Wacker Neuson LTN6L Handleiding

Type
Handleiding
0187528 007 1210
Gebruikershandleiding
Lichtmast
LTN 6L
50 Hz
Copyright-
mededeling
© Copyright 2010 by Wacker Neuson Corporation.
Alle rechten, inclusief het recht tot kopiëren en van verspreiding zijn voorbehouden.
Deze publicatie mag gefotokopieerd worden door de oorspronkelijke koper van de
machine. Elke andere soort vermenigvuldiging is verboden zonder de uitdrukkelijke
schriftelijke toestemming van Wacker Neuson Corporation.
Elke soort niet door Wacker Neuson Corporation geautoriseerde vermenigvuldiging of
versp[reiding vormt een schending van geldige auteursrechten. Tegen overtreders
hiervan zal gerechtelijke vervolging worden ingesteld.
Handels-
merken
Alle handelsmerken waarnaar in deze handleiding verwezen wordt zijn het eigendom
van de respectieve eigenaren ervan.
Fabrikant
Wacker Neuson Corporation
N92W15000 Anthony Avenue
Menomonee Falls, WI 53051 VS
Tel. (262) 255-0500 · Fax (262) 255-0550 · Tel. (800) 770-0957
www.wackerneuson.com
Vertaalde
instructies
Deze Gebruiksaanwijzing is een vertaling van de originele instructies. De
oorspronkelijke taal van deze Gebruiksaanwijzing is Amerikaans Engels.
LTN 6L Voorwoord
wc_tx001374nl.fm 3
Voorwoord
Machines die in deze handleiding worden behandeld
Machine
documentatie
Bewaar te allen tijde een exemplaar van de Gebruikershandleiding bij de
machine.
Gebruik het afzonderlijke Onderdelenboek dat met de machine is meegeleverd
om reserveonderdelen te bestellen.
Zie de afzonderlijke reparatiehandleiding voor gedetailleerde instructies over
onderhoud en reparaties aan de machine.
Mocht u een of meer van deze documenten niet in uw bezit hebben, neem dan
contact op met Wacker Neuson Corporation om een exemplaar te bestellen, of
bezoek www.wackerneuson.com.
Zorg dat u het modelnummer, artikelnummer, revisienummer en serienummer
van de machine bij de hand hebt wanneer u onderdelen bestelt of informatie
over onderhoud aanvraagt.
Verwachtingen t.a.v. informatie in deze handleiding
Deze handleiding verschaft de informatie en procedures voor de veilige bedien-
ing en het veilig onderhoud van het/de bovenstaand(e) Wacker Neuson-
model(len). Lees voor uw eigen veiligheid en om het risico van letsel te vermin-
deren alle instructies die in deze handleiding staan aandachtig door en zorg
ervoor dat u ze begrijpt en naleeft.
De Wacker Neuson Corporation behoudt zich uitdrukkelijk het recht voor om,
zelfs zonder voorafgaande kennisgeving, technische wijzigingen aan te bren-
gen die de prestaties of veiligheidsnormen van haar machines verbeteren.
De informatie in deze handleiding is gebaseerd op machines die zijn vervaar-
digd tot op het moment van publicatie. Wacker Neuson Corporation behoudt
zich het recht voor om elk willekeurig gedeelte van deze informatie zonder
voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
Goedkeuring van de fabrikant
Deze handleiding bevat verschillene verwijzingen naar goedgekeurde onderdelen,
hulpstukken en modificaties. De volgende definities zijn van toepassing:
Goedgekeurde onderdelen of hulpstukken zijn die onderdelen die worden
vervaardigd of geleverd door Wacker Neuson.
Goedgekeurde modificaties zijn veranderingen die door een erkend Wacker
Neuson servicecentrum worden uitgevoerd volgens door Wacker Neuson
gepubliceerde schriftelijke instructies.
Niet-goedgekeurde onderdelen, hulpstukken en modificaties zijn die onder-
delen/veranderingen die niet aan de goedgekeurde criteria voldoen.
Machine Artikelnummer
LTN 6L 0620119, 0620120, 0620557, 0620558
Voorwoord LTN 6L
4 wc_tx001374nl.fm
Niet-goedgekeurde onderdelen, hulpstukken of modificaties kunnen tot het vol-
gende leiden:
ernstig gevaar van letsel voor de operator en personen in het werkgebied;
permanente machineschade, die niet door de garantie wordt gedekt.
Neem onmiddellijk contact op met uw Wacker Neuson dealer als u vragen hebt
over goedgekeurde of niet-goedgekeurde onderdelen, hulpstukken of modificaties.
wc_bo0187528nl_007TOC.fm 5
InhoudsopgaveLTN 6L
Voorwoord 3
1 Informatie inzake veiligheid 9
1.1 Signaalwoorden gevonden in dit Gebruikershandleiding ..................... 9
1.2 Machinebeschrijving en beoogd gebruik .............................................. 9
1.3 Veiligheid Richtlijnen voor bediening van de machine ....................... 11
1.4 Veiligheidsinstructies voor het gebruik van verbrandingsmotoren ..... 13
1.5 Lampveiligheid ................................................................................... 14
1.6 Veiligheidsaspecten onderhoud ......................................................... 15
2 Etiketten 17
2.1 Plaats van labels ................................................................................ 17
2.2 Betekenis van de labels ..................................................................... 19
3 Opheffen van de machine 29
3.1 Procedure ........................................................................................... 29
4 Bedrijf 30
4.1 De lampen bijstellen ........................................................................... 31
4.2 De lampen bedienen .......................................................................... 32
4.3 De mast ophijsen (handbediend liersysteem) .................................... 33
4.4 De mast neerlaten (handbediend liersysteem) ................................... 34
4.5 Bedieningspanelen - 50 Hz - Handbediend liersysteem .................... 36
4.6 Starten ................................................................................................ 38
4.7 Automatische uitschakeling ................................................................ 38
4.8 Stoppen .............................................................................................. 39
4.9 Noodstopschakelaar ........................................................................... 39
4.10 Procedure voor noodstops ................................................................. 39
4.11 Correctie ............................................................................................. 40
4.12 Stopcontact - 50 Hz ............................................................................ 41
6 wc_bo0187528nl_007TOC.fm
Inhoudsopgave LTN 6L
5 De fabriek geïnstalleerde opties 42
5.1 Verwarmingsoptie voor het motorblok .................................................42
5.2 Accudeken ...........................................................................................43
5.3 Oliecarterverwarming ..........................................................................43
6 Onderhoud 44
6.1 Onderhoudsschema ............................................................................44
6.2 De lampen bedienen ...........................................................................46
6.3 Lampen vervangen/verwijderen ..........................................................47
6.4 Dagelijkse inspectie .............................................................................48
6.5 Onderhoud luchtfilter ...........................................................................49
6.6 Motorolie ..............................................................................................49
6.7 Storingen .............................................................................................50
6.8 Opslag op lange termijn ......................................................................51
7 Technische specificaties 53
7.1 Motor ...................................................................................................53
7.2 Generator ............................................................................................53
7.3 Machine ...............................................................................................54
8 Schema 55
8.1 Schematisch diagram voor de 50 Hz metaalhalide
4-lampeneenheden -115 V ..................................................................55
8.2 Schematisch diagram voor de 50 Hz metaalhalide
4-lampeneenheden - 230 V .................................................................57
8.3 Schematisch diagram van de 50 Hz generator-
condensatoropwekking ........................................................................59
8.4 Motorbedrading ...................................................................................60
8.5 Bedrading voor het bedieningspaneel .................................................61
9 Bijlage I—Montage-instructies 62
9.1 Inleiding ...............................................................................................62
wc_bo0187528nl_007TOC.fm 7
InhoudsopgaveLTN 6L
10 Bijlage II—Montageveiligheid 64
10.1 Signaalwoorden gevonden in dit Gebruikershandleiding ................... 64
10.2 Veiligheid bij het ophijsen ................................................................... 65
10.3 Voormontage-controlelijst ................................................................... 66
11 Bijlage III—Standaard-palletmontage 67
11.1 De stabilisators en stabilisatorkrikken installeren ............................... 68
11.2 De achterste krik installeren ............................................................... 70
11.3 De disselboom installeren .................................................................. 71
11.4 De bovenste lamphouders installeren ................................................ 73
11.5 Besluit ................................................................................................. 74
12 Bijlage IV—CE-palletmontage 75
12.1 De zijkrikken installeren ...................................................................... 76
12.2 De achterste krik installeren ............................................................... 77
12.3 Besluit ................................................................................................. 78
13 Bijlage V—Standaardmontage op rekken 79
13.1 De as installeren ................................................................................. 81
13.2 De spatborden installeren .................................................................. 82
13.3 De wielen installeren .......................................................................... 83
13.4 De stabilisators en stabilisatorkrikken installeren ............................... 84
13.5 De achterste krik installeren ............................................................... 86
13.6 De disselboom installeren .................................................................. 87
13.7 De mastborgbeugel installeren ........................................................... 89
13.8 Het mastdraagstel installeren ............................................................. 90
13.9 De mast installeren ............................................................................. 91
13.10 De hijskabel voor de mast installeren ................................................. 93
13.11 De lampen installeren ......................................................................... 94
13.12 De bedrading op de aansluitkast aansluiten ...................................... 95
13.13 Het spiraalsnoer leiden ....................................................................... 97
13.14 De ballasts en terminalstrips bedraden .............................................. 98
13.15 Besluit ............................................................................................... 100
8 wc_bo0187528nl_007TOC.fm
Inhoudsopgave LTN 6L
14 Bijlage VI—CE-montage op rekken 101
14.1 De stabilisators en stabilisatorkrikken installeren ..............................103
14.2 De achterste krik installeren ..............................................................105
14.3 De mastborgbeugel installeren ..........................................................106
14.4 Het mastdraagstel installeren ............................................................107
14.5 De mast installeren ............................................................................108
14.6 De hijskabel voor de mast installeren ................................................110
14.7 De lampmontagebeugel en lampbeugel bevestigen .........................111
14.8 De lampen bevestigen .......................................................................112
14.9 De bedrading op de aansluitkast aansluiten .....................................113
14.10 Het spiraalsnoer leiden ......................................................................115
14.11 De ballasts en terminalstrips bedraden .............................................116
14.12 Besluit ................................................................................................118
LTN 6L Informatie inzake veiligheid
wc_si000226nl.fm 9
1 Informatie inzake veiligheid
1.1 Signaalwoorden gevonden in dit Gebruikershandleiding
Deze handleiding bevat vermeldingen voorafgegaan door GEVAAR,
WAARSCHUWING, VOORZICHTIG, LET OP en N.B., die moeten worden
opgevolgd om de kans op lichamelijk letsel, beschadiging van de machine
of verkeerd onderhoud te beperken.
LET OP: Als dit zonder veiligheidssymbool wordt gebruikt, duidt LET OP op
een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt, tot materiële
schade kan leiden.
NB: Duidt op aanvullende informatie die van belang voor een procedure is.
1.2 Machinebeschrijving en beoogd gebruik
Dit is een verplaatsbare, op een aanhanger gemonteerde lichtmast.
De Wacker Neuson-lichtmast bestaat uit een aanhanger met een kast
die een dieselmotor, brandstoftank, bedieningspaneel en elektrische
dynamo bevat. Een telescopische mast met vier metaalhalidelampen
Dit is het symbool dat een gevaar voor de veiligheid aanduidt. Het wordt gebruikt
om u attent te maken op mogelijke gevaren voor lichamelijk letsel.
f Leef alle veiligheidsinstructies na die bij dit symbool staan.
GEVAAR
GEVAAR duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt, zal
resulteren in dodelijk of ernstig letsel.
f Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden
wordt, zal resulteren in dodelijk of ernstig letsel.
f Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt,
zal resulteren in licht of matig letsel.
f Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
Informatie inzake veiligheid LTN 6L
10 wc_si000226nl.fm
is boven op de kast gemonteerd. Dubbele lieren doen de de
telescopische mast kantelen en brengen deze omhoog en omlaag.
Terwijl de motor draait zet de generator mechanische energie om in
elektrische stroom. De metaalhalidelampen worden met die stroom
gevoed. Er zijn tevens stopcontacten gemonteerd voor het leveren
van stroom voor de aandrijving van bijkomende belastingen. De
operator gebruikt het bedieningspaneel voor de bediening en controle
van de machine.
De machine is bedoeld voor het verlichten van gebieden in open lucht.
Deze machine is tevens bestemd voor het leveren van elektrische
stroom op aangesloten belastingen. Raadpleeg de
productspecificaties voor de uitgangsspanning en -frequentie van
deze lichtmast, alsmede de maximale stroomafgiftelimiet ervan.
Deze machine is uitsluitend ontworpen en gebouwd voor het
hierboven beschreven beoogde gebruik. Gebruik van de machine
voor enig ander doel kan de machine blijvend beschadigen of de
operator of andere personen in het gebied ernstig letsel berokkenen.
Door misbruik veroorzaakte machineschade wordt niet door de
garantie gedekt.
Een paar voorbeelden van onjuist gebruik:
Een lading aansluiten met spannings- en frequentievereisten die
niet compatibel zijn met de machineafgifte.
De machine overbelasten met een apparaat dat overmatige
stroom onttrekt tijdens het ononderbroken draaien of opstarten.
De machine op een wijze gebruiken die niet in overeenstemming
is met alle landelijke, staats-/provinciale en plaatselijke codes en
wettelijke voorschriften.
De machine gebruiken als ladder, ondersteuning of
werkoppervlak.
De machine gebruiken voor het dragen of vervoeren van
passagiers of apparatuur
De machine gebruiken voor het slepen van andere machines
(tenzij zodanig op de fabriek uitgerust).
De machine als hijswerktuig gebruiken of voorwerpen van de
mast hangen.
De machine buiten de fabrieksspecificaties gebruiken.
De machine op een manier gebruiken die in strijd is met alle op
de machine aangebrachte, en in de gebruikershandleiding
vermelde waarschuwingen.
Deze machine werd ontworpen en gebouwd volgens de laatste
wereldwijde veiligheidsnormen. Hij is zorgvuldig geconstrueerd om
LTN 6L Informatie inzake veiligheid
wc_si000226nl.fm 11
gevaren voor zover praktisch te elimineren en de veiligheid voor de
operator te verhogen door middel van beveiligingsmiddelen en het
aanbrengen van labels. Na het nemen
van beschermingsmaatregelen kunnen er echter enige risico’s blijven
bestaan. Deze worden residuele risico’s genoemd. Op deze machine
kan dit blootstelling omvatten aan:
Hitte, lawaai, uitlaatgassen en koolmonoxide uit de motor;
Hitte van de lampen;
Ultraviolette straling van de verlichting;
Brandgevaar door onjuist bijtanken;
Brandstof en brandstofdampen;
Elektrische schok en vlamboog;
Persoonlijk letsel door de disselboom van de aanhanger op
onjuiste manier op te hijsen;
Schittering van de lampen (de lampen kunnen de bestuurders
van nabije auto’s verblinden wanneer ze onjuist geplaatst zijn);
Typische gevaren in verband met het slepen van een aanhanger
op wegen en snelwegen.
Om uzelf en anderen te beschermen moet u ervoor zorgen dat u de in
deze handleiding geboden veiligheidsinformatie grondig leest en
begrijpt, voordat u de machine gaat gebruiken.
1.3 Veiligheid Richtlijnen voor bediening van de machine
Een adequate opleiding en bekendheid met de machine zijn
noodzakelijk voor het veilig bedienen ervan. Verkeerd gebruik van de
machine of gebruik door ongeschoold personeel kan gevaar
opleveren. Lees de gebruiksvoorschriften en zorg dat u vertrouwd bent
met de bediening en plaats van alle instrumenten en knoppen.
Onervaren gebruikers dienen te worden opgeleid door iemand die
vertrouwd is met de apparatuur voordat zij de machine mogen
bedienen.
Kwalificaties van de operator
Alleen getraind personeel mag de machine starten, gebruiken en
afsluiten. Zij moeten tevens aan de volgende kwalificaties voldoen:
instructies hebben gekregen over het juiste gebruik van de
machine;
vertrouwd zijn met de vereiste veiligheidsapparaten
Tot de machine mag geen toegang worden verleend aan, en hij mag
niet worden bediend door:
kinderen;
WAARSCHUWING
Informatie inzake veiligheid LTN 6L
12 wc_si000226nl.fm
personen die alcohol of drugs hebben gebruikt
Persoonlijke beschermende uitrusting (PPE)
Draag de volgende persoonlijke beschermende uitrusting (PPE)
tijdens het gebruik van deze machine:
strakzittende werkkleding die bewegingen niet hindert;
veiligheidsbril met zijbescherming;
gehoorbescherming;
werkschoenen of -laarzen met veiligheidsneuzen.
1.3.1 Geen van de veiligheidsvoorzieningen, waarschuwingen of labels op
deze apparatuur verwijderen, vernielen, onbruikbaar of onleesbaar
maken. Indien de veriligheidsvoorzieningen, waarschuwingen of
labels werden verwijderd, vernield, onbruikbaar of onleesbaar
gemaakt, mag deze apparatuur NIET worden gebruikt!
1.3.2 Het gebied in de directe omgeving van de lichtmast moet schoon,
opgeruimd en vrij van afval zijn.
1.3.3 Er ALTIJD voor zorgen dat de maskinen op een stevige, vlakke
ondergrond staat en niet kan kantelen, omrollen, wegglijden of vallen
terwijl hij draait.
1.3.4 Een machine die reparaties nodig heeft NOOIT starten.
1.3.5 Breng de lichtmast omlaag wanneer hij niet in gebruik is of wanneer
er harde wind of elektrische stormen in het gebied worden verwacht.
1.3.6 Zorg er ALTIJD voor dat de generator naar behoren geaard is en
stevig met een goede aarde in de grond is verbonden.
1.3.7 De lichtmast is maximaal 9 meter hoog. Zorg ervoor dat de omgeving
boven de aanhanger open en vrij is van overhangende draden en
belemmeringen.
1.3.8 De lampen worden uiterst heet wanneer ze in gebruik zijn! De lamp en
lamphouder 10-15 minuten laten afkoelen voordat ze worden aangeraakt.
1.3.9 Houd personen weg uit het gebied achter de aanhanger wanneer de
lichtmast wordt opgesteld of omlaag wordt gebracht! De lichtmast nooit
hoger of lager zetten of draaien terwijl het apparaat in gebruik is!
1.3.10 Voordat de lichtmast wordt opgezet moet de aanhanger horizontaal
worden gezet en de stabilisators worden uitgetrokken. De stabilisators
moeten uitgetrokken blijven zolang de lichtmast opgesteld staat.
1.3.11 Onmiddellijk STOPPEN wanneer om de een of andere reden enig deel
van de lichtmast wordt tegengehouden of de lierkabel verslapt bij het
opstellen of omlaag brengen van de lichtmast! Neem contact op met
een erkende Wacker Neuson-servicevertegenwoordiger.
1.3.12 De borgpen van de mast NOOIT verwijderen terwijl de lichtmast
opgesteld staat!
LTN 6L Informatie inzake veiligheid
wc_si000226nl.fm 13
1.3.13 De machine NOOIT gebruiken als de isolatie van de elektriciteitskabel
ingesneden of versleten is.
1.3.14 De lampen NOOIT inschakelen zonder de beschermende lensbedekking
of met een gebarsten of beschadigde lensbedekking!
1.3.15 De lichtmast NOOIT bijstellen terwijl hij in bedrijf is.
De lichtmast niet verplaatsen terwijl hij in bedrijf is.
1.3.16 De lichtmast NOOIT omhoog brengen of de machine bedienen bij
harde wind.
1.3.17 De machine NOOIT op andere stroombronnen aansluiten, zoals op de
netstroom vanj elektriciteitsbedrijven.
1.3.18 De elektrische onderdelen ALTIJD vervangen door of repareren met
onderdelen van hetzelfde nominale vermogen en rendement als het
originele onderdeel.
1.4 Veiligheidsinstructies voor het gebruik van verbrandingsmotoren
Veilige bediening
Bij draaiende motor:
Houd het gebied rondom de uitlaatpijp vrij van brandbare
materialen.
Controleer de brandstofleidingen en de brandstoftank op lekken
en scheuren alvorens de motor te starten. Laat de machine niet
draaien als er brandstoflekken zijn of als de brandstofleidingen
los zitten.
Bij draaiende motor:
Niet roken bij het bedienen van de machine.
Laat de motor niet draaien in de buurt van vonken of open vuur.
WAARSCHUWING
Voor verbrandingsmotoren gelden speciale risico's tijdens gebruik en bij het vullen
van de brandstoftank. Het niet naleven van waarschuwings- en
veiligheidsrichtlijnen kan leiden tot ernstig of fataal letsel.
f Lees de waarschuwingsinstructies in de handleiding van de motor en de
onderstaande veiligheidsrichtlijnen en volg ze op.
GEVAAR
Uitlaatgassen van de motor bevatten koolmonoxide, een levensgevaarlijk vergif.
Blootstelling aan koolmonoxide kan in enkele minuten al fataal zijn.
f Bedien de machine NOOIT binnen een afgesloten gebied, zoals een tunnel
bijvoorbeeld, behalve als er voldoende ventilatie aanwezig is door middel van
onderdelen zoals uitlaatventilatoren of -slangen.
Informatie inzake veiligheid LTN 6L
14 wc_si000226nl.fm
Raak nooit de motor of de uitlaat aan terwijl de motor draait of
onmiddellijk nadat deze is uitgeschakeld.
Gebruik de machine niet als de brandstoftankdop los is of
ontbreekt.
Zet de motor niet aan als er brandstof gelekt is of als het naar
brandstof ruikt. Verplaats de machine weg van de vlek en droog
de machine af voor het starten.
Veilig bijvullen van brandstof
Bij het bijvullen van de motor:
Ruim alle gemorste brandstof onmiddellijk op.
Vul brandstoftank in een goed geventileerde ruimte.
Zet na het vullen de dop terug op de brandstoftank.
Niet roken.
Vul nooit de brandstoftank van een hete of draaiende machine.
Laat de motor niet draaien in de buurt van vonken of open vuur.
Vul nooit de brandstoftank als deze zich in een vrachtwagen
bevindt die voorzien is van een kunststof chassis bekleding.
Statische electriciteit kan de brandstof of de brandstofdampen in
brand zetten.
1.5 Lampveiligheid
Beschrijving
De bij uw lichtmast geleverde lampen zijn elektrische
ontladingslampen. De lampen zijn ontworpen voor gebruik met alleen
metaalhalideballast en hebben enige tijd nodig om op volledige
sterkte te komen nadat ze worden ingeschakeld of na een
stroomstoring. Die lampen voldoen aan de voorgeschreven 21 CFR
1040-30-prestatienormen van de Amerikaanse FDA.
Veilige bediening
•De lampen mogen niet gebruikt worden waar personen zich langer
dan enige minuten zullen bevinden, tenzij er voldoende
afscherming of andere veiligheidsvoorzorgsmaatregelen in
gebruik zijn.
WAARSCHUWING
Gevaar van persoonlijk letsel. De lampen kunnen ernstige brandwonden aan
de huid en oogontsteking vanwege de ultraviolette kortegolfstraling veroorzaken
als het buitenomhulsel van de lamp gebroken of doorboord is.
f De lichtmast niet gebruiken met een beschadigde lamp.
LTN 6L Informatie inzake veiligheid
wc_si000226nl.fm 15
•Beschadigde lampen moeten worden vervangen volgens de
instructies in de sectie Lampen verwijderen/vervangen.
•Lampen die automatisch uitgaan wanneer het buitenomhulsel
gebroken of doorboord is, zijn in de handel verkrijgbaar.
1.6 Veiligheidsaspecten onderhoud
HOOGSPANNING! Dit apparaat werkt met hoogspanningscircuits die
ernstig letsel of de dood kunnen veroorzaken. Alleen een bevoegde
elektricien mag problemen oplossen en reparaties aan de elektrische
onderdelen van deze apparatuur uitvoeren.
Persoonlijke beschermende uitrusting (PPE)
Draag de volgende persoonlijke beschermende uitrusting wanneer u
de machine repareert of onderhoudt:
strakzittende werkkleding die bewegingen niet hindert;
veiligheidsbril met zijbescherming;
gehoorbescherming;
werkschoenen of -laarzen met veiligheidsneuzen.
Doe ook het volgende, voordat de machine wordt gebruikt:
lang haar naar achteren samenbinden;
alle sieraden verwijderen (inclusief ringen).
1.6.1 Na reparatie of onderhoud de veiligheidsvoorzieningen en
beschermkappen ALTIJD terugplaatsen.
1.6.2 Voordat onderhoud aan de lichtmast wordt verricht moet ervoor
worden gezorgd dat de startschakelaar van de motor op UIT staat, de
stroomonderbrekers open (uit) zijn en de minpool van de accu
ontkoppeld is. NOOIT routineonderhoud (olie verversen/filter
vervangen, schoonmaken, enz.) uitvoeren tenzij alle elektrische
onderdelen uitgeschakeld zijn.
1.6.3 Laat NOOIT water rond het onderstel van het generatoraggregaat
verzamelen. Als water aanwezig is, dient u de generator te
verplaatsten en te laten drogen voordat u er onderhoud aan uitvoert.
1.6.4 Voer NOOIT onderhoud aan de generator uit als uw kleding of huid nat
is.
1.6.5 Wees ALTIJD op uw hoede voor bewegende onderdelen en houd uw
handen, voeten en losse kleding weg van de bewegende onderdelen
van de generator en de motor.
WAARSCHUWING
Informatie inzake veiligheid LTN 6L
16 wc_si000226nl.fm
1.6.6 Houd de machine ALTIJD schoon en de labels goed leesbaar.
Vervang alle ontbrekende of slecht leesbare labels. Labels
verschaffen belangrijke bedieningsinstructies en waarschuwen tegen
gevaren en risico’s.
1.6.7 Wanneer onderdelen voor deze machine vervangen moeten worden,
gebruik alleen Wacker Neuson onderdelen of onderdelen die identiek
zijn aan het origineel volgens alle beschrijvingen, zoals fysieke
afmetingen, type, sterkte en materiaal.
1.6.8 Zorg er ALTIJD voor dat stroppen, kettingen, haken, laadbruggen,
krikken en andere soorten hefinrichtingen stevig zijn vastgemaakt en
voldoende gewichtdraagkracht hebben om de machine veilig op te
heffen of vast te houden. Blijf altijd bewust van de plaats waar andere
personen zich in uw buurt bevinden bij het opheffen van de machine.
1.6.9 De stroomonderbrekers van de lampen ALTIJD uitschakelen en de
motor afzetten voordat de lamphouders worden losgekoppeld of de
lampen worden vervangen.
LTN 6L Etiketten
wc_si000383nl.fm 17
2 Etiketten
2.1 Plaats van labels
wc_gr007032
B
H
H
I
G
O
X
J
K
Z
Q
CC
BB
BB
AA
AA
EE
C
A
E
V
Etiketten LTN 6L
18 wc_si000383nl.fm
wc_gr007033
R
U
V
L
H
F
B
N
J
M
D
FF
AA
BB
GG
EE
BB
LTN 6L Etiketten
wc_si000383nl.fm 19
2.2 Betekenis van de labels
A
WAARSCHUWING
Automatische borgpen.
Een niet-beveiligde, omvallende mast kan ernstig
letsel of de dood veroorzaken als iemand erdoor
getroffen wordt. Verifieer dat de automatische
borgpen ter beveiliging van de mast aangekop-
peld is.
B
WAARSCHUWING!
Vermijd verbrijzelinggebied.
C
GEVAAR!
Contact met hoge elektrische hoogspannings-
draden heeft ernstig letsel of de dood tot gevolg.
Plaats de lichtmast niet onder elektrische
hoogspanningsdraden.
WAARSCHUWING!
Breng de mast volledig omlaag VOORDAT u hem
kantelt. Een uitgeschoven mast kantelen kan ern-
stig letsel of de dood tot gevolg hebben.
D
AANDACHT
Hijspunt
Etiketten LTN 6L
20 wc_si000383nl.fm
E
WAARSCHUWING!
Zet de mast vast met de transportvergrendeling
voordat hij wordt opgehesen of gesleept. Een
losse, heen en weer zwaaiende mast kan per-
soonlijk letsel of machineschade veroorzaken.
F
GEVAAR!
Verstikkingsgevaar. Lees de gebruikshandleiding
voor instructies. Geen vonken, vlammen of bran-
dende voorwerpen in de buurt van de machine.
Zet de motor stil vóór het bijvullen van brandstof.
Gebruik enkel dieselbrandstof.
G
GEVAAR!
Verstikkingsgevaar.
Motoren stoten koolmonoxide uit.
De machine mag niet binnenshuis of in
een besloten ruimte draaien tenzij voor
voldoende ventilatie is gezorgd, zoals
bijvoorbeeld door middel van
uitlaatventilators of -slangen.
Lees de Gebruikershandleiding.
Geen vonken, vlammen of brandende
voorwerpen in de buurt van de machine.
Vóór het bijtanken de motor stoppen.
LTN 6L Etiketten
wc_si000383nl.fm 21
H
WAARSCHUWING!
Elektrische schok en vlambogen kunnen ernstig
letsel of de dood tot gevolg hebben. Elektrische
opslagvoorziening binnenin. Neem contact op
met een bevoegde elektricien voor service of om
de elektriciteitskast te openen.
I
WAARSCHUWING!
Lees en begrijp de bijgeleverde bedienerhan-
dleiding vooraleer deze machine te bedienen.
Indien u dit niet doet, stijgt het gevaar voor ver-
wonding van uzelf of anderen.
Etiketten LTN 6L
22 wc_si000383nl.fm
J
WAARSCHUWING!
Blijf op afstand van de voor- en achterkant van de
machine wanneer de mast omhoog of omlaag
wordt gebracht.
K
WAARSCHUWING!
Heet oppervlak!
L
WAARSCHUWING!
Heet oppervlak!
M
Een naamplaatje met het modelnummer, artikel-
nummer, revisie- en serienummer is aan elk
apparaat bevestigd. Maak een aantekening van
de informatie op dit plaatje zodat u dit bij de hand
hebt als het naamplaatje verloren raakt of besch-
adigd wordt. Als u onderdelen bestelt of onder-
houdsinformatie vraagt, wordt u altijd gevraagd
om het model, artikelnummer, revisienummer en
serienummer van het apparaat op te geven.
LTN 6L Etiketten
wc_si000383nl.fm 23
N
WAARSCHUWING!
De ultraviolette straling van de lamp kan ernstige
brandwonden en oogirritatie veroorzaken. Alleen
met onbeschadigde lampen gebruiken. Alleen
met de geleverde onbeschadige lensbedekking
en lamphouder gebruiken.
Etiketten LTN 6L
24 wc_si000383nl.fm
O
Zie de operatorshandleiding voor informatie over
de metaalhalidelampen en het oplossen van
problemen.
Vóór het starten van de motor
Controleer het peil van:
Motorolie
Brandstof
Koelmiddel
Stroomonderbrekers uit
Start de motor
Motorbedieningspaneel
Automatische verwarming
Voorverwarming
Lichten uit
Start, 15 sec. max.
Stroomonderbrekers aan
Uitschakelen
Stroomonderbrekers uit
Stop de motor
LTN 6L Etiketten
wc_si000383nl.fm 25
Q
Handbediend liersysteem
De mast omhoog brengen:
1. Zet de transportvergrendeling vrij.
2. Kantel de mast met de lier.
3. Kantel de mast totdat de automatische borg-
pen op zijn plaats klikt.
De masthoogte vermeerderen:
4. Breng de mast met de lier omhoog.
De lampen richten:
5. Roteer de mast en draai de knop vast.
Etiketten LTN 6L
26 wc_si000383nl.fm
R
Handbediend liersysteem
De mast neerlaten:
1. Schakel alle lampen en de motor uit.
2. Roteer de mast en draai de knop vast.
3. Breng de mast omlaag met de lier.
De mast kantelen voor transport:
4. Zet de veerbelaste pen vrij.
5. Kantel de mast met de lier.
De mast vastzetten voor transport:
6. Steek de pen door de transportvergrendeling
en zet deze vast met de pen.
7. Richt de lamphouders omlaag.
LTN 6L Etiketten
wc_si000383nl.fm 27
V
WAARSCHUWING!
Knelgevaar. Roterende machine.
U
Koelmiddel overloopfles alleen, geen terugvoer-
leiding.
X
Gegarandeerd geluidskrachtniveau in dB(A).
Z
Plaats van elektrische aarding
AA
Steek de borgpen in de krik voordat de krik wordt
uitgeschoven.
BB Vorkheftruckkoker
Etiketten LTN 6L
28 wc_si000383nl.fm
DD
Transportpositie van de krik
EE
Vastsjorpunt
FF
Alleen brandstof met laag of ultralaag zwavelge-
halte
GG
Deze machine wordt mogelijk beschermd door
een of meer van de volgende octrooien.
HH
Een generator binnenshuis gebruiken KAN IN
ENKELE MINUTEN FATAAL ZIJN.
De uitlaatgassen van de generator bevatten kool-
monoxide. Dat is een vergif dat u niet kunt zien of
ruiken.
NOOIT binnenshuis of in een garage gebruiken,
ZELFS NIET wanneer de deuren en ramen open-
staan.
De generator uitsluitend BUITENSHUIS en ver uit
de buurt van ramen, deuren en ventilatieopenin-
gen gebruiken.
UTILITY 159116
UTILITY 159116
U.S.PAT.Nos.: 6012285, 6471476,
U.S.PAT.Nos.: 6012285, 6471476,
D416858, D454357 OTHER U.S. AND
D416858, D454357 OTHER U.S. AND
FOREIGN PATENTS PENDING
FOREIGN PATENTS PENDING
LTN 6L Opheffen van de machine
wc_tx001375nl.fm 29
3 Opheffen van de machine
3.1 Procedure
3.1.1 Controleer of de borgpen van de mast (a) stevig op zijn plaats en met
de veiligheidspen vergrendeld zit.
3.1.2 Zorg ervoor dat de mast volledig in het transportdraagstel ligt en de
pen (b) veilig vastzit.
3.1.3 Zorg ervoor dat de deuren goed gesloten zijn.
3.1.4 Zet de stabilisators weer in hun transportpositie. Controleer of de
stabilisatorbeugels en -krikken op hun plaats vastgemaakt zijn.
3.1.5 Zet de achterste krik (c) volledig in de laagste stand en draai hem 90°.
De lichtmast is nu klaar om te worden opgehesen.
wc_gr005415
a
c
b
Bedrijf LTN 6L
30 wc_tx000764nl.fm
4Bedrijf
Klaarmaken voor het eerste gebruik
Om uw machine klaar te maken voor het eerste gebruik:
4.0.1 Zorg ervoor dat alle losse verpakkingsmaterialen van de machine zijn
verwijderd.
4.0.2 Controleer de machine en de onderdelen ervan op schade. Indien er
zichtbare schade aanwezig is, mag de machine niet worden gebruikt!
Neem onmiddellijk contact op met uw Wacker Neuson dealer voor
hulp.
4.0.3 Doe een inventaris van alle bij de machine behorende items en
verifieer dat alle losse onderdelen en bevestigingsmiddelen aanwezig
zijn.
4.0.4 Maak alle samenstellende onderdelen vast die nog niet bevestigd
zijn.
4.0.5 Voeg zoals benodigd vloeistoffen toe, inclusief brandstof, motorolie en
accuzuur.
4.0.6 Plaats de machine op de werklocatie.
LTN 6L Bedrijf
wc_tx000764nl.fm 31
4.1 De lampen bijstellen
See Graphic: wc_gr005352
Elke lamphouder kan omhoog, omlaag of rechtuit worden gericht. Plaats
elke lamphouder door de lampregelaars (g) (waarvoor geen
gereedschap nodig is) los te draaien, en richt de lampen omhoog of
omlaag. De binnenmoer NIET losdraaien (x). Die moer losdraaien kan
de lamphouder beschadigen. Draai de moer (h) los om de lamphouders
naar links of naar rechts te draaien. Draai na het opstellen van de
lampen de regelaars en moeren stevig vast.
Richt de lamphouders altijd omlaag wanneer de mast zich in het
draagstel bevindt om te worden gesleept.
wc_gr005352
Bedrijf LTN 6L
32 wc_tx000764nl.fm
4.2 De lampen bedienen
Zie afbeelding: wc_gr007151
wc_gr007151
LTN 6L Bedrijf
wc_tx000764nl.fm 33
4.3 De mast ophijsen (handbediend liersysteem)
Zie afbeelding: wc_gr005353
wc_gr005353
o
Bedrijf LTN 6L
34 wc_tx000764nl.fm
4.4 De mast neerlaten (handbediend liersysteem)
Zie afbeelding: wc_gr005353
Zorg ervoor dat u de bedieningsinstructies leest en begrijpt
voordat u de mast omlaag brengt!
Stop onmiddellijk als een gedeelte van de mast om de een of andere
reden blijft hangen of een lierkabel slap hangt voordat de mast volledig
omlaag wordt gebracht! De lierhendel blijven draaien doet de speling
in de kabel toenemen. Te veel speling kan de mast ineen doen zakken
als hij plotseling vrijkomt. Als de mast blijft hangen, moet de aanhanger
waterpas worden gezet. Schud of draai de mast enigszins om de
obstructie vrij te maken. Neem onmiddellijk contact op met een
erkende Wacker Neuson servicevertegenwoordiger.
Breng de mast NOOIT omlaag terwijl met het apparaat wordt gewerkt.
Laat personen NOOIT nabij de achterkant van het apparaat staan
terwijl de mast omlaag wordt gebracht.
4.4.1 Schakel de lampen uit. Schakel de motor uit.
LET OP: De motor afzetten voordat de lampen worden uitgeschakeld
kan de floodlightballast van de generatorcondensator(s) beschadigen.
LET OP: Let tijdens tijdens het neerlaten van de mast op het
voedingssnoer. Zorg ervoor dat het spiraalsnoer tijdens het neerlaten
niet beschadigd raakt.
4.4.2 Breng de mast omlaag door de hendel op de telescopische lier (q)
naar links te draaien (in de “kabel uit” richting).
Raak de pal van de lier NOOIT aan! De lierpal vrijzetten kan de mast
doen vallen.
4.4.3 Draai de rotatieborgknop (s) los en draai de mast zodanig dat de lieren
in de richting van de verbindingsstang van de aanhanger staan.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
LTN 6L Bedrijf
wc_tx000764nl.fm 35
4.4.4 Trek aan de borgpen (p) van de mast en houd hem vast. Draai de
hendel op de kantellier (o) naar links (in de “kabel uit” richting) totdat
de veren van de mast deze omlaag beginnen te draaien. Laat de
borgpen van de mast los en blijf de hendel draaien totdat de mast in
het transportdraagstel ligt. Zorg ervoor dat de secundaire borgpen (t)
door alle secties van de mast steekt.
Trek de borgpen (e) van de verticale mast er NOOIT uit terwijl de
mast opgesteld staat! De borgpen vrijzetten terwijl de mast opgesteld
staat kan de mast doen vallen of de machine doen kantelen.
4.4.5 Nadat de mast omlaag is gebracht moet hij in het draagstel worden
vastgezet door de borgpen (j) van het draagstel erin te steken. Steek
de clip door de pen om hem op zijn plaats te vergrendelen.
4.4.6 Plaats de lamphouders zodanig dat ze naar de grond wijzen.
LET OP: Laat voor het vertrek van de aanhanger de floodlights 10–15
minuten afkoelen. De aanhanger bewegen terwijl de lampen nog heet
zijn kan deze doen breken.
WAARSCHUWING
Bedrijf LTN 6L
36 wc_tx000764nl.fm
4.5 Bedieningspanelen - 50 Hz - Handbediend liersysteem
Floodlight-bedieningspaneel en motorbedieningspaneel
t
wc_gr002294
d
E
M
E
R
G
E
N
C
Y
wc_gr007152
LTN 6L Bedrijf
wc_tx000764nl.fm 37
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
a 50 Amp onderbreker k Uitschakeling vanwege hoge koelmid-
deltemperatuur
b Stroomonderbreker voor 15
Amp lampen
l Dynamo-indicator
c Stroomonderbreker voor 20
Amp lampen
m Hulplampen (niet gebruikt)
d Stopcontact n Gloeibougielampje
e Urenmeter o Luchtfilter-beperkingsindicator
f Lage brandstofindicator (niet gebruikt) p Hulplampen (niet gebruikt)
g Veiligheid-uitschakelingsindicator q Hoofdtoegangsdeur
h Uitschakeling vanwege lage oliedruk t Noodstopschakelaar
Bedrijf LTN 6L
38 wc_tx000764nl.fm
4.6 Starten
Zie afbeelding: wc_gr007152
4.6.1 Controleer de motorolie-, het brandstof- en koelmiddelniveau.
NB: Indien de brandstoftank werd afgetapt of droogliep, kan het nodig zijn
de brandstofleidingen af te tappen. Raadpleeg de operatorshandleiding
voor de motor.
4.6.2 Controleer de conditie van de elektriciteitskabel op de mast. De
generator niet starten indien de isolatie van de kabel ingesneden of
versleten is.
4.6.3 Controleer of de stroomonderbrekers (a, b, c) op de “UIT”-stand staan.
4.6.4 Controleer of de noodstopschakelaar (t) uitgetrokken is.
LET OP: De motor met belasting starten heeft schade aan de machine
tot gevolg.
4.6.5 Op met de Lombardini-motor uitgeruste machines moet de sleutel (q)
één klik naar rechts worden gedraaid. De gloeibougie-indicator (n) blijft
branden totdat de motor goed voorverwarmd is. Dit is een automatische,
op de motortemperatuur gebaseerde timer. Probeer de motor
onmiddellijk te starten nadat het gloeibougielicht uitgaat.
4.6.6 Draai de sleutel (q) naar “START” en houd hem op die stand totdat de
motor start. Laat de sleutel na het starten van de motor los.
LET OP: Startpogingen van de motor mogen niet langer dan 10
seconden duren. Dit kan de startmotor oververhit doen raken. Draai de
schakelaar weer naar “UIT” en wacht 15-30 seconden om de
startmotor te laten afkoelen, voordat u opnieuw probeert voor te
verwarmen en te starten.
NB: Indien er binnen 30 seconden nadat de sleutel op “DRAAIEN”
werd gezet er nog steeds onvoldoende oliedruk is, dan sluit het
automatische uitschakelsysteem de olietoevoer af. U moet de sleutel
opnieuw op de “UIT”-stand zetten om de 30 seconden-timer opnieuw
te starten, voordat u nogmaals probeert de motor te starten.
4.6.7 Laat de motor opwarmen voordat u de floodlights inschakelt.
LET OP: U mag nooit startvloeistof gebruiken om de motor te helpen
starten.
4.7 Automatische uitschakeling
Dit apparaat is uitgerust met een systeem dat voor automatische
uitschakeling zorgt bij lage olie en hoge temperatuur. Dit systeem
schakelt de brandstoftoevoer naar de motor automatisch uit wanneer
de oliedruk te laag wordt of de motor de normale gebruikstemperatuur
overschrijdt. Zet het contactslot op de uit-stand om het apparaat na het
afzetten van de motor opnieuw in te stellen.
LTN 6L Bedrijf
wc_tx000764nl.fm 39
4.8 Stoppen
Zie afbeelding: wc_gr007152
4.8.1 Schakel de stroomonderbrekers (a, b, c) uit en verwijder alle andere
belastingen van de generator.
LET OP: De motor nooit afzetten zonder de lampen uit te schakelen.
Dit heeft schade aan de generator tot gevolg.
4.8.2 Draai de sleutel (q) naar de uit-stand.
4.9 Noodstopschakelaar
Zie afbeelding: wc_gr007152
In noodgevallen moet de noodstopschakelaar (t) op het voorpaneel
worden ingedrukt.
4.10 Procedure voor noodstops
Procedure
In geval van defect raken of wanneer er een ongeluk plaatsvindt terwijl
het apparaat in gebruik is, moet onderstaande procedure worden
gevolgd:
4.10.1Druk op de noodstopknop (indien aanwezig).
4.10.2Zet de motor af.
4.10.3Schakel alle apparatuur uit.
4.10.4Breng de mast omlaag.
4.10.5Laat de machine afkoelen voordat de kast wordt geopend.
4.10.6Neem contact op met het verhuurbedrijf of de eigenaar van het apparaat
voor nadere instructies.
Bedrijf LTN 6L
40 wc_tx000764nl.fm
4.11 Correctie
Alle generatorsets ondergaan een correctie voor hoogte en
temperatuur. Ofschoon de correctie de werking van de floodlights
normaal niet zal beïnvloeden, verlaagt het de beschikbare
reservestroom op het stopcontact.
Het vermogen wordt normaal met 3% verlaagd per 300 meter boven
zeeniveau, en met 2% verhoogd per 5,5 °C toename in
omgevingstemperatuur boven 25 °C.
wc_gr007152
LTN 6L Bedrijf
wc_tx000764nl.fm 41
4.12 Stopcontact - 50 Hz
Zie afbeelding: wc_gr007152
De machine is uitgerust met een stopcontact om het gebruik van
accessoires en gereedschappen via de generator te vergemakkelijken.
De stroom op dit stopcontact is ononderbroken beschikbaar wanneer de
motor draait en de stroomonderbreker ‘aan’ is.
LET OP: Met de lampen ingeschakeld mag niet meer dan 840 watt
van het 115 V stopcontact of 1680 watt van het 230 V stopcontact
worden gebruikt.
Een stroomonderbreker (c) beschermt het stopcontact (d).
LET OP: Er mogen geen gerafelde of beschadigde snoeren of stekkers
van hulpstopcontacten worden gebruikt.
LET OP: Gebruik uitsluitend sterke, met rubber omklede flexibele
snoeren of daaraan gelijkwaardig. (volgens 1EC245-4.)
LET OP: Bij gebruik van verlengsnoeren of mobiele distributienetwerken
mag de totale lengte bij een dwarssectie van 1,5 mm
²
niet langer zijn dan
60 m. Bij een dwarssectie van 2,5 mm
²
mag dit niet langer dan 100 m zijn.
De fabriek geïnstalleerde opties LTN
42 wc_tx001650nl.fm
5 De fabriek geïnstalleerde opties
Deze machine kan uitgerust zijn met een of meer van de volgende op de fabriek
geïnstalleerde opties. Om te controleren of een of meer van die opties op uw
machine geïnstalleerd zijn, neemt u contact op met de Wacker Neuson Corporation
op telefoonnr. 1-800 770-0957. Op elke machine zit een kenplaatje bevestigd met
het modelnummer, productnummer, revisienummer en serienummer. U moet die
informatie bij de hand hebben wanneer u contact opneemt met de Wacker Neuson
Corporation.
De in dit hoofdstuk getoonde illustraties geven typische installaties weer. De op de
fabriek geïnstalleerde opties op uw machine kunnen er anders uitzien.
5.1 Verwarmingsoptie voor het motorblok
De verwarmingsoptie voor het motorblok omvat een blokverwaming (a) met
een snoer (b). De functie van de motorblokverwarming is om het koelmiddel
van de motor/het motorblok op te warmen om het starten van de motor bij
koud weer te verbeteren. Steek de stekker van het snoer in een 120 V
stroombron.
wc_gr006975
a
b
LTN De fabriek geïnstalleerde opties
wc_tx001650nl.fm 43
5.2 Accudeken
Een elektrisch gevoede deken (a) warmt de accu op wanneer de machine niet in
gebruik is. De deken elimineert moeilijkheden bij het starten van de motor die
worden veroorzaakt door een koude, bevroren of lege accu. Steek de stekker van
het snoer in een 120 V stroombron.
5.3 Oliecarterverwarming
Koude en dikke motorolie vloeit niet onbelemmerd en kan bij het starten van de
motor moeilijkheden veroorzaken. Een op het oliecarter geïnstalleerde
oliecarterverwarming houdt de olie warm en vloeibaar. De warmte van
dit elektrische apparaat verwarmt de in het carter aanwezige motorolie wanneer de
machine niet in gebruik is. Steek de stekker van het snoer in een 120 V
stroombron.
wc_gr007422
a
Onderhoud LTN 6L
44 wc_tx000765nl.fm
6 Onderhoud
6.1 Onderhoudsschema
In de volgende tabel worden de fundamentele onderhoudstaken voor
de machine vermeld. Taken met een vinkje kunnen door de gebruiker
worden uitgevoerd. Taken met een vierkantje vereisen een speciale
training en gespecialiseerd gereedschap.
Vóór
elk
gebruik
Om de
125
uren
Om de
250
uren
Om de
500
uren
Om de
1000 uren
of 2 jaar
Op vloeistoflekken controleren.
3
Motorolie controleren.
3
Brandstofpeil controleren.
3
Het luchtfilter vervangen indien het verk-
likkerlampje brandt. *
De motorolie vervangen. **
Het peil van de elektrolyt van
de accu controleren.
De conditie en spanning van
de ventilatorriem controleren.
De conditie van de radiateurslangen con-
troleren.
Het oliefilter vervangen. *
Het brandstoffilter vervangen.
De radiateur aftappen.
De ventilatorriem vervangen.
De klepspeling controleren.
De neerslag uit de brandstoftank verwij-
deren.
Het koelmiddel in de radiateur vervangen.
De accu vervangen.
De radiateurslangen en -klemmen ver-
vangen.
De brandstofslangen en -klemmen ver-
vangen.
LTN 6L Onderhoud
wc_tx000765nl.fm 45
* Het luchtfilter na indicatie van de luchtbeperkingsschakelaar of na één jaar vervangen. Lombardini
beveelt de verwijdering van de luchtfilterelementen voor inspectiedoeleinden niet aan.
** Ververs de motorolie en vervang het motorfilter na de eerste 50 werkuren.
Onderhoud LTN 6L
46 wc_tx000765nl.fm
6.2 De lampen bedienen
Zie afbeelding: wc_gr005376
Schakel de stroomonderbrekers van de lampen te allen tijde uit en zet
de motor af voordat de lamphouders worden uitgeschakeld of de
lampen worden vervangen.
Verwijder de lamphouders door de elektriciteitssnoeren er bij de
aansluitkast (b) uit te trekken. Haal de moeren (c) uit de
bevestigingsbeugels van de lamphouders en verwijder de lamphouder
en beugel van de tapbout.
LET OP: Uitsluitend een daartoe opgeleide technicus mag de bedrading
van de lamphouders installeren en verwijderen.
De lampen worden tijdens gebruik uitermate heet! Laat de lamp en
de lamphouder vóór het hanteren 10-15 minuten afkoelen.
“A”—nummervolgorde van de floodlights
“B”—aansluitkastbedrading voor de floodlights
Farvetabel
BK Zwart RD Rood YL Geel OR Oranje
GN Groen TN Beige BR Bruin PU Paars
BU Blauw VIO Violet CL Trans-
parant
SH Shild
PK Roze WH Wit GY Grijs LB Licht-
blauw
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
wc_gr005376
2
2
GN
GN
WH
WH
GN
GN
BL
BL
4
4
WH
WH
BL
BL
GN
GN
WH
WH
GN
GN
BL
BL
1
1
WH
WH
3
3
BL
BL
A B
LTN 6L Onderhoud
wc_tx000765nl.fm 47
6.3 Lampen vervangen/verwijderen
Voorwaarden
•Motor uitgeschakeld.
•De stroomonderbrekers voor de verlichting zijn UIT.
•De lampen en lamphouders voelen koel aan.
•Oogbescherming en handschoenen.
Volg de onderstaande procedures voor het verwijderen en installeren
van de lamp.
De lamp verwijderen
6.3.1 Verwijder de schroeven (a) die de flensringen (b) vastzetten en
verwijder de flensringen.
WAARSCHUWING
Brandgevaar. De lampen worden uiterst heet in het gebruik.
f Laat de lampen en lamphouders vóór het hanteren ervan 10–15 minuten afkoelen.
WAARSCHUWING
Gevaar van persoonlijk letsel. De ultraviolette straling van de lampen kan
ernstige brandwonden en oogirritatie veroorzaken.
f Gebruik alleen onbeschadigde lampen.
f Gebruik de lampen uitsluitend met onbeschadigde originele apparatuurlenzen
en lamphouders.
WAARSCHUWING
Gevaar voor explosie. Vet of olieresidu op de lamp kan de buitenmantel doen
barsten of uiteenspatten. Hete, rondvliegende stukjes glas kunnen persoonlijk
letsel, eigendomsschade, brandwonden of brand veroorzaken.
f De verlichting mag niet worden gebruikt met een lens die gebarsten of
beschadigd is, of ontbreekt.
f De lamp niet bekrassen of hem aan overmatige druk blootstellen.
f Bij het verwijderen of vervangen van de lampen moeten oogbescherming
en handschoenen worden gedragen.
Onderhoud LTN 6L
48 wc_tx000765nl.fm
6.3.2 Verwijder de lens (c) met de eraan bevestigde pakking (d).
6.3.3 Verwijder de onderdelen die één kant van de lampstabilisator (e)
vastzetten. Na verwijdering ervan moet de lampstabilisator opzij
worden gezwenkt en de lamp (f) worden losgeschroefd.
De lamp installeren
6.3.1 Draai de lamp er stevig in maar forceer hem niet, om losraken door
vibratie tot een minimum te beperken. Zet hem vast met de
lampstabilisator.
6.3.2 Breng de pakking weer aan op de lens en maak de lens vast op de
reflector met de flensringen en -schroeven.
6.4 Dagelijkse inspectie
6.4.1 Op vloeistoflekken controleren. De vloeistofniveaus controleren.
6.4.2 Inspecteer de conditie van de elektriciteitssnoeren. De lichtmast niet
gebruiken als de isolatie ingesneden of versleten is.
6.4.3 Controleer of de lierkabels in goede conditie verkeren. Geen kabel
gebruiken die geknikt is of begint te ontrafelen.
6.4.4 Controleer of de borgpen en de veer van de verticale mast beveiligd
en uitgelijnd zijn en goed werken.
a
d
c
b
e
f
wc_gr005881
LTN 6L Onderhoud
wc_tx000765nl.fm 49
6.5 Onderhoud luchtfilter
Zie afbeelding: wc_gr000540, wc_gr007152
Vervang de luchtreinigerpatroon als de op het bedieningspaneel
gemonteerde indicator (o) verschijnt.
6.5.1 Open de luchtreiniger en verwijder het element.
6.5.2 Om het filter te reinigen tikt u het licht tegen een hard oppervlak om alle
overtollig vuil te verwijderen. Het papieren filterelement niet met perslucht
doorblazen. Maak het filterdeksel en steunstuk voorzichtig schoon.
6.5.3 Zet het filterelement en de luchtreiniger weer in elkaar.
6.6 Motorolie
Zie afbeelding: wc_gr005394
Tap de olie af terwijl de motor nog warm is.
NB: Met het oog op milieubescherming moet een stuk plastic en een
bak onder de machine worden gezet om alle afgetapte vloeistof op te
vangen. Voer die vloeistof af in overeenstemming met de voorschriften
ter bescherming van het milieu.
6.6.1 Verwijder de olieaftapplug.
6.6.2 Laat de olie uitlekken.
6.6.3 Zet de olievulplug er weer op.
6.6.4 Vul het carter van de motor via de olievulopening tot het bovenste
merkteken op de peilstok. Zie de Technische gegevens voor de
hoeveelheid en het type olie.
6.6.5 Zet de oliefilterdop er weer op.
wc_
g
r000540
wc_
g
r005394
Onderhoud LTN 6L
50 wc_tx000765nl.fm
6.7 Storingen
HOOGSPANNING! Dit apparaat werkt met hoogspanningscircuits die
ernstig letsel of de dood kunnen veroorzaken. Problemen oplossen en
reparatie(s) van de elektrische problemen in de apparatuur mogen
alleen door een bevoegde elektricien worden uitgevoerd.
Probleem/Symptoom Reden Oplossing
De lamp brandt niet. De lamp is te heet. Laat de lamp 10–15 minuten afkoelen voor-
dat hij opnieuw wordt ingeschakeld.
Defecte lampaansluit-
ing.
Controleer of de lamp stevig in de fitting zit.
Controleer de aansluitingen in de stopcon-
tacten op de lamphouders en de mast.
De stekkeraansluiting
op de lamphouder zit
los of is beschadigd.
Laat een bevoegde elektricien de stekker-
aansluiting repareren of vervangen.
De lamp is gebroken
of doorgebrand.
Controleren op:
• gebroken lichtboogbuis of buitenbekleding
van de lamp
• gebroken of losse onderdelen in
het lampomhulsel
• zwart worden of afzetting binnenin
de lampbuis.
Stroomonderbreker
is ingeschakeld.
Stroomonderbreker uitschakelen.
Stroomonderbreker zit
los of is defect.
Laat een bevoegde elektricien de
stroomonderbreker repareren of vervangen.
Generatoruitvoer
onjuist.
Controleer de invoerspanning op de ballast.
De invoerspanning moet 120 V ± 5 V zijn. In
geval van onjuiste spanning kan het zijn dat
het motortoerental moet worden bijgesteld of
de generator onderhoud nodig heeft.
Lage of geen ballastu-
itvoer.
Met het snoer van de lamphouder uit het stop-
contact verwijderd moet de spanning 400 tot
445 V AC bedragen. Als de juiste spanning
niet wordt verkregen, moet de condensator
gecontroleerd worden om te zien of de con-
densator of spoel moet worden vervangen.
WAARSCHUWING
LTN 6L Onderhoud
wc_tx000765nl.fm 51
6.8 Opslag op lange termijn
Inleiding
Langdurige opslag van apparatuur vereist preventief onderhoud. Het
uitvoeren van deze stappen helpt de machine-onderdelen te
beschermen en te verzekeren dat de machine klaar is voor
toekomstig gebruik. Al deze stappen zijn niet noodzakelijkerwijs op
deze machine van toepassing, maar de basisprocedures zijn
desondanks dezelfde.
Wanneer
Maak uw machine klaar voor langdurige opslag wanneer hij
gedurende 30 dagen of langer niet gebruikt gaat worden.
Klaarmaken voor opslag
Volg de onderstaande procedures om uw machine klaar te maken
voor opslag.
Voltooi alle benodigde reparaties.
Ververs of vervang waar nodig de olie (motor, bekrachtiging,
hydraulische kast en versnellingsbak) volgens de in de Geplande
onderhoudstabel gespecificeerde tijdsintervallen.
Smeer alle fittingen en pak de lagers opnieuw samen, indien van
toepassing.
Inspecteer de motorkoelvloeistof. Vervang de koelvloeistof als
het er troebel uitziet, meer dan zes maanden oud is of niet aan de
gemiddelde laagste temperatuur in uw gebied voldoet.
Als uw machine met een motor met brandstofklep is uitgerust,
moet de motor worden gestart, de brandstofklep worden gesloten
en moet u de motor laten draaien totdat hij stopt.
Raadpleeg de gebruikershandleiding voor de motor voor
instructies over het klaarmaken van de motor voor opslag.
Lage lichtuitvoer. De lamp is in
slechte staat.
De lamp vervangen; lampen worden
slechter door normaal gebruik.
Lage ballastuitvoer. Controleer de ballast op de juiste spanning-
suitvoer.
De lamphouder of
de lens is vuil.
Maak het reflecterende oppervlak in
de lamphouder en de binnen- en buitenop-
pervlakken van de glazen lens schoon.
Probleem/Symptoom Reden Oplossing
Onderhoud LTN 6L
52 wc_tx000765nl.fm
De brandstof stabiliseren
Nadat de hierboven vermelde procedures voltooid zijn, moet de
brandstoftank volledig worden gevuld en een stabilisatiemiddel van
de hoogste kwaliteit aan de brandstof worden toegevoegd.
Kies een stabilisatiemiddel dat reinigingsmiddelen en -additieven
bevat die zijn bedoeld om de cilinderwanden te coaten/
beschermen.
Zorg ervoor dat het stabilisatiemiddel dat u gebruikt compatibel is
met de brandstof in uw gebied en met het brandstoftype, de
kwaliteit en het temperatuurbereik. Geen extra alcohol toevoegen
aan brandstoffen die al alcohol bevatten (bijvoorbeeld E10).
Voor dieselmotoren moet een stabilisatiemiddel met een biocide
(verdelgingsmiddel) worden gebruikt om de groei van bacteriën
en fungi te beperken of te voorkomen.
Voeg de juiste hoeveelheid stabilisatiemiddel toe volgens de
aanbevelingen van de fabrikant.
De machine opslaan
Voer de volgende resterende stappen uit voor het opslaan van uw
machine.
Was de machine en laat hem drogen.
Zet de machine op een schone, droge en veilige opslagplaats.
Blokkeer de wielen of gebruik wiggen om beweging van de
machine te voorkomen.
Gebruik zoals benodigd wat touch-up verf om onbeschermd
metaal tegen roest te beschermen.
Als de machine een accu heeft, moet die worden verwijderd of
ontkoppeld.
NOTICE: De accu laten bevriezen of volledig laten ontladen zal
waarschijnlijk blijvende schade veroorzaken. Terwijl de machine niet
wordt gebruikt moet de accu periodiek worden opgeladen. In koude
klimaten moet de accu binnenshuis of op een warme locatie worden
opgeslagen en geladen.
Dek de machine af. De banden en andere onbeschermde uit
rubber vervaardigde onderdelen moeten tegen het weer worden
beschermd. Ze moeten worden afgedekt of er moet een
voorhanden zijnd beschermingsmiddel worden gebruikt.
LTN 6L Technische specificaties
wc_td000229nl.fm 53
7 Technische specificaties
7.1 Motor
Motorvermogenclassificaties
Nettovermogen volgens ISO 3046 IFN. Het feitelijke
vermogensrendement kan vanwege de specifieke gebruikscondities
variëren.
7.2 Generator
Productnummer:
LTN 6L
Motor
Merk Lombardini
Model LDW1003
Type 3-cilinder, 4-takt, vloeistofgekoelde dieselmotor
Max. nominaal vermogen
op nominale snelheid
kW
8,5 bij1800 tpm
Bedrijfssnelheid
tpm
1500
Dynamo
V/A/W
12/45/540
Accu
V/Ah/CCA
12/650
Luchtfilter
type
droog type-element
Brandstof
type
Nr. 2 diesel
Brandstoftankinhoud
l
123
Brandstofverbruik
l/uur
1,68
Bedrijfstijd
uren
68
Inhoud koelmiddel
l
4,7
Inhoud olie
l
2,4
Productnummer:
LTN 6L
Generator
Frequentie
Hz
50 ± 2
Continu vermogen
kW
6,0
Technische specificaties LTN 6L
54 wc_td000229nl.fm
7.3 Machine
Stralingsnaleving
Deze machine voldoet aan de emissievereisten betreffende
radiostoring door uitstraling van de Europese norm EN 13309 voor
constructiemachines.
De bij deze machine geleverde lampen zijn elektrische
ontladingslampen. De lampen zijn ontworpen voor gebruik met alleen
metaalhalideballast en hebben na de eerste inschakeling of na een
stroomstoring enige tijd nodig om op volledige sterkte te komen. De
lampen voldoen aan de voorgeschreven 21 CFR 1040-30-
prestatienormen van de Amerikaanse FDA.
Vermogen
volt
230
Amp.
A
26,1
Type opwekking Condensator/zonder borstels
Vermogensfactor 1,0
Spanningsregeling - geen
belasting tot volle belasting
%
± 6,0
Toerental
tpm
1500
Productnummer:
LTN 6L
Machine
Transportafmetingen (l x b x h)
cm
335,5 x 150,6 x 211,6
Transportgewicht zonder aanhanger
kg.
633
Hoogte met uitgestrekte lichtmast
m
9
Verlichtingssysteem (1000 W) 4 metaalhalidelampen
Max. verlichtingsgebied op 15 cm kaarsen
m
²
30.400
7
Geluidssterkteniveau op de plaats
van de operator (L
pA
)
dB(A)
80
Gegarandeerd geluidssterkteniveau (L
WA
)
dB(A)
97
LTN 6L Schema
wc_tx000938nl.fm 55
8 Schema
8.1 Schematisch diagram voor de 50 Hz metaalhalide
4-lampeneenheden -115 V
14 BK/OR
14 BK/OR
9 WH 10 AWG
9 WH 10 AWG
2
2
1
1
3
3
4
4
11 GN/YL 12 AWG
11 GN/YL 12 AWG
12 GN/YL
12 GN/YL
12 AWG
12 AWG
1
1
2
2
CONTROL PANEL
CONTROL PANEL
GROUND
GROUND
GN/YL 12 AWG
GN/YL 12 AWG
18 LB
18 LB
10 WH 10 AWG
10 WH 10 AWG
3
3
4
4
8 WH 10 AWG
8 WH 10 AWG
1 BK 8 AWG
1 BK 8 AWG
16 PU/BK
16 PU/BK
17 YL
17 YL
13 OR
13 OR
-
-
+
+
16 PU/BK
16 PU/BK
15 BK
15 BK
2 BK 10 AWG
2 BK 10 AWG
3 BK
3 BK
10 AWG
10 AWG
4 BK 10 AWG
4 BK 10 AWG
19 BK 10 AWG
19 BK 10 AWG
1 BK 8 AWG
1 BK 8 AWG
NO
NO
17 YL
17 YL
NC
NC
18 LB
18 LB
7 BK 10 AWG
7 BK 10 AWG
6 BK 10 AWG
6 BK 10 AWG
2
2
GN
GN
WH
WH
GN
GN
BL
BL
4
4
PU
PU
WH
WH
BL
BL
WH
WH
BL
BL
14 BK/OR
14 BK/OR
13 OR
13 OR
4
4
BK
BK
RD
RD
GN
GN
WH
WH
GN
GN
BL
BL
1
1
OR
OR
WH
WH
BR
BR
3
3
BL
BL
YL
YL
GN
GN
2
2
BK/YL
BK/YL
YL
YL
YL
YL
1
1
YL
YL
YL
YL
3
3
BK/YL
BK/YL
11 GN/YL 12 AWG
11 GN/YL 12 AWG
5 BK
5 BK
10 AWG
10 AWG
10 WH 10 AWG
10 WH 10 AWG
BK/YL
BK/YL
YL
YL
YL
YL
WH
WH
PU
PU
8 WH 10 AWG
8 WH 10 AWG
YL
YL
BK/YL
BK/YL
YL
YL
9 WH 10 AWG
9 WH 10 AWG
BR
BR
OR
OR
7 BK 10 AWG
7 BK 10 AWG
6 BK 10 AWG
6 BK 10 AWG
wc_gr005368
d
d
m
m
l
l
b
b
i
i
b
b
e
e
g
g
f
f
f
f
c
c
r
r
t
t
a
a
s
s
j
j
h
h
b
b
k
k
Schema LTN 6L
56 wc_tx000938nl.fm
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
a Generator i Motorbedieningspaneel
b Terminalstrip j Motor
c Hoofdstroomonderbreker, 25 Amp. k Urenmeter
d Floodlightstopcontacten l Transformators
e Stopcontact, 115V m Condensators, 30 µF
f Stroomonderbreker, 30 Amp. r Noodstopschakelaar
g Stroomonderbreker, 16 Amp. s Brandstofrelais
h Accu t Condensator, 31,5 µF
Farvetabel
BK Zwart RD Rood YL Geel OR Oranje
GN Groen TN Beige BR Bruin PU Paars
BU Blauw VIO Violet CL Trans-
parant
SH Shild
PK Roze WH Wit GY Grijs LB Licht-
blauw
LTN 6L Schema
wc_tx000938nl.fm 57
8.2 Schematisch diagram voor de 50 Hz metaalhalide
4-lampeneenheden - 230 V
wc_gr005369
d
d
m
m
l
l
b
b
b
b
e
e
g
g
f
f
f
f
c
c
t
t
r
r
j
j
s
s
a
a
i
i
h
h
b
b
k
k
-
-
+
+
NO
NO
NC
NC
17 YL
17 YL
18 LB
18 LB
Schema LTN 6L
58 wc_tx000938nl.fm
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
a Generator i Motorbedieningspaneel
b Terminalstrip j Motor
c Hoofdstroomonderbreker, 50 Amp. k Urenmeter
d Floodlightstopcontacten l Transformators
e Stopcontact, 120V m Condensators, 30 µF
f Stroomonderbreker, 30 Amp. r Noodstopschakelaar
g Stroomonderbreker, 20 Amp. s Brandstofrelais
h Accu t Condensator, 31,5 µF
Farvetabel
BK Zwart RD Rood YL Geel OR Oranje
GN Groen TN Beige BR Bruin PU Paars
BU Blauw VIO Violet CL Trans-
parant
SH Shild
PK Roze WH Wit GY Grijs LB Licht-
blauw
LTN 6L Schema
wc_tx000938nl.fm 59
8.3 Schematisch diagram van de 50 Hz generator-
condensatoropwekking
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
1 Rotor 4 Condensator
2 Stator 5 Generator/Terminalblok
3 Opwekkingsspoelen 6 Regelkast - Hoofdonderbreker
P3
P2
P1
Schema LTN 6L
60 wc_tx000938nl.fm
8.4 Motorbedrading
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
1 Brandstofrelais 7 Luchtfilter-beperkingsindicator
(normaal open-type)
2 Gloeibougies 8 Laag brandstofniveauschakelaar
(niet gebruikt, normaal open-type)
3 Startmotor 9 Lage oliedrukschakelaar
(normaal gesloten-type)
4 Accu 10 Koelmiddel-hoge temperatuurschake-
laar (normaal open-type)
5 Dynamo-aansluiting 11 Koelmiddeltemperatuur-thermistor
(voor voorverwarmingsrelais)
6 Koelmiddeltemperatuur-verzendeen-
heid (niet gebruikt, voor temperatuurme-
ter of led op afstand)
LTN 6L Schema
wc_tx000938nl.fm 61
8.5 Bedrading voor het bedieningspaneel
Ref. Beschrijving Ref. Beschrijving
1 Systeemzekering, 50 amp. 4 Contactslot
2 Gloeibougie-laadrelais 5 LED Indicatorlamp
3 Hulpterminals (achteraanzicht)
L
B
L
W/R
Or
B
Pr
R
Gr
W
L
P
Br
Y/G
G
B
W
B
Br
Y/G
R
R
86
85
30
87
4
2
7
6
5
12
10
9
50
30
15 / 54
wc_gr000658
1
2
5
3
4
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
Bijlage I—Montage-instructies LTN
62 wc_tx001218nl.fm
9 Bijlage I—Montage-instructies
9.1 Inleiding
Scope
Deze handleiding bevat de montageprocedures voor de op rekken en pallets
geleverde versies van de Wacker Neuson lichtmasten op smalle basis (“LTN”).
Er zijn aparte hoofdstukken voor elke machineversie.
Onderdeelzakken
De montageonderdelen zijn in de hieronder vermelde, afzonderlijke zakken
verpakt. (Afhankelijk van het model omvat uw lichtmast wellicht niet alle
onderdelen.)
In deze gehele handleiding zullen de onderdeelzakken die voor elke
montageprocedure nodig zijn aan het begin van de instructies voor
die bepaalde procedure geïdentificeerd worden.
Machine-identificatie
Gebruik de volgende tabel en de illustraties op de volgende pagina om te
bepalen welke set met montageprocedures op uw machine van toepassing is.
Zaknr. Inhoud Zaknr. Inhoud
1 Onderdelen voor de as 5 Mastvergrendelingsonderdelen
2 Spatbordonderdelen 6 Lamphouderonderdelen
3 Wielonderdelen 7 Disselboomonderdelen
4 Mastdraagstelonderdelen 8 Mastinstallatieonderdelen
Productnr. Beschrijving Illustratie Zie hoofdstuk:
0620117
0620118
0620121
0620297
0620298
0620553
0620555
0620559
0620727
0620728
0620734
0620893
0620938
0620939
Standaard op pallets A Bijlage III
Optioneel CE op pallets B Bijlage IV
0620550
0620551
0620552
Standaard op rekken C Bijlage V
LTN Bijlage I—Montage-instructies
wc_tx001218nl.fm 63
Illustraties
0620119
0620120
0620557
0620558
CE op rekken D Bijlage VI
Productnr. Beschrijving Illustratie Zie hoofdstuk:
D
wc_gr006517
Bijlage II—Montageveiligheid LTN
64 wc_si000344nl.fm
10 Bijlage II—Montageveiligheid
10.1 Signaalwoorden gevonden in dit Gebruikershandleiding
LET OP: Als dit zonder veiligheidssymbool wordt gebruikt, duidt LET OP op
een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt, tot materiële schade
kan leiden.
NB: Duidt op aanvullende informatie die van belang voor een procedure is.
Dit is het symbool dat een gevaar voor de veiligheid aanduidt. Het wordt gebruikt
om u attent te maken op mogelijke gevaren voor lichamelijk letsel.
f Leef alle veiligheidsinstructies na die bij dit symbool staan.
GEVAAR
GEVAAR duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt, zal
resulteren in dodelijk of ernstig letsel.
f Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden
wordt, zal resulteren in dodelijk of ernstig letsel.
f Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG duidt op een gevaarlijke situatie die, als deze niet vermeden wordt,
zal resulteren in licht of matig letsel.
f Kom alle veiligheidswaarschuwingen na die op dit signaalwoord volgen om
ernstig of fataal letsel te vermijden.
LTN Bijlage II—Montageveiligheid
wc_si000344nl.fm 65
10.2 Veiligheid bij het ophijsen
Overzicht
Een aantal montageprocedures in deze handleiding vereisen dat de machine
wordt opgehesen of ondersteund door hijsstroppen, kettingen, haken,
laadbruggen, krikken of andere soorten mechanische apparaten. Volg de
onderstaande richtlijnen om persoonlijk letsel of machineschade te voorkomen.
Veiligheids-richtlijnen
Bij het ophijsen van de machine:
Zorg ervoor dat de hijsstroppen, kettingen, haken, laadbruggen, krikken
en andere soorten hijsapparaten stevig zijn bevestigd en voldoende
gewichtdragende capaciteit hebben om de machine veilig op te hijsen
of te ondersteunen.
Let altijd op de plaatsen waar andere mensen zich bevinden bij het heffen
van de machine.
Doe het volgende om de kans op letsel te verminderen:
Sta niet onder de machine wanneer hij opgehesen of verplaatst wordt.
KIim niet op de machine wanneer hij opgehesen of verplaatst wordt.
WAARSCHUWING
Verpletteringsgevaar.
f Gebruik de door de Amerikaanse OSHA beoordeelde en goedgekeurde
hijsapparaten die in staat zijn de machine op te hijsen. Raadpleeg de algemene
richtlijnen m.b.t. het gewicht in het hoofdstuk Technische informatie van
de operatorshandleiding.
Bijlage II—Montageveiligheid LTN
66 wc_si000344nl.fm
10.3 Voormontage-controlelijst
De volgende voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen voordat de
lichtmast wordt gemonteerd:
Het gebied voor de montage klaarmaken
Zorg ervoor dat het gebied rondom de lichtmast schoon, opgeruimd en vrij
van afval is.
De mast is 9 m lang. Zorg ervoor dat het gebied boven de machine open
en vrij van overhangende draden en belemmeringen is.
Zorg ervoor dat de machine op een stevig, horizontaal oppervlak staat
en tijdens de montage ervan niet kantelt, schommelt, verschuift of omvalt.
Voor de montage
Zorg ervoor dat de startschakelaar van de motor op UIT staat.
Zorg ervoor dat de stroomonderbrekers UIT (open) zijn.
Zorg ervoor dat de minpool op de accu ontkoppeld is.
Zorg ervoor dat zich geen water rondom de voet van de machine verzameld
heeft. Als er water aanwezig is moet de machine naar een droog gebied
worden verplaatst en moeten alle onderdelen vóór de montage eerst droog
worden.
LTN Bijlage III—Standaard-palletmontage
wc_tx001214nl.fm 67
11 Bijlage III—Standaard-palletmontage
Scope
Deze montage-instructieset is van toepassing op de standaardmachines die
op pallets worden verzonden, zoals hieronder wordt getoond.
Als uw machine niet op die in de getoonde illustratie lijkt, raadpleegt u Machine-
identificatie in het hoofdstuk Inleiding voor de juiste montage-instructieset.
Taken
Om de montage van uw lichtmast te voltooien moeten de volgende taken in
de vermelde volgorde worden uitgevoerd:
Gereed-schappen en materialen
De volgende gereedschappen en materialen zijn benodigd:
Normaal handgereedschap (moersleutels, schroevendraaiers enz.)
Momentsleutel
Onderdeelzak: 7
wc_gr006467
Taak Beschrijving Zie het onderwerp
Stabilisator- en krikmontage
1 De stabilisators installeren 11,1
2 De stabilisatorkrikken installeren 11,1
3 De achterste krik installeren 11,2
Disselboommontage
4 De disselboom installeren 11,3
5 De disselboomkrik installeren 11,3
Bovenlampinstallatie
6 De bovenste lamphouders installeren 11,4
Bijlage III—Standaard-palletmontage LTN
68 wc_tx001214nl.fm
11.1 De stabilisators en stabilisatorkrikken installeren
De stabilisators installeren
Voer de volgende procedure uit om de twee stabilisators te installeren.
(Gebruik dezelfde procedure voor elke kant van de lichtmast.)
1. Zoek en vind de borgpen (A) bij de mof van de stabilisator.
2. Plaats de stabilisator (B) zodanig dat de gaten (B1 en B2) aan dezelfde
kant zijn als de borgpen.
3. Trek de borgpen eruit en steek het vierkante uiteinde van de stabilisator
in stabillisatormof.
4. Zet het gat (B1) van de stabilisator op één lijn met de borgpen. Als het gat (B1)
is uitgelijnd, geeft u de borgpen vrij om de stabilisator vast op zijn plaats te zetten.
De stabilisatorkrikken installeren
Volg onderstaande procedure voor het installeren van de twee stabilisatorkrikken.
(Gebruik dezelfde procedure voor elke stabilisatorkrik.)
1. Zoek en vind de twee optilkrikken (“stabilisatorkrikken”) van 38 cm (C).
2. Zo nodig moet de borgpen (C3) uit de gaten in de stabilisatorkrik worden verwijderd.
3. Plaats de mof (C1) op de stabilisatorkrik over het ronde uiteinde van de
stabilisator (B).
4. Draai de stabilisatorkrik zodanig dat de poot (C2) ervan op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat van de mof van de stabilisatorkrik uit met het bovenste
gat in de stabilisator.
A
B
B1
B2
wc_gr006520
C
C1
C3
C2
LTN Bijlage III—Standaard-palletmontage
wc_tx001214nl.fm 69
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de stabilisatorkrik op zijn plaats vast te zetten.
Bijlage III—Standaard-palletmontage LTN
70 wc_tx001214nl.fm
11.2 De achterste krik installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de achterste krik.
1. Zoek en vind de 2268 kg wegende, 25,4 cm lange zijkrik (D).
2. Verwijder zo nodig de borgpen (D4) uit de krikgaten.
3. Plaats de mof (D1) over de ronde knop (D2) op de achterkant van de machine.
4. Draai de krik zodanig dat de poot (D3) op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat in de houder uit met het bovenste gat in de ronde knop.
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de stabilisatorkrik op zijn plaats vast te zetten.
D2
D
D3
D1
D4
wc_gr006522
LTN Bijlage III—Standaard-palletmontage
wc_tx001214nl.fm 71
11.3 De disselboom installeren
Scope
De installatie van de disselboom omvat de installatie van de disselboom en de
disselboomkrik, en de connector van de aanhangerbedrading.
De disselboom installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de disselboom.
1. Steek de disselboom (H) in de houder aan de voorkant van de aanhanger.
2. Maak de disselboom aan de houder vast met gebruik van de volgende
onderdelen uit zak 7:
(3) M16 x 120 schroeven (E)
(6) B17 platte sluitringen (F)
(3) M16 borgmoeren (G)
Draai de bevestigingsmiddelen aan tot een draaimoment van 200 Nm
H
F
G
E
wc_gr006523
Bijlage III—Standaard-palletmontage LTN
72 wc_tx001214nl.fm
De dissel-boomkrik installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de disselboomkrik.
1. Zoek en vind de 907 kg wegende, 25,4 cm lange transportkrik
(“disselboomkrik”) (J).
2. Verwijder indien noodzakelijk de borgpen (J3) uit de gaten in de disselboomkrik.
3. Plaats de houder (J1) over de ronde knop op de disselboom.
4. Draai de disselboomkrik zodanig dat de poot (J2) op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat in de houder uit met het bovenste gat in de ronde knop.
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de disselboomkrik op zijn plaats vast te zetten.
De aanhangerbedrading aansluiten
1. Zoek en vind de connectoren (K) en (L).
2. Verbind de connector van de disselboombedrading (K) met de connector van
de disselboombedrading (L).
3. Steek de connectorstekker in het gat op de slipbeugel. (Zie de pijl.)
wc_gr006524
J3
J
J1
J2
K
wc_gr006525
L
LTN Bijlage III—Standaard-palletmontage
wc_tx001214nl.fm 73
11.4 De bovenste lamphouders installeren
Benodigde materialen
Lamphouders (2)
Onderdeelzak 6 (lichtmastonderdelen)
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de bovenste lamphouders.
Installeer de twee bovenste lamphouders (CC) als volgt op de lampbuis:
1. Plaats elke lamphouder op de bevestigingsbout (CC1), zodanig dat de lamp
omlaag wijst. Zorg ervoor dat de “T”-hendel (CC4) naar buiten gericht is.
2. Maak elke lamphouder op de lampbuis vast met een M18 borgmoer (CC3)
en een B19 platte sluitring (CC2).
wc_gr007981
CC3
CC4
CC1
CC2
CC
Bijlage III—Standaard-palletmontage LTN
74 wc_tx001214nl.fm
11.5 Besluit
Dit voltooit de montageprocedure voor uw lichtmast. Raadpleeg uw
operatorshandleiding voor de instructies over de opstelling, bediening,
het onderhoud en de opslag van de machine.
LTN Bijlage IV—CE-palletmontage
wc_tx001215nl.fm 75
12 Bijlage IV—CE-palletmontage
Overzicht
Deze montage-instructieset is van toepassing op de op pallets verzonden CE-
machines, zoals hieronder wordt getoond. Een CE-machine op pallets is bedoeld
voor montage op een aanhanger die voldoet aan de plaatselijke voorschriften. Deze
handleiding bevat geen instructies voor het monteren van een CE-machine op pallets
op een aanhanger.
Als uw machine niet op die in de getoonde illustratie lijkt, raadpleegt u Machine-
identificatie in het hoofdstuk Inleiding voor de juiste montage-instructieset.
Taken
Om de montage van uw lichtmast te voltooien, moeten de volgende taken in
de vermelde volgorde worden uitgevoerd:
Gereedschappen en materialen
De volgende gereedschappen en materialen zijn benodigd:
Geschikte machinehijsuitrusting
Normaal handgereedschap (moersleutels, schroevendraaiers enz.)
wc_gr006468
Taak Beschrijving Zie het onderwerp
De machine ophijsen
1 Hijs de machine omhoog met de juiste
De krikken installeren
2 De zijkrikken installeren 12,1
3 De achterste krik installeren 12,2
Bijlage IV—CE-palletmontage LTN
76 wc_tx001215nl.fm
12.1 De zijkrikken installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure om de twee zijkrikken te bevestigen.
(Gebruik dezelfde procedure voor elke zijkrik.)
1. Zoek en vind de twee transportkrikken (C) van 38 cm.
2. Verwijder zonodig de borgpen (C3) uit de gaten in de krik.
3. Plaats de krikmof (C1) over het ronde uiteinde van de stabilisator (B).
4. Draai de krik zodanig dat de poot (C2) op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat van de mof uit met het bovenste gat in de stabilisator.
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de krik op zijn plaats vast te zetten.
wc_gr006710
C
B
C1
C3
C2
LTN Bijlage IV—CE-palletmontage
wc_tx001215nl.fm 77
12.2 De achterste krik installeren
Procedure
Voer de volgende procedure uit om de achterste krik te installeren.
1. Zoek en vind de 2268 kg wegende, 25,4 cm lange zijkrik (D).
2. Verwijder zonodig de borgpen (D4) uit de krikgaten.
3. Plaats de houder (D1) over de ronde knop (D2) op de achterkant van de machine.
4. Draai de krik zodanig dat de poot (D3) op de grond staat.
5. Zet het bovenste gat in de houder gelijk met het bovenste gat in de ronde knop.
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de stabilisatorkrik op zijn plaats vast te zetten.
D2
wc_gr006711
D
D3
D1
D4
Bijlage IV—CE-palletmontage LTN
78 wc_tx001215nl.fm
12.3 Besluit
Dit voltooit de montageprocedure voor uw lichtmast. Raadpleeg uw
operatorshandleiding voor de instructies over de opstelling, bediening,
het onderhoud en de opslag van de machine.
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 79
13 Bijlage V—Standaardmontage op rekken
Overzicht
Deze montage-instructieset is van toepassing op de op containerrekken verzonden
standaardmachines, zoals hieronder wordt getoond.
Als uw machine niet op die in de getoonde illustratie lijkt, raadpleegt u
Machine-identificatie in het hoofdstuk Inleiding om de juiste montage-instructieset
te identificeren.
Taken
Om de montage van uw lichtmast te voltooien, moeten de volgende taken
in de vermelde volgorde worden uitgevoerd:
wc_gr006469
Taak Beschrijving Zie het onderwerp
Chassismontage
1 De as installeren 13,1
2 De spatborden installeren 13,2
3 De wielen installeren 13,3
4 De stabilisators en stabilisatorkrikken 13,4
5 De achterste krik installeren 13,5
6 De disselboom installeren 13,6
Mastmontage
7 De borgbeugel voor de mast installeren 13,7
8 Het mastdraagstel installeren 13,8
9 De mast installeren 13,9
10 De hijskabel voor de mast installeren 13,10
Lampmontage
11 De lampen installeren 13,11
Elektrische montage
12 De aansluitkast bedraden 13,12
13 Het spiraalsnoer leiden 13,13
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
80 wc_tx001216nl.fm
Gereedschappen en materialen
De volgende gereedschappen en materialen zijn benodigd:
Normaal handgereedschap (moersleutels, schroevendraaiers enz.)
Momentsleutel
Onderdeelzakken: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8 en vervaardigde onderdelen
14 De ballasts en terminalstrips bedraden 13,14
Taak Beschrijving Zie het onderwerp
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 81
13.1 De as installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de as:
1. Hijs de machine op met de juiste hijsinstallatie. Raadpleeg het onderwerp
De machine ophijsen in het hoofdstuk Veiligheidsinformatie.
2. Zoek en vind de as (Q) en onderdeelzak 1.
3. Installeer de as op de aanhanger met gebruik van de volgende onderdelen:
(4) bouten (Q1), (8) sluitringen (Q2), (4) moeren (Q3).
4. Draai de bevestigingsmiddelen stevig vast tot een draaimoment van 115 Nm.
Q2
Q2
Q1
Q3
Q
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
82 wc_tx001216nl.fm
13.2 De spatborden installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de spatborden.
1. Zoek en vind de twee spatborden (W) en onderdeelzak 2.
2. Lijn elk spatbord uit zoals in de illustratie is afgebeeld.
3. Installeer elk spatbord op de lichtmast met de (3) M6 x 16 gekartelde
flensschroeven, maar draai de schroeven niet vast tot de volgende stap.
4. Schuif elk spatbord naar achteren totdat de montageschroeven zich vooraan in
de gleuven bevinden. Draai de schroeven vast tot een draaimoment van 16 Nm.
W
wc_gr006528
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 83
13.3 De wielen installeren
De wielen installeren
Volg de onderstaande procedure om de wielen te installeren.
1. Zoek en vind de twee wielen (U) en onderdeelzak 3.
2. Installeer de wielen op de as met vijf moeren per wiel. Haal de moeren aan
tot een draaimoment van 115 Nm.
U
wc_gr006529
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
84 wc_tx001216nl.fm
13.4 De stabilisators en stabilisatorkrikken installeren
De stabilisators installeren
Voer de volgende procedure uit om de twee stabilisators te installeren.
(Gebruik dezelfde procedure voor elke kant van de lichtmast.)
1. Zoek en vind de borgpen (A) bij de mof van de stabilisator.
2. Plaats de stabilisator (B) zodanig dat de gaten (B1 en B2) aan dezelfde
kant zijn als de borgpen.
3. Trek de borgpen eruit en steek het vierkante uiteinde van de stabilisator
in stabillisatormof.
4. Zet het gat (B1) van de stabilisator op één lijn met de borgpen. Als het gat (B1)
is uitgelijnd, geeft u de borgpen vrij om de stabilisator vast op zijn plaats te zetten.
De stabilisatorkrikken installeren
Volg onderstaande procedure voor het installeren van de twee stabilisatorkrikken.
(Gebruik dezelfde procedure voor elke stabilisatorkrik.)
1. Zoek en vind de twee optilkrikken (“stabilisatorkrikken”) van 38 cm (C).
2. Zo nodig moet de borgpen (C3) uit de gaten in de stabilisatorkrik worden verwijderd.
3. Plaats de mof (C1) op de stabilisatorkrik over het ronde uiteinde van de
stabilisator (B).
4. Draai de stabilisatorkrik zodanig dat de poot (C2) ervan op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat van de mof van de stabilisatorkrik uit met het bovenste
gat in de stabilisator.
A
B
B1
B2
wc_gr006520
C
C1
C3
C2
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 85
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de stabilisatorkrik op zijn plaats vast te zetten.
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
86 wc_tx001216nl.fm
13.5 De achterste krik installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de achterste krik.
1. Zoek en vind de 2268 kg wegende, 25,4 cm lange zijkrik (D).
2. Verwijder zo nodig de borgpen (D4) uit de krikgaten.
3. Plaats de mof (D1) over de ronde knop (D2) op de achterkant van de machine.
4. Draai de krik zodanig dat de poot (D3) op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat in de houder uit met het bovenste gat in de ronde knop.
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de stabilisatorkrik op zijn plaats vast te zetten.
D2
D
D3
D1
D4
wc_gr006522
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 87
13.6 De disselboom installeren
Scope
De installatie van de disselboom omvat de installatie van de disselboom en de
disselboomkrik, en de connector van de aanhangerbedrading.
De disselboom installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de disselboom.
1. Steek de disselboom (H) in de houder aan de voorkant van de aanhanger.
2. Maak de disselboom aan de houder vast met gebruik van de volgende
onderdelen uit zak 7:
(3) M16 x 120 schroeven (E)
(6) B17 platte sluitringen (F)
(3) M16 borgmoeren (G)
Draai de bevestigingsmiddelen aan tot een draaimoment van 200 Nm
H
F
G
E
wc_gr006523
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
88 wc_tx001216nl.fm
De dissel-boomkrik installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de disselboomkrik.
1. Zoek en vind de 907 kg wegende, 25,4 cm lange transportkrik
(“disselboomkrik”) (J).
2. Verwijder indien noodzakelijk de borgpen (J3) uit de gaten in de disselboomkrik.
3. Plaats de houder (J1) over de ronde knop op de disselboom.
4. Draai de disselboomkrik zodanig dat de poot (J2) op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat in de houder uit met het bovenste gat in de ronde knop.
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de disselboomkrik op zijn plaats vast te zetten.
De aanhangerbedrading aansluiten
1. Zoek en vind de connectoren (K) en (L).
2. Verbind de connector van de disselboombedrading (K) met de connector van
de disselboombedrading (L).
3. Steek de connectorstekker in het gat op de slipbeugel. (Zie de pijl.)
wc_gr006524
J3
J
J1
J2
K
wc_gr006525
L
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 89
13.7 De mastborgbeugel installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de borgbeugel
voor de mast.
1. Zoek en vind het volgende in onderdeelzak 5:
(1) mastborgbeugel (M)
(3) M8 x 20 zeskant-bevestigingsschroeven (N)
(3) M8 platte sluitringen (O)
(3) M8 borgmoeren (P)
2. Installeer de mastborgbeugel op de mast, zoals afgebeeld.
3. Draai de bevestigingsschroeven vast tot een draaimoment van 35 Nm.
wc_gr006526
M
N
O
P
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
90 wc_tx001216nl.fm
13.8 Het mastdraagstel installeren
Benodigde materialen
Mastdraagstel
Onderdeelzak 4 (mastdraagstelonderdelen)
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het monteren van het draagstel (Y) voor
de mast.
1. Gebruik (4) M10 x 16 gekartelde flensschroeven (Y1) en installeer het
mastdraagstel op het bovenframe van de lichtmast. Draai de schroeven
vast tot een draaimoment van 58 Nm.
2. Gebruik (2) M6 x 20 gekartelde schroeven (Y4) en installeer het toegangsdeksel
(Y2) en de afdekplaat (Y3) voor de radiateur op het draagstel van de mast.
Draai de schroeven vast tot een draaimoment van 16 Nm.
3. Gebruik de (2) M12 sluitringen (Y9) en de M12 borgmoer (Y10) en installeer
de borgpen (Y8) voor de mast op het draagstel.
NB: Draai de borgmoer Y10 niet vast tot het volgende montageonderwerp
(“De mast installeren”).
4. Plaats de demper (Y7) van de mast over de borgpen van de mast.
NB: Het grote gat in de mastdemper moet omlaaggericht zijn.
5. Installeer de aanhanghaak (Y11) op het mastdraagstel met de M5 x 16 schroef
(Y5) en de M5 borgmoer (Y6).
wc_gr00653
0
Y
Y6
Y9
Y8
Y7
Y4
Y3
Y2
Y1
Y11
Y5
Y9
Y10
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 91
13.9 De mast installeren
Benodigde materialen
Mastmontage
Onderdeelzak 8 (mastinstallatie)
De mast installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de mast.
1. Lijn de mast (Z) uit bovenop de lichtmastbehuizing, zoals afgebeeld.
2. Plaats de mast over de borgpen (Y8) van de mast en zet hem vast met de
haakpen. Dit helpt om de mast voor de volgende stap uitgelijnd te houden.
3. Steek de trekhaakpen (Z1) door de gaten in de maststeun (Z4) en de mast.
4. Plaats de 2,5 cm platte sluitring (Z3) over het uiteinde van de trekhaakpen.
Zet de mast op zijn plaats vast met de 3/16 x 2 splitpen (Z2).
5. De uitlijning van de borgpen (Y8) voor de mast moet zo nodig worden bijgesteld.
Draai de borgmoer (Y10) aan tot een draaimoment van 48 Nm.
De lierhendels omdraaien
De lierhendels (AA2) zijn achterwaarts geïnstalleerd om ze tegen transportschade
te beschermen. Draai de richting van elke hendel als volgt om:
1. Verwijder de moer (AA1) en haal de lierhendel van de stang af.
2. Draai de lierhendel zodanig dat de handgreep in de richting staat die
in de illustratie is afgebeeld.
wc_gr006531
Z3
Z
Z4
Y8
Y10
AA1
AA1
AA1
AA1
AA2
AA2
AA2
AA2
Z2
Z1
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
92 wc_tx001216nl.fm
3. Installeer de lierhendel en moer opnieuw.
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 93
13.10 De hijskabel voor de mast installeren
Benodigde materialen
Hijskabel voor de mast (AA8)
Onderdeelzak 8 (mastinstallatie)
De mast installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de hijskabel voor de mast.
1. Eén uiteinde van de hijskabel voor de mast is voorzien van een lus. Steek de
zekeringpen (AA5) door het gat in de bovenste katrol (AA9) en leid hem door
de kabellus.
2. Plaats de M12 sluitring (AA7) over het uiteinde van de zekeringpen en zet hem
vast met de splitpen (AA6).
3. Leid het losse uiteinde van de kabel om de onderste katrol en over de bovenkant
van de bovenste katrol. Raadpleeg de richtingspijlen in de bovenstaande illustratie.
4. Leid de kabel onder de liertrommel en wikkel hem twee tot drie keer om de
liertrommel.
5. Leid het losse uiteinde van de kabel door het gat in de liertrommel. Wikkel
de kabel één keer om de lageras van de trommel.
6. Draai de twee moeren op de kabelzekering (AA) los en steek het losse uiteinde
van de kabel door de zekering, zodanig dat ongeveer 1 cm van de kabel voorbij
de zekering steekt. Haal de moeren aan tot een draaimoment van 3 Nm.
7. Draai de lier linksom om de speling in de kabel recht te trekken.
wc_gr00653
2
AA5
AA6
AA9
AA7
AA
AA8
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
94 wc_tx001216nl.fm
13.11 De lampen installeren
Benodigde materialen
Lamphouders (4)
Onderdeelzak 6 (lamponderdelen voor de mast)
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de lampen.
1. Installeer de lampmontagebuis (BB) op de mast met gebruik van (2) M16 x 90
schroeven (BB1), (2) B17 platte sluitringen (BB2) en (2) M16 borgmoeren
(BB3). Draai de schroeven vast tot een draaimoment van 83 Nm.
Installeer de vier lamphouders (CC) als volgt op de lampbuis:
1. Plaats elke lamphouder zodanig dat de lamp omlaag wijst. Zorg ervoor
dat de “T”-hendel (CC3) naar buiten wijst.
2. Installeer elke lamphouder op de lampmontagebuis met gebruik van
een M18 borgmoer (CC1) en een B19 platte sluitring (CC2).
wc_gr006533
BB
BB
CC3
BB3
CC1
CC2
BB1
BB2
CC
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 95
13.12 De bedrading op de aansluitkast aansluiten
Benodigde speciale gereedschap-pen en materialen
Spiraalsnoer (GG)
Panduit® wurgtang CT-100
Panduit® wurgtang CT-1550
Onderdeelzak 6
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het aansluiten van de bedrading op
de aansluitkast.
Het spiraalsnoer installeren
1. Verwijder de schroeven en afdekplaat van de aansluitkast (DD).
2. Gebruik twee moersleutels om de connector (DD1) onderin de aansluitkast
los te maken.
3. Steek het uiteinde van het spiraalsnoer door de connector, zodanig dat ongeveer
1 cm van de spiraalsnoeromkleding in de aansluitkast steekt. Draai de connector
DD1 opnieuw vast.
De lamphoudersnoeren installeren
4. Gebruik twee moersleutels om de vier connectoren (DD2) aan de zijkanten van
de aansluitkast los te maken.
5. Raadpleeg onderstaand diagram en steek de lamphoudersnoeren door de
toepasselijke connectoren. Ongeveer 1 cm van elke snoeromkleding van de
lamphouder moet in de aansluitkast uitsteken. Draai de connectoren DD2
opnieuw vast.
wc_gr00653
4
DD
DD2
DD2
DD1
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
96 wc_tx001216nl.fm
Deze procedure wordt op de volgende pagina vervolg.
De draden aansluiten
6. Raadpleeg onderstaande tabel en sluit de draden van de lamphouder aan op
de draden van het spiraalsnoer. Gebruik de kleine connectoren en de Panduit-
draadwurgtang CT-100.
7. Sluit de groene draden van de lamphoudersnoeren tezamen met de groene/gele
aardingsdraad op het spiraalsnoer aan met gebruik van de grote connector en
Panduit-draadwurgtang CT-1500.
8. Installeer de ringterminal op de aardingsdraad op de aardingsschroef (FF)
in de aansluitkast.
Stand Lichtdraad Spiraalsnoerdraad
L1 Zwart Rood
Wit Oranje
Groen
L2 Zwart Zwart
Wit Bruin
Groen
L3 Zwart Geel
Wit Wit
Groen
L4 Zwart Blauw
Wit Paars
Groen
wc_gr00653
5
L1
L2
L3
L4
L1
L2
L3
L4
FF
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 97
13.13 Het spiraalsnoer leiden
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het leiden van het spiraalsnoer.
1. Aan de voet van de mast moet het spiraalsnoer tweemaal om de mast worden
gewonden, zodat er lussen van ongeveer 25 cm in diameter ontstaan.
2. Maak de aansluiting (CN) los. Leid het uiteinde van het spiraalsnoer door de
connector, zodanig dat ongeveer 90 cm draad in de kast van de lichtmast uitsteekt,
en draai de connector opnieuw vast (CN).
3. Steek de rode, zwarte, bruine en oranje draden van het spiraalsnoer in een van
de bijgeleverde isolatieharnassen. Leid het isolatieharnas door de ballastbeugel
rechts op de machine (R).
4. Steek de gele, blauwe, witte, paarse en groene draden van het spiraalsnoer in
het tweede isolatieharnas. Leid dit isolatieharnas door de ballastbeugel links op
de machine (L).
wc_gr006536
CN
R
L
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
98 wc_tx001216nl.fm
13.14 De ballasts en terminalstrips bedraden
Procedure
Volg de onderstaande procedure om de ballasts en terminalstrips te bedraden.
1. Verwijder de twee ballastdeksels (BC) van de linker- en rechterkant van
de lichtmast.
2. Sluit de groene draad van het spiraalsnoer aan op de hexagonale
aardingsschroef (G).
3. Zoek en vind de vier condensators, zoals hieronder afgebeeld.
4. Sluit de vier draden van het spiraalsnoer als volgt op de condensators aan:
5. Sluit de resterende draden op terminalstrips “A” en “B” aan, volgens het diagram
en de tabellen op de volgende pagina. Haal alle schroeven aan tot 2,25 Nm.
6. Nadat alle draden op terminalstrips “A” en “B” aangesloten zijn, moeten de
ballastdeksels er opnieuw op worden gezet. Haal de bevestigingsschroeven
van de ballastdeksels aan tot 5,0 Nm.
Condensator Spiraalsnoerdraad
1Rood
2Zwart
3Geel
4Blauw
wc_gr006537
G
BC
1
2
3
4
wc_gr006570
LTN Bijlage V—Standaardmontage op rekken
wc_tx001216nl.fm 99
Terminalstrip “A” (rechts op de machine)
Terminalstrip “B” (links op de machine)
Stand Beschrijving van de draden
A–F Niet gebruikt
G Zwart/geel van ballastnr.1 en nr. 2
H Zwart (nr.7) van de bedieningskast
I Gele draden (2) van ballastnr.1
J Gele draden (2) van ballastnr. 2
K Wit (nr.9) van de bedieningskast
L Bruin en oranje van het spiraalsnoer
Stand Beschrijving van de draden
A Zwart/geel van ballastnr.3 en nr.4
B Zwart (nr.6) van de bedieningskast
C Gele draden (2) van ballastnr.3
D Gele draden (2) van ballastnr.4
E Wit (nr.8) van de bedieningskast
F Wit en paars van het spiraalsnoer
G–L Niet gebruikt
wc_gr006538
A
A
B
B
C
C
D
D
E
E
F
F
G
G
H
H
I
I
J
J
K
K
L
L
A
A
B
B
C
C
D
D
E
E
F
F
G
G
H
H
I
I
J
J
K
K
L
L
A
“A” “B”
B
Bijlage V—Standaardmontage op rekken LTN
100 wc_tx001216nl.fm
13.15 Besluit
Dit voltooit de montageprocedure voor uw lichtmast. Raadpleeg uw
operatorshandleiding voor de instructies over de opstelling, bediening,
het onderhoud en de opslag van de machine.
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 101
14 Bijlage VI—CE-montage op rekken
Overzicht
Deze montage-instructieset is van toepassing op de op containerrekken verzonden
CE-machines, zoals hieronder wordt getoond.
Als uw machine niet op die in de getoonde illustratie lijkt, raadpleegt u
Machine-identificatie in het hoofdstuk Inleiding om de juiste montage-instructieset
te identificeren.
Taken
Om de montage van uw lichtmast te voltooien, moeten de volgende taken
worden uitgevoerd:
wc_gr006470
Taak Beschrijving Zie het onderwerp
Chassismontage
1 De stabilisators en stabilisatorkrikken bevestigen 14,1
2 De achterste krik bevestigen 14,2
Mastmontage
3 De borgbeugel voor de mast bevestigen 14,3
4 Het mastdraagstel bevestigen 14,4
5 De mast bevestigen 14,5
6 De kantellierkabel bevestigen 14,6
Lampmontage
7 De lampmontagebeugel en de lampbeugel bevestigen 14,7
8 De lamphouders bevestigen 14,8
Elektrische montage
9 De aansluitkast bedraden 14,9
10 Het spiraalsnoer leiden 14,10
11 De ballasts en terminalstrips bedraden 14,11
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 102
Gereedschappen en materialen
De volgende gereedschappen en materialen zijn benodigd:
Normaal handgereedschap (moersleutels, schroevendraaiers enz.)
Momentsleutel
Onderdeelzakken: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 8 en vervaardigde onderdelen
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 103
14.1 De stabilisators en stabilisatorkrikken installeren
De stabilisators installeren
Voer de volgende procedure uit om de twee stabilisators te installeren.
(Gebruik dezelfde procedure voor elke kant van de lichtmast.)
1. Zoek en vind de borgpen (A) bij de mof van de stabilisator.
2. Plaats de stabilisator (B) zodanig dat de gaten (B1 en B2) aan dezelfde
kant zijn als de borgpen.
3. Trek de borgpen eruit en steek het vierkante uiteinde van de stabilisator
in stabillisatormof.
4. Zet het gat (B1) van de stabilisator op één lijn met de borgpen. Als het gat (B1)
is uitgelijnd, geeft u de borgpen vrij om de stabilisator vast op zijn plaats te zetten.
De stabilisatorkrikken installeren
Volg onderstaande procedure voor het installeren van de twee stabilisatorkrikken.
(Gebruik dezelfde procedure voor elke stabilisatorkrik.)
1. Zoek en vind de twee optilkrikken (“stabilisatorkrikken”) van 38 cm (C).
2. Zo nodig moet de borgpen (C3) uit de gaten in de stabilisatorkrik worden verwijderd.
3. Plaats de mof (C1) op de stabilisatorkrik over het ronde uiteinde van de
stabilisator (B).
4. Draai de stabilisatorkrik zodanig dat de poot (C2) ervan op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat van de mof van de stabilisatorkrik uit met het bovenste
gat in de stabilisator.
A
B
B1
B2
wc_gr006520
C
C1
C3
C2
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 104
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de stabilisatorkrik op zijn plaats vast te zetten.
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 105
14.2 De achterste krik installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de achterste krik.
1. Zoek en vind de 2268 kg wegende, 25,4 cm lange zijkrik (D).
2. Verwijder zo nodig de borgpen (D4) uit de krikgaten.
3. Plaats de mof (D1) over de ronde knop (D2) op de achterkant van de machine.
4. Draai de krik zodanig dat de poot (D3) op de grond staat.
5. Lijn het bovenste gat in de houder uit met het bovenste gat in de ronde knop.
6. Steek de borgpen in de gaten. Duw de borgpen door beide gatensets
(boven en onder) om de stabilisatorkrik op zijn plaats vast te zetten.
D2
D
D3
D1
D4
wc_gr006522
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 106
14.3 De mastborgbeugel installeren
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de borgbeugel
voor de mast.
1. Zoek en vind het volgende in onderdeelzak 5:
(1) mastborgbeugel (M)
(3) M8 x 20 zeskant-bevestigingsschroeven (N)
(3) M8 platte sluitringen (O)
(3) M8 borgmoeren (P)
2. Installeer de mastborgbeugel op de mast, zoals afgebeeld.
3. Draai de bevestigingsschroeven vast tot een draaimoment van 35 Nm.
wc_gr006526
M
N
O
P
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 107
14.4 Het mastdraagstel installeren
Benodigde materialen
Mastdraagstel
Onderdeelzak 4 (mastdraagstelonderdelen)
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het monteren van het draagstel (Y) voor
de mast.
1. Gebruik (4) M10 x 16 gekartelde flensschroeven (Y1) en installeer het
mastdraagstel op het bovenframe van de lichtmast. Draai de schroeven
vast tot een draaimoment van 58 Nm.
2. Gebruik (2) M6 x 20 gekartelde schroeven (Y4) en installeer het toegangsdeksel
(Y2) en de afdekplaat (Y3) voor de radiateur op het draagstel van de mast.
Draai de schroeven vast tot een draaimoment van 16 Nm.
3. Gebruik de (2) M12 sluitringen (Y9) en de M12 borgmoer (Y10) en installeer
de borgpen (Y8) voor de mast op het draagstel.
NB: Draai de borgmoer Y10 niet vast tot het volgende montageonderwerp
(“De mast installeren”).
4. Plaats de demper (Y7) van de mast over de borgpen van de mast.
NB: Het grote gat in de mastdemper moet omlaaggericht zijn.
5. Installeer de aanhanghaak (Y11) op het mastdraagstel met de M5 x 16 schroef
(Y5) en de M5 borgmoer (Y6).
wc_gr00653
0
Y
Y6
Y9
Y8
Y7
Y4
Y3
Y2
Y1
Y11
Y5
Y9
Y10
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 108
14.5 De mast installeren
Benodigde materialen
Mastmontage
Onderdeelzak 8 (mastinstallatie)
De mast installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de mast.
1. Lijn de mast (Z) uit bovenop de lichtmastbehuizing, zoals afgebeeld.
2. Plaats de mast over de borgpen (Y8) van de mast en zet hem vast met de
haakpen. Dit helpt om de mast voor de volgende stap uitgelijnd te houden.
3. Steek de trekhaakpen (Z1) door de gaten in de maststeun (Z4) en de mast.
4. Plaats de 2,5 cm platte sluitring (Z3) over het uiteinde van de trekhaakpen.
Zet de mast op zijn plaats vast met de 3/16 x 2 splitpen (Z2).
5. De uitlijning van de borgpen (Y8) voor de mast moet zo nodig worden bijgesteld.
Draai de borgmoer (Y10) aan tot een draaimoment van 48 Nm.
De lierhendels omdraaien
De lierhendels (AA2) zijn achterwaarts geïnstalleerd om ze tegen transportschade
te beschermen. Draai de richting van elke hendel als volgt om:
1. Verwijder de moer (AA1) en haal de lierhendel van de stang af.
2. Draai de lierhendel zodanig dat de handgreep in de richting staat die
in de illustratie is afgebeeld.
wc_gr006531
Z3
Z
Z4
Y8
Y10
AA1
AA1
AA1
AA1
AA2
AA2
AA2
AA2
Z2
Z1
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 109
3. Installeer de lierhendel en moer opnieuw.
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 110
14.6 De hijskabel voor de mast installeren
Benodigde materialen
Hijskabel voor de mast (AA8)
Onderdeelzak 8 (mastinstallatie)
De mast installeren
Volg de onderstaande procedure voor het installeren van de hijskabel voor de mast.
1. Eén uiteinde van de hijskabel voor de mast is voorzien van een lus. Steek de
zekeringpen (AA5) door het gat in de bovenste katrol (AA9) en leid hem door
de kabellus.
2. Plaats de M12 sluitring (AA7) over het uiteinde van de zekeringpen en zet hem
vast met de splitpen (AA6).
3. Leid het losse uiteinde van de kabel om de onderste katrol en over de bovenkant
van de bovenste katrol. Raadpleeg de richtingspijlen in de bovenstaande illustratie.
4. Leid de kabel onder de liertrommel en wikkel hem twee tot drie keer om de
liertrommel.
5. Leid het losse uiteinde van de kabel door het gat in de liertrommel. Wikkel
de kabel één keer om de lageras van de trommel.
6. Draai de twee moeren op de kabelzekering (AA) los en steek het losse uiteinde
van de kabel door de zekering, zodanig dat ongeveer 1 cm van de kabel voorbij
de zekering steekt. Haal de moeren aan tot een draaimoment van 3 Nm.
7. Draai de lier linksom om de speling in de kabel recht te trekken.
wc_gr00653
2
AA5
AA6
AA9
AA7
AA
AA8
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 111
14.7 De lampmontagebeugel en lampbeugel bevestigen
Benodigde materialen
Lampmontagebeugel (HH)
Lampbeugel (BB)
Onderdeelzak 6 (lamponderdelen voor de mast)
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het bevestigen van de lampmontagebeugel
en de lampbeugel op de mast.
De lampmontagebeugel bevestigen
1. Bevestig de lampmontagebeugel op de mast met de volgende onderdelen:
(2) M16 x 40 zeskantkopschroeven (JJ)
(2) M16 zeskantmoeren (KK)
(2) M8 x 20 zeskantkopschroeven (NN)
(2) B8,4 platte sluitringen (OO)
M8 borgmoeren (MM)
Draai de M16 schroeven vast tot een draaimoment van 83 Nm. Draai de M8
schroeven vast tot een draaimoment van 24 Nm.
De lampbeugel bevestigen
2. Bevestig de lampbeugel op de lampmontagebeugel met (2) M16 x 90 schroeven
(BB1), (2) B17 platte sluitringen (BB2) en (2) M16 borgmoeren (BB3). Draai
de schroeven vast tot een draaimoment van 83 Nm.
wc_gr006539
BB
CC
NN
OO
LL
HH
MM
KK
JJ
BB1
BB2
CC2
CC1
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 112
14.8 De lampen bevestigen
Benodigde materialen
Lamphouders (4)
Onderdeelzak 6 (lamponderdelen voor de mast)
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het bevestigen van de lampen op de mast.
Bevestig de vier lamphouders (CC) als volgt op de lampbeugel:
1. Plaats elke lamphouder zodanig dat de lamp omlaag wijst.
2. Bevestig elke lamphouder op de lampbeugel met een M18 borgmoer (CC1)
en een B19 platte sluitring (CC2).
wc_gr006533
BB
BB
CC3
BB3
CC1
CC2
BB1
BB2
CC
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 113
14.9 De bedrading op de aansluitkast aansluiten
Benodigde speciale gereedschap-pen en materialen
Spiraalsnoer (GG)
Panduit® wurgtang CT-100
Panduit® wurgtang CT-1550
Onderdeelzak 6
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het aansluiten van de bedrading op
de aansluitkast.
Het spiraalsnoer installeren
1. Verwijder de schroeven en afdekplaat van de aansluitkast (DD).
2. Gebruik twee moersleutels om de connector (DD1) onderin de aansluitkast
los te maken.
3. Steek het uiteinde van het spiraalsnoer door de connector, zodanig dat ongeveer
1 cm van de spiraalsnoeromkleding in de aansluitkast steekt. Draai de connector
DD1 opnieuw vast.
De lamphoudersnoeren installeren
4. Gebruik twee moersleutels om de vier connectoren (DD2) aan de zijkanten van
de aansluitkast los te maken.
5. Raadpleeg onderstaand diagram en steek de lamphoudersnoeren door de
toepasselijke connectoren. Ongeveer 1 cm van elke snoeromkleding van de
lamphouder moet in de aansluitkast uitsteken. Draai de connectoren DD2
opnieuw vast.
wc_gr00653
4
DD
DD2
DD2
DD1
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 114
Deze procedure wordt op de volgende pagina vervolg.
De draden aansluiten
6. Raadpleeg onderstaande tabel en sluit de draden van de lamphouder aan op
de draden van het spiraalsnoer. Gebruik de kleine connectoren en de Panduit-
draadwurgtang CT-100.
7. Sluit de groene draden van de lamphoudersnoeren tezamen met de groene/gele
aardingsdraad op het spiraalsnoer aan met gebruik van de grote connector en
Panduit-draadwurgtang CT-1500.
8. Installeer de ringterminal op de aardingsdraad op de aardingsschroef (FF)
in de aansluitkast.
Stand Lichtdraad Spiraalsnoerdraad
L1 Zwart Rood
Wit Oranje
Groen
L2 Zwart Zwart
Wit Bruin
Groen
L3 Zwart Geel
Wit Wit
Groen
L4 Zwart Blauw
Wit Paars
Groen
wc_gr00653
5
L1
L2
L3
L4
L1
L2
L3
L4
FF
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 115
14.10 Het spiraalsnoer leiden
Procedure
Volg de onderstaande procedure voor het leiden van het spiraalsnoer.
1. Aan de voet van de mast moet het spiraalsnoer tweemaal om de mast worden
gewonden, zodat er lussen van ongeveer 25 cm in diameter ontstaan.
2. Maak de aansluiting (CN) los. Leid het uiteinde van het spiraalsnoer door de
connector, zodanig dat ongeveer 90 cm draad in de kast van de lichtmast uitsteekt,
en draai de connector opnieuw vast (CN).
3. Steek de rode, zwarte, bruine en oranje draden van het spiraalsnoer in een van
de bijgeleverde isolatieharnassen. Leid het isolatieharnas door de ballastbeugel
rechts op de machine (R).
4. Steek de gele, blauwe, witte, paarse en groene draden van het spiraalsnoer in
het tweede isolatieharnas. Leid dit isolatieharnas door de ballastbeugel links op
de machine (L).
wc_gr006536
CN
R
L
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 116
14.11 De ballasts en terminalstrips bedraden
Procedure
Volg de onderstaande procedure om de ballasts en terminalstrips te bedraden.
1. Verwijder de twee ballastdeksels (BC) van de linker- en rechterkant van
de lichtmast.
2. Sluit de groene draad van het spiraalsnoer aan op de hexagonale
aardingsschroef (G).
3. Zoek en vind de vier condensators, zoals hieronder afgebeeld.
4. Sluit de vier draden van het spiraalsnoer als volgt op de condensators aan:
5. Sluit de resterende draden op terminalstrips “A” en “B” aan, volgens het diagram
en de tabellen op de volgende pagina. Haal alle schroeven aan tot 2,25 Nm.
6. Nadat alle draden op terminalstrips “A” en “B” aangesloten zijn, moeten de
ballastdeksels er opnieuw op worden gezet. Haal de bevestigingsschroeven
van de ballastdeksels aan tot 5,0 Nm.
Condensator Spiraalsnoerdraad
1Rood
2Zwart
3Geel
4Blauw
wc_gr006537
G
BC
1
2
3
4
wc_gr006570
LTN Bijlage VI—CE-montage op rekken
wc_tx001217nl.fm 117
Terminalstrip “A” (rechts op de machine)
Terminalstrip “B” (links op de machine)
Stand Beschrijving van de draden
A–F Niet gebruikt
G Zwart/geel van ballastnr.1 en nr. 2
H Zwart (nr.7) van de bedieningskast
I Gele draden (2) van ballastnr.1
J Gele draden (2) van ballastnr. 2
K Wit (nr.9) van de bedieningskast
L Bruin en oranje van het spiraalsnoer
Stand Beschrijving van de draden
A Zwart/geel van ballastnr.3 en nr.4
B Zwart (nr.6) van de bedieningskast
C Gele draden (2) van ballastnr.3
D Gele draden (2) van ballastnr.4
E Wit (nr.8) van de bedieningskast
F Wit en paars van het spiraalsnoer
G–L Niet gebruikt
wc_gr006538
A
A
B
B
C
C
D
D
E
E
F
F
G
G
H
H
I
I
J
J
K
K
L
L
A
A
B
B
C
C
D
D
E
E
F
F
G
G
H
H
I
I
J
J
K
K
L
L
A
“A” “B”
B
Bijlage VI—CE-montage op rekken LTN
wc_tx001217nl.fm 118
14.12 Besluit
Dit voltooit de montageprocedure voor uw lichtmast. Raadpleeg uw
operatorshandleiding voor de instructies over de opstelling, bediening,
het onderhoud en de opslag van de machine.
William Lahner Dan Domanski
Vice President of Engineering Manager, Product Engineering
WACKER NEUSON CORPORATION
2010-CE-LTN6L-50Hz_nl.fm
EG VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
WACKER NEUSON CORPORATION, N92W15000 ANTHONY AVENUE, MENOMONEE FALLS, WISCONSIN USA
verklaart hierbij dat onderstaand gespecificeerde bouwmachine:
is getest volgens richtlijn 2000/14/EG:
GEVOLMACHTIGDE VOOR TECHNISCHE DOCUMENTEN Axel Häret
WACKER NEUSON SE
Preußenstraße 41
80809 München
1. Soort:
Stroomgenerator (lichtmast)
2. Machinefunctie:
Deze machine is een verplaatsbare, op een aanhanger gemonteerde lichtmast die bedoeld is voor de verlichting van
gebieden in open lucht.
3. Type / Model:
Belysningsmast LTN 6L
4. Artikelnummer apparatuur:
0620119, 0620120, 0620557, 0620558
5. Netto geïnstalleerd vermogen:
6 kW
Conformiteitsbeoordelings-
procedure
Naam en adres
van de ingelichte instantie
Gemeten geluidskrachtniveau Gegarandeerd geluidskrachtniveau
AANHANGSEL VIII Lloyds Register Quality
Assurance Limited
(Notified Body No 0088)
71 Fenchurch Street
London EC3M 4BS
United Kingdom
91 dB(A) 97 dB(A)
6. Deze machineonderdelen voldoen aan de relevante bepalingen van de Machinerichtlijn 2006/42/EG en zijn ook vervaardigd
conform de volgende normen:
2000/14/EC
89/336/EEC
98/37/EEC
IEC/EN 60204-1
EN 60 598-2-5
Deze EG-conformiteitsverklaring is een vertaling van het oorspronkelijke certificaat.
Het oorspronkelijke certificaat is in het Amerikaans Engels geschreven.
18.12.09
Datum
Wacker Neuson SE · Preußenstraße 41 · D-80809 München · Tel.: +49-(0)89-3 54 02-0 · Fax: +49 - (0)89-3 54 02-390
Wacker Neuson Corporation · N92W15000 Anthony Ave. · Menomonee Falls, WI 53051 · Tel. : (262) 255-0500 · Fax: (262) 255-0550 ·Tel. : (800) 770-0957
Wacker Neuson Limited - Room 1701–03 & 1717–20, 17/F. Tower 1, Grand Century Place, 193 Prince Edward Road West, Mongkok, Kowloon, Hongkong.
Tel: (852) 3605 5360, Fax: (852) 2758 0032
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120

Wacker Neuson LTN6L Handleiding

Type
Handleiding