Nederlands Blz. 12
C. Montage
• Arrêteer de schakelnok (A) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
• Stel indien nodig de positie van de poort POORT-TOE met de
regelschroef (K) op de schakelnok juist af.
7.2.2 Instelling van de eindschakelaar SKS-STOP
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (E) los.
• Stel de schakelnok (E) zo in dat de eindschakelaar SKS-STOP (G)
ca. 5 cm, voor het afsluitprofiel de bodem raakt, bediend wordt.
• Arrêteer de schakelnok (E) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
7.2.3 Instelling softloop POORT-TOE
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (C) los
• Stel de schakelnok (C) zo in dat de eindschakelaar ca. 0,5 – 0,7 m, voor
de poort de eindstand POORT-TOE bereikt, bediend wordt (positie H).
• Arrêteer de schakelnok (C) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
7.2.4 Instelling van de eindpositie POORT-OPEN
• Breng de poort met de hand in de mechanische eindstand
POORT-OPEN.
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (B) los.
• Stel de schakelnok (B) zo in dat de eindschakelaar POORT-OPEN (G)
zoals in afb. 7.2.4 (positie H) bediend wordt.
• Arrêteer de schakelnok (B) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
• Stel indien nodig de positie van de poort POORT-OPEN met de
regelschroef (K) op de schakelnok juist af.
7.2.5 Instelling softloop POORT-OPEN
• Maak het arrêt (stifttap (J)) van de schakelnok (D) los
• Stel de schakelnok (D) zo in dat de eindschakelaar ca. 0,7 – 1 m, voor
de poort de eindstand POORT-OPEN bereikt, bediend wordt (positie H)
• Arrêteer de schakelnok (D) door de stifttap (J) opnieuw vast te draaien.
• Monteer vervolgens het behuizingsdeksel opnieuw.
Nederlands Blz. 13
C. Montage
Uitvoering noodhandketting (NHK):
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linkerzijde!
I= Poort toe II= Poort open
O
8
Opgelet!
Let er voor het verbinden van de noodhandketting
met het meegeleverde kettingeind op dat de
ketting niet verdraaid gemonteerd wordt.
Met een verdraaide ketting kunnen functiestoringen optreden bij het
bedienen van de noodhandketting.
Bij de bediening van de noodhandketting wordt de aandrijving
elektrisch uitgeschakeld!
O
9
Uitvoering snelontgrendeling (SE):
Afgebeeld is de inbouw van de aandrijving op de linkerzijde!
Opgelet!
Respecteer de voorschriften (specifiek voor
‘het land) voor veerbreukbeveiligingen of
vanginrichtingen.
Aandrijving ontgrendelen:
• Trek de trekkabel met de rode klok (I) naar beneden.
Aandrijving opnieuw in functie brengen:
• Trek de trekkabel met de groene klok (II) naar beneden.
Opgelet!
De snelontgrendeling mag alleen in de positie
POORT TOE bediend worden!