Safescan 2210 Handleiding

Categorie
Geld telmachines
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

12
In de verpakking:
• Safescan 2200
• EU, Zwitserse en UK stroomkabel
• Dust cover
• Service kit
• Handleiding
Handleiding
Safescan 2200 series
Safescan 2200 series
Hartelijk dank dat u voor een Safescan 2200-biljettelmachine hebt gekozen. Gelieve eerst deze handleiding te lezen
voordat u met de machine begint te werken. Hier leest u alles over de functies en de bediening ervan.
De Safescan 2200-apparaten zijn biljettelmachines voor professioneel gebruik die niet alleen uitstekende prestaties
leveren, maar ook heel betrouwbaar werken. De machines beschikken over een drievoudige detectiefunctie voor
valse bankbiljetten, dubbele bankbiljetten en het formaat van biljetten en een telfunctie voor vooraf gesorteerde
biljetten. Door hun compacte design vormen ze een onschatbaar hulpmiddel in banken, casino’s, supermarkten,
lmzalen en andere detailhandeltoepassingen.
U hebt de keuze uit twee verschillende modellen:
1. Safescan 2210: deze machine telt 1.000 bankbiljetten per minuut en beschikt over een optel- en een
afpasfunctie, inclusief UV, IR- en groottedetectie.
2. Safescan 2250: de 2250 beschikt naast de functies van de 2200 ook over een geïntegreerd
valsgelddetectiesysteem dat met MG-detectie werkt.
WAARSCHUWING:
• Controleer of er geen voorwerpen de werking van de rollen en de wieltjes belemmeren voordat u de stroom
inschakelt.
• Stel de machine niet op in een vochtige omgeving. Dit leidt tot elektriciteitslekken en het risico op elektrische
schokken.
• Schakel de machine uit en trek de stekker uit het stopcontact wanneer u klaar bent met tellen.
• Het is mogelijk dat bankbiljetten die werden gewassen, het uv-licht reecteren en daardoor een ‘vals alarm’
veroorzaken.
• Bij bankbiljetten die vuil zijn, is het mogelijk dat het vuil de infraroodabsorptiekenmerken verandert en een ‘vals
alarm’ veroorzaakt.
13
ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS
1.0 ALGEMENE ONDERDELEN EN BEDIENINGSELEMENTEN
1.1 Onderdelen van de machine
1.2 Bedieningspanelen
2210 2250
Algemene items
1. LCD-hoofdscherm (toont telresultaten)
2. [START]-knop. Druk deze knop in om te beginnen te tellen en de vorige telresultaten te wissen. Houd
deze knop 3 seconden in om de automatische start/stop-functie in/uit te schakelen.
3. [BAT]-knop. Druk deze knop in om de afpasfunctie in te schakelen.
a. 1e keer drukken = Batchaantal op 100 bankbiljetten instellen
b. 2e keer drukken = Batchaantal op 50 bankbiljetten instellen
c. 3e keer drukken = Batchaantal op 20 bankbiljetten instellen
d. 4e keer drukken = Batchaantal op 10 bankbiljetten instellen
e. 5e keer drukken = Batchaantal op 0 bankbiljetten instellen; hiermee wordt de afpasfunctie
uitgeschakeld. Houd de knop 3 seconden lang ingedrukt om de gevoeligheid van de formaatdetectie van
de bankbiljetten in te stellen.
4. [+]-knop. Druk op deze knop om het batchaantal in te stellen. Houd de knop ingedrukt tot er een
piepsignaal wordt gegeven. Op dat moment keert de machine naar de standaard instelwaarden terug.
6. [-]-knop. Druk op deze knop om het batchaantal in te stellen. Houd deze knop gedurende 3 seconden
ingedrukt om de optelfunctie van de telresultaten van verdachte bankbiljetten bij het opteltotaal in/uit te
schakelen.
1. Stapelaar
2. Stapelaarsensoren
3. Stapelaarwieltjes
4. Bovendeksel
5. Bedieningspaneel
6. Hendel
7. Geleiders bankbiljetten
8. Trechter
9. Trechtersensor
10. UV LCD lamphouder
11. UV LCDlampen
12. UV-sensor
13. Stelwieltje dikte bankbiljetten
14. Aan/Uit-schakelaar
15. Aansluiting stroomkabel
16. Zekering
17. Aansluiting extern display
14
6. [ADD]-knop. Druk op deze knop om de optelfunctie in te schakelen. Houd deze knop gedurende 3
seconden ingedrukt om het niveau van de IR-detectiegevoeligheid in te stellen.
7. [UV]-knop. Druk op deze knop om de UV (ultraviolet) valsgelddetectiefunctie in/uit te schakelen. Houd
deze knop gedurende 3 seconden ingedrukt om het niveau van de gevoeligheid van de UV-detectie in te
stellen.
Productspecifieke items
2210
8. [CLEAR]-knop. Druk op deze knop om de telresultaten en de instellingen voor de afpasfunctie te wissen.
2250
2. [START] button. Press to clear previous counting result.
9. [MG]-knop. Druk op deze knop om de MG (magnetic features) valsgelddetectiefunctie in/uit te schakelen.
Houd deze knop gedurende 3 seconden ingedrukt om het niveau van de gevoeligheid van de MG-
detectie in te stellen.
1.3 LCD screen
10. UV-detectie indicator
11. MG-detectie indicator (for 2250)
12. ADD (cumulatief tellen) indicator
13. Batch (afgepast tellen) indicator
14. Batch (afgepast tellen) aantal
15. Vorig getelde aantal (Check)
16. Huidige telresultaten (Count)
2.0 BEDIENING
Sluit de (meegeleverde) stroomkabel op de machine aan, steek vervolgens de stekker in een stopcontact en schakel
de machine in.
De machine voert eerst een zelftest uit om na te gaan of alle functies naar behoren werken. Tijdens deze zelftest
laat het apparaat een pieptoon horen, beginnen alle verklikkerlampjes te branden en wordt op de LCDschermen
het modelnummer weergegeven. Na 3 seconden verschijnt op de schermen het cijfer ‘0’ en beginnen alle actieve
functieverklikkerlampjes te branden.
Het apparaat is nu klaar om te worden gebruikt.
Opgelet: In de apparaten zijn de volgende standaardwaarden ingesteld:
2210
Optel- en afpasfunctie: Uit, UV-detectie: Aan, telmodus: automatisch
2250
Optel- en afpasfunctie: Uit, UV- en MG-detectie: Aan, telmodus: automatisch
Als het apparaat tijdens de zelftest een probleem heeft gevonden, verschijnt er op het LCD-hoofdscherm een
foutcode. In hoofdstuk 7.0 vindt u meer informatie over de mogelijke oorzaken van een storing en de manieren om
die storing op te lossen.
15
ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS
3.0 TELLEN
3.1 Telmodi
Bij deze machine hebt u de keuze uit twee telmodi: automatisch en manueel.
3.1.1 Automatisch (standaard)
Druk op de [START]-knop tot op het [COUNT] scherm het woord ‘YES’ verschijnt. Daarmee wordt aangegeven dat
de machine zich in de automatische telmodus bevindt. Druk nog eens op [START] om uw keuze te bevestigen.
Onmiddellijk nadat er bankbiljetten op de trechter zijn geplaatst, begint het apparaat automatisch te tellen.
3.1.2 Manueel
Druk op de [START]-knop tot op het [COUNT] scherm het woord ‘NO’ verschijnt. Daarmee wordt aangegeven dat de
machine zich in de manuele telmodus bevindt. Druk nog eens op [START] om uw keuze te bevestigen.
Wanneer ze in de manuele modus staat, begint de machine te tellen nadat de [START]-knop werd ingedrukt.
Opgelet: De machine start altijd op in de laatst gekozen telmodus.
3.2 Juist invoeren van bankbiljetten
Plaats een stapel bankbiljetten in het midden van de trechter en begin te tellen. Plaats de bankbiljetten tussen
de daarvoor voorziene geleiders, zoals dat in afbeelding 1 hieronder wordt weergegeven. Druk de bankbiljetten
vervolgens snel naar achteren tegen de trechterplaat (afbeelding 2).
3.3 Telresultaten
Op het [COUNT] scherm verschijnt het aantal getelde bankbiljetten. Verwijder na aoop van de eerste telling de
getelde bankbiljetten van de stapelaar en begin met een tweede telling. Het aantal bankbiljetten dat al werd geteld,
wordt niet meer op het [COUNT] scherm, maar wel op het [CHECK] scherm weergegeven. Op het [COUNT] scherm
verschijnt nu het aantal van de tweede telling. Op die manier kan de gebruiker nagaan of het apparaat de biljetten
juist telt.
4.0 OPTEL- EN AFPASFUNCTIE
4.1 Optelfunctie (ADD)
Met behulp van de optelfunctie kunt u telresultaten bij elkaar optellen. Met behulp van deze functie kunt u nieuwe
telresultaten optellen bij eerder verkregen telresultaten. Deze functie komt van pas als u meer bankbiljetten moet
tellen dan de capaciteit van de trechter toelaat. De telresultaten worden op het digitale hoofdscherm weergegeven.
Als u één keer op de [ADD] drukt, laat de machine een piepsignaal horen en begint het ADD-verklikkerlampje te
branden. Hiermee wordt aangeduid dat de optelfunctie geactiveerd is. Druk opnieuw op [ADD] om de optelfunctie uit
te schakelen. Het ADD-verklikkerlampje gaat uit.
Opgelet: Wanneer het apparaat na het uitschakelen opnieuw wordt opgestart, start het met de optelfunctie: uit
Image 1
Image 2
16
4.2 Afpasfunctie (BATCH)
Met de afpasfunctie kunt u de machine zo instellen, dat ze precies het aantal bankbiljetten telt dat u nodig hebt.
Druk op [BAT] om het batchaantal vooraf in te stellen (100, 50, 20, 10 bankbiljetten). Het verklikkerlampje van de
afpasfunctie begint te branden en toont daarmee aan dat de afpasfunctie actief is.
Druk op de [+]- of de [-]-knop om het batchaantal met 1 eenheid te wijzigen. Houd de [+]- of de [-]-knop ingedrukt
om het batchaantal met 5 eenheden te wijzigen. Plaats de bankbiljetten in de trechter nadat u de procedure voor het
vooraf instellen hebt voltooid. De machine zal de bankbiljetten tellen tot ze het aantal heeft bereikt dat u vooraf hebt
ingesteld.
Als de laatste stapel bankbiljetten minder biljetten bevat dan wat u vooraf hebt ingesteld, knippert het [COUNT]
scherm continu zodra het tellen is afgelopen.
Opgelet: Wanneer het apparaat na het uitschakelen opnieuw wordt opgestart, start het met de afpasfunctie: uit
4.3 De optel- en de afpasfunctie samen gebruiken
Het is ook mogelijk om bankbiljetten te tellen terwijl zowel de optel- als de afpasfunctie actief zijn. Om deze functies
samen te gebruiken, activeer de Add-functie door te drukken op de [ADD] knop. Stel dan de gewenste afpasfunctie
in.
Tijdens het tellen, laat het [COUNT] scherm het totaal getelde bedrag zien. Telkens als de ingestelde hoeveelheid is
bereikt, zal de machine stoppen met tellen. Pas als de biljetten zijn verwijderd, zal de machine verder gaan met tellen.
Het [COUNT] scherm knippert continu als het eindresultaat van de telling geen meervoud is van het vooraf ingestelde
batchaantal. Als er nieuwe biljetten worden toegevoegd, zal de machine doorgaan met tellen tot dat het vooraf
ingestelde batch-aantal is bereikt.
4.4 Sorteertelfunctie
Apparaten van de 2200-reeks zijn met een detectiefunctie voor de grootte van de bankbiljetten uitgerust. Deze
functie voorkomt verkeerde telresultaten. Het apparaat geeft een alarmmelding wanneer een bankbiljet met andere
afmetingen dan het eerste bankbiljet wordt gedetecteerd. Het laat een alarm weerklinken en op het [CHECK] scherm
verschijnt de letter ‘D’. In dat geval stopt het apparaat automatisch met tellen. Het afwijkende bankbiljet is het laatste
biljet in de stapel dat werd geteld.
5.0 VALSGELDDETECTIE
5.1 Detectiemethoden
A. UV-detectie (2210 + 2250)
Als de machine een bankbiljet met verdachte uv-eigenschappen detecteert, weerklinkt een alarmsignaal en verschijnt
op het [CHECK] scherm een knipperende letter ‘A’. Namaakbiljetten reecteren uv-licht, waardoor het oppervlak van
het betreffende bankbiljet heel helder schijnt. Echte bankbiljetten absorberen ultraviolet licht.
B. MG-detectie (2250)
Als de machine een bankbiljet met verdachte MG-eigenschappen detecteert, weerklinkt een alarmsignaal en
verschijnt op het [CHECK] scherm een knipperende letter ‘B’. Bij het drukken van echte bankbiljetten wordt
magnetische inkt gebruikt. Als de machine een bankbiljet detecteert waarbij geen magnetische inkt werd gebruikt, zal
ze dat biljet als vals geld beschouwen.
17
ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS
C. IR-detectie
Bij dit detectiesysteem weerklinkt een alarmsignaal en verschijnt op het [CHECK] scherm een knipperende letter ‘C’
als vals geld of geplooide bankbiljetten verschijnen.
5.2 De gevoeligheid van de valsgelddetectie instellen
Bij sommige munten of in sommige omstandigheden kan het nodig zijn om de gevoeligheid van de valsgelddetectie
aan te passen om valse valsgeldalarmen te voorkomen.
Opgelet: Het jn afstellen van de gevoeligheid is alleen nodig als er een vals geld-alarm klinkt.
Alvorens de gevoeligheid in te stellen, leest u alstublieft eerst hoofdstuk 7.0 door.
5.2.1 De uv-gevoeligheid aanpassen
Blijf op de [UV]-knop drukken tot op het [CHECK] scherm ‘Axx’ verschijnt. Dit betekent dat het uv-systeem klaar is
om te worden aangepast. U kunt de gevoeligheid nu met behulp van de [+]-of de [-]–knop verhogen of verlagen. Druk
op de [START]-knop om de gemaakte instelling te bevestigen.
5.2.2. De MG-gevoeligheid aanpassen (alleen beschikbaar voor de 2250)
Blijf op de [MG] –knop drukken tot op het LCDbijscherm het bericht ‘Bxx’ verschijnt. Dat betekent dat het MG-
systeem klaar is om te worden aangepast. U kunt de gevoeligheid nu met behulp van de [+]-of de [-]–knop verhogen
of verlagen. Druk op de [START]-knop om de gemaakte instelling te bevestigen.
5.2.3 De IR-gevoeligheid aanpassen
Blijf op de [ADD]–knop drukken tot op het LCDbijscherm het bericht ‘Cxx’ verschijnt. Dit betekent dat het IR-systeem
klaar is om te worden aangepast. U kunt de gevoeligheid nu met behulp van de [+]-of de [-]–knop verhogen of
verlagen. Druk op de [START]-knop om de gemaakte instelling te bevestigen.
Opgelet: Het is mogelijk om het apparaat vooraf zo in te stellen dat verdachte bankbiljetten bij de telresultaten
worden gevoegd.
Tussen de 2 functies overschakelen: Houd de [-]-knop ingedrukt tot op het [COUNT] scherm U00 of U01 verschijnt.
Druk op [START] om uw keuze te bevestigen.
U00 = Verdachte bankbiljetten niet aan het getelde totaal toevoegen
U01 = Verdachte bankbiljetten wel aan het getelde totaal toevoegen
5.3 De gevoeligheid van de groottedetectie aanpassen
Houd de [BAT]-knop ingedrukt tot op het [COUNT] scherm [d00X] verschijnt. U kunt nu met behulp van de
[+] of de [-]–knop de gevoeligheid verhogen of verlagen. Druk op de [START]-knop om de gemaakte instelling te
bevestigen.
6.0 NAAR DE STANDAARDINSTELLINGEN TERUGKEREN
Houd de [+]-knop ingedrukt tot u een piepsignaal hoort. Daarmee wordt aangegeven dat de instellingen werden
hersteld. Het apparaat is nu naar de standaardinstellingen teruggekeerd.
7.0 FOUTMELDINGEN EN OPLOSSINGEN
7.1 Berichten die op het [CHECK] scherm worden weergegeven
A. Uv-detectiefout
1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om het tellen voort te zetten.
2. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen. Zorg ervoor dat het apparaat ver genoeg van een
sterke lichtbron verwijderd is`.
3. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau
verlagen (zie hoofdstuk 5.2.1 voor meer informatie).
4. Als het probleem niet wordt opgelost met stap 3, is het mogelijk dat er stof op de uv-sensoren is terecht
gekomen. Dat stof moet worden verwijderd (zie hoofdstuk 8.3 voor meer informatie).
18
Opgelet: Het is mogelijk dat bankbiljetten die werden gewassen, het uv-licht reecteren en daardoor een ‘vals alarm’
veroorzaken.
B. MG-detectiefout
1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om met het tellen door te gaan.
2. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen.
3. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau
verlagen (zie hoofdstuk 5.2.2 voor meer informatie).
C. IR-detectiefout
1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om met het tellen door te gaan.
2. Controleer of het bankbiljet niet geplooid is of dat er 2 bankbiljetten aan elkaar kleven.
3. Zorg ervoor dat het apparaat ver genoeg van een sterke lichtbron verwijderd is.
4. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen.
5. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau
verlagen (zie hoofdstuk 5.2.3 voor meer informatie).
6. Als de machine nog altijd een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, is het mogelijk dat u de
stand van de trechter moet aanpassen (zie hoofdstuk 7.3 voor meer informatie).
D. Groottedetectiefout
1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om met het tellen door te gaan.
2. Controleer of de bankbiljetten geplooid of beschadigd zijn als ze niet van een andere munteenheid zijn.
Misschien is dat de oorzaak van het groottedetectiealarm.
3. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau
verlagen (zie hoofdstuk 5.3 voor meer informatie).
E. Fout lengte bankbiljet
1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om voort te tellen.
2. Controleer of het bankbiljet niet horizontaal of niet centraal in de machine werd ingevoerd.
3. Controleer of het bankbiljet beschadigd is.
4. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen en zorg ervoor dat het centraal in de machine wordt
ingevoerd. Gebruik daarbij de geleiders voor de bankbiljetten.
7.2 Berichten op het [COUNT] scherm
EA0 – EA5
1. Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder alle bankbiljetten. Controleer of er geen obstakels in het apparaat zitten.
3. Gebruik een droge borstel en/of een bus met perslucht om het stof van de sensoren te verwijderen
(zie hoofdstuk 8.0 voor meer informatie).
EA6 Fout in het bedieningspaneel
Neem in dit geval contact op met Safescan: www.safescan.com.
7.3 De stand van de trechter aanpassen
Het stelwieltje van de trechter werd in de fabriek al in een optimale stand geplaatst. Wanneer er zich onnodige
telfouten voordoen (bv. C of F), is het misschien nodig om de stand van het stelwieltje van de trechter aan te passen,
zodat het transport van de bankbiljetten kan worden geoptimaliseerd (zie hoofdstuk 1.1 voor meer informatie).
19
ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS
Stand van de trechter aanpassen:
• Vergroot de afstand als de bankbiljetten niet vlot kunnen worden geteld. Draai de schroef in de richting van de
wijzers van de klok (-) om de afstand te vergroten.
• Verklein de afstand als het apparaat stilvalt en de foutcodes C of F laat zien.
Draai de wielteller in de richting van de wijzers van de klok (+) om de afstand voor de dikte van de bankbiljetten te
verkleinen.
Opgelet:
De stelschroef is heel gevoelig. Maak alleen kleine aanpassingen.
8.0 ONDERHOUD
8.1 Maak de machine regelmatig schoon met behulp van een borstel of een zachte doek
1. Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Hef het bovendeksel (met de hendel) op,
zodat u bij het binnenste van het apparaat kunt.
2. Verwijder ook met behulp van een droge borstel en/of een bus met perslucht al het stof van het apparaat
en de sensoren in het apparaat, zodat er geen papierdeeltjes of stof aan de sensoren blijven hangen.
3. Het glazen oppervlak van de sensoren kan ook worden schoon gewreven met behulp van een zachte
doek of een wattenstaafje waarop wat alcohol is aangebracht.
8.2 De stand van de trechter aanpassen
Als de instellingen van de trechter niet kloppen, zal de machine niet correct tellen. U kunt dit corrigeren door de
stelschroef van de trechter aan te passen tot de machine opnieuw correct telt.
8.3 Het UV-detectiesysteem schoonmaken
1. Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Hef het bovendeksel (met de hendel) op,
zodat u bij het binnenste van het apparaat kunt.
2. Kantel het bovendeksel van de machine open.
3. Draai de houder van de uv-sensor uit. U kunt dit doen door de houder uit de klikverbinding te trekken.
Trek de houder daarna voorzichtig naar boven.
4. De uv-sensor bevindt zich in het midden van de houder van de uv-sensor. Verwijder al het stof van de
uv-sensoren en de uv-LED lampjes.
5. Draai de houder naar binnen en klik hem op zijn plaats.
6. Doe het bovenste deksel dicht.
20
9. TECHNISCHE SPECIFICATIE
Afmetingen (l x b x h) : 292 x 246 x 178 mm
Gewicht : 5,7 kg
Stroom : 230V, 50 Hz
Zekering : 2A langzaam, 250V
Stroomverbruik : max. 70 Watt
Afmetingen bankbiljetten : min. 50 x 100 mm
: max. 90 x 190 mm
Afpasbereik : 1–100
10. GARANTIE
Garantieprocedure
Neem contact op met Safescan voor assistentie: www.safescan.com.
Dit product voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van
de toepasselijke Europese richtlijnen. De verklaring van overeenstemming kan worden
geraadpleegd op www.safescan.com.
Breng het toestel na gebruik indien mogelijk naar een recyclagecentrum. Gooi het
product niet bij het huishoudafval.
72
Aluminiumstraat 65
2718 RB Zoetermeer
The Netherlands
T. +31 (0)79 3631170

Documenttranscriptie

Handleiding Safescan 2200 series In de verpakking: • Safescan 2200 • EU, Zwitserse en UK stroomkabel • Dust cover • Service kit • Handleiding Safescan 2200 series Hartelijk dank dat u voor een Safescan 2200-biljettelmachine hebt gekozen. Gelieve eerst deze handleiding te lezen voordat u met de machine begint te werken. Hier leest u alles over de functies en de bediening ervan. De Safescan 2200-apparaten zijn biljettelmachines voor professioneel gebruik die niet alleen uitstekende prestaties leveren, maar ook heel betrouwbaar werken. De machines beschikken over een drievoudige detectiefunctie voor valse bankbiljetten, dubbele bankbiljetten en het formaat van biljetten en een telfunctie voor vooraf gesorteerde biljetten. Door hun compacte design vormen ze een onschatbaar hulpmiddel in banken, casino’s, supermarkten, filmzalen en andere detailhandeltoepassingen. U hebt de keuze uit twee verschillende modellen: 1. Safescan 2210: deze machine telt 1.000 bankbiljetten per minuut en beschikt over een optel- en een afpasfunctie, inclusief UV, IR- en groottedetectie. 2. Safescan 2250: de 2250 beschikt naast de functies van de 2200 ook over een geïntegreerd valsgelddetectiesysteem dat met MG-detectie werkt. WAARSCHUWING: • Controleer of er geen voorwerpen de werking van de rollen en de wieltjes belemmeren voordat u de stroom inschakelt. • Stel de machine niet op in een vochtige omgeving. Dit leidt tot elektriciteitslekken en het risico op elektrische schokken. • Schakel de machine uit en trek de stekker uit het stopcontact wanneer u klaar bent met tellen. • Het is mogelijk dat bankbiljetten die werden gewassen, het uv-licht reflecteren en daardoor een ‘vals alarm’ veroorzaken. • Bij bankbiljetten die vuil zijn, is het mogelijk dat het vuil de infraroodabsorptiekenmerken verandert en een ‘vals alarm’ veroorzaakt. 12 ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS 1.0 ALGEMENE ONDERDELEN EN BEDIENINGSELEMENTEN 1.1 Onderdelen van de machine 1. Stapelaar 7. Geleiders bankbiljetten 13. Stelwieltje dikte bankbiljetten 2. Stapelaarsensoren 8. Trechter 14. Aan/Uit-schakelaar 3. Stapelaarwieltjes 9. Trechtersensor 15. Aansluiting stroomkabel 4. Bovendeksel 10. UV LCD lamphouder 16. Zekering 5. Bedieningspaneel 11. UV LCDlampen 17. Aansluiting extern display 6. Hendel 12. UV-sensor 1.2 Bedieningspanelen 2210 2250 Algemene items 1. LCD-hoofdscherm (toont telresultaten) 2. [START]-knop. Druk deze knop in om te beginnen te tellen en de vorige telresultaten te wissen. Houd deze knop 3 seconden in om de automatische start/stop-functie in/uit te schakelen. 3. [BAT]-knop. Druk deze knop in om de afpasfunctie in te schakelen. a. 1e keer drukken = Batchaantal op 100 bankbiljetten instellen b. 2e keer drukken = Batchaantal op 50 bankbiljetten instellen c. 3e keer drukken = Batchaantal op 20 bankbiljetten instellen d. 4e keer drukken = Batchaantal op 10 bankbiljetten instellen e. 5e keer drukken = Batchaantal op 0 bankbiljetten instellen; hiermee wordt de afpasfunctie uitgeschakeld. Houd de knop 3 seconden lang ingedrukt om de gevoeligheid van de formaatdetectie van de bankbiljetten in te stellen. 4. [+]-knop. Druk op deze knop om het batchaantal in te stellen. Houd de knop ingedrukt tot er een piepsignaal wordt gegeven. Op dat moment keert de machine naar de standaard instelwaarden terug. 6. [-]-knop. Druk op deze knop om het batchaantal in te stellen. Houd deze knop gedurende 3 seconden ingedrukt om de optelfunctie van de telresultaten van verdachte bankbiljetten bij het opteltotaal in/uit te schakelen. 13 6. [ADD]-knop. Druk op deze knop om de optelfunctie in te schakelen. Houd deze knop gedurende 3 seconden ingedrukt om het niveau van de IR-detectiegevoeligheid in te stellen. 7. [UV]-knop. Druk op deze knop om de UV (ultraviolet) valsgelddetectiefunctie in/uit te schakelen. Houd deze knop gedurende 3 seconden ingedrukt om het niveau van de gevoeligheid van de UV-detectie in te stellen. Productspecifieke items 2210 8. [CLEAR]-knop. Druk op deze knop om de telresultaten en de instellingen voor de afpasfunctie te wissen. 2250 2. [START] button. Press to clear previous counting result. 9. [MG]-knop. Druk op deze knop om de MG (magnetic features) valsgelddetectiefunctie in/uit te schakelen. Houd deze knop gedurende 3 seconden ingedrukt om het niveau van de gevoeligheid van de MG- detectie in te stellen. 1.3 LCD screen 10. UV-detectie indicator 11. MG-detectie indicator (for 2250) 12. ADD (cumulatief tellen) indicator 13. Batch (afgepast tellen) indicator 14. Batch (afgepast tellen) aantal 15. Vorig getelde aantal (Check) 16. Huidige telresultaten (Count) 2.0 BEDIENING Sluit de (meegeleverde) stroomkabel op de machine aan, steek vervolgens de stekker in een stopcontact en schakel de machine in. De machine voert eerst een zelftest uit om na te gaan of alle functies naar behoren werken. Tijdens deze zelftest laat het apparaat een pieptoon horen, beginnen alle verklikkerlampjes te branden en wordt op de LCDschermen het modelnummer weergegeven. Na 3 seconden verschijnt op de schermen het cijfer ‘0’ en beginnen alle actieve functieverklikkerlampjes te branden. Het apparaat is nu klaar om te worden gebruikt. Opgelet: In de apparaten zijn de volgende standaardwaarden ingesteld: 2210 Optel- en afpasfunctie: Uit, UV-detectie: Aan, telmodus: automatisch 2250 Optel- en afpasfunctie: Uit, UV- en MG-detectie: Aan, telmodus: automatisch Als het apparaat tijdens de zelftest een probleem heeft gevonden, verschijnt er op het LCD-hoofdscherm een foutcode. In hoofdstuk 7.0 vindt u meer informatie over de mogelijke oorzaken van een storing en de manieren om die storing op te lossen. 14 ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS 3.0 TELLEN 3.1 Telmodi Bij deze machine hebt u de keuze uit twee telmodi: automatisch en manueel. 3.1.1 Automatisch (standaard) Druk op de [START]-knop tot op het [COUNT] scherm het woord ‘YES’ verschijnt. Daarmee wordt aangegeven dat de machine zich in de automatische telmodus bevindt. Druk nog eens op [START] om uw keuze te bevestigen. Onmiddellijk nadat er bankbiljetten op de trechter zijn geplaatst, begint het apparaat automatisch te tellen. 3.1.2 Manueel Druk op de [START]-knop tot op het [COUNT] scherm het woord ‘NO’ verschijnt. Daarmee wordt aangegeven dat de machine zich in de manuele telmodus bevindt. Druk nog eens op [START] om uw keuze te bevestigen. Wanneer ze in de manuele modus staat, begint de machine te tellen nadat de [START]-knop werd ingedrukt. Opgelet: De machine start altijd op in de laatst gekozen telmodus. 3.2 Juist invoeren van bankbiljetten Plaats een stapel bankbiljetten in het midden van de trechter en begin te tellen. Plaats de bankbiljetten tussen de daarvoor voorziene geleiders, zoals dat in afbeelding 1 hieronder wordt weergegeven. Druk de bankbiljetten vervolgens snel naar achteren tegen de trechterplaat (afbeelding 2). Image 2 Image 1 3.3 Telresultaten Op het [COUNT] scherm verschijnt het aantal getelde bankbiljetten. Verwijder na afloop van de eerste telling de getelde bankbiljetten van de stapelaar en begin met een tweede telling. Het aantal bankbiljetten dat al werd geteld, wordt niet meer op het [COUNT] scherm, maar wel op het [CHECK] scherm weergegeven. Op het [COUNT] scherm verschijnt nu het aantal van de tweede telling. Op die manier kan de gebruiker nagaan of het apparaat de biljetten juist telt. 4.0 OPTEL- EN AFPASFUNCTIE 4.1 Optelfunctie (ADD) Met behulp van de optelfunctie kunt u telresultaten bij elkaar optellen. Met behulp van deze functie kunt u nieuwe telresultaten optellen bij eerder verkregen telresultaten. Deze functie komt van pas als u meer bankbiljetten moet tellen dan de capaciteit van de trechter toelaat. De telresultaten worden op het digitale hoofdscherm weergegeven. Als u één keer op de [ADD] drukt, laat de machine een piepsignaal horen en begint het ADD-verklikkerlampje te branden. Hiermee wordt aangeduid dat de optelfunctie geactiveerd is. Druk opnieuw op [ADD] om de optelfunctie uit te schakelen. Het ADD-verklikkerlampje gaat uit. Opgelet: Wanneer het apparaat na het uitschakelen opnieuw wordt opgestart, start het met de optelfunctie: uit 15 4.2 Afpasfunctie (BATCH) Met de afpasfunctie kunt u de machine zo instellen, dat ze precies het aantal bankbiljetten telt dat u nodig hebt. Druk op [BAT] om het batchaantal vooraf in te stellen (100, 50, 20, 10 bankbiljetten). Het verklikkerlampje van de afpasfunctie begint te branden en toont daarmee aan dat de afpasfunctie actief is. Druk op de [+]- of de [-]-knop om het batchaantal met 1 eenheid te wijzigen. Houd de [+]- of de [-]-knop ingedrukt om het batchaantal met 5 eenheden te wijzigen. Plaats de bankbiljetten in de trechter nadat u de procedure voor het vooraf instellen hebt voltooid. De machine zal de bankbiljetten tellen tot ze het aantal heeft bereikt dat u vooraf hebt ingesteld. Als de laatste stapel bankbiljetten minder biljetten bevat dan wat u vooraf hebt ingesteld, knippert het [COUNT] scherm continu zodra het tellen is afgelopen. Opgelet: Wanneer het apparaat na het uitschakelen opnieuw wordt opgestart, start het met de afpasfunctie: uit 4.3 De optel- en de afpasfunctie samen gebruiken Het is ook mogelijk om bankbiljetten te tellen terwijl zowel de optel- als de afpasfunctie actief zijn. Om deze functies samen te gebruiken, activeer de Add-functie door te drukken op de [ADD] knop. Stel dan de gewenste afpasfunctie in. Tijdens het tellen, laat het [COUNT] scherm het totaal getelde bedrag zien. Telkens als de ingestelde hoeveelheid is bereikt, zal de machine stoppen met tellen. Pas als de biljetten zijn verwijderd, zal de machine verder gaan met tellen. Het [COUNT] scherm knippert continu als het eindresultaat van de telling geen meervoud is van het vooraf ingestelde batchaantal. Als er nieuwe biljetten worden toegevoegd, zal de machine doorgaan met tellen tot dat het vooraf ingestelde batch-aantal is bereikt. 4.4 Sorteertelfunctie Apparaten van de 2200-reeks zijn met een detectiefunctie voor de grootte van de bankbiljetten uitgerust. Deze functie voorkomt verkeerde telresultaten. Het apparaat geeft een alarmmelding wanneer een bankbiljet met andere afmetingen dan het eerste bankbiljet wordt gedetecteerd. Het laat een alarm weerklinken en op het [CHECK] scherm verschijnt de letter ‘D’. In dat geval stopt het apparaat automatisch met tellen. Het afwijkende bankbiljet is het laatste biljet in de stapel dat werd geteld. 5.0 VALSGELDDETECTIE 5.1 Detectiemethoden A. UV-detectie (2210 + 2250) Als de machine een bankbiljet met verdachte uv-eigenschappen detecteert, weerklinkt een alarmsignaal en verschijnt op het [CHECK] scherm een knipperende letter ‘A’. Namaakbiljetten reflecteren uv-licht, waardoor het oppervlak van het betreffende bankbiljet heel helder schijnt. Echte bankbiljetten absorberen ultraviolet licht. B. MG-detectie (2250) Als de machine een bankbiljet met verdachte MG-eigenschappen detecteert, weerklinkt een alarmsignaal en verschijnt op het [CHECK] scherm een knipperende letter ‘B’. Bij het drukken van echte bankbiljetten wordt magnetische inkt gebruikt. Als de machine een bankbiljet detecteert waarbij geen magnetische inkt werd gebruikt, zal ze dat biljet als vals geld beschouwen. 16 ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS C. IR-detectie Bij dit detectiesysteem weerklinkt een alarmsignaal en verschijnt op het [CHECK] scherm een knipperende letter ‘C’ als vals geld of geplooide bankbiljetten verschijnen. 5.2 De gevoeligheid van de valsgelddetectie instellen Bij sommige munten of in sommige omstandigheden kan het nodig zijn om de gevoeligheid van de valsgelddetectie aan te passen om valse valsgeldalarmen te voorkomen. Opgelet: Het fijn afstellen van de gevoeligheid is alleen nodig als er een vals geld-alarm klinkt. Alvorens de gevoeligheid in te stellen, leest u alstublieft eerst hoofdstuk 7.0 door. 5.2.1 De uv-gevoeligheid aanpassen Blijf op de [UV]-knop drukken tot op het [CHECK] scherm ‘Axx’ verschijnt. Dit betekent dat het uv-systeem klaar is om te worden aangepast. U kunt de gevoeligheid nu met behulp van de [+]-of de [-]–knop verhogen of verlagen. Druk op de [START]-knop om de gemaakte instelling te bevestigen. 5.2.2. De MG-gevoeligheid aanpassen (alleen beschikbaar voor de 2250) Blijf op de [MG] –knop drukken tot op het LCDbijscherm het bericht ‘Bxx’ verschijnt. Dat betekent dat het MGsysteem klaar is om te worden aangepast. U kunt de gevoeligheid nu met behulp van de [+]-of de [-]–knop verhogen of verlagen. Druk op de [START]-knop om de gemaakte instelling te bevestigen. 5.2.3 De IR-gevoeligheid aanpassen Blijf op de [ADD]–knop drukken tot op het LCDbijscherm het bericht ‘Cxx’ verschijnt. Dit betekent dat het IR-systeem klaar is om te worden aangepast. U kunt de gevoeligheid nu met behulp van de [+]-of de [-]–knop verhogen of verlagen. Druk op de [START]-knop om de gemaakte instelling te bevestigen. Opgelet: Het is mogelijk om het apparaat vooraf zo in te stellen dat verdachte bankbiljetten bij de telresultaten worden gevoegd. Tussen de 2 functies overschakelen: Houd de [-]-knop ingedrukt tot op het [COUNT] scherm U00 of U01 verschijnt. Druk op [START] om uw keuze te bevestigen. U00 = Verdachte bankbiljetten niet aan het getelde totaal toevoegen U01 = Verdachte bankbiljetten wel aan het getelde totaal toevoegen 5.3 De gevoeligheid van de groottedetectie aanpassen Houd de [BAT]-knop ingedrukt tot op het [COUNT] scherm [d00X] verschijnt. U kunt nu met behulp van de [+] of de [-]–knop de gevoeligheid verhogen of verlagen. Druk op de [START]-knop om de gemaakte instelling te bevestigen. 6.0 NAAR DE STANDAARDINSTELLINGEN TERUGKEREN Houd de [+]-knop ingedrukt tot u een piepsignaal hoort. Daarmee wordt aangegeven dat de instellingen werden hersteld. Het apparaat is nu naar de standaardinstellingen teruggekeerd. 7.0 FOUTMELDINGEN EN OPLOSSINGEN 7.1 Berichten die op het [CHECK] scherm worden weergegeven A. Uv-detectiefout 1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om het tellen voort te zetten. 2. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen. Zorg ervoor dat het apparaat ver genoeg van een sterke lichtbron verwijderd is`. 3. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau verlagen (zie hoofdstuk 5.2.1 voor meer informatie). 4. Als het probleem niet wordt opgelost met stap 3, is het mogelijk dat er stof op de uv-sensoren is terecht gekomen. Dat stof moet worden verwijderd (zie hoofdstuk 8.3 voor meer informatie). 17 Opgelet: Het is mogelijk dat bankbiljetten die werden gewassen, het uv-licht reflecteren en daardoor een ‘vals alarm’ veroorzaken. B. MG-detectiefout 1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om met het tellen door te gaan. 2. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen. 3. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau verlagen (zie hoofdstuk 5.2.2 voor meer informatie). C. IR-detectiefout 1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om met het tellen door te gaan. 2. Controleer of het bankbiljet niet geplooid is of dat er 2 bankbiljetten aan elkaar kleven. 3. Zorg ervoor dat het apparaat ver genoeg van een sterke lichtbron verwijderd is. 4. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen. 5. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau verlagen (zie hoofdstuk 5.2.3 voor meer informatie). 6. Als de machine nog altijd een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, is het mogelijk dat u de stand van de trechter moet aanpassen (zie hoofdstuk 7.3 voor meer informatie). D. Groottedetectiefout 1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om met het tellen door te gaan. 2. Controleer of de bankbiljetten geplooid of beschadigd zijn als ze niet van een andere munteenheid zijn. Misschien is dat de oorzaak van het groottedetectiealarm. 3. Als de machine een alarmsignaal laat horen wanneer dat niet hoeft, moet u het gevoeligheidsniveau verlagen (zie hoofdstuk 5.3 voor meer informatie). E. Fout lengte bankbiljet 1. Verwijder het bankbiljet uit de stapelaar en druk op de [START]–knop om voort te tellen. 2. Controleer of het bankbiljet niet horizontaal of niet centraal in de machine werd ingevoerd. 3. Controleer of het bankbiljet beschadigd is. 4. Probeer het verdachte bankbiljet opnieuw te tellen en zorg ervoor dat het centraal in de machine wordt ingevoerd. Gebruik daarbij de geleiders voor de bankbiljetten. 7.2 Berichten op het [COUNT] scherm EA0 – EA5 1. Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. 2. Verwijder alle bankbiljetten. Controleer of er geen obstakels in het apparaat zitten. 3. Gebruik een droge borstel en/of een bus met perslucht om het stof van de sensoren te verwijderen (zie hoofdstuk 8.0 voor meer informatie). EA6 Fout in het bedieningspaneel Neem in dit geval contact op met Safescan: www.safescan.com. 7.3 De stand van de trechter aanpassen Het stelwieltje van de trechter werd in de fabriek al in een optimale stand geplaatst. Wanneer er zich onnodige telfouten voordoen (bv. C of F), is het misschien nodig om de stand van het stelwieltje van de trechter aan te passen, zodat het transport van de bankbiljetten kan worden geoptimaliseerd (zie hoofdstuk 1.1 voor meer informatie). 18 ENGLISH | NEDERLANDS | DEUTSCH | FRANÇAIS | ESPAÑOL | ITALIANO | PORTUGUÊS Stand van de trechter aanpassen: • Vergroot de afstand als de bankbiljetten niet vlot kunnen worden geteld. Draai de schroef in de richting van de wijzers van de klok (-) om de afstand te vergroten. • Verklein de afstand als het apparaat stilvalt en de foutcodes C of F laat zien. Draai de wielteller in de richting van de wijzers van de klok (+) om de afstand voor de dikte van de bankbiljetten te verkleinen. Opgelet: De stelschroef is heel gevoelig. Maak alleen kleine aanpassingen. 8.0 ONDERHOUD 8.1 Maak de machine regelmatig schoon met behulp van een borstel of een zachte doek 1. Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Hef het bovendeksel (met de hendel) op, zodat u bij het binnenste van het apparaat kunt. 2. Verwijder ook met behulp van een droge borstel en/of een bus met perslucht al het stof van het apparaat en de sensoren in het apparaat, zodat er geen papierdeeltjes of stof aan de sensoren blijven hangen. 3. Het glazen oppervlak van de sensoren kan ook worden schoon gewreven met behulp van een zachte doek of een wattenstaafje waarop wat alcohol is aangebracht. 8.2 De stand van de trechter aanpassen Als de instellingen van de trechter niet kloppen, zal de machine niet correct tellen. U kunt dit corrigeren door de stelschroef van de trechter aan te passen tot de machine opnieuw correct telt. 8.3 Het UV-detectiesysteem schoonmaken 1. Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Hef het bovendeksel (met de hendel) op, zodat u bij het binnenste van het apparaat kunt. 2. Kantel het bovendeksel van de machine open. 3. Draai de houder van de uv-sensor uit. U kunt dit doen door de houder uit de klikverbinding te trekken. Trek de houder daarna voorzichtig naar boven. 4. De uv-sensor bevindt zich in het midden van de houder van de uv-sensor. Verwijder al het stof van de uv-sensoren en de uv-LED lampjes. 5. Draai de houder naar binnen en klik hem op zijn plaats. 6. Doe het bovenste deksel dicht. 19 9. TECHNISCHE SPECIFICATIE Afmetingen (l x b x h) : 292 x 246 x 178 mm Gewicht : 5,7 kg Stroom : 230V, 50 Hz Zekering : 2A langzaam, 250V Stroomverbruik : max. 70 Watt Afmetingen bankbiljetten : min. 50 x 100 mm : max. 90 x 190 mm Afpasbereik : 1–100 10. GARANTIE Garantieprocedure Neem contact op met Safescan voor assistentie: www.safescan.com. Dit product voldoet aan de essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van de toepasselijke Europese richtlijnen. De verklaring van overeenstemming kan worden   geraadpleegd op www.safescan.com. Breng het toestel na gebruik indien mogelijk naar een recyclagecentrum. Gooi het product niet bij het huishoudafval.   20 Aluminiumstraat 65 2718 RB Zoetermeer The Netherlands T. +31 (0)79 3631170 E. [email protected] 72
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72

Safescan 2210 Handleiding

Categorie
Geld telmachines
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor