MONTAGE
●●
●●
● In de buurt van het gebruikspunt
●●
●●
● Verticale positie (helling maximaal 5°), reservoir naar beneden
●●
●●
● Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
●●
●●
● Visuele weergave van het oliepeil:
- Via transparant reservoir (versie polycarbonaat reservoir)
- Via openingen op reservoirbeschermer
RESERVOIR VULLEN
●●
●●
● olienevelverstuiver zonder druk
●●
●●
● Olietypen: Niet-detergerende olie, zonder agressief additief,
klasse: VG 32 (ISO 3448) Viscositeit: 29 tot 35 cSt (mm
2
/s)
bij 40°C
OLIEDEBIET REGELEN
●●
●●
● Uitgevoerd met behulp van de regelschroef (B)
regeling aangegeven met pijlen
●●
●●
● Het oliedebiet regelen gedurende de luchtdoorstroom
●●
●●
● Minimaal aanzuigdebiet: minder dan 20 l/min (ANR)
●●
●●
● Oliedebiet: gemiddeld 1 druppel olie per
minuut voor een luchtdebiet van 300 l/min (ANR)
●●
●●
● Kap voor de visualisatie over 360° van het oliedebiet (C)
ONDERHOUD
●●
●●
● De olie bijvullen zodra dit noodzakelijk is
●●
●●
● Het reservoir en de visualisatiekap van polycarbonaat (PC) reinigen:
om te reinigen nooit oplosmiddelen gebruiken, maar een alkalische oplossing
(water met zeep)
AFTAKMODULE
●●
●●
● Plaatsing: geïntegreerd in iedere monoblokeenheid
●●
●●
● 1 luchtuitgang G1/8, aan de voorzijde, geleverd met 1 afsluitdop, voorgemonteerd
en/of 1 luchtuitgang aan de bovenzijde die aangesloten kan worden op een buis 4/6 (optie)
MODULAIR 105
Maximum
olie
Minimum
olie
C
B
3 mm
G1/8
Geïntegreerde aftakmodule
Luchtuitgang aan de voorzijde
Geïntegreerde aftakmodule
Luchtuitgang die aangesloten kan
worden op buis 4/6
(optie)
Buis 4/6
3
NL
LUCHTBEHANDELINGSEENHEID: FRL OF FL MONOBLOK
2
FILTER-DRUKREGELAAR
MONTAGE
●●
●●
● Plaatsen na het afsluitventiel en voor de olienevelverstuiver
●●
●●
● Verticale positie (helling maximaal 5°), reservoir naar beneden
●●
●●
● Accessoires voor de montage (op aanvraag):
- ring en haken aan de bovenzijde (voor apparaat alleen)
- zijdelingse haken
●●
●●
● Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
andere specificaties: zie filter en drukregelaar
ONDERHOUD (zie filter en drukregelaar)
FILTER
MONTAGE
●●
●●
● Plaatsen in de buurt van het gebruikspunt, na het afsluitventiel
●●
●●
● Verticale positie (helling maximaal 5°), reservoir naar beneden
●●
●●
● Druk en temperatuur: zie algemene specificaties
●●
●●
● Visuele weergave van het niveau van de condensaten:
- via transparant reservoir (versie polycarbonaat reservoir)
- via opening op reservoirbeschermer
●●
●●
● Afhankelijk van de gekozen versie is het filter voorzien van:
- Halfautomatische aftap (aansluiting G1/8)
Sluiting van de aftap bij onder druk zetten (minimaal 1,2 bar)
Opening bij iedere luchtuitschakeling
Handmatige werking mogelijk door impulsie op de aftap wanneer het reservoir onder druk staat
- Handmatige aftap (fig. A)
●●
●●
● De gebruikte afdichtingspasta voor de aansluitingen dient chemisch compatibel te zijn
met de materialen van het apparaat (in het bijzonder de polycarbonaat reservoirs)
ONDERHOUD
●●
●●
● De reservoirs (met of zonder beschermer) zijn van polycarbonaat (PC):
om te reinigen nooit oplosmiddelen gebruiken, maar een alkalische oplossing (water met zeep)
●●
●●
● Filterelement: wanneer het filter verstopt is, dit vervangen (onderdeel aangeboden bij reserveonderdelen)
●●
●●
● Filteringsdrempel aangegeven door kleurcode, 5µm: wit, 25µm (standaard): geel
DRUKREGELAAR
MONTAGE
●●
●●
● Plaatsen na het filter en bij voorkeur voor de olienevelverstuiver
●●
●●
● De drukregelaars niet monteren bij de uitgang van de verdelers
●●
●●
● Willekeurige positie, ervoor zorgen dat de regelknop bereikbaar is
●●
●●
● Montagemogelijkheden:
- Inbouwen in paneel: met klemring
- Bevestiging op wand: met ring + haak aan bovenkant
of met 2 zijdelingse haken
●●
●●
● Iedere drukregelaar wordt geleverd met 2 poorten G 1/8, die zich bevinden aan
de voor- en achterzijde voor de eventuele montage van een manometer
of geregelde drukaansluiting. Poorten verborgen door afdekplaten.
Handelingen die uitgevoerd dienen te worden voor iedere inwerkingstelling.
●●
●●
● Montage van een manometer
- De platen verwijderen (fig. B)
- De manometer handmatig monteren aan de voorzijde (fig. C)
N.B.: de 2 elementen omkeren wanneer de circulatierichting rechts-links is.
De afsluitdop G1/8 dient aangedraaid te zijn volgens het koppel van 0,8 Nm
●●
●●
● Montage zonder manometer
- De 2 platen verwijderen
- De poort dichtmaken met een afsluitdop G1/8 (niet meegeleverd)
- De afdekplaten hermonteren
INWERKINGSTELLING EN ONDERHOUD
NL
Niveau
maximaal
van de
condensaten
REGELING VAN DE STROOMAFWAARTSE DRUK (fig. D)
●●
●●
● Mogelijke regelbereiken:
0,5 bar tot 8 bar / 0,2 tot 3 bar
De mogelijke regelbereiken komen overeen met de gebruikslimieten
maar komen niet overeen met de maximuminstelling
●●
●●
● Regelknop met blokkeerinrichting
type "trekken-draaien-drukken"
•
Met
beschermer
Zonder
beschermer
(fig. A)
(fig. B)
(fig. C)
(fig. D)
Reservoir