Whirlpool JT 369 de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

1
NL
JT 369
www.whirlpool.com
2
NL
INSTALLATIE
VOORDAT U DE OVEN AANSLUIT
VERZEKER U ERVAN DAT HET APPARAAT NIET BESCHADIGD
IS. Controleer of de ovendeur goed sluit en of
de interne deurvergrendeling niet beschadigd
is. Haal de oven leeg en reinig de binnenkant
met een zachte, vochtige doek.
NA DE AANSLUITING
D
IT APPARAAT MOET WORDEN GEAARD . De fabri-
kant kan niet aansprakelijk gesteld wor-
den voor letsel aan personen of dieren
noch voor materiële schade als het ap-
paraat niet is geaard.
De fabrikanten zijn niet aansprakelijk voor
eventuele problemen die worden veroor-
zaakt doordat de gebruiker deze instruc-
ties niet in acht heeft genomen.
G
EBRUIK HET APPARAAT NIET als het netsnoer
of de stekker beschadigd is, als het ap-
paraat niet goed werkt of als het bescha-
digd of gevallen is. Dompel het netsnoer
of de stekker niet onder in water. Houd
het snoer uit de buurt van warme op-
pervlakken. Hierdoor kunnen elektrische
schokken, brand of andere ongevallen
worden veroorzaakt.
V
ERWIJDER GEEN BESCHERMINGSPLAATJES VOOR AAN-
ZUIGOPENINGEN die zich aan
de zijkant in het ovenge-
deelte bevinden. Deze zor-
gen ervoor dat er geen
vet en voedseldeeltjes in
de invoerkanalen van de
magnetron terecht komen.
C
ONTROLEER OF DE SPANNING op het type-
plaatje overeenstemt met de spanning
in uw woning.
H
ET DISPLAY is leeg wanneer het apparaat
voor het eerst wordt aangesloten, en na een
stroomstoring. De oven kan indien gewenst
een digitale 24-uursklok weergeven. Als de
klokfunctie niet is geprogrammeerd, blijft het
display leeg totdat de bereidingstijd of de tim-
er worden ingesteld.
U KUNT DE OVEN ALLEEN INSCHAKELEN als
de deur goed gesloten is.
PLAATS DE OVEN niet vlak bij
een televisie, radio of an-
tenne; u kunt last krijgen
van storing.
P
LAATS DE OVEN OP EEN STABIEL, VLAK
OPPERVLAK dat sterk genoeg is
voor de oven en de schalen
die u erin plaatst. Behandel
de oven voorzichtig.
DEZE OVEN IS NIET BEDOELD om te worden ge-
plaatst of gebruikt op een werkblad lager dan
850 mm boven de vloer.
Z
ORG VOOR AFSTAND tussen de oven en ande-
re warmtebronnen. Voor een goede ventilatie
moet er minstens 20 cm ruimte boven de oven
blijven. Zorg ervoor dat de lucht onder, boven
en rondom de oven vrij kan stromen.
De mag-
netron mag niet in een kast geplaatst worden.
3
NL
LAAT KINDEREN het apparaat alleen onder
toezicht van een volwassene gebruiken en
na voldoende uitleg, zodat het kind het
apparaat veilig kan gebruiken en de ge-
varen van onjuist gebruik begrijpt. Houd
toezicht op kinderen wanneer er andere
warmtebronnen (indien aanwezig) apart
of in combinatie met de magnetron wor-
den gebruikt, omdat hierbij hoge tempera-
turen ontstaan.
D
IT APPARAAT IS NIET BEDOELD VOOR gebruik
door personen (waaronder kinderen) met
een verminderd fysiek, sensorisch of men-
taal vermogen, of met gebrek aan ervaring
en kennis, tenzij er toezicht is of instructies
zijn gegeven over het gebruik van het ap-
paraat door iemand die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid.
HOUD TOEZICHT OP KINDEREN om er zeker van
te zijn dat ze niet met het apparaat spelen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
VERWARM OF GEBRUIK GEEN ONTVLAMBARE MATE-
RIALEN in of bij de oven. De dampen kun-
nen brand of een explosie veroorzaken.
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET om textiel, pa-
pier, kruiden, hout, bloemen, fruit of an-
dere brandbare materialen te drogen. Er
kan brand ontstaan.
L
AAT HET VOEDSEL NIET OVERKOKEN. Er kan
brand ontstaan.
L
AAT DE OVEN NIET ONBEWAAKT ACHTER, voor-
al niet wanneer er papier, plastic of andere
brandbare materialen bij het koken worden
gebruikt. Het papier kan verkolen of vlam
vatten en sommige kunststo en kunnen
smelten wanneer u het voedsel opwarmt.
Laat de oven niet onbewaakt achter als u
veel vet of olie gebruikt, omdat dit overver-
hit kan raken en brand kan veroorzaken!
A
LS MATERIAAL BINNEN OF BUITEN DE OVEN IN
BRAND VLIEGT OF ALS ER ROOKONTWIKKELING IS,
laat de ovendeur dan dicht en schakel de
oven uit. Haal de stekker uit het stopcon-
tact of sluit de stroom af via de zekering
of stroomonderbreker.
LEES DEZE AANWIJZINGEN ZORGVULDIG DOOR EN BEWAAR ZE VOOR RAADPLEGING IN DE TOEKOMST
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET
voor het verwarmen van ma-
teriaal in luchtdicht ver-
zegelde schalen. Door de
druktoename kunnen deze
ontploffen of bij het openen schade ver-
oorzaken.
EIEREN
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET om hele eieren met
of zonder schaal te verwarmen, om-
dat deze kunnen ontploffen;
zelfs nadat ze zijn verwarmd in
de magnetron.
C
ONTROLEER DE DEURAFDICHTINGEN en het ge-
bied er omheen regelmatig op beschadi-
gingen. In geval van beschadiging mag
het apparaat niet worden gebruikt voor-
dat het is gerepareerd door een bevoegde
onderhoudsmonteur.
G
EBRUIK GEEN bijtende chemicaliën of gas-
sen in dit apparaat. Dit type oven is spe-
ciaal ontworpen voor het verwarmen en
bereiden van voedsel. De oven is niet
geschikt voor industrieel of laboratori-
umgebruik.
H
ANG OF PLAATS GEEN zware voorwerpen
aan of op de deur, omdat de deur en de
scharnieren hierdoor beschadigd kun-
nen worden. De handgreep van de deur
mag niet gebruikt worden om dingen
aan te hangen.
4
NL
ALGEMEEN
D
IT APPARAAT IS UITSLUITEND BEDOELD VOOR HUIS-
HOUDELIJK GEBRUIK!
G
EBRUIK DE MAGNETRONFUNCTIE NOOIT zonder voedsel
in de oven te plaatsen. Hierdoor kan het appa-
raat beschadigd raken.
P
LAATS EEN GLAS WATER IN DE OVEN als u deze wilt
testen. Het water absorbeert de microgolf-
energie en de oven raakt niet beschadigd.
G
EBRUIK de ovenruimte niet als opslagruimte.
V
ERWIJDER METALEN SLUITSTRIPS van pa-
pieren of plastic zakken voordat u de
zakken in de oven plaatst.
VLOEISTOFFEN
B
IJVOORBEELD DRANKEN OF WATER. De vloeistof kan
boven het kookpunt worden
oververhit zonder dat de vloei-
stof begint te borrelen. Als ge-
volg hiervan kan de hete vloei-
stof plotseling overkoken.
Om dit te voorkomen, kunt u het beste als
volgt te werk gaan:
1. Vermijd het gebruik van rechte potten of
flessen met nauwe halzen.
2. Roer de vloeistof om alvorens de houder
in de oven te zetten en laat het lepeltje
erin staan.
3. Laat de vloeistof na het opwarmen even
staan, roer opnieuw en haal de houder
voorzichtig uit de oven.
VOORZICHTIG
R
AADPLEEG ALTIJD een magnetronkookboek voor
informatie. Vooral wanneer u alcoholhoudend
voedsel bereidt of opwarmt.
W
ANNEER U BABYVOEDING in een zuigfles
of potje in de magnetron ver-
warmt, moet u het voedsel al-
tijd doorroeren en de tempera-
tuur controleren voordat u het serveert. Zo zorgt
u ervoor dat de warmte gelijkmatig wordt ver-
deeld en dat brandwonden worden voorkomen.
Let erop dat u de ring en de speen vóór het
opwarmen verwijdert!
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
FRITUREN
GEBRUIK UW MAGNETRON NIET om te frituren, om-
dat u de temperatuur van de olie niet
kunt regelen.
G
EBRUIK HET APPARAAT NIET naast een gootsteen,
in een natte kelder, in de buurt van een zwem-
bad en dergelijke.
D
E VENTILATIEGATEN van de oven mogen niet bedekt
worden. Wanneer de aanzuig- of uitlaatopenin-
gen worden geblokkeerd, kan de oven schade
oplopen en kan het bereidingsresultaat slechter
zijn dan normaal.
P
LAATS OF GEBRUIK dit apparaat niet buiten.
GEBRUIK NA HET KOKEN OVENHANDSCHOENEN
om u niet aan de schalen, pannen of
hete ovendelen te branden. Tijdens ge-
bruik kunnen toegankelijke delen van de
oven heet worden; houd kleine kinderen
uit de buurt.
5
NL
ACCESSOIRES
ALGEMEEN
ALS EEN METAALHOUDEND ACCESSOIRE in aanraking
komt met de binnenkant van de oven, terwijl
de oven werkt, kunnen er vonken overschieten
die de oven zouden kunnen beschadigen.
GLAZEN DRAAIPLATEAU
G
EBRUIK HET GLAZEN DRAAIPLATEAU bij alle toepas-
singen. Het vangt spetters, sappen en kruimels
op die anders de ovenruimte zouden bevuilen.
Plaats het glazen draaipla-
teau op de plateaudrager.
DEKSEL
HET DEKSEL wordt gebruikt om
het voedsel af te dekken wan-
neer het alleen met microgol-
ven wordt bereid en opge-
warmd. Het helpt spatten te ver-
minderen, het vocht in het voedsel
te behouden en de bereidingstijden te verkorten.
G
EBRUIK het deksel bij het verwarmen op twee
niveaus.
CONTROLEER VOOR GEBRUIK OF HET KOOKGEREI DAT U
GEBRUIKT geschikt is voor de
oven en microgolven
doorlaat.
Z
ORG ERVOOR DAT VOEDSEL EN KOOKGEREI niet in aan-
raking komen met de binnenkant van de oven.
CONTROLEER ALTIJD of het draaiplateau vrij kan
draaien voordat u de oven start. Als het draai-
plateau niet vrij kan draaien, moet u een klei-
nere schaal gebruiken.
CRISPHANDGREEP
G
EBRUIK DE MEEGELEVERDE SPECIALE
CRISPHANDGREEP om de hete crispplaat uit
de oven te halen.
CRISPPLAAT
L
EG HET VOEDSEL DIRECT OP DE
CRISPPLAAT.
Gebruik altijd het glazen draaiplateau
als steun wanneer u de crispplaat gebruikt.
ZET GEEN KEUKENGEREI op de crispplaat omdat
deze erg heet wordt en het gerei waarschijnlijk
zal beschadigen.
DE CRISPPLAAT mag voor gebruik worden voorver-
warmd (max. 3 min.). Gebruik altijd de crispfunctie
bij het voorverwarmen van de crispplaat.
ER ZIJN VERSCHILLENDE accessoires verkrijgbaar.
Overtuig u er vóór de aankoop van dat deze
geschikt zijn voor gebruik in de magnetron.
ROOSTER
G
EBRUIK HET HOGE ROOSTER wanneer
u de grill of een gecombineerde
grill-functie gebruikt.
GEBRUIK HET LAGE ROOSTER als u de heteluchtfunc-
tie of een gecombineerde heteluchtfunctie
gebruikt.
PLATEAUDRAGER
GEBRUIK ALTIJD DE PLATEAUDRAGER als
steun onder het glazen draaipla-
teau. Plaats nooit andere voorwer-
pen op de plateaudrager.
Plaats de plateaudrager in de
oven.
STOOMPAN
GEBRUIK DE STOOMPAN MET HET
STOOMROOSTER voor voedsel als
vis, groenten en aardappelen.
GEBRUIK DE STOOMPAN ZONDER HET
STOOMROOSTER voor voedsel als
rijst, pasta en witte bonen.
PLAATS de stoompan altijd op het glazen draai-
plateau.
Dat is vooral belangrijk bij accessoires van
metaal of met metalen delen.
BAKPLAAT
G
EBRUIK DE BAKPLAAT uitslui-
tend bij het koken met hete
lucht. Gebruik deze nooit
met de magnetronfunctie.
6
NL
STARTBEVEILIGING / KINDERSLOT
DEZE AUTOMATISCHE BEVEILIGING WORDT ÉÉN MINUUT
NADAT de oven teruggekeerd is in "stand-
by" geactiveerd. (De oven is in de
“standby”-modus als de 24-uursklok
wordt weergegeven of (als de klok
niet is ingesteld) als het display leeg is).
D
E DEUR MOET WORDEN GEOPEND EN GESLOTEN om er
bijvoorbeeld voedsel in te zetten, voordat de
veiligheidsvergrendeling wordt uitgeschakeld.
Anders verschijnt op het display DOOR
(deur).
D OOR
DE BEREIDING ONDERBREKEN OF STOPPEN
DE BEREIDING ONDERBREKEN:
DE BEREIDING KAN WORDEN ON-
DERBROKEN om het voedsel
te controleren, om te draai-
en of om te roeren, door
de deur te openen. De in-
stelling blijft 10 minuten
lang gehandhaafd.
VERDERGAAN MET DE BEREIDING:
SLUIT DE DEUR en druk EENMAAL op de start-
toets. De bereiding wordt hervat vanaf het
punt waarop deze is onderbroken.
DRUK TWEEMAAL op de starttoets om de tijd
30 seconden te verlengen.
A
LS U NIET VERDER WILT GAAN:
HAAL HET VOEDSEL UIT DE OVEN, sluit de deur en
druk op de stoptoets.
E
R KLINKT GEDURENDE 10 MINUTEN om de minuut
een piepsignaal wanneer de bereiding vol-
tooid is. Druk op de stop-
toets of open de deur om
het signaal uit te schakelen.
DEZE MOGELIJKHEID kan wor-
den in- of uitgeschakeld door de Stoptoets 3
seconden ingedrukt te houden tot u een piep-
toon hoort.
OPMERKING: de oven houdt de instellingen
slechts 60 seconden vast als de deur geopend
en vervolgens gesloten wordt nadat de berei-
ding voltooid is.
7
NL
KOOKWEKKER
GEBRUIK DEZE FUNCTIE als u een kookwekker nodig heeft om de tijd precies bij te houden, zoals voor
het koken van eieren en pasta of voor het laten rijzen van deeg enz.
DE KOOKWEKKER is volledig onafhankelijk van alle andere functies en kan te allen tijde worden ge-
bruikt, onafhankelijk van het feit of de oven op dat moment wordt gebruikt of niet.
q
DRUK OP DE KLOKTOETS.
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de gewenste bereidingstijd in te stellen.
e
DRUK OP DE STARTTOETS.
W
ANNEER DE INGESTELDE TIJD VERSTREKEN IS hoort u een geluidssignaal.
A
LS U EENMAAL OP DE KLOKTOETS DRUKT, verschijnt de resterende tijd van de timer. Deze blijft 3 secon-
den zichtbaar en vervolgens keert de bereidingstijd terug (als u op dat moment bezig bent met
een bereiding).
O
M DE KOOKWEKKER TE STOPPEN wanneer deze op de achtergrond van een andere functie in werking
is, moet u eerst de kookwekker naar de voorgrond halen door op de kloktoets te drukken en ver-
volgens stoppen door nog een keer op de kloktoets te drukken.
q
w
e
8
NL
KLOK
HET DISPLAY IS LEEG WANNEER HET APPARAAT VOOR HET EERST WORDT AANGESLOTEN en na een stroomstoring.
Als de klok niet wordt ingesteld, blijft het display leeg totdat de bereidingstijd wordt ingesteld.
q
DRUK OP DE KLOKTOETS (3 seconden) tot de linkersegmenten (uren) knipperen.
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de uren in te stellen en DRUK EROP om uw instelling te bevestigen. (De
rechtersegmenten (minuten) knipperen).
e
DRAAI DE INSTELKNOP om de minuten in te stellen.
r
DRUK OP DE INSTELKNOP of op de kloktoets of op de STARTTOETS.
D
E KLOK IS INGESTELD en werkt.
ALS U DE KLOK VAN HET DISPLAY WILT VERWIJDEREN als deze eenmaal is ingesteld, dan drukt u opnieuw 3
seconden op de kloktoets tot de linkersegmenten (uren) gaan knipperen, en drukt u vervolgens
op de stoptoets
VOOR HET OPNIEUW INSTELLEN VAN DE KLOK VOLGT U DE BOVENGENOEMDE PROCEDURE.
OPMERKING: LAAT DE DEUR OPEN TERWIJL U DE KLOK INSTELT. Dit geeft u 10 minuten de tijd om de klok in te
stellen. Anders moet elke stap binnen 60 seconden worden uitgevoerd.
q
w
e
r
r
r
9
NL
BEREIDEN EN OPWARMEN MET DE MAGNETRON
GEBRUIK DEZE FUNCTIE voor normale bereidingen en het opwarmen van bijvoorbeeld groenten, vis,
aardappelen en vlees.
A
LS HET BEREIDINGSPROCES EENMAAL GESTART IS:
De bereidingstijd kan worden aangepast door de instelknop te draaien, en het magnetronvermo-
gen door op de instelknop te drukken en deze vervolgens te draaien. Als u op de instelknop druk
tijdens de bereiding, dan gaan de cijfers voor het magnetronvermogen knipperen. De nieuwe in-
stelling van het magnetronvermogen wordt van kracht nadat u op de instelknop heeft gedrukt,
of na 3 seconden zonder beweging van de instelknop. Zodra de cijfers van het magnetronvermo-
gen ononderbroken branden, is de nieuwe instelling van kracht.
HET JUISTE VERMOGEN KIEZEN
q
DRUK OP DE MAGNETRONTOETS .
w
DRAAI DE INSTELKNOP om het magnetronvermogen in te stellen en DRUK EROP om uw instelling
te bevestigen. (De tijdsegmenten gaan knipperen).
e
DRAAI DE INSTELKNOP om de bereidingstijd in te stellen.
r
DRUK OP DE STARTTOETS.
K
UNT U DE BEREIDINGSTIJD EENVOUDIG MET STAPPEN VAN 30 SECONDEN VERLENGEN door op de starttoets te
drukken. Bij elke druk op de toets wordt de bereidingstijd met 30 seconden verlengd. U kunt de
bereidingstijd ook verlengen of verkorten door de instelknop te draaien.
q
w
e
r
ALLEEN MAGNETRONFUNCTIE
V
ERMOGEN
AANBEVOLEN GEBRUIK:
JET
V
ERWARMEN van dranken, water, heldere soepen, koffie, thee of ander voedsel met een
hoog watergehalte. Wanneer het voedsel eieren of room bevat, moet u een lager ni-
veau kiezen.
750 W B
EREIDEN van vis, vlees, groenten enz.
650 W B
EREIDEN van gerechten die u tijdens het opwarmen niet kunt roeren.
500 W
V
OORZICHTIG BEREIDEN van eiwitrijke sauzen, kaas- en eiergerechten en voor het afmaken
van casseroles.
350 W
L
ATEN SUDDEREN van stoofschotels, smelten van boter.
160 W
O
NTDOOIEN.
90 W
Z
ACHT LATEN WORDEN van boter, kaas en ijs.
10
NL
GEBRUIK DEZE FUNCTIE voor het snel opwarmen van voedsel dat veel water bevat zoals heldere soe-
pen, koffie of thee.
JET START
q
DRUK OP DE STARTTOETS.
DEZE FUNCTIE START AUTOMATISCH met het maximale magnetronvermogen en een bereidingstijd van
30 seconden. Elke keer dat de toets nogmaals wordt ingedrukt, wordt de tijd met 30 seconden ver-
lengd. U kunt de bereidingstijd ook verlengen of verkorten door de instelknop te draaien, nadat
de functie is gestart.
HANDMATIG ONTDOOIEN
VOLG DE WERKWIJZE voor “bereiden en opwarmen
met de magnetron” en kies vermogensniveau
160 W wanneer u handmatig ontdooit.
CONTROLEER EN INSPECTEER HET VOEDSEL REGELMATIG.
Ervaring zal u leren hoeveel tijd nodig is voor
verschillende hoeveelheden voedsel.
D
RAAI GROTE STUKKEN halverwege het ontdooi-
en om.
BEVROREN VOEDSEL IN PLASTIC ZAKJES, plastic folie of
verpakkingen van karton kan rechtstreeks in
de oven geplaatst worden wanneer de
verpakking geen metalen delen bevat
(bijvoorbeeld metalen bindstrips).
D
E VORM VAN DE VERPAKKING IS van invloed
op de ontdooitijd. Platte pakjes ont-
dooien sneller dan grote blokken.
H
AAL STUKKEN UIT ELKAAR wanneer ze beginnen
te ontdooien.
Afzonderlijke plakken ontdooien sneller.
S
CHEID VERSCHILLENDE STUKKEN VOED-
SEL met stukjes aluminiumfo-
lie wanneer ze warm begin-
nen te worden (b.v. kippen-
poten en vleugeltjes).
G
EKOOKT VOEDSEL, STOOFSCHOTELS EN VLEES-
SAUZEN ontdooien beter als u ze tijdens
het ontdooien doorroert.
W
ANNEER U ONTDOOIT is het beter het
voedsel iets bevroren te laten en het
voedsel even te laten staan om het ont-
dooiproces te voltooien.
A
LS U HET VOEDSEL NA HET ONTDOOIEN
EVEN LAAT STAAN WORDT HET RESUL-
TAAT ALTIJD BETER, omdat de
temperatuur gelijkmatiger
door het voedsel verdeeld wordt.
q
11
NL
JET ONTDOOIEN
GEBRUIK DEZE FUNCTIE voor het ontdooien van vlees, gevogelte, vis, groente en brood.
BIJ DE FUNCTIE JET ONTDOOIEN moet het netto gewicht van het voedsel bekend zijn; de functie mag
alleen gebruikt worden als het gewicht tussen de 100 g - 3 kg ligt, zie de tabel.
PLAATS HET VOEDSEL altijd op het glazen draaiplateau.
q
DRUK OP DE JET ONTDOOIEN-TOETS .
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de voedselklasse te selecteren en DRUK EROP om uw instelling te beves-
tigen. (De gewichtssegmenten gaan knipperen).
e
DRAAI DE INSTELKNOP om het gewicht van het voedsel in te stellen.
r
DRUK OP DE STARTTOETS.
H
ALVERWEGE HET ONTDOOIEN stopt de oven en wordt het verzoek TURN FOOD (voedsel omdraaien)
weergegeven.
Open de deur.
Draai het voedsel om.
Sluit de deur en start opnieuw door de starttoets in te drukken.
OPMERKING: de oven gaat automatisch verder na 2 min. als het voedsel niet
wordt omgedraaid. In dit geval zal het ontdooien langer duren.
e
w
q
r
12
NL
BEVROREN VOEDSEL:
ALS HET GEWICHT LAGER OF HOGER IS DAN HET
AANBEVOLEN GEWICHT: Volg de werkwijze
voor “Bereiden en opwarmen met de
magnetron en kies 160 W voor het
ontdooien.
BEVROREN VOEDSEL:
ALS HET VOEDSEL EEN HOGERE TEMPERATUUR
HEEFT dan de diepvriestemperatuur
(-18°C), moet een lager voedselge-
wicht worden gekozen.
A
LS HET VOEDSEL EEN LAGERE TEMPERATUUR
HEEFT dan de diepvriestemperatuur
(-18°C), moet een hoger voedselge-
wicht worden gekozen.
JET ONTDOOIEN
VOEDINGSGROEP HOEVEELHEID TIPS
q
VLEES 100 G – 2 KG Gehakt, koteletten, biefstuk of braadvlees.
w
GEVOGELTE 100 G - 3 KG Hele kip, in stukken of filets.
e
VIS 100 G – 2 KG Heel, moten of filets.
r
GROENTEN 100 G – 2 KG Gemengde groenten, doperwten, broccoli enz.
t
BROOD 100 G – 2 KG Heel brood, zoete broodjes en kadetjes.
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL wordt genoemd of dat minder of meer weegt dan het aanbevo-
len gewicht, moet u de procedure voor "Bereiden en opwarmen met de magnetron" aanhouden
en 160 W kiezen voor het ontdooien.
13
NL
GRILL
GEBRUIK DEZE FUNCTIE om snel een mooi bruin korstje te geven aan het gerecht.
q
DRUK OP DE GRILLTOETS.
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de bereidingstijd in te stellen.
e
DRUK OP DE STARTTOETS.
L
AAT DE OVENDEUR NIET TE LANG OPEN wanneer de grill in werking is; hierdoor daalt de temperatuur.
VOEDSEL ALS kaas, toast, biefstuk en worstjes moet u op het hoge rooster plaatsen.
Z
ORG ERVOOR DAT HET GEBRUIKTE KOOKGEREI hittebestendig is wanneer u deze functie gebruikt.
G
EBRUIK GEEN PLASTIC KOOKGEREI bij het grillen. Dit smelt. Kookgerei van hout of papier is evenmin
geschikt.
LET EROP DAT U DE PLAAT onder het grillelement niet aanraakt.
w
q
e
14
NL
COMBIGRILL
GEBRUIK DEZE FUNCTIE om gerechten als gratins, lasagne, gevogelte en gebakken aardappelen te bereiden.
q
DRUK OP DE COMBI-GRILLTOETS.
w
DRAAI DE INSTELKNOP om het magnetronvermogen in te stellen en DRUK EROP om uw instelling
te bevestigen. (De tijdsegmenten gaan knipperen).
e
DRAAI DE INSTELKNOP om de bereidingstijd in te stellen.
r
DRUK OP DE STARTTOETS.
B
IJ GEBRUIK VAN DE GRILL is het maximale vermogensniveau van de magnetron beperkt door een fab-
rieksinstelling.
PLAATS HET GERECHT op het hoge rooster of op het glazen draaiplateau als u deze functie gebruikt.
HET JUISTE VERMOGEN KIEZEN
HET IS MOGELIJK om de magnetron uit te schakelen door het magnetronvermogen op 0 W te zetten:
druk op de instelknop en draai deze. Bij 0 W schakelt de oven over op de zelfstandige grillfunctie.
Z
ORG ERVOOR DAT HET GEBRUIKTE KOOKGEREI geschikt voor de magnetron en hittebestendig is wanneer
u deze functie gebruikt.
G
EBRUIK GEEN PLASTIC KOOKGEREI bij het grillen. Dit smelt. Kookgerei van hout of papier is evenmin
geschikt.
LET EROP DAT U DE PLAAT onder het grillelement niet aanraakt.
L
AAT DE OVENDEUR NIET TE LANG OPEN wanneer de grill in werking is; hierdoor daalt de temperatuur.
e
w
q
r
COMBIGRILL
V
ERMOGEN AANBEVOLEN GEBRUIK:
650 W B
EREIDEN VAN gegratineerde groenteschotels
350  500 W B
EREIDEN VAN gevogelte en lasagne
160  350 W B
EREIDEN VAN vis en bevroren gegratineerde gerechten
160 W B
EREIDEN VAN vlees
90 W G
RATINEREN VAN fruit
0 W A
LLEEN EEN BRUIN KORSTJE GEVEN tijdens de bereiding
15
NL
CRISP
MET DEZE FUNCTIE kunt u pizza's en andere deegwaren bereiden en opwarmen. De functie is ook ge-
schikt voor het bakken van spek, eieren, worstjes, hamburgers enz.
V
ERZEKER u ervan dat de crispplaat goed in het midden van het glazen draaiplateau is geplaatst.
GEBRUIK OVENHANDSCHOENEN
of de meegeleverde speciale crisphandgreep om de hete crispplaat uit de
oven te nemen.
L
ET EROP DAT U DE PLAAT onder het grillelement niet aanraakt.
P
LAATS DE HETE CRISPPLAAT NIET op een oppervlak dat gevoelig is voor warmte.
D
E OVEN EN DE CRISPPLAAT worden heet wanneer u deze functie gebruikt.
q
DRUK OP DE CRISP-TOETS.
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de bereidingstijd in te stellen.
e
DRUK OP DE STARTTOETS.
HET IS NIET MOGELIJK om het vermogenniveau te veranderen of om de grill in en uit te schakelen ter-
wijl de crispfunctie wordt gebruikt.
G
EBRUIK ALLEEN DE bijgeleverde crispplaat bij deze functie. Andere verkrijgbare crispplaten zullen
bij gebruik niet het juiste resultaat geven.
D
E OVEN WERKT AUTOMATISCH met magnetron en grill om de crispplaat op te warmen. Daardoor komt
de crispplaat zeer snel op temperatuur en wordt het voedsel bruin en krokant.
w
q
e
16
NL
HETELUCHT
GEBRUIK DEZE FUNCTIE BIJ de bereiding van meringues, gebak, biscuitgebak, soufflé, gevogelte en ge-
roosterd vlees.
q
DRUK EENMAAL OP DE HETELUCHT-TOETS. (De temperatuurcijfers gaan knipperen).
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de gewenste temperatuur in te stellen en DRUK EROP om uw instelling
te bevestigen. (De tijdsegmenten gaan knipperen).
e
DRAAI DE INSTELKNOP om de bereidingstijd in te stellen.
r
DRUK OP DE STARTTOETS.
G
EBRUIK HET LAGE ROOSTER om voedsel op te plaatsen zodat de lucht ongehinderd om het voedsel
kan circuleren.
GEBRUIK DE BAKPLAAT voor het bakken van kleine dingen, zoals koekjes en broodjes.
TIJDENS DE BEREIDING kunt u de bereidingstijd aanpassen door de instelknop te draaien, en de tem-
peratuur door op de instelknop te drukken en deze vervolgens te draaien. Als de instelknop
wordt ingedrukt tijdens de bereiding, dan gaan de temperatuurcijfers knipperen. De nieuwe tem-
peratuurinstelling wordt van kracht nadat u op de instelknop heeft gedrukt, of na 3 seconden
zonder beweging van de instelknop. Zodra de temperatuurcijfers ononderbroken branden, is de
nieuwe instelling van kracht.
OPMERKING: als u in het begin tweemaal op de heteluchttoets drukt, dan wordt de functie Snel ver-
warmen ingeschakeld; als u daarna nogmaals op de heteluchttoets drukt, dan wordt de hete-
luchtfunctie weer ingeschakeld. Deze twee functies wisselen elkaar af als u op de heteluchttoets
drukt. Een gedetailleerde beschrijving van de functie Snel verwarmen vindt u in de paragraaf
Snel verwarmen.
ZORG ERVOOR DAT HET GEBRUIKTE KOOKGEREI ovenbestendig is wanneer u deze functie gebruikt.
e
q
w
r
17
NL
HETELUCHT COMBI
V
ERMOGEN AANBEVOLEN GEBRUIK:
350 W
B
EREIDEN VAN gevogelte, aardappe-
len in de schil, lasagne en vis
160 W
B
EREIDEN VAN geroosterd vlees en
vruchtentaarten
90 W B
EREIDEN VAN taarten en gebak
HETELUCHT COMBI
q
DRUK EENMAAL OP DE HETELUCHT COMBI-TOETS. (De temperatuurcijfers gaan knipperen).
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de gewenste temperatuur in te stellen en DRUK EROP om uw instelling
te bevestigen. (De cijfers van het magnetronvermogen gaan knipperen).
e
DRAAI DE INSTELKNOP om het magnetronvermogen in te stellen en DRUK EROP om uw instelling
te bevestigen. (De tijdsegmenten gaan knipperen).
r
DRAAI DE INSTELKNOP om de bereidingstijd in te stellen.
t
DRUK OP DE STARTTOETS.
G
EBRUIK HET LAGE ROOSTER om voedsel op te plaatsen zodat de lucht ongehinderd om het voedsel
kan circuleren.
T
IJDENS DE BEREIDING kunt u de bereidingstijd aanpassen door de instelknop te draaien, en de tem-
peratuur en het magnetronvermogen aanpassen door één of twee keer op de instelknop te druk-
ken en deze vervolgens te draaien. De nieuwe instellingen van de temperatuur en het magne-
tronvermogen wordt van kracht nadat u op de instelknop heeft gedrukt, of na 3 seconden zonder
beweging van de instelknop. Zodra de cijfers van de temperatuur en het magnetronvermogen
ononderbroken branden, is de nieuwe instelling van kracht.
H
ET MAXIMALE VERMOGEN VAN DE MAGNETRON bij gebruik van de Hetelucht combi-functie is begrensd
door een fabrieksinstelling.
O
PMERKING: als u in het begin tweemaal op de heteluchttoets drukt, dan wordt de functie Snel verwar-
men ingeschakeld; als u daarna nogmaals op de heteluchttoets drukt, dan wordt de heteluchtfunc-
tie weer ingeschakeld. Deze twee functies wisselen elkaar af als u op de heteluchttoets drukt. Een gede-
tailleerde beschrijving van de functie Snel verwarmen vindt u in de paragraaf Snel verwarmen.
GEBRUIK DEZE FUNCTIE BIJ DE BEREIDING van geroosterd vlees, gevogelte, aardappelen in de schil, diep-
vriesvoedsel, biscuitgebak, gebak, vis en pudding.
ZORG ERVOOR DAT HET GEBRUIKTE KOOKGEREI geschikt voor de magnetron en hittebestendig is wanneer
u deze functie gebruikt.
HET JUISTE VERMOGEN KIEZEN
e
w
q
r
t
18
NL
w
q
q
SNEL VERWARMEN
WANNEER HET VERWARMINGSPROCES IS GESTART kan de temperatuur eenvoudig worden aangepast door
de instelknop te draaien.
TIJDENS HET VERWARMINGSPROCES bewegen de symbolen op het display, wordt PRE-HEAT weerge-
geven en wordt de huidige temperatuur met knipperende cijfers weergegeven tot de ingestelde
temperatuur bereikt is.
ALS DE INGESTELDE TEMPERATUUR IS BEREIKT, schakelt de oven automatisch over naar de Hetelucht-func-
tie of naar de Hetelucht combi-functie, afhankelijk van welke toets er gebruikt is om de functie
Snel verwarmen in te schakelen. Deze temperatuur wordt 10 minuten aangehouden voordat de
oven wordt uitgeschakeld. Gedurende deze tijd wacht het apparaat tot u voedsel in de oven zet
en op de starttoets drukt om met bereiden te beginnen.
OPMERKING: de functie Snel verwarmen wordt alleen ingeschakeld als u tweemaal op de Hetelucht-
toets of op de Hetelucht combi-toets drukt. Als u daarna nog een keer op de Hetelucht-toets of
op de Hetelucht combi-toets drukt, dan wordt de Hetelucht- of de Hetelucht combi-functie inge-
schakeld, en zo verder.
q
DRUK TWEEMAAL OP DE HETELUCHT- OF HETELUCHT COMBI-TOETS. (De temperatuurcijfers gaan knip-
peren).
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de gewenste temperatuur in te stellen.
e
DRUK OP DE STARTTOETS.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE om de lege oven voor te verwarmen.
ZET GEEN VOEDSEL in de oven vóór of tijdens het voorverwarmen. Dit zal door de hoge temperatuur
verbranden.
H
ET VOORVERWARMEN moet altijd worden uitgevoerd met een lege oven.
e
19
NL
w
e
VOEDINGSGROEP HOEVEELHEID TIPS
q
FRANSE FRITES 250 G - 600 G
Verdeel de frites gelijkmatig over de crispplaat. Als u nog
knapperiger frites wilt, bestrooien met zout. De frites kun-
nen omgekeerd worden als de tijd wordt weergegeven.
w
PIZZA, DUNNE BODEM 250 G - 500 G Voor pizza's met een dunne bodem.
e
PANPIZZA 300 G - 800 G Voor pizza's met een dikke bodem.
r
QUICHE 400 G - 800 G Zet de quiche rechtstreeks op de crispplaat.
t
KIPPENVLEUGELS 250 G - 600 G
Verdeel de kippenvleugels gelijkmatig over de crisp-
plaat.
V
OOR VOEDSEL DAT NIET IN DEZE TABEL is genoemd en waarvan het gewicht minder of meer is dan het
aanbevolen gewicht, moet u de procedure voor de handmatige Crispfunctie aanhouden.
6
TH
SENSE CRISP
GEBRUIK DEZE FUNCTIE OM uw voedsel snel van diepvries- tot serveertemperatuur op te warmen. Deze
functie wordt uitsluitend gebruikt voor kant-en-klaar diepvriesvoedsel.
q
DRUK OP DE 6
TH
SENSE CRISP-TOETS.
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de voedingsgroep te selecteren.
e
DRUK OP DE STARTTOETS.
ALLEEN HET VOEDSEL mag op de Crispplaat worden gelegd.
Z
ET GEEN BAKJES of omhulsels op de Crispplaat!
GEBRUIK ALLEEN DE bijgeleverde crispplaat bij deze functie. Andere verkrijgbare
crispplaten zullen bij gebruik niet het juiste resultaat geven.
GEBRUIK OVENHANDSCHOENEN
of de meegeleverde speciale crisphandgreep om de hete crispplaat uit de
oven te nemen.
H
ET PROGRAMMA MAG NIET worden onderbroken zolang “ ” wordt weergegeven.
HET PROGRAMMA MAG worden onderbroken wanneer de tijd wordt weergegeven.
q
20
NL
w
e
q
DEK HET VOEDSEL ALTIJD AF MET EEN DEKSEL. Controleer voor gebruik of de schaal en het deksel geschikt zijn
voor gebruik in de magnetron. Als u geen deksel heeft dat de gekozen schaal kan afdekken, kunt u in
plaats ervan een bord gebruiken. Dit moet dan met de onderkant naar de schaal worden geplaatst.
G
EBRUIK DEZE FUNCTIE voor voedsel zoals groenten, vis, rijst en pasta.
DEZE FUNCTIE WERKT IN 2 STAPPEN.
* BIJ DE EERSTE STAP wordt het voedsel snel op kooktemperatuur gebracht.
* DE TWEEDE STAP stelt de temperatuur automatisch bij om het voedsel te laten sudderen en over
koken te voorkomen.
6
TH
SENSE STOMEN
q
DRUK OP DE 6
TH
SENSE STOMEN-TOETS.
w
DRAAI DE INSTELKNOP om de bereidingstijd in te stellen. (Als de tijd niet wordt ingesteld, dat
wordt het programma alleen uitgevoerd tot het kookpunt is bereikt, en wordt de oven daar-
na uitgeschakeld).
e
DRUK OP DE STARTTOETS.
D
E STOOMPAN is uitsluitend ontworpen om te worden gebruikt bij de magnetronfunctie!
GEBRUIK HEM NOOIT met een andere functie.
GEBRUIK VAN DE STOOMPAN met een andere functie kan schade veroorzaken.
CONTROLEER ALTIJD of het draaiplateau vrij kan draaien voordat u de oven start.
PLAATS DE STOOMPAN ALTIJD op het glazen draaiplateau.
GEBRUIK GEEN plastic of aluminium folie voor het afdekken van het voedsel.
D
E GEBRUIKTE SCHALEN mogen niet meer dan halfvol zijn. Als u grote hoeveelheden wilt koken, dan
moet u een grotere schaal kiezen om te voorkomen dat hij meer dan halfvol zit. Zo voorkomt u
overkoken.
B
EREIDEN VAN GROENTEN
Doe de groenten in het stoomrooster. Giet 50-100 ml water in het onderste deel van de stoom-
pan. Doe het deksel op de pan en stel de tijd in.
Zachte groenten, zoals broccoli en prei, moeten 2 tot 3 minuten worden gekookt.
Hardere groenten, zoals wortels en aardappels, moeten 4 tot 5 minuten worden gekookt.
B
EREIDEN VAN RIJST
Volg de aanwijzingen voor kooktijd en hoeveelheid water en rijst. Doe de ingrediënten in het on-
derste deel, doe het deksel erop en stel de tijd in.
21
NL
6
TH
SENSE OPWARMEN
GEBRUIK DEZE FUNCTIE VOOR het opwarmen van kant-en-klaar voedsel, zowel diepvries, gekoeld als op
kamertemperatuur.
Leg het voedsel op een bord of schaal die magnetronbestendig en ovenvast zijn.
WANNEER U EEN MAALTIJD in de koelkast bewaart of op een bord om te worden verwarmd, legt u het
dikkere voedsel aan de buitenkant en het dunnere in het midden.
LEG DUNNE PLAKJES VLEES boven op elkaar of laat ze overlappen.
DIKKERE PLAKKEN, bijvoorbeeld gehaktbrood en worst, moeten dicht bij elkaar
worden gelegd.
NAGAARTIJD
1-2 minuten nagaartijd zorgt altijd voor een beter resultaat, met name bij bevroren voedsel.
GEBRUIK ALTIJD HET BIJGELEVERDE DEKSEL bij deze functie, behalve bij het verwarmen van
soepen, want daarvoor is dit deksel niet nodig. Als het voedsel zodanig verpakt is
dat het niet afgedekt kan worden, moet de verpakking op 2-3 plaatsen worden in-
gesneden om de druk te laten ontsnappen tijdens het verwarmen.
DRUK OPHEFFEN
PLASTIC FOLIE moet worden ingeprikt met een vork om de druk op te heffen en zo openbarsten te
voorkomen. Tijdens het verhitten vindt namelijk stoomvorming plaats.
HET NETTOGEWICHT moet tussen de 250 - 600 g blijven wanneer deze functie wordt gebruikt. Anders
dient u de handmatige functie te gebruiken om het beste resultaat te bereiken.
ZORG ERVOOR dat de oven op kamertemperatuur is voordat u deze functie gebruikt, om het beste
resultaat te bereiken.
q
DRUK OP DE 6
TH
SENSE OPWARMEN-TOETS.
w
DRUK OP DE STARTKNOP.
w
q
HET PROGRAMMA MAG NIET worden onderbroken zolang “ ” wordt weergegeven.
HET PROGRAMMA MAG worden onderbroken wanneer de tijd wordt weergegeven.
22
NL
ONDERHOUD EN REINIGING
NORMAAL GESPROKEN IS SCHOONMAKEN de enige
vorm van onderhoud die nodig is. Tijdens het
schoonmaken moet de magnetron van de net-
voeding afgekoppeld zijn.
ALS DE OVEN niet goed wordt schoongehouden,
kan dit tot aantasting van het ovenoppervlak
leiden, wat de levensduur van het apparaat
kan verkorten en mogelijk tot ge-
vaarlijke situaties kan leiden.
G
EBRUIK GEEN SCHUURSPON-
SJES, SCHUURMIDDELEN,
sponsjes van staalwol,
ruwe doeken e.d.; deze kunnen het bedie-
ningspaneel en het oppervlak van de bin-
nen- en buitenkant van de oven beschadigen.
Gebruik een doek met een mild schoonmaak-
middel of een tissue met een spray die geschikt
is voor het schoonmaken van glas. Sproei het
schoonmaakmiddel op de tissue.
SPRAY NIET direct op de oven.
VERWIJDER REGELMATIG, vooral als u ge-
morst heeft, het draaiplateau en de
plateaudrager en maak de bodem
van de magnetron goed schoon.
DEZE OVEN IS ONTWORPEN om met draaiplateau te
worden gebruikt.
GEBRUIK DE MAGNETRON NIET wanneer u het
draaiplateau eruit heeft genomen om het
schoon te maken.
GEBRUIK EEN ZACHTE, VOCHTIGE DOEK met een mild
reinigingsmiddel om de ovenruimte, voor- en
achterkant van de deur en de deursponning
schoon te maken.
ZORG ERVOOR DAT ER GEEN VET- of voedselres-
ten in de deursponning achterblijven.
IN GEVAL VAN HARDNEKKIGE vlekken laat u gedu-
rende 2 of 3 minuten een kopje water in de
oven koken. Vuil laat zich door de stoomvor-
ming makkelijker verwijderen.
H
ET GRILLELEMENT hoeft niet gereinigd te worden
omdat de intense hitte spatten zal afbranden,
maar het plafond eronder moet regelmatig gerei-
nigd worden. Dit moet gebeuren met een zachte,
vochtige doek met een mild reinigingsmiddel.
ALS DE GRILL NIET REGELMATIG WORDT GEBRUIKT, moet
deze 10 minuten per maand worden inge-
schakeld om spatten af te branden, om zo het
risico op brand te voorkomen.
GESCHIKT VOOR DE VAATWASMACHINE:
P
LATEAUDRAGER.
D
EKSEL
ZORGVULDIGE REINIGING:
D
E CRISPPLAAT moet worden afgewassen in water
met een mild afwasmiddel. Sterk vervuilde ge-
deeltes kunnen worden schoongemaakt met een
schuurdoekje en een mild reinigingsmiddel.
LAAT DE CRISPPLAAT ALTIJD afkoelen voordat u
deze schoonmaakt.
DOMPEL DE CRISPPLAAT NIET onder in water en
spoel de crispplaat niet af wanneer deze heet
is. Door snelle afkoeling kan de crispplaat be-
schadigen.
GEBRUIK GEEN STAALWOL-
LEN SPONSJES. Deze kun-
nen krassen veroorza-
ken op het oppervlak.
U
HEEFT GEEN LAST VAN LUCHTJES als u regelmatig een
kopje water met wat citroensap op het draaipla-
teau plaatst en dit enkele minuten laat koken.
G
EBRUIK GEEN SCHOONMAAKAPPARATEN DIE MET
STOOM WERKEN wanneer u de magnetron
schoonmaakt.
C
RISPHANDGREEP
ROOSTER
BAKPLAAT
G
LAZEN DRAAIPLATEAU
STOOMPAN
23
NL
STORINGEN OPSPOREN
ALS DE OVEN NIET WERKT, bel dan pas de klanten-
service als u gecontroleerd heeft of:
Het draaiplateau en de drager van het
draaiplateau op hun plaats zitten.
De stekker goed in het stopcontact zit.
De deur goed gesloten is.
De zekeringen in orde zijn en er stroom is.
De oven voldoende ventilatie heeft.
Wacht 10 minuten en probeer dan de oven
opnieuw te laten werken.
Open en sluit de deur voordat u het op-
nieuw probeert.
Tijdens de werking in sommige functies,
kan het symbool “ ” op het display
verschijnen. Dit is normaal en geeft aan
dat de oven bepaalde berekeningen uit-
voert om een goed eindresultaat te ver-
krijgen.
ZO KUNT U ONNODIGE kosten besparen.
Als u de klantenservice belt, dient u het se-
rienummer en het typenummer van de oven
door te geven (zie het serviceplaatje). Raad-
pleeg het garantieboekje voor nadere infor-
matie.
ALS HET NETSNOER MOET WORDEN VERVANGEN ,
moet dat gebeuren met een
origineel exemplaar, dat ver-
krijgbaar is via onze klan-
tenservice. Het netsnoer
mag uitsluitend door een be-
voegde onderhoudsmonteur
worden vervangen.
O
NDERHOUDSWERKZAAMHEDEN MO-
GEN UITSLUITEND DOOR EEN BEV-
OEGDE ONDERHOUDSMONTEUR WOR-
DEN UITGEVOERD. Het is gevaarlijk
voor ongetrainde personen
om onderhoudswerkzaamhe-
den of reparaties uit te voeren waarbij be-
schermkappen moeten worden verwijderd
die bescherming bieden tegen blootstel-
ling aan de energie van microgolven.
VERWIJDER GEEN BESCHERMKAPPEN.
MILIEUTIPS
DE VERPAKKING kan volledig wor-
den gerecycled, zoals wordt
aangegeven door het recy-
cling-symbool. Voor de ver-
werking dienen de plaatselij-
ke voorschriften te worden na-
geleefd. Houd verpakkingsmate-
riaal (plastic zakken, polystyreen enz.) buiten
het bereik van kinderen.
DIT APPARAAT is voorzien van het merkteken vol-
gens de Europese richtlijn 2002/96/CE inzake
Afgedankte elektrische en elektronische ap-
paraten (WEEE). Door ervoor te zorgen dat dit
product op de juiste manier als afval wordt
verwerkt, helpt u mogelijk negatieve gevolgen
voor het milieu en de menselijke gezondheid
te voorkomen die anders zouden kunnen wor-
den veroorzaakt door een onjuiste verwerking
van dit product.
HET SYMBOOL op het product
of op de bijbehorende do-
cumentatie geeft aan dat dit
product niet als huishoude-
lijk afval mag worden behan-
deld. In plaats daarvan moet
het worden afgegeven bij
een verzamelpunt voor re-
cycling van elektrische en
elektronische apparaten.
AFDANKING moet worden uit-
gevoerd in overeenstemming met de plaatselijke
milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
VOOR NADERE INFORMATIE over de behandeling, te-
rugwinning en recycling van dit product wordt
u verzocht contact op te nemen met het stads-
kantoor in uw woonplaats, uw afvalophaal-
dienst of de winkel waar u het product heeft
aangeschaft.
SNIJD DE VOEDINGSKABEL VAN HET APPARAAT DOOR
voordat u dit afdankt, zodat die onbruikbaar
wordt.
24
NL
NL
461965271531
IN OVEREENSTEMMING MET IEC 60705.
DE INTERNATIONALE ELEKTROTECHNISCHE COMMISSIE heeft een standaard ontworpen voor het vergelij-
kend testen van verwarmingsprestaties van verschillende magnetronovens. Voor deze oven advi-
seren wij het volgende:
SPECIALE OPMERKING
OM DE OVEN EN HET DISPLAY te beschermen tegen oververhitting, wordt de temperatuur in de deur
gecontroleerd. Daarom kan de oven een afkoelprocedure beginnen als het risico van oververhit-
ting aanwezig is. De ventilator, het draaiplateau en het licht zijn dan in werking. Dit is normaal. Na
deze procedure wordt de oven automatisch uitgeschakeld. Door de deur te openen kan zonder
schadelijke gevolgen voor de oven, de afkoelprocedure worden onderbroken.
Test Hoeveelheid Geschatte tijdsduur Vermogen Ovenschaal
12.3.1 1000
G 11 MIN 750 W PYREX 3.227
12.3.2 475
G 5 MIN 750 W PYREX 3.827
12.3.3 900
G 15 MIN 750 W PYREX 3.838
12.3.4 1100
G 28 - 30 MIN HETELUCHT 200°C + 350 W PYREX 3.827
12.3.5 700
G 25 MIN HETELUCHT 200°C + 90 W PYREX 3.827
12.3.6 1000
G 30 - 32 MIN HETELUCHT 225°C + 350 W PYREX 3.827
13.3 500
G 2 MIN 12 SEC JET ONTDOOIEN
Whirlpool is een geregistreerd handelsmerk van Whirlpool, USA
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24

Whirlpool JT 369 de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor