet trimmen. NL 49 Het Setup-scherm gebruiken De Setup-onderdelen gebruiken U kunt de standaardinstellingen veranderen met behulp van het Setup-scherm. v/V/b/B toets Functieknop z toets MENU-toets Regeltoets 1 Schakel de camera in. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Druk op B op de regeltoets, ga naar de instelling (Setup), en druk daarna nog een keer op B. 4 Druk op v/V/b/B op de regeltoets en kies het onderdeel dat u wilt instellen. De omframing van het gekozen onderdeel verandert in geel. 5 Druk op z om de instelling in te voeren. Druk op MENU om het (Setup)-scherm uit te schakelen. Om terug te keren naar het menu vanaf het scherm (Setup), drukt u herhaaldelijk op b op de regeltoets. • Druk de sluiterknop half in om het scherm (Setup) te sluiten en terug te keren naar de opnamefunctie. Als het menu niet wordt weergegeven Houd MENU langer ingedrukt om het scherm De (Setup) weer te geven. (Setup)-instelling annuleren Kies [Annul.] als dit wordt weergegeven en druk daarna op z op de regeltoets. Als dit niet wordt weergegeven, kiest u de voorgaande instelling opnieuw. NL 50 • Deze instelling blijft ook na het uitschakelen van de camera bewaard. Camera 1 1 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 De standaardinstellingen worden aangegeven met . AF-functie Met deze instelling kunt u de werking van de automatische scherpstelling instellen. Enkelvoud. (S AF) Hiermee wordt het beeld automatisch scherpgesteld zodra de sluiterknop half ingedrukt wordt gehouden. Deze functie is handig bij het opnemen van stilstaande onderwerpen. Monitor (M AF) Hiermee wordt het beeld automatisch scherpgesteld voordat de sluiterknop half ingedrukt wordt gehouden. Door deze functie wordt de tijdsduur, benodigd voor scherpstelling, korter. Het Setup-scherm gebruiken • Er wordt meer acculading verbruikt dan in de [Enkelvoud.] functie. Digitale zoom Hiermee selecteert u de digitale zoomfunctie. De camera vergroot het beeld met behulp van optische zoom (max. 3×). Zodra de zoomvergrotingsfactor hoger wordt dan 3×, gebruikt de camera de slimme-zoomfunctie of de precisie-digitale-zoomfunctie. Slim (Slimme-zoomfunctie) ( ) Hiermee wordt het beeld vrijwel zonder vervorming digitaal vergroot. Dit is niet beschikbaar wanneer het beeldformaat is ingesteld op [7M] of [3:2]. • De maximale zoomvergroting in de Slimme-zoomfunctie wordt aangegeven in de onderstaande tabel. Nauwkeurig (Precisie-digitale-zoom) ( ) Hiermee worden alle beeldformaten tot maximaal 6× vergroot, maar de beeldkwaliteit verslechtert. Uit Hiermee wordt de digitale zoomfunctie niet gebruikt. Beeldformaat en maximale zoomvergrotingsfactor bij gebruik van Slimme-zoomfunctie Formaat Maximale zoomvergrotingsfactor 5M Ong. 3,6× 3M Ong. 4,5× 2M Ong. 5,6× VGA Ong. 14× 16:9 Ong. 4,8× NL 51 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 • Wanneer u op de zoomtoets drukt, wordt de zoomvergrotingsindicator als volgt weergegeven. De W-kant van deze lijn is de optische zoom en de T-kant is de digitale zoom Zoomvergrotingsindicator • De maximale zoomvergrotingsfactor in de slimme-zoomfunctie/precisie-zoomfunctie is inclusief de optische-zoomvergrotingsfactor. • Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet tijdens het gebruik van de digitale zoom. De , of indicator knippert en AF werkt met voorrang voor onderwerpen die zich vlakbij het midden van het frame bevinden. • Bij gebruik van de slimme-zoomfunctie kan het beeld op het scherm er grof uitzien. Dit verschijnsel heeft echter geen effect op het opgenomen beeld. Functiegids Aanwijzingen voor verschillende functies worden bij de bediening van de camera weergegeven. Aan Hiermee wordt Hiermee wordt de functiegids weergegeven. Uit Hiermee wordt Hiermee wordt de functiegids niet weergegeven. Rode-ogeneff. Met deze instelling kunt u het rode-ogeneffect verminderen bij gebruik van de flitser. Maak deze instelling voordat u begint met opnemen. Aan ( ) Hiermee vermindert u het rode-ogeneffect. • De flitser gaat vóór het opnemen twee of meerdere malen af. Uit Hiermee wordt de rode-ogeneffect vermindering niet gebruikt. • Omdat het ongeveer een seconde duurt voordat de sluiter klikt, moet u de camera stilhouden om de invloed van trillingen te vermijden. Zorg er ook voor dat het onderwerp niet beweegt. • Afhankelijk van individuele verschillen, de afstand tot het onderwerp, het niet opmerken van de voorflitser door de gefotografeerde persoon of andere omstandigheden, zal de functie voor vermindering van het rode-ogeneffect niet altijd het gewenste resultaat opleveren. NL 52 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 AF-verlicht. De AF-verlichting levert vullicht om gemakkelijker te kunnen scherpstellen op een onderwerp in een donkere omgeving. De AF-verlichting werpt rood licht uit zodat de camera gemakkelijk kan scherpstellen zodra de sluiterknop half ingedrukt wordt gehouden totdat de scherpstelling is vergrendeld. Op dat moment wordt de ON indicator weergegeven. Autom. Hiermee wordt de AF-verlichting gebruikt. Uit Hiermee wordt de AF-verlichting niet gebruikt. Het Setup-scherm gebruiken • Als de AF-verlichting het onderwerp niet voldoende raakt of als het onderwerp onvoldoende contrast heeft, kan niet worden scherpgesteld. (een afstand van circa 2,7 meter (bij zoomstand:W) of 2,5 meter (bij zoomstand:T) wordt aangeraden.) • De camera kan scherpstellen zolang de AF-verlichting het onderwerp bereikt, zelfs als het rode licht iets buiten het midden van het onderwerp valt. • Wanneer scherpstelling-voorkeuze is ingesteld (blz. 35), werkt de AF-verlichting niet. • Het AF-bereikzoekerframe verschijnt niet. De , of indicator knippert en AF werkt met voorrang voor onderwerpen die zich vlakbij het midden van het frame bevinden. • De AF-verlichting werkt niet wanneer (schemerfunctie), (landschapsfunctie), (kortesluitertijdfunctie) of (vuurwerkfunctie) is gekozen in de scènekeuzefunctie. • De AF-verlichting zendt zeer helder licht uit. Ondanks dat er geen enkel gevaar bestaat, adviseren wij u niet rechtstreeks van dichtbij in het lichtvenster van de AF-verlichting te kijken. Auto Review Met deze instelling kunt u het opgenomen beeld, onmiddelijk nadat een stilstaand beeld is opgenomen, gedurende twee seconden op het scherm weergeven. Aan Hiermee wordt de Auto Review gebruikt. Uit Hiermee wordt de Auto Review niet gebruikt. • Als u gedurende deze tijd de sluiterknop half indrukt, verdwijnt de afbeelding van het opgenomen beeld en kunt u onmiddellijk het volgende beeld opnemen. NL 53 2 Camera 2 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 De standaardinstellingen worden aangegeven met . STEADY SHOT Hiermee schakelt u de anti-blur-functie in. Opnemen Hiermee wordt de anti-blur-functie ingeschakeld als de sluiterknop half ingedrukt wordt. Continu Hiermee is de anti-blur-functie altijd ingeschakeld. Beeldstabilisatie is mogelijk, zelfs als er ingezoomd is op een ver verwijderd onderwerp. • Er wordt meer batterijlading verbruikt dan in de [Opnemen] functie. • Bij opnemen van bewegende beelden wordt [Continu] geactiveerd, zelfs als [Opnemen] ingesteld is. • U kunt de anti-blur-functie uitschakelen met behulp van de (STEADY SHOT) toets, als (Camera) niet ingesteld is op [Autom.]. (t stap 5 in "Lees dit eerst") • Het is mogelijk dat de anti-blur-functie in volgende gevallen niet naar behoren werkt. – Als de bewegingen met de camera te hevig zijn – Bij een te lange sluitertijd, bijvoorbeeld bij het opnemen van nachtelijke scènes NL 54 Intern geheugen-tool Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 Dit menuonderdeel wordt niet weergegeven als een "Memory Stick Duo" in de camera is geplaatst. De standaardinstellingen worden aangegeven met . Formatteren Met deze instelling kunt u het interne geheugen formatteren. • Vergeet niet dat door te formatteren alle beeldgegevens in het interne geheugen, inclusief de beveiligde beelden, definitief gewist zullen worden. OK Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt het formatteren geannuleerd. Het Setup-scherm gebruiken 1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. De melding "Alle data in het intern geheugen wordt gewist Klaar?" verschijnt. 2 Kies [OK] met v en druk daarna op z. Het formatteren is klaar. NL 55 Memory Stick tool Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 Dit menuonderdeel wordt alleen weergegeven als een "Memory Stick Duo" in de camera is geplaatst. De standaardinstellingen worden aangegeven met . Formatteren De "Memory Stick Duo" formatteren. Een in de handel verkrijgbare "Memory Stick Duo" is reeds geformatteerd en kan onmiddellijk worden gebruikt. • Vergeet niet dat door te formatteren alle beeldgegevens op de "Memory Stick Duo", inclusief de beveiligde beelden, definitief gewist zullen worden. OK Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt het formatteren geannuleerd. 1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. De melding "Alle data in de Memory Stick wordt gewist Klaar?" verschijnt. 2 Kies [OK] met v en druk daarna op z. Het formatteren is klaar. Opnamemap maken Met deze instelling kunt u een map maken op een "Memory Stick Duo" om opgenomen beelden in op te slaan. OK Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt het maken van een map geannuleerd. 1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. Het scherm voor het maken van mappen wordt weergegeven. 60min 2 Kies [OK] met v en druk daarna op z. Een nieuwe map wordt gemaakt met een nummer dat één hoger is dan het hoogste nummer, en de nieuwe map wordt ingesteld als de nieuwe opnamemap. • • • • • • Voor verdere informatie over mappen, zie blz. 43. Wanneer u niet een nieuwe map maakt, wordt de map "101MSDCF" gekozen als de opnamemap. U kunt mappen maken tot en met nummer "999MSDCF". De beelden worden opgeslagen in de nieuw gemaakte map totdat een andere map wordt gemaakt of gekozen. U kunt een map niet vanaf de camera wissen. Als u een map wilt wissen, doet u dit vanaf een computer enz. Maximaal 4.000 beelden kunnen in een map worden opgeslagen. Wanneer de capaciteit van de map is opgebruikt, wordt automatisch een nieuwe map gemaakt. • Voor verdere informatie, zie "Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen" (blz. 70). NL 56 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 Opnamemap wijz. Met deze instelling kunt u de huidig ingestelde opnamemap veranderen. OK Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt het veranderen van de opnamemap geannuleerd. 1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. Het scherm voor het selecteren van mappen wordt weergegeven. Opnamemap kiezen 102 2/2 Mapnaam: 102MSDCF Aant. best.: 0 Gemaakt: 2006 1 1 1::05:34AM Het Setup-scherm gebruiken OK Annul. VORIGE/VOLGENDE 2 Kies de gewenste map met b/B, en [OK] met v en druk daarna op z. • U kunt de map "100MSDCF" niet kiezen als de opnamemap. • U kunt de opgenomen beelden niet verplaatsen naar een andere map. Kopiëren Met deze instelling kunt u alle beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen kopiëren naar een "Memory Stick Duo". OK Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee wordt het kopiëren geannuleerd. 1 Plaats een "Memory Stick Duo" met een opslagcapaciteit van 64 MB of groter. 2 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. De melding "Alle data in het intern geheug. gekopieerd Klaar?" verschijnt. 3 Kies [OK] met v en druk daarna op z. Het kopiëren begint. 60min • Gebruik een volledig opgeladen accu of de netspanningsadapter (niet bijgeleverd). Als u probeert beeldbestanden te kopiëren met de accu als voeding terwijl slechts weinig acculading resteert, kan de accu tijdens het kopiëren leeg raken, waardoor het kopiëren mislukt en/of de gegevens beschadigd raken. • U kunt niet afzonderlijke beelden kopiëren. • De oorspronkelijke beelden blijven ook na het kopiëren bewaard in het interne geheugen. Om de beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen te wissen, haalt u na het kopiëren eerst de "Memory Stick Duo" eruit en voert u daarna [Formatteren] uit van (Intern geheugen-tool) (blz. 55). • U kunt niet een map selecteren die is gekopieerd naar een "Memory Stick Duo". • Zelfs als u gegevens kopieert, wordt de (afdrukmarkering) niet gekopieerd. NL 57 1 Setup 1 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 De standaardinstellingen worden aangegeven met . Downl. muz. Met deze instelling kunt u muziek downloaden voor weergave tijdens de diavoorstelling. Zie bladzijden 29, 77 en 79. Format. muz. Als weergave van een muziekbestand voor de diavoorstelling niet mogelijk is kan het muziekbestand beschadigd zijn. Als dat gebeurt moet u [Format. muz.] uitvoeren. Na uitvoering van [Format. muz.] zijn alle muziekbestanden gewist. Schakel de functie [Downl. muz.] in met behulp van de bijgeleverde "Music Transfer"-software. De melding "Alle gegevens worden gewist Klaar?" verschijnt. OK Hiermee worden de muziekbestanden geformatteerd. Alle gegevens anders dan de muziekbestanden blijven behouden. Annul. Hiermee wordt het formatteren geannuleerd. LCD-verlicht Met deze instelling kunt u de helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm kiezen wanneer de camera door de accu van stroom wordt voorzien. Helder Hiermee wordt het scherm helderder. Normaal • U kunt de instelling wijzigen door (schermweergave) langer ingedrukt te houden. • Als u [Helder] instelt, wordt meer acculading verbruikt. Pieptoon Met deze instelling kunt u het geluid kiezen dat klinkt wanneer u de camera bedient. NL 58 Sluiter Hiermee wordt het sluitergeluid, dat klinkt als u de sluiterknop indrukt, ingeschakeld. Aan Hiermee wordt de pieptoon/het sluitergeluid die/dat klinkt als u de regeltoets/ sluiterknop indrukt, ingeschakeld. Uit Hiermee wordt de pieptoon/het sluitergeluid uitgeschakeld. Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 Taal Met deze instelling kunt u de taal kiezen waarin de menuonderdelen, waarschuwingen en meldingen worden weergegeven. Initialiseren Met deze instelling kunt u alle instellingen terugzetten op de standaardinstellingen. OK Zie de onderstaande procedure. Annul. Hiermee annuleert u het terugzetten. Het Setup-scherm gebruiken 1 Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. De melding "Alle instellingen initialiseren Klaar?" verschijnt. 2 Kies [OK] met v en druk daarna op z. Alle instellingen worden teruggesteld op de standaardinstellingen. • Zorg ervoor dat tijdens het terugzetten de stroomvoorziening niet wordt onderbroken. NL 59 2 Setup 2 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 De standaardinstellingen worden aangegeven met . Bestandsnr. Met deze instelling kunt u de methode kiezen volgens welke bestandsnummers worden toegekend aan de beelden. Reeks Hiermee worden de nummers op volgorde aan de bestanden toegekend, zelfs als de opnamemap of de "Memory Stick Duo" wordt veranderd. (Als de nieuw geplaatste "Memory Stick Duo" een bestand bevat met een hoger nummer dan het laatst toegekende bestandsnummer, wordt een nummer één hoger dan het hoogste bestandsnummer toegekend.) Terugstel. Hiermee beginnen de toegekende bestandsnummers elke keer opnieuw vanaf 0001 wanneer de opnamemap wordt veranderd. (Als de opnamemap een bestand bevat, wordt een nummer hoger dan het hoogste reeds toegekende nummer toegewezen.) USB-aansl. Met deze instelling kunt u de USB-functie kiezen die moet worden gebruikt wanneer de camera, met behulp van de kabel voor de multifunctionele aansluiting, wordt aangesloten op een computer of een PictBridge-compatibele printer. PictBridge Hiermee wordt de camera aangesloten op een PictBridgecompatibele printer (blz. 82). PTP Wanneer [PTP] (Picture Transfer Protocol) is gekozen en de camera is aangesloten op een computer, worden de beelden opgeslagen in de opnamemap van de camera, gekopieerd naar de computer. (Compatibel met Windows XP en Mac OS X.) Mass Storage Brengt een Mass Storage-verbinding tot stand tussen de camera en een computer of ander USB-apparaat (blz. 66). Autom. De camera herkent automatisch en stelt de communicatie met een computer of PictBridge-compatibele printer in (blz. 66 en 82). • Als de camera of PictBridge-compatibele printer niet op elkaar kunnen worden aangesloten met de instelling op [Autom.], verandert u de instelling naar [PictBridge]. • Als de camera en een computer of een ander USB-apparaat niet op elkaar kunnen worden aangesloten met de instelling op [Autom.], verandert u de instelling naar [Mass Storage]. NL 60 Voor informatie over de bediening 1 blz. 50 Video-uit Met deze instelling kunt u de videosignaaluitgang instellen overeenkomstig het tvkleursysteem of het aangesloten videoapparaat. Verschillende landen en gebieden gebruiken verschillende tv-kleursystemen. Als u de beelden op een tv-scherm wilt bekijken, controleert u het tv-kleursysteem van het land of gebied waarin u de camera gebruikt op blz. 89. NTSC Hiermee wordt het video-uitgangssignaal ingesteld op de NTSC-functie (bijv. voor de VS en Japan). PAL Hiermee wordt het video-uitgangssignaal ingesteld op de PAL-functie (bijv. voor Europa). Het Setup-scherm gebruiken Klokinstel. Met deze instelling kunt u de datum en tijd instellen. OK Kies [OK] met v op de regeltoets en druk daarna op z. Volg vervolgens de procedure beschreven in "De klok instellen" (tstap 2 in "Lees dit eerst"). Annul. Hiermee wordt het instellen van de klok geannuleerd. NL 61 De camera met uw computer gebruiken Werken met uw Windows-computer Voor informatie over het gebruik van een Macintosh-computer, leest u "Uw Macintosh-computer gebruiken" (blz. 78). Dit gedeelte beschrijft Engelse versie van de menuteksten. Eerst de software (bijgeleverd) installeren (blz. 64) Beelden kopiëren naar uw computer (blz. 65) Beelden bekijken op uw computer Genieten van beelden met de "Cyber-shot Viewer" en "Music Transfer" (blz. 73, 77) • • • • Beelden weergeven die op de computer zijn opgeslagen Beelden weergeven die gesorteerd zijn op datum Beelden bewerken Muziek toevoegen/wijzigen met "Music Transfer" Beelden afdrukken NL 62 Aanbevolen computeromgeving Een computer die op de camera wordt aangesloten dient aan de volgende vereisten te voldoen. Aanbevolen computeromgeving voor het kopiëren van beelden Besturingssysteem (voorgeïnstalleerd): Microsoft Windows 2000 Professional, Windows Millennium Edition, Windows XP Home Edition of Windows XP Professional • De juiste werking kan niet worden gegarandeerd in een computeromgeving waarin een upgrade naar een van de bovenstaande besturingssystemen is uitgevoerd of in een computeromgeving met meerdere besturingssystemen (multi-boot). Aanbevolen computeromgeving voor het gebruik van "Cyber-shot Viewer" en "Music Transfer" Besturingssysteem (voorgeïnstalleerd): Microsoft Windows 2000 Professional, Windows Millennium Edition, Windows XP Home Edition of Windows XP Professional Geluidskaart: 16-bits stereogeluidskaart met luidsprekers Processor/geheugen: Pentium III 500 MHz of sneller, 128 MB RAM of meer (Aanbevolen: Pentium III 800 MHz of sneller en 256 MB RAM of meer) • Voor alle bovenstaande aanbevolen computeromgevingen kan een behoorlijke werking niet worden gegarandeerd. • Als u twee of meer USB-apparaten tegelijkertijd op een computer aansluit, is het mogelijk dat sommige apparaten, waaronder ook uw camera, niet werken afhankelijk van het type USBstation dat is aangesloten. • Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste werking niet worden gegarandeerd. • Deze camera is compatibel met Hi-Speed USB (USB 2.0), zodat wanneer u de camera aansluit op een computer via een USB-interface die ook compatibel is met Hi-Speed USB (USB 2.0), u gebruik kunt maken van geavanceerde gegevensoverdracht (snelle overdracht). • Er zijn drie functies voor een USB-verbinding bij het aansluiten van een computer, te weten de functies [Autom.] (standaardinstelling), [Mass Storage] en [PTP]. In dit gedeelte worden de functies [Autom.] en [Mass Storage] als voorbeeld beschreven. Voor verdere informatie over [PTP], zie blz. 60. • Wanneer uw computer ontwaakt uit de slaapstand, is het mogelijk dat de communicatie tussen uw camera en de computer zich niet op hetzelfde moment herstelt. De camera met uw computer gebruiken USB-aansluiting: Standaardonderdeel Opmerkingen over het aansluiten van de camera op een computer Technische ondersteuning Ga naar de website voor klantenondersteuning van Sony voor meer informatie over dit product en antwoorden op veelgestelde vragen. http://www.sony.net/ Software: DirectX 9.0c of hoger Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd voor installatie—200 MB of meer Beeldscherm: Schermresolutie: 800 × 600 pixels of meer Kleuren: hoge kleuren (16-bits kleuren, 65.000 kleuren) of meer • De software is compatibel met DirectXtechnologie. Installatie van "DirectX" is mogelijk vereist. NL 63 De software installeren (bijgeleverd) U kunt de software (bijgeleverd) installeren volgens de onderstaande procedure. • Als op de computer Windows 2000/Me draait, mag u de camera niet op de computer aansluiten vóórdat u de software hebt geïnstalleerd. • In Windows 2000/XP meldt u zich aan als beheerder. • Nadat de bijgeleverde software is geïnstalleerd, wordt automatisch het USB-stuurprogramma geïnstalleerd. 1 Schakel de computer in en plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het CD-ROM-station. Het installatiescherm wordt weergegeven. • Als het niet wordt weergegeven, dubbelklikt u op (My Computer) t (CYBERSHOTSOFT). 2 Klik op [Install]. Het scherm "Choose Setup Language" (Kies taal voor installatie) verschijnt. 3 Kies de gewenste taal en klik daarna op [Next]. NL 64 Het scherm "License Agreement" (Licentieovereenkomst) verschijnt. Lees de overeenkomst aandachtig door. Als u de voorwaarden van de overeenkomst accepteert, vinkt u het selectievakje naast [I accept the terms of the license agreement] (Ik accepteer de voorwaarden in de licentie overeenkomst) aan en klikt u daarna op [Next]. 4 Volg de aanwijzingen op het scherm om het installeren te voltooien. Wanneer de bevestigingsmelding voor opnieuw opstarten wordt weergegeven, start u de computer opnieuw op aan de hand van de aanwijzingen op het scherm. • DirectX wordt mogelijk geïnstalleerd afhankelijk van de systeemomgeving van de computer. 5 Verwijder de CD-ROM als de installatie voltooid is. Beelden kopiëren naar uw computer Dit gedeelte beschrijft de bediening op een Windows-computer. U kunt als volgt de beelden vanaf de camera naar de computer kopiëren. Voor een computer met een Memory Stick-sleuf Haal de "Memory Stick Duo" uit de camera en steek deze in een Memory Stick Duoadapter. Steek de Memory Stick Duoadapter in de computer en kopieer de beelden. Als de "Memory Stick PRO Duo" niet herkend wordt, zie blz. 98. Voor een computer zonder een Memory Stick-sleuf • Als u Windows 2000/Me gebruikt, moet u eerst de software (bijgeleverd) installeren. Voor Windows XP hoeft u de software niet te installeren. • De schermen die in dit gedeelte als illustratie worden gebruikt, zijn voorbeelden voor het kopiëren van beelden vanaf een "Memory Stick Duo". Fase 1: De camera en de computer voorbereiden • Als u beelden naar uw computer kopieert met de accu als voeding terwijl slechts weinig acculading resteert, kan het kopiëren mislukken of kunnen de beeldgegevens beschadigd raken als de accu tussentijds leeg raakt. De camera met uw computer gebruiken Voer de Fasen 1 t/m 4 uit op bladzijden 65 t/m 69 om de beelden te kopiëren. 3 Zet de functieknop in de stand en schakel daarna de camera en de computer in. 1 Plaats een "Memory Stick Duo" met daarop opgenomen beelden in de camera. • Deze stap is niet nodig wanneer u beelden kopieert die in het interne geheugen zijn opgeslagen. 2 Plaats de voldoende opgeladen accu in de camera, of sluit de camera met behulp van de netspanningsadapter (niet bijgeleverd) aan op een stopcontact. NL 65 Fase 2: De camera en de computer op elkaar aansluiten 1 Sluit de camera aan op de computer. "USB-functie Mass Storage" wordt weergegeven op het scherm van de camera. Mass Storage Memory Stick Toegangsindicators* MENU Als een USB-verbinding voor het eerst tot stand wordt gebracht, draait de computer automatisch een programma om de camera te herkennen. Wacht een poosje. 2 Naar de multifunctionele aansluiting 1 Naar de USB-aansluiting * Tijdens communicatie zijn de toegangsindicators rood. Gebruik de computer niet totdat de aanduidingen wit zijn geworden. • Als "USB-functie Mass Storage" niet wordt weergegeven, stelt u [USB-aansl.] in op [Mass Storage] (blz. 60). Fase 3-A: Beelden naar een computer kopiëren Kabel voor de multifunctionele aansluiting 2 Zet de schakelaar op de kabel voor de multifunctionele aansluiting op "CAMERA". CAMERA TV DISP SEL • Als op de computer Windows XP draait, wordt de wizard AutoPlay automatisch weergegeven. NL 66 • Als op de computer Windows 2000/Me draait, volgt u de procedure beschreven in "Fase 3-B: Beelden naar een computer kopiëren" op blz. 68. • Voor Windows XP, als het wizard-venster niet automatisch wordt weergegeven, volgt u de procedure beschreven in "Fase 3-B: Beelden naar een computer kopiëren" op blz. 68. Dit gedeelte beschrijft het kopiëren van beelden naar de map "My Documents". 1 Nadat u een USB-verbinding tot stand hebt gebracht in Fase 2 en het wizard-venster automatisch op het computerscherm wordt weergegeven, klikt u op [Copy pictures to a folder on my computer using Microsoft Scanner and Camera Wizard] (Beelden kopiëren naar een map op mijn computer met de Microsoft-wizard voor scanners en camera’s) t [OK]. gewenste beelden, zodat ze niet meer zijn geselecteerd en dus niet worden gekopieerd, en klik daarna op [Next]. 1 2 Het scherm "Picture Name and Destination" (Naam en bestemming van beeld) wordt weergegeven. De camera met uw computer gebruiken 1 3 Klik op het selectievakje van niet- 4 Kies de naam en de bestemming 2 van de beelden en klik daarna op [Next]. Het scherm "Scanner and Camera Wizard" (Wizard voor scanner en camera) wordt weergegeven. 1 2 Klik op [Next]. De beelden die op de "Memory Stick Duo" in de camera zijn opgeslagen worden op het computerscherm weergegeven. • Als geen "Memory Stick Duo" is geplaatst, worden de beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen weergegeven. 2 Het beeld wordt nu gekopieerd. Wanneer het kopiëren is voltooid, verschijnt het scherm "Other Options" (Overige opties). • Dit deel beschrijft een voorbeeld van het kopiëren van beelden naar de "My Documents" map. NL 67 5 Vink het selectie vakje naast [Nothing. I'm finished working with these pictures] (Niets. Ik ben klaar met het werken met deze beelden) aan om deze te selecteren en klik daarna op [Next]. Fase 3-B: Beelden naar een computer kopiëren • Als op de computer Windows XP draait, volgt u de procedure beschreven in "Fase 3-A: Beelden naar een computer kopiëren" op blz. 66. Dit deel beschrijft een voorbeeld van het kopiëren van beelden naar de "My Documents" map. 1 Dubbelklik op [My Computer] t 1 [Removable Disk] t [DCIM]. 2 Het scherm "Completing the Scanner and Camera Wizard" (Voltooien van wizard voor scanner en camera) verschijnt. 6 Klik op [Finish]. Het wizard-venster wordt gesloten. • Om veder te gaan met het kopiëren van andere beelden, koppelt u de kabel voor de multifunctionele aansluiting los (blz. 70). Volg daarna opnieuw de procedure beschreven in "Fase 2: De camera en de computer op elkaar aansluiten" op blz. 66. NL 68 • Als het pictogram "Removable Disk" niet wordt weergegeven, zie blz. 97. 2 Dubbelklik op de map waarin de beeldbestanden die u wilt kopiëren zijn opgeslagen. Klik daarna met de rechtermuisknop op een beeldbestand zodat het snelmenu wordt weergegeven en klik op de menuopdracht [Copy]. • Als in de bestemmingsmap al een beeld met dezelfde bestandsnaam zit, wordt een bevestigingsmelding voor overschrijven weergegeven. Wanneer u het bestaande beeld overschrijft met een nieuw beeld, wordt het oorspronkelijke bestand gewist. Als u het beeldbestand naar de computer wilt kopiëren zonder een bestaand, gelijknamig beeldbestand te overschrijven, verandert u eerst de bestandnaam in een andere naam en kopieert u daarna het beeldbestand. Merk echter op dat wanneer u de bestandsnaam verandert (blz. 72), u dat beeld mogelijk niet meer kunt weergeven met de camera. 1 2 Fase 4: Beelden bekijken op uw computer • Voor verdere informatie over de opslagbestemming van de beeldbestanden, zie blz. 70. De camera met uw computer gebruiken Dit hoofdstuk beschrijft de procedure voor het bekijken van gekopieerde beelden in de map "My Documents". 1 Klik op [Start] t [My Documents]. 3 Dubbelklik op de map [My 2 Documents]. Klik daarna met de rechtermuisknop in het venster "My Documents" zodat het snelmenu wordt weergegeven en klik op de menuopdracht [Paste]. 1 1 De inhoud van de map "My Documents" wordt weergegeven. 2 • Als op de computer een ander besturingssysteem dan Windows XP draait, dubbelklikt u op [My Documents] op het bureaublad. De beeldbestanden worden naar de map "My Documents" gekopieerd. NL 69 2 Dubbelklik op het gewenste • Als op de computer Windows XP draait, kunt u stap 4 overslaan. beeldbestand. Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen De beeldbestanden die op de camera zijn opgenomen, zijn gegroepeerd in mappen op de "Memory Stick Duo". Voorbeeld: Mappen weergeven onder Windows XP Het beeld wordt weergegeven. De USB-verbinding vanaf de computer wissen Volg de hieronder vermelde procedure eerst wanneer u de volgende handelingen wilt uitvoeren: • Loskoppelen van de kabel voor de multifunctionele aansluiting • Eruit halen van een "Memory Stick Duo" • Een "Memory Stick Duo" in de camera plaatsen na het kopiëren van beelden uit het interne geheugen • Uitschakelen van de camera x Voor Windows 2000/Me/XP 1 Dubbelklik op de taakbalk. A B A Een map met beeldgegevens die zijn opgenomen met een camera zonder de functie voor het maken van mappen B Een map met beeldgegevens die zijn opgenomen op deze camera Als geen nieuwe mappen zijn gemaakt, zijn de mappen als volgt: Dubbelklik hier 2 Klik op (Sony DSC) t [Stop]. 3 Controleer of het juiste apparaat wordt aangegeven in het bevestigingsvenster en klik op [OK]. 4 Klik op [OK]. Het apparaat is aangesloten. NL 70 – "Memory Stick Duo"; alleen "101MSDCF" – Intern geheugen; alleen "101_SONY" • U kunt geen beelden opnemen in de map "100MSDCF". De beelden in deze map zijn alleen beschikbaar voor weergave. • U kunt geen beelden opnemen/weergeven in de map "MISC". • Beeldbestandsnamen worden als volgt gegeven, waarbij ssss staat voor elk getal binnen het bereik van 0001 t/m 9999. Het numerieke deel van de bestandsnaam van bewegende beelden opgenomen in de bewegendbeeldopnamefunctie is hetzelfde als dat van het bijbehorende indexbeeldbestand. – Stilstaande-beeldbestanden: DSC0ssss.JPG – Bewegende-beeldbestanden: MOV0ssss.MPG – Indexbeeldbestanden die worden opgenomen wanneer u bewegende beelden opneemt: MOV0ssss.THM • Voor meer informatie over mappen, zie blz. 43, 56. De camera met uw computer gebruiken NL 71 Beeldbestanden opgeslagen op de computer weergeven op uw camera (met behulp van een "Memory Stick Duo") Dit gedeelte beschrijft de bediening op een Windows-computer. Wanneer een beeldbestand dat naar de computer is gekopieerd, niet meer op een "Memory Stick Duo" staat, kunt u dat beeld weer op de camera weergeven door het beeldbestand op de computer te kopiëren naar een "Memory Stick Duo". • Als de bestandsnaam die door de camera werd gegeven niet is veranderd op de computer, kunt u stap 1 overslaan. • Afhankelijk van het beeldformaat kan het onmogelijk zijn bepaalde beelden weer te geven. • Wanneer een beeldbestand is bewerkt door een computer of wanneer het beeldbestand werd opgenomen op een ander model dan uw camera, kan het weergeven van het beeldbestand op uw camera niet gegarandeerd worden. • Als er nog geen map is, maakt u eerst een nieuwe map met de camera (blz. 56) en kopieert u vervolgens het beeldbestand. 1 Klik met de rechtermuisknop op het beeldbestand en klik daarna op [Rename]. Verander de bestandsnaam in "DSC0ssss". Voer een nummer in van 0001 t/m 9999 voor ssss. 1 2 NL 72 • Als de bevestigingsmelding voor overschrijven wordt weergegeven, moet u een ander nummer invoeren. • De bestandsextensie kan worden weergegeven, afhankelijk van de instelling van de computer. De bestandsextensie voor stilstaande beelden is JPG en de bestandsextensie voor bewegende beelden is MPG. U mag de bestandsextensie niet veranderen. 2 Kopieer het beeldbestand naar de map op de "Memory Stick Duo" volgens de onderstaande procedure. 1Klik met de rechtermuisknop op het beeldbestand en klik daarna op [Copy]. 2Dubbelklik op [Removable Disk] of [Sony MemoryStick] in het venster [My Computer]. 3Klik met de rechtermuisknop op de map [sssMSDCF] in de map [DCIM] en klik daarna op de menuopdracht [Paste]. • sss betekent elk willekeurig nummer van 100 t/m 999. De "Cyber-shot Viewer"-software (bijgeleverd) gebruiken Door de software volledig te benutten kunt u beter dan ooit gebruik maken van de stilstaande en bewegende beelden van de camera. Dit gedeelte beschrijft de "Cyber-shot Viewer"-software en geeft de basisbediening weer. Overzicht van de "Cyber-shot Viewer"-software Met de "Cyber-shot Viewer"-software kunt u: Om de online Help-functie te raadplegen, klikt u op [Start] t [Programs] (in Windows XP, [All Programs]) t [Sony Picture Utility] t [Help] t [Cyber-shot Viewer]. De "Cyber-shot Viewer"software opstarten en afsluiten Beelden importeren 1 Zorg ervoor dat "Media Check Tool" (Mediacontrolehulpprogramma)* draait. * "Media Check Tool" is een programma dat automatisch beelden herkent en importeert als er een "Memory Stick" is geplaatst of een camera is aangesloten. Kijk na of de snelkoppeling van (Media Check Tool) op de taakbalk aanwezig is. De camera met uw computer gebruiken • Beelden importeren die met de camera zijn opgenomen en ze op het beeldscherm weergeven. • De beelden op de computer organiseren op een kalender op opnamedatum voor weergave. • De stilstaande beelden retoucheren, afdrukken en als e-mailbijlagen versturen, hun opnamedatum wijzigen en nog veel meer. • Voor meer informatie over de "Cyber-shot Viewer"-software moet u de online Helpfunctie raadplegen. Basisbediening Voer onderstaande stappen uit om de beelden van de camera te importeren en weer te geven. • Als er geen snelkoppeling van de aanwezig is: Klik op [Start] t [Programs] (in Windows XP, [All Programs]) t [Sony Picture Utility] t [Cyber-shot Viewer] t [Tools] t [Media Check Tool]. 2 Sluit de camera aan op de computer met de kabel voor de multifunctionele aansluiting. Na automatische herkenning van de camera wordt het scherm [Import Images] (Beelden importeren) weergegeven. De "Cyber-shot Viewer"-software opstarten Dubbelklik op de snelkoppeling (Cybershot Viewer) op het bureaublad. Of via het Start-menu: Klik op [Start] t [Programs] (in Windows XP, [All Programs]) t [Sony Picture Utility] t [Cyber-shot Viewer]. De "Cyber-shot Viewer"-software afsluiten Klik op de knop van het scherm. in de rechterbovenhoek • Zie eerst pagina 65 als u de Memory Sticksleuf wilt gebruiken. • Als in Windows XP de AutoPlay Wizard opstart, moet u deze afsluiten. NL 73 3 Importeer de beelden. Klik op de knop [Import] (Importeren) om het importeren van beelden te starten. 2 Bekijken van de beelden in "Viewed folders" (Weergegeven mappen) die op opnamedatum gesorteerd zijn op een kalender 1Klik op het tabblad [Calendar] (kalender). De lijst met jaren, waarin de beelden zijn opgenomen, wordt weergegeven. De beelden worden standaard geïmporteerd naar een map in "My Pictures" (Mijn afbeeldingen), waarvan de naam is samengesteld uit de datum waarop geïmporteerd is. • Zie blz. 76 voor aanwijzingen hoe u de "Folder to be imported" kunt veranderen. Beelden bekijken 1 Controleren van de 2Klik op het jaar. De beelden die in dat jaar zijn opgenomen worden weergegeven, gesorteerd op de kalender op opnamedatum. 3Om de beelden per maand weer te geven, klik op de gewenste maand. Miniaturen van de beelden, die in die maand zijn opgenomen, worden weergegeven. 4Om de beelden per uur weer te geven, klik op de gewenste dag. Miniaturen van de beelden die op die dag zijn opgenomen, worden gesorteerd op uur weergegeven. geïmporteerde beelden Als het importeren voltooid is wordt de "Cyber-shot Viewer"-software opgestart. Miniaturen van de geïmporteerde beelden worden weergegeven. Jaarweergavescherm 1 2 3 Maandweergavescherm 4 • De map "My Pictures" is ingesteld als de standaardmap in "Viewed folders" (Weergegeven mappen). • Dubbelklik op een miniatuur voor weergave van het daadwerkelijke beeld. NL 74 Uurweergavescherm 4 Weergave van de beelden op het gehele scherm Voor weergave van een diavoorstelling van de huidige beelden op het gehele scherm, klik op de toets. • Om beelden van een bepaald jaar of maand weer te geven, klik op de betreffende periode links op het scherm. 3 Weergave van afzonderlijke beelden • Als u de diavoorstelling wilt weergeven of in de pauzestand wilt zetten, klikt u op de knop linksonder op het scherm. • Als u de diavoorstelling wilt stoppen, klikt u op de knop linksonder op het scherm. De camera met uw computer gebruiken Op het uurweergavescherm, dubbelklik op een miniatuur om het daadwerkelijke beeld weer te geven in een apart venster. • U kunt de weergegeven beelden bewerken door op de toolbar-toets te drukken. NL 75 Overige functies Beelden die opgeslagen zijn op de computer voorbereiden voor weergave Als u de beelden wilt weergeven, registreert u de map met de beelden als een van de "Viewed folders". Uit het menu [File] (Bestand), kies [Register Viewed Folders...] (Weergavemappen aanmelden...) om het instelmenu van "Viewed folders" (Weergegeven mappen) voor aanmelding weer te geven. 1 De "Folder to be imported" (Mappen voor importeren) veranderen Voor het veranderen van de "Folder to be imported" (Mappen voor importeren), opent u het scherm "Import Settings" (Importinstellingen). Voor weergave van het scherm "Import Settings", kiest u [Image Import Settings...] (Beeldimportinstellingen...) uit het menu [File] (Bestand). 1 2 Kies de "Folder to be imported" uit. • U kunt de "Folder to be imported" kiezen uit de mappen die zijn aangemeld als "Viewed Folders". 2 Klik op de knop [Add...] (Toevoegen) en geef daarna de map op met de beelden die geïmporteerd moet worden om deze map als een "Viewed folder" aan te melden. • Beelden in elke submap van de "Viewed folders" worden ook aangemeld. Verversen van de aanmeldinformatie Om de aanmeldinformatie te verversen, kies [Update Database] (Database bijwerken) uit het menu [Tools] (Extra). • Het verversen van de database kan enige tijd duren. • Als u de naam van beeldbestanden of mappen in "Viewed folders" wijzigt, is daarna weergave daarvan met deze software niet mogelijk. In dat geval moet u de database verversen. Installatie van de "Cyber-shot Viewer" ongedaan maken 1 Klik op [Start] t [Settings] t [Control Panel]. Dubbelklik op [Add/Remove Programs]. (Voor Windows XP klikt u op [start] t [Control Panel] en dubbelklikt u vervolgens op [Add or Remove Programs].) NL 76 2 Selecteer [Sony Picture Utility] en klik op [Change/Remove] (voor Windows XP: [Remove]) om de installatie ongedaan te maken. "Music Transfer" (bijgeleverd) gebruiken U kunt de muziekbestanden die vooraf door de fabrikant zijn ingesteld, vervangen door uw eigen muziekbestanden met "Music Transfer" op de CD-ROM (bijgeleverd). U kunt deze bestanden desgewenst elk moment wissen of wijzigen. 7 Volg de instructies op het scherm voor het toevoegen/wijzigen van muziekbestanden. • De door de fabriek ingestelde Muziekbestanden met behulp van "Music Transfer" toevoegen/ wijzigen De geluidsbestandsformaten die u met "Music Transfer" kunt kopiëren zijn hieronder aangegeven: 1 Druk op MENU om het menu weer te geven. 2 Kies 1 Voer [Format. muz.] uit (blz. 58). 2 Voer [Standaardinstellingen] in "Music Transfer" uit. Alle door de fabriek ingestelde muziekbestanden worden hersteld en [Muziek] in het menu [Dia] wordt ingesteld op [Uit]. 3 Kies een geschikt muziekbestand voor de diavoorstelling (blz. 28). U kunt de vooraf ingestelde muziekbestanden herstellen met behulp van [Initialiseren], maar dan worden de andere instellingen ook teruggesteld. De camera met uw computer gebruiken • Mp3-bestanden die opgeslagen zijn op de vaste schijf van uw computer • Muziekbestanden van cd’s • Vooraf ingestelde muziek die is opgeslagen in de camera muziekbestanden in de camera herstellen: • Voor verdere gegevens over het gebruik van "Music Transfer", zie de online helpfunctie in "Music Transfer". (Setup) met B op de regeltoets. 3 Kies (Setup 1) met v/V op de regeltoets, en kies daarna [Downl. muz.] met v/B. 1 4 Kies [OK] met B/v en druk daarna op z. De melding "Aansluiten op computer" verschijnt. 5 Sluit de camera met een USBverbinding aan op de computer. 6 Start "Music Transfer". NL 77 Uw Macintosh-computer gebruiken U kunt beelden naar uw Macintoshcomputer kopiëren. • "Cyber-shot Viewer" is niet compatibel met Macintosh-computers. Aanbevolen computeromgeving Een computer die op de camera wordt aangesloten, moet aan de volgende vereisten voldoen. Aanbevolen computeromgeving voor het kopiëren van beelden Besturingssysteem (voorgeïnstalleerd): Mac OS 9.1 of 9.2, of Mac OS X (v10.0 of hoger) • Deze camera is compatibel met Hi-Speed USB (USB 2.0), zodat wanneer u de camera aansluit op een computer via een USB-interface die ook compatibel is met Hi-Speed USB (USB 2.0), u gebruik kunt maken van geavanceerde gegevensoverdracht (snelle overdracht). • Er zijn drie functies voor een USB-verbinding bij het aansluiten van een computer, te weten de functies [Autom.] (standaardinstelling), [Mass Storage] en [PTP]. In dit gedeelte worden de functies [Autom.] en [Mass Storage] als voorbeeld beschreven. Voor verdere informatie over [PTP], zie blz. 60. • Na herstel van uw computer vanuit de Suspendof Sleep-modus is de kans aanwezig dat de communicatie tussen uw camera en uw computer niet op hetzelfde moment hersteld wordt. USB-aansluiting: Standaardonderdeel Aanbevolen computeromgeving voor het gebruik van "Music Transfer" Besturingssysteem (voorgeïnstalleerd): Mac OS X (10.3 of hoger) Processor: iMac, eMac, iBook, PowerBook, Power Mac G3/G4/G5-serie, Mac mini Geheugen: 64 MB of meer (128 MB of meer wordt aanbevolen) Vaste schijf: Vrije schijfruimte benodigd voor installatie—ongeveer 250 MB Opmerkingen over het aansluiten van de camera op een computer • Voor alle bovenstaande aanbevolen computeromgevingen kan een behoorlijke werking niet worden gegarandeerd. • Als u twee of meer USB-apparaten tegelijkertijd op een computer aansluit, is het mogelijk dat sommige apparaten, waaronder ook uw camera, niet werken afhankelijk van het type USBstation dat is aangesloten. • Bij gebruik van een USB-hub kan een juiste werking niet worden gegarandeerd. NL 78 Beelden kopiëren naar en weergeven op een computer 1 Bereid de camera en Macintoshcomputer voor. Volg dezelfde procedure als beschreven onder "Fase 1: De camera en de computer voorbereiden" op blz. 65. 2 Sluit de kabel voor de multifunctionele aansluiting aan. Volg dezelfde procedure als beschreven onder "Fase 2: De camera en de computer op elkaar aansluiten" op blz. 66. 3 Kopieer beeldbestanden naar de Macintosh-computer. 1Dubbelklik op het nieuw herkende pictogram t [DCIM] t de map waarin de beelden die u wilt weergeven zijn opgeslagen. 2Sleep de beeldbestanden naar het pictogram van de harde schijf en zet ze erop neer. De beeldbestanden worden naar de vaste schijf gekopieerd. • Voor informatie over de opslaglocatie van de beeldbestanden en de bestandsnamen, zie blz. 70. 4 Geef de beelden weer op de Dubbelklik op het pictogram van de vaste schijf t het gewenste beeldbestand in de map waarin de gekopieerde beeldbestanden zijn opgeslagen, om dat beeldbestand te openen. De USB-verbinding vanaf de computer wissen Volg de hieronder vermelde procedure eerst wanneer u de volgende handelingen wilt uitvoeren: • Loskoppelen van de kabel voor de multifunctionele aansluiting • Eruit halen van een "Memory Stick Duo" • Een "Memory Stick Duo" in de camera plaatsen na het kopiëren van beelden uit het interne geheugen • Uitschakelen van de camera De camera is losgekoppeld van de computer. • Als op de computer Mac OS X v10.0 draait, volgt u bovenstaande procedure nadat u de computer hebt uitgeschakeld. Muziekbestanden met behulp van "Music Transfer" toevoegen/ wijzigen U kunt de door de fabriek ingestelde muziekbestanden in de camera vervangen door uw favoriete muziekbestanden. U kunt deze bestanden desgewenst elk moment wissen of wijzigen. De geluidsbestandsformaten die u met "Music Transfer" kunt kopiëren zijn hieronder aangegeven: De camera met uw computer gebruiken computer. Sleep het pictogram van het station of het pictogram van de "Memory Stick Duo" op het pictogram van de prullenbak en laat het erin vallen. • Mp3-bestanden die opgeslagen zijn op de vaste schijf van uw computer • Muziekbestanden van cd’s • Vooraf ingestelde muziek die is opgeslagen in de camera "Music Transfer" installeren • Sluit alle softwareprogramma’s af die geopend zijn voordat u "Music Transfer" installeert. • Om deze software te installeren moet u aangemeld zijn als beheerder. 1 Schakel de Macintosh-computer in en plaats de CD-ROM (bijgeleverd) in het CD-ROM-station. 2 Dubbelklik op (CYBERSHOTSOFT). 3 Dubbelklik op het bestand [MusicTransfer.pkg] in de map [MAC]. De software wordt geïnstalleerd. Muziekbestanden toevoegen/wijzigen Zie "Muziekbestanden met behulp van "Music Transfer" toevoegen/wijzigen" op blz. 77. NL 79 Technische ondersteuning Ga naar de website voor klantenondersteuning van Sony voor meer informatie over dit product en antwoorden op veelgestelde vragen. http://www.sony.net/ NL 80 Stilstaande beelden afdrukken Stilstaande beelden afdrukken Als u beelden afdrukt die zijn opgenomen in de [16:9] functie, kunnen beide randen worden afgesneden. Controleer dus voordat u gaat afdrukken (blz. 100). Rechtstreeks beelden afdrukken op een PictBridge-compatibele printer (blz. 82) U kunt beelden afdrukken door de camera rechtsreeks aan te sluiten op een PictBridge-compatibele printer. Rechtstreeks beelden afdrukken op een "Memory Stick"-compatibele printer U kunt beelden rechtstreeks afdrukken op een "Memory Stick"compatibele printer. Voor verdere informatie leest u de gebruiksaanwijzing van de printer. Stilstaande beelden afdrukken Beelden afdrukken met behulp van een computer U kunt de beelden van de camera naar een computer kopiëren met behulp van de bijgeleverde software "Cyber-shot Viewer" en deze vervolgens vanaf de computer afdrukken. Beelden afdrukken in een winkel (blz. 86) U kunt een "Memory Stick Duo" met daarop de beelden die u met uw camera hebt opgenomen, meenemen naar een fotoafdrukwinkel. U kunt van tevoren een (afdrukmarkering) aanbrengen op de beelden die u wilt afdrukken. NL 81 Rechtstreeks beelden afdrukken op een PictBridge-compatibele printer Zelfs als u geen computer hebt, kunt u de beelden die u hebt opgenomen met uw camera afdrukken door de camera rechtstreeks aan te sluiten op een PictBridge-compatibele printer. • "PictBridge" voldoet aan de CIPA-norm. (CIPA: Camera & Imaging Products Association) Fase 1: De camera voorbereiden U dient de camera voor te bereiden op het aansluiten op de printer met behulp van de kabel voor de multifunctionele aansluiting. Als de camera is aangesloten op een printer die wordt herkend wanneer [USB-aansl.] is ingesteld op [Autom.], is fase 1 overbodig. Indextoets In de enkelbeeldfunctie U kunt één beeld afdrukken op één afdrukvel. MENU-toets Regeltoets • Wij adviseren u een volledig opgeladen accu of een netspanningsadapter (niet bijgeleverd) te gebruiken om te voorkomen dat de stoom tijdens het afdrukken wegvalt. In de indexfunctie U kunt meerdere beelden op kleiner formaat afdrukken op één afdrukvel. U kunt een aantal van dezelfde beelden (1) of een aantal verschillende beelden (2) afdrukken. 1 2 1 Druk op MENU om het menu weer te geven. 2 Druk op B op de regeltoets en kies 3 Kies [ (Setup). ] (Setup 2) met V en kies daarna [USB-aansl.] met v/V/B. • Het is mogelijk dat de index-afdrukfunctie niet beschikbaar is, afhankelijk van de printer. • De kwaliteit van de beelden die als indexbeeld kunnen worden afgedrukt verschilt, afhankelijk van de printer. • U kunt bewegende beelden niet afdrukken. • Als de indicator gedurende ongeveer vijf seconden op het scherm van de camera knippert (foutmelding), controleert u de aangesloten printer. 2 4 Kies [PictBridge] met B/v en druk daarna op z. Mass Storage Autom. De USB-functie is nu ingesteld. NL 82 Fase 2: De camera aansluiten op de printer 1 Sluit de camera aan op de printer. 3 Schakel de camera en de printer in. Nadat de verbinding tot stand is gebracht, wordt de indicator weergegeven. 60min 2M 2 Naar de multifunctionele aansluiting De camera wordt in de weergavefunctie gezet waarna een beeld en het afdrukmenu op het scherm worden weergegeven. Kabel voor de multifunctionele aansluiting Ongeacht de stand van de functieknop, wordt het afdrukmenu weergegeven nadat u klaar bent met fase 2. Fase 3: Afdrukken Stilstaande beelden afdrukken 1 Naar de USBaansluiting 1 Kies de gewenste afdrukmethode met v/V op de regeltoets en druk daarna op z. 2 Zet de schakelaar op de kabel voor de multifunctionele aansluiting op "CAMERA". [Alle in deze map] Drukt alle beelden in de map af. [DPOF-beeld] Drukt alle beelden met een (afdrukmarkering) af (blz. 86), ongeacht welk beeld wordt weergegeven. CAMERA TV DISP SEL NL 83 [Kiezen] [Aantal] U kunt beelden kiezen en alle gekozen beelden afdrukken. Als [Index] is ingesteld op [Uit]: 1Kies de beelden die u wilt afdrukken met b/B en druk daarna op z. De markering verschijnt op het gekozen beeld. • Als u meerdere beelden wilt kiezen, herhaalt u deze procedure. 2Kies [Afdrukken] met V en druk daarna op z. [Dit beeld] Drukt het weergegeven beeld af. • Als u [Dit beeld] kiest en [Index] instelt op [Aan] in stap 2, dan kunt u een aantal van dezelfde beelden afdrukken als een indexbeeld. 2 Kies de afdrukinstellingen met v/V/b/B. 60min Kies het aantal vellen waarop u het beeld wilt afdrukken. Het beeld zal worden afgedrukt als een enkelbeeld. Als [Index] is ingesteld op [Aan]: Kies het aantal vellen waarop u het indexbeeld wilt afdrukken. Als u [Dit beeld] hebt gekozen in stap 1, kiest u het aantal van hetzelfde beeld dat u naast en onder elkaar op hetzelfde afdrukvel als een indexbeeld wilt afdrukken. • Het is mogelijk dat, afhankelijk van het aantal beelden, niet alle beelden op één blad passen. 3 Kies [OK] met V/B en druk daarna op z. Het beeld wordt afgedrukt. • Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting niet los zolang de indicator (PictBridge-aansluiting) op het LCDscherm wordt weergegeven. 2M 60min 1 Bezig met afdrukken 2/3 indicator [Index] Sluiten Kies [Aan] om indexbeelden af te drukken. [Formaat] Kies de grootte van het afdrukvel. [Datum] Kies [Dag&Tijd] of [Datum] om de datum en tijd op de beelden te projecteren. • Als u [Datum] kiest, zullen de datum en tijd in de gekozen volgorde worden geprojecteerd (t stap 2 in "Lees dit eerst"). Het is mogelijk dat deze functie niet beschikbaar is, afhankelijk van de printer. NL 84 Andere beelden afdrukken Kies na stap 3 [Kiezen] en het gewenste beeld met v/V en volg vervolgens de procedure vanaf stap 1. Beelden op het indexscherm afdrukken Voer "Fase 1: De camera voorbereiden" (blz. 82) en "Fase 2: De camera aansluiten op de printer" (blz. 83) uit en ga daarna als volgt verder. Nadat u de camera op de printer hebt aangesloten, wordt het afdrukmenu weergegeven. Kies [Annul.] om het afdrukmenu te verlaten en ga daarna als volgt verder. 1 Druk op (Index). Het indexscherm wordt weergegeven. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies [ ] (Afdrukken) met B en druk daarna op z. 4 Kies de gewenste afdrukmethode met v/V, en druk daarna op z. Stilstaande beelden afdrukken [Kiezen] U kunt beelden kiezen en alle gekozen beelden afdrukken. Kies het beeld dat u wilt afdrukken met v/V/b/B en druk daarna op z om de markering weer te geven. (Als u meerdere beelden wilt kiezen, herhaalt u deze procedure.) Druk daarna op MENU. [DPOF-beeld] Drukt alle beelden met een (afdrukmarkering) af, ongeacht welk beeld wordt weergegeven. [Alle in deze map] Drukt alle beelden in de map af. 5 Voer de stappen 2 en 3 uit van "Fase 3: Afdrukken" (blz. 83). NL 85 Beelden afdrukken in een winkel U kunt een "Memory Stick Duo" met daarop de beelden die u met uw camera hebt opgenomen, meenemen naar een fotoafdrukwinkel. Als de winkel een fotoafdrukservice heeft die gebruikmaakt van DPOF, kunt u van tevoren een (afdrukmarkering) op de beelden aanbrengen, zodat u deze niet bij het afdrukken in de winkel hoeft te kiezen. • U kunt de beelden die in het interne geheugen zijn opgeslagen niet rechtstreeks vanuit de camera afdrukken in een afdrukwinkel. Kopieer de beelden eerst naar een "Memory Stick Duo" en neem de "Memory Stick Duo" daarna mee naar de afdrukwinkel. Wat is DPOF? DPOF (Digital Print Order Format) is een functie waarmee u een (afdrukmarkering) kunt aanbrengen op beelden in de "Memory Stick Duo" die u later wilt afdrukken. • U kunt ook de beelden met een (afdrukmarkering) afdrukken op een printer die compatibel is met de DPOF-norm (Digital Print Order Format) of een PictBridge-compatibele printer gebruiken. • Bewegende beelden kunnen niet worden voorzien van een afdrukmarkering. • Wanneer u beelden markeert die zijn opgenomen in de [Multi Burst] functie, worden alle beelden afgedrukt op één vel onderverdeeld in 16 vakjes. Een afdrukmarkering aanbrengen in de enkelbeeldfunctie MENU-toets Regeltoets 1 Geef het beeld weer dat u wilt afdrukken. 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. 3 Kies DPOF met b/B en druk daarna op z. Een (afdrukmarkering) wordt weergegeven op het beeld. 60min 2M 2/9 Als u een "Memory Stick Duo" meeneemt naar een winkel • Vraag aan de fotoafdrukwinkel welke typen "Memory Stick Duo" ze kunnen verwerken. • Als een "Memory Stick Duo" niet door uw fotoafdrukwinkel kan worden verwerkt, kopieert u de beelden die u wilt afdrukken naar een ander medium, zoals een CD-R en neemt u die mee naar de winkel. • Vergeet niet de Memory Stick Duo-adapter mee te nemen. • Voordat u beeldgegevens meeneemt naar een winkel, maakt u altijd eerst een (reserve)kopie ervan op een vaste schijf. • U kunt het aantal afdrukken niet instellen. NL 86 4 Als u andere beelden wilt markeren, geeft u het gewenste beeld weer met b/B en drukt u daarna op z. Een afdrukmarkering verwijderen in de enkelbeeldfunctie Druk op z in stap 3 of 4. Een afdrukmarkering aanbrengen in de indexfunctie 1 Geef het indexscherm weer 8 Kies [OK] met B en druk daarna op z. De indicator wordt wit. (t stap 6 in "Lees dit eerst"). 2 Druk op MENU om het menu weer te geven. Als u het markeren wilt annuleren, drukt u in stap 4 op [Annul.] of kiest u in stap 8 [Sluiten], en drukt u daarna op z. Een afdrukmarkering verwijderen in de indexfunctie 3 Kies DPOF met b/B en druk daarna op z. 4 Kies [Kiezen] met v/V en druk daarna op z. • U kunt geen markering aanbrengen in [Alle in deze map]. Kies de beelden waarvan u de afdrukmarkering wilt verwijderen in stap 5 en druk daarna op z. Alle afdrukmarkeringen in de map verwijderen Kies [Alle in deze map] in stap 4 en druk daarna op z. Kies [Uit] en druk daarna op z. Stilstaande beelden afdrukken 5 Kies het beeld dat u wilt markeren met v/V/b/B en druk daarna op z. Een groene markering wordt op het gekozen beeld weergegeven. Groene markering MENU 6 Herhaal stap 5 om andere beelden te markeren. 7 Druk op MENU. NL 87 Uw camera op uw tv aansluiten Beelden bekijken op een tv-scherm U kunt de beelden weergeven op een tv-scherm door de camera aan te sluiten op een tv. Schakel zowel de camera als de tv uit alvorens de camera en de tv op elkaar aan te sluiten. 1 Sluit de camera aan op de tv. 3 Schakel de tv in en stel de tv/ video-ingang in op "video". • Voor verdere informatie leest u de gebruiksaanwijzingen van de tv. 4 Zet de functieknop in de stand en schakel de camera in. 1 Naar de audio/videoingangsaansluitingen Functieknop 60min 101-0002 2 Naar de multifunctionele aansluiting Kabel voor de multifunctionele aansluiting • Leg de camera neer met het scherm omhoog gericht. • Als de tv is uitgerust met stereoingangsaansluitingen, sluit u de audiostekker (zwart) van de kabel voor de multifunctionele aansluiting aan op de linkeraudioingangsaansluiting van de tv. 2 Zet de schakelaar op de kabel voor de multifunctionele aansluiting in de stand "TV". CAMERA TV DISP SEL NL 88 VGA 2/9 2006 1 1 10:30PM Regeltoets De beelden die met de camera zijn opgenomen, worden op het tv-scherm weergegeven. Druk op b/B op de regeltoets om het gewenste beeld te kiezen. • Als u de camera in het buitenland gebruikt, kan het noodzakelijk zijn de videosignaaluitgang in te stellen overeenkomstig dat van het plaatselijke tvsysteem (blz. 61). TV-kleursystemen Als u de beelden op een tv-scherm wilt weergeven, hebt u een tv nodig met een video-ingangsaansluiting en de kabel voor de multifunctionele aansluiting. Het kleursysteem van de tv moet overeenstemmen met dat van uw digitale camera. Raadpleeg de onderstaande lijsten voor het tv-kleursysteem van het land of gebied waarin u de camera gebruikt. NTSC-systeem Bahama-eilanden, Bolivia, Canada, Chili, Colombia, Ecuador, Filippijnen, Jamaica, Japan, Korea, Mexico, Midden-Amerika, Peru, Suriname, Taiwan, Venezuela, Verenigde Staten, enz. PAL-systeem Australië, België, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Hongarije, Hongkong, Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Singapore, Slowakije, Spanje, Thailand, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland, enz. Uw camera op uw tv aansluiten PAL-M-systeem Brazilië PAL-N-systeem Argentinië, Paraguay, Uruguay SECAM-systeem Bulgarije, Frankrijk, Guyana, Irak, Iran, Monaco, Oekraïne, Rusland, enz. NL 89 Problemen oplossen Problemen oplossen Indien u problemen ondervindt met de camera, probeer dan de volgende oplossingen. 1 Controleer de punten op bladzijde 91 t/m 102. Als een foutcode zoals "C/E:ss:ss" op het LCD-scherm wordt weergegeven, zie blz. 103. 2 Verwijder de accu en plaats na een minuut de accu opnieuw en schakel de camera in. 3 Stel de instellingen terug op de standaardinstellingen (blz. 59). 4 Neem contact op met uw Sony-handelaar of de plaatselijke technische dienst van Sony. Wanneer u de camera opstuurt om te laten repareren geeft u automatisch toestemming om de beeldgegevens en muziekbestanden die in het interne geheugen zijn opgeslagen te controleren. NL 90 Accu en spanning De accu kan niet worden geplaatst. • Gebruik bij het plaatsen van de accu de punt van de accu om de accu-uitwerphendel naar de onderkant van de camera te duwen (t stap 1 in "Lees dit eerst"). • Plaats de accu op de juiste wijze (t stap 1 in "Lees dit eerst"). De accu-restladingsindicator is onjuist, of voldoende resterende acculading wordt aangegeven, maar de lading wordt te snel verbruikt. • Dit doet zich voor wanneer u de camera op een zeer warme of koude plaats gebruikt (blz. 109). • De weergegeven resterende accuduur verschilt van de werkelijke accuduur. Ontlaad de accu volledig en laad deze vervolgens volledig op om de weergave te corrigeren. • De accu is leeg. Plaats een volledig opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst"). • De accu is niet meer bruikbaar (blz. 109). Vervang de accu door een nieuwe. De accu raakt te snel leeg. • Laad de accu voldoende op (t stap 1 in "Lees dit eerst"). • U gebruikt de camera op een zeer koude plaats (blz. 109). • De accu-aansluitpunten zijn vuil. Maak de accu-aansluitpunten schoon met een wattenstaafje o.i.d. en laad de accu op. • De accu is niet meer bruikbaar (blz. 109). Vervang de accu door een nieuwe. De camera kan niet worden ingeschakeld. • Plaats de accu op de juiste wijze (t stap 1 in "Lees dit eerst"). • De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst"). • De accu is niet meer bruikbaar (blz. 109). Vervang de accu door een nieuwe. Problemen oplossen De camera schakelt plotseling uit. • Als u de camera gedurende drie minuten niet bedient terwijl deze is ingeschakeld, wordt de camera automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu leeg raakt. Schakel de weer camera in (t stap 2 in "Lees dit eerst"). • De accu is leeg. Plaats een opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst"). NL 91 Stilstaande beelden/bewegende beelden opnemen De camera kan geen beelden opnemen. • Controleer de resterende opslagcapaciteit van het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" (blz. 21, 22). Als deze vol is, doet u een van de volgende dingen: – Wis overbodige beelden (t stap 6 in "Lees dit eerst"). – Plaats een andere "Memory Stick Duo". • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand voor opnemen (blz. 107). • Tijdens het opladen van de flitser kunt u geen beelden opnemen. • Zet de functieknop op wanneer u stilstaande beelden wilt opnemen. • Zet de functieknop in de stand wanneer u bewegende beelden opneemt. • Het beeldformaat is ingesteld op [640(Fijn)] tijdens het opnemen van bewegende beelden. Doe het volgende: – Stel het beeldformaat in op een andere instelling dan [640(Fijn)]. – Plaats een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 107). Het onderwerp is niet zichtbaar op het scherm. • Zet de functieknop in een andere stand dan (blz. 25). Het opnemen duurt erg lang. • De NR lange-sluitertijdfunctie is ingeschakeld (blz. 17). Dit is normaal. Het beeld is onscherp. • Het onderwerp bevindt zich te dichtbij. Neem op met de opnamefunctie (Macro). Zorg ervoor dat u tijdens het opnemen de lens verder van het onderwerp afhoudt dan de minimale opnameafstand, ongeveer 8 cm voor groothoek (W)/25 cm voor telefoto (T). Of selecteer (vergrootglas) en stel scherp op een afstand van ongeveer 1 cm tot 20 cm tot het onderwerp (t stap 5 in "Lees dit eerst"). • (vergrootglas) is ingesteld of (schemerfunctie), (landschapsfunctie) of (vuurwerkfunctie) is geselecteerd in de scènekeuzefunctie bij het opnemen van stilstaande beelden. • De scherpstelling-voorkeuzefunctie is gekozen. Kies de automatische scherpstellingsfunctie (blz. 35). • Raadpleeg "Als het onderwerp niet scherpgesteld is" op blz. 36. De optische zoom werkt niet. • Als u (vergrootglas) hebt geselecteerd, is de optische zoomfunctie niet beschikbaar. De digitale precisie-zoomfunctie werkt niet. • Stel [Digitale zoom] in op [Nauwkeurig] (blz. 51). • Deze functie kan niet worden gebruikt tijdens het opnemen van bewegende beelden. NL 92 De slimme-zoomfunctie werkt niet. • Stel [Digitale zoom] in op [Slim] (blz. 51). • Deze functie kan niet worden gebruikt wanneer: – Het beeldformaat is ingesteld op [7M] of [3:2]. – U in de Multi Burst-functie opneemt. – U bewegende beelden opneemt. De flitser werkt niet. • De flitsfunctie is ingesteld op (Altijd flitsen uitgeschakeld) (t stap 5 in "Lees dit eerst"). • U kunt de flits niet gebruiken wanneer: – [Mode] (Opn.functie) is ingesteld op [Burst], [Exposure Bracket] of [Multi Burst] (blz. 39). – (hoge gevoeligheid), (schemerfunctie) of (vuurwerkfunctie) is geselecteerd in de scènekeuzefunctie (blz. 26). – Wanneer de functieknop op staat. (altijd flitsen ingeschakeld) wanneer (vergrootglas) is ingesteld of (landschapsfunctie), (sneeuwfunctie), (strandfunctie) of (kortesluitertijdfunctie) is geselecteerd in de scènekeuzefunctie (t stap 5 in "Lees dit eerst"). • Stel de flitser in op Wazige vlekken verschijnen in beelden opgenomen met de flitser. • Het flitserlicht is weerkaatst door stof in de lucht dat daardoor in het beeld werd opgenomen. Dit is normaal. De close-upopnamefunctie werkt niet. • (schemerfunctie), (landschapsfunctie) of scènekeuzefunctie (blz. 26). (vuurwerkfunctie) is geselecteerd in de De datum en tijd worden niet weergegeven. • De datum en tijd worden niet weergegeven tijdens het opnemen. Deze worden alleen tijdens Problemen oplossen het afspelen weergegeven. De datum en tijd worden onjuist opgenomen. • Stel de juiste datum en tijd in (t stap 2 in "Lees dit eerst"). De F-waarde en de sluitertijd knipperen wanneer u de sluiterknop half indrukt. • De belichting is niet goed. Stel de belichting goed in (blz. 34). Het beeld is te donker. • U neemt een onderwerp met een lichtbron erachter op. Kies de lichtmeetfunctie (blz. 37) of stel de belichting in (blz. 34). • Het scherm is niet helder genoeg. Pas de helderheid van de LCD-achtergrondverlichting aan (blz. 20). NL 93 Het beeld is te licht. • U neemt een verlicht onderwerp in een donkere omgeving op, zoals op een podium. Regel de belichting (blz. 34). • Het scherm is te helder. Pas de helderheid van de LCD-achtergrondverlichting aan (blz. 20). De kleuren van het beeld zijn niet juist. • Stel [COLOR] (Kleurfunctie) in op [Normaal] (blz. 33). Bij het filmen van een zeer helder onderwerp verschijnen er verticale strepen. • Dit is een bekend storingsfenomeen. Dit verschijnsel duidt niet op een defect. In het beeld verschijnt ruis wanneer u op een donkere plaats naar het scherm kijkt. • De camera probeert de zichtbaarheid van het scherm te verhogen door het beeld tijdelijk helderder te maken onder omstandigheden met een slechte verlichting. Dit is niet van invloed op het opgenomen beeld. De ogen van het onderwerp zijn rood. • Stel in het (Setup) menu het menuonderdeel [Rode-ogeneff.] in op [Aan] (blz. 52). • Neem het onderwerp op vanaf een afstand kleiner dan de aanbevolen opnameafstand bij gebruik van de flitser (t stap 5 in "Lees dit eerst"). • Verlicht het vertrek en neem het onderwerp op. Punten verschijnen en blijven op het scherm. • Dit is normaal. Deze punten worden niet opgenomen (blz. 4, t "Lees dit eerst"). Beelden kunnen niet continu worden opgenomen. • Het interne geheugen of "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden (t stap 6 in "Lees dit eerst"). • De accu is zwak. Plaats een opgeladen accu. NL 94 Beelden bekijken Raadpleeg "Computers" (blz. 96) met betrekking tot de onderstaande punten. De camera kan geen beelden weergeven. • Zet de functieknop op (blz. 25). • De map-/bestandsnaam is veranderd op de computer (blz. 72). • Wanneer een beeldbestand is bewerkt door een computer of wanneer het beeldbestand werd opgenomen op een ander model dan uw camera, kan het weergeven van het beeldbestand op uw camera niet gegarandeerd worden. • De camera staat in de USB-functie. Wis de USB-verbinding (blz. 70). De datum en tijd worden niet weergegeven. • De toets (schermweergave) is uitgeschakeld (blz. 20). Onmiddellijk nadat de weergave is begonnen, ziet het beeld er grof uit. • Onmiddellijk nadat de weergave is begonnen kan het beeld er grof uitzien als gevolg van de beeldverwerking. Dit is normaal. Het beeld wordt niet op het scherm weergegeven wanneer een USB-verbinding tot stand komt. • De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "TV". Koppel de kabel voor multifunctionele aansluiting los of zet de schakelaar in de stand "CAMERA" (blz. 66). Het beeld verschijnt niet op het tv-scherm. • Controleer [Video-uit] om te zien of het video-uitgangssignaal van de camera is ingesteld overeenkomstig het kleursysteem van de tv (blz. 61). Problemen oplossen • Controleer of de aansluiting juist is (blz. 88). • De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "CAMERA". Zet deze in de stand "TV" (blz. 88). Beelden wissen/bewerken De camera kan geen beeld wissen. • Annuleer de beveiliging (blz. 45). • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand voor opnemen (blz. 107). U hebt per ongeluk een beeld gewist. • Als u eenmaal een beeld hebt gewist, kunt u dit niet herstellen. Wij adviseren dat u de beelden beveiligt (blz. 44) of op de "Memory Stick Duo" de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK zet (blz. 107) om per ongeluk wissen te voorkomen. NL 95 De functie voor verandering van het formaat werkt niet. • U kunt het beeldformaat van bewegende beelden en Multi Burst-beelden niet veranderen. De DPOF-afdrukmarkering kan niet worden weergegeven. • De DPOF-afdrukmarkering kan niet worden weergegeven op bewegende beelden. Bewegende beelden kunnen niet worden geknipt. • De bewegende beelden zijn niet lang genoeg om te knippen (korter dan ongeveer twee seconden). • Annuleer de beveiliging (blz. 45). • Stilstaande beelden kunnen niet worden geknipt. Computers U weet niet of het besturingssysteem van uw computer compatibel is met de camera. • Controleer "Aanbevolen computeromgeving" op blz. 63 voor Windows, en blz. 78 voor Macintosh. Er verschijnt niets op het scherm van de camera wanneer een USB-verbinding tot stand komt. • De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "TV". Zet deze in de stand "CAMERA" (blz. 66). Uw computer herkent de camera niet. • Schakel de camera in (t stap 2 in "Lees dit eerst"). • Als de acculading laag is, plaatst u een opgeladen accu (t stap 1 in "Lees dit eerst") of gebruikt u de netspanningsadapter (blz. 14). • Gebruik de kabel voor de multifunctionele aansluiting (bijgeleverd) (blz. 66). • Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los van zowel de computer als de camera, en sluit deze daarna weer stevig aan. Controleer of "USB-functie Mass Storage" wordt weergegeven (blz. 66). • Stel in het (Setup) menu het menuonderdeel [USB-aansl.] in op [Mass Storage] (blz. 60). • Koppel alle apparatuur, behalve de camera, het toetsenbord en de muis, los van de USBaansluitingen van de computer. • Sluit de camera rechtstreeks aan op de computer en niet via een USB-hub of ander apparaat (blz. 66). • De software (bijgeleverd) is niet geïnstalleerd. Installeer de software (blz. 64). • De computer herkent het apparaat niet goed, omdat u de camera hebt aangesloten op de computer met de kabel voor multifunctionele aansluiting vóórdat u de software (bijgeleverd) hebt geïnstalleerd. Verwijder het foutief herkende apparaat van de computer en installeer het USB-stuurprogramma (zie volgende onderdeel). NL 96 Het pictogram van de "Removable disk" (externe schijf) wordt niet op de computermonitor weergegeven wanneer u de computer en de camera op elkaar aansluit. • Volg de onderstaande procedure om het USB-stuurprogramma opnieuw te installeren. De onderstaande procedure is voor een computer waarop Windows draait. 1 Klik met de rechtermuisknop op [My Computer] om het menu weer te geven en klik daarna op [Properties]. Het "System Properties" venster wordt geopend. 2 Klik op [Hardware] t [Device Manager]. • Op een computer die op Windows Me draait, klikt u op de tab [Device Manager]. Het venster "Device Manager" wordt weergegeven. 3 Klik met de rechtermuisknop op [ Sony DSC] en klik daarna op [Uninstall] t [OK]. Het apparaat is verwijderd. 4 Installeer de software (blz. 64). Het USB-stuurprogramma wordt ook geïnstalleerd. U kunt geen beelden kopiëren. • Sluit de camera op de juiste manier aan op de computer via een USB-verbinding (blz. 66). • Volg de betreffende kopieerprocedure voor uw besturingssysteem (blz. 66 en 78). • Als u beelden opneemt op een "Memory Stick Duo" die werd geformatteerd op een computer, kan het onmogelijk zijn de beelden naar een computer te kopiëren. Maak een opname met een "Memory Stick Duo" die geformatteerd is door uw camera (blz. 56). Nadat de USB-verbinding tot stand is gekomen, start "Cyber-shot Viewer" niet automatisch op. • Start "Media Check Tool" (blz. 73). • Breng de USB-verbinding tot stand nadat de computer is opgestart (blz. 66). Problemen oplossen Het beeld kan niet worden weergegeven op een computer. • Raadpleeg de Help als u "Cyber-shot Viewer" gebruikt. • Raadpleeg de fabrikant van de computer of de software. Wanneer u bewegende beelden op een computer bekijkt, worden beeld en geluid onderbroken door storing. • U geeft de bewegende beelden rechtstreeks weer vanuit het interne geheugen of vanaf de "Memory Stick Duo". Kopieer de bewegende beelden naar de vaste schijf van de computer en geef daarna de bewegende beelden weer vanaf de vaste schijf (blz. 65). U kunt een beeld niet afdrukken. • Controleer de printerinstellingen. NL 97 Beelden die al een keer naar de computer gekopieerd zijn kunnen niet door de camera weergegeven worden. • Kopieer de beelden naar een map die door de camera wordt herkend, zoals "101MSDCF" (blz. 70). • Bedien op de juiste wijze (blz. 72). Cyber-shot Viewer Beelden worden niet juist weergegeven met "Cyber-shot Viewer". • Controleer of de map met de beelden is geregistreerd in "Viewed folders". Als de beelden zelfs niet worden weergegeven wanneer de map is geregistreerd in "Viewed folders", werkt u de database bij (blz. 76). U kunt beelden die zijn geïmporteerd met "Cyber-shot Viewer", niet vinden. • Kijk in de map "My Pictures". • Zie "De "Folder to be imported" (Mappen voor importeren) veranderen" op blz. 76 en controleer welke map wordt gebruikt voor het importeren, als u de standaardinstellingen hebt gewijzigd. U wilt de "Folder to be imported" wijzigen. • Open het scherm "Import Settings" om de "Folder to be imported" te wijzigen. U kunt een andere map opgeven nadat u deze hebt geregistreerd in "Viewed folders" met "Cyber-shot Viewer" (blz. 76). Alle geïmporteerde beelden worden in de kalender weergegeven met de datum 1 januari. • U hebt de datum nog niet ingesteld op de camera. Stel de datum in op de camera (t stap 2 in "Lees dit eerst"). "Memory Stick Duo" De "Memory Stick Duo" kan niet worden geplaatst. • Plaats deze in de juiste richting (t stap 3 in "Lees dit eerst"). Op de "Memory Stick Duo" kan niet worden opgenomen. • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand voor opnemen (blz. 107). • De "Memory Stick Duo" is vol. Wis overbodige beelden (t stap 6 in "Lees dit eerst"). • Plaats een "Memory Stick PRO Duo" (blz. 21) wanneer u bewegende beelden opneemt terwijl het beeldformaat is ingesteld op [640(Fijn)]. NL 98 De "Memory Stick Duo" kan niet worden geformatteerd. • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand voor opnemen (blz. 107). U hebt een "Memory Stick Duo" per ongeluk geformatteerd. • Alle gegevens op de "Memory Stick Duo" zijn gewist door het formatteren. U kunt deze niet meer herstellen. Om te voorkomen dat beelden per ongeluk worden gewist, adviseren wij u de schrijfbeveiligingsschakelaar van de "Memory Stick Duo" in de stand LOCK te zetten (blz. 107). De "Memory Stick PRO Duo" wordt niet herkend door een computer met een "Memory Stick"-sleuf. • Controleer of de "Memory Stick PRO Duo" door de computer en kaartlezer wordt ondersteund. Gebruikers met een computer of kaartlezer van een andere fabrikant dan Sony moeten contact opnemen met die fabrikant. • Als de "Memory Stick PRO Duo" niet wordt ondersteund, sluit u de camera en de computer op elkaar aan (blz. 66, 78). De computer herkent de "Memory Stick PRO Duo". Intern geheugen De camera of uw computer kan de beeldgegevens, die in het interne geheugen zijn opgeslagen, niet weergeven. • Er zit een "Memory Stick Duo" in de camera. Haal deze eruit (t stap 4 in "Lees dit eerst"). Kan de beelden niet opnemen in het interne geheugen. • Er zit een "Memory Stick Duo" in de camera. Haal deze eruit (t stap 4 in "Lees dit eerst"). Problemen oplossen De resterende opslagcapaciteit van het interne geheugen neemt niet toe wanneer de beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen naar een "Memory Stick Duo" worden gekopieerd. • De beeldgegevens worden na het kopiëren niet gewist. Voer [Formatteren] uit (blz. 55) om het interne geheugen te formatteren nadat de beeldgegevens zijn gekopieerd. Kan de beeldgegevens die in het interne geheugen zijn opgeslagen niet kopiëren "Memory Stick Duo". • De "Memory Stick Duo" is vol. Controleer de capaciteit (64 MB of meer wordt aanbevolen). Kan de beeldgegevens op de "Memory Stick Duo" of de computer niet kopiëren naar het interne geheugen. • De beeldgegevens op een "Memory Stick Duo" of een computer kunnen niet naar het interne geheugen worden gekopieerd. NL 99 Afdrukken Zie ook "PictBridge-compatibele printer" (direct hieronder) tezamen met de volgende onderdelen. De beelden worden afgedrukt met beide randen afgesneden. • Als u een beeld afdrukt dat werd opgenomen met het beeldformaat ingesteld op [16:9], kunnen beide randen van het beeld afgesneden zijn. • Als u beelden afdrukt op uw eigen printer, probeert u de instellingen voor trimmen en afdrukken zonder randen te annuleren. Vraag de fabrikant van de printer of de printer deze functies heeft of niet. • Als u de beelden laat afdrukken in een digitale-afdrukwinkel, vraagt u aan het winkelpersoneel of ze de beelden kunnen afdrukken zonder dat de randen worden afgesneden. PictBridge-compatibele printer Het is niet mogelijk een verbinding tot stand te brengen. • De camera kan niet rechtstreeks op een printer worden aangesloten die niet compatibel is met PictBridge. Vraag de fabrikant van de printer of uw printer compatibel is met PictBridge of niet. • Controleer of de printer is ingeschakeld en op de camera kan worden aangesloten. • Stel in het (Setup) menu het menuonderdeel [USB-aansl.] in op [PictBridge] (blz. 60). • Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los en sluit deze weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding van de printer raadplegen. Er verschijnt niets op het scherm van de camera wanneer een USB-verbinding tot stand komt. • De schakelaar op de kabel voor multifunctionele aansluiting staat in de stand "TV". Zet deze in de stand "CAMERA" (blz. 83). Kan geen beelden afdrukken. • Controleer of de camera op de juiste wijze met behulp van de kabel voor de multifunctionele aansluiting op de printer is aangesloten. • Schakel de printer in. Raadpleeg voor verdere informatie de gebruikshandleiding van de printer. • Als u tijdens het afdrukken [Sluiten] selecteert, worden beelden mogelijk niet afgedrukt. Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los en sluit deze weer aan. Als u de beelden nog steeds niet kunt afdrukken, koppelt u de kabel voor de multifunctionele aansluiting los, schakelt u de printer uit en weer in, en sluit u de kabel voor de multifunctionele aansluiting weer aan. • Bewegende beelden kunnen niet afgedrukt worden. • Het is mogelijk dat beelden die zijn opgenomen met een andere camera dan deze, of beelden die op een computer zijn bewerkt, niet kunnen worden afgedrukt. NL 100 De afdrukopdracht is geannuleerd. • U hebt de kabel voor de multifunctionele aansluiting losgekoppeld voordat de indicator (PictBridge-aansluiting) was uitgegaan. In de indexfunctie kan de datum niet worden geprojecteerd en kunnen de beelden niet worden afgedrukt. • De printer heeft deze functies niet. Vraag de fabrikant van de printer of de printer deze functies heeft of niet. • Afhankelijk van de printer kan de datum niet in de functie indexweergave ingevoerd worden. Vraag het de fabrikant van de printer. In plaats van de datum wordt "---- -- --" afgedrukt op het beeld. • Beelden zonder de opgenomen datumgegevens, kunnen niet worden afgedrukt met de datum erop geprojecteerd. Stel [Datum] in op [Uit] en druk het beeld opnieuw af (blz. 84). Het afdrukformaat kan niet worden ingesteld. • Vraag de fabrikant van de printer of het gewenste afdrukformaat beschikbaar is op de printer. Het beeld kan niet op het ingestelde formaat worden afgedrukt. • Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los en sluit deze weer aan elke keer wanneer het papierformaat is veranderd nadat de printer op de camera is aangesloten. • De afdrukinstelling van de camera is anders dan die van de printer. Verander de instelling van de camera (blz. 84) of de printer. De camera kan niet worden bediend nadat het afdrukken is geannuleerd. • Wacht enige tijd terwijl de printer de annuleerbediening uitvoert. Dit kan, afhankelijk van de printer, enige tijd duren. Problemen oplossen Overige De camera werkt niet. • Gebruik het type accu dat in deze camera kan worden gebruikt (blz. 109). • De accu is bijna leeg (De E indicator wordt weergegeven). Laad de accu op (t stap 1 in "Lees dit eerst"). De camera is wel ingeschakeld, maar werkt niet. • De ingebouwde microcomputer werkt niet naar behoren. Verwijder de accu en plaats na een minuut de accu terug en schakel de camera in. Ik ken de betekenis van een indicator op het scherm niet. • Zie blz. 15. NL 101 De lens raakt beslagen. • Er is condensvorming opgetreden. Schakel de camera uit en laat deze gedurende ongeveer een uur liggen voordat u deze weer gebruikt (blz. 111). De camera wordt warm wanneer u deze gedurende een lange tijd gebruikt. • Dit is normaal. Het klok-instelscherm wordt weergegeven nadat de camera is ingeschakeld. • Stel de datum en tijd opnieuw in (t stap 2 in "Lees dit eerst"). NL 102 Foutcodes en meldingen Zelfdiagnosefunctie Als een foutcode met een letter begint, heeft de zelfdiagnosefunctie van de camera een storing vastgesteld. De laatste twee cijfers (hieronder aangeduid met twee blokjes ss) verschillen afhankelijk van de toestand van de camera. Als u het probleem niet kunt verhelpen, zelfs niet nadat u de volgende oplossingen een aantal keer hebt geprobeerd, moet de camera wellicht worden gerepareerd. Neem contact op met de Sony-handelaar of een plaatselijke, door Sony erkende onderhoudsdienst. E:61:ss E:62:ss E:91:ss • Er is een storing opgetreden in de camera. Stel alle instellingen terug op de standaardinstellingen van de camera (blz. 59) en schakel deze daarna weer in. Meldingen Als een van de onderstaande meldingen wordt weergegeven, voert u de vermelde instructies uit. C:32:ss • Er is een probleem met de hardware van de camera. Schakel het apparaat uit en daarna weer in. C:13:ss • De camera kan geen gegevens lezen • De accu is zwak. Laad de accu onmiddellijk op (t stap 1 in "Lees dit eerst"). Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden of het soort accu, kan de indicator knipperen ondanks dat er nog voor 5 of 10 minuten acculading over is. Alleen voor "InfoLITHIUM" accu • De accu is niet van het type "InfoLITHIUM". Systeemfout Problemen oplossen vanaf of schrijven op de "Memory Stick Duo". Schakel de camera uit en weer in of plaats de "Memory Stick Duo" een aantal keer opnieuw. • Het interne geheugen heeft een formatteringsfout begaan, of een nietgeformatteerde "Memory Stick Duo" is geplaatst. Formatteer het interne geheugen of de "Memory Stick Duo" (blz. 56). • De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in deze camera worden gebruikt, of de gegevens zijn beschadigd. Plaats een nieuwe "Memory Stick Duo" (blz. 107). E • Schakel de camera uit en daarna weer in (t stap 2 in "Lees dit eerst"). Fout van intern geheugen • Schakel de camera uit en daarna weer in (t stap 2 in "Lees dit eerst"). NL 103 Plaats de Memory Stick opnieuw • Plaats de "Memory Stick Duo" op de juiste wijze. • De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 107). • De "Memory Stick Duo" is beschadigd. • De aansluitpunten van de "Memory Stick Duo" zijn vuil. Verkeerd type Memory Stick • De geplaatste "Memory Stick Duo" kan niet in de camera worden gebruikt (blz. 107). Geen bestanden in deze map • Er zijn geen beelden opgenomen in deze map. • U hebt de bediening niet juist uitgevoerd toen u beelden kopieerde vanaf uw computer (blz. 72). Mapfout • Op de "Memory Stick Duo" staat al een map met dezelfde drie eerste cijfers (bijvoorbeeld: 123MSDCF en 123ABCDE). Kies een andere map of maak een andere map (blz. 56). Kan geen mappen meer maken Formatteringsfout • Formatteer het medium opnieuw (blz. 55 en 56). Memory Stick vergrendeld • U gebruikt een "Memory Stick Duo" met een schrijfbeveiligingsschakelaar terwijl de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK staat. Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand voor opnemen (blz. 107). • Op de "Memory Stick Duo" staat een map waarvan de naam begint met "999". U kunt in dat geval geen mappen meer maken. Kan niet opnemen • De camera kan geen beelden opnemen in de gekozen map. Kies een andere map (blz. 57). Bestandsfout • Tijdens het weergeven van het beeld is Geen geheugenruimte in het intern geheugen Geen geheugenruimte in de Memory Stick • Wis overbodige beelden of bestanden een fout opgetreden. Bestandsbeveiliging • Schakel de beveiliging uit (blz. 45). (t stap 6 in "Lees dit eerst"). Te groot beeldformaat Geheugen voor alleen-lezen • De camera kan geen beelden opnemen of wissen op deze "Memory Stick Duo". Geen bestand • Er zijn geen beelden opgenomen in het interne geheugen. NL 104 • U geeft een beeld weer met een formaat dat niet kan worden weergegeven op uw camera. Kan niet opdelen • De bewegende beelden zijn niet lang genoeg om te knippen (korter dan ongeveer twee seconden). • Het bestand is geen bewegend beeld. Ongeldige bediening Geen afdrukbaar beeld • U probeert een bestand weer te geven • U probeerde [DPOF-beeld] uit te voeren dat niet compatibel is met de camera. zonder één DPOF-afdrukmarkering op een of meerdere beelden aan te brengen. • U probeerde [Alle in deze map] uit te voeren terwijl een map was gekozen waarin uitsluitend bewegende beelden zitten. U kunt bewegende beelden niet afdrukken. (Trillingswaarschuwingindicator) • Door onvoldoende licht, is de camera gevoelig voor beweging. Gebruik de flitser, schakel de anti-blur-functie in, of bevestig de camera op een statief om de camera vast te zetten. 640(Fijn) is niet beschikbaar • Bewegende beelden met beeldformaat 640(Fijn) kunnen alleen worden opgenomen op een "Memory Stick PRO Duo". Plaats een "Memory Stick PRO Duo" of stel het beeldformaat in op een ander formaat dan [640(Fijn)]. Maak printer-verbinding mogelijk • [USB-aansl.] is ingesteld op Aansluiten op PictBridge apparaat • Controleer de printer. Printerfout • Controleer de printer. • Controleer of het beeld dat u wilt afdrukken beschadigd is. • Het is mogelijk dat de gegevensoverdracht naar de printer nog niet voltooid is. Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting niet los. Problemen oplossen [PictBridge], echter de camera is aangesloten op een apparaat dat niet PictBridge-compatibel is. Controleer het apparaat. • Er is geen verbinding tot stand gebracht. Koppel de kabel voor de multifunctionele aansluiting los en sluit deze weer aan. Bij het verschijnen van een foutmelding op de printer, moet u de handleiding van de printer raadplegen. Printer bezet Papierfout Geen papier Inktfout Inkt bijna op. Inkt helemaal op. Verwerkt • De printer annuleert de huidige afdruktaak. U kunt niet afdrukken totdat dit klaar is. Dit kan, afhankelijk van de printer, enige tijd duren. • U hebt geprobeerd afdrukken te maken vóórdat de printer was aangesloten. Sluit een printer aan die PictBridgecompatibel is. Geen beeld voor diavoorstelling • De gekozen map bevat geen bestand dat met een diavoorstelling met muziek weergegeven kan worden. NL 105 Muziekfout • Wis het muziekbestand of vervang het door een normaal muziekbestand. • Voer [Format. muz.] uit en download daarna een nieuw muziekbestand (blz. 58). Muziekgeheugen-formatteringsfout • Voer [Format. muz.] uit (blz. 58). NL 106 Overige Over de "Memory Stick" Een "Memory Stick" is een compact, draagbaar IC-opnamemedium. De typen "Memory Stick" die kunnen worden gebruikt met deze camera staan vermeld in de onderstaande tabel. Een goede werking kan echter niet worden gegarandeerd voor alle functies van de "Memory Stick". Opmerkingen betreffende de "Memory Stick Duo" (niet bijgeleverd) • U kunt geen beelden opnemen, bewerken of wissen nadat u met een scherppuntig voorwerp de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand LOCK hebt gezet. Aansluiting "Memory Stick"-type Opnemen/ weergeven Memory Stick (zonder MagicGate) — Memory Stick (met MagicGate) — Memory Stick Duo (zonder MagicGate) a Memory Stick Duo (met MagicGate) a*1*2 MagicGate Memory Stick — MagicGate Memory Stick Duo a*1 Memory Stick PRO — Memory Stick PRO Duo a*1*2*3 *1 • Wij kunnen de juiste werking van een "Memory Stick Duo" die op een computer is geformatteerd niet garanderen in deze camera. • De lees-/schrijfsnelheid van de gegevens verschilt afhankelijk van de gebruikte "Memory Stick Duo" en apparatuur. Ruimte voor aantekeningen De stand en/of de vorm van de schrijfbeveiligingsschakelaar kan verschillend zijn afhankelijk van de "Memory Stick Duo" die u gebruikt. • De "Memory Stick Duo" mag niet worden verwijderd terwijl deze bezig is met het lezen of wegschrijven van gegevens. • De gegevens kunnen in de volgende gevallen beschadigd zijn: – wanneer de "Memory Stick Duo" uit de camera wordt gehaald of de camera wordt uitgeschakeld tijdens het lezen of schrijven van gegevens – wanneer de "Memory Stick Duo" wordt gebruikt op plaatsen met statische elektriciteit of elektrische ruis • We raden u aan van belangrijke gegevens een reservekopie te maken. • Druk niet hard wanneer u in het aantekeningenvak schrijft. • Plak geen stickers op de "Memory Stick Duo" zelf of op de Memory Stick Duo-adapter. • Wanneer u de "Memory Stick Duo" draagt of bewaart, plaatst u deze terug in het doosje dat erbij geleverd werd. • Raak de aansluitingen van de "Memory Stick Duo" niet aan met uw hand of een metalen voorwerp. • Sla, verbuig of laat de "Memory Stick Duo" niet vallen. • Demonteer of transformeer de "Memory Stick Duo" niet. • Stel de "Memory Stick Duo" niet bloot aan water. Overige "Memory Stick Duo", "MagicGate Memory Stick Duo" en "Memory Stick PRO Duo" zijn uitgerust met MagicGate-functies. MagicGate is een technologie ter bescherming van auteursrechten waarbij gebruik wordt gemaakt van versleutelingstechnologie. Opnemen/ weergeven van gegevens waarbij MagicGate functies zijn vereist, kan niet met deze camera worden uitgevoerd. *2 Ondersteunt een hoge gegevensoverdrachtsnelheid via een parallelle interface. *3 Bewegende beelden kunnen worden opgenomen op beeldformaat 640(Fijn). Schrijfbeveiligingsschakelaar NL 107 • Laat de "Memory Stick Duo" niet liggen binnen het bereik van kleine kinderen. Zij kunnen deze per ongeluk inslikken. • Gebruik of bewaar de "Memory Stick Duo" niet op de volgende plaatsen: – plaatsen met een hoge temperatuur, zoals in een hete auto die in de zon is geparkeerd – plaatsen die zijn blootgesteld aan direct zonlicht – op vochtige plaatsen of plaatsen waar zich corrosieve stoffen bevinden Opmerkingen over de Memory Stick Duo-adaptor (niet bijgeleverd) • Als u een "Memory Stick Duo" in een "Memory Stick"-compatibel apparaat wilt gebruiken, moet u de "Memory Stick Duo" eerst in een Memory Stick Duo-adapter steken. Als u een "Memory Stick Duo" rechtstreeks in een "Memory Stick"compatibel apparaat steekt zonder gebruik te maken van een Memory Stick Duo-adapter, kan het onmogelijk zijn deze vervolgens weer uit het apparaat te halen. • Wanneer u een "Memory Stick Duo" in een Memory Stick Duo-adapter steekt, let u er goed op dat de "Memory Stick Duo" in de juiste richting erin wordt gestoken, en steek deze daarna er helemaal in. In de verkeerde richting insteken kan tot een defect leiden. • Wanneer u een "Memory Stick Duo" die in een Memory Stick Duo-adapter is gestoken in een "Memory Stick"-compatibel apparaat gebruikt, let u er goed op dat de "Memory Stick Duo" in de juiste richting wordt geplaatst. Merk op dat door onjuist gebruik de camera kan worden beschadigd. • Plaats nooit een Memory Stick Duo-adapter in een "Memory Stick"-compatibel apparaat zonder een "Memory Stick Duo" erin. Als u dit toch doet, kan een storing in de camera optreden. Opmerkingen betreffende de "Memory Stick PRO Duo" (niet bijgeleverd) "Memory Stick PRO Duo" met een opslagcapaciteit tot 2 GB zijn goedgekeurd voor gebruik in deze camera. NL 108 Informatie over de "InfoLITHIUM" accu Deze camera werkt alleen op een "InfoLITHIUM" accu (R-type). Wat is een "InfoLITHIUM" accu? Een "InfoLITHIUM" accu is een lithiumion-accu met functionaliteit voor het uitwisselen van informatie met de camera over de bedieningsomstandigheden. De "InfoLITHIUM" accu berekent het stroomverbruik op basis van de bedieningsomstandigheden van de camera en geeft in minuten aan hoe lang de accu nog meegaat. Opladen Aanbevolen wordt om de accu op te laden bij een omgevingstemperatuur van 10°C tot 30°C. Indien u de accu buiten dit temperatuurbereik oplaadt, bestaat de kans dat u de accu niet doeltreffend kunt opladen. Doeltreffend gebruik van de accu Het is mogelijk dat de spanning wegvalt ondanks dat de accu-restladingsindicator aangeeft dat er nog voldoende lading aanwezig is om het apparaat te bedienen. Gebruik de acculading helemaal en laad de accu volledig op zodat de accurestladingsindicator correct is. Merk echter op dat de juiste accu-indicator soms niet kan worden hersteld als de accu gedurende een lange tijd bij een hoge temperatuur is gebruikt, volledig opgeladen wordt bewaard, of veelvuldig wordt gebruikt. Hoe u de accu moet bewaren • Als de accu gedurende een lange tijd niet gebruikt wordt, laadt u deze eenmaal per jaar volledig op en verbruikt u de lading volledig met uw camera, voordat u de accu weer bewaart op een droge, koele plaats. Herhaal deze oplaaden verbruikprocedure eenmaal per jaar om een goede werking van de accu te behouden. • U kunt de lading van de accu helemaal opgebruiken door de camera ingeschakeld te laten staan in de diavoorstellingweergavefunctie (blz. 27) totdat de camera wordt uitgeschakeld. • Om te voorkomen dat de aansluitingen vuil worden, er kortsluiting ontstaat, enz., moet u de bijgeleverde accuhouder gebruiken voor transport en bewaring. Levensduur van de accu • De levensduur van de accu is beperkt. De capaciteit van de accu neemt geleidelijk af naarmate u deze meer gebruikt en de tijd verstrijkt. Als de gebruiksduur van de accu aanzienlijk korter lijkt te zijn geworden, is de meest waarschijnlijke oorzaak dat het einde van de levensduur van de accu is bereikt. Koop een nieuwe accu. • De levensduur van de accu wordt mede bepaald door de manier waarop deze wordt bewaard, alsmede de omstandigheden en omgeving waarin de accu wordt gebruikt. Overige • Bij lage temperaturen verminderen de prestaties van de accu. Op koude plaatsen kan de accu daarom minder lang worden gebruikt. Wij bevelen het volgende aan om de accu langer mee te laten gaan: – Doe de accu in een zak tegen uw lichaam aan om de accu op te warmen, en plaats deze in de camera vlak voordat u begint met opnemen. • De accu zal snel leeg raken als u de flitser of zoom vaak gebruikt. • Wij bevelen u aan om extra accu’s voor twee- tot driemaal de verwachte opnameduur bij de hand te houden, en om proefopnamen te maken alvorens u de eigenlijke opnamen gaat maken. • Laat de accu niet nat worden. De accu is niet waterdicht. • Laat de accu niet liggen op zeer warme plaatsen, zoals in een voertuig of in direct zonlicht. Accu-restladingsindicator NL 109 De acculader x De acculader • Laad met behulp van de acculader die bij uw camera werd geleverd geen andere accu op dan een Sony "InfoLITHIUM"-accu. Als u andere accu’s dan de bijgeleverde accu probeert op te laden, kunnen deze gaan lekken, oververhit raken of exploderen, waardoor gevaar van letsel als gevolg van elektrische schokken en brandwonden ontstaat. • Haal de opgeladen accu uit de acculader. Als u de opgeladen accu in de acculader laat zitten, kan dit ten koste gaan van de levensduur van de accu. • Als het CHARGE-lampje knippert, kan dit een accufout aangeven of het feit dat een andere accu dan het opgegeven type is geplaatst. Controleer of de geplaatste accu van het opgegeven type is. Als de accu van het opgegeven type is, haalt u de accu eruit, vervangt u deze door een nieuwe of een andere, en controleert u of de acculader nu wel goed werkt. Als de acculader nu wel goed werkt, kan een accufout zijn opgetreden. • Als de acculader vuil is, is het mogelijk dat de accu niet goed wordt opgeladen. Maak de acculader schoon met een droge doek, enz. NL 110 Voorzorgsmaatregelen x Gebruik of bewaar de camera niet op de volgende plaatsen • Op een zeer warme, droge of vochtige plaats Op plaatsen zoals een in de zon geparkeerde auto, kan de camerabehuizing door de hitte vervormen, waardoor een storing kan optreden. • Onder rechtstreeks zonlicht of nabij een verwarmingsbron De camerabehuizing kan verkleuren of vervormen, waardoor een storing kan optreden. • Op plaatsen onderhevig aan trillingen • In de buurt van een sterk magnetisch veld • Op zanderige of stoffige plaatsen Wees voorzichtig dat geen zand of stof in de camera kan binnendringen. Hierdoor kan in de camera een storing optreden en in bepaalde gevallen kan deze storing niet worden verholpen. x Vervoeren Als de camera in de achterzak van uw broek of jurk zit, mag u niet in een stoel of op een andere plaats gaan zitten omdat, de camera hierdoor beschadigd kan worden of defect kan raken. x Reiniging Het LCD-scherm reinigen Veeg het schermoppervlak schoon met een LCDreinigingsset (niet bijgeleverd) om vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen. Reiniging van de lens Veeg de lens schoon met een zachte doek om vingerafdrukken, stof, enz. te verwijderen. Deze camera is ontworpen voor gebruik bij een temperatuur van 0°C tot 40°C. Het maken van opnamen op extreem koude of warme plaatsen met temperaturen die buiten het bovenstaande bereik vallen, is niet aan te bevelen. x Condensvorming Als de camera rechtstreeks vanuit een koude naar een warme omgeving wordt overgebracht, kan vocht condenseren binnenin of op de buitenkant van de camera. Deze vochtcondensatie kan een storing in de camera veroorzaken. Condensvorming treedt gemakkelijk op wanneer: • De camera van een koude plaats, zoals een skihelling, naar een goed verwarmde ruimte wordt overgebracht. • De camera bij warm weer vanuit een kamer of auto met airconditioning mee naar buiten wordt genomen, enz. Hoe condensvorming te voorkomen Wanneer u de camera vanuit een koude naar een warme omgeving overbrengt, verpakt u de camera in een goed gesloten plastic zak en laat u deze gedurende ongeveer een uur wennen aan de nieuwe omgevingsomstandigheden. Wanneer er condensvorming optreedt Schakel de camera uit en wacht ongeveer een uur om het vocht te laten verdampen. Als u probeert om opnamen te maken terwijl er nog vocht in de lens aanwezig is, zullen de opgenomen beelden niet helder zijn. Overige De buitenkant van de camera reinigen Maak de buitenkant van de camera schoon met een zachte doek bevochtigd met water en veeg het oppervlak daarna droog met een droge doek. Gebruik de onderstaande middelen niet, omdat deze de afwerking of het camerabehuizing kunnen beschadigen. • Chemische stoffen, zoals thinner, wasbenzine, alcohol, wegwerpreinigingsdoeken, insectenspray, zonnebrandcrème, insecticiden, enz. • Raak de camera niet aan als bovenstaande middelen op uw handen zitten. • Laat de camera niet langdurig in contact met rubber of vinyl. x Bedrijfstemperatuur NL 111 x Interne oplaadbare batterij Deze camera is uitgerust met een interne, oplaadbare batterij om de datum en tijd alsmede andere instellingen bij te houden, ongeacht of de camera is ingeschakeld of niet. Deze interne batterij wordt tijdens het gebruik van de camera voortdurend opgeladen. Indien u de camera echter alleen voor korte perioden gebruikt, raakt deze batterij geleidelijk uitgeput. Indien u de camera helemaal niet gebruikt, is de batterij na circa één maand volledig uitgeput. In dat geval moet u de oplaadbare batterij opladen voordat u de camera gaat gebruiken. Zelfs als u de oplaadbare batterij niet oplaadt, kunt u de camera toch gebruiken zolang u de datum en tijd niet opneemt. Oplaadprocedure voor de interne oplaadbare batterij Plaats een opgeladen accu in de camera, of sluit de camera met behulp van de netspanningsadapter (niet bijgeleverd) aan op een stopcontact, en laat de camera gedurende 24 uur of langer uitgeschakeld liggen. Oplaadprocedure voor de "InfoLITHIUM"-accu t NL 112 stap 1 in "Lees dit eerst" Technische gegevens Camera [Stroomvoorziening, algemeen] Spanning [Systeem] Beeldsysteem 7,20 mm (1/2,5 type) kleurenCCD, primair kleurenfilter Totaal aantal pixels van de camera Ong. 7 410 000 pixels Effectief aantal pixels van de camera Ong. 7 201 000 pixels Lens Carl Zeiss Vario-Tessar 3× zoomlens f = 6,33 – 19,0 mm (38 – 114 mm omgerekend naar een 35 mm fotocamera) F3,5 – 4,3 Belichtingsregeling Automatische belichting, Scènekeuze (9 functies) Witbalans Automatisch, Daglicht, Bewolkt, Fluorescerend, Lamplicht, Flitser Bestandsformaat (voldoet aan DCF) Stilstaande beelden: Exif Versie 2.21 voldoet aan JPEG, DPOFcompatibel Bewegende beelden: Voldoet aan MPEG1 (mono) Opnamemedium Intern geheugen (58 MB) "Memory Stick Duo" Flitser Aanbevolen afstand (ISO ingesteld op Auto): Ong. 0,1 t/m 3,4 m (W)/ Ong. 0,25 t/m 2,7 m (T) [Ingangs- en uitgangsaansluitingen] Multifunctionele aansluiting USB-verbinding Hi-Speed USB (voldoet aan USB 2.0) Netspanningsadapter AC-LS5K (niet bijgeleverd), 4,2 V Stroomverbruik (tijdens opname) 1,1 W Bedrijfstemperatuur 0 tot 40°C Opslagtemperatuur –20 tot +60°C Afmetingen 95×56,5×23,3 mm (B/H/D, exclusief uitstekende delen) Gewicht Ong. 169 g (inclusief NP-FR1 accu, polsriem, enz.) Microfoon Electret-condesatormicrofoon Luidspreker Dynamische luidspreker Exif Print Compatibel PRINT Image Matching III Compatibel PictBridge Compatibel BC-CS3 acculader Voeding 100 tot 240 V wisselstroom van 50/60 Hz, 3,2 W Uitgangsspanning 4,2 V gelijkstroom, 500 mA Bedrijfstemperatuur 0 tot 40°C Opslagtemperatuur –20 tot +60°C Afmetingen Ong. 66×23×91 mm (B/H/D) Gewicht Ong. 70 g 7,5 cm (3,0 type) TFTaansturing Totaal aantal beeldpunten 230 400 (960×240) beeldpunten Gebruikte accu Overige Oplaadbare accu NP-FR1 [LCD-scherm] LCD-scherm Oplaadbare accu NP-FR1, 3,6 V Lithiumion-accu Maximale spanning 4,2 V gelijkstroom Nominale spanning 3,6 V gelijkstroom Capaciteit 4,4 Wh (1 220 mAh) Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens zijn voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving. NL 113 Index Index A Aansluiten Computer.......................66 Printer............................83 TV .................................88 Aantal beelden/opnameduur .......................................21 Altijd flitsen uitgeschakeld t stap 5 in "Lees dit eerst" Auto Review ........................ 53 Beeldbestanden opgeslagen op de computer weergeven op de camera ...........................72 Automatische instelfunctie Beelden kopiëren.....65, 78 t stap 5 in "Lees dit eerst" Macintosh......................78 Accu-restladingsindicator t stap 1 in "Lees dit eerst" Automatische scherpstelling .................. 9 Levensduur van de accu ...............................24 Automatische uitschakelfunctie t stap 2 in "Lees dit eerst" Plaatsen/Verwijderen t stap 1 in "Lees dit eerst" Accu opladen t stap 1 in "Lees dit eerst" Acculader............................110 t stap 1 in "Lees dit eerst" Achteruitspoelen/ Vooruitspoelen t stap 6 in "Lees dit eerst" Daglicht ................................ 37 DC IN-aansluiting ................ 14 Beeldbestand-geheugenlocaties en bestandsnamen ......... 70 Beelden afdrukken in een winkel ........................... 86 Beelden kopiëren naar uw computer ....................... 65 Beeldformaat........................ 11 t stap 4 in "Lees dit eerst" Beeldkwaliteit ................ 11, 38 Bestandsnummer.................. 60 Indexfunctie...................82 Bestandsnaam ...................... 70 Besturingssysteem ......... 63, 78 Beveiliging ........................... 44 114 De camera in het buitenland gebruiken t stap 1 in "Lees dit eerst" De camera vasthouden t stap 5 in "Lees dit eerst" De klok instellen t stap 2 in "Lees dit eerst" Diafragma.............................10 Diavoorstelling ..................... 27 Digitale zoom ....................... 51 DirectX ................................. 63 DPOF....................................86 Dradenkruis van de puntlichtmeting .............37 Bewolkt ................................ 37 Bijgeleverde accessoires t in "Lees dit eerst" E Effectief aantal pixels .........113 Afdrukmarkering ..................86 Bracket-stap ......................... 41 AF-functie ............................51 Burst..................................... 39 Elektronische transformator t stap 1 in "Lees dit eerst" AF-verlichting ......................53 C Enkel..................................... 51 Altijd flitsen ingeschakeld t stap 5 in "Lees dit eerst" Camera 1 .............................. 51 Enkelbeeldafdrukfunctie ...... 82 Camera 2 .............................. 54 EV......................................... 34 Compressieverhouding......... 12 EV aanpassen ....................... 34 AF-vergrendeling..................36 NL Cyber-shot Viewer................ 73 Beeldbestandgeheugenlocaties........... 70 t stap 5 in "Lees dit eerst" Enkelbeeldfunctie..........82 Windows........................ 62 Contrast ................................ 41 D Belichting............................. 10 Afdrukken.............................81 Software ............ 64, 73, 77 B AE/AF-vergrendelingsindicator .......................................36 AF-bereikzoekerframe..........35 Aanbevolen omgeving ................................. 63, 78 Altijd flitsen t stap 5 in "Lees dit eerst" Accu Opladen t stap 1 in "Lees dit eerst" Computer.............................. 62 Exposure Bracket..................39 Intern geheugen-tool ............ 55 Macintosh-computer.............78 Extensie ..........................70, 72 Interne oplaadbare batterij ......................... 112 Aanbevolen omgeving .......................................78 F Interval ................................. 41 Fijn........................................38 ISO ................................. 10, 38 Macro t stap 5 in "Lees dit eerst" J Map.......................................43 Flitser ....................................37 Flitsfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" Flitsniveau.............................41 Fluorescerend........................37 Kaarslichtfunctie Formatteren.....................55, 56 G Geprogrammeerd automatisch opnemen ........................25 Gloeilamp .............................37 H "Memory Stick Duo" ..........107 Plaatsen/Verwijderen t stap 3 en 4 in "Lees dit eerst" t stap 5 in "Lees dit eerst" Formaat veranderen ..............45 Functiegids............................52 Wijzigen ........................57 Mass Storage ........................60 K Foutcodes en meldingen .....103 Maken............................56 JPG ....................................... 71 Kabel voor de multifunctionele aansluiting......... 66, 83, 88 Aantal beelden/ opnameduur...................21 Kleur..................................... 11 Kleurfunctie ......................... 33 Schrijf-beveiligingsschakelaar ....................107 Klok instellen ....................... 61 Memory Stick tool ................56 Kopiëren ............................... 57 Menu.....................................30 Korte-sluitertijdfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" Onderdelen ....................31 Opnemen .......................33 Weergeven .....................43 L Menu voor opnemen .............33 Landschapsfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" Menu voor weergeven ..........43 Lange sluitertijd NR............. 17 Monitor .................................51 Langzame synchro t stap 5 in "Lees dit eerst" MPG .....................................71 I LCD-scherm........zie “Scherm” Multi Burst............................39 Indexafdrukfunctie................82 LCD-verlicht ........................ 58 Indexscherm t stap 6 in "Lees dit eerst" Levendig............................... 33 Multifunctionele aansluiting .....................14 Half indrukken ........................9 t stap 5 in "Lees dit eerst" Histogram .......................20, 34 Hoge gevoeligheid t stap 5 in "Lees dit eerst" Indicator.............. zie "Scherm" Lichtmeting met meerdere patronen ........................ 37 Lichtmeting met nadruk op het midden .......................... 37 "InfoLITHIUM" accu .........109 Multi AF ...............................35 Multipoint-AF.......................35 Music Transfer................77, 79 Muziek ..................................28 N Natuurlijk..............................33 Initialiseren ...........................59 M Installeren .............................64 M AF .................................... 51 Intern geheugen ....................22 Mode.....................................39 Index Indicator van AFbereikzoekerframe .........35 Lichtmeetfunctie .................. 37 Midden-AF ...........................35 Netspanningsadapter.............14 t stap 1 in "Lees dit eerst" NL 115 NTSC....................................61 Q Slimme-zoomfunctie ............ 51 Sluitertijd .............................. 10 O Quick Review t stap 5 in "Lees dit eerst" Opnamefunctie .....................39 R Software ................... 64, 73, 77 Opnamemap maken ..............56 Rechtstreeks afdrukken........ 82 Standaard .............................. 38 Opnamemap wijzigen...........57 Reiniging............................ 111 STEADY SHOT ................... 54 Opnemen Roteren................................. 46 Strandfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" Onderbelichting ....................10 Opdelen ................................47 Bewegende beelden t stap 5 in "Lees dit eerst" S S AF ..................................... 51 Stilstaand beeld t stap 5 in "Lees dit eerst" T Scènekeuzefunctie................ 26 Taal ....................................... 59 t stap 5 in "Lees dit eerst" t stap 2 in "Lees dit eerst" Opnemen van bewegende beelden t stap 5 in "Lees dit eerst" Optische zoom ......................51 t stap 5 in "Lees dit eerst" Overbelichting ......................10 P PAL.......................................61 Schemerfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" Technische gegevens .......... 113 Schemer-portretfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" TV......................................... 88 Scherm USB-aansluiting ................... 60 Achtergrondverlichting van het LCD-scherm..... 20 Het weergavescherm veranderen .................... 20 PC .................... zie "Computer" Indicator........................ 15 PictBridge.......................60, 82 Scherpstellen.................... 9, 35 Pieptoon................................58 Scherpstelling-voorkeuze..... 35 t stap 5 in "Lees dit eerst" Scherpte ............................... 42 Pixel......................................11 Schrijfbeveiligingsschakelaar ................... 107 Plaats van de onderdelen ......13 Sepia..................................... 33 Polsriem t in "Lees dit eerst" Setup ........................ 42, 48, 50 U V Vergrootglas t stap 5 in "Lees dit eerst" Vermindering van het rode-ogeneffect .............52 VGA t stap 4 in "Lees dit eerst" Video-uit............................... 61 Vochtcondensatie................111 Camera 2....................... 54 Volume t stap 6 in "Lees dit eerst" Problemen oplossen..............90 Intern geheugen-tool..... 55 Voorzorgsmaatregelen ........ 111 PTP .......................................60 Memory Stick tool ........ 56 Punt-AF ................................35 Setup 1 .......................... 58 Vuurwerkfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" Camera 1....................... 51 Setup 2 .......................... 60 Setup 1 ................................. 58 Setup 2 ................................. 60 116 Trimmen ............................... 49 Precisie-digitale-zoom..........51 Puntlichtmeting ....................37 NL Sneeuwfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" W Wazige beelden....................... 9 WB........................................37 Weergave........ zie "Weergeven" Weergave/bewerken ..............25 Weergavezoom t stap 6 in "Lees dit eerst" Weergeven Bewegende beelden t stap 6 in "Lees dit eerst" Stilstaand beeld t stap 6 in "Lees dit eerst" Windows-computer...............62 Aanbevolen omgeving ...63 Wissen Formatteren .............55, 56 t stap 6 in "Lees dit eerst" Witbalans ..............................37 Z Zachte-klikfunctie t stap 5 in "Lees dit eerst" Zelfdiagnosefunctie ............103 Zelfontspanner t stap 5 in "Lees dit eerst" Zoom t stap 5 in "Lees dit eerst" Z-W.......................................33 Index NL 117 Handelsmerken • is een handelsmerk van Sony Corporation. • "Memory Stick", • • • • • NL 118 , "Memory Stick PRO", , "Memory Stick Duo", , "Memory Stick PRO , "MagicGate" zijn handelsmerken van Duo", en Sony Corporation. "InfoLITHIUM" is een handelsmerk van Sony Corporation. Microsoft, Windows en DirectX zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. Macintosh, Mac OS, iMac, iBook, PowerBook, Power Mac en eMac zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Apple Computer, Inc. Intel, MMX en Pentium zijn wettig gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Intel Corporation. Alle andere in deze gebruiksaanwijzing vermelde systeem- en productnamen zijn in het algemeen handelsmerken of wettig gedeponeerde handelsmerken van de betreffende ontwikkelaars of fabrikanten. Echter, in deze gebruiksaanwijzing zijn de aanduidingen ™ en ® in alle voorkomende gevallen weggelaten.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239

Sony Cyber-shot DSC-T30 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor