Miller XMT 350 FIELD PRO de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Met Auto-Line, ArcReach
R
R
XMT 350 FieldPro
en omkeer van polariteit
CE
Booglasstroombron
OM-282217C/dut 201905
Processen
Beschrijving
Bestand: Multiproces
Multiproces Lassen
Voor informatie over de
producten, zie de
Gebruikershandleiding en ga
verder naar
www.MillerWelds.com
HANDLEIDING
Miller Electric maakt een complete lijn
lasapparaten en aanverwante
lasproducten. Wilt u meer informatie
over de andere kwaliteitsproducten van Miller, neem dan contact op met uw
Miller-leverancier. Hij heeft de nieuwste overzichtscatalogus en afzonderlijke
productleaflets voor u.
Bedankt en gefeliciteerd dat u voor Miller hebt gekozen. Nu kunt u aan de
slag en alles meteen goed doen. Wij weten dat u geen tijd heeft om het an-
ders dan meteen goed te doen.
Om die reden zorgde Niels Miller, toen hij in 1929 voor het eerst met het
bouwen van booglasapparatuur begon, er dan ook voor dat zijn producten
lang meegingen en van superieure kwaliteit waren. Net als u nu konden
zijn klanten toen zich geen mindere kwaliteit veroorloven. De producten
van Miller moesten het beste van het beste zijn. Zij moesten gewoon het
allerbeste zijn dat er te koop was.
Tegenwoordig zetten de mensen die Miller-producten bouwen en verkopen
die traditie voort. Ook zij zijn vastbesloten om apparatuur en service te
bieden die voldoet aan de hoge kwaliteits- en prestatiestandaards die in
1929 zijn vastgelegd.
Deze handleiding voor de eigenaar is gemaakt om u optimaal gebruik te
kunnen laten maken van uw Miller-producten. Neem even de tijd om de
veiligheidsvoorschriften door te lezen. Ze helpen u om uzelf te beschermen
tegen mogelijke gevaren op de werkplek. We hebben ervoor gezorgd, dat u
de apparatuur snel en gemakkelijk kunt installeren. Bij Miller kunt u reke-
nen op jarenlange betrouwbare service en goed
onderhoud. En als om de een of andere reden het
apparaat gerepareerd moet worden, helpt het ge-
deelte Probleemoplossing u om uit te vinden wat
het probleem is en kan dit worden opgelost met
behulp van ons uitgebreide servicenetwerk. Er
zijn ook een garantie en informatie over het on-
derhoud van uw specifieke model beschikbaar.
Miller was de allereerste
fabrikant van lasapparatuur in
de VS die het ISO 9001
kwaliteitscertificaat behaal-
de.
Elke krachtbron van Miller
gaat vergezeld de meest
probleemloze garantie in
onze bedrijfstak u werkt er
hard genoeg voor.
Van Miller voor u
INHOUDSOPGAVE
HOOFDSTUK 1 VEILIGHEIDSMAATREGELEN LEES DIT VÓÓR GEBRUIK 1....................
1-1. De betekenis van de symbolen 1.........................................................
1-2. De risico’s van het booglassen 1.........................................................
1-3. Aanvullende symbolen voor installatie, bediening en onderhoud 3..............................
1-4. Californië-voorstel 65, waarschuwingen 5..................................................
1-5. Belangrijkste V
eiligheidsvoorschriften
5....................................................
1-6. Informatie over elektrische en magnetische velden (EMV -informatie) 5.........................
SECTION 2 DEFINITIES 6...................................................................
2-1. Meer veiligheidssymbolen en definities 6...................................................
2-2. Diverse Symbolen En Definities 8.........................................................
HOOFDSTUK 3 TECHNISCHE GEGEVENS 9..................................................
3-1. Kenmerken en voordelen 9..............................................................
3-2. Locatie van serienummer en label met technische gegevens 9................................
3-3.
Softwarelicentieovereenkomst
9..........................................................
3-4. Technische gegevens van het apparaat 9..................................................
3-5. Inschakelduur en oververhitting 10.........................................................
3-6. Afmetingen en gewicht 11................................................................
3-7. Omstandigheden gebruik en opslag 11.....................................................
HOOFDSTUK 4 INSTALLATIE 12..............................................................
4-1. Een locatie selecteren 12.................................................................
4-2. Afstandsbediening 14 contact Informatie 13.................................................
4-3. Elektrische servicegids 13................................................................
4-4. De 3fasen voeding aansluiten 14.........................................................
4-5. Lasuitgangen en kabeldiameters bepalen* 16................................................
4-6.
Lasuitgangskoppelingen
16...............................................................
4-7. Aansluitingen voor beklede elektrodelassen 17..............................................
4-8. TIG Lift-Arctaansluitingen 18............................................................
4-9. SuitCase draadaanvoerunit met spanningsdetectie 19.........................................
4-10. De afstandsbediening aansluiten 20........................................................
4-11. Aansluitingen van spanningsdetectiedraad en werkstukdraad bij meerdere lasbogen 22............
HOOFDSTUK 5 BEDIENING 24................................................................
5-1.
Interfaceknoppen
24.....................................................................
5-2. Beschrijving interfacebediening 25.........................................................
5-3. ArcReachapparaat toewijzen aan de ArcReachstroombron 26................................
5-4. De inductantie instellen 26................................................................
5-5. Keuzestand draadaanvoerunit met spanningsdetectie 26......................................
5-6. 14-pins interface 26.....................................................................
5-7. Lift-Arc TIGprocedure 27................................................................
5-8. Beklede elektrodestartprocedure Krasstarttechniek 27......................................
5-9. Gutsen met koolstofelektrode 28..........................................................
5-10. Standaardwaarden terugzetten 28.........................................................
5-11. De softwarerevisie opvragen 28...........................................................
5-12. Optionele lasfuncties met lage open spanning (OCV) 28.......................................
HOOFDSTUK 6 ONDERHOUD & PROBLEEMOPLOSSING 29....................................
6-1.
Routineonderhoud
29....................................................................
6-2. De binnenzijde van het apparaat schoonblazen 29............................................
6-3. Helpmeldingen 30......................................................................
6-4. Problemen met de lasstroombron oplossen 31...............................................
6-5. Problemen met de lasstroombron oplossen 31...............................................
HOOFDSTUK 7 ELEKTRISCH SCHEMA 32.....................................................
HOOFDSTUK 8 ONDERDELENLIJST 34.......................................................
GARANTIE
VERKLARING VAN CONFORMITEIT
voor producten in de Europese Gemeenschap (gemarkeerd met EC).
MILLER Electric Mfg. Co., 1635 Spencer Street Appleton, WI 54914 VS verklaart dat het product
of de producten in deze verklaring voldoen aan de basisvereisten van de genoemde richtlijn(en)
en norm(en).
Product-/apparaatidentificatie:
Product
Serienummer
XMT 350 FieldPro 230‐460V, Polarity Reversing,
CE, Dinse
907731001
Richtlijnen:
2014/35/EU Low voltage
2014/30/EU Electromagnetic compatibility
2011/65/EU Restriction of the use of certain hazardous substances in electrical and electronic equipment
Normen:
IEC 60974‐1:2012 Arc welding equipment ‐ Part 1: Welding power sources
IEC 60974‐10:2014 Arc welding equipment ‐ Part 10: Electromagnetic compatibility requirements
Ondertekenaar:
April 12, 2018
_____________________________________ ___________________________________________
David A. Werba
Datum van verklaring
MANAGER, PRODUCTONTWERPNALEVING
282218A
EMV-GEGEVENSBLAD VOOR LASSTROOMBRON
Product-/apparaatidentificatie
Product
Serienummer
XMT 350 MPA 230-460 AUTO-LINE W/AUX PWR, (CE) 907366002
XMT 350 MPA 230-460 AUTO-LINE W/AUX PWR, TWECO, (CE) 907366004
XMT 350 CC/CV 230-460 AUTO-LINE W/AUX PWR, & (CE) 907161012
INVISION 352 MPA 230-460 AUTO-LINE W/AUX PWR, & (CE) 907431002
ALUMAPOWER 350 MPA 230-460 AUTO-LINE W/AUX PWR, (CE) 907420003
XMT 350 FIELDPRO 230-460V, (CE), DINSE 907730001
XMT 350 FIELDPRO 230-460V, POLARITY REVERSING, CE,
DINSE
907731001
Overzicht nalevingsinformatie
Toepasbare richtlijn Richtlijn 2014/35/EU
Referentielimieten Richtlijn 2013/35/EU, aanbeveling 1999/519/EG
Toepasselijke normen IEC 62822-1:2016, IEC 62822-2:2016
Bedoeld gebruik voor bedrijfsmatig gebruik voor gebruik door leken
Voor werkplekbeoordeling moet rekening worden gehouden met niet-thermische effecten JA NEE
Voor werkplekbeoordeling moet rekening worden gehouden met thermische effecten JA NEE
Gegevens zijn gebaseerd op maximaal voedingsvermogen (geldig tenzij firmware/hardware wordt gewijzigd)
Gegevens zijn gebaseerd op slechtste-gevalinstelling/-programma (alleen geldig tot instelopties/lasprogramma
s
worden gewijzigd)
Gegevens zijn gebaseerd op meerdere instellingen/-programma's (alleen geldig tot instelopties/lasprogramma
s
worden gewijzigd)
Beroepsmatige blootstelling is beneden de blootstellingsgrenswaarden (ELV's) JA NEE
voor gezondheidseffecten bij standaardconfiguraties (indien NEE gelden specifieke
vereiste minimale afstanden)
Beroepsmatige blootstelling is beneden de blootstellingsgrenswaarden (ELV's) n.v.t. JA NEE
voor sensorische effecten bij standaardconfiguraties (indien van toepassing en bij NEE zijn
specifieke maatregelen nodig)
Beroepsmatige blootstelling is beneden de n.v.t. JA NEE
actieniveaus (AL's) bij standaardconfiguraties (indien van toepassing en bij NEE zijn
specifieke waarschuwingsborden nodig)
EMV-gegevens voor niet-thermische effecten
Blootstellingsindices (EI's) en afstanden tot lasstroomkring (voor de diverse gebruiksmodi, voor zover van toepassing)
Hoofd
Romp
Ledematen
(handen)
Ledematen
(dijen)
Sensorische
effecten
Gezondheids
effecten
Genormeerde afstand 10 cm 10 cm 10 cm 3 cm 3 cm
ELV EI op genormeerde afstand 0,16 0,12 0,19 0,11 0,24
Vereiste minimumafstand
1 cm 1 cm 1 cm 1 cm 1 cm
Afstand waarop alle beroepsmatige ELV-blootstellingsindices vallen onder 0,20 (20%) 9 cm
Afstand waarop alle ELV-blootstellingsindices voor het algemene publiek vallen onder 1,00 (100 %) 185 cm
Getest door:
.Tony Samimi Datum van test: 2016‐03‐03
275641‐C
OM-282217 Pagina 1
HOOFDSTUK 1 VEILIGHEIDSMAATREGELEN LEES DIT VÓÓR
GEBRUIK
som_201801_dut
7
Bescherm uzelf en anderen tegen letsel — Lees deze belangrijke veiligheidsvoorzorgsmaatregelen en bedieningsinstructies, volg ze
op en bewaar ze.
1-1. De betekenis van de symbolen
GEVAAR! Duidt op een gevaarlijke situatie die moet
worden vermeden omdat hij anders leidt tot ernstig of
dodelijk letsel. De mogelijke gevaren worden getoond
met bijbehorende symbolen of uitgelegd in de tekst.
Duidt op een gevaarlijke situatie die moet worden ver-
meden omdat hij anders kan leiden tot ernstig of dode-
lijk letsel. De mogelijke gevaren worden getoond met
bijbehorende symbolen of uitgelegd in de tekst.
LET OP Aanduiding voor mededelingen die niet zijn gerelateerd aan
persoonlijk letsel.
. Aanduiding voor speciale instructies.
Deze groep symbolen duidt op Waarschuwing! Kijk uit! Gevaar voor/
van mogelijke ELEKTRISCHE SCHOK, BEWEGENDE ONDERDE-
LEN en HETE ONDERDELEN. Raadpleeg de symbolen en de bijbe-
horende instructies om deze risico’s te vermijden.
1-2. De risico’s van het booglassen
Onderstaande symbolen worden in de hele handleiding ge-
bruikt om u ergens op te attenderen en om mogelijke risico’s
aan te geven. Als u een dergelijk symbool ziet, wees dan voor-
zichtig en volg de bijbehorende instructies op om problemen
te voorkomen. De veiligheidsinformatie hieronder is slechts
een samenvatting van de veiligheidsvoorschriften in Sectie
1-5. Lees en volg alle veiligheidsvoorschriften.
Alleen bevoegde personen mogen deze apparatuur installe-
ren, bedienen, onderhouden en repareren. Een bevoegde
persoon is degene die, door middel van een erkend diploma,
certificaaat of beroepsbekwaamheid, of die door middel van
uitgebreide kennis, training en ervaring, met succes zijn/haar
vaardigheden
heeft aangetoond om problemen op te lossen
met betrekking tot het onderwerp, het werk of het project en
veiligheidstraining
heeft ontvangen om de bijbehorende
gevaren te herkennen en vermijden.
Zorg dat iedereen, en vooral kinderen, uit de buurt blijven
tijdens het gebruik van dit apparaat.
Een ELEKTRISCHE SCHOK kan do-
delijk zijn
Het aanraken van onder stroom staande onderdelen
kan fatale schokken en ernstige brandwonden
veroorzaken. De elektrode en het werkstuk staan
onder stroom als de machine ingeschakeld is. Het
voedingsgedeelte
en de interne circuits van de
machine staan eveneens onder stroom als het
apparaat aan staat. Bij semi-automatisch of au-
tomatisch draadlassen staat het draad, de spoel, de
ruimte waar het lasdraad zich in de machine bevindt
en alle metalen onderdelen die in aanraking zijn met
de lasdraad onder stroom. Verkeerd geïnstalleerde
of onvoldoende geaarde installaties kunnen geva-
ren opleveren.
D Raak onderdelen die onder stroom staan niet aan
D Draag droge, isolerende handschoenen en lichaamsbescherming
zonder gaten
D Isoleer u zelf van het werkstuk en de grond door droge isolatiema-
tjes of kleden te gebruiken die groot genoeg zijn om elk contact met
de grond of het werkstuk te voorkomen
D Gebruik geen AClasuitgangsvermogen in een vochtige, natte of
beperkte omgeving of als het gevaar bestaat dat u kunt vallen.
D Gebruik ALLEEN wissel (AC) uitgangsspanning als het laspro-
ces dit vereist.
D Als er wissel (AC) uitgangsspanning is vereist, gebruik dan de af-
standsbediening
als die op het apparaat aanwezig is.
D Er zijn extra veiligheidsmaatregelen nodig als zich een van de vol-
gende elektrisch gevaarlijke omstandigheden voordoet: op
vochtige locaties of als u natte kleding draagt; op metalen con-
structies zoals vloeren, roosters of steigers; in een verkrampte
lichaamshouding
bijvoorbeeld als u zit, knielt of ligt; of wanneer het
risico van onvermijdelijk of toevallig contact met het werkstuk of de
aarde groot is. Gebruik onder deze omstandigheden de volgende
apparatuur in de aangegeven volgorde: 1) een semiautomatisch
gelijkstroom (draad) lasapparaat met constante spanning, 2) een
handbediend gelijkstroom (elektrode) lasapparaat, of 3) een wis-
selstroom lasapparaat met een lagere spanning en open circuit. In
de meeste gevallen wordt het gebruik van een gelijkstroom lasap-
paraat met lagere spanning aanbevolen. En werk niet alleen!
D Als er wissel (AC) uitgangsspanning is vereist, gebruik dan de af-
standsbediening
als die op het apparaat aanwezig is.
D Zet de hoofdstroom uit of stop de motor voordat u deze installatie
installeert of nakijkt. Zet de stroom uit volgens OSHA 29 CFR
1910.147 (zie de V
eiligheidsvoorschriften)
D Installeer, aard en bedien deze installatie in overeenstemming met
de Handleiding voor gebruikers en landelijke of lokale voor-
schriften.
D Controleer altijd de aarding van de voeding en wees er zeker van
dat de aardingsgeleider van de voedingskabel goed aangesloten
is op de aansluitklem van het apparaat en dat de stekker van de
kabel aangesloten is op een correct geaarde contactdoos.
D Controleer de ingaande voedingskabel en de massakabel
regelmatig
op beschadigingen of blootliggende bedrading en
vervang de kabel onmiddellijk als deze beschadigd is blootlig-
gende bedrading kan dodelijk zijn.
D Houd snoeren droog, vrij van olie en vet en bescherm deze tegen
heet metaal en vonken.
D Controleer de kabel regelmatig op beschadigingen of openliggen-
de bedrading en vervang de kabel onmiddellijk als deze
beschadigd is openliggende bedrading kan dodelijk zijn.
D Zet alles af als het apparaat niet gebruikt wordt.
D Gebruik geen versleten, beschadigde, te korte of slecht verbon-
den kabels.
D Draag de kabels niet op uw lichaam.
D Als het werkstuk geaard moet worden, doe dit dan met een aparte
kabel- gebruik niet de massaklem of massakabel.
D Raak de elektrode niet aan als u in contact staat met het werkstuk,
de grond of een andere elektrode van een ander apparaat.
D Gebruik alleen goed onderhouden installaties. Repareer of ver-
vang beschadigde onderdelen onmiddellijk. Onderhoud het
apparaat zoals beschreven staat in de handleiding.
D Draag een veiligheidsharnas als u boven grond-niveau werkt
D Houd alle panelen en afdekplaten veilig op hun plaats.
D Klem de massakabel zo dicht mogelijk bij de las met een goed me-
taal-op-metaalcontact op het werkstuk of werktafel.
OM-282217 Pagina 2
D Isoleer de massaklem wanneer deze niet is aangesloten op het
werkstuk om contact met een metalen object te voorkomen
D Sluit niet meer dan één elektrode of massakabel aan op één enke-
le lasbron. Haal de kabel los voor het proces dat niet wordt
gebruikt.
D Maak gebruik van aardlekbescherming wanneer u hulpapparatuur
gebruikt in vochtige of natte locaties.
Er staat ook NA het afsluiten van de
voedingsspanning nog een AANZIENLIJKE
GELIJKSPANNING op het voedingsgedeelte van de
inverter lasstroombronnen.
D Zet de eenheid uit, haal de stekker uit het stopcontact en ontlaad
de primaire voedingscondensatoren overeenkomstig de aan-
wijzingen in de handleiding, voordat u enig onderdeel aanraakt.
Door HETE ONDERDELEN kunnen
brandwonden ontstaan.
D Hete onderdelen niet met blote handen aan-
raken
D Laat apparatuur altijd afkoelen, voor u eraan
gaat werken.
D Gebruik de juiste gereedschappen om hete onderdelen beet te
pakken en/of draag zware geïsoleerde lashandschoenen en
kleding om brandwonden te voorkomen.
ROOK EN GASSEN kunnen gevaarlijk
zijn.
Tijdens het lassen komen rook en gassen vrij. Het
inademen hiervan kan gevaarlijk zijn voor uw
gezondheid.
D Zorg ervoor dat u niet in de rook staat. Adem de rook niet in.
D Ventileer de werkruimte goed en/of zorg dat de las en snijddamp
en gassen worden afgezogen met behulp van actieve ventilatie
bij de boog. De aanbevolen manier om te bepalen of er voldoende
ventilatie is, is monsters te nemen van de dampen en gassen
waaraan het personeel wordt blootgesteld en deze te analyseren
op samenstelling en hoeveelheid.
D Als er een slechte ventilatie is, gebruik dan een goedgekeurd gas-
masker.
D Lees de Materiaalveiligheidsinformatiebladen en de instructies
van de fabrikant voor hechtmiddelen, coatings, schoonmaak-
middelen, slijtdelen, koelmiddelen, ontvetters, fluxpoeder en
metalen en zorg dat u alles goed begrijpt.
D Werk alleen in een beslotenruimte als deze goed geventileerd
wordt. Of als u een beademingsapparaat draagt. Zorg ervoor dat
er altijd een ervaren persoon toekijkt. Lasdampen en gassen kun-
nen lucht verdringen en het zuurstofgehalte verlagen, wat
schadelijke invloed heeft op u lichaam en zelfs dodelijk kan zijn.
Zorg voor veilige ademlucht.
D Las niet in ruimtes waar dingen worden ontvet, schoongemaakt of
waar wordt gesproeid. De hitte en stralen van de boog kunnen rea-
geren met dampen en op deze manier zwaar vergiftigde en
irriterende
gassen vormen
D Las geen beklede metalen zoals gegalvaniseerd of met lood-of
cadmium bedekt staal, tenzij de bekleding verwijderd wordt van
het gedeelte dat gelast moet worden, de ruimte goed geventileerd
wordt en u, indien nodig, een gasmasker draagt. De belkedingen
en metalen die deze elementen bevatten kunnen giftige dampen
produceren als ze gelast worden.
De STRALEN UIT DE BOOG kunnen
ogen en huid verbranden
Boogstralen van het lasproces produceren zichbare
en onzichtbare (ultraviolette en infrarood) stralen die
uw ogen en huid kunnen verbranden. Tijdens het
lassen vliegen lasspatten en vonken in het rond.
D Draag tijdens het lassen of toekijken tijdens het lassen een las-
helm voorzien van een lasglas met de juiste tint om uw gezicht en
ogen tegen boogstralen en vonken te beschermen. (zie ANSI
Z49.1 en Z87.1 in de V
eiligheidsvoorschriften).
D Draag een goedgekeurde veiligheidsbril met zijschermen onder
uw helm
D Gebruik beschermende lasgordijnen of schermen om anderen te-
gen flitsen en verblindend licht te beschermen ; waarschuw
anderen om niet in de boog te kijken.
D Draag lichaamsbescherming die is gemaakt van duurzaam
vuurbestendig materiaal (leer, zware katoen, wol). Lichaamsbe-
scherming houdt ook olievrije kleding in zoals leren
handschoenen,
een zwaar overhemd, een broek zonder omslag,
hoge schoenen en een pet.
LASSEN kan brand of explosies ver-
oorzaken
Als er gelast wordt aan gesloten vaten zoals tanks,
trommels of pijpen, kunnen deze opgeblazen
worden Er kunnen vonken van de lasboog afvliegen.
De rondvliegende vonken, de temperatuur van het
werkstuk en van het gereedschap kunnen brand en brandwonden
veroorzaken. Toevallig contact van een elektrode met metalen
voorwerpen kan vonken, explosies, oververhitting of brand ver-
oorzaken. Controleer eerst of de omgeving veilig is voordat u gaat
lassen.
D Verwijder alle brandbare materialen in een straal van 10 meter van
de lasboog. Als dit niet mogelijk is, dek ze dan goed af met brand-
werende materialen.
D Las niet op plaatsen waar rondvliegende vonken brandbaar mate-
riaal kunnen raken.
D Bescherm uzelf en anderen tegen rondvliegende vonken en heet
metaal.
D Wees erop attent dat vonken en hete materialen van het laswerk
gemakkelijk door kleine hoeken en gaten naar naastliggende ruim-
tes kunnen vliegen.
D Kijk goed uit voor brand en houd een brandblusser in de buurt
D Wees erop bedacht dat bij het lassen van plafonds, vloeren, schei-
dingswanden of tussenschotten brand kan ontstaan aan de
tegenovergestelde
zijde.
D Velgen of wielen mogen niet worden gesneden of gelast. Bij verhit-
ting kunnen banden exploderen. Gerepareerde velgen en wielen
kunnen defect raken. Zie OSHA 29 CFR 1910.177 in V
eiligheids
-
standaarden.
D Las niet aan containers waarin ooit brandbare stoffen zijn opgesla-
gen of aan besloten ruimtes zoals tanks, vaten of buizen tenzij ze
voldoende voorbereid zijn conform AWS F4.1 en AWS 6.0 (zie Vei-
ligheidsvoorschriften).
D Las nooit waar de lucht brandbaar stof, gas of vloeistofdamp (bij-
voorbeeld benzinedamp) kan bevatten.
D Verbind de massakabel met het werkstuk zo dicht mogelijk bij de
plaats waar gelast moet worden, zodat de lasstroom een direkte
en korte weg aflegt en elektrische schokken en brandrisico’s ver-
meden kunnen worden
D Gebruik een lasapparaat niet om bevroren pijpen te ontdooien.
D Haal de elektrode uit de elektrodehouder of knip de lasdraad af aan
de contactbuis als niet gelast wordt.
D Draag lichaamsbescherming die is gemaakt van duurzaam
vuurbestendig materiaal (leer, zware katoen, wol). Lichaamsbe-
scherming houdt ook olievrije kleding in zoals leren
handschoenen,
een zwaar overhemd, een broek zonder omslag,
hoge schoenen en een pet.
D Zorg ervoor dat u geen brandbare voorwerpen zoals aanstekers of
lucifers bij u draagt als u gaat lassen.
D Inspecteer de omgeving als u klaar bent met uw werk om er zeker
van te zijn dat er geen vonken, gloeiende sintels en vlammen zijn.
OM-282217 Pagina 3
D Alleen de juiste zekeringen of contactverbrekers gebruiken; geen
zwaardere nemen of deze doorverbinden.
D Volg de vereisten in OSHA 1910.252 (a) (2) (iv) en NFPA 51B voor
werken met hoge temperaturen, zorg dat er een brandmelder aan-
wezig is en dat u een blusapparaat onder handbereik hebt.
D Lees de Materiaalveiligheidsinformatiebladen en de instructies
van de fabrikant voor hechtmiddelen, coatings, schoonmaak-
middelen, slijtdelen, koelmiddelen, ontvetters, fluxpoeder en
metalen en zorg dat u alles goed begrijpt.
RONDVLIEGEND METAAL of STOF
kan de ogen verwonden.
D Door lassen, bikken, het gebruik van draadbor-
stels en slijpen kunnen vonken en rodvliegen-
de metaal-schilfers ontstaan. Als lasrupsen af-
koelen, kunnen er slakresten rondvliegen.
D Draag een goedgekeurde veiligheidsbril met zijschermen, zelfs
onder uw lashelm.
GASVORMING kan schadelijk voor
de gezondheid of zelfs dodelijk zijn
D Draai de persgastoevoer dicht, wanneer u
geen gas gebruikt.
D Zorg altijd voor ventilatie in enge ruimtes of ge-
bruik goedgekeurde beademingsapparatuur
ELEKTRISCHE EN MAGNETISCHE
VELDEN kunnen van invloed zijn op
geïmplanteerde medische apparatuur.
D Mensen die een pacemaker of een ander
geïmplanteerd
medisch apparaat dragen,
moeten uit de buurt blijven.
D Mensen die een geïmplanteerd medisch apparaat dragen,
moeten hun arts en de fabrikant van het apparaat raadplegen
voordat ze in de buurt komen van werkzaamheden met
booglassen, puntlassen, gutsen, plasmaboogsnijden of
inductieverwarmen.
LAWAAI kan het gehoor aantasten
Lawaai van bepaalde werkzaamheden of appara-
tuur kan uw gehoor aantasten
D Draag goedgekeurde gehoorbescherming als
het geluidsniveau te hoog is
GASFLESSEN kunnen exploderen
als ze beschadigd worden
Persgasflessen bevatten gas dat onder hoge druk
staat. Als een gasfles beschadigd wordt, kan deze
exploderen. Aangezien gasflessen normaal ge-
sproken een onderdeel uitmaken van het van het
lasproces moet u er voorzichtig mee omgaan.
D Bescherm gasflessen tegen hoge temperaturen, mechanische
schokken, slak, open vuur, vonken en vlambogen.
D Plaats de gasflessen rechtop in een rek of in de laskar zodat ze
niet kunnen vallen of omkantelen.
D Houd de flessen uit de buurt van alle las- of andere stroom-
kringen
D Hang nooit een elektrodehouder over een gasfles.
D Laat nooit een laselektrode in aanraking komen met een gasfles.
D Las nooit op een gasfles onder druk; een explosie zal het gevolg
zijn.
D Gebruik het juiste beschermgas, reduceerventielen, slangen en
hulpstukken die speciaal bedoeld zijn voor een bepaalde toe-
passing; onderhoud deze en bijhorende onderdelen goed.
D Draai uw gezicht weg van de uitgang van het ventiel wanneer u
het cilinderventiel opent. Niet vóór of achter de regelaar gaan
staan wanneer u het ventiel opent.
D Laat de beschermende kap over het ventiel over het ventiel zit-
ten behalve als de fles gebruikt wordt of aangesloten is voor ge-
bruik.
D Gebruik de juiste apparatuur, de juiste procedures en een vol-
doende aantal personen om gasflessen te tillen, verplaatsen en
vervoeren.
D Lees en volg de instructies op de flessen met gecomprimeerd
gas, bijbehorend materiaal en de CGA publikatie die in de Veilig-
heidsvoorschriften staat.
1-3. Aanvullende symbolen voor installatie, bediening en onderhoud
BRAND- EN EXPLOSIEGEVAAR
D Installeer of plaats het apparaat niet op, boven
of vlakbij ontbrandbare oppervlakken.
D Het apparaat niet in de buurt van brandbare
stoffen installeren.
D Overbelast de bedrading van het gebouw niet- controleer of het
voedingsnet sterk genoeg is, goed beschermd is en dit apparaat
aan kan.
VALLENDE APPARATUUR kan letsel
veroorzaken.
D Gebruik alleen het hijsoog om het apparaat op
te tillen, en NIET de laskar, gasflessen of ande-
re accessoires.
D Gebruik de juiste procedures en hijsapparatuur met voldoende
capaciteit om het apparaat op te tillen en te ondersteunen.
D Als u hefvorken gebruikt om het apparaat te verplaatsen, zorg er
dan voor dat de vorken zo lang zijn, dat ze aan de andere kant
onder het apparaat uitsteken.
D Let er bij het werken in de open lucht op dat kabels en snoeren
niet in aanraking kunnen komen met rijdende voertuigen.
D Volg bij het handmatig optillen van zware onderdelen of
apparatuur
de Amerikaanse ARBOrichtlijn getiteld
Applications Manual for the Revised NIOSH Lifting Equation
(Publication No. 94–110).
OM-282217 Pagina 4
TE LANGDURIG GEBRUIK kan leiden
tot OVERVERHITTING.
D Laat het apparaat goed afkoelen; houd u aan
de nominale inschakelduur.
D Verminder de stroomsterkte of de inschakel-
duur voordat u opnieuw begint met lassen.
D Blokkeer of filter de luchtaanvoer naar het apparaat niet.
RONDVLIEGENDE LASSPATTEN
kunnen letsel veroorzaken.
D Draag gezichtsbescherming om de ogen en
het gezicht te beschermen.
D Slijp de wolfraam elektrode alleen met een slijper die voorzien is
van de juiste beschermkast en op een veilige locatie. Draag hier-
bij de juiste gezichts-, hand- en lichaamsbescherming.
D Vonken kunnen brand veroorzaken brandbare stoffen uit de
buurt houden.
STATISCHE ELEKTRICITEIT kan PC-
kaarten beschadigen
D Doe een geaarde polsband om VOORDAT u
printplaten
of onderdelen aanraakt.
D Gebruik goede anti-statische zakken of dozen
voor het opslaan, verplaatsen of transporteren
van PC-printplaten.
BEWEGENDE ONDERDELEN kunnen
letsel veroorzaken.
D Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen
D Blijf uit de buurt van afknijppunten zoals aan-
drijfrollen.
LASDRAAD kan letsel veroorzaken
D Bedien de toortsschakelaar pas als u de aan-
wijzing krijgt om dat te doen.
D Richt het pistool niet op enig lichaamsdeel, an-
dere mensen of op enig materiaal als de draad
wordt ingevoerd.
ONTPLOFFEN VAN DE ACCU kan
letsel veroorzaken.
D Gebruik het lasapparaat niet om accu’s op te
laden of om voertuigen te starten tenzij het een
acculaadvoorziening
heeft die hiervoor
speciaal is bedoeld.
BEWEGENDE ONDERDELEN kunnen
letsel veroorzaken
D Blijf uit de buurt van bewegende delen zoals
ventilatoren.
D Laat deuren, panelen, deksels en beschermplaten alleen ver-
wijderen door bevoegd personeel indien nodig voor onderhoud
en storingzoeken.
D Laat deuren, panelen, deksels en beschermplaten alleen ver-
wijderen door bevoegd personeel indien nodig voor onderhoud
en storingzoeken.
D Breng eerst deuren, panelen, deksels en beschermplaten weer
aan na afloop van het onderhoud en sluit pas dan de voeding
weer aan.
LEES DE INSTRUCTIES.
D Lees nauwkeurig de gebruikershandleiding en
alle waarschuwingslabels, voordat u de
machine installeert, gebruikt of er onderhoud
aan pleegt, en volg de aanwijzingen steeds op.
Lees de veiligheidsinformatie aan het begin
van de handleiding en in elk hoofdstuk.
D Gebruik alleen originele vervangingsonderdelen van de fabri-
kant.
D Voer installatie, onderhoud en service uit in overeenstemming
met de gebruikershandleidingen, de industriële normen en de
landelijke
en ter plekke geldende regelgeving.
H.F. STRALING kan storingen veroor-
zaken
D Hoog-frequente straling kan storing ver-
oorzaken bij radio-navigatie, veiligheidsdien-
sten, computers en communicatie-apparatuur.
D Laat alleen bevoegde personen die bekend zijn met elektroni-
sche apparatuur deze installatie uitvoeren.
D De gebruiker is verantwoordelijk voor onmiddellijk herstel door
een bevoegd elektricien bij storingsproblemen als gevolg van de
installatie
D Als u van overheidswege klachten krijgt over storingen, stop dan
onmiddellijk
met het gebruik van de apparatuur.
D Laat de installatie regelmatig nakijken en onderhouden.
D Houd deuren en panelen van hoogfrequentbronnen stevig dicht,
houd de elektrodeafstand op de juiste instelling en zorg voor aar-
ding en afscherming om de mogelijkheid van storingen tot een
minimum te beperken.
BOOGLASSEN kan interferentie
veroorzaken.
D Elektromagnetische energie kan interferentie
veroorzaken bij gevoelige elektronische
apparatuur zoals computers en
computergestuurde
apparatuur zoals robots.
D Zorg ervoor dat alle apparatuur in het lasgebied elektromagne-
tisch compatibel is.
D Om mogelijke interferentie te verminderen moet u de laskabels
zo kort mogelijk houden, dicht bij elkaar en laag, bijvoorbeeld op
de vloer.
D Voer de laswerkzaamheden uit op 100 meter afstand van
gevoelige elektronische apparatuur.
D Zorg ervoor dat dit lasapparaat conform de aanwijzingen in deze
handleiding wordt geïnstalleerd en geaard.
D Als er dan nog steeds interferentie optreedt, dient de gebruiker
extra maatregelen te nemen, zoals verplaatsing van het
lasapparaat, gebruik van afgeschermde kabels, gebruik van
lijnfilters of afscherming van het werkterrein.
OM-282217 Pagina 5
1-4. Californië-voorstel 65, waarschuwingen
WAARSCHUWING: Dit product kan u blootstellen aan chemi-
sche stoffen, zoals lood. Deze stof kan volgens de staat
Californië
kanker en geboorteafwijkingen en andere repro-
ductieve schade veroorzaken.
Kijk voor meer informatie op www.P65W
arnings.ca.gov
.
1-5. Belangrijkste Veiligheidsvoorschriften
Safety in Welding, Cutting, and Allied Processes, ANSI Standard Z49.1,
is available as a free download from the American Welding Society at
http://www.aws.org or purchased from Global Engineering Documents
(phone: 1-877-413-5184, website: www
.global.ihs.com).
Safe Practices for the Preparation of Containers and Piping for Welding
and Cutting, American Welding Society Standard AWS F4.1, from Glob-
al Engineering Documents (phone: 1-877-413-5184, website:
www
.global.ihs.com).
Safe Practices for Welding and Cutting Containers that have Held Com-
bustibles, American Welding Society Standard AWS A6.0, from Global
Engineering
Documents (phone: 1-877-413-5184,
website: www
.global.ihs.com).
National Electrical Code, NFPA Standard 70, from National Fire Protec-
tion Association, Quincy, MA 02169 (phone: 1-800-344-3555, website:
www.nfpa.org and www. sparky.org).
Safe Handling of Compressed Gases in Cylinders, CGA Pamphlet P-1,
from Compressed Gas Association, 14501 George Carter Way, Suite
103, Chantilly, VA 20151 (phone: 703-788-2700, website:www.cga-
net.com).
Safety in Welding, Cutting, and Allied Processes, CSA Standard
W117.2, from Canadian Standards Association, Standards Sales, 5060
Spectrum Way, Suite 100, Mississauga, Ontario, Canada L4W 5NS
(phone: 800-463-6727, website: www.csagroup.org).
Safe Practice For Occupational And Educational Eye And Face Protec-
tion, ANSI Standard Z87.1, from American National Standards Institute,
25 West 43rd Street, New York, NY 10036 (phone: 212-642-4900, web-
site: www.ansi.org).
Standard for Fire Prevention During Welding, Cutting, and Other Hot
Work, NFPA Standard 51B, from National Fire Protection Association,
Quincy, MA 02169 (phone: 1-800-344-3555, website: www.nfpa.org).
OSHA, Occupational Safety and Health Standards for General Indus-
try, Title 29, Code of Federal Regulations (CFR), Part 1910.177 Subpart
N, Part 1910 Subpart Q, and Part 1926, Subpart J, from U.S. Govern-
ment Printing Office, Superintendent of Documents, P.O. Box 371954,
Pittsburgh, PA 15250-7954 (phone: 1-866-512-1800) (there are 10 OS-
HA Regional Offices—phone for Region 5, Chicago, is 312-353-2220,
website: www.osha.gov).
Applications Manual for the Revised NIOSH Lifting Equation, The Na-
tional Institute for Occupational Safety and Health (NIOSH), 1600
Clifton Rd, Atlanta, GA 30329-4027 (phone: 1-800-232-4636, website:
www.cdc.gov/NIOSH).
1-6. Informatie over elektrische en magnetische velden (EMV -informatie)
Elektrische stroom die door een draad stroomt veroorzaakt plaatselijk
elektrische en magnetische velden (EMV). De stroom bij booglassen
(en verwante processen zoals puntlassen, gutsen, plasmasnijden
en inductieverwarmingsprocessen) zorgt voor een elektromagnetisch
veld rondom het lascircuit. Elektromagnetische velden (EMV) kunnen
invloed hebben op medische implantaten, zoals pacemakers. Voor per-
sonen die medische implantaten hebben moeten beschermende
maatregelen
worden genomen, bijv. toegangsbeperking voor pas-
santen of een risicoanalyse voor iedere afzonderlijke lasser. Beperk
bijvoorbeeld
de toegang voor omstanders of voer afzonderlijke risico-
beoordelingen
uit voor lassers. Alle lassers moeten de volgende
procedures naleven om zo blootstelling aan elektromagneti-
schevelden van de lasstroomkring tot een minimum te beperken:
1. Houd kabels dicht bij elkaar door ze in elkaar te twisten of vast te
plakken of gebruik kabelbescherming.
2. Kom niet met uw lichaam tussen de laskabels. Leg de kabel aan
één kant en weg van de gebruiker.
3. Rol of hang de kabels niet rond of op uw lichaam.
4. Houd hoofd en romp zo ver mogelijk verwijderd van de
apparatuur in de lasstroomkring.
5. Monteer de massaklem aan het werkstuk zo dicht mogelijk bij de
las.
6. Niet direct naast de lasstroombron werken, er niet op gaan zitten
en er niet op leunen.
7. Niet lassen terwijl u de lasstroombron of het
draadaanvoersysteem draagt.
Over geïmplanteerde medische apparatuur:
Mensen die een geïmplanteerd medisch apparaat dragen, moeten hun
arts en de fabrikant van het apparaat raadplegen voordat ze in de buurt
komen van werkzaamheden met booglassen, puntlassen, gutsen, pla-
smaboogsnijden
of inductieverhitting. Bij toestemming van de arts
wordt geadviseerd om bovenstaande procedures te volgen.
OM-282217 Pagina 6
SECTION 2 DEFINITIES
2-1. Meer veiligheidssymbolen en definities
.
Bepaalde symbolen worden alleen aangetroffen op CE-producten.
Waarschuwing! Pas op! Kans op gevaar (zie de symbolen).
Safe1 201205
Het product niet meegeven met het gewone afval (waar van toepassing).
Hergebruik of recycle afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA-regels). Voer de apparaten
af naar een daarvoor bestemd inleverstation.
Neem contact op met de gemeente of uw lokale dealer voor nadere informatie.
Safe37 201704
Draag droge, geïsoleerde handschoenen. De elektrode niet met de blote hand aanraken. Geen natte of kapotte
handschoenen dragen.
Safe2 201704
Bescherm uzelf tegen elektrische schokken door uzelf te isoleren van het werk en de aarde.
Safe3 201704
Haal de stekker van de machine uit het stopcontact, voordat u aan de machine gaat werken.
Safe5 201704
Zorg ervoor dat u niet in de rook staat.
Safe6 201704
Gebruik actieve ventilatie of een afvoersysteem om de dampen van de werkplek af te voeren.
Safe8 201205
Gebruik een ventilator om de dampen af te voeren.
Safe10 201205
Houd brandbare stoffen uit de buurt van het laswerk. Niet lassen vlakbij brandbare stoffen.
Safe12 201205
OM-282217 Pagina 7
Lasvonken kunnen brand veroorzaken. Zorg dat er een brandblusapparaat in de buurt is en zorg dat
er een toezichthouder is die klaarstaat om dit gebruiken.
Safe14 201205
Niet aan vaten of dichte containers e.d. lassen.
Safe16 201704
Verwijder het label niet; verf het ook niet over en dek het niet af.
Safe20 201704
Rondvliegende
stukken van onderdelen kunnen letsel veroorzaken. Draag altijd een gezichtsscherm
als u onderhoud pleegt aan een apparaat.
Safe27 201205
Draag altijd lange mouwen en knoop uw kraag dicht, als u onderhoud pleegt aan een apparaat.
Safe28 201205
Nadat u de nodige voorzorgsmaatregelen hebt genomen, kunt u het apparaat aansluiten op de stroomvoorziening.
Safe29 201205
Het apparaat niet aan één handgreep optillen of ondersteunen.
Safe31 201704
Draag een hoofddeksel en een veiligheidsbril. Bescherm uw oren
en knoop de kraag van uw overhemd dicht. Gebruik een lashelm met
de juiste filtersterkte. Draag bescherming voor uw hele lichaam.
Safe38 201205
Zorg dat u geoefend raakt en lees de aanwijzingen,
voordat u aan de machine gaat werken of gaat lassen.
Safe40 201205
>60s
V
V
V
Op de ingangscondensatoren blijft gevaarlijke elektrische spanning
aanwezig, ook nadat de elektrische voeding is uitgeschakeld.
Raak geen geladen condensatoren aan. Wacht na het uitschakelen
van de voeding eerst 60 seconden voordat u aan het apparaat gaat
werken. Of controleer eerst de spanning over de condensatoren,
zodat u zeker weet dat die vrijwel 0 is, voordat u iets aanraakt.
Safe42 201205
=
<
60°
Til het apparaat altijd aan beide handgrepen op en ondersteun het.
Houd de hoek van het heftoestel altijd kleiner dan 60 graden.
Gebruik een geschikte wagen om het apparaat te verplaatsen.
Safe44 201205
OM-282217 Pagina 8
2-2. Diverse Symbolen En Definities
A
Stroomsterkte
V
Spanning
Aan
Uit
Afstandsbediening
V
V
oedingsspanning
Netaansluiting
Airarc gutsen
(CACA)
Airstriking
middels aanraken
(LiftArc)
USB
Driefasen
Negatief
Enkelfase
Positief
MIG/MAG lassen
Booglassen met
gevulde draad
(FCAW)
Beklede elektro-
delassen
(SMAW)
Boogregelings
-
knop
Automatische
zekering
%
Percent
Uitgang
Verstelbare
inductantie
Boogkracht
(DIG)
Lassen met
gevulde draad -
Zelfbeschermend
(FCAW-S)
Wolfraam
edelgas (TIG)
lassen
Gasinvoer
Gasuitvoer
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 9
HOOFDSTUK 3 TECHNISCHE GEGEVENS
3-1. Kenmerken en voordelen
LVC Line Voltage Compensation (netspanningscompensatie) is een circuit waarbij de stroombronuitgang
constant blijft ongeacht de schommelingen van de ingangsstroom.
Windtunneltechnologie circuleert lucht over componenten die koeling vereisen, en niet over het elektronisch
circuit, waardoor de verontreinigingen verminderen en de betrouwbaarheid verhoogd wordt in kwetsbare
lasomgevingen.
Fan-On-Demand koelingssysteem werkt alleen als dit nodig is en vermindert het geluid, het energieverbruik en
de hoeveelheid verontreinigingen die door de machine heen worden getrokken.
Bescherming van thermische overbelasting schakelt automatisch het apparaat uit, alleen als dit nodig is om
schade te voorkomen aan de interne componenten als de inschakelduur wordt overschreden of er een beperkte
luchtstroom en koeling is (zie hoofdstuk 3-5).
Auto Remote Sense wordt ingeschakeld om het apparaat automatisch de aangesloten afstandsbediening te laten
detecteren.
Lift-Arc TIG starten biedt een las zonder verontreiniging en zonder het gebruik van hoge frequentie in de Lift-Arc
TIGlasmodus (zie hoofdstuk 5-7).
ArcReach) Afstandsbedieningl maakt de afstandsbediening mogelijk van verschillende functies van de
stroombron door een met ArcReach compatibele draadaanvoerunit of afstandsbesturingsapparaat zonder een
besturingskabel te gebruiken. (zie hoofdstuk 5-3).
AutoLine Het circuit past zich automatisch aan de primaire spanning aan (208 tot 575 VAC) zonder de
stroombron opnieuw te hoeven koppelen.
Lage OCVbediening dit apparaat kan worden geconfigureerd voor een lage opencircuitspanning (OCV).
Kabellengtecompensatie compenseert de spanningsdaling in de laskabels door de spanning automatisch in te
stellen bij de stroombron terwijl er een compatibele draadaanvoerunit wordt gebruikt. De bediener hoeft alleen de
gewenste lasspanning van de draadaanvoerunit vooraf in te stellen zonder de laskabellengte handmatig te
compenseren.
3-2. Locatie van serienummer en label met technische gegevens
Het serienummer en het label met technische gegevens voor dit product zijn op de achterzijde te vinden. Gebruik het label met technische gegevens
om de vereisten voor de voeding en /of de nominale uitgangsbelasting te bepalen. Noteer het serienummer in de ruimte op de achterkaft van deze
handleiding voor later gebruik.
3-3. Softwarelicentieovereenkomst
De licentieovereenkomst van de eindgebruiker samen met de kennisgevingen en voorwaarden die tot de software van derden behoren, kunt u vinden
op https://www
.millerwelds.com/eula
, en zijn als verwijzing hierin opgenomen.
3-4. Technische gegevens van het apparaat
. Gebruik niet de informatie in de tabel met de technische gegevens van het apparaat om vereisten ten aanzien van de elektra te bepalen. Zie de
Hoofdstukken 4-3 en 4-4 voor informatie over het aansluiten van ingangsstroom.
. Deze apparatuur genereert nominale uitgangsbelasting bij een omgevingstemperatuur van maximaal 1045F ( 405C).
Ingangsver-
mogen
Nominale
uitgang
Spanningsbereik
in CVkeuzestand
Bereik
stroomsterkte
in CC
keuzestand
(constante
stroom)
Max. open
circuitspan
ning
RMS ingangsstroom bij
nominale uitgangsbe-
lasting, 60 Hz 3-fase bij
NEMAlastspanning en
klasse 1 rating
kVA kW
230 V 400 V 460 V
3fase
350 A bij
34 V DC, 60%
inschakelduur*
1438 V 5350 A 75 VDC 36,1 20,6 17,8 15,0 14,4
*Zie hoofdstuk 3-5 voor nominale inschakelduur.
OM-282217 Pagina 10
6 minuten lassen 4 minuten rust
3-5. Inschakelduur en oververhitting
De inschakelduur is het percentage van 10 minuten dat
het apparaat kan lassen met nominale belasting zonder
oververhit te raken.
Als het apparaat oververhit raakt, stopt de uitgang, en
wordt er een Helpbericht weergegeven, waarbij de
koelventilator gaat werken. Wacht vijftien minuten om
het apparaat te laten afkoelen. Verminder vóór het
lassen de stroomsterkte of spanning, of de
inschakelduur.
LET OP Door overschrijding van de inschakelduur kan
het apparaat beschadigen en daarmee komt de garantie
te vervallen.
60% inschakelduur
Oververhitting
0
15
A of V
OF
verminder de
inschakelduur
Minuten
Ref. 219523-A
% INSCHAKELDUUR
DRIEFASENVOEDING
LASSTROOM
10
15
20
25
30 40 50 60 70
80 90 100
100
150
200
250
300
350
400
425
500
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 11
3-6. Afmetingen en gewicht
Gatmaten
610 mm
(24 in)
432 mm
(17 in)
318 mm
(12-1/2 in)
278579-A
A
B
C
D
E
F
G
H
279972-B
A 327 mm (12-7/8 in.)
B 119 mm (4-11/16 in.)
C 400 mm (15-3/4 in.)
D 561 mm (22-3/32 in.)
E 221 mm (8-11/16 in.)
F 39 mm (1-17/32 in.)
G 42 mm (1-11/16 in.)
H 1/4-20 UNC -2Bdraad
Gewicht
42,1 kg (93 lb)
3-7. Omstandigheden gebruik en opslag
A. IP-graad
IP-graad
IP23
Deze apparatuur is ontworpen voor buitengebruik.
IP23 201702
B. Temperatuurspecificaties
Bereik bedrijfstemperatuur* Opslag/Transport temperatuurbereik
10 tot 40°C (14 tot 104°F )
*Het resultaat wordt minder bij een temperatuur van hoger dan 40°C
(104°F).
20 tot 55°C (4 tot 131°F )
Temp_2016- 07
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 12
HOOFDSTUK 4 INSTALLATIE
! Mogelijk is een speciale installatie
nodig, wanneer er benzine of
vluchtige vloeistoffen aanwezig
zijn zie het Amerikaanse NEC
Artikel 511 (National Electrical
Code) of het Canadese CEC
hoofdstuk 20 (Canadian Electrical
Code) en equivalente Europese
voorschriften.
1 Hefvorken
Steek de vorken zo ver in, dat ze aan de
andere kant onder het apparaat uitsteken.
2
Handgrepen
Gebruik de handgrepen om het apparaat
op te tillen.
3 Handwagen
Gebruik een wagen of een soortgelijk
vervoermiddel om het apparaat te
verplaatsen.
4 Werkschakelaar
Plaats het apparaat in de buurt van een
geschikte voeding.
4-1. Een locatie selecteren
4
460 mm
(18 in.)
460 mm
(18 in.)
OF
1
Verplaatsing
Locatie en luchtstroom
2
3
2
! Verplaats of bedien het apparaat niet
waar het kan kantelen.
loc_med 2015-04
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 13
4-2. Afstandsbediening 14 contact Informatie
AJ
B
K
I
C
L
NH
D
M
G
E
F
Ref. 279972-B
Stekkerbus* Gegevens van de stekkerbus
14 Volt DC
A 14 volt DC. Stroomkring beperkt tot 35 mA.
B Bij verbinding met A wordt de lasuitgang
geactiveerd.
AFSTANDS
BEDIENING
UITGANG
C Uitgangsspanning naar afstandsbediening;
+10 volt DC.
D Gemeenschappelijke nul van de
afstandsbediening.
E Commandosignaal van afstandsbediening voor
0 tot +10 Volt DCingang
*De overige contacten worden niet gebruikt.
MERK OP HFstarten zal dit apparaat beschadigen. Gebruik geen hoogfrequentieapparatuur met dit apparaat.
4-3. Elektrische servicegids
Elec Serv 201701
LET OP Een ONJUISTE VOEDINGSPANNING kan deze lasstroombron beschadigen. De spanning fasenaarmassa mag niet meer bedragen
dan +10% van de nominale ingangsspanning.
LET OP De werkelijke ingangsspanning mag niet lager of hoger zijn dan 10% ten opzichte van de spanning zoals aangegeven in de tabel. Als de
werkelijke ingangsspanning buiten dit bereik valt, kan er mogelijk geen uitgangsspanning zijn.
Het niet opvolgen van deze elektrische adviezen kan leiden tot elektrische schokken en brandgevaar. Deze adviezen gelden voor een
specifiek circuit ontworpen voor het nominale uitgangsvermogen en inschakelduur van de lasstroombron.
In specifieke circuits staat het Amerikaanse voorschrift de National Electrical Code (NEC) toe om lagere waardes voor stekkerdozen
en geleiders te gebruiken dan de waarde van de circuitbeveiliging. Alle onderdelen van het circuit moeten op elkaar zijn afgestemd.
Zie de NECartikelen 210.21, 630.11 en 630.12.
60 Hz 3-Phase
Voedingsspanning (V) 230 460 575
Maximale nominale voedingsstroom I
1max
(A) 46.5 22.6 18.0
Maximale effectieve voedingsstroom I
1eff
(A) 28.2 13.7 11.0
Max. aanbevolen standaard zekering in ampères
1
Trage zekeringen
2
50 25 20
Normale zekeringen
3
70 30 25
Min. afmeting voedingsdraden in AWG (mm
2
)
4
10 (5) 14 (2) 14 (2)
Max. aanbevolen lengte fasedraad in voet (meter) 73 (22) 118 (36) 185 (56)
Min. afmeting aarddraad in AWG (mm
2
)
4
10 (5) 14 (2) 14 (2)
Referentie: Amerikaanse National Electrical Code (NEC) voor 2017 (met inbegrip van artikel 630)
1 Als er een automatische zekering wordt gebruikt in plaats van een smeltzekering, gebruik dan een automatische zekering met een
tijd/stroomkromme
die vergelijkbaar is met de aanbevolen smeltzekering.
2 De trage zekeringen zijn van klasse UL RK5. Zie UL 248.
3 De normale zekeringen zijn van klasse UL K5 (t/m 60 A), en UL H (65 A en meer).
4 De geleidergegevens in dit hoofdstuk hebben betrekking op het geleiderformaat (exclusief flexibel snoer of kabel) tussen de zekeringkast en de
apparatuur
conform NECtabel 310.15(B)(16). Ze zijn gebaseerd op de toegestane maximale stroomsterkte van geïsoleerde koperen geleiders met
een temperatuurkwalificatie van 75°C (167°F) met niet meer dan drie enkele stroomdragende geleiders in een doorstroomsysteem. Als er een snoer
of kabel wordt gebruikt, kan het minimale geleiderformaat groter zijn. Raadpleeg NECtabel 400.5(A) voor de vereisten bij een flexibel snoer of kabel.
OM-282217 Pagina 14
4-4. De 3fasen voeding aansluiten
Benodigd gereedschap:
ingang2 201205 803766-C / Ref. 279972-B
= GND/PE aarde
L1
2
1
L2
L3
3
3
4
5
6
7
OM-282217 Pagina 15
! De installatie moet voldoen aan alle
nationale en lokale regels en
voorschriften alleen daartoe
bevoegde personen mogen deze
installatie uitvoeren.
! Ontkoppel en vergrendel de
stroomvoorziening voordat u de
ingangsgeleiders
van de stroombron
aansluit. Volg de bestaande
procedures ten aanzien van het
plaatsen en verwijderen van
lockout/tagoutmaatregelen.
! Sluit altijd eerst de groene of
groengele draad aan op een
massaklem en nooit op een
faseaansluitklem.
LET OP De Auto-Linestroomkring in dit
apparaat stelt de stroombron automatisch in
op de primaire spanning die wordt toegepast.
Controleer de voedingsspanning die op de
werkplek beschikbaar is. Dit apparaat kan
worden aangesloten op elke ingangsstroom
tussen 208 en 575 VAC zonder de kap te
hoeven verwijderen om de stroombron
opnieuw te koppelen.
Kijk voor de voedingsspanning op het label
met technische gegevens van het apparaat
en controleer de voedingsspanning die op de
werkplek beschikbaar is.
Voor driefasen
1V
oedingskabel.
2 Werkschakelaar (schakelaar getoond in
de UITstand)
3 Groene of groengele aardedraad
4 Verbreek de verbinding van de
aardeklem en het apparaat
5 Ingaande fasedraden (L1, L2 en L3)
6 Verbreek de verbinding van de
netaansluitklemmen van het apparaat
Sluit eerst de groene of groengele aardedraad
aan op de aardeklem van de werkschakelaar.
Sluit de drie ingangsgeleiders L1, L2 en L3
aan op de netaansluitklemmen van de
werkschakelaar.
7 Maximale stroombeveiliging
Selecteer het type en formaat van de
maximale stroombeveiliging aan de hand van
Hoofdstuk 4-3 (afgebeeld: gezekerde
werkschakelaar).
Sluit en vergrendel de deur op de
werkschakelaar. Volg de gangbare
procedures voor wat betreft
vergrendeling/uitschakeling
bij het in gebruik
nemen van de unit.
4-4. Aansluiten op driefaseningangsstroom (vervolg)
voeding2 201205
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 16
4-5. Lasuitgangen en kabeldiameters bepalen*
LET OP De totale kabellengte in het lascircuit (zie onderstaande tabel) is de totale lengte van beide laskabels. Als de stroombron bijvoorbeeld 30 m
(100 ft) van het werkstuk staat, dan is de totale kabellengte in de lasstroomkring 60 m (200 ft) (2 kabels x 30 m). Gebruik de kolom voor 60 m (200 ft)
om de kabelafmeting te bepalen.
Laskabeldikte** en totale lengte van de kabel (koper) in het lascircuit
niet groter***
100 ft (30 m) of minder
150 ft
(45 m)
200 ft
(60 m)
250 ft
(70 m)
300 ft
(90 m)
350 ft
(105 m)
400 ft
(120 m)
Las
stroom
10 60%
Inschakel
duur
AWG (mm
2
)
60 100%
Inschakel
duur
AWG (mm
2
)
10 100% Inschakelduur
AWG (mm
2
)
100 4 (20) 4 (20) 4 (20) 3 (30) 2 (35) 1 (50) 1/0 (60) 1/0 (60)
150 3 (30) 3 (30) 2 (35) 1 (50) 1/0 (60) 2/0 (70) 3/0 (95) 3/0 (95)
200 3 (30) 2 (35) 1 (50) 1/0 (60) 2/0 (70) 3/0 (95) 4/0 (120) 4/0 (120)
250 2 (35) 1 (50) 1/0 (60) 2/0 (70) 3/0 (95) 4/0 (120) 2x2/0 (2x70) 2x2/0 (2x70)
300 1 (50) 1/0 (60) 2/0 (70) 3/0 (95) 4/0 (120) 2x2/0 (2x70) 2x3/0 (2x95) 2x3/0 (2x95)
350 1/0 (60) 2/0 (70) 3/0 (95) 4/0 (120) 2x2/0 (2x70) 2x3/0 (2x95) 2x3/0 (2x95) 2x4/0 (2x120)
400 1/0 (60) 2/0 (70) 3/0 (95) 4/0 (120) 2x2/0 (2x70) 2x3/0 (2x95) 2x4/0 (2x120) 2x4/0 (2x120)
500 2/0 (70) 3/0 (95) 4/0 (120) 2x2/0 (2x70) 2x3/0 (2x95) 2x4/0 (2x120) 3x3/0 (3x95) 3x3/0 (3x95)
600 3/0 (95) 4/0 (120) 2x2/0 (2x70) 2x3/0 (2x95) 2x4/0 (2x120) 3x3/0 (3x95) 3x4/0 (3x120) 3x4/0 (3x120)
* Deze grafiek is een algemene richtlijn en is mogelijk niet geschikt voor alle toepassingen. Gebruik een kabel die een formaat groter is als de
kabel oververhit raakt.
**De laskabeldraaddiameter (AWG) is gebaseerd op een spanningsval van 4 volt of minder of een stroomdichtheid van minimaal 300 mils/A.
( ) = mm
2
voor metriek gebruik
***Voor afstanden langer dan die in deze handleiding worden getoond, zie het AWSgegevensblad nr. 39, laskabels, beschikbaar bij de
American Welding Society op http://www.aws.org.
Ref. S-0007-M 201708
4-6. Lasuitgangskoppelingen
! Schakel het apparaat uit voordat
men de lasuitgangskoppelingen
aansluit.
! Gebruik geen versleten,
beschadigde, te dunne of
herstelde kabels.
1 Uitgangskoppeling elektrode
2 Uitgangskoppeling werkstuk
. Voor aansluitingen van de
lasuitgangskoppeling,
zie
hoofdstukken 4-7 tot en met 4-9
voor de typische
aansluitingsprocessen.
Uitgangskoppeling1
201502 / Ref. 279972-B
1
2
OM-282217 Pagina 17
4-7. Aansluitingen voor beklede elektrodelassen
279989-B
1
Uitgangskoppeling
werkstuk
Sluit de werkstukdraad aan op de
uitgangskoppeling
voor het
werkstuk.
2
Uitgangskoppeling
elektrode
Sluit de elektrodehouder aan op
de uitgangskoppeling van de
elektrode.
2
1
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 18
4-8. TIG Lift-Arcaansluitingen
279988-B
LET OP HFboogstarten zal dit
apparaat beschadigen. Gebruik
geen hoogfrequentieapparatuur
met dit apparaat.
1 Uitgangskoppeling werkstuk
Sluit de werkstukdraad aan op de
uitgangskoppeling
voor het
werkstuk.
2
Uitgangskoppeling
elektrode
Sluit de TIGtoorts met de gasklep
aan op de uitgangskoppeling van
de elektrode.
3 Gascilinder
4 Gasfleskraan
De kraan een beetje open draaien
zodat het gas het vuil uit de kraan
kan blazen. Sluit de kraan.
5 Drukregelaar/
gasstromingsmeter
6 Stroming instellen
Een gangbare stromingswaarde is
7,1 liter/min.
Sluit de gasslang van de toorts aan
op de
drukregelaar/gasstromingsmeter
.
7 Gasklep
De klep regelt de voorstroom en
nastroom van het gas. Open de
klep op de toorts voordat u gaat
lassen.
Benodigd gereedschap:
11/16 in., 1-1/8 in., (21 mm)
LET OP HFboogstarten zal dit apparaat beschadigen.
Gebruik geen hoogfrequentieapparatuur met dit apparaat.
3
4
5
6
2
1
7
OM-282217 Pagina 19
4-9. SuitCase draadaanvoerunit met spanningsdetectie
280024-B
! Schakel de
draadaanvoerunit en de
lasstroombron uit. Schakel
de motor van de
lasgenerator uit.
1 Lasstroombron
2 Gasslang
3 Laskabel naar
draadaanvoerunit
4 Werkstukkabel naar het
werkstuk
De aansluitingen van de laskabel
en werkstukkabel op de
stroombron (DCEN/DCEP) zijn
afhankelijk van het type draad.
. De polariteit van de
draadaanvoerunit
maakt niet
uit, dus er is geen
polariteitsschakelaar
voor de
elektrode nodig.
5 Werkstuk
6
Spanningsdetectieklem
Sluit de spanningsdetectieklem
aan op het werkstuk.
7 Pistool
8 Stekkerdoos voor de
pistoolschakelaar
9 ArcReach SuitCase
draadaanvoerunit (zie de
Gebruikershandleiding voor
de bediening van de
draadaanvoerunit)
10 Gascilinder
Het gebruik van beschermgas is
afhankelijk van het type draad.
. Beschermgas mag niet hoger
zijn dan 100 psi (689 kPa).
3
4
5
9
2
10
7
6
1
OM-282217 Pagina 20
4-10. De afstandsbediening aansluiten
279998-B
Deze stroombron kan worden
gebruikt met de
FieldProafstandsbediening,
RHC14 afstandsbediening, of
draadloze afstandsbediening (zie
voor bedieningsinstructies de
Gebruikershandleiding
voor de
RHC14 afstandsbediening of
draadloze afstandsbediening).
1 Stroombron
2 TIGtoorts (beschermgas niet
weergegeven)
3
Elektrodehouder
Als een RHC-14 of draadloze
afstandsbediening
wordt gebruikt,
sluit u de TIGtoorts of
elektrodehouder
direct aan op de
uitgangskoppeling
van de
ELEKTRODE (boven).
4 Werkstukkabel
Sluit de werkstukkabel aan op de
uitgangskoppeling
(onder) op de
voorkant van de lasstroombron.
Bevestig de werkstukkabelklem zo
dicht mogelijk bij de boog.
5 Werkstukdetectiedraad
Wanneer u een
FieldProafstandsbediening
gebruikt, bevestig de klem van de
werkstukdetectiedraad op de
werkstukkabelklem. Sluit het
andere uiteinde van de
werkstukdetectiedraad aan op de
aansluitklem op de zijkant van de
FieldProafstandsbediening.
6 RHC-14 afstandsbediening of
draadloze afstandsbediening
Sluit de RHC-14 of draadloze
afstandsbediening
aan op de
14pins contacten aan de voorzijde
van de stroombron.
7 FieldProafstandsbediening
Sluit een uiteinde van de laskabel
aan op de ELEKTRODE
uitgangskoppeling
(boven) op de
voorkant van de stroombron en het
andere uiteinde op de
FieldProafstandsbediening. Sluit
de TIGtoorts of elektrodehouder
aan op de andere zijde van de
FieldProafstandsbediening.
. De RHC-14 of draadloze
afstandsbediening
kan worden
gebruikt met de
FieldProafstandsbediening
om de stroomsterkte in te
stellen tijdens het lassen.
Aansluiting RHC-14 of draadloze
afstandsbediening
Aansluiting van FieldProafstandsbediening
1
3
2
4
6
1
4
2
5
3
7
OM-282217 Pagina 21
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 22
4-11. Aansluitingen van spanningsdetectiedraad en werkstukdraad bij meerdere
lasbogen
A. Ideale opstelling
279991-B
1 Lasstroombron
2 Laskabel
3 Werkstukkabel
4 Werkstukdetectiedraad
De werkstukdetectiedraad is nodig voor de
werking van de
FieldProafstandsbediening.
5
Afstandsbediening
6 Werkstuk
Deze opstelling is ideaal voor gebruik met
meerdere lasbogen.
6
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
OM-282217 Pagina 23
B. Slechte opstelling
279997-B
1 Lasstroombron
2 Laskabel
3 Werkstukkabel
4 Werkstukdetectiedraad
5
Afstandsbediening
6 Werkstuk
Dit is een slechte opstelling. De klemmen
voor de aparte eenheden mogen niet
worden gedeeld. De laskabels mogen
elkaar niet kruisen.
6
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
OM-282217 Pagina 24
HOOFDSTUK 5 BEDIENING
5-1. Interfaceknoppen
1 Aanuitschakelaar
2 AMPSdisplay
3 Keuzetoets TIGlassen
4 Keuzetoets beklede elektrode
5 Keuzetoets type elektrode voor
BMBE
6 Knoppen voor instelling van de
stroomsterkte
7 14-pins afstandsindicatoraansluiting
8 Controlelampje FieldPro accessoire
aangesloten
9 Toets IN USE
10 Controlelampje IN USE
11 Controlelampje polariteit controleren
12 Controlelampje beklede elektrode
negatief
279973-A / 279936-A / Ref. 253664-A
I
UIT
AAN
1
2
3
4
5
6
9
8
1071112
OM-282217 Pagina 25
5-2. Beschrijving interfacebediening
Aanuitschakelaar Gebruik deze schakelaar om de lasstroombron in of uit te schakelen.
. De ventilator wordt thermisch geregeld en draait alleen wanneer er koeling nodig is.
AMPSdisplay Dit display brandt en geeft de stroomsterkte voor TIGlassen of elektrodelassen aan. De gemeten
stroomsterkte vlak voor het einde van een las wordt tien seconden na het lassen op het display weergegeven.
Keuzetoets TIGlassen Houd deze toets kort ingedrukt om de lasinstellingen voor TIGlassen te activeren. De tekst TIG onder de toets
gaat branden. Stel de stroomsterkte af tot de juiste instelling binnen een bereik van 10 tot 350 A. Als TIG is
geselecteerd en er is een afstandsbediening voor de regeling van de stroomsterkte/contactorinstelling
aangesloten, houd dan de keuzetoets voor TIG meer dan twee seconden ingedrukt om de werkelijk gevraagde
stroomsterkte weer te geven (gebaseerd op de instelling voor de stroomsterkte en de instelling voor de regeling
van stroomsterkte/contactorinstelling).
Keuzetoets beklede
elektrode
Druk deze toets kort in om de lasinstellingen voor lassen met beklede elektrode te activeren. De tekst STICK
onder de toets gaat branden, samen met de aanduiding van het actieve elektrodetype. Selecteer het gewenste
soort beklede elektrode en stel de stroomsterkte in binnen een bereik van 40 tot 350 A.
Keuzetoets type elektrode
voor BMBE
Druk de toets kort in om het soort beklede elektrode (EXX10 of EXX18) te selecteren. De tekst boven of onder
de toets gaat branden voor het actieve elektrodetype. Deze toets is alleen actief voor lassen met beklede
elektrode en dan gaat alleen de tekst voor het type elektrode branden.
. Er kan een “rinkel”geluid uit de stroombron komen als tussen Stick en TIGprocessen wordt
gewisseld. Dat is normaal.
Instelbare DIG en Hot
start
Houd de toets STICK een paar seconden ingedrukt om de instelbare DIG in te voeren. Het rechter decimale
punt zal branden op de display om DIG aan te geven. Als deze eenmaal in de instelbare DIG is, druk op de
STICK knop en laat deze weer los om de instelbare Hotstart in te gaan. Het middelste decimaalteken gaat
op het display branden om Hotstart aan te geven. Wanneer u de toets STICK voor de derde keer kort
indrukt, wordt het menu afgesloten. Het menu zal na 10 seconden stilstand hier automatisch uitgaan. Als u
op een andere knop dan de STICK knop drukt en deze weer loslaat, terwijl u in het menu bent, wordt het
menu ook gesloten.
Knoppen voor de
instelling van de
stroomsterkte
Gebruik deze toetsen om de gewenste instelling voor de stroomsterkte in te stellen voor TIGlassen of lassen
met beklede elektrode.
14-pins
afstandsindicatoraan
sluiting
De 14-PIN REMOTE tekst zal branden als er een 14pins accessoire is aangesloten op het externe 14 contact
van de stroombron.
Controlelampje FieldPro
ACCESSOIRE
aangesloten
De tekst FieldPro ACCESSORY gaat branden als er een FieldProaccessoire is aangesloten en wanneer deze
goed communiceert met de stroombron.
Toets IN USE Druk deze toets kort in op de stroombron FieldProafstandsbediening om de tekst IN USE weer te geven. Druk
nog een keer kort op de toets om de tekst IN USE uit te schakelen. Zo weten anderen dat de machine in
gebruik is.
Controlelampje IN USE Het lampje gaat automatisch branden als de boog wordt gestart. Wissel het lampje tijdens het gebruik met de
toets IN USE. Het lampje wordt automatisch uitgeschakeld wanneer er vier uur niets wordt gedaan.
CHECK POLARITY
indicator
De tekst CHECK POLARITY gaat samen met een foutmelding (Err) branden als de draden van het werkstuk en
de elektrode zijn omgekeerd. De tekst gaat alleen branden als er een FieldProaccessoire is aangesloten.
Geen stroomvoorziening en corrigeer de aansluitingen (zie hoofdstuk 5 voor de juiste aansluitingen).
STICK NEGATIVE
indicator
De DCEN () STICK NEG tekst gaat branden als de polariteit negatief is terwijl u in de STICKkeuzestand bent.
U kunt de DCENstand activeren door de toets STICK en de pijl omlaag tegelijkertijd in te drukken. Druk op de
toets STICK om deze stand af te sluiten. De stand DCEN kan worden gebruikt voor de processen EXX10 en/of
EXX18. De stand moet voor elk elektrodeproces afzonderlijk worden ingesteld.
LET OP De knoppen op de FieldProafstandsbediening kunnen NIET worden ingesteld tijdens het lassen. U kunt instellingen tijdens het lassen
aanpassen met de toetsen op de stroombron. Instellingen kunnen worden uitgevoerd met behulp van de RHC14 afstandsbediening of draadloze
afstandsbediening
Tabel 61. Aanbevolen procesinstelling ten opzichte van type elektrode
Type elektrode Aanbevolen procesinstelling
EXXX1 EXX10
EXXX2 EXX10
EXXX3 EXX18
EXXX4 EXX18
EXXX5 EXX18
EXXX6 EXX18
EXXX7 EXX18
EXXX8 EXX18
Roestvast EXX18
OM-282217 Pagina 26
5-3. ArcReachapparaat toewijzen aan de ArcReachstroombron
Snelle opstartgids:
1 Voer de aansluitingen uit tussen de stroombron en het ArcReachapparaat. (zie het hoofdstuk van de keuzestand die gebruikt wordt voor
typische aansluitingsdiagrammen).
2 Deze stroombron heeft de mogelijkheid om een ArcReachapparaat toe te wijzen tijdens het opstarten, of als een ArcReach
draadaanvoerunit wordt ingeschakeld.
3 Zie de instructies in de Gebruikershandleiding voor het specifieke ArcReachapparaat om het apparaat aan deze stroombron toe te wijzen.
4 Tijdens het toewijzingsproces zal de afstandsbedieningin gebruikindicator knipperen.
5 Als het toewijzingsproces is uitgevoerd, zal de afstandsbedieningin gebruikindicator branden.
6 De stroombron zal ACC weergeven als er een ArcReach SuitCase draadaanvoerunit of een ArcReachafstandsbediening op de stroombron
is aangesloten. Het voorpaneel van de stroombron zal worden vergrendeld, behalve voor de instelling van de inductantie op een ArcReach
draadaanvoerunit.
5-4. De inductantie instellen
Als er een ArcReach SuitCase draadaanvoerunit is aangesloten op de stroombron, kan de Up of Down pijltoets worden gebruikt om de inductantie in te
stellen binnen een bereik van 0 tot 99.
. Een nonArcReach draadaanvoerunit met spanningsdetectie beschikt niet over het inductantiecontrolekenmerk.
5-5. Keuzestand draadaanvoerunit met spanningsdetectie
Procedure:
1 Voor typische systeemaansluitingen (zie hoofdstuk 4-9).
2 Om de keuzestand van de draadaanvoerunit met spanningsdetectie in te gaan, druk tegelijkertijd op de Elektrode en Stickknoppen.
3 De stroombron zal de vooraf ingestelde spanning weergeven.
4 Zie voor de werking de Gebruikershandleiding voor de draadaanvoerunit met spanningsdetectie.
5 Om de keuzestand van de draadaanvoerunit met spanningsdetectie uit te gaan, druk op de Stickknop.
5-6. 14-pins interface
. Alle 14pins afstandsapparaten moeten een A naar B contactafsluiting hebben om te kunnen werken.
. De 14pin is vergrendeld als er een ArcReach draadaanvoerunit aan de stroombron wordt toegewezen.
Als er een 14pins afstandsbediening is aangesloten.
AAN/UITfuncties van de afstandsrelais:
S OFF - Uitgang van lasstroombron verminderd tot lage OCV (25 Volt) waarbij de lasuitgang geremd is.
S ON - Omzetter is ingeschakeld en er is 72 Volt aanwezig bij de lasbouten.
. Als bij lage OCV de afstandsrelais aan is, is de uitgang van de lasstroombron 25 Volt. De omzetter heeft een touchstart nodig om aan te gaan.
Externe instructie:
S Functies als een percentage van het instelpunt op de interface van de stroombron of de interfacemodule.
Aantekeningen
OM-282217 Pagina 27
5-7. Lift-Arc TIGprocedure
Start een boog als volgt met de
processchakelaar in de stand TIG:
1 TIGelektrode
2 Werkstuk
Raak met de wolfraamelektrode het
werkstuk aan bij het beginpunt van
de las. De boog start niet zolang de
elektrode het werkstuk aanraakt.
Til de elektrode voorzichtig op om
een boog te vormen.
. Laat de elektrode niet opnieuw
het werkstuk raken. De boog
zal uitgaan en de elektrode blijft
steken.
Normaliter is er geen
opencircuitspanning aanwezig
alvorens de wolfraam elektrode het
werkstuk raakt; er is slechts een
lage detectiespanning aanwezig
tussen de elektrode en het
werkstuk. De solidstate
uitgangsrelais
wordt niet
ingeschakeld totdat de elektrode
het werkstuk heeft geraakt.
Hierdoor kan de elektrode het
object raken zonder oververhitting,
zonder aan te hechten of te
vervuilen.
. Als er een
FieldProafstandsbediening is
aangesloten,
kan dat display
tijdelijk worden uitgeschakeld
als het wolfraam het werkstuk
raakt.
1
1
Tweede
”Aanraken”
NIET aanstrijken als een lucifer!
2
Ref. S-156279
5-8. Beklede elektrodestartprocedure Krasstarttechniek
Als de beklede elektrode
geselecteerd is, start de boog als
volgt:
1 Elektrode
2 Werkstuk
3 Boog
Sleep de elektrode over het werkstuk
alsof u een lucifer aansteekt; licht de
elektrode iets op na het werkstuk te
hebben geraakt. Als de boog uitgaat,
werd de elektrode te hoog opgelicht.
Als de elektrode zich aan het
werkstuk hecht, voer een snelle
draaibeweging
uit om deze te
bevrijden.
1
2
3
OM-282217 Pagina 28
5-9. Gutsen met koolstofelektrode
1
Elektrodehouder
Kies de juiste elektrodehouder voor het
proces.
2 Luchtstroom
De luchtstroom moet op een lijn liggen met
de elektrode en tussen de elektrode en het
werkstuk worden geplaatst.
3
Koolstofelektrode
Kies de juiste maat elektrode voor de
gewenste guts.
4 Gutsboog
Houd de boog kort.
5 Werkstuk
Start de luchtcompressor en stel de
regelaar in op de juiste instelling. Gebruik
de laagste luchtdruk waarbij het gesmolten
metaal wordt weggeblazen. Zorg ervoor
dat de punt van de elektrode goed is
gevormd en steek deze in de
elektrodehouder
. De elektrode mag
maximaal 178 mm (7 in.) en minimaal 51
mm (2 in) uit de elektrodehouder steken.
Start de boog en open de luchtklep.
Gebruik de juiste boog en
voorloopsnelheid
om de gewenste vorm
en conditie van de guts te creëren.
Snij altijd weg van de gebruiker omdat
gesmolten metaal een eind weg van het
werkstuk kan blazen.
Zorg ervoor dat niemand in het werkgebied
van het weggeblazen materiaal bevindt.
Verwijder alle brandbare materialen uit het
werkgebied. Plaats metalen afbuigplaten
voor het werkgebied.
258443-A
V
oorlooprichting
5
1
2
3
4
5-10. Standaardwaarden terugzetten
U kunt de stroombron weer op de standaard fabriekswaarden instellen door de toetsen Stick en TIG gelijktijdig langer dan vier seconden in te drukken.
Op het display staat fSt en daarna worden er streepjes weergegeven als de reset is voltooid.
5-11. De softwarerevisie opvragen
Wanneer u de toetsen Electrode en In Use tegelijkertijd ingedrukt houdt, kunt u het niveau van de softwarerevisie van het systeem weergeven.
Houd de drukknop Electrode ingedrukt en druk op de drukknop In Use om het niveau voor de softwarerevisie van de gebruikersinterface weer te geven.
5-12. Optionele lasfuncties met lage open spanning (OCV)
Werking met lage OCV
De unit kan optioneel geconfigureerd worden voor de bediening met lage opencircuitspanning (OCV) met UITGANG AAN: Draad, beklede
elektrode, Lift-Arc TIGkeuzestanden. Als de unit geconfigureerd is voor lage OCVbediening, is er een lagere detectiespanning aanwezig
tussen de elektrode en het werkstuk alvorens de elektrode het werkstuk raakt. Raadpleeg een door de fabriek erkende serviceagent voor
informatie
over hoe u het systeem kunt configureren voor het lassen met lage openspanning (OCV).
OM-282217 Pagina 29
HOOFDSTUK 6 ONDERHOUD &
PROBLEEMOPLOSSING
6-1. Routineonderhoud
! Ontkoppel de netvoeding
voordat u onderhoud uitvoert.
. Geef vaker een onderhoudsbeurt
als het apparaat zwaar belast wordt.
3 maanden
Vervang
beschadigde
of onleesbare
labels
Vervang
toortsbehuizing
waar scheurtjes in
zitten
Repareer of
vervang
kapotte kabels
Repareer of
vervang kapotte
kabels en snoeren
Reinig alle
laskoppelingen
en draai ze vast
6 maanden
De binnenzijde schoonblazen
6-2. De binnenzijde van het apparaat schoonblazen
! Om het inwendige van het
apparaat schoon te blazen
hoeft de behuizing er niet
eerst af.
U blaast de lucht door de
ventilatieroosters aan de voor en
achterzijde. Zie de afbeelding.
Ref. 279972-B
OM-282217 Pagina 30
6-3. Helpmeldingen
. Alle richtingen staan in relatie tot de
voorkant van het apparaat. Alle vermelde
circuiten bevinden zich in de unit.
Help 1, 6, 7 Melding
Toont een fout in het primaire stroomcircuit.
Als deze melding verschijnt, neem dan
contact op met een door de fabrikant erkend
servicecentrum.
Code Help 2
Duidt op een storing in het circuit van de
thermische beveiliging. Als deze melding
verschijnt, neem dan contact op met een door
de fabrikant erkend servicecentrum.
Code Help 3
Geeft aan dat de linkerkant van het apparaat
oververhit is. De unit is uitgegaan om de
ventilator in werking te stellen voor de
afkoeling van de unit (zie hoofdstuk 3-5). De
werking wordt hervat nadat het apparaat
voldoende is afgekoeld.
Code Help 5
Geeft aan dat de rechterkant van het
apparaat oververhit is. De unit is uitgegaan
om de ventilator in werking te stellen voor de
afkoeling van de unit (zie hoofdstuk 3-5). De
werking wordt hervat nadat het apparaat
voldoende is afgekoeld.
Code Help 8
Geeft een storing in het secundaire
stroomcircuit aan. Als deze melding
verschijnt, neem dan contact op met een door
de fabrikant erkend servicecentrum.
Help 24, 25 weergave
Geeft aan dat de machine de limiet van de
inschakelduur heeft bereikt (zie hoofdstuk
3-5). Het apparaat moet aanblijven zodat de
ventilator het apparaat kan laten afkoelen. De
limiet van de inschakelduur wordt
automatisch gereset wanneer het apparaat
voldoende is afgekoeld.
H10
H60
H70
H20
H30
H50
H80
H42
H52
OM-282217 Pagina 31
6-4. Problemen met de lasstroombron oplossen
Probleem Oplossing
Geen lasuitgang; apparaat volledig inactief Zet de werkschakelaar op Aan (zie hoofdstuk 4-4).
Controleer de netzekering(en) en vervang deze waar nodig*.
Controleer of de voeding goed is aangesloten (zie hoofdstuk 4-4).
Geen lasuitgang; meterweergave Aan. Controleer, repareer of vervang de RHC14 afstandsbediening.
Apparaat oververhit. Laat de unit afkoelen met de ventilator AAN (zie hoofdstuk 3-5).
Bekijk de hulpdisplays van de ampèremeter.
Onregelmatige of onjuiste
lasuitgangsspanning.
Gebruik een laskabel van het juiste formaat en type.
Reinig alle laskoppelingen en draai ze vast.
Controleer de kabel voor de spanningsdetectie. Leg opgerolde kabels recht.
Als de afstandsbediening is aangesloten,
geeft het lasapparaat continue spanning.
Controleer de weerstanden van de RHC-14afstandsbediening en potentiometer.
*Laat de netzekering(en) door een opgeleide en gekwalificeerde monteur nakijken en vervangen.
6-5. Problemen met de lasstroombron oplossen
Als de lasstroombron NIET antwoordt nadat alles is aangesloten, volg dan de onderstaande punten alvorens u contact opneemt met de dichtstbijzijnde
door de fabriek erkende serviceagent:
De lasstroombron is aangesloten op de netspanning maar na het inschakelen geeft hij geen spanning.
S Als het apparaat direct op een werkschakelaarbox is aangesloten of in een contactdoos is gestoken vanuit een werkschakelaarbox, zorg dat de
werkschakelaar of hoofdschakelaar in de AAN positie staat.
De lasresultaten zijn niet gelijk tussen de verschillende lastoepassingen.
S Zorg dat de werkklem op een schone, verfvrije buiszone is aangesloten; schuur anders een zone af om een goede werkverbinding te maken.
S Houd de werkklem zo dichtbij de naadlas als mogelijk is.
S Volg de aanbevolen instellingen in het hoofdstuk Bediening van de handleiding om een startpunt voor het lassen te selecteren.
S Aanbevolen lasnaadvoorbereiding en uitrusting is is 1/32-1/16 in (0,8-1,6 mm) land en een 3,2 mm (1/8 in) wortelopening.
Lasrups is poreus (TIGlassen).
S Controleer de beschermgasvoorziening opdat er voldoende gas is en de voorziening aanstaat.
S Controleer de stroomtoevoer van het beschermgas bij de regelaar.
S Controleer dat het beschermgas niet hoger is dan 90 psi (621 kPa).
S Controleer alle beschermgasaansluitingen en draai ze zo nodig aan.
S Bescherm de lasnaad tegen de wind.
De FieldProafstandsbediening gaat niet aan.
S Controleer de aansluiting van de werkkabel. Zorg dat de klem is aangesloten op een schone, verfvrije zone van het werkstuk.
OM-282217 Pagina 32
HOOFDSTUK 7 ELEKTRISCH SCHEMA
Afbeelding 7-1. Elektrisch schema lasstroombron
OM-282217 Pagina 33
282214-B
OM-282217 Pagina 34
HOOFDSTUK 8 ONDERDELENLIJST
1
2
3
4
5
6
7
8
9
11
13
14
20
16
19
25
23
27
55
38
50
51
31
35
36
41
42
69
70
66
67
68
76
75
78
81
10
56
77
34
46
33
22
Ref. 282224-C
29
26
28
32
18
21
37
40
15
30
37
47
48
44
52
49
58
54
62
57
71
72
73
74
79
80
82
12
17
22
24
39
43
45
53
59
63
64
65
60
61
61
74
74
74
Afbeelding 8-1. Montage van onderdelen
OM-282217 Pagina 35
Description
Part
No.
Dia.
Mkgs.
Item
No.
Afbeelding 8-1. Montage van onderdelen
Quantity
1 278601 Wrapper (Includes) 1... ............... .. .............................................
175256 Insulator, Side Rh (Not Shown) 2..................... .... .................................
119503 Label, Miller 9.925X4.125 Horizontal (Not Shown) 2...................... .... ................
2 274964 Label, Warning General Precautionary (EN/FR/SP) 1... ............... .... ...............
3 275316 Label, Warning Falling Equipment (EN/FR/SP) 1... ............... .... ...................
4 208015 Handle, Rubberized Carrying 2... ............... .. ....................................
5 135483 Label, Important Remove These Two Handle Screws 2... ............... .. ...............
6 R3/C4 233052 Resistor/Capacitor 1... .... .... .. .............................................
7 SR1 199952 Diode Power Module 55 Amp 600V 1PH Fast Recovery 1... ..... ..... .. .............
8 199840 Bus Bar, Diode 2... ............... .. ................................................
9 196355 Insulator, Screw 4... ............... .. ...............................................
10 D1,D2 201531 Kit, Diode Power Module 2... .... .... .. ........................................
11 C8 219191 Capacitor, Polyp Film 1... ..... ..... .. ...........................................
12 278555 Filter Resistor Assembly, XMT350 FieldPro 1... ............... .. ........................
13 HD1 182918 Transducer, Current 400A Module Supply V +/ 15V 1... ..... ..... .. ................
14 RT1 199798 Thermistor, NTC 30K Ohm @ 25 Deg C 18in Lead 1... ..... ..... .. .................
15 CR1 255744 Relay, Encl 24VDC Spst 30A/300VAC 4Pin Flange Mtg 1... ..... ..... .. .............
16 278560 Module, WCC 1... ............... .. .................................................
17 L6 131447 Core, Toroidal 1.332 Id X 1.932 Od X .625 Thk 1... ...... ...... .. .....................
18 273124 Filter Cap Assembly, ArcReach 16uF 1... ............... .. .............................
19 +278581 Windtunnel, Lh W/Studs 1... .............. .. ........................................
20 227746 Gasket, Inductor Mounting 1... ............... .. ......................................
21 010546 Bushing, Snap-In Nyl .375 Id X .500 Mtg Hole 1... ............... .. .....................
22 179276 Bushing, Snap-In Nyl 1.000 Id X 1.375 Mtg Hole Cent 5... ............... .. ..............
23 L4 218020 Inductor, Boost 1... ...... ...... .. ................................................
24 211503 Insulator, Heat Sink 1... ................ .. ............................................
25 170647 Bushing, Snap-In Nyl 1.312 Id X 1.500 Mtg Hole 1... ............... .. ...................
26 225097 Heat Sink, Lh Rect 1... ............... .. .............................................
27 T1 251394 XFMR, HF Litz/Litz W/Boost 1... ...... ...... .. .....................................
28 L1 212091 Inductor, Input 1... ...... ...... .. .................................................
29 L3 278572 Inductor, Output 1... ...... ...... .. ...............................................
30 L9 278391 Inductor, WCC 1... ...... ...... .. .................................................
31 L11 255736 Core, Ferrite Emi Snap-on .393 ID x .877 OD x 1.250 Thk 1... ..... ..... .. ...........
32 279176 Bracket, Mtg PC Board (CWW) 1... ............... .. ..................................
33 PC7 278309 Circuit Card Assy, Process Ctrl W/ArcReach W/Prgrm 1... ..... ..... .. ..............
PLG113 201665 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC3 1......... ... .. .............................
34 280706 Bracket Upper, Mtg PC Board/Capacitor 1... ............... .. ..........................
35 PC1 282473 Circuit Card Assy, Fp Pr Invrtr Ctrl W/Prgm Potted 1... ..... ..... .. .................
PLG11 131024 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC1 1.......... .... .. .............................
PLG12 131056 Housing Rcpt+Skts (Service Kit) RC2 1.......... .... .. .............................
PLG13 131054 Housing Rcpt+Skts (Service Kit) RC3 1.......... .... .. .............................
PLG14 115091 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC4 1.......... ..... .. .............................
PLG15 115092 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC5 1.......... ..... .. .............................
PLG110 130203 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC8 1......... ... .. .............................
PLG111 131054 Housing Rcpt+Skts, (Service Kit) RC9 1......... ... .. ............................
PLG115 115094 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC12 1......... .... .. ............................
PLG114 115093 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC13 1......... .... .. ............................
PLG118 255063 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC14 1......... ... .. ............................
36 279035 Bus Bar, Output W/Stud 2... ............... .. ........................................
37 279034 Bus Bar, Input W/Stud 2... ............... .. ..........................................
38 W1,W2 247571 Contactor, Latching (W1 Front, W2 Rear) 2... ... ... .. .........................
39 PC3 252949 Circuit Card Assy, Autoline Cntrl Power 70W Potted 1... ..... ..... .. ................
PLG31 201665 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC1 1.......... .... .. .............................
PLG32 115094 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC2 1.......... ..... .. .............................
PLG33 130203 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC3 1.......... .... .. .............................
PLG34 115092 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC4 1.......... ..... .. .............................
PLG35 131054 Housing Rcpt+Skts (Service Kit) RC5 1.......... .... .. .............................
40 FM2 183918 Fan 1... ..... ..... .. ..........................................................
41 219930 Kit, Capacitor Elctlt Replacement (Includes) 1... ............... .. .......................
C12,13 277164 Capacitor, Elctlt 1800 UF 500 VDC Can 2.52 Dia 2.......... .... .... .................
251701 Adapter, Nut Capacitor 2..................... .... ........................................
217040 Nut, Nylon M12 Thread Capacitor Mounting 2..................... .... ......................
229327 Screw, M 5 .8X 12 Hex HdPhl 8.8 Pld Sems Clr 4..................... .... ................
263052 Insulator, Capacitor Mtg 1..................... .... .......................................
OM-282217 Pagina 36
Description
Part
No.
Dia.
Mkgs.
Item
No.
Afbeelding 8-1. Montage van onderdelen (vervolg)
Quantity
42 278968 Bracket, Mtg Contactor/Power Supply/CWW Board 1... ............... .. .................
43 083147 Grommet, Scr No 8/10 Panel Hole .312 Sq .500 High 2... ............... .. ...............
44 219473 Bracket, Mtg CE Filter Ground Plane 1... ............... .. .............................
45 PC4 229989 Circuit Card Assy, Filter (R) 1... ..... ..... .. .....................................
46 274166 Bracket, USB 1... ............... .. ..................................................
47 281396 Label, Panel Rear XMT 350 FieldPro PR 1... ............... .. ..........................
48 +279838 Panel, Rear W/Studs 1... .............. .. ...........................................
49 273211 Cable, USB 2.0 AA Male 1Meter PanelMount IP67 1... ................ .. ..............
50 215980 Bushing, Strain Relief .709/.984 Id X1.375 Mtg Hole 1... ............... .. ................
51 281055 Cable, Power 10 Ft 8Ga 4C (NonStripped End) 1... ............... .. ...................
52 L2 218018 Inductor, Pre-Regulator 1... ...... ...... .. .........................................
53 218566 Gasket, Inductor Mounting 1... ............... .. ......................................
54 278587 Windtunnel, Rh 1... ............... .. ................................................
55 196330 Heat Sink, Power Module 1... ............... .. .......................................
56 CT1 196231 XMFR, Current Sensing 200/1 1... ..... ..... .. ...................................
57 C15 196143 Capacitor, Polyp Met Film 16. Uf 400 VAC 10% 1... ..... ..... .. ....................
58 219472 Bracket, Mtg Capacitor Series 1... ............... .. ...................................
59 L7 224262 Core, Toroidal Nanocrystalline (43.1mm Diameter) 1... ...... ...... .. .................
60 RT2 199798 Thermistor, NTC 30K Ohm @ 25 Deg C 18in Lead 1... ..... ..... .. .................
61 261556 Kit, Input/Pre-Regulator And Inverter Module 1... ............... .. ......................
62 RM1 205751 Module, Power Resistor W/Plug 1... ..... ..... .. .................................
63 PC2 263676 Circuit Card Assy, Interconnect W/Label & Clips 1... ..... ..... .. ....................
PLG21 130203 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC1 1.......... .... .. .............................
PLG22 201665 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC2 1.......... .... .. .............................
PLG23 115092 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC3 1.......... ..... .. .............................
PLG20 115093 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC6 1.......... ..... .. .............................
64 153403 Bushing, Snap-In Nyl .750 Id X 1.000 Mtg Hole Cent 2... ............... .. ................
65 L5 268537 Core, Toroidal 23.98mm Id X 39.98mm Od X 15.98mm Th 1... ...... ...... .. ..........
66 +278542 Base Assy, W/Studs 1... .............. .. ............................................
67 229325 Foot, Mtg Unit 4... ............... .. .................................................
68 176736 Screw, Mtg Foot 4... ............... .. ...............................................
69 PC5 265964 Circuit Card Assy, Frnt Pnl Pwxfld Ps/Rmt W/Pgm VRD 1... ..... ..... .. .............
PLG51 255063 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC1 1.......... .... .. .............................
70 S1 244920 Switch, Tgl 3Pst 40A 600VAC Scr Term Wide Tgl 1... ...... ..... .. ..................
71 176226 Insulator, Switch Power 1... ............... .. .........................................
72 FM1 213072 Fan, Muffin 115V 60Hz 3400 RPM 6.378 Mtg Holes 1... ..... ..... .. ................
73 PC6 268280 Circuit Card Assy, FC Source Remote Interface (CE) 1... ..... ..... .. ...............
PLG62 115093 Housing Plug+Skts (Service Kit) RC2 1.......... ..... .. .............................
74 258711 Rcpt Assy, Tw Lk Insul Fem (Dinse) Bolted (Includes) 2... ................ .. ...............
250037 Insulator, Bulkhead Front 1..................... .... ......................................
250039 Insulator, Bulkhead Rear 1..................... .... ......................................
185714 Washer, Tooth 22mmid X 31.5mmod 1.310-1mmt Intern 1..................... .... ...........
185717 Nut, M20-1.5 1.00Hex .19h Brs Locking 1..................... .... .........................
185718 O-Ring, 0.989 Id X 0.070 H 1..................... .... ....................................
267367 Receptacle, Twist Lock Tweco .890 Od W/ORing (Includes) 1..................... .... ......
186228 O-Ring, 0.739 Id X 0.070 H 1..................... ..... ...................................
75 C6 273061 Capacitor Assy, W/Plug & Leads (Voltage Feedback ArcReach) 1... ..... ..... .. ......
76 278620 Panel, Front 1... ............... .. ...................................................
77 278266 Nameplate (Order by Model and Serial Number) 1... ............... .. ...................
78 278624 Label, Nameplate Connection 1... ............... .. ...................................
79 278551 Label, Nameplate Power 1... ............... .. ........................................
80 268085 Conn, Circ Ms Protective Cap Size 20 Nylon 1... ............... .. .......................
81 278275 Bezel, Front 1... ............... .. ...................................................
82 227927 Label, Warning Electric Shock/Exploding PartsWdles 1... ............... .. ..............
+Als u een onderdeel bestelt waarop een waarschuwingslabel staat, moet u dit label ook bestellen.
VERMELD ALTIJD HET MODEL EN SERIENUMMER ALS U VERVANGENDE ONDERDELEN BESTELT.
Geldig vanaf 1 januari 2019 (Installaties waarvan het serienummer begint met “MK” of nieuwer)
Deze beperkte garantie vervangt alle vorige Miller garanties en is exclusief zonder andere expliciete of impliciete waarborgen of garanties.
BEPERKTE GARANTIE In overeenstemming met de onderstaande
voorwaarden garandeert Miller Electric Mfg. LLC, Appleton, Wisconsin
aan de bevoegde distributeurs dat de nieuwe Millerapparatuur die ver-
kocht wordt na de datum dat deze beperkte garantie in werking treedt,
geen defecten heeft aan het materiaal of de afwerking op het moment dat
de apparatuur door Miller wordt verzonden. DEZE GARANTIE VER-
VANGT UITDRUKKELIJK ALLE ANDERE GARANTIES, EXPLICIET
OF IMPLICIET, VAN VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID.
Binnen de onderstaande garantieperioden zal Miller alle onderdelen of
componenten die niet meer functioneren door dergelijke fabricage- en
materiaalfouten met garantie repareren of vervangen. Miller moet bin-
nen dertig (30) dagen schriftelijk op de hoogte worden gebracht van
een dergelijke fout of storing, waarop Miller instructies zal geven over
de garantieclaim-procedure die hierop volgt. Garantieclaims die online
worden ingediend moeten een volledige beschrijving bevatten van het de-
fect en de stappen die zijn ondernomen om het probleem op te lossen en
de defecte onderdelen te diagnosticeren. Garantieclaims die niet de ver-
eiste informatie bevatten zoals bepaald in de servicehandleiding van Miller
kunnen door Miller worden geweigerd.
Miller stelt zich aansprakelijk voor garantieclaims op apparatuur onder ga-
rantie zoals hieronder vermeld, ingeval het defect zich voordoet binnen de
periode waarin de garantie geldig is, zoals hieronder vermeld. De garantie-
periode start op de datum van de levering van de apparatuur aan de ko-
pereindgebruiker, of 12 maanden nadat de apparatuur verstuurd is naar
een NoordAmerikaanse distributeur, of 18 maanden nadat de apparatuur
verzonden is naar een internationale distributeur, al naar gelang welk van
de gevallen zich het eerst voordoet.
1. 5 jaar onderdelen — 3 jaar arbeidsloon
* Originele gelijkrichters van de hoofdvoeding alleen
thyristoren, diodes en losse gelijkrichtcellen
2. 3 jaar — Onderdelen en arbeid tenzij gespecificeerd
* Automatisch verduisterende helmlenzen (Geen arbeid) (Zie
de uitzondering voor de Classicserie hieronder)
* Lasapparaten/generatoren met motor
(OPMERKING: Motoren vallen onder een aparte garantie
van de motorfabrikant.)
* Inzicht intelligente lasproducten
* Voedingsbronnen van invertermachines
* Stroombronnen plasmasnijders
* Procesregelapparatuur
* Semi-automatische en automatische draadaanvoer-
systemen
* Transformator/gelijkrichter stroombronnen
3. 2 jaar — Onderdelen en arbeidsloon
* Automatisch verduisterende helmlenzen alleen
Classic-serie (geen arbeidsloon)
*
Lasmaskers
met automatisch donkerfilter (geen arbeidsloon)
* Rookafzuigers Capture 5 Filtair 400 en Industrial
Collector-serie
4. 1 jaar — Onderdelen en arbeidsloon tenzij gespecificeerd
* AugmentedArc en LiveArclassystemen
* Automatisch bewegende apparatuur
* Bernard BTB luchtgekoelde MIGpistolen (geen werk)
* CoolBelt en CoolBand blaasapparaten (geen arbeidsloon)
* Luchtdroogsysteem met droogmiddel
* Inbouwopties
(OPMERKING: Field Options zijn gedekt voor de
resterende garantieperiode van het product waarin ze in
geïnstalleerd
zijn, of voor een minimum van één jaar —
afhankelijk van welke van de twee het langste duurt.)
* RFCS voetbedieningen (m.u.v. RFCS-RJ45)
* Rookafzuigers Filtair 130, MWX- en SWX-serie
* HF units
* ICE/XT plasmasnijdtoortsen (geen arbeidsloon)
* Stroombronnen voor inductieverwarming, koelers
(OPMERKING: Digitale recorders vallen onder aparte
garantie van de fabrikant.)
* Belastingsbanken
* Motoraangedreven pistolen (m.u.v. de Spoolmate pistolen)
* PAPR blaasunit (geen arbeidsloon)
* Positionerings- en regelapparatuur
* Rekken (Voor het installeren van meerdere energiebronnen)
*
Wielonderstellen/trailers
* Puntlasapparatuur
* Draadaanvoer systemen voor onder poederdek lassen
* TIG toortsen (geen arbeidsloon)
* Tregaskiss pistolen (geen arbeidsloon)
* Waterkoelsystemen
* Draadloze voet-/hand-afstandsbediening en ontvangers
* Werkstations/Lastafels (geen arbeidsloon)
5. 6 maanden — op onderdelen
* Accu’s
6. 90 dagen — op onderdelen
* Toebehoren (sets)
* Beschermzeilen
* Inductieverwarmingsspoelen en dekens, kabels en niet
elektronische regelapparatuur
*Mpistolen
* MIGpistolen, Subarc (SAW) toortsen en
buitenbekledingskoppen
* Afstandsbedieningen en RFCSRJ45
* Vervangende onderdelen (geen arbeidsloon)
* Spoolmate pistolen
Millers True Blue® beperkte garantie geldt niet voor:
1. Slijtonderdelen zoals contacttips, snijmondstukken, mag-
neetschakelaars, koolborstels, relais, bovenbladen van
werkstations en lasgordijnen of andere onderdelen die niet
meer goed werken als gevolg van normale slijtage. (Uitzon-
dering: borstels en relais zijn wel gedekt bij alle motoraan-
gedreven producten.)
2. Onderdelen geleverd door Miller maar geproduceerd door ande-
ren, zoals motoren of handelsaccessoires. Deze onderdelen val-
len onder de eventuele garanties door de fabrikanten.
3. Installaties die veranderingen hebben ondergaan door andere
partijen dan Miller, of installaties die onjuist geïnstalleerd of ver-
keerd gebruikt zijn volgens industrierichtlijnen, of installaties die
geen redelijk en noodzakelijk onderhoud hebben gehad, of instal-
laties die gebruikt zijn voor andere dan de aangegeven toepas-
singen voor de installatie.
4. Defecten veroorzaakt door nalatigheid, reparaties zonder toe-
stemming of onjuiste testen.
DE PRODUCTEN VAN MILLER ZIJN BESTEMD VOOR COMMER-
CIËLE EN INDUSTRIËLE DOELEINDEN DOOR GEBRUIKERS DIE
OPGELEID ZIJN VOOR EN ERVARING HEBBEN IN HET GEBRUIK EN
ONDERHOUD VAN LASAPPARATUUR.
De reparaties die door deze garantie worden geboden zijn, zoals Miller
dit verkiest: (1) reparatie; of (2) vervanging; of, na schriftelijke
goedkeuring van Miller (3), de vooraf goedgekeurde kosten voor de
reparatie of vervanging bij een door Miller aangewezen
servicecentrum; of (4) de betaling van of kredietverlening voor de
aankoopprijs (minus de redelijke afschrijvingskosten op basis van het
gebruik). Producten mogen niet worden geretourneerd zonder de
goedkeuring van Miller. Retourzendingen zijn voor risico en kosten
van de klant.
Bovenstaande reparaties zijn F.O.B. Appleton, WI, of een door Miller
aangewezen servicecentrum. De klant is verantwoordelijk voor trans-
port en vrachtkosten. DE HIER GENOEMDE DOOR HET TOEPAS-
SELIJKE RECHT TOEGESTANE REPARATIES VORMEN DE
ENIGE EN EXCLUSIEVE REPARATIES ONGEACHT DE RECHTS-
THEORIE. IN GEEN GEVAL ZAL MILLER AANSPRAKELIJK ZIJN
VOOR DIRECTE, SPECIALE, INCIDENTELE OF GEVOLGSCHADE
(WAARONDER VERLIES VAN INKOMSTEN), ONGEACHT DE
RECHTSTHEORIE. ELKE HIERIN NIET GENOEMDE GARANTIE
EN ELKE IMPLICIETE GARANTIE, BORGSTELLING OF VERTE-
GENWOORDIGING, INCLUSIEF ENIGE IMPLICIETE GARANTIE
VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BE-
PAALD DOEL, IS UITGESLOTEN EN ONTKEND DOOR MILLER.
Sommige staten in de V.S. staan geen beperkingen toe met betrekking
tot de duur van de garantie, noch uitsluiting van bijkomende schade,
indirecte schade, speciale schade of gevolgschade, dus bovenstaan-
de beperking kan mogelijk niet van toepassing zijn voor u. Deze ga-
rantie biedt specifieke wettelijke rechten en er kunnen eventueel ook
andere rechten van toepassing zijn; deze kunnen echter per staat ver-
schillen.
In Canada biedt de wetgeving in enkele provincies bepaalde extra ga-
ranties of oplossingen die afwijken van de bepalingen die hierin zijn op-
genomen, en bovenstaande beperkingen en uitsluitingen zijn mogelijk
niet van toepassing, voorzover er niet van mag worden afgezien.
Deze Beperkte Garantie biedt specifieke wettelijke rechten en er kun-
nen eventueel ook andere rechten zijn; deze kunnen echter per pro-
vincie verschillen.
Deze originele garantie is in Engelse juridische begrippen ge-
schreven. Bij klachten of onenigheid heeft de betekenis van de
woorden in het Engels voorrang.
miller dom_warr_dut_201901
Vertaling van de originele instructies UITGEGEVEN IN DE VS. © 2019 Miller Electric Mfg. LLC 2019-01
Miller Electric Mfg. LLC
An Illinois Tool Works Company
1635 West Spencer Street
Appleton, WI 54914 USA
International HeadquartersUSA
USA Phone: 920-735-4505 Auto-attended
USA & Canada FAX: 920-735-4134
International FAX: 920-735-4125
Voor internationale vestigingen bezoek
website: www.MillerWelds.com
Naam van het model Serie-/typenumber
Aankoopdatum (datum waarop de apparatuur bij de oorspronkelijke klant werd bezorgd.)
Leverancier
Adres
Plaats
Staat Postcode
Volledig invullen en goed bewaren a.u.b.
Vermeld altijd de naam van het model en het serie-/typenummer
Ga naar uw leverancier voor:
Toebehoren en elektroden
Optionele apparatuur en accessoires
Persoonlijke beschermingsmiddelen
Service en reparaties
Vervangende onderdelen
Trainingen en opleidingen (scholen, videos,
boeken)
Technische handboeken (onderhoudsinformatie
en onderdelen)
Stroomkringschema’s
Handboeken over lasprocessen
Wanneer u een dealer of servicebedrijf zoekt, ga naar
www.millerwelds.com of bel 18004AMiller
Neem contact op met het
vervoersbedrijf:
Service
Eigendomspapieren
Om een schadeclaim in te dienen bij verlies of
beschadiging tijdens transport.
Neem contact op met de transportafdeling van uw distribu-
teur en/of de fabrikant van de apparatuur voor hulp bij het
indienen en afhandelen van schadeclaims.
Neem contact op met een distributeur of servicebedrijf
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Miller XMT 350 FIELD PRO de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor