DeWalt DW716XPS, DW716, DW716E de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de DeWalt DW716XPS de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
2
Copyright DEWALT
Dansk 8
Deutsch 17
English (original) 27
Español 36
Français 45
Italiano 54
Nederlands 64
Norsk 73
Português 82
Suomi 91
Svenska 100
Türkçe 109
 118
64
NEDERLANDS
VERSTEKZAAG DW716/DW716E/DW716EXPS
Gefeliciteerd!
U heeft gekozen voor een machine van DEWALT. Jarenlange ervaring,
voortdurende produktontwikkeling en innovatie maken DEWALT tot een
betrouwbare partner voor de professionele gebruiker.
Technische gegevens
DW716 DW716E
DW716EXPS
Voltage V 230 230
Vermogen W 1 675 1 675
Zaagbladdiameter mm 305 305
Zaagbladboorgat mm 30 30
Zaagbladdikte mm 1,8 1,8
Max. zaagbladsnelheid min
-1
3 600 1 900–3 600
Max. dwarsdoorsnede capaciteit 90º mm 203 203
Max. verstekcapaciteit 45º mm 144 144
Max. diepte van snede 90º mm 85 85
Max. diepte schuine dwarsdoorsnede 45º mm 56 56
Verstekzaag (max. posities) links 50° 50°
rechts 50° 50°
Schuine hoek (max. posities) links 50° 50°
rechts 50° 50°
0º verstek
Resulterende breedte bij max. hoogte 85 mm mm 190 190
Resulterende hoogte bij max. breedte 203 mm mm 72 72
45º verstek links
Resulterende breedte bij max. hoogte 85 mm mm 133 133
Resulterende hoogte bij max. breedte 142 mm mm 72 72
45º verstek rechts
Resulterende breedte bij max. hoogte 85 mm mm 134 134
Resulterende hoogte bij max. breedte 144 mm mm 72 72
45º schuine hoek links
Resulterende breedte bij max. hoogte 56 mm mm 190 190
Resulterende hoogte bij max. breedte 203 mm mm 47 47
45º schuine hoek rechts
Resulterende breedte bij max. hoogte 40 mm mm 190 190
Resulterende hoogte bij max. breedte 203 mm mm 30 30
31,62º verstek; 33,85º schuine hoek
Resulterende hoogte bij max. breedte 168 mm mm 23 23
Automatische remtijd zaagblad s < 10,0 < 10,0
Gewicht kg 20,0* 20,0*
* DW716XPS met LED-werklamp
L
pA
(geluidsdruk) dB(A) 90,8 90,8
L
WA
(akoestisch vermogen) dB(A) 103,8 103,8
K
pA
(onzekerheidsfactor geluidsdruk) dB(A)
< 2,5 < 2,5
K
WA
(onzekerheid akoestisch vermogen) dB(A) 2,8 2,8
Vibratie totaalwaarden (triax vectorsom) vastgesteld in overeenstemming met EN 61029:
Vibratie-emissiewaarde a
h
a
h
= m/s² < 2,5 < 2,5
Onzekerheid K = m/s² 1,5 1,5
Zekeringen:
Europa 230 V gereedschappen 10 Ampère, hoofdstroom
Defi nities: Veiligheidsrichtlijnen
De onderstaande definities beschrijven de risicograad voor ieder
signaalwoord. Gelieve de handleiding te lezen en op deze symbolen te
letten.
GEVAAR: Wijst op een onmiddellijke gevaarlijke situatie die,
indien ze niet wordt vermeden, zal leiden tot dood of ernstig
letsel.
WAARSCHUWING: Wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie
die, indien ze niet wordt vermeden, kan leiden tot dood of
ernstig letsel.
VOORZICHTIG: Wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie die,
indien ze niet wordt vermeden, misschien zal leiden tot lichte
of middelmatige verwondingen.
VOORZICHTIG: Indien niet vergezeld van het
veiligheidsalarmsymbool wijst dit op een mogelijk gevaarlijke
situatie die, indien ze niet wordt vermeden, misschien zal leiden
tot materiële schade.
Geeft het risico op een elektrische schok aan.
Wijst op brandgevaar.
EG-verklaring van overeenstemming
DW716/DW716E/DQW716EXPS
DEWALT verklaart dat deze producten zoals beschreven onder “technische
gegevens” zijn ontworpen in overeenstemming met: 98/37/EC (tot en met
28 december 2009); 2006/42/EC (vanaf 29 december 2009); 2004/108/EC;
2006/95/EC; EN 61029-1:2000 + A11:2003 + A12:2003;
EN 61029-2-9:2002; EN 55014-1; EN 55014-2; EN 61000-3-2;
EN 61000-3-3.
Neem voor meer informatie contact op met DEWALT via het volgende adres
of kijk op de achterzijde van de gebruiksaanwijzing.
De ondergetekende is verantwoordelijk voor de samenstelling van het
technische bestand en legt deze verklaring af namens DEWALT.
Horst Grossmann
Vice President Engineering and Product Development
D
EWALT, Richard-Klinger-Straße 11,
D-65510, Idstein, Duitsland
01.03.08
Veiligheidsinstructies
WAARSCHUWING! Wanneer u gebruik maakt van elektrisch
gereedschap, is het belangrijk dat u zich altijd houdt aan
elementaire veiligheidsmaatregelen om de kans op brand,
elektrische schok en lichamelijk letsel te verkleinen, met inbegrip
van de onderstaande maatregelen.
Lees al deze instructies voordat u dit product tracht te bedienen en bewaar
deze instructies.
BEWAAR DEZE HANDLEIDING VOOR TOEKOMSTIG GEBRUIK
Algemene veiligheidsregels
1. Zorg voor een opgeruimde werkomgeving.
Rommelige plaatsen en werkbanken werken letsel in de hand.
2. Houd rekening met de omgeving van de werkplek.
Stel het gereedschap niet bloot aan regen. Gebruik het gereedschap
niet in een vochtige of natte omgeving. Houd de werkplek goed verlicht
(250 - 300 Lux). Gebruik het gereedschap niet op plaatsen waar brand-
of explosiegevaar bestaat, bijv. in de buurt van brandbare vloeistoffen en
gassen.
65
NEDERLANDS
3. Bescherm uzelf tegen elektrische schokken.
Vermijd lichamelijk contact met geaarde oppervlakken (bijvoorbeeld
pijpen, radiatoren, kooktoestellen en koelkasten). Bij gebruik van
het gereedschap onder extreme omstandigheden (bijvoorbeeld
hoge luchtvochtigheid, als er metaalslijpsel wordt geproduceerd
enz.) kan de elektrische veiligheid worden verbeterd door een
scheidingstransformator of een (FI) aardlekschakelaar te plaatsen.
4. Houd andere mensen uit de buurt.
Laat niet toe dat personen, vooral kinderen, die niet bij het werk zijn
betrokken het gereedschap of het verlengsnoer aanraken en houd ze uit
de buurt van de werkplek.
5. Berg ongebruikt gereedschap op.
Wanneer het gereedschap niet gebruikt wordt, moet het op een droge
plek bewaard worden en veilig opgeborgen zijn, buiten het bereik van
kinderen.
6. Forceer het gereedschap niet.
Het zal de taak beter en veiliger uitvoeren wanneer het op de bedoelde
wijze wordt gebruikt.
7. Maak gebruik van het juiste gereedschap.
Gebruik geen licht gereedschap om het werk van zware machines uit
te voeren. Gebruik het gereedschap niet voor doeleinden waarvoor het
niet bestemd is; gebruik bijvoorbeeld cirkelzagen niet om boomtakken of
houtblokken te zagen.
8. Draag geschikte kleding.
Draag geen loszittende kleding of juwelen, want deze kunnen vast
komen te zitten in bewegende delen. Schoenen met profielzolen zijn
aanbevolen wanneer u buitenshuis werkt. Houd lang haar bijeen.
9. Gebruik beschermend materiaal.
Draag altijd een veiligheidsbril. Draag een gezichts- of stofmasker bij
werkzaamheden waarbij stof of rondvliegende deeltjes vrijkomen. Draag
ook een hittebestendige schort indien deze deeltjes heet kunnen zijn.
Draag altijd gehoorbescherming. Draag altijd een veiligheidshelm.
10. Sluit voorziening voor stofafvoer aan.
Als er hulpmiddelen zijn geleverd voor de aansluiting van voorzieningen
voor afvoer en opvang van stof, zorg dan dat deze zijn aangesloten en
naar behoren worden gebruikt.
11. Gebruik het snoer niet verkeerd.
Trek nooit aan het snoer om de stekker uit het stopcontact te
trekken. Houd het snoer uit de buurt van hitte, olie en scherpe randen.
Draag het gereedschap nooit aan het snoer.
12. Zeker het werkstuk.
Gebruik waar mogelijk klemmen of een bankschroef om het te
bewerken deel vast te zetten. Dit is veiliger dan wanneer u uw handen
gebruikt en bovendien kunt u de machine dan met beide handen
bedienen.
13. Zorg voor een veilige houding.
Zorg altijd voor een juist, stabiele houding.
14. Onderhoud gereedschap met zorg.
Houd zaagwerktuigen scherp en schoon voor betere en veiligere
prestaties. Volg aanwijzingen voor het smeren en verwisselen van
hulpstukken. Inspecteer het gereedschap regelmatig en laat het
repareren door een bevoegde reparatieservice als het is beschadigd.
Houd handgrepen en schakelaars droog, schoon en vrij van olie en vet.
15. Trek de stekker van het gereedschap altijd uit het stopcontact.
Haal de stekker uit het stopcontact als u de machine niet gebruikt
en wanneer u onderhoud aan de machine uitvoert of accessoires als
bladen, boren en snijstukken verwisselt.
16. Verwijder stel- en moersleutels.
Maak er een gewoonte van om te controleren dat de stel- en
moersleutels zijn verwijderd voordat u het gereedschap gebruikt.
17. Vermijd onbedoeld inschakelen.
Draag het gereedschap niet met een vinger op de schakelaar. Zorg
ervoor dat het gereedschap uit staat voordat u de stekker in het
stopcontact steekt.
18. Maak gebruik van verlengsnoeren die geschikt zijn voor
buitengebruik.
Controleer voor gebruik de verlengkabel en vervang deze als die
beschadigd is. Gebruik, wanneer het gereedschap buiten wordt
gebruikt, alleen verlengsnoeren die geschikt zijn voor buitengebruik en
als zodanig zijn gemarkeerd.
19. Blijf alert.
Kijk wat u doet. Gebruik uw gezond verstand. Gebruik het gereedschap
niet wanneer u moe bent of wanneer u drugs of alcohol hebt gebruikt.
20. Controleer op beschadigde onderdelen.
Controleer voor gebruik het gereedschap en het stroomsnoer zorgvuldig
om vast te stellen dat het op juiste wijze werkt en de bedoelde taken
uitvoert. Controleer of bewegende delen zich in de juiste positie
bevinden en goed zijn bevestigd, of er defecte onderdelen zijn, of ze
juist zijn gemonteerd en of er sprake is van andere zaken die bediening
kunnen beïnvloeden. Een beschermstuk of ander onderdeel dat is
beschadigd dient op de juiste wijze te worden vervangen of gerepareerd
door een bevoegde reparatieservice, tenzij in de handleiding anders
wordt aangegeven. Laat een bevoegde reparatieservice defecte
schakelaars vervangen. Gebruik het gereedschap niet als de aan-/
uitschakelaar niet naar behoren werkt. Probeer nooit zelf reparaties uit te
voeren.
WAARSCHUWING! Het gebruik van een accessoire
of hulpstuk of het uitvoeren van werkzaamheden met
dit gereedschap buiten wat is aanbevolen in deze
instructiehandleiding, kan risico op persoonlijk letsel met zich
meebrengen.
21. Laat uw gereedschap repareren door een bevoegd persoon.
Dit elektrisch gereedschap voldoet aan de relevante
veiligheidsvoorschriften. Reparaties mogen alleen worden
uitgevoerd door bevoegde personen die gebruikmaken van originele
reserveonderdelen; dit kan anders resulteren in aanzienlijk gevaar voor
de gebruiker.
Overige veiligheidsvoorschriften voor verstekzagen
Bij het apparaat wordt een speciaal geconfigureerd stroomsnoer
geleverd dat alleen kan worden vervangen door de fabrikant of door de
bevoegde reparatieservice.
Gebruik de zaag niet om ander materiaal mee te zagen dan dat door de
fabrikant wordt aanbevolen.
Gebruik het apparaat niet zonder de beschermkappen of indien de
beschermkappen niet functioneren of niet goed zijn onderhouden.
Controleer of de arm goed is bevestigd wanneer u schuin zaagt.
Houd het werkoppervlak rond het apparaat horizontaal, goed
onderhouden en verwijder rondslingerende zaken zoals snippers en
afgezaagde delen.
Gebruik op juiste wijze geslepen zaagbladen. Houd u aan de op het
zaagblad aangegeven maximale snelheid.
Controleer of alle bevestigingsschroeven en klemmen goed vastzitten
voordat u het gereedschap gebruikt.
Plaats nooit een hand in het zaaggebied wanneer de zaag op het
stroomnet is aangesloten.
Probeer nooit om een draaiende machine snel tot stilstand te brengen
door gereedschap of iets anders tegen het blad te houden; dit kan
leiden tot ernstige ongelukken.
Raadpleeg de handleiding voordat u accessoires gebruikt.
Het verkeerde gebruik van accessoires kan leiden tot schade.
Gebruik een houder of draag handschoenen bij het hanteren van
zaagbladen.
Zorg ervoor dat het zaagblad correct is aangebracht voordat u het
gebruikt.
Let erop dat het blad in de juiste richting draait.
Gebruik geen bladen met een grotere of kleinere diameter
dan aanbevolen. Zie de technische gegevens voor de juiste
zaagcapaciteiten. Gebruik alleen de bladen die in deze handleiding
worden gespecificeerd en voldoen aan EN 847-1.
66
NEDERLANDS
Overweeg het gebruik van daartoe ontworpen geluidsbeperkende
bladen.
Gebruik geen HSS-bladen.
Gebruik geen gebarsten of beschadigde zaagbladen.
Gebruik geen slijpschijven.
Gebruik uw zaag nooit zonder de snijplaat.
Licht het zaagblad uit de zaagsnede in het werkstuk voordat u de
schakelaar loslaat.
Zet geen wig tegen de ventilator om de motoras tegen te houden.
De beschermkap van het zaagblad gaat automatisch omhoog wanneer
u de arm naar beneden houdt. Deze zal omlaag over het blad worden
geplaatst wanneer de hendel voor vergrendeling van de zaagkop (11)
wordt ingedrukt.
Breng de beschermkap van het blad nooit handmatig omhoog, tenzij
de zaag is uitgeschakeld. De beschermkap kan handmatig omhoog
worden gebracht wanneer u zaagbladen installeert of verwijdert of
wanneer u deze inspecteert.
Controleer regelmatig of de ventilatieopeningen van de motor schoon
zijn en vrij van snippers.
Vervang de sleufplaat wanneer deze is versleten.
Trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u
onderhoudswerkzaamheden verricht of wanneer u het blad vervangt.
Voer geen schoonmaak- of onderhoudswerkzaamheden uit terwijl de
machine nog draait en de kop zich nog niet in de ruststand bevindt.
Bevestig het apparaat, indien mogelijk, altijd aan een werkbank.
Indien u gebruik maakt van een laser om de snijlijn te markeren, zorg
dan dat de laser een klasse 2-laser is conform EN 60825-1. Vervang
een laserdiode niet door een ander type. Laat de laser repareren door
een bevoegde reparatieservice wanneer deze is beschadigd.
• In de voorzijde van de beschermkap bevindt zich een rooster voor
een beter overzicht tijdens het zagen. Ondanks het feit dat een
rooster leidt tot aanzienlijk minder rondvliegende delen, zijn het wel
openingen in de beschermkap en een veiligheidsbril dient altijd te
worden gedragen wanneer u door het rooster kijkt.
Verbind de zaag met een apparaat voor stofopname wanneer u hout
zaagt. Denk altijd aan factoren die invloed hebben op blootstelling aan
stof, zoals:
-– het soort materiaal waarmee u werkt (spaanplaat produceert meer
stof dan hout);
-– scherpte van het zaagblad;
-– juiste instellingen van het zaagblad.
Controleer dat de afvoer ter plaatse, evenals de kappen, schermen en
trechters op juiste wijze zijn afgesteld.
Denk goed aan de volgende factoren die invloed uitoefenen op
blootstelling
aan lawaai:
-– gebruik zaagbladen die zijn ontworpen om het lawaai te verminderen;
-– gebruik alleen goed geslepen bladen;
Onderhoud aan het apparaat dient regelmatig te worden uitgevoerd;
Defecten aan het apparaat, met inbegrip van beschermkappen of
zaagbladen, dienen direct nadat ze zijn vastgesteld te worden gemeld;
Zorg voor gepaste algehele of plaatselijke verlichting;
Controleer of diegene die met het apparaat werkt goed getraind is in
het gebruiken, het instellen en het bedienen van het apparaat;
Maak, wanneer het apparaat is uitgerust met een laser, GEEN
GEBRUIK van een ander type laser. Reparatiewerkzaamheden dienen
alleen te worden uitgevoerd door de laserfabrikant of een bevoegde
reparatieservice.
Overige risico’s
De volgende risico’s zijn inherent aan het gebruik van zagen:
letsel veroorzaakt door aanraken van ronddraaiende delen
Ondanks het toepassen van de relevante veiligheidsvoorschriften en de
implementatie van veiligheidsmiddelen kunnen sommige overige risico’s niet
worden vermeden. Dit zijn:
Gehoorsbeschadiging.
Risico op ongevallen veroorzaakt door onbedekte delen van het
draaiende zaagblad.
Risico op letsel bij het verwisselen van het blad.
Risico dat de vingers gekneld raken bij het openen van de
beschermkappen.
Gezondheidsrisico’s die worden veroorzaakt door het inademen van stof
dat vrijkomt bij het zagen van hout, met name eik, beuk en MDF-platen.
Inhoud van de verpakking
De verpakking bevat:
1 Gemonteerde verstekzaag
1 Schroefsleutel voor het zaagblad
1 Zaagblad
1 Stofzak
1 LED-werklamp systeem (DW716EXPS)
1 Gebruiksaanwijzing
1 Vergrote tekening
Controleer de machine, losse onderdelen en accessoires op
transportschade.
Lees deze handleiding rustig en zorgvuldig door voordat u met de
machine gaat werken.
Beschrijving (fi g. A1–A8)
WAARSCHUWING: Breng nooit veranderingen aan het
elektrisch gereedschap of enig onderdeel daarvan aan. Dit kan
schade of lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
A1
1 Aan/uit schakelaar
2 Verplaatsbare onderste zaagbladbescherming
3 Geleider aan de linkerkant
4 Verstekzaag hendel
5 Verstekslot
6 Verstekschaal
7 Geleider aan de rechterkant
8 Zaagsnede plaat
9 Draaghendel
10 Bedieningshendel
11 Hoofdvergrendeling vrijgavehendel
12 Keuzeknop elektronische snelheidscontrole (DW716E)
13 Asvergrendeling
14 Schuine hoek klemhendel
15 Schaalverdeling schuine hoek
16 Stofbuis
A2
17 Vaste bovenste zaagbladbescherming
18 Hoofd vergrendelingknop
19 Aanpassingstop verticale positie
20 Pin om de schuine hoekvergrendeling aan de rechterkant op te heffen
21 Schroefsleutel voor het zaagblad
22 Handinkeping
23 Bevestigingsgaten voor werkbank
A3
24 Stofzak
67
Optionele accessoires
A4
25 Verlengstuk werkondersteuning
A5
26 Instelbare lengtestop
A6
27 Klem voor werkstukken
A7
28 Laser
A8
62 LED-werklamp systeem
BEOOGD GEBRUIK
Uw DW716/DW716E/DW716EXPS verstekzaag is ontworpen voor
het professioneel zagen van hout, houtproducten en kunststoffen. De
belangrijkste zaagbewerkingen - afkorten, schuinzagen en verstekzagen -
kunnen zo eenvoudig, nauwkeurig en veilig worden uitgevoerd.
De DW716/DW716E/DW716EXPS verstekzaag is een professionele
elektrisch aangedreven machine. HOUD het werktuig uit de buurt van
kinderen. Toezicht is vereist wanneer dit gereedschap wordt gebruikt door
onervaren personen.
Elektrische veiligheid
De elektrische motor werd voor slechts één spanning ontworpen. Controleer
altijd of de voltage overeenstemt met de voltage op de typeplaat.
Uw gereedschap is dubbel geïsoleerd in overeenstemming met
EN 61029; daarom is een aardleiding niet nodig.
Indien het voedingssnoer beschadigd is, moet het worden vervangen
door een speciaal vervaardigd snoer dat verkrijgbaar is via de DEWALT
onderhoudsafdeling.
Een verlengkabel gebruiken
Als een verlengkabel nodig is, maak dan gebruik van een goedgekeurde
verlengkabel, geschikt voor de stroominvoer van dit gereedschap (zie
technische gegevens). De minimale geleidermaat is 1,5 mm
2
.
Rol bij gebruik van een haspel de kabel altijd volledig af.
Spanningsdalingen
In de uitstroming leiden tot kortstondinge spanningsdalingen. Onder
ongunstige omstandigheden in de stroomvoorziening kan andere apparatuur
beïnvloed worden. Indien de systeemimpedantie van de stroomvoorziening
lager is dan 0,25 , is het onwaarschijnlijk dat storingen op zullen treden.
MONTEREN
WAARSCHUWING: Schakel, om het risico op letsel
te verkleinen, het werktuig uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u het verplaatst, voordat u accessoires
verwisselt of aanpassingen maakt, behalve zoal
Uitpakken (fig. B)
Haal de zaag voorzichtig uit de verpakking en gebruik hiervoor de
draaggreep (9).
Druk de bedieningshendel (10) omlaag en trek aan de vergrendelpin
(18), zoals afgebeeld.
Verminder de druk langzaam en laat de arm geheel omhoogkomen.
Werkbankmontage (fig. C)
In de vier voeten zijn gaten (23) aangebracht om montage op de
werkbank te vergemakkelijken. Er zijn twee gatmaten voor twee
verschillende schroefdiameters. Het is niet nodig om beide gaten te
gebruiken. Zorg voor een stevige montage, opdat de zaagmachine niet
kan bewegen. Moet de zaagmachine draagbaar blijven, monteer de
machine dan op een stuk multiplex met een dikte van 12,5 mm of meer,
dat op de werkbank of samen met de machine op een andere werkplek
op een andere werkbank kan worden bevestigd.
Wanneer de zaagmachine op multiplex wordt bevestigd, zorg er dan
voor dat de schroeven niet aan de onderkant van het hout uitsteken.
Het multiplex moet geheel tegen het blad van de werkbank aanliggen.
Bij het klemmen op elk ander oppervlak moeten de plaatsen van de
bevestigingsgaten worden gebruikt om te klemmen. Klemmen op een
ander punt zal het werken met de zaagmachine bemoeilijken.
Om aanlopen en onnauwkeurigheid te voorkomen, mag het
bevestigingsblad niet krom of oneffen zijn. Als de zaagmachine op het
werkblad wankelt, plaats dan een dun stukje materiaal onder één van
de voeten tot de machine stevig op het werkblad staat.
Monteren van het zaagblad (fig. D1–D5)
WAARSCHUWING: Zet, om het risico op letsel te
verkleinen, het werktuig uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u het verplaatst, voordat u accessoires
verwisselt of aanpassingen maakt, behalve zoals staat
aangegeven in de laseraanpassingsinstructies.
Druk nooit op de vergrendelknop van de spindel terwijl het blad
met de stroomvoorziening is verbonden of tijdens het uitlopen.
Zaag geen ijzerhoudend metaal (dat ijzer of staal bevat) of
steen- of vezelcementproducten met deze verstekzaag.
Druk de zaagkop-ontgrendeling (11) om de onderste beschermkap (2)
vrij te geven. Trek de onderste beschermkap nu zo ver mogelijk omhoog.
Draai met behulp van de bit (29) in het uiteinde van de handgreep
van de meegeleverde moersleutel (21) de schroef van de
beschermkapbeugel (30) voldoende los, zodat het hoekstuk (31) door
de kop van de schroef en de beschermkap gehaald kan worden. Nu
kan de beschermkapbeugel (32) voldoende omhoog worden gebracht,
zodat toegang tot de vergrendelschroef van het blad (33) mogelijk is.
Druk, nu de onderste beschermkap omhoog wordt gehouden
door de schroef van de beschermkapbeugel (30), met één hand
op de vergrendelknop van de spindel (13), en gebruik vervolgens
de meegeleverde bladmoersleutel (21) met de andere hand om de
vergrendelschroef van het blad (33), dat links schroefdraad heeft,
rechtsom los te draaien.
WAARSCHUWING: Druk nooit op de spindelvergrendeling
terwijl het zaagblad draait. Druk de beschermkap naar beneden
en draai na het monteren van het zaagblad de schroef van de
beschermkaphouder stevig vast (fig. D4).
Verwijder de bladvergrendelschroef (33) en de buitenste askraag (34).
Installeer het zaagblad (35) op het verbindingsstuk voor het blad (36) dat
zich direct naast de kraag van de hoofdas (37) bevindt, waarbij u ervoor
zorgt dat de zaagtanden aan de onderste rand van het blad gericht zijn
naar de achterkant van de zaag (van de gebruiker af).
Breng de buitenste askraag (34) weer aan.
Draai de bladvergrendelingsschroef (33) aan door deze linksom te draaien.
Houd hierbij met de andere hand de spindelvergrendeling ingedrukt.
Beweeg de beschermkaphouder (32) omlaag totdat het hoekstuk (31)
zich onder de kop van de schroef van de beschermkaphouder (30)
bevindt.
Draai de schroef van de beschermkaphouder vast.
WAARSCHUWING: Druk nooit op de spindelvergrendeling
terwijl het zaagblad draait. Druk de beschermkap naar beneden
en draai na het monteren van het zaagblad de schroef van de
beschermkaphouder stevig vast.
WAARSCHUWING: De beschermkapbeugel dient terug te
worden gebracht in zijn oorspronkelijke positie en de schroef
dient te zijn vastgedraaid voordat u de zaag activeert. Indien u
dit niet doet, kan het gebeuren dat de beschermkap in contact
komt met het draaiende zaagblad, wat kan leiden tot schade
aan de zaag en ernstig persoonlijk letsel.
NEDERLANDS
68
INSTELLINGEN
WAARSCHUWING: Zet, om het risico op letsel te
verkleinen, het werktuig uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u het verplaatst, voordat u accessoires
verwisselt of aanpassingen maakt, behalve zoals staat
aangegeven in de laseraanpassingsinstructies.
Deze verstekzaagmachine is in de fabriek nauwkeurig afgesteld. Als zij als
gevolg van het transport of om andere redenen toch opnieuw moet worden
afgesteld, dient dit te gebeuren zoals hieronder beschreven. De instelling zou
nu niet meer moeten verlopen.
Controleren en instellen van het zaagblad t.o.v. de parallelgeleiding
(fig. E1–E4)
Laat de verstekhendel (4) vrijkomen en druk het verstekslot (5) omhoog
om de verstekarm (38) vrij te laten komen.
Draai de verstekarm totdat deze in de stand 0° verstek wordt vergrendeld.
Maak de hendel niet vast.
Trek de zaagkop naar beneden totdat het zaagblad net in de sleuf (39)
valt.
Plaats een winkelhaak (40) tegen de parallelgeleiding links (3) en het
zaagblad (35) (fig. E3).
WAARSCHUWING: Laat de winkelhaak niet in aanraking
komen met de tanden van het zaagblad.
Het afstellen geschiedt als volgt:
Draai de schroeven (41) los en beweeg de verstekarm met verstekschaal
naar links of naar rechts, totdat de met de winkelhaak gemeten hoek
tussen het zaagblad en de parallelgeleiding 90° bedraagt.
Draai de schroeven (41) weer vast. Let hierbij nog niet op de uitlezing
van de verstekwijzer.
De verstekwijzer instellen (fig. E1, E2, F)
Laat de verstekhendel (4) vrijkomen en druk het verstekslot (5) omhoog
om de verstekarm (38) vrij te laten komen.
Beweeg de verstekarm om de verstekwijzer (42) op de nulpositie in te
stellen, zoals afgebeeld in fig. F.
Terwijl u de verstekhendel loslaat, zorgt u dat het verstekslot op zijn
plaats klikt terwijl u de verstekarm voorbij nul draait.
Bekijk de wijzer (42) en de verstekschaal (6) door het kijkgat (43). Als de
wijzer niet exact op nul staat, maakt u de schroef (45) los en beweegt
u het plastic profiel (44) zo dat deze op 0º staat. Daarna maakt u de
schroef weer vast.
Verstekslot/pal voor instellen van de staaf (fig. G)
Als de onderkant van de zaag kan worden bewogen terwijl de verstekhendel
(4) is vergrendeld, dan dient het verstekslot/de pal voor de staaf (47) te
worden aangepast.
Maak de verstekhendel (4) los.
Maak de vergrendelingschroef (46) los met een zeskantsleutel.
Draai het verstekslot/de pal voor de staaf (47) helemaal vast met een
schroevendraaier. Draai de staaf vervolgens een kwartslag los.
Controleer dat de tafel niet beweegt als de hendel (4) is vergrendeld bij
een willekeurige (niet vooraf ingestelde) hoek.
Draai de vergrendelingschroef (46) vast.
Het zaagblad controleren en aan de tafel aanpassen (fig. H1–H4)
Maak de schuine klemhendel (14) los.
Druk de zaagkop naar rechts om er zeker van te zijn dat hij volledig
verticaal staat, en maak de schuine klemhendel vast.
Trek de kop omlaag totdat het zaagblad net in de zaagsnede van de
zaag (39) komt.
Plaats een ingestelde tekenhaak (40) op de tafel en omhoog tegen het
zaagblad (35) (fig. H2).
WAARSCHUWING: Raak de punten van de zaagtanden niet
aan met de tekenhaak.
Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
Maak de schuine klemhendel (14) los en draai de stopschroef voor
verticale positieaanpassing (19) naar binnen of naar buiten totdat het
zaagblad op 90º ten opzichte van de tafel staat, zoals gemeten met de
tekenhaak.
Als de schuine wijzer (48) niet nul (0) op de schuine schaalverdeling (15)
aangeeft, maakt u de schroef (49) los die de schaalverdeling beveiligt en
beweegt u de wijzer naar behoefte.
De afscheiding aanpassen (fig. I1, I2)
De bovenkant van de afscheiding kan worden aangepast om ruimte te
geven aan de zaag om deze zowel links als rechts in een schuine hoek van
een volledige 50º te stellen.
De linker afscheiding (3) aanpassen:
Draai de plastic knop (50) los en beweeg de parallelgeleiding naar links.
Voer een test uit met UITgeschakelde zaag en kijk hoe groot de
beschikbare ruimte is. Zet de parallelgeleiding op een zo klein mogelijke
afstand van het zaagblad, zonder de op- en neerwaartse beweging van
de zaagarm te belemmeren. Zo wordt het werkstuk optimaal gesteund.
Draai de knop stevig aan.
Om de parallelgeleiding rechts (7) in te stellen:
Draai de plastic knop (51) los en beweeg de parallelgeleiding naar rechts.
Ga verder te werk zoals bij het instellen van de parallelgeleiding links.
WAARSCHUWING: De geleidegroeven (52) van de
parallelgeleiding kunnen verstopt raken met zaagsel. Gebruik
een stokje of wat lage-druklucht om deze groeven schoon
te maken.
De vergrendeling van de schuine hoek rechts opheffen (fig. H1)
De schuine hoek aan de rechterkant is vergrendeld om het instellen van het
zaagblad in verticale positie mogelijk te maken.
Om de vergrendeling van de schuine hoek aan de rechterkant op te
heffen, trekt u de pin (20) uit en draait u deze een halve slag om ze in
positie te houden.
Om deze procedure te beëindigen draait u de pin een halve slag terug
in haar originele positie. Het slot vergrendelt zichzelf weer zodra het
zaagblad in de verticale positie komt.
De schuine hoek controleren en aanpassen (fig. I1, I2, J1–J9)
Schuine hoek aan de linkerkant
Maak de klemhendel van de linker afscheiding (50) los en schuif het
bovenste deel van de linker afscheiding zo ver mogelijk naar links.
Maak de klemhendel van de linker afscheiding (14) los en beweeg de
zaagarm, terwijl de positiestop van de tussenliggende hoek (53) opzij
is geschoven naar links, totdat de positiestop van de hoek (54) tegen
de aanpassingsstop van de hoekpositie (55) rust. Dit is de 45º schuine
positie.
Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
Draai de stopschroef voor de aanpassing van de schuine hoek naar
binnen of buiten zoals nodig is totdat de wijzer (48) 45º aangeeft
waarbij de positiestop van de hoek tegen de aanpassingsstop van de
hoekpositie rust.
Om een schuine hoek van 50º te krijgen, maakt u de schroef op de
positiestop voor de hoek los en schuift u de stop weg om, voor zover
nodig, de zaagarm te bewegen.
Schuine hoek aan de rechterkant
Maak de klemhendel van de rechter afscheiding (51) los en schuif het
bovenste deel van de rechter afscheiding zo ver mogelijk naar rechts.
Hef de vergrendeling van de schuine hoek op door middel van de pin
(20).
NEDERLANDS
69
Maak de klemhendel van de afscheiding (14) los en beweeg de
zaagarm, terwijl de positiestop van de tussenliggende hoek (56) opzij
is geschoven naar rechts, totdat de positiestop van de hoek (57) tegen
de aanpassingsstop van de hoekpositie (58) rust. Dit is de 45º schuine
positie.
Als aanpassing nodig is, gaat u net zo verder als bij het aanpassen van
de schuine hoek aan de linkerkant.
De tussenliggende schuine hoek controleren en aanpassen
(fig. J5, J6)
De tussenliggende schuine hoek is vooraf op 33,85º ingesteld, waardoor het
mogelijk is om het zagen van kroonprofielen mogelijk te maken.
Tussenliggende schuine hoek aan de linkerkant:
Pas de zaagarm aan op een schuine linkerhoek.
Als de positiestop voor de tussenliggende schuine hoek (56) op zijn
plaats is, beweegt u de zaagarm naar links totdat de aanpassingstop
van de schuine hoek afstelling (59) op de positiestop voor de
tussenliggende schuine hoek rust. Dit is de 33,85º schuine positie.
Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
Draai de stopschroef voor de aanpassing van de schuine hoek naar
binnen of buiten zoals nodig is totdat de wijzer (48) 33,85º aangeeft
waarbij de positiestop van de hoek tegen de aanpassingsstop van de
tussenliggende schuine hoekpositie rust.
Tussenliggende schuine hoek aan de rechterkant:
Pas de zaagarm aan op een schuine rechterhoek.
Als de positiestop voor de tussenliggende schuine hoek (53) op zijn
plaats is, beweegt u de zaagarm naar rechts totdat de aanpassingstop
van de schuine hoek afstelling (60) op de positiestop voor de
tussenliggende schuine hoek rust. Dit is de 33,85º schuine positie.
Als aanpassing nodig is, gaat u net zo verder als bij het aanpassen van
de schuine tussenliggende hoek aan de linkerkant.
Aanwijzingen voor gebruik
WAARSCHUWING: Neem altijd de veiligheidsinstructies en van
toepassing zijnde voorschriften in acht.
We willen gebruikers in het Verenigd Koninkrijk graag wijzen op de
“woodworking machinesregulations 1974” (houtbewerkingsvoorschriften
voor apparatuur 1974) en alle hieropvolgende wijzigingen.
Voor gebruik:
Breng het juiste zaagblad aan. Gebruik geen overmatig versleten
zaagbladen. Het zaagblad moet geschikt zijn voor het maximum
toerental van de machine.
Probeer niet om extreem kleine werkstukken te zagen.
Oefen bij het zagen geen overmatige druk op het zaagblad uit.
Forceer het zagen niet.
Laat de motor voor het zagen op volle toeren komen.
Zorg er voor dat alle knoppen en hendels goed vastgedraaid zijn.
Klem het werkstuk vast.
Hoewel deze zaagmachine geschikt is voor het zagen van hout
en veel metalen (maar niet voor ijzer en staal), gelden deze
bedieningsvoorschriften alleen voor het zagen van hout.
Dezelfde richtlijnen gelden ook voor andere materialen. Zaag met deze
zaag geen ijzer, staal, vezelcement of metselwerk!
Gebruik altijd de sleufplaat. Gebruik de machine niet als de sleuf breder
is dan 10 mm.
In- en uitschakelen (fig. K)
De aan/uit-schakelaar (1) is voorzien van een gat (61) om een hangslot door
te steken om de zaag uit bedrijf te vergrendelen.
Druk de aan/uit-schakelaar (1) in om de machine in te schakelen.
Stop de machine door de schakelaar los te laten.
Plaatsen van het lichaam en de handen
Het op de juiste manier plaatsen van het lichaam en de handen maakt het
zagen gemakkelijker, nauwkeuriger en veiliger.
Plaats uw handen nooit in de buurt van de zaagsnede.
Plaats uw handen op minimaal 150 mm van het zaagblad.
Houd het werkstuk tijdens het zagen stevig tegen de tafel en de
parallelgeleiding. Houd uw handen op hun plaats totdat de schakelaar
is losgelaten en het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen.
Voer altijd een test uit (met UITgeschakelde zaag) om de baan van het
zaagblad te kunnen volgen: zo bereikt u zuivere zaagsneden.
Plaats uw handen niet kruiselings.
Sta stevig met beide voeten op de grond en zorg voor een goed
evenwicht.
Volg de bewegingen van de zaagarm als u hem naar links en rechts
beweegt. Ga enigszins aan de kant van het zaagblad staan.
Kijk bij het volgen van een potloodlijn door de openingen in de
beschermkappen.
DW716E- Instellen van de variabele snelheid (fig. K)
Het stelwiel voor elektronische snelheidsregeling (12) kan worden gebruikt
om vooraf de maximum snelheid in te stellen.
Draai het stelwiel voor elektronische snelheidsregeling (12) naar de
gewenste waarde, die met een nummer wordt aangegeven.
Gebruik een hoog toerental voor het zagen van zachte materialen zoals
hout. Gebruik een laag toerental voor het zagen van metaal.
BASIS ZAAGSNEDEN
Verticale rechte verstekzaagsnede (fig. A1, A2, L)
Laat de verstekhendel (4) vrijkomen en druk het verstekslot (5) omhoog
om de verstekarm (38) vrij te laten komen.
Zet de verstekgrendel in de 0°-positie en zet de verstekhendel vast.
Leg het te zagen hout tegen de parallelgeleiding (3, 8).
Pak de bedieningshendel (10) vast en druk op de zaagkop-
ontgrendeling (11) om de zaagkop vrij te geven.
Druk op de bedienings knop (1) om de motor aan te zetten.
Druk de zaagkop naar beneden om door het hout te zagen. Het
zaagblad gaat de sleuf in de sleufplaat (8) in.
Laat na het zagen de knop los en wacht tot het zaagblad volledig tot
stilstand is gekomen voordat u de zaagkop laat terugkeren naar zijn
bovenste rustpositie.
Verticale verstekzaagsnede dwars (fig. A1, A2, M)
Laat de verstekhendel (4) vrijkomen en druk het verstekslot (5) omhoog
om de verstekarm (38) vrij te laten komen.
Beweeg de arm naar links of rechts in de gewenste hoek. Het veerslot
van de verstekzaag lokaliseert automatisch 10º; 15º; 22,5º; 31,62º;
en 45º. Als een tussenliggende hoek of 50º gewenst is, houdt u de
kop stevig ingedrukt en vergrendelt u deze door het veerslot van de
verstekzaag vast te maken.
Zorg er altijd voor dat de vergrendelinghendel van de verstekzaag stevig
vast zit voordat u gaat zagen.
Ga verder als bij een verticale rechte snede.
WAARSCHUWING: Als u het einde van een stuk hout met
een kleine snede verstek zaagt, plaats u het hout zo dat u
ervoor zorgt dat de snede aan de zijkant van het zaagblad
plaatsvindt met de grotere hoek naar de afscheiding, d.w.z.:
links verstek zagen, snijdvlak naar rechts, rechts verstek zagen,
snijdvlak naar links.
Sneden onder een schuine hoek (fig. A1, A2, N)
Schuine hoeken kunnen worden ingesteld tussen 50º links en 50º rechts, en
kunnen worden gezaagd met de verstekarm ingesteld tussen nul (0) en een
maximum van 50º verstekpositie rechts of links.
NEDERLANDS
70
Schuine hoek links
Schuif het bovenste deel van de linker afscheiding (3) zo ver mogelijk
naar links. Maak de schuine klemhendel (14) los en stel de schuine
hoek in naar wens.
Maak de schuine klemhendel (14) stevig vast.
Ga verder als bij een verticale rechte snede.
Schuine hoek rechts
Schuif het bovenste deel van de rechter afscheiding (7) zo ver mogelijk
naar rechts. Maak de schuine klemhendel (14) los, trek de pen (20)
eruit, en stel de schuine hoek in naar wens.
Maak de schuine klemhendel (14) stevig vast.
Ga verder als bij een verticale rechte snede.
Kwaliteit van de zaagsnede
Hoe glad een zaagsnede is, hangt altijd af van een aantal variabelen, zoals
het te zagen materiaal. Als optimale zaagsneden nodig zijn, bijvoorbeeld
voor het maken van lijsten en ander precisiewerk, gebruik dan een scherp
zaagblad (60 tanden, hardmetaal) en een lagere, gelijkmatige zaagsnelheid
om het gewenste resultaat te bereiken.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat het materiaal niet
langzaam vooruit beweegt tijdens het zagen: klem het stevig
vast. Laat het blad altijd volledig tot stilstand komen voordat u
de arm omhoog brengt. Indien kleine deeltjes hout nog steeds
aan de achterzijde van het werkstuk springen, plak dan een stuk
plakband op het hout waar u van plan bent te zagen. Zaag door
het plakband en verwijder dit voorzichtig wanneer u klaar bent.
Vastzetten van het werkstuk (fig. A6)
Klem het hout als het kan aan de zaag vast.
Gebruik bij voorkeur de speciaal voor uw zaag ontwikkelde werkstukklem (27).
Klem het werkstuk als het kan tegen de parallelgeleiding. U kunt het
werkstuk links of rechts van het zaagblad vastzetten. Het is van belang
dat het werkstuk aan een stevig en vlak oppervlak wordt vastgezet.
WAARSCHUWING: Gebruik altijd een materiaalklem als u niet-
ijzerhoudende metalen snijdt.
0ndersteunen van lange werkstukken (fig. A4)
Ondersteun lange werkstukken altijd.
Gebruik bij voorkeur de verlengsteun (25) om de tafelbreedte van uw zaag
te vergroten (als optie verkrijgbaar bij uw dealer). Ondersteun lange
werkstukken met enig bruikbaar middel, zoals zaagbokken e.d., om te
voorkomen dat de uiteinden naar beneden hangen.
Fotoframes, schaduwboksen en andere vierkantige projecten zagen
(fig. O1, O2)
Versteklijsten en andere lijsten
Oefen met een paar eenvoudige projecten, totdat u uw zaag “aanvoelt”.
Uw zaag is een perfect gereedschap voor het zagen van verstekhoeken
zoals die in fi g. O1. De afgebeelde verbinding kan naar keuze worden
gemaakt door middel van afschuin- of verstekinstelling.
- Door middel van afschuininstelling
De afschuinhoek voor de beide planken wordt ingesteld op 45°, zodat er
een hoek van 90° wordt gevormd. De verstekarm wordt vastgezet in de
nulstand. Het hout wordt met de brede, vlakke kant tegen de tafel en de
smalle kant tegen de parallelgeleiding gelegd.
- Door middel van verstekinstelling
Dezelfde zaagsnede kan worden gemaakt door links en rechts met verstek
te zagen, met de brede kant tegen de parallelgeleiding.
De twee schetsen (fi g. O1, O2) gelden alleen voor rechthoekige
objecten. Als het aantal kanten verandert, veranderen ook de verstek-
en afschuinhoeken. Onderstaand overzicht geeft de juiste hoeken voor
een groot aantal verschillende vormen. Er wordt aangenomen dat alle
zijden even lang zijn. Als de door u gewenste vorm niet in het overzicht
voorkomt, deel dan 180° door het aantal zijden om de verstek- of
afschuinhoek te bepalen.
Aantal zijden Verstek- of afschuinhoek
4 45°
5 36°
6 30°
7 25,7°
8 22,5°
9 20°
10 18°
Dubbele versteksnede (fig. P1, P2)
Voor het zagen van lijsten of dozen met schuine kanten zoals in afb. P1
wordt een combinatie van verstek- (fi g. O2) en afschuinhoek (fi g. O1)
gebruikt.
WAARSCHUWING: Zorg er als de zaaghoek telkens
verschillend is voor dat de afschuinklemknop en de
verstekklemknop stevig aangedraaid zijn. De knoppen moeten
na elke verandering van de verstek- c.q. afschuinhoek worden
vastgezet (fig. P1, P2).
De onderstaande grafi ek helpt u bij het kiezen van de juiste afschuin-
en verstekinstellingen voor een aantal gebruikelijke hoeken. U gebruikt
de grafi ek door de gewenste hoek “A” (fi g. P2) voor uw project te
kiezen en deze hoek op de juiste curve in de grafi ek te vinden. Ga van
dat punt recht naar boven of beneden om de juiste afschuinhoek te
vinden en recht naar links of rechts om de juiste verstekhoek te vinden.
Stel de zaag in op de voorgeschreven hoeken en maak enkele
proefsneden.
Oefen met het in elkaar zetten van de gezaagde delen.
Voorbeeld: Maak een vierzijdige doos met buitenhoeken van 25°
(hoek “A”) (fi g. P2), gebruik de bovenste boog rechts. Zoek 25° op
de boogschaal. Volg de horizontale snijlijn naar beide zijden om de
instelling van de verstekhoek van de zaag (23°) te verkrijgen. Volg op
dezelfde manier de verticale snijlijn naar beneden of naar boven voor
het instellen van de afschuinhoek van de zaag (40°). Maak steeds
enkele proeven met stukjes afvalhout om de instellingen te controleren.
DEZE AFSCHUINING OP DE ZAAG INSTELLEN
VIERZIJDIGE
DOOS
ZESZIJDIGE
DOOS
ACHTZIJDIGE
DOOS
HOEK TUSSEN TWEE RIBBEN
DEZE VERSTEKHOEK OP DE ZAAG INSTELLEN
NEDERLANDS
71
Hulpschaalverdeling (fig. Q1–Q3)
Uw zaag is uitgerust met een hulpschaalverdeling voor extra precisie.
Bij instellingen die gedeelten van graden nodig hebben (1/4º, 1/2º, 3/4º),
stelt de hulpschaalverdeling u in staat de hoeken van de verstekzaag
nauwkeurig in te stellen om de dichtstbijzijnde 1/4º (15 minuten). Om de
hulpschaalverdeling te gebruiken, volgt u de onderstaande stappen op.
Als voorbeeld gaan we ervan uit dat de hoek die u wenst een verstekhoek
van 24 1/4º rechts is.
Zet de verstekzaag uit.
Stel de verstekhoek in op de dichtstbijzijnde hele graad die gewenst
is, door de middenmarkering van de hulpschaalverdeling uit te lijnen,
zoals afgebeeld in fig. Q1, met het getal van de hele graad die in
de schaalverdeling van de verstekzaag is geëtst. Bestudeer fig. Q2
aandachtig; de getoonde instelling is 24º rechter verstekhoek.
Om de aanvullende 1/4 º in te stellen, drukt u de vergrendeling van de
verstekarm in en beweegt u de arm voorzichtig naar rechts totdat de
1/4º schaalverdeling is uitgelijnd met de dichtstbijzijnde gradenmarkering
op de schaalverdeling van de verstekzaag. In dit voorbeeld is de
dichtstbijzijnde gradenmarkering op de schaalverdeling van de
verstekzaag 25º. Fig. Q3 toont de instelling van een rechter verstekhoek
van 24 1/4º.
Als u naar rechts verstek zaagt:
verhoog de verstekhoek door de arm te bewegen naar een uitlijning
van de juiste hulpmarkering met de dichtstbijzijnde markering op de
verstekschaal naar rechts.
verlaag de verstekhoek door de arm te bewegen naar een uitlijning
van de juiste hulpmarkering met de dichtstbijzijnde markering op de
verstekschaal naar links.
Als u naar links verstek zaagt:
verhoog de verstekhoek door de arm te bewegen naar een uitlijning
van de juiste hulpmarkering met de dichtstbijzijnde markering op de
verstekschaal naar links.
verlaag de verstekhoek door de arm te bewegen naar een uitlijning
van de juiste hulpmarkering met de dichtstbijzijnde markering op de
verstekschaal naar rechts.
Zagen van basislijsten
Het zagen van basislijsten wordt uitgevoerd onder een afschuinhoek van 45°.
Voer voor het zagen altijd een test uit met uitgeschakelde zaag.
Er wordt steeds gezaagd met de achterkant van de lijst vlak op de zaag
liggend.
Binnenhoek
Links
• Leg de lijst met de bovenkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Bewaar het deel links van de zaagsnede.
Rechts
• Leg de lijst met de onderkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Bewaar het deel links van de zaagsnede.
Buitenhoek
Links
• Leg de lijst met de onderkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Bewaar het deel rechts van de zaagsnede.
Rechts
• Leg de lijst met de bovenkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Bewaar het deel rechts van de zaagsnede.
Zagen van plafondsierlijsten
Het zagen van plafondsierlijsten wordt uitgevoerd onder een gecombineerde
verstek- en afschuinhoek. Voor het verkrijgen van uiterste nauwkeurigheid
heeft uw zaag vooringestelde hoekposities op 31,62° verstek en 33,85°
afschuining. Deze instellingen zijn geschikt voor standaard plafondsierlijsten
met een hoek van 52° aan de bovenkant en een hoek van 38° aan de
onderkant.
Maak testzaagsnedes op afvalmateriaal voordat u de definitieve
zaagsnedes maakt.
Er wordt steeds gezaagd onder een afschuinhoek naar links met de
achterkant van de lijst tegen het onderstel.
Binnenhoek
Links
• Bovenkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Verstekhoek naar rechts.
• Bewaar het deel links van de zaagsnede.
Rechts
• Onderkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Verstekhoek naar links.
• Bewaar het deel links van de zaagsnede.
Buitenhoek
Links
• Onderkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Verstekhoek naar links.
• Bewaar het deel rechts van de zaagsnede.
Rechts
• Bovenkant van de lijst tegen de parallelgeleiding.
• Verstekhoek naar rechts.
• Bewaar het deel rechts van de zaagsnede.
Stofverwijdering (fig. A2, A3)
Plaats de stofzak (24) op de stofafzuigadapter (16).
Sluit indien mogelijk een stofverwijderingsapparaat aan dat is ontworpen
in overeenstemming met de desbetreffende regelgeving omtrent
stofemissie.
Zaagbladen
Om de genoemde zaagdiepten te bereiken, dienen altijd zaagbladen met
een diameter van 305 mm en een asgat van 30 mm te worden gebruikt.
Niet ijzerhoudende metalen zagen
Als u niet ijzerhoudende metalen zaagt, mag het apparaat uitsluitend in
de verstekzaag modus worden gebruikt. Wij bevelen aan dat schuine en
samengestelde verstekzaag sneden niet op niet ijzerhoudende metalen
worden toegepast. De machine mag niet voor het zagen van ijzerhoudende
metalen worden gebruikt.
Gebruik altijd een materiaalklem als u niet-ijzerhoudende metalen snijdt.
Zorg ervoor dat het werkstuk stevig is vastgeklemd.
Gebruik uitsluitend zaagbladen die geschikt zijn voor het zagen van niet
ijzerhoudende metalen.
Als u smeermiddelen gebruikt, pas dan uitsluitend was of extractiespray
toe. Gebruik geen emulsies of vergelijkbare vloeistoffen.
Sluit een FI of DI schakelaar aan tussen het apparaat en de
hoofdstroom om bijkomende risico’s als gevolg van metaalslijpsel te
voorkomen.
De FI schakelaar dient aan de volgende specificaties te voldoen:
nominale spanning 230 V
nominale stroomsterkte 16 A
reactietijd < 15 ms.
beproevingsstroom 30 mA
NEDERLANDS
72
LED WERKLICHT WAARSCHUWING:
LED STRALING: KIJK NIET RECHTSREEKS NAAR DE
STRAAL
KLASSE 2 LEDPRODUCT
MAXIMALE STROOMVERMOGEN
P = 9,2 mW:
piek
= 456 nm
IEC 60825-1:1:1993; +A1:1997; +A2:2001
Neem contact op met uw leverancier voor verdere informatie over de
geschikte accessoires.
Milieubescherming
Aparte inzameling. Dit product mag niet bij het normale
huishoudafval worden gegooid.
Als u op een dag merkt dat uw DEWALT product vervangen moet worden of
dat u het verder niet kunt gebruiken, gooi het dan niet bij het huishoudafval.
Dit product moet afzonderlijk ingezameld worden.
Aparte inzameling van gebruikte producten en verpakkingen
maakt recycling en hergebruik van materialen mogelijk.
Hergebruik van gerecycleerde materialen helpt milieuvervuiling te
voorkomen en vermindert de vraag naar grondstoffen.
Plaatselijke voorschriften bepalen mogelijk een aparte inzameling
voor elektrische producten, in containerparken of bij de verkoper
wanneer u een nieuw product koopt.
DEWALT beschikt over een gebouw voor de verzameling en recyclage van
DEWALT producten die het einde van hun levensduur hebben bereikt. Om
van deze dienst gebruik te maken, kunt u uw product terugbrengen naar
elke erkende reparateur die hem voor ons zal inzamelen.
U kunt de dichtstbijzijnde erkende reparateur vinden door contact op te
nemen met uw plaatselijke DEWALT kantoor op het adres dat in deze
handleiding staat. Of u kunt een lijst met erkende DEWALT reparateurs en
alle gegevens over onze herstellingsdienst en contactinformatie vinden op
www.2helpU.com.
GARANTIE
30 DAGEN GEEN RISICO TEVREDENHEIDSGARANTIE
Indien uw DEWALT-machine, om welke reden dan ook, niet geheel
aan uw verwachtingen voldoet, brengt u de machine dan compleet
zoals bij de aankoop en binnen de 30 dagen terug naar het erkend
DEWALT verkooppunt waar u het toestel heeft gekocht, samen
met uw aankoopbewijs. U ontvangt een nieuw toestel of het
aankoopbedrag wordt terugbetaald.
EEN JAAR GRATIS SERVICECONTRACT
Als u onderhoud of service nodig hebt voor uw DEWALT
werktuig binnen de 12 maanden na uw aankoop, zal dit gratis
worden geleverd bij een bevoegde DEWALT reparateur. U dient
een aankoopbewijs voor te leggen. Dit omvat werkuren en
vervangingsonderdelen voor elektrisch gereedschap. Dit omvat geen
toebehoren.
• EEN JAAR VOLLEDIGE GARANTIE •
Als uw DEWALT product gebreken vertoont die te wijten zijn
aan slechte materialen of vakmanschap binnen 12 maanden na
aankoop, garanderen wij dat we alle defectieve onderdelen gratis
zullen vervangen of, naar onze keuze, de eenheid gratis zullen
vervangen mits:
Het product niet verkeerd werd gebruikt.
Onbevoegde personen niet getracht hebben herstellingen uit te
voeren.
Bewijs van aankoop is geleverd. Deze garantie wordt
aangeboden als een extra voordeel en vormt een aanvulling op
de wettelijke rechten van klanten.
Voor het adres van uw dichtstbijzijnde erkende DEWALT reparateur
verwijzen we naar het telefoonnummer op de achterzijde van deze
handleiding. Of u kunt een lijst met bevoegde DEWALT reparateurs
en alle gegevens over onze herstellingsdienst en contactinformatie
vinden op www.2helpU.com.
De DI schakelaar dient aan de volgende specificaties te voldoen:
DIN VDE 0661
nominale spanning 230 V
nominale stroomsterkte 16 A
beproevingsstroom 30 mA
afsluiting alle polen L+N+PE
PE bewaking
vrijgave laag voltage
Transporteren (fig. A2, B)
Om de verstekzaag gemakkelijk te dragen, is voorzien in een draaghendel
(9) aan de bovenkant van de zaagarm.
Om de zaag te transporteren, drukt u de kop omlaag en laat u de
vergrendelingknop (18) vrijkomen.
Gebruik altijd de draaghendel (9) of de handinkepingen (22) zoals
afgebeeld in fig. A2 om de zaag te transporteren.
Onderhoud
Uw DEWALT-machine is ontworpen om gedurende lange tijd probleemloos
te functioneren met een minimum aan onderhoud. Een juiste behandeling en
regelmatige reiniging van de machine garanderen een hoge levensduur.
WAARSCHUWING: Om het risico van letsel te
verminderen, moet u de unit uitzetten en de stekker van
de machine uit het stopcontact halen vóór de installatie
en verwijdering van toebehoren, vóór het aanpassen
of veranderen van instellingen of als u reparaties uitvoert.
Controleer of de triggerschakelaar in de UIT-positie staat. Een
toevallige activering kan verwondingen veroorzaken.
Smering
lI Vostro elettroutensile non richiede lubrificazione addizionale.
Reinigen
WAARSCHUWING: Blaas vuil en stof met droge lucht uit
de behuizing, aangezien vuil zich vaak zichtbaar opstapelt
in en rond de ventilatieopeningen. Draag goedgekeurde
oogbescherming en goedgekeurd stofmasker bij het uitvoeren
van deze procedure.
WAARSCHUWING: Gebruik nooit oplosmiddelen of andere
ruwe chemicaliën voor het reinigen van de niet-metalen
onderdelen van het werktuig. Deze chemicaliën kunnen de
materialen die in deze onderdelen gebruikt worden, verzwakken.
Gebruik een doek alleen bevochtigd met water en zachte zeep.
Laat nooit vloeistof in het gereedschap lopen en dompel nooit
enig deel van het gereedschap onder in vloeistof.
WAARSCHUWING: Reinig, om het risico op letsel te
verkleinen, regelmatig de bovenzijde van de tafel.
WAARSCHUWING: Reinig, om het risico op letsel te
verkleinen, regelmatig het stofverzamelsysteem.
Optionele accessoires (fi g. A3–A8)
WAARSCHUWING: Omdat hulpstukken, behalve die van
DEWALT, niet zijn getest in combinatie met dit product, kan
het gebruik van dergelijke hulpstukken gevaarlijk zijn. Om het
risico van letsel te beperken, mogen bij dit product uitsluitend
accessoires worden gebruikt die zijn aanbevolen door DEWALT.
LASERWAARSCHUWING:
LASERSTRALING: KIJK NIET RECHTSREEKS NAAR
DE STRAAL
KLASSE 2 LASERPRODUCT
MAXIMALE STROOMVERMOGEN
<1MW @ 630 NM – 680 NM
IEC 60825-1 +A1, +A2:2002
NEDERLANDS
1/132