Midmark Preva Intraoral X-ray System Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Preva dentaal röntgensysteem
Gebruiksaanwijzing
00-02-1653
Revisie F01
december 2019
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
2
Preva dentaal röntgensysteem
Gebruikershandleiding
Midmark Corporation
1001 Asbury Dr.
Buffalo Grove, Illinois 60089 VS
Telefoon: 800-MIDMARK 800-643-6275
Fax: 847-415-9801
midmark.com
© Midmark Corporation 2019, U.S. Patents D470237, D469182, D470589 en 6,837,468
3
Inhoud
ALGEMENE INFORMATIE .......................................................................................................................... 4
GEBRUIKSINDICATIES .................................................................................................................................... 4
WAARSCHUWINGEN / VOORZORGSMAATREGELEN ............................................................................................ 5
BESCHERMING TEGEN RÖNTGENSTRALEN ....................................................................................................... 6
PRODUCTBESCHRIJVING ............................................................................................................................... 6
GECERTIFICEERDE COMPONENTEN ................................................................................................................. 8
ERKENDE VERTEGENWOORDIGERS ................................................................................................................. 8
VERKLARING VAN DE SYMBOLEN OP DE TECHNISCHE LABELS ............................................................................ 9
COMPLIANTIE MET DE GELDENDE NORMEN .................................................................................................... 10
TECHNISCHE ONDERSTEUNING KRIJGEN ....................................................................................................... 13
GEBRUIKSINSTRUCTIES ......................................................................................................................... 14
HET BEDIENINGSPANEEL GEBRUIKEN ............................................................................................................ 14
EEN RÖNTGENOPNAME MAKEN .................................................................................................................... 16
OVER DE CONUS VAN 20 CM (30-A2195) EN DE CONUS VAN 30 CM (30-A2200) ............................................. 18
AANBEVOLEN ONDERHOUD ................................................................................................................... 19
REGELMATIG ONDERHOUD .......................................................................................................................... 19
REINIGEN EN DESINFECTEREN ...................................................................................................................... 19
DE WIELEN INSPECTEREN ............................................................................................................................ 20
DE SYSTEEMFUNCTIES CONTROLEREN .............................................................................................. 22
CONTROLELIJST VOOR DE SYSTEEMFUNCTIES ............................................................................................... 23
EEN NIEUWE BUIS GEBRUIKSKLAAR MAKEN ................................................................................................... 24
PRESTATIEPROBLEMEN OPLOSSEN .................................................................................................... 25
PRESTATIEPROBLEMEN ............................................................................................................................... 25
TECHNISCHE ONDERSTEUNING KRIJGEN ....................................................................................................... 25
SYSTEEMCONFIGURATIE ........................................................................................................................ 26
GEPREPROGRAMMEERDE BELICHTINGSTIJDEN .............................................................................................. 26
DE TAAL WIJZIGEN ...................................................................................................................................... 27
SYSTEEMCONFIGURATIEMODUS ................................................................................................................... 28
HET SCHERM AFSTELLEN ............................................................................................................................. 29
GEPREPROGRAMMEERDE BELICHTINGSINSTELLINGEN WIJZIGEN ...................................................................... 30
UW VOORAF GEPROGRAMMEERDE BELICHTINGSINSTELLINGEN BEWAREN (CONUS VAN 20 CM)........................... 32
UW BELICHTINGSINSTELLINGEN BEWAREN (CONUS VAN 30 CM)....................................................................... 33
DE HUIDIGE SYSTEEMCONFIGURATIE WEERGEVEN .......................................................................................... 34
DE CONUSGROOTTE WIJZIGEN ..................................................................................................................... 35
DIAGNOSEMODUS ....................................................................................................................................... 36
SPECIFICATIES ......................................................................................................................................... 38
PREVA DENTAAL RÖNTGENSYSTEEM ............................................................................................................. 38
VERKLARINGEN EN INFORMATIE VOLGENS 21 CFR SUB CHAPTER J ................................................................ 39
TABELLEN MET THERMISCHE EIGENSCHAPPEN ............................................................................................... 40
VERKLARINGEN EN INFORMATIE OVER DE CANADESE VOORSCHRIFTEN TEN AANZIEN VAN STRALING PRODUCERENDE
APPARATEN
, DEEL II VAN SCHEMA II .............................................................................................................. 41
DOSISINFORMATIE ...................................................................................................................................... 43
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
4
Algemene informatie
Gebruiksindicaties
Het Preva dentale röntgensysteem is bedoeld voor gebruik als diagnosemiddel voor radiografische
dentale beeldvorming.
5
Waarschuwingen / voorzorgsmaatregelen
Stralings-
beveiliging
Alleen gekwalificeerd en bevoegd personeel mag deze apparatuur
gebruiken, in naleving van alle wetten en reglementen met betrekking tot
stralingsbescherming.
De operator moet voor zijn of haar veiligheid altijd een veilige afstand tot
het brandpunt en de röntgenstraal bewaren.
Alle voorzieningen voor stralingsbescherming van het apparaat moeten
volledig worden gebruikt.
Alle beschikbare voorzieningen, accessoires en procedures voor de
bescherming van de patiënt en de operator tegen röntgenstraling moeten
volledig worden gebruikt.
Elektrische
veiligheid
Omdat het elektriciteitscircuit van de Preva door zijn ontwerp kort
verhoogde stroom kan leveren,
mag deze apparatuur niet worden
gebruikt met een wandcontactdoos die is aangesloten op een GFCI
(aardlekschakelaar)
. Contactdozen met aardlekschakelaars zijn zo
ontworpen dat ze worden uitgeschakeld wanneer er een kleine
hoeveelheid stroom van de lijn naar de aardleiding wordt gedetecteerd.
Contactdozen met aardlekschakelaars kunnen de
werking van de
intraorale röntgenapparatuur en de aardlekschakeling zelf nadelig
beïnvloeden.
Alleen gekwalificeerd en bevoegd onderhoudspersoneel mag de deksels
van het apparaat verwijderen.
Onderhoud waarvoor de beschermdeksels verwijderd moeten worden,
mag alleen worden uitgevoerd door onderhoudspersoneel wanneer er
geen patiënt aanwezig is.
De sensor mag alleen worden vervangen wanneer de patiënt niet wordt
aangeraakt door de operator of enig onderdeel van de machine.
Dit apparaat mag alleen worden gebruikt in lokalen of zones die voldoen
aan alle geldende wetten en aanbevelingen met betrekking tot de
elektrische veiligheid van medische lokalen, zoals de IEC, de US National
Electrical code of de VDE-
normen voor de bijkomende aarding van
stroomaansluitingen.
Voordat het apparaat wordt gereinigd of gedesinfecteerd, moet het altijd
worden afgekoppeld van het elektriciteitsnet.
Het Preva dentale röntgensysteem is een nor
maal medisch apparaat
zonder bescherming tegen het indringen van vloeistoffen. Om het
apparaat tegen kortsluiting en corrosie te beschermen, moet lekkage van
water of andere vloeistoffen in het apparaat worden voorkomen.
Sluit deze apparatuur uitsluitend aan op een
geaarde netspanning, om het risico van een
elektrische schok te vermijden.
Raak de USB-connector op de zwenkarm niet aan.
Explosieveiligheid
Deze apparatuur mag niet worden gebruikt in de aanwezigheid van
ontvlambare of explosieve gassen of dampen. Als deze gassen of dampen
zouden ontbranden, zouden ze letsel kunnen veroorzaken en/of de
apparatuur kunnen beschadigen. Indien ontvlambare of explosieve
ontsmettingsmiddelen worden gebruikt, moet de dampen daarvan
verdwenen zijn voordat de apparatuur weer wordt gebruikt.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
6
Let op:
De apparatuur mag alleen worden geïnstalleerd en gebruikt volgens de veiligheids- en gebruiks-
instructies in deze handleiding en in de gebruikershandleiding, en alleen voor de doeleinden en
toepassingen waarvoor de apparatuur ontworpen is. Aanpassingen en/of toevoegingen mogen alleen
worden uitgevoerd door Midmark Corporation of door derden die uitdrukkelijke toestemming van
Midmark Corporation hebben ontvangen. Aanpassingen moeten voldoen aan de wettelijke
verplichtingen en aan de algemeen aanvaarde technische regels. De gebruiker moet ervoor zorgen
dat de geldende voorschriften voor de installatie van de apparatuur met betrekking tot het gebouw
worden geëerbiedigd.
Bescherming tegen röntgenstralen
Röntgenapparatuur kan bij verkeerd gebruik letsel veroorzaken.
Het apparaat mag niet worden bediend in de significante aanwezigheidszone. De operator van een
intraoraal dentaal röntgenapparaat moet 2 meter afstand tot het brandpunt bewaren en uit het pad
van de röntgenstraal blijven.
Het Preva dentale röntgensysteem biedt een hoge mate van bescherming tegen ongewenste
röntgenstraling. Een praktisch ontwerp kan echter nooit volledige bescherming bieden of beletten
dat de operator zichzelf of anderen aan ongewenste straling blootstelt.
Lees de instructies in deze handleiding en volg ze wanneer u de Preva gebruikt.
Uw distributeur van Midmark Sales Corporation zal u helpen met de inbedrijfstelling van
de Preva.
Productbeschrijving
Het Preva dentale röntgensysteem is een intraoraal röntgenapparaat met hoge frequentie. De Preva
bestaat uit vijf componenten, zoals geïllustreerd in figuur 1, Diagram van de componenten: de
regeleenheid, de buiskop, de zwenkarm, de horizontale arm, de conus en de facultatieve
afstandsbediening.
Hang geen loodschorten aan de horizontale verlengarm.
Regeleenheid
De regeleenheid bevat de stroomaansluiting en de regeling van de buiskop en
het bedieningspaneel. Deze eenheid zorgt voor de automatische compensatie
van variaties van de lijnspanning, voor de kVp-regeling en de regeling van de
belichtingstijd. De regeleenheid omvat de montagebasis en het
bedieningspaneel.
Buiskop
De buiskop bevat de röntgenbuis, het hoogspanningscircuit en een ronde
conus. De buiskop is bij de levering op de zwenkarm gemonteerd.
Voorkom dat u de kleine opening in de plastic greep
aan de achterkant van de buiskop blokkeert. Dit
gaatje zorgt voor de ontluchting die tijdens het
gebruik het uitzetten en inkrimpen van de olie in de
buiskop mogelijk maakt.
7
Zwenkarm
De zwenkarm draagt de buiskop en brengt hem tot bij de patiënt.
Horizontale arm
De horizontale arm geeft de Preva het nodige bereik. Hij draait vlot om een as in
de bovenzijde van de regeleenheid. Een luikje op de horizontale arm geeft
toegang om de kabel van de horizontale arm aan te sluiten op de regeleenheid.
De horizontale arm is verkrijgbaar in vier lengten voor wandmontage met een
bereik van 56, 66, 76 en 82 inch (142, 167, 193 en 208 cm).
Modulaire
straalbegrenzer
[BLD, Beam
Limiting Device]
De conus bepaalt de afstand tussen de röntgenbuis en de huid van de patiënt.
Dit onderdeel helpt bij de positionering en convergeert de röntgenstraal om deze
in een scherpe cirkel te laten eindigen. De Preva wordt geleverd met een
standaardconus van 20 cm (30-A2195) op de buiskop. U kunt als optie een conus
van 30 cm (30-A2200) bestellen.
Handschakelaar
Er is een facultatieve handschakelaar (30-A2040) verkrijgbaar die dient als
aanvulling of vervanging van de belichtingsknop om opnamen te maken.
Modelconfigurat
ies
De Preva is verkrijgbaar als wandgemonteerde eenheid en als mobiele eenheid.
Raadpleeg de installatie- en servicehandleiding van de Preva voor instructies bij
de installatie en montage.
Installatie en
service
Alleen personeel van een door Midmark erkende distributeur mag het Preva
dentale röntgensysteem installeren en onderhouden. Als u hulp nodig hebt om
een erkende distributeur in uw omgeving te vinden, neemt u contact op met
Midmark met de informatie op de achterzijde van deze handleiding.
Figuur 1 Diagram
van de
componenten
Hang geen loodschorten aan de horizontale verlengarm.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
8
Gecertificeerde componenten
Component
Buiskop
Regeleenheid. Preva
Regeleenheid. Preva mobiel
Modulaire BLD, 20 cm Lg., 70 mm conus, grijs
Modulaire BLD, 30 cm Lg., 70 mm conus, grijs
Modulaire BLD, 20 cm Lg., 60 mm conus, grijs
Modulaire BLD, 30 cm Lg., 60 mm conus, wit
Modulaire BLD, 30 cm Lg., 60 mm conus, grijs
Modulaire BLD, 20 cm Lg., 30x40 mm conus, wit
Modulaire BLD, 30 cm Lg., 30x40 mm conus, wit
Modulaire BLD, 20 cm Lg., 20x30 mm conus, wit
Modulaire BLD, 20 cm Lg., 35x45 mm conus, grijs
Modulaire BLD, 20 cm Lg., 35x45 mm conus, wit
Modulaire BLD, 30 cm Lg., 35x45 mm conus, grijs
Modulaire BLD, 30 cm Lg., 35x45 mm conus, wit
Modulaire BLD, basis, grijs
Modulaire BLD, afstandsstuk, grijs
Modulaire BLD, afstandsstuk, wit
Referentienummer
30-A1027
30-A0010
30-A0013
30-A2195
30-A2200
30-A2196
30-A2201
30-A2229
30-A2198
30-A2203
30-A2199
30-A2221
30-A2222
30-A2223
30-A2224
30-A2205
30-A2206
30-A2208
Erkende vertegenwoordigers
Noord-
Amerika
Midmark Corporation
1001 Asbury Dr.
Buffalo Grove, Illinois 60089 V.S.
Telefoon: 800-MIDMARK (800-643-6275)
Fax: 847-415-9801
Europa
CE Partner 4U
Esdoornlaan 13
3951 DB Maarn
Nederland
www.cepartner4u.eu
9
Verklaring van de symbolen op de technische labels
De symbolen die op het product en/of in de technische handleidingen worden gebruikt.
Type B: Beveiliging tegen elektrische schok (IEC 60601.1-1988)
Een gevaarlijke situatie die, indien deze niet wordt vermeden, tot licht of
gemiddeld ernstig letsel kan leiden.
Een gevaarlijke situatie die, indien deze niet wordt vermeden, tot ernstig of
dodelijk letsel kan leiden.
Raadpleeg de schriftelijke instructies in de gebruikershandleiding.
WAARSCHUWING RÖNTGENSTRALEN
DEZE RÖNTGENEENHEID KAN GEVAARLIJK ZIJN VOOR DE PATIËNT
EN DE OPERATOR INDIEN DE FACTOREN VOOR EEN VEILIGE
BLOOTSTELLING EN DE BEDIENINGSINSTRUCTIES NIET WORDEN
NAGELEEFD.
AFGIFTE VAN RÖNTGENSTRALEN
STROOMGELEIDER
NEUTRALE GELEIDER
Aarde
Richtlijn betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(AEEA). AEEA in de Europese Economische Ruimte (EER) moet gescheiden
van ander afval worden ingezameld en afgevoerd volgens AEEA-richtlijn
2012/19/EU. Neem contact op met de leverancier van de apparatuur voor
informatie over plaatselijke nalevingsregelingen.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
10
Compliantie met de geldende normen
De volgende documenten met voorschriften zijn van toepassing:
Stralingsbescherming
De gecertificeerde componenten van het Preva dentale röntgen-
systeem voldoen op het ogenblik van de fabricage aan de Radiation
Performance Standards 21 CFR, Subchapter J.
De gecertificeerde componenten van het Preva dentale röntgen-
systeem voldoen aan IEC 60601-1-3 Radiation protection/X-ray
equipment.
UL 2601-1 File Number:
E181750
Geclassificeerd door Underwriters Laboratories Inc. voor elektrische
schok, brand en mechanische risico's volgens UL 2601-1, CAN/CSA
C22.2 NO, 601.1-M90 en de specifieke normen IEC60601-2-7 en
IEC60601-2-28.
Algemene veiligheid
IEC 60601-1:1995
Beveiliging tegen elektrische schok klasse II
Beschermingsgraad tegen elektrische schok
type BF (geen
elektrische geleiding)
Beschermingsgraad tegen indringend water IP67
Niet geschikt voor gebruik bij aanwezigheid van een ontvlambaar
anesthesiemengsel met lucht, zuurstof of stikstofoxide.
EMI/EMC
IEC 60601-1-2:2007
Beschermingsgraad
IEC 60529:2001
Beschermingsgraad tegen indringend water IP67
Beeldvormingsvermogen
IEC 61223-3-4:2000
Resolutie in lijnenparen beter dan 8 lp/mm
Resolutie bij laag contrast alle gaatjes zichtbaar
EMC-verklaring
Informatie over mogelijke EMC-interferentie en advies om deze
te vermijden
Het Preva dentale röntgensysteem wordt beschouwd als
niet-levensondersteunende apparatuur. Wanneer het Preva
dentale röntgensysteem
nabij andere apparatuur wordt
gebruikt, moet de configuratie zorgvuldig worden afgesteld
om te zorgen dat de prestaties niet worden verminderd
door elektromagnetische interferentie (EMI). In het bijzonder
mobiele radiofrequente communicatieapparatuur kan van
invloed zijn op medische elektrische apparatuur.
Raadpleeg de onderstaande EMC-tabel.
Beperking aan het gebruik:
Het Preva dentale
röntgensysteem moet bij integratie met ClearVision-
sensoren worden gebruikt in combinatie met computers die
voldoen aan IEC 60950 of IEC
60601. Alle apparaten
tussen het geïntegreerde Preva dentaal röntgensysteem en
de computer (USB-hub) moeten eveneens voldoen aan IEC
60950 of IEC 60601. Zo niet, dan kan dit leiden tot verlaagde
elektromagnetische compatibiliteit.
11
Leidraad en verklaring van de fabrikant - elektromagnetische emissie
Het Preva dentale röntgensysteemsysteem is bedoeld voor gebruik in de hieronder gespecificeerde elektromagnetische omgeving. De klant of
de gebruiker van het Preva dentale röntgensysteem dient zich ervan te verzekeren dat het systeem in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Emissietest
Conformiteit
Elektromagnetische omgeving - leidraad
Radiofrequente emissie
CISPR 11
Groep 1
Het Preva dentale röntgensysteem gebruikt alleen radiofrequente energie voor zijn
interne werking. De radiofrequente emissie van het systeem is dan ook zeer laag en
veroorzaakt waarschijnlijk geen storing in nabije elektronische apparatuur.
Radiofrequente emissie
CISPR 11
Klasse B
Het Preva dentale röntgensysteem is geschikt voor gebruik in alle praktijken, inclusief
praktijken aan huis en praktijken die direct gekoppeld zijn aan het openbare
laagspanningsnet dat elektriciteit levert aan gebouwen
die worden gebruikt voor
huiselijke doeleinden.
Emissie van
harmonische stromen
IEC 61000-3-2
Klasse A
Spanningsschommeling
en/flikkerende emissies
IEC 61000-3-3
Is conform
Leidraad en verklaring van de fabrikant - elektromagnetische immuniteit
Het Preva dentale röntgensysteemsysteem is bedoeld voor gebruik in de hieronder gespecificeerde elektromagnetische omgeving. De klant of
de gebruiker van het Preva dentale röntgensysteem dient zich ervan te verzekeren dat het systeem in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Immuniteitstest Testniveau IEC 60601
Conformiteitsni
veau
Elektromagnetische
omgeving - leidraad
Elektrostatische ontlading
(ESD)
IEC 61000-4-2
± 6 kV contact
± 8 kV lucht
± 6 kV contact
± 8 kV lucht
Vloeren dienen van hout, beton of keramische
tegels te zijn. Als de vloeren zijn bedekt met
synthetisch materiaal, dient de relatieve
vochtigheid ten minste 30% te bedragen.
Snelle elektrische
transiënten/lawines
IEC 61000-4-4
± 2 kV voor voedingsleidingen
± 1 kV voor ingangs-/
uitgangsleidingen
± 2 kV voor
voedingsleidingen
± 1 kV voor
ingangs-/
uitgangsleidingen
De kwaliteit van de netspanning dient overeen
te komen met de voedingsleidingen voor
transiënten/lawines van een typische
handels- of ziekenhuisomgeving.
Piekspanning
IEC 61000-4-5
± 1 kV leiding(en) naar leiding(en)
± 2 kV leiding(en) naar aarde
Niet van
toepassing.
Kortstondige
spanningsdalingen,
onderbrekingen en
spanningsvariaties
in netspannings-
ingangsleidingen
IEC 61000-4-11
< 5% U
T
(> 95% daling in U
T
)
gedurende 0,5 cyclus
< 40% U
T
(60% daling in U
T
)
gedurende 5 cycli
< 70% U
T
(30% daling in U
T
)
gedurende 25 cycli
< 5% U
T
(> 95% daling in U
T
)
gedurende 5 s
Niet van
toepassing.
Magnetisch veld van
netfrequentie (50/60 Hz)
IEC 61000-4-8
3 A/m
3 A/m
De magnetische velden van de netfrequentie
dienen van een niveau te zijn dat kenmerkend
is voor een typische locatie in een typische
handels- of ziekenhuisomgeving.
OPMERKING: U
T
is de wisselspanning voorafgaand aan toepassing van het testniveau.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
12
Leidraad en verklaring van de fabrikant - elektromagnetische immuniteit
Het Preva dentale röntgensysteemsysteem is bedoeld voor gebruik in de hieronder gespecificeerde elektromagnetische omgeving. De klant of
de gebruiker van het Preva dentale röntgensysteem dient zich ervan te verzekeren dat het systeem in een dergelijke omgeving wordt gebruikt.
Immuniteits-
test
IEC 60601
testniveau
Conformiteits-
niveau
Elektromagnetische omgeving - leidraad
Draagbare en mobiele radiofrequente communicatieapparatuur dient niet
dichter bij enig deel van het Preva dentale röntgensysteem
, waaronder
begrepen de kabels, te worden gebruikt dan de aanbevolen minimumafstand
die wordt berekend aan de hand van de vergelijking die van toepassing is op
de frequentie van de zender.
Aanbevolen minimumafstand:
Geleide
storingen,
veroorzaakt
door
radiofrequente
velden
IEC 61000-4-6
3 V
150 kHz tot
80 MHz
3 V
= 1,2 ×
Uitgestraalde
radiofrequentie
IEC 61000-4-3
3 V/m
80 MHz tot
2,5 GHz
3 V/m
= 1,2 ×
80 MHz tot 800 MHz
= 2,3 ×
800 MHz tot 2,5 GHz
Waarin P het maximale uitgangsvermogen van de zender is in watt (W) volgens
de opgave van de zenderfabrikant en waarin d de aanbevolen minimale afstand
in meters (m) is.
Veldsterkten van vaste radiofrequente zenders, zoals vastgesteld door een
elektromagnetisch locatieonderzoek,
a
moeten minder zijn dan het conformiteits-
niveau in elk frequentiebereik.
b
Storing kan zich voordoen in de nabijheid van apparatuur die is gemarkeerd
met het volgende symbool:
OPMERKING 1: Bij 80 MHz en 800 MHz is het hoogste frequentiebereik van toepassing.
OPMERKING 2: Deze richtlijnen gelden mogelijk niet in alle situaties. De voortplanting van elektromagnetische straling wordt beïnvloed door
absorptie door en reflectie tegen constructies, objecten en mensen.
a
Van veldsterkten van vaste zenders, bijvoorbeeld basisstations voor radio, (mobiele/draadloze) telefoons en landmobiele radio's, amateurradio,
AM- en FM-radiouitzendingen en TV-uitzendingen kan geen nauwkeurige theoretische prognose worden gegeven. Om een oordeel te kunnen
geven over de elektromagnetische omgeving ten gevolge van vaste radiofrequente zenders, zou een elektromagnetisch locatieonderzoek
moeten worden overwogen. Als de gemeten veldsterkte op de locatie waar het Preva dentale röntgensysteem wordt gebruikt, het hierboven
genoemde toepasselijke niveau van radiofrequente conformiteit overschrijdt, moet het Preva dentale röntgensysteem worden geobserveerd
teneinde vast te stellen of het apparaat normaal werkt. Als er afwijkende prestaties worden waargenomen, zijn er mogelijk extra maatregelen
nodig, bijv. door het Preva dentale röntgensysteem anders te richten of op een andere plaats te zetten.
b
In het frequentiebereik van 150 kHz tot en met 80 MHz moet de veldsterkte lager zijn dan [V
1
] V/m.
Aanbevolen minimumafstanden tussen draagbare en mobiele radiofrequente communicatieapparatuur en het
Preva dentale röntgensysteem
Het Preva dentale röntgensysteemsysteem is bedoeld voor gebruik in de elektromagnetische omgeving waarin uitgestraalde radiofrequente
storing onder controle wordt gehouden. De klant of de gebruiker van de sensor kan elektromagnetische storing helpen voorkomen door
tussen draagbare en mobiele radiofrequente communicatieapparatuur (zenders) en de sensor de minimumafstanden aan te houden die zijn
afgestemd op het maximale uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur.
Nominaal maximaal
uitgangsvermogen van
zender, W
Minimale afstand in overeenstemming met frequentie van zender
m
150 kHz tot 80 MHz
= 1,2 ×
80 MHz tot 800 MHz
= 1,2 ×
80 MHz tot 2,5 GHz
= 2,3 ×
0,01
0,12
0,12
0,23
0,1
0,37
0,37
0,74
1
1,17
1,17
2,34
10
3,69
3,69
7,38
100
11,67
11,67
23,34
Voor zenders met een nominaal maximaal uitgangsvermogen dat hierboven niet wordt genoemd, kan de aanbevolen minimumafstand d in
meters (m) worden bepaald met behulp van de vergelijking die van toepassing is op de frequentie van de zender, waarin P het maximale
uitgangsvermogen van de zender is in watt (W) volgens de opgave van de zenderfabrikant.
OPMERKING 1: Bij 80 MHz en 800 MHz is de minimumafstand voor het hogere frequentiebereik van toepassing.
OPMERKING 2: Deze richtlijnen gelden mogelijk niet in alle situaties. De voortplanting van elektromagnetische straling wordt beïnvloed door
absorptie door en reflectie tegen constructies, objecten en mensen.
13
Technische ondersteuning krijgen
Contact
Midmark Corporation
1001 Asbury Dr.
Buffalo Grove, Illinois 60089 V.S.
Telefoon: 800-MIDMARK (800-643-6275)
Fax: 847-415-9801
imagingtechsup[email protected]
Kantoortijden: 8:00 17:00 Central Time
14
Gebruiksinstructies
Het bedieningspaneel gebruiken
Instellingen bij
het inschakelen
Wanneer het Preva dentale röntgensysteem wordt ingeschakeld, geeft het
bedieningspaneel de instellingen van de meest recente belichting weer die
is uitgevoerd voordat het systeem werd uitgeschakeld.
Figuur 2
Preva
bedieningspaneel
Pictogrammen
1. Groot LED-scherm geeft techniekinstellingen weer. Het geeft ook
menuopties weer wanneer het systeem in de menumodus staat.
2. De pijlen Omhoog en Omlaag worden gebruikt om instellingen voor
kV, mA en tijd te wijzigen.
3. Tandpictogram: Met deze knop kunt u Snijtand, Premolaar, Bitewing,
Boven- of Ondermolaar selecteren.
4. Receptor-pictogram: U hebt de volgende keuzemogelijkheden:
Digital, D Speed film, E/F Speed Film. Als u fosforplaten gebruikt,
selecteert u de instelling E/F Spleed Film.
5. Pictogram Patiëntgrootte: Druk om Large (groot) of Small (klein) te
selecteren
6. Klaar-indicator: De cirkel wordt verlicht ten teken dat het systeem
gereed is om een röntgenstraal te produceren.
7. Knop Pijl-rechts: Met deze knop wisselt u de opties kV, mA en tijd af.
Wanneer het systeem in de menumodus is, werkt deze knop ook als
'Enter'-toets.
8. Stralingsindicator: Dit symbool wordt
verlicht wanneer er een
röntgenstraal wordt geproduceerd.
9.
Belichtingsknop: Druk op deze knop om een röntgenopname te
maken.
1
2
3
4
5
7
8
6
9
15
Belichtings-
instellingen
Wanneer het systeem wordt ingeschakeld, toont het bedieningspaneel in
figuur 2
, de belichtingsinstellingen (kV, mA en seconden) voor de
geselecteerde tand, de beeldreceptor en de patiëntgrootte. Gebruik de
keuzeknoppen voor de tand, het beeldreceptortype en de patiëntgrootte om
andere belichtingsinstellingen te selecteren.
Raadpleeg voor de in de fabriek geprogrammeerde belichtingsinstellingen de
tabellen Gepreprogrammeerde belichtingsinstellingen in deze handleiding.
Belichtings-
instellingen
aanpassen
U kunt de vooraf ingestelde belichtingsinstellingen wijzigen voordat u een
belichting maakt. Gebruik het rechtse pijltje om de belichtingsinstelling te
kiezen die u wilt aanpassen. Gebruik daarna de opwaartse en neerwaartse
pijltjes om de waarde te wijzigen.
Raadpleeg het gedeelte over de systeemconfiguratiemodus in deze
handleiding om de nieuwe instellingen op te slaan.
Belichtingsknop
en klaar-
indicator
De belichtingsknop wordt gebruikt om een röntgenopname te starten. Houd
voor een volledige belichting de knop ingedrukt tot de klaar-indicator dooft
en het geluidssignaal stopt. Wanneer u de belichtingsknop loslaat, stopt de
belichting onmiddellijk.
In geval van een onvolledige opname ten gevolge
van een te vroeg losgelaten belichtingsknop moet de
operator mogelijk nog een opname maken. Als de
belichtingsknop te vroeg wordt losgelaten, geeft het
systeem de operator een korte waarschuwing voordat
het terugkeert naar de bedrijfsmodus.
Klaar-indicator
De klaar-indicator brandt wanneer het systeem klaar is om een belichting uit
te voeren. Onmiddellijk na de belichting knippert de klaar-indicator terwijl de
röntgenbuis voldoende afkoelt om de volgende opname te kunnen maken.
Terwijl de klaar-indicator knippert, kunt u geen belichting maken.
Stralings-
indicators
De Preva heeft een visuele en een auditieve stralingsindicator. Terwijl een
belichting bezig is, brandt de stralingsindicator op het bedieningspaneel en
wordt een
geluidssignaal gegeven. De belichting is voltooid wanneer de
visuele stralingsindicator dooft en het geluidssignaal stopt.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
16
Een
röntgenopname
maken
1. Zet de stroomschakelaar rechtsboven op het bedieningspaneel in de stand
"On". De klaar-indicator aan de voorzijde van het bedieningspaneel (figuur
2) begint te branden.
2. Controleer of het apparaat ingesteld is op het juiste type beeldreceptor.
Het pictogram van het geselecteerde beeldreceptortype brandt. Om het
beeldreceptortype te veranderen, drukt u op de keuzeknop voor het
beeldreceptortype tot het juiste type geselecteerd is.
3. Controleer of het systeem ingesteld is op de gewenste patiëntgrootte. Het
pictogram van de geselecteerde patiëntgrootte brandt. Om de
patiëntgrootte te wijzigen, drukt u op de keuzeknop voor de patiëntgrootte
tot de gewenste patiëntgrootte geselecteerd is.
4. Controleer of het systeem ingesteld is op de tand die u wilt belichten. Het
pictogram van de geselecteerde tand brandt. Om de tand te wijzigen, drukt
u op de keuzeknop voor de tand tot de gewenste tand geselecteerd is.
5. De in stappen 2-4 gekozen belichtingsinstellingen voor de combinatie van
beeldreceptortype,
tandselectie en patiëntgrootte kunnen voor een
belichting aangepast worden. Gebruik het rechtse pijltje om de
belichtingsinstelling te kiezen die u wilt aanpassen. Gebruik daarna de
opwaartse en neerwaartse pijltjes om de waarde te wijzigen. Sla deze stap
over als u de gepreprogrammeerde instellingen gebruikt.
Opmerking:
Terwijl u de belichtingsinstellingen aanpast, zijn de
keuzeknoppen Tand, Beeldreceptortype en Patiëntgrootte uitgeschakeld.
6. Breng de buiskop volgens de standaard positioneringsprocedures in positie
bij de patiënt.
7. Bereid een belichting voor.
Het apparaat mag niet worden bediend in de significante
aanwezigheidszone. De operator van een intraoraal dentaal
röntgenapparaat moet 2 meter afstand tot het brandpunt bewaren en uit
het pad van de röntgenstraal blijven.
8. Voer een belichting uit. Houd de belichtingsknop ingedrukt tot het geluids-
signaal stopt en de stralingsindicator dooft. Als u de belichtingsknop of de
handschakelaar met spiraalsnoer loslaat, stopt de belichting onmiddellijk.
Opmerking: Wanneer u de handschakelaar met spiraalsnoer gebruikt, is
het aanbevolen dat u indien mogelijk de gebruikszone verlaat.
Opmerking: Om aan de voorschriften en de goede veiligheidspraktijken te
voldoen, moet de operator ook op afstand de techniekfactoren kunnen
zien.
9. Plaats de buiskop terug in de bewaarstand.
Opmerking: Zorg dat de buiskop de wand niet raakt wanneer u deze in de
bewaarstand terugbrengt.
17
Het kan nodig zijn dat u de vooraf ingestelde kV, mA of tijd verhoogt of verlaagt.
Ga als volgt te werk:
1. Druk op de knop Enter om de waarde te selecteren die u wilt wijzigen.
2. Gebruik de opwaartse of neerwaartse pijltjes om de waarde te verkleinen of
te vergroten (op het bedieningspa
neel zullen geen verklikkerlampjes
branden om de vooraf ingestelde waarden aan te geven).
3. Druk op de belichtingsknop.
4.
Druk op een willekeurige andere knop (Tand, Beeldreceptor of
Patiëntgrootte) om terug te keren naar de vooraf ingestelde waarden.
Raadpleeg voor informatie over geschatte stralingsdoses voor alle combinaties
van techniekfactoren met de conus van 20 cm het gedeelte “Dosisinformatie
in deze handleiding.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
18
Over de conus van 20 cm (30-A2195) en de conus van 30 cm
(30-A2200)
Het Preva dentale röntgensysteem is in de fabriek ingesteld voor gebruik met de
standaard geleverde ronde conus van 20 cm [30-A2195].
Er is ook een ronde conus van 30 cm [30-A2200] verkrijgbaar.
Het gebruik van de langere conus vereist langere belichtingstijden.
Raadpleeg het gedeelte Systeemconfiguratie in deze handleiding voor instructies
om het systeem in te stellen op het gebruik van de langere conus.
19
Aanbevolen onderhoud
Regelmatig onderhoud
Een veilig gebruik van het apparaat vereist een regelmatig onderhoudsprogramma. Dit onderhouds-
programma moet een jaarlijkse functiecontrole van het systeem omvatten. De eigenaar moet dit
onderhoud laten uitvoeren en verzekeren dat het personeel dat het uitvoert volledig gekwalificeerd is voor
het onderhoud van röntgenapparatuur van Midmark Corporation.
Reinigen en desinfecteren
Reiniging /
desinfectie
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen om de verspreiding van besmetting te
voorkomen.
Reinig de buitenzijde van het apparaat met een vochtige doek of een ontsmettings-
middel zonder alcohol.
• Laat geen vloeistof in de elektronica van het systeem
lekken.
• Spuit geen reinigings- of ontsmettingsmiddel rechtstreeks
op de machine.
• Bescherm het systeem tegen besmetting met behulp van
barrières die bij dentale distributeurs beschikbaar zijn.
• Volg de aanbevelingen van de fabrikant van het
reinigingsmiddel of ontsmettingsmiddel dat u gebruikt.
.
Reinigings-
methoden
Als u geen barrière gebruikt, moet u na elke patiënt de volgende reiniging en
ontsmetting uitvoeren.
1. Verwijder met een met water bevochtigd wegwerpdoekje biologisch vuil van de
conus, de handgrepen en de structuur.
2. Droog de conus, de handgrepen en de structuur af met wegwerpdoekjes.
3. Veeg de conus, de handgrepen en de structuur met een bacterieel ontsmettings-
middel met breed spectrum.
Volg de instructies van de fabrikant van het
ontsmettingsmiddel.
4. Verwijder resten van ontsmettingsmiddel van het systeem met een met water
bevochtigd wegwerpdoekje. Deze bijkomende stap voorkomt dat het product
verkleuringen of corrosie veroorzaakt.
5. Droog de conus, de handgrepen en de structuur af met wegwerpdoekjes.
Het Preva dentale röntgensysteem is niet waterdicht.
Reinig het systeem uitsluitend met vochtige, niet
doordrenkte doekjes.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
20
De wielen inspecteren
Wanneer het systeem herhaaldelijk over een ruwe ondergrond rijdt,
bijvoorbeeld met drempels of andere obstakels, kunnen de wielen
losraken. Inspecteer deze maandelijks en volg indien nodig de procedure
om ze vast te draaien.
1.
De wielen worden bevestigd aan de mobiele basis, zoals in de foto
linksonder. Als het wiel correct is aangebracht, sluit het vlak aan op
de basis (midden). Als het wiel begint los te laten, wordt er
schroefdraad zichtbaar tussen het wiel en de mobiele basis (rechts).
Visuele inspectie van de wielen
Als het schroefdraad van de wielen zichtbaar is, verplaatst u het
röntgensysteem niet meer.
2.
Haal alle loszittende wielbouten aan met een ringsleutel van 7/16 inch.
Hiertoe reikt u onder de arm van de mobiele basis en plaatst u de
sleutel over de wielbout. (Bij deze procedure zijn de bouten niet te
zien, maar de foto toont de juiste plaatsing van de sleutel.)
21
Optioneel:
Voor deze stap zijn twee personen nodig.
Hoewel het wiel anders ook kan worden aangehaald, is deze stap
gemakkelijker als de mobiele basis wordt opgetild zodat het wiel een
eindje van de vloer is. Til de mobiele basis op bij een van de wielen
en schuif er een stabiel voorwerp van minstens 11,5 cm onder. In dit
voorbeeld zijn drie pakken normaal kopieerpapier gebruikt.
Opgetilde mobiele basis
3.
Test of de wielen goed werken door het röntgensysteem in
verschillende richtingen te bewegen.
Voor systemen die vóór oktober 2017 zijn geproduceerd, is een
servicekit verkrijgbaar die voorkomt dat de wielen losraken.
Raadpleeg Technical Advisory Notice 003-10221-00, verkrijgbaar
in de Technische bibliotheek van Midmark.
De wielen
inspecteren
22
De systeemfuncties controleren
Voer de volgende controles uit om de installatie van het Preva dentale röntgensysteem te voltooien of
in het kader van het in de gebruikershandleiding voorgeschreven onderhoud. Als u deze controles niet
uitvoert, is het mogelijk dat de installatie niet voldoet aan de U.S. Radiation Performance Standards 21
CFR Subchapter J.
Gebruik het Preva dentale röntgensysteem niet als het de functies in de
Controlelijst voor de systeemfuncties
niet kan uitvoeren. Raadpleeg het
hoofdstuk over het oplossen van problemen in de installatiehandleiding
of neem contact op met de technische ondersteuning van Midmark.
23
Controlelijst voor de systeemfuncties
Wandmontage
Zorg dat de wand geschikt is om het apparaat te dragen en dat het
systeem goed aan de wand gemonteerd wordt.
Labels
Zorg dat alle gecertificeerde componenten voorzien zijn van labels met
het model, het serienummer, de fabricagedatum en de certificerings-
verklaring, zoals elders in deze handleiding vermeld.
Buiskop
Controleer op olielekken of andere sporen van interne schade. Vervang
de buiskop indien nodig.
Rotatie van de
buiskop
Zorg dat de buiskop zijn positie op horizontale as behoudt, terwijl u hem
gemakkelijk kunt draaien en in positie brengen. Controleer ook de vlotte
beweging van het verticale scharnier van de buiskop. De buiskop moet
vlot bewegen maar in positie blijven wanneer u hem loslaat.
Ophanging
Controleer of alle bewegingen vlot en geruisloos verlopen. Controleer of
het tegengewicht de buiskop in evenwicht houdt, zodat hij niet verticaal
wegdrijft, en dat de horizontale arm en de zwenkarm niet horizontaal
wegdrijven.
Stroomschakelaar
Controleer of de schakelaar goed werkt en of de klaar-indicator brandt
wanneer de stroomschakelaar in de stand "ON" wordt geplaatst.
Regelingen op het
bedieningspaneel
Controleer of de techniekfactoren op het bedieningspaneel verschijnen
wanneer de stroomschakelaar, rechtsboven op het bedieningspaneel,
in de stand "ON" staat. Controleer ook de werking van de
keuzeknoppen voor de tand, het beeldreceptortype en de
patiëntgrootte. Wanneer u op een knop drukt, moet het verklikkerlampje
van het geselecteerde item branden.
Belichtingsknop
Controleer of de belichtingsknop op het bedieningspaneel goed werkt.
Voer een belichting uit door de belichtingsknop ingedrukt te houden tot
de stralingsindicator dooft en het geluidssignaal stopt.
Belichtingsindicators
Voer verscheidene belichtingen uit en controleer of de stralingsindicator
brandt en het geluidssignaal gegeven wordt.
Vroegtijdige
beëindiging
Selecteer met de opwaartse en neerwaartse pijltjes de langst mogelijke
belichtingstijd. Voer een belichting uit maar laat de belichtingsknop los
voor de timer de belichting stopt. Controleer of het scherm de melding
“Pre-termination Error” geeft en terugke
ert naar de normale
bedrijfsmodus.
Facultatieve
handschakelaar
met spiraalsnoer
Als u een handschakelaar met spiraalsnoer gebruikt, moet u de
behuizing van de schakelaar en het spiraalsnoer op schade of slijtage
controleren. Vervang deze als u sporen van beschadiging vaststelt.
Gebruikersinformatie
Zorg dat de gebruiker van het systeem de gebruikershandleiding
ontvangen heeft.
Preva dentaal röntgensysteem Gebruikershandleiding
24
Een nieuwe buis gebruiksklaar maken
Röntgenbuizen die verscheidene maanden niet worden gebruikt, kunnen
elektrisch onstabiel worden. Om dit probleem te verhelpen, is het aanbevolen dat
u een nieuwe buis "gebruiksklaar" maakt. Dit proces verzekert een stabiele
werking onder hoogspanning en zal de levensduur van de buis verlengen. Herhaal
de procedure telkens
als u het systeem gebruikt nadat het langer dan twee
maanden niet gebruikt is.
1. Controleer de werking van het systeem.
2. Schakel het systeem in.
3. Selecteer 60 kilovolt [kV], 7 milliampère [mA] en 1 seconde als belichtingstijd.
4. Voer vijf belichtingen met deze i
nstellingen uit en observeer de normale
afkoelingstijd.
5. Selecteer 65 kilovolt, 7 milliampère en 1 seconde als belichtingstijd.
6.
Voer vijf belichtingen met deze instellingen uit en observeer de normale
afkoelingstijd.
7. Selecteer 70 kilovolt, 6 milliampère en 1 seconde als belichtingstijd.
8.
Voer vijf belichtingen met deze instellingen uit en observeer de normale
afkoelingstijd.
25
Prestatieproblemen oplossen
Prestatieproblemen
Lichte of
donkere
röntgenbeelden
1. Stel de belichtingstijd, het kilovoltage [kV] of de buisstroom in om een
aanvaardbaar beeld te krijgen. Indien nodig moet u de techniekfactoren
opnieuw programmeren, zoals uitgelegd in het gedeelte Systeem-
configuratie in deze handleiding.
2. Verifieer het kilovoltage en de buisstroom ge
durende een belichting
in
diagnosemodus, zoals uitgelegd in het gedeelte Systeemconfiguratie
(pag. 26) van deze handleiding. U kunt ook een niet-
invasieve meter
gebruiken om het kilovoltage en de belichtingstijd te controleren.
3. Inspecteer de staat van de andere componenten van de beeldvormings-
keten, zoals de film, de chemische componenten en de processor, of de
staat van de röntgensensor en de computer.
Geen
röntgenstraal
Als er geen röntgenstraal geproduceerd wordt, controleert u de volgende punten:
1. Controleer of het stroomsnoer (indien van toepassing) goed aangesloten is.
2. Controleer of de stroomschakelaar op "ON" staat.
Fout na
vroegtijdige
beëindiging
Als de belichtingsknop te vroeg wordt losgelaten, geeft het systeem een
foutmelding. Na vijf seconden keert het systeem terug naar de normale
bedrijfsmodus. De te vroeg gestopte belichting zal onvolledig zijn.
Technische ondersteuning krijgen
Als de bovenstaande stappen het probleem niet oplossen dat u ondervindt, staakt u het gebruik van de
röntgeninstallatie en neemt u contact op met de technische ondersteuning van Midmark voor hulp.
Contact
Midmark Corporation
1001 Asbury Dr.
Buffalo Grove, Illinois 60089 V.S.
Telefoon: 1-800-MIDMARK (800-643-6275)
Fax: 847-415-9801
imagingtechsupport@midmark.com
Kantoortijden: 8:00 17:00 Central Time
26
Systeemconfiguratie
Gepreprogrammeerde belichtingstijden
De onderstaande tabellen tonen de standaard belichtingsinstellingen voor elke combinatie van tand,
beeldreceptortype en patiëntgrootte op het bedieningspaneel. U kunt in de systeemconfiguratiemodus
deze belichtingsinstellingen wijzigen. Zie voor meer details het gedeelte Systeemconfiguratiemodus.
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Snijtand kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,125 0,064 0,080 0,050 0,125 0,064 0,080 0,050 0,080 0,064 0,160 0,080 0,320 0,160 0,160 0,080
Premolaar kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,125 0,064 0,080 0,050 0,125 0,064 0,125 0,080 0,080 0,064 0,160 0,080 0,320 0,160 0,160 0,080
Bitewing kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,160 0,080 0,100 0,064 0,160 0,080 0,125 0,080 0,100 0,080 0,200 0,100 0,400 0,200 0,200 0,100
kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,160 0,080 0,100 0,064 0,160 0,080 0,160 0,080 0,100 0,080 0,200 0,100 0,400 0,200 0,200 0,100
kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,200 0,100 0,125 0,080 0,200 0,100 0,200 0,125 0,125 0,080 0,250 0,100 0,500 0,200 0,250 0,100
Conus van 20 cm (8 in)
Progeny®
Schick
Dexi
FosP
D Speed
E/F Speed
Sirona
Instelling
Boven-
molaar
Onder-
molaar
Kodak
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Volwas-
sene
Kind
Snijtand kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,250 0,125 0,160 0,100 0,250 0,125 0,160 0,100 0,160 0,125 0,320 0,160 0,640 0,320 0,320 0,160
Premolaar kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,250 0,125 0,160 0,100 0,250 0,125 0,250 0,160 0,160 0,125 0,320 0,160 0,640 0,320 0,320 0,160
Bitewing kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,320 0,160 0,200 0,125 0,320 0,160 0,250 0,160 0,200 0,160 0,400 0,200 0,800 0,400 0,400 0,200
kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,320 0,160 0,200 0,125 0,320 0,160 0,320 0,160 0,200 0,160 0,400 0,200 0,800 0,400 0,400 0,200
kV 60 60 65 65 60 60 65 65 60 60 60 60 60 60 60 60
mA 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7 7
sec 0,400 0,200 0,250 0,160 0,400 0,200 0,400 0,250 0,250 0,160 0,500 0,200 1,000 0,400 0,500 0,200
Onder-
molaar
Boven-
molaar
Instelling
Progeny®
Schick
Dexi
Kodak
Sirona
FosP
D Speed
E/F Speed
Conus van 30 cm (12 in)
Opmerking: Raadpleeg het gedeelte "Dosisinformatie
" in deze handleiding voor informatie over
doseringen bij combinaties van kV en mA.
27
De taal wijzigen
In het bedieningspaneel zijn vijf talen geprogrammeerd. Ga als volgt te werk
om de taal te wijzigen:
1.
Houd de keuzeknoppen voor de tand en de patiëntgrootte samen
ingedrukt.
Na ongeveer 5 seconden verschijnt een menuscherm. (Zie
figuur 3)
2. Gebruik het neerwaartse pijltje om “Configure Unit” te selecteren en druk
op het rechtse pijltje. (Zie figuur 3)
3. “Select Languages” op het volgende scherm is geselecteerd. Druk op het
rechtse pijltje.
4.
Selecteer de gewenste taal en druk op het rechtse pijltje. Als u de
gewenste taal niet ziet, drukt u op het neerwaartse pijltje naar "More".
Druk op het rechtse pijltje.
5. Ga na keuze van een taal met het neerwaartse pijltje naar Exit en druk op
het rechtse pijltje. Herhaal deze procedure om terug te keren naar het
hoofdscherm.
Figuur 3
Preva
bedieningspaneel
28
Systeemconfiguratiemodus
Over de systeem-
configuratiemodus
Het Preva dentale röntgensysteem heeft een door de software gestuurde
systeemconfiguratiemodus. Wanneer de Preva in de systeemconfiguratie-
modus is, kunt u de volgende procedures uitvoeren:
Het scherm afstellen
Gepreprogrammeerde belichtingsinstellingen wijzigen
De conusgrootte wijzigen
De huidige systeemconfiguratie weergeven
Diagnosegegevens weergeven
De systeem-
configuratiemodus
gebruiken
1. Om naar de systeemconfiguratiemodus te gaan, drukt u de
keuzeknoppen voor de tand en de patiëntgrootte op het
bedieningspaneel samen gedurende 5 seconden in. Het scherm toont
het hoofdmenu van de systeemconfiguratie, zoals weergegeven in
figuur
4, en de klaar-indicator knippert.
2. Om in de systeemconfiguratiemodus menu-items te selecteren, gebruikt
u de opwaartse en neerwaartse pijltjesknoppen om de menuoptie te
kiezen. Gebruik het rechtse pijltje als Enter-
toets om de selectie te
bevestigen. Wanneer u vooraf geprogrammeerde instellingen wijzigt,
wordt het rechtse pijltje ook gebruikt om de techniekfactor te selecteren.
3. Nadat u een menuoptie geselecteerd hebt, gebruikt u de opwaartse en
neerwaartse pijltjes om de waarde te verlagen of te verhogen.
Figuur 4
Het hoofdmenu
systeemconfiguratie
29
Het scherm afstellen
Het Preva dentale röntgensysteem geeft de operator de mogelijkheid om de
schermweergave af te stellen.
1. Selecteer in het hoofdmenu van de systeemconfiguratie, zoals weergegeven
in figuur 4, de optie ADJUST DISPLAY. U ziet het in figuur 5 geïllustreerde
menu Display Options.
2. Als u EXIT selecteert, keert het scherm terug naar het in figuur 4
geïllustreerde
hoofdmenu van de systeemconfiguratie.
Het contrast
afstellen
1. Selecteer ADJUST CONTRAST in het menu. U ziet het logo van Progeny
®
.
2. Gebruik de opwaartse en neerwaartse pijltjes om het contrast tussen de
menutekst en de achtergrond van het scherm te vergroten of te verkleinen.
3. Druk op het rechtse pijltje om uw instellingen te bewaren.
Het beeld
omkeren
1. Selecteer REVERSE IMAGE in het menu. De kleuren van de tekst en de
achtergrond worden verwisseld.
2. Druk op het rechtse pijltje om uw instellingen te bewaren.
Figuur 5
Het menu Display
Options
30
Gepreprogrammeerde belichtingsinstellingen wijzigen
Het Preva dentale röntgensysteem geeft de operator de mogelijkheid om de
beelddensiteit voor alle geprogrammeerde instellingen van een receptor tegelijk
te verkleinen of te vergroten, of om elk van de techniekfactoren van
een
geprogrammeerde instelling individueel te wijzigen. U kunt ook de
fabrie
ksinstellingen herstellen. Raadpleeg het gedeelte Op de fabriek
gepreprogrammeerde belichtingsinstellingen voor tabellen met de standaard
fabriekinstellingen.
Opmerking: Als u de conus van 30 cm zult gebruiken, moet u de Preva voor de
conus van 30 cm configureren voor u de gepreprogrammeerde
belichtingsinstellingen wijzigt. Door de Preva voor gebruik met de conus van 30
cm te configureren, zet u de belichtingsinstellingen
terug op de
standaardinstellingen voor de conus van 30 cm.
Opmerking: Gebruik voordat u instellingen wijzigt een van de tabellen Uw
belichtingsinstellingen bewaren in deze handleiding om de instellingen vast te
leggen die u programmeert. Zorg dat u de juiste tabel kiest (voor een conus van
20 of 30 cm) op basis van de conus die u gebruikt.
Het menu Preset
Options openen
1. Selecteer in het hoofdmenu van de systeemconfiguratie, dat wordt
weergegeven in figuur 4, de optie CHANGE PRESETS. U ziet het in figuur 6
geïllustreerde menu Preset Options.
2. Als u EXIT selecteert, keert het scherm terug naar het in figuur 4
geïllustreerde hoofdmenu van de systeemconfiguratie.
Figuur 6
Het menu Preset
Options
Alle receptor-
instellingen
wijzigen
1. Selecteer ALTER DENSITIES in het menu Preset Options. Het eerste
beeldreceptortype (Image Receptor Type) wordt verlicht. Het scherm toont
het geselecteerde beeldreceptortype en de huidige densiteit.
2.
Selecteer met de knop voor de selectie van het beeldreceptortype de
beeldreceptor die u wilt afstellen.
3. Gebruik de opwaartse en neerwaartse pijltjes om het percentage te kiezen
waarmee u de densiteit van de geselecteerde receptor wilt verkleinen of
vergroten. U kunt de densiteit verkleinen of vergroten volgens de op het
scherm getoonde waarden.
4. Druk op Enter om uw instellingen op te slaan.
31
Preprogram-
meren voor
digitale sensors
1. Schakel het systeem in.
2. Houd de keuzeknoppen voor de tand en de patiëntgrootte samen ingedrukt.
Na ongeveer 5 seconden verschijnt een menuscherm.
3. Selecteer CHANGE PRESETS in het scherm Menu Options.
4. Selecteer SELECT RECEPTOR in het menu Preset Options (figuur 6).
5. Druk op de knoppen op of neer om de sensor of de fosforplaat te selecteren
die u wilt wijzigen. Druk op Enter.
6. Selecteer in het scherm Verification YES of NO.
7. Verlaat het menu Preset Options.
8. Verlaat het scherm Menu Options. U ziet een korte boodschap “Saving
Settings”, waarna het systeem terugkeert naar de normale werkingsmodus.
Opmerking: Wanneer u in servicemodus werkt, knippert het groene lampje
naast de belichtingsknop.
Vooraf
geprogram-
meerde
instellingen
afzonderlijk
wijzigen
1. Schakel het systeem in.
2.
Houd de keuzeknoppen voor de tand en de patiëntgrootte samen
ingedrukt. Na ongeveer 5 seconden verschijnt een menuscherm.
3.
Selecteer EDIT PRESETS in het menu Preset Options. Het scherm
waarschuwt dat u de modus Edit Preset opent. De keuzeknoppen voor
tand, beeldreceptortype en patiëntgrootte zijn verlicht.
4.
Gebruik de keuzeknoppen voor de tand, het beeldreceptortype en de
patiëntgrootte om de instelling te selecteren die u wilt wijzigen. Het scherm
toont de huidige waarden van de instelling.
5. Gebruikt het rechtse pijltje om de techniekfactor te kiezen die u wilt wijzigen
(buisspanning in kilovolts [kV], buisstroom in milliampère [mA] of de duur in
seconden [s]).
6.
Gebruik de opwaartse en neerwaartse pijltjes om de waarde voor de
geselecteerde techniekfactor in te stellen.
7. Herhaal stappen 2-4 om bijkomende instellingen te wijzigen.
8. Wanneer u alle wijzigingen hebt uitgevoerd, drukt u de keuzeknoppen voor
de tand en de patiëntgrootte gedurende 5 seconden samen in om de
wijzigingen op te slaan.
Instellingen
herstellen
1. Schakel het systeem in.
2.
Houd de keuzeknoppen voor de tand en de patiëntgrootte samen
ingedrukt. Na ongeveer 5 seconden verschijnt een menuscherm.
3.
Om de fabriekswaarden voor alle instellingen te herstellen, selecteert
u RECALL PRESETS in het menu Preset Options. Het menu zal u vragen
om uw keuze te bevestigen.
4. Selecteer YES met het opwaartse pijltje en zet alle instellingen terug op de
standaardinstellingen van de fabriek. Als u YES selecteert, wist u alle
instellingen die u hebt aangepast.
5. Selecteer NO met het neerwaartse pijltje om de huidige instellingen te
bewaren.
32
Uw vooraf geprogrammeerde belichtingsinstellingen bewaren
(conus van 20 cm)
Als de vooraf geprogrammeerde belichtingsinstellingen niet de gewenste densiteit opleveren, kunt u in de
Systeemconfiguratiemodus de instellingen aanpassen. Noteer uw instellingen in de onderstaande tabel.
Conus van 20 cm
Digital Receptor
D-speed Film
E/F Speed Film
Tandselectie
Instelling
Volwassene
Kind
Volwassene
Kind
Volwassene
Kind
Snijtand
kV
mA
seconden
Premolaar
kV
mA
seconden
Bitewing
kV
mA
seconden
Ondermolaar
kV
mA
seconden
Bovenmolaar
kV
mA
seconden
33
Uw belichtingsinstellingen bewaren (conus van 30 cm)
Als de vooraf geprogrammeerde belichtingsinstellingen niet de gewenste densiteit opleveren, kunt u in de
Systeemconfiguratiemodus de instellingen aanpassen. Noteer uw instellingen in de onderstaande tabel.
Conus van 30 cm
Digital Receptor
D-speed Film
E/F Speed Film
Tandselectie
Instelling
Volwassene
Kind
Volwassene
Kind
Volwassene
Kind
Snijtand
kV
mA
seconden
Premolaar
kV
mA
seconden
Bitewing
kV
mA
seconden
Ondermolaar
kV
mA
seconden
Bovenmolaar
kV
mA
seconden
34
De huidige systeemconfiguratie weergeven
Het Preva dentale röntgensysteem toont de huidige systeemconfiguratie.
Dit scherm is louter informatief.
1.
Selecteer in het hoofdmenu van de systeemconfiguratie, dat wordt
weergegeven in figuur 4, de optie CONFIGURE UNIT. U ziet het in figuur 7
geïllustreerde configuratiemenu.
2. Selecteer SHOW CONFIG. Het scherm toont:
De huidige softwareversie
De conusgrootte
Diagnosemodus aan of uit
3. Druk op een willekeurige knop van het bedieningspaneel om terug te keren
naar het configuratiemenu.
Figuur 7 Het
configuratiemenu
35
De conusgrootte wijzigen
Selecteer in het configuratiemenu (figuur 7) de optie SET CONFIG. Dit opent het
menu Set Configuration (figuur 8) met opties om de conusgrootte te wijzigen.
Het Preva dentale röntgensysteem is in de fabriek ingesteld voor gebruik met
de standaard geleverde conus van 20 cm. De conus van 30 cm (30-A2200) is
apart verkr
ijgbaar. Het gebruik van de langere conus vereist langere
belichtingstijden, die de Preva automatisch selecteert wanneer u in het menu
Set Configuration de conusgrootte wijzigt.
Het gebruik van
een conus van
30 cm
1. Selecteer in het hoofdmenu van de systeemconfiguratie, dat wordt
weergegeven in figuur 4, de optie CONFIGURE UNIT. U ziet het in figuur 7
geïllustreerde configuratiemenu.
2. Selecteer SET CONFIG. U ziet het in figuur 8
geïllustreerde menu Set
Configuration.
3. Gebruik in het menu Set Configuration de pijltjes om of op neer te gaan
naar 12” CONUS SIZE.
4.
Druk op het rechtse pijltje om 12” CONUS te selecteren. Het scherm
waarschuwt u dat de selectie van de conus van 30 cm de aangepaste
instellingen zal vervangen door de standaard fabrieksinstellingen voor de
conus van 30 cm.
5. Gebruik het opwaartse pijltje om YES te selecteren en de instellingen voor
de conus van 30 cm te installeren.
Figuur 8
Het menu Set
Configuration
36
Diagnosemodus
Over de
diagnosemodus
Het Preva dentale röntgensysteem heeft een diagnosemodus waarin u een
overzicht van onderhoudsgegevens kunt weergeven of na elke belichting
feedbackwaarden kunt raadplegen.
Het onderhouds-
overzicht
weergeven
1. Selecteer in het hoofdmenu van de systeemconfiguratie, dat wordt
weergegeven in figuur 4, de optie CONFIGURE UNIT. U ziet het in figuur
7 geïllustreerde configuratiemenu.
2. Selecteer SET CONFIG. U ziet het in figuur 8 geïllustreerde menu Set
Configuration.
3.
Om een overzicht van onderhoudsgegevens te openen, selecteert u
SHOW MAINT in het menu Configuration. De volgende
onderhoudsgegevens worden getoond:
Total KJ (kilojoules totale systeemwarmte op de röntgenbuis)
Exposure Count (aantal belichtingen)
Reboots (aantal keren dat het apparaat opgestart is)
OT Counts (aantal keren dat een grenswaarde overschreden
werd)
4. Druk op een willekeurige knop van het bedieningspaneel om terug te
keren naar het configuratiemenu.
37
Na een belichting
feedbackwaarden
weergeven
Als u in de diagnosemodus een röntgenopname maakt (met de stappen in
“Een röntgenopname maken”), toont het scherm de feedbackwaarden van de
belichting. Het scherm blijft na elke blootstelling feedbackwaarden tonen tot
u de diagnosemodus verlaat.
1.
Selecteer in het hoofdmenu van de systeemconfiguratie, dat wordt
weergegeven in figuur 4, de optie CONFIGURE UNIT. U ziet het in figuur
7 geïllustreerde configuratiemenu.
2. Selecteer SET CONFIG. U ziet het in figuur 8 geïllustreerde menu Set
Configuration.
3. Ga in het menu Set Configuration met de pijltjes op of neer om DIAG
MODE ON te selecteren. Druk op het rechtse pijltje om de
diagnosemodus in te schakelen.
4. Verlaat de systeemconfiguratiemodus door in het configuratiemenu en
het hoofdmenu EXIT te selecteren.
5. Bereid een belichting voor.
Het apparaat mag niet worden bediend in de significante
aanwezigheidszone. De operator van een intraoraal dentaal
röntgenapparaat moet 2 meter afstand tot het brandpunt bewaren en uit
het pad van de röntgenstraal blijven.
6. Voer een belichting uit.
Het scherm toont de volgende feedbackwaarden:
kV
mA
Gloeistroom
7.
Druk op een willekeurige knop van het bedieningspaneel om de
feedbackwaarden op het scherm te wissen.
8. Om de diagnosemodus te verlaten, drukt u de keuzeknoppen voor de
tand en de patiëntgrootte samen gedurende 5 seconden in, tot het
hoofdmenu van de systeemconfiguratie verschijnt. Selecteer in het
hoofdmenu van de systeemconfiguratie de optie CONFIGURE UNIT.
Selecteer vervolgens
SET CONFIG. Selecteer in het menu Set
Configuration de optie DIAG MODE OFF.
38
Specificaties
Preva dentaal röntgensysteem
Lijnspanning
100 tot 250 VAC, 50/60 Hz
Lijnbelasting
250 V, door UL erkend het wordt aanbevolen dat de stroomgroep
niet meer dan 15 A verbruikt
Maximale nominale spanning
van de buis
60 kV, 65 kV, 70 kV
Buisstroom
4 mA, 5 mA, 6 mA, 7 mA (7 mA is niet beschikbaar bij 70 kV.)
Bestralingstijd
20 ms tot 2 s
Maximale afwijking van de
opgegeven waarden
Piekvermogen van de buis, maximale afwijking: ±5%
Buisstroom, maximale afwijking: ±1 mA
Belichtingstijd: min 20 ms, max. 2 s, max. afwijking: ±5%+1 ms
Minimale afstand bron tot
huid
Conus van 20 cm
Conus van 30 cm
Brandpunt
0,4 mm (volgens IEC 60336)
Bedrijfstemperatuur
+10°C tot +35°C
Opslagtemperatuur
-35°C tot +66°C
Maximale hoogte
3.657 m
Diameter van de
röntgenstraal
Diameter van 7 cm aan het einde van de conus van 18 cm.
Er zijn conussen met een kleinere diameter of rechthoekige straal
verkrijgbaar.
Luchtvochtigheidsbereik
(in bedrijf en opslag)
10 tot 80% niet-condenserend
39
Verklaringen en informatie volgens 21 CFR Sub Chapter J
1020.30 (h) (1) (i)
Instructies voor het gebruik van de Preva en voorzorgsmaatregelen
maken deel uit van deze gebruikershandleiding.
1020.30 (h) (1) (ii)
Zoals beschreven in het gedeelte over aanbevolen onderhoud dient
de Preva jaarlijks een servicebeurt te krijgen om verzekerd te zijn
van een juiste werking. De eigenaar moet deze service laten
uitvoeren en verzekeren dat het personeel dat het uitvoert volledig
gekwalificeerd is voor het onderhoud van röntgenapparatuur van
Midmark Corporation.
1020.30 (h) (2) (i)
Techniekfactoren voor lekkage: 70 kV, 0,4 mA
Minimale filtratie (halfwaardelaag) in nuttige straal: 1,7 mm Al-
equivalent bij 70 kV
1020.30 (h) (2) (ii)
De koelcurvetabellen voor de anode zijn te vinden op pagina 40.
Door het geïntegreerde ontwerp van de Preva is er geen
betekenisvolle afzonderlijke koelcurve voor de behuizing van de
buis.
1020.30 (h) (2) (iii)
Omdat de Preva slechts in één modus als een hoogfrequent
röntgensysteem werkt als een compleet systeem, is een tabel met
buiswaarden niet nodig.
1020.30 (h) (3) (i)
Nominale lijnspanning: 110 V 230 V
Lijnspanningsvoorschrift: 10% van de nominale lijnspanning
1020.30 (h) (3) (ii) en (iii)
De maximale tijdelijke lijnspanning (minder dan 5 s) van de Preva
is 10 A bij werking op 120 V (1,2 kW). Werking op een hogere
ingangsspanning verlaagt de maximale stroom (5 A bij 240 V).
De techniekfactoren die de maximale tijdelijke lijnspanning
produceren zijn 65 kV, 7 mA, 2 s.
1020.30 (h) (3) (v)
De generatorwaarde bij de maximale techniekfactor van 65 kV, 7 mA
is 455 W. De arbeidscyclus is 1:15.
1020.30 (h) (3) (vi)
Maximale afwijking van de opgegeven waarden:
a) Piekvermogen van de buis, maximale afwijking: ±5%
b) Buisstroom, maximale afwijking: ±1 mA
c) Belichtingstijd: min 20 ms, max. 2 s, max. afwijking: ±5%+1 ms
1020.30 (h) (3) (viii)
Het meetcriterium voor alle techniekfactoren in de paragrafen (h)
(3) (iii) en (h) (3) (vi) is 90% van het geselecteerde piekvermogen
voor de buis.
40
Tabellen met thermische eigenschappen
Figuur 9
Tabel buiswaarden
voor Canon (Toshiba)
Figuur 10
Tabel buiswaarden
voor Kailong
Tabel met thermische eigenschappen
41
Verklaringen en informatie over de Canadese voorschriften ten
aanzien van straling producerende apparaten, deel II van schema II
Specificaties Preva
2(h)(i)-(iv)
Voor iedere röntgenbuis:
Grootte nominale brandpunt: is 0,4 mm.
Koelcurven voor de anode en behuizing van de röntgenbuis: raadpleeg de tabel met
thermische eigenschappen in het gedeelte Specificaties
van deze handleiding.
Tabellen röntgenbuiswaarden: raadpleeg de waarden voor röntgenbuis in het gedeelte
Specificaties van de Installatie- en servicehandleiding van de Preva (00-02-1577).
Brandpuntpositie: de volgende illustratie toont de brandpuntpositie en de
brandpuntmarkeringen op de Preva buiskop.
2(i)
Arbeidscycli: 1:15
Correctietype: Constante spanning, hoge frequentie
Generatorwaarde: 60 kV, 65 kV, 70 kV
2(j)
Het volgende is vereist voor gebruik van de apparatuur bij de maximale lijnspanning:
Nominale lijnspanning: 110 tot 230 VAC, 50/60 Hz
Maximale lijnstroom: 10 A
Lijnspanningsvoorschrift: 10% van de nominale lijnspanning
2(k)
Laadfactoren die de voorwaarde voor maximale lijnstroom vormen voor de
röntgengenerator: 65 kV, 7 mA, 2 s
2(l)
Aanbevolen laadfactoren voor iedere patiëntgrootte: raadpleeg het gedeelte
Systeemconfiguratie van deze gebruikershandleiding.
42
2(o)
Het bedieningsbereik en de maximale afwijking van iedere instelling binnen het
bedieningsbereik voor iedere laadfactor worden hieronder vermeld:
Factor
Nominale waarde
Afwijking
Piekvermogen van
de buis
60 kV, 65 kV, 70 kV
±5%
Buisstroom
4 mA, 5 mA, 6 mA, 7 mA
Opmerking: 7 mA is niet
beschikbaar bij 70 kV.
±20%
Belichtingstijd
min 20 ms, max. 2 s
±5% van 20 ms, afhankelijk
van wat meer is
2(q)
Verwijderbare veiligheidsvoorzieningen: de modulaire straalbegrenzers (BLD's) die
verkrijgbaar zijn voor gebruik bij Preva worden beschreven in het gedeelte
Productbeschrijving en per artikelnummer opgesomd in het gedeelte
Gecertificeerde componenten van deze gebruikershandleiding. Informatie over de
effectiviteit van de BLD's vindt u in het gedeelte Dosisinformatie. Instructies voor
vervanging van de begrenzers worden gegeven in Technical Advisory Notice (TAN)
55-60-004 die verkrijgbaar is in de Technische bibliotheek op Midmark.com.
3(a)
Vorm en afmetingen van het uitgangsveld: de vorm en afmetingen van het
uitgangsveld worden bepaald door de grootte van de modulaire straalbegrenzer (BLD).
Raadpleeg het gedeelte
Gecertificeerde componenten van deze gebruikershandleiding
voor een lijst met beschikbare BLD-grootten.
3(b)(ii)
Nominale bereik voor kerma in lucht voor de röntgenbeeldreceptor dat nodig is voor
het beoogde gebruik: raadpleeg het gedeelte Dosisinformatie van deze
gebruikershandleiding. Raadpleeg voor de toegediende dosis bij gebruik van de
ClearVision-sensor het gedeelte Dosisinformatie van de Installatie- en
gebruikershandleiding bij ClearVision (00-02-1663).
3(b)(iii)
Aanbevelingen voor typische laadfactoren bij bepaalde afstanden tussen het brandpunt
en de huid van 20 cm waarmee de kerma in lucht wordt bereikt waarnaar in
subparagraaf (ii) wordt verwezen: raadpleeg het gedeelte
Dosisinformatie van deze
gebruikershandleiding.
3(c)
De methode waarmee de afstand tussen het brandpunt en de huid kan worden
bepaald met de brandpuntindicatoren, wordt bepaald door de lengte van de
straalbegrenzer (BLD). Raadpleeg het gedeelte
Gecertificeerde componenten van
deze gebruikershandleiding voor een lijst met beschikbare BLD-grootten.
3(e)(i)
Raadpleeg het gedeelte Dosisinformatie van deze gebruikershandleiding voor de
kerma in lucht bij een gegeven afstand vanaf het brandpunt voor iedere selecteerbare
combinatie van laadfactoren.
3(e)(ii)
De maximale afwijking van de kerma in lucht: raadpleeg het gedeelte Dosisinformatie
van deze gebruikershandleiding.
43
Dosisinformatie
De output van de röntgenbuis wordt gedefinieerd als het quotiënt van de kerma in lucht op een gegeven
afstand van het brandpunt van de röntgenbuis en het product van buisstroom en belichtingstijd.
De output van Preva röntgenbuis op 20 cm wordt gegeven in de volgende tabel.
Tabel 1: Output van Preva röntgenbuis op 20 cm van het brandpunt van de röntgenbuis
Piekspanning van de röntgenbuis 60 kV 65 kV 70 kV
Output röntgenbuis
1,374 mGy·mA¹·s¹ 1,560 mGy·mA¹·s¹ 1,783 mGy·mA¹·s¹
De output van de Preva röntgenbuis is niet gekalibreerd op de vermelde waarden en kan veranderen
tijdens de levensduur van het product. De vermelde gegevens zijn gebaseerd op statistische analyse van
een beperkt aantal metingen van een beperkt aantal Preva intraorale röntgensystemen. De maximale
afwijking van de geschatte waarde is niet meer dan 40% met een betrouwbaarheid van 99,9%.
De gekalibreerde meetapparatuur moet periodiek en minstens een keer per jaar worden gebruikt om
nauwkeurige waarden te verkrijgen voor de output van de röntgenbuis en kerma in lucht voor iedere
afzonderlijke machine ten aanzien van de gewenste techniekfactoren.
De invallende kerma in lucht wordt gedefinieerd als de kerma in lucht van een invallende röntgenstraal
gemeten op de centrale as van de straal op de plaats van het patiëntoppervlak. Daarbij telt alleen de
invallende straling op de patiënt of een fantoom en niet de teruggekaatste straling.
De invallende kerma in lucht van Preva op 20 cm van het brandpunt van de röntgenbuis wordt weergegeven
in de volgende tabel. De waarden worden berekend op basis van de output van de röntgenbuis.
Tabel 2: Invallende kerma in lucht van Preva op 20 cm van het brandpunt van de röntgenbuis
Belichtingstijd
60 kV 65 kV 70 kV
4 mA 5 mA 6 mA 7 mA 4 mA 5 mA 6 mA 7 mA 4 mA 5 mA 6 mA
0,020 s 0,110 mGy 0,137 mGy 0,165 mGy 0,192 mGy 0,125 mGy 0,156 mGy 0,187 mGy 0,218 mGy 0,143 mGy 0,178 mGy 0,214 mGy
0,025 s 0,137 mGy 0,172 mGy 0,206 mGy 0,240 mGy 0,156 mGy 0,195 mGy 0,234 mGy 0,273 mGy 0,178 mGy 0,223 mGy 0,267 mGy
0,032 s 0,176 mGy 0,220 mGy 0,264 mGy 0,308 mGy 0,200 mGy 0,250 mGy 0,300 mGy 0,349 mGy 0,228 mGy 0,285 mGy 0,342 mGy
0,040 s 0,220 mGy 0,275 mGy 0,330 mGy 0,385 mGy 0,250 mGy 0,312 mGy 0,374 mGy 0,437 mGy 0,285 mGy 0,357 mGy 0,428 mGy
0,050 s 0,275 mGy 0,344 mGy 0,412 mGy 0,481 mGy 0,312 mGy 0,390 mGy 0,468 mGy 0,546 mGy 0,357 mGy 0,446 mGy 0,535 mGy
0,064 s 0,352 mGy 0,440 mGy 0,528 mGy 0,616 mGy 0,399 mGy 0,499 mGy 0,599 mGy 0,699 mGy 0,456 mGy 0,571 mGy 0,685 mGy
0,080 s 0,440 mGy 0,550 mGy 0,660 mGy 0,769 mGy 0,499 mGy 0,624 mGy 0,749 mGy 0,874 mGy 0,571 mGy 0,713 mGy 0,856 mGy
0,100 s 0,550 mGy 0,687 mGy 0,824 mGy 0,962 mGy 0,624 mGy 0,780 mGy 0,936 mGy 1,092 mGy 0,713 mGy 0,892 mGy 1,070 mGy
0,125 s 0,687 mGy 0,859 mGy 1,031 mGy 1,202 mGy 0,780 mGy 0,975 mGy 1,170 mGy 1,365 mGy 0,892 mGy 1,114 mGy 1,337 mGy
0,160 s 0,879 mGy 1,099 mGy 1,319 mGy 1,539 mGy 0,998 mGy 1,248 mGy 1,498 mGy 1,747 mGy 1,141 mGy 1,426 mGy 1,712 mGy
0,200 s 1,099 mGy 1,374 mGy 1,649 mGy 1,924 mGy 1,248 mGy 1,560 mGy 1,872 mGy 2,184 mGy 1,426 mGy 1,783 mGy 2,140 mGy
0,250 s 1,374 mGy 1,718 mGy 2,061 mGy 2,405 mGy 1,560 mGy 1,950 mGy 2,340 mGy 2,730 mGy 1,783 mGy 2,229 mGy 2,675 mGy
0,320 s 1,759 mGy 2,198 mGy 2,638 mGy 3,078 mGy 1,997 mGy 2,496 mGy 2,995 mGy 3,494 mGy 2,282 mGy 2,853 mGy 3,423 mGy
0,400 s 2,198 mGy 2,748 mGy 3,298 mGy 3,847 mGy 2,496 mGy 3,120 mGy 3,744 mGy 4,368 mGy 2,853 mGy 3,566 mGy 4,279 mGy
0,500 s 2,748 mGy 3,435 mGy 4,122 mGy 4,809 mGy 3,120 mGy 3,900 mGy 4,680 mGy 5,460 mGy 3,566 mGy 4,458 mGy 5,349 mGy
0,640 s 3,517 mGy 4,397 mGy 5,276 mGy 6,156 mGy 3,994 mGy 4,992 mGy 5,990 mGy 6,989 mGy 4,564 mGy 5,706 mGy 6,847 mGy
0,800 s 4,397 mGy 5,496 mGy 6,595 mGy 7,694 mGy 4,992 mGy 6,240 mGy 7,488 mGy 8,736 mGy 5,706 mGy 7,132 mGy 8,558 mGy
1,000 s 5,496 mGy 6,870 mGy 8,244 mGy 9,618 mGy 6,240 mGy 7,800 mGy 9,360 mGy 10,920 mGy
7,132 mGy 8,915 mGy 10,698 mGy
1,250 s 6,870 mGy 8,588 mGy 10,305 mGy
12,023 mGy
7,800 mGy 9,750 mGy 11,700 mGy
13,650 mGy
8,915 mGy 11,144 mGy
13,373 mGy
1,600 s 8,794 mGy 10,992 mGy
13,190 mGy
15,389 mGy
9,984 mGy 12,480 mGy
14,976 mGy
17,472 mGy
11,411 mGy
14,264 mGy
17,117 mGy
2,000 s 10,992 mGy
13,740 mGy
16,488 mGy
19,236 mGy
12,480 mGy
15,600 mGy
18,720 mGy
21,840 mGy
14,264 mGy
17,830 mGy
21,396 mGy
Opmerking: Röntgen (R), de verouderde eenheid voor blootstellingshoeveelheid, werd gebruikt vóór de eenheid
kerma in lucht. Blootstellingswaarden in röntgen kunnen worden omgezet in kerma in lucht met de formule
0,876×10
–2
Gy/R. Op vergelijkbare wijze kunnen waarden voor kerma in lucht worden omzet in blootstelling
in röntgen met de formule 114 R/Gy
44
Midmark
1001 Asbury Drive
Buffalo Grove, IL 60089
VS
Telefoon: 847-415-9800
Fax: 847.415-9801
www.midmark.com
Technische bibliotheek
www.midmark.com/technical-library
Technische ondersteuning
(800) 643-6275
www.midmark.com/service-support
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Midmark Preva Intraoral X-ray System Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor