Bij het aansluiten
Voor de BSB-250 in werking treed, moet eerst bepaald worden of hij op een 12V of
24V systeem is aangesloten. Daardoor zal er na het aansluiten eerst een seconde
gewacht worden voor er een actie ondernomen wordt. Het relais zal vervolgens altijd
uitgeschakeld worden.
Activatiespanning
Zodra de spanning gedurende 5 seconden boven de activatiespanning is, zal het relais
inschakelen. De waarde van deze activatiespanning is door de gebruiker in te stellen. Hoe
dit moet staat beschreven in het onderdeel “Programmeren”.
Deactivatiespanning
Zodra de spanning gedurende 5 seconden onder de deactivatiespanning van 11,8V (23,6V
voor 24V systeem) is, zal de het relais uitschakelen.
Signalering (bij afschakeling relais)
Indien het relais is ingeschakeld geeft hij een signaal op het moment dat de spanning voor
minimaal 5 seconden onder 12,8V (25,6V voor 24V systeem) is. Op
dat moment gaat de LED knipperen (1 sec. aan, 1 sec. uit). Na een minuut stopt het sig-
naal en zullen zowel de LED als het relais uitgaan.
Te hoge spanning
Zodra de spanning minimaal 1 seconde boven 16V (32V voor 24V systeem) komt, zal het
relais uitschakelen. Als de spanning vervolgens in ieder geval 5
seconden tussen de activatiespanning en 15,6V (31,6V voor 24V systeem) komt, zal het
relais weer inschakelen.
Programmeren
De gebruiker kan de waarde van de activatiespanning zelf instellen. Hij kan hierbij keu-
ze maken uit 3 verschillende waarden. De programeerstand wordt geactiveerd door de
programmeerknop in te drukken tot de LED gaat knipperen. Zodra dit gebeurd moet de
knop weer losgelaten worden. Als de gebruiker vervolgens eenmaal de knop kort indrukt –
waarbij de LED als terugkoppeling oplicht – wordt programma nummer 1 ingesteld. Zoals
in de tabel hiernaast te zien is, is dit bij een 12V systeem 13,2V en bij een 24V systeem
26,4V. Als nogmaals de knop kort ingedrukt wordt zal programma nummer 2 ingesteld
worden en na een derde maal op de knop drukken zal programma nummer 3 ingesteld
worden. Ongeveer 4 seconden na het laatst in-
drukken van de knop zal de LED de geprogram-
meerde stand ter controle nogmaals weergeven.
(voorbeeld: Als stand 2 is geprogrammeerd, zal
de LED twee maal knipperen.)
prog no. 12V 24V
*1 13.2 V 26.4 V
2 13.5 V 27.0 V
3 13.8 V 27.6 V
*) fabrieksinstelling