Documenttranscriptie
Inhoudsopgave
Pagina
1.
Inleiding..............................................................................................................................................................56
2.
Verklaring van de symbolen................................................................................................................................56
3.
Doelmatig gebruik...............................................................................................................................................56
4.
Omvang van de levering.....................................................................................................................................57
5.
Eigenschappen en functies.................................................................................................................................57
6.
Veiligheidsinstructies..........................................................................................................................................57
a) Algemeen.....................................................................................................................................................57
b) Elektrische veiligheid....................................................................................................................................58
c) Batterijen/accu’s...........................................................................................................................................58
d) Basishandelingen voor het gebruik van het product.....................................................................................59
e) Tijdens het gebruik.......................................................................................................................................59
f) Personen en product....................................................................................................................................59
7.
Bedieningselementen.........................................................................................................................................60
8.
Instelling op de lichaamslengte...........................................................................................................................60
9.
Ingebruikname....................................................................................................................................................62
a) Plaatsen resp. vervangen van de batterijen/accu’s......................................................................................62
b) Batterijstatus controleren..............................................................................................................................62
10. Functiebeschrijving.............................................................................................................................................63
a) Functieprincipe.............................................................................................................................................63
b) Metaalonderscheiding (differentiatie)...........................................................................................................63
11. Bediening............................................................................................................................................................64
a) Functies en analoog display.........................................................................................................................64
b) Aan-/uitschakelen.........................................................................................................................................64
c) Basisinstelling - TUNE..................................................................................................................................64
d) Differentiatie instellen - DISCRIMINATION..................................................................................................65
12. Omgang met de metaaldetector.........................................................................................................................66
a) Weergavereacties bij verschillende soorten metaal testen..........................................................................66
b) Weergave en geluidssignalen interpreteren.................................................................................................66
c) Storende invloeden tijdens het zoeken.........................................................................................................67
d) Bewegingsproces bij het lokaliseren van metaal..........................................................................................67
e) Nauwkeurige locatie van de vondst detecteren...........................................................................................68
f) Gebruik een hoofdtelefoon...........................................................................................................................68
54
13. Verhelpen van storingen.....................................................................................................................................69
14. Reiniging en onderhoud......................................................................................................................................69
15. Conformiteitsverklaring (DOC)............................................................................................................................70
16. Verwijdering........................................................................................................................................................70
a) Product.........................................................................................................................................................70
b) Batterijen/accu’s...........................................................................................................................................70
17. Technische gegevens.........................................................................................................................................71
55
1. Inleiding
Geachte klant,
Hartelijk dank voor de aankoop van dit product.
Dit product voldoet aan alle wettelijke, nationale en Europese normen.
Om deze situatie te behouden en een veilig gebruik te garanderen, moet u als gebruiker deze gebruiksaanwijzing in
acht nemen!
Deze gebruiksaanwijzing behoort bij dit product. Er staan belangrijke aanwijzingen in over de
ingebruikname en het gebruik. Houd hier rekening mee als u dit product doorgeeft aan derden. Bewaar
deze gebruiksaanwijzing daarom voor later gebruik!
Bij technische vragen kunt u zich wenden tot onze helpdesk.
Voor meer informative kunt u kijken op www.conrad.nl of www.conrad.be
2. Verklaring van de symbolen
Het symbool met het uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke tips in deze gebruiksaanwijzing die
beslist opgevolgd moeten worden.
Het pijl-symbool ziet u waar bijzondere tips en aanwijzingen over de bediening worden gegeven.
3. Doelmatig gebruik
Dit product is bestemd voor het zoeken naar verborgen metalen voorwerpen in de grond. Dit product is een
metaaldetector, waarmee u tussen ijzer- en verschillende non-ferrometalen kunt onderscheiden. De onderscheidingen
van het soort metaal worden weergegeven met audiosignalenlichtsignalen en op een analoog scherm. Nonferrometalen zijn bijv. goud, zilver, koper, platina, aluminium, lood en zink. Legeringen uit deze materialen kunnen
eveneens worden gevonden. De zoektocht naar metalen is zowel op het land als in ondiep water mogelijk. Er zijn
zes 1,5 V-batterijen nodig voor het gebruik. Een opsomming van kenmerken en functies vindt u in het hoofdstuk “5.
Eigenschappen en functies”.
Volg alle veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing. Deze bevatten belangrijke informatie voor de
omgang met het product. U alleen bent verantwoordelijk voor een veilige werking van de metaaldetector!
In verband met veiligheid en normering zijn geen aanpassingen en/of wijzigingen aan dit product toegestaan. Indien
het product voor andere doeleinden wordt gebruikt dan de hiervoor beschreven doeleinden, kan het product worden
beschadigd. Bovendien kan bij verkeerd gebruik een gevaarlijke situatie ontstaan met als gevolg bijvoorbeeld
kortsluiting, brand, elektrische schok, enz. Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en bewaar deze goed. Geef
het product alleen samen met de gebruiksaanwijzing door aan derden.
Alle vermelde bedrijfs- en productnamen zijn handelsmerken van de respectievelijke eigenaren. Alle rechten
voorbehouden.
56
4. Omvang van de levering
• Metaaldetector
• Gebruiksaanwijzing
Actuele gebruiksaanwijzingen
Download de meest recente gebruiksaanwijzing via de link www.conrad.com/downloads of scan de
afgebeelde QR-Code. Volg de instructies op de website.
5. Eigenschappen en functies
• Hoofdtelefoonaansluiting voor betrouwbare informatie en om energie te besparen
• Analoog display en akoestische indicatie
• Zoekdiepte max. 5 cm
• Analoge weergave van de batterijstatus
• Waterdichte zoekspoel geschikt voor vlak water
• Lengte van de schacht instelbaar
6. Veiligheidsinstructies
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en let vooral op de veiligheidsinstructies. Indien u de
veiligheidsinstructies en de aanwijzingen voor een juiste bediening in deze gebruiksaanwijzing
niet opvolgt, kunnen wij niet aansprakelijk worden gesteld voor de daardoor ontstane schade aan
personen of voorwerpen. Bovendien vervalt in dergelijke gevallen de aansprakelijkheid/garantie.
a) Algemeen
• Het product is geen speelgoed. Houd het buiten bereik van kinderen en huisdieren.
• Laat verpakkingsmateriaal niet achteloos rondslingeren. Dit zou voor kinderen gevaarlijk speelgoed
kunnen worden.
• Bescherm het product tegen extreme temperaturen, direct zonlicht, sterke schokken, hoge vochtigheid,
vocht, ontvlambare gassen, dampen en oplosmiddelen.
• Stel het product niet bloot aan welke mechanische belasting dan ook.
57
• Als het product niet langer veilig gebruikt kan worden, stel het dan buiten bedrijf en zorg ervoor dat
niemand het per ongeluk kan gebruiken. Veilig gebruik kan niet langer worden gegarandeerd wanneer
het product:
-- zichtbaar is beschadigd,
-- niet meer naar behoren werkt,
-- gedurende langere tijd onder ongunstige omstandigheden is bewaard of
-- onderhevig is geweest aan ernstige vervoergerelateerde belastingen.
• Behandel het product met zorg. Schokken, stoten of zelfs vallen vanaf een geringe hoogte kunnen het
product beschadigen.
• Neem ook de veiligheidsinstructies en gebruiksaanwijzingen van alle andere apparaten in acht die met
het product zijn verbonden.
• Mocht u nog niet voldoende kennis hebben in de omgang met metaaldetectoren, dient u contact op te
nemen met een ervaren “schatzoeker” of betreffende literatuur te raadplegen.
• Raadpleeg een expert wanneer u twijfelt over het juiste gebruik, de veiligheid of het aansluiten van het
product.
• Onderhoud, aanpassingen en reparaties mogen alleen uitgevoerd worden door een specialist of in een
daartoe bevoegde werkplaats.
• Als u nog vragen heeft die niet door deze gebruiksaanwijzing zijn beantwoord, neem dan contact op met
onze technische dienst of andere specialisten.
b) Elektrische veiligheid
• Gebruik het product nooit meteen nadat het vanuit een koude in een warme omgeving terecht is gekomen.
De condens die hierbij ontstaat, kan in bepaalde gevallen het product onherstelbaar beschadigen. Laat
het product eerst op omgevingstemperatuur komen voordat het aangesloten en gebruikt wordt. Dit kan
eventueel enkele uren duren.
• Het product mag, met uitzondering van de zoeksonde, niet vochtig of nat worden.
c) Batterijen/accu’s
• Let op de juiste polariteit bij het plaatsen van de batterijen/accu’s.
• De batterijen/accu’s dienen uit het apparaat te worden verwijderd wanneer het gedurende langere tijd
niet wordt gebruikt, om beschadiging door lekkage te voorkomen. Lekkende of beschadigde batterijen/
accu’s kunnen bij contact met de huid chemische brandwonden veroorzaken. Gebruik daarom
veiligheidshandschoenen bij de omgang met beschadigde batterijen/accu’s.
• Bewaar batterijen/accu’s buiten het bereik van kinderen. Laat batterijen/accu’s niet rondslingeren omdat
het gevaar bestaat dat ze door kinderen of huisdieren ingeslikt worden.
• Alle batterijen/accu’s dienen op hetzelfde moment te worden vervangen. Het door elkaar gebruiken
van oude en nieuwe batterijen/accu’s in het apparaat kan leiden tot lekkage van de batterijen/accu’s en
beschadiging van het apparaat.
• Batterijen/accu’s mogen niet worden ontmanteld, kortgesloten of verbrand. Probeer nooit niet-oplaadbare
batterijen op te laden. Er bestaat explosiegevaar!
58
d) Basishandelingen voor het gebruik van het product
• Het gebruik van de metaaldetector kan schade aan objecten en/of persoonlijk letsel veroorzaken. Let
er dus absoluut op dat u voor het gebruik van het apparaat en diens mogelijke gevolgen voldoende
verzekerd bent, bijvoorbeeld via een aansprakelijkheidsverzekering.
• Let op: In verschillende landen bestaat er een aanmeldplicht resp. een zoekverbod voor “schatzoekers”!
• Het zoeken naar verborgen metalen objecten is een hobby die voor erg veel plezier en spannende
ervaringen zorgt. Let er echter op dat in elk land voorschriften voor uitgravingen bestaan. Het is in uw
eigen interesse dat u zich hierover op de hoogte stelt.
• Zoek nooit zonder toestemming op privéterrein. In principe zijn de plaatselijke voorschriften en wetten
van toepassing. Als u twijfelt, kunt u bij een bevoegd kantoor of de grondeigenaar navragen.
• Betreed geen archeologisch waardevolle resp. bekende plaatsen als u daarvoor geen toestemming
heeft. Vindt u voorwerpen die een archeologische waarde hebben, neem dan contact op met een
museum of een plaatselijke officiële instantie.
• Laat uw zoeklocatie altijd netjes achter, net zoals hij was toen u aankwam. Verzamel het gevonden afval
en voer het volgens de voorschriften af.
• Na het graven moet u de gegraven gaten altijd weer vullen, zodat het er weer netjes uitziet en geen
gevaar ontstaat. Laat het landschap zo achter, zoals het was toen u aankwam.
• Breng kostbare voorwerpen terug naar hun rechtmatige eigenaar, als u hem kunt achterhalen.
e) Tijdens het gebruik
• Het opgraven en de berging van een vondst is geheel uw eigen verantwoordelijkheid.
• Als het apparaat een vondst weergeeft, moet u onthouden dat het munitie of andere explosieven kunnen
zijn in plaats van een waardevol voorwerp. Dit is levensgevaarlijk! In dergelijke gevallen dient u meteen
te stoppen met graven, een veiligheidsafstand rondom de vindplaats te maken en direct de plaatselijke
autoriteiten (bijv. de politie) te informeren.
• Het apparaat is geen speelgoed en is niet geschikt voor kinderen jonger dan 14 jaar. Het gebruik van
metaaldetectoren door kinderen dient alleen onder toezicht van een volwassene te gebeuren.
• Het opgraven van vondsten mag in ieder geval enkel door een volwassen persoon worden uitgevoerd.
• Kijk bij het lopen tijdens het zoeken altijd een stukje vooruit. Kijk nooit alleen op de grond, er kunnen
hindernissen en gevaren, zoals bijvoorbeeld een helling, een straat of andere dingen zich voor u
bevinden!
f) Personen en product
• Stel het volume van de hoofdtelefoon zo laag mogelijk in, maar wel zo dat u de geluidssignalen nog goed
kunt horen. Als u hem gedurende een langere periode met een te hoog volume gebruikt, kan hierdoor
het gehoor worden beschadigd.
• Gebruik de hoofdtelefoon niet bij de metaaldetectie in de buurt van drukke wegen en pleinen. U wordt
hierdoor afgeleid van uw omgeving resp. kunt de gevaren niet meer akoestisch waarnemen.
• Bewaar het apparaat niet in zeer hoge temperaturen, bijv. in een gesloten auto die in de zon staat.
59
7. Bedieningselementen
4
1 Zoeksonde
2 Onderste telescoopbuis
1
3 Verbindingsmof
2
4 Bovenste telescoopbuis
3
4
5 Analoog display
5
6 7 8
14
6 Draairegelaar VOLUME
9
7 Draairegelaar DISCRIMINATION (niet zichtbaar op de
afbeelding)
8 Handgreep met drukknop (voor het resetten)
13
12
9 Testschakelaar voor de batterij
11
10
10 Hoofdtelefoonaansluiting (niet zichtbaar)
11 Draairegelaar TUNE
12 Batterijvak (aan de achterkant/niet afgebeeld)
13 Bedieningseenheid
14 Draaikoppeling (met kartelmoeren voor het vastzetten)
8. Instelling op de lichaamslengte
Het product wordt volledig gemonteerd geleverd.
• Pas de metaaldetector aan uw eigen behoeften aan door de lengte van de
telescoopverlenging te veranderen.
• Stel de lengte van de telescopische verlenging zo in op uw lengte dat u
de zoeksonde (1) comfortabel op een lage hoogte (ca. 3 - 5 cm) boven de
ondergrond kunt bewegen, zonder te bukken of op een andere manier de
rug te moeten buigen. Let bij de metaaldetectie altijd op een rechte, goed
uitgebalanceerde lichaamshouding. De afbeelding links is schematisch.
60
Om de lengte aan te passen, gaat u als volgt te werk:
• Draai de verbindingsmof (3) met de klok mee om hem los te maken.
• Trek de onderste telescoopbuis (2) zover als nodig naar buiten. De lengte
dient zo te zijn dat u bij de metaaldetectie op de juiste hoogte parallel over de
grond kunt bewegen.
• Draai de verbindingsmof (3) tegen de klok in om hem weer te bevestigen en
de ingestelde lengte te fixeren.
• Test uw instelling en herhaal de instelprocedure eventueel nogmaals, tot u een aangename vasthoud- en
geleidingspositie van de metaaldetector voor uzelf heeft gevonden.
Schroef de schroefdraad indien mogelijk niet helemaal uit elkaar waardoor de draadring met inkepingen
eraf kan vallen. Hij kan ook eruit vallen en eventueel verloren raken. Verdraai het inwendig gemonteerde
kabel niet en trek er niet aan.
• Draai vervolgens de kartelmoeren op het draaigewricht los (14).
• Stel de horizontale positie van de zoeksonde (1) zo in dat deze altijd parallel ten opzichte van de ondergrond kan
worden geleid. Draai de kartelmoeren lichtjes met de hand vast. De zoekschotel (1) moet nog makkelijk met de
hand verstelbaar zijn maar mag niet uit zichzelf bewegen.
• Draai ten slotte de kartelmoeren van de draaikoppeling (14) voldoende vast, zodat de positie van de zoeksonde (1)
tijdens de metaaldetectie niet zomaar veranderd.
61
9. Ingebruikname
a) Plaatsen resp. vervangen van de batterijen/accu’s
Alvorens de metaaldetector te kunnen gebruiken, moeten eerst de batterijen geplaatst worden. Ga als volgt te werk:
• Voor het plaatsen van de batterijen verwijdert u het batterijvakdeksel van
het batterijvak aan de achterkant van de bedieningseenheid (13). Schuif het
batterijvakdeksel in de richting van de pijl “OPEN”. Klap hierbij het batterijvakdeksel
naar buiten open.
• Til het batterijvakdeksel uit het batterijvak.
• Plaats de 1,5 V-batterijen type AA met de juiste poolrichting in het batterijvak (12)
(batterij niet inbegrepen). Houd hierbij in ieder geval rekening met de juiste polariteit
(plus/+ en min/-).
• Plaats vervolgens het batterijvakdeksel weer terug. Schuif vervolgens het
batterijvakdeksel tegen de richting van de pijl “OPEN” terug en laat de vergrendeling
door het indrukken weer vastklikken.
Als op een bepaald moment de batterijen vervangen moeten worden, gaat u net zo te werk als bij het
plaatsen, met het verschil dat u de lege batterijen eerst moet verwijderen.
• De gebruiksduur met volle, hoogwaardige alkaline-batterijen bedraagt ongeveer 24 uur.
b) Batterijstatus controleren
U kunt de batterijstatus controleren. Het is raadzaam de batterijstand vóór elk gebruik te controleren. Test de batterijen
als volgt:
• Draai de draairegelaar VOLUME (6) om de metaaldetector in te schakelen.
• Schuif de batterijtestschakelaar (9) op stand “BATT TEST” om de batterijstand te testen.
• De wijzer van het analoge display (5) geeft de batterijstatus weer. Als de wijzer rechts in het groene veld met de
aanduiding “BATT” staat, is het batterijniveau voldoende. Zodra de wijzer buiten het groene bereik (3 - 6) kom te
staan, is het batterijniveau niet meer voldoende. Het is noodzakelijk de batterijen te vervangen.
• Schuif de batterijtestschakelaar (9) weer op de stand “OPERATE”, om weer te kunnen zoeken. U kunt in deze
positie met de metaaldetectie beginnen.
Test de batterijstatus ook in geval van bepaalde storingen of ontbrekende reacties van de metaaldetector
zoals bijv. als hij niet kan worden ingeschakeld, niet meer correct kan worden aangepast, een te gering
volume afgeeft of onregelmatig reageert.
62
10. Functiebeschrijving
a) Functieprincipe
Dit product werkt volgens het VLF-principe (laagfrequentiemethode). De metaaldetector van dit type bestaat uit een
zendspoel, een ontvangerspoel en op een microprocessor gebaseerde schakelingen die de signalen verwerken. De
buitenste spoel van de zoeksonde is de zender. Er wordt een wisselstroom met een frequentie van 20 kHz door deze
spoel gestuurd. Hierdoor ontstaat een magnetisch veld waarvan de richting is uitgelijnd langs de verticale as richting
de grond. Dit magnetische veld induceert een stroom in in de bodem verborgen metaalhoudende voorwerpen. Dit
creëert op zijn beurt een magnetisch veld tegenover het inducerende magnetische veld in de ontvangerspoel. Deze
bevindt zich binnenin de zendspoel. Als gevolg van inductie is inducerende en geïnduceerde stroom vertraagd in de
tijd. Deze faseverschuiving van de stroom in zend- en ontvangerspoel dient voor de bepaling van de metaalsoort van
het in de bodem verborgen object.
b) Metaalonderscheiding (differentiatie)
Elke metaalsoort heeft een karakteristieke waarde van de faseverschuiving, zodat het mogelijk wordt een metaalsoort
van een ander te onderscheiden. Het onderscheiden van de metalen na faseverschuiving noemt men differentiatie
(onderscheiden). Metalen voorwerpen primair met inductieve weerstand, namelijk grote voorwerpen die uit goede
geleiders (goud, zilver, koper) bestaan, veroorzaken voor een grote faseverschuiving. Metalen voorwerpen in
een meer ohmse weerstand, namelijk kleine voorwerpen die uit slechte geleiders bestaan, veroorzaken kleinere
faseverschuivingen. Zie de onderstaande lijst voor de geschatte waarden van de geleidbaarheid van de verschillende
geleiders (metalen en elektrolyten).
Materiaal
Zilver
Nikkel
Koper
IJzer
Elektrische
geleidbaarheid (S/m)
63,01 × 106
14,3 × 106
59,6 × 106
9,93 × 106
Materiaal
Goud
Platina
Aluminium
Tin
Elektrische
geleidbaarheid (S/m)
45,2 × 106
9,66 × 106
37,8 × 106
9,17 × 106
Materiaal
Calcium
Zink
Kobalt
Zout water
Zoet water
Elektrische
geleidbaarheid (S/m)
29,8 × 106
16,6 × 106
16,7 x 106
4,788
0,0005 - 0,05
63
11. Bediening
a) Functies en analoog display
Drukknop (resetten) (8)
Deze drukknop dient samen met de draairegelaar TUNE (11) voor de instelling/
nauwkeurige instelling van de nulpuntpositie van de display weergave.
Draaiknop
DISCRIMINATION (7)
Met deze regelaar wordt de differentiatiedrempel tussen verschillende metalen
ingesteld.
Draairegelaar TUNE (11)
De draairegelaar TUNE (11) dient een afstelling van de zoeksonde (1) met de
elektronica van de bedieningseenheid (13) en corrigeert het nulpunt van het
analoge display (5).
Draairegelaar VOLUME (6)
Deze regelaar is bedoeld voor de instelling van het volume van het
geluidssignaal. Dit geldt voor zowel luidsprekers als hoofdtelefoon.
Analoog display (5)
Aanduiding van het geschatte materiaalsoort (rechts = non-ferro metaal, links
= ferro legeringen).
(met batterij-indicator)
Bij een lage batterijspanning (<6,5 V/DC) bevindt de display-wijzer zich buiten
het groene bereik.
Luidspreker
Uitgang van geluidssignalen
Hoofdtelefoonaansluiting (10)
Sluit een passende hoofdtelefoon met 3,5 mm jackplug aan. De luidspreker
wordt uitgeschakeld.
Testschakelaar voor de batterij (9)
Voor het instellen van bedrijfs- en batterietestmodi.
b) Aan-/uitschakelen
• De draairegelaar VOLUME (6) bevindt zich op “OFF”. De metaaldetector is uitgeschakeld.
• Draai de draairegelaar VOLUME (6) rechtsom om de metaaldetector in te schakelen. Na het hoor- en voelbare
klikken is de metaaldetector ingeschakeld. U hoort een geluidssignaal.
• Draai de draairegelaar VOLUME (6) linksom om de metaaldetector uit te schakelen. Na hoor- en voelbaar klikken
is de metaaldetector uitgeschakeld (stand “OFF”).
c) Basisinstelling - TUNE
Deze instelling is nodig zodat de metaaldetector consistente wijzerweergaven biedt en ook de audiosignalen uniform
reproduceerbaar zijn, zonder dat storingen of verkeerde signalen optreden.
De basisinstelling moet altijd worden uitgevoerd vóór de eerste inbedrijfstelling of bij het wijzigen van het
zoekveld of zodra de omstandigheden van de zoekopdracht veranderen. Herhaal dit instellingsproces na
elke nieuwe start van het apparaat.
• Zorg ervoor dat de zoeksonde (1) van metalen onderdelen en bovengrondse andere storingsbronnen (bijv. tllampen) in de omgeving weg wordt gehouden. Til de zoeksonde (1) ten minste 30 cm boven de grond en houd
hem in de open ruimte.
• Draai de draairegelaar VOLUME (6) rechtsom om de metaaldetector in te schakelen.
• Schuif de batterijtestschakelaar (9) op stand “OPERATE”.
64
• Draai de draairegelaar VOLUME (6) rechtsom op ongeveer 11 uur-stand.
• Draai de draairegelaar DISCRIMINATION (7) ongeveer in de middenpositie.
• Houd de drukknop (8) op de handgreep met de vinger van één hand ingedrukt en draai daarbij gelijktijdig de
draairegelaar TUNE (11) langzaam en voorzichtig rechtsom tot de wijzer op het analoge display (5) op het nulpunt
staat. Regel eventueel meerdere keren iets vooruit en terug totdat u de juiste punt heeft gevonden.
• Als tijdens het instellen een geluidssignaal klonk, moet het geluidssignaal in deze stand niet meer of bijna niet
meer te horen zijn. Het apparaat is nu klaar voor het “schatzoeken”. Verdere instellingen kunnen tijdens het gebruik
worden uitgevoerd. Informatie hierover is te vinden in de volgende hoofdstukken.
• Druk de drukknop (8) opnieuw in wanneer het tijdens het gebruik nodig is om de wijzer weer op het nulpunt in te
stellen.
Stel de basisinstelling altijd bij zodra de omstandigheden bij het zoeken veranderen en afwijkt van de
vorige instelling, bijv. als u van een droge naar een vochtige bodem gaat. Grond met een hoog gehalte aan
ijzerhoudende mineralen heeft ferromagnetische eigenschappen. Zulke ijzerhoudende bodems genereren
een signaal in de metaaldetector dat sterker kan zijn dan een signaal van een metalen voorwerp. Dit
fenomeen vindt u vooral in een bodem met veel zout water. Bodems van dit type hebben echter een zeer
constante faseverschuiving, zodat een signaaldifferentiatie van een metaalsignaal ten opzichte van het
achtergrondsignaal met exacte afstelling mogelijk is.
d) Differentiatie instellen - DISCRIMINATION
De metaaldetector kan worden aangepast voor de reactie bij het lokaliseren van verschillende metalen. Het kan
onderscheid maken tussen ferro-en non-ferro metalen. Ga voor het instellen van de differentiatie als volgt te werk:
• Draai de draairegelaar DISCRIMINATION (7) rechtsom tot ongeveer het midden van de schaalverdeling. Dit
maakt een metaal-onderscheid mogelijk voor de meeste, gangbare toepassingen. Als u meer metaalsoorten
onderscheiden wilt, dan kunt u hoger instellen. De metaal-onderscheid is op de eindaanslag van de schaalverdeling
op hoogste graad ingesteld.
ls u de discriminatie-instelling wijzigt, moet het apparaat elke keer opnieuw worden afgesteld. Zie alinea
A
“c) Basisinstellingen - TUNE”.
65
12. Omgang met de metaaldetector
a) Weergavereacties bij verschillende soorten metaal testen
Om succesvol op “zoektocht naar schatten” te kunnen gaan, moet u weten, hoe uw metaaldetector reageert op
verschillende metalen, diens positie en afstand tijdens het detecteren reageert. Om ervaring op te doen, kunt u
het beste thuis diverse tests met verschillende soorten metaal en verschillende detectiehoeken uitvoeren. Test de
omgang met de metaaldetector voor u echt op zoek gaat met verschillende soorten metaal (munten, ringen, zilveren
bestek, etc.), om vertrouwd te raken met het apparaat en ervaringen op te doen. Probeer de detector eerst thuis uit.
Hierbij dient u de testopbouw niet in een gebouw op een vloer of plafond uitvoeren, aangezien in veel gevallen vloeren
voorzien zijn van bewapening. We raden u aan een plastic of houten tafel te gebruiken zonder stalen onderdelen
waarop u een breed scala aan objecten kunt plaatsen.
• Verwijder voor het testen storingsbronnen en elektronische apparaten (wearables), sieraden, horloges, ringen, enz.
van uw lichaam..
• Plaats de metaaldetector op een houten of plastic tafel zonder storende metalen in de buurt. Stel de zoeksonde (1)
zo in, dat de platte kant van de zoekspoel vlak naar boven wijst.
• Beweeg een metalen teststuk op een lage hoogte in het gedeelte boven de zoekspoel heen en weer.
• Detecteer de afzonderlijke objecten van bekend materiaal zoals munten, horloges, ringen, sieraden, schroot, enz.
Onthoud de bijbehorende weergaven en akoestische signalen en de afstanden. Oefen totdat u de weergaven en
akoestische signalen duidelijk en foutloos kunt interpreteren.
• Houd het metalen teststuk onder verschillende hoeken en observeer de verschillen wat het akoestische signaal
betreft.
• Herhaal dit met teststukken van verschillende, bekende metaalsoorten.
b) Weergave en geluidssignalen interpreteren
Schakel de metaaldetector in. U hoort mogelijk een geluidssignaal voor de standaardinstelling. Bij een metalen object
dat tijdens het zoeken wordt gevonden, is de weergave of het geluidssignaal afhankelijk van verschillende factoren
en instellingen van de metaaldetector.
• De sterkte van de wijzeruitslag in de analoge display (5) geeft de afstand van een gedetecteerd signaal (meestal
van het metaal). De wijzeruitslag is een maat voor de signaalsterkte. Het geluidssignaal wordt luider naarmate de
zoekschotel (1) dichter bij de signaalbron komt; het neemt af naarmate het verder weg beweegt.
• Wanneer de drempel voor het metaal-onderscheid met de draairegelaar DISCRIMINATION (7) op de
minimumpositie is ingesteld, woren metalen unaniem geregistreerd en weergegeven. Daarna elimineert de
metaaldetector eerst ferro-metalen. Bij een instelling van de draaiknop DISCRIMINATION (7) verder naar rechts
draaien tot de maximale positie, sluit de metaaldetector afhankelijk van de actuele instelling dunne metaalfolie, dan
dikkere folie en later geen aluminiumdeeltjes.
• Bij het detecteren van een door de draairegelaar DISCRIMINATION (7) geëlimineerd metaal beweegt de naald
van de indicator linksom in de linkerhelft van het analoge display (5). Er klinkt een zacht geluidssignaal of
geen geluidssignaal. De betreffende metaalsoort is akoestisch geëlimineerd. Als er geen metaal geëlimineerd
wordt, beweegt de analoge wijzer alleen in het rechter gedeelte van het analoge display (5). Wanneer een niet
geëlimineerd metaal resp. een legering is onderscheiden, gaat de wijzer rechtsom naar de rechterhelft van het
analoge display (5). Daarbij klinkt een geluidssignaal dat afhankelijk van de afstand zachter of harder klinkt.
66
Valse signalen
• Een vals signaal is een indicatie van een verondersteld gedetecteerd object, hoewel het niet bestaat. Beweeg de
zoeksonde (1) meerdere keren over de positie van het signaal. Is het sterk en goed herhaalbaar, is het waarschijnlijk
een in de bodem verborgen object. In het geval van onregelmatige en niet consistent herhaalbare signalen, kan
dit een vals signaal zijn.
• Een oscillerend signaal wordt meestal veroorzaakt door externe storingsbronnen zoals bijv. TL-buizen, radio’s,
stroomkabels en andere metaaldetectoren. Daar valt niets aan te doen.
• U heeft oefening en ervaring nodig om valse signalen te leren herkennen.
c) Storende invloeden tijdens het zoeken
Valse signalen kunnen ook de volgende oorzaken hebben:
• De gevoeligheid is te hoog ingesteld.
• U beweegt de metaaldetector te snel, of in een verkeerde hoek.
Het analoge display (5) gaf het verkeerde metaaltype aan.
• Er zijn meerdere, verschillende metalen objecten aanwezig.
• Het object bestaat uit een legering die de metaaldetector niet herkent.
• Het metalen voorwerp is erg zwaar geoxideerd.
• De gevoeligheid is te hoog ingesteld.
• Hoe sterker de uitslag van de wijzer op het analoge display (5), hoe groter een object is of, bij kleine objecten, hoe
minder diep dit object in de grond ligt.
• De wijzer van het analoge display (5) zal bij goed geleidende metalen het sterkst uitslaan. Als bij het zoeken naar
objecten een zoeksignaal niet meerdere keren achter elkaar met een grote uitslag op het analoge display (5)
verschijnt, als de betreffende locatie meervoudig wordt doorzocht, heeft u waarschijnlijk alleen schroot gevonden.
• Het succes resp. de nauwkeurigheid bij het detecteren van metaal is afhankelijk van veel factoren. Dat zijn bijv.
-- de hoek, waarmee het object in de bodem zit (oppervlak voor de detectie)
-- de diepte van het object in de bodem
-- de oxidatiegraad van het object
-- de grootte van het object
-- elektromagnetische en elektrische storingen (bijv. grondkabels) in de buurt van het object
• Vanwege deze genoemde omstandigheden is het des te belangrijker dat u zich met de metaaldetector en de
mogelijke zoekresultaten intensief vertrouwd maakt, voordat u begint met “schatzoeken”.
d) Bewegingsproces bij het lokaliseren van metaal
• Ook het professionele bewegingsproces bij het lokaliseren van metaal moet worden geoefend, om succesvol te
kunnen zijn. Voor de beste zoekresultaten gaat u als volgt te werk:
67
• Zoek in een vooraf afgezette route met ronde slangbewegingen het doelgebied
af. Zie hiervoor de afbeelding links.
• Draai hiervoor de zoeksonde (1) op een zo gelijkmatige hoogte van ca. 3 - 5 cm
boven de grond. De zoeksonde (1) dient zich daarbij idealiter altijd parallel ten
opzichte van de ondergrond te bewegen. Laat de zoekbreedte altijd een beetje
overlappen (ongeveer 50 %).
• Beweeg de zoeksonde nooit, alsof het een pendel is. Pendelbewegingen om
een vast punt beschrijven een cirkelboog. Bij een boog verandert de afstand
tot de grond en hierdoor verandert de detectie van de metaaldetector. Pendel
de zoeksonde (1) alleen als u in een kuil of verdieping zoekt, om hierbij parallel
tot de grond te blijven.
• De zoeksonde met een zwaai of aan het einde optillen, leidt tot verkeerde
detectieresultaten (zie afbeelding links).
• Voer de bewegingen langzaam uit, zodat ook alle mogelijke kleinere objecten gedetecteerd kunnen worden.
e) Nauwkeurige locatie van de vondst detecteren
• Met een beetje oefening kan een object worden vastgesteld. Wanneer de
detectorspoel een verborgen object heeft weergegeven, houdt u de zoeksonde (1)
precies boven deze positie.
• Beweeg de zoekschotel (1) verschillende malen voor- en achteruit in steeds kleiner
wordende bewegingen, terwijl u iets omhoog gaat aan het einde van de beweging.
Markeer de lijn op een geschikte manier. Denk eraan waar de detector een signaal
gegenereerd heeft en beweeg met steeds kleinere bewegingen systematisch
om dit punt. Herhaal alles in een hoek die de eerste zoekrichting doorkruist. Het
kruispunt van beide denkbeeldige lijnen, zoals in een dradenkruis, toont de hoogste
signaalintensiteit. Het is het startpunt van het signaal van de vondst.
f) Gebruik een hoofdtelefoon
In de bedieneenheid (13) is een luidspreker evenals een hoofdtelefoonaansluiting (10) van 3,5 mm geïnstalleerd.
Normaal gesproken geeft de luidspreker de geluidssignalen weer. Wanneer een hoofdtelefoon is aangesloten, wordt
de ingebouwde luidspreker uitgeschakeld.
Draai in de hoofdtelefoonmodus de draairegelaar VOLUME (6) helemaal naar links voordat u het apparaat
inschakelt. Anders kan gehoorschade ontstaan vanwege een overmatig volume!
• Verbind de 3,5 mm jack-stekker van uw hoofdtelefoon met de 3,5 mm hoofdtelefoonaansluiting (10) in de
bedieningseenheid (13).
• De externe luidspreker is uitgeschakeld. Stel het volume langzaam en voorzichtig in op een veilige waarde. U hoort
nu alleen de locatiesignalen via de hoofdtelefoon.
De aansluiting van een geschikte hoofdtelefoon bespaart energie en verlengt zo de gebruiksduur van de
batterij. Bovendien is het eenvoudiger de veranderingen van de geluiden bij het zoeken naar metaal op
gehoor te volgen.
68
13. Verhelpen van storingen
Probleem
Mogelijke oorzaak
Mogelijke oplossing
De metaaldetector geeft valse
weergaven of akoestische signalen
weer.
U beweegt de
metaaldetector
misschien te snel of in
een verkeerde hoek.
Beweeg de zoeksonde (1) langzamer en houd
de metaaldetector in de juiste hoek.
Bij het lokaliseren van een
voorwerp zal de metaaldetector
een ander type metaal aangeven of
verschillende geluiden uitzenden.
Mogelijk zit er nog een
metalen voorwerp in het
zoekgebied.
Haal eerst een object tevoorschijn en
detecteer vervolgens nogmaals op dezelfde
plek.
Een sterk geoxideerd
metaal wordt herkend
als een vals materiaal.
Dit is geen storing en kan niet worden
beïnvloed.
14. Reiniging en onderhoud
Gebruik in geen geval agressieve reinigingsmiddelen, reinigingsalcohol of andere chemische producten
omdat de behuizing beschadigd of de werking zelfs belemmerd kan worden.
• De metaaldetector hoeft niet te worden onderhouden. In het geval van een storing vervangt u eerst de batterijen.
Als de fout nog steeds bestaat, neem dan contact op met de verantwoordelijke klantenservice. Alleen een specialist
of vakkundig servicecenter mag onderhoud uitvoeren of het apparaat repareren.
• Verbreek voor iedere reiniging de verbinding van het product met de stroomvoorziening. Batterijen verwijderen!
• Reinig het product alleen met een iets vochtige doek. Als u een zoekopdracht in het water heeft uitgevoerd, moet
het product worden afgedroogd met een schone doek.
• Gebruik een droog, pluisvrij doekje om de buitenkant van het product te reinigen.
• Druk tijdens het reinigen niet te hard op het display om krassen te voorkomen.
69
15. Conformiteitsverklaring (DOC)
Hiermee verklaart Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau dat het product voldoet aan
richtlijn 2014/53/EU.
De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is als download via het volgende internetadres beschikbaar:
www.conrad.com/downloads
Kies een taal door op een vlagsymbool te klikken en voer het bestelnummer van het product in het zoekveld
in; aansluitend kunt u de EU-conformiteitsverklaring downloaden in pdf-formaat.
16. Verwijdering
a) Product
Elektronische apparaten zijn recyclebare stoffen en horen niet bij het huisvuil. Voer het product aan het
einde van zijn levensduur volgens de geldende wettelijke bepalingen af. Verwijder de geplaatste batterijen/
accu’s en gooi deze afzonderlijk van het product weg.
b) Batterijen/accu’s
U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege batterijen en accu’s in
te leveren; verwijdering via het huisvuil is niet toegestaan.
Batterijen/accu’s die schadelijke stoffen bevatten, zijn gemarkeerd met nevenstaand symbool. Deze
mogen niet met het huisvuil worden afgevoerd. De aanduidingen voor de zware metalen die het betreft
zijn: Cd = cadmium, Hg = kwik, Pb = lood (de aanduiding staat op de batterijen/accu’s bijv. onder het links
afgebeelde vuilnisbaksymbool).
U kunt verbruikte batterijen/accu’s gratis afgeven bij het KCA, onze filialen of overal waar batterijen/accu’s worden
verkocht.
U voldoet daarmee aan de wettelijke verplichtingen en draagt bij aan de bescherming van het milieu.
70
17. Technische gegevens
Stroomvoorziening.............................................6 x 1,5 V batterij type AA (niet inbegrepen)
Bedrijfsspanning/-stroom...................................6,5 tot 9,6 V/DC, max. 20 mA (stand-by 10 mA)
Gebruiksduur batterij.........................................24 bedrijfsuren
Hoofdtelefoonuitgang........................................3,5 mm jack
Lengte...............................................................max. 920 mm (na volledig uittrekken van de telescoopverlenging)
Sondediameter..................................................16,5 cm
Zoekdiepte.........................................................van 3 cm tot max. 5 cm
Kleur..................................................................zwart
Materiaal............................................................thermoplast ABS, aluminium, printplaten
Frequentie.........................................................20 kHz
Bedrijfscondities................................................-10 tot +50 ºC, 20 - 85 % relatieve luchtvochtigheid
(niet condenserend)
Opslagcondities.................................................-20 tot +60 ºC, 20 - 85 % relatieve luchtvochtigheid
(niet condenserend)
Afmetingen (l x b x h).........................................500 x 165 x 165 mm (verlengd tot 920 mm)
Gewicht..............................................................450 g (zonder batterijen)
Geringe afwijkingen in afmetingen en gewicht kunnen om productietechnische redenen voorkomen.
71