Asco Series 342 Air Preparation Modulair 107 112 de handleiding

Type
de handleiding
INSTALLATIE EN ONDERHOUD
(3) - 2 bevestigingsgaten, Modulair 107: Ø 4,1 diepte. C4: 38 mm / Modulair 112 Ø 5,5 diepte. C4: 47,5 mm
N.B - De drukregelaar of filter/drukregelaar kan worden bevestigd met een bevestigingsbeugel + ring (accessoires)
- De separate drukregelaar kan worden gemonteerd met behulp van een bevestigingsring (accessoire)
MONTAGE VAN DE COMPONENTEN
De standaard systemen bestaan uit twee elementen, een monobloc
filter/drukregelaar en olienevelverstuiver. Deze oplossing levert een
een ruimtebesparing van 30% op in vergelijking met de combinatie
van drie separate produkten. Echter, indien de gebruiker een systeem
wenst met een separate filter en drukregelaar, worden deze afzonderlijk
geleverd tezamen met 2 montagesets.
Systeem bestaande uit 3 elementen
(twee extra montagesets
bijbestellen)
Frontale directe bevestiging
Bevestiging met hoeksteunen (accessoire)
Bevestiging kan op verschillende manieren geschieden (schroeven niet bijgeleverd)
BEVESTIGING
De montageset (1) bestaat uit:
1 achterflens (inwendig draadgat)
1 voorflens (draadloos gat))
2 kruiskopschroeven
1 afdichting tussen de onderdelen
2 Positionering:
Modulair 107: met kruiskopschroevendraaier
Modulair 112: met inbussleutel van 3 mm
(niet bijgeleverd)
ALGEMEEN
De componenten van het luchtbehandelingssysteem zijn gekoppeld volgens de links-
naar-rechts doorstroming (conform de symbolische presentatie). De luchtdoorstroming is
aangegeven d.m.v. een pijl aan de voorzijde.
Een rechts-naar-links doorstroming kan worden verkregen door de componenten 180°
te draaien en de manometer en beschermkorf met het aanzicht naar voren te plaatsen.
Standaard systeem
bestaat uit 2 elementen
een monobloc filterdrukregelaar
en olienevelverstuiver
NL
1
2
MODULAIR 107 - 112
DEMONTAGE / MONTAGE RESERVOIR
Demontage
Demontage (Modulair 112)
Gemakkelijke samenbouw van de Modulair 107
en 112 apparaten door een bevestigingssysteem
(1) met frontale toegankelijkheid
3
C 4
1
2
Modulair 107
343 04 001
Modulair 112
343 03 001
Modulair 107
343 04 003
Modulair 112
343 03 003
1
2
3
45˚
45˚
4
5
45˚
2
3
4
3
45°
2
45˚
1
Modulair 107
1
1
2
RESERVOIR IN POLYCARBONAAT MET BESCHERMKORF
De beschermkorf bevat een ontgrendelingsknop, die dient te worden
ingedrukt gedurende de demontagefases (1) + (2)
RESERVOIR IN POLYCARBONAAT
(zonder beschermkorf)
De polycarbonaat reservoir zonder bescherm-
korf bevat een vergrendelingsknop.
Montage
Montage (Modulair 112)
45˚
1
2
3
ALGEMENE SPECIFICATIES
MONTAGE
Te plaatsen aan het begin van het luchtbehandelingssysteem
Na het innemen van de gewenste positie, controleren of de regelknop
toegankelijk is
Voor een groter gebruiksgemak wordt aanbevolen hoeksteunen te
gebruiken bij wandmontage
Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
Handbediening "kwartslag":
- Knop evenwijdig aan de leiding = afsluiter open
- Knop dwars op de poorten = afsluiter gesloten
Aanbeveling: zorg dat de aan de onderzijde gesitueerde
ontluchtingspoort 3, niet wordt geblokkeerd
Versie met sleutelvergrendelsysteem, op aanvraag
TOEPASBARE ACCESSOIRES op poort 3
Geluiddemper G 1/4 in gesinterd brons, code : 346 00 002
Geluiddemper G 1/4 in poreus plastic, code : 346 00 407
Ontgrendelen
Vergrendelen
Medium : perslucht of inert gas
Omgevingstemperatuur : 0°C tot +50°C
Max. werkdruk : de volgende grenzen niet
overschrijden
(afhankelijk van de
omgevingstemperatuur
16 bar bij 23°C
10 bar bij 50°C
Automatische aftap : max. 10 bar
(voor Modulair 112)
3/2 ISOLATIE-AFSLUITER
Versie met sleutelvergrendesysteem
Modulair 107 Modulair 112
1
3
2
De apparatuur voor persluchtverzorging Modulair 107 en 112 bestaat uit versies, geschikt
voor gebruik in explosiegevaarlijke omgevingen bestaande uit gassen, dampen,
nevels of stoffen (ATEX richtlijn 94/9/EC): de installatie en het onderhoud dienen te
geschieden volgens de aanwijzingen hieronder.
INSTALLATIE EN ONDERHOUD
FRL LUCHTBEHANDELINGSSYSTEEM
Zie de specificaties van de diverse componenten van het systeem
FILTER/DRUKREGELAAR
MONTAGE
Te plaatsen na de isolatie-afsluiter en voor de olienevelverstuiver
Verticaal te positioneren (max. hoek 5°)
Montage accessoires (op aanvraag):
- bevestigingsbeugels boven (voor separate componenten)
- hoeksteunen
Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
andere specificaties: zie filter en drukregelaar
ONDERHOUD (zie filter en drukregelaar)
FILTER
MONTAGE
Te plaatsen nabij de pneumatische installatie, na de isolatie-afsluiter
Verticaal te positioneren (max. hoek 5°)
Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
Visuele indicatie van het condensaat peil:
- door transparant reservoir (polycarbonaat reservoir)
- door klein kijkglas aan voorzijde van de beschermkorf
Afhankelijk van de gekozen versie, is het filter voorzien van:
- Half-automatische aftap (aansluiting G1/8)
Aftap sluit bij onder druk zetten van reservoir
Opent wanneer deze ontlucht wordt
Kan met de hand bediend worden door in te drukken wanneer het
reservoir onder druk staat
- Automatische aftap - werkdruk = 2 tot 10 bar max. (voor Modulair 112)
(slangaansluiting voor Ø 6 mm int.)
Aftap opent door ingebouwde vlotter wanneer het maximale condensaatpeil is bereikt
Sluiting vindt plaats na het lozen van het condensaat
Handbediening mogelijk (geribbelde knop)
- Manuele aftap
ONDERHOUD
Reservoirs (met of zonder korf) in polycarbonaat (PC):
nooit oplosmiddelen gebruiken, alleen alkalische oplossingen (zeepwater) bij het reinigen
Filterelement: vervangen wanneer vervuild (beschikbaar als reserve-onderdeel)
Filtercapaciteit wordt aangegeven door kleurcodering: wit voor 5µm; roof voor 10µm; geel (standaard)
voor 25µm; groen voor 50µm
DRUKREGELAAR
MONTAGE
Te plaatsen na het filter en bij voorkeur voor de olienevelverstuiver
De drukregelaars niet aansluiten op de uitgang van het stuurventiel
Montage in iedere gewenste positie, echter regelknop dient toegankelijk te zijn
Montagemogelijkheden:
- Directe wandbevestiging door gebruikmaking van 2 gaten in de behuizing
Met montage accessoires (op aanvraag):
- Paneelmontage: met borgring
- Wandbevestiging: met ring en boven bevestigingsbeugel
met 2 hoeksteunen
Elke drukregelaar is voorzien van twee poorten G 1/8, aan de
voor- en achterzijde voor eventueel gebruik van manometer
of een drukschakelaar
Handelingen dienen alvorens in bedrijf zijn te worden uitgevoerd
Montage van een manometer
- Verwijder de afdekplaat
- Monteer de manometer aan de voorzijde
- Dicht de achterste plug af met een geschikt product (bv. Loctite 241)
- Monteer wederom de plaat aan de achterzijde
N.B.: Verwissel de twee componenten voor rechts-naar-links doorstroming
Montage zonder manometer
- Verwijder de 2 platen
- Neem een afstopplug G 1/8 voor de poort aan de voorzijde
- Dicht de twee pluggen af met een goed product
- Monteer wederom de platen
3
MODULAIR 107 - 112
4
Modulair 107
Modulair 112
Max.
condensaatniveau
(kleine sleuf)
MONTAGE
Te plaatsen na filter, filter/drukregelaar of drukregelaar nabij pneumatische installatie
Verticaal positioneren (max. hoek 5°)
Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
Visuele indicatie olienevelpeil:
- Door transparant reservoir (reservoir in polycarbonaat)
- Door groot kijkglas in beschermkorf
HET VULLEN VAN HET RESERVOIR
Modulair 107: olienevelverstuiver drukloos
Modulair 112: olienevelverstuiver drukloos of onder druk, na los schroeven
van de bovenste olievuldop (A)
Type olie: Niet-detergente olie zonder agressieve,
additieven: VG 32 (ISO 3448) Viscositeit: 29 tot 35 cSt (mm
2
/s) bij 40°C
REGELING VAN DE OLIEDOORSTROMING
Regeling d.m.v. drukregelknop (B) met "trekken-draaien-duwen"
vergrendelsysteem (fig. 1) of door middel van een 6 mm
sleutel na eerst de regelknop te hebben ontgrendeld
(trekken B)(fig. 2). Doorstroming wordt aangegeven door pijlen.
Instellen van de oliedoorstroming gedurende de
luchtdoorvoer
Min. startpunt: beneden 20 l/min (ANR)
Oliedoorstroming: gemiddeld een druppel olie per minuut
voor een debiet van 300 l/min (ANR)
Oliedoorstroming zichtbaar over 360° door kijkglas (C)
ONDERHOUD
Bijvullen van de olie indien nodig
Reinigen van het reservoir: Daar de reservoirs
(met of zonder bescherming) uit polycarbonaat bestaan (C)
geen oplosmiddelen gebruiken, maar uitsluitend alkalische
oplossingen (zeepwater)
REGELING VAN DE NEERGAANDE DRUK
Regelingsbereik:
0,5 bar tot 10 bar / 0,2 tot 3 bar / 0,5 tot 12 bar
Max. ingangsdruk: 16 bar
Omgevingstemperatuurbereik: -10°C tot +60°C
Instelbare drukregelknop met "trekken-draaien-drukken"
vergrendelingssysteem
Vergrendeling met behulp van sleutel mogelijk om ontregeling
van de werkdruk te voorkomen.
OLIENEVELVERSTUIVER
Max. oliepeil
Min. oliepeil
Fig.1
Fig.2
B
A
C
B
AFTAKMODULE
MONTAGE
Te plaatsen na filter, filter/drukregelaar of filter + drukregelaar en voor de eventuele olienevelverstuiver
Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
Mogelijkheid om een geluiddemper te monteren (zie accessoires) aan de onderzijde van de afsluiteenheid
Aanvullende informatie: zie installatie en onderhoudsinstructies die separaat met elk systeem worden meegeleverd
3/2 AFSLUITEENHEID EN PROGRESSIEVE STARTER
MONTAGE
Plaasting: tussen 2 apparaten of montage op de uitgang van een apparaat
Modulair 107: 2 ontluchtingspporten G1/8, voor-en achterzijde,
geleverd met 1 voorgemonteerde afdichtingsplug
Modulair 112: 3 ontluchtingspoorten G3/8, gesitueerd aan de
onder-, boven- en achterzijde + 2 voorgemonteerde pluggen
Pluggen voorzien van het juiste afdichtingscompound bij de
ongebruikte poort(en)
Mogelijkheid om aan de de bovenzijde een drukschakelaar te
monteren (separaat te bestellen) om de systeemdruk te controleren
Aanpassing Modulair 107: speciale versie geschikt voor toepassing
van een drukschakelaar (op aanvraag)
Modulair 112: Verwijder de zeskantschroef aan de onderzijde,
die het het drukaansluitpunt (3) blokkeert
- Installeer de drukschakelaar na deze te hebben voorzien van een basisplaat
- Maak een elektrische aansluiting
Modulair 112
Modulair 107
(versie geschikt voor drukschakelaar)
G
3
/8
3
Ø
W
G 3/8
G 3/8
Ø
W
Ø
W
G 1/8
G 1/8
Ø
W
(groot kijkglas)
NL

Documenttranscriptie

INSTALLATIE EN ONDERHOUD NL MODULAIR 107 - 112 ALGEMEEN DEMONTAGE / MONTAGE RESERVOIR De componenten van het luchtbehandelingssysteem zijn gekoppeld volgens de linksnaar-rechts doorstroming (conform de symbolische presentatie). De luchtdoorstroming is aangegeven d.m.v. een pijl aan de voorzijde. Een rechts-naar-links doorstroming kan worden verkregen door de componenten 180° te draaien en de manometer en beschermkorf met het aanzicht naar voren te plaatsen. RESERVOIR IN POLYCARBONAAT MET BESCHERMKORF De beschermkorf bevat een ontgrendelingsknop, die dient te worden ingedrukt gedurende de demontagefases (1) + (2) De apparatuur voor persluchtverzorging Modulair 107 en 112 bestaat uit versies, geschikt voor gebruik in explosiegevaarlijke omgevingen bestaande uit gassen, dampen, nevels of stoffen (ATEX richtlijn 94/9/EC): de installatie en het onderhoud dienen te geschieden volgens de aanwijzingen hieronder. De standaard systemen bestaan uit twee elementen, een monobloc filter/drukregelaar en olienevelverstuiver. Deze oplossing levert een een ruimtebesparing van 30% op in vergelijking met de combinatie van drie separate produkten. Echter, indien de gebruiker een systeem wenst met een separate filter en drukregelaar, worden deze afzonderlijk geleverd tezamen met 2 montagesets. RESERVOIR IN POLYCARBONAAT (zonder beschermkorf) De polycarbonaat reservoir zonder beschermkorf bevat een vergrendelingsknop. Demontage Demontage (Modulair 112) MONTAGE VAN DE COMPONENTEN Gemakkelijke samenbouw van de Modulair 107 en 112 apparaten door een bevestigingssysteem (1) met frontale toegankelijkheid Systeem bestaande uit 3 elementen Standaard systeem (twee extra montagesets bestaat uit 2 elementen bijbestellen) een monobloc filterdrukregelaar en olienevelverstuiver 1 45˚ 45˚ 2 4 3 5 45˚ 2 3 Montage (Modulair 112) Montage 2 1 Modulair 107 343 04 001 Modulair 112 343 03 001 45° 45˚ 2 De montageset (1) bestaat uit: 1 achterflens (inwendig draadgat) 1 voorflens (draadloos gat)) 2 kruiskopschroeven 1 afdichting tussen de onderdelen 2 BEVESTIGING Positionering: Modulair 107: met kruiskopschroevendraaier Modulair 112: met inbussleutel van 3 mm (niet bijgeleverd) 1 Modulair 107 ALGEMENE SPECIFICATIES ● ● ● Medium Omgevingstemperatuur Max. werkdruk Bevestiging met hoeksteunen (accessoire) Ontgrendelen : perslucht of inert gas : 0°C tot +50°C : de volgende grenzen niet overschrijden (afhankelijk van de omgevingstemperatuur Vergrendelen 1 16 bar bij 23°C 10 bar bij 50°C ● Automatische aftap (voor Modulair 112) 3 2 3 1 Bevestiging kan op verschillende manieren geschieden (schroeven niet bijgeleverd) Frontale directe bevestiging 45˚ 4 2 1 : max. 10 bar 3/2 ISOLATIE-AFSLUITER 3 MONTAGE Te plaatsen aan het begin van het luchtbehandelingssysteem Na het innemen van de gewenste positie, controleren of de regelknop toegankelijk is ● Voor een groter gebruiksgemak wordt aanbevolen hoeksteunen te gebruiken bij wandmontage ● Druk en temperatuur: zie algemene specificaties ● Handbediening "kwartslag": - Knop evenwijdig aan de leiding = afsluiter open - Knop dwars op de poorten = afsluiter gesloten Aanbeveling: zorg dat de aan de onderzijde gesitueerde ontluchtingspoort 3, niet wordt geblokkeerd Versie met sleutelvergrendelsysteem, op aanvraag ● ● C4 Modulair 107 343 04 003 Modulair 112 343 03 003 TOEPASBARE ACCESSOIRES op poort 3 (3) - 2 bevestigingsgaten, Modulair 107: Ø 4,1 diepte. C4: 38 mm / Modulair 112 Ø 5,5 diepte. C4: 47,5 mm N.B - De drukregelaar of filter/drukregelaar kan worden bevestigd met een bevestigingsbeugel + ring (accessoires) - De separate drukregelaar kan worden gemonteerd met behulp van een bevestigingsring (accessoire) 1 ● ● Geluiddemper G 1/4 in gesinterd brons, code : 346 00 002 Geluiddemper G 1/4 in poreus plastic, code : 346 00 407 2 1 2 3 Versie met sleutelvergrendesysteem Modulair 107 Modulair 112 INSTALLATIE EN ONDERHOUD NL MODULAIR 107 - 112 FRL LUCHTBEHANDELINGSSYSTEEM REGELING VAN DE NEERGAANDE DRUK ● FILTER/DRUKREGELAAR ● MONTAGE ● ● ● ● Regelingsbereik: 0,5 bar tot 10 bar / 0,2 tot 3 bar / 0,5 tot 12 bar Max. ingangsdruk: 16 bar Omgevingstemperatuurbereik: -10°C tot +60°C Instelbare drukregelknop met "trekken-draaien-drukken" vergrendelingssysteem Vergrendeling met behulp van sleutel mogelijk om ontregeling van de werkdruk te voorkomen. ● Zie de specificaties van de diverse componenten van het systeem ● Te plaatsen na de isolatie-afsluiter en voor de olienevelverstuiver Verticaal te positioneren (max. hoek 5°) Montage accessoires (op aanvraag): - bevestigingsbeugels boven (voor separate componenten) - hoeksteunen Druk en temperatuur: zie algemene specificaties andere specificaties: zie filter en drukregelaar ● OLIENEVELVERSTUIVER MONTAGE ● ONDERHOUD (zie filter en drukregelaar) ● ● FILTER ● MONTAGE ● ● ● ● ● Te plaatsen nabij de pneumatische installatie, na de isolatie-afsluiter Verticaal te positioneren (max. hoek 5°) Druk en temperatuur: zie algemene specificaties Max. Visuele indicatie van het condensaat peil: condensaatniveau - door transparant reservoir (polycarbonaat reservoir) (kleine sleuf) - door klein kijkglas aan voorzijde van de beschermkorf Afhankelijk van de gekozen versie, is het filter voorzien van: - Half-automatische aftap (aansluiting G1/8) Aftap sluit bij onder druk zetten van reservoir Opent wanneer deze ontlucht wordt Kan met de hand bediend worden door in te drukken wanneer het reservoir onder druk staat - Automatische aftap - werkdruk = 2 tot 10 bar max. (voor Modulair 112) (slangaansluiting voor Ø 6 mm int.) Aftap opent door ingebouwde vlotter wanneer het maximale condensaatpeil is bereikt Sluiting vindt plaats na het lozen van het condensaat Handbediening mogelijk (geribbelde knop) - Manuele aftap ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● Max. oliepeil Modulair 107: olienevelverstuiver drukloos Modulair 112: olienevelverstuiver drukloos of onder druk, na los schroeven van de bovenste olievuldop (A) Type olie: Niet-detergente olie zonder agressieve, additieven: VG 32 (ISO 3448) Viscositeit: 29 tot 35 cSt (mm2/s) bij 40°C (groot kijkglas) Min. oliepeil ● Regeling d.m.v. drukregelknop (B) met "trekken-draaien-duwen" vergrendelsysteem (fig. 1) of door middel van een 6 mm sleutel na eerst de regelknop te hebben ontgrendeld (trekken B)(fig. 2). Doorstroming wordt aangegeven door pijlen. B Instellen van de oliedoorstroming gedurende de luchtdoorvoer Min. startpunt: beneden 20 l/min (ANR) Oliedoorstroming: gemiddeld een druppel olie per minuut voor een debiet van 300 l/min (ANR) Oliedoorstroming zichtbaar over 360° door kijkglas (C) A B C • • ONDERHOUD Reservoirs (met of zonder korf) in polycarbonaat (PC): nooit oplosmiddelen gebruiken, alleen alkalische oplossingen (zeepwater) bij het reinigen Filterelement: vervangen wanneer vervuild (beschikbaar als reserve-onderdeel) Filtercapaciteit wordt aangegeven door kleurcodering: wit voor 5µm; roof voor 10µm; geel (standaard) voor 25µm; groen voor 50µm ● ● Bijvullen van de olie indien nodig Reinigen van het reservoir: Daar de reservoirs (met of zonder bescherming) uit polycarbonaat bestaan (C) geen oplosmiddelen gebruiken, maar uitsluitend alkalische oplossingen (zeepwater) Fig.1 Fig.2 AFTAKMODULE DRUKREGELAAR ● Verticaal positioneren (max. hoek 5°) Druk en temperatuur: zie algemene specificaties Visuele indicatie olienevelpeil: - Door transparant reservoir (reservoir in polycarbonaat) - Door groot kijkglas in beschermkorf REGELING VAN DE OLIEDOORSTROMING MONTAGE MONTAGE ● Te plaatsen na filter, filter/drukregelaar of drukregelaar nabij pneumatische installatie HET VULLEN VAN HET RESERVOIR ONDERHOUD ● • Te plaatsen na het filter en bij voorkeur voor de olienevelverstuiver De drukregelaars niet aansluiten op de uitgang van het stuurventiel Montage in iedere gewenste positie, echter regelknop dient toegankelijk te zijn Montagemogelijkheden: - Directe wandbevestiging door gebruikmaking van 2 gaten in de behuizing Met montage accessoires (op aanvraag): - Paneelmontage: met borgring - Wandbevestiging: met ring en boven bevestigingsbeugel met 2 hoeksteunen Elke drukregelaar is voorzien van twee poorten G 1/8, aan de voor- en achterzijde voor eventueel gebruik van manometer of een drukschakelaar Handelingen dienen alvorens in bedrijf zijn te worden uitgevoerd Montage van een manometer - Verwijder de afdekplaat - Monteer de manometer aan de voorzijde - Dicht de achterste plug af met een geschikt product (bv. Loctite 241) - Monteer wederom de plaat aan de achterzijde N.B.: Verwissel de twee componenten voor rechts-naar-links doorstroming Montage zonder manometer - Verwijder de 2 platen - Neem een afstopplug G 1/8 voor de poort aan de voorzijde - Dicht de twee pluggen af met een goed product - Monteer wederom de platen 3 ● ● ● Modulair 107 Modulair 112 ● ● ● Plaasting: tussen 2 apparaten of montage op de uitgang van een apparaat Modulair 107: 2 ontluchtingspporten G1/8, voor-en achterzijde, Modulair 112 Modulair 107 geleverd met 1 voorgemonteerde afdichtingsplug Modulair 112: 3 ontluchtingspoorten G3/8, gesitueerd aan de (versie geschikt voor drukschakelaar) 3 onder-, boven- en achterzijde + 2 voorgemonteerde pluggen W Ø ØW Pluggen voorzien van het juiste afdichtingscompound bij de G 1/8 G 3/8 ongebruikte poort(en) Mogelijkheid om aan de de bovenzijde een drukschakelaar te ØW monteren (separaat te bestellen) om de systeemdruk te controleren W Ø Aanpassing Modulair 107: speciale versie geschikt voor toepassing G 3/8 G 1/8 van een drukschakelaar (op aanvraag) Modulair 112: Verwijder de zeskantschroef aan de onderzijde, /8 G3 die het het drukaansluitpunt (3) blokkeert - Installeer de drukschakelaar na deze te hebben voorzien van een basisplaat - Maak een elektrische aansluiting 3/2 AFSLUITEENHEID EN PROGRESSIEVE STARTER MONTAGE ● ● ● ● Te plaatsen na filter, filter/drukregelaar of filter + drukregelaar en voor de eventuele olienevelverstuiver Druk en temperatuur: zie algemene specificaties Mogelijkheid om een geluiddemper te monteren (zie accessoires) aan de onderzijde van de afsluiteenheid Aanvullende informatie: zie installatie en onderhoudsinstructies die separaat met elk systeem worden meegeleverd 4
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Asco Series 342 Air Preparation Modulair 107 112 de handleiding

Type
de handleiding