De KETTLER kinderzitje is volgens de actuele stand van de veiligheidsvoorschriften geconstrueerd en wordt onder
voortdurende kwaliteitscontrole vervaardigd. De hiermee verworven kennis komt ten goede aan de ontwikkeling van
nieuwe produkten resp. wijziging van bestaande produkten. Om deze reden behouden wij ons het recht voor zowel
technische als wijzingingen in het model aan te brengen om onze klanten steeds een optimaal produkt te kunnen
bieden. Als er tòch eens aanleiding voor klachten zou bestaan, neemt u dan contact op met het competente KETTLER-
filiaal of de KETTLER vertegenwoordiging.
Voor uw veiligheid
■ Dit kinderzitje mag alleen worden gebruikt conform het doel waarvoor het vervaardigd is. Dat wil zeggen voor
bevestiging boven de achteras van een fiets met de daarvoor voorgeziene montagedelen, voor het vervoer van
kinderen. Neem de nationale wettelijke voorschriften in acht.
■ Het kinderzitje is geschikt voor kinderen die voor de duur van de rit zelfstandig en veilig kunnen zitten (minim-
umleeftijd: 9 maanden). Het maximaal toegestane totaalgewicht (inclusief bagage) bedraagt 22 kg. Controleer
regelmatig het gewicht en de lichaamslengte van uw kind om het toegelaten maximumgewicht niet te over-
schrijden.
■ Het fietszitje is niet geschikt voor fietsen met volledige vering.
■ Het kinderzitje is voor tweewielers met een wieldiameter van minstens 28 duim en een framehoogte vanaf 47
cm geschikt. Een geringere wieldiameter en framehoogte dienen per geval gecontroleerd te worden. Bovendien
is het kinderzitje bij een framediameter van 28, 30, 32, 35 resp. 40 mm te gebruiken.
■ Ieder ander gebruik is niet geoorloofd en kan gevaar opleveren. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade
veroorzaakt door ondoelmatig gebruik.
■ De gebruikte fiets moet veilig zijn en in uw land aan de geldige verkeersregels voldoen. Win voor gebruik in-
formatie in over de in uw land geldende regels voor het transporteren van kinderen.
■ Raadpleeg bij speciale fietsmodellen de fietsfabrikant of de fiets van een fietsstoeltje voorzien mag worden.
■ De fiets moet voor het aanbrengen van een dergelijk extra gewicht geschikt zijn. Bovendien mag het toegelaten
totale gewicht van de fiets inclusief kind en fietsstoeltje niet worden overschreden. Vraag eventueel de fietsfabri-
kant of -leverancier naar de belastbaarheid van de fiets.
■ Bij het transport op een autofietsendrager moet u het kinderzitje van de fiets nemen. De zeer hoge luchtweerstand
kan schade aan de fiets en aan het kinderzitje veroorzaken, en de belastbaarheid van de drager kan over-
schreden worden en uiteindelijk zelfs ongevallen veroorzaken.
■ Let bij de montage van het fietsstoeltje op fietsen voorzien van zadelpennen met vering, op de veerrichting. An-
ders kan er blessuregevaar voor de vingers van het kind ontstaan.
■ et erop, dat door het gebruik van het fietsstoeltje het rijgedrag van de fiets met en zonder kind wijzigt. Door het
verhoogde zwaartepunt kan zich het gedrag van de fiets ongunstig veranderen en het sturen wordt gevoeliger.
Rij daarom voorzichtig, vooral met het oog op rem en uitwijkmanoeuvres. Vermijd ook rijden met één hand.
■ Zorg ervoor, dat het kind geen voorwerpen kan vastnemen (bijv. speelgoed) die in de wielen kunnen vastraken
en dat er geen kleding of lichaamsdelen in de beweegbare delen van de fiets of van het kinderzitje kunnen te-
rechtkomen (bijv. remmen, spaken, zadelveren enz.). Gebruik een zadelveerbescherming, als uw fietszadel met
zadelveren uitgerust is. De vingers van uw kind kunnen anders vastgeklemd raken in de veren. Maak altijd de
voetbandjes vast. Maak loshangende linten, kledingstukken en dergelijke veilig vast.
■ Bescherm uw kind tegen scherpe hoeken aan de fiets, uitgerafelde kabels en andere delen, waaraan het zich
zou kunnen blesseren.
■ Controleer vóór begin van de rit en tijdens de pauzes of het fietsstoeltje stevig vast zit op de fiets en controleer
of de schroef- en steekverbindingen nog correct zitten.
Let op: vervoer het kind alleen met correct vastgemaakte veiligheidsgordel en gesloten voetriemen. Controleer
in de pauzes of het kind deze veiligheidsvoorzieningen niet heeft geopend.
■ Ook als u geen kind vervoert moet de gordel gesloten zijn, om te vermijden dat deze in de draaiende delen of
voorwerpen waar men langs fietst verstrikt raakt.