Documenttranscriptie

VOORZORGSMAATREGELEN LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOOR GEBRUIK. VOLG DEZE INSTRUCTIES. De onderstaande voorzorgsmaatregelen zijn bedoeld om het risico op schade aan de gebruiker en anderen te voorkomen, om schade aan eigendommen te voorkomen en om te zorgen dat de gebruiker dit toestel veilig en op de juiste manier gebruikt. Volg deze instructies. Bewaar deze handleiding nadat u deze hebt gelezen op een veilige plaats zodat u hem later nog kunt raadplegen. • Laat het toestel altijd controleren of repareren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamahaservicepersoneel. • Yamaha kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor persoonlijk letsel of schade aan de producten die wordt veroorzaakt door oneigenlijk gebruik van of modificaties aan het toestel. • Dit product is bedoeld voor gewone woonhuizen. Gebruik het niet voor toepassingen waarvoor een hoge betrouwbaarheid vereist is, zoals het beheren van levens, gezondheidszorg of eigendommen van hoge waarde. WAARSCHUWING Deze inhoud geeft “risico op ernstig lichamelijk letsel of overlijden” aan. Stroomvoorziening/netsnoer • Doe niets waardoor het netsnoer beschadigd kan raken. – Plaats het niet in de buurt van een verwarming. – Buig het niet te ver door en verander het niet. – Kras niet over het snoer. – Plaats het niet onder een zwaar voorwerp. Als u het netsnoer gebruikt terwijl de kerndraden van het snoer blootliggen, kan dat een elektrische schok of brand veroorzaken. • Raak de stekker of het snoer niet aan als de mogelijkheid van onweer bestaat. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kunnen elektrische schokken ontstaan. • Gebruik dit toestel met de voedingsspanning die erop is afgedrukt. Aansluiting op een incorrect stopcontact kan brand, elektrische schokken of storingen veroorzaken. • Controleer de elektrische stekker regelmatig en verwijder al het vuil of stof dat zich erop heeft verzameld. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand of elektrische schokken. • Zorg er bij het opstellen van het toestel voor dat het gebruikte stopcontact makkelijk toegankelijk is. Schakel de aan/uitschakelaar bij storingen of een slechte werking onmiddellijk uit en trek de stekker uit het stopcontact. Ook als de aan/uitschakelaar is uitgeschakeld, is het toestel niet losgekoppeld van de voedingsbron zolang het netsnoer niet uit het wandstopcontact is gehaald. • Als u onweer hoort of denkt dat er onweer op komst is, schakel dan snel het toestel uit en haal de stekker uit het stopcontact. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand of storingen. • Als u het toestel gedurende een langere periode niet gebruikt, haal dan de stekker uit het stopcontact. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand of storingen. Niet demonteren • U mag dit toestel niet demonteren of aanpassen. Als u zich niet hieraan houdt, kan dat leiden tot brand, elektrische schokken, letsel of storingen. Als u onregelmatigheden opmerkt, laat u het toestel controleren of repareren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel. 2 Nl Waarschuwing tegen water • Stel het toestel niet bloot aan regen en gebruik het niet in de buurt van water of in een vochtige omgeving. Plaats nooit voorwerpen (zoals vazen, flessen of glazen) die vloeistof bevatten op het toestel en plaats het toestel niet op een plaats waar water kan vallen. Als er een vloeistof, zoals water, in het toestel komt, kan dat brand, elektrische schokken of storingen veroorzaken. Als er een vloeistof, zoals water, in het toestel terechtkomt, zet het dan onmiddellijk uit en haal de stekker uit het stopcontact. Laat het toestel vervolgens controleren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel. • Haal nooit een stekker uit en steek nooit een stekker in het stopcontact als u natte handen heeft. Raak dit toestel nooit met natte handen aan. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat leiden tot elektrische schokken of storingen. Waarschuwing tegen brand • Plaats geen brandende voorwerpen of open vuur in de buurt van het toestel. Deze kunnen brand veroorzaken. Opstelling • Installeer het toestel op de manier die is aangegeven in de handleiding. Omvallen of kantelen kan resulteren in letsel of schade. • Controleer of de voltooide installatie veilig en goed bevestigd is. Voer ook periodieke veiligheidsinspecties uit. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan de apparatuur vallen en leiden tot letsel. Onderhoud en verzorging • Gebruik voor het reinigen of smeren geen aërosols of spuitbussen met chemische middelen die brandbaar gas bevatten. Het brandbaar gas blijft in het toestel achter en kan een explosie of brand veroorzaken. Draadloos toestel • Gebruik dit toestel niet in de buurt van medische apparaten of in medische instellingen. Radiogolven van dit toestel kunnen elektronische medische apparatuur beïnvloeden. • Gebruik dit toestel niet binnen een afstand van 15 cm van personen met een geïmplanteerde hartpacemaker of defibrillator. Radiogolven die afkomstig zijn van dit toestel, kunnen een elektro-medische apparaten zoals geïmplanteerde pacemaker of defibrillator beïnvloeden. Als u onregelmatigheden opmerkt • Als zich een van de volgende onregelmatigheden voordoet, schakelt u het toestel onmiddellijk uit en koppelt u de stekker los. – Het netsnoer/de stekker is beschadigd. – Het toestel verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt rook uit het toestel. – Er is materiaal binnen in het toestel gekomen dat er niet in hoort. – Het geluid valt weg tijdens het gebruik. – Er zit een barst in het toestel of het toestel is beschadigd. Als u het toestel blijft gebruiken, kan dat elektrische schokken, brand of storingen veroorzaken. Laat het toestel meteen controleren of repareren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel. • Zorg dat u dit toestel niet laat vallen en oefen er geen overmatige druk op uit. Als u vermoed dat het toestel beschadigd is geraakt door een val of stoot, schakelt u het toestel onmiddellijk uit en haalt u de stekker uit het stopcontact. Als u zich niet hieraan houdt, kan dat leiden tot elektrische schokken, brand of storingen. Laat het toestel meteen controleren bij de dealer bij wie u het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel.  VOORZICHTIG Deze inhoud geeft “risico op lichamelijk letsel” aan. Stroomvoorziening/netsnoer • Gebruik geen stopcontact waar de stekker alleen maar losjes in past. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan dat leiden tot brand, elektrische schokken of brandplekken. • Als u de stekker uit het toestel of het stopcontact haalt, moet u altijd aan de stekker trekken, nooit aan het snoer. Als u aan het snoer trekt, kan het beschadigd raken, wat kan leiden tot elektrische schokken of brand. • Steek de stekker stevig helemaal in het stopcontact. Als u het toestel gebruikt terwijl de stekker niet goed in het stopcontact zit, kan zich stof verzamelen op het stopcontact, wat brand of brandplekken kan veroorzaken. Opstelling • Plaats het toestel niet in een onstabiele positie waardoor het per ongeluk kan vallen of omvallen en letsel kan veroorzaken. • Blokkeer de ventilatieopeningen (koelsleuven) van dit toestel niet. Dit toestel heeft ventilatieopeningen aan de achterkant om te voorkomen dat de inwendige temperatuur te hoog oploopt. Als u zich hier niet aan houdt, kan zich warmte ophopen in het toestel, waardoor brand of storingen kunnen ontstaan. • Bij de installatie van dit toestel: – Bedek het toestel niet met een doek. – Zorg dat de bovenkant naar boven is gericht; installeer het toestel niet op een zijkant of ondersteboven. – Gebruik het toestel niet in een kleine, slecht geventileerde locatie. Als u zich niet aan de bovenstaande richtlijnen houdt, kan zich warmte ophopen in het toestel, waardoor brand of storingen kunnen ontstaan. Zorg dat er voldoende vrije ruimte rondom het toestel is: minimaal 20 cm aan de bovenkant, 20 cm aan de zijkanten en 20 cm aan de achterkant. • Installeer het toestel niet op plaatsen waar het in contact kan komen met corrosieve gassen of zoute lucht of op plaatsen met overmatige rook of stoom. Als u dat wel doet, zou dit kunnen leiden tot een defect. • Blijf uit de buurt van het toestel tijdens een natuurramp, zoals een aardbeving. Het toestel kan kantelen of omvallen en letsel veroorzaken, dus begeef u snel uit de buurt van het toestel en ga naar een veilige plek. • Schakel dit toestel voordat u het verplaatst uit en koppel alle kabels los. Als u zich hier niet aan houdt, kunnen de kabels beschadigd raken of kunt u of iemand anders erover struikelen en vallen. • Transporteer of verplaats het toestel altijd met tenminste twee personen. Als u probeert om het toestel alleen op te tillen, kunt u uw rug bezeren, wat kan leiden tot letsel, of tot schade aan het toestel zelf. Gehoorverlies • Gebruik het toestel/luidsprekers of de hoofdtelefoon niet te lang met een te hoog of oncomfortabel volumeniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies constateert. • Voordat u het toestel aansluit op andere elektronische componenten, moet u alle betreffende apparatuur uitschakelen. Als u dat niet doet, kan dat leiden tot gehoorverlies, elektrische schokken of beschadiging van apparatuur. Onderhoud • Haal eerst de stekker uit het stopcontact voordat u het toestel schoonmaakt. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kunnen elektrische schokken ontstaan. Behandeling Nederlands • Steek uw hand of vingers niet in de sleuven in de behuizing van dit toestel. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan letsel ontstaan. • Steek geen vreemde materialen, zoals metaal of papier in de sleuven in de behuizing van dit toestel. Als u zich niet hieraan houdt, kan dat leiden tot brand, elektrische schokken of storingen. Als er vreemde voorwerpen in het toestel terechtkomen, moet u het meteen uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken. Laat het toestel daarna controleren door de dealer bij wie u het hebt gekocht of door gekwalificeerd Yamaha-servicepersoneel. • Doe het volgende niet: – op de apparatuur staan of zitten. – zware voorwerpen bovenop de apparatuur plaatsen. – de apparatuur stapelen. – overmatige kracht uitoefenen op knoppen, schakelaars, ingangen/uitgangen enz. • Trek niet aan de aangesloten snoeren, want daardoor kan het toestel vallen en letsel veroorzaken of schade aan het toestel zelf. • Gebruik het toestel niet als het geluid vervormd is. Langdurig gebruik in deze toestand zou kunnen leiden tot oververhitting en brand. Let Op Hieronder volgt informatie die u in acht moet nemen om een defect van het product, of beschadigingen, een foutieve werking of gegevensverlies te voorkomen. Stroomvoorziening/netsnoer • Als u het toestel gedurende een langere periode niet gebruikt, moet u de stekker uit het stopcontact halen. Zelfs wanneer de [(A)] (Standby/On) schakelaar is uitgeschakeld (het aan/uitlampje is uit), blijft er nog een kleine hoeveelheid stroom lopen. Opstelling • Gebruik dit toestel niet in de nabijheid van andere elektrische apparatuur, zoals een tv, radio, of mobiele telefoon. Als u zich hier niet aan houdt, kan dit toestel of de tv of radio ruis veroorzaken. • Gebruik dit toestel niet op een locatie die blootstaat aan direct zonlicht en die zeer warm (zoals bij een verwarming) wordt, of zeer koud, of die blootstaat aan grote hoeveelheden stof of trillingen. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, kan de behuizing van het toestel hierdoor vervormd raken, kunnen de interne onderdelen mogelijk niet meer goed werken, of kan de werking van het toestel onstabiel worden. • Plaats dit toestel zo ver mogelijk van andere elektronische apparatuur. Digitale signalen van dit toestel kunnen interfereren met andere elektronische apparatuur. • Als u een draadloze functie gebruikt, plaats dit toestel dan niet in de buurt van metalen wanden of bureaus, magnetrons of andere draadloze netwerkapparaten. De transmissieafstand kan worden verkort door obstakels. Aansluitingen • Als u externe apparatuur aansluit, lees dan de handleiding voor elk apparaat grondig door en sluit de apparaten aan overeenkomstig de instructies. Als u een toestel niet behandelt overeenkomstig de instructies, kunnen storingen ontstaan. 3 Nl  Behandeling • Plaats geen vinyl, plastic of rubberen producten op dit toestel. Als u zich hier niet aan houdt, kunnen verkleuringen of vervormingen in het paneel van dit toestel ontstaan. • Als de omgevingstemperatuur ingrijpend verandert (bijvoorbeeld tijdens het transport van het toestel of bij snelle verwarming of verkoeling) en er mogelijk condensvorming is opgetreden in het toestel, laat u het toestel voor gebruik enkele uren staan zonder het in te schakelen, totdat het helemaal droog is. Als u het toestel gebruikt terwijl er condensatie aanwezig is, kunnen er storingen optreden. Onderhoud • Als de temperatuur of vochtigheid plotseling verandert, kunnen zich waterdruppels (condensatie) vormen op het oppervlak van het toestel. Als zich waterdruppels vormen, veeg die dan onmiddellijk weg met een zachte doek. Als er waterdruppels achterblijven op het toestel kunnen die worden geabsorbeerd door de houten onderdelen, waardoor vervorming kan ontstaan. • Gebruik bij het schoonmaken van het toestel een zachte, droge doek. Het gebruik van chemische stoffen als benzine of thinner, reinigingsproducten of chemische schoonmaakdoekjes kan verkleuring of vervorming veroorzaken. De luidsprekers van dit toestel maken gebruik van magneten. Plaats geen voorwerpen die gevoelig zijn voor magnetisme, zoals tv’s met een beeldbuis, klokken, creditcards, floppy disks, enz op of naast dit toestel. Luidsprekers • Raak de luidsprekereenheden niet aan. Als u zich niet aan deze richtlijnen houdt, dan kunnen de luidsprekers beschadigd raken. Informatie Dit teken op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekent dat gebruikte elektrische en elektronische producten en batterijen niet mogen worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval. Voor een correcte verwerking, hergebruik en recycling van oude producten dient u deze in te leveren bij een daarvoor bestemd inzamelpunt in overeenstemming met de landelijke wetgeving ter zake. Door deze producten correct te verwijderen, helpt u natuurlijke rijkdommen te beschermen en voorkomt u mogelijke negatieve effecten op de menselijke gezondheid en de omgeving, die zich zouden kunnen voordoen door ongepaste afvalverwerking. Voor meer informatie over het inzamelen en hergebruik van oude producten kunt u contact opnemen met uw plaatselijke gemeentebestuur, uw afvalverwerkingsbedrijf of het verkooppunt waar u de artikelen heeft gekocht. Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie: Als u elektrische en elektronische apparatuur wilt wegwerpen, moet u contact opnemen met uw dealer of leverancier voor nadere informatie. Informatie over verwijdering in andere landen buiten de Europese Unie Dit symbool is alleen geldig in de Europese Unie. Als u deze items wilt wegwerpen, moet u contact opnemen met uw plaatselijke autoriteiten of uw dealer en vraag wat de correcte manier van verwijdering is. Over de inhoud van deze handleiding Informatie over functies van en gegevens met betrekking tot het toestel • Het is mogelijk dat er lucht wordt geblazen uit de bassreflexopening. Dit is geen defect. Dit gebeurt met name bij weergave van muziek met zware bastonen. Draadloze apparatuur die gebruik maakt van de 5 GHz frequentieband kan alleen binnenshuis worden gebruikt. Gebruik van dergelijke apparatuur buitenshuis is bij wet verboden. • VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en algemene modellen) De spanningskeuzeschakelaar op het achterpaneel van dit toestel dient correct ingesteld te worden op de plaatselijke netspanning ALVORENS de stekker van het netsnoer van dit toestel in het stopcontact te steken. De mogelijke voltages zijn 110-120/220240 V, 50/60 Hz wisselstroom. Het modelnummer, het serienummer, de stroomvereisten, enz. worden vermeld op of in de nabijheid van het naamplaatje, dat zich aan de achterzijde van het toestel bevindt. Het is raadzaam dit serienummer in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren. Bewaar ook deze handleiding als permanent aankoopbewijs om identificatie in geval van diefstal te vergemakkelijken. Modelnummer Serienummer (rear_nl_01) 4 Nl Informatie voor gebruikers over inzameling en verwijdering van oude apparaten • De illustraties en schermen in deze handleiding dienen uitsluitend voor instructiedoeleinden. • De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars. • Software kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd of bijgewerkt. Draadloze communicatiefuncties [modellen voor het V.K. en Europa] Wi-Fi (2,4 GHz) Radiofrequentie: 2402 MHz t/m 2482 MHz Maximum uitgangsvermogen (EIRP): 19,98 dBm Wi-Fi (5 GHz) Radiofrequentie, Maximum uitgangsvermogen (EIRP): 5170 t/m 5250 MHz, 22,30 dBm 5250 t/m 5330 MHz, 22,27 dBm 5490 t/m 5710 MHz, 24,56 dBm 5735 t/m 5835 MHz, 13,96 dBm • Draadloze apparatuur die gebruik maakt van de 5 GHz frequentieband kan alleen binnenshuis worden gebruikt. Gebruik van dergelijke apparatuur buitenshuis is bij wet verboden.  0 KENMERKEN ............................................................. 5 OPTIONELE INSTELLINGEN................................... 16 Wat kunt u doen met dit toestel..................................... 5 Advanced Yamaha Active Servo Technology II ............ 7 Twisted Flare Port .......................................................... 7 Updaten van de firmware ............................................ 16 Initialiseren van alle instellingen (terugstellen op de fabrieksinstellingen) ....................... 17 ONDERDELEN EN HUN FUNCTIES ......................... 8 APPENDIX ................................................................ 17 Achterpaneel ................................................................. 8 Bovenpaneel ................................................................. 9 PROBLEMEN OPLOSSEN....................................... 18 DE EERSTE STAPPEN............................................ 10 HANDELSMERKEN.................................................. 20 Opstelling .................................................................... 10 TECHNISCHE GEGEVENS ...................................... 21 Bedieningstabel STATUS-indicator ............................. 17 VERBINDINGEN....................................................... 11 Verbinding maken met een netwerk............................ 12 Analoge aansluitingen maken ..................................... 15 Instellen van de volumebalans .................................... 15 INLEIDING Dit toestel is een netwerksubwoofer die draadloos kan worden verbonden met apparatuur die compatibel is met MusicCast Surround/Stereo. Over deze handleiding Houd bij het lezen van de handleiding rekening met het volgende. ● Vanwege productverbeteringen kunnen technische gegevens en uiterlijk zonder kennisgeving worden gewijzigd. ● In dit document gebruikte symbolen -“ WAARSCHUWING” geeft informatie aan waarmee u rekening moet houden om fataal of ernstig letsel te voorkomen. -“ VOORZICHTIG” geeft informatie aan waarmee u rekening moet houden om het risico op letsel te voorkomen. - “ LET OP ” geeft informatie aan waarmee u rekening moet houden om storingen of schade aan het product te voorkomen, of om te voorkomen dat er gegevens verloren gaan. -“ OPMERKING ” geeft aanvullende informatie aan die u nuttig zult vinden. KENMERKEN Wat kunt u doen met dit toestel Als u de speciale “MusicCast CONTROLLER” app installeert op uw smartphone of tablet, kunt u dit toestel toevoegen aan een MusicCast-netwerk, waardoor u gemakkelijk lage tonen kunt laten weergeven door apparaten die compatibel zijn met MusicCast Surround/Stereo. ● Draadloze verbinding betekent flexibele installatie U kunt het toestel zetten waar u wilt, zonder gedoe met kabelaansluitingen op externe apparatuur. ● Geniet altijd van optimale ultralage tonen Het bereik van de lage tonen (crossover-frequentie) en de volumebalans worden automatisch aangepast aan het met MusicCast Surround/Stereo compatibele apparaat dat u gebruikt zodat de geluidsweergave op een natuurlijke manier in elkaar overgaat. ● Gekoppelde bediening stroomvoorziening en volume De stroomvoorziening en het volume van dit toestel en de met MusicCast Surround/Stereo compatibele toestellen die eraan zijn gekoppeld worden gesynchroniseerd. ● Gedraaide, tubavormige geluidsopening zorgt voor een gelijkmatige weergave van ultralage tonen Een tubavormige opening die draait terwijl de opening groter wordt, spreidt turbulentie bij de opening uit zodat de lucht ongehinderd kan bewegen. Hierdoor wordt ruis die niet aanwezig is in het oorspronkelijke ingangssignaal onderdrukt en kunnen lage tonen duidelijk worden gereproduceerd. 5 Nl KENMERKEN Nederlands INHOUD  KENMERKEN Geavanceerd gebruik met de makkelijke app (MusicCast CONTROLLER) “MusicCast CONTROLLER” is een gratis app die speciaal bedoeld is voor de bediening van apparaten die compatibel zijn met MusicCast. U kunt een smartphone of ander mobiel apparaat als afstandsbediening gebruiken en makkelijk songs selecteren en instellingen uitvoeren op een MusicCast-compatibel apparaat. Zoek voor details naar “MusicCast CONTROLLER” in de App Store of Google Play™. Internet PC Modem MusicCast Surround/Stereocompatibele apparaten Router NAS NS-NSW100 Mobiel apparaat Door MusicCast te gebruiken, kunt u muziek delen met andere apparaten die compatibel zijn met MusicCast in andere kamers. U kunt op een eenvoudige manier overal in huis genieten van muziek van een mobiel apparaat, mediaserver (pc of NAS), internetradio, of streamingdienst. Raadpleeg de volgende website voor details over MusicCast en compatibele apparaten. http://www.yamaha.com/musiccast/ Om dit toestel te verbinden met een netwerk en te gebruiken, hebt u de “MusicCast CONTROLLER” voor mobiele apparatuur nodig. Installeer MusicCast CONTROLLER op uw mobiele apparaat. (→ blz. 13 “Downloaden van de “MusicCast CONTROLLER” app voor mobiele apparatuur”) 6 Nl  Advanced Yamaha Active Servo Technology II In 1988 bracht Yamaha luidsprekersystemen op de markt die gebruik maken van YST (Yamaha Active Servo Technology) waardoor een dynamische en hoogwaardige weergave van de lage tonen wordt verkregen. Deze technologie gebruikt een directe aansluiting tussen de versterker en de luidsprekers, waardoor een getrouwe signaaloverdracht en een nauwkeurige besturing van de luidsprekers wordt verkregen. Deze technologie maakt gebruik van luidsprekers die aangestuurd worden via de negatieve Behuizing impedantieaandrijving van de versterker en van resonantie die tussen het volume van de Poort luidsprekerbehuizing en de poort wordt voortgebracht. Daardoor produceert zij meer Luchtwoofer (Helmholtz-resonator) resonantie-energie (het “luchtwoofer”-concept) dan Zwaar basgeluid met hoge de conventionele basreflexmethode. Dit maakt het amplitude Geavanceerde mogelijk om lage tonen weer te geven via veel impedantieomzetter kleinere behuizingen dan voordien mogelijk was. Yamaha’s nieuw ontwikkelde Advanced YST II voegt vele verbeteringen toe aan de Yamaha Active Active Servo Servo Technology, waardoor de aandrijvingen van ProcessingSignalen versterker de versterker en de luidsprekers beter bestuurd kunnen worden. Vanuit het standpunt van de Basgeluid versterker, verandert de luidsprekerimpedantie in (hoorbare overeenstemming met de geluidsfrequentie. geluidsdruk Yamaha heeft een nieuw circuit ontworpen waarin gegenereerd negatieve impedantieaandrijving en constante door het (Onhoorbare) signalen met ultra-lage amplitude membraan) stroomaandrijving worden gecombineerd, zodat stabielere prestaties en een zuivere en scherp gedefinieerde weergave van de lage tonen worden verkregen. Twisted Flare Port De hedendaagse luidsprekers met basreflex gebruiken een Helmholtzresonator om hun basreproductie te verbeteren. Tijdens het reproduceren van basklanken die zich binnen de frequentieregio van deze Helmholtz-resonator bevinden, beweegt lucht zich heftig in en uit de poort, tussen de binnenen buitenkant van de luidspreker, waardoor soms ruis wordt geproduceerd wegens de turbulente luchtstroom aan het uiteinde van de poort. De poort en de kast resoneren op een frequentie die door hun afmetingen en vorm wordt gevormd. De turbulentie in de luchtstroom aan het uiteinde van de poort bevat daarentegen een groot bereik aan frequentiecomponenten die niet in het ingangssignaal aanwezig zijn. Deze ruis doet zich voor omdat het brede bereik aan frequentiecomponenten componenten bevat die overeenkomen met de resonante frequenties van de poort en kast, waardoor een sterke resonantie wordt veroorzaakt. De Twisted Flare Port is door Yamaha ontwikkeld en verandert de wijze waarop de poort zich richting het uiteinde verwijdt. Daarnaast voegt het een “twist” toe om aan elk uiteinde van de poort turbulentie van de luchtstroom te onderdrukken, waardoor dus wordt vermeden dat ruis zich zal voordoen. Luchtturbulentie Dit reduceert op substantiële wijze het “doffe geluid” en de wordt geproduceerd. “windruis” die tot nu toe kenmerkend waren voor luidsprekers met basreflex. Hierdoor kan de bas helderder Klassieke poort worden gereproduceerd. Turbulentie wordt verspreid en luchtstroom wordt vloeiend. Twisted Flare Port Luchtturbulentie aan beide uiteinden van de poort zorgt voor ruis 7 Nl Nederlands KENMERKEN KENMERKEN  ONDERDELEN EN HUN FUNCTIES Achterpaneel 1 23 1 A (STANDBY/ON) 2 Dienstaansluiting Deze is bestemd voor servicedoeleinden en niet voor normaal gebruik. 3 CONNECT Deze wordt gebruikt voor de volgende doeleinden. ● Initialiseren van de instellingen (terugstellen op de fabrieksinstellingen) → blz. 13 → blz. 16 → blz. 17 4 WIRELESS-schakelaar Hiermee kan de draadloze communicatiefunctie (draadloos LAN) worden in-/uitgeschakeld. AUTO: Draadloze communicatie is ingeschakeld. OFF: Draadloze communicatie is uitgeschakeld. Gebruik een verbinding via bedrading om het toestel te verbinden met een netwerk. (→ blz. 12 “Als u een verbinding via bedrading wilt maken”) 8 Nl 5 6 7 8 5 INPUT-schakelaar Hiermee wordt het toestel aan en uit (standby) gezet. ● Registreren van dit toestel op het MusicCast-netwerk ● Updaten van de firmware 4 Hiermee kan de soort verbinding van het toestel worden omgeschakeld. NET: Kies hiervoor als u het toestel verbindt met een netwerk. ANALOG: Kies hiervoor als u het toestel direct aansluit op een versterker of soortgelijk apparaat, zonder verbinding te maken met een netwerk. 6 INPUT (ANALOG)-aansluiting Gebruik deze aansluiting als de INPUT-schakelaar is ingesteld op ANALOG. Sluit een kabel aan tussen deze aansluiting en de subwooferaansluiting of lijn-uitgangsaansluiting (zoals PRE OUT) van de versterker. (→ blz. 12 “Als u een verbinding via bedrading wilt maken”) 7 Dienstaansluitingen Deze zijn bestemd voor servicedoeleinden en niet voor normaal gebruik. 8 NETWORK-aansluiting Gebruik een netwerkkabel (in de handel verkrijgbaar) om verbinding te maken met uw netwerk via bedrading.  ONDERDELEN EN HUN FUNCTIES Nederlands ONDERDELEN EN HUN FUNCTIES Bovenpaneel 1 2 1 GAIN-knop 3 2 STATUS-indicator Deze knop regelt het volume van dit toestel. Stel het volume op een niveau in dat past bij uw weergaveapparaat. (→ blz. 15 “Instellen van de volumebalans”) De kleur en de toestand (knipperen/branden) van deze indicator geven aan welke signaalbron er is geselecteerd, of wat de status van het toestel is. (→ blz. 17 “Bedieningstabel STATUS-indicator”) OPMERKING Terwijl u het volume aan het veranderen bent, zal de kleur van de 2 STATUS-indicator de instelling van het volume aangeven. Volume Kleur van de STATUS-indicator Minimum waarde Knippert blauw Laag – Gemiddeld Blauw – Paars Gemiddeld – Hoog Paars – Rood Maximum waarde Knippert rood 3 Draadloos LAN-indicator De toestand (knipperen/branden) van deze indicator geeft de status van de draadloze netwerkverbinding aan. Automatische standby Netwerk standby Als dit toestel 20 minuten lang niet wordt bediend en er niets wordt weergegeven, zal het automatisch uit (standby) worden gezet. De netwerkfunctie van dit toestel blijft ingeschakeld, ook wanneer het toestel uit (standby) staat. OPMERKING In netwerk standby zal de STATUS-indicator oranje oplichten. ● Dertig seconden voor het toestel automatisch uit (standby) wordt gezet zal de STATUS-indicator beginnen te knipperen, om uit te gaan wanneer het toest uit (standby) gaat. ● De automatische standby uitschakelfunctie werkt niet als u een MusicCast-verbinding gebruikt, of als de INPUT-schakelaar op het achterpaneel is ingesteld op ANALOG. OPMERKING Eco standby Wanneer er acht uur zijn verstreken nadat het netwerk is losgekoppeld, zal het toestel in Eco standby gaan om stroom te sparen. OPMERKING In Eco standby zal de STATUS-indicator niet oplichten. Met een geavanceerd energiebesparend ontwerp bereikt dit product een laag stroomverbruik van niet meer dat twee Watt in de Network Standbymodus. 9 Nl  DE EERSTE STAPPEN Opstelling Omdat de lage tonen in audiosignalen resulteren in geluidsgolven met een lange golflengte, klinken ze voor het menselijk gehoor bijna alsof ze geen richting hebben. Het superlage bereik creëert voor ons geen stereo-geluidsbeeld. Daarom kan een enkele subwoofer al genoeg zijn voor een weergave met hoge kwaliteit van deze superlage tonen. A Opmerking B De opstelling op de afbeelding rechts is ook mogelijk. Als het subwoofersysteem echter te dicht bij een wand geplaatst wordt, is het mogelijk dat het bas-effect hinder ondervindt vanwege de fase-uitdoving veroorzaakt door interferentie tussen directe geluidsgolven en weerkaatste. Om dit te voorkomen, dient u het subwoofersysteem schuin te plaatsen. (Afbeeldingen A en B ) of of ( : Subwoofer : Voorluidspreker) LET OP Op deze manier kan het gebeuren dat u niet voldoende superlage tonen van de subwoofer kunt horen omdat u zich in een “dal” van de resulterende staande golven bevindt. LET OP ● Als de subwoofer te dicht bij een tv met een beeldbuis geplaatst wordt, kan dit invloed hebben op de kleur en de beeldkwaliteit, of leiden tot gebrom. Plaats in een dergelijk geval de subwoofer en de tv verder uit elkaar zodat deze effecten niet meer optreden. Dit probleem doet zich niet voor bij LCD- en plasma-tv’s. ● Als het luidsprekervolume erg hoog staat, is het mgelijk dat meubels of ruiten gaan resoneren en dat de subwoofer zelf gaat trillen. Zet het volumeniveau in een dergelijk geval lager. Om resonantie te beperken, kunt u een dik gordijn gebruiken, of iets soortgelijks dat geluidstrillingen effectief kan absorberen. Het kan ook helpen om de subwoofer ergens anders neer te zetten. ● De luidsprekers in dit toestel maken gebruik van magneten. Apparaten die gevoelig zijn voor magnetisme (tv’s met een beeldbuis, klokken, bankkaarten enz.) mogen niet op of in de buurt van dit toestel geplaatst worden. 10 Nl  Nederlands VERBINDINGEN Als u een netwerkverbinding gebruikt Draadloze verbinding ( blz. 12) PC Modem DE EERSTE STAPPEN Internet Router NS-NSW100 Mobiel apparaat VERBINDINGEN MusicCast Surround/Stereo compatibele geluidsbalk, draadloze streaming luidspreker, enz. Verbinding via bedrading ( blz. 12) Netwerkkabel NAS WAN PC Internet LAN Modem MusicCast Surround/Stereo compatibele geluidsbalk, draadloze streaming luidspreker, enz. (achterpaneel) Router STP-netwerkkabel (in de handel verkrijgbare CAT-5 of hoger gekwalificeerde rechtstreeks doorverbonden kabel) AV 7 NS-NSW100 Mobiel apparaat Als u het toestel gebruikt zonder verbinding te maken met een netwerk (analoge aansluiting) Analoge aansluiting ( blz. 15) (achterpaneel) (Aansluitvoorbeeld) Geluidsbalk enz. metANALOGE uitgangsaansluitingen 3,5 mm mono ministekker NS-NSW100 11 Nl  VERBINDINGEN Verbinding maken met een netwerk Voorbereidingen voor verbinding met een netwerk Dit toestel kan draadloos of via bedrading worden verbonden met een netwerk. Kies de verbindingsmethode die het meest geschikt is voor uw situatie. Als u een draadloze verbinding wilt maken Maak de instellingen zo dat dit toestel draadloos kan communiceren. 1. Zet de INPUT-schakelaar op het achterpaneel op NET. 2. Zet de WIRELESS-schakelaar op het achterpaneel op AUTO. LET OP Sluit geen netwerkkabel aan op de NETWORKaansluiting. Als er een netwerkkabel wordt aangesloten, zal deze de prioriteit krijgen en kunt u geen draadloze verbinding meer maken. (achterpaneel) Als u een verbinding via bedrading wilt maken Gebruik een in de handel verkrijgbare STP-netwerkkabel (CAT-5 of hoger rechtstreeks (straight) doorverbonden kabel) om dit toestel te verbinden met uw router. 1. Zet de INPUT-schakelaar op het achterpaneel op NET. 2. Zet de WIRELESS-schakelaar op het achterpaneel op OFF. 3. Sluit een netwerkkabel aan op de NETWORK-aansluiting. LET OP Als u dit toestel via bedrading wilt verbinden en muziek wilt laten weergeven, moeten alle met MusicCast Surround/Stereo compatibele apparaten die u wilt koppelen (zoals een geluidsbalk of een draadloos streamende luidspreker) verbonden worden via een bedraad LAN. (achterpaneel) 3 2 1 2 1 Inschakelen van dit toestel 1. Doe de stekker van het netsnoer in het stopcontact. 2. Druk op het achterpaneel op A (STANDBY/ ON) om dit toestel in te schakelen. (achterpaneel) (achterpaneel) naar het stopcontact OPMERKING ● Als het netwerk aan het opstarten is, zal de STATUS-indicator op het bovenpaneel groen gaan knipperen. ● Als u een verbinding via bedrading gebruikt, zal de LED in de NETWORK-aansluiting knipperen wanneer er verbinding is met de router. LET OP ● Zet bij het inschakelen van uw installatie de subwoofer altijd als laatste aan. 12 Nl  VERBINDINGEN Nederlands Downloaden van de “MusicCast CONTROLLER” app voor mobiele apparatuur Installeer de MusicCast CONTROLLER app op uw mobiele apparaat, verbind dit toestel met het netwerk en registreer dit toestel als een apparaat met MusicCast. Zoek naar “MusicCast CONTROLLER” in de Apple Store of Google Play en installeer de app. OPMERKING ● Zorg ervoor dat het mobiel apparaat dat u gebruikt is verbonden met uw router voor u verder gaat. ● De schermen en menunamen enz. van MusicCast CONTROLLER kunnen zonder kennisgeving gewijzigd worden. ● Als er al een ander MusicCast-apparaat is geregistreerd in de MusicCast CONTROLLER-app, dan kunt u dit toestel toevoegen aan de app door op (Instellingen) te tikken in het “Ruimte selecteren” en dan “Nieuw apparaat toevoegen” te selecteren. Hier volgt hoe u “MusicCast CONTROLLER” kunt gebruiken om dit toestel te registreren op het MusicCast-netwerk en tegelijkertijd instellingen te maken voor de netwerkverbinding van dit toestel. OPMERKING Om draadloos verbinding te maken met het netwerk, hebt u de SSID en het wachtwoord nodig van de draadloze LANrouter (toegangspunt) die u gebruikt. 1. Start op uw mobiele apparaat “MusicCast CONTROLLER” op en tik op “Instellingen”. 2. Ga naar de “Instellingen” en tik op “Nieuw apparaat toevoegen” 3. Volg de instructies die op het scherm van uw mobiele apparaat verschijnen, bedien “MusicCast CONTROLLER” en houd op het achterpaneel van dit toestel CONNECT tenminste vijf seconden ingedrukt. (achterpaneel) 4. Volg de instructies die op het scherm van uw mobiele apparaat verschijnen, bedien “MusicCast CONTROLLER” en specificeer het netwerk. Koppel dit toestel vervolgens met het Pairing Masterapparaat van het MusicCast-netwerk. (→ blz. 14 “Dit toestel synchroniseren met het Pairing Master apparaat”) OPMERKING Als u gebruik maakt van een draadloze verbinding om dit toestel te registreren op het MusicCast-netwerk, zal de draadloze LAN-indicator op het bovenpaneel van dit toestel oplichten ten teken dat het registreren op het MusicCast-netwerk is voltooid. Annuleren van de MusicCast-netwerkregistratie van dit toestel Maak gebruik van “MusicCast CONTROLLER” om de registratie van dit toestel weer te annuleren. OPMERKING Als u dit toestel initialiseert voor de registratie wordt geannuleerd, kan het scherm van “MusicCast CONTROLLER” een fout melden met de inhoud dat dit apparaat niet bestaat. 13 Nl VERBINDINGEN Registreren van dit toestel op het MusicCast-netwerk  VERBINDINGEN Dit toestel synchroniseren met het Pairing Master apparaat Door dit toestel te registreren als een Pairing Device van de Pairing Master van het MusicCast-netwerk (geluidsbalk of draadloos streamende luidspreker), kunt u het gebruiken als een netwerksubwoofer om zo te profiteren van een rijkere geluidsweergave. Pairing Device (NS-NSW100) Pairing Master (geluidsbalk enz.) 1. Registreer dit toestel en het met MusicCast Surround/Stereo (Pairing Master) compatibele toestel op dezelfde locatie als de MusicCast CONTROLLER app. (→ blz.13 “Registreren van dit toestel op het MusicCast-netwerk”) 2. Start op uw mobiele apparaat “MusicCast CONTROLLER” op en tik op (Instellingen). 3. Tik op “MusicCast Surround/Stereo”. 4. Selecteer de ruimte (Pairing Master) waarmee u dit toestel wilt synchroniseren. 5. Volg de aanwijzingen op het scherm van de app en registreer dit toestel als een subwoofer (Pairing Device). Wanneer u klaar bent met het registreren van dit toestel als een Pairing Device, moet u de juiste ruimte (Pairing Master) bedienen op het scherm van de app om audio weer te laten geven. ■ Gesynchroniseerde bediening met de Pairing Master Wanneer u dit toestel registreert als een netwerksubwoofer, zal dit toestel de bediening van de ruimte (Pairing Master) volgen. Aan/uit De aan/uit-instelling van dit toestel (Standby/ON) zal de bediening van de ruimte (Pairing Master) volgen. Volume en andere instellingen De instellingen van dit toestel zullen veranderen overeenkomstig de instellingen van de ruimte (Pairing Master) om zo een optimale weergave van de lage tonen te verkrijgen. Gesynchroniseerde instellingen: • Volume • High-cut filter (crossover-frequentie) OPMERKING ● Als de geluidsweergave wordt onderbroken, moet u de app controleren om te zien of “Link control” is geselecteerd in de instellingen voor de ruimte (Pairing Master) zoals hieronder staat aangegeven. – Voor een draadloze verbinding: iets anders dan “Speed Boost” – Voor een verbinding via bedrading: “Speed Boost” ■ De synchronisering met de Pairing Master annuleren Gebruik op uw mobiele apparaat “MusicCast CONTROLLER” om de registratie te annuleren. 14 Nl  VERBINDINGEN Nederlands Analoge aansluitingen maken Gebruik de ANALOG-aansluiting op het achterpaneel van dit toestel als u dit toestel direct wilt aansluiten op andere apparatuur (zoals een geluidsbalk) zonder verbinding met een netwerk. (achterpaneel) (Aansluitvoorbeeld) Geluidsbalk enz. met ANALOG uitgangsaansluitingen 3,5 mm mono ministekker 1. Sluit de ANALOG-aansluiting op het LET OP achterpaneel van dit toestel aan op de subwoofer-uitgangsaansluiting of de lijnuitgangsaansluiting (bijv. PRE OUT) van het aangesloten apparaat. 2. Zet de INPUT-schakelaar op het achterpaneel van dit toestel op ANALOG. 3. Doe de stekker van het netsnoer in het stopcontact. 4. Druk op het achterpaneel op ● Sluit het netsnoer pas op het stopcontact aan wanneer alle andere verbindingen klaar zijn. ● Afhankelijk van het apparaat (geluidsbalk enz.) dat u aansluit is het mogelijk dat de aansluitmethode en de namen van de aansluitingen verschillen van de instructies in dit document, dus moet u ook de handleiding van het apparaat in kwestie raadplegen. ● Af fabriek is het volume ingesteld op de minimum instelling. Wanneer u klaar bent met de aansluitingen moet de instellingen zo aanpassen dat dit toestel een geschikt volume produceert. A (STANDBY/ON) om dit toestel in te schakelen. Instellen van de volumebalans Om een effectieve weergave van de lage tonen te kunnen waarborgen, kunt u het volume zo instellen dat de geluidsweergave van dit toestel op een natuurlijke manier mengt met die van de andere gebruikte luidsprekers. ■ Als u een netwerkverbinding gebruikt Als dit toestel is verbonden met een netwerk, wordt het volume van dit toestel automatisch gesynchroniseerd met de Pairing Master, maar u kunt de instellingen aanpassen aan uw eigen smaak met behulp van de GAIN-knop op het bovenpaneel. Standaardwaarde: Afhankelijk van de instelling van de Pairing Master ■ Als u een analoge aansluiting gebruikt Gebruik de GAIN-knop op het bovenpaneel om het volume van dit toestel in te stellen. High-cut filter frequentie: vastgezet op 160 Hz Standaardwaarde: MUTE (Geluid uit) GAIN-knop (bovenpaneel) 15 Nl VERBINDINGEN NS-NSW100  OPTIONELE INSTELLINGEN Updaten van de firmware Als dit toestel is aangesloten op een netwerk, kunt u de firmware bijwerken (updaten) via het netwerk. Wanneer er nieuwe firmware beschikbaar is, knippert de STATUS-indicator wit wanneer dit toestel wordt ingeschakeld. Gebruik de volgende procedure om de firmware bij te werken. LET OP Houd u aan de volgende punten tijdens het bijwerken. - Bedien dit toestel niet - Trek nooit de stekker uit het stopcontact en koppel in geen geval de netwerkkabel los Firmware updateprocedure 1. Druk op het achterpaneel op A (STANDBY/ON) om het toestel uit (standby) te zetten. (achterpaneel) ■ Controleren van de firmwareversie Op deze manier kunt u de versie van de firmware van dit toestel controleren. 1. Druk op het achterpaneel op A (STANDBY/ON) om het toestel uit (standby) te zetten. 2. Druk op het achterpaneel op CONNECT. 2. Houd CONNECT op het achterpaneel tenminste 10 seconden ingedrukt. (achterpaneel) De STATUS-indicator en de draadloze LANindicator op het bovenpaneel knipperen een aantal keren om de versie van de firmware aan te geven. Als de versie van de firmware bijvoorbeeld 1.3 is, zal de STATUS-indicator één keer knipperen en de draadloze LAN-indicator drie keer. (bovenpaneel) Hoofdversienummer (knippert geel) De STATUS-indicator en de draadloze LANindicator op het bovenpaneel knipperen en het bijwerken van de firmware zal beginnen. Wanneer de indicator doorlopend begint te branden (Oranje), is het bijwerken van de firmware voltooid. OPMERKING ● Het bijwerken van de firmware duurt ongeveer 10 tot 20 minuten. ● Het bijwerken van de firmware kan langer duren of zelfs mislukken als de internetverbinding niet snel genoeg is, of als de verbinding met het draadloze netwerk niet stabiel is. ● Als het bijwerken van de firmware mislukt, zal de STATUS-indicator rood gaan knipperen. Wacht even en probeer het dan opnieuw. 16 Nl Subversienummer (knipperen) OPMERKING Als de versie van de firmware 2.0 is, zal de STATUSindicator twee keer knipperen en blijft de draadloze LAN-indicator uit. 3. Druk nog een keer op CONNECT om het toestel weer uit (standby) te zetten.  APPENDIX Nederlands Initialiseren van alle instellingen (terugstellen op de fabrieksinstellingen) 1. Druk op het achterpaneel op (achterpaneel) A (STANDBY/ON) om het toestel uit (standby) te zetten. 1 2. Houd CONNECT ingedrukt en druk dan één keer op A (STANDBY/ON). 3. Laat CONNECT los wanneer de STATUSindicator knippert. 2 (bovenpaneel) De kleur en de toestand (knipperen/branden) van de indicators geven de status van dit toestel aan. OPMERKING ● De STATUS-indicator en de draadloze LAN-indicator kunnen worden gebruikt om de versie van de firmware van dit toestel te controleren. (→ blz. 16 “Controleren van de firmwareversie”) ● Terwijl de firmware wordt bijgewerkt, kunnen de STATUS-indicator en de draadloze LAN-indicator worden gebruikt om de voortgang te controleren. (→ blz. 16 “Firmware updateprocedure”) Wanneer het toestel is ingeschakeld Indicator Groen Status Brandt De INPUT-schakelaar op het achterpaneel staat op NET. Wit Brandt Groen Knippert Aan het wachten op verbinding met het netwerk. De INPUT-schakelaar op het achterpaneel staat op ANALOG. Wit Knippert Nieuwe firmware is beschikbaar. Groen/oranje Wit/oranje Knipperen om en om Oranje Brandt Het toestel staat in de netwerk standby-stand. Blauw/paars/ rood Brandt Het volume van het toestel wordt veranderd. Blauw: laag volume – Paars: gemiddeld – Rood: hoog volume Blauw/rood Knippert Het volume is op de minimumstand of de maximumstand gezet. De automatische standby uitschakelfunctie zal het toestel binnenkort uit (standby) zetten. (Begint 30 seconden van tevoren te knipperen.) Wanneer het toestel uit (standby) staat Indicator Status Oranje Brandt – Uit Oranje Knippert Het toestel staat in de netwerk standby-stand. Het toestel is uitgeschakeld, of staat eco standby. De beveiligingsschakeling is in werking getreden. Schakel het toestel uit, haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met een Yamaha servicecenter. 17 Nl APPENDIX Bedieningstabel STATUS-indicator OPTIONELE INSTELLINGEN APPENDIX  PROBLEMEN OPLOSSEN Raadpleeg de tabel hieronder als dit toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem waar u mee geconfronteerd wordt niet hieronder vermeld staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, schakel het toestel dan uit, haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met een erkende Yamaha dealer of servicecenter. Algemeen Probleem Oorzaak Oplossing Het toestel kan niet worden ingeschakeld. Wanneer het toestel wordt ingeschakeld, gaat het onmiddellijk weer uit. Het toestel doet het niet goed. Het netsnoer is niet goed aangesloten. Doe de stekker goed in het stopcontact. Het toestel kan niet worden bediend. Een elektrische schok (zoals een blikseminslag of ontlading van statische elektriciteit), of een verlaging van het voltage van de stroomvoorziening, heeft geleid tot het vastlopen van de interne microcomputer. Houd op het achterpaneel van het toestel A (STANDBY/ON) tenminste tien seconden ingedrukt om het toestel opnieuw op te starten. (Als dit het probleem niet oplost, moet u de stekker uit het stopcontact halen, ongeveer 30 seconden wachten en de stekker dan weer terug doen.) Het toestel wordt plotseling uitgeschakeld tijdens gebruik. De beveiligingsschakeling is in werking getreden om het toestel uit te schakelen omdat de interne temperatuur van het toestel teveel is gestegen. Wacht tot de temperatuur gedaald is (ongeveer een uur), controleer of er voldoende ruimte rond het toestel is en of het toestel niet wordt afgedekt door een doek enz. en schakel het toestel dan weer in. Het toestel doet het niet goed. Een externe elektrische schok (zoals een blikseminslag of ontlading van statische elektriciteit), of een verlaging van het voltage van de stroomvoorziening, heeft geleid tot het vastlopen van de interne microcomputer. Haal de stekker uit het stopcontact halen, wacht ongeveer 30 seconden en doe de stekker dan weer terug. Geen geluid. Er worden geen lage tonen weergegeven, of ze zijn te zacht. Er wordt een bronsignaal met weinig lage tonen weergegeven. Geef een bronsignaal weer met meer lage tonen. De geluidsweergave ondervindt invloed van een staande golf. Probeer de positie of de hoek waaronder dit toestel staat opgesteld te veranderen. Er is geen ingangssignaal met lage tonen vanwege de instellingen van de versterker. Verander de instellingen van de versterker. Als u een netwerkverbinding gebruikt Het volume van de MusicCast CONTROLLER-app of de Pairing Master is ingesteld op het minimum (0). Of er is een hoofdtelefoon aangesloten op de Pairing Master. Zet het volume hoger in de MusicCast CONTROLLER-app of met de Pairing Master. U kunt ook de GAIN-knop van dit toestel gebruiken om het volume handmatig in detail in te stellen. De netwerkverbinding werkt niet naar behoren. Controleer de verbinding. Het weergave-apparaat is niet correct geselecteerd. Selecteer de signaalbron die u wilt weergeven opnieuw in de MusicCast CONTROLLER-app of met de Pairing Master. Als u een analoge aansluiting gebruikt Het volume van dit toestel staat op het minimum (0). Gebruik de GAIN-knop van dit toestel om het volume in te stellen. De verbinding is niet correct. Of de verbinding Controleer de verbinding. is defect. Het toestel wordt niet automatisch ingeschakeld wanneer de signaalbron begint te spelen. Omdat INPUT is ingesteld op ANALOG, werkt Schakel het toestel met de hand in. het toestel niet gesynchroniseerd met de Pairing Master. Er is geen ingangssignaal met lage tonen vanwege de instellingen van de versterker. Verander de instellingen van de versterker. Omdat er langere tijd geen netwerkverbinding was, is het toestel eco standby gegaan. Schakel het toestel met de hand in. Er wordt ruis weergegeven door dit Er is een digitaal apparaat of een hoogfrequent toestel, of door een elektronisch apparaat in de buurt van dit toestel. apparaat in de buurt. 18 Nl Zet dit toestel en het apparaat in kwestie verder bij elkaar vandaan.  PROBLEMEN OPLOSSEN Nederlands Netwerk Probleem Oorzaak Oplossing De netwerkfunctie kan niet worden De netwerkinformatie (IP-adres) is niet correct Schakel de DHCP-serverfunctie van uw router gebruikt. verkregen. in. Kan geen verbinding maken met de MAC-adresfiltering is ingeschakeld op de draadloze LAN-router draadloze LAN-router (toegangspunt). (toegangspunt). Er is geen verbinding mogelijk als MACadresfiltering is ingeschakeld. Verander de instellingen van de draadloze LAN-router (toegangspunt) zodat er een verbinding tot stand kan worden gebracht. Kan geen verbinding maken met De draadloze LAN-router (toegangspunt) is het internet via de draadloze LAN- uitgeschakeld. router (toegangspunt). De draadloze LAN-router (toegangspunt) en dit toestel zijn te ver van elkaar verwijderd. Zet de draadloze LAN-router (toegangspunt) aan. Breng de draadloze LAN-router (toegangspunt) en dit toestel dichter bij elkaar. Er bevindt zich een obstakel tussen de draadloze LAN-router (toegangspunt) en dit toestel. Plaats de draadloze LAN-router (toegangspunt) en dit toestel zo dat er geen obstakel tussen staat. Dit toestel wordt niet gedetecteerd door de MusicCast CONTROLLER-app. Dit toestel en het mobiele apparaat zijn niet verbonden met hetzelfde netwerk. Controleer de netwerkverbindingen en de routerinstellingen en verbind de apparatuur met hetzelfde netwerk. Het draadloze netwerk kan niet worden gevonden. Er is een apparaat in de buurt dat Als u dit toestel gebruikt met een draadloze elektromagnetische stralen genereert (zoals een verbinding, mag u het niet gebruiken in de magnetron of radio-apparatuur). buurt van een apparaat dat elektromagnetische straling genereert. Kan geen verbindingsinstellingen maken met de MusicCast CONTROLLER-app. De firmware bijwerken via het netwerk is mislukt. Uw mobiele apparaat is niet verbonden met de draadloze LAN-router (toegangspunt). Verbind het mobiele apparaat met de draadloze LAN-router en gebruik dan de MusicCast CONTROLLER-app om instellingen te maken. U gebruikt een router met ondersteuning voor meerdere SSID’s. Het is mogelijk dat functie voor het onderhouden van verschillende netwerken het onmogelijk maakt om toegang te krijgen tot dit toestel. Wanneer u verbinding maakt met een mobiel apparaat, moet u een SSID gebruiken die toegang tot dit toestel mogelijk maakt (probeer verbinding te maken met de primaire SSID). De toestand van de netwerkverbinding is niet goed genoeg. Wacht even en probeer het bijwerken dan opnieuw. Kan geen verbinding maken met de De Pairing Master is geen MusicCast Pairing Master. Surround/Stereo-compatibel apparaat. Gebruik een apparaat dat compatibel is met MusicCast Surround/Stereo, of een apparaat dat analoge aansluitingen toestaat. De verbinding is niet correct. Of de verbinding Controleer na het initialiseren van dit toestel of is defect. de Pairing Master een apparaat is dat compatibel is met MusicCast Surround/Stereo en probeer dan opnieuw verbinding tot stand te brengen. Er is al een koppeling met een ander apparaat geregistreerd. Annuleer de geregistreerde koppeling met het apparaat in kwestie en maak de instellingen voor de registratie vervolgens opnieuw. 19 Nl PROBLEMEN OPLOSSEN De toegang tot het netwerk wordt beperkt door Controleer de firewall-instelling van de de firewall-instellingen van de draadloze LAN- draadloze LAN-router (toegangspunt). router (toegangspunt).  HANDELSMERKEN Android™ Google Play™ Android eGoogle Play zijn handelsmerken van Google LLC. Licenties Raadpleeg het volgende voor informatie over de licenties voor software van derden in dit product. http://(IP address of this product*)/licenses.html * Het IP-adres van dit product kan worden gecontroleerd met MusicCast CONTROLLER. Het Wi-Fi CERTIFIED™-logo is een keurmerk van de Wi-Fi Alliance®. Wi-Fi, Wi-Fi CERTIFIED en WPA2 zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance®. Uitleg over GPL Dit product gebruikt in sommige gedeelten GPL/LGPL opensource software. U hebt alleen het recht om deze open-source code te bemachtigen, dupliceren, wijzigen en opnieuw te verdelen. MusicCast is een handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van Yamaha Corporation. Voor informatie over GPL/LGPL open-source software, hoe u het kunt verkrijgen, en over de GPL/LGPL licentie, verwijzen we u naar de website van Yamaha Corporation (http://download.yamaha.com/sourcecodes/musiccast/). Het Yamaha Ecolabel is een keurmerk dat wordt toegekend aan producten die hoog scoren wat betreft milieuvriendelijkheid. 20 Nl  Nederlands TECHNISCHE GEGEVENS ■ Algemeen Type........................................................................................................... Advanced Yamaha Active Servo Technology II Driver ............................................................................................ 20 cm conuswoofer, non-magnetisch afgeschermd type Uitgangsvermogen versterker (100 Hz, 5 Ω, 10% THV) ............................................................................................130 W Frequentierespons........................................................................................................................................ 28 Hz - 300 Hz Stroomvoorziening/Voltage .....................................................................................................................AC 230 V, 50 Hz Stroomverbruik............................................................................................................................................................ 60 W Ingangsgedeelte NETWORK (bedraad) ................................................................................. Ethernet: RJ45 (100BASE-TX/10BASE-T) ANALOG (bedraad) .............................................................................................................3,5 mm ministekker (mono) Ingangsgevoeligheid ...........................................................................................................................................60 mV Ingangsimpedantie ...............................................................................................................................................25 kΩ Stroomverbruik uit (standby) Eco standby...........................................................................................................................................minder dan 0,1 W Netwerk standby (via bedrading)..........................................................................................................minder dan 1,3 W Netwerk standby (draadloos)................................................................................................................minder dan 1,5 W Afmetingen (B × H × D) ...................................................................................................... 252 mm × 383 mm × 418 mm Gewicht ......................................................................................................................................................................12,6 kg ■ Wi-Fi Draadloze LAN-normen............................................................................................................... IEEE 802.11 a/b/g/n/ac* * Alleen 20 MHz kanaalbandbreedte Radiofrequentieband ..................................................................................................................................2,4 GHz, 5 GHz Beschikbare beveiligingsmethode........................................................................WEP, WPA2-PSK (AES), Mixed Mode TECHNISCHE GEGEVENS HANDELSMERKEN * De inhoud van deze handleiding geldt voor de meest recente specificaties op de datum dat de handleiding werd gepubliceerd. Voor de meest recente handleiding gaat u naar de website van Yamaha, waar u het bestand met de handleiding kunt downloaden. 21 Nl