Onderhoud
43
Reiniging
en stalling
1. Aftakas uitschakelen, parkeerrem in werking
stellen en de contactsleutel in de stand ”UIT”
draaien om de motor te stoppen. Verwijder de
sleutel uit het contactslot.
2. Maaisel, vuil en vet van de buitenkant van de
gehele machine verwijderen, met name van de
motor. Verwijder vuil en kaf van de buitenkant
van de koelribben van de cilinderkop en het
luchttoevoerhuis.
Belangrijk: De machine met een zacht
wasmiddel en water wassen. Geen
hogedrukreiniger gebruiken.
Gebruik niet te veel water in de
buurt van het bedieningspaneel, de
verlichting, de motor en de accu.
3. Controleer de rem; zie Rem, pagina 30.
4. Luchtfilteronderhoud uitvoeren; zie Luchtfilter,
pagina 23.
5. Machine doorsmeren; zie Smeren, pagina 29.
6. Motorolie verversen en oliefilter vervangen; zie
Motorolie, pagina 25.
7. Hydrauliekolie verversen en hydrauliekoliefilter
vervangen; zie Hydrauliekolie verversen en
Hydrauliekoliefilter vervangen, pagina 36.
8. Neem de accu uit het chassis, controleer het
zuurpeil en laad de accu volledig op, zie: Accu,
pagina 40. De accukabels niet op de accupolen
aansluiten tijdens stalling.
Belangrijk: De accu moet volledig opgeladen
zijn, om te voorkomen dat hij
bevriest en beschadigd raakt bij
temperaturen onder 0°C (32° F). Een
volledig opgeladen accu behoudt zijn
lading ongeveer 50 dagen bij
temperaturen onder 4°C (40° F). Bij
temperaturen boven 4°C (40° F) elke
30 dagen het zuurpeil van de batterij
controleren en de batterij opladen.
9. Controleer de bandenspanning; zie
Bandenspanning, pagina 31.
10. Voor langdurige stalling ofwel de benzine uit de
tank aftappen, (stap 11), of stabilizer/conditioner
aan een volle tank benzine toevoegen, (stap A).
11. Benzine uit de tank aftappen. Nadat alle benzine
is afgetapt, de motor starten en stationair laten
draaien totdat alle benzine verbruikt is en de
motor stopt. Dit voorkomt harsachtige
afzettingen in het brandstofsysteem, wat tot
startproblemen kan leiden. Probeer de motor nog
tweemaal te starten om te verzekeren dat er geen
benzine meer in het brandstofsysteem aanwezig
is.
A. Voeg de juiste hoeveelheid
stabilizer/conditioner aan een volle tank
benzine toe.
NB.: Stabilizer/conditioner zorgt ervoor dat
benzine normaal gesproken zes tot acht
maanden houdbaar blijft.
12. Verwijder de bougie(s) en controleer hun
toestand; zie Bougies, pagina 27. Met de
bougie(s) uit de motor verwijderd twee eetlepels
motorolie in de bougie-opening gieten. De motor
met behulp van de startmotor laten draaien om
de olie in de cilinder te verdelen. De
bougiekabel(s) niet op de bougie(s) aansluiten.
13. Alle bouten, schroeven en moeren controleren en
indien nodig aandraaien. Beschadigde of defecte
delen repareren of vervangen.
14. Lakbeschadigingen bijwerken. Bijwerklak is
verkrijgbaar bij de erkende Service Dealer.
15. Machine in een schone, droge garage of
opslagruimte stallen. Sleutel uit contactslot
nemen en onthouden waar u die bewaart.
Machine afdekken om hem te beschermen en
schoon te houden.