Metabo RSEV 17-125 Handleiding

Categorie
Stofzuigers
Type
Handleiding
www.metabo.com
de Originalbetriebsanleitung 5
en Original instructions 11
fr Notice originale 17
nl Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing 23
it Istruzioni originali 29
es Manual original 35
pt Manual original 42
sv Bruksanvisning i original 48
fi Alkuperäiset ohjeet 54
no Original bruksanvisning 60
da Original brugsanvisning 65
pl Instrukcja oryginalna 71
el Πρωτότυπο οδηγιών χρήσης 78
hu Eredeti használati utasítás 85
ru Оригинальное руководство по
эксплуатации 91
RSEV 17-125
NEDERLANDS nl
23
Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Wij verklaren op eigen en uitsluitende
verantwoording dat: deze renovatieslijpmachines,
geïdentificeerd door type en serienummer *1),
voldoen aan alle relevante bepalingen van de
richtlijnen *2) en normen *3). Technische
documentatie bij *4) - zie pagina 4.
De renovatieslijpmachine is met het originele
toebehoor van Metabo bedoeld voor het schuren
van vlakken met diamant-komstenen,
fiberslijpschijven en hechtsteunschijven.
Niet gebruiken voor het doorslijpen, grofslijpen,
polijsten en het werken met waaierslijpschijven.
Geen metalen materialen bewerken.
Geschikt voor het afzuigen van stof dat bij het
schuren van vlakken van minerale materialen, hout,
kunststoffen, glasvezelversterkte kunststof, lakken
en lijmresten ontstaat.
Alleen met geschikte stofafzuiging werken: een
zuiger (van klasse M) op de afzuigaansluiting (19)
aansluiten. Wij raden het gebruik aan van een
antistatische zuigslang Ø 35 mm.
Aanwijzing: Bij het bewerken van thermo-elastische
materialen kan de borstelkrans blijven plakken.
Alleen voor gebruik zonder water.
Bestemd voor bedrijfsmatig gebruik in de industrie
en nijverheid.
Alleen de gebruiker is aansprakelijk voor schade
door oneigenlijk gebruik.
De algemeen erkende
ongevallenpreventievoorschriften en de
bijgevoegde veiligheidsinstructies moeten in acht
worden genomen.
Let voor uw veiligheid en die van het
elektrisch gereedschap op de passages
die zijn voorzien van dit symbool!
WAARSCHUWING – Lees de
gebruikershandleiding om het risico op
letsel te verminderen.
WAARSCHUWING Lees alle
veiligheidsinstructies en aanwijzingen.
Het niet opvolgen van de veiligheidsinstructies en
aanwijzingen kan een elektrische schok, brand en/
of ernstig letsel veroorzaken.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en
aanwijzingen met het oog op toekomstig
gebruik.
Geef uw elektrisch gereedschap alleen met deze
documenten aan anderen door.
4.1 Gemeenschappelijke
veiligheidsinstructies voor het schuren
en het schuren met schuurpapier:
a) Dit elektrisch gereedschap dient als
schuurmachine en schuurmachine met
schuurpapier te worden gebruikt. Neem alle
veiligheidsinstructies, aanwijzingen,
afbeeldingen en gegevens die u bij het
apparaat ontvangt in acht. Wanneer u de
volgende aanwijzingen niet in acht neemt, kan dit
leiden tot een elektrische schok, brand en/of ernstig
letsel.
b) Dit elektrische gereedschap is niet geschikt
om te werken met draadborstels, te polijsten
en door te slijpen. Toepassingen waarvoor het
elektrisch gereedschap niet bestemd is, kunnen
leiden tot gevaarlijke situaties en lichamelijk letsel.
c) Gebruik geen toebehoren die door de
fabrikant niet speciaal voor dit elektrisch
gereedschap zijn bestemd en aanbevolen.
Wanneer u in staat bent de toebehoren aan uw
elektrisch gereedschap te bevestigen, betekent dat
nog geen garantie voor veilig gebruik.
d) Het toelaatbare toerental van het gebruikte
gereedschap dient minstens zo hoog te zijn als
het maximale toerental dat op het elektrisch
gereedschap staat aangegeven. Toebehoren dat
sneller draait dan toegestaan, kunnen breken en in
het rond vliegen.
e) De buitendieameter en de dikte van het
inzetgereedschap dient overeen te komen met
de maataanduidingen van
Uw elektrisch
gereedschap. Verkeerd bemeten
inzetgereedschap kan niet voldoende worden
afgeschermd of gecontroleerd.
f) Inzetgereedschap met draadinzet dient exact
op de schroefdraad van de slijpspindel te
passen. Bij inzetgereedschap dat met een flens
is bevestigd, moet het opnamegat van het
inzetgereedschap bij de opnamediameter van
de flens passen. Inzetgereedschap dat niet
precies op de opnamehouder van het elektrisch
gereedschap past, draait ongelijkmatig en trilt zeer
sterk, hetgeen kan leiden tot verlies van de controle.
g) Gebruik geen beschadigd
inzetgereedschap. Controleer
inzetgereedschap zoals slijpschijven voor
ieder gebruik op afsplinteringen en scheuren,
steunschijven op scheuren, (sterke) slijtage en
draadborstels op losse of gebroken draden.
Wanneer het elektrisch gereedschap of het
inzetgereedschap valt, controleer dan of het
beschadigd is geraakt, of gebruik
onbeschadigd inzetgereedschap. Wanneer u
het inzetgereedschap hebt gecontroleerd en
geplaatst, zorg dan dat u en eventuele
omstanders buiten het bereik van het
roterende inzetgereedschap blijven en laat het
apparaat 1 minuut lang draaien op het hoogste
1. Conformiteitsverklaring
2. Doelmatig gebruik
3. Algemene
veiligheidsvoorschriften
4. Speciale veiligheidsinstructies
NEDERLANDSnl
24
toerental. Beschadigd inzetgereedschap breekt
meestal gedurende deze testperiode.
h) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen.
Draag afhankelijk van de toepassing volledige
gezichtsbescherming, oogbescherming of een
veiligheidsbril. Draag zo nodig een stofmasker,
gehoorbescherming,
veiligheidshandschoenen of een speciaal
schort dat bescherming biedt tegen kleine
slijp- en materiaaldeeltjes. Uw ogen dienen
beschermd te worden tegen de rondvliegende
deeltjes die bij verschillende toepassingen
ontstaan. Stof- of adembeschermingsmaskers
dienen om het stof te filteren dat tijdens de
werkzaamheden ontstaat. Wanneer u lang aan
hard geluid wordt blootgesteld, kan uw gehoor
beschadigd raken.
i) Let erop dat andere personen zich op een
veilige afstand van uw werkgebied bevinden.
Iedereen die het werkgebied betreedt, dient
persoonlijke beschermingsmiddelen te
dragen. Brokstukken van het werkstuk of gebroken
inzetgereedschap kunnen wegvliegen en ook
buiten het directe werkgebied letsel veroorzaken.
j) Houd het elektrisch gereedschap alleen vast
aan de geïsoleerde greepvlakken wanneer u
werkzaamheden uitvoert waarbij het
inzetgereedschap verborgen stroomleidingen
of het eigen netsnoer kan raken. Door het
contact met een onder spanning staande leiding
kunnen ook metalen onderdelen van het apparaat
onder spanning worden gezet, met een elektrische
schok als gevolg.
k) Houd het netsnoer uit de buurt van draaiend
inzetgereedschap. Wanneer u de controle over
het apparaat verliest, kan het netsnoer worden
doorgesneden of gegrepen of kan uw hand of uw
arm in het draaiende inzetgereedschap
terechtkomen.
l)) Leg het elektrisch gereedschap nooit weg
voordat het inzetgereedschap volledig tot
stilstand is gekomen. Het draaiende
inzetgereedschap kan in contact komen met de
ondergrond waardoor u mogelijk de controle over
het elektrisch gereedschap kunt verliezen.
m) Laat het elektrisch gereedschap niet
draaien terwijl u het draagt. Door toevallig
contact met het draaiende inzetgereedschap kan
uw kleding worden gegrepen en kan het
inzetgereedschap zich in uw lichaam boren.
n) Reinig regelmatig de ventilatiesleuven van
uw elektrisch gereedschap. De motorventilator
trekt stof de behuizing binnen en een sterke
ophoping van metaalstof kan elektrische gevaren
veroorzaken.
o) Gebruik het elektrisch gereedschap niet in
de buurt van brandbaar materiaal. Door vonken
kunnen deze materialen vlam vatten.
p) Gebruik geen inzetgereedschap waarvoor
vloeibare koelmiddelen nodig zijn. Het gebruik
van water of andere vloeibare koelmiddelen kan
leiden tot een elektrische schok.
4.2 Veiligheidsinstructies met het oog op
terugslag
Een terugslag is een plotselinge reactie die optreedt
wanneer draaiend inzetgereedschap zoals een
schuurschijf, steunschijf, draadborstel enz. blijft
haken of blokkeert. Wanneer het draaiende
inzetgereedschap blokkeert of blijft haken, wordt
het onmiddellijk stopgezet. Door blokkeren of
haken wordt het elektrisch gereedschap
ongecontroleerd, tegen de draairichting van het
inzetgereedschap in, op de plaats van de
blokkering versneld.
Wanneer er bijv. een schuurschijf in het werkstuk
blijft haken of blokkeert, kan de rand van de
schuurschijf, die invalt in het werkstuk, vastraken,
met uitbreken van de schuurschijf of een terugslag
als mogelijk gevolg. De schuurschijf beweegt zich
dan naar of vanaf de bediener, afhankelijk van de
draairichting van de schijf bij de plaats van de
blokkering. Hierbij kunnen slijpschijven ook breken.
Een terugslag is het gevolg van verkeerd of onjuist
gebruik van het elektrisch gereedschap. Dit kan
worden voorkomen door passende
veiligheidsmaatregelen te nemen, zoals hieronder
beschreven.
a) Houd het elektrisch gereedschap goed vast
en breng uw lichaam en uw armen in zo'n
positie dat u de terugslagkrachten kunt
opvangen. Gebruik, indien aanwezig, altijd de
extra greep om op volle toeren een zo groot
mogelijke controle over de terugslagkrachten
of reactiemomenten te hebben. De bediener kan
de terugslag- en reactiemomenten beheersen door
geschikte veiligheidsmaatregelen te nemen.
b) Breng uw hand nooit in de buurt van
draaiend inzetgereedschap. Het
inzetgereedschap kan zich bij een terugslag over
uw hand bewegen.
c) Kom niet met uw lichaam binnen het gebied
waarin het elektrisch gereedschap zich in
geval van een terugslag beweegt. Door de
terugslag komt het elektrisch gereedschap tegen
de bewegingsrichting van de slijpschijf in op de
plaats van de blokkering.
d) Werk bijzonder voorzichtig bij hoeken,
scherpe randen enz. Zorg ervoor dat het
inzetgereedschap niet van het werkstuk
terugspringt en klem raakt. Het roterende
inzetgereedschap heeft de neiging om bij hoeken,
scherpe randen of wanneer het terugspringt klem te
raken. Dit leidt tot verlies van controle of een
terugslag.
e) Gebruik geen ketting- of getand zaagblad.
Dergelijk inzetgereedschap leidt vaak tot een
terugslag of verlies van controle over het elektrisch
gereedschap.
4.3 Speciale veiligheidsvoorschriften voor
het schuren en doorslijpen:
a) Gebruik uitsluitend schuurmiddelen die voor
uw elektrisch gereedschap zijn goedgekeurd
en de hiervoor geschikte beschermkap.
Schuurmiddelen die niet geschikt zijn voor het
NEDERLANDS nl
25
elektrisch gereedschap kunnen niet voldoende
worden afgeschermd en zijn onveilig.
b) Gebogen slijpschijven dienen zodanig te
worden aangebracht, dat het slijpvlak zich
onder de rand van de beschermkap bevindt.
Een verkeerd aangebrachte slijpschijf die buiten de
rand van de beschermkap uitsteekt, kan niet naar
behoren worden afgeschermd.
c) De beschermkap moet stevig aan het
elektrische gereedschap zijn aangebracht en,
voor een optimale veiligheid, zodanig zijn
ingesteld dat een zo klein mogelijk deel van het
slijplichaam open naar de gebruiker wijst. De
beschermkap beschermt de gebruiker tegen
brokstukken, toevallig contact met het slijplichaam
en vonken, waardoor kleding vlam kan vatten.
d) De slijpmiddelen mogen alleen worden
gebruikt voor de aanbevolen
gebruiksmogelijkheden. Bijvoorbeeld: slijp
nooit met het zijvlak van een doorslijpschijf.
Doorslijpschijven zijn bedoeld voor de
materiaalafname met de rand van de schijf. Door
zijwaartse krachtinwerking op deze slijpmiddelen
kan de schijf breken.
e) Gebruik altijd onbeschadigde spanflenzen in
de juiste grootte en vorm voor de door u
gekozen doorslijpschijf. Geschikte flenzen
steunen de doorslijpschijf en gaan zo het risico
tegen dat deze breekt. Flenzen voor
doorslijpschijven kunnen verschillend zijn van
flenzen voor andere slijpschijven.
f) Gebruik geen versleten slijpschijven van
groter elektrisch gereedschap. Slijpschijven
voor groter elektrisch gereedschap zijn niet
geschikt voor de hogere toerentallen van kleiner
elektrisch gereedschap en kunnen breken.
4.4 Speciale veiligheidsvoorschriften voor
het schuren met schuurpapier:
a) Gebruik geen schuurbladen met te grote
afmetingen, maar houd u met betrekking tot de
grootte van de schuurbladen aan de opgaven
van de fabrikant. Schuurbladen die over de
steunschijf uitsteken kunnen letsel veroorzaken en
leiden tot het blokkeren of scheuren van de
schuurbladen of een terugslag.
4.5 Overige veiligheidsinstructies:
WAARSCHUWING – Draag altijd een
veiligheidsbril.
Draag een geschikt stofmasker.
Gebruik geen gebonden schijven.
Neem de opgaven van de fabrikant van het
inzetgereedschap of de toebehoren in acht! Zorg
ervoor dat inzetgereedschap beschermd is tegen
vet en stoten!
Inzetgereedschap dient zorgvuldig, volgens de
aanwijzingen van de fabrikant, te worden bewaard
en gebruikt.
Kleine werkstukken vastzetten. Bijv. in een
bankschroef spannen.
Het werkstuk dient stevig te liggen en beveiligd te
zijn tegen wegglijden, bijv. met behulp van
spaninrichtingen. Grote werkstukken dienen
voldoende te worden ondersteund.
Wordt er inzetgereedschap met schroefdraadinzet
gebruikt, dan mag het uiteinde van de spindel de
gatenbodem van het schuurgereedschap niet
raken. Let erop dat de schroefdraad in het
inzetgereedschap lang genoeg is om de
spindellengte op te nemen. De schroefdraad van
het inzetgereedschap moet bij de schroefdraad op
de spil passen. Zie voor de lengte en de
schroefdraad van de spindel pagina 4 en hoofdstuk
15. Technische gegevens.
Vreemde objecten in de machine
kunnen leiden tot een blokkering
van het schakelmechanisme. Daarom is het
noodzakelijk om de machine, wanneer hij loopt,
zeer regelmatig en grondig door de achterste
ventilatiesleuven uit te blazen met perslucht. Hierbij
moet de machine veilig worden vastgehouden.
Beschadigde, niet-ronde resp. trillende
gereedschappen mogen niet worden gebruikt.
Voorkom schade aan gas- of waterleidingen,
elektrische leidingen en dragende wanden
(statica).
Bij gebruik van de machine buitenshuis:
FI-veiligheidsschakelaar met max. afschakelstroom
(30 mA) voorschakelen!
Zorg er (bijv. met behulp van een metaaldetector)
voor dat zich op de plaats die bewerkt moet worden,
geen stroom-, water- of gasleidingen bevinden.
De stekker uit het stopcontact halen voordat er
instellings-, ombouw- of
onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd.
Een beschadigde of gebarsten extra greep dient te
worden vervangen. Gebruik de machine niet als de
extra greep defect is.
Een beschadigde of gebarsten beschermkap moet
worden vervangen. Gebruik de machine niet als de
beschermkap defect is.
Alleen inzetgereedschap gebruiken waar de
borstels van de beschermkap bovenuit steken.
De stofbelasting verminderen:
Stofdeeltjes die tijdens het werken met deze
machine ontstaan, kunnen stoffen bevatten
die kanker, allergische reacties, aandoeningen aan
de luchtwegen, aangeboren afwijkingen of andere
voortplantingsproblemen kunnen veroorzaken.
Enkele voorbeelden van dergelijke stoffen zijn: lood
(in loodhoudende verf), mineraal stof (uit
bakstenen, beton e.d.), additieven voor de
behandeling van hout (chromaat,
houtverduurzamingsmiddelen), enkele houtsoorten
(zoals eiken- of beukenstof), metalen, asbest.
Het risico is afhankelijk van het feit hoe lang de
gebruiker of omstanders aan de stofbelasting
NEDERLANDSnl
26
worden blootgesteld.
Deze stofdeeltjes mogen niet in het lichaam
terechtkomen.
Om de belasting met deze stoffen te verminderen:
zorg voor een goede ventilatie van de werkplek en
draag geschikte beschermingsmiddelen, zoals bijv.
ademmaskers die in staat zijn om de microscopisch
kleine stofdeeltjes uit de lucht te filteren.
Neem de voor uw materiaal, personeel,
toepassingsgeval en locatie geldende richtlijnen in
acht (bijv. arbeidsveiligheidsbepalingen,
afvalbehandeling).
Verzamel de ontstane deeltjes op de plaats waar
deze ontstaan; voorkom dat deze neerslaan in de
omgeving.
Vervang versleten borstels (zie hoofdstuk 9.)
Daardoor komen er minder deeltjes
ongecontroleerd in de omgeving terecht.
Gebruik een geschikte stofafzuiging:
- om een hoge mate van stofafzuiging te
bereiken, kunt u samen met dit gereedschap
een geschikte Metabo-stofafzuiger (van
klasse M) gebruiken.
Verminder de stofbelasting door:
- de vrijkomende deeltjes en de afvoerluchtstroom
van de machine niet op de gebruiker zelf of
omstanders of op neergeslagen stof te richten,
- een afzuiginstallatie en/of een luchtfilter te
gebruiken,
- de werkplek goed te ventileren en schoon te
houden door te stofzuigen. Vegen of blazen
wervelt het stof op.
- Zuig of was de beschermende kleding. Niet
uitblazen, uitslaan of uitborstelen.
Zie pag. 2, en 3.
1 Spindelvergrendelingsknop
2 Extra greep
3 Schakelschuif voor het in-/uitschakelen
4Handgreep
5 Elektronische signaalindicatie
6 Stelknop voor de toerentalinstelling
7Spindel
8 Steunflens
9 Diamantkomschijf *
10 Spanmoer
11 Pensleutel
12 Steunschijf *
13 Fiberslijpschijf *
14 Spanmoer van de steunschijf *
15 Hechtsteunschijf *
16 Hechtslijpschijf *
17 Hendel
18 Beschermkap
19 Afzuigaansluitstuk
20 Segment voor het werken dichtbij de wand
(openen door te draaien)
21 Borstelkrans
* afhankelijk van de uitrusting/niet in de
leveringsomvang
Vergelijk voor de ingebruikname of de op het
typeplaatje aangegeven spanning
overeenkomt met de netspanning.
Schakel altijd een aardlekschakelaar (RCD)
met een max. inschakelstroom van 30 mA
voor de machine.
6.1 Beschermkap aanbrengen
Zie pagina 3, afbeelding D.
- Houd de hendel (17) ingedrukt. Breng de
beschermkap (18) aan in de weergegeven positie.
- De hendel loslaten en aan de beschermkap
draaien tot de hendel vastklikt.
- Controleer of de hendel goed bevestigd is: deze
moet vergrendeld zijn en de beschermkap mag
niet kunnen worden gedraaid.
(Verwijderen in omgekeerde volgorde.)
6.2 Stofafzuiging
Alleen met geschikte stofafzuiging werken:
een zuiger (van klasse M) op de
afzuigaansluiting (19) aansluiten.
Gebruik de aansluitmof 6.30796 voor een optimale
afzuiging.
Wij raden het gebruik aan van een antistatische
zuigslang Ø 35 mm.
Voor alle ombouwwerkzaamheden: haal de
stekker uit het stopcontact. De machine moet
uitgeschakeld zijn en de spindel moet stilstaan.
7.1 Spil vastzetten
Spilvergrendelingsknop (1) alleen indrukken
bij stilstaande spil!
- Spilvergrendelingsknop (1) indrukken en
as (7) met de hand draaien totdat de
asvergrendelingsknop voelbaar vast klikt.
7.2 Diamantkomschijf aanbrengen/
verwijderen
Zie pagina 3, afbeelding A.
Aanbrengen:
- De steunflens (8) op de as (7) plaatsen. Hij is op
de juiste wijze aangebracht, als hij op de
vergrendelde as niet gedraaid kan worden.
- De diamantkomschijf (9) op de steunflens (8)
leggen. Deze dient gelijkmatig op de steunflens te
liggen.
- De 2 kanten van de spanmoer (10) zijn
verschillend. De spanmoer zo op de as
schroeven, dat de kraag van de spanmoer (10)
naar boven wijst.
- Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). De
spanmoer (10) met de tweegaatssleutel (11) met
de wijzers van de klok mee vastzetten.
5. Overzicht
6. Ingebruikname
7. Inzetgereedschap aanbrengen
NEDERLANDS nl
27
Verwijderen:
- Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). De
spanmoer (10) met de tweegaatssleutel (11)
tegen de wijzers van de klok in afschroeven.
7.3 Steunschijf voor fiberschijven
aanbrengen/verwijderen
Zie pagina 3, afbeelding B.
Aanbrengen:
- De steunflens (8) op de as (7) plaatsen. Hij is op
de juiste wijze aangebracht, als hij op de as niet
kan worden gedraaid.
- Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1).
- Steunschijf (12) op de as (7) steken.
- Fiberschijf (13) erop leggen.
- Speciale spanmoer (14) op de as (7) schroeven.
- Met tweegaatssleutel (11) met de klok mee
vastzetten.
Verwijderen:
- Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1).
- Met de tweegaatssleutel (11) tegen de klok in
afschroeven.
7.4 Hechtsteunschijf aanbrengen/
verwijderen
Zie pagina 3, afbeelding C.
Aanbrengen:
- Steunflens verwijderen en wegleggen.
- Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1).
- Hechtsteunschijf (15) op de as schroeven en met
de hand vastdraaien.
Verwijderen:
- Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1).
- Hechtsteunschijf (15) met de hand tegen de klok
in afschroeven.
De machine altijd met beide handen aan de
daarvoor bestemde handgrepen van de
haakse slijper geleiden.
8.1 Werken nabij wanden
Zie pagina 3, afbeelding E.
Voor het openen en sluiten van het segment
(20) de machine uitschakelen en de stekker uit
het stopcontact trekken. Het inzetgereedschap
mag niet meer bewegen.
Alleen voor het werken dichtbij de wand het
segment (20) openen door te draaien. Voor
alle andere werkzaamheden moet het segment
gesloten zijn.
Het geopende gedeelte van de beschermkap moet
in de richting van de wand wijzen.
8.2 Toerental instellen
Afhankelijk van de toepassing het optimale
toerental instellen met de stelknop (6).
8.3 In-/uitschakelen
Pak de machine altijd met beide handen vast.
Eerst inschakelen, dan het inzetgereedschap
naar het werkstuk bewegen.
Voorkom onverhoeds starten: de machine
altijd uitschakelen wanneer de stekker uit het
stopcontact wordt gehaald of wanneer sprake is
geweest van een stroomonderbreking.
Bij continue inschakeling draait de machine
door wanneer hij uit uw handen wordt
getrokken. Houd de machine daarom altijd met
beide handen vast aan de hiervoor bestemde
handgrepen, zorg ervoor dat u stevig staat en werk
geconcentreerd.
Voorkom dat de machine stof en spaanders
opjaagt of naar binnen zuigt. De machine na
het uitschakelen pas wegleggen wanneer de motor
tot stilstand is gekomen.
Inschakelen: schakelschuif (3) naar voren
schuiven. Voor een langdurige inschakeling
vervolgens naar beneden klappen tot hij
vastklikt.
Uitschakelen: op het achterste uiteinde van de
schuifschakelaar (3) drukken en loslaten.
Controleer voor ieder gebruik of er delen
ontbreken, versleten, gebroken, gescheurd of
beschadigd zijn. Een defecte of onvolledige
beschermkap niet gebruiken.
Borstelkrans (21) vervangen: versleten
borstelkrans voor een optimale afzuiging
vervangen.
Zie pagina 3, afbeelding F.
Versleten borstelkrans eruit trekken en nieuwe
borstelkrans (art.nr. 6.26733) volledig insteken.
Motorreiniging: Bij het bewerken
kunnen deeltjes in het binnenste
van het elektrisch gereedschap terecht komen. Dit
heeft invloed op de koeling van het elektrisch
gereedschap. Geleidende afzettingen kunnen
invloed hebben op de veiligheidsisolatie van het
elektrisch gereedschap en elektrische gevaren
veroorzaken.
Blaas het elektrisch gereedschap regelmatig, vaak
en grondig schoon door alle voorste en achterste
luchtsleuven uit te zuigen of met droge lucht uit te
blazen. Trek eerst de stekker van het elektrisch
gereedschap uit het stopcontact en draag tijdens
het reinigen een veiligheidsbril en stofmasker. Zorg
bij het uitblazen voor geschikte afzuiging.
8. Gebruik
9. Onderhoud
10. Reiniging
0
I
3
NEDERLANDSnl
28
De elektronische signaalweergave (5)
brandt en het belastingstoerental neemt
af. De machine wordt te zwaar belast! De
machine onbelast laten lopen tot de elektronische
signaalweergave uitgaat.
De machine loopt niet.De elektronische
signaalindicatie (5) knippert. De
herstartbeveiliging is geactiveerd. Als de
stekker in het stopcontact wordt gestoken wanneer
het apparaat is ingeschakeld of wanneer de stroom
wordt hersteld na een pauze, start het apparaat
niet. Schakel de machine uit en weer in.
Gebruik alleen origineel Metabo toebehoor.
Gebruik alleen toebehoor dat voldoet aan de in
deze gebruiksaanwijzing genoemde eisen en
kenmerken.
Compleet toebehorenprogramma, zie
www.metabo.com of de catalogus.
Reparaties aan elektrisch gereedschap
mogen uitsluitend door een erkende
elektricien worden uitgevoerd!
Een defecte stroomkabel mag alleen worden
vervangen door een speciale, originele
beschermde stroomkabel van Metabo. Dit is
verkrijgbaar via de Metabo Service.
Neem voor elektrisch gereedschap van Metabo dat
gerepareerd dient te worden contact op met uw
Metabo-vertegenwoordiging. Zie voor adressen
www.metabo.com.
Lijsten met reserveonderdelen kunt u via
www.metabo.com downloaden.
Het ontstane slijpstof kan schadelijke stoffen
bevatten: op de juiste wijze als afval behandelen.
Neem de nationale voorschriften in acht voor een
milieuvriendelijke verwijdering en recycling van
afgedankte machines, verpakkingen en
toebehoren.
Uitsluitend voor EU-landen: geef uw elek-
trisch gereedschap nooit met het huisvuil
mee! Volgens de Europese richtlijn 2012/19/
EG inzake gebruikte elektrische en elektronische
apparaten en de vertaling hiervan in de nationale
wetgeving dienen afgedankte elektrische gereed-
schappen gescheiden te worden ingezameld en op
milieuvriendelijke wijze te worden afgevoerd.
Toelichting op de gegevens van pagina 4.
Wijzigingen in het kader van technische
verbeteringen voorbehouden.
Ø = max. diameter van het inzetgereedschap
t
max,1
= max. toelaatbare dikte van het
inzetgereedschap in het spanbereik bij
gebruik van de spanmoer (10)
M = schroefdraad spindel
l = lengte van de slijpspindel
n* = onbelast toerental (hoogste toerental)
P
1
= nominaal vermogen
P
2
= afgegeven vermogen
m = gewicht zonder netsnoer
Meetgegevens vastgesteld volgens de norm
EN 60745.
Machine van beveiligingsklasse II
~ Wisselstroom
* Energierijke hoogfrequente storingen kunnen
schommelingen in het toerental veroorzaken. Deze
verdwijnen weer zodra de storingen afgenomen
zijn.
De vermelde technische gegevens zijn
tolerantiewaarden (overeenkomstig de betreffende
geldige norm).
Emissiewaarden
Deze waarden maken een beoordeling van de
emissie van het elektrisch gereedschap en een
vergelijking van de verschillende elektrische
gereedschappen mogelijk. Afhankelijk van het
gebruik, de toestand van het elektrisch
gereedschap of het inzetgereedschap kan de
daadwerkelijke belasting hoger of lager uitvallen.
Neem voor de beoordeling pauzes en fasen met
een lagere belasting in aanmerking. Bepaal op
basis van de overeenkomstig aangepaste
taxatiewaarden maatregelen ter bescherming van
de gebruiker, bijv. organisatorische maatregelen.
Totale trillingswaarde
(vectorsom van drie
richtingen) vastgesteld conform EN 60745:
a
h, S
= trillingsemissiewaarde
(Schuren)
K
h,...
= onzekerheid (trilling)
Typisch A-gekwalificeerd geluidsniveau
:
L
pA
= geluidsdrukniveau
L
WA
= geluidsvermogensniveau
K
pA
, K
WA
= onzekerheid
Tijdens het werken kan het geluidsniveau 80 dB(A)
overschrijden.
Draag gehoorbescherming!
11. Storingen verhelpen
12. Toebehoren
13. Reparatie
14. Milieubescherming
15. Technische gegevens

Documenttranscriptie

RSEV 17-125 de en fr nl it es pt sv Originalbetriebsanleitung 5 Original instructions 11 Notice originale 17 Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing 23 Istruzioni originali 29 Manual original 35 Manual original 42 Bruksanvisning i original 48 www.metabo.com fi no da pl el hu ru Alkuperäiset ohjeet 54 Original bruksanvisning 60 Original brugsanvisning 65 Instrukcja oryginalna 71 Πρωτότυπο οδηγιών χρήσης 78 Eredeti használati utasítás 85 Оригинальное руководство по эксплуатации 91 Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing 1. Conformiteitsverklaring Wij verklaren op eigen en uitsluitende verantwoording dat: deze renovatieslijpmachines, geïdentificeerd door type en serienummer *1), voldoen aan alle relevante bepalingen van de richtlijnen *2) en normen *3). Technische documentatie bij *4) - zie pagina 4. 2. Doelmatig gebruik De renovatieslijpmachine is met het originele toebehoor van Metabo bedoeld voor het schuren van vlakken met diamant-komstenen, fiberslijpschijven en hechtsteunschijven. Niet gebruiken voor het doorslijpen, grofslijpen, polijsten en het werken met waaierslijpschijven. Geen metalen materialen bewerken. Geschikt voor het afzuigen van stof dat bij het schuren van vlakken van minerale materialen, hout, kunststoffen, glasvezelversterkte kunststof, lakken en lijmresten ontstaat. Alleen met geschikte stofafzuiging werken: een zuiger (van klasse M) op de afzuigaansluiting (19) aansluiten. Wij raden het gebruik aan van een antistatische zuigslang Ø 35 mm. Aanwijzing: Bij het bewerken van thermo-elastische materialen kan de borstelkrans blijven plakken. Alleen voor gebruik zonder water. Bestemd voor bedrijfsmatig gebruik in de industrie en nijverheid. Alleen de gebruiker is aansprakelijk voor schade door oneigenlijk gebruik. De algemeen erkende ongevallenpreventievoorschriften en de bijgevoegde veiligheidsinstructies moeten in acht worden genomen. 3. Algemene veiligheidsvoorschriften Let voor uw veiligheid en die van het elektrisch gereedschap op de passages die zijn voorzien van dit symbool! WAARSCHUWING – Lees de gebruikershandleiding om het risico op letsel te verminderen. WAARSCHUWING Lees alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen. Het niet opvolgen van de veiligheidsinstructies en aanwijzingen kan een elektrische schok, brand en/ of ernstig letsel veroorzaken. Bewaar alle veiligheidsinstructies en aanwijzingen met het oog op toekomstig gebruik. Geef uw elektrisch gereedschap alleen met deze documenten aan anderen door. NEDERLANDS nl 4. Speciale veiligheidsinstructies 4.1 Gemeenschappelijke veiligheidsinstructies voor het schuren en het schuren met schuurpapier: a) Dit elektrisch gereedschap dient als schuurmachine en schuurmachine met schuurpapier te worden gebruikt. Neem alle veiligheidsinstructies, aanwijzingen, afbeeldingen en gegevens die u bij het apparaat ontvangt in acht. Wanneer u de volgende aanwijzingen niet in acht neemt, kan dit leiden tot een elektrische schok, brand en/of ernstig letsel. b) Dit elektrische gereedschap is niet geschikt om te werken met draadborstels, te polijsten en door te slijpen. Toepassingen waarvoor het elektrisch gereedschap niet bestemd is, kunnen leiden tot gevaarlijke situaties en lichamelijk letsel. c) Gebruik geen toebehoren die door de fabrikant niet speciaal voor dit elektrisch gereedschap zijn bestemd en aanbevolen. Wanneer u in staat bent de toebehoren aan uw elektrisch gereedschap te bevestigen, betekent dat nog geen garantie voor veilig gebruik. d) Het toelaatbare toerental van het gebruikte gereedschap dient minstens zo hoog te zijn als het maximale toerental dat op het elektrisch gereedschap staat aangegeven. Toebehoren dat sneller draait dan toegestaan, kunnen breken en in het rond vliegen. e) De buitendieameter en de dikte van het inzetgereedschap dient overeen te komen met de maataanduidingen van Uw elektrisch gereedschap. Verkeerd bemeten inzetgereedschap kan niet voldoende worden afgeschermd of gecontroleerd. f) Inzetgereedschap met draadinzet dient exact op de schroefdraad van de slijpspindel te passen. Bij inzetgereedschap dat met een flens is bevestigd, moet het opnamegat van het inzetgereedschap bij de opnamediameter van de flens passen. Inzetgereedschap dat niet precies op de opnamehouder van het elektrisch gereedschap past, draait ongelijkmatig en trilt zeer sterk, hetgeen kan leiden tot verlies van de controle. g) Gebruik geen beschadigd inzetgereedschap. Controleer inzetgereedschap zoals slijpschijven voor ieder gebruik op afsplinteringen en scheuren, steunschijven op scheuren, (sterke) slijtage en draadborstels op losse of gebroken draden. Wanneer het elektrisch gereedschap of het inzetgereedschap valt, controleer dan of het beschadigd is geraakt, of gebruik onbeschadigd inzetgereedschap. Wanneer u het inzetgereedschap hebt gecontroleerd en geplaatst, zorg dan dat u en eventuele omstanders buiten het bereik van het roterende inzetgereedschap blijven en laat het apparaat 1 minuut lang draaien op het hoogste 23 nl NEDERLANDS toerental. Beschadigd inzetgereedschap breekt meestal gedurende deze testperiode. h) Draag persoonlijke beschermingsmiddelen. Draag afhankelijk van de toepassing volledige gezichtsbescherming, oogbescherming of een veiligheidsbril. Draag zo nodig een stofmasker, gehoorbescherming, veiligheidshandschoenen of een speciaal schort dat bescherming biedt tegen kleine slijp- en materiaaldeeltjes. Uw ogen dienen beschermd te worden tegen de rondvliegende deeltjes die bij verschillende toepassingen ontstaan. Stof- of adembeschermingsmaskers dienen om het stof te filteren dat tijdens de werkzaamheden ontstaat. Wanneer u lang aan hard geluid wordt blootgesteld, kan uw gehoor beschadigd raken. i) Let erop dat andere personen zich op een veilige afstand van uw werkgebied bevinden. Iedereen die het werkgebied betreedt, dient persoonlijke beschermingsmiddelen te dragen. Brokstukken van het werkstuk of gebroken inzetgereedschap kunnen wegvliegen en ook buiten het directe werkgebied letsel veroorzaken. j) Houd het elektrisch gereedschap alleen vast aan de geïsoleerde greepvlakken wanneer u werkzaamheden uitvoert waarbij het inzetgereedschap verborgen stroomleidingen of het eigen netsnoer kan raken. Door het contact met een onder spanning staande leiding kunnen ook metalen onderdelen van het apparaat onder spanning worden gezet, met een elektrische schok als gevolg. k) Houd het netsnoer uit de buurt van draaiend inzetgereedschap. Wanneer u de controle over het apparaat verliest, kan het netsnoer worden doorgesneden of gegrepen of kan uw hand of uw arm in het draaiende inzetgereedschap terechtkomen. l)) Leg het elektrisch gereedschap nooit weg voordat het inzetgereedschap volledig tot stilstand is gekomen. Het draaiende inzetgereedschap kan in contact komen met de ondergrond waardoor u mogelijk de controle over het elektrisch gereedschap kunt verliezen. m) Laat het elektrisch gereedschap niet draaien terwijl u het draagt. Door toevallig contact met het draaiende inzetgereedschap kan uw kleding worden gegrepen en kan het inzetgereedschap zich in uw lichaam boren. n) Reinig regelmatig de ventilatiesleuven van uw elektrisch gereedschap. De motorventilator trekt stof de behuizing binnen en een sterke ophoping van metaalstof kan elektrische gevaren veroorzaken. o) Gebruik het elektrisch gereedschap niet in de buurt van brandbaar materiaal. Door vonken kunnen deze materialen vlam vatten. p) Gebruik geen inzetgereedschap waarvoor vloeibare koelmiddelen nodig zijn. Het gebruik van water of andere vloeibare koelmiddelen kan leiden tot een elektrische schok. 24 4.2 Veiligheidsinstructies met het oog op terugslag Een terugslag is een plotselinge reactie die optreedt wanneer draaiend inzetgereedschap zoals een schuurschijf, steunschijf, draadborstel enz. blijft haken of blokkeert. Wanneer het draaiende inzetgereedschap blokkeert of blijft haken, wordt het onmiddellijk stopgezet. Door blokkeren of haken wordt het elektrisch gereedschap ongecontroleerd, tegen de draairichting van het inzetgereedschap in, op de plaats van de blokkering versneld. Wanneer er bijv. een schuurschijf in het werkstuk blijft haken of blokkeert, kan de rand van de schuurschijf, die invalt in het werkstuk, vastraken, met uitbreken van de schuurschijf of een terugslag als mogelijk gevolg. De schuurschijf beweegt zich dan naar of vanaf de bediener, afhankelijk van de draairichting van de schijf bij de plaats van de blokkering. Hierbij kunnen slijpschijven ook breken. Een terugslag is het gevolg van verkeerd of onjuist gebruik van het elektrisch gereedschap. Dit kan worden voorkomen door passende veiligheidsmaatregelen te nemen, zoals hieronder beschreven. a) Houd het elektrisch gereedschap goed vast en breng uw lichaam en uw armen in zo'n positie dat u de terugslagkrachten kunt opvangen. Gebruik, indien aanwezig, altijd de extra greep om op volle toeren een zo groot mogelijke controle over de terugslagkrachten of reactiemomenten te hebben. De bediener kan de terugslag- en reactiemomenten beheersen door geschikte veiligheidsmaatregelen te nemen. b) Breng uw hand nooit in de buurt van draaiend inzetgereedschap. Het inzetgereedschap kan zich bij een terugslag over uw hand bewegen. c) Kom niet met uw lichaam binnen het gebied waarin het elektrisch gereedschap zich in geval van een terugslag beweegt. Door de terugslag komt het elektrisch gereedschap tegen de bewegingsrichting van de slijpschijf in op de plaats van de blokkering. d) Werk bijzonder voorzichtig bij hoeken, scherpe randen enz. Zorg ervoor dat het inzetgereedschap niet van het werkstuk terugspringt en klem raakt. Het roterende inzetgereedschap heeft de neiging om bij hoeken, scherpe randen of wanneer het terugspringt klem te raken. Dit leidt tot verlies van controle of een terugslag. e) Gebruik geen ketting- of getand zaagblad. Dergelijk inzetgereedschap leidt vaak tot een terugslag of verlies van controle over het elektrisch gereedschap. 4.3 Speciale veiligheidsvoorschriften voor het schuren en doorslijpen: a) Gebruik uitsluitend schuurmiddelen die voor uw elektrisch gereedschap zijn goedgekeurd en de hiervoor geschikte beschermkap. Schuurmiddelen die niet geschikt zijn voor het NEDERLANDS nl elektrisch gereedschap kunnen niet voldoende worden afgeschermd en zijn onveilig. b) Gebogen slijpschijven dienen zodanig te worden aangebracht, dat het slijpvlak zich onder de rand van de beschermkap bevindt. Een verkeerd aangebrachte slijpschijf die buiten de rand van de beschermkap uitsteekt, kan niet naar behoren worden afgeschermd. c) De beschermkap moet stevig aan het elektrische gereedschap zijn aangebracht en, voor een optimale veiligheid, zodanig zijn ingesteld dat een zo klein mogelijk deel van het slijplichaam open naar de gebruiker wijst. De beschermkap beschermt de gebruiker tegen brokstukken, toevallig contact met het slijplichaam en vonken, waardoor kleding vlam kan vatten. d) De slijpmiddelen mogen alleen worden gebruikt voor de aanbevolen gebruiksmogelijkheden. Bijvoorbeeld: slijp nooit met het zijvlak van een doorslijpschijf. Doorslijpschijven zijn bedoeld voor de materiaalafname met de rand van de schijf. Door zijwaartse krachtinwerking op deze slijpmiddelen kan de schijf breken. e) Gebruik altijd onbeschadigde spanflenzen in de juiste grootte en vorm voor de door u gekozen doorslijpschijf. Geschikte flenzen steunen de doorslijpschijf en gaan zo het risico tegen dat deze breekt. Flenzen voor doorslijpschijven kunnen verschillend zijn van flenzen voor andere slijpschijven. f) Gebruik geen versleten slijpschijven van groter elektrisch gereedschap. Slijpschijven voor groter elektrisch gereedschap zijn niet geschikt voor de hogere toerentallen van kleiner elektrisch gereedschap en kunnen breken. 4.4 Speciale veiligheidsvoorschriften voor het schuren met schuurpapier: a) Gebruik geen schuurbladen met te grote afmetingen, maar houd u met betrekking tot de grootte van de schuurbladen aan de opgaven van de fabrikant. Schuurbladen die over de steunschijf uitsteken kunnen letsel veroorzaken en leiden tot het blokkeren of scheuren van de schuurbladen of een terugslag. 4.5 Overige veiligheidsinstructies: WAARSCHUWING – Draag altijd een veiligheidsbril. Draag een geschikt stofmasker. Gebruik geen gebonden schijven. Neem de opgaven van de fabrikant van het inzetgereedschap of de toebehoren in acht! Zorg ervoor dat inzetgereedschap beschermd is tegen vet en stoten! Inzetgereedschap dient zorgvuldig, volgens de aanwijzingen van de fabrikant, te worden bewaard en gebruikt. Kleine werkstukken vastzetten. Bijv. in een bankschroef spannen. Het werkstuk dient stevig te liggen en beveiligd te zijn tegen wegglijden, bijv. met behulp van spaninrichtingen. Grote werkstukken dienen voldoende te worden ondersteund. Wordt er inzetgereedschap met schroefdraadinzet gebruikt, dan mag het uiteinde van de spindel de gatenbodem van het schuurgereedschap niet raken. Let erop dat de schroefdraad in het inzetgereedschap lang genoeg is om de spindellengte op te nemen. De schroefdraad van het inzetgereedschap moet bij de schroefdraad op de spil passen. Zie voor de lengte en de schroefdraad van de spindel pagina 4 en hoofdstuk 15. Technische gegevens. Vreemde objecten in de machine kunnen leiden tot een blokkering van het schakelmechanisme. Daarom is het noodzakelijk om de machine, wanneer hij loopt, zeer regelmatig en grondig door de achterste ventilatiesleuven uit te blazen met perslucht. Hierbij moet de machine veilig worden vastgehouden. Beschadigde, niet-ronde resp. trillende gereedschappen mogen niet worden gebruikt. Voorkom schade aan gas- of waterleidingen, elektrische leidingen en dragende wanden (statica). Bij gebruik van de machine buitenshuis: FI-veiligheidsschakelaar met max. afschakelstroom (30 mA) voorschakelen! Zorg er (bijv. met behulp van een metaaldetector) voor dat zich op de plaats die bewerkt moet worden, geen stroom-, water- of gasleidingen bevinden. De stekker uit het stopcontact halen voordat er instellings-, ombouw- of onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd. Een beschadigde of gebarsten extra greep dient te worden vervangen. Gebruik de machine niet als de extra greep defect is. Een beschadigde of gebarsten beschermkap moet worden vervangen. Gebruik de machine niet als de beschermkap defect is. Alleen inzetgereedschap gebruiken waar de borstels van de beschermkap bovenuit steken. De stofbelasting verminderen: Stofdeeltjes die tijdens het werken met deze machine ontstaan, kunnen stoffen bevatten die kanker, allergische reacties, aandoeningen aan de luchtwegen, aangeboren afwijkingen of andere voortplantingsproblemen kunnen veroorzaken. Enkele voorbeelden van dergelijke stoffen zijn: lood (in loodhoudende verf), mineraal stof (uit bakstenen, beton e.d.), additieven voor de behandeling van hout (chromaat, houtverduurzamingsmiddelen), enkele houtsoorten (zoals eiken- of beukenstof), metalen, asbest. Het risico is afhankelijk van het feit hoe lang de gebruiker of omstanders aan de stofbelasting 25 nl NEDERLANDS worden blootgesteld. Deze stofdeeltjes mogen niet in het lichaam terechtkomen. Om de belasting met deze stoffen te verminderen: zorg voor een goede ventilatie van de werkplek en draag geschikte beschermingsmiddelen, zoals bijv. ademmaskers die in staat zijn om de microscopisch kleine stofdeeltjes uit de lucht te filteren. Neem de voor uw materiaal, personeel, toepassingsgeval en locatie geldende richtlijnen in acht (bijv. arbeidsveiligheidsbepalingen, afvalbehandeling). Verzamel de ontstane deeltjes op de plaats waar deze ontstaan; voorkom dat deze neerslaan in de omgeving. Vervang versleten borstels (zie hoofdstuk 9.) Daardoor komen er minder deeltjes ongecontroleerd in de omgeving terecht. Gebruik een geschikte stofafzuiging: - om een hoge mate van stofafzuiging te bereiken, kunt u samen met dit gereedschap een geschikte Metabo-stofafzuiger (van klasse M) gebruiken. Verminder de stofbelasting door: - de vrijkomende deeltjes en de afvoerluchtstroom van de machine niet op de gebruiker zelf of omstanders of op neergeslagen stof te richten, - een afzuiginstallatie en/of een luchtfilter te gebruiken, - de werkplek goed te ventileren en schoon te houden door te stofzuigen. Vegen of blazen wervelt het stof op. - Zuig of was de beschermende kleding. Niet uitblazen, uitslaan of uitborstelen. 5. Overzicht 26 Zie pag. 2, en 3. 1 Spindelvergrendelingsknop 2 Extra greep 3 Schakelschuif voor het in-/uitschakelen 4 Handgreep 5 Elektronische signaalindicatie 6 Stelknop voor de toerentalinstelling 7 Spindel 8 Steunflens 9 Diamantkomschijf * 10 Spanmoer 11 Pensleutel 12 Steunschijf * 13 Fiberslijpschijf * 14 Spanmoer van de steunschijf * 15 Hechtsteunschijf * 16 Hechtslijpschijf * 17 Hendel 18 Beschermkap 19 Afzuigaansluitstuk 20 Segment voor het werken dichtbij de wand (openen door te draaien) 21 Borstelkrans * afhankelijk van de uitrusting/niet in de leveringsomvang 6. Ingebruikname Vergelijk voor de ingebruikname of de op het typeplaatje aangegeven spanning overeenkomt met de netspanning. Schakel altijd een aardlekschakelaar (RCD) met een max. inschakelstroom van 30 mA voor de machine. 6.1 Beschermkap aanbrengen Zie pagina 3, afbeelding D. - Houd de hendel (17) ingedrukt. Breng de beschermkap (18) aan in de weergegeven positie. - De hendel loslaten en aan de beschermkap draaien tot de hendel vastklikt. - Controleer of de hendel goed bevestigd is: deze moet vergrendeld zijn en de beschermkap mag niet kunnen worden gedraaid. (Verwijderen in omgekeerde volgorde.) 6.2 Stofafzuiging Alleen met geschikte stofafzuiging werken: een zuiger (van klasse M) op de afzuigaansluiting (19) aansluiten. Gebruik de aansluitmof 6.30796 voor een optimale afzuiging. Wij raden het gebruik aan van een antistatische zuigslang Ø 35 mm. 7. Inzetgereedschap aanbrengen Voor alle ombouwwerkzaamheden: haal de stekker uit het stopcontact. De machine moet uitgeschakeld zijn en de spindel moet stilstaan. 7.1 Spil vastzetten Spilvergrendelingsknop (1) alleen indrukken bij stilstaande spil! - Spilvergrendelingsknop (1) indrukken en as (7) met de hand draaien totdat de asvergrendelingsknop voelbaar vast klikt. 7.2 Diamantkomschijf aanbrengen/ verwijderen Zie pagina 3, afbeelding A. Aanbrengen: - De steunflens (8) op de as (7) plaatsen. Hij is op de juiste wijze aangebracht, als hij op de vergrendelde as niet gedraaid kan worden. - De diamantkomschijf (9) op de steunflens (8) leggen. Deze dient gelijkmatig op de steunflens te liggen. - De 2 kanten van de spanmoer (10) zijn verschillend. De spanmoer zo op de as schroeven, dat de kraag van de spanmoer (10) naar boven wijst. - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). De spanmoer (10) met de tweegaatssleutel (11) met de wijzers van de klok mee vastzetten. NEDERLANDS nl Verwijderen: - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). De spanmoer (10) met de tweegaatssleutel (11) tegen de wijzers van de klok in afschroeven. 7.3 Steunschijf voor fiberschijven aanbrengen/verwijderen Zie pagina 3, afbeelding B. Aanbrengen: - De steunflens (8) op de as (7) plaatsen. Hij is op de juiste wijze aangebracht, als hij op de as niet kan worden gedraaid. - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). - Steunschijf (12) op de as (7) steken. - Fiberschijf (13) erop leggen. - Speciale spanmoer (14) op de as (7) schroeven. - Met tweegaatssleutel (11) met de klok mee vastzetten. Verwijderen: - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). - Met de tweegaatssleutel (11) tegen de klok in afschroeven. 7.4 Hechtsteunschijf aanbrengen/ verwijderen Zie pagina 3, afbeelding C. Aanbrengen: - Steunflens verwijderen en wegleggen. - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). - Hechtsteunschijf (15) op de as schroeven en met de hand vastdraaien. Verwijderen: - Spindel vastzetten (zie hoofdstuk 7.1). - Hechtsteunschijf (15) met de hand tegen de klok in afschroeven. 8. Gebruik De machine altijd met beide handen aan de daarvoor bestemde handgrepen van de haakse slijper geleiden. 8.1 Werken nabij wanden Zie pagina 3, afbeelding E. Voor het openen en sluiten van het segment (20) de machine uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken. Het inzetgereedschap mag niet meer bewegen. Alleen voor het werken dichtbij de wand het segment (20) openen door te draaien. Voor alle andere werkzaamheden moet het segment gesloten zijn. Het geopende gedeelte van de beschermkap moet in de richting van de wand wijzen. 8.2 Toerental instellen Afhankelijk van de toepassing het optimale toerental instellen met de stelknop (6). 8.3 Eerst inschakelen, dan het inzetgereedschap naar het werkstuk bewegen. Voorkom onverhoeds starten: de machine altijd uitschakelen wanneer de stekker uit het stopcontact wordt gehaald of wanneer sprake is geweest van een stroomonderbreking. Bij continue inschakeling draait de machine door wanneer hij uit uw handen wordt getrokken. Houd de machine daarom altijd met beide handen vast aan de hiervoor bestemde handgrepen, zorg ervoor dat u stevig staat en werk geconcentreerd. Voorkom dat de machine stof en spaanders opjaagt of naar binnen zuigt. De machine na het uitschakelen pas wegleggen wanneer de motor tot stilstand is gekomen. 3 I 0 Inschakelen: schakelschuif (3) naar voren schuiven. Voor een langdurige inschakeling vervolgens naar beneden klappen tot hij vastklikt. Uitschakelen: op het achterste uiteinde van de schuifschakelaar (3) drukken en loslaten. 9. Onderhoud Controleer voor ieder gebruik of er delen ontbreken, versleten, gebroken, gescheurd of beschadigd zijn. Een defecte of onvolledige beschermkap niet gebruiken. Borstelkrans (21) vervangen: versleten borstelkrans voor een optimale afzuiging vervangen. Zie pagina 3, afbeelding F. Versleten borstelkrans eruit trekken en nieuwe borstelkrans (art.nr. 6.26733) volledig insteken. 10. Reiniging Motorreiniging: Bij het bewerken kunnen deeltjes in het binnenste van het elektrisch gereedschap terecht komen. Dit heeft invloed op de koeling van het elektrisch gereedschap. Geleidende afzettingen kunnen invloed hebben op de veiligheidsisolatie van het elektrisch gereedschap en elektrische gevaren veroorzaken. Blaas het elektrisch gereedschap regelmatig, vaak en grondig schoon door alle voorste en achterste luchtsleuven uit te zuigen of met droge lucht uit te blazen. Trek eerst de stekker van het elektrisch gereedschap uit het stopcontact en draag tijdens het reinigen een veiligheidsbril en stofmasker. Zorg bij het uitblazen voor geschikte afzuiging. In-/uitschakelen Pak de machine altijd met beide handen vast. 27 nl NEDERLANDS 11. Storingen verhelpen De elektronische signaalweergave (5) brandt en het belastingstoerental neemt af. De machine wordt te zwaar belast! De machine onbelast laten lopen tot de elektronische signaalweergave uitgaat. De machine loopt niet.De elektronische signaalindicatie (5) knippert. De herstartbeveiliging is geactiveerd. Als de stekker in het stopcontact wordt gestoken wanneer het apparaat is ingeschakeld of wanneer de stroom wordt hersteld na een pauze, start het apparaat niet. Schakel de machine uit en weer in. 12. Toebehoren Gebruik alleen origineel Metabo toebehoor. Gebruik alleen toebehoor dat voldoet aan de in deze gebruiksaanwijzing genoemde eisen en kenmerken. Compleet toebehorenprogramma, zie www.metabo.com of de catalogus. 13. Reparatie Reparaties aan elektrisch gereedschap mogen uitsluitend door een erkende elektricien worden uitgevoerd! Een defecte stroomkabel mag alleen worden vervangen door een speciale, originele beschermde stroomkabel van Metabo. Dit is verkrijgbaar via de Metabo Service. Neem voor elektrisch gereedschap van Metabo dat gerepareerd dient te worden contact op met uw Metabo-vertegenwoordiging. Zie voor adressen www.metabo.com. Lijsten met reserveonderdelen kunt u via www.metabo.com downloaden. 14. Milieubescherming Het ontstane slijpstof kan schadelijke stoffen bevatten: op de juiste wijze als afval behandelen. Neem de nationale voorschriften in acht voor een milieuvriendelijke verwijdering en recycling van afgedankte machines, verpakkingen en toebehoren. Uitsluitend voor EU-landen: geef uw elektrisch gereedschap nooit met het huisvuil mee! Volgens de Europese richtlijn 2012/19/ EG inzake gebruikte elektrische en elektronische apparaten en de vertaling hiervan in de nationale wetgeving dienen afgedankte elektrische gereedschappen gescheiden te worden ingezameld en op milieuvriendelijke wijze te worden afgevoerd. 15. Technische gegevens Toelichting op de gegevens van pagina 4. Wijzigingen in het kader van technische 28 verbeteringen voorbehouden. Ø = max. diameter van het inzetgereedschap tmax,1 = max. toelaatbare dikte van het inzetgereedschap in het spanbereik bij gebruik van de spanmoer (10) M = schroefdraad spindel l = lengte van de slijpspindel n* = onbelast toerental (hoogste toerental) P1 = nominaal vermogen = afgegeven vermogen P2 m = gewicht zonder netsnoer Meetgegevens vastgesteld volgens de norm EN 60745. Machine van beveiligingsklasse II ~ Wisselstroom * Energierijke hoogfrequente storingen kunnen schommelingen in het toerental veroorzaken. Deze verdwijnen weer zodra de storingen afgenomen zijn. De vermelde technische gegevens zijn tolerantiewaarden (overeenkomstig de betreffende geldige norm). Emissiewaarden Deze waarden maken een beoordeling van de emissie van het elektrisch gereedschap en een vergelijking van de verschillende elektrische gereedschappen mogelijk. Afhankelijk van het gebruik, de toestand van het elektrisch gereedschap of het inzetgereedschap kan de daadwerkelijke belasting hoger of lager uitvallen. Neem voor de beoordeling pauzes en fasen met een lagere belasting in aanmerking. Bepaal op basis van de overeenkomstig aangepaste taxatiewaarden maatregelen ter bescherming van de gebruiker, bijv. organisatorische maatregelen. Totale trillingswaarde (vectorsom van drie richtingen) vastgesteld conform EN 60745: ah, S = trillingsemissiewaarde (Schuren) Kh,... = onzekerheid (trilling) Typisch A-gekwalificeerd geluidsniveau: LpA = geluidsdrukniveau LWA = geluidsvermogensniveau KpA, KWA = onzekerheid Tijdens het werken kan het geluidsniveau 80 dB(A) overschrijden. Draag gehoorbescherming!
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100

Metabo RSEV 17-125 Handleiding

Categorie
Stofzuigers
Type
Handleiding