Progress PBD46102X Handleiding

Type
Handleiding
PBD46102X
Gebruiksaanwijzing
Stoomoven
INHOUDSOPGAVE
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 4
Beschrijving van het product 7
Bedieningspaneel 8
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt
10
Dagelijks gebruik 11
Klokfuncties 13
Automatische programma's 16
Gebruik van de accessoires 17
Extra functies 21
Aanwijzingen en tips 23
Onderhoud en reiniging 47
Probleemoplossing 51
Energiezuinigheid 54
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie
en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor verwondingen of schade die voortvloeit
uit de onjuiste installatie of het onjuiste gebruik. Bewaar de
instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor
toekomstig gebruik.
De veiligheid van kinderen en kwetsbare personen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt
van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij voortdurend
onder toezicht staan, bij het apparaat uit de buurt te
worden gehouden.
Laat kinderen niet spelen met het apparaat.
Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.
2 Progress
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als het in werking is of afkoelt. Makkelijk toegankelijke
onderdelen kunnen heet worden tijdens gebruik.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient dit te
worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
Algemene veiligheid
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat
en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient te
voorkomen de verwarmingselementen aan te raken.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de
stekker van het apparaat uit het stopcontact trekken.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat het apparaat is
uitgeschakeld voordat u de lamp vervangt om elektrische
schokken te voorkomen.
Gebruik het apparaat niet voordat u het in de ingebouwde
structuur installeert.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te
maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
metalen schrapers om de glazen deur schoon te maken,
deze kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak,
waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon
deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te
voorkomen.
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de voorkant
van de inschuifrail en dan de achterkant uit de zijwanden.
Installeer de inschuifrails in de omgekeerde volgorde.
Progress 3
Gebruik alleen de vleesthermometer
(kerntemperatuursensor) die voor dit apparaat wordt
aangeraden.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Installatie
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus
mag het apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
Installeer het apparaat op een veilige
en geschikte plaats die aan alle
installatie-eisen voldoet.
Het apparaat is uitgerust met een
elektrisch koelsysteem. Het heeft
elektrische stroom nodig.
De stevigheid van de inbouwkast moet
voldoen aan de DIN 68930-norm.
Minimumhoogte kast
(Minimumhoogte
kast onder werkblad)
600 (600) mm
Kastbreedte 550 mm
Kastdiepte 605 (580) mm
Hoogte van de voor‐
kant van het appa‐
raat
594 mm
Hoogte van de ach‐
terkant van het appa‐
raat
576 mm
Breedte van de voor‐
kant van het appa‐
raat
549 mm
Breedte van de ach‐
terkant van het appa‐
raat
548 mm
Diepte van het appa‐
raat
567 mm
Ingebouwde diepte
van het apparaat
546 mm
Diepte met open
deur
1017 mm
Minimumgrootte ven‐
tilatieopening. Ope‐
ning geplaatst aan
de onderkant van de
achterzijde
550 x 20 mm
Lengte netvoedings‐
kabel. Kabel wordt in
de rechterhoek van
de achterzijde ge‐
plaatst
1500 mm
Bevestigingsschroe‐
ven
4 x 12 mm
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING! Gevaar
voor brand en elektrische
schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromonteur
worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
4 Progress
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren door
onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat of
de niche onder het apparaat, met name
niet als deze werkt of als de deur heet
is.
De schokbescherming van delen onder
stroom en geïsoleerde delen moet op
zo'n manier worden bevestigd dat het
niet zonder gereedschap kan worden
verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op een
losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
Gebruik enkel correcte
isolatievoorzieningen:
stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de
houder worden verwijderd),
aardlekschakelaars en contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het
apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Dit apparaat wordt geleverd met
stekker en netsnoer.
Gebruik
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel, brandwonden,
elektrische schokken of een
explosie.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor
huishoudelijk gebruik.
De specificatie van dit apparaat niet
wijzigen.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
niet geblokkeerd zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Oefen geen kracht uit op een
geopende deur.
Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-
luchtmengsel ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
Om schade of verkleuring van het
email te voorkomen:
zet geen kookgerei of andere
voorwerpen direct op de bodem
van het apparaat.
leg geen aluminiumfolie op de
bodem van de ruimte in het
apparaat.
plaats geen water direct in het hete
apparaat.
haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
wees voorzichtig bij het verwijderen
of bevestigen van accessoires.
Verkleuring van het email of roestvrij
staal is niet van invloed op de werking
van het apparaat.
Progress 5
Gebruik een diepe pan voor vochtige
taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd om
mee te koken. Het mag niet worden
gebruikt voor andere doeleinden, zoals
het verwarmen van een kamer.
Alle bereidingen moeten worden
uitgevoerd met gesloten ovendeur.
Als het apparaat achter een
meubelpaneel gemonteerd is (bijv. een
deur), zorg er dan voor dat de deur
nooit gesloten is als het apparaat in
werking is. Warmte en vocht kunnen
achter een gesloten meubelpaneel
ophopen en schade aan het apparaat,
de behuizing of de vloer veroorzaken.
Sluit het meubelpaneel niet tot het
apparaat volledig afgekoeld is na
gebruik.
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel, brand en schade
aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld. Er bestaat een risico dat de
glasplaten kunnen breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met een erkend
servicecentrum.
Wees voorzichtig als u de deur van het
apparaat verwijdert. De deur is zwaar!
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Reinig het apparaat met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Raadpleeg, als u een ovenspray
gebruikt, eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
Reinig niet het katalytisch email (indien
van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
Bereiding met stoom
WAARSCHUWING! Gevaar
voor brandwonden en schade
aan het apparaat.
Vrijgekomen stoom kan brandwonden
veroorzaken:
Wees voorzichtig met het openen
van de deur van het apparaat als
de functie is geactiveerd. Er kan
stoom vrijkomen.
De deur van het apparaat
voorzichtig openen na de bereiding
met stoom.
Binnenverlichting
WAARSCHUWING! Gevaar
voor elektrische schokken.
Het type gloeilampje of halogeenlampje
dat voor dit apparaat wordt gebruikt, is
alleen geschikt voor huishoudelijke
apparaten. Gebruik deze niet voor
andere doeleinden.
Voordat u het lampje vervangt, dient u
de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
Service
Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat
af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren
6 Progress
binnen in het apparaat vast komen te
zitten.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
21
10
9
5
4
3
2
1
5
4
6
7
8
3
1
Bedieningspaneel
2
Elektronische tijdschakelklok
3
Waterreservoir
4
Opening voor kerntemperatuursensor
5
Verwarmingselement
6
Lamp
7
Ventilator
8
Pijpje ontkalken
9
Verwijderbare inschuifrail
10
Roosterhoogtes
Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Grill-/braadpan
Voor braden en roosteren of als pan om
vet op te vangen
Voedselsensor
Om de temperatuur binnenin het voedsel
te meten.
Progress 7
BEDIENINGSPANEEL
Elektronische programmeur
21 3 4 5 6 7 8 9 10
Gebruik de tiptoetsen om de oven te bedienen.
Tip‐
toets
Functie Beschrijving
1
- Display Toont de huidige instellingen van de oven.
2
AAN / UIT De oven in- en uitschakelen.
3
Opties Om een verwarmingsfunctie of een automatisch
programma in te stellen.
4
Mijn favoriete pro‐
gramma
Het opslaan van uw favoriete programma's. Ge‐
bruik deze functie om uw favoriete programma
rechtstreeks te openen, ook als de oven is uitge‐
schakeld.
5
Temperatuur / Snel
opwarmen
Voor het instellen of controleren van de tempera‐
tuur.
Houd ingedrukt gedurende drie seconden om de
functie in en uit te schakelen: Snel opwarmen.
6
Omhoog, omlaag Omhoog of omlaag gaan in het menu.
7
OK De selectie of instelling bevestigen.
8
Ovenlamp De ovenverlichting in- en uitschakelen.
9
Klok De klokfuncties instellen.
10
Kookwekker De Kookwekker instellen.
8 Progress
Display
A B C
DEFG
A. Ovenfunctiesymbool
B. Display van temperatuur/tijd
C. Weergave Klok/restwarmte/
kookwekker
D. Weergave restwarmte / Weergave
waterniveau
E. Indicatielampjes voor de klokfuncties
F. Opwarmindicatie/Snel opwarmen-
indicatie
G. Nummer van een ovenfunctie/het
programma
Andere indicaties op het display:
Sym‐
bool
Naam Beschrijving
Functies U kunt een ovenfunctie kiezen.
Automatisch programma U kunt een automatisch programma kie‐
zen.
Mijn favoriete programma Het programma Favoriet is in werking.
/
kg / g Een automatisch programma met gewicht‐
invoer is in werking.
/
u / min Een klokfunctie is in werking.
Temperatuur / Snel opwarmen De functie werkt.
Huishoudelijk De actuele temperatuur wordt aangege‐
ven.
Huishoudelijk U kunt deze temperatuur wijzigen.
Vleesthermometer De vleesthermometer bevindt zich in de
aansluiting voor de vleesthermometer.
Binnenverlichting U hebt het licht uitgeschakeld.
Kookwekker De kookwekker staat aan.
Waterlade-aanduiding Toont het waterniveau
Voorverwarmindicatie
Als u de verwarmingsfunctie inschakelt,
verschijnt . De balkjes geven aan dat de
temperatuur in de oven toe- of afneemt.
Wanneer de oven de ingestelde
temperatuur heeft bereikt, verdwijnen de
balkjes van het display.
Progress 9
VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER
GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Raadpleeg voor het instellen
van de dagtijd het hoofdstuk
"Klokfuncties".
Eerste reiniging
Verwijder all accessoires en verwijderbare
inschuifrails uit de oven.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en
reiniging'.
Reinig de oven en accessoires voor het
eerste gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
De waterhardheid instellen
Als u de stekker van de oven in het
stopcontact steekt, dan moet u de
waterhardheid instellen.
De tabel hieronder toont het
waterhardheidbereik met de
overeenkomstige kalkafzetting (dH) en de
kwaliteit van het water.
Waterhardheid Kalkafzetting
(mmol/l)
Kalkafzetting
(mg/l)
Waterclas‐
sificatie
Klasse dH
1 0 - 7 0 - 1,3 0 - 50 Zacht
2 7 - 14 1,3 - 2,5 50 - 100 Gematigd
hard
3 14 - 21 2,5 - 3,8 100 - 150 Hard
4 meer dan
21
meer dan 3,8 meer dan 150 Zeer hard
Als de waterhardheid de waarden in de
tabel overschrijdt, vult u de waterlade met
fleswater.
1. Pak de vierkleurenstrip die met de
stoomset van de oven is meegeleverd.
2. Steek alle reactiezones van de strip
gedurende ongeveer 1 seconde in het
water.
Houd de strip niet onder stromend
water.
3. Schud de strip om het overtollige water
te verwijderen.
4. Wacht 1 minuut en controleer de
waterhardheid met de onderstaande
tabel.
De kleuren van de reactiezones blijven
veranderen. Controleer de
waterhardheid niet als de test langer
dan 1 minuut geleden plaatshad.
5. Stel de waterhardheid in:
instellingenmenu.
Raadpleeg het menu 'De instellingen
gebruiken' in het hoofdstuk 'Overige
functies'.
Teststrip Waterhardheid
1
2
3
4
U kunt de waterhardheid wijzigen in het
instelmenu.
10 Progress
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Verhittingsfuncties
Ovenfunctie Applicatie
Hetelucht
Bakken op maximaal drie
rekstanden tegelijkertijd
en voedsel drogen.
Stel de temperatuur 20 -
40 °C lager in dan voor
Boven + onderwarmte.
Pizza-functie
Voor het bakken van piz‐
za. Voor intensieve brui‐
ning en een knapperige
bodem.
Lage tempe‐
ratuur garen
Voor het bereiden van
mals en sappig braad‐
vlees.
Boven + on‐
derwarmte
Voor het bakken en bra‐
den op één ovenniveau.
Bevroren ge‐
rechten
Om kant-en-klaar-ge‐
rechten (bijv. patat, aard‐
appelpartjes of loempi‐
a's) krokant te maken.
Grillen
Om plat voedsel te grillen
en brood te roosteren.
Circulaviegrill
Voor het braden van gro‐
tere stukken vlees of ge‐
vogelte met botten op
één niveau. Voor gratine‐
ren en bruinen.
Onderwarmte
Voor het bakken van
taarten met een knappe‐
rige bodem en het inma‐
ken van voedsel.
Ovenfunctie Applicatie
Ontdooien
Om voedsel te ontdooien
(groenten en fruit). De
ontdooitijd hangt af van
de hoeveelheid en dikte
van het voedsel.
Warmelucht
(vochtig)
Deze functie is ontwor‐
pen om tijdens de berei‐
ding energie te besparen.
Zie het hoofdstuk 'Hints
and tips’, Warmelucht
(vochtig) voor bereidings‐
instructies. De ovendeur
dient tijdens de bereiding
gesloten te zijn zodat de
functie niet wordt onder‐
broken en om ervoor te
zorgen dat de oven werkt
op de hoogst mogelijke
energie-efficiëntie. Bij het
gebruik van deze functie
kan de temperatuur in de
ruimte verschillen van de
ingestelde temperatuur.
De restwarmte wordt ge‐
bruikt.Het verwarmings‐
vermogen kan worden
verminderd. Zie voor al‐
gemene aanbevelingen
voor energiebesparing
het hoofdstuk ‘Energie-
efficiëntie’, Energiebe‐
sparing. Deze functie
wordt gebruikt om de
energie-efficiëntieklasse
vast te stellen overeen‐
komstig EN 60350-1. Bij
gebruik van deze functie
gaat de verlichting na 30
seconden automatisch
uit.
Progress 11
Ovenfunctie Applicatie
Brood bakken
Gebruik deze functie
voor brood en broodjes
met een heel goed bijna
professioneel resultaat
qua krokantheid, kleur en
bruine korst.
Warm hou‐
den
Om het voedsel warm te
houden.
Regenereren
Het opwarmen van voed‐
sel met stoom voorkomt
dat het oppervlak uit‐
droogt. De warmte wordt
op behoedzaam en ge‐
lijkmatig verdeeld en
geeft het voedsel de
smaak en het aroma als‐
of het net is bereid. Deze
functie kan gebruikt wor‐
den om eten direct op
een bord te verwarmen.
Met verschillende roos‐
terhoogtes kunt u meer‐
dere borden tegelijkertijd
opwarmen.
Lage vochtig‐
heid
Voor het bakken van
brood, het braden van
grote stukken vlees of
het opwarmen van ge‐
koelde en bevroren maal‐
tijden.
Hoge vochtig‐
heid
Voor gerechten met hoog
vochtgehalte, custard en
terrines, en voor het po‐
cheren van vis.
Stoom
Voor groenten, vis, aard‐
appelen, rijst, pasta of
speciale bijgerechten.
De lamp kan tijdens bepaalde
ovenfuncties automatisch
uitgaan bij een temperatuur die
lager is dan 60° C.
De verwarmingsfunctie instellen
1. Schakel de oven in met .
Het display geeft de ingestelde
temperatuur, het symbool en het nummer
van de verwarmingsfunctie weer.
2. Druk op of om een
verwarmingsfunctie in te stellen.
3. Druk op . Anders start de oven na 5
seconden automatisch.
Als u de oven activeert en geen
verwarmingsfunctie of programma instelt,
wordt de oven na 20 seconden
automatisch uitgeschakeld.
Temperatuur wijzigen
Druk op of om de temperatuur in
stappen te wijzigen: 5 °C.
Als de oven een ingestelde temperatuur
heeft bereikt, klinkt er een signaal en
verdwijnt de opwarmaanduiding.
Temperatuur opvragen
U kunt de huidige temperatuur in de oven
controleren als de functie of het
programma in werking is.
1. Druk op .
Het display geeft de temperatuur in de
oven aan.
Raak nogmaals aan om de ingestelde
temperatuur te wijzigen.
2. Druk op of het display toont weer
na 5 seconden automatisch de
ingestelde temperatuur.
Snel opwarmen
Leg geen voedsel in de oven wanneer de
functie Snel opwarmen is ingeschakeld.
De functie Snel opwarmen is maar op een
aantal opwarmingsfuncties beschikbaar.
Als de fouttoon in het instellingenmenu
ingeschakeld staat, klinkt het signaal als
de functie Snel opwarmen voor de
ingestelde functie beschikbaar is.
Raadpleeg het menu 'De instellingen
gebruiken' in het hoofdstuk 'Overige
functies'.
12 Progress
De functie Snel opwarmen verkort de
opwarmtijd.
Om de functie Snel opwarmen in te
schakelen drukt u op en houdt u deze
langer dan 3 seconden vast.
Als de functie Snel opwarmen is
ingeschakeld toont het display
knipperende balken.
Bereiding met stoom
De klep van de waterlade bevindt zich in
het bedieningspaneel.
WAARSCHUWING! Gebruik
uitsluitend koud leidingwater.
Gebruik geen gefilterd
(gedemineraliseerd) of
gedistilleerd water. Gebruik
geen andere vloeistoffen.
Schenk geen ontvlambare of
alcoholische vloeistoffen in de
waterlade.
1. Druk op het deksel van de waterlade
om deze te openen.
2. Vul de waterlade tot het maximale
niveau (ongeveer 950 ml water) met
koud water tot het geluidssignaal klinkt
of het display het bericht toont.
De watervoorraad is voldoende voor
ca. 50 minuten.
Vul de waterlade niet verder dan zijn
maximum capaciteit. Er is een risico
op waterlekkage, overstroming en
beschadiging van meubels.
3. Plaats het waterreservoir terug op zijn
oorspronkelijke plaats.
4. Oven inschakelen.
5. Stel de stoomverwarmingsfunctie en
de temperatuur in.
6. Stel zo nodig de functie in: Duur of:
Eindtijd .
De stoom verschijnt na ca. 2 minuten. Als
de oven de ingestelde temperatuur
bereikt, klinkt er een geluidssignaal.
Als de waterlade droog komt te staan,
klinkt het geluidssignaal en moet de
waterlade zoals hierboven beschreven
bijgevuld worden om het stoomkoken
voort te zetten.
Aan het einde van de kooktijd klinkt er een
geluidssignaal.
7. Oven uitschakelen.
8. Leeg de waterlade wanneer u klaar
bent met stomen.
Raadpleeg de reinigingsfunctie:
Reservoir ledigen.
LET OP! De oven is heet.
Er bestaat
verbrandingsgevaar. Wees
voorzichtig als u de
waterlade ledigt.
9. Na bereiding met stoom kan er stoom
op de bodem van de ruimte
condenseren. Droog de bodem van de
ruimte altijd als de oven koud is.
Laat de oven volledig uitdrogen met de
deur geopend.
Om het drogen te verspoedigen kunt u de
deur sluiten en de oven verwarmen met
de functie: Hetelucht bij een temperatuur
van 150 °C gedurende circa 15 minuten.
KLOKFUNCTIES
Tabel met klokfuncties
Klokfunctie Applicatie
Tijdstip van de dag Met deze functie kunt u de dagtijd weergeven of verande‐
ren. U kunt de dagtijd alleen wijzigen als de oven aan‐
staat.
Duur Instellen hoe lang de oven in werking is.
Progress 13
Klokfunctie Applicatie
Eindtijd Instellen als de oven uitstaat.
Vertragingstijd Om de Duur en Eindtijd-functie te combineren.
Set + Go Om de oven op een later tijdstip met één aanraking van
het sensorveld met de benodigde instellingen aan te zet‐
ten.
Kookwekker Voor het instellen van een afteltijd. Deze functie heeft
geen invloed op de werking van de oven. U kunt de Kook‐
wekker op elk gewenst moment instellen, ook als de oven
uit staat.
00:00 Timer met optel‐
functie
Om de optelfunctie in te stellen, die toont hoelang de oven
in werking is. Deze wordt onmiddellijk ingeschakeld wan‐
neer de oven begint met opwarmen. De Timer met optel‐
functie wordt niet ingeschakeld als Duur en Eindtijd inge‐
steld zijn. Deze functie heeft geen invloed op de werking
van de oven.
Dagtijd instellen en wijzigen
Wacht bij eerste aansluiting op de stroom
totdat het display en 12:00 weergeeft.
12" knippert.
1. Druk op of om de uren in te
stellen.
2. Druk op .
3. Druk op of om de minuten in te
stellen.
4. Druk op .
Op het display verschijnt de nieuwe tijd.
Druk om de dagtijd te wijzigen
herhaaldelijk op totdat begint te
knipperen.
Instellen van de Duur
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Blijf op drukken totdat begint te
knipperen.
3. Druk op of om de minuten voor
Duur in te stellen.
4. Druk op of Duur start automatisch
na 5 seconden.
5. Druk op of om de uren voor
Duur in te stellen.
6. Druk op of Duur start automatisch
na 5 seconden.
Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende 2 minuten een
geluidssignaal. Het display geeft
knipperend en de tijdinstelling weer. De
oven gaat uit.
7. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
8. Oven uitschakelen.
Instellen van de Eindtijd
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Blijf op drukken totdat begint te
knipperen.
3. Druk op of om de Eindtijd in te
stellen en druk op . U stelt eerst de
minuten en dan de uren in.
Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende 2 minuten een
geluidssignaal. Het display geeft
knipperend en de tijdinstelling weer. De
oven wordt automatisch uitgeschakeld.
14 Progress
4. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
5. Oven uitschakelen.
Instellen Vertragingstijd
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Blijf op drukken totdat begint te
knipperen.
3. Druk op of om de minuten voor
Duur in te stellen.
4. Druk op .
5. Druk op of om de uren voor
Duur in te stellen.
6. Druk op .
Op het display knippert .
7. Druk op of om de Eindtijd in te
stellen en druk op . U stelt eerst de
minuten en dan de uren in.
De oven gaat later automatisch aan, werkt
voor de ingestelde Duuren stopt op de
ingestelde Eindtijd. Wanneer de
ingestelde tijd is verlopen, klinkt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal.
Het display geeft knipperend
en de
tijdinstelling weer. De oven wordt
automatisch uitgeschakeld.
8. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
9. Oven uitschakelen.
Wanneer de Vertragingstijd-
functie wordt ingeschakeld,
geeft het display een symbool
van de verhittingsfunctie weer,
met een punt en . De
punt geeft aan welke
klokfunctie zich op het display
voor de klok-/restwarmte
bevindt.
Instellen Set + Go
U kunt de Set + Go-functie alleen
gebruiken als de Duur is ingesteld.
1. Stel een verwarmingsfunctie en
temperatuur in.
2. Stel de Duur in.
3. Druk herhaaldelijk op tot op het
display knippert.
4. Druk op om de Set + Go-functie in
te stellen.
Het display geeft en weer met een
indicator. Deze indicatie wordt
weergegeven wanneer de klokfunctie
wordt geactiveerd.
5. Tik op een tiptoets (behalve AAN /
UIT) om de Set + Go-functie te starten.
Instellen Kookwekker
1. Druk op .
Het display geeft knipperend en "00”
weer.
2. Druk op om tussen opties te
schakelen. U moet eerst seconden en
dan minuten en uren instellen.
3. Druk op
of om de Kookwekker
in te stellen en op om te
bevestigen.
4. Druk op of Kookwekker start
automatisch na 5 seconden.
Wanneer de ingestelde tijd eindigt, klinkt
het signaal gedurende 2 minuten en het
scherm knippert 00:00 en .
5. Druk op een tiptoets om het signaal uit
te schakelen.
Instellen Timer met optelfunctie
1. Om de Timer met optelfunctie te
resetten drukt u herhaaldelijk op:
totdat op het display knipperen.
2. Indrukken en vasthouden: . Als het
display "00:00" toont, gaat de Timer
met optelfunctie weer opnieuw
optellen.
Progress 15
AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Er zijn 25 automatische programma's.
Gebruik een automatisch programma of
een recept als u geen kennis over of
ervaring in het bereiden van een gerecht
hebt. Het display toont de
standaardkooktijd voor alle automatische
programma's.
Automatische programma's
Programmanummer Programmanaam
1 GROENTEN
2 AARDAPPELGRATIN
3 VOLKORENBROOD
4 BROODJES
5 VIS
6 GEPOCHEERDE VIS (FOREL)
7 PRUIM KNOEDEL
8 KALFSSCHENKEL
9 RIJST
10 LASAGNE
11 DEEG LATEN RIJZEN
12 BIEFSTUK
13 GEROOSTERD VARKENSVLEES
14 GEROOSTERD KALFSVLEES
15 GEROOSTERD LAMSVLEES
16 GEROOSTERD WILD
17 HELE KIP
18 PIZZA
19 QUICHE LORRAINE
20 CITROENCAKE
21 KWARKTAART
22 CANNELLONI
23 KANT-EN-KLARE TAART
24 AFBAKPIZZA
25 KANT-EN-KLARE AARDAPPELGERECHTEN
16 Progress
Automatische programma's
1. Schakel het apparaat in.
2. Tik op .
Het display geeft , een symbool en
nummer van het automatische programma
weer.
3. Raak of aan om het
automatische programma te kiezen.
4. Tik op of wacht vijf seconden tot
het apparaat automatisch start.
5. Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. Het symbool
knippert.
6. Raak een tiptoets aan of open de
ovendeur om het geluidssignaal te
stoppen.
7. Schakel het apparaat uit.
Automatische programma's met
gewichtinvoer
Als u het gewicht van het vlees instelt,
berekent het apparaat de braadtijd.
1. Schakel het apparaat in.
2. Tik op .
3. Raak of aan om het
gewichtprogramms in te stellen.
Op het display verschijnt: de kooktijd,
duursymbool, , een standaard gewicht,
een maateenheid (kg, g).
4. Raak aan. Anders worden de
instellingen na vijf seconden
automatisch opgeslagen.
Het apparaat wordt ingeschakeld.
5. U kunt het standaardgewicht wijzigen
met of . Tik op .
6. Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. knippert.
7. Raak een tiptoets aan of open de
ovendeur om het geluidssignaal te
stoppen.
8. Schakel het apparaat uit.
Automatische programma's met
vleesthermometer
(geselecteerde modellen)
De kerntemperatuur van het gerecht is
standaard en kan in programma's met de
vleesthermometer niet worden veranderd.
Het programma eindigt wanneer het
apparaat de ingestelde kerntemperatuur
heeft bereikt.
1. Schakel het apparaat in.
2. Tik herhaaldelijk op
tot het display
weergeeft.
3. Gebruik van de vleesthermometer.
Raadpleeg "Vleesthermometer".
4. Raak
of aan om het
programma voor de vleesthermometer
in te stellen.
Op het display verschijnt de kooktijd,
en .
5. Raak aan. Anders worden de
instellingen na vijf seconden
automatisch opgeslagen.
Wanneer de ingestelde tijd is verlopen,
klinkt er gedurende twee minuten een
geluidssignaal. knippert.
6. Raak een tiptoets aan, of open de deur
om het geluidssignaal te stoppen.
7. Schakel het apparaat uit.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Vleesthermometer
De sensor van de vleesthermometer meet
de temperatuur binnenin het voedsel.
Wanneer het voedsel de ingestelde
temperatuur heeft bereikt, wordt de oven
uitgeschakeld.
Er worden twee temperaturen ingesteld:
Progress 17
de oventemperatuur (minimaal 120°C),
de kerntemperatuur van het voedsel.
LET OP! Gebruik alleen de
sensor van de
vleesthermometer die is
meegeleverd and de originele
reserveonderdelen.
Aanwijzingen voor de beste resultaten:
Ingrediënten moeten op
kamertemperatuur zijn.
De sensor voor de vleesthermometer
kan niet worden gebruikt voor vloeibare
gerechten.
Tijdens de bereiding moet de sensor
van de vleesthermometer in het
gerecht stoken blijven en de stekker in
de houder.
Maak gebruik van de aanbevolen
vleesthermometerinstellingen voor
voedsel. Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
De oven berekent de geschatte
bereidingstijd, maar dit kan
veranderen.
Wanneer u de
vleesthermometer in het
stopcontact van het apparaat
steekt, annuleert u de
instellingen voor de
klokfuncties.
Voedselcategorieën: vlees,
gevogelte en vis
1. Schakel het apparaat in.
2. Plaats de punt van de
vleesthermometer (met op het
handvat) in het midden van het vlees
of de vis, indien mogelijk in het dikste
gedeelde. Zorg ervoor dat ten minste
3/4 van de vleesthermometer in het
gerecht zit.
3. Steek de stekker van de
vleesthermometer in de aansluiting
aan de voorkant van het apparaat.
Het display toont knipperend evenals
de standaard ingestelde kerntemperatuur.
De temperatuur staat op 60 °C tijdens het
eerste gebruik, en op de laatste ingestelde
waarde tijdens elk volgende gebruik.
4. Raak of aan om de
kerntemperatuur in te stellen.
5. Raak aan. Anders worden de
instellingen na 5 seconden
automatisch opgeslagen.
U kunt de kerntemperatuur
alleen instellen wanneer het
symbool knippert. Als
op het display voor de
kerntemperatuur wordt
weergegeven, gebruikt u
en of om een
nieuwe waarde in te stellen.
6. Stel de ovenfunctie en -temperatuur in.
Het display toont de huidige
kerntemperatuur en het
verwarmingssymbool .
18 Progress
Wanneer u een gerecht met de
kerntemperatuursensor bereidt,
kunt u de in het display voor de
temperatuur/tijd weergegeven
temperatuur veranderen. Als u
de kerntemperatuursensor in
het stopcontact hebt
aangesloten en een
ovenfunctie en temperatuur
hebt ingesteld, wordt de
huidige kerntemperatuur op het
display weergegeven.
Raak herhaaldelijk aan om
drie andere temperaturen te
bekijken:
de ingestelde
kerntemperatuur
de huidige
oventemperatuur
de huidige
kerntemperatuur
Als het gerecht de ingestelde
kerntemperatuur bereikt, wordt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal
gegeven en de waarde van de
kerntemperatuur en knippert. Het
apparaat wordt uitgeschakeld.
7. Raak een sensorveld aan om het
geluidssignaal uit te schakelen.
8. Haal de stekker van de
kerntemperatuursensor uit het
stopcontact en haal het gerecht uit het
apparaat.
WAARSCHUWING! Er bestaat
een risico op
verbrandingsgevaar aangezien
de vleesthermometer heet
wordt. Wees voorzichtig
wanneer u de stekker eruit
haalt en de vleesthermometer
uit het gerecht haalt.
Voedselcategorie: stoofschotel
1. Schakel het apparaat in.
2. Plaats de helft van de ingrediënten in
de ovenschaal.
3. Steek de punt van de
vleesthermometer precies in het
midden van de ovenschotel. De
vleesthermometer moet stevig op zijn
plaats blijven tijdens het bakproces.
Gebruik een solide ingrediënt om dat
te bereiken. Gebruik de rand van de
ovenschaal om het silicone handvat
van de vleesthermometer te
ondersteunen. De punt van de
vleesthermometer mag de bodem van
de ovenschaal niet aanraken.
4. Bedek de vleesthermometer met de
resterende ingrediënten.
5. Steek de stekker van de
vleesthermometer in de aansluiting
aan de voorkant van het apparaat.
Het display toont knipperend evenals
de standaard ingestelde kerntemperatuur.
De temperatuur staat op 60 °C tijdens het
eerste gebruik, en op de laatste ingestelde
waarde tijdens elk volgende gebruik.
6. Raak of aan om de
kerntemperatuur in te stellen.
Progress 19
7. Raak aan. Anders worden de
instellingen na 5 seconden
automatisch opgeslagen.
U kunt de kerntemperatuur
alleen instellen wanneer het
symbool knippert. Als
op het display voor de
kerntemperatuur wordt
weergegeven, gebruikt u
en of om een
nieuwe waarde in te stellen.
8. Stel de ovenfunctie en -temperatuur in.
Het display toont de huidige
kerntemperatuur en het
verwarmingssymbool .
Als het gerecht de ingestelde
kerntemperatuur bereikt, wordt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal
gegeven en de waarde van de
kerntemperatuur en
knippert. Het
apparaat wordt uitgeschakeld.
9. Raak een sensorveld aan om het
geluidssignaal uit te schakelen.
10. Haal de stekker van de
kerntemperatuursensor uit het
stopcontact en haal het gerecht uit het
apparaat.
WAARSCHUWING! Er bestaat
een risico op
verbrandingsgevaar aangezien
de vleesthermometer heet
wordt. Wees voorzichtig
wanneer u de stekker eruit
haalt en de vleesthermometer
uit het gerecht haalt.
De accessoires plaatsen
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun .
Bakplaat/ Diepe pan:
Schuif de bakplaat /diepe pan tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
Bakrooster en bakplaat /diepe
plaatsamen:
Plaats bakplaat /diepe plaat tussen de
geleiders van de inschuifrails en het
bakrooster op de geleiders erboven.
Kleine inkepingen bovenaan
verhogen de veiligheid. Deze
inkepingen zorgen er ook voor
dat ze niet omkantelen. De
hoge rand rond het rooster
voorkomt dat het kookgerei van
het rooster afglijdt.
20 Progress
EXTRA FUNCTIES
Gebruik van de functie Mijn
favoriet programma
Gebruik deze functie voor het opslaan van
uw favoriete temperatuur- en
tijdinstellingen van een ovenfunctie of
programma.
1. Stel de temperatuur en tijd voor een
ovenfunctie of programma in.
2. Raak gedurende langer dan drie
seconden aan. Er klinkt een
geluidssignaal.
3. Schakel het apparaat uit.
Voor het inschakelen van de functie
raakt u aan. Het apparaat start het
programma Favoriet.
Wanneer de functie in
werking is, kunt u de tijd en
temperatuur veranderen.
Voor het uitschakelen van de functie
raakt u aan. Het apparaat beëindigt
het programma Favoriet.
Gebruik van het kinderslot
Het kinderslot voorkomt dat de oven per
ongeluk in werking wordt gesteld.
1. Deze functie kan ook in worden
geschakeld als de oven uitstaat. Stel
geen verwar,functie in.
2. Druk op en houd 3 seconden
ingedrukt.
3. Houd en gedurende ten minste
2 seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een geluidssignaal.
Op het display verschijnt SAFE.
Herhaal stap 3 om het kinderslot uit te
schakelen.
Gebruik van de
Functievergrendeling
U kunt de functie alleen inschakelen als
de oven in werking is.
Toetsblokkering voorkomt dat een
ovenfunctie per ongeluk wordt
ingeschakeld.
1. Zet de oven aan om de functie in te
schakelen.
2. Schakel een ovenfunctie of -instelling
in.
3. Houd
en gedurende ten minste 2
seconden samen ingedrukt.
Er klinkt een signaal.
Er verschijnt 'vergrendelt' op het display.
Herhaal stap 3 om de functievergrendeling
uit te schakelen.
U kunt de oven uitschakelen
als de functievergrendeling aan
is. Als u de oven uitzet,
schakelt de
functievergrendeling uit.
Gebruik van het instelmenu
Het instellingenmenu laat u toe om
functies in het hoofdmenu te activeren en
deactiveren. Het display toont SET en het
nummer van de instelling.
Beschrijving In te stellen waarde
1 SET+GO AAN / UIT
2 RESTWARMTE-INDICATIE AAN / UIT
3 REINIGINGSHERINNERING AAN / UIT
4
TOETSVOLUME
1)
KLIKKEN / PIEPEN / UIT
5 FOUTTOON AAN / UIT
Progress 21
Beschrijving In te stellen waarde
6 DEMO MODUS Activeringscode: 2468
7 HELDERHEID LAAG / MEDIUM / HOOG
8 WATERHARDHEID 1 - 4
9 SERVICEMENU -
10 INSTELLINGEN RESETTEN JA / NEE
1)
Het geluid van de tiptoets AAN / UIT kan niet worden uitgeschakeld.
1. Druk op en houd 3 seconden
ingedrukt.
Het display geeft SET1 weer en "1"
knippert.
2. Druk op of om de instelling te
doen.
3. Druk op .
4. Druk op of om de waarde van
de instelling te wijzigen
5. Druk op .
Druk om het Instelmenu te verlaten op
of houd ingedrukt.
Automatische uitschakeling
Om veiligheidsredenen schakelt de oven
na bepaalde tijd automatisch uit als er een
ovenfunctie in werking is en u geen
instellingen wijzigt.
(°C) (u)
30 - 115 12,5
120 - 195 8,5
200 - 230 5,5
De automatische uitschakeling werkt niet
met de functies: Binnenverlichting,
Voedselsensor,Duur, Eindtijd.
Helderheid van het display
Er zijn twee standen voor de helderheid
van het display:
Helderheid 's nachts - wanneer het
apparaat uit staat, is de helderheid van
het display tussen 22:00 en 06:00
lager.
Helderheid overdag:
als het apparaat aan staat.
als u tijdens helderheid 's nachts
een tiptoets aanraakt (behalve
AAN/UIT), keert het display
gedurende 10 seconden terug naar
helderheid voor overdag.
als het apparaat uit staat en u de
kookwekker hebt ingesteld.
Wanneer de kookwekker eindigt,
keert het display terug naar
helderheid voor 's nachts.
Koelventilator
Als de oven in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van de oven koel te
houden. Na het uitschakelen van de oven
blijft de ventilatie doorgaan totdat de oven
is afgekoeld.
22 Progress
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en baktijden
in de tabellen zijn slechts als
richtlijn bedoeld. Deze zijn
afhankelijk van de recepten en
de kwaliteit en de hoeveelheid
van de gebruikte ingrediënten.
Kookadviezen
Uw oven kan anders bakken of roosteren
dan de oven die u tot nu toe gebruikt
heeft. De onderstaande tabellen tonen
aanbevolen instellingen voor temperatuur,
kooktijd en rekstand voor specifieke
soorten voedsel.
Als u voor een speciaal recept de
instelling niet kunt vinden, zoek dan naar
een soortgelijk recept.
Stoom
Wees voorzichtig met het openen van de
ovendeur als de functie is geactiveerd. Er
kan stoom vrijkomen.
Sterilisatie
Met deze functie kunt u items (bijv.
babyflessen) steriliseren.
Plaats de schone items ondersteboven in
het midden van het rooster op de eerste
roosterstand.
Vul de lade tot het maximale niveau en
stel een tijdsduur in van 40 minuten.
Koken
Met deze functie kunt u allerlei soorten
voedsel bereiden, vers of ingevroren. Met
deze functie kunt u groente, vlees, vis,
deegwaren, rijst, maïsgriesmeel en eieren
bereiden, opwarmen, ontdooien, pocheren
of blancheren.
U kunt een maaltijd met een paar
gerechten tijdens één enkele kooksessie
bereiden. Om ervoor te zorgen dat alle
gerechten tegelijk klaar zijn, begint u met
het voedsel met de langste kooktijd en
voegt u vervolgens de resterende
gerechten toe op het juiste moment, zoals
aangegeven in de kooktabellen
Voorbeeld: De totale tijd van deze kook‐
sessie is 40 min. Eerst doet u Gekookte
aardappels, kwartjes erin, na 20 min.
voegt u Zalmfilets toe en dan Broccoli,
roosjes na 30 min.
(min)
Gekookte aardap‐
pels, kwartjes
40
Zalmfilets 20
Broccoli, roosjes 10
Gebruik de grootste benodigde
hoeveelheid water als u meer dan één
gerecht tegelijkertijd bereidt.
Gebruik de tweede rekstand.
GROENTEN
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
8 - 10 Broccoli, roosjes, verwarm
de oven voor
10 Gepelde tomaten
10 - 15 Spinazie, vers
10 - 15 Courgette, plakjes
15 Groente, geblancheerd
15 - 20 Plakjes champignons
15 - 20 Paprikareepjes
Progress 23
GROENTEN
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
15 - 25 Broccoli, heel
15 - 25 Asperges, groene
15 - 25 Aubergines
15 - 25 Pompoen, blokjes
15 - 25 Tomaten
20 - 25 Bonen, geblancheerd
20 - 25 Botersla, roosjes
20 - 25 Savooiekool
20 - 30 Selderij, blokjes
20 - 30 Uien, ringen
20 - 30 Erwten
20 - 30 Peultjes / Kaiser paprika
20 - 30 Zoete aardappelen
20 - 30 Venkel
20 - 30 Wortelen
25 - 35 Asperges, wit
25 - 35 Spruitjes
25 - 35 Bloemkool, roosjes
25 - 35 Koolrabi, reepjes
25 - 35 Witte bonen
30 - 40 Maiskolf
35 - 45 Schorseneren
35 - 45 Bloemkool, heel
35 - 45 Sperziebonen
40 - 45 Kool, wit of rood, reepjes
50 - 60 Artisjokken
GROENTEN
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
55 - 65 Gedroogde bonen, ge‐
weekt, verhouding water/
bonen 2:1
60 - 90 Zuurkool
70 - 90 Rode bietjes
BIJGERECHTEN
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
15 - 20 Couscous, verhouding wa‐
ter/couscous 1:1
15 - 25 Verse tagliatelle
20 - 25 Griesmeelpudding, verhou‐
ding melk/semolina 3,5:1
20 - 30 Linzen, rood, verhouding
water/linzen 1:1
25 - 30 Macaroni
25 - 35 Bulgur, verhouding water/
bulgur 1:1
25 - 35 Deegballen
30 - 35 Geurige rijst, verhouding
water/rijst 1:1
30 - 40 Gekookte aardappels, kwar‐
tjes
35 - 45 Broodballetjes
24 Progress
BIJGERECHTEN
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
35 - 45 Aardappelballetjes
35 - 45 Rijst, verhouding water/rijst
1:1, de verhouding tussen
water en rijst kan verande‐
ren afhankelijk van het soort
rijst
40 - 50 Polenta, vloeistofverhou‐
ding 3:1
40 - 55 Rijstpudding, verhouding
melk/rijst 2,5:1
45 - 55 Ongepelde tomaten, medi‐
um
55 - 60 Linzen, bruin en groen, ver‐
houding water/linzen 2:1
FRUIT
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
10 - 15 Schijfjes appel
10 - 15 Hete bessen
10 - 20 Chocolade smelten
20 - 25 Fruitcompote
VIS
(min
)
(°C)
15 -
20
Dunne visfilet 75 - 80
20 -
25
Garnalen, vers 75 - 85
20 -
30
Mosselen 100
20 -
30
Zalmfilets 85
20 -
30
Forel, 0,25 kg 85
30 -
40
Garnalen, bevroren 75 - 85
40 -
45
Zalm, forel, 1 kg 85
VLEES
(min
)
(°C)
15 -
20
Chipolataworstjes 80
20 -
30
Beierse kalfsworst /
Witte worst
80
20 -
30
Weense worst 80
25 -
35
Gepocheerde kip‐
penborst
90
55 -
65
Gekookte ham, 1 kg 99
Progress 25
VLEES
(min
)
(°C)
60 -
70
Gepocheerde kip, 1 -
1,2 kg
99
70 -
90
Casselerrib, gepo‐
cheerd
90
80 -
90
Kalfsvlees / Varkens‐
haas, 0,8 - 1 kg
90
110
-
120
Tafelspitz 99
EIEREN
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
10 - 11 Zachtgekookt ei
EIEREN
Stel de temperatuur in op 99 °C.
(min)
12 - 13 Middelhard gekookt ei
18 - 21 Hardgekookt ei
Combinatiefunctie:
Circulaviegrill + Stoom
U kunt deze functies combineren om
tegelijkertijd vlees, groenten en
bijgerechten te bereiden.
1. Stel de functie in: Circulaviegrill voor
het braden van vlees.
2. Voeg de bereide groenten en
bijgerechten toe.
3. Laat de oven afkoelen tot een
temperatuur van ongeveer 90 °C. U
kunt de ovendeur op de eerste stand
gedurende 15 minuten openen.
4. Stel de functie in: Stoom. Bereid alle
gerechten samen totdat ze gaar zijn.
Gebruik de eerste rekstand voor vlees en de derde rekstand voor groenten.
Circulaviegrill
Eerste stap: vlees koken
Stoom
Tweede stap: groenten toevoe‐
gen
(°C) (min) (°C) (min)
Rosbief, 1 kg /
Spruitjes, po‐
lenta
180 60 - 70 99 40 - 50
26 Progress
Circulaviegrill
Eerste stap: vlees koken
Stoom
Tweede stap: groenten toevoe‐
gen
(°C) (min) (°C) (min)
Geroosterd
varkensvlees, 1
kg / Aardappe‐
len / Groenten,
jus
180 60 - 70 99 30 - 40
Geroosterd
kalfsvlees, 1
kg / Rijst /
Groenten
180 50 - 60 99 30 - 40
Hoge vochtigheid
Gebruik de tweede rekstand.
(°C) (min)
Dunne visfilet 85 15 -
25
Gebakken eieren 90 -
110
15 -
30
Kleine vis, tot 0,35
kg
90 20 -
30
Dikke visfilet 90 25 -
35
Hele vis, tot 1 kg 90 30 -
40
Custard / Flan, in
kleine schotels
90 35 -
45
Dumplings 120 -
130
40 -
50
Terrines 90 40 -
50
Lage vochtigheid
Gebruik de tweede rekstand tenzij anders
aangegeven.
(°C) (min)
Afbakstokbrood‐
jes, 40 - 50 g
200 20 -
30
Afbakbroodjes 200 20 -
30
Bevroren afbaks‐
tokbroodjes, 40 -
50 g
200 25 -
35
Gehaktbrood,
rauw, 0,5 kg
180 30 -
40
Broodjes, 40 - 60 g 180 -
210
30 -
40
Pasta gebakken 190 40 -
50
Brood, 0,5 - 1 kg 180 -
190
45 -
50
Lasagne 180 45 -
55
Progress 27
(°C) (min)
Kip, 1 kg 180 -
200
50 -
60
Aardappelgratin 160 -
170
50 -
60
Varkenshaas, ge‐
rookt, 0,6 - 1 kg
160 -
180
60 -
70
Rosbief, 1 kg 180 -
200
60 -
90
Eend, 1,5 - 2 kg 180 70 -
90
Geroosterd kalfs‐
vlees, 1 kg
180 80 -
90
Geroosterd var‐
kensvlees, 1 kg
160 -
180
90 -
100
Gans, 3 kg, ge‐
bruik de eerste
rekstand
170 130 -
170
Regenereren
Gebruik de tweede rekstand.
Stel de temperatuur in op 110 °C.
(min)
Eénpansgerechten 10 - 15
Gebruik de tweede rekstand.
Stel de temperatuur in op 110 °C.
(min)
Pastaschotel 10 - 15
Rijst 10 - 15
Dumplings 15 - 25
Bakken
Gebruik de eerste keer de laagste
temperatuur.
Bij het bereiden van cake op meerdere
niveaus kan de baktijd ca. 10 - 15 minuten
langer zijn.
Als de cake niet overal even hoog is,
wordt de cake niet overal even bruin. Als
de cake niet overal even bruin wordt, hoeft
u de temperatuurinstelling niet te wijzigen.
De verschillen verminderen tijdens het
bakken.
Tijdens het bakken kunnen bakplaten in
de oven vervormen. Wanneer de
bakplaten afkoelen, verdwijnt de
vervorming.
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de
cake is niet voldoende
gebakken.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere rek‐
stand.
28 Progress
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De cake zakt in en
wordt klef, of streperig.
De oventemperatuur is te
hoog.
Stel de volgende keer de oven‐
temperatuur iets lager in.
Te korte baktijd. Stel volgende keer een langere
baktijd en een lagere oventempe‐
ratuur in.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te
laag.
Stel de volgende keer de oven‐
temperatuur hoger in.
Te lange baktijd. Stel volgende keer een kortere
baktijd in.
De cake wordt ongelijk‐
matig gebakken.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
De oventemperatuur lager instel‐
len en de baktijd verlengen.
Het cakebeslag is niet ge‐
lijkmatig verdeeld.
Verspreid de volgende keer het
cakebeslag gelijkmatig over de
bakplaat.
De cake wordt niet gaar
binnen de in het recept
aangegeven baktijd.
De oventemperatuur is te
laag.
Stel de volgende keer de oven‐
temperatuur iets hoger in.
Bakken op 1 rekniveau
BAKKEN IN BAKVORMEN
(°C)
(min)
Taartbodem -
zandtaart‐
deeg, ver‐
warm de
oven voor
Hetelucht 170 - 180 10 - 25 2
Taartbodem -
zacht cake‐
deeg
Hetelucht 150 - 170 20 - 25 2
Tulband /
Brioche
Hetelucht 150 - 160 50 - 70 1
Zandgebak /
Fruitgebak
Hetelucht 140 - 160 70 - 90 1
Kwarktaart Boven + onderwarmte 170 - 190 60 - 90 1
Progress 29
CAKE/GEBAK/BROOD
Gebruik de derde rekstand.
Gebruik de functie: Hetelucht.
Gebruik een bakplaat.
(°C) (min)
Kruimeltaart,
droog
150 -
160
20 - 40
Vruchtentaart (ge‐
maakt van gist‐
deeg/zacht cake‐
deeg), gebruik
een diepe pan
150 35 - 55
CAKE/GEBAK/BROOD
Gebruik de derde rekstand.
Gebruik de functie: Hetelucht.
Gebruik een bakplaat.
(°C) (min)
Vruchtencake van
zanddeeg
160 -
170
40 - 80
CAKE/GEBAK/BROOD
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de functie: Boven + onderwarmte.
Gebruik een bakplaat.
(°C) (min)
Koninginnenbrood
(opgerolde cake met
jam)
180 - 200 10 - 20 3
Roggebrood: eerst: 230 20 1
dan: 160 - 180 30 - 60
30 Progress
CAKE/GEBAK/BROOD
Verwarm de lege oven voor.
Gebruik de functie: Boven + onderwarmte.
Gebruik een bakplaat.
(°C) (min)
Beboterde amandel‐
taart / Suikerkoek
190 - 210 20 - 30 3
Roomsoezen /
Eclairs
190 - 210 20 - 35 3
Plaatbrood / Brood‐
krans
170 - 190 30 - 40 3
Vruchtentaart (ge‐
maakt van gistdeeg/
zacht cakedeeg),
gebruik een diepe
pan
170 35 - 55 3
Plaatkoek met deli‐
cate garnering (bij‐
voorbeeld kwark,
room, puddingvul‐
ling)
160 - 180 40 - 80 3
Christstollen 160 - 180 50 - 70 2
KOEKJES EN BISCUITS
Gebruik de derde rekstand.
(°C) (min)
Zandkoekjes Hetelucht 150 - 160 10 - 20
Progress 31
KOEKJES EN BISCUITS
Gebruik de derde rekstand.
(°C) (min)
Broodjes, verwarm de
oven voor
Hetelucht 160 10 - 25
Koekjes gemaakt van
sponsdeeg
Hetelucht 150 - 160 15 - 20
Koekjes van blader‐
deeg, verwarm de oven
voor
Hetelucht 170 - 180 20 - 30
Koekjes gemaakt van
gistdeeg
Hetelucht 150 - 160 20 - 40
Bitterkoekjes Hetelucht 100 - 120 30 - 50
Eiwitgebak/schuimge‐
bak / Schuimgebakjes
Hetelucht 80 - 100 120 - 150
Broodjes, verwarm de
oven voor
Boven + onder‐
warmte
190 - 210 10 - 25
Ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gebruik de eerste rekstand.
(°C) (min)
Stokbroden bedekt
met gesmolten kaas
Hetelucht 160 - 170 15 - 30
Groentegratin, ver‐
warm de oven voor
Circulaviegrill 160 - 170 15 - 30
Lasagne Boven + onderwarmte 180 - 200 25 - 40
Visschotels Boven + onderwarmte 180 - 200 30 - 60
Gevulde groente Hetelucht 160 - 170 30 - 60
Zoete ovenschotels Boven + onderwarmte 180 - 200 40 - 60
Pasta gebakken Boven + onderwarmte 180 - 200 45 - 60
32 Progress
Bakken op meerdere niveaus
Gebruik de functie: Hetelucht.
Gebruik de bakplaten.
CAKE/GEBAK
(°C)
(min)
2 posities
Roomsoezen /
Eclairs, verwarm de
oven voor
160 - 180 25 - 45 1 / 4
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 1 / 4
KOEKJES/CAKEJES/GEBAK/BROODJES
(°C)
(min)
2 posities 3 posities
Broodjes 180 20 - 30 1 / 4 -
Zandkoekjes 150 - 160 20 - 40 1 / 4 1 / 3 / 5
Koekjes ge‐
maakt van
sponsdeeg
160 - 170 25 - 40 1 / 4 -
Koekjes van
bladerdeeg,
verwarm de
oven voor
170 - 180 30 - 50 1 / 4 -
Koekjes ge‐
maakt van gist‐
deeg
160 - 170 30 - 60 1 / 4 -
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 1 / 4 -
Koekjes ge‐
maakt van ei‐
wit / Schuimge‐
bakjes
80 - 100 130 - 170 1 / 4 -
Tips voor braden
Gebruik hittebestendig kookgerei.
Braad mager vlees afgedekt.
Braad grote vleesstukken direct in de
diepe bakplaat of op een bakrooster
boven de bakplaat.
Progress 33
Doe wat water in de bakplaat om te
voorkomen dat druipend vet verbrandt.
Draai het braadstuk na 1/2 - 2/3 van de
gaartijd.
Rooster vlees en vis in grote stukken (1 kg
of meer).
Bedruip vleesstukken meerdere malen
met hun eigen sap tijdens het roosteren.
Braden
Gebruik de eerste rekstand.
RUNDVLEES
(°C) (min)
Stoofvlees 1 - 1,5 kg Boven + on‐
derwarmte
230 120 - 150
Rosbief of ossen‐
haas, rood, ver‐
warm de oven voor
per cm dikte Circulaviegrill 190 - 200 5 - 6
Rosbief of ossen‐
haas, medium,
verwarm de oven
voor
per cm dikte Circulaviegrill 180 - 190 6 - 8
Rosbief of ossen‐
haas, gaar, ver‐
warm de oven voor
per cm dikte Circulaviegrill 170 - 180 8 - 10
VARKENSVLEES
Gebruik de functie: Circulaviegrill.
(kg)
(°C) (min)
Schouder / Nek / Ham‐
lap
1 - 1,5 160 - 180 90 - 120
Karbonade / Spare ribs 1 - 1,5 170 - 180 60 - 90
Gehaktbrood 0,75 - 1 160 - 170 50 - 60
Varkensschenkel, voor‐
gekookt
0,75 - 1 150 - 170 90 - 120
34 Progress
KALFSVLEES
Gebruik de functie: Circulaviegrill.
(kg)
(°C) (min)
Geroosterd kalfs‐
vlees
1 160 - 180 90 - 120
Kalfsschenkel 1,5 - 2 160 - 180 120 - 150
LAMSVLEES
Gebruik de functie: Circulaviegrill.
(kg)
(°C) (min)
Lamsbout / Geroo‐
sterd lamsvlees
1 - 1,5 150 - 170 100 - 120
Lamsrugfilet 1 - 1,5 160 - 180 40 - 60
WILD
Gebruik de functie: Boven + onderwarmte.
(kg)
(°C) (min)
Rug / Hazenpoot,
verwarm de oven
voor
tot 1 230 30 - 40
Hert rugfilet 1,5 - 2 210 - 220 35 - 40
Reebout, hertenbout 1,5 - 2 180 - 200 60 - 90
Progress 35
GEVOGELTE
Gebruik de functie: Circulaviegrill.
(kg)
(°C) (min)
Gevogelte, porties 0,2 - 0,25 elk 200 - 220 30 - 50
Halve kip 0,4 - 0,5 elk 190 - 210 35 - 50
Kip, haantje 1 - 1,5 190 - 210 50 - 70
Eend 1,5 - 2 180 - 200 80 - 100
Gans 3,5 - 5 160 - 180 120 - 180
Kalkoen 2,5 - 3,5 160 - 180 120 - 150
Kalkoen 4 - 6 140 - 160 150 - 240
VIS (GESTOOMD)
Gebruik de functie: Boven + onderwarmte.
(kg)
(°C) (min)
Hele vis 1 - 1,5 210 - 220 40 - 60
Knapperig bakken met:Pizza-
functie
PIZZA
Gebruik de eerste rekstand.
(°C) (min)
Taarten 180 - 200 40 - 55
PIZZA
Gebruik de eerste rekstand.
(°C) (min)
Spinazie‐
taart
160 - 180 45 - 60
Quiche Lor‐
raine / Zwit‐
serse flan
170 - 190 45 - 55
36 Progress
PIZZA
Gebruik de eerste rekstand.
(°C) (min)
Groente‐
taart
160 - 180 50 - 60
PIZZA
Warm de lege oven voor het koken
voor.
Gebruik de tweede rekstand.
(°C) (min)
Pizza, dun‐
ne korst,
gebruik
een diepe
pan
210 - 230 15 - 25
PIZZA
Warm de lege oven voor het koken
voor.
Gebruik de tweede rekstand.
(°C) (min)
Pizza, dik‐
ke korst
180 - 200 20 - 30
Ongede‐
semd
brood
210 - 230 10 - 20
Blader‐
deegtaart
160 - 180 45 - 55
Flammku‐
chen
210 - 230 15 - 25
Pierogi 180 - 200 15 - 25
Grillen
Warm de lege oven voor het koken voor.
Alleen dunne stukken vlees of vis grillen.
Plaats een pan op de eerste rekstand om
vet op te vangen.
GRILLEN
Gebruik de functie: Grillen
(°C) (min)
1e kant
(min)
2e kant
Rosbief 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Runderfilet 230 20 - 30 20 - 30 3
Progress 37
GRILLEN
Gebruik de functie: Grillen
(°C) (min)
1e kant
(min)
2e kant
Varkenshaas 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Kalfsvlees 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Lamsrugfilet 210 - 230 25 - 35 20 - 25 3
Hele vis, 0,5 kg
- 1 kg
210 - 230 15 - 30 15 - 30 3 / 4
Brood bakken
Voorverwarmen wordt niet aanbevolen.
Gebruik de tweede rekstand.
BROOD
(°C) (min)
Witbrood 170 - 190 40 - 60
Baguette 200 - 220 35 - 45
Brioche 180 - 200 40 - 60
Ciabatta 200 - 220 35 - 45
Rogge‐
brood
170 - 190 50 - 70
Volkoren
brood
170 - 190 50 - 70
Volkoren‐
brood
170 - 190 40 - 60
Broodjes 190 - 210 20 - 35
Lage temperatuur garen
Met deze functie bereidt u vlees en vis op
magere wijze mals. De functie is niet van
toepassing op gevogelte, vet
varkensgebraad, gebraad. Voedselsensor
de temperatuur mag niet hoger zijn dan 65
°C.
1. Bak het vlees 1 - 2 minuten aan beide
zijden aan in een pan op een hoog
vuur.
2. Plaats het vlees in de braadslede of
direct op het bakrooster. Zet een plaat
onder het rooster om vet op te vangen.
Kook altijd zonder deksel terwijl u deze
functie gebruikt.
3. Gebruik Voedselsensor.
4. Selecteer de functie: Lage temperatuur
garen. U kunt gedurende de eerste 10
minuten de temperatuur instellen op
een temperatuur tussen de 80 °C en
150 °C. De standaard is 90 °C. Stel de
temperatuur in op Voedselsensor.
5. Na 10 minuten verlaagt de oven
automatisch de temperatuur tot 80 °C.
38 Progress
Stel de temperatuur in op 120 °C.
(kg)
(min)
Steaks 0,2 - 0,3 20 - 40 3
Runderbiefstuk 1 - 1,5 90 - 150 3
Rosbief 1 - 1,5 120 - 150 1
Geroosterd kalfsvlees 1 - 1,5 120 - 150 1
Bevroren gerechten
ONTDOOIEN
(°C) (min)
Pizza, bevroren 200 - 220 15 - 25 2
American pizza, bevroren 190 - 210 20 - 25 2
Pizza, gekoeld 210 - 230 13 - 25 2
Pizzasnacks, bevroren 180 - 200 15 - 30 2
Frietjes, dun 200 - 220 20 - 30 3
Frietjes, dik 200 - 220 25 - 35 3
Aardappelpartjes / Aard‐
appelkroketjes
220 - 230 20 - 35 3
Rösties 210 - 230 20 - 30 3
Lasagne / Cannelloni,
vers
170 - 190 35 - 45 2
Lasagne / Cannelloni, be‐
vroren
160 - 180 40 - 60 2
Gebakken kaas 170 - 190 20 - 30 3
Vleugels van kippen 190 - 210 20 - 30 2
Inmaken
Gebruik alleen weckpotten van dezelfde
afmetingen.
Gebruik geen weckpotten met een draai-
of bajonetsluiting en metalen bakken.
Gebruik de eerste rekstand.
Progress 39
Zet niet meer dan zes weckflessen van 1
liter op het bakrooster.
Vul de glazen potten gelijkmatig en sluit
ze af met een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet raken.
Vul ca. 1/2 liter water op de plaat, zodat er
voldoende vocht in de oven ontstaat.
Als de vloeistof in de weckpotten begint te
borrelen (na ca. 35 - 60 minuten bij
weckpotten van 1 liter), stop de oven of
verlaag de temperatuur tot 100 °C
(raadpleeg de tabel).
Stel de temperatuur in op 160 - 170 °C.
ZACHTE VRUCHTEN
(min)
Kooktijd tot het
sudderen begint
Aardbeien / Bosbes‐
sen / Frambozen /
rijpe kruisbessen
35 - 45
STEENVRUCHTEN
(min)
Kooktijd
tot het
sudderen
begint
(min)
Door blij‐
ven ko‐
ken op
100 °C
Perziken /
Kweeperen /
Pruimen
35 - 45 10 - 15
GROENTEN
(min)
Kooktijd
tot het
sudderen
begint
(min)
Door blij‐
ven koken
op 100 °C
Wortelen 50 - 60 5 - 10
Komkom‐
mers
50 - 60 -
Gemengde
augurken
50 - 60 5 - 10
Koolrabi /
Erwten / As‐
perge
50 - 60 15 - 20
Drogen - Hetelucht
Gebruik hiervoor een met boterhampapier
of bakpapier belegde plaat.
Stop de oven voor een beter resultaat
halverwege de droogtijd, open de deur en
laat het één nacht afkoelen om het drogen
te voltooien.
Gebruik voor 1 bakplaat de derde
rekstand.
Gebruik voor 2 bakplaten de eerste en de
vierde rekstand.
GROENTEN
(°C) (u)
Bonen 60 - 70 6 - 8
Paprika’s 60 - 70 5 - 6
Soepgroenten 60 - 70 5 - 6
Champignons 50 - 60 6 - 8
40 Progress
GROENTEN
(°C) (u)
Kruiden 40 - 50 2 - 3
Stel de temperatuur in op 60 - 70 °C.
FRUIT
(u)
Pruimen 8 - 10
FRUIT
(u)
Abrikozen 8 - 10
Schijfjes appel 6 - 8
Peren 6 - 9
Voedselsensor
RUNDVLEES Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Saignant Medium Bien cuit
Rosbief 45 60 70
Entrecote 45 60 70
RUNDVLEES Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Gehaktbrood 80 83 86
VARKENSVLEES Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Ham / Braadstuk 80 84 88
Rugkotelet / Varkenshaas, gerookt /
Varkenshaas, gepocheerd
75 78 82
Progress 41
KALFSVLEES Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Geroosterd kalfsvlees 75 80 85
Kalfsschenkel 85 88 90
SCHAPENVLEES/LAMS‐
VLEES
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Schapenbout 80 85 88
Rugfilet schapenvlees 75 80 85
Geroosterd lamsvlees / Lamsbout 65 70 75
WILD Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Hazenrugfilet / Hert rugfilet 65 70 75
Hazenpoot / Haas, heel / Herten‐
bout
70 75 80
GEVOGELTE Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Kip 80 83 86
Eend, hele/halve / Kalkoen, hele/
halve
75 80 85
Eendenborst 60 65 70
VIS (ZALM, FOREL,
SNOEKBAARS)
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Vis, hele/grote/gestoomde / Vis,
hele/grote/geroosterde
60 64 68
42 Progress
OVENSCHOTELS - VOOR‐
GEKOOKTE GROENTEN
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Ovenschotel courgette / Ovenscho‐
tel broccoli / Ovenschotel venkel
85 88 91
OVENSCHOTELS - HAR‐
TIG
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Cannelloni / Lasagne / Pasta ge‐
bakken
85 88 91
OVENSCHOTELS - ZOET Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Ovenschotel witbrood met/zonder
fruit / Ovenschotel rijstepap met/
zonder fruit / Ovenschotel zoete
noedels
80 85 90
Warmelucht (vochtig) -
aanbevolen accessoires
Gebruik de donkere en niet-reflecterende
bakjes en schalen. Ze nemen de warmte
beter op dan licht en reflecterend servies.
Pizza pan
Ovenschotel
Ovenschaal‐
tjes
Blik voor flanbo‐
dem
Donker, niet-reflecte‐
rend
Diameter van 28 cm
Donker, niet-reflecterend
Diameter van 26 cm
Keramiek
8 cm diame‐
ter, 5 cm
hoog
Donker, niet-reflecte‐
rend
Diameter van 28 cm
Progress 43
Warmelucht (vochtig)
Volg voor de beste resultaten de volgende
aanwijzingen op die hieronder in de tabel
staan.
Gebruik de derde rekstand.
(°C) (min)
Pastagratin 200 - 220 45 - 55
Aardappelgratin 180 - 200 70 - 85
Moussaka 170 - 190 70 - 95
Lasagne 180 - 200 75 - 90
Cannelloni 180 - 200 70 - 85
Broodpudding 190 - 200 55 - 70
Rijstpudding 170 - 190 45 - 60
Appeltaart, gemaakt van zacht cakedeeg
(ronde taartvorm)
160 - 170 70 - 80
Witbrood 190 - 200 55 - 70
Aanwijzingen voor testinstituten
Testen in overeenstemming met: EN
60350, IEC 60350.
BAKKEN OP ÉÉN NIVEAU. Bakken in een bakblik
(°C) (min)
Biscuittaart zonder vet Hetelucht 140 - 150 35 - 50 2
Biscuittaart zonder vet Boven + onder‐
warmte
160 35 - 50 2
Appeltaart, 2 blikken
Ø20 cm
Hetelucht 160 60 - 90 2
Appeltaart, 2 blikken
Ø20 cm
Boven + onder‐
warmte
180 70 - 90 1
44 Progress
BAKKEN OP ÉÉN NIVEAU. Koekjes
Gebruik de derde rekstand.
(°C) (min)
Zandtaartdeeg / Dee‐
greepjes voor op vlaaien/
taarten
Hetelucht 140 25 - 40
Zandtaartdeeg / Dee‐
greepjes voor op vlaaien/
taarten, verwarm de oven
voor
Boven + onderwarmte 160 20 - 30
Kleine cakes, 20 stuks per
bakplaat, verwarm de
oven voor
Hetelucht 150 20 - 35
Kleine cakes, 20 stuks per
bakplaat, verwarm de
oven voor
Boven + onderwarmte 170 20 - 30
BAKKEN OP MEERDERE NIVEAUS. Koekjes
(°C) (min)
2 po‐
sities
3 posi‐
ties
Zandtaartdeeg /
Deegreepjes voor op
vlaaien/taarten
Hetelucht 140 25 - 45 1 / 4 1 / 3 /
5
Kleine cakes, 20
stuks per bakplaat,
verwarm de oven
voor
Hetelucht 150 23 - 40 1 / 4 -
Progress 45
GRILLEN
Verwarm de lege oven 5 minuten voor.
Grill met de maximale temperatuurinstelling.
(min)
Geroosterd brood Grillen 1 - 3 5
Biefstuk, halverwege de be‐
reidingstijd omdraaien
Grillen 24 - 30 4
Aanwijzingen voor testinstituten
Testen voor de functie: Stoom.
Testen volgens IEC 60350-1.
Gebruik de bakplaat.
Stel de temperatuur in op 99 °C.
Container
(Gastronorm)
(kg)
(min)
Broccoli, ver‐
warm de oven
voor
1 x 1/2 geper‐
foreerd
0,3 3 13 - 15 Plaats de
bakplaat
op de
eerste
rekstand.
Broccoli, ver‐
warm de oven
voor
2 x 1/2 geper‐
foreerd
2 x 0,3 2 en 4 13 - 15 Plaats de
bakplaat
op de
eerste
rekstand.
Broccoli, ver‐
warm de oven
voor
1 x 1/2 geper‐
foreerd
max. 3 15 - 18 Plaats de
bakplaat
op de
eerste
rekstand.
46 Progress
Stel de temperatuur in op 99 °C.
Container
(Gastronorm)
(kg)
(min)
Erwten, bevro‐
ren
2 x 1/2 geper‐
foreerd
2 x 1,3 2 en 4 Totdat de
tempera‐
tuur in het
koelste ge‐
deelte 85
°C bereikt.
Plaats de
bakplaat
op de
eerste
rekstand.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Opmerkingen over schoonmaken
Reinigings‐
middelen
Maak de voorkant van de oven schoon met een zachte doek, warm water en
een mild reinigingsmiddel.
Gebruik voor metalen oppervlakken een specifiek reinigingsmiddel.
Verwijder hardnekkige vlekken met een speciale ovenreiniger.
Dagelijks
gebruik
Reinig de uitsparing in de oven na elk gebruik. Vetophoping of andere voe‐
dingsresten kunnen brand veroorzaken. Het gevaar is groter voor de grillpan.
Droog de uitsparing na elk gebruik met een zachte doek.
Accessoires
Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze drogen. Gebruik een zachte
doek met een warm sopje en een reinigingsmiddel. De accessoires niet in de
afwasmachine reinigen.
Reinig de antiaanbakaccessoires niet met agressieve middelen, scherpe
voorwerpen of in een vaatwasser.
Progress 47
Aanbevolen
reinigingsproducten
Gebruik geen schuursponzen of
agressieve reinigingsmiddelen. Deze
kunnen schade veroorzaken aan de
emaillen en roestvrij stalen delen.
U kunt onze producten kopen bij en de
beste detailhandel.
Verwijderen van de geleiders
Zorg ervoor dat de oven is afgekoeld
voordat u onderhoud verricht. Er bestaat
verbrandingsgevaar.
Om het apparaat te reinigen, verwijder de
inschuifrails.
1. Inschuifrails voorzichtig naar boven toe
uit de voorste ophanging trekken.
2
3
1
2. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit
de zijwand.
3. Geleiders uit de achterste ophanging
trekken.
Installeer de inschuifrails in de
omgekeerde volgorde.
Submenu voor: Reinigen
Het submenu met reinigingsfuncties
bevindt zich onder de tiptoetsen .
Symbool Menu-item Beschrijving
S1 Tank leegmaken Procedure voor het verwijderen van het rest‐
water van de waterlade na gebruik van de
stoomfuncties.
S2 Stoomreiniging Procedure voor het reinigen van het appa‐
raat met stoom.
S3 Ontkalken Procedure om kalkresten te verwijderen van
de stoomgenerator.
S4 Spoelen Procedure voor het spoelen en reinigen van
de stoomgenerator na frequent gebruik van
de stoomfuncties.
Een reinigingsfunctie starten
1. Schakel het apparaat in.
2. Raak aan totdat het display er als
volgt uitziet S1. In sommige modellen
kunt u ook S2, S3, S4 kiezen.
3. Raak of aan om een
reinigingsfunctie te selecteren.
4. Raak aan om te bevestigen.
Tank leegmaken - S1
Verwijder alle accessoires.
De reinigingsfunctie verwijdert het
restwater van de waterlade. Gebruik de
functie na bereiding met stoom.
De totale duur van de functie is ongeveer
6 minuten.
Het lampje in deze functie is uit.
1. Plaats de plaat op het eerste
ovenniveau.
2. Activeer de functie Tank leegmaken -
S1. Raadpleeg "Reinigingsfunctie
starten".
3. Raak aan.
Verwijder de bakplaat na beëindiging van
de procedure.
48 Progress
Stoomreiniging - S2
Verwijder zo veel mogelijk vuil met de
hand.
Verwijder de accessoires en de
inschuifrails om de zijwanden te reinigen.
De stoomreinigingsfuncties helpen bij de
reiniging van de stoomruimte van het
apparaat.
Voor betere prestaties moet u
de reinigingsfunctie starten als
het apparaat koel is.
De aangegeven tijd is
gerelateerd aan de duur van de
functie en daarin is de tijd die
nodig is voor het reinigen van
de ruimte door de gebruiker
niet meegerekend.
Als de stoomreinigingsfunctie actief is, is
het lampje uit.
1. Vul de waterlade tot het maximale
niveau (ongeveer 950 ml water) tot het
geluidssignaal klinkt of het display het
bericht toont.
2. Stoomreinigingsfunctie - S2.
Raadpleeg "Reinigingsfunctie starten".
De totale duur van de functie is
ongeveer 30 minuten.
Als het programma is voltooid klinkt er
een geluidssignaal.
3. Raak een tiptoets aan om het signaal
uit te schakelen.
4. Wrijf met een niet-schurende zachte
spons langs de binnenkant van het
apparaat. Om de ruimte te reinigen
kunt warm water gebruiken.
Houd na reiniging de deur van het
apparaat ongeveer 1 uur open. Wacht tot
het apparaat droog is. Laat het apparaat
met de deur open volledig drogen. Om het
droogproces te versnellen kunt u de deur
sluiten en het apparaat circa 15 minuten
verwarmen met de heteluchtverwarming
bij een temperatuur van 150°C. U behaalt
maximaal resultaat met de
reinigingsfunctie als u het apparaat direct
schoonmaakt nadat de functie is
afgelopen. Herhaal de procedure een
tweede keer als het apparaat erg vuil is.
Reinigingsherinnering
Deze functie herinnert u eraan dat
reiniging noodzakelijk is en dat u de
volgende functie moet uitvoeren: S2.
U kunt deze functie inschakelen /
uitschakelen in het instelmenu.
Stoomgeneratiesysteem -
Ontkalken - S3
Als de stomer wordt gebruikt, ontstaat er
door het kalkgehalte in het water binnenin
een ophoping en afzetting van kalk. Dit
kan een negatief effect hebben op de
stoomkwaliteit, op de prestatie van de
stomer en de voedselkwaliteit. Om dit te
voorkomen moet de stoomgenerator van
de kalkresten ontdaan worden.
Selecteer de functie in het menu: .
De volledige procedure duurt ongeveer 2
uur.
Het lampje in deze functie is uit.
1. Verwijder alle accessoires.
2. Controleer of de waterlade leeg is.
Activeer de functie Tank leegmaken -
S1 indien nodig.
3. Plaats de plaat op het eerste
ovenniveau.
4. Doe 250 ml van antikalkmiddel in de
waterlade.
5. Vul het resterende gedeelte van de
waterlade tot het maximale niveau met
water tot het geluidssignaal klinkt of
het display het bericht toont.
Dit gedeelte duurt ongeveer 1 uur en
40 minuten.
6. Activeer de functie Ontkalken - S3.
Raadpleeg "Reinigingsfunctie starten".
7. Na beëindiging van het eerste
gedeelte moet de plaat geleegd
worden en weer op het eerste
roosterstand worden geplaatst.
8. Activeer de functie Spoelen.
Raadpleeg "Stoomgeneratiesysteem -
Spoelen - S4".
Progress 49
Verwijder de plaat na beëindiging van de
procedure.
Indien de functie Ontkalken niet
op de juiste manier wordt
uitgevoerd, toont het display
een bericht om het te herhalen.
Droog het apparaat met een droge doek
als het vochtig en nat is. Laat het apparaat
volledig uitdrogen met de deur geopend.
Ontkalkmelder
Er zijn twee ontkalkmelders die u eraan
herinneren de functie uit te voeren:
Ontkalken. Deze melders activeren iedere
keer dat u het apparaat uitschakelt. Als de
melder ingeschakeld is, knippert S3 in het
display.
De zachtklinkende melder herinnert u
en beveelt aan de antikalkcyclus uit te
voeren.
De hardklinkende melder verplicht u de
ontkalking uit te voeren. Als u het
apparaat niet ontkalkt bij het horen van
de hardklinkende melder, kunt u de
stoomfuncties niet gebruiken. U kunt de
ontkalkmelder niet uitschakelen.
Stoomgeneratiesysteem -
Spoelen - S4
Verwijder alle accessoires.
De totale duur van de functie is ongeveer
30 minuten.
Het lampje in deze functie is uit.
1. Plaats de plaat op het eerste
ovenniveau.
2. Vul de waterlade tot het maximale
niveau met vers water tot het
geluidssignaal klinkt of het display het
bericht toont.
3. Spoelfunctie activeren - S4.
Raadpleeg "Reinigingsfunctie starten".
Verwijder de plaat na beëindiging van de
procedure.
De deur verwijderen en
installeren
U kunt de ovendeur en het interne glazen
paneel verwijderen om het schoon te
maken. Het aantal glasplaten verschilt per
model.
WAARSCHUWING! De deur is
zwaar.
1. Open de deur helemaal.
2. Duw de klemhendels (A) volledig op
de twee scharnieren.
A
A
3. Sluit de deur totdat deze in een hoek
van ongeveer 45° staat.
45°
4. Pak de deur aan de zijkanten met
beide handen vast en trek deze onder
een opwaartse hoek weg van de oven.
5. Plaats de ovendeur met de buitenkant
omlaag op een zachte en egale
ondergrond.
6. Deurafdekking (B) aan de bovenkant
van de deur aan beide kanten
vastpakken en naar binnen drukken
om de klemsluiting te ontgrendelen.
50 Progress
1
2
B
LET OP! Bij heftige stoten,
vooral tegen de zijkanten van
de voorste glasplaat, kan het
glas breken.
7. Trek de deur naar voren om hem te
verwijderen.
8. Houd de glasplaten aan de bovenkant
vast en trek deze een voor een
omhoog uit de geleiding.
9. Reinig de glasplaat met een sopje.
Droog de glasplaat voorzichtig af.
Voer de bovenstaande stappen in
omgekeerde volgorde uit als de reiniging
voltooid is. Plaats de kleinste glasplaat
eerst, daarna de grotere glasplaten en de
deur.
WAARSCHUWING! Zorg
ervoor dat de glasplaten op de
juiste manier worden geplaatst,
anders kan het oppervlak van
de deur oververhit raken.
Het lampje vervangen
WAARSCHUWING! Gevaar
voor elektrische schokken.
Het lampje kan heet zijn.
1. Oven uitschakelen.
Wacht totdat de oven afgekoeld is.
2. Trek de oven uit het stopcontact.
3. Leg een doek op de bodem van de
ovenruimte.
Het bovenste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp en
verwijder het.
2. Verwijder de metalen ring en reinig de
glasafdekking.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300°C hittebestendige lamp.
4. Monteer de metalen ring op de
glasafdekking.
5. Plaats het afdekglas terug.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Progress 51
Wat moet u doen als...
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt de oven niet inscha‐
kelen of bedienen.
De oven is niet aangesloten
op een stopcontact of is niet
goed geïnstalleerd.
Controleer of de oven goed
is aangesloten op het stop‐
contact (zie het aansluitdia‐
gram indien beschikbaar).
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellin‐
gen correct zijn.
De oven wordt niet warm. De automatische uitschake‐
ling is actief.
Raadpleeg 'Automatisch uit‐
schakelen'.
De oven wordt niet warm. Het kinderslot is geacti‐
veerd.
Raadpleeg "Het kinderslot
gebruiken".
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgesla‐
gen.
Ga na of de zekering de oor‐
zaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa‐
teur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Als de oven uit staat, toont
het display de tijd niet.
Het display is uitgeschakeld.
Raak en tegelijkertijd
aan om het display opnieuw
te activeren.
De vleesthermometer werkt
niet.
De stekker van de vleesther‐
mometer is niet goed in de
aansluiting gestoken.
Steek de stekker van de
vleesthermometer zo ver
mogelijk in het stopcontact.
De bereiding van de gerech‐
ten duurt te lang of de ge‐
rechten worden te snel gaar.
De temperatuur is te laag of
te hoog.
Pas indien nodig de tempe‐
ratuur aan. Volg het advies
in de handleiding op.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
Laat gerechten na het berei‐
den niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
Op het display verschijnt
"C2".
U wilt de warmhoudfunctie
of ontdooifunctie starten,
maar u hebt de kerntempe‐
ratuursensor niet uit de aan‐
sluiting gehaald.
Haal de stekker van de
kerntemperatuursensor uit
de aansluiting.
52 Progress
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het display toont een foutco‐
de die niet in deze tabel
staat.
Er is een elektrische fout. Schakel de oven uit via
de huiszekering of de
veiligheidsschakelaar in
de zekeringkast en scha‐
kel deze weer in.
Neem contact op met de
klantenservice wanneer
de foutcode opnieuw
wordt weergegeven.
De ontkalkprocedure wordt
onderbroken voordat het is
afgelopen.
Er is een stroomstoring ge‐
weest.
Herhaal de procedure.
De ontkalkprocedure wordt
onderbroken voordat het is
afgelopen.
De functie is door de gebrui‐
ker gestopt.
Herhaal de procedure.
De grill-/bakplaat bevat na
de ontkalkprocedure geen
water.
U heeft de waterlade niet tot
het maximale niveau gevuld.
Controleer of er ontkalkings‐
middel / water in de waterla‐
de zit.
Herhaal de procedure.
Er ligt vies water op de bo‐
dem van de ruimte na de
ontkalkcyclus.
De grill-/bakplaat bevindt
zich op het verkeerde oven‐
niveau.
Verwijder het restwater en
het ontkalkingsmiddel van
de bodem van de oven.
Plaats de grill-/braadslede
op het onderste ovenniveau.
De reinigingsfunctie wordt
onderbroken voordat het is
afgelopen.
Er is een stroomstoring ge‐
weest.
Herhaal de procedure.
De reinigingsfunctie wordt
onderbroken voordat het is
afgelopen.
De functie is door de gebrui‐
ker gestopt.
Herhaal de procedure.
Er ligt te veel water op de
bodem van de ruimte na de
reinigingsfunctie.
U heeft te veel schoonmaak‐
middel in het apparaat ge‐
sprayed vóór het starten van
de reinigingscyclus.
Bedek alle onderdelen van
de ovenruimte met een dun‐
ne laag schoonmaakmiddel.
Spray het schoonmaakmid‐
del gelijkmatig.
Er is geen goed resultaat na
de reinigingsprocedure.
De initiële temperatuur in de
ovenruimte van de stoomrei‐
nigingsfunctie was te hoog.
Herhaal de cyclus. Laat de
cyclus lopen als het appa‐
raat is afgekoeld.
Progress 53
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er is geen goed resultaat na
de reinigingsprocedure.
U hebt de zijroosters niet
verwijderd voor het starten
van de reinigingsprocedure.
Deze kunnen de warmte
overbrengen op de wanden
waardoor de prestaties afne‐
men.
Verwijder de zijroosters uit
het apparaat en herhaal de
functie.
Er is geen goed resultaat na
de reinigingsprocedure.
U hebt de accessoires niet
verwijderd voor het starten
van de reinigingsprocedure.
Deze kunnen de stoomcy‐
clus beïnvloeden waardoor
de prestaties afnemen.
Verwijder de accessoires uit
het apparaat en herhaal de
functie.
Het apparaat staat aan maar
wordt niet warm. De ventila‐
tor werkt niet. Op het display
verschijnt "Demo".
De demofunctie is ingescha‐
keld.
Raadpleeg het menu "De in‐
stellingen gebruiken" in het
hoofdstuk "Extra functies".
Onderhoudsgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper ofeen erkende serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich aan de
voorkant van de binnenkant van de oven.
Verwijder het typeplaatje niet uit de
ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
ENERGIEZUINIGHEID
Productinformatieblad
Productinformatie volgens EU 65-66/2014
Naam leverancier Progress
Modelidentificatie PBD46102X 944182407
Energie-efficiëntie Index 81.0
Energie-efficiëntieklasse A+
54 Progress
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand bo‐
ven + onderwarmte
1.09 kWh/cyclus
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand hete‐
lucht
0.68 kWh/cyclus
Aantal ruimten 1
Warmtebron Elektriciteit
Volume 70 l
Soort oven Inbouwoven
Massa 35.0 kg
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - Deel 1: Range-ovens,
ovens, stoomovens en grills - Methoden
voor prestatiemeting.
Energiebesparing
Deze oven bevat functies die u
helpen energie te besparen
tijdens het dagelijks koken.
Zorg ervoor dat de ovendeur goed
gesloten is als u de oven in werking stelt.
De deur niet openen tijdens de bereiding
met stoom. Houd het deurrubber schoon
en zorg ervoor dat het goed op zijn plaats
vastzit.
Gebruik metalen kookgerei om meer
energie te besparen.
Verwarm de oven indien mogelijk niet voor
het koken voor.
Houd de onderbrekingen tussen het
bakken zo kort mogelijk als u een aantal
gerechten tegelijkertijd bereidt.
Bereiding met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de
bereidingsfuncties met hete lucht om
energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden, als een
programma met tijdselectie (Duur of
Einde) in werking is en de bereidingstijd
langer is dan 30 minuten, de
verwarmingselementen automatisch
eerder uitgeschakeld.
De lamp en ventilator blijven wel werken.
Wanneer u de oven uitschakelt, geeft het
display de restwarmte aan. U kunt die
warmte gebruiken om het eten warm te
houden.
Wanneer de kookduur langer is dan 30
minuten, verlaag dan de oventemperatuur
tot minimaal 3-10 minuten voor het einde
van het koken. De restwarmte in de oven
zorgt ervoor dat het gerecht wordt
voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken om
andere maaltijden op te warmen.
Eten warm houden
Kies de laagst mogelijke
temperatuurinstelling om de restwarmte te
gebruiken en een maaltijd warm te
houden. Het indicatielampje van de
restwarmte of temperatuur verschijnt op
het display.
Koken met de verlichting uitgeschakeld
Schakel de verlichting tijdens het koken
uit. Doe het aan als u het nodig heeft.
Warmelucht (vochtig)
Functie is ontworpen om tijdens de
bereiding energie te besparen.
Als u deze functie gebruikt, gaat de
verlichting na 30 seconden automatisch
uit. U kunt de verlichting weer inschakelen
maar deze handeling vermindert de
verwachte energiebesparingen.
Progress 55
Het display deactiveren
U kunt het display uitschakelen. Houd
en tegelijkertijd ingedrukt. Herhaal
deze stap om het in te schakelen.
MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
afvalcontainer om het te recycleren.
Bescherm het milieu en de
volksgezondheid en recycleer op een
correcte manier het afval van elektrische
en elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval.
Breng het product naar het milieustation
bij u in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
56 Progress
*
Progress 57
58 Progress
Progress 59
www.progress-hausgeraete.de
867353484-A-242019
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Progress PBD46102X Handleiding

Type
Handleiding