Makita MHR200 Handleiding

Categorie
Elektrisch gereedschap
Type
Handleiding
GB
Rotary Hammer Instruction Manual
F
Marteau Perforateur Manuel d’instructions
D
Bohrhammer Betriebsanleitung
I
Martello rotativo Istruzioni per l’uso
NL
Boorhamer Gebruiksaanwijzing
E
Martillo Rotativo Manual de instrucciones
P
Martelo Rotativo Manual de instruções
DK
Borehammer Brugsanvisning
GR    
TR
Kırıcı Delici Kullanma kılavuzu
MHR200
20
NEDERLANDS (Originele instructies)
Verklaring van algemene gegevens
1Aan/uit-schakelaar
2Vergrendelknop
3Omkeerschakelaar
4Werkingsfunctie-keuzeknop
5Alleen ronddraaien
6Ronddraaien met hameren
7Duimschroef
8Uitsteeksels
9Groeven
10 Boorschacht
11 Boorvet
12 Boor
13 Boorkopmof
14 Diepteaanslag
15 Boorkopadapter
16 Sleutelloze boorkop
TECHNISCHE GEGEVENS
•In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
•De technische gegevens kunnen van land tot land ver-
schillen.
•Gewicht volgens de EPTA-procedure 01/2003
ENE042-1
Gebruiksdoeleinden
Het gereedschap is bedoeld voor hamerboren en boren
in baksteen, beton en steen.
Het is ook geschikt voor boren zonder slagwerking in
hout, metaal, keramisch materiaal en kunststof.
ENF002-2
Voeding
Het gereedschap mag alleen worden aangesloten op
een stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven
op de naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wissel-
stroom worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geï-
soleerd en kan derhalve ook op een niet-geaard
stopcontact worden aangesloten.
GEA010-1
Algemene veiligheidswaarschuwingen voor elek-
trisch gereedschap
WAARSCHUWING Lees alle veiligheidswaarschu-
wingen en alle instructies. Het niet volgen van de
waarschuwingen en instructies kan leiden tot elektrische
schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in de
toekomst te kunnen raadplegen.
GEB007-7
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN SPECIFIEK
VOOR EEN BOORHAMER
1. Draag gehoorbescherming. Blootstelling aan
harde geluiden kan leiden tot gehoorbeschadiging.
2. Gebruik de hulphandgrepen, als deze bij het
gereedschap werden geleverd. Als u de controle
over het gereedschap verliest, kan dit leiden tot ern-
stig persoonlijk letsel.
3. Houd elektrisch gereedschap vast aan het geïso-
leerde oppervlak van de handgrepen wanneer u
werkt op plaatsen waar het booraccessoire met
verborgen bedrading of zijn eigen snoer in aan-
raking kan komen. Wanneer het booraccessoire in
aanraking komen met onder spanning staande dra-
den, zullen de niet-geïsoleerde metalen delen van
het gereedschap onder spanning komt te staan
zodat de gebruiker een elektrische schok kan krij-
gen.
4. Draag een veiligheidshelm, veiligheidsbril en/of
spatscherm. Een gewone bril of een zonnebril is
GEEN veiligheidsbril. Het wordt tevens sterk
aanbevolen een stofmasker en dik gevoerde
handschoenen te dragen.
5. Controleer of de boor stevig op zijn plaats zit
voordat u het gereedschap gebruikt.
6. Bij normale bediening behoort het gereedschap
te trillen. De schroeven kunnen gemakkelijk los-
raken, waardoor een defect of ongeval kan ont-
staan. Controleer of de schroeven goed zijn
aangedraaid, alvorens het gereedschap te
gebruiken.
Model MHR200
Maximale dikten
Beton 22 mm
Kroonboor 54 mm
Diamantkroonboor (droog type) 65 mm
Staal 13 mm
Hout 32 mm
Nullasttoerental (min
–1
)0 1 100
Aantal slagen/minuut 0 – 4 350
Tota le leng te 36 2 mm
Nettogewicht 2,5 kg
Veiligheidsklasse /II
21
7. In koude weersomstandigheden of wanneer het
gereedschap gedurende een lange tijd niet is
gebruikt, laat u het gereedschap eerst opwarmen
door het onbelast te laten werken. Hierdoor zal
de smering worden verbeterd. Zonder degelijk
opwarmen, zal de hamerwerking moeilijk zijn.
8. Zorg er altijd voor dat u stevig staat.
Zorg ervoor dat er niemand zich onder u bevindt
wanneer u het gereedschap op een hoge plaats
gebruikt.
9. Houd het gereedschap met beide handen stevig
vast.
10. Houd uw handen uit de buurt van bewegende
delen.
11. Laat het gereedschap niet ingeschakeld liggen.
Bedien het gereedschap alleen wanneer u het
vasthoudt.
12. Richt het gereedschap niet op iemand in de
buurt terwijl het is ingeschakeld. De boor zou
eruit kunnen vliegen en iemand ernstig verwon-
den.
13. Raak de boor en onderdelen in de buurt van de
boor niet onmiddellijk na gebruik aan. Zij kunnen
bijzonder heet zijn en brandwonden op uw huid
veroorzaken.
14. Sommige materialen bevatten chemische stoffen
die giftig kunnen zijn. Neem voorzorgsmaatrege-
len tegen het inademen van stof en contact met
de huid. Volg de veiligheidsinstructies van de
leverancier van het materiaal op.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van com-
fort en bekendheid met het gereedschap (na veelvul-
dig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften
van het betreffende product altijd strikt in acht. VER-
KEERD GEBRUIK of het niet volgen van de veilig-
heidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing kan
leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
LET OP:
•Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de stekker uit het stopcontact is getrokken alvorens
de functies van het gereedschap te controleren of af te
stellen.
Aan- en uit-knoppen (Fig. 1)
LET OP:
•Controleer altijd, voordat u de stekker in het stopcon-
tact steekt, of de aan/uit-schakelaar op de juiste manier
schakelt en weer terugkeert naar de “UIT”-stand nadat
deze is losgelaten.
•De schakelaar kan in de AAN-stand vergrendeld wor-
den, hetgeen bij langdurig gebruik comfortabeler werkt.
Wees extra voorzichtig wanneer u de schakelaar in de
“AAN”-stand vergrendelt en houd het gereedschap
altijd stevig vast.
Om het gereedschap in te schakelen, knijpt u gewoon de
aan/uit-schakelaar in. De draaisnelheid van het gereed-
schap neemt toe naarmate u meer druk uitoefent op de
aan/uit-schakelaar. Laat de aan/uit-schakelaar los om
het gereedschap te stoppen. Om het gereedschap con-
tinu te laten werken, knijpt u eerst de aan/uit-schakelaar
in, drukt u daarna de vergrendelknop in, en laat u ten-
slotte de aan/uit-schakelaar los. Om vanuit de vergren-
delde werking het gereedschap te stoppen, knijpt u de
aan/uit-schakelaar helemaal in en laat u deze vervolgens
weer los.
Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 2)
LET OP:
•Controleer altijd de draairichting alvorens het gereed-
schap te gebruiken.
•Gebruik de omkeerschakelaar alleen nadat het gereed-
schap volledig tot stilstand is gekomen. Als u de draai-
richting verandert voordat het gereedschap volledig
stilstaat, kan het gereedschap worden beschadigd.
•Als de aan/uit-schakelaar niet kan worden ingeknepen,
controleert u dat de omkeerschakelaar helemaal naar
de stand (kant A) of naar de stand (kant B) is
gezet.
Dit gereedschap is uitgerust met een omkeerschakelaar
waarmee u de draairichting kunt omkeren. Duw de
omkeerschakelaar naar stand (kant A) voor de draai-
richting rechtsom, of naar stand (kant B) voor de
draairichting linksom.
De werkingsfunctie kiezen (Fig. 3)
Dit gereedschap is uitgerust met een werkingsfunctie-
keuzeknop. Kies met de werkingsfunctie-keuzeknop één
van de twee beschikbare werkingsfuncties die het meest
geschikt is voor uw klus.
Voor alleen ronddraaien, draait u de werkingsfunctie-
keuzeknop zodat de pijlpunt op de knop naar het sym-
bool
m op het gereedschap wijst.
Voor ronddraaien met hameren draait u de werkingsfunc-
tie-keuzeknop zodat de pijlpunt op de knop naar het
symbool op het gereedschap wijst.
LET OP:
•Stel de werkingsfunctie-keuzeknop altijd volledig in op
het symbool van de juiste stand van uw keuze. Als u
het gereedschap bedient met de werkingsfunctie-keu-
zeknop ingesteld tussen de twee werkingsfunctiesym-
bolen in, kan het gereedschap beschadigd raken.
•Draai de werkingsfunctie-keuzeknop alleen nadat het
gereedschap volledig tot stilstand is gekomen.
Koppelbegrenzer
De koppelbegrenzer treedt in werking wanneer de motor
een bepaald koppel bereikt. De motor wordt dan ontkop-
peld van de uitgaande as. Wanneer dit gebeurt, zal de
boor ophouden met draaien.
LET OP:
•Schakel het gereedschap onmiddellijk uit wanneer de
koppelbegrenzer in werking treedt. Hiermee helpt u
vroegtijdige slijtage van het gereedschap voorkomen.
•Opzetstukken, zoals gatenzagen, die gemakkelijk
bekneld raken in het boorgat, mogen niet worden
gebruikt met dit gereedschap. Dit is omdat zij de kop-
pelbegrenzer te vaak in werking doen treden.
22
INEENZETTEN
LET OP:
•Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de stekker uit het stopcontact is getrokken alvorens
enige werk aan het gereedschap uit te voeren.
Zijhandgreep (hulphandgreep) (Fig. 4)
LET OP:
•Gebruik altijd de zijhandgreep om veilig te kunnen wer-
ken.
Installeer de zijhandgreep zo, dat de uitsteeksels aan de
binnenkant van de handgreep in de groeven van de kop
van het gereedschap vallen. Draai vervolgens de duim-
schroef aan om de handgreep in de gewenste stand vast
te zetten. De handgreep is 360° draaibaar, dus te monte-
ren in elke stand die u het best uitkomt.
Boorvet
Voordat u de boor aanbrengt, smeert u een beetje boor-
vet (ong. 0,5 tot 1 gram) op de kop van de boorschacht.
Met een ingevette boorkop zal het gereedschap beter
werken en langer meegaan.
Aanbrengen en verwijderen van de boor
Reinig de boorschacht en smeer er boorvet op alvorens
de boor te plaatsen. (Fig. 5)
Steek de boor in het gereedschap. Draai de boor en duw
deze naar binnen tot zij vergrendelt. (Fig. 6)
Controleer na het aanbrengen altijd of de boor stevig in
het gereedschap is bevestigd door te proberen deze eruit
te trekken.
Om de boor te verwijderen, trekt u de boorkopmof hele-
maal omlaag en vervolgens de boor eruit. (Fig. 7)
Diepteaanslag (Fig. 8)
De diepteaanslag is handig voor het boren van gaten van
gelijke diepte. Draai de duimschroef los en stel de diep-
teaanslag in op de gewenste diepte. Na het instellen
draait u de duimschroef weer stevig vast.
OPMERKING:
•De diepteaanslag kan niet worden gebruikt in een
stand waarbij de diepteaanslag in aanraking komt met
het overbrengingshuis/motorhuis.
BEDIENING
Gebruik altijd de zijhandgreep (hulphandgreep) en houd
het gereedschap tijdens gebruik stevig vast aan zowel de
zijhandgreep als de hoofdhandgreep.
Gebruik als boorhamer (Fig. 9)
Draai de werkingsfunctie-keuzeknop naar het symbool
.
Plaats de punt van de boor op de gewenste plaats waar
het boorgat moet komen en knijp vervolgens de aan/uit-
schakelaar in. Forceer het gereedschap niet. Een lichte
druk geeft de beste resultaten. Houd het gereedschap
stevig vast en zorg dat het niet uitglijdt.
Oefen geen grotere druk uit wanneer het boorgat ver-
stopt raakt met schilfertjes of metaaldeeltjes. Laat in zo’n
geval het gereedschap langzaam lopen en verwijder de
boor gedeeltelijk uit het boorgat. Wanneer dit verschil-
lende keren wordt herhaald, zal het boorgat schoon wor-
den en kunt u normaal verder boren.
Draai de werkingsfunctie-keuzeknop naar het symbool
.
LET OP:
•Op het moment dat het boorgat doorbreekt, het boor-
gat verstopt raakt met schilfertjes of metaaldeeltjes, of
de boorhamer de bewapening in het beton raakt, wordt
een enorme en plotselinge kracht uitgeoefend op het
gereedschap/de boor. Gebruik altijd de zijhandgreep
(hulphandgreep) en houd het gereedschap tijdens
gebruik stevig vast aan zowel de zijhandgreep als de
hoofdhandgreep. Als u dit niet doet, kunt u de controle
over het gereedschap verliezen en mogelijk ernstig let-
sel veroorzaken.
OPMERKING:
•Terwijl het gereedschap onbelast wordt gebruikt, kan
de boor excentrisch draaien. Het gereedschap cen-
treert zichzelf automatisch tijdens het gebruik. Dit heeft
geen nadelige invloed op de nauwkeurigheid van het
boren.
Boren in hout of metaal (Fig. 10)
Gebruik de los verkrijgbare complete boorkop. Om deze
aan te brengen, zie “Aanbrengen en verwijderen van de
boor” op de vorige paragraaf.
LET OP:
•Gebruik nooit de functie voor ronddraaien met hame-
ren” wanneer de boorkop op het gereedschap is
bevestigd. Anders kan de boorkop beschadigd worden.
Bovendien kan de boorkop losraken wanneer u het
gereedschap achteruit haalt.
•Het boren zal niet sneller verlopen als u hard op het
gereedschap drukt. In feite zal dergelijk hard drukken
alleen maar leiden tot beschadiging van de boor, verla-
ging van de prestaties van het gereedschap, en verkor-
ting van de levensduur van het gereedschap.
•Op het moment dat het boorgat doorbreekt wordt een
enorme draaikracht uitgeoefend op het gereedschap/
de boor. Houd het gereedschap stevig vast en let goed
op wanneer de boor door het werkstuk breekt.
•Een vastgelopen boor kan eenvoudigweg worden ver-
wijderd door de omkeerschakelaar in de stand voor
achteruitdraaien te zetten en de boor achteruit uit het
gat te laten draaien. Het gereedschap kan echter plot-
seling achteruit komen als u het niet stevig vasthoudt.
•Zet kleine werkstukken altijd vast in een bankschroef of
soortgelijk bevestigingsmiddel.
Diamantkroonboren
Wanneer u werkzaamheden met diamantkroonboren uit-
voert, moet u de werkingsfunctie-keuzeknop altijd naar
het symbool m draaien voor “alleen ronddraaien”.
LET OP:
Als u werkzaamheden met diamantkroonboren uitvoert
in de stand “ronddraaien met hameren” kan de dia-
mantkroonboor beschadigd raken.
23
ONDERHOUD
LET OP:
•Zorg er altijd voor dat het gereedschap is uitgescha-
keld en de stekker uit het stopcontact is getrokken,
voordat u een inspectie of onderhoud uitvoert.
•Gebruik nooit benzine, wasbenzine, verdunner, alco-
hol, enz. Dit kan leiden tot verkleuren, vervormen of
barsten.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties, con-
trole en vervanging van de koolborstels, onderhoud en
afstellingen te worden uitgevoerd door een erkend
Makita-servicecentrum, en altijd met gebruikmaking van
originele Makita-vervangingsonderdelen.
ENG905-1
Geluid
De typische, A-gewogen geluidsniveaus zijn gemeten
volgens EN60745:
Geluidsdrukniveau (L
pA
): 90 dB (A)
Geluidsvermogenniveau (L
WA
): 101 dB (A)
Onnauwkeurigheid (K): 3 dB (A)
Draag gehoorbescherming
ENG900-1
Trillingen
De totale trillingswaarde (triaxiale vectorsom) zoals vast-
gesteld volgens EN60745:
Gebruikstoepassing: klopboren in beton
Trillingsemissie (a
h, HD
): 15,5 m/s
2
Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s
2
Gebruikstoepassing: boren in metaal
Trillingsemissie (a
h, D
): 3,0 m/s
2
Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s
2
ENG901-1
•De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten vol-
gens de standaardtestmethode en kan worden gebruikt
om dit gereedschap te vergelijken met andere gereed-
schappen.
•De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden
gebruikt voor een beoordeling vooraf van de blootstel-
ling.
WAARSCHUWING:
•De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch
gereedschap in de praktijk kan verschillen van de
opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de
manier waarop het gereedschap wordt gebruikt.
•Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden getrof-
fen ter bescherming van de operator die zijn gebaseerd
op een schatting van de blootstelling onder praktijkom-
standigheden (rekening houdend met alle fasen van de
bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende welke het
gereedschap is uitgeschakeld en stationair draait,
naast de ingeschakelde tijdsduur).
ENH101-16
Alleen voor Europese landen
EU-verklaring van conformiteit
Wij, Makita Corporation, als de verantwoordelijke
fabrikant, verklaren dat de volgende Makita-
machine(s):
Aanduiding van de machine:
Boorhamer
Modelnr./Type: MHR200
in serie zijn geproduceerd en
Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen:
2006/42/EC
En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de vol-
gende normen of genormaliseerde documenten:
EN60745
De technische documentatie wordt bewaard door:
Makita International Europe Ltd.
Tec hnisc he afdeling,
Michigan Drive, Tongwell,
Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland
27.4.2012
Tomoyasu Kato
Directeur
Makita Corporation
3-11-8, Sumiyoshi-cho,
Anjo, Aichi, 446-8502, JAPAN

Documenttranscriptie

GB Rotary Hammer Instruction Manual F Marteau Perforateur Manuel d’instructions D Bohrhammer Betriebsanleitung I Martello rotativo Istruzioni per l’uso NL Boorhamer Gebruiksaanwijzing E Martillo Rotativo Manual de instrucciones P Martelo Rotativo Manual de instruções DK Borehammer Brugsanvisning GR TR Kırıcı Delici MHR200 Kullanma kılavuzu NEDERLANDS (Originele instructies) Verklaring van algemene gegevens 1 2 3 4 5 6 Aan/uit-schakelaar Vergrendelknop Omkeerschakelaar Werkingsfunctie-keuzeknop Alleen ronddraaien Ronddraaien met hameren 7 8 9 10 11 12 Duimschroef Uitsteeksels Groeven Boorschacht Boorvet Boor 13 14 15 16 Boorkopmof Diepteaanslag Boorkopadapter Sleutelloze boorkop TECHNISCHE GEGEVENS Model Maximale dikten MHR200 Beton 22 mm Kroonboor 54 mm Diamantkroonboor (droog type) 65 mm Staal 13 mm Hout 32 mm Nullasttoerental (min–1) 0 – 1 100 Aantal slagen/minuut 0 – 4 350 Totale lengte 362 mm Nettogewicht 2,5 kg Veiligheidsklasse /II • In verband met ononderbroken research en ontwikkeling behouden wij ons het recht voor bovenstaande technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving. • De technische gegevens kunnen van land tot land verschillen. • Gewicht volgens de EPTA-procedure 01/2003 GEB007-7 VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN SPECIFIEK VOOR EEN BOORHAMER 1. 2. ENE042-1 Gebruiksdoeleinden Het gereedschap is bedoeld voor hamerboren en boren in baksteen, beton en steen. Het is ook geschikt voor boren zonder slagwerking in hout, metaal, keramisch materiaal en kunststof. 3. ENF002-2 Voeding Het gereedschap mag alleen worden aangesloten op een stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven op de naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wisselstroom worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geïsoleerd en kan derhalve ook op een niet-geaard stopcontact worden aangesloten. 4. GEA010-1 Algemene veiligheidswaarschuwingen voor elektrisch gereedschap WAARSCHUWING Lees alle veiligheidswaarschuwingen en alle instructies. Het niet volgen van de waarschuwingen en instructies kan leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel. Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in de toekomst te kunnen raadplegen. 20 5. 6. Draag gehoorbescherming. Blootstelling aan harde geluiden kan leiden tot gehoorbeschadiging. Gebruik de hulphandgrepen, als deze bij het gereedschap werden geleverd. Als u de controle over het gereedschap verliest, kan dit leiden tot ernstig persoonlijk letsel. Houd elektrisch gereedschap vast aan het geïsoleerde oppervlak van de handgrepen wanneer u werkt op plaatsen waar het booraccessoire met verborgen bedrading of zijn eigen snoer in aanraking kan komen. Wanneer het booraccessoire in aanraking komen met onder spanning staande draden, zullen de niet-geïsoleerde metalen delen van het gereedschap onder spanning komt te staan zodat de gebruiker een elektrische schok kan krijgen. Draag een veiligheidshelm, veiligheidsbril en/of spatscherm. Een gewone bril of een zonnebril is GEEN veiligheidsbril. Het wordt tevens sterk aanbevolen een stofmasker en dik gevoerde handschoenen te dragen. Controleer of de boor stevig op zijn plaats zit voordat u het gereedschap gebruikt. Bij normale bediening behoort het gereedschap te trillen. De schroeven kunnen gemakkelijk losraken, waardoor een defect of ongeval kan ontstaan. Controleer of de schroeven goed zijn aangedraaid, alvorens het gereedschap te gebruiken. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. In koude weersomstandigheden of wanneer het gereedschap gedurende een lange tijd niet is gebruikt, laat u het gereedschap eerst opwarmen door het onbelast te laten werken. Hierdoor zal de smering worden verbeterd. Zonder degelijk opwarmen, zal de hamerwerking moeilijk zijn. Zorg er altijd voor dat u stevig staat. Zorg ervoor dat er niemand zich onder u bevindt wanneer u het gereedschap op een hoge plaats gebruikt. Houd het gereedschap met beide handen stevig vast. Houd uw handen uit de buurt van bewegende delen. Laat het gereedschap niet ingeschakeld liggen. Bedien het gereedschap alleen wanneer u het vasthoudt. Richt het gereedschap niet op iemand in de buurt terwijl het is ingeschakeld. De boor zou eruit kunnen vliegen en iemand ernstig verwonden. Raak de boor en onderdelen in de buurt van de boor niet onmiddellijk na gebruik aan. Zij kunnen bijzonder heet zijn en brandwonden op uw huid veroorzaken. Sommige materialen bevatten chemische stoffen die giftig kunnen zijn. Neem voorzorgsmaatregelen tegen het inademen van stof en contact met de huid. Volg de veiligheidsinstructies van de leverancier van het materiaal op. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES. WAARSCHUWING: Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van comfort en bekendheid met het gereedschap (na veelvuldig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften van het betreffende product altijd strikt in acht. VERKEERD GEBRUIK of het niet volgen van de veiligheidsinstructies in deze gebruiksaanwijzing kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel. BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES LET OP: • Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld en de stekker uit het stopcontact is getrokken alvorens de functies van het gereedschap te controleren of af te stellen. Aan- en uit-knoppen (Fig. 1) LET OP: • Controleer altijd, voordat u de stekker in het stopcontact steekt, of de aan/uit-schakelaar op de juiste manier schakelt en weer terugkeert naar de “UIT”-stand nadat deze is losgelaten. • De schakelaar kan in de “AAN”-stand vergrendeld worden, hetgeen bij langdurig gebruik comfortabeler werkt. Wees extra voorzichtig wanneer u de schakelaar in de “AAN”-stand vergrendelt en houd het gereedschap altijd stevig vast. Om het gereedschap in te schakelen, knijpt u gewoon de aan/uit-schakelaar in. De draaisnelheid van het gereedschap neemt toe naarmate u meer druk uitoefent op de aan/uit-schakelaar. Laat de aan/uit-schakelaar los om het gereedschap te stoppen. Om het gereedschap continu te laten werken, knijpt u eerst de aan/uit-schakelaar in, drukt u daarna de vergrendelknop in, en laat u tenslotte de aan/uit-schakelaar los. Om vanuit de vergrendelde werking het gereedschap te stoppen, knijpt u de aan/uit-schakelaar helemaal in en laat u deze vervolgens weer los. Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 2) LET OP: • Controleer altijd de draairichting alvorens het gereedschap te gebruiken. • Gebruik de omkeerschakelaar alleen nadat het gereedschap volledig tot stilstand is gekomen. Als u de draairichting verandert voordat het gereedschap volledig stilstaat, kan het gereedschap worden beschadigd. • Als de aan/uit-schakelaar niet kan worden ingeknepen, controleert u dat de omkeerschakelaar helemaal naar de stand (kant A) of naar de stand (kant B) is gezet. Dit gereedschap is uitgerust met een omkeerschakelaar waarmee u de draairichting kunt omkeren. Duw de omkeerschakelaar naar stand (kant A) voor de draairichting rechtsom, of naar stand (kant B) voor de draairichting linksom. De werkingsfunctie kiezen (Fig. 3) Dit gereedschap is uitgerust met een werkingsfunctiekeuzeknop. Kies met de werkingsfunctie-keuzeknop één van de twee beschikbare werkingsfuncties die het meest geschikt is voor uw klus. Voor alleen ronddraaien, draait u de werkingsfunctiekeuzeknop zodat de pijlpunt op de knop naar het symbool m op het gereedschap wijst. Voor ronddraaien met hameren draait u de werkingsfunctie-keuzeknop zodat de pijlpunt op de knop naar het symbool op het gereedschap wijst. LET OP: • Stel de werkingsfunctie-keuzeknop altijd volledig in op het symbool van de juiste stand van uw keuze. Als u het gereedschap bedient met de werkingsfunctie-keuzeknop ingesteld tussen de twee werkingsfunctiesymbolen in, kan het gereedschap beschadigd raken. • Draai de werkingsfunctie-keuzeknop alleen nadat het gereedschap volledig tot stilstand is gekomen. Koppelbegrenzer De koppelbegrenzer treedt in werking wanneer de motor een bepaald koppel bereikt. De motor wordt dan ontkoppeld van de uitgaande as. Wanneer dit gebeurt, zal de boor ophouden met draaien. LET OP: • Schakel het gereedschap onmiddellijk uit wanneer de koppelbegrenzer in werking treedt. Hiermee helpt u vroegtijdige slijtage van het gereedschap voorkomen. • Opzetstukken, zoals gatenzagen, die gemakkelijk bekneld raken in het boorgat, mogen niet worden gebruikt met dit gereedschap. Dit is omdat zij de koppelbegrenzer te vaak in werking doen treden. 21 INEENZETTEN LET OP: • Gebruik altijd de zijhandgreep om veilig te kunnen werken. LET OP: • Op het moment dat het boorgat doorbreekt, het boorgat verstopt raakt met schilfertjes of metaaldeeltjes, of de boorhamer de bewapening in het beton raakt, wordt een enorme en plotselinge kracht uitgeoefend op het gereedschap/de boor. Gebruik altijd de zijhandgreep (hulphandgreep) en houd het gereedschap tijdens gebruik stevig vast aan zowel de zijhandgreep als de hoofdhandgreep. Als u dit niet doet, kunt u de controle over het gereedschap verliezen en mogelijk ernstig letsel veroorzaken. Installeer de zijhandgreep zo, dat de uitsteeksels aan de binnenkant van de handgreep in de groeven van de kop van het gereedschap vallen. Draai vervolgens de duimschroef aan om de handgreep in de gewenste stand vast te zetten. De handgreep is 360° draaibaar, dus te monteren in elke stand die u het best uitkomt. OPMERKING: • Terwijl het gereedschap onbelast wordt gebruikt, kan de boor excentrisch draaien. Het gereedschap centreert zichzelf automatisch tijdens het gebruik. Dit heeft geen nadelige invloed op de nauwkeurigheid van het boren. Boorvet Boren in hout of metaal (Fig. 10) LET OP: • Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld en de stekker uit het stopcontact is getrokken alvorens enige werk aan het gereedschap uit te voeren. Zijhandgreep (hulphandgreep) (Fig. 4) Voordat u de boor aanbrengt, smeert u een beetje boorvet (ong. 0,5 tot 1 gram) op de kop van de boorschacht. Met een ingevette boorkop zal het gereedschap beter werken en langer meegaan. Aanbrengen en verwijderen van de boor Reinig de boorschacht en smeer er boorvet op alvorens de boor te plaatsen. (Fig. 5) Steek de boor in het gereedschap. Draai de boor en duw deze naar binnen tot zij vergrendelt. (Fig. 6) Controleer na het aanbrengen altijd of de boor stevig in het gereedschap is bevestigd door te proberen deze eruit te trekken. Om de boor te verwijderen, trekt u de boorkopmof helemaal omlaag en vervolgens de boor eruit. (Fig. 7) Diepteaanslag (Fig. 8) De diepteaanslag is handig voor het boren van gaten van gelijke diepte. Draai de duimschroef los en stel de diepteaanslag in op de gewenste diepte. Na het instellen draait u de duimschroef weer stevig vast. OPMERKING: • De diepteaanslag kan niet worden gebruikt in een stand waarbij de diepteaanslag in aanraking komt met het overbrengingshuis/motorhuis. Gebruik de los verkrijgbare complete boorkop. Om deze aan te brengen, zie “Aanbrengen en verwijderen van de boor” op de vorige paragraaf. LET OP: • Gebruik nooit de functie voor “ronddraaien met hameren” wanneer de boorkop op het gereedschap is bevestigd. Anders kan de boorkop beschadigd worden. Bovendien kan de boorkop losraken wanneer u het gereedschap achteruit haalt. • Het boren zal niet sneller verlopen als u hard op het gereedschap drukt. In feite zal dergelijk hard drukken alleen maar leiden tot beschadiging van de boor, verlaging van de prestaties van het gereedschap, en verkorting van de levensduur van het gereedschap. • Op het moment dat het boorgat doorbreekt wordt een enorme draaikracht uitgeoefend op het gereedschap/ de boor. Houd het gereedschap stevig vast en let goed op wanneer de boor door het werkstuk breekt. • Een vastgelopen boor kan eenvoudigweg worden verwijderd door de omkeerschakelaar in de stand voor achteruitdraaien te zetten en de boor achteruit uit het gat te laten draaien. Het gereedschap kan echter plotseling achteruit komen als u het niet stevig vasthoudt. • Zet kleine werkstukken altijd vast in een bankschroef of soortgelijk bevestigingsmiddel. BEDIENING Diamantkroonboren Gebruik altijd de zijhandgreep (hulphandgreep) en houd het gereedschap tijdens gebruik stevig vast aan zowel de zijhandgreep als de hoofdhandgreep. Wanneer u werkzaamheden met diamantkroonboren uitvoert, moet u de werkingsfunctie-keuzeknop altijd naar het symbool m draaien voor “alleen ronddraaien”. Gebruik als boorhamer (Fig. 9) Draai de werkingsfunctie-keuzeknop naar het symbool . Plaats de punt van de boor op de gewenste plaats waar het boorgat moet komen en knijp vervolgens de aan/uitschakelaar in. Forceer het gereedschap niet. Een lichte druk geeft de beste resultaten. Houd het gereedschap stevig vast en zorg dat het niet uitglijdt. Oefen geen grotere druk uit wanneer het boorgat verstopt raakt met schilfertjes of metaaldeeltjes. Laat in zo’n geval het gereedschap langzaam lopen en verwijder de boor gedeeltelijk uit het boorgat. Wanneer dit verschillende keren wordt herhaald, zal het boorgat schoon worden en kunt u normaal verder boren. Draai de werkingsfunctie-keuzeknop naar het symbool . 22 LET OP: • Als u werkzaamheden met diamantkroonboren uitvoert in de stand “ronddraaien met hameren” kan de diamantkroonboor beschadigd raken. ONDERHOUD ENH101-16 LET OP: • Zorg er altijd voor dat het gereedschap is uitgeschakeld en de stekker uit het stopcontact is getrokken, voordat u een inspectie of onderhoud uitvoert. • Gebruik nooit benzine, wasbenzine, verdunner, alcohol, enz. Dit kan leiden tot verkleuren, vervormen of barsten. Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties, controle en vervanging van de koolborstels, onderhoud en afstellingen te worden uitgevoerd door een erkend Makita-servicecentrum, en altijd met gebruikmaking van originele Makita-vervangingsonderdelen. ENG905-1 Geluid De typische, A-gewogen geluidsniveaus zijn gemeten volgens EN60745: Geluidsdrukniveau (LpA): 90 dB (A) Geluidsvermogenniveau (LWA): 101 dB (A) Onnauwkeurigheid (K): 3 dB (A) Draag gehoorbescherming Alleen voor Europese landen EU-verklaring van conformiteit Wij, Makita Corporation, als de verantwoordelijke fabrikant, verklaren dat de volgende Makitamachine(s): Aanduiding van de machine: Boorhamer Modelnr./Type: MHR200 in serie zijn geproduceerd en Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen: 2006/42/EC En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de volgende normen of genormaliseerde documenten: EN60745 De technische documentatie wordt bewaard door: Makita International Europe Ltd. Technische afdeling, Michigan Drive, Tongwell, Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland 27.4.2012 ENG900-1 Trillingen De totale trillingswaarde (triaxiale vectorsom) zoals vastgesteld volgens EN60745: Gebruikstoepassing: klopboren in beton Trillingsemissie (ah, HD): 15,5 m/s2 Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s2 Tomoyasu Kato Directeur Makita Corporation 3-11-8, Sumiyoshi-cho, Anjo, Aichi, 446-8502, JAPAN Gebruikstoepassing: boren in metaal Trillingsemissie (ah, D): 3,0 m/s2 Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s2 ENG901-1 • De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten volgens de standaardtestmethode en kan worden gebruikt om dit gereedschap te vergelijken met andere gereedschappen. • De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden gebruikt voor een beoordeling vooraf van de blootstelling. WAARSCHUWING: • De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch gereedschap in de praktijk kan verschillen van de opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de manier waarop het gereedschap wordt gebruikt. • Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden getroffen ter bescherming van de operator die zijn gebaseerd op een schatting van de blootstelling onder praktijkomstandigheden (rekening houdend met alle fasen van de bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende welke het gereedschap is uitgeschakeld en stationair draait, naast de ingeschakelde tijdsduur). 23
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Makita MHR200 Handleiding

Categorie
Elektrisch gereedschap
Type
Handleiding